Inspectierapport Kinderdagverblijf De Vlieger (BSO) Langstraat 14A 5481VP SCHIJNDEL Registratienummer 168372496
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Hart voor Brabant Schijndel 28-01-2016 Jaarlijks onderzoek Definitief 25-02-2016
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 6 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 7 Accommodatie en inrichting .............................................................................................. 8 Inspectie-items ................................................................................................................... 9 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 11 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 11 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 12
2 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Beschouwing Algemeen beeld kindercentrum Buitenschoolse opvang De Vlieger is samen met kinderdagverblijf De Vlieger gelegen in het buitengebied van Schijndel. De buitenschoolse opvang is gehuisvest in een woonunit en beschikt over een groepsruimte, een huiswerkruimte, een tvruimte en de oranje groepsruimte. In het gebouw wordt er ook een 3+ groep van het kinderdagverblijf opgevangen. De rest van de kinderdagverblijfgroepen worden opgevangen in het naastgelegen gebouw. Het kindercentrum heeft een grote natuurlijk ingerichte buitenruimte. Kinderen hebben de mogelijkheid om met allerlei natuurlijke materialen zoals zand, blaadjes, water etc. te spelen. Daarnaast kan er een bezoekje worden gebracht aan de boerderijdieren die aanwezig zijn in een afgezet stuk van de buitenruimte. Er wordt opvang geboden aan drie basisgroepen. Basisgroep 1: maximaal 15 kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Basisgroep 2: maximaal 9 kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Basisgroep 3: maximaal 9 kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. In totaal zijn er in de praktijk op de drukste dag, donderdag, 33 kinderen aanwezig. Dit zijn drie kinderen meer dan de geregistreerde 30 kindplaatsen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP). Inspectiegeschiedenis: 2013 zijn er geen overtredingen geconstateerd. 2014 is er één overtreding geconstateerd in het onderdeel Veiligheid en gezondheid. 2015 heeft er geen inspectie plaatsgevonden. Conclusie Er zijn geen overtredingen uit deze inspectie gekomen. De toelichting op de bevindingen van de toezichthouder kunt u lezen in het vervolg van dit rapport. Aan het einde van dit rapport treft u een overzicht aan van de inspectie-items die zijn beoordeeld. Advies aan College van B&W Geen handhaving.
3 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Het kindercentrum voldoet aan de onderzochte voorwaarden met betrekking tot het pedagogisch klimaat. Binnen dit domein is gekeken of de beroepskrachten handelen conform het opgestelde pedagogisch beleidsplan. Daarnaast wordt een oordeel gegeven wat betreft de uitvoering van de pedagogisch praktijk op de groep. Het oordeel van de toezichthouder is tot stand gekomen door middel van observatie tijdens binnenkomst kinderen, tafelmoment en vrij buitenspel. Ook zijn er gesprekken gevoerd met de beroepskrachten. Bij het beoordelen van de observatie is uitgegaan van de vier pedagogische basisdoelen van M. Riksen-Walraven, die zijn benoemd in de Memorie van Toelichting bij de Wet kinderopvang (2005), dit zijn: 1. Het bieden van emotionele veiligheid. 2. De mogelijkheid bieden tot ontwikkelen van persoonlijke competenties. 3. De ruimte bieden tot het ontwikkelen van sociale competenties. 4. De mogelijkheid geven om normen en waarden eigen te maken. Pedagogische praktijk Uitvoering pedagogisch beleidsplan Door middel van interview is getoetst of de beroepskrachten de inhoud voldoende kennen, dit blijkt het geval. Observatie praktijk Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het ‘Veldinstrument observatie kindercentrum’ (opgesteld door GGD GHOR Nederland, versie december 2014). Onderstaande beschrijvingen, die cursief zijn weergegeven, zijn aan dit instrument ontleend en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Ter illustratie van het oordeel worden door de toezichthouder minimaal twee voorbeelden toegelicht per basisdoel. Het bieden van emotionele veiligheid De beroepskrachten communiceren met de kinderen De beroepskrachten hebben gesprekjes met kinderen waarbij beiden bijdragen aan de voortgang en inhoud van het gesprek (dialoog). Zij sluiten meestal op passende wijze aan op de situatie en/of de vraag van een kind. Er is verbaal en non-verbaal contact. Wel dient opgemerkt te worden dat bij de eerste basisgroep er minder tijd was voor dialoog. De beroepskrachten leken wat gehaast tijdens het tafelmoment. Ze gingen niet bij de kinderen aan tafel zitten waardoor een gesprek met de kinderen niet op gang kwam. Bij de tweede en derde groep gaan de beroepskrachten wel bij de kinderen aan tafel zitten waardoor er meer dialoog met de kinderen zichtbaar is. Ook is dialoog tijdens het vrij spel buiten zichtbaar. Hierdoor betreft dit slechts een opmerking/ aandachtspunt. De beroepskrachten hebben een vertrouwde relatie met de kinderen De beroepskrachten laten merken dat ze de kinderen accepteren zoals ze zijn; ze geven complimentjes, maken grapjes, knuffelen, hebben oogcontact en treden bemoedigend op als een kind dat nodig heeft. Bijvoorbeeld: een kind heeft moeite om een keus te maken over de naam van het nieuwe geitje. De beroepskracht geeft aan dat hij een naam mag kiezen maar niet hoeft. Dat als hij niet kan kiezen dat helemaal niet erg is. Er heerst een ontspannen, open sfeer in de groep Er is een aangename sfeer in de groepen. De meeste kinderen tonen in hun gedrag dat ze zich op hun gemak voelen. Kinderen laten hun emoties zien, zowel in positieve zin (blij, tevreden, nieuwsgierig, enthousiast) als in negatieve zin (boos, verdrietig). De emoties zijn passend bij de situatie. Bijvoorbeeld: kinderen zijn enthousiast over het samen kiezen van de naam van het nieuwe geitje. 4 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
Mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen De beroepskrachten ondersteunen en stimuleren de ontwikkeling van (individuele) kinderen Kinderen hebben de mogelijkheid om zich te ontspannen en/of schooldrukte af te reageren Zij kunnen voor activiteiten kiezen die passen bij hun eigen interesse en energieniveau. Bijvoorbeeld: na het eten en drinken gaan de kinderen eerst buitenspelen. Als een kind daarna behoefte heeft om binnen te gaan spelen is er die mogelijkheid. Er is wederzijdse interactie tussen beroepskrachten en individuele kinderen De beroepskrachten tonen hun betrokkenheid door met aandacht naar individuele kinderen te luisteren en aan te sluiten op de inhoud en reikwijdte van wat een kind vertelt. Zij houden intussen contact met de rest van de groep, zonder dat de persoonlijke gerichtheid op het kind hieronder lijdt. De ruimte bieden tot het ontwikkelen van sociale competenties De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in hun onderlinge interactie De beroepskrachten grijpen adequaat in bij negatieve interacties tussen kinderen. Zij helpen om de betreffende situatie stop te zetten of op te lossen. Kinderen krijgen de kans voor ‘hoor en wederhoor’ De beroepskrachten leggen doorgaans uit waarom er wordt ingegrepen. Bijvoorbeeld: twee kinderen hebben ruzie over de regels die gelden bij het voetballen. De beroepskracht laat de kinderen beiden hun verhaal doen en stelt voor dat de kinderen samen regels op papier gaan zetten zodat het voor iedereen duidelijk is. De kinderen zijn deel van de groep De beroepskrachten dragen uit en leven voor, dat de inbreng van alle kinderen –en henzelf- ertoe doet in de groep. Zij leren kinderen om elkaar te accepteren en te respecteren. Overdracht van normen en waarden Oefenen van gedeelde verantwoordelijkheid en respectvol samenzijn Kinderen reageren positief op andere kinderen. Er is belangstelling en nieuwsgierigheid naar wat andere kinderen doen en kunnen. Kinderen hebben plezier met elkaar. Bijvoorbeeld: een groep kinderen is samen met water en zand aan het bouwen. Beroepskrachten vervullen een voorbeeldfunctie in spreken en handelen De beroepskrachten geven kinderen het goede voorbeeld van sociale vaardigheden in de omgang met andere kinderen; ze zijn vriendelijk, luisteren, leven mee, troosten en helpen, werken samen. Ze zijn consequent in wat ze uitdragen en hoe ze zelf handelen. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Mevrouw E. den Ouden, houder) Interview anderen (Beroepskrachten) Observaties (Binnenkomst kinderen, tafelmoment en vrij buitenspel) Pedagogisch beleidsplan (Versie 2014-2015)
5 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
Personeel en groepen Het kindercentrum voldoet aan de onderzochte voorwaarden met betrekking tot personeel en stamgroepen. Binnen dit onderdeel zijn zowel de beroepskrachten als de houder steekproefsgewijs gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag. De beroepskracht-kindratio en de opvang in groepen zijn gecontroleerd door middel van roosters en presentielijsten. Verklaring omtrent het gedrag De aanwezige beroepskrachten en de houder beschikken over een verklaring omtrent het gedrag, die voldoen aan de wettelijke eisen. Passende beroepskwalificatie De beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie conform cao kinderopvang. Opvang in groepen Er wordt opvang geboden aan drie basisgroepen. Basisgroep 1: maximaal 15 kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Basisgroep 2: maximaal 9 kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Basisgroep 3: maximaal 9 kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Beroepskracht-kindratio Uit de steekproef week 3 en 4 blijkt dat er voldoende beroepskrachten zijn ingezet. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Mevrouw E. den Ouden, houder) Interview anderen (Beroepskrachten) Observaties (Binnenkomst kinderen, tafelmoment en vrij buitenspel) Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten (week 3 en 4) Personeelsrooster (week 3 en 4)
6 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
Veiligheid en gezondheid Het kindercentrum voldoet aan de onderzochte voorwaarde met betrekking tot veiligheid en gezondheid. Binnen dit onderdeel is gekeken naar de overtreding geconstateerd in 2014. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid In 2013 heeft de toezichthouder in het rapport een opmerking geplaatst over het prikkeldraad aanwezig aan één kant van de buitenspeelruimte. Op sommige plekken is het prikkeldraad op ongeveer 1,5 meter hoogte aanwezig. In 2014 constateert de toezichthouder dezelfde situatie en zet deze als zijnde overtreding in het rapport. Tijdens de huidige inspectie is geconstateerd dat het prikkeldraad inmiddels overal is verwijderd. Hierdoor heeft de houder op dit punt voldaan aan de Wet Kinderopvang. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Mevrouw E. den Ouden, houder) Interview anderen (Beroepskrachten) Observaties (Binnenkomst kinderen, tafelmoment en vrij buitenspel)
7 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
Accommodatie en inrichting Het kindercentrum voldoet aan de onderzochte voorwaarden met betrekking tot accommodatie en inrichting. Binnen dit onderdeel is de binnenspeelruimte beoordeeld. Hierbij gaat het om het aantal vierkante meters beschikbaar per kind en de inrichting van de ruimten. Binnenruimte De
buitenschoolse opvang maakt gebruik van vier leefruimtes: Leefruimte (basisruimte): 67,9 m² Oranje groep: 33 m² Tvruimte: 14,3 m² Huiswerkruimte: 14,3 m²
In totaal is er 129,5 m². Per kind is er 129,5m²/ 33 kinderen = 3,9 m² aan bruto binnenspeelruimte aanwezig. Gebruikte bronnen: ruimtes opgemeten met digitaal meetapparaat.
8 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Accommodatie en inrichting Binnenruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
10 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen
: Kinderdagverblijf De Vlieger : http://www.kdvdevlieger.nl : 30
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer Aansluiting geschillencommissie
: : : : :
Kinderdagverblijf De Vlieger BV Langstraat 14 5481VP SCHIJNDEL 17154099 Nee
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Hart voor Brabant Postbus 3024 5003DA Tilburg 088-3686845 K van Hamont
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Schijndel : Postbus 5 : 5480AA SCHIJNDEL
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : : :
28-01-2016 11-02-2016 23-02-2016 25-02-2016 25-02-2016 25-02-2016
: 17-03-2016
11 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Zienswijze GGD Op 28-1-2016 is de inspectie geweest daar is geconstateerd dat er 33 kinderen bij de BSO aanwezig zijn. De kindplaatsen zijn in het Landelijk Register Kinderopvang aangepast naar 37 kinderen.
12 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 28-01-2016 Kinderdagverblijf De Vlieger te SCHIJNDEL