Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Inhoudsopgave Inleiding
pagina 1
Samenvatting
pagina 2
Leeswijzer
pagina 4
Signalen en Trends
pagina 5
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Inleiding Voor u ligt het overzicht van signalen en trends 2010 van Mozaïek welzijnsdiensten voor de gemeente en partners in Tiel. Wat kunt u van deze rapportage verwachten? Ontstaan Sinds 2005 maakt Mozaïek welzijnsdiensten een trendanalyse: een analyse van signalen en de daaruit voortvloeiende trends, met als doel een bijdrage te leveren aan welzijnsbeleid. Vanaf januari 2006 is Mozaïek een regionale instelling. In de loop van de jaren heeft Mozaïek de aanpak van de trendanalyse verder ontwikkeld en aangepast aan de nieuwe situatie. Dat leverde vanaf 2008 twee trendanalyses op: één voor de stad Tiel en één voor de regionale, niet stedelijke gebieden waar medewerkers actief zijn. Ook dit jaar zijn er twee trendanalyses. Beide zijn beschikbaar via www.mozaiekwelzijn.nl. Signaal en trend Volgens het woordenboek van ‘van Dale’ is een signaal ‘een teken om iets te doen of na te laten => sein gebeurtenis’. Een signaal heeft als functie de aandacht op een bepaalde ontwikkeling te vestigen. Een trend is de richting waarin iets zich ontwikkelt, een tendens. Met deze definities hebben we de kern van de bedoeling van deze trend- en signaalanalyse verwoord. We vestigen de aandacht op waarnemingen van professionals van Mozaïek welzijnsdiensten in hun dagelijkse praktijk (signaal) en proberen hier voorlopige conclusies aan te verbinden over de richting waarin de maatschappij zich op een aantal punten ontwikkelt (trend). Een signaal of een trend kan betrekking hebben op (groepen) burgers, samenwerkingsverbanden en/of een geografisch gebied. Informatief Signalen in deze rapportage zijn niet op wetenschappelijk onderzoek of wetenschappelijke gegevens gebaseerd. Het zijn ruwe gegevens uit de praktijk; momentopnames, los van interpretatie en analyse. Omdat het de waarnemingen van mensen betreft, zijn signalen per definitie subjectief. Intersubjectiviteit - een grotere mate van objectiviteit - ontstaat doordat signalen getoetst en besproken worden met meerdere medewerkers die professioneel bij de welzijnspraktijk betrokken zijn. Waar mogelijk is dat bij deze rapportage ook gebeurd. De signalen worden onderbouwd met specifieke feiten die laten zien waar medewerkers hun uitspraken op baseren. Ondanks de hierboven genoemde beperkingen, bevatten signalen en trends veel relevante informatie. Informatie die de gemeente kan gebruiken bij het formuleren van gemeentelijk beleid. Informatie die waardevol kan zijn voor partnerorganisaties in de gemeente Tiel. Opbouw Deze trendanalyse begint met een samenvatting van de gesignaleerde ontwikkelingen. Daarna een korte leeswijzer waarna het overzicht van de signalen volgt. We wensen u veel inspiratie bij het lezen!
1
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Samenvatting Digitalisering De digitalisering in de samenleving zet gestaag door. Digitalisering verbindt degenen die er aan mee kunnen doen, maar sluit mensen die er om welke reden dan ook (geen financiële middelen en/of een fysieke beperking) niet aan mee kunnen doen ook uit. Voor medewerkers van Mozaïek welzijnsdiensten betekent de verdergaande digitalisering een gemakkelijkere en betere bereikbaarheid van een gedeelte van de doelgroep. Digitale media voegen een laagdrempelige optie toe aan bestaande vormen van contact. Ook ouderen haken aan in de digitalisering. Ze willen leren skypen met kleinkinderen, ze emailen en vinden informatie op internet. Jongeren en jeugd Jongeren, van oudsher voorlopend in digitale communicatie, maken optimaal gebruik van digitale mogelijkheden en netwerken zoals hyves en facebook. Jongeren gebruiken digitale media om contacten te leggen, te kletsen, uit te wisselen, zaken te regelen, maar ook om te pesten, ruzie te maken en te bedreigen. De digitale wereld heeft een uitvergrotende werking op sommige aspecten, zoals bijvoorbeeld gebrekkige sociale vaardigheden. Jongeren zijn bezig met hun toekomst. Ze geven aan de rol van onderwijs daarin te zien. In Tiel West zijn jongeren begaan met het imago van de wijk in de media. Jongeren worden als overlast ervaren, ook op plekken die voor hen bedoeld zijn. Het inrichten van een plek voor jongeren vraagt een zorgvuldige aanpak waarbij interactie tussen buurt en jongeren een belangrijk aandachtspunt is. Door interactie kunnen grenzen worden gecommuniceerd en bewaakt op zo’n manier dat het ook voor de jongeren acceptabel is om aangesproken te worden op hun gedrag. Het onderwijs heeft in de loop van de tijd allerhande toegevoegde taken gekregen. In 2009 constateerden we al dat scholen overbelast dreigden te raken door extracurriculaire activiteiten. In 2010 heeft dit proces zich voortgezet. Dit betekent dat nieuwe wegen gezocht moeten worden; enerzijds voor samenwerking met scholen en anderzijds voor werving van kinderen voor activiteiten van Mozaïek. Verbinden en samenhang Mensen willen elkaar ontmoeten. Wat dat betreft niets nieuws onder de zon. De vorm waarin, kan in de loop van tijd veranderen. Zo zoeken mensen elkaar steeds meer op op rondom bepaalde ervaring ten aanzien van een beperking of ziekte (Alzheimer, Copd, etc). Mensen met een laag SES zijn nog altijd een bron van zorg waar het gaat om verbinding met de samenleving. De ouderbetrokkenheid bij school is laag, de deelname aan clubs en verenigingen is beperkt en ook de mogelijkheden deel te nemen aan populaire digitale netwerken zijn beperkt.
2
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
De Civil Society De civil society is in opkomst. Veel mensen redden zichzelf en zijn (soms met enige ondersteuning) in staat zichzelf te organiseren. Grenzen van de professionele hulpverlening verschuiven. Waar voorheen professionele hulp werd ingezet, wordt nu een beroep gedaan op zelfredzaamheid en als dat niet lukt, de inzet van vrijwilligers. Mozaïek wordt op verschillende manieren geconfronteerd met klanten die niet voldoen aan indicatiecriteria voor professionele zorg en begeleiding, maar vragen hebben die naar aard of omvang niet door vrijwilligers beantwoord kunnen worden. Daarbij valt op dat de zorg verzakelijkt en dat instellingen ondanks de intentie klantgericht te willen werken, toch aanbodgericht werken. De klant die niet binnen de opdrachtkaders van de instellingen past, valt tussen wal en schip. De vraag naar vrijwilligers wordt steeds groter, maar de groep vrijwilligers neemt eerder af dan dat deze groter wordt. De groep die van oudsher maatschappelijk het meest actief zijn,de groep vitale senioren, raakt overvraagd. Het is nodig om nieuwe groepen aan te spreken voor vrijwillige inzet. Hierin ligt een uitdaging, ook voor Mozaïek welzijnsdiensten. Daarbij is het belangrijk ook rekening te houden met de specifieke vragen van vrijwilligers. Steeds vaker verbinden zij een eigen doelstelling aan het uitvoeren van vrijwilligerswerk. Daarbij spelen naast persoonlijke wensen (zelfontwikkeling) ook de eisen van een opleiding, uitkerende instantie of arbeidsmarkt een rol.
3
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Leeswijzer Zoals gezegd zijn de signalen en trends in deze analyse gebaseerd op waarnemingen van professionele medewerkers van Mozaïek welzijnsdiensten. Elk signaal bevat waarnemingen over een specifieke groep burgers, soms in een specifiek gebied. Na het nummer in kolom 1, staan in kolom 2 deze gegevens vermeld. De volgorde van de signalen is gebaseerd op leeftijdsopbouw: van jong naar oud. Kolom 3 bevat de inhoud van het signaal en kolom 4 de onderbouwing en hiervan, inclusief verdere toelichting. De onderbouwing geeft inzicht in de achtergrond en de herkomst van het signaal, bovendien is dit een verdieping van het aanvankelijke signaal. De laatste kolom vermeldt wat de mogelijke betekenis is van het signaal: wat betekent het signaal voor de Tielse samenleving en de samenhang tussen burgers? Of wat betekent het signaal voor professionele organisaties in Tiel?
4
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Signalen en Trends
5
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr 1.
Wie en waar Kinderen, jongeren en volwassenen (mail, , facebook, hyves, twitter)
Inhoud signaal Digitale communicatie wordt steeds belangrijker in het contact met doelgroepen.
Toelichting en onderbouwing Sociale netwerksites en andere digitale communicatiemogelijkheden worden een steeds belangrijker medium in het verkrijgen en onderhouden van contacten met de doelgroep (opkomst Facebook, Hyves, Twitter). Digitale communicatiemiddelen kunnen persoonlijk contact niet vervangen. Met name het eerste contact wordt laagdrempelig via de digitale weg. Voor een toernooi in de kerstvakantie zijn alle deelneemsters (49 voetbalsters in de leeftijd 12-18 jaar) geworven via hyves/ mail. De meiden uit Tiel Oost die meedoen aan sportbuurtwerk, allen tussen de 10 en 12 jaar, zijn makkelijk bereikbaar via hyves. Zeker 10 van de gemiddeld 15 deelnemers zitten regelmatig op de netwerksite en lezen hun berichten. Ook jongeren die vrijwilliger waren op toernooien (in totaal 15 vrijwilligers), zijn voornamelijk via digitale weg bereikt. (hyves, Facebook, mail). Via Twitter kan een (deel van de) meer volwassen doelgroep goed worden bereikt.
6
Wat betekent dit signaal Allereerst betekent de opkomst van Facebook en Twitter een uitbreiding in communicatiemogelijkheden. Digitale media bieden burgers een laagdrempelig alternatief voor de meer directie communicatievormen zoals bijvoorbeeld bellen. Voor werkers is de klant makkelijker (en efficiënter in tijd) te bereiken. Voor samenwerkingspartners en opdrachtgevers geldt dat zij met enige moeite ook de ontwikkelingen kunnen volgen en in kunnen spelen op deze nieuwe communicatiemogelijkheden. Een negatief effect van de opkomst van het digitale netwerk is dat het contact minder privé wordt. Het vraagt bewustzijn om hier
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr
Wie en waar
Inhoud signaal
Toelichting en onderbouwing
7
Wat betekent dit signaal goed mee om te gaan (wat communiceer je wel en niet via digitale openbare kanalen).
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr 2.
Wie en waar Jongeren
Inhoud signaal Digitale communicatie leidt makkelijk tot misverstanden en escalatie
Toelichting en onderbouwing Jongeren communiceren veel via digitale kanalen. Het vraagt zorgvuldigheid om met geschreven tekst goed te communiceren. Jongeren hebben daar (nog meer dan volwassenen) moeite mee. Digitale communicatie leidt daardoor makkelijk tot misverstanden. Pesten, ruzie en bedreigingen zijn van alle tijd, maar de digitale wereld biedt hiervoor een laagdrempelig medium. Escalatie lijkt eerder op te treden. Dit blijkt uit contacten van jongerenwerkers met diverse groepen jongeren.
Wat betekent dit signaal De digitale wereld biedt een podium voor allerhande sociaal gedrag. Het is zeer eenvoudig om veel mensen te bereiken met positieve én negatieve berichten. Escalatie lijkt eerder op te treden, digitalisering heeft een uitvergrotende werking. Daarbij speelt de mogelijkheid anoniem te blijven een rol. Het is onduidelijk of digitalisering de mogelijkheden van jongeren om sociale vaardigheden te ontwikkelen beïnvloedt. Mogelijk is digitale communicatie aanvullend op overig sociaal gedrag. Mogelijk neemt de noodzaak zich buiten de digitale wereld te begeven af door de digitale contacten.
8
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr 3.
Wie en waar Jongeren 14-18 jaar in Tiel Noord
Inhoud signaal Jongeren op vindplekken in Tiel Noord zijn (bewuster) bezig met onderwijs
Toelichting en onderbouwing In een vijftal gesprekken met jongeren op overlastlocaties in Tiel Noord (vindplekken), blijken jongeren tijdens de zomervakantie bewust bezig met hun toekomst en de rol van onderwijs daarin. Op beide locaties is het gesprek in eerste instantie ingegeven door zaken als ‘hangen’, ‘chillen’, ‘overlast door jongeren’. Jongeren geven al snel aan dat zij ‘genoeg hebben’ van de associatie met overlast. Op de vraag wat hen primair bezig houdt, is het de eigen toekomst. Jongeren geven aan dat school op dit moment belangrijk voor hen is (NB. aldus gesproken jeugd TIJDENS de zomervakantie). Dit signaal is in groepsverband opgepakt in twee verschillende groepssamenstellingen: groep 1: jongens en meisjes gemengd, allemaal van autochtone komaf, en groep 2: meisjes van zowel allochtone als autochtone komaf. Het gros van de gesproken jeugd zit op RSG Lingecollege, aan de Teisterbantlaan (VMBO).
9
Wat betekent dit signaal Jongeren zijn bezig met hun toekomst. Ondanks dat zij zich ophouden op zogenaamde overlastlocaties, staan ze stil bij het belang van onderwijs. De focus ligt bij eigen kansen voor de toekomst.
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr 4.
Wie en waar Kinderen in Tiel van 4 tot 12 jaar met ouders met een laag SES
Inhoud signaal Sommige kinderen die graag bewegen in georganiseerd verband, gaan/kunnen niet naar een sportclub.
Toelichting en onderbouwing Kinderen in Tiel Oost bewegen graag in georganiseerd verband. Activiteiten die worden georganiseerd door sportbuurtwerk voor (allochtone) kinderen in Tiel Oost worden erg druk bezocht. Wekelijks sporten er op woensdagmiddag zo’n 40 kinderen in Tiel-Oost. De sportbuurtwerkers geven aan dat de kinderen erg enthousiast zijn over het sporten. De meeste kinderen zijn echter geen lid van een sportvereniging. 2 Basisscholen (de Achtbaan en de Regenboog) geven aan dat vooral allochtone ouders en autochtone ouders met een uitkering vaak geen geld hebben voor een sportclub.
Wat betekent dit signaal Als het gaat om gezondheidsbevorderend gedrag en preventie van bijvoorbeeld overgewicht, ontbreekt het kinderen niet aan motivatie om te bewegen. Daarop hoeven ze niet te worden gestimuleerd. Om deelname aan (sport) clubs te bevorderen, moet ingespeeld worden op de ouders. Die moeten er het belang van inzien en er de financiën voor vrij (kunnen) maken. Voor kinderen is deelname aan (sport)clubs ook van belang voor het gevoel erbij te horen en het voorkomen van uitsluiting.
10
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr 5.
Wie en waar Ouders met een laag SES en hun kinderen 0-12 jaar in Tiel West
Inhoud signaal Ouderbetrokkenheid bij school van mensen met een laag SES is beperkt.
Toelichting en onderbouwing De beperkte ouderbetrokkenheid van ouders met een laag SES (al dan niet van allochtone afkomst) bij het onderwijs van hun kinderen is gebleven. (We signaleerden dit ook in 2009). De ouderparticipatie is laag. Wel valt op dat bij verschillende projecten gericht op voorlezen en taalstimulering ouders van allochtone afkomst interesse tonen. Dit signaal wordt bevestigd door Kinderdagopvang Rivierenland, Prins Mauritsschool en Adamshof.
6.
Basisscholen in Tiel en kinderen in groep 7 en 8
Er is steeds minder ruimte voor activiteiten op/via basisscholen
Bij het organiseren van sportevenementen wordt de medewerking van basisscholen in Tiel steeds minder. Werving via scholen voor activiteiten voor kinderen in groep 7 en 8 werkt niet meer goed. Het levert onvoldoende op en sommige scholen werken niet meer mee. Men geeft aan vol te zitten met activiteiten.
11
Wat betekent dit signaal Ouderbetrokkenheid in het onderwijs is een belangrijke succesfactor in de ontwikkeling van kinderen en komt ook het functioneren van scholen ten goede. Belangrijk is dat ouders dit inzien. Kennis en inzicht mondt niet automatisch uit in daden. Om tot gedragverandering te komen is in veel gevallen individuele ondersteuning van ouders nodig. De werkwijze rondom werving bij activiteiten voor kinderen moet veranderen. Ook begeleiding moet op andere wijze worden verkregen. Scholen zijn niet langer het aangewezen medium om de doelgroep te bereiken omdat ze al teveel zijn belast met allerhande (toegevoegde) taken.
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr 7.
Wie en waar Jongeren in de leeftijd van 14 t/m 20
Inhoud signaal Jongeren worden als overlast ervaren op plekken die voor hen zijn bedoeld.
Toelichting en onderbouwing Jongeren worden als overlast ervaren op plekken die voor hen bedoeld zijn. Er is vaak weinig gezonde interactie zoals open communicatie, zorgvuldig grenzen stellen, zorg uitspreken. Volwassenen lijken het moeilijk te vinden om te (moeten) communiceren met moeilijke jeugd en nemen soms geen verantwoordelijkheid in de buurt of wijk. Allerlei factoren spelen een rol: de inrichting van de JOP, het onderhoud van de JOP en de omgeving, onderlinge betrokkenheid tussen jongeren als gebruikers en de buurt als omgeving, toezicht en sociale controle en de plaats van de voorziening (soms te ver van de samenleving) Specifieke locaties waarover periodiek klachten gehoord of gemeld worden zijn: * * * *
JOP locatie Lingewaalpark (wijk Passewaaij) JOP aan de rondweg (Passewaaij) Omgeving Cruyff Court (Tiel West) Omgeving ‘de Baan’ bij sporthal Westroyen (Tiel Noord) * Sport en speelvoorziening aan de dijk (Hertogenwijk – Tiel West) * Rauwenhofpark (Rauwenhof -Tiel Noord) * Park Groenendijk (Drumpt – Tiel Noord)
12
Wat betekent dit signaal Gezonde interactie tussen buurt en jongeren draagt bij aan het beperken van grensoverschrijdend gedrag én aan de tolerantie van buurtbewoners. Het is belangrijk om het proces met belanghebbenden (buurt, winkeliers enz) voorafgaand aan de realisatie van een JOP zorgvuldig te doorlopen. Dit bepaalt voor een deel de hoeveelheid weerstand. Als een voorziening is ingericht voor jongeren terwijl de omgeving ouder wordt (eigen kinderen wonen niet meer thuis), neemt de tolerantie bij buurtbewoners doorgaans af.
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr
Wie en waar
Inhoud signaal
Toelichting en onderbouwing De meldingen variëren van luidruchtigheid tot vervuiling van de omgeving en van intimidatie tot vernieling van openbaar en particulier bezit. De groepsgrootte, maar ook de etnische achtergrond van jongeren kan van invloed zijn op de overlastmeldingen. Keerzijde is enerzijds (het gebrek aan) de tolerantie van buurtbewoners tav jongeren en anderzijds het ontbreken aan contact en betrokkenheid met de jeugd.
Wat betekent dit signaal
Berichten hierover bereiken de jongerenwerker door contacten met de jeugd, het benaderen en bevragen van winkeliers en bewoners en ook komen er gerichte meldingen vanuit gemeente en politie. 8.
Jongeren in Tiel Tiel westomgeving Lelypark Tiel noordomgeving Westroyen)
Een groep Marokkaanse jongeren isoleert zichzelf steeds meer.
Een groep van plusminus 20 Marokkaanse jongeren veroorzaakt problemen in de wijken en isoleert zichzelf doordat ze steeds meer jongeren (ook andere Marokkaanse) en professionals tegen zich in het harnas te jagen. In Tiel noord, omgeving winkelcentrum Westroyen zijn verschillende groepen actief. Een van die groepen bestaat geheel uit autochtone jongeren. Deze groep is verhuisd naar een andere plek omdat zij meerdere keren problemen ondervonden met een groep jongeren met Marokkaanse achtergrond. Om die reden worden, naar eigen zeggen, ook de jongereninlopen niet meer bezocht. 13
De toch al lastige groep van jongeren met Marokkaanse achtergrond, veroorzaakt problemen, maar dreigt ook steeds vaker de boot te missen. Hiermee wordt het contact met de directe omgeving nog minimaler. De groep raakt geïsoleerd.
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr 9.
Wie en waar Jongeren en buurtbewoners maken uit Tiel-West
Inhoud signaal Jongeren en buurtbewoners maken zich zorgen over het imago van Tiel West in de media.
Toelichting en onderbouwing Jongeren en buurtbewoners maken zich zorgen over het imago van Tiel West in de media. Dit blijkt uit gesprekken met buurtbewoners uit Tiel West, die zowel binnen als buiten de wijk plaats vonden. Jongeren geven aan de wijk zelfs prettiger te vinden dan een aantal jaren geleden.
Wat betekent dit signaal Bewoners en jongeren in Tiel-West zijn betrokken bij hun buurt en enkele jongeren zijn bereid actie te ondernemen ter bevordering van het imago van de buurt.
Zowel bewoners als jongeren die dit signaal afgeven zijn van allochtone afkomst. Het betreft 21 volwassenen en 30 jongeren. 5 jongeren geven aan actie te willen ondernemen voor een tegengeluid. 10. Mensen met een bepaalde beperking
De behoefte aan contact en ontmoeting wordt in toenemende mate ingevuld door lotgenotencontact.
Mensen met een bepaalde beperking of ziekte (blinden en slechtzienden, CVA, Alzheimer, COPD, scootmobielrijders) zoeken contact en ontmoeting steeds meer bij lotgenoten. Ze hebben in vergelijking met een aantal jaren geleden minder animo voor algemene ontmoetingsactiviteiten en vinden aansluiting via de vereniging die is georganiseerd rondom hun ziekte of beperking.
14
Lotgenoten verenigingen vervullen een verbindende rol voor mensen uit hun achterban. Door de ontmoetingen wordt het zelfoplossend vermogen vergroot. Ervaringsdeskundigheid wordt uitgewisseld.
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr Wie en waar 11. Vitale senioren (55-70 jaar) die mantelzorg verlenen aan partner, ouders of omgeving.
Inhoud signaal Er is een groeiend beroep op senioren om mantelzorg te verlenen. Het risico op overbelasting neemt verder toe.
Toelichting en onderbouwing Er wordt een steeds groter beroep gedaan op het zelfoplossend en zelforganiserend vermogen van mantelzorgers. De groep mensen die mantelzorg verleent, heeft daarnaast vaak andere rollen en taken. Dit leidt tot zwaardere belasting en soms tot overbelasting en excessen. Dit blijkt uit contacten van de medewerkers mantelzorgondersteuning met mantelzorgers.
Wat betekent dit signaal De WMO stimuleert mantelzorg en beperkt het gebruik van professionele zorgvoorzieningen. Aan de andere kant verlangt de overheid een grotere en langere arbeidsparticipatie.
Het groeiende beroep dat op vitale ouderen wordt gedaan, De achtergronden van dit signaal zijn tov 2009 (toen vergroot het risico op we dit signaal ook afgaven) onveranderd: overbelasting. * Mensen met thuiswonende kinderen hebben vaak al ouders op leeftijd. Die springen door hun Vitale senioren vormen een ouderdom minder makkelijk bij en hebben vaker belangrijk kapitaal voor de mantelzorg nodig. (vooral voor autochtonen) samenleving. Zorgvuldig * Allochtone volwassenen geven aan dat het steeds omgaan met deze kostbare moeilijker wordt om voor hun ouders te zorgen groep is gewenst. door het hebben van werk, kinderen en huishouden.
15
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr Wie en waar 12. Volwassenen en ouderen
Inhoud signaal Er komen steeds meer specifieke vragen naar en over vrijwilligerswerk.
Toelichting en onderbouwing De trend van 2009 waarin melding werd gemaakt van de eigentijdse vrijwilliger die eigen doelen heeft en onder bepaalde condities vrijwilligerswerk wil doen, zet door en tekent zich verder af. Vrijwilligerswerk is steeds minder “zomaar tijdverdrijf”, maar meer “zinvolle tijdsbesteding” of “reïntegratie”. Het Meldpunt Vrijwillige Hulpverlening krijgt steeds meer specifieke vragen naar en over vrijwilligerswerk. Het werk moet nauw aansluiten bij persoonlijke interesses, leiden tot persoonlijke ontwikkeling of werkperspectieven. De verwachtingen zijn hoog en de invulling is dan ook tijdsintensief maatwerk. Drie (van de 10) vrijwilligers melden zich het afgelopen jaar voor een specifieke taak en verbinden hier een doelstelling voor zichzelf aan. Drie andere vrijwilligers melden zich met een zingevingvraag: “iets betekenen voor een ander”, “maatschappelijke betrokkenheid”.
16
Wat betekent dit signaal Vrijwilligers zijn steeds vaker selectief inzetbaar. Sommige vrijwilligers krijgen vanwege hun smalle aanbod weinig of geen vragen en raken hierdoor gefrustreerd. Andere vragen kunnen niet ingevuld worden omdat niemand er interesse voor heeft. De in de WMO benoemde “zelfstandige en kritische burger” laat zich in dit proces duidelijk zien. Voor het Meldpunt wordt de tijdsinvestering voor geslaagde matches groter. Ook vraagt het specifieke deskundigheid. Matchen van vraag en aanbod is professioneel werk.
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr Wie en waar 13. Hulpbehoevende mensen (waaronder ouderen)
Inhoud signaal Door een terugtrekkende overheid en bezuinigingen in de zorg komt verkokering en het tekortschieten van een keten in zorg en welzijn meer in beeld.
Toelichting en onderbouwing Door de vermaatschappelijking van de zorg, bezuinigingen en dwingende (financiële) kaders bij instellingen houden professionals in de zorg en welzijn zich steeds strikter aan hun opdracht. Alhoewel alle instellingen en hun medewerkers de intentie hebben klantgericht te werken en de klant centraal te willen stellen, is er in de praktijk sprake van beperkte aanbodgerichte dienstverlening. Niet de situatie van de klant, maar (de grenzen aan) de eigen opdracht bepaalt wat voor hulp (al dan niet) geboden wordt. Verschillende zorgorganisaties namen telefonisch contact op met de ouderenadviseur van Mozaïek waarbij aangegeven werd dat de vragen van de cliënt niet behoren bij de functie van de organisatie en/of de functionaris. Mozaïek wordt als welzijnsinstelling gevraagd individuele begeleiding te bieden aan cliënten. Steeds meer allee staande ouderen, veelal 75+, met een beperkt netwerk melden zich met een enkelvoudige vraag, maar blijken op meerdere terreinen hulp nodig te hebben. Er is meervoudige problematiek waarbij individuele begeleiding wenselijk is. Ook komt het steeds vaker voor dat burgers Mozaïek benaderen nadat ze volgens eigen zeggen “van het kastje naar de muur en uiteindelijk naar Mozaïek “ zijn gestuurd. 17
Wat betekent dit signaal Instellingen zijn op zichzelf gericht en worden ook niet gefaciliteerd om over de grenzen van de eigen organisatie te gaan. Integendeel; grenzen worden streng bewaakt. Zowel door opdrachtgevers, als door managers binnen de verschillende instellingen. Negatief gevolg voor burgers kan zijn dat men in een doorverwijscarrousel terecht komt en dat men niet geholpen wordt. De algehele grenzen van de professionele hulpverlening verschuiven daarbij (WMO, AWBZ- maatregelen). Waar voorheen professionele hulp werd ingezet, wordt nu een beroep gedaan op zelfredzaamheid en als dat niet lukt; inzet van vrijwilligers. Het is noodzakelijk om gezamenlijk afspraken te
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr
Wie en waar
Inhoud signaal
Toelichting en onderbouwing Ook via de vraag naar vrijwilligers wordt een groep zichtbaar die qua ondersteuning en begeleiding tussen wal en schip valt. (te licht voor professionele begeleiding, te zwaar voor vrijwilligers). * Het Meldpunt Vrijwillige Hulpverlening krijgt vragen om hulp die zowel qua aard als omvang niet passen binnen het werkveld van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties. Het betreft situaties waarin sprake is van psychische problemen in combinatie met financiële en huisvestingsproblemen. (Multiprobleemsituaties) * Bewoners van begeleide woonvormen krijgen wel ondersteuning bij de primaire levensbehoeften, maar worden onvoldoende gesteund bij het participeren in de maatschappij. Men informeert bij Mozaïek naar vrijwilligers, maar die zijn niet beschikbaar. De doelstelling van de WMO; “iedereen doet mee”, is moeilijk te realiseren voor deze doelgroep. Diensten waar hulpbehoevende mensen gebruik van maken sluiten soms onvoldoende op elkaar aan. Een klant die niet zelfstandig op de begane grond kan komen, kan geen gebruik van maken van de regiotaxi.
18
Wat betekent dit signaal maken over de samenwerking in de zorgketen en met name afspraken te maken over grensgebieden, uitzonderingen en oplossingen voor mensen die tussen wal en schip dreigen te vallen. Een integrale benadering, waarin de klant daadwerkelijk als uitgangspunt wordt genomen, is gewenst. Werken met een multidisciplinair team is een middel om de schotten in de zorg te overbruggen.
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr Wie en waar 14. Volwassen vrijwilligers
Inhoud signaal Vrijwilligers zijn steeds meer en vaker drukbezet
Toelichting en onderbouwing Het aantal mensen dat zich beschikbaar stelt voor vrijwilligerswerk blijft gelijk, of neemt doordat meer mensen (moeten) werken zelfs wat af, maar de vraag naar vrijwilligerswerk groeit. De professionele dienstverlening stoot taken af (zie ook signaal 13) waardoor de maatschappelijke opdracht richting vrijwilligers groter wordt. Voorbeelden hiervan: de chauffeur van de buurtbus en de persoon die samen met cliënten boodschappen gaat doen. Voorheen betaalde krachten; tegenwoordig vrijwilligers. Het vrijwilligerswerk komt neer op een beperkte groep mensen die soms ook belast zijn met andere taken en rollen. (mantelzorger, oppasoma, bestuurder, etc). Dit blijkt uit de contacten van Mozaïek met (potentiële) vrijwilligers. Men heeft drukbezette agenda’s en ook zijn er signalen van overbelasting.
19
Wat betekent dit signaal De vraag naar vrijwilligers groeit en het is moeilijk voldoende vrijwilligers te werven. De civil society kent z’n grenzen. Aan de andere kant ligt er een uitdaging om nieuwe groepen aan te spreken als potentieel voor vrijwilligerswerk.
Mozaïek welzijnsdiensten Signalen en Trends Tiel 2010
Nr Wie en waar 15. Ouderen
Inhoud signaal Ouderen beseffen dat de maatschappij digitaliseert en zoeken aansluiting.
Toelichting en onderbouwing Er is een toenemend besef bij ouderen dat de maatschappij digitaliseert. Dit blijkt uit de toenemende interesse om “iets” te doen aan computervaardigheid. Ook zijn er steeds meer oudere cliënten met een emailadres en ze blijken deze ook echt te gebruiken. Ouderen geven aan via Skype en email contact te onderhouden met kinderen en kleinkinderen. De maatschappij gaat ook steeds meer uit van digitale functies; denk daarbij aan internetbankieren.
Wat betekent dit signaal De vraag naar cursussen overstijgt het aanbod. Daarnaast is het aanbod niet sluitend. Men heeft behoefte aan één-op-één coaching en een laagdrempelige helpdesk.
De doelgroep ouderen (70+) raakt doordrongen van de noodzaak zich te oriënteren op digitale informatie. Het leertempo bij ouderen ligt laag. Nazorg en Het aansluiten bij “de digitale onder begeleiding oefenen is nodig. Ook het wereld” kan helpen sociaal onderhouden van het eigen systeem (sofware/ isolement te voorkomen. Het hardware, instellingen) is voor ouderen lastig. bevordert het gevoel erbij te Bij het Meldpunt Vrijwillige Hulpverlening zijn vragen horen. binnengekomen waarbij hulp op maat werd gevraagd bij het eigen maken van computergebruik. Digitalisering verbindt degenen die er aan mee Daarnaast is er veel animo voor een instapcursus kunnen doen, maar sluit computergebruik, maar ook toenemende behoefte mensen die niet mee kunnen aan een vervolgcursus. doen ook uit.
20