Inspectierapport De Toverbal (KDV) Hendrik Ringenoldusstrjitte 1 a 8401 PV GORREDIJK Registratienummer 204700905
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Fryslân Opsterland 07-09-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 27-10-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 5 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 7 Inspectie-items ................................................................................................................... 9 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 12 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 12 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 13
2 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Ieder jaar wordt opnieuw onderzocht of de exploitatie van de vestiging nog in overeenstemming is met de kwaliteitseisen van de Wet kinderopvang. Een jaarlijks onderzoek kan op basis van risicogestuurd toezicht uitgevoerd worden, waarbij de intensiteit van het toezicht afgestemd wordt op de uitkomst van het risicoprofiel van de vestiging. Deze inspectieactiviteiten richten zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk, aangevuld met aandachtspunten uit vorige inspecties. De werkzaamheden van de toezichthouder bestaan in dit onderzoek uit: • Een bureauonderzoek van verkregen zakelijke gegevens en bescheiden; • Twee maal een bezoek aan de vestiging, op 07-09-2015 en op 21-09-2015. Daarnaast heeft de toezichthouder tijdens het bezoek aan de vestiging overleg gevoerd met de regioassistente en de aanwezige beroepskrachten en met de gemeente Opsterland i.v.m. de geconstateerde tekortkoming op het onderdeel beroepskracht-kindratio. Beschouwing Algemeen Kinderdagverblijf De Toverbal is samen met buitenschoolse opvang De Toverbal in één pand gevestigd. Het kinderdagverblijf maakt onderdeel uit van de kinderopvangorganisatie Timpaan. Het kinderdagverblijf is elke werkdag geopend van 7.00 - 18.30 uur. Kinderdagverblijf De Toverbal werkt met drie stamgroepen: - Stamgroep Hotsie Knotsie met maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 0 - 4 jaar - Stamgroep Pilatus Pas met maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 2 - 4 jaar - Stamgroep Hocus Pocus met maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 0 - 4 jaar. Tijdens het onderzoek op de vestiging zijn er twee stamgroepen actief: stamgroep Hotsie Knotsie en stamgroep Pilatus Pas. Op rustige dagen en in de vakanties kunnen de stamgroepen samengevoegd worden. Naast de vaste groepsruimtes kan het kinderdagverblijf gebruik maken van een gezamenlijke speelhal, een activiteitenruimte en twee aangrenzende buitenspeelruimtes. Het kinderdagverblijf biedt geen gesubsidieerde voorschoolse educatie aan. Inspectiegeschiedenis 2012 - Regulier onderzoek op basis van risicogestuurd toezicht 22-11-2012 Er zijn geen tekortkomingen geconstateerd. 2013 - Regulier onderzoek op basis van risicogestuurd toezicht 22-05-2013 Er zijn geen tekortkomingen geconstateerd. 2014 - Regulier onderzoek op basis van risicogestuurd toezicht 29-04-2014 Er zijn geen tekortkomingen geconstateerd. Huidig onderzoek Uit het onderzoek is gebleken dat kinderdagverblijf De Toverbal niet aan alle inspectie-items voldoet, die in dit onderzoek getoetst zijn. Er zijn tekortkomingen geconstateerd op het onderdeel • Beroepskracht-kindratio Overleg en overreding De regio-assistent heeft naar aanleiding van het conceptrapport contact gezocht met de toezichthouder. Timpaan werkt t.a.v. de inroostering van medewerkers samen met Randstad. Beide organisaties werken met een eigen informatiesysteem. Deze systemen zijn nog niet goed op elkaar afgestemd. Uit de extra informatie die de regio-assistent heeft aangeleverd blijkt dat er voldoende beroepskrachten zijn ingezet op de dagen waarop de tekortkomingen zijn geconstateerd. De houder voldoet aan de beroepskracht-kindratio. Advies aan College van B&W Geen handhaving.
3 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein ‘Pedagogisch klimaat’ belicht. Per aspect wordt eerst het pedagogisch beleidsplan en de praktijkobservatie beschreven. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. De beroepskrachten bespreken in een teamoverleg hun handelen (aanpak, effect op de kinderen) op vaste momenten. De beroepskrachten kennen de inhoud van het pedagogisch beleidsplan. Ze handelen conform de uitgangspunten en werkinstructies in het pedagogisch beleidsplan die gaan over het werken aan de vier pedagogische basisdoelen. Conclusie: De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat de houder voldoet aan de getoetste criteria voor de uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
Observatie van de praktijk Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk heeft de toezichthouder gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk – kindercentra en peuterspeelzalen (www.rijksoverheid.nl). Het veldinstrument is ingedeeld naar de vier pedagogische basisdoelen die zijn benoemd in de Memorie van Toelichting bij de Wet kinderopvang. Deze basisdoelen zijn: • Het waarborgen van emotionele veiligheid; • Het bieden van mogelijkheden voor kinderen tot ontwikkeling van persoonlijke competentie; • Het bieden van mogelijkheden voor kinderen tot ontwikkeling van sociale competentie; • Socialisatie; het overdragen van waarden en normen. Aan de hand van het genoemd veldinstrument is de pedagogische praktijk tijdens het onderzoek op de vestiging beoordeeld. Er heeft een observatie van de pedagogische praktijk plaatsgevonden tijdens o.a. vrij spel en een tafelmoment op stamgroep Hotsie Knotsie en Pilatus Pas. Conclusie: De beroepskrachten handelen volgens de vier basisdoelen uit de Wet kinderopvang en geven hieraan invulling zoals deze beschreven staan in het pedagogisch beleidsplan en het pedagogisch werkplan. Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (op 07-09-2015) • Interview anderen (beroepskrachten op 07-09-2015) • Observaties (op 07-09-2015) Pedagogisch werkplan (van stamgroep Hotsie Knotsie en Pilatus Pas versie augustus 2015, • ontvangen op 09-09-2015) • Informatieboekje voor ouders Welkom op de Toverbal (ontvangen op 09-09-2015).
4 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
Personeel en groepen In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein ‘Personeel en groepen’ belicht. Per aspect worden eerst de bevindingen beschreven over de peuterspeelzaal. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Verklaring omtrent het gedrag Per 1 juli 2013 is de nulmeting continue screening opgenomen in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Alle medewerkers die een verklaring omtrent het gedrag (VOG) hebben van vóór 1 maart 2013 dienen een nieuwe VOG aan te vragen. Daarmee wordt gecontroleerd of medewerkers relevante strafbare feiten hebben gepleegd in het verleden. Stagiaires, uitzendkrachten en vrijwilligers vallen vooralsnog niet onder de continue screening en zullen tweejaarlijks een nieuwe VOG moeten aanleveren. De verklaringen omtrent gedrag van 8 vaste beroepskrachten, 4 invalkrachten, de regio assistent, de intern begeleider en de 2 stagiaires zijn getoetst, op basis van de aangeboden verklaringen omtrent gedrag. Conclusie: De getoetste verklaringen omtrent het gedrag voldoen aan de gestelde eisen.
Passende beroepskwalificatie Voor de kindercentra worden de beroepskwalificatie-eisen en bewijsstukken, genoemd in de collectieve arbeidsovereenkomst kinderopvang, aangemerkt als passende beroepskwalificaties. De beroepskwalificatie van 8 vaste beroepskrachten en 4 invalkrachten zijn getoetst, op basis van de door de houder aangeboden diploma's. Conclusie: Uit de toetsing is gebleken dat de beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie.
Opvang in groepen Een stamgroep is een vaste groep kinderen in de dagopvang in een passend ingerichte vaste groepsruimte. Kinderdagverblijf De Toverbal werkt met twee stamgroepen; stamgroep Hotsie Knotsie met maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 0 - 2 jaar en stamgroep Pilatus Pas met maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 0 - 4 jaar. Op rustige dagen en in de vakanties worden de stamgroepen samengevoegd. Uit de steekproef van de aanwezigheidslijsten van de kinderen en de roosters van de beroepskrachten met betrekking tot de maanden juni en augustus 2015 blijkt dat de opvang plaatsvindt in stamgroepen. In de praktijk bestaat de stamgroep Hotsie Knotsie uit maximaal 8 kinderen en stamgroep Pilatus Pas uit maximaal 12 kinderen. Conclusie: De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat, op het item opvang in groepen, de houder voldoet aan de getoetste criteria in bovenstaande periode.
5 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
Beroepskracht-kindratio Het minimale aantal beroepskrachten in relatie tot het aantal aanwezige kinderen bij een gemengde leeftijdsgroep in een kindercentrum wordt, met in achtneming van uitzonderingen in de wet- en regelgeving, bepaald met behulp van een rekentool die bekend is gemaakt via de website www.rijksoverheid.nl. Hierbij is er de mogelijkheid bij openingstijden van 10 uur of langer om maximaal 3 uur af te wijken betreffende het begin van de dag, de lunchpauze en het einde van de dag. Gedurende de schooldagen kan dit ten hoogste een half uur per dag zijn. Dit onderdeel is door middel van een steekproef uit de feitelijke aanwezigheidslijsten van de kinderen en de (inval)roosters van de beroepskrachten met betrekking tot de maanden juni en augustus 2015 getoetst. •
Uit de steekproef is geconstateerd dat kinderdagverblijf De Toverbal op onderstaande data niet voldoet aan de beroepskracht-kindratio:
Groep:
Groep Hotsie Knotsie
Groep Pilatus Pas
Aantal kinderen: 0 1 2 3 0 1 2 3
jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar
– – – – – – – –
Datum:
2 4 0 0 0 0 4 5
Aantal beroepskrachten nodig:
Werkelijk aanwezige beroepskrachten volgens rooster:
25-082015 ochtend
2
1
27-082015 ochtend
2
1
Overleg en overreding De regio-assistent heeft naar aanleiding van het conceptrapport direct contact opgenomen met de toezichthouder. Timpaan heeft een pilottraject lopen met Randstad m.b.t. de planning van beroepskrachten over alle vestigingen van Timpaan Kindercentra. Randstad werkt met zijn eigen planningssysteem Iplan en Timpaan werkt met een Excellijst (rooster inzet beroepskrachten) en met Kocon (kindplanning). Op de twee dagen dat er tekortkomingen zijn geconstateerd op de beroepskracht-kindratio zijn er 2 kinderen met spoed op het kinderdagverblijf geplaatst. Hierdoor diende er een 2e beroepskracht ingezet te worden. Randstad heeft dit wel in Iplan geregistreerd maar (in deze situatie) zijn de gegevens niet doorgelust naar de Excellijst van Timpaan/KDV De Toverbal. De regio-assistent heeft extra informatie aan de toezichthouder verstrekt waaruit blijkt dat er op 25-08-2015 en op 27-082015 voldoende beroepskrachten op groep Hotsie Knotsie en op groep Pilatus Pas hebben gewerkt, conform de beroepskracht-kindratio. De regio-assistent zal het geconstateerde probleem gaan bespreken met het management van Timpaan. Conclusie: De toezichthouder constateert dat de houder voldoet aan de getoetste criteria in bovenstaande periode op het gebied van de beroepskracht-kindratio.
Gebruikte bronnen: • Interview anderen (beroepskrachten op 07-09-2015) Observaties (op 07-09-2015) • • Verklaringen omtrent het gedrag (ontvangen op 09-09-2015) • Diploma's beroepskrachten (ontvangen op 09-09-2015) • Presentielijsten (periode juni en augustus 2015, ontvangen op 09-09-2015) • Personeelsrooster (periode juni en augustus 2015, ontvangen op 09-09-2015) • website 1ratio.nl (geraadpleegd op 17-09-2015 en op 02-10-2015) • E-mail regio-assistent m.b.t. informatie inzet beroepskrachten (02-10-2015, 04-10-2015, 1210-2015 en 14-10-2015) • Foto’s planningssysteem Randstad m.b.t. inzet beroepskrachten 25-08-2015 en 27-08-2015 (ontvangen op 12-10-2015 en 14-10-2015). 6 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
Veiligheid en gezondheid In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein ‘Veiligheid en gezondheid’ belicht. Per aspect worden eerst de bevindingen beschreven over het kindercentrum. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder van een kindercentrum voert een beleid dat ertoe leidt dat de veiligheid en de gezondheid van de op te vangen kinderen in elk door hem geëxploiteerd kindercentrum zoveel mogelijk is gewaarborgd. De houder van het kindercentrum legt, voor zover hierin niet wordt voorzien bij of krachtens andere wet- en regelgeving, in een risico-inventarisatie schriftelijk vast welke risico's de opvang van kinderen met zich brengt. Tijdens de inspectie wordt de risicoinventarisatie veiligheid en gezondheid steekproefsgewijs getoetst aan de verschillende ruimtes en aan de praktijk. De risico-inventarisaties veiligheid en gezondheid zijn uitgevoerd op 01-05-2015. Er is gebruik gemaakt van het model van Stichting Consument en Veiligheid en van het model van het Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid. Risico's worden geborgd middels het werken met de documenten borging veiligheid en gezondheid, gedrag- en huisregels en protocollen. Op de vestiging is een protocollenmap aanwezig. Hiernaast kunnen de medewerkers de protocollen opzoeken op intranet. Uit de steekproef van de praktijk zijn onderstaande risico's naar voren gekomen die niet zijn opgenomen in de inventarisatielijst/ het actieplan: • Op de tussenwand in de poppenkamer zijn de tegeltjes/spiegeltjes beschadigd waardoor er scherpe uiteinden zijn ontstaan. De houder heeft gelijk actie hierop ondernomen. De poppenkamer wordt grondig aangepakt. De tegeltjes/spiegeltjes zijn op de tussenwand verwijderd. De tussenwand en de muren van de poppenkamer worden gesausd. • De bank in de ruimte van de peuters is beschadigd. De houder heeft aangeven dat er eind september 2015 een nieuwe bank wordt geplaatst. • De aan- en afvoerbuizen van de radiatoren zijn op de vestiging niet afgeschermd. De kinderen kunnen de (hete) buizen aanraken. De toezichthouder gaat er vanuit dat de houder op korte termijn hierop maatregelen gaat nemen. Conclusie: De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat de houder hiermee voldoet aan de getoetste criteria op het gebied van veiligheid en gezondheid.
Meldcode kindermishandeling Ter versterking van de aanpak van kindermishandeling is vanaf 1 juli 2013 de 'Wet meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling' van kracht. Kinderdagverblijf De Toverbal beschikt over de meldcode kindermishandeling van de Brancheorganisatie Kinderopvang (juli 2013) waarin een duidelijke procedure is vastgelegd die gevolgd wordt in het geval van een (vermoeden) van kindermishandeling en/of seksueel geweld. De sociale kaart is aangepast op de organisatie Timpaan Kinderopvang en op Gemeente Opsterland. De beroepskrachten hebben aangegeven dat de meldcode jaarlijks wordt besproken in een teamvergadering. Conclusie: De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat de houder hiermee voldoet aan de getoetste criteria van de meldcode kindermishandeling.
7 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (op 07-09-2015) • Interview anderen (beroepskrachten op 07-09-2015) • Observaties (op 07-09-2015 en op 21-09-2015) Risico-inventarisatie veiligheid (versie 01-05-2015, van alle drie groepen ontvangen op 09-09• 2015) Risico-inventarisatie gezondheid (versie 01-05-2015, van alle drie groepen ontvangen op 09• 09-2015) Actieplan veiligheid (leefruimtes, buitenruimtes, keuken en washok, laarzenhalletje, omgeving, • sanitair en verschoonruimte, ontvangen op 09-09-2015) • Actieplan gezondheid (binnenmilieu, buitenmilieu en ziektekiemen, ontvangen op 09-09-2015) • Veiligheidsverslag (2015, ontvangen op 09-09-2015) • Gezondheidsverslag (2015, ontvangen op 09-09-2015) • Meldcode kindermishandeling (versie juli 2013, ontvangen op 21-8-2014) • Borging gezondheid binnenruimte, ziektekiemen, buitenruimte en medisch handelen (ontvangen op 09-09-2015) • Borging veiligheid buitenruimte, leefruimte, laarzenhal, omgeving, sanitair en personeelskamer, keuken en slaapruimtes (ontvangen op 09-09-2015) • Handleiding voor de meldcode (versie juli 2013) • Sociale kaart Opsterland (ontvangen op 21-08-2014) • E-mail regio assistente stand van zaken poppenkamer (ontvangen op 16-09-2015).
8 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger, is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9, art 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
10 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
11 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: De Toverbal : 48 : Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats Website KvK nummer
: : : : :
Timpaan kindercentra Badweg 28 8401 BL GORREDIJK www.timpaankindercentra.nl 01109026
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Fryslân Postbus 612 8901 BK LEEUWARDEN 088-2299222 Mevrouw H. Bijl
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Opsterland : Postbus 10000 : 9244 ZP BEETSTERZWAAG
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : : :
07-09-2015 02-10-2015 27-10-2015 27-10-2015 28-10-2015 28-10-2015
: 11-11-2015
12 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
De houder kan zich vinden in de zienswijze van de toezichthouder. Bevindingen van de toezichthouder zullen worden opgevolgd.
Met vriendelijke groet,
Jitske de Boer Regio assistent Timpaan Kindercentra
13 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 07-09-2015 De Toverbal te GORREDIJK