Inspectierapport
de Welpen (KDV) Kees Boekelaan 16 3723BA BILTHOVEN Registratienummer 231086167
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD regio Utrecht De Bilt 13-04-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 07-05-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................3 Observaties en bevindingen ...............................................................................................4 Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4 Personeel en groepen....................................................................................................6 Inspectie-items................................................................................................................7 Gegevens voorziening.......................................................................................................9 Gegevens toezicht............................................................................................................9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 10
2 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 13-04-2015 de Welpen te BILTHOVEN
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Tijdens dit onderzoek zijn niet alle kwaliteitseisen beoordeeld, omdat er sprake is van een zogeheten risicogestuurd onderzoek. Met behulp van het model risicoprofiel zijn de inspectieactiviteiten bepaald. Deze inspectie-activiteiten richten zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk, aangevuld met aandachtspunten uit vorige inspecties. Beschouwing Inleiding De beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie. Na de feiten over het kindercentrum volgen de bevindingen op hoofdlijnen. Deze worden elders in het rapport per domein verder uitgewerkt. Algemene kenmerken Kinderdagverblijf De Welpen is onderdeel van Stichting Kinderopvang De Bilt en is samen met buitenschoolse opvang De Wilde Poema gevestigd in een pand bij basisschool De Werkplaats Kindergemeenschap. De houder van deze locatie is tevens houder van nog een aantal kinderdagverblijven en een aantal centra voor buitenschoolse opvang in de gemeente de Bilt. De Welpen biedt opvang aan kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar. De locatie staat in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP) geregistreerd met maximaal 40 kindplaatsen per dag en is geopend sinds 2012. De Welpen werkt in de peutergroep met voor- en vroegschoolse educatieprogramma Puk en Ko. Bevindingen op hoofdlijnen Op 13-4-2015 vindt de jaarlijkse inspectie plaats tijdens een eet- en drinkmoment aan tafel en tijdens vrij spel. Een van de beroepskrachten op de VVE-groep is niet in het bezit van een certificaat VVE. Conclusie De houder voldoet niet aan de eisen uit de Wet kinderopvang die tijdens dit jaarlijkse onderzoek zijn onderzocht betreffende de voor- en vroegschoolse educatie. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. In oktober 2014 is een uitbreiding van het aantal kindplaatsen van 38 naar 40 goedgekeurd. Graag aanpassen in het LRKP.
3 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 13-04-2015 de Welpen te BILTHOVEN
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen het domein 'Pedagogisch klimaat' is een observatie uitgevoerd naar de uitvoering van de pedagogische praktijk. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het veldinstrument ‘observatie kindercentrum’. Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd: ‘emotionele veiligheid’; ‘persoonlijke competentie’; ‘sociale competentie’; ‘overdracht van normen en waarden’. Per competentie staat in het veldinstrument ‘observatie kindercentrum’ een aantal criteria waar de toezichthouder op let bij de observatie. Onder het kopje ‘pedagogische praktijk’ zijn een aantal observatiecriteria in de tekst cursief gezet. Pedagogische praktijk Inleiding Gedurende de volgende momenten heeft een pedagogische observatie plaatsgevonden: vrij spelen; verschoonmoment; buiten spelen; activiteit in het kader van VVE. De beroepskrachten zijn op de hoogte van de inhoud van het beleid en handelen hiernaar. De houder draagt zorg voor de uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. Persoonlijke competentie Observatiecriterium uit het veldinstrument: 'De activiteiten passen in algemene zin bij de interesse en het ontwikkelingsniveau van de kinderen. Er is aanpassing of verandering van aanbod mogelijk voor één of enkele kinderen. Eventuele resultaatdoelen zijn gekoppeld aan individuele kinderen. Inhoud en niveau van activiteiten zijn kindvolgend.' Observatie Kinderdagverblijf De Welpen is een VVE locatie. Alle kinderen van de peutergroep doen mee met het programma. Aan de hand van observatielijsten wordt gekeken welke individueel kind op welk vlak nog extra geholpen kan worden in de ontwikkeling. Conclusie Kinderen hebben de mogelijkheid om (leer)ervaringen op te doen dankzij de groep, spelmateriaal, activiteitenaanbod en inrichting. Kinderen krijgen een voor hun passend aanbod. Sociale competentie Observatiecriterium uit het veldinstrument: 'De beroepskrachten zetten gerichte activiteiten en materialen in om kinderen te laten samenspelen. Op passende wijze (zonder verstoren) wijzen zij kinderen op elkaars mogelijkheden.' Observatie Tijdens de inspectie gaan de kinderen naar buiten om te spelen. De buitenruimte is zo ingericht dat er verschillende hoekjes zijn. De beroepskrachten wijzen de kinderen op de mogelijkheden en vormen samen met een paar kinderen een groepje om in de zandbak te spelen. Andere kinderen spelen op een fietsje. De beroepskracht helpt de kinderen om samen met de fiets te spelen. 4 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 13-04-2015 de Welpen te BILTHOVEN
Conclusie De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in hun onderlinge interactie. Conclusie Uit de observaties door de toezichthouder is gebleken dat de uitvoering van de pedagogische praktijk voldoet aan de eisen uit de Wet kinderopvang. Voorschoolse educatie De houder voldoet aan onderstaande eisen uit de Wet kinderopvang en peuterspeelzalen ten aanzien van de voorschoolse educatie: de voorschoolse educatie wordt minimaal tien uur per week aangeboden; de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen; de groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen; de beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s; de houder heeft een opleidingsplan opgesteld; de locatie maakt gebruik van het programma ‘Uk en Puk’ waarin op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. De houder voldoet niet aan de eis dat alle beroepskrachten één module hebben gevolgd over het verzorgen van voorschoolse educatie of een bewijs bezitten dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s. Conclusie De houder voldoet niet aan de onderzochte eisen uit de Wet kinderopvang en peuterspeelzalen als het gaat om de voorschoolse educatie. Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie. OF De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskrachten) Observaties (13-4-2015) Pedagogisch werkplan (Pedagogisch werkplan kinderdagverblijf De Welpen februari 2015) VVE-certificaten Opleidingsplan voorschoolse educatie
5 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 13-04-2015 de Welpen te BILTHOVEN
Personeel en groepen Binnen dit domein zijn de pedagogisch medewerkers gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en op een geldige verklaring omtrent het gedrag. De beroepskracht-kindratio en de stamgroepen zijn gecontroleerd door middel van roosters en presentielijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt. Verklaring omtrent het gedrag Tijdens de inspectie zijn de verklaringen omtrent het gedrag van de aanwezige beroepskrachten, stagiaires en vrijwilligster gecontroleerd. Het aanwezige personeel vormt de steekproef voor dit onderzoek. Conclusie De verklaringen omtrent het gedrag zijn geldig en op tijd aangevraagd. Passende beroepskwalificatie Tijdens de inspectie zijn de diploma's van de aanwezige beroepskrachten gecontroleerd. Het aanwezige personeel vormt de steekproef voor dit onderzoek. Conclusie De beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie zoals deze in de cao kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen Kinderdagverblijf De Welpen heeft 3 stamgroepen: - De Gele Welpen: verticale groep met maximaal 12 kinderen - De Groene Welpen: verticale groep met maximaal 12 kinderen - De Oranje Welpen: peutergroep met VVE met maximaal 16 kinderen Conclusie Ieder kind behoort bij een stamgroep. Beroepskracht-kindratio Op basis van een steekproef van de aanwezigheidslijsten en roosters blijkt dat de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en de aanwezige kinderen (beroepskracht-kindratio) in overeenstemming is met de daaraan gestelde eisen. Tevens wordt voldaan aan de wettelijke gestelde eisen betreffende het afwijken van de beroepskracht-kindratio op de daarvoor uitsluitend vastgestelde momenten. Conclusie Voor het aantal aanwezige kinderen en hun leeftijden worden voldoende beroepskrachten ingezet. Gebruikte bronnen: Observaties (13-4-2015) Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten (week 15 en de dag van de inspectie) Personeelsrooster (week 15 en de dag van de inspectie)
6 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 13-04-2015 de Welpen te BILTHOVEN
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Voorschoolse educatie Voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie. OF De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
7 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 13-04-2015 de Welpen te BILTHOVEN
Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt dat op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling.
(art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en art 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger werkzaam bij de onderneming is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en art 3.8g lid 3 en 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 13-04-2015 de Welpen te BILTHOVEN
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : :
de Welpen http://www.kinderopvang-debilt.nl 38 Ja
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats Website KvK nummer
: : : : :
Stichting Kinderopvang De Bilt Weltevreden 4a 3731AL DE BILT www.kinderopvang-debilt.nl 41184967
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD regio Utrecht Postbus 51 3700AB ZEIST 030-6086086 A. Boetzkes F. van Wijk
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: De Bilt : Postbus 300 : 3720AH BILTHOVEN
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
13-04-2015 30-04-2015 01-05-2015 07-05-2015 11-05-2015
: 11-05-2015 : 11-05-2015
9 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 13-04-2015 de Welpen te BILTHOVEN
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Dank voor het concept inspectie rapport. Bij deze dien ik de volgende zienswijze in. Zienswijze Kinderopvang De Bilt t.a.v. het ontbreken van een VVE certificaat voor de invaller. Op de VVE groepen hebben steeds twee medewerkers een VVE certificaat. In bijna alle situaties is dat afdoende, immers deze medewerkers nemen in de schoolvakanties, als de groepen dicht zijn, hun vakanties op. Dus het gaat alleen om die situaties dat een medewerker ziek is, of anderszins verlof heeft gekregen, en dat komt amper voor. Om in deze specifieke gevallen dan een invaller achter de hand te hebben, specifiek alleen voor de VVE groepen, die VVE gecertificeerd is, is ondoenlijk. Dat zou inhouden dat we al onze medewerkers, in ieder geval al die medewerkers die mogelijk wel eens zouden kunnen invallen op een VVE groep, zouden moeten scholen. Daar zit een aanzienlijk prijskaartje aan vast en dat zou ten kosten gaan van een betere besteding van de subsidiegelden. Daarnaast ga ik ervan uit dat de wet bedoeld is om te zorgen dat de vaste pedagogische medewerkers goed geschoold zijn, en dat is bij ons prima geregeld. In dit geval gaat het dus om een interpretatieverschil. Kinderopvang De Bilt is van mening dat het VVE programma prima geborgd is en is het dan ook niet eens met de zienswijze van de inspecteur om hier te handhaven. i.v.m. afwezigheid van ondergetekende en directeur T. Plessen kunnen aanvullende vragen aan N. Quadakkers gemaild worden. Hartelijke groet, Judith Veen Clustermanager Kindercentrum KDV De Welpen en BSO De Wilde Poema (dinsdag afwezig)
Kees Boekelaan 16 3723 BA Bilthoven 030 7500 333 www.kinderopvang-debilt.nl
10 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 13-04-2015 de Welpen te BILTHOVEN