Het Inspectieloket Wegvervoer is een activiteit van het programma Eenduidig Toezicht waarin Rijksinspecties en andere toezichthouders werken aan minder, beter en duidelijker toezicht voor ondernemers en instellingen.
Inspectieloket
Wegvervoer
Brancheinventarisatie
Foto’s: Inspectie Verkeer en Waterstaat
Rapport Datum
25 januari 2007
Branche inventarisatie Wegvervoer Project Frontoffice Wegvervoer
Datum
Pagina
18 september 2006
2
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Inhoudsopgave 1
Inleiding
5
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Toezichtdomein Wegvervoer Context project Reikwijdte van het project Doelstellingen en uitgangspunten Inventarisatiedocument wegvervoer
5 5 6 6 7
2
Het domein Wegvervoer
8
2.1 2.2 2.3 2.4
Beroepsgoederenvervoer Busvervoer Taxivervoer Werkgeversorganisaties en brancheorganisaties
8 11 12 13
3
Het toezicht in het wegvervoer (Intensiteit)
15
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10 3.11
Toezichthouders en thema’s in het wegvervoer Relevante wetgeving Inspectie Verkeer en Waterstaat VROM-Inspectie Arbeidsinspectie Algemene Inspectiedienst Voedsel en Waren Autoriteit Korps Landelijke Politiediensten Douane Samenwerking rijksinspecties en ICT Ontwikkelingen in het wegvervoer en het toezicht
15 15 17 23 26 29 32 35 39 42 43
4
Toezichtlast
46
4.1 4.2
Kwantitatieve toezichtlast Kwalitatieve toezichtlast
46 47
5
Definities van gehanteerde termen
50
Datum
Pagina
18 september 2006
3
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Voorwoord Dit rapport behandelt de context, organisatie, inhoud en intensiteit van het toezicht in het domein Wegvervoer. Het is een product in het kader van het project Frontoffice Wegvervoer. De Inspectie Verkeer en Waterstaat voert dit project uit in samenwerking met relevante branchepartijen, een aantal andere rijksinspecties en overige toezichthouders in het domein Wegvervoer. Doel van het Frontoffice Wegvervoer is dat ondernemers op het gebied van toezicht te maken krijgen met één aanspreekpunt. Het project is één van de uitwerkingen van het kabinetsplan Eenduidig Toezicht, dat streeft naar vermindering van de toezichtlast voor ondernemers met gemiddeld 25% door efficiënte en effectieve samenwerking tussen toezichthouders. Op weg naar dit doel, is een goede probleemanalyse belangrijk. We willen een helder beeld krijgen van hoe het toezicht in het domein er in al zijn diversiteit uitziet en hoe ondernemers in het wegvervoer het ervaren.Welke toezichthouders zijn in het domein actief, hoe wordt er toezicht gehouden en hoe wordt het toezicht door de onder toezicht staande ondernemers ervaren? Dit rapport geeft op deze vragen een antwoord. Daarnaast dient het rapport als kennis en informatiebasis, werkdocument en naslagwerk voor betrokkenen bij het project Frontoffice Wegvervoer. Deze inventarisatie is een eerste stap op weg naar eenduidig toezicht in het wegvervoer.
Datum
Pagina
18 september 2006
4
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Leeswijzer HOOFDSTUK 1 Het eerste hoofdstuk geeft een schets van de context van het project Frontoffice Wegvervoer en het doel van dit rapport daarbinnen. HOOFDSTUK 2 In dit hoofdstuk presenteren we een inventarisatie van het domein Wegvervoer. We geven antwoord op de volgende vragen: Uit hoeveel bedrijven bestaat het domein? Welke toezichthouders zijn actief? Welke activiteiten ondernemen de verschillende partijen in het domein? HOOFDSTUK 3 Dit hoofdstuk vormt de kern van het rapport. De diverse toezichthouders en hun toezichtactiviteiten in het domein worden kwantitatief en kwalitatief beschreven. Relevante ontwikkelingen in het toezicht - en in het bijzonder op het gebied van samenwerking - komen hierbij aan bod. HOOFDSTUK 4 Naast het feitelijke toezicht, is het van belang hoe de bedrijven in het domein de toezichtlast beleven. Doel van dit hoofdstuk is inzicht verwerven in de knelpunten van het toezicht, en waar verbeteringen mogelijk zijn.
Datum
Pagina
18 september 2006
5
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
1 Inleiding Dit rapport is onderdeel van de eerste fase van het project Frontoffice Wegvervoer, als onderdeel van de rijksbrede ambitie om tot eenduidig toezicht te komen.
1.1 Toezichtdomein Wegvervoer Verschillende partijen hanteren mogelijk afwijkende definities van het ´domein Wegvervoer´. De Inspectie Verkeer en Waterstaat definieert dit domein als bestaande uit: 1. Taxivervoer, bestaande uit het straattaxivervoer en het contractvervoer; 2. Busvervoer, bestaande uit het collectief en besloten busvervoer; 3. Beroepsgoederenvervoer over de weg; 4. het Eigen vervoer over de weg. In hoofdstuk 3 volgt een beschrijving van een aantal relevante ‘facts en figures’ van het domein.
1.2 Context project Op 1 september 2006 heeft het kabinet besloten tot de start van het project Eenduidig Toezicht. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan de op 23 februari 2006 door de Tweede Kamer aangenomen motie Aptroot c.s.1 In die motie vraagt de Tweede Kamer om de oprichting van één inspectie -en controledienst voor het bedrijfsleven per 1 januari 2009. Achterliggende gedachte is vermindering van de onnodige last die bij bedrijven door het toezicht wordt veroorzaakt. Het kabinet richt zich met het project Eenduidig Toezicht op het per domein van toezicht reduceren van de toezichtlast voor bedrijven met gemiddeld 25% en het verbeteren van de efficiency van inspecties en de kwaliteit en effectiviteit van het toezicht. In het domein Wegvervoer is in dit kader in maart 2006 gestart met het project ICT Wegvervoer. Dit project richt zich op een vermindering van toezichtlast voor bedrijven in het goederen -, bus -en personenvervoer en het realiseren van een effectiever en efficiënter toezicht door optimaal gebruik te maken van de mogelijkheden van soft -en hardware ontwikkelingen op ICT- gebied. Hiermee wordt een stevige basis gelegd voor de informatiehuishouding van het Frontoffice Wegvervoer. 1
Kamerstukken II, Vergaderjaar 2005-2006, 29362, nr. 77
Datum
Pagina
18 september 2006
6
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Op 1 januari 2007 zijn er frontoffices voor Horeca, Primaire bedrijven en Ziekenhuizen. In de loop van 2007 opent het Frontoffice Wegvervoer.
1.3 Reikwijdte van het project Het project richt zich in eerste instantie op het toezicht door rijksinspectiediensten die actief zijn in het wegvervoer. Andere overheden zullen, voor zover relevant, in een latere fase worden betrokken.
1.4 Doelstellingen en uitgangspunten Binnen het domein Wegvervoer zal de toezichtlast voor bedrijven en instellingen met gemiddeld 25% verminderen en de efficiency van inspecties en de kwaliteit en effectiviteit van het toezicht zal toenemen. Met deze doelen wordt een Frontoffice Wegvervoer ingericht dat enerzijds het enig aanspreekpunt voor bedrijven moet worden en anderzijds een coördinerende rol naar de backoffices van de aangesloten toezichthouders zal vervullen. Uitgangspunten zijn de volgende overwegingen. Wie wetten en regels stelt of vergunningen afgeeft, doet dat om de samenleving zekerheid en bescherming te bieden. Burgers, bedrijven en instellingen moeten erop kunnen vertrouwen dat de verplichtingen worden nageleefd en dat risico’s worden beheerst. Daarbij hoort ook toezicht en ingrijpen als het niet goed gaat. De kernvraag is dan ook niet of er toezicht nodig is. Dat staat vast. De kernvraag is hoe we het toezicht goed organiseren zodat er sprake is van merkbaar minder toezichtlast, betere resultaten en duidelijkheid voor bedrijven en instellingen. Toezichtlast heeft bijna altijd diverse oorzaken, die ook nog eens variëren van domein tot domein. Zo verschilt de problematiek op Schiphol sterk van die bij de horeca, de problematiek in de ziekenhuizen van die in de kinderopvang en de problematiek in de metaal van die in het Wegvervoer. Dat vraagt dus om een oplossing op maat. Uitgangspunt is daarom dat in gezamenlijk overleg met zowel de branche als de verschillende toezichthouders in het domein, de daadwerkelijke inrichting van het frontoffice handen en voeten krijgt. Deze werkwijze is in lijn met de maatschappelijke behoefte om de toezichtketen om te draaien. In plaats van uit te gaan van de interne organisatie van het rijk komt het bedrijf of de instelling centraal te staan.
Datum
Pagina
18 september 2006
7
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
1.5 Inventarisatiedocument wegvervoer Dit rapport is onderdeel van de eerste fase van het project Frontoffice. Het inventariseert de beschikbare informatie over het toezicht in het domein Wegvervoer, zowel feitelijk als ervaren.. Een reëel beeld van dit toezicht en van de beleving daarvan door de ondernemer, is de gewenste uitkomst van deze inventarisatie. Daarmee vormt het rapport de basis voor de probleemanalyse, afbakening, doelstelling en effectieve oplossingsrichtingen die in het project Frontoffice worden gekozen. Tevens wordt een gezamenlijk beeld en kennisbasis gecreëerd voor de belanghebbendenbij en deelnemers aan het project. De volgende vragen komen aan bod: - Wat verstaan we onder wegvervoer? - Wie zijn de spelers in het toezicht wegvervoer? - Hoe is het toezicht door (rijks)inspecties in het wegvervoer georganiseerd? Wat zijn de ontwikkelingen hierin? - Hoe wordt het toezicht door bedrijven in het domein wegvervoer beleefd? Wat zijn aanbevelingen van bedrijven in het domein? - Hoe is de samenwerking tussen inspecties momenteel georganiseerd? Op basis van het beeld dat in deze rapportage ontstaat en de in het kader van het project Frontoffice uit te voeren meetmethodiek zullen functionaliteiten worden geformuleerd ter vermindering van de toezichtlast en verhoging van de effectiviteit van de toezichthouders.
Datum
Pagina
18 september 2006
8
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
2 Het domein wegvervoer In dit hoofdstuk volgt een beschrijving van het domein Wegvervoer. We geven antwoord op de volgende vragen: Uit hoeveel bedrijven bestaat het domein?Welke toezichthouders zijn actief? Welke activiteiten ondernemen die partijen in het domein?Naar aanleiding hiervan bakenen we het domein af. Het domein Wegvervoer beslaat in de eerste plaats de bedrijven die zijn aangesloten bij de brancheorganisaties EVO, TLN, KNV en VERN. Deze brancheorganisaties bereiken naar verwachting meer dan 90% van de onder toezicht staande bedrijven in het domein. Het wegvervoer bestaat uit het beroepsgoederenvervoer, het eigen vervoer en het personenvervoer. Het personenvervoer bestaat uit het geregeld besloten personenvervoer over de weg (touringcar) of ongeregeld personenvervoer per taxi of autobus en het collectief busvervoer zoals het stads -en streekvervoer. Circa 80% van het taxivervoer is contractvervoer. Het goederenvervoer kan worden onderverdeeld in tankvervoer, containervervoer, bulk en stukgoed. Binnen de sector vervoer valt tenslotte ook de zogenaamde dienstverlening ten behoeve van vervoer: de op - en overslag van goederen, gerelateerd aan het stuwadoors - en cargadoorswerk.
2.1 Beroepsgoederenvervoer Op 1 januari 2006 telt Nederland circa 12.000 transportbedrijven met een vergunning voor beroepsgoederenvervoer over de weg. Vergunningen worden verleend door het NIWO. Het aantal vergunninghouders dat naast hun binnenlandse vergunning beschikt over een Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer bedraagt 9.842. De overige 2.202 vergunninghouders hebben alleen een binnenlandse vergunning. Het gaat daarbij om ongeveer 104.000 vrachtwagens. Uit cijfers van TLN blijkt dat bijna 60% van de bedrijven een tot vier werknemers in dienst heeft, het gaat dus overwegend over kleine bedrijven. Tegelijkertijd is er sprake van een toename van het aantal grote ondernemingen. Het aantal vergunninghouders in het bestand van Stichting NIWO bedraagt ca. 19.000, waarvan 16 á 17.000 actief. Het aantal eigen vervoerders en in Nederland actieve buitenlandse transporteurs is onbekend. Tussen de inwerkingtreding van de Wet Goederenvervoer over de weg (Wgw) op 1 mei 1992 en 2001 vond een stormachtige groei van het aantal transportbedrijven plaats. In die periode kwamen er per saldo ruim 3.650 bedrijven bij. In 2001 nam het totale aantal bedrijven voor het eerst af, dit
Datum
Pagina
18 september 2006
9
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
duurde voort tot en met 2003. In 2004 zijn er per saldo weer bedrijven bijgekomen, in 2005 is er sprake van geringe daling.
Bron: NIWO
In 2004 hebben Nederlandse wegtransportbedrijven 11,6% meer tonkilometers gemaakt dan in 2003. Binnenlands nam de vervoerprestatie met 6% toe, in het grensoverschrijdende vervoer nam deze zelfs met ruim 14% toe. De binnenlandse vervoerprestatie steeg naar 24,2 miljard tonkilometer. In het internationaal vervoer nam de vervoerprestatie toe naar 51,2 miljard tonkilometer. Opgeteld komt de totale vervoerprestatie van het Nederlandse beroepsgoederenvervoer over de weg in 2004 uit op 75,4 miljard tonkilometer. Vanwege lange gemiddelde ritafstanden neemt het grensoverschrijdende vervoer een groot deel (68%) in van deze totale vervoerprestatie. Het aandeel van het binnenlands vervoer is 32%. De omvangrijkste vervoerrelaties zijn Duitsland, Frankrijk en België. Van de nieuwste EU-landen zijn Tsjechië en Hongarije de belangrijkste. De vervoersprestatie uitgedrukt in aantal ritten bedraagt ongeveer 103 miljoen ritten per jaar. Dit cijfer is de som van het aantal ritten binnenlandse vervoerders (circa 61 miljoen) en het aantal ritten buitenlandse vervoerders (42 miljoen).
Datum
Pagina
18 september 2006
10
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Het aantal faillissementen onder vergunninghouders is in 2005 ten opzichte van 2004 sterk toegenomen. Er gingen bijna 40% meer bedrijven failliet dan in 2004. Er is in 2005 151 keer een faillissement uitgesproken over een NIWOvergunninghouder. Dat komt neer op 12,5 faillissementen per 1.000 vergunninghouders.
Bron: NIWO
In alle grootteklassen is een toename van het aantal faillissementen te zien ten opzichte van 2004, maar vooral de middelgrote bedrijven met '21-50 vergunningbewijzen’ en grote bedrijven met ‘>50 vergunningbewijzen’ gingen veel vaker failliet dan in 2004. Een faillissement treft vaak jonge bedrijven, 44% van alle failliete vergunninghouders bestond korter dan vijf jaar. Binnen de totale groep
Datum
Pagina
18 september 2006
11
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
vergunninghouders nemen de jonge bedrijven juist een veel kleinere plaats in, 21% is nog geen vijf jaar oud. In de faillissementscijfers is deze groep dus duidelijk oververtegenwoordigd. De bestaansduur van 30% van de failliete bedrijven was langer dan tien jaar, terwijl 55% van alle huidige vergunninghouders langer dan tien jaar bestaat. Volgens cijfers van het CBS is het totale aantal faillissementen in Nederland slechts gering toegenomen. Er zijn 2% meer faillissementen over alle bedrijven en instellingen uitgesproken dan in het voorgaande jaar, namelijk 6.780 faillissementen in 2005. Een mogelijke oorzaak hiervoor is de stagnerende economie. Het CBS verdeelt de bedrijven over negen sectoren. Binnen de sector 'vervoer, opslag en communicatie' nam het aantal faillissementen wel flink toe. In deze sector gingen 469 bedrijven failliet, 26% meer dan vorig jaar. NIWOvergunninghouders maken deel uit van deze sector.
2.2 Busvervoer Het busvervoer is onder te verdelen in het collectief personenvervoer en het besloten busvervoer. Het collectief personenvervoer is het openbaar vervoer per bus (volgens dienstregeling) dat voor iedere burger toegankelijk is. Het besloten busvervoer is al het busvervoer dat niet openbaar is, met een verdeling naar: • • •
Onbeperkt vervoer, uitgevoerd door de vervoersbedrijven; Beperkt vervoer, zoals het eigen vervoer van bedrijven; Grensoverschrijdend busvervoer, onderverdeeld in geregeld vervoer (‘internationaal’ openbaar vervoer), cabotage, eigen vervoer en ongeregeld vervoer.
In vergelijking met voorgaande jaren ontstaat enerzijds een schaalvergroting door de samenvoeging van (kleinere) busondernemingen, anderzijds krimpen de grotere bedrijven het aantal bussen in. Het grensoverschrijdend vervoer per bus loopt terug door de concurrerende prijzen van vervoer per vliegtuig. In 2005 zijn er, net als in 2004, zeven busondernemingen failliet gegaan. Eind 2005 bestaat het domein uit: 1. Onbeperkt besloten busvervoer (CPV): 560 busondernemingen met in totaal ongeveer 5.000 touringcars. 2. Beperkt besloten busvervoer (CPV-beperkt): bijna 230 bus ondernemingen en ongeveer 320 touringcars.
Datum
Pagina
18 september 2006
12
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Naar schatting werken er circa 10.000 chauffeurs in het besloten vervoer, waarvan een aanzienlijk deel werkzaam is als oproepkracht (Bron: jaarbericht 2005, IVW). Bij KNV Busvervoer zijn vrijwel alle busvervoerbedrijven aangesloten die werkzaam zijn in het toeristisch, zakelijk en groepsvervoer. Gezamenlijk exploiteren zij ruim 85% van de ongeveer 4.500 á 5.000 bussen en touringcars. De bedrijven zijn verantwoordelijk voor ongeveer 10.000 werknemers (KNV).
2.3 Taxivervoer Het taxivervoer is verdeeld in twee categorieën: 1. het straattaxivervoer en 2. het contractvervoer. De taximarkt bestaat voor ongeveer 80% uit contractvervoer, te weten het ziekenvervoer, scholierenvervoer en de treintaxi. Deze deelmarkt is vooral in handen van de grotere taxibedrijven. Bij straattaxi en belwerk vervoeren chauffeurs naar aanleiding van een oproep door de centrale. Deze categorie bestrijkt niet meer dan 20% van de markt, maar bepaalt wel sterk het beeld van de taxibranche in de samenleving. Het subdomein bestaat eind 2005 uit: 5.560 ondernemingen, ongeveer 40.000 chauffeurs en ongeveer 25.500 taxi’s, waarvan 25,5% in de vier grote steden. Ontwikkelingen in het taxivervoer: Het aantal taxiondernemers met één vergunningbewijs, de zogenoemde eigen rijders, neemt af. In 2001 was dit nog 60,5% van het totale aantal ondernemers, eind 2005 is dit nog maar 49,8%. De daling van het aantal eenmanszaken dat gebruik maakt van procuratiehouders om aan de vakbekwaamheideis te voldoen (2005: 391, 2002: 1.222), is waarschijnlijk het gevolg van het grote aantal, vooral jongere, ondernemers dat vanaf 2002 het vakdiploma taxivervoer ondernemer heeft behaald en daarmee niet meer afhankelijk is van de procuratiehouder. Het aantal vakbekwame taxiondernemers stijgt van 1.116 (2001) tot 3.095 (2005). Het aantal kleine ondernemingen dat de VOF (vennootschap onder firma) als rechtsvorm kiest, neemt toe (14,7% van het aantal vergunningen in 2002 naar 18,2% in 2005). Met name de mogelijkheid voor chauffeurs om op deze manier als zelfstandig ondernemer te functioneren doet veel ondernemers voor deze ondernemingsvorm kiezen. Ook kent de VOF-constructie het voordeel dat van de leidinggevenden (de vennoten of directeuren) slechts één hoeft te voldoen aan de eis van vakbekwaamheid. Andere redenen zijn dat door samenwerking
Datum
Pagina
18 september 2006
13
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
meer resultaat wordt geboekt en het hoofd kan worden geboden aan de sterke concurrentie. Het aantal aanvragen voor nieuwe chauffeurspassen (= bewijs dat een chauffeur voldoet aan vastgestelde eisen) daalt sinds de invoering in 1999. Met name in 2004 daalt het aantal sterk. Dat is voor een groot deel te wijten aan de invoering van het chauffeursdiploma dat per 1 juli 2004 verplicht is en dat nodig is om een pas te kunnen verkrijgen. Bovendien bestaat er onduidelijkheid over de invoering en de eisen van de beperkte chauffeurspas. Het is opvallend dat het aantal vergunningen en chauffeurspassen in Den Haag en Rotterdam wel stijgt. De groei van het aantal vergunningen (= bewijs dat men is toegelaten tot het beroep van taxi-ondernemer) en vergunningbewijzen (= max. 5 jaar geldig bewijs dat de ondernemer voor elke taxi moet aanvragen) is buiten de grote steden veel groter dan daarbinnen. In de twintig grootste steden stijgt het aantal met 18% (2005: 3.128, 2001: 2.660), daarbuiten met 31% (2005: 2.432, 2001: 1.861). Almere is een uitzondering: tussen 2001 en 2005 stijgt het aantal ondernemingen van 98 naar 182, een groei van 86%. Het aantal bijbehorende vergunningbewijzen stijgt van 186 naar 336, een groei van ruim 80%. Het gaat hier voornamelijk om ‘Amsterdamse’ taxiondernemers die voorheen statutair gevestigd waren bij een boekhoudkantoor in Amsterdam, maar die hun vergunning tegenwoordig registreren op het woonadres in Almere.
2.4 Werkgeversorganisaties en brancheorganisaties In het domein Wegvervoer zijn een aantal belangrijke belangenbehartigers actief ten behoeve van ondernemers in het beroepsgoederenvervoer en de logistieke dienstverlening: De vereniging Transport en Logistiek Nederland (TLN) is de ondernemersorganisatie voor het goederenvervoer en de logistieke dienstverlening. De vereniging heeft ten doel (1) het verenigen van de beroepsgoederenvervoerders en logistieke dienstverleners in één algemene organisatie, (2) het bevorderen van een gezonde ontwikkeling van het beroepsgoederenvervoer en de logistieke dienstverlening, (3) het in de ruimste zin behartigen van de economische, sociale en vaktechnische belangen van het Nederlandse beroepsgoederenvervoer en de Nederlandse logistieke dienstverlening in het algemeen en die van haar leden in het bijzonder. TLN telt circa 6.000 aangesloten leden. De algemene leiding van de Vereniging berust bij de besturen van Transport en Logistiek Nederland, te weten het Algemeen Bestuur en het Dagelijks Bestuur. De besturen staan onder leiding van de Algemeen Voorzitter, die als eerste verantwoordelijke het TLN beleid naar de overheid, politiek, andere organisaties, nationaal en internationaal representeert.
Datum
Pagina
18 september 2006
14
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Koninklijk Nederlands Vervoer (KNV) is de werkgeversorganisatie in het beroepsgoederen - en beroepspersonenvervoer, waarbij ondernemingen werkzaam in besloten busvervoer, taxivervoer, openbaar vervoer en goederenvervoer zijn aangesloten. Bij KNV Busvervoer zijn vrijwel alle busvervoerbedrijven aangesloten die werkzaam zijn in het toeristisch, zakelijk en groepsvervoer. Gezamenlijk exploiteren zij ruim 85% van de ongeveer 5.000 bussen en touringcars. De 300 aangesloten ondernemers zijn verantwoordelijk voor ongeveer 10.000 werknemers. KNV Goederenvervoer is de werkgeversorganisatie van de grotere toonaangevende beroepsgoederenvervoerbedrijven en logistieke dienstverleners in Nederland. KNV Taxi is de brancheorganisatie in Nederland voor het taxivervoer en telt circa 450 aangesloten ondernemers met 11.000 voertuigen en 25.650 werknemers. Deze bedrijven bieden professioneel personenvervoer in de vorm van contractvervoer (gehandicapten -, zieken -, treintaxi -, vip -, bedrijfs en leerlingenvervoer), collectief vraagafhankelijk vervoer (CVV) en straat taxivervoer. De V.E.R.N. (Verenigde Eigen Rijders Nederland) is mede opgericht om voor de Eigen Rijder een gelijkwaardige concurrentiepositie te verwerven ten opzichte van de grote transportbedrijven. V.E.R.N. is gestart met het verlagen van de kosten, zoals verzekeringen, brandstof, leasing etc. Belangenbehartiging en advisering zijn nu de laatste 8 jaar, hoofdpunten van de V.E.R.N. EVO is de toonaangevende belangenbehartiger van ruim 30.000 verladers, ontvangers en eigen vervoerders in de groot - en detailhandel, bouw, industrie, agrarische sector en zakelijke dienstverlening. EVO zet zich in om het rendement van de leden te verbeteren door de bereikbaarheid te bevorderen en het beheer van goederenstromen doelmatiger te laten verlopen. Het domein in het kader van dit rapport In het kader van dit rapport en het project Frontoffice Wegvervoer sluiten we zoveel mogelijk aan bij de definitie en onderverdeling van de brancheorganisaties. Zoals we hiervoor gezien hebben komen de cijfers van IVW aardig overeen met cijfers zoals die bij de branche bekend zijn.
Datum
Pagina
18 september 2006
15
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3 Het toezicht in het wegvervoer (Intensiteit) 3.1 Toezichthouders en thema’s in het wegvervoer Bedrijven in het domein Wegvervoer hebben te maken met verschillende toezichthouders. In totaal gaat het om 21 verschillende inspectiediensten die tezamen 58 verschillende soorten inspecties uitvoeren. Het grootste aantal (55)() vindt plaats in het subdomein Goederenvervoer (Bron: Toezichtlastmeting). De partijen binnen de rijksoverheid die toezichthoudende taken hebben in het domein Wegvervoer zijn: • • • • • • •
Inspectie VenW (IVW) Vrom - Inspectie (VI) Arbeidsinspectie (AI) Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) Algemene Inspectie Dienst (AID) Korps Landelijke Politie Diensten (KLPD) Douane
Kenmerkend voor het domein Wegvervoer is dat inspecties zowel onderweg als op locatie kunnen plaatsvinden. Inspectiethema’s die aan bod kunnen komen bij een wegcontrole zijn: • • • •
Rij – en rusttijden Documenten zoals vergunningen Het voertuig De lading (goederenvervoer)
Naast wegcontroles hebben bedrijven in dit domein ook te maken met bedrijfscontroles. Hierbij gaat het om: • • • • •
Rij – en rusttijden Naleving voorschriften vergunningen Administratieve inspecties, zoals door belastingdienst Op – en overslag gevaarlijke stoffen Arbeidsomstandigheden
3.2 Relevante wetgeving Overheidstoezicht, - inspecties en - controles vinden in het wegvervoer plaats op basis van zowel nationale als internationale regelgeving. Op de rijksregels wordt
Datum
Pagina
18 september 2006
16
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
toezicht uitgeoefend door de rijksinspecties van verschillende departementen. De belangrijkste wet - en regelgeving die van toepassing is op het wegvervoer staat in onderstaande tabel weergegeven. In de tabel zijn uitsluitend de meest belangrijke wetten opgenomen, gebaseerd op de onderwerpen waarop het toezicht zich in dit domein primair richt. Op deze wetten gebaseerde regelingen en besluiten zijn grotendeels buiten het overzicht gehouden. Belangrijkste wetten toezicht wegvervoer
Arbeidsomstandighedenwet Arbeidstijdenwet Arbeidstijdenbesluit Vervoer Europese verordeningen 3820/85, 3821/85 en 561/2006 Wet Vervoer Gevaarlijke Stoffen Wegenverkeerswet Besluit Goederenvervoer over de Weg Wet Goederenvervoer over de Weg Wet Personenvervoer 2000 Europese verordening overbrenging afvalstoffen Wet Milieugevaarlijke Stoffen
PersonenVervoer X X X
Goederenvervoer x x x
X
x x x x x
X
X x x
In het domein Wegvervoer is overwegend sprake van eerstelijns toezicht. Op rijksregels wordt bijna uitsluitend en direct toegezien door rijksinspectiediensten. Er is geen sprake van medebewind of van toezicht overgedragen aan private organisaties.
Datum
Pagina
18 september 2006
17
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3.3 Inspectie Verkeer en Waterstaat Algemeen De Inspectie Verkeer en Waterstraat verleent (indirect) diverse vergunningen en controleert het wegvervoer. Binnen IVW geldt een organisatorisch onderscheid tussen Personenvervoer (bussen en taxi’s) en Goederenvervoer. IVW voert in beide subdomeinen zowel wegcontroles als bedrijfscontroles uit. Een risicoanalyse (op sectorniveau) en de politiek-bestuurlijke agenda (thematisch) vormen de input voor het jaarplan. Op basis van jaarplannen en een detail risicoanalyse op bedrijfsniveau wordt een detailplanning gemaakt. Bedrijfsinspecties vinden regulier en op basis van thema’s plaats, maar altijd bij in Nederland gevestigde bedrijven. Bij een bedrijfsbezoek worden vaak administratieve gegevens (onderhoudsrapporten, werktijden) verkregen over het bedrijf. Bij wegcontroles controleert ment een vervoerder aan de kant van de weg (of op een parkeerterrein). Hierbij worden verschillende gegevens opgevraagd (vergunningen, tachograaf, gevaarlijke stoffen) en gecontroleerd. De controles zijn met name gericht op: rijtijden, overbeladingen vervoer van gevaarlijke stoffen. Langs de weg worden zowel Nederlandse als buitenlandse vervoerders gecontroleerd. Belangrijkste wetten waarop wordt toegezien Arbeidsomstandighedenwet Arbeidstijdenwet (Beroepsgoederenvervoer) Arbeidstijdenbesluit vervoer EG-Verordeningen 3820/85, 3821/85, 4060/89 Wegenverkeerswet Wet explosieven voor civiel gebruik Wet goederenvervoer over de weg Wet grensoverschrijdend vervoer van aan bederf onderhevige levensmiddelen Wet personenvervoer 2000 Wet vervoer gevaarlijke stoffen Kernenergiewet Hoe(vaak), en wanneer het toezicht wordt uitgevoerd. Goederenvervoer De Toezichteenheid Goederenvervoer houdt, als onderdeel van IVW, toezicht op veiligheid, marktordening en arbeidsomstandigheden in het vervoer van goederen over de weg. Zij doet dit door handhaving, bijdragen aan beleidsontwikkeling, onafhankelijk geven van voorlichting, het rapporteren van de resultaten van het inspectiewerk en het activeren van de eigen
Datum
Pagina
18 september 2006
18
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
verantwoordelijkheid van burgers, ondernemers en andere overheden. De verhoging van de vervoersveiligheid, externe veiligheid en het tegengaan van concurrentievervalsend gedrag vervullen daarin een belangrijke rol en bepalen de inzet op de verschillende objecten van toezicht. Wegcontroles Wegcontroles binnen het Goederenvervoer kunnen statisch zijn, waarbij men op vaststaande plaatsen controleert. Controles zijn echter steeds vaker dynamisch; inspecteurs begeleiden vrachtwagens met behulp van een volgbord naar een plaats waar deze kan worden geïnspecteerd. In principe zijn de inspecties zo selectief mogelijk. Voor de vaststelling van het naleefgedrag met betrekking tot het vervoer van gevaarlijke stoffen worden er echter a-selecte controles gehouden. Hierbij wordt een steekproef gedaan onder voertuigen die mogelijkerwijs gevaarlijke stoffen kunnen vervoeren. In 2005 werden er circa 30.000 controles uitgevoerd binnen het subdomein Wegvervoer, op een totaal van ongeveer 100 miljoen ritten2. De kans dat een onderneming wordt gecontroleerd is derhalve 0,03%. In 1.000 gevallen werd er door IVW een maatregel genomen. Een maatregel is het ophouden van het transport totdat aan de wettelijke eisen van de rij - en/of rusttijden wordt voldaan of vervangen van de verpakking bij gevaarlijke stoffen. Het overtredingpercentage bedroeg in 2005 3,0%. Daarnaast werden 1.857 inspecties verricht waarbij er sprake was van gevaarlijke stoffen. Hierbij was in 521 van de gevallen sprake van een of meer overtredingen. Het overtredingpercentage op de Wet vervoer gevaarlijke stoffen en de Regeling vervoer gevaarlijke stoffen over land bedraagt daarmee 28,1%. Tijdens wegcontroles let de inspectie met name op rij - en rusttijden, gevaarlijke stoffen - wetgeving en vergunningen. De inspectieduur is afhankelijk van het type vervoer en het al dan niet aantreffen van overtredingen. In het geval van vervoer van gevaarlijke stoffen is het aantal controle-items (m.n. bij stukgoed) groter waardoor de inspectietijd groter is. Naar schatting duurt een inspectie zonder gevaarlijke stoffen ongeveer vijftien minuten, terwijl inspecties van voertuigen met gevaarlijke stoffen tot 30 minuten kunnen oplopen. Verder kan de inspectietijd aanzienlijk worden verlengd indien de noodzaak bestaat om van gevaarlijke stoffen monsters te (laten) nemen, of als een zeecontainer moet worden geopend. Dit laatste in verband met de noodzaak om te controleren of de lading niet gegast is.
2
Aantal ritten buitenlandse vervoerders = 62.121.000 (ritten binnenlandse vervoerders) * 40/60
(handhavingsverhouding buitenland/binnenland) = 41.414.000 (TLN: Transport in Cijfers 2006)
Datum
Pagina
18 september 2006
19
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
In een enkel geval stelt men tijdens de inspecties extra vragen in het kader van een thema-actie. Afhankelijk van de benodigde informatie kunnen eerder genoemde inspectieduren met vijf à tien minuten worden verlengd. Van elke weginspectie vult men een staandehoudingverslag in. Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van een extra checklist wanneer een transport met gevaarlijke stoffen wordt geïnspecteerd. De gecontroleerde tachograafschijven worden door de inspecteur afgestempeld en de chauffeur krijgt een doorslag mee van de checklist, zodat deze bij eventuele inspectie elders kunnen worden getoond. Bedrijfsinspecties Naast wegcontroles voert de Inspectie Verkeer en Waterstaat ook bedrijfsinspecties uit bij beroepsgoederenvervoerders. Er worden circa 300 bedrijven op een totaal van 12.000 bedrijven per jaar geïnspecteerd (2,5%). Bedrijfsinspecties worden altijd van tevoren aangekondigd, en vinden plaats op basis van overtredingen in het verleden of ingediende klachten. Veelal gaat het om het controleren van de rij - en rusttijden (ATB-v). Men kondigt de inspectie van tevoren aan en vraagt om de tachograafschijven en overige documentatie klaar te leggen. Tijdens de inspectie wordt een vragenlijst doorgenomen en nemen de inspecteurs de schijven mee. Het bezoeken van het bedrijf duurt hooguit vier uur, ofwel een halve dag. Daarna controleren de inspecteurs de schijven op het werk. Er vindt achteraf een terugkoppeling plaats bij het bedrijf, die tevens hoogstens vier uur duurt. Naast bedrijfsinspecties ATB-v worden er bij afzenders en transporteurs van gevaarlijke stoffen ook broncontroles uitgevoerd. Deze inspecties zijn bedoeld om tekortkomingen op het gebied van het vervoer van gevaarlijke stoffen te detecteren en deze te corrigeren. De bedrijfsinspecties zijn ofwel repressief ofwel preventief en voorlichtend. Personenvervoer De Toezichteenheid Personenvervoer heeft als missie het vaststellen van de naleving (??) door ‘onder toezicht staanden’ in het personenvervoer. Onder personenvervoer wordt begrepen vervoer per bus en per taxi. De doelgroep bestaat uit busondernemingen en taxi-ondernemingen, maar ook gecombineerd vervoer komt in toenemende mate voor. De populatie binnen het busdomein is redelijk eenvoudig vast te stellen. De taxibranche daarentegen is nogal veranderlijk (??), zodat het vaststellen van de populatie moeilijker is. Ook deze toezichteenheid verricht bedrijfsinspecties en
Datum
Pagina
18 september 2006
20
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
wegcontroles. Binnen het Busdomein vinden de bedrijfsinspecties partieel roulerend plaats: in principe wordt iedere drie jaar de totale populatie geïnspecteerd. Het Taxidomein is echter zo groot en grillig van omvang dat periodieke bedrijfsinspecties niet haalbaar zijn. Het aantal wegcontroles bedraagt ca. 7.500 Het aantal bedrijfsinspecties. 550 per jaar. Een reguliere controle duurt ongeveer vijftien minuten als alles in orde is. Bij een bestuurlijke maatregel of sanctie anderszins duurt het 30 minuten en kan eventueel een bedrijfsbezoek volgen (uurtje) of wordt telefonisch e.e.a. geverifieerd. Binnen het subdomein Busvervoer is gemiddeld eens per drie jaar een inspectie bij een busbedrijf. Dit kan zijn naar aanleiding van een wegcontrole of bijvoorbeeld klachten die zijn binnengekomen bij de inspectie. Meestal zijn het periodieke bedrijfscontroles. In 2005 werden er 222 bedrijfsinspecties bij busondernemingen gehouden. De wijze waarop de inspectie plaatsvindt, is hetzelfde als bij taxiondernemingen. De duur ervan komt ook overeen. Binnen alle subdomeinen, dus ook bij Taxivervoer, maakt IVW onderscheid tussen weginspecties en bedrijfsinspecties. Binnen het subdomein Taxivervoer worden onder meer inspecties uitgevoerd aan de hand van vastgestelde thema’s. Dit zijn de zogenaamde thema-acties, die worden uitgevoerd wanneer daar aanleiding toe is. Aanleiding kan bijvoorbeeld zijn: nieuw beleid, een wetswijziging, slecht naleefgedrag, politieke aandacht, etc. In 2005 is er een thema-actie met betrekking tot vervoer van rolstoelinzittenden gehouden, waarbij er 775 taxi’s zijn gecontroleerd en 244 overtredingen zijn geconstateerd.. Ook worden er reguliere inspecties gehouden. In totaal zijn in 2005 2.972 reguliere controles gehouden, waarvan bij 41,9% van de voertuigen een overtreding werd geconstateerd. Dit alles op een totaal aantal taxiritten van 76 miljoen. Wegcontroles De reguliere controles van de Inspectie Verkeer en Waterstaat zijn voor een groot deel statisch. Controles vinden plaats op vooraf vastgestelde plaatsen, bijvoorbeeld een parkeerplaats. In de grote steden werkt IVW vooral samen met de Regiopolitie, daarbuiten wordt veelal ‘zelfstandig’ geopereerd. Om de inspectie uit te kunnen voeren, wordt de chauffeur gevraagd om zijn documenten te tonen, bijvoorbeeld de chauffeurspas. Indien alles in orde is, duurt de inspectie vijftien minuten. In veel gevallen wordt er aan voorlichting gedaan en raakt men met een chauffeur in gesprek. Indien zaken niet in orde
Datum
Pagina
18 september 2006
21
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
zijn, kan de inspectie 30 minuten duren. Inspecties worden schriftelijk vastgelegd, ongeacht of ze positief of negatief waren. Dit kost vijf minuten als de gegevens kloppen. Als dit niet het geval is, kost het circa vijftien minuten. Indien tijdens een controle gebreken worden geconstateerd, dan legt de inspectie een bestuurlijke boete op of een proces-verbaal. Een verhoor achteraf kan telefonisch plaatsvinden. Dit kost dan vijftien minuten. Als het verhoor fysiek plaatsvindt, dan kost het anderhalf uur tijd. Thema-inspecties zijn niet zonder meer merkbaar voor taxibedrijven. Deze inspecties hebben een uiteenlopende tijdsduur. Bij het controleren van zichtbare passen, kan vanaf een afstand binnen anderhalve minuut gezien worden of de taxi hieraan voldoet. Binnenkort zal er een inspectie plaatsvinden met betrekking tot tarieven en taximeters. Deze controle zal naar verwachting een kwartier duren. Bedrijfscontroles Naar aanleiding van wegcontroles of andere aanleidingen bezoekt de Inspectie Verkeer en Waterstaat jaarlijks ook een groot aantal bedrijven voor nader onderzoek. Ook bij bedrijfscontroles worden reguliere- en themacontroles uitgevoerd. Bij reguliere controles worden alle controle-items bekeken, bij themaacties wordt meestal een keuze gemaakt voor één of enkele onderwerpen. In 2005 zijn er 314 bedrijfscontroles uitgevoerd, waarbij er bij 201 ondernemingen een of meer gebreken werden geconstateerd. De controles binnen bedrijven komen overeen met de reguliere controles op de weg. Verschillende zaken komen hierbij aan de orde. De duur van een inspectie hangt af van het soort bedrijf. Bij een eenmanszaak zal de inspectie een uur duren en bij een groter bedrijf drie uur, afhankelijk van de grootte van de administratie van het bedrijf. Meestal wordt de inspectie bij grotere bedrijven uitgevoerd. Voordat de daadwerkelijke inspectie plaatsvindt, vindt er een gesprek plaats. Tijdens een dagdeel wordt de administratie doorgenomen en hierna volgt een nabespreking. Achteraf wordt er een brief of een proces-verbaal opgemaakt. Samenwerking met andere toezichthouders Bij het uitvoeren van de controles binnen het subdomein Goederenvervoer werkt de Inspectie Verkeer en Waterstaat samen met: • • • • • • •
KLPD Arbeidsinspectie VROM - Inspectie AID VWA Douane RDW (pilot)
Datum
Pagina
18 september 2006
22
van
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Bij het uitvoeren van de taxi- en buscontroles werkt IVW samen met verschillende andere inspectiediensten: • • • •
KLPD Regiopolitie Belastingdienst Koninklijke Marechaussee
52
Datum
Pagina
18 september 2006
23
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3.4 VROM - Inspectie Algemeen De VROM - Inspectie is regionaal georganiseerd in combinatie met een landelijke functionele aansturing van competentiegroepen. De inspectie verricht zowel bedrijfsinspecties als transportinspecties. Specifiek voor het domein Wegvervoer betreft dit een deelverzameling van het goederenvervoer, namelijk het vervoer van afval. De VROM - Inspectie is verantwoordelijk voor de handhaving van de EVOA. De afkorting EVOA staat voor Europese Verordening Overbrenging Afvalstoffen. Dit is de Verordening (EEG) 259/93 die gaat over de overbrenging van afvalstoffen binnen, naar en uit de Europese Gemeenschap. Hiervoor werkt men samen met de Douane, KLPD en overige diensten. De VROM - Inspectie voert binnen het domein Wegvervoer geen controles uit op bus- en taxivervoer. Belangrijkste wetten waarop wordt toegezien Wet Vervoer Gevaarlijke stoffen Europese Verordening Overbrenging Afvalstoffen Kernenergiewet Wet milieugevaarlijke stoffen Organisatie en frequentie van het toezicht Bedrijfsinspecties Indien de VROM Inspectie door de politie of Douane wordt gevraagd om langs te gaan bij een transportbedrijf, dan is dit voor de inspectie een ‘adhoc’ controle. Jaarlijks voert de VROM - Inspectie een aantal bedrijfscontroles uit.door de VROM - Inspectie. Hiervan is een deel ‘adhoc’ controles. Het uitvoeren van ‘adhoc’ controles neemt in ieder geval 30% van de tijd van inspecteurs in beslag. Tevens voert men reguliere controles uit.. Hoe vaak dit voorkomt, is afhankelijk van de bedrijfstak. Hoe lang het bedrijf hiermee bezig is, is afhankelijk van de administratie van het bedrijf. Op de dag van de inspectie zelf, wordt er eerst een rondleiding gegeven door het bedrijf. Dit neemt gemiddeld een kwartier tijd in beslag. Daarna neemt de inspectie de administratie door. Meestal duurt dit vier uur. De inspectie stuurt altijd een controleverslag op.. Er worden vaak overtredingen ontdekt door de inspectie. Naast de ‘adhoc’ en de reguliere controles, vinden er projectcontroles plaats met betrekking tot afvalstromen. Dit gebeurt circa vijf keer per jaar.
Datum
Pagina
18 september 2006
24
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Transportinspecties In totaal gaat het om circa 100 wegcontroles per jaar. Omgerekend naar aantal vrachtwagens gaat het om 3.500 vrachtwagens die worden gecontroleerd in verband met gevaarlijke stoffen en circa 4.600 vrachtwagen op naleving van de EVOA. De Transportinspecties vinden op twee manieren plaats: • A-selectief, soms als actie samen met ketenpartners; • Selectief en dus planbaar, bijvoorbeeld op basis van meldingen en verstrekte vergunningen. Voor kernafval is een ‘track en tracing systeem’ geïmplementeerd. Om de naleving van EVOA te kunnen controleren, vraagt de inspectie ten eerste naar de ladingpapieren. De inspecteurs controleren of het papierwerk overeenkomt met de fysieke lading. Om dit te kunnen controleren kijkt men naar de samenstelling van de lading.. Ook wordt er uitgezocht wat de bestemming van de lading is. Indien de locatie onbekend is bij de inspectie, dan zoekt men deze zogenaamde bestemming nader uit.. Controles op de lading duren zolang als noodzakelijk is, in sommige gevallen kan de wachttijd wel eens oplopen tot twee dagen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een moeilijk te controleren lading als een container met tweedehands apparatuur of als er onduidelijkheid is over de herkomst of bestemming van de lading. Bij monstername duurt de controle langer, zeker als er nog moet worden gewacht op de analyseresultaten. Als alle papieren kloppen en de lading en de bestemming juist zijn, neemt de inspectie gemiddeld circa tien minuten in beslag. De inspectie heeft de bevoegdheid om transporten twee keer 24 uur vast te houden als onduidelijke zaken, zoals een onbekende bestemming van het afval, moeten worden uitgezocht en dit niet sneller gaat. De duur van de inspectie kan bovendien oplopen doordat goederenvervoerders vaak moeten wachten tot zij gecontroleerd kunnen worden, aangezien zij staan te wachten op hun voorganger(s). Vergunningen worden verstrekt door een derde partij, SenterNovem. Eventuele ontwikkelingen in het toezicht. Tot voor kort was er geen sprake van geharmoniseerde inspecties en was de vastlegging van verrichte werkzaamheden zeer onvolledig. De inspectieinformatie werd binnen de VROM - Inspectie beschouwd als ‘niet geapprecieerde verantwoordingsinformatie’ in plaats van een middel voor besturing, risicoselectie en gerichte (aanvullende) inspecties. Inmiddels is sprake van een nagenoeg volledige vastlegging van inspectieresultaten.
Datum
Pagina
18 september 2006
25
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Deze situatie was aanleiding om een programma van geprotocolleerde inspecties uit te voeren, waarbij ook een applicatie ter ondersteuning - een soort van audittool – wordt ontwikkeld. Dit is het systeem Holmes, dat zes processtappen gaat ondersteunen en ook mobiel werken ondersteunt. De eerste fase levert eind 2006. Dit systeem Holmes heeft op termijn ook een koppeling nodig met SenterNovem. Samenwerking met andere toezichthouders De VROM - Inspectie werkt bij controles binnen het toezicht op het goederenvoer samen met de volgende inspectiediensten: • • • • •
Inspectie Verkeer en Waterstaat Douane Koninklijke Marechaussee KLPD Provincie (de provincie houdt toezicht op binnenlandse afvaltransporten, dit zijn geen EVOA-controles)
De samenwerking vindt met name plaats bij grote controles , waarbij meerdere inspectiediensten aanwezig zijn. Dit is een of twee keer per jaar het geval. Het kan ook zijn dat de inspectie alleen in samenwerking met de Douane plaatsvindt, bijvoorbeeld in een grensgebied. Bij sommige inspecties gebruikt men de VROM-Inspectie als ondersteuning, zoals bij een aantal controles van de Douane of de regiopolitie. In die gevallen vraagt men de VROM - Inspectie direct om langs te komen. Het kan ook zijn dat men vraagt of de inspectie een paar dagen later wil langskomen bij het bedrijf. De inspecteurs van de VROM - Inspectie hebben vaak een BOA-bevoegdheid, waardoor zij proces verbaal kunnen opmaken. Hierdoor zijn zij ook betrokken bij de controles op de binnenlandse transporten.
Datum
Pagina
18 september 2006
26
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3.5 Arbeidsinspectie Algemeen De Arbeidsinspectie ziet toe op naleving van de Arbeidsomstandighedenwet en de Arbeidstijdenwet. Betreffende de Arbeidstijdenwet is een verdeling gemaakt tussen de Inspectie van Verkeer en Waterstaat, deze ziet toe op het beroepsgoederenvervoer, en de Arbeidsinspectie, deze ziet toe op de zogeheten eigen vervoerders (zoals bakkerijen of bloemenzaken). De Arbeidsinspectie heeft geen vast inspectieprogramma vervoer, maar hanteert een risicobenadering. Aanleiding voor een inspectieproject kan zijn: een uit onderzoek gesignaleerde tendens of een politieke afweging. In de sector Vervoer werken in totaal zo’n 195.000 werknemers en daarbinnen is het Beroepsgoederenvervoer de grootste groep met ca. 110.000 werknemers in veel kleinere en een aantal grote ondernemingen. Het grootste deel van de werknemers (85 procent) valt onder de CAO die wordt afgesloten met de werkgeversorganisatie Transport en Logistiek Nederland. De overslagbedrijven in de havens vallen ook onder de sector Goederenvervoer. Daar gaat het om grote bedrijven met in totaal zo’n 12.000 werknemers. Het zijn met name de vrachtwagenchauffeurs die als risicogroep kunnen worden beschouwd. Maar ook planners en loodspersoneel lopen risico’s. Tot de gezondheidseffecten behoren ziekteverzuim en stress. Arbo-risico’s zijn onder meer fysieke overbelasting, lange werkdagen, werken met onveilige heftrucks in magazijnen en distributiecentra en andere interne transportmiddelen voor laden/lossen, blootstelling aan gevaarlijke stoffen en werken op hoogte bij open overslag van gevaarlijke stoffenvervoer. Dat kan leiden tot ongevallen, ziekteverzuim en arbeidsuitval. Belangrijkste wetten waarop wordt toegezien Arbeidsomstandighedenwet Arbeidstijdenwet (Eigen vervoerders) Arbeidstijdenbesluit Vervoer Wet Arbeid Vreemdelingen Kernenergiewet Wet milieugevaarlijke stoffen Organisatie en frequentie van het toezicht De Arbeidsinspectie heeft in de afgelopen twee jaar vier projecten in het domein Wegvervoer uitgevoerd. De kans dat een bedrijf in het domein Wegvervoer met een inspectie van de Arbeidsinspectie te maken krijgt is relatief klein.
Datum
Pagina
18 september 2006
27
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
In het 1. 2. 3. 4.
domein Wegvervoer betreft het de volgende projecten: Transport vloeibare chemicaliën Werkplaats truckbedrijven beroepsgoederen Bandenservicebedrijven beroepsgoederenvervoer Jaarlijks terugkerende controle op Arbeidstijdenbesluit Vervoer bij eigen vervoerders
Gespecificeerd naar de vier projecten is de inspectie-intensiteit als volgt3. Transport vloeibare chemicaliën Samen met IVW zijn 35 bedrijven onderzocht. In koppels werden vrachtwagens staande gehouden en gevolgd naar de losplaats. De inspecteur van de Arbeidsinspectie onderzocht daar bijvoorbeeld de blootstellingbeoordeling gevaarlijke stoffen en de aan - of afwezigheid van persoonlijke beschermingsmiddelen bij laden en lossen, of de aan - of afwezigheid van kennis inzake veiligheidsvoorschriften. De inspecteur van IVW onderzocht de ADRvoorschriften en de (digitale) tachograaf. De Arbeidsinspectie hanteert “zaaktijden”. Een inspectie bestaat o.a. uit voorbereiding, doornemen administratie en de inspectie zelf. Gemiddeld is een inspecteur drie en een half tot vijf uur bezig aan een zaak, waarvan op de bedrijfslocatie de inspectie anderhalf tot twee uur in beslag neemt. Werkplaats truckbedrijven beroepsgoederen Er zijn 657 werkplaatsen voor truckonderhoud onderzocht. Hierbij werd met name gelet op de inrichting van de werkplaats. Denk aan smeerkuilen, veiligheidsmiddelen, keuring hefbruggen, keuring gereedschap, gebruik en deugdelijkheid bandenkooi etc. Gemiddeld duurde de inspectie twee tot twee en een half2,5 uur per bedrijf. Bandenservicebedrijven beroepsgoederenvervoer Er zijn 95 bedrijven onderzocht die bandenservice aanbieden aan de sector Beroepsgoederenvervoer. De aanleiding voor het onderzoek waren herhaaldelijke ongevallen met het repareren of verwisselen van banden. Vrachtwagenbanden staan onder (over)druk bij het verwisselen of repareren van banden, de bandenkooi minimaliseert de risico’s. Overtredingen werden in 70% van de gevallen geconstateerd.
3
In de rapportage Toezichtlastmeting worden meerdere activiteiten onder de noemer ‘inspectie na
incident’ geschaard.
Datum
Pagina
18 september 2006
28
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Jaarlijks terugkerende controle op Arbeidstijdenbesluit Vervoer bij eigen vervoerders Tot en met oktober 2006 zijn 302 eigen vervoerders geïnspecteerd. 90% van deze bedrijven werd aangeleverd door IVW/KLPD (zgn. boeterapporten). 209 bedrijven werden niet in orde bevonden. Circa 30 bedrijven werden door de Arbeidsinspectie op basis van de administratie doorgelicht. In deze gevallen vraagt de Arbeidsinspectie de administratie van het betreffende bedrijf op voor een administratieve controle waaruit moet blijken of mensen wellicht te lang werken. Stelt de Arbeidsinspectie aan de hand van werkroosters van een maand vast dat er een kans is dat niet aan rusttijden voldaan wordt, dan inspecteert men ook de roosters over een langere periode. Het betreft hier een jaarlijks terugkerend project van controle van rij -en rusttijden, die verplicht gesteld is door de EU. Er is een tendens tot digitaliseren van de informatie(uitwisseling) (Bron: Toezichtlastmeting). Samenwerking met andere toezichthouders De Arbeidsinspectie heeft een samenwerkingsovereenkomst (convenant) met IVW en het KLPD. Met de VROM - Inspectie is er contact geweest met betrekking tot het gebruik van gas als verdelgingsmiddel in het containervervoer. Nadruk hierbij lag op het laden en lossen door werknemers. Met overige inspectiediensten is niet of nauwelijks sprake van samenwerking in het wegvervoer.
Datum
Pagina
18 september 2006
29
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3.6 Algemene Inspectiedienst Algemeen De missie van de Algemene Inspectiedienst (AID) is het optreden als een professionele en integere handhavingdienst, behorend tot het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De AID onderscheidt zich door kennis van het LNV-beleid en kennis van de doelgroepen waar de handhaving zich op richt. De AID heeft 4 kantoren, in Kerkrade, Eindhoven, de Meern en Zwolle. De AID is actief binnen het subdomein Goederenvervoer en voert daarbinnen vooral wegcontroles uit. Het gaat om een aantal van circa 6.500 wegcontroles op jaarbasis. De AID is bevoegd vervoermiddelen van de weg te halen. Er is sprake van de volgende typen inspecties: • • • • •
Diertransport Mesttransport Vistransport Vleestransport Dierziekten
De markt bestaat uit de agrarische ondernemers. De doelgroep bestaat uit bedrijven c.q. organisaties die behoren tot of verwant zijn aan de bedrijfstakken: • • • • • • • •
Diergeneesmiddelen en diervoeders Meststoffen Natuur Planten Veehouderij Visserij Vlees en Destructie EC Regelgeving
Events ofwel procestriggers zijn voor de AID met name het jaarplan, geformaliseerde incidentele opdrachten en routinematige transportinspecties volgens surveillance opdracht. Belangrijkste wetten waarop wordt toegezien Wegenverkeerswet Gezondheid -en welzijnswet voor dieren Reiniging vervoermiddelen/Veewet Meststoffenwet
Datum
Pagina
18 september 2006
30
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Organisatie en frequentie van het toezicht Diertransport De controles van diertransport kunnen bij het laden van dieren plaatsvinden of op de weg. De inspectie controleert op het welzijn van de dieren. De wijze waarop ze getransporteerd worden is van belang. Daarnaast wordt gecontroleerd op het transportmiddel zelf. Er wordt gecontroleerd of het transportmiddel gereinigd is en over de juiste papieren beschikt. Gemiddeld duurt deze inspectie circa een uur. Naar schatting vinden circa 3.500 inspecties per jaar plaats. Mesttransport Bij mesttransport dient het vervoersbedrijf gecertificeerd te zijn. De chauffeur dient te beschikken over een vervoer - en afleverbewijs. Monsters die worden genomen van de mest, worden gecontroleerd. Er dient een GPS-systeem aanwezig te zijn in de vrachtwagen. Om deze voorwaarden te controleren,houdt de Algemene Inspectiedienst wegcontroles.. Hierbij haalt men vrachtauto’s van de weg en vindt een fysieke controle plaats. Deze controle is korter van duur dan de controle op het vervoer van dieren, naar schatting circa drie kwartier. Naderhand stuurt de inspectie geen rapportage op. Alleen als zaken niet in orde zijn, krijgt het transportbedrijf een schriftelijke terugkoppeling. In de meeste gevallen vindt de terugkoppeling mondeling plaats. Er worden circa 3.000 controles per jaar uitgevoerd. Vistransport Bij het transporteren van vis controleert men op de hygiëne bij het transport. . Tevens controleert men met het oog op visquota. Hierbij wordt gekeken welke vis aanwezig is en waar deze vandaan komt. De controles op vis vinden meestal plaats in de haven, omdat hier de veiling is.. Het kost de vervoerders van vis niet veel tijd extra als de inspectie hun lading controleert, aangezien dit tijdens het laden van de vis gebeurt. De AID zelf is ongeveer een uur bezig met het uitvoeren van de inspectie. Er vindt achteraf geen rapportage plaats. In totaal vinden er circa 800 inspecties per jaar plaats.
Datum
Pagina
18 september 2006
31
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Vleestransport Controles op vleestransporten die naar de verwerkende industrie op weg zijn, vinden op projectbasis plaats in samenwerking met de Voedsel en Warenautoriteit (VWA). De VWA doet controles binnen het terrein van het slachthuis. Zodra het vlees zich buiten dit terrein bevindt, kan de AID controles uitvoeren. Vlees mag pas worden vervoerd wanneer dit in voldoende mate is afgekoeld. De AID controleert deze norm. Dit doet zij door middel van steekproeven op de weg. Het aantal inspecties dat plaatsvindt op vleestransport is per jaar verschillend en afhankelijk van de projecten die men dat jaar in samenwerking met de VWA uitvoert. Gemiddeld is sprake van circa 30 inspecties per jaar. Dierziekten De AID controleert op dierziekten in het kader van dierziektebestrijding. Het kan voorkomen dat aanvullende regelgeving wordt ingesteld ter bestrijding van dierziekten. De AID voert wegcontroles uit om te bepalen of diertransportbedrijven aan deze regelgeving voldoen. De inspectie op dierziekten duurt over het algemeen korter dan andere controles, aangezien de AID alleen op bepaalde aspecten controleert. Samenwerking met andere toezichthouders De AID wisselt informatie uit met andere inspectiediensten, zoals de VWA. Zij houden evenwel ieder separate controles. Ook bij grote controles, waarbij verschillende inspectiediensten aanwezig zijn, kan er informatie uitgewisseld worden.
Datum
Pagina
18 september 2006
32
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3.7 Voedsel en Waren Autoriteit Algemeen De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) werkt aan veilig voedsel, veilige producten en gezonde dieren. De VWA brengt daarvoor de risico’s in beeld, beoordeelt ze, communiceert erover en maakt ze beheersbaar in de samenleving. De VWA baseert zich hierbij op strategische risicoanalyses. Het toezicht wordt geprogrammeerd in toezichtarrangementen. Daarin zorgt de VWA o.a. voor handhaving door administratiefrechtelijke maatregelen, zoals het intrekken van erkenningen, sluiten van bedrijven en het opmaken van bestuurlijke boetes of processen-verbaal. In het wegvervoer ziet de VWA toe op de naleving van de voorschriften ten aanzien van: • • • •
Voedselveiligheid Dierenwelzijn Diergezondheid Roken op de werkplek
Belangrijkste wetten waarop wordt toegezien: Wetgeving dierenwelzijn en reisplanning RICOVEE Exportcertificering Wet besluit dierenvervoer Organisatie en frequentie van het toezicht Voedselveiligheid De Europese verordening 852/2004 handelt over voedselveiligheid. Deze verordening legt veel verantwoordelijkheid bij de bedrijven zelf in de vorm van doelvoorschriften. Er is in mindere mate sprake van middelvoorschriften, waardoor veel ruimte aan de bedrijven wordt gelaten om de doelvoorschriften te bereiken. Bedrijven binnen het wegtransport dienen te voldoen aan de eisen uit deze verordening en aan de HACCP (een voedselveiligheidssysteem). Bij afwijkingen kan de VWA overgaan tot het opmaken van een boeterapport of een proces-verbaal. Bij transportbedrijven kijkt men bijvoorbeeld of de eisen die zijn gesteld aan geconditioneerd vervoer nageleefd worden. Zo kan een inspecteur kijken of in een koelwagen de juiste temperatuur heerst. De VWA richt zich in toenemende mate op de verbinding tussen de verschillende schakels in de voedselketen. In de
Datum
Pagina
18 september 2006
33
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
praktijk gaat het bij deze verbindingen meestal om transporten die worden uitgevoerd. Bij het toezicht op voedselveiligheid bij het wegtransport kent de VWA verschillende soorten inspecties. Verkorte veiligheidsrisico inspecties (VVRI’s) Het gaat hierbij om een aangekondigde inspectie op het kantoor van een bedrijf waarbij de inspectie zich richt op één of meerdere thema’s. Een VVRI duurt gemiddeld circa een halve dag. Jaarlijks gaat het om ongeveer 50 bedrijven die op deze wijze worden geïnspecteerd. Ook naar aanleiding van deze inspectie krijgen bedrijven een schriftelijke terugkoppeling van de VWA. Wegcontroles Circa tien keer per jaar doet de VWA mee aan de grootschalige wegcontroles die georganiseerd worden door het KLPD. De VWA wordt door het KLPD uitgenodigd om bij deze wegcontroles aanwezig te zijn. Bij de controles zijn drie à vier inspecteurs van de VWA aanwezig die inspecties verrichten op het gebied van voedselveiligheid en dierlijke bijproducten (destructiemateriaal). Op deze manier worden personenauto's, bestelbusjes en vrachtwagens door de VWA geïnspecteerd. Ook verleent de VWA desgevraagd bijstand aan de andere toezichthouders die aan deze acties meedoen (Politie, Douane, Drugs Expertise Nederland, AID, Koninklijke Marechaussee, Belastingdienst, Permanent Auto Team, Landelijke Recherche). Dierenwelzijn4 Op grond van de Europese transportverordening 1/2005 mogen uitsluitend dieren worden vervoerd door transportbedrijven die hiervoor een vergunning hebben. Het gaat daarbij om circa 2.500 vergunningplichtige transportbedrijven waarvan circa 800 een vergunning hebben voor transporten langer dan acht uur. Voor transporten langer dan acht uur mogen slechts transportmiddelen worden gebruikt, waarvoor een certificaat van goedkeuring is verstrekt. De vergunningen en certificaten van goedkeuring worden door de VWA verstrekt. Op grond van de transportverordening 1/2005 is bij transporten met dieren die langer dan acht uur duren een verplichting gesteld om aan de hand van een vooraf opgemaakt en door de VWA goedgekeurd reisplan, het transport uit te voeren in overeenstemming met de gestelde regels. Na het transport dient dit reisplan te worden ingediend bij de VWA. In geval van afwijkingen of overtredingen kan de VWA bestuursrechtelijke maatregelen nemen die kunnen leiden tot het intrekken van de erkenning. Daarnaast wordt in geval van een
4
Deze toezichtactiviteit is niet opgenomen in het rapport Toezichtlastmeting van SIRA consulting.
Datum
Pagina
18 september 2006
34
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
vermoeden van strafbare feiten de AID ingeschakeld. Het gaat om ca. 7.000 reisplannen per jaar waar de VWA toezicht op houdt. Inspectie slachterijen Bij slachterijen is een inspecteur van de VWA permanent aanwezig. Het kan zijn dat een vrachtauto van een transportbedrijf die bij de slachterij komt lossen, in het kader van dierenwelzijn door deze inspecteur wordt gecontroleerd. Diergezondheid Op grond van de “regeling preventie bestrijding en monitoring besmettelijke dierziekten zoönosen en TSE’s”, is het transport van dieren gebonden aan regels ten aanzien van reiniging en ontsmetting van transportmiddelen5. De reiniging en ontsmetting dienen plaats te vinden in een erkende inrichting. Het bewijs van reiniging en ontsmetting dient binnen 24 uur te worden toegezonden aan de VWA. De VWA controleert de ingediende formulieren voor reiniging en ontsmetting. Bij afwijkingen kan de VWA bestuursrechtelijke maatregelen nemen. Daarnaast kan in geval van vermoeden van een strafbaar feit de AID worden ingeschakeld. Het gaat om ca. 70.000 verplichte ontsmettingen per jaar die door de VWA worden gecontroleerd. Roken op de werkplek Op grond van de tabakswet houdt de VWA toezicht op roken op de werkplek en controleert daarbij ook enkele transportbedrijven. Bij afwijkingen kan de VWA een boeterapport of proces-verbaal opmaken. Het gaat jaarlijks om maximaal 100 inspecties.
5
Deze activiteit is niet meegenomen in de Toezichtlastmeting door SIRA consulting.
Datum
Pagina
18 september 2006
35
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3.8 Korps Landelijke Politiediensten Algemeen Naast de genoemde rijksinspecties is het KLPD een belangrijke toezichthouder in dit domein. Het KLPD is een politieopsporingsdienst en voert in het domein Wegvervoer alleen wegcontroles uit. Qua wegverkeer is het KLPD voornamelijk werkzaam op snelwegen, terwijl de overige korpsen minimaal aan inspecties wegverkeer doen. De controles zijn gericht op bedrijfsvoertuigen in brede zin. Zowel bestel- en vrachtauto’s en autobussen. Bedrijfsinspectie behoren niet tot de taak van het KLPD. Er is geen onderscheid tussen beroepsvervoer en eigen vervoer. De nationaliteit van voertuig en vervoerder is niet van belang. Bij deze wegcontroles is de handhaving gericht op: • Afval; zowel nationaal (BIA/RIA – VIHB) als internatonaal (EVOA) vervoer • Gevaarlijke stoffen • Integer vervoer, waaronder begrepen WGW en fraude/manipulatie tachografen • Veiligheid voertuig en lading; waaronder begrepen: o technische controles op de permanente en gebruikerseisen voertuigreglement, o ladingsbepalingen, stuwage en overbelading • Veiligheid chauffeur, waaronder begrepen o Atb-v bepalingen o Rijgedrag chauffeur voor een verhoging van de verkeersveiligheid o het voorkomen van ongevalsoorzaken. Van alle controles maakt men een Transportcontroleformulier op.. Deze formulieren worden ingevoerd in een datasysteem, TRACOPOL (TRAnsport COntrole POLitie) genaamd. Tevens voeren de diensten Waterpolitie en Spoorwegpolitie en diverse politieregiokorpsen hun controlegegevens in dit systeem, waardoor er een datasysteem ontstaat van alle vervoerscontroles over de drie modaliteiten van weg – water – spoor. Met IVW en later met de andere inspectiediensten zijn en worden in het kader van ICT-ontwikkelingen, afspraken gemaakt over de toegang en het gebruik van dit TRACOPOL datasysteem. Het KLPD levert IVW gegevens over deze controles middels staandehoudingsverslagen.
Datum
Pagina
18 september 2006
36
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Belangrijkste wetten waarop wordt toegezien Wegenverkeerswet Arbeidstijdenwet Wet goederenvervoer over de weg Wet personenvervoer 2000 Organisatie en frequentie van het toezicht De doelstelling is om op jaarbasis in totaal circa 12.000 controles op goederen en personenvervoer uit te voeren. Dit getal kan worden uitgesplitst naar 1.000 controles afval, 2.400 controles gevaarlijke stoffen en 8.600 algemene controles overig. Controles worden gedurende het hele jaar ingepland. Een aantal controles vrachtauto’s en autobussen wordt uitgevoerd volgens de kalender van TISPOL (internationale samenwerking tussen politieverkeersdiensten). Zonder bijzonderheden duurt een controle niet langer dan 30 minuten. In circa 20% van de gevallen sprake is van een overtreding. Technische controles. In Europese richtlijnen is vastgelegd dat landen van de Europese Unie steekproefsgewijs inspecties dienen uit te voeren op het gebied van de technische staat van vrachtauto’s. Het gaat hierbij om technische aspecten van de vrachtauto, de inrichting en de wijze waarop de belading plaatsvindt. Aangezien de RDW geen controles langs de weg uitvoert en IVW de technische kennis niet in huis heeft, voert het KLPD deze controles uit.. De technische controles vormen een standaard onderdeel van alle staande houdingen. Als het KLPD dus een vrachtauto staande houdt voor inspectie, vindt altijd een technische controle plaats. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de RDW die af en toe bij inspecties betrokken is omdat de RDW in dit kader belast is met de roetmeting en beschikt over apparatuur waarmee dit onderdeel van de controle kan worden uitgevoerd. Deze controle duurt in totaal maximaal 30 minuten (vijf minuten voor het rijden naar een stopplaats, twintig minuten inspectie, vijf minuten voor het verlaten van de stopplaats en rijden naar de (snel)weg. Afhankelijk van de aard, kan de controle bij een overtreding langer duren. Naar aanleiding van de uitgevoerde controle wordt een ‘rapport van technische controle langs de weg’ ingevuld. De chauffeur krijgt hiervan een afschrift dat kan worden getoond als hij/zij binnen driemaanden na de inspectie opnieuw voor controle staande wordt gehouden. Bij overtredingen wordt een proces verbaal opgemaakt en wordt het bedrijf van de overtreding op de hoogte gesteld.
Datum
Pagina
18 september 2006
37
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Bijzondere vervoerswetgeving Het gaat hierbij om de controle op de naleving van wetten als: • Arbeidstijdenwet • Wet goederenvervoer over de weg • Wet personenvervoer 2000 Tijdens dergelijke controles wordt door controleurs van het KLPD onder andere gekeken naar de rij - en rusttijden, (digitale) tachograaf, snelheidsbegrenzer en vervoersdocumenten. Ook de IVW houdt toezicht op deze onderwerpen. Tussen het KLPD en de IVW zijn afspraken gemaakt over de wijze waarop dergelijke controles plaatsvinden. De methodiek is weliswaar hetzelfde, maar de controles worden afzonderlijk door beide diensten uitgevoerd. Miliieucontrole/Afvalstoffen Het gaat hierbij met name om de controle van afvaltransporten en transporten van vuurwerk. Bij dergelijke controles wordt gekeken naar de naleving van voorschriften op het gebied van de Regeling Inzameling Afvalstoffen (RIA), het Besluit Inzameling Afvalstoffen (BIA) en de Europese Verordening Overbrenging Afvalstoffen (EVOA). Het KLPD werkt hierbij zelfstandig, dan wel samen met de VROM - Inspectie. Tussen het KLPD en VROM is een convenant gesloten over de uit te voeren controles. Als een transporteur van afvalstoffen wordt staande gehouden, richt het KLPD zich op de technische controle, lading en documentencontrole, terwijl de VROM-Inspectie op haar vakgebied ondersteuning levert. Controle vervoer gevaarlijke stoffen Bij deze controles zijn vanuit het KLPD deskundigen aanwezig, zoals specialisten gevaarlijke stoffen, stralingsdeskundigen en veiligheidsadviseurs. Bij dit type controles wordt veelal samengewerkt met de IVW, die medegespecialiseerd is in het toezicht op het vervoer van gevaarlijke stoffen. Alle controles die worden uitgevoerd door het KLPD vallen uiteen in statische en dynamische controles. Samenwerking met andere toezichthouders Het KLPD werkt bij controles in het domein Goederenvoer samen met de volgende inspectiediensten: • • • • •
Inspectie Verkeer en Waterstaat Algemene Inspectiedienst Vrom - Inspectie Douane Belastingdienst
Datum
Pagina
18 september 2006
38
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
• •
Rijksdienst Wegverkeer (assisteert bij technische controles) Koninklijke Marechaussee
De unit Transport en Milieucontrole van de Dienst Verkeerspolitie van het KLPD stuurt haar maandelijkse planning van controles aan een aantal van genoemde inspectiediensten. De collegadiensten worden zo uitgenodigd aan te sluiten bij de controle. Het is aan de diensten om te besluiten of zij gebruik willen maken van het controleoverzicht.
Datum
Pagina
18 september 2006
39
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3.9 Douane Algemeen De Douane is in het wegvervoer actief in het subdomein Goederenvervoer. De primaire taak van de Douane betreft de in - en uitvoer van goederen met betrekking tot de Europese buitengrens. Men stelt controles in naar aanleiding van in- en uitvoeraangiften alsmede bij douanevervoer en douaneopslag. De Douane heeft ook een taak ten aanzien van de accijnswetgeving. De Douane heeft geen taak in relatie tot de grenzen tussen de EU-lidstaten. Controles in het binnenland op communautaire (“vrije”) goederen worden in snel tempo afgebouwd. De focus van de Douane komt vooral op goederen in relatie tot de buitengrens te liggen en daarbij op het aspect veiligheid. Naast goederen en bijbehorende documenten controleert de Douane ook in administraties van bedrijven die im- en exporteren. Het gaat dus niet alleen om controle van het transport op de weg, maar ook om bedrijfscontroles. Belangrijkste wetten waarop wordt toegezien De regelgeving waarop de Douane haar controles baseert, is het Communautair Douane Wetboek. Organisatie en frequentie van het toezicht De Douane werkt aan de hand van risicoprofielen. Alle aangiften van te vervoeren goederen worden in een systeem gebracht en dit systeem doet een risicoanalyse. Op deze manier wordt een selectie gemaakt van te controleren goederen. De douanecontroles in het domein kunnen globaal worden ingedeeld in twee categorieën. •
Controles van transporten langs de weg, wegcontroles
Wegcontroles zijn gericht op (1) een aantal aspecten van de goederen, (2) de brandstof (accijns) en kenmerken van zowel (3) het voertuig (zoals lekdichtheid) als van (4) de chauffeur (papieren). Controles in het binnenland op communautaire (vrije) goederen worden de komende jaren afgebouwd omdat de focus van de Douane meer verschuift naar goederen in relatie tot de EU – buitengrens en daarbij het aspect veiligheid. •
Controle van opslag bij importerende of exporterende bedrijven, bedrijfscontroles
Datum
Pagina
18 september 2006
40
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Hierbij gaat het om twee typen bedrijfscontroles: - Op basis van een elektronische dagaangifte - Vergunninghouders Deze controles bestaan uit controle van de administratie en/of inventarisatie van de in het entrepot aanwezige goederen. Met betrekking tot de inspectieduur zijn de volgende gegevens bekend. In - en Uitvoer van goederen Meestal wordt op de plaats van bestemming een controle gehouden, tijdens het lossen van de goederen. Er wordt gecontroleerd of de lading overeenkomt met de aangifte van de goederen. Indien alleen gecontroleerd wordt op het land van herkomst, dan is de controle binnen afzienbare tijd voltooid. Een controle kan echter ook een hele dag duren en indien onderzoeken gedaan worden aan de hand van monsters, kan de inspectie weken duren. De controles op de uitvoer van goederen komen overeen met de controles op de invoer van goederen. De controle vindt echter plaats bij het laden in plaats van tijdens het lossen van de goederen. In eerste instantie legt de Douane bij overtredingen een bestuurlijke boete op, maar er kan ook een strafzaak van gemaakt worden, afhankelijk van aard overtreding. Doorvoer van goederen Hierbij controleert de Douane de aangifte van de goederen door de vervoerder. Indien de aangifte klopt, duurt de controle circa 30 minuten. Indien gegevens niet kloppen, dan duurt de controle gemiddeld een uur. Vervoermiddel Het controleren van de staat van het vervoermiddel neemt circa vijf minuten in beslag. Het controleren van het vervoermiddel vindt vaak tijdens de andere controles, dus geïntegreerd plaats. Accijnscontrole Controles op rode diesel vinden in circa 30 minuten plaats. Vaak wordt deze controle gecombineerd met controles op het vervoermiddel en op het vervoeren van goederen.
Datum
Pagina
18 september 2006
41
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Bedrijfscontroles Bij bedrijfscontroles zijn twee inspecteurs gemiddeld twee tot drie dagen bezig met het controleren van de administratie. Bij een groot bedrijf kan dit een week of meerdere weken zijn. Nadat de inspectie heeft plaatsgevonden voert men een gesprek en stuurt men achteraf een rapportage op. Samenwerking met andere toezichthouders Bij controles op de doorvoer van goederen, kan de Douane een ondersteunende functie hebben voor diverse inspectiediensten. Met name wat betreft de naleving van bepalingen in verband met afvalstoffen, gevaarlijke stoffen, ritmachtigingen, lekdichtheid koelwagens, verontreiniging van brandstoffen, radioactieve stoffen, verdovende middelen, kentekenbewijzen etcetera. Verder werkt de Douane op basis van afspraken over de uitwisseling van bestandsgegevens over in- en uitvoer. De Douane kan ook deelnemen aan controleacties van de convenantpartners. De criteria voor de samenwerking worden in de komende jaren meer en meer: goederen - en buitengrens gerelateerd.
Datum
Pagina
18 september 2006
42
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3.10 Samenwerking rijksinspecties en ICT In de afgelopen jaren is in het domein Wegvervoer in toenemende mate sprake van onderlinge samenwerking tussen toezichthouders. Soms beperkt deze samenwerking zich tot uitwisseling van (digitale) informatie, maar veelal is er sprake van gezamenlijke uitvoering van inspecties. Een voorbeeld hiervan zijn de projecten waarbij IVW, AI, KLPD en de regiopolitie gezamenlijk optrekken om te voldoen aan de Europese Verordening inzake het Arbeidstijden Besluit Vervoer. Sinds eind 2005 bestaat de samenwerkingsovereenkomst tussen IVW en de AI op basis van het regiemodel. De kern van dit model is dat op de aangewezen werkvelden één van beide diensten voor het gezamenlijke beleidsterrein het aanspreekpunt vormt voor de onder toezichtgestelde. De regisseur is verantwoordelijk voor de coördinatie van de inzet van inspectiecapaciteit en van de te hanteren normering, met inachtneming van de verantwoordelijkheden van beide inspecties voor de uitvoering van de eigen taken. Met inbreng van ieders specialismen wordt nauw samen gewerkt. Het delen van gegevens, door digitale uitwisseling van de staandehoudingsverslagen van het KLPD naar de IVW, is ook een goed voorbeeld van samenwerking. Technische toepassingen en ICT Vooral binnen de diensten van het ministerie van Verkeer en Waterstaat is een aantal technische voorzieningen die de daadwerkelijk inspecties hebben vereenvoudigd. Zo kan men dankzij het ‘weigh in motion’ systeem inmiddels op een aantal wegen het gewicht van de vrachtwagens in het rijdend verkeer dynamisch meten. Overbeladen vrachtwagens worden gefilmd en van de weg gehaald om te worden geverbaliseerd. Tevens zijn inspecteurs uitgerust met een PDA om digitale tachografen uit te lezen. Ook zijn bedrijven verplicht om meer gegevens op te slaan; zo moeten ze de rijtijden (uit de digitale tachografen) een jaar lang bewaren. Automatische nummerbordherkenning wat bijvoorbeeld door het KLPD wordt gebruikt voor snelheidscontroles, is ook toepasbaar om binnen het domein Wegvervoer controles uit te voeren om bijvoorbeeld het domein in kaart te brengen. Dit zijn stuk voor stuk rijke informatiebronnen. Rond het onderwerp mesttransport heeft de AID een nieuw systeem in gebruik genomen: ‘Het digitaal dossier’. In dit systeem kunnen alle gegevens die rond een inspectieobject bekend zijn bijeen worden gebracht. Zo kan op basis van kentekens van transportmiddelen die mest vervoeren de informatie van het laadbericht worden opgehaald. Maar ook andere, eventueel externe, gegevensbronnen kunnen worden gekoppeld.
Datum
Pagina
18 september 2006
43
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
3.11 Ontwikkelingen in het wegvervoer en het toezicht In het wegvervoer is er sprake van een aantal belangwekkende trends en ontwikkelingen, zowel op politiek niveau als in termen van marktontwikkelingen. Hieronder volgt een impressie. De Europese visie op het wegvervoer In zijn Witboek – Het Europese vervoersbeleid tot 2010 geeft de Europese Commissie zijn visie op de toekomst van de vervoersector. Voor het wegvervoer gelden de volgende cijfers: Voor het vervoer van goederen en personen is de weg de overheersende wijze van vervoer, die goed is voor 44% van het vracht - en 79% van het personenvervoer. Tussen 1970 en 2000 is het autopark in de Gemeenschap verdrievoudigd, namelijk van 62,5 miljoen voertuigen tot bijna 175 miljoen. Het internationaal goederenvervoer is een cruciale sector, aangezien die naar verwachting tegen 2010 met 50% zal aangroeien. Ondanks hun capaciteit om op flexibele wijze en tegen aanvaardbare prijzen goederen te vervoeren in de gehele EU, hebben kleine ondernemingen het moeilijk om rendabel te blijven. De EU-doelstellingen voor de periode tot 2010 zijn: versterking van de kwaliteit van de sector Wegvervoer, ontwikkeling van de regelgeving en versterking van de sancties en controles. Daarvoor stelt de Commissie de volgende maatregelen voor: • • • • • •
Bevordering van de uniformiteit van interpretatie, toepassing en controle van de communautaire wetgeving op het gebied van het wegvervoer; Harmonisatie van de sancties en van de voorwaarden voor een rijverbod; Uitbreiding van het aantal controles; Bevordering van de uitwisseling van informatie; Verbetering van de verkeersveiligheid met het oog op de vermindering van het aantal verkeersdoden tegen 2010; Harmonisatie van de belasting op brandstoffen voor beroepsdoeleinden en vermindering van de concurrentievervalsing op de geliberaliseerde markt voor het wegvervoer.
Datum
Pagina
18 september 2006
44
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Kabinetsvisie op wegvervoer De Nota Mobiliteit Het doel van de Nota Mobiliteit is dat 95% van de reizigers in 2020 op tijd op zijn of haar plaats van bestemming aankomt. Zonder dat de lokale luchtkwaliteit verminderd. Tegelijkertijd qil men de veiligheid op de weg vergroten. Een aantal relevante passages over het wegvervoer geven een beeld: •
Sterkere economie door de bereikbaarheid te verbeteren
De economische structuur moet worden versterkt. Dit vereist goed functionerende infrastructuurnetwerken en gestroomlijnde overheidsinterventies. Het rijk is daarbij verantwoordelijk voor de gehele hoofdinfrastructuur. De hoofdverbindingsassen tussen de nationale stedelijke netwerken en economische kerngebieden, waaronder de mainports, brainport Eindhoven en greenports, krijgen voorrang. Dit geldt met name voor de triple-A-verbindingen (A2, A4 en A12). De zeehaven Rotterdam wordt versterkt door te investeren in de ontwikkeling van de haven (Tweede Maasvlakte). Ook de bereikbaarheid van Schiphol wordt verbeterd. •
Vernieuwing keihard nodig
Innovatie is de motor van de economische ontwikkeling en kan de bereikbaarheid, de veiligheid en de leefomgeving verbeteren met een betere prijs-kwaliteitverhouding. De innovatieprestaties van de meeste mobiliteitssectoren blijven achter bij het Nederlandse gemiddelde. Het rijk zal zich met een inspirerend innovatiebeleid inspannen om de innovatieprestaties te verbeteren. Aanjagers hiervan zijn bijvoorbeeld het VenW-Beraad Kennis en Innovatie en het Platform Agrologistiek. Het VenW-beraad, waarin sleutelfiguren uit het bedrijfsleven en kennisinstellingen én leden van het rijksbrede Innovatieplatform zitting hebben, stimuleert aansprekende innovatieve projecten en versterkt het innovatieklimaat. •
Een daadkrachtige overheid
Het rijk maakt ontwikkeling mogelijk, schaft hinderlijke, niet-functionele marktverstorende regels af en vermindert administratieve lasten, conform wetgevingsprogramma van VenW ‘Beter Geregeld!’. Het rijk zorgt ervoor infrastructuurbesluiten sneller genomen kunnen worden. Ook stelt het handhaafbare normen voor veiligheid en milieu, houdt het toezicht en grijpt in als nationale publieke belangen worden geschaad.
en het dat rijk het
Datum
Pagina
18 september 2006
45
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
•
Ruimte voor betrouwbaar, veilig en duurzaam goederenvervoer
Het goederenvervoer is van grote betekenis voor de nationale economie, voor het faciliteren van (internationale) bedrijvigheid en natuurlijk voor de bevoorrading van onze samenleving. Onze internationale concurrentiepositie staat of valt met een goed functionerend goederenvervoersysteem en goed bereikbare mainports. Tussen nu en 2020 groeit het goederenvervoer nog aanzienlijk door mondiale ontwikkelingen in productie en distributie. Een belangrijke oorzaak is de overheveling van productie naar zogenoemde lagelonen-landen, wat resulteert in meer aanvoer van goederen naar Nederland over zee; de mainport Rotterdam heeft hierbij een belangrijke rol te vervullen. Maar ook bij andere modaliteiten en nationaal transport zal groei optreden. De inzet is het vervoer snel, betrouwbaar, veilig en binnen de randvoorwaarden van de kwaliteit van de leefomgeving te accommoderen. Het is aan de markt om logistieke processen beter in te richten, maar het rijk zal het verbeteren van de efficiëntie in de logistiek stimuleren. Alle modaliteiten zijn nodig om de groei op te vangen. Dit vereist goed functionerende netwerken en het beleid is er daarom op gericht de kracht van alle modaliteiten te versterken. Het rijk zal zich sterk maken om (fysieke) knelpunten weg te halen en legt prioriteit bij ontsluiting van de mainports, de greenports en de economische kerngebieden en bij internationale corridors. Veilig vervoer van gevaarlijke stoffen en het verbeteren van de verkeersveiligheid van het goederenvervoer zijn belangrijke streefdoelen. Het rijk zet zich in internationaal verband in voor duurzaam goederenvervoer en voor eerlijke marktverhoudingen. •
Veiligheid permanent verbeteren
Nederland blijft tot de meest verkeersveilige landen van de Europese Unie behoren. Ondanks de groei van de mobiliteit verbetert de verkeersveiligheid. Een daling van het jaarlijkse aantal verkeersslachtoffers tot 900 doden in 2010 en 580 doden in 2020 per jaar is mogelijk. Zo nemen het persoonlijk leed en de economische schade door ongevallen af. Innovatie en aanscherping van het Europese voertuigbeleid is hiervoor nodig. Verkeershandhaving is het belangrijke sluitstuk van het verkeersveiligheidsbeleid. De sociale veiligheid in het openbaar vervoer, zoals ervaren door de reiziger, verbetert onder andere door inzet van toezichthouders en de chipkaart. Het transport van gevaarlijke stoffen blijft selectief mogelijk door een ketenbenadering die binnen ruimtelijke grenzen aanstuurt op een zo veilig mogelijk transport. Security en het beschermen van vitale infrastructuur hebben hoge prioriteit.
Datum
Pagina
18 september 2006
46
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Toezichtlast In het voorgaande hoofdstuk is de organisatie en feitelijke intensiteit (frequentie en duur) van het toezicht beschreven. Voor een goed beeld van de toezichtlast is de ‘beleving’ van het toezicht door de ondernemers in het wegvervoer minstens zo belangrijk. Het volgende hoofdstuk behandelt de knelpunten van het toezicht en waar verbeteringen mogelijk zijn, op basis van de ervaringen van de onder toezicht staande. Toezichtlasten: “de lasten die bedrijven ondervinden om te voldoen aan de (informatie)verplichtingen voortvloeiend uit het toezicht”6. Onder toezicht wordt hier verstaan de activiteiten controle en handhaving, waarbij het gaat om alle fasen van het toezichttraject. De totale toezichtlast is opgemaakt uit de volgende componenten: 1. De administratieve (kwantitatieve) lasten van toezicht 2. De kwalitatieve beoordeling van de lasten van toezicht Voor een beeld van de toezichtlast in het wegvervoer is een onderzoek uitgevoerd dat een goed beeld geeft van de kwantitatieve en kwalitatieve last van toezicht. De kwalitatieve toezichtlast is bepaald op basis van een beperkt aantal interviews met bedrijven.
3.12 Kwantitatieve toezichtlast Op basis van het onderzoek kunnen eerst enkele conclusies worden getrokken ten aanzien van de administratieve lasten van toezicht, de zogeheten kwantitatieve toezichtlast. Goederenvervoer Uit het onderzoek komt naar voren dat de AL van toezicht uiteen kunnen lopen van € 250 voor bedrijven die zich bezighouden met RMO-vervoer tot € 9.700 voor afvaltransportbedrijven. De administratieve lasten (AL) per bedrijf in het goederenvervoer variëren aanzienlijk door (1) het aantal transporten (en dus de kans op controle) en (2) de aard en de omvang van de hoofd – en nevenactiviteiten op bedrijfslocatie. Algemeen kan gesteld worden dat bedrijven die naast de hoofdactiviteit transport ook nevenactiviteiten uitvoeren zoals op – en overslag, te maken hebben met relatief hoge administratieve lasten. Uit genoemd onderzoek blijk dat bedrijven binnen de categorie afvalstoffen transport te maken hebben met de hoogste AL. Deze hoge AL worden 6
Sira Consulting – Meting Toezichtlast Wegvervoer.
Datum
Pagina
18 september 2006
47
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
veroorzaakt door specifieke wegcontroles voor afvalstoffentransport, de uitgebreidheid van de inspecties afvalstoffen op bedrijfslocaties en door de doorgaans grote omvang van deze categorie bedrijven. Daarnaast hebben ook bedrijven in de categorieën gevaarlijke stoffen transport en autotransport last van relatief hoge administratieve lasten. Voor gevaarlijke stoffen transport betreft dit vooral de wegcontroles van de VROM - Inspectie, IVW en de Douane. Voor Autotransport betreft dit vooral de inspectie in - en doorvoer goederen van de Douane. De AL per bedrijf zijn relatief hoog omdat – ondanks dat een aantal wegcontroles al gecombineerd wordt uitgevoerd – toch nog veel inspectiediensten afzonderlijk controles uitvoeren. Besloten Busvervoer De gemiddelde AL van toezicht per jaar voor busbedrijven bedraagt tussen de € 700 en € 900. De omvang van de AL is afhankelijk van het aantal bussen waarover een busbedrijf beschikt en het aantal vervoersbewegingen. De omvang van het bedrijf heeft zowel consequenties voor de wegcontroles als de inspecties op bedrijfslocatie. Met betrekking tot de wegcontroles geldt: hoe meer bussen, des te groter de kans om te maken te krijgen met een wegcontrole van IVW en het KLPD. Met betrekking tot de inspecties op bedrijfslocatie geldt dat de inspectie rij - en rusttijden op locatie (IVW) langer duurt als een bedrijf over veel bussen beschikt. Taxivervoer De gemiddelde AL van toezicht per jaar voor taxibedrijven binnen het contractvervoer en zelfstandige taxibedrijven bedragen circa € 400.
3.13 Kwalitatieve toezichtlast “Bedrijven ervaren inspecties niet alleen in termen van tijd en geld als belastend. Deze kwalitatieve lasten van toezicht worden weergegeven door belevingsfactoren.” Uit de interviews met bedrijven blijkt dat een aantal belevingsfactoren in alle subdomeinen als meest bepalend wordt beoordeeld. Het gaat om:
Datum
Pagina
18 september 2006
48
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
•
• •
• •
•
Leereffect voor het bedrijf: door de uitwisseling van informatie ontstaat een win-win situatie waardoor bedrijven positief tegenover inspecties (komen te) staan; Duidelijkheid over het doel van de inspectie: het doel van de inspectie dient volgens bedrijven voorafgaand aan de inspectie duidelijk te zijn; Deskundigheid van de inspecteur: de deskundigheid in de vorm van vakinhoudelijk en bedrijfsspecifieke kennis van de inspecteur is zeer bepalend voor de uiteindelijke beleving van de inspectie; Houding van de inspecteur: het is belangrijk dat de inspectie op basis van gelijkwaardigheid wordt uitgevoerd; Duur van de inspectie: bedrijven vinden het belangrijk dat de inspectie op efficiënte en effectieve wijze wordt uitgevoerd zodat hier zo weinig mogelijk tijd (en dus geld) aan hoeft te worden besteed; Werkwijze van de inspecteur.
Uit het onderzoek komen een aantal aandachtspunten naar voren. Inspecties op de bedrijfslocatie worden positiever beoordeeld dan wegcontroles Inspecties op de bedrijfslocatie worden door transportbedrijven over het algemeen positiever beoordeeld dan wegcontroles. De volgende redenen worden daarvoor gegeven: Inspecties op de bedrijfslocatie worden in veel gevallen aangekondigd waardoor bedrijven rekening kunnen houden met de inspectie en deze in kunnen plannen. De frequentie van inspecties op de bedrijfslocatie ligt lager dan van wegcontroles. De deskundigheid van inspecteurs die inspecties op de bedrijfslocatie uitvoeren wordt door transportbedrijven hoger gewaardeerd dan van inspecteurs die wegcontroles uitvoeren. Inspecties op de locatie niet altijd nodig Een aantal inspecties wordt momenteel op locatie uitgevoerd terwijl dit volgens bedrijven niet nodig is. Inspecties op de bedrijfslocatie die ook op afstand hadden kunnen worden uitgevoerd, worden door bedrijven minder positief ervaren. De inspectie kost nu meer tijd dan wanneer deze op afstand zou zijn uitgevoerd. Het gaat om de volgende inspecties: Bedrijfsinspectie rij - en rusttijden (IVW). Bedrijven vragen zich af of deze inspecties wel op locatie moeten gebeuren omdat tachograafschijven ook door het bedrijf kunnen worden opgestuurd. Inspectie kilometerregistraties (Belastingdienst). Kilometerregistraties worden nu op locatie gecontroleerd, maar dit kan mogelijk ook op afstand.
Datum
Pagina
18 september 2006
49
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
Terugkoppeling niet altijd voldoende Bij een aantal inspecties vindt naar het oordeel van bedrijven onvoldoende terugkoppeling plaats. Dit komt enerzijds tot uiting in het onvoldoende toelichten van de bevindingen en anderzijds in het ontbreken van rapportages. Bij wegcontroles krijgen transportbedrijven helemaal geen schriftelijke terugkoppeling wanneer alles in orde bevonden is. Discrepantie mondelinge en schriftelijke terugkoppeling Bij een aantal bedrijfscontroles is volgens bedrijven sprake van discrepantie tussen de mondelinge en de schriftelijke terugkoppeling. Hierbij zijn zaken in de schriftelijke terugkoppeling opgenomen die voor het bedrijf als een verrassing komen. In het bijzonder komt dit met enige regelmaat voor bij de inspectie correcte afdracht belasting en premies (Belastingdienst). Ten slotte Uit het onderzoek kunnen een aantal elementen worden afgeleid die bijdragen aan de (ervaren) toezichtlast: • Onduidelijkheid over hoe de regels en het toezicht daarop in elkaar zitten en wat ze voor bedrijven betekenen; • Gebrek aan overzichtelijke, integrale informatie over inspectie activiteiten; • Houding, kennis en optreden van inspecteur; • Onvoldoende focus op de ‘bad guys’ ten behoeve van de ‘good guys’; • De communicatie over het toezicht en de toezichtresultaten naar de bedrijven.
Datum
Pagina
18 september 2006
50
van
52
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
4 Definities van gehanteerde termen Domein:
een goed afgebakend maatschappelijk veld waarop toezicht wordt uitgeoefend. Een domein komt ruwweg overeen met een branche of groep van branches.
Toezicht:
(nalevings)toezicht is het verzamelen van de informatie over de vraag of een handeling of zaak voldoet aan de daaraan gestelde eisen, het zich daarna vormen van een oordeel daarover en het eventueel naar aanleiding daarvan interveniëren.
Frontoffice: één aanspreekpunt dat op één – voorspelbare – manier het toezicht organiseert alsof er één rijkstoezichthouder is in dat domein en dat op één manier gegevens verzamelt. Een frontoffice kan verschillende functies hebben, afhankelijk van de wijze waarop binnen het domein de samenwerking geregeld wordt. Toezichtlast::de kosten die bedrijven en instellingen maken om te voldoen aan met het toezicht verbonden verplichtingen t.a.v. het leveren van informatie en het begeleiden van de inspecteurs op de locatie. Onderscheid kan worden gemaakt in feitelijke toezichtlast en ervaren toezichtlast.
Datum
Pagina
18 september 2006
51
van
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
52
Datum
Pagina
18 september 2006
52
van
Rapport
Rapport Inventarisatie Wegvervoer
52