Inspectierapport
Kindcentrum Puk en Muk (KDV) Irenestraat 20 5971BS GRUBBENVORST Registratienummer 124855829
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Limburg-Noord HORST AAN DE MAAS 12-02-2014 Regulier onderzoek Definitief 10-04-2014
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................3 Observaties en bevindingen ...............................................................................................4 Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4 Personeel en groepen....................................................................................................5 Inspectie-items................................................................................................................6 Gegevens voorziening.......................................................................................................8 Gegevens toezicht............................................................................................................8 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................9
2 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 12-02-2014 Kindcentrum Puk en Muk te GRUBBENVORST
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Beschouwing Op woensdag 12 februari 2014 heeft er een onaangekondigde inspectie plaatsgevonden bij kinderdagverblijf Puk en Muk. In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van een zogeheten risicogestuurd toezicht. In het onderzoek is de nadruk gelegd op de pedagogische praktijk, het aantal beroepskrachten op de groepen en hun diploma’s en VOG’s. Kinderdagverblijf Puk en Muk is met 21 kindplaatsen opgenomen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen. Ten tijde van de inspectie is er nog maar sprake van maximaal 1 stamgroep voor kinderen van 2-4 jaar. Bij het pedagogisch handelen wordt er gebruik gemaakt van de methode 'Startblokken'. Men werkt daarbij met thema's; ten tijde van de inspectie is men bezig met allerlei activiteiten binnen het thema 'Vroeger toen ik nog een baby was'. Op grond van de met de beroepskrachten gevoerde gesprekken en uit de observaties in de praktijk is gebleken dat de pedagogiek in de praktijk prima in orde is. De pedagogisch medewerkers maken een enthousiaste en betrokken indruk. In een telefonisch gesprek met de houder geeft men aan dat er nog dit jaar een verhuizing van kinderdagverblijf Puk en Muk naar een andere locatie zal plaatsvinden. Inspectie 2014 Tijdens de huidige inspectie is geconstateerd dat de getoetste inspectie items niet volledig voldoen aan de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft de volgende voorwaarde: - een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire bevat voldoet niet. Zie voor meer informatie de toelichting in het rapport. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.
3 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 12-02-2014 Kindcentrum Puk en Muk te GRUBBENVORST
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: - emotionele veiligheid; - persoonlijke competentie; - sociale competentie; -overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. - De beroepskrachten hebben een respectvolle houding naar de kinderen. Er is verbale en nonverbale communicatie met de kinderen. De interacties tussen kind en beroepskracht zijn vriendelijk en hartelijk. Er is een duidelijke dagindeling en structuur terug te zien. Bij het begin en einde van verschillende momenten/activiteiten wordt veelal een liedje gezongen. (bijvoorbeeld tijdens het opruimen en tijdens het tafelmoment). Ook wordt er gebruik gemaakt van pictogrammen waarop zichtbaar is wat de dagindeling is. Er is informatieoverdracht tussen ouders en beroepskrachten: de beroepskrachten nemen informatie in ontvangst bij het brengen en dragen actief informatie over bij het ophalen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. - De beroepskrachten zien acties van kinderen en reageren daarop. Een groot deel van het spelmateriaal kunnen de kinderen zelf pakken. De tentoongestelde werkjes en aankleding van de ruimte houden verband met activiteiten binnen het huidige thema 'Vroeger toen ik nog een baby was'. Op de ochtend van de inspectie zijn de kinderen als activiteit binnen het huidige thema bij een babygroep gaan kijken van een dichtbijzijnde andere locatie van de houder. De beroepskrachten vertellen ook dat de kinderen om de beurt een babypop 'Sientje' mee naar huis krijgen om te logeren. De ouders schrijven dan in een schriftje wat de pop allemaal beleefd heeft tijdens het logeren. In het kringgesprek op de groep wordt dit vervolgens voorgelezen waarbij de beroepskrachten ook gerichte vragen stellen aan de kinderen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. - De beroepskrachten stimuleren de onderlinge contacten tussen de kinderen. Ze stimuleren de kinderen elkaar te helpen, samen te werken, naar elkaar te luisteren en plezier te maken. De beroepskrachten besteden niet alleen aandacht aan negatieve interacties tussen kinderen maar reageren ook op positieve acties. De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. - De beroepskrachten praten met de kinderen en geven waar nodig begrijpelijke uitleg. De kinderen worden op ooghoogte aangesproken. De beroepskrachten geven duidelijke instructies bij de bezigheden van het moment. Gebruikte bronnen: Interview anderen (Beroepskrachten) Observaties Pedagogisch beleidsplan 4 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 12-02-2014 Kindcentrum Puk en Muk te GRUBBENVORST
Personeel en groepen Binnen dit domein zijn de pedagogisch medewerkers steekproefsgewijs gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag. De beroepskracht-kindratio en de stamgroepen zijn gecontroleerd door middel van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt.
Verklaring omtrent het gedrag Steekproef VOG: de toetsing van de verklaringen omtrent het gedrag is gebaseerd op een steekproef. Alle getoetste beroepskrachten uit de steekproef beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag. Tijdens de verdere toetsing blijkt dat de verklaring omtrent het gedrag (vog) van de stagiaire niet voldoet omdat deze niet op het juiste functieaspect is gescreend. Er moet bij een vog van een natuurlijk persoon ten minste op functieaspect nummer 84 worden gescreend. Bij de betreffende vog is de persoon alleen op de functieaspecten 12 en 38 gescreend. Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Steekproef diploma's: de diploma's van de beroepskrachten die onderdeel zijn van de steekproef blijken te voldoen. Beroepskracht-kindratio De beroepskracht-kindratio voldoet op de dag van de inspectie. Ook op grond van de bezettingslijsten en de personeelsroosters van week 6, 7 is gebleken dat er voldoende personeel wordt ingezet. De voorwaarde over het afwijken van de beroepskracht-kindratio bij een openingstijd van 10 uur of langer is niet beoordeeld omdat het Puk en Muk maar 3 uur open is per opvangdag. Opvang in groepen Er is momenteel sprake van 1 stamgroep voor maximaal 14 kinderen in de leeftijd van 2-4 jaar. De houder staat wel voor 21 kinderen geregistreerd, maar in de praktijk komt het niet (meer) voor dat men deze aantallen kinderen opvangt. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Houder, via de mail.) Interview anderen (Beroepskrachten) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Arbeidscontracten Presentielijsten Personeelsrooster
5 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 12-02-2014 Kindcentrum Puk en Muk te GRUBBENVORST
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
6 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 12-02-2014 Kindcentrum Puk en Muk te GRUBBENVORST
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
7 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 12-02-2014 Kindcentrum Puk en Muk te GRUBBENVORST
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : :
Kindcentrum Puk en Muk http://www.kinderopvanghetnest.nl 21 Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats Website KvK nummer
: : : : :
't Nest Regio Grubbenvorst BV Ursulinenweide 7 5971ED GRUBBENVORST www.kdvhetnest.nl 56887604
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Limburg-Noord Postbus 1150 5900BD VENLO 088-1191200 E Backus
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: HORST AAN DE MAAS : Postbus 6005 : 5960AA HORST
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
12-02-2014 19-03-2014 24-03-2014 10-04-2014 10-04-2014
: 10-04-2014 : 17-04-2014
8 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 12-02-2014 Kindcentrum Puk en Muk te GRUBBENVORST
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. GGD Limburg Noord t.a.v. Mw. E. Backus Postbus 1150 5900 BD Venlo Grubbenvorst, 24 maart 2014 Betreft: Grubbenvorst
Zienswijze concept inspectierapport Peuterprogramma Puk en Muk,
Beste mevrouw Backus Wij zijn blij met dit positieve inspectierapport van Peuterprogramma Puk en Muk in Grubbenvorst. Vooral zijn we blij met de opmerkingen over de enthousiaste en betrokken houding van de medewerkers naar de kinderen toe. Ook met de observaties van de pedagogische praktijk waaruit blijkt dat deze dik in orde is, zijn goed om te horen. Zij doen recht aan de inzet van de pedagogisch medewerkers die zorgen dat de kinderen een fijne, leerzame ochtend hebben. Wij willen hen hier dan ook graag mee complimenteren! Tijdens de inspectie bleek verder dat weliswaar de VOG’s aanwezig waren en dat zij tijdig zijn aangeleverd. Wij hanteren als regel dat stagiaires zelf zorgen voor hun VOG, doorgaans doen de opleidingen dit voor hun leerlingen. Bij een van de stagiaires is echter een fout geconstateerd in de VOG. Alhoewel deze tijdig is aangevraagd en is afgegeven, is een van de functieaspecten waarop getoetst moet worden om te kunnen werken in de kinderopvang, niet aangekruist. Doorgaans verzorgen scholen de VOG ’s voor hun leerlingen. In dit geval was er sprake van een stage voor een opleiding die niet gewoon is VOG ’s aan te vragen voor haar leerlingen omdat deze vrijwel niet stage lopen binnen de kinderopvang. Hierdoor zijn de verkeerde functieaspecten ingevuld waardoor de VOG niet voldoet. Dit is niet opgemerkt toen de stagiaire de VOG aanleverde. Wij hebben hierop de volgende acties uitgezet: De opleiding waarvan de leerling afkomstig is, is meteen verwittigd dat deze VOG niet voldoet en dat zij in de toekomst moeten aankruisen dat stagiaires in de kinderopvang moeten worden getoetst op functieaspect 84. De leerling, waarmee toch al gesprekken gaande waren omdat hij niet voldeed aan de verwachtingen van zowel de opleiding als van ons, is gestopt met de opleiding. Hierdoor is aanwezigheid op de groep geen issue meer. Alle clustermanagers zijn op de hoogte gesteld van het feit dat deze VOG niet voldeed en zullen in de toekomst persoonlijk controleren dat de VOG’ s van stagiaires ook kloppen qua functie eisen. Zoals u weet staat kwaliteit hoog in het vaandel van onze organisatie en wij zullen er dan ook alles aan doen om deze te borgen en daar waar mogelijk te verbeteren. Met vriendelijke groet, Ghislaine Fonteijn-Driessen Directeur/bestuurder Kinderopvang ‘t Nest
9 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 12-02-2014 Kindcentrum Puk en Muk te GRUBBENVORST
10 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 12-02-2014 Kindcentrum Puk en Muk te GRUBBENVORST