MEMO
Aan
:
Dagelijks bestuur
Van
:
H. Kerckhaert-Zeevalkink i.s.m. de secretarissen
Onderwerp
:
Agendapunt 6: Uitkomsten conferentie Regionale Agenda
Datum
:
4 oktober 2010
Inleiding Tijdens de conferentie Regionale Agenda op 20 september hebben gelijktijdig twee rondes van zes deelsessies plaatsgevonden. Hieronder treft u een bondige weergave van de uitkomsten van iedere deelsessie aan. De uitkomsten zijn in overleg met de voorzitter en portefeuillehouder opgesteld. U wordt gevraagd deze uitkomsten te controleren. Na uw instemming zullen de uitkomsten worden gebruikt als basis voor de uitwerking in een concept Regionale Agenda 2011-2014. In dit concept zal de integratie en de financiële consequenties van de verschillende thema’s zijn beslag krijgen. Deze concept agenda ligt in eerste lezing in uw vergadering van 8 november voor. Na eventuele aanpassingen wordt de concept agenda opnieuw aan u voorgelegd ter instemming om dit concept te gebruiken voor de consultatie van de gemeenteraden en maatschappelijke partners. Voorstel DB-besluit: De beschreven uitkomsten van de conferentie Regionale Agenda gebruiken als basis voor de uitwerking tot een concept Regionale Agenda 2011-2014, die in de vergadering van 8 november in eerste lezing voorligt. Openbaar vervoer Inzetten op beter/meer treinvervoer: o Lobby richting rijk voor verdere realisatie Randstadspoor, spoorlijn Utrecht-Breda (oa station Nieuwegein); o Meer Intercity-stations (oa Houten); o Randstadspoor in BRU concessie? Tramnetwerkontwikkeling: o Regionaal tramnetwerk realiseren (oa naar Bilthoven, Driebergen-Zeist, Leidsche Rijn); o De Uithof-lijn (om de Zuid) heeft hoogste prioriteit bij gefaseerde aanleg netwerk; o Duurzaamheid en schoner OV (tram schoner dan bus); o Tramdoortrekking naar Vianen. Meer tangenten (lijnen die niet rijden via Utrecht Centraal): o Oa vanuit Bunnik en Bilthoven-De Uithof; o Ontlasten drukke radiale lijnen; o Meer knooppunten, directere verbindingen. Fijnmaziger OV: o Meer verbindingen, betere ontsluiting kleinere kernen; o Betere (directe) regionale verbindingen naar ziekenhuizen; o Vraagafhankelijk vervoer naar kleine kernen beter dan 1x uur lijnbus? Benutten kansen OV en RO: o Oa Bilthoven Life Science-as.
Meer marktonderzoek: o Wie maakt gebruik van OV en Regio Taxi Utrecht? (oa draagkracht RTU-reizigers); o Wat vinden reizigers belangrijk? o Hoe krijgen we meer reizigers in het OV? o Hoe krijgen we geen “onbedoeld” RegioTaxi Utrecht-gebruik (maar ze in het reguliere OV)? Versnellen OV; Ketenmobiliteit: o Oa meer fietsenstallingen bij stations. Bijdrage OV bij werkzaamheden; Financiering OV-exploitatie in relatie tot taakstelling BRU (2011 ev) en mogelijk BDU (Rijksbezuiniging): o Focus houden op lange termijn perspectief/visie, ook in tijden van bezuinigingen; o Vasthouden aan huidige OV-kwaliteit=keuze voor een hogere prijs. Extra bijdrage (budget) vinden bij reizigers, burgers, bedrijven, parkeer- en prijsbeleid? o Fasering van de ambities, bv latere realisatie tramuitbreidingen; o Optimaliseren verdeling stadsvervoer <->regiovervoer<->Regiotaxi Utrecht? o Herverdeling BRU-begroting: meer OV-budget en minder infra-budget; o Optimaliseren begroting (bv beter kijken naar kasritme-stromen?); o Slimmer/efficiënter doen wat er nu is? o Niet meer extra OV-wensen honoreren, terughoudendheid.
N.B.: Vanwege de omvang van het onderwerp en het belang van heldere keuze en een groot draagvlak, organiseert de portefeuillehouder over het thema Openbaar vervoer een vervolgsessie. In de sessie zal diepgaander worden gediscussieerd over de ambities van de aankomende jaren. Deze bijeenkomst zal plaatsvinden voorafgaand aan de AB-vergadering van 18.00 – 20.00 uur in Houten. De AB-leden en de deelnemers aan de deelsessies Openbaar vervoer en Wegen & Verkeer worden hiervoor uitgenodigd. Wegen en verkeer Stevige regionale inbreng bij snelwegverbredingen In het kader van de Planstudie Ring, de planstudie Driehoek en de verbredingen van A2, A27 en A12 hebben alle BRU-gemeenten te maken met snelwegen die aan de randen van woon- en recreatiegebieden worden verbreed; Die verbredingen zijn initiatieven van het rijk, Rijkswaterstaat Utrecht voert de werkzaamheden uit; Hoewel de regio zelf voordeel heeft van betere doorstroming op de snelwegen, weegt het landelijke belang zwaar: het rijk drukt de verbredingen door; Als gemeente maak je geen indruk bij Rijkswaterstaat. BRU moet er voor zorgen dat de regio een stevige inbreng namens de gemeenten heeft in de diverse projecten. Dat vergt afstemming, afstemming en nog eens afstemming; Die inbreng is vooral gericht op de leefbaarheid in de regio: een zo goed mogelijke inpassing van de verbredingen door overkappingen, schermen, stil asfalt, lagere snelheden en andere duurzame oplossingen dient onderdeel te zijn van de studies; Daarnaast is de regio aan zet om zo goed mogelijk OV te ontwikkelen om op lange termijn de snelwegen te ontlasten en de leefbaarheid te verbeteren; BRU is niet de organisatie die asfalt aanlegt, BRU gaat voor leefbaarheid en alternatieven voor autogebruik.
2
Sterker inzetten op alternatieven voor autogebruik BRU gaat over de benodigde schaalsprong in het OV opdat betere alternatieven voor autogebruik voorhanden zijn. Zie verder deelsessie OV; Daarnaast zet BRU in op andere alternatieven: fiets, mobiliteitsmanagement, prijsbeleid, gedragsbeïnvloeding; Uitgangspunt bij het bedenken van nieuwe maatregelen is, net als in VERDER, de zogenaamde ladder van Verdaas en het integrale beoordelingskader om het regionaal belang van maatregelen te bepalen; Middelen voor lokaal maatwerk zijn voor kleine gemeenten van groot belang, ook al voldoen ze over het algemeen niet aan de bovengenoemde methodiek; Het verbeteren van doorgaande fietsverbindingen zit reeds vervat in het VERDER-pakket. Kijk echter ook naar fietsverbindingen tussen kleine kernen, want de fiets is de modaliteit voor schoolgaande kinderen en die hebben meestal geen alternatief; Het stallen van fietsen is van groot belang voor de zogenaamde ketenmobiliteit. OV en fiets dienen perfect op elkaar aan te sluiten om de modal shift in de regio te beïnvloeden; BRU heeft een belangrijke onderzoekstaak op gebieden als beprijzen en gedragsbeïnvloeding. Toon aan hoe het werkt, dat het werkt en waar het werkt zodat de regio in lobbytrajecten andere overheden kan overtuigen. Kennis delen opdat het netwerk sterker wordt Wegen en verkeer houden niet op bij gemeentegrenzen, als de regio ergens gemeenschappelijk beleid nodig heeft dan is het wel op dit terrein; Sluipverkeer is een goed voorbeeld. Als ene gemeente ergens knijpt, heeft de andere daar last van. En ook rijk en provincie knijpen wel eens; Gemeenschappelijk beleid begint met kennisuitwisseling. Het is een ingewikkeld onderwerp en BRU kan de gemeenten daarom goed ondersteunen. Dat is bovendien efficiënter dan extra personeel inhuren. BRU kan bijvoorbeeld een grotere rol nemen in regionaal verkeersmanagement; Daarnaast is communicatie van resultaten naar de raden van groot belang. Welke informatie is voorhanden, hoe hangt het samen en tot welke besluiten leidt dat: laat het zien in de raden; Ook samenwerking met het bedrijfsleven op gebieden als vervoersmanagement en mobiliteitsmanagement kan helpen de regionale bereikbaarheid te verbeteren; Doorstromend verkeer hangt van alle samenwerkende overheden samen af. BRU moet de smeerolie van de samenwerking zijn. Ruimtelijke ordening en Wonen Coördinatie ruimtelijke ontwikkeling: herijking RSP-afspraken en langetermijnperspectief Er is een grote ruimtelijke verwevenheid in de regio, dit noodzaakt tot samenwerking; Integrale benadering van het ruimtegebruik in de regio is noodzakelijk; Behoefte inzicht in ontwikkeling woningbehoefte, krimp, nieuwe werken en mobiliteit; Actualiseren RSP-ambities naar aanleiding van crisis woningmarkt en bezuinigingen; Situatie op kantorenmarkt verandert fundamenteel, afspraken tegen het licht houden; Coördinatie bij herstructurering bedrijventerreinen; Lobby van het BRU voor de belangen van gemeenten bij rijk en provincie (bv: Hoef en Haag).
3
Woningbouwproductie, binnenstedelijke opgave Gelet op de aanhoudende druk op de woningmarkt blijft productie noodzaak; Verkennen mogelijkheden van transformatie van kantoren naar woonruimte; Groene ruimte sparen, waar kunnen we nog bouwen? Binnenstedelijke vernieuwing van groot belang; Financiële haalbaarheid van de binnenstedelijke opgave lastig; Inbreiden met behoud van kwaliteit en leefbaarheid. Voldoende betaalbare woningbouw, differentiatie en doorstroming Nakomen van regionale afspraken sociale woningbouw, gemeenten (onderling) aanspreken; Voldoende sociale huisvesting (30% ) bij nieuwbouw; Bouwen voor starters, ouderen en eengezinhuishoudens; Huisvesting van middeninkomens >33.000; Belang van de energiekosten voor de woonlasten (duurzaamheid en betaalbaarheid); Belang van een goede door-, in- en uitstroming van de sociale woningbouw; De uitstroom van de sociale huursector naar de koopsector, tegengaan scheefwonen. Groen, recreatie en milieu/duurzaamheid Het is van belang om ambitie op het gebied van groen en recreatie overeind te houden als contramal van ‘rood’ en als onderdeel van integrale plannen; RSP is de basis; Er zijn financiën nodig voor projecten om dat tegenwicht te geven (moet echter niet leiden tot verzelfstandiging of nieuwe organisaties); Geen grote zelfstandige BRU-organisatie; Belangrijke taak BRU is regionale afstemming (wie doet wat) en zoeken van financieringsmogelijkheden, maar uitvoering altijd op lokaal niveau; Gemeente Utrecht is tegen (groen geen kerntaak/ zo min mogelijk regionale projecten); mogelijk wel een rol BRU als recreatie vooral wordt uitgelegd als het verbeteren van verbindingen et cetera. Géén vlakgroenontwikkeling door BRU, daar zijn andere partijen voor; BRU optreden als makelaar om projecten in samenhang te bezien; BRU kan denkkracht en kennis leveren en ingezet worden om ‘geld te zoeken’; Eerst projecten nodig om geld te kunnen gaan zoeken. Duurzaamheid BRU moet ambities op gebied van duurzaamheid formuleren (ophalen bij de portefeuillehouders); Àls je regionaal beleid voert op het gebied van duurzaamheid, dan moet dit integraal zijn en gelden voor àlle gemeenten; Heldere definitie is nodig want duurzaamheid is iets heel anders dan milieu (daar hoeft het BRU niets zelfstandigs aan te doen); “Duurzaamheid als satépen door alle beleidsvelden”; Duurzaamheid moet integraal onderdeel uitmaken van de diverse beleidsvelden; Overheid moet een inhaalslag maken ten opzichte van het bedrijfsleven.
4
Economische zaken Economie Algemeen De meerwaarde van BRU moet zichtbaar worden; verdien jezelf terug als BRU; Regionale afstemming op gebied van bedrijven en kantoren is cruciaal; Probeer subsidies van rijk, provincie en europa te bundelen en maak gebruik van bestaande subsidietrajecten; Lobby bij rijk en provincie; Er is sprake van krappe economieformaties bij gemeenten, BRU kan hierin meer betekenen door te onderzoeken hoe gemeenten onderling kennis kunnen delen; Er zijn slechts beperkte financiële verschuivingen mogelijk; Doe geen dubbel werk (i.r.t. provincie); Doe veel aan kennisdeling, ambtelijk en bestuurlijk organiseren en efficiënter werken door uitwisseling en samenwerking. Versterken economisch profiel regio Utrecht Economie is regionaal een erg lastig onderwerp; gemeenten zijn ook concurrenten; Geen subsidies/incentives aan bedrijven meer geven; Baliefunctie. Uitwisseling van informatie over bedrijfsvestigingen faciliteren; Samen bepalen welk profiel op welke locatie goed is; Er is, bij crisis, vaak sprake van concurrentie tussen gemeenten; BRU moet de mogelijkheden rond acquisitie uitzoeken; De werkgelegenheid gaat afnemen, we moeten hierin selectiever zijn en bepaalde sectoren stimuleren. Hierbij onder meer aandacht voor zorg en onderwijs; Proberen jongeren te behouden voor deze regio; BRU profileren als zijnde een kennisregio; Streven naar kwalitatieve groei binnen het gewenste profiel. Kantoren Een analyse van de huidige marktsituatie heeft meerwaarde; Transformeren kantoren kan alleen op ‘leuke’ locaties; Leegstand aanpakken. Bedrijventerreinen Herstructurering is een regionale taak zoals in convenant tussen VROM, IPO en VNG besloten; Verouderd terrein verpaupert door vertrekkende bedrijven. Leidt tot herstructurering; BRU moet hier de gemeentelijke belangen behartigen en een regiefunctie richting provincie vervullen d.m.v. een gezamenlijke strategie; Ken je plaats als regio op het gebied van herstructurering.
5
Regionale samenwerking Toegevoegde waarde BRU BRU is van de gemeenten; de gemeenten delen kennis, bundelen expertise en spreken elkaar aan op het functioneren van de samenwerking; Doe geen dubbel werk. Een taak of project die is belegd bij BRU, wordt niet door provincie, waterschap of andere gemeenschappelijke regeling gedaan. Verantwoordelijkheden zijn helder afgebakend ten opzichte van andere overheden; BRU kan altijd aangeven wat de meerwaarde is van de regionale samenwerking voor elke taak, elk project en elk ander onderdeel van BRU beleid. BRU motiveert welk voordeel er voor de direct betrokken gemeenten in schuilt (en laat zien tegen welke nadelen dit is afgewogen); Er ligt over 4 jaar een duidelijke richtsnoer welke taken aan BRU zijn opgedragen door de gemeenten (of het rijk) en waarom dit regionale taken zijn. Basisregel is: wat we doen, doen we goed en anders doen we het niet; BRU behartigt de belangen van de gemeenten richting provincie, rijk en eventuele andere organisaties; BRU is een slanke en krachtige organisatie. Wijze van samenwerken Bij belangrijke kaderstellende besluiten wordt de gemeenteraden van elk van de regiogemeenten gevraagd in te stemmen met voorgenomen regionaal beleid of regionale projecten. Dit versterkt de positie van kleine gemeenten; In regionale afspraken leggen we altijd vast wat we doen als een van de gemeente de afspraken niet nakomt. Opties die zijn genoemd (zonder overeenstemming) zijn een bonus/malus regeling in geval van subsidies, een geschillenregeling en afspraken met de provincie om onze regionale afspraken via RO instrumenten te laten handhaven.
6