Inspectierapport Kinderdagverblijf De Hooijbergh (KDV) Tin 6 1768 BA BARSINGERHORN Registratienummer 178777183
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Hollands Noorden HOLLANDS KROON 14 april 2014 Regulier onderzoek Definitief 22 mei 2014
Inhoudsopgave Het onderzoek ................................................................................................................ 3 Observaties en bevindingen............................................................................................... 4 Pedagogisch klimaat ..................................................................................................... 4 Personeel en groepen ................................................................................................... 5 Veiligheid en gezondheid ............................................................................................... 6 Inspectie-items ............................................................................................................... 7 Gegevens voorziening .................................................................................................... 10 Gegevens toezicht ......................................................................................................... 10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum.......................................................................... 11
2 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Beschouwing Algemeen: Kinderdagverblijf (KDV) De Hooijbergh verzorgt kinderopvang voor kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Er zijn vier groepen (drie verticale groepen en één peutergroep) waar kinderen van 7.00 tot 19.00 uur kunnen worden opgevangen. Het buitenleven staat centraal: betrokkenheid bij de natuur en de zorg voor dieren. Het kinderdagverblijf beschikt over twee grote buitenspeelruimtes en dierverblijven waar de kinderen, onder begeleiding, dieren mogen verzorgen. Rond het middaguur wordt voor de kinderen een verse warme maaltijd geserveerd. De boerderij waarin het KDV is gevestigd, wordt ook buitenschoolse opvang (BSO) aangeboden. Daarnaast zijn drie peuterspeelzalen en een gastouderbureau onderdeel van kinderopvang De Hooijbergh. Inspectiegeschiedenis: Tijdens de inspectie van 2012 werd niet voldaan aan alle eisen betreffende het item 5.1 Opvang in groepen. Uit het nader onderzoek van 25 april 2013 is gebleken dat werd voldaan aan voorwaarden 1 en 2 van item 5.1. Opvang in groepen. Tijdens de reguliere inspectie van oktober 2013 werd aan alle getoetste voorwaarden voldaan. De inspectie: Sinds 1 januari 2014 is een wetswijziging van kracht. Met de herschikking van domeinen zijn verschillende inspectie-items samengevoegd. Dit resulteert in een nieuwe opmaak van het inspectierapport. Ongeacht een enkele tekstuele aanpassing, is de strekking van de voorwaarden onveranderd gebleven. Achter in het inspectierapport staan de verschillende inspectie-items en voorwaarden genoemd, met daarbij de verwijzing naar het betreffende wetsartikel. In dit onderzoek is de nadruk gelegd op het pedagogisch beleid en klimaat, diploma’s en verklaringen omtrent het gedrag, de beroepskracht-kindratio, de opvang in groepen, aspecten rondom de veiligheid en hygiëne, vierogenprincipe en de meldcode kindermishandeling. Verschillende observaties van de pedagogische praktijk hebben plaatsgevonden en documenten zijn beoordeeld. Verder heeft de toezichthouder gesprekken gevoerd met de beroepskrachten en de houder. Conclusie: Uit het huidige onderzoek is gebleken dat KDV De Hooijbergh aan de meeste geïnspecteerde voorwaarden voldoet. Aan één voorwaarde wordt niet voldaan, zie hiervoor de toelichting in het rapport en bij 'Advies aan gemeente'. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. De houder had een deel van de aangevraagde VOG's (vanwege de wetswijziging rond continue screening) in bezit en een ander deel is opnieuw aangevraagd, omdat enkele digitale aanvragen waren mislukt. Deze zullen na ontvangst worden toegezonden aan de toezichthouder.
3 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Kinderdagverblijf De Hooijbergh beschikt over een pedagogisch beleidsplan, specifiek voor het kinderdagverblijf. In november 2012 is het pedagogisch beleidsplan vernieuwd en inhoudelijk met de beroepskrachten besproken tijdens het teamoverleg. Bij De Hooijbergh wordt gewerkt met het voorschoolse educatieprogramma Startblokken. Met de kinderen worden thema's uitgewerkt en materiaal hiervoor verzameld.
Pedagogische praktijk Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Uit het inspectiebezoek is gebleken dat de pedagogische praktijk tijdens de observaties voldeed aan alle gestelde voorwaarden. Citaat observatie-instrument: “Het welbevinden van de kinderen is goed. De meeste kinderen zijn ondernemend, energiek en vol aandacht. Zij genieten van de dingen die gebeuren en die zijzelf kunnen. Zij zijn ingespannen met iets bezig, maar kunnen daarna ook weer ontspannen." Praktijkvoorbeeld: Tijdens het buitenspel van de peuters was een beroepskracht intensief met een paar kinderen aan het graven in het zand. Fanatiek waren zij bezig in hun spel en de beroepskracht stimuleerde dit door mee te denken en te begeleiden. Elders waren enkele kinderen bij de dieren om te kijken en om te voeren. Een beroepskracht begeleidde dit proces. Voor de kinderen is het een feest om taken te krijgen bij de verzorging van de dieren. Kinderen die dit keer niet aan de beurt waren, stonden voor het hek en genoten van een afstand. Andere kinderen fietsten over het parcours of vermaakten zich elders op de buitenplaats. Citaat observatie-instrument: “De overgang naar een nieuwe groep verloopt geleidelijk; kinderen worden hierop voorbereid." Praktijkvoorbeeld: Een kind kwam een paar uur wennen. Het gaat van de groep voor de jongste kinderen naar de peutergroep. Bij De Hooijbergh gebeurt de overgang naar een andere groep geleidelijk en worden de uren opgebouwd. Er werd de tijd genomen voor de overdracht met de ouder.
Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevr. A. Bakker (houder)) • Interview anderen (beroepskrachten) • Observaties (pedagogische praktijk) • Pedagogisch beleidsplan • Pedagogisch werkplan
4 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag De Overheid heeft besloten dat alle mensen, werkzaam in de kinderopvang of in het peuterspeelzaalwerk, continu moeten worden gescreend op functieaspecten passende bij hun functie. Wanneer aan de functieaspecten worden voldaan, wordt een verklaring omtrent het gedrag afgegeven. De continue screening is ingegaan vanaf 1 maart 2013. In deze regio moesten de VOG's voor 1 januari zijn aangevraagd. Dat is bij De Hooijbergh uitgesteld. Tijdens de inspectie heeft de toezichthouder geconstateerd dat een deel van de VOG's aan de voorwaarden voldoen. Een ander deel is opnieuw in aanvraag, omdat enkele digitale aanvragen waren mislukt. De bewijzen van aanvraag zijn gezien. De VOG's zijn in de conceptperiode toegestuurd aan de toezichthouder. . Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie De toezichthouder heeft op basis van een steekproef de diploma’s van de beroepskrachten beoordeeld. Iedereen in die steekproef beschikte over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de CAO kinderopvang is opgenomen. Beroepskracht-kindratio Middels een steekproef van de plannings- en presentielijsten is de beroepskracht-kindratio beoordeeld. Hieruit is gebleken dat er wordt voldaan aan de voorwaarden. Opvang in groepen De Hooijbergh vangt kinderen op in vier stamgroepen, drie groepen met maximaal zestien kinderen van 0 tot 3 jaar en één peutergroep met maximaal 16 kinderen van 3 tot 4 jaar. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevr. A. Bakker (houder)) • • Interview anderen (beroepskrachten) • Verklaringen omtrent het gedrag • Diploma's beroepskrachten • Presentielijsten • Personeelsrooster
5 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN
Veiligheid en gezondheid De documenten die de toezichthouder nodig heeft om de veiligheid en gezondheid op het kindercentrum te beoordelen waren aanwezig op de locatie. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De risico-inventarisaties zijn uitgevoerd in mei 2013. Een start is gemaakt met de inventarisaties van 2014. De beroepskrachten kunnen op de locatie alle beleidsstukken en risico-inventarisaties inzien. Tijdens de inspectie heeft de toezichthouder kunnen waarnemen hoe de warme maaltijd die tussen de middag geserveerd zou worden, bereid werd in de keuken door één van de twee vaste medewerkers die zorg dragen voor de warme maaltijden. Hierdoor was voor de toezichthouder zichtbaar dat rekening wordt gehouden met de hygiënevoorschriften betreffende voeding. Meldcode kindermishandeling Indien beroepskrachten zich zorgen maken om een kind, worden deze zorgen gedeeld met de directe collega's en na een observatieverslag te hebben gemaakt, wordt de aandachtsfunctionaris erbij betrokken. De aandachtsfunctionaris zet indien nodig een vervolgtraject in. Bij De Hooijbergh wordt tevens gewerkt met de verwijsindex. Een digitaal systeem dat risicosignalen van kinderen en jongeren van verschillende zorgaanbieders bij elkaar brengt. De kennis en het gebruik van de meldcode wordt door de houder bevorderd. Vierogenprincipe De werkwijze rondom het vierogenprincipe staat beschreven in het pedagogisch beleidsplan. Alle groepsruimtes zijn open en transparant ingericht en er wordt zorg voor gedragen dat altijd een andere beroepskracht of volwassene mee kan kijken en/of luisteren. Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevr. A. Bakker (houder)) • Interview anderen (beroepskrachten) • Risico-inventarisatie veiligheid • Risico-inventarisatie gezondheid • Actieplan veiligheid • Actieplan gezondheid • Veiligheidsverslag • Gezondheidsverslag • Meldcode kindermishandeling • Pedagogisch beleidsplan • Pedagogisch werkplan
6 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
7 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
8 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN
Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : :
kinderdagverblijf De Hooijbergh http://www.hooijbergh.nl 76 Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats Website KvK nummer
: : : : :
De Hooijbergh Tin 6 1768 BA BARSINGERHORN www.hooijbergh.nl 37102126
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Hollands Noorden Postbus 324 1740 AH SCHAGEN 0224-720620 Mevrouw M. Andela
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: HOLLANDS KROON : Postbus 8 : 1760 AA ANNA PAULOWNA
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Hoor en wederhor Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : : :
14-04-2014 01-05-2014 15-05-2014 15-05-2014 22-05-2014 22-05-2014
: 22-05-2014 : 23-05-2014
10 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Wij zijn het eens met het concept rapport. Wij hebben inmiddels alles VOG’s van alle medewerkers ontvangen en aan jou doorgemaild. Hierbij hebben wij aan de gestelde eisen voldaan.
11 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 14-04-2014 kinderdagverblijf De Hooijbergh te BARSINGERHORN