Inrichting van het schoolexamen. Tweede Fase (versie )

Inrichting van het schoolexamen Tweede Fase (versie 2015-2016)

Besluit voor de inrichting van het schoolexamen in de Tweede Fase (versie 2015) LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN ...........................................................................................................3 0

VOORWOORD ..................................................................................................................................................4

I

TOEGESTANE VAKKENCOMBINATIES IN DE BOVENBOUW EN HET EXAMENDOSSIER .......5

II

OPBOUW VAN HET EXAMENDOSSIER PER VAK EN BIJBEHOREND EINDRAPPORTCIJFER .7

III

REGELS BIJ DE OPBOUW VAN HET EXAMENDOSSIER .................................................................... 16

IV REGELINGEN VOOR HET EINDRAPPORT VAN KLAS 5, DE BEVORDERING EN DE GEVOLGEN VAN HET NIET-SLAGEN VOOR HET EXAMEN ...................................................................... 20 DE BEVORDERING VAN KLAS 5 NAAR KLAS 6 ........................................................................................................... 22 DE VOLLEDIGHEID VAN HET EXAMENDOSSIER ......................................................................................................... 24 DE HERKANSINGEN .................................................................................................................................................. 24 GANG VAN ZAKEN BIJ HERKANSINGEN ..................................................................................................................... 24 REKENTOETS IN HET EINDEXAMEN 2016. ................................................................................................................. 25 APPENDIX: DE LESSENTABEL VOOR DE VERNIEUWDE TWEEDE FASE VANAF SCHOOLJAAR 2015-2016 .................................................................................................................................................................... 26

Inrichting 2e fase; versie 2015-2016

pagina 2

Lijst van gebruikte afkortingen CTF SE CE MR PTA

Commissie Tweede Fase Schoolexamen Centraal examen Medezeggenschapsraad Programma van toetsing en afsluiting

La Gr Ne Fa Du En Fi Gs Ak Ec ANW Wi Na Sk Bi LO

Latijn Grieks Nederlands Frans Duits Engels Filosofie Geschiedenis Aardrijkskunde Economie Algemene natuurwetenschappen Wiskunde Natuurkunde Scheikunde Biologie Lichamelijke opvoeding

C&M E&M N&G N&T

Cultuur en Maatschappij Economie en Maatschappij Natuur en Gezondheid Natuur en Techniek

M-stroom N-stroom

E&M plus C&M N&T plus N&G

MVT Moderne vreemde talen KT Klassieke taal Sbu Studiebelastingsuur c.q.-uren.


pagina 3

0

Voorwoord

Het hier voorliggende stuk is het besluit voor de inrichting van het schoolexamen in de vernieuwde Tweede Fase op het Murmellius Gymnasium. Dit besluit van de schoolleiding is op de MR-vergadering van 28 november 2006 door de MR unaniem van instemming voorzien. In de tijd daarna zijn er diverse wijzigingen doorgevoerd, steeds van instemming voorzien door de MR. De uitwerking van een aantal artikelen is geregeld in het Examenreglement 2015-2016. Dit reglement vormt één geheel met deze inrichting van de Tweede Fase. Met ingang van 2015-2016 maakt ANW geen deel meer uit van het examendossier. Dat geldt voor leerlingen die in het schooljaar 2017-2018 examen zullen doen. Omdat dit document met name bedoeld is voor de leerlingen die in 2016 resp 2017 examen doen, zijn alle regelingen omtrent ANW nog wel opgenomen ter informatie.


pagina 4

I Toegestane vakkencombinaties in de bovenbouw en het examendossier Uit de lessentabel (zie de appendix) volgt welke vakkencombinaties er op het Murmellius Gymnasium mogelijk zijn. Hier wordt besproken wat dit betekent voor de keuzes die de leerlingen kunnen maken en wat deze keuzes inhouden voor het examendossier. Op het Murmellius Gymnasium kiezen de leerlingen in klas 4 een N-stroom of een M-stroom en volgen dan 12 vakken, waarvan per stroom 10 verplicht zijn (waaronder 2 verplichte keuzes voor één MVT en Wi-Aof Wi-B) en er 2 gekozen kunnen worden. Hoewel ANW en Bi afzonderlijke vakken zijn zullen zij vooralsnog als combinatievak ANW/Bi worden aangeboden. Op het eindrapport van klas 4 hebben ANW en Bi een afzonderlijk cijfer. De volgende tabel (A) geeft aan welke vakken verplicht zijn en uit welke vakken kan worden gekozen. A

Te volgen Vakken in Klas 4 N-stroom

M-stroom

Verplicht

Aantal lesuur per week

Nederlands

3

Klassieke Taal 1

5

Engels

3

Biologie/ANW

3,5

Duits of Frans

2,5

LO

2 19

Verplicht in de stroom

Wiskunde-B (of –A)

Wiskunde-A (of –B)

3

3

Natuurkunde

Geschiedenis

2,5

2,5

Scheikunde

Economie

2,5

2,5

8

8

Keuzevakken:

Filosofie

Filosofie

1 kiezen uit :

Geschiedenis

Frans Duits

2,5

Klassieke Taal 2

Klassieke Taal 2

(KT2: 5)

Aardrijkskunde

Aardrijkskunde

1 kiezen uit:

2,5 Economie Wiskunde D

(Wi-D: 2) 5

11 Totaal aantal vakken

(12 als Bio en ANW apart geteld worden)

11

32

32

Wi-D: NE, En en WI hebben aanvullende exameneis.


31,5 KT2

KT2

34,5

34,5

pagina 5

De rapportcijfers van alle gevolgde (combinatie)vakken zijn heeltallig In klas 5 en klas 6 zijn er geen afzonderlijke Vanaf 2014 klas 4 is het vak KCV volledig SE-resultaten voor La/KCV en voor Gr/KCV. geïntegreerd in La en Gr. Het vak bestaat dus niet (Deze opmerking is niet van toepassing voor klas 4) meer in zelfstandige vorm. Latijn heet officieel Latc (Latijnse Taal en Cultuur); Grieks: Grtc Alle heeltallige eindrapportcijfers tellen mee bij de bevordering van klas 4 naar klas 5 De vakken Bio en ANW leveren ieder één cijfer voor Vanaf het examen 2018 is ANW geen verplicht de overgang van klas 4  5 eindexamenvak meer in het algemeen deel. Dat betekent dat vanaf 2015-2016 ANW niet meer in het examendossier wordt opgenomen voor klas 4. (Voor klas 5 en 6 verandert er niets). Een overstap aan het einde van leerjaar 4 van Wi-A naar Wi-B (of omgekeerd) kan alleen in overleg met de sectie Wiskunde. Een applicatieprogramma zal eventueel van toepassing zijn.

Onder de tabel zijn enkele organisatorische bijzonderheden kort vermeld. Verderop worden deze meer uitvoerig besproken. In klas 6 levert het SE-eindresultaat van Ma en van het profielwerkstuk een heeltallig combinatiecijfer dat net zo zwaar meetelt in de slaag/zak-regeling als de eindexamencijfers van de andere vakken waarin een leerling verplicht examen moet doen. (Zie verder voor dit combinatiecijfer hoofdstuk V en ook het Examenreglement.) Uit het volgende overzicht blijkt dat een leerling in klas 5 verplicht is tien examenvakken te volgen en dat een leerling in klas 6 negen examenvakken verplicht moet volgen (dit aantal is inclusief LO). B Mogelijke Vakkencombinaties in de Klassen 5 en 6 voor de Opbouw van het Examendossier Profielen

Gemeenschappelijk Deel

Profieldeel (4 vakken)

Latc of Grtc Ne En Ma ANW* LO

Gr of La of Fi of Du of Fa Ak of Ec Gs Wi C of Wi A ** Ec Ak of Du of Fa Gs Wi A of Wi B Na of Ak Sk Bi Wi A of Wi B Na Sk Bi of WiD*** Wi B

C&M

E&M

N&G

N&T

* Afgerond in klas 4 NB: alleen voor klas 5 en 6; voor klas 4 maakt ANW GEEN deel uit van het examendossier

** Als een leerling in C&M kiest voor Wi B kan niet worden gegarandeerd dat deze leerling alle lessen Wi B kan volgen *** WiD kan alleen gevolgd worden in combinatie met WiB Verplicht in klas 5 (behalve ANW )

Verplicht in klas 6 (behalve ANW en Ma)

Vrij deel (2 vakken verplicht in klas 5; 1 of 2 vakken in klas 6, waarvan 1 verplicht) Fi of Gr of La of Du of Fa of Ec of Ak of Na of Sk of Bi****

Fi of Gr of La of Du of Fa of Ak of Na of Sk of Bi of WiD*** Profielwerkstuk Fi of Gr of La of Gs of Du of Fa of Ec of Ak of Na of WiD***

Fi of Gr of La of Gs of Du of Fa of Ec of Ak of WiD*** of Bi

**** Op het Murmellius Gymnasium is een combinatie van Wi C met Na, Sk of Bi niet toegestaan

#) Op het Murmellius Gymnasium is het in klas 5 niet mogelijk voor een activiteit i.p.v. voor een vak te kiezen In klas 5 zijn 2 vakken verplicht als keuzevak In klas 6 is 1 vak verplicht als keuze-examenvak

Verplicht in klas 6

Nodig voor een volledig eindrapport klas 5 Tellen mee bij de bevordering van klas 5 naar klas 6


pagina 6

De opmerkingen onder #), +) ,* , ** , *** en **** spreken voor zich. De andere worden in het vervolg nader toegelicht.

II Opbouw van het examendossier per vak en bijbehorend eindrapportcijfer De volgende tabel (C) laat zien hoe het SE wordt opgebouwd vanuit de zogenoemde dossiertoetsen. Deze dossiertoetsen corresponderen met de huidige deeltoetsen. De SE-resultaten corresponderen met de huidige toetsresultaten. De talen blijken behoefte te hebben aan de opbouw van een SE-deel via SE-domeinen die in de loop van de tijd gevuld worden met dossiertoetsen. Daarom is t.b.v. de Talen de stap van SE-domeinen gecreëerd tussen dossiertoetsen en een SE-deel.

Indien een vak naast dossiertoetsen ook voortgangstoetsen afneemt, dan wordt het dossierresultaat alleen gebaseerd op het (gewogen) gemiddelde van de dossiertoetsen. De voortgangstoetsen tellen daarbij NIET mee; deze zijn alleen van belang bij de vaststelling van de bevordering.


pagina 7

C Opbouw van het examendossier per vak Opbouw van het SE naar dossiertoetsen, SE-domeinen en SE-delen

SE



SE - de(e)l(en)



SE - domein(en)



 Mondeling  Theoretisch Schriftelijk   Dossiertoets(en)   Praktisch Mondeling   Schriftelijk 

Terminologie voor de resultaten (alle in één decimaal) SE - eindresultaat



SE - resulta(a)t(en)



SE - domeinresulta(a)t(en)



Dossiertoetsresulta(a)t(en)

Definities en terminologie (Zie ook het Examenreglement) - Er is sprake van een praktische dossiertoets bij een practicum, een scriptie, een onderzoeksopdracht, spreekvaardigheid of luistervaardigheid e.d. - Het onderscheid praktisch - theoretisch bestaat alleen op het niveau van de dossiertoetsen en eventueel op het niveau van de SE-domeinen. Op het niveau van SE-delen en het SE bestaat dit onderscheid niet. - Een schriftelijke theoretische dossiertoets komt tot stand via een proefwerk al of niet in combinatie met schriftelijke overhoringen (SO’s) of andere opdrachten. (Voor details zie verderop de regels bij de opbouw van het examendossier, pag 14). Algemene regels bij de opbouw van het examendossier per vak - Bij de talen, dus bij Gr, La, Ne, Fa, Du en En, mag een SE-domein meer dan één dossiertoets bevatten. - Bij de vakken, niet zijnde een taal, zijn bevat een SE-domein niet meer dan één theoretische dossiertoets. Bij een theoretische domeintoets komt het SE-domeinresultaat dus tot stand door middel van één en slechts één dossiertoets. Een SE-domein mag wel meer dan één praktische dossiertoets bevatten, echter niet in combinatie met een theoretische dossiertoets. - Bij een SE-deel kan een minimum worden gesteld aan het aantal SE-domeinen dat het betreffende SE-deel moet bevatten (Dit geldt voor het SE-deel voor klas 5. Zie verder pag.11.)


pagina 8

Onderstaande tabel en uitleg is alleen van toepassing op klas 5 en klas 6. ANW is vanaf 2015-2016 GEEN examendossiervak meer voor leerlingen van klas 4. De volgende tabel (D) geeft weer hoe deze opbouw van het examendossier per vak in klas 4 is uitgewerkt voor het SE-eindresultaat van ANW en voor het eindrapportcijfer van ANW (dus alleen van toepassing voor klas 5 en 6 in 2015-2016)

Toets momenten

D Opbouw Eindrapport en Examendossier voor ANW klas 4

Eindrapport

SE

SE -domein A

Theoretische Dossiertoets SE A

SE -domein B

Theoretische Dossiertoets SE B





Klas 4 gedurende het gehele leerjaar

Herkansingen (SE-resultaat < 5,5)

Max. 1 herkansing na bevordering naar klas 5

Herstelopdracht Rapport

Examendossier

Bij rapportcijfer <6

Bij SE eindresultaat < 5,5

N.B.: Als een SE-domein louter praktische dossiertoetsen bevat mag dat domein meer dan één dossiertoets bevatten

Resultaat heeltallig

Vermelding gewichten in het PTA Beschrijving in het Stofomschrijving in het PTA PTA Resultaten in één decimaal Centrale administratie van de resultaten Herkansen alleen over SE-domeinresultaten < 5,5


   Algemeneregeling

     Regeling per vak    

pagina 9

Opmerkingen bij tabel D - De SE-domeinresultaten leiden bij ANW direct tot een SE-eindresultaat omdat het SE slechts één SE-deel bevat. - De beschrijving van de SE-domeinen bij ANW wordt in het PTA van klas 4 vastgelegd. Ook de stofomschrijving van de dossiertoetsen die onder een SE-domein vallen wordt in het PTA van klas 4 vastgelegd. - Wat de gewichten zijn van de dossiertoetsen bij een SE-domein wordt in het PTA van klas 4 vastgelegd in percentages van het SE-eindresultaat. - Het eindrapportcijfer voor ANW, en ook het eindexamencijfer, is de heeltallige afronding van het SE-eindresultaat voor ANW. - Dossiertoetsresultaten, SE-domeinresultaten, SE-resultaten en het SE-eindresultaat zijn alle in één decimaal. Rapporten, dus ook het eindrapport, bevatten heeltallige resultaten. - Alle dossiertoetsresultaten worden centraal geadministreerd in het leerlingvolgsysteem Magister. Alle andere resultaten worden hieruit berekend. - Het Examenreglement bevat de regels van de afronding bij SE-domeinresultaten, bij SEresultaten en bij het SE-eindresultaat. Uitgangspunt is dat bij de vaststelling van een SE-eindresultaat of een SE-resultaat vanuit de dossiertoetsresultaten via de SE-domeinresultaten, bij de tussenstappen van de berekening er niet wordt afgerond. Bovenstaande is NIET van toepassing op klas 4; voor deze leerlingen is ANW een ‘gewoon’ vak dat meetelt voor de bevordering, maar geen opbouw geeft in het examendossier. In klas 5 zijn alle vakken die een CE hebben, en wiskunde D en Ma, begonnen met het SE, dus met de opbouw van het examendossier. ANW is afgesloten in klas 4. Na herkansing of herstelopdracht na de bevordering van klas 4 naar klas 5 is het SE-eindresultaat van ANW definitief. (Geldt NIET voor klas 4) In klas 5 zijn twee soorten toetsen mogelijk: - Voortgangstoetsen; deze tellen wèl mee voor de bevordering, maar niet voor de opbouw van het examendossier. - Dossiertoetsen; deze tellen zowel mee voor de bevordering als het examendossier. - Alle dossiertoetsen in klas 5 leiden gezamenlijk tot het eerste SE-resultaat per vak. Het eindrapportcijfer van klas 5 wordt samengesteld uit een vooraf vastgestelde verhouding tussen Voortgangs- en Dossiertoetsen. Er bestaan in klas 6 geen voortgangstoetsen, want dan kan geen enkele toets buiten het SE vallen. In de volgende tabellen voor de opbouw van het examendossier voor een vak met CE in de klassen 5 en 6 spelen voortgangstoetsen geen enkele rol, immers: deze zijn alleen van belang voor de overgang van klas 5 naar klas 6 en NIET voor het examendossier. Onder en rechts van de tabellen zijn weer organisatorische bijzonderheden vermeld die vooral ter sprake zullen komen bij de bespreking van de regels bij de opbouw van het examendossier en de bespreking van de regelingen voor de eindrapporten van klas 4 en klas 5 en de bevordering. In verband met de bovenschoolse samenwerking valt een eventuele herkansing voor wiskunde D buiten de algemene herkansingsregeling. (Zie verder het Examenreglement.) Voor Ma geldt een speciale regeling.


pagina 10

PTA in klas 5

Het PTA klas 5 is onderdeel van het PTO (=Programma voor Toetsing en Overgang) van klas 5. In dit PTO staat zowel voor dossiertoetsen als voor voortgangstoetsen aangegeven per vak: -

-

Het aantal dossiertoetsen en voortgangstoetsen De weginsfactoren voor de bepaling van het eindrapportcijfer (minimaal 70% voor de dossiertoetsen en maximaal 30% voor de voortgangstoetsen) De weging van elke toets in het PTO De inhoud van elke toets Het tijdstip van afname gedurende het jaar (zowel Dossier- als Voortgangstoetsen). NB: dit tijdstip wordt voor elke toets door de eindexamensecretaris vastgesteld na inventarisatie van de wensen van alle vakken. Het PTA vermeldt welke toetsen dossiertoetsen zijn en hoe het SE-resultaat uit deze toetsen wordt berekend. De onderlinge verhouding tussen de dossiertoetsen is identiek aan de verhouding van deze toetsen binnen het PTO

NB1: Voortgangs- én dossiertoetsen zijn voor elke leerling in principe identiek. Zie ook het examenreglement art. 7.7.1 t/m 7.7.3. NB2: Indien een vak geen voortgangstoetsen afneemt maar alleen dossiertoetsen dan zijn PTO en PTA identiek


pagina 11

E1

Opbouw Examendossier van de Talen in Klas 5 en Klas 6

Toetsmomenten


Dossiertoets I A 1 SE-domein I A

Dossiertoets I A 2

 SE-deel I SE-domein I B

Dossiertoets I B 1 Dossiertoets I B 2

Klas 5

(heeltallige afronding

gedurende het gehele leerjaar



 40% en  60%



Max. 3 (verplichte) herkansingen na bevordering naar klas 6



) SE SE-domein II A

SE-deel II SE-domein II B

Dossiertoets II A 1 Dossiertoets II A 2

 Dossiertoets II B 1 Dossiertoets II B 2

 20% en  60%

SE-deel III  40%

SE-domein III

Vermelding gewichten in het PTA van beide leerjaren

Klas 6



nov, dec, direct na kerst

april

Algemene regeling

Vermelding gewichten in het PTA van het betreffende leerjaar Beschrijving in het PTA van het betreffende leerjaar Resultaten in één decimaal

Stofomschrijving in het PTA van het betreffende leerjaar

Centrale administratie van de resultaten Herkansen alleen over SEdomeinresultaten < 5,5 Inrichting 2e fase; versie 2015-2016

Max. (3 - (aantal gebruikt bij SE-deel II)) april of mei

Klas 6

Dossiertoets III

Max. 2 herkansingen eind januari

pagina 12


E2

Opbouw Examendossier van een Vak met CE, niet zijnde een Taal, in Klas 5 en Klas 6 SE-domein I A

Theoretische dossiertoets I A

SE-domein I B

Theoretische dossiertoets I B

Toetsmomenten

Klas 5

SE-deel I  40% en  60%

(heeltallige afronding ) SE



gedurende het gehele leerjaar



Max. 3 (verplichte) herkansingen na bevordering naar klas 6

N.B.: Als een SE-domein louter praktische dossiertoetsen bevat mag dat domein meer dan één dossiertoets bevatten SE-domein II A

Theoretische dossiertoets II A

SE-domein II B

Theoretische dossiertoets II B





Klas 6

SE-deel II  20% en  60%


nov, dec, direct na kerst

Max. 2 herkansingen eind januari

N.B.: Als een SE-domein louter praktische dossiertoetsen bevat mag dat domein meer dan één dossiertoets bevatten SE-domein III

Vermelding gewichten in het PTA van beide leerjaren

Dossiertoets III

april

Algemene regeling

Vermelding gewichten in het PTA van het betreffende leerjaar

Beschrijving in het PTA Stofomschrijving in het PTA van het van het betreffende leerjaar betreffende leerjaar Resultaten in één decimaal Centrale administratie van de resultaten Herkansen alleen over SEdomeinresultaten < 5,5


Max. (3 – (aantal gebruikt bij SE-deel II)) april of mei

Klas 6

SE-deel III  40%

pagina 13


Toets momenten

E3 Opbouw Eindrapport en Examendossier voor Ma klas 5

SE -domein A

SE -domein B Eindrapport = gemiddelde over voortgangs- én SEtoetsen

SE



Theoretische Dossiertoets SE A eventueel 1 of meer voortgangstoetsen Theoretische Dossiertoets SE B eventueel 1 of meer voortgangstoetsen



Klas 5 gedurende het gehele leerjaar


Max. 1 herkansing na bevordering naar klas 6

Verplichte herkansing Rapport

Examendossier

Bij rapportcijfer <6

Bij SE eindresultaat < 5,5

N.B.: Als een SE-domein louter praktische dossiertoetsen bevat mag dat domein meer dan één dossiertoets bevatten

Resultaat heeltallig

Vermelding gewichten in het PTA Beschrijving in het Stofomschrijving in het PTA PTA Resultaten in één decimaal Centrale administratie van de resultaten Herkansen alleen over SE-domeinresultaten < 5,5


   Algemeneregeling


pagina 14

Opmerkingen bij de tabel E1 en E2 - Het SE-deel I is bij de overgang van klas 5 naar klas 6 afgerond. De SE-delen II en III worden in klas 6 afgerond. - Het SE-deel I bevat minimaal 4 SE-domeinen. - De gewichten van de SE-delen I, II en III bij het SE worden zowel in het PTA van klas 5 als in het PTA van klas 6 vastgelegd. - Bij het SE is het gewicht van SE-deel I minimaal 40 % en maximaal 60%; het gewicht van het SE-deel II minimaal 20% en het gewicht van SE-deel III is het restant, zodanig dat de 3 gewichten optellen tot 100%. Uitdrukkelijk is dus toegestaan dat SE-deel III 0% heeft als gewicht. - De beschrijving van de SE-domeinen bij SE-deel I wordt alleen in het PTA van klas 5 vermeld. De stofomschrijving van de dossiertoetsen bij deze SE-domeinen wordt ook alleen in het PTA van klas 5 vermeld. - De beschrijving van de SE-domeinen bij de SE-delen II en III wordt alleen in het PTA van klas 6 vermeld. De stofomschrijving van de dossiertoetsen bij deze SE-domeinen wordt ook alleen in het PTA van klas 6 vermeld. - De gewichten van de SE-domeinen bij SE-deel I worden alleen in het PTA van klas 5 vermeld. De gewichten van de dossiertoetsen bij deze SE-domeinen worden ook alleen in het PTA van klas 5 vermeld. - De gewichten van de SE-domeinen bij de SE-delen II en III worden alleen in het PTA van klas 6 vermeld. De gewichten van de dossiertoetsen bij deze SE-domeinen worden ook alleen in het PTA van klas 6 vermeld. - Dossiertoetsresultaten, SE-domeinresultaten, SE-resultaten en het SE-eindresultaat zijn alle in één decimaal. - Alle dossiertoetsresultaten worden centraal geadministreerd in het leerlingvolgsysteem Magister. Alle andere resultaten worden hieruit berekend. - Het Examenreglement bevat de regels van de afronding bij SE-domeinresultaten, bij SE-resultaten en bij het SE-eindresultaat.


pagina 15

III F

Regels bij de opbouw van het examendossier Periodes bij de opbouw van het examendossier

Periode 1

Periode 2

Periode 3 Periode 4

Periode 5

Momenten voor de dossiertoetsen en het profielwerkstuk Vervalt voor leerlingen die in 2015-2016 in klas 4 of lager zitten. Voor leerlingen in klas 5 en 6 (in 2015-2016) is dit deel afgerond in klas 4 Geheel klas 5 September, oktober klas 6 November, december, begin januari. klas 6 Maart/april klas 6

Verplicht

Resultaten aan het eind van de periode

ANW

SE-eindresultaat voor ANW (niet meer van toepassing voor klas 4 in 20152016)

Gemeensch. deel (5×) Profieldeel (4×) Verplicht vrij deel (1×) Geheel vrij deel (1×) Profielwerkstuk Gemeensch. deel (4×) Profieldeel (4×) Verplicht vrij deel (1×) Gemeensch. deel (4×) Profieldeel (4×) Verplicht vrij deel (1×)

Maximum aantal herkansingen per periode

Moment van de herkansingen

1

Na bevordering naar klas 5 (niet meer van toepassing voor klas 4 in 20152016)

SE-resultaten I SE-eindresultaat Ma

3 1

Na bevordering naar klas 6

SE-resultaat van het profielwerkstuk

1

November klas 6

SE-resultaten II

2

Begin februari klas 6

SE-resultaten III

3 - (aantal gebruikt bij periode 4)

Eind april of begin mei klas 6

Regels voor het aantal theoretische dossiertoetsen en voortgangstoetsen per vak in periode 1) en in periode 2) Er wordt uitgegaan van een normatief aantal van 40 volledige lesweken in klas 4 (dus periode1)) en in klas 5 (dus periode 2)). Per 40 lessen moet ten minste één theoretische dossiertoets worden gegeven. Per 16 lessen mag ten hoogste één theoretische dossiertoets worden gegeven. Dit aantal kan worden aangevuld met 1 of meer voortgangstoetsen mits voldaan wordt aan onderstaand criterium m.b.t. voortgangstoetsen. Uitgaande van het normatieve aantal lesweken betekent dit dat zowel in leerjaar 4 als in leerjaar 5 voor een vak dat met het SE is begonnen geldt: Het aantal theoretische dossiertoetsen en voortgangstoetsen in een leerjaar is gezamenlijk minimaal gelijk aan het aantal lesuren per week in dat leerjaar. Het aantal theoretische dossiertoetsen en voortgangstoetsen in een leerjaar mag gezamenlijk niet meer zijn dan 3 keer het aantal lesuren per week in dat leerjaar. Het aantal voortgangstoetsen is maximaal gelijk aan het aantal dossiertoetsen in klas 5. Een vak is niet verplicht voortgangstoetsen in te plannen. Een vak geeft minimaal zoveel dossiertoetsen als dat vak wekelijkse lesuren heeft en maximaal 2½ keer het aantal wekelijkse lesuren aan dossiertoetsen. Momenten en inhoud van de periodeverslagen van het examendossier Zie hiervoor het examenreglement 11.4 Voor de herkansingen geldt Bij een vak kan alleen een SE-resultaat < 5,5 kunnen worden herkanst.


pagina 16

-

-

-

Het profielwerkstuk kan worden herkanst als het combinatiecijfer voor ANW, Ma en het profielwerkstuk, afgerond tot een geheel getal, lager is dan 6 of als het SE-resultaat voor het profielwerkstuk < 5,5 is. Alleen de SE-resultaten van de zojuist afgesloten periode kunnen worden herkanst binnen een na het periodeverslag van het examendossier gestelde termijn. Gebeurt de herkansing niet binnen de gestelde termijn dan is het niet mogelijk de SE-resultaten van de betreffende periode alsnog te herkansen. Na periode 1): Het SE-eindresultaat ANW kan worden herkanst, na bevordering naar klas 5. (dit is niet meer van toepassing voor leerlingen van klas 4; zie eerder) Na periode 2): Alleen de SE-resultaten I en het SE-eindresultaat Ma kunnen worden herkanst, na bevordering naar klas 6. Na periode 3): Het profielwerkstuk kan worden herkanst als het combinatiecijfer voor ANW, Ma en het profielwerkstuk, afgerond tot een geheel getal, lager is dan 6 of als het SE-resultaat voor het profielwerkstuk < 5,5 is. Een eventuele verbetering van het profielwerkstuk kan alleen betrekking hebben op het reeds gekozen onderwerp en niet op een nieuw. Na periode 4): Alleen de SE-resultaten II kunnen worden herkanst. Na periode 5): Alleen de SE-resultaten III kunnen worden herkanst. Voor WiD geldt een afwijkende herkansingsregeling. (Zie het Examenreglement.)

Vaststelling van het uiteindelijk SE-resultaat voor Ma of voor een vak met CE na een herkansing De stof van een te herkansen SE-resultaat kan alleen betrekking hebben op de stof van de bijbehorende SE-domeinresultaten < 5,5. Een leerling kan kiezen welke SE-domeinen betrokken zijn bij de herkansing van het SE-resultaat. De herkansing bestaat uit één toets. Het resultaat van deze toets vervangt het resultaat van elk van de dossiertoetsen van de voor de herkansing gekozen SE-domeinen. De resultaten van de andere SE-domeinen bij het SEresultaat blijven onveranderd. Het SE-resultaat voor de herkansing wordt berekend volgens de in het PTA vastgestelde regels. Het hoogste van de twee SE-resultaten is het uiteindelijke SE-resultaat. Naast de gewone herkansing bestaat er de herkansing+ Zowel in klas 5 (dwz na SE-periode 2) als in klas 6 kan één van de gewone herkansingen worden vervangen door de zogenoemde herkansing+. Voor de herkansing+ geldt Een SE-resultaat kan worden herkanst, ongeacht de hoogte ervan -

Na periode 2): Alleen de SE-resultaten I kunnen worden herkanst, na bevordering naar klas 6. Na periode 4): Alleen de SE-resultaten II kunnen worden herkanst. Na periode 5): Alleen de SE-resultaten III kunnen worden herkanst. Het SE-resultaat van het profielwerkstuk en SE-resultaten voor WiD, MA en ANW komen niet voor een herkansing+ in aanmerking.

Vaststelling van het uiteindelijk SE-resultaat voor een vak met CE na een herkansing+ De stof van een te herkansen SE-resultaat kan alleen betrekking hebben op de stof van één bijbehorend SE-domeinresultaat. Een leerling kan kiezen welke SE-domein betrokken is bij de herkansing van het SEresultaat. Inrichting 2e fase; versie 2015-2016

pagina 17

-

De herkansing bestaat uit één toets. Het resultaat van deze toets vervangt het resultaat van het gekozen SE-domein. De resultaten van de andere SE-domeinen bij het SE-resultaat blijven onveranderd. Het SE-resultaat voor de herkansing wordt berekend volgens de in het PTA vastgestelde regels. Het hoogste van de twee SE-resultaten is het uiteindelijke SE-resultaat.

Verplichte vakken voor het examendossier en het profielwerkstuk (zie ook tabel F) In klas 4 ANW (alleen voor leerlingen uit klas 5 en klas 6). In klas 5 alle vakken met uit het gemeenschappelijk deel, behalve ANW, de vier vakken uit het profieldeel en twee vakken uit het vrije deel. In klas 6 alle vakken uit het gemeenschappelijk deel, behalve MA en ANW, de vier vakken uit het profieldeel en één vak uit het vrije deel. Ook het profielwerkstuk is verplicht. Volledigheid van een periodeverslag van het examendossier Een periodeverslag van het examendossier is onvolledig als niet van alle voor het examendossier verplichte vakken een SE-resultaat kan worden vastgesteld. Bij een periodeverslag dat het SE-resultaat van het profielwerkstuk bevat is er ook sprake van onvolledigheid als dit SE-resultaat niet kan worden vastgesteld. Ontbreken er geen SEresultaten van de verplichte vakken of van het profielwerkstuk dan heet het periodeverslag van het examendossier volledig. Van de voor het voor het examendossier verplichte vakken moet een leerling alle dossiertoetsen afleggen zoals vastgesteld in het PTA. Zijn bij een vak niet alle dossiertoetsen afgelegd op het moment van het periodeverslag van het examendossier dan kunnen één of meerdere dossierresultaten niet worden vastgesteld en kan dus ook geen SE-resultaat worden vastgesteld. Het SE-resultaat voor het profielwerkstuk mag niet < 5,0 zijn. Is het resultaat voor het profielwerkstuk toch < 5,0 dan vervalt het SE-resultaat voor het profielwerkstuk. Dan is in ieder geval het periodeverslag 3) van het examendossier onvolledig. Elk bij het periodeverslag in te halen SE-resultaat gaat ten koste van een herkansing en het SE-resultaat kan niet later alsnog worden herkanst. Als door omstandigheden die buiten de macht van een leerling liggen bij een volgend periodeverslag het SE-resultaat nog steeds niet kan worden vastgesteld dan gaat dit niet ten koste van het aantal herkansingen behorend bij die periode. Als 50 % of meer van de dossiertoetsen is ingehaald die behoren bij een SE-resultaat dat wel is vastgesteld in een periodeverslag van het examendossier, dan gaat dit ten koste van een herkansing en kan dit SE-resultaat niet worden herkanst. SO’s en andere opdrachten bij een schriftelijke theoretische dossiertoets Een schriftelijke theoretische dossiertoets wordt afgenomen door middel van één proefwerk, dat een resultaat oplevert in één decimaal. De stof voor het proefwerk is omschreven in het PTA van het betreffende leerjaar. De proefwerken zijn verplicht en een gemist proefwerk moet worden ingehaald. Vooraf aan zo’n proefwerk kan een individuele docent één, twee of drie SO’s of andere opdrachten geven, die ieder een resultaat in één decimaal opleveren. Een gemist SO of andere opdracht kan niet worden ingehaald. De gewichten van de SO’s of andere opdrachten zijn gelijk. Het gewicht van het proefwerk behorend bij een theoretische schriftelijke dossiertoets is drie keer zo groot als de gewichten van de voorafgaande SO’s of andere opdrachten. Er wordt een resultaat vastgesteld met behulp van het proefwerk en de gemaakte SO’s of andere opdrachten. Dit resultaat is het dossiertoetsresultaat als het hoger is dan het resultaat van het gemaakt proefwerk. Is het resultaat kleiner of gelijk aan het proefwerkresultaat dan is Inrichting 2e fase; versie 2015-2016

pagina 18

het proefwerkresultaat het dossiertoetsresultaat. Aldus kunnen de SO’s of andere opdrachten alleen verhogend werken op het dossiertoetsresultaat. Praktische dossiertoetsen Tenzij dit vakinhoudelijk tot ernstige problemen leidt, kunnen er in klas 6 geen praktische dossiertoetsen worden afgelegd. Speciale regeling voor LO bij het examendossier Het SE-eindresultaat voor LO moet “voldoende” of “goed” zijn. Zo niet kan er geen einddiploma kan worden uitgereikt. Als bij periodeverslag 5) het SE-eindresultaat ontbreekt of < 5,5 is (dus niet “voldoende” of “goed”) dan kan een leerling dit resultaat pas inhalen na het CE.


pagina 19

IV Regelingen voor het eindrapport van klas 5, de bevordering en de gevolgen van het niet-slagen voor het examen Algemeen Rapporten Rapportcijfers zijn heeltallig. Een rapport bevat de resultaten van alle gevolgde vakken. Een rapport heet onvolledig als één of meerdere resultaten in de verplichte vakken ontbreken. Bij een onvolledig eindrapport kan geen beslissing over de bevordering worden genomen. Deze beslissing wordt uitgesteld totdat binnen de gestelde termijn de leerling alsnog één of meerdere resultaten produceert. Gebeurt dit niet binnen de gestelde termijn dan wordt de leerling afgewezen. Als dit wel binnen de gestelde termijn gebeurt, zal de schoolleiding alsnog een beslissing nemen op grond van de bevorderingscriteria en de eventuele afspraken gemaakt in de betreffende bevorderingsvergadering.

Bespreekgeval Een bespreekgeval leidt, afhankelijk van zaken als cijferverloop, compensatie en bijzondere omstandigheden tot: Afwijzing; Bevordering met één of meer verplichte herkansingen

Gevolgen van afwijzing in klas 4 voor het examendossier niet meer van toepassing voor klas 4 in 2015-2016 Gevolgen van afwijzing in klas 5 voor het examendossier Zie examenreglement artikel 10.1

Gevolgen van het niet-slagen voor het examen voor het examendossier Voor een leerling die is gezakt voor het examen vervallen de SE-resultaten II en III voor de vakken uit het gemeenschappelijke deel, het profieldeel en het (verplicht) vrije deel. Dit geldt echter niet voor het examenvak WiD (WiD kent alleen een SE en geen CE). Ook vervalt het SE-resultaat voor LO. Het SE-resultaten II en III van het eventuele extra vak uit het vrije deel vervallen niet. In het nieuwe leerjaar kan een leerling kan er voor kiezen dit vak opnieuw volgen voor het geheel vrije deel. Voor het centraal examen kan hij dan kiezen welke SE-resultaten II en III hij laat meetellen, de beide oude of de beide nieuwe. Als WiD een verplicht examenvak is en als het SE-eindresultaat  5,5 is dan vervalt het SEresultaat II voor WiD. (WiD kent geen SE-resultaat III, zie het Examenreglement.) Is WiD een verplicht examenvak en is het SE-eindresultaat  5,5 dan vervalt het SE-resultaat II niet. In het laatste geval kan een leerling kan er voor kiezen het vak WiD opnieuw volgen in het nieuwe leerjaar. Dan telt het hoogste van de behaalde SE-resultaten II bij de vaststelling van het SEeindresultaat.


pagina 20

-

Een leerling die het vak uit het geheel vrije deel heeft laten vallen in klas 6 kan dat niet alsnog volgen in het nieuwe examenjaar. Ook de SE-eindresultaten voor Ma en ANW vervallen niet. Het SE-eindresultaat voor het profielwerkstuk vervalt niet. In het nieuwe leerjaar voor klas 6 kan een leerling er voor kiezen het profielwerkstuk opnieuw te doen. In dat geval geldt het hoogste van de SE-eindresultaten voor het profielwerkstuk.


pagina 21

De bevordering van klas 5 naar klas 6 Voor de bevordering van klas 5 naar klas 6 geldt het volgende - Het eindrapport van klas 5 bevat het resultaat van alle in klas 5 verplicht gevolgde vakken. - Het eindrapport moet volledig zijn, d.w.z. dat er geen resultaten mogen ontbreken van de in klas 5 verplichte vakken. - De berekening van het eindrapportcijfer van een vak met CE en voor WiD wordt beschreven in het PTO . - Allereerst wordt vastgesteld wat het 9e (=2e vrije) vak is. Indien de score hiervoor minimaal eindcijfer 4 is, dan heeft dit vak verder geen invloed op de bevorderingsbeslissing. In andere gevallen volgt een verplichte herkansing in dit vak. - Eventuele 10e , 11e enz. vakken tellen niet mee voor de overgangsbeslissing. - Maatschappijleer kent een aparte regeling. Daarvoor geldt dat het totaal van de eindcijfers van Ma en ANW minimaal 10 is. Indien dit niet het geval is, dan volgt een verplichte herkansing voor Maatschappijleer. (NB: vanaf 2018 maakt ANW geen onderdeel van het examen meer uit. Deze regel wordt dan vervangen door: Het cijfer voor Ma is minimaal 5; anders volgt een verplichte herkansing). - Het vak LO levert een rapportcijfer voor de prestaties in klas 5 ( = periode 2). Indien het cijfer voor LO lager dan 6 is volgt een verplichte taak. - In onderstaande tabel staat opgesomd welk besluit er genomen moet worden als er 1 of meer onvoldoendes zijn onder de 8 vakken van het examenpakket. In alle gevallen geldt dat, indien de leerling bevorderd is én er is een eindcijfer 4 aanwezig, dan volgt er in ieder geval voor dat vak een verplichte herkansing, aangegeven met ‘B-H’. - Indien een leerling onder de categorie ‘B’ of ‘B-H’ valt, maar hij voldoet niet aan de kernvakkenregeling (= maximaal één eindcijfer 5 onder de vakken Ne, En en Wi) dan valt de leerling om die reden in het bespreekgebied. - S = Bespreekgebied; De vergadering besluit of dit bevorderen dan wel afwijzen wordt. Als de vergadering besluit de leerling te bevorderen, dan volgt altijd één of meer verplichte herkansingen, afhankelijk van het aantal onvoldoende cijfers.


pagina 22

Beslisregels voor overgang klas 5  6 # onvoldoendes onder de 8 vakken van het examenpakket 0 1 ≥5 <5 2 5 5 5 4 4 4 34 anders 3 555

4

554 544 anders 5555 anders

≥5 B=Bevorderen; B-H=Bevorderen met verplichte herkansing

B B B-H B B-H B-H S A B-H

B-H S A B-H A A A = afwijzen S = Bespreekgeval

1 verplichte herkansing 1 verplichte herkansing 2 verplichte herkansingen Indien ‘B’: 2 verpl. herk. 2 verplichte herkansingen 2 of 3 verplichte herkansingen Indien ‘B’: 2 of 3 verpl. herk. 3 verplichte herkansingen

In zeer uitzonderlijke gevallen kan de rector in overleg met de conrector, na advies van de bevorderingsvergadering, van de hier gegeven regeling afwijken De aparte regeling voor LO bij de bevordering van klas 5 naar klas 6 Uitgangspunt is dat het eindexamenresultaat voor LO “voldoende” of “goed” moet zijn en dat anders geen einddiploma kan worden uitgereikt. Als het eindrapportresultaat voor LO < 6 is dan legt de bevorderingsvergadering een taak LO op. Deze taak vermindert het aantal herkansingen bij periode 2) met één. Het hoogste van de twee SE-resultaten voor LO is het uiteindelijke SE-resultaat in periodeverslag 2) van het examendossier. Examendossier aan het einde van klas 5 De groep van docenten, die de leerling in het huidige leerjaar les geven, handelt als de examencommissie van die leerling. Deze examencommissie beoordeelt het dossier en besteedt daarbij aandacht aan: - de volledigheid van het examendossier; - de herkansingen.


pagina 23

De volledigheid van het examendossier Als het tot eind klas 5 opgebouwde examendossier niet volledig is dan leidt dit tot een onvolledig eindrapport en dus tot uitstel van de bevorderingsbeslissing. De examencommissie gaat bij alle leerlingen na of het dossier compleet is. De herkansingen In klas 5 en 6 heeft een leerling het recht op een aantal herkansingen om onvoldoende SE-resultaten, die in dat leerjaar zijn behaald, te verbeteren. We onderscheiden daarbij verplichte herkansingen (zie 4.4.1) en vrije herkansingen. Het in het examenreglement genoemde aantal herkansingen betreft de som van het aantal verplichte en het aantal vrije herkansingen. Na het deelnemen aan een herkansing geldt het hoogste van de behaalde resultaten. Voor verdere details wordt verwezen naar het examenreglement. Daarin staat tevens beschreven hoeveel herkansingen per jaar toegestaan zijn, alsmede de regeling omtrent de herkansing-plus. Het examenreglement wordt elk jaar vastgesteld en is te vinden op de website. Gang van zaken bij herkansingen De examencommissie gaat na op hoeveel vrije herkansingen een leerling nog maximaal recht heeft, nadat besloten is over de eventuele verplichte herkansingen. Daarna geeft de commissie een advies bij welke toetsen de leerling het beste kan herkansen. Na de afloop van de vergadering van de examencommissie neemt de mentor nog dezelfde dag over dit advies contact op met de leerling. Uiterlijk de dag na de vergadering neemt de leerling contact op met de betreffende docent. Is er geen contact geweest, dan kan de leerling niet (meer) herkansen. De inhoud van de herkansing wordt door de docent op schrift gesteld, op het daartoe bestemde formulier en ook de wijze waarop deze plaatsvindt. Conrector, leerling en docent moeten ieder hiervan een kopie in bezit hebben, uiterlijk bij de uitreiking van het eindrapport. Zie verder het examenreglement 2015-2016.


pagina 24

De slaag/zak-regeling m.i.v. 2016. (zie ook het Examenreglement) De inhoud van de slaag/zakregeling is in de Tweede Fase als volgt (art. 50 van het Examenbesluit en Artikel VIII.3 van het wijzigingsbesluit eindexamenbesluit VO – zie www.examenblad.nl)): Een kandidaat is geslaagd, als hij heeft voldaan aan de volgende voorwaarden:  Voor al zijn examenvakken, behalve LO, en voor het profielwerkstuk zijn eindcijfers vastgesteld.  De kandidaat heeft de rekentoets afgelegd en heeft daarbij minimaal de score 4,5 (=eindcijfer 5) behaald. Is dit niet het geval, dan is de kandidaat afgewezen (gezakt).,  Geen van de eindcijfers voor de examenvakken en voor het profielwerkstuk is lager dan 4 en het combinatiecijfer is niet lager dan 4. (Voor alle duidelijkheid: als één van de onderdelen van het combinatiecijfer - Ma, ANW en PWS – een 3 of lager heeft als eindcijfer , is de leerling niet geslaagd, zelfs als het gemiddelde (oftewel: het combinatiecijfer) een zes of hoger is).  Voor het vak LO heeft hij “voldoende” of “goed” behaald.  Het gemiddelde van alle cijfers gehaald bij het Centraal Examen is minstens 5,50. Is dit niet het geval, dan is de kandidaat afgewezen (gezakt).  Vervolgens wordt van alle vakken het definitieve eindcijfer bepaald. Dit is het gemiddelde van het eindcijfer van het School Examen (in 1 decimaal) en het Centraal Examen (in 1 decimaal). Beide onderdelen wegen daarbij even zwaar. Dit eindcijfer wordt afgerond op een geheel getal.  Een kandidaat is geslaagd als hij/zij bij deze eindcijfers hoogstens één 5 heeft voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde en géén van deze drie vakken heeft een eindcijfer lager dan 5.  Bovendien moet voldaan zijn aan één van de volgende 4 voorwaarden: (i) Alle eindcijfers zijn 6 of hoger, of: (ii) 1 x eindcijfer 5 en de rest heeft eindcijfer 6 of hoger, of: (iii) 1 x eindcijfer 4 en alle overige eindcijfers 6 of hoger en het totaal der eindcijfers gemiddeld 6,0, of: (iv) 2 x eindcijfer 5 of 1 x eindcijfer 5 en 1 x eindcijfer 4 en alle overige eindcijfers 6 of hoger en het totaal der eindcijfers gemiddeld 6,0. Rekentoets in het eindexamen 2016. Vanaf 2014 is de rekentoets verplicht gesteld bij het eindexamen. Alle leerlingen moeten in klas 5 of 6 de rekentoets afleggen. Voor onze school is dat op niveau 3F. Vanaf 2016 geldt de volgende regeling: - De kandidaten moeten voor de verplichte rekentoets minimaal het eindcijfer 5 ( = Score 4,5 of hoger) behalen. Een kandidaat die vanaf 2016 niet aan bovenstaande eis voldoet, wordt afgewezen. De grens voor voldoende/onvoldoende zal de komende 4 jaar opgertrokken worden van 4,5 naar 5,5. Tot die tijd zal de rekentoets geen deel uit maken van de kernvakkenregeling (Ne, En, Wi max één eindcijfer 5 en de andere twee hoger). N.B. de aanpassing van de slaag/zakregeling is voorlopig; op dit moment is bovenstaande de stand van zaken. Gevolgen voor het examendossier van het vrijwillig overdoen van klas 5 Zie Examen Reglement artikel 10.2.


pagina 25

Appendix: De lessentabel voor de vernieuwde Tweede Fase vanaf schooljaar 2015-2016 Vak Nederlands Latijn/Klassieke Culturele Vorming Grieks/KCV Frans Duits Engels Maatschappijleer Geschiedenis Aardrijkskunde Filosofie Economie Wiskunde A Wiskunde B Wiskunde C Wiskunde D Algemene Natuurwetenschappen Biologie Natuurkunde Scheikunde Lichamelijke Oefening

Afk.

Klas 4*)

Klas 5

Klas 6

Totaal

SBU

Ne La/KCV

3 5

3 4

3 4

9 13

480 760

Gr/KCV Fa Du En Ma Gs Ak Fi Ec WiA WiB WiC WiD ANW

5 2.5 2.5 3

4 3 3 3 2 3 3 3 3 3 4 3 3

4 3 3 2 3 2.5 3 3 3 3 2 2.5

13 8.5 8.5 8 2 8.5 8 8.5 8.5 9 10 8 7.5 2

760 480 480 400 120 480 440 480 480 520 600 480 440 120

Bi Na Sk LO

1.5 2.5 2.5 2

4 3 3 2

3 3 2.5 1

8.5 8.5 8 5

480 480 440 160

2.5 2.5 2.5 2.5 3 3 3 2 2

*) Opgenomen ter informatie; In klas 4 wordt het examendossier nog niet gestart.


pagina 26

Voorbeeld aantal dossier- en voortgangstoetsen in klas 5 plus berekening van het jaarcijfer klas 5 Aantal wekelijkse lesuren Minimum aantal toetsen

2 2

3 3

4 4

5 5

Mogelijke aantallen dossiertoetsen – voortgangstoetsen (D-V)

2-0

2-1 3-0

Maximum aantal toetsen (= 3* #lesuren) Waarvan Dossiertoetsen (=2 ½ * # lesuren)

6 5

9 8

2-2 3-1 4-0 12 10

3-2 4-1 5-0 15 13

Mogelijke aantallen dossiertoetsen – voortgangstoetsen (D-V)

3-3 4-2 5-1 5-0

5-4 6-3 7-2 8-1 8-0

6-6 7-5 8-4 9-3 10-2 10-1 10-0

8-7 9-6 10-5 11-4 12-3 13-2 13-1 13-0

NB: alle andere combinaties zijn mogelijk zolang het aantal dossiertoetsen minimaal 2 is en maximaal het aantal bovenstaand vermelde dossiertoetsen. Daarnaast geldt in alle gevallen: #D is groter of gelijk aan #V. In elke tweetal D-V kan het #V lager zijn. Vak X heeft 4 wekelijkse lesuren. Vak kiest X voor 5 Dossiertoetsen en 3 voortgangstoetsen. (komt overeen met de eisen: 2 <= D <= 10 en V <= D). Vak X geeft de volgende verhouding op Dossiertoetsen DA DB DC DD DE totaal Weging overgang D

Weging 10 20 20 20 30 100

Voortgangstoetsen V1 V2 V3

Weging 30 30 40

totaal

100

70

V

30

Leerling Y heeft de volgende resultaten toets

cijfer

weging

C*w

DA

5,3

10

53 V1

3,2

30

96

DB

6,2

20

124 V2

6,5

30

195

DC

7,1

20

142 V3

4,3

40

172

DD

4,2

20

84

DE

7,9

30

237

Gemiddeld Weging

Overgangscijfer Dossiercijfer


6,40

4,63

70

30

448

138,9

5,869

 6

6,40

pagina 27

Inrichting van het schoolexamen. Tweede Fase (versie )

Recommend Documents