Inhoudstafel Leermeermoment Chicago Jongeren Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doelstelling van de activiteit... 2 Overzicht

Inhoudstafel Leermeermoment Chicago Jongeren Lees dit alvorens te beginnen ............................................................................................................... 2 Doelstelling van de activiteit............................................................................................................ 2 Overzicht .......................................................................................................................................... 2 Praktische voorbereiding.................................................................................................................. 2 Tijd (duur) .................................................................................................................................... 2 Locatie .......................................................................................................................................... 2 Materiaal ...................................................................................................................................... 2 Voorbereiding ............................................................................................................................... 2 Veel voorkomende vragen ................................................................................................................ 2 Mijn jongeren zijn niet echt van het schoolgaande type… Wat moet ik doen? ........................... 2 Moeten de jongeren zelf alles opzoeken? .................................................................................... 2 Valkuilen en tips ............................................................................................................................... 3 Niet genoeg vertrekken van de kennis van de jongeren ............................................................... 3 Niet vertrekken van de vragen van de jongeren zelf en van de concrete inzet: waarom moeten we wat weten? .............................................................................................................................. 3 Niet genoeg interactie en variatie in de vorming. ........................................................................ 3 Te lange vorming ......................................................................................................................... 3 Aan de slag ........................................................................................................................................... 4 Check ............................................................................................................................................... 4 Overzicht .......................................................................................................................................... 4 Concreet verloop .............................................................................................................................. 4 Stap 1: Inleiding: 5min ................................................................................................................. 4 Stap 2: Wat weten we? 20min ...................................................................................................... 4 Stap 3: Onze argumentatie: 20min ............................................................................................... 4 Stap 4: Onderzoek op het (basketbal)terrein: 20min ................................................................... 5 Achteraf ................................................................................................................................................ 6 Doelstelling ...................................................................................................................................... 6 Groepsinteractie ............................................................................................................................... 6 Methode ........................................................................................................................................... 6 Begeleiding ...................................................................................................................................... 6

Leermeer-moment Chicago Jongeren Jeugdhuis: Chicago Leeftijd: 16+

Lees dit alvorens te beginnen Doelstelling van de activiteit We proberen meer te weten te komen over het gekozen thema. We vertrekken van wat we zelf weten, om vervolgens antwoorden te vinden op vragen die we nog hebben. Belangrijke info is ook hoe de wijk denkt over dit thema.

Overzicht    

Inleiding: 5min Wat weten we? 20min Onze argumentatie (om de buurt en politici te overtuigen): de petitie: 20min Onderzoek naar het terrein: 20min

Praktische voorbereiding Tijd (duur) 1u à 1,5u Locatie Een lokaal met eventueel internetaansluiting Materiaal Een bord, computer met internet Voorbereiding  Je kan eventueel al op voorhand bepaalde informatie verzamelen, opzoeken. Dat geeft de groep het gevoel vooruit te gaan.  Lees uw tijdens fiche  Schat jouw groep in, en pas de methodiek aan indien nodig

Veel voorkomende vragen Mijn jongeren zijn niet echt van het schoolgaande type… Wat moet ik doen? Jongeren zijn op zich wel leergierig, maar het moet een concrete inzet hebben. Het moet vertrekken van hun leefwereld, en van hun vragen, en dan blijkt al gauw dat jongeren eigenlijk toch wel graag weten hoe de vork exact in de steel zit. Hou ook rekening met de draagkracht van je jongeren, en hoe zij leren. Misschien hebben ze niet graag schoolachtige lessen, maar hebben ze liever iets visueel, of waar wat meer discussie en interactie aan te pas komt. Moeten de jongeren zelf alles opzoeken? Graag zoveel mogelijk, maar wees realistisch. Schat je groep in: soms kan dat zijn dat je dat samen met de jongeren moet doen, soms kan je het hen helemaal zelf laten doen, voor anderen is misschien motiverend dat de jeugdwerker al cruciale informatie opgezocht heeft.

Valkuilen en tips Niet genoeg vertrekken van de kennis van de jongeren De jongeren weten vaak verrassend veel over onderwerpen van hun leefwereld. Soms leven veel meningen door elkaar, of zijn ze tegenstrijdig, maar zit er wel al veel kennis in de groep. Alles bij elkaar leggen, kan al heel wat opleveren. Jongeren zijn vaak ook hele goede “terreinexperts”, weten hoe de dingen concreet in elkaar zitten in de wijk. Dus niet te gauw een “externe” expert erbij halen, zorg dat je eerst alle expertise uit de groep haalt, en stap dan met de overblijvende vragen naar een “expert”. Niet vertrekken van de vragen van de jongeren zelf en van de concrete inzet: waarom moeten we wat weten? Jongeren hebben echt wel vragen. Vertrek van hun vragen. Er zal dan meer motivatie zijn om de antwoorden te aanhoren. Jongeren vinden over het algemeen leren ok, als het nuttig is in hun ogen. Het project en de actie zijn natuurlijk de echte inzet van dit leermeermoment, zorg dat die band heel duidelijk blijft. Geen theorie om de theorie, maar concrete vragen en info die we nodig hebben om de actie te doen slagen, om te weten te komen wie we moeten aanspreken, wie beslist, hoe de mensen er in de wijk over denken (want we hebben die nodig). TIPS Overloop de volgende vragen met de groep:  Wat is het probleem exact?  Wat weten we ervan?  Wat zouden we nog te weten moeten komen? Wie kan ons daarbij helpen?  Wat zijn de oorzaken van de probleemsituatie?  Wat denken de mensen in de buurt of andere betrokkenen ervan?  Wie heeft er belang bij dit zo te houden en waarom? Wie wil verandering zien en waarom?  Wie kan/moet het probleem oplossen? Niet genoeg interactie en variatie in de vorming. TIPS  Zorg dat er genoeg mogelijkheid is tot interactie: vraag/antwoord. Geen exposé van een uur, zorg liever voor korte stukjes, aangevuurd en afgewisseld met concrete vragen. Je kan een expert een exposé laten geven, of je kan hem interviewen. Het verschil is duidelijk!  Zorg ervoor dat je ook variatie steekt in het “meer-leren”. Meer leren kan op verschillende manieren, ook op actieve! Zelf op internet gaan zoeken, een wandeling in de wijk maken, mensen bevragen of interviewen, enz.  Wissel spreken/luisteren af met zien, of doen.  Las discussies of stellingenspellen in om bepaalde argumenten uit te diepen enz. Te lange vorming Zorg ervoor dat je realistisch bent in de draagkracht van je jongeren. Sommige groepen zijn in staat om 2uur geconcentreerd bezig te zijn, anderen zullen na een half uur al gestoord worden door enkelen in de groep die afgeleid zijn. TIP  Voorzie blokjes, pauzes, actievere afwisseling enz.

Aan de slag Check  

Materiaal in orde? Lokaal klaar?

Overzicht    

Inleiding: 5min Wat weten we? 20min Onze argumentatie (om de buurt en politici te overtuigen): de petitie: 20min Onderzoek naar het terrein: 20min

Concreet verloop Stap 1: Inleiding: 5min  “Vorige week hebben we gekozen om actie te voeren voor goalen op het basketbalterrein. Verschillende jongeren hebben me echter laten weten dat daar vroeger door anderen ook al aan gedacht is, dat die zelfs al brieven hebben geschreven naar de gemeente enzo, maar dat daar niets van gekomen is. Het is dus belangrijk dat we exact weten wat er gebeurd is, en te weten komen waarom het niet gelukt is. Als wij willen dat het deze keer wel lukt, dan hebben we er alle belang bij om de buurt achter ons idee te krijgen, en de politici tonen dat de buurt ons steunt. Dat gaan we proberen te doen via een petitie. En op het einde gaan we op het basketbalterrein zelf gaan zien hoe het praktisch mogelijk is om goalen te plaatsen.” Stap 2: Wat weten we? 20min  VRAAGGESPREK: Wat => waarom?  “Wat weten we over gans die geschiedenis?” => Vroeger was er een voetbalplein. De gemeente heeft dat gerenoveerd, maar heeft er toen een basketbalplein van gemaakt.  “Wie heeft daar in het verleden al initiatieven voor genomen?”  “Wat hebben ze gedaan?” => Een jeugdwerker van een andere organisatie heeft al brieven gestuurd.  “Waarom is dat niet gelukt?”  “Wat waren de argumenten van de gemeente?”  “Waarom zou de gemeente niet gemotiveerd zijn om die goalen te installeren?” => Een “hangplek” vermijden  “Wat kan de gemeente motiveren om het toch goalen te installeren?” => Tonen dat dat een beter alternatief is dan de huidige “hangplekken” voor een buurtwinkeltje of in de inkomhal van een apartementsblok. => Dat de buurt ons idee steunt => Dat ze anders negatieve publiciteit krijgen (door de pers erbij te halen) Stap 3: Onze argumentatie: 20min  OPGAVE  “Ok, we hebben al enkele argumenten op een rijtje. We denken dat de gemeente pas zal toegeven als ze zien dat de buurt er niet tegen is. We denken dat we de buurt kunnen overtuigen omdat een voetbalterrein een gezondere bezigheid is dan de huidige “hangplekken”. Een ideaal instrument om zowel de buurt als politici te “overtuigen” is een petitie. We gaan in de buurt rond om mensen aan te spreken, hen ons idee uit te leggen, en te

vragen ons project te ondersteunen. Met die petitie kunnen we dan naar de politici tonen dat de buurt ons steunt, en zo druk uitoefenen. Hoe maak je nu een petitie? Een petitie vraagt iets, en argumenteert.” 1. “Wat vragen we, en aan wie vragen we dat?” 2. “Wat zijn overtuigende argumenten voor onze vraag?”  SCHRIJF DE ANTWOORDEN OP.  INDIEN HET TE MOEILIJK IS OM ECHTE ZINNEN TE FORMULEREN MET GANS DE GROEP, VRAAG DAN WIE (1 à 2 JONGEREN MAX.) DE PETITIE IN HET PROPER WIL UITSCHRIJVEN SAMEN MET JOU. Stap 4: Onderzoek op het (basketbal)terrein: 20min  “Ok, we hebben nu argumenten naar de buurtbewoners opdat ze onze petitie en project zouden steunen. Met de petitie kunnen we dan weer de politici tonen dat ze niet hoeven te vrezen dat gans de buurt er tegen is, en zelfs dat er genoeg zijn die dat steunen. Een laatste argument is de technische haalbaarheid van voetbalgoalen. Iemand heeft me gezegd dat dat moeilijk zal zijn, aangezien er al basketbalringen staan, en dat die in de weg staan. Laten we dat eens gaan bekijken ter plaatse, hoe we goalen evt. kunnen plaatsen, zonder aan de basketbalringen te raken.”

Achteraf Doelstelling Is de doelstelling bereikt?

Groepsinteractie  

Nam iedereen deel? (dominantie versus zwijgen) Was er voldoende veiligheid in de groep? (conflict, groepsdruk, spanning, lachen met..., durven blootstellen aan...)

Methode    

Waren de methodes gevarieerd genoeg (creatief, sportief, intellectueel, emotioneel,...) Genoeg variatie in luisteren – spreken? Genoeg rekening gehouden met de noden en interesses? Niet te traag? Is er parallel gewerkt, of eerder serieel?

Begeleiding   

Aandachtspanne: duurde de sessie niet te lang? Heb ik niet teveel gestuurd? Heb ik genoeg ruimte gelaten aan de groep?