Jaarstukken 2014
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave ........................................................................................................................................ 2 Inleiding ................................................................................................................................................... 4 Jaarverslag ............................................................................................................................................... 6
De programmaverantwoording .............................................................................................. 7 Programma 1
Dienstverlenend............................................................................................ 7
Programma 2
Stimulerend ................................................................................................ 10
Programma 3
Leefbaar...................................................................................................... 13
Programma 4
Groeiend ..................................................................................................... 24
Programma 5
Politiek & Bestuur ....................................................................................... 29
Paragrafen ............................................................................................................................ 31 A. Weerstandsvermogen en risicobeheersing ....................................................................... 31 B. Onderhoud kapitaalgoederen ........................................................................................... 41 C. Financiering ....................................................................................................................... 49 D. Bedrijfsvoering .................................................................................................................. 53 E. Verbonden partijen ........................................................................................................... 58 F. Grondbeleid ....................................................................................................................... 75 G. Lokale heffingen ............................................................................................................... 78 Jaarrekening 2014 ................................................................................................................. 83 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling ............................................................ 86 Toelichting op de balans per 31 december ........................................................................... 88 Overzicht van baten en lasten jaarrekening 2014 .............................................................. 114 Toelichting op de baten en lasten jaarrekening.................................................................. 115 Programma 1
Dienstverlenend........................................................................................ 115
Programma 2
Stimulerend .............................................................................................. 117
Programma 3
Leefbaar.................................................................................................... 120
Programma 4
Groeiend ................................................................................................... 123
Programma 5
Politiek & Bestuur ..................................................................................... 125
-2-
Programma 6
Algemene dekkingsmiddelen ................................................................... 126
Analyse begrotingsrechtmatigheid ..................................................................................... 130 Bijlagen................................................................................................................................ 133 Bijlage
Sisa verantwoordingsinformatie ....................................................................... 134
Overige Gegevens................................................................................................................................ 140
Vaststellingsbesluit ............................................................................................................. 141
-3-
Jaarstukken 2014
Inleiding In dit document bieden wij u de jaarstukken van 2014 aan. De jaarstukken bestaan uit de volgende hoofdstukken en onderdelen: 1.
Jaarverslag 2014 bestaande uit: • de programmaverantwoording • de paragrafen
2.
Jaarrekening 2014 bestaande uit: • de balans • de waarderingsgrondslagen • toelichting op de balans • overzicht baten en lasten jaarrekening • toelichting op de baten en lasten jaarrekening • bijlage SISA verantwoordingsinformatie
3.
Overige gegevens bestaande uit: • controleverklaring van de onafhankelijke accountant • vaststellingsbesluit
Bovenstaande indeling van de jaarstukken is conform artikel 24 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Planning & Controlcyclus 2014 De jaarlijkse planning & controlcyclus bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Kadernota 2. Begroting 3. 1e bestuursrapportage 4. 2e bestuursrapportage 5. Jaarrekening Met het opstellen van de jaarstukken 2014 is dit de afsluiting van de planning & controlcyclus 2014.
-4-
Resultaat In het bijbehorende raadsvoorstel wordt een voorstel gedaan voor de bestemming van het rekeningsaldo.
Het college van burgemeester en wethouders van Vianen,
de secretaris,
de burgemeester,
Dhr. W. (Wabe) Wieringa
Dhr. W.G. (Wim) Groeneweg
Vianen, 16 juni 2015
-5-
Jaarstukken 2014
Jaarverslag bestaande uit: • de programmaverantwoording • de paragrafen
-6-
De programmaverantwoording Programma 1
Dienstverlenend
Missie Centraal in ons denken en handelen staat een goede dienstverlening aan alle inwoners, bedrijven en instellingen. We staan voor een eenvoudige en efficiënte dienstverlening. Hierbij streeft de gemeente naar zo min mogelijk klantcontacten met maximale klanttevredenheid. Vriendelijk, duidelijk en snel zijn hierbij de kernwoorden. Omschrijving Het programma Dienstverlenend omvat die activiteiten die gericht zijn op de kwaliteit van onze individuele dienstverlening. Het gaat over de kwaliteit van de klantrelatie, de doorlooptijd van de levering van een dienst, het halen van wettelijke termijnen en de manier waarop de gemeente communiceert met inwoners, bedrijven en instellingen. Kortom, de gemeente is er voor de inwoners van Vianen.
Het programma Dienstverlenend heeft de volgende doelen 1.1 Het bieden van snelle, laagdrempelige, eenduidige en correcte dienstverlening 1.2 Het bieden van tijd- en plaatsonafhankelijke dienstverlening 1.3 Tevredenheid onder burgers, bedrijven en instellingen van Vianen over de dienstverlening Indicatoren Nr.
1.1
1.2
1.3
1.3
-7-
Wat willen we bereiken Wat gaan we daarvoor doen Snelle, laagdrempelige, eenduidige en correcte dienstverlening Doorontwikkelen KCC
Bron
Meeteenheid
2012 Real.
2013 Real.
2014 Real.
2014 Begr.
Interne opgave
% aantal afgehandelde telefonische contacten door KCC in verhouding tot alle inkomende telefonische contacten Aantal digitale transacties
n.v.t.
43
53%
60
20
50
2017
300
80
--
80
7
8,4
8
Het bieden van tijd- en plaatsonafhankelijke dienstverlening Uitbreiden van het aantal digitale transacties Tevredenheid onder de burgers van Vianen Meten van de tevredenheid over de WMO
Interne opgave
Tevredenheid onder de burgers van Vianen Meten van de kwaliteit van de dienstverlening
Interne opgave
KTO Wmo
Mate van tevredenheid n.v.t. over de uitvoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) (%) Mate van tevredenheid 7,5 van burgers over de dienstverlening (cijfer)
Jaarstukken 2014
1.1 Doorontwikkelen KCC In het kader van het door ontwikkelen van het KCC (Klantcontactcentrum) is op 1 april 2014 besloten om de teams Publiekszaken en KCC samen te voegen tot het nieuwe team KCC, dit is gedaan met het oog op: • Alle 1ste lijns klantcontacten via één team op te nemen. Ook de postregistratie is verplaatst van het team Bedrijfsondersteuning naar het team KCC. • Het verhogen van de continuïteit van de dienstverlening binnen het KCC door de integrale inzet van medewerkers in de frontoffice over alle dienstverleningskanalen (receptie/publieksloket/digitale loket/postregistratie/telefoon). • De inzet van medewerkers te verbreden en te verdiepen. • De krachten uit twee teams te bundelen Het nieuwe team KCC is, na vernieuwing van functies, herindeling van taken binnen de front- en backoffice en een leer- en inwerkplan voor de medewerkers, op 1 oktober 2014 gestart. In 2014 heeft het team KCC 53% van alle binnenkomende telefoontjes zelfstandig afgehandeld. Hiermee is de doelstelling van 60% niet behaald. We verwachten de resterende 7%, nadat het team verder is ontwikkeld, in 2015 te compenseren. 1.2 Uitbreiden van het aantal digitale transacties In 2014 heeft de gemeente Vianen 2017 digitale transacties verwerkt. Dit is exclusief de ontvangen digitale (algemene) reactieformulieren en de digitaal gemaakte afspraken voor een bezoek aan het Stadhuis. De doelstelling van 300 digitale transacties is daarmee ruimschoots behaald. Deze fantastische groei wordt met name veroorzaakt door de doorontwikkeling van het zaakgericht werken in combinatie met de toptakenwebsite. 1.3 Meten van de tevredenheid over de Wmo Bij het vaststellen van de programmabegroting 2015 is deze indicator vervallen omdat niet elk jaar de klanttevredenheid van de Wmo wordt onderzocht. 1.4 Meten van de kwaliteit van de dienstverlening Slechts een maand na de invoering van het ‘werken op afspraak’ is de klantwaardering gegroeid van een 7 naar een 8,4. Geen wachttijd meer, persoonlijke aandacht en meer privacy-beleving werden als voornaamste redenen aangevoerd voor deze goede waardering. Dit betekent niet, dat er geen kritische geluiden waren over het ‘louter werken op afspraak’, maar een negatief geluid kwam van een enkeling. Overige ontwikkelingen De openingsuren van de functionele loketten zijn uitgebreid (meer middagen en een extra avondopenstelling) tegen dezelfde kosten. Inwoners kunnen tijdens openingstijden van het Stadhuis documenten afhalen, gevonden/verloren voorwerp regelen en hun belastingen betalen bij de receptie. Voor deze zaken hoeven zij geen afspraak te maken. Hierdoor bieden wij inwoners meer gelegenheid om deze zaken bij ons te regelen. In nauw overleg met plaatselijke en regionale ondernemers is het voor inwoners nu mogelijk een overlijden digitaal te melden. Dit is een succes. Ruim 98% van de aangiften komt digitaal binnen. Doordat het dossier bij de gemeente Vianen klaarligt als ondernemers op afspraak komen scheelt deze werkwijze veel tijd.
-8-
Ook is het sinds eind 2014 mogelijk om digitaal de geboorte van een kind te melden. Evenals de melding van ‘vestiging uit het buitenland’. De effecten van deze digitale meldingsmogelijkheden zijn in 2015 meetbaar.
-9-
Jaarstukken 2014
Programma 2
Stimulerend
Missie We streven naar een samenleving waarbij de eigen verantwoordelijkheid van inwoners centraal staat. Omschrijving Het programma Stimulerend omvat activiteiten die gericht zijn op het stimuleren van inwoners op het gebied van participeren, leren en ontspannen zodat zij hun eigen verantwoordelijkheid kunnen nemen. Het programma Stimulerend heeft de volgende doelen 2.1 Het mogelijk maken van kwalitatief goed onderwijs 2.2 Het stimuleren van inwoners, zodat zij blijven participeren in onze samenleving 2.3 Het stimuleren van sportdeelname door de jeugd 2.4 Het samenbrengen en uitbreiden van toeristische en recreatieve mogelijkheden in Vianen (bij dit doel zijn geen indicatoren vastgesteld) 2.5 Het stimuleren dat meer peuters deelnemen aan VVE-activiteiten Indicatoren Nr. 2.1
2.2
2.3
2.5
Wat willen we bereiken Wat gaan we daarvoor doen Minder schoolverzuim basis- en voortgezet onderwijs Terugdringen schoolverzuim Het stimuleren van inwoners Stimuleren dat ouderen langer zelfstandig zijn Meer jongeren nemen deel aan sport Organiseren sportclinics Uitvoering van VVE-activiteiten voor peuters Toeleiding van doelgroeppeuters naar peuterspeelzalen met VVEactiviteiten
Bron
Meeteenheid
Interne opgave
Aantal meldingen
Interne opgave Interne opgave Beschikking Min OCW
2012 Real. n.v.t.
2013 Real. 110
2014 Real. 112
2014 Begr. 105
Aantal ouderen met Wmo ondersteuning Aantal sportclinics
n.v.t.
485
500
980
n.v.t
150
199
150
Aantal aangemelde peuters bij de peuterspeelzalen
n.v.t.
44
44
44
2.1 Terugdringen schoolverzuim In 2014 heeft de gemeente zeven meldingen van schoolverzuim meer ontvangen dan begroot. Voor 2015 zijn met de scholen afspraken gemaakt om dit terug te dringen. In totaal heeft de gemeente 144 meldingen van schoolverzuim ontvangen, waarvan 16 absoluut verzuim (geen inschrijving bij een school of onderwijsinstelling) en 96 relatief verzuim (wel ingeschreven bij een school of onderwijsinstelling, maar niet bezoekend) en 32 gevallen van luxe verzuim (vakantie buiten schooltijd en dergelijke).
- 10 -
2.2 Stimuleren dat ouderen langer zelfstandig zijn In 2014 is een beperkte toename te zien van het aantal ouderen dat ondersteuning vanuit de Wmo ontvangt. Het gaat hier om het aantal ouderen met een Wmo-voorziening, ongeacht welke voorziening, bijvoorbeeld huishoudelijke ondersteuning, een hulpmiddel, een woningaanpassing of een vervoersvoorziening (inclusief pas regiotaxi). Dit aantal wijkt af van het begrootte aantal maar is in lijn met de ontwikkeling 2013. 2.3 Organiseren sportclinics In 2014 heeft Sportservice Provincie Utrecht 199 sportclinics georganiseerd om sport onder jongeren te stimuleren (49 meer dan in 2013). De gemeente Vianen heeft een overeenkomst met Sportservice Provincie Utrecht voor de uitvoering van sportstimuleringsactiviteiten. Binnen deze overeenkomst worden sportclinics (verzorgt door sportverenigingen) aangeboden in het primair en voortgezet onderwijs, buurtsportactiviteiten georganiseerd, voorlichtingsprogramma’s aangeboden ten behoeve van een gezonde leefstijl en worden sportverenigingen begeleid bij uiteenlopende vraagstukken. Door deze activiteiten informeren en enthousiasmeren zij kinderen (en hun ouders) over een gezonde leefstijl. Sporten en bewegen past binnen een gezonde leefstijl. 2.4 Het samenbrengen en uitbreiden van toeristische en recreatieve mogelijkheden in Vianen In 2014 is de eerste nota recreatie en toerisme voor de gemeente Vianen ontwikkeld en vastgesteld. In deze nota staat centraal dat het samenbrengen en uitbreiden van het recreatieve en toeristische product van Vianen gestimuleerd moet worden. Ook staat in dit beleid de rollen van de gemeente en de sector beschreven en geven we richting aan de te varen koers. In 2015 starten we met de uitvoering van dit beleid. 2.5 Toeleiding van doelgroeppeuters naar peuterspeelzalen met VVE-activiteiten In 2014 was het aantal geïndiceerde kinderen voor Voor- en Vroegschoolse educatie hoger dan het aantal beschikbare plaatsen volgens de doeluitkering (44 kindplaatsen). Door een scherpe toetsing aan de normen die in het VVE-beleidsplan zijn vastgelegd, konden twee à drie kinderen meer geplaatst worden. De gemeente Vianen ontvangt voor Onderwijsachterstandenbestrijding jaarlijks een doeluitkering van het Rijk. Die doeluitkering wordt ingezet voor Voor- en Vroegschoolse Educatie. De hoogte van die uitkering is afgestemd op 44 kindplaatsen binnen de peuterspeelzalen. De VVE-activiteiten worden uitgevoerd binnen twee peuterspeelzalen. De indicering voor de toeleiding tot de VVEactiviteiten wordt uitgevoerd door het Consultatiebureau van Rivas. Overige ontwikkelingen De gemeente Vianen stond in 2014 voor een grote uitdaging. Wat kunnen wij beter dan alle instanties die momenteel actief zijn in de zorg op het gebied van Jeugd en Wmo ? Hoe kunnen wij als gemeente Vianen uitkomen met de gekorte budgetten? Welke “nieuwe vragen en nieuwe klanten” krijgen we aan de lijn of aan de balie? Hoe gaan we de inwoner van Vianen zo goed mogelijk begeleiden bij de komende veranderingen? Het inrichten van een efficiënte toegang en een zo breed mogelijk samengesteld Sociaal Team, was het doel voor 2014. Per 1 januari 2015 worden vragen van inwoners uit de gemeente Vianen zo toegankelijk en integraal mogelijk worden behandeld.
- 11 -
Jaarstukken 2014
Jeugdzorg en taken uit de AWBZ-Wmo zijn per 1 januari 2015 overgeheveld naar onze gemeente. Deze overheveling wordt ook wel decentralisatie of transitie in het Sociaal Domein genoemd. De overheveling ging gepaard met flinke kortingen op de huidige budgetten. Met het reorganiseren van de Sociale Dienst naar Werk en Inkomen Lekstroom, was een groot gedeelte van de klantvragen binnen het sociale domein uit het Stadhuis verdwenen. Met de komst van het Sociaal Team, dat in 2014 in pilotvorm experimenteert met de drie transities, merken we dat steeds meer klanten en partijen de gemeente Vianen “weer” weten te vinden bij moeilijke sociale/ zorg vraagstukken. Het jaar 2014 is gebruikt om “al lerend met vallen en opstaan” zo goed mogelijk klaar te zijn voor januari 2015. Werkende weg op een no-nonsense manier is er langzaam structuur en helderheid in de veelvoud aan regelingen, klantgroepen en vragen van inwoners gekomen. Met als doel voor ogen dat de gemeente Vianen het in ieder geval minder bureaucratisch, doelgerichter en hopelijk ook goedkoper gaat doen dan voor de decentralisaties.
- 12 -
Programma 3
Leefbaar
Missie De gemeente streeft naar een samenleving waarbij burgers, bedrijven en instellingen betrokken zijn bij hun eigen leefomgeving. Omschrijving Het programma Leefbaar omvat die activiteiten die gericht zijn op het maken en behouden van een schone, gebruiksvriendelijke, veilige en duurzame leefomgeving, waarin burgers, bedrijven en instellingen een actieve rol hebben. Het programma Leefbaar heeft de volgende doelen 3.1 Het bieden van een veilige buitenruimte met daarbij een daadkrachtige aanpak van overlast en criminaliteit, waarbij burgers goed betrokken worden 3.2 Het bieden van een gebruikersvriendelijke, schone en groene leefomgeving Indicatoren Nr. 3.1
3.2
3.2
3.2
3.2
- 13 -
Wat willen we bereiken Wat gaan we daarvoor doen Dat de leefomgeving veilig is - Leefbaarheid - Veiligheid
Bron
Meeteenheid Cijfer
2012 Real. *
2013 Real. 7,5
politiecijfers politiecijfers
- Criminaliteit (t.o.v. 2012) integrale - Woninginbraken (t.o.v. 2012) veiligheids- Geweld (t.o.v. 2012) monitor Inzetten op betrokkenheid van burgers en intensieve samenwerking Het bieden van een gebruikersvriendelijke, schone en groene leefomgeving Organiseren van informatiebijeenkomsten Het bieden van een gebruikersvriendelijke, schone en groene leefomgeving Stimuleren van buurtactiviteiten Het bieden van een gebruikersvriendelijke, schone en groene leefomgeving Zelf beheren van onderdelen van de openbare ruimte door bedrijven Het bieden van een gebruikersvriendelijke, schone en groene leefomgeving Zelf beheren van onderdelen van de openbare ruimte door particulieren
2014 Real.
2014 Begr. *
7,3 7,0 % % %
- 19% - 7% - 16%
aantal
17
-
7
8
aantal
-
-
25
30
aantal
6
9
11
10
aantal
2
2
47
0 ****
Jaarstukken 2014
3.1.
Het bieden van een veilige buitenruimte met daarbij een daadkrachtige aanpak van overlast en criminaliteit, waarbij burgers goed betrokken worden Inzetten op betrokkenheid van inwoners en intensieve samenwerking In 2014 is het aantal Burgernetdeelnemers gegroeid tot bijna 2000. Hiermee is de ambitie (8% van aantal inwoners) ruimschoots gehaald. Vooral de werving tijdens de avondvierdaagse, open dag brandweer en de publiciteitscampagne in september hebben hieraan bijgedragen. Alertheid van Burgernetdeelnemers heeft er toe geleid dat onder andere vermiste kinderen, een vermiste vrouw en verdachten van een overval, spoedig gevonden werden. Ook zien we een toename in het aantal whats-appgroepen in de wijken. Inwoners attenderen en informeren elkaar over verdachte situaties. Politie en gemeente steunen deze initiatieven van harte. Leefbaarheid Op diverse plekken hebben we in het afgelopen jaar, op verzoek van en in overleg met inwoners, aanpassingen gedaan aan de openbare ruimte om daarmee de leefbaarheid en het gevoel van veiligheid van inwoners te vergroten. Denk aan het plaatsen van extra verlichting, snoeien van groen en het plaatsen van prullenbakken. De inzet van de Buitengewoon opsporingsambtenaren (Boa’s) heeft ook bijgedragen aan het bevorderen van de leefbaarheid in wijken en straten. In het afgelopen jaar zijn de Boa’s op een breed terrein ingezet. Denk hierbij aan: hondenoverlast (hondenpoep en loslopende honden), parkeeroverlast, verwijderen van autowrakken en fietswrakken. Ook werken de Boa’s steeds vaker en effectiever samen met de politie. Woonoverlast In toenemende mate blijkt woonoverlast een symptoom te zijn van complexe (sociale) problematiek binnen gezinnen. Deze problematiek bestaat vaak uit werkloosheid, schulden, verslaving, psychische kwetsbaarheid en combinaties daarvan. Aanpak daarvan is complex en vraagt om nauwe samenwerking tussen partijen en beleidsvelden. Sinds 2014 is het Sociaal Team nadrukkelijk betrokken bij de aanpak van (complexe) overlast. Het aanbieden van zorg en ondersteuning levert een belangrijke bijdrage aan het oplossen van overlast.
Overlast door jongeren In de zomer van 2014 kregen zowel de politie als de gemeente veel meldingen van overlast door jongeren bij het Klooster. Deze meldingen zijn een belangrijke oorzaak van de stijging van het aantal meldingen in 2014. De overlast losten we vrij snel op door een nauwe samenwerking tussen gemeente, politie en het jongerenwerk. Belangrijk daarbij was het intensieve contact met zowel omwonenden als de jongeren. Daarbij hebben we ook nadrukkelijk onze Boa’s contact laten zoeken met de jongeren. De Boa’s hebben eind 2014 trainingen gevolgd bij het jongerenwerk hoe om te gaan met deze jongeren om hen op een effectieve manier aan te kunnen spreken op hun gedrag. Belangrijk aandachtspunt bij overlast door jongeren is het gebruik van (soft)drugs en alcohol. De ervaringen uit de praktijk van de politie en het jongerenwerk geven aan dat er op jonge leeftijd (veelvuldig) (soft)drugs en alcohol wordt gebruikt door specifieke groepen jongeren die veel op straat te vinden zijn. In december 2014 heeft de gemeente Vianen het convenant ‘Nuchter Verstand ’ ondertekend. Samen met negen omliggende gemeenten voert de gemeente dit preventieprogramma uit. Een ander onderdeel van de preventieve aanpak van overlast door jongeren zijn de voorlichtingslessen van bureau Halt over onder andere groepsgedrag en criminaliteit aan de groepen 8 op basisscholen. Vanaf 2015 neemt het jongerenwerk grotendeels deze voorlichtingslessen over. De contacten met het bestuur van CJV Rails zijn geïntensiveerd om de overlast die de buurt ervaart bij activiteiten in het clubgebouw aan de Kwartelstraat te voorkomen.
- 14 -
Tot slot wordt de ontwikkeling van jongeren(groepen) nauw gevolgd en worden enkele jongeren individueel besproken binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) en worden waar nodig individuele trajecten gestart. Woninginbraak Na een kleine stijging in 2013 is het aantal woninginbraken in 2014 weer gedaald met 7% ten opzichte van 2012. De ambitie was een afname van 15 %. Ten opzichte van 2012 is dat helaas niet gelukt. Hoewel de ambitie niet is gerealiseerd, kunnen we wel concluderen dat een verdere stijging van woninginbraken vanaf 2012 niet is doorgezet. De intensieve, gezamenlijke aanpak van politie, gemeente en LEKSTEDEwonen heeft hier in belangrijke mate aan bijgedragen. De gemeente richt zich vooral op preventie en sociaal toezicht: advisering over goed hang- en sluitwerk (Politie Keurmerk Veilig Wonen), goede verlichting, het project Waaks!, en Burgernet. In 2014 zijn we gestart met het aanbieden van beveiligingsadvies aan inwoners die slachtoffer zijn geworden van een woninginbraak. Diverse schouwen, samen met inwoners, hebben geleid tot bewustwording en inzicht in inbraakgevoelige situaties. Autokraken Het aantal autokraken is in 2014 flink gestegen ten opzichte van 2013. Hotspots zijn de carpoolplaatsen en de parkeerplaats bij Van der Valk. Het gaat daarbij vaak om diefstal van kentekenplaten. De politie houdt op deze plekken regelmatig controles. Om diefstal van kentekenplaten te helpen voorkomen hebben we in het voorjaar samen met garagebedrijven en politie de campagne ‘zet ’m vast!’ georganiseerd. Ruim 400 autobezitters hebben gratis hun kentekenplaat laten vastzetten. Daarnaast zijn de drie carpoolplaatsen (Westelijke Parallelweg, Ir. D.S. Tuijnmanweg en de carpoolplaats in Zijderveld) in 2014 voorzien van camerabewaking. Fietsendiefstal Het aantal fietsdiefstallen is sinds 2012 licht gedaald. Diefstal vindt voornamelijk plaats bij scholen en het busstation bij de oprit A2. Zowel politie als onze eigen Boa’s surveilleren hier regelmatig. In het voorjaar van 2014 hebben we samen met de politie een preventie-actie gehouden, gericht op heling en maatregelen die fietsbezitters kunnen nemen om diefstal van hun fiets te voorkomen. Vernielingen De ambitie was een afname van 10% van het aantal vernielingen ten opzichte van 2012 en die is ruimschoots gehaald. Het gaat vooral om vernielingen van auto’s en objecten anders dan gebouwen. Hoewel er een aantal hotspots zijn aangewezen, kan niet worden gezegd dat vernielingen op heel specifieke plaatsen worden gepleegd. De meeste vernielingen vinden plaats in het weekend. Huiselijk geweld In 2014 heeft de burgemeester vijf huisverboden opgelegd. Dit is er één meer dan in 2013 en ligt in lijn met de ontwikkeling van het aantal meldingen van huiselijk geweld. Een belangrijke ontwikkeling is de samenvoeging van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling en het Steunpunt Huiselijk Geweld per 1 januari 2015. Het nieuwe ‘Veilig Thuis’ neemt primair meldingen aan en zet de eerste noodzakelijke interventies/zorg in gang. Ons Sociaal Team neemt vervolgens zo spoedig mogelijk de regie over een casus over. Bedrijfsinbraken Het aantal bedrijfsinbraken is afgelopen jaar verder gedaald. Bij het Van der Valk Hotel vinden relatief veel diefstallen plaats. Het gaat hier om wegnemen van computers, tv’s enzovoorts uit de hotelkamers. Inbraken op het bedrijventerrein nemen af, maar het bedrijventerrein blijft kwetsbaar voor inbraken omdat de ligging tussen de snelwegen A2 en A27 een garantie biedt voor een snelle vluchtweg.
- 15 -
Jaarstukken 2014
Uitgaan en horeca Het uitgaansleven in Vianen is beperkt tot een aantal horecagelegenheden waarvan het merendeel is gevestigd aan de Voorstraat. Rondom uitgaan is er weinig problematiek in Vianen. In 2012 en 2013 kregen politie en gemeente nog dikwijls meldingen over geluidoverlast. Hierover zijn we in gesprek gegaan met zowel melders als horeca. In 2014 zijn er nog nauwelijks meldingen van overlast geweest. Het aantal aangiften van vernielingen is fors gedaald en dat kan iets zeggen over het sentiment met het uitgaan aangezien op die momenten veel vernield werd. Met ingang van 1 januari 2014 is de gewijzigde Drank – Horecawet in werking getreden. Het belangrijkste aspect van de nieuwe wet is dat het verkopen van alcohol aan jongeren onder 18 strafbaar is, evenals het bezit van alcohol door jongeren onder 18. De gemeente heeft in 2014 een nieuwe DHW-verordening vastgesteld evenals een verordening voor de para-commercie. In oktober 2014 zijn alle gelegenheden waar alcohol geschonken en/of verkocht wordt, bezocht. Tijdens dit bezoek is gecontroleerd of men zich houdt aan de regels van de Drank- en Horecawet. 60% van de gecontroleerde instellingen voldoet geheel aan de regels en bij 40% zijn er gebreken geconstateerd. Met de eigenaar/uitbater zijn afspraken gemaakt over het herstellen van de overtreding. In 2015 wordt gecontroleerd of de overtredingen zijn verholpen. De resultaten zijn verwerkt in een digitaal en fysiek handboek. Deze handboeken gebruiken we als input voor de controles in 2015. Vianen telt 1 coffeeshop. Deze levert geen overlast op en het contact met de eigenaar is goed. Veilige Publieke Taak Medewerkers met een publieke taak zoals hulpverleners, politie-ambtenaren, gemeenteambtenaren en buschauffeurs, worden regelmatig geconfronteerd met agressie en geweld. Zij treden burgers met respect en begrip tegemoet en mogen verwachten dat agressie en geweld achterwege blijven. Als onderdeel van het thema ‘geweld’ heeft de aanpak van geweld tegen medewerkers in een publieke taak regionale prioriteit gehad in 2013 en 2014. Aangiften van geweld tegen overheidsfunctionarissen werden en worden met prioriteit opgevolgd. Als gemeente erkennen wij het belang van een veilige publieke taak. We blijven daarom investeren in de veiligheid van onze medewerkers en geven daarmee het goede voorbeeld aan andere werkgevers. We hebben onder andere het agressieprotocol binnen de gemeente bijgewerkt en onder de aandacht gebracht van ons personeel. Tijdens de jaarwisseling 2014/2015 is in Vianen geen melding gemaakt van agressie en/of geweld tegen hulpverleners. Illegale hennepteelt/overtreding artikel 13 B Opiumwet In 2014 heeft de politie in de gemeente vijf hennepkwekerijen opgerold. Deze bevonden zich in zowel bedrijfspanden als woningen. De burgemeester heeft gebruik gemaakt van zijn bevoegdheid om bestuurlijke maatregelen te treffen en heeft een aantal panden tijdelijk laten sluiten, waaronder twee woningen en meerdere loodsen op één perceel. Brandveiligheid We zien dat de nadruk van traditionele brandveiligheid (vergunningverlening, controle en handhaving) verschuift naar stimulerende brandpreventie waarbij inwoners en bedrijven zelf verantwoordelijk zijn voor brandveiligheid. De brandweer stelt zich meer op als adviseur dan controleur. Speerpunten hierbij zijn veiligheidsbewustzijn en zelfredzaamheid van burgers, bedrijven en instellingen en het vergaren en delen van informatie over actuele risico’s. In 2014 hebben we samen met de brandweer het thema brandpreventie prominent onder de aandacht gebracht tijdens de open dag van de brandweer. Crisisbeheersing In 2014 is de crisisorganisatie verder geprofessionaliseerd. Aanleiding hiervan waren diverse onderzoeken naar het functioneren van crisisorganisaties in de praktijk bij grote calamiteiten. Op regionaal niveau zijn teams van specialisten samengesteld, die de lokale crisisorganisatie komen ondersteunen indien nodig. De gemeente Vianen levert twee functionarissen voor deze regionale
- 16 -
teams en draagt zo bij aan de regionale crisisorganisatie. Deze nieuwe organisatie is sinds 1 mei 2014 operationeel. Een andere professionaliseringsslag, die we lokaal hebben gemaakt, is de totstandkoming van een intergemeentelijke piketdienst eind 2013 voor de officier van dienst bevolkingszorg. Samen met een aantal Lekstroomgemeenten hebben we een pool gemaakt met mensen die per toerbeurt 24 uur/ 7 dagen per week, beschikbaar zijn om bij calamiteiten namens de gemeente als eerste ter plekke te zijn, als andere hulpdiensten hierom vragen. Naast deze organisatorische ontwikkelingen, hebben we in 2014 extra tijd geïnvesteerd in trainingen van individuele functionarissen en het beleidsteam. Ook hebben we de samenwerking met het Rode Kruis, een belangrijke partner bij de opvang en verzorging van slachtoffers van calamiteiten, geoefend. Zedenzaak Eind december werden wij geconfronteerd met een zedenzaak in Vianen. Vanaf dat moment hebben wij zowel bestuurlijk als ambtelijk samen met politie, OM en andere partijen inspanningen geleverd om maatschappelijke onrust te voorkomen en/of te beperken en de zorg en begeleiding te organiseren voor betrokkenen. We mogen concluderen dat wij dat met succes hebben gedaan. Handhaving & Toezicht Uitvoering HUP 2014: in het kader van ‘projectmatig handhaven’ zijn in 2014, vijf projecten gestart. De projecten waren opgenomen in het Handhavingsuitvoeringsprogramma 2014. Het betreft: • Aanpak illegale bewoning • Controle brandveiligheid Voorstraat • Controle brandveiligheid bedrijventerrein • Overlast weesfietsen • Verloedering openbaar gebied bedrijventerrein Stand van zaken per project • We pakken illegale bewoning aan. In een handboek is de werkwijze opgenomen. In 2014 zijn zes locaties bezocht waar illegaal gewoond werd. Bij vier woningen is het wonen beëindigd. Bij één woning is een legaliseringstraject gestart, in het laatste loopt een gerechtelijke procedure. • In 2014 zijn 12 panden in de Voorstraat gecontroleerd op brandveiligheid. In totaal zijn nu 22 panden gecontroleerd. In 2015 ontvangen alle eigenaren/gebruikers van panden in de Voorstraat een checklist brandveiligheid. • In 2014 heeft de Omgevingsdienst Regio Utrecht (Odru) 224 bedrijven vanaf de straat gecontroleerd op brandgevaarlijke situaties op het bedrijventerrein De Biezen - De Hagen. Eén bedrijf is aangeschreven om een ‘melding activiteitenbesluit’ in te dienen in verband met de opslag van onder andere banden, accu’s en olie. Op 29 december 2014 heeft de gemeente de resultaten van de inventarisatie ontvangen. • In 2014 zijn er circa 50 weesfietsen verwijderd en afgevoerd naar de Stadswerf. Achtergelaten fietsen worden gelabeld en gestickerd. De Omgevingsdienst Regio Utrecht (Odru) heeft op het bedrijventerrein De Biezen - De Hagen tevens gecontroleerd op illegaal geplaatste voorwerpen bij alle groenstroken. In 2015 onderneemt de gemeente actie om deze illegaal geplaatste voorwerpen te verwijderen zodat het bedrijventerrein er schoner en netter uitziet. Handhaving In 2014 zijn 140 handhavingszaken opgepakt. Van illegaal geplaatste reclameborden (in het landelijk gebied) tot zonder vergunning opgerichte bedrijfshallen en van foutparkeren tot het illegaal dumpen
- 17 -
Jaarstukken 2014
van afval. Circa 85% van de zaken zijn opgepakt en opgelost met ‘eerst praten en dan schrijven’. Er zijn zeer goede resultaten geboekt met deze nieuwe manier van werken. In 2015 zetten we dit dan ook voort. Toezicht Afhandeling van meldingen Openbare ruimte In 2014 zijn er 336 meldingen digitaal afgehandeld. 94% van de gemelde zaken hebben we binnen de hiervoor gestelde termijn afgehandeld. Speerpunten In 2014 is tijdens de surveillanceronden specifiek aandacht besteed aan de meest voorkomende overtredingen, dit zijn: • Parkeeroverlast • Hondenoverlast Binnen het team Handhaving & Vergunningen krijgen deze overlastfeiten de hoogste prioriteit bij het afhandelen. Parkeeroverlast In 2014 is met name aandacht besteed aan het parkeren rond en nabij scholen en het parkeren in gebieden die zijn aangewezen als ‘blauwe zone’. In 85% gevallen was een waarschuwing afdoende. In 15% van alle gevallen is bekeurd. Binnen de categorie ‘Parkeeroverlast’ valt het toezicht nabij scholen en kinderdagverblijven, parkeren (met nadruk op parkeren in de blauwe zone) en het verwijderen van weesfietsen en fietsen autowrakken. Het parkeertoezicht was en is er op gericht om ongewenst parkeergedrag te voorkomen. Hondenoverlast In 2014 werd in 31 gevallen een overtreding geconstateerd. Deze overtredingen variëren tussen het niet aanlijnen van een hond tot het uitlaten van honden op plekken waar dit niet is toegestaan. In een groot aantal gevallen werd geen overtreding geconstateerd, werd volstaan met een waarschuwing of was er onvoldoende (strafrechtelijke) grond voor het opmaken van een procesverbaal. Specifiek ging het om: 12 keer loslopende honden en overlast , 11 keer hondenpoep , één keer het uitlaten van een hond op een speelplaats , drie keer geluidsoverlast veroorzaakt door een hond en vier bijtincidenten. Cijfers Speerpunt
Afhandeling
Toename/afname in %
2014
2013
Honden
31
34
8% afname
Parkeren
100
70
30% toename
Overige overlastzaken Daarnaast is in 2014 toezicht gehouden op de volgende onderdelen, waarbij waar mogelijk op (deel)terreinen is samengewerkt met de politie: • APV/bijzondere wetten (weesfietsen, wrakken, huisvuil, zwerfafval etc.) • Toezicht tijdens evenementen (vier grote evenementen) • Jeugd en overlast (aanspreken en signaleren) • Vuurwerkcontrole (in samenwerking met de politie) • Weekmarkt (aanspreken van fietsers)
- 18 -
Vergunningverlening omgevingsvergunningen De doorontwikkeling van de organisatie en de veranderende wet- en regelgeving maakte het wenselijk en noodzakelijk om het vergunningverleningsbeleid voor omgevingsvergunningen aan te passen. Op 3 juni 2014 is de gemeenteraad akkoord gegaan met het maken van dit nieuwe beleid, waarin de kernkwaliteiten van de gemeente Vianen en het waarborgen van de veiligheid van de bebouwde kom de nadruk krijgt. Voor het vaststellen van dit nieuwe vergunningenbeleid is een beleidslijn, een toetsingsmatrix en een ontwerp welstandsnota opgesteld. De planning is om dit halverwege 2015 vast te kunnen laten stellen door de raad. Mondeling vooroverleg (op weg help-gesprekken) De laatste 5 jaar gaat de gemeente altijd vooraf in gesprek met de partij die een rijksmonument wil verbouwen. Deze gesprekken vinden plaats in het rijksmonument zelf om op die manier een goed beeld te krijgen van de situatie ter plaatse. Op die manier kunnen we in een vroeg stadium de aanvragende partij adviseren op welke manier hij de plannen kan realiseren en welke documenten hij bij de gemeente moet aanleveren. In 2013 hebben we voor heel Vianen deze ‘op weg help-gesprekken’ geïntroduceerd. Met deze gesprekken kunnen we inwoners adviseren en meedenken met hoe zij gewenste verbouwingen kunnen realiseren. In 2014 hebben meer inwoners van deze gesprekken gebruik gemaakt dan in 2013. Deze gesprekken vinden meestal niet plaats op locatie, maar op het Stadhuis. Dit omdat we dan gebruik kunnen maken van luchtfoto’s en digitale achtergrondinformatie. Ook zijn vaak de plannen nog niet heel concreet waardoor een bezoek op locatie op dat moment nog niet nodig is. Onze ervaring is dat inwoners deze gesprekken erg waarderen. 3.2. Het bieden van een gebruiksvriendelijke, schone en groene leefomgeving Stimuleren van buurtactiviteiten In 2014 zijn er zes bewonersinitiatieven gestart/gerealiseerd. Hieronder een overzicht. Op 21 juni is de winkel van de Stichting Vitaal Dorp geopend, onder andere met meewerkers. Mensen met een beperking die in de winkel hun dagbesteding doen. Zij zijn op 5 juni 2014 gestart met hun werkzaamheden in de winkel, zo hebben zij kunnen wennen aan de begeleiding, de plaats en de werkzaamheden. Inmiddels zijn er in het totaal 8 meewerkers actief in en om de winkel/boekspot/ontmoetingspunt. Door het jongerenwerk is inmiddels een initiatief genomen, dat nauw aansluit bij de werkzaamheden van de stichting Vitaal Dorp. Zij willen graag met een aantal werkloze inwoners van Everdingen een aanvullende vervoersdienst organiseren. Overleg over dit initiatief is gestart tussen stichting Vitaal Dorp, het jongerenwerk, de portefeuillehouder en de wijkcoach (ter ondersteuning). Hoewel het initiatief van een collectieve moestuin in Everdingen niet van de grond is gekomen door andere prioriteiten van de betrokken inwoners is het collegebesluit en de gebruikersovereenkomst ambtelijk al voorbereid. Een relatief nieuw initiatief komt van inwoners van Vianen die 'iets' willen met de tuin van de Blauwpoort aan de Brederodestraat. De initiatiefnemers hebben hierover contact met de Rentmeesters van de Kerk (de eigenaren) en de historische vereniging. Het plan van de inwoners heeft vooral betrekking op instandhouding van de tuin, bewerking van de tuin door mensen met een beperking en mogelijk een winkeltje met lokale producten uit eigen tuin. Enkele inwoners van Vianen hebben het initiatief genomen om een Klokkenluiders-Gilde te starten. Het gaat hierbij om het handmatig luiden van de klokken en het bespelen van het carillon in de toren
- 19 -
Jaarstukken 2014
van de Grote Kerk. Op 23 oktober 2014 is de gebruiks- en beheersovereenkomst getekend door het college en de stichting. In 2014 is het Leefbaarheidsteam Monnikenhof eenmaal per zes weken bij elkaar gekomen. In het Leefbaarheidsteam zijn gemeente, politie, LEKSTEDEwonen, huurders en ondernemers vertegenwoordigd. Het doel van deze bijeenkomsten is elkaar informeren over belangrijke gebeurtenissen in de wijk en zo nodig acties op elkaar af te stemmen. Belangrijkste onderwerpen in 2014 waren het project Buiten Gewoon, Veiligheid, Jeugd en de Snoeptuin. De Snoeptuin is een initiatief van de Bewonersorganisatie Monnikenhof. In de Snoeptuin aan de Korte Waaysteeg kunnen bewoners elkaar ontmoeten en genieten van het aanwezige fruit. Ook heeft de Snoeptuin een educatief karakter voor de jeugd. Bij de buurtactiviteiten gaat het voornamelijk om activiteiten als Burendag, Buitenspeeldag, opschoonacties, opening winkel Everdingen en voorlichtingsbijeenkomsten van bewonersorganisatie Monnikenhof. In 2014 zijn de contacten tussen de wijkcoach en de Bewonersorganisatie Monnikenhof (BOM) voor het overgrote deel telefonisch of via e-mail verlopen. Organiseren van informatiebijeenkomsten Buiten Gewoon Met het project Buiten Gewoon maken we de openbare ruimte in Vianen weer netjes, veilig, mooi en beheersbaar. Naast het wegwerken van achterstallig onderhoud wordt de buitenruimte zodanig omgevormd dat de nieuwe inrichting met minder mensen en minder geld kan worden onderhouden. Op een Groene Kaart staan bomen die extra beschermd moeten worden. Voorheen werden de Groene Kaarten per wijk vastgesteld en konden inwoners per wijk een zienswijze indienen of beroep instellen. Deze werkwijze vertraagde de voortgang van het project. Om die reden hebben we per juni 2014 besloten alle Groene Kaarten voor de overige wijken in één keer op te stellen. Hierdoor kunnen we alle zienswijzen en beroepen in één keer afhandelen en de Groene Kaarten wijzigen. De zogenaamde ‘versnelde Groene Kaart’ procedure die 1 juli 2014 is opgestart. De aanpak van Buiten Gewoon is zoveel mogelijk integraal. Vanuit de beheerplannen water, wegen en groen en vanuit de vakdiscipline verkeer (onder andere de 30km-zone) worden in eerste instantie de noodzakelijke werkzaamheden aangegeven, aangevuld met infrastructurele werken vanuit het Waterplan. Per wijk of dorpskern worden de inwoners benaderd om mee te denken. Hiertoe worden per wijk/ kern 2 bijeenkomsten gehouden. In 2014 zijn er 2 inloopsessies geweest voor bedrijventerrein de Biezen en de eerste bewonersbijeenkomst voor Hagestein is in december gehouden. In november 2014 is de uitvoering van Buiten Gewoon weer van start gegaan voor de wijken waarvoor de Groene Kaart wijksgewijs en de uitvoeringstekeningen waren vastgesteld. In 2014 zijn de volgende locaties gerealiseerd/gestart: • Realisatie dorpskern Everdingen, inclusief reconstructie Graaf Huibertlaan (m.u.v. Pr. Johan Frisostraat). • Realisatie dorpskern Zijderveld. De rioolproblemen zijn opgelost en de Kerkweg, Dorpsweg en Schoolstraat zijn geheel gereconstrueerd. • Start uitvoering in het Monnikenhof I (oktober 2014). • Start besteksvoorbereiding voor het Monnikenhof II. In 2014 zijn vier discussie- en voorlichtingsbijeenkomsten gehouden rond de bestemmingsplannen voor de kernen. Leefbaarheid was daar een belangrijk gespreksonderwerp. Om de openbare ruimte goed te kunnen beheren heeft de gemeente Vianen gelijktijdig met het project Buiten Gewoon zich ingezet op ‘oneigenlijk gebruik grond’, ‘verkoop snippergroen’, ‘Zelf
- 20 -
beheren van onderdelen van de openbare ruimte door particulieren of bedrijven’, ‘kwaliteit openbare ruimte’, ‘doelmatige aanpak dienstverlening openbare ruimte’, ‘afvalinzameling’, ‘bodemkwaliteit’ en ‘luchtkwaliteit’. Oneigenlijk gebruik grond Binnen het achterstallig onderhoud valt ook het aanpakken van oneigenlijk gebruik van gemeentegrond. Alle oneigenlijk gebruikte gemeentegrond is in kaart gebracht. De bewoners die de grond in gebruik genomen hebben, zijn allemaal benaderd en er zijn afspraken gemaakt over de grond. Het merendeel van de grond is hierna verkocht aan de bewoners als snippergroen en een aantal stukken zijn verjaard. Een aantal zaken ligt complexer, maar als deze afgehandeld zijn is al het oneigenlijk gebruik aangepakt en weer terug in het bezit van de gemeente of in eigendom overgegaan naar de gebruiker. Overzicht Aantal eigenaren die benaderd zijn
170 stuks
Aantal verkochte stukjes grond
102 stuks
Aantal verhuurde stukjes grond
12 stuks
Aantal nog in behandeling zijnde stukjes grond
5 stuks
Aantal verjaringsclaims
17 stuks
erkend
Aantal verjaringsclaims niet erkend
34 stuks
Verkoop snippergroen Vanaf de start van het project Buiten Gewoon is per wijk gekeken welke stukken groen in aanmerking komen om te verkopen. Er zijn al vele stukken snippergroen verkocht aan bewoners. Hierdoor slinkt het areaal groenonderhoud en zijn er eenmalige inkomsten. Het aantal verkochte stukjes snippergroen in 2014 is 54 stuks. Zelf beheren van onderdelen van de openbare ruimte door particulieren Bewoners krijgen de mogelijkheid om groen van de gemeente zelf te onderhouden. We zijn hiermee gestart met het project Buiten Gewoon en in 2014 zijn de eerste contracten ondertekend. Overzicht Aantal getekende zelfbeheercontracten
47 stuks
Aantal akkoord, nog uit te voeren en te tekenen zelfbeheercontracten
31 stuks
Aantal nog in behandeling zijnde zelfbeheercontracten
12 stuks
In het totaal zijn er 117 huishoudens bij het zelfbeheer betrokken.
In juni 2014 is een zelfbeheerders-middag gehouden voor een positieve benadering van de zelfbeheerders. Daarnaast zijn de voorbereidingen voor een contract van de Snoeptuin (Korte Waaysteeg) begonnen en loopt het vrijwilligers-project het Hagesteinse Bos goed. Zelf beheren van onderdelen van de openbare ruimte door bedrijven Voor bedrijven is er de mogelijkheid om een rotonde te adopteren en naar eigen keuze in te richten,
- 21 -
Jaarstukken 2014
binnen de voorwaarden door de gemeente gesteld. Er zijn inmiddels zeven rotondes geadopteerd. Vier groenstroken zijn in zelfbeheer bij bedrijven. Kwaliteit openbare ruimte In oktober 2014 is een beleidsschouw gehouden in de openbare ruimte door de firma Cyber. In de schouw is de kwaliteit van het beheer en onderhoud gemeten, geanalyseerd en schriftelijk vastgelegd. Gemiddeld is 50% A-kwaliteit, 42% B-kwaliteit, 8% C-kwaliteit en 0% D-kwaliteit gemeten. Hiermee ligt de gemiddelde kwaliteit tussen een A en een B in. Hoewel er in het gemiddelde 0% D voorkomt, zijn er wel enkele incidenten gemeten. Deze zijn echter dermate beperkt dat ze in het gemiddelde wegvallen. In 2014 is extra geld beschikbaar gesteld voor het Groen onderhoud op B-kwaliteit. Dit was noodzakelijk omdat de opgelopen vertraging binnen het project Buiten Gewoon extra kosten gaf voor het onderhouden van het groen. Tevens is er in 2014 een veegwagen ingehuurd voor een periode van 26 weken (verdeeld over het jaar) om de straten te reinigen. Met de inhuur van de veegwagen voor de duur van 26 weken is het straatbeeld niet op B-kwaliteit te garanderen. De periode is te kort voor de veegwagen om een volledige ronde te maken door de gehele gemeente. Regelmatig wordt tijdens de bewonersbijeenkomsten van Buiten Gewoon aandacht gevraagd voor de overlast van hondenpoep. De samenwerking tussen beleid, uitvoering en handhaving van de regels met betrekking tot hondenpoep is geïntensiveerd en dit zal meer onder de aandacht worden gebracht. Doelmatige aanpak dienstverlening openbare ruimte Om de herkenbaarheid van de dienstverlening naar de burgers te vergroten, is in 2014 gestart met het wijkgericht werken in de buitenruimte. De gemeente is opgedeeld in twee wijken: wijk west, ten westen van de A2 en wijk oost, gelegen ten oosten van de A2 inclusief de kleine kernen en het buitengebied. Binnen het wijkgericht werken worden alle taken in de buitenruimte door één ploeg verzorgd. Na een ervaringsperiode van twee maanden was het wijkgericht werken op 1 maart operationeel. Tegelijkertijd is het digitale Meldpunt Openbare Ruimte (MOR) gestart via het zaaksysteem. Doel van dit systeem is een betere en snellere dienstverlening naar de burgers toe. Calamiteiten worden direct opgepakt, de overige meldingen worden binnen 6 dagen afgewerkt tenzij het praktisch gezien logischer is de werkzaamheden in te plannen wanneer de buitendienst in betreffende wijk onderhoud uitvoert. In 2014 zijn er 644 meldingen voor wijk west binnengekomen en 759 voor wijk oost. Nagenoeg alle meldingen zijn binnen de afgesproken termijn afgehandeld. Afvalinzameling Naar aanleiding van een in 2013 gehouden onderzoek op de Stadswerf is besloten om te verkennen of het zinvol is om de afvalinzameling op een andere manier te organiseren. Dit heeft er toe geleid dat het college in juni 2014 besloten heeft om samenwerking met de gemeenschappelijke regeling Waardlanden nader te onderzoeken. Op grond van de resultaten uit dit onderzoek heeft het college in oktober de opdracht gegeven tot het doen van een verdiepend onderzoek. De uitkomst van deze opdracht is op 1 april 2015 aan het college voorgelegd. Het college heeft besloten op dit moment de afvaltaken niet over te dragen aan Waardlanden. De raad is hier inmiddels per brief over geïnformeerd. Bodemkwaliteit De gemeente richt zich op een veilig en duurzaam gebruik van de bodem en het voorkomen van nieuwe bodemverontreiniging. Zo is in 2014 opnieuw de bodem bij het Hofplein gemonitord op verontreiniging en zal in 2015 naar alle waarschijnlijkheid het project worden afgerond door de ODrU. Het snelle ingrijpen van de gemeente en de ODrU bij de verontreiniging bij de Augustinushof
- 22 -
laat zien dat de gemeente haar doel van een veilig bodemgebruik niet alleen in woord maar ook in daad belijdt. Luchtkwaliteit Het doel is het blijvend verbeteren van de luchtkwaliteit in Vianen om de inwoners te beschermen tegen de effecten van de luchtverontreiniging. Zo heeft de gemeente Vianen samen met de OdrU het ontgassen van passerende vrachtschepen op de Lek, en de daar uitvloeiende klachten, aangekaart bij Rijkswaterstaat en de Provincie Utrecht. Deze partijen zijn inmiddels, na de bestuurlijke druk vanuit Vianen en andere gemeentes grenzend aan de Lek, aan het bestuderen of ze wetgeving kunnen aanpassen waarmee ontgassing kan worden tegengegaan. Hiermee kunnen klachten van omwonenden worden voorkomen en daar zet het bestuur van Vianen dan ook volop op in. In 2014 heeft verder een inventarisatie van de Luchtnota plaatsgevonden. Hieruit is gebleken dat met aanpassingen de nota weer kan aansluiten op de actuele behoefte van Vianen. Overige ontwikkelingen Parkeerterrein Pontwaard : In het kader van het project Ruimte voor de Lek is afgesproken dat de gemeente buitendijks een parkeerterrein aanlegt. In 2014 is het parkeerterrein P3 aan het Hofplein verwijderd , verharding is afgevoerd en het zand is gebruikt voor het parkeerterrein Pontwaard (Zomerdijk). Hierdoor kon men tijdelijk geen gebruik maken van parkeergelegenheid aan deze zijde van Vianen. Belanghebbenden zijn via de gebruikelijke wijze geïnformeerd.
- 23 -
Jaarstukken 2014
Programma 4
Groeiend
Missie De gemeente streeft naar een aantrekkelijke omgeving om te wonen en te werken, waarbij de gemeente het sociaal -economische en ruimtelijke domein wil versterken. Omschrijving Het programma Groeiend omvat die activiteiten die gericht zijn op het landelijk gebied, de bedrijventerreinen, het (winkel)voorzieningenniveau, bereikbaarheid, ondernemerschap, werkgelegenheid en woonmilieus.
Het programma Groeiend heeft de volgende doelen Het programma Groeiend valt uiteen in twee subprogramma’s met daarbij de volgende doelstellingen: 4.1 Ondernemerschap en de sociaal-economische ontwikkeling 4.1.1 Creëren van een goed ondernemersklimaat 4.1.2 Creëren van een goed detailhandelsklimaat 4.1.3 Behoud en versterking van het huidige werkgelegenheidsniveau 4.2 4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.2.4
Duurzame ruimtelijke ontwikkeling van Vianen Handhaven van het huidige voorzieningenniveau Realiseren van een goede verkeersafwikkeling Realiseren van een gedifferentieerd woonmilieu Realiseren van een duurzame kwaliteit van leefomgeving
Indicatoren Nr. 4.1.1
Wat willen we bereiken Wat gaan we daarvoor doen Goed ondernemersklimaat
4.1.2
Uitgifte kavels Gaasperwaard Goed detailhandelsklimaat
4.1.3
Eventueel opstellen detailhandelvisie Behouden en versterken van het huidige werkgelegenheidsniveau
Bron
Meeteenheid Ha
2012 Real. 0,8
2013 Real. 0,8
2014 Real. 0
2014 Begr. 0,8
Intern
Intern
rapportage
-
-
-
Eventueel opstellen visie
Intern
Aantal
15
15
15
15
Organiseren bedrijfsbezoeken
- 24 -
4.1.1 Creëren van een goed ondernemersklimaat Uitgifte kavels Gaasperwaard In 2014 is helaas geen grond op Gaasperwaard uitgegeven. De doelstelling van verkoop van 0,8 ha is derhalve niet gehaald. Dit is met name te wijten aan de economische recessie. Wel zijn in 2014 gesprekken gestart met een vijftal verschillende partijen die mogelijk interesse hebben in aankoop van grond op Gaasperwaard. Of dit daadwerkelijk zo is, blijkt in 2015. Tot op heden is in totaal 9,5 ha op Gaasperwaard uitgegeven. Om de verkoop van kavels en de zichtbaarheid van Gaasperwaard te vergroten hebben we in 2014 een verkoopmakelaar/marketingbureau in de arm genomen. In het tweede kwartaal van 2015 is de verkoopmakelaar van start gegaan waarbij hij Gaasperwaard ook onder de aandacht brengt in vakbladen en media. Parkmanagement In 2014 zijn we gestart met het uitrollen van parkmanagement in Gaasperwaard. Een parkmanagementorganisatie is inmiddels geselecteerd. In 2015 implementeren we het parkmanagement. Ondernemers op Gaasperwaard zijn verplicht hieraan deel te nemen. Binnen het parkmanagement regelen zij de bewegwijzering, de beveiliging en het onderhoud van het openbaar groen op het bedrijventerrein. Creëren van goed bereikbare bedrijventerrein (De Biezen - De Hagen) In 2014 hebben we het verkeersstructuurplan De Hagen verder uitgewerkt. De gemeenteraad heeft hiervoor in september 2014 krediet beschikbaar gesteld. In 2015-2020 pakken we een drietal kruisingen en een drietal wegvakken op bedrijventerrein De Hagen aan. Daarmee komt er een solide doorgaande verkeersstructuur die de bebouwde kom van Vianen ook met de komst van Hoef en Haag bereikbaar houdt. Ook kan met deze verkeersstructuur het verkeer van/naar bijvoorbeeld de opritten A2 en A27 geleid worden. Stimuleren van ondernemers Eind 2014 zijn we gestart om, in samenspraak met belangrijke stakeholders, een visie voor de bedrijventerreinen te ontwikkelen. Dit resulteert eind 2015 in een nieuw bestemmingsplan Bedrijventerreinen. In deze visie onderzoeken we onder andere de mogelijkheden van verruiming en flexibiliteit op de bedrijventerreinen ten opzichte van volumineuze detailhandel. 4.1.2 Creëren van een goed detailhandelsklimaat Opstellen detailhandelsvisie Afhankelijk van de uitkomst van de visie bedrijfsterreinen kan er behoefte ontstaan aan een aparte detailhandelsvisie. Als dit zo is, gaan we hier in 2015 mee aan de slag. We kijken dan ook kritisch naar de bestemming en branchering in de binnenstad, waarbij de Voorstraat extra aandacht krijgt. 4.1.3 Behouden en versterken van het huidige werkgelegenheidsniveau Organiseren bedrijfsbezoeken In 2014 heeft de portefeuillehouder Economische zaken, met ambtelijke ondersteuning, in totaal vijftien bedrijven bezocht. Het gehele college heeft ook gezamenlijk een aantal bedrijven bezocht waarbij zij ondernemers onder andere gevraagd hebben aan de slag te gaan met mensen die een afstand hebben tot de arbeidsmarkt. In maart 2015 hebben we met een aantal stakeholders een bijeenkomst georganiseerd om met inbreng van hen tot een visie te komen voor de bedrijventerreinen. Hierbij kiezen we voor een integrale benadering.
- 25 -
Jaarstukken 2014
Momenteel wordt mede naast deze inbreng een bijeenkomst georganiseerd, waarbij het hele bedrijfsleven van de gemeente Vianen wordt uitgenodigd, op 25 juni. Om hen allen hierbij te betrekken en inzicht te geven, waar en hoe we gezamenlijk kunnen optrekken.
Indicatoren Nr.
Wat willen we bereiken Wat gaan we daarvoor doen 4.2.1 Voortgang in het project Hoef en Haag Rapporteren over de voortgang 4.2.2 Realiseren van een goede verkeersafwikkeling Rapporteren over de voortgang 4.2.3 Realiseren van een gedifferentieerd woonniveau Bouw (sociale) huur- en koopwoningen, Starterswoningen en seniorenwoningen.
Bron
Meeteenheid
intern
Rapportage momenten
intern
Rapportage momenten
2012 Real. Masterplan
2013 Real. SOK (1)
2014 2014 Real. Begr. BP, expl. Best.plan plan,
-
-
-
-
0 14 20 0 3
38 20 16 3
4 4 8 0 2
0 29 0 12 3
intern
4.2.4 Realiseren van een duurzame OdrU kwaliteit van de leefomgeving Verplicht opstellen GPR berekening bij bouwaanvragen met uitkomst minimaal 8 voor energie
Aantal huur Aantal soc. koop Aantal start Aantal senior Aantal
4.2.1 Voortgang project Hoef en Haag In 2014 zijn het bestemmingsplan met exploitatieplan en het beeldregieplan Hoef en Haag vastgesteld. Het bestemmingsplan is in 2014 – na beroep bij de Raad van State – onherroepelijk geworden. In 2015 zetten we in op verdere uitwerking van het plan en de start van de verkoop. De ontwikkeling van Hoef en Haag maakt het voor Vianen mogelijk door te groeien tot minimaal 21.000 inwoners. Dit is nodig om het huidige voorzieningenniveau in stand te houden. In 2015 zetten we ons in om de voortgang van de ontwikkeling van Hoef en Haag te behouden. De rol van de gemeente is hierbij voornamelijk het faciliteren van het consortium van ontwikkelaars om de woningbouw te realiseren. 4.2.2 Realiseren van een goede verkeersafwikkeling A27 In de tweede bestuursrapportage 2014 is besloten om deze indicator te laten vervallen. De reden hiervoor is dat de gemeente zelf geen sturing kan geven aan de uitkomst van deze indicator. Wel lobbyt de gemeente ook in 2015 voor diverse vormen van verkeersontsluiting langs de oostkant van Vianen (A27). We richten ons hierbij op het realiseren van een spoorverbinding, de komst van nieuwe busverbindingen en een regionale fietsverbinding aan de oostkant van de regio Utrecht. 4.2.3 Realiseren van een gedifferentieerd woonniveau Bouw (sociale) huur- en koopwoningen, starterswoningen en seniorenwoningen
- 26 -
In 2014 zijn nieuwbouwwoningen in de kern Zijderveld opgeleverd. Er was oorspronkelijk meer nieuwbouw beoogd (circa 25 twee-onder-een kap woningen Helsdingen, appartementencomplex voor senioren in Zijderveld) maar door tegenvallende verkoop van Helsdingen en vertraging in Zijderveld zijn deze woningen nog niet gerealiseerd. Dat betekent niet de woningen niet gebouwd worden, de oplevering is slechts uitgesteld. Naast projecten waarbij de gemeente direct is betrokken, speelden in 2014 ook verschillende projecten waarbij het initiatief ligt bij ontwikkelende partijen. Voorbeelden zijn de kleinschaliger projecten als Clarrissenhof en Boomgaard Zijderveld. Deze projecten leveren een kwalitatieve bijdrage aan het gedifferentieerd woonmilieu van Vianen. De gemeente heeft hierbij ‘slechts’ een faciliterende rol. Inzetten op het behouden van voortgang bij de lopende woningbouwprojecten In oktober 2014 is na het afronden van de bestemmingsplanprocedure en de uitspraak van de Raad van State in verband met het ingediende beroep gestart met de bouw van de eerste woningen aan de Wilhelminastraat. De eerste fase wordt begin 2015 opgeleverd aan de nieuwe bewoners. Ook is in 2014 met LEKSTEDEwonen gesproken over de herstructurering van de Stammershoefstraat. LEKSTEDEwonen is voornemens om drie appartementencomplexen (circa 45 woningen) te slopen en hier een gedifferentieerd programma met hetzelfde aantal woningen terug te bouwen. In plaats van uitsluitend appartementen komen er ook maisonnettes en grondgebonden woningen terug. In 2014 is gestart met de voorbereidingen. Daarnaast heeft in december 2014 het college ingestemd met de realisatieovereenkomst met LEKSTEDEwonen voor Fase II en Hoekenstraat Vijfheerenlanden. Met deze overeenkomst is de sloop van flatgebouw 3 en de nieuwbouw van twee kleinschaliger appartementengebouwen op dezelfde locatie en appartementen en woningen aan de Hoekenstraat vastgelegd. In 2015 treffen we hiervoor verdere voorbereidende werkzaamheden, zoals het herzien van het bestemmingsplan. Eind 2015/begin 2016 start de uitvoering van deze projecten. De projecten waar de gemeente zelf gronden in eigendom heeft (Gaasperwaard, Sluiseiland, De Bleek, Helsdingen, Hoef en Haag, Klaverkamp) worden besproken in Paragraaf F, Grondbeleid. Starterslening In mei 2014 heeft de gemeente Vianen een informatieavond voor de starterslening georganiseerd. Dit had als doel om de lening weer onder de aandacht te brengen van starters op de koopwoningmarkt. Hierbij hebben we verbinding gelegd met lokale marktpartijen zoals makelaars en hypotheekadviseurs. De avond heeft geleid tot een flinke toename in het aantal aanvragen en toekenningen van de starterslening aan starters. Woonvisie Vianen 2015-2018 In 2014 is de nieuwe woonvisie vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. De belangrijkste thema’s in de nieuwe woonvisie zijn Vitaliteit & Dynamiek, Wonen & Zorg en Duurzaamheid. De Woonvisie Vianen 2015-2018 is tot stand gekomen in samenwerking met LEKSTEDEwonen en lokale woningmarktpartijen. Begin 2015 is de woonvisie behandeld in de raad. Huisvestingsverordening De regionale huisvestingsverordening moet in 2015 worden vervangen door een nieuwe verordening, als gevolg van de nieuwe Huisvestingswet 2014. In 2014 is hier op bestuurlijk en ambtelijk regionaal (U-16) niveau al op geanticipeerd door de vorming van een ambtelijke en bestuurlijke werkgroep die zich bezighoudt met het opstellen van een nieuwe verordening. Uiterlijk 1 juli 2015 moet de nieuwe verordening worden vastgesteld door de 16 gemeenteraden.
- 27 -
Jaarstukken 2014
4.2.4
Verplicht opstellen GPR-berekening bij bouwaanvragen met uitkomst minimaal 8 voor energie Voor het project Zijderveld is voor de bouw van 14 appartementen aan de Krooshofstraat een GPR licentie verstrekt. GPR staat voor gemeentelijke praktijkrichtlijn voor duurzaam bouwen. Voor het project herstructurering Wilhelminastraat zijn GPR-berekeningen opgesteld en getoetst voor 20 woningen ten behoeve van een omgevingsvergunning. Daarnaast is voor diverse bestemmingsplannen en ook voor particuliere initiatieven zoals de Clarissenhof door de Omgevingsdienst Regio Utrecht geadviseerd op duurzaamheid. Uitvoering ‘Herijking uitvoering duurzaamheidsbeleid Vianen; realistisch ambitieus’ In 2014 is ingezet op de uitvoering van de Herijking Duurzaamheidsbeleid, onder meer door in te zetten op energiebesparing bij bedrijven (grootverbruikers). Zo zijn er 20 energie quickscans uitgevoerd bij bedrijven, waarmee zij meer inzicht hebben gekregen in de besparingsmogelijkheden op het gebied van energieverbruik. De gemeente is druk bezig om het gemeentelijke vastgoed verder te verduurzamen, onder meer door de opzet van een Duurzaam Meerjaren Onderhoudsplan, de invoering van slimme meters en het regionaal inkopen van groene stroom. Daarnaast is er een (vrijblijvende) subsidieaanvraag ingediend voor het plaatsen van zonnepanelen op Sportcentrum Helsdingen. In 2015 wordt bepaald of wordt overgegaan tot de plaatsing van de panelen. In 2015 biedt het college het Toekomstbeeld Milieu Vianen 2020 aan de gemeenteraad aan. Waterkrachtcentrale Stuw Hagestein In 2014 hebben de gemeente Vianen en Houten het initiatief opgenomen om verder in gesprek te gaan met Rijkswaterstaat en de provincie Utrecht over het opnieuw in gebruik nemen van de Stuw Hagestein voor de opwekking van duurzame energie. In 2014 zijn hier op bestuurlijk niveau meerdere gesprekken geweest, met als resultaat dat Rijkswaterstaat de eisen gaat formuleren voor derden wat betreft de ingebruikname. We blijven in 2015 in gesprek met elkaar omdat Rijkswaterstaat de eisen en voorwaarden in 2014 nog niet heeft geformuleerd. Samenwerking lokale partijen In 2014 heeft de gemeente volop in gezet op de samenwerking met lokale partijen om de Viaanse samenleving verder te verduurzamen. Zo zijn met Platform Duurzaam Vianen in 2014 meerdere activiteiten georganiseerd, waaronder de plastic inzamelingsactie op basisscholen in de Week van de Duurzaamheid. Windpark Autena In 2014 heeft de gemeenteraad een bestemmingsplan vastgesteld dat de bouw van drie windturbines mogelijk maakt. Deze windturbines kunnen stroom opwekken voor ongeveer 7000 huishoudens. Daarnaast is een omgevingsvergunning verleend voor de aanleg van een zonnepanelenveld. Hier kan een oppervlakte van 7,5 ha netto zonnepanelen worden gerealiseerd. Door medewerking te verlenen aan deze initiatieven draagt Vianen bij aan de doelstelling uit het landelijke Energieakkoord: 14% duurzame energie in 2020. Overige ontwikkelingen Geen.
- 28 -
Programma 5
Politiek & Bestuur
Missie De gemeente streeft naar goede besluitvorming van het gemeentebestuur en een betrouwbaar karakter van de gemeente. Het gemeentelijk beleid sluit hierbij aan op de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025. Omschrijving Het programma Politiek en Bestuur omvat de activiteiten die zijn gericht op de totstandkoming van goede besluitvorming door het gemeentebestuur en op een imago van betrouwbare overheid.
Het programma Politiek en Bestuur heeft de volgende doelen 5.1 Zorgen voor goede besluiten van het gemeentebestuur 5.2 Zorgen voor betrouwbaar karakter van de gemeente Vianen 5.3 Aansluiten van het gemeentelijk beleid bij de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025 (bij dit doel zijn geen indicatoren vastgesteld) 5.4 Realiseren van een grotere betrokkenheid van de inwoners van Vianen bij de politiek (bij dit doel zijn geen indicatoren vastgesteld) Indicatoren Nr.
5.1
5.2
Wat willen we bereiken Wat gaan we daarvoor doen Dat de raadsvoorstellen duidelijk zijn Beoordelen van de raadsvoorstellen door de auditcommissie Dat de gemeente gezien wordt als een betrouwbare overheid Zorgen dat het aantal gegrond verklaarde bezwaarschriften tegen de gemeentelijke besluiten afneemt
Bron
Meeteenheid
2012 Real.
2013 Real.
2014 Real.
2014 Begr.
Interne opgave
Cijfer
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
7
Interne opgave
%
20
9,5
29
9
5.1 Beoordelen van de raadsvoorstellen door de auditcommissie De meting van de kwaliteit van de raadsvoorstellen heeft de afgelopen jaren door verschillende oorzaken niet plaats (kunnen) vinden. Eind 2013 werd dit al onderkend en in de loop van 2014 is gekeken naar een nieuwe vorm om de kwaliteit van de raadsvoorstellen te kijken. In het driehoeksoverleg tussen burgemeester, secretaris en griffier is afgesproken dat door een projectgroep gekeken zal worden naar het format van de raadsvoorstellen om op deze manier te komen tot een verbetering van de kwaliteit.
- 29 -
Jaarstukken 2014
5.2
Zorgen dat het aantal gegrond verklaarde bezwaarschriften tegen de gemeentelijke besluiten afneemt In 2014 is 29% van de besluiten op bezwaarschriften (met uitzondering van bezwaarschriften van belasting- en personeelszaken) gegrond verklaard. Dit is hoger dan begroot. Dit kunnen we grotendeels verklaren doordat er tegen één specifiek besluit negen bezwaren gegrond zijn verklaard. Als dit besluit slechts eenmaal meegerekend wordt komt het percentage uit op 15%, gemiddeld valt dat tussen 2012 en 2013. 5.3 Aansluiten van het gemeentelijk beleid bij de strategische toekomstvisie Vianen 2025 Op verschillende terreinen is beleid vastgesteld in lijn met de visie. Vanuit de strategische toekomstvisie was expliciet de opdracht meegegeven de bestaande woonvisie te herijken. Deze is in december 2014 vastgesteld door de gemeenteraad. Verder is de nota recreatie en toerisme vastgesteld. Daarnaast is er een subsidieregeling voor monumenten vastgesteld en een erfgoedwaardenkaart met het oog op het behoud van ons waardevolle historisch erfgoed. Tot slot is tegenwoordig bij elk collegevoorstel een paragraaf toegevoegd waarin de relatie met de strategische toekomstvisie gelegd (kan) worden. 5.4 Realiseren van een groter betrokkenheid van inwoners bij de politiek Kengetal: het totaal aantal insprekers in de gemeenteraad over 16 raadsvergaderingen in 2014 bedraagt 25. Overige ontwikkelingen Bestuurlijke toekomst gemeente Vianen Naar aanleiding van het rapport van de commissie Schutte is in 2014 een strategische verkenning uitgevoerd door bureau Berenschot naar de mogelijkheden van de gemeente Vianen om duurzaam zelfstandig te blijven. Op 27 januari heeft de gemeenteraad, op basis van de uitkomsten van het rapport, besloten om een haalbaarheidsonderzoek te starten naar samengaan met de gemeenten Leerdam en Zederik. Naar verwachting wordt in september 2015 door de drie betrokken gemeenteraden een besluit genomen of daadwerkelijk tot bestuurlijke herindeling overgegaan wordt.
- 30 -
Paragrafen A. Weerstandsvermogen en risicobeheersing De paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing geeft inzicht in het vermogen van de gemeente Vianen om niet voorziene financiële tegenvallers op te vangen. Definities/begrippen Weerstandsvermogen: het vermogen van de gemeente Vianen om niet voorziene financiële tegenvallers te kunnen opvangen teneinde haar taken te kunnen voortzetten. Weerstandscapaciteit: middelen waarover de gemeente beschikt om niet voorziene financiële tegenvallers te dekken. Onbenutte belastingcapaciteit: het bedrag waarmee de belastingen nog maximaal kunnen toenemen. Vrij aanwendbaar deel van de algemene reserve: dit deel van de algemene reserve kan direct aangewend worden voor een onvoorziene tegenvaller. Onvoorzien: dit bedrag is reeds in de begroting opgenomen voor onvoorziene uitgaven. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenraming. Nota risicoanalyse en weerstandsvermogen In de raadsvergadering van juli 2008 is de nota risicoanalyse en weerstandsvermogen vastgesteld. Deze nota vormt het beleidskader voor de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. In de nota zijn de risico’s benoemd en voorzien van een waardering van de benodigde weerstandscapaciteit. Voor de Jaarrekening 2014 is de lijst geactualiseerd. Risicoafdekking uit de algemene reserve Als een risico uit deze lijst zich daadwerkelijk voordoet, zal als eerste de algemene reserve aangesproken worden. Omdat we ervan uitgaan dat niet elk risico zich ook zal voordoen en dat ook niet alle risico’s zich tegelijkertijd zullen voordoen, kan volstaan worden met een lagere weerstandscapaciteit in de algemene reserve dan de berekende € 2,25 miljoen. In de raadsvergadering van juli 2008 is besloten om 25% van de benodigde weerstandsvermogen te blokkeren binnen de algemene reserve, met een minimum van € 1 miljoen. Voor het benodigde weerstandsvermogen van € 2,25 miljoen is nu een bedrag van € 1 miljoen geblokkeerd binnen de algemene reserve.
- 31 -
Jaarstukken 2014
Kans
Impact
Grootte van het risico
Reëel maximum
Gemiddeld
Gemiddeld
Gemiddeld
€ 0,15 miljoen
Gemiddeld
Gemiddeld
Gemiddeld
Nihil
Economische ontwikkelingen Gevolgen van de recessie
Groot
Groot
Groot
€ 0,60 miljoen
Terugdringen overheidstekort Werkkostenregeling
Groot Gemiddeld
Laag Gemiddeld
Laag Laag
€ 0,15 miljoen € 0,15 miljoen
Open einderegelingen Leerlingenvervoer Decentralisaties
Laag Groot
Laag Groot
Laag Groot
€ 0,15 miljoen € 0,60 miljoen
Verbonden Partijen Algemeen
Groot
Gemiddeld
Groot
€ 0,30 miljoen
Projecten Revitalisering bedrijventerreinen Gemiddeld Vijfheerenlanden Groot
Gemiddeld Groot
Gemiddeld Groot
Nihil Nihil
Overig Rechtzaak Niemans Beton Lopende juridische procedures
Vertrouwelijk Laag
Vertrouwelijk Laag
PM € 0,15 miljoen
Risicogebieden Bedrijfsvoering Kwetsbaarheid bedrijfsvoering Wachtgeld verplichtingen (ex) Wethouders
Vertrouwelijk Gemiddeld
Totaal
4)
3)
1) 2)
€ 2,25 miljoen
1)
Er is een specifieke bestemmingsreserve aanwezig ad € 17.176.856. Dit risico wordt afgedekt door de reserve grondexploitatie. 3) In de jaarrekening 2014 is een voorziening opgenomen voor wachtgeldverplichtingen van (ex-)wethouders. 4) In de kadernota 2016 is € 1,5 miljoen gereserveerd voor de verbetering van de bedrijfsvoering. 2|)
De risico’s opgenomen in bovenstaand tabel zijn geactualiseerd t.b.v. de jaarrekening 2014. Korte beschrijving van de risico’s Hieronder volgt een korte beschrijving van de risico’s. Bedrijfsvoering Kwetsbaarheid bedrijfsvoering Het risico in de bedrijfsvoering bestond uit de combinatie van bezuinigingen op de formatie en verschuivingen van Rijkstaken naar de gemeente. Dit risico is verlaagd van ‘groot’ naar ‘gemiddeld’. In het kader van de doorontwikkeling van de organisatie zijn in 2013 verbeteringen in de bedrijfsvoering opgestart die in 2014 verder uitgewerkt zijn. In de kadernota 2016 is € 1,5 miljoen gereserveerd voor de verbetering van de bedrijfsvoering. De projecten in het kader van de
- 32 -
verbetering van de bedrijfsvoering zijn beschreven in paragraaf D Bedrijfsvoering. Kortheidshalve wordt hier verwezen naar de inhoud van die paragraaf. Het risico in de bedrijfsvoering blijft dat de huidige formatie onder druk komt bij uitbreiding van taken van de gemeente. Helder is geworden dat een krachtige bedrijfsvoering nog flinke investeringen vergt. Wachtgeldverplichting (ex-)wethouders In de jaarrekening 2013 is een voorziening opgenomen voor wachtgeldverplichtingen van (ex- ) wethouders. Nu dit risico van wachtgeld volledig is afgedekt met een voorziening, is dit risico in het kader van het weerstandscapaciteit ‘Nihil’. Economische ontwikkelingen Economische ontwikkelingen De risico’s bestaan uit: • Lagere algemene uitkering • Vertraging in de ontwikkeling van grondexploitaties • Lagere opbrengsten bouwleges • Meer leegstand, minder OZB-opbrengsten Voor grondexploitaties is een afzonderlijke berekening van het weerstandsvermogen gemaakt. De overige risico’s zullen in eerste instantie zoveel mogelijk binnen de begroting worden opgevangen. Terugdringen overheidstekort Wet HOF Nederland moet zijn begrotingstekort terugdringen. Daar zijn de Rijksoverheid en de decentrale overheden (gemeenten, provincies en waterschappen) samen verantwoordelijk voor. Op 18 januari 2013 hebben zij een Financieel Akkoord bereikt. Hierin is afgesproken hoeveel tekort de decentrale overheden maximaal mogen hebben. In Europa zijn regels afgesproken over de overheidsfinanciën. Deze Europese begrotingsregels uit het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) bepalen de normen voor het begrotingstekort (EMU-saldo) en de overheidsschuld (EMU-schuld). Hierbij is afgesproken dat het EMU-tekort van Nederland niet boven de 3% van het bruto binnenlands product (bbp) uit mag komen en de EMU-schuld niet hoger mag zijn dan 60% bbp. Daarnaast moet het structureel EMU-saldo voor Nederland tussen de -0.5 en + 0.5% bbp liggen. Deze regels gelden voor de gehele collectieve sector, dus ook voor decentrale overheden. De Europese regeringsleiders hebben afgesproken om de eisen uit het SGP te verankeren in nationale wetgeving. Nederland doet dat met de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF). Deze Wet is per 1 januari 2014 in werking getreden. Beheersing van het EMU-saldo is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van Rijk en decentrale overheden. Zo geldt er een macroplafond voor het EMU-tekort van de gezamenlijke gemeenten. Daarnaast heeft elke gemeente een individuele EMUreferentiewaarde, die is afgeleid van het eerder genoemde macro-plafond van de gezamenlijke gemeenten. Voor Vianen is de referentiewaarde ad € 1.961.725. Gemeenten dienen de berekening van hun aandeel in het EMU-saldo in de begroting op te nemen. De Tweede Kamer heeft in maart 2015 een bepaling aangenomen met nadere regels voor het toegestane EMU-saldo van gezamenlijke gemeenten. Hierin is geregeld dat een correctiemechanisme in werking treedt bij herhaaldelijke overschrijding van het EMU – macroplafond. Dat mechanisme kan op zijn beurt een korting op het gemeentefonds inhouden.
- 33 -
Jaarstukken 2014
Schatkistbankieren Vanaf 2014 zijn alle decentrale overheden verplicht deel te nemen aan schatkistbankieren. Schatkistbankieren wordt uitgevoerd door het Agentschap van de Generale Thesaurie (Ministerie van Financiën) en houdt in dat via een rekening courant verhouding met het Agentschap de dagelijkse tekorten of overschotten worden afgeroomd. Dit houdt in dat geld en vermogen niet langer bij bijvoorbeeld banken buiten de schatkist mogen worden aangehouden. Overtollige middelen mogen alleen in rekening-courant en via deposito’s bij de schatkist worden aangehouden of onderling worden uitgeleend aan andere decentrale overheden. Vanzelfsprekend blijven decentrale overheden volledig vrij in de besteding van hun middelen zonder dat het Agentschap daar enige vorm van toezicht op uitoefent of kan uitoefenen. De schatkist biedt geen leen- of roodstandfaciliteit aan. Voor het betalingsverkeer blijven decentrale overheden aangewezen op het bankwezen. In de schatkist kan een decentrale overheid middelen aanhouden in rekening-courant en/of in een of meerdere deposito’s. Over het dagelijkse rekening courant saldo wordt de daggeldrente (EONIA) vergoed. Op deposito’s is de rente afhankelijk van de looptijd. Na deelname aan schatkistbankieren blijft het voor de decentrale overheid mogelijk uitzettingen te doen uit hoofde van de publieke taak. Als alternatief voor het aanhouden van overtollige middelen in de schatkist kunnen decentrale overheden ervoor kiezen deze middelen in te zetten om schulden af te lossen of om elkaar leningen te verstrekken. Deelname van de decentrale overheden aan schatkistbankieren draagt bij aan een lagere EMUschuld van de collectieve sector (Rijk en decentrale overheden gezamenlijk). Iedere euro die decentrale overheden aanhouden in de schatkist, vermindert de externe financieringsbehoefte van het Rijk. Dat het Rijk minder hoeft te financieren op de markt vertaalt zich direct in een lagere staatsschuld. Een ander belangrijk gevolg van deelname aan schatkistbankieren is een vermindering van de beleggingsrisico’s waaraan decentrale overheden worden blootgesteld. Werkkostenregeling De Werkkostenregeling (WKR) is een fiscale regeling, waarvan invoering vanaf 2015 verplicht is voor alle werkgevers. De gedachte achter de werkkostenregeling is eenvoudig: alle vergoedingen en verstrekkingen aan werknemers (ook 100% zakelijke) vormen loon en zijn belastbaar. Op deze algemene regel geldt een aantal uitzonderingen. Zo zijn er: • gerichte vrijstellingen (bijv. reiskostenvergoeding tot € 0,19 per km, studiekosten en vakliteratuur) en worden bepaalde zaken • op nihil gewaardeerd (bijv. werkkleding en consumpties op de werkplek) Deze vergoedingen/verstrekkingen kunnen belastingvrij aan het personeel worden vergoed. Vervolgens mag 1,2 % van de fiscale loonsom (de vrije ruimte) worden besteed aan onbelaste vergoedingen en verstrekkingen voor werknemers. Denk hierbij aan kerstpakketten, reiskostenvergoedingen boven € 0,19 per km en/of fietsplannen. Over het bedrag boven de vrije ruimte is loonbelasting verschuldigd in de vorm van een eindheffing Beheersmaatregel De invoering van de werkkostenregeling is medio 2013 (al) geïnitieerd. Toen is een werkgroep gestart met screening van de financiële en salarisadministratie met het doel te komen tot een inventarisatie van mogelijke werkkosten. Deze inventarisatie is opgesteld, maar de voortgang van het proces van voorbereiden en invoeren is medio 2013 stil komen te liggen. Reden hiervan was het gegeven dat van de zijde van het Ministerie van Financiën berichten kwamen dat er in de invoeringswet over de
- 34 -
werkkostenregeling en in de regeling zelf in 2013-2014 nog het een en ander gewijzigd zou gaan worden. Wijzigingen die nadrukkelijk van invloed zouden zijn op de verdere voortgang van het proces. Nadat de wijzigingen bekend waren is de invoering van de regeling verder opgepakt. De inventarisatie is geactualiseerd en de financiële en salarisadministratie zijn aangepast aan en ingericht op invoering van de werkkostenregeling per 1 januari 2015. Op basis van de inventarisatie is de verwachting dat invoering van de werkkostenregeling geen extra kosten voor de gemeente Vianen met zich mee zal brengen. Ook in de (secundaire) arbeidsvoorwaarden behoeven om die reden geen wijzigingen te worden aangebracht. Door versoepelingen in de wijze van opgave en afdrachten bestaat in 2015 echter ook nog de mogelijkheid om tekortkomingen en fouten te herstellen en de uitvoering te optimaliseren. Na invoering op 1 januari 2015 zal eenmaal per kwartaal worden gemonitord over het verloop van de vrije vergoedingen en verstrekkingen. Verbonden Partijen Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarmee de gemeente een bestuurlijke én financiële band heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan: een zetel in het bestuur of stemrecht (via aandelen). Met een financieel belang wordt bedoeld dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die ze kwijt is in geval van faillissement van de verbonden partij en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. Daarnaast hebben de deelnemende gemeenten de laatste jaren, in het kader van bezuinigingen, een aantal kaderstellende bezuinigingen opgelegd aan de verbonden partijen, waarvan nog maar de vraag is in hoeverre deze behaald zullen worden. Bij de vorming van de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) zijn financiële problemen boven water gekomen. In 2014 is de kwaliteit van de financiële en operationele informatievoorziening sterk verbeterd. Hier heeft de tijdige en volledige informatievoorziening inzake de financiële situatie sterk aan bijgedragen. Op operationeel vlak zijn het afgelopen jaar stappen gezet als het gaat om de samenwerking en uitwisseling van informatie, waarbij de ruimte tot verbetering nog wel aanwezig is. Het verder op orde brengen van de financiële situatie en doorontwikkeling van de strategische visie van de ODrU heeft voor 2015 prioriteit. Bestuurlijk zal een keuze moeten worden gemaakt over de richting die met de ODrU zal worden ingeslagen: focus op het uitvoeren van de wettelijke milieutaken of een uitbreiding van het takenpakket. Deze keuze is belangrijk voor de bedrijfsvoering van de ODrU, aangezien hiermee een beslissing kan worden genomen in het personeelsmanagement. De ontwikkeling van het productenboek, waarmee meer op de levering van de producten kan worden afgerekend dan de geleverde uren, zal medio 2015 middels een pilot project van start moeten gaan. De mogelijke samenvoeging met de RUD zal ook gevolgen hebben voor de bedrijfsvoering en het takenpakket, en daarmee ook voor de eigenaar-gemeenten. Op welke termijn dit moet gaan gebeuren en welke kosten hieraan verbonden zijn is nog niet duidelijk. Voorlopig is het uitgangspunt dat beide partijen hun organisatie eerst financieel en bedrijfsmatig op orde krijgen. Het financiële resultaat 2014 van de Odru sluit met een positief saldo van € 139.702 (reguliere begroting). Het positieve resultaat is per saldo ontstaan door: extra resultaat uit niet begrote aanvullende omzet, lagere salarislasten, hogere doorbelaste personeelskosten, lagere huisvestingskosten en lagere algemene beheer- en administratiekosten. Binnen de exploitatie zijn voorzieningen getroffen voor dubieuze debiteuren en voor kosten voor de uitstroom van boventalligen door de reorganisatie. Voorgesteld wordt om dit resultaat toe te voegen aan de te
- 35 -
Jaarstukken 2014
vormen Algemene Reserve ten behoeve van verdere opbouw van het weerstandsvermogen. Wat betreft de incidentele kosten geldt dat door uitstel van de reorganisatie is er in 2014 minder uitgegeven aan incidentele kosten en schuiven deze kosten door naar latere jaren. Voor 2015 is het verwachte resultaat ongewijzigd (€26.654 positief), de voorgestelde begrotingswijzigingen zijn per saldo budgettair neutraal. In 2015 zullen de risico’s gekwantificeerd worden. Beheersmaatregelen Vianen heeft een dienstverleningsovereenkomst (DVO) met de Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODrU). In het jaarlijks door beide partijen op te stellen uitvoeringsprogramma is het budget voor 2014 vastgesteld op € 390.000 op basis van 4.750 uur. Vianen is daarnaast als eigenaar-gemeente van de ODrU samen met de andere eigenaar-gemeentes verantwoordelijk voor financiële consequenties van de bedrijfsvoering bij de ODrU. De incidentele kosten in het kader van ODrU op Orde (onder andere door de reorganisatie, vernieuwing ICT en verhuizing naar het provinciehuis) voor de periode 2014-2016 komen dan ook voor de rekening van de eigenaar-gemeentes. Voor de periode 2014-2016 gaat het om een totaal bedrag van 3,3 miljoen euro. Op basis van de hoeveelheid afgenomen G-uren (UVP) betaalt Vianen een deel van deze kosten, hierbij gaat het om € 180.000,- voor de periode 2014-2016. Openeinderegelingen Leerlingenvervoer Het leerlingenvervoer van leerplichtige leerlingen naar scholen voor speciaal onderwijs is een wettelijke taak. De financiering van deze wettelijke taak vindt plaats via de Algemene uitkering. De afgelopen jaren is steeds sprake geweest van een budgetoverschrijding van circa € 50.000. Door de striktere uitvoering van de verordening was er in 2014 geen overschrijding. Beheersmaatregel Binnen de wettelijke criteria worden de binnengekomen aanvragen scherp getoetst op noodzaak, wijze van vervoer en kostenaspecten. Daarnaast blijven wij zoeken naar innovatieve oplossingen voor goedkope(re) doch passende wijzen van vervoer. De verordening leerlingenvervoer gemeente Vianen wordt strikter toegepast. Hierdoor zijn de kosten van het aangepast vervoer lager geworden. De verwachting is dat in de kosten van het aangepast vervoer geen grote wijzigingen komen. De drie transities Onze gemeente staat grote veranderingen te wachten binnen het Sociaal Domein. Vanaf 1 januari 2015 zijn taken op het gebied van zorg, jeugd en werk overgeheveld van het Rijk en de provincie naar onze gemeente. Dit overnemen van taken door onze gemeente noemen we decentralisaties of transities. Het is een belangrijke en omvangrijke verantwoordelijkheid; het gaat immers om de ondersteuning van en zorg aan onze kwetsbare inwoners. Wij zijn hiermee verantwoordelijk voor de individuele begeleiding en dagbesteding van mensen die langdurige zorg nodig hebben, voor de jeugdzorg en voor de (sociale) participatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De doelstellingen van de transities vertonen een sterke overeenkomst: het ondersteunen van de zelfredzaamheid, het bevorderen van de sociale participatie en de ondersteuning van de kwetsbare inwoner die het op eigen kracht niet redt. De transities biedt onze gemeente de kans om de ondersteuning en zorg eenvoudiger en goedkoper te organiseren door integraler te werken en door meer samen te werken met andere gemeenten en ketenpartners. Voor de uitvoering van de nieuwe taken binnen het Sociaal Domein krijgen gemeenten vanaf het jaar 2015 landelijk € 10,3 miljard aan middelen in de vorm van een integratie-uitkering Sociaal Domein. Dit bedrag zal door de opgelegde efficiencykortingen van het Rijk nog verder dalen tot €9,6 miljard
- 36 -
in 2018 (minus 7%). De integratie-uitkering Sociaal Domein voor de gemeente Vianen bedraagt in 2015 circa € 6,5 miljoen. Door de invoering van het objectief verdeelmodel vanaf 2016 is het nu nog niet mogelijk om een prognose af te geven voor de ontwikkeling van dit budget voor de komende jaren voor Vianen. Een aantal uitgaven in het Sociaal Domein zijn met de nodige risico’s omgeven en zijn slechts beperkt beheersbaar. Dit geldt met name voor de open einde regelingen en de regionale samenwerkingsvormen (o.a. gemeenschappelijke regelingen). Wanneer deze risico’s zich voordoen, kunnen zij een aanzienlijke impact hebben op het financiële weerstandsvermogen van onze gemeente. Ondanks bovenstaande is het uitgangspunt dat de transities kostenneutraal worden doorgevoerd. Het belangrijkste risico voor de gemeente Vianen is dat zij niet in staat is de overgehevelde taken adequaat uit te voeren binnen de budgetten die daarvoor beschikbaar zijn. Dit kan ertoe leiden dat de dienstverlening aan onze inwoners op een lager niveau komt te liggen, waardoor onze gemeente imagoschade kan oplopen. We hebben ervoor gekozen de drie taakgebieden integraal te beschrijven en te wegen. De implementatie van de overheveling van taken op het gebied van AWBZ-Wmo, Werk & Participatie en Jeugdzorg vindt gelijktijdig plaats en wordt integraal uitgevoerd. Verder zijn het alle drie openeinderegelingen en vindt financiering plaats vanuit de integratie uitkering Sociaal Domein. Deze middelen kunnen dus vrij worden besteed binnen het Sociaal Domein. Een deel van de taken wordt bij verbonden partijen neergelegd. Dat laatste algemene risico wordt gewogen onder verbonden partijen. Wmo inclusief de nieuwe taken AWBZ-Wmo De impact van de veranderingen in de Wmo zijn groot. Vanaf 1 januari 2015 is onze gemeente verantwoordelijk voor de uitvoering van de AWBZ-Wmo taken. We krijgen dan te maken met nieuwe en complexere doelgroepen. De ontwikkeling van deze doelgroepen is mede door het effect van de extramuralisering onzeker . De nieuwe doelgroepen AWBZ-Wmo zijn voor een groot deel verantwoordelijk voor de huidige groei van de zorguitgaven AWBZ . Verder is de verwachting dat de decentralisatie van zorgtaken naar gemeenten verder zal doorzetten met forse kortingen op de huidige budgetten. Bovendien vergrijst Vianen meer dan gemiddeld in de regio. Beheersmaatregelen Er is een aantal maatregelen doorgevoerd om de besparingen in de Wmo te kunnen realiseren. De belangrijkste maatregel betreft de huishoudelijke ondersteuning. Met de aanbieders zijn afspraken gemaakt dat zij per cliënt een vast bedrag krijgen ongeacht de tijd die besteed wordt om tot het resultaat- een schoon huis- te komen. Voornemen is om dezelfde constructie toe te passen bij de begeleiding: cliënten die na de overgangsperiode (met behoud van bestaande rechten) wederom voor ondersteuning zelfredzaamheid of en/of participatie worden geïndiceerd. Dit is de inzet bij de inkoop in 2016. Afspraken met aanbieders worden op Lekstroomniveau gemaakt. Jeugdzorg De financiële risico’s binnen het Jeugdzorgdomein zijn groot. Hiervoor zijn een aantal redenen aan te wijzen. Ten eerste is het macrobudget van het Rijk gebaseerd op het jaar 2012. Hierin is geen rekening gehouden met de autonome groei vanaf het jaar 2012 tot en met nu. Verder is de doelgroep nieuw. Daarom hebben we maar een beperkt inzicht in deze doelgroep. Dit komt mede door de summiere cliëntgegevensoverdracht van de zorgaanbieders en het Rijk. Tenslotte moeten we in 2015 continuïteit van zorg bieden. We kunnen dus maar beperkt sturen op de zorglasten. Beheersmaatregelen Er is een aantal maatregelen doorgevoerd om de besparingen in de Wmo te kunnen realiseren. De belangrijkste maatregel betreft de huishoudelijke ondersteuning. Met de aanbieders zijn afspraken
- 37 -
Jaarstukken 2014
gemaakt dat zij per cliënt een vast bedrag krijgen ongeacht de tijd die besteed wordt om tot het resultaat- een schoon huis- te komen. Voornemen is om dezelfde constructie toe te passen bij de begeleiding: cliënten die na de overgangsperiode (met behoud van bestaande rechten) wederom voor ondersteuning zelfredzaamheid of en/of participatie worden geïndiceerd. Dit is de inzet bij de inkoop in 2016. Afspraken met aanbieders worden op Lekstroomniveau gemaakt. Werk en participatie De nieuwe participatiewet is per 1 januari 2015 ingegaan. De kern is dat alle taken betreffende werk en participatie (voornaamste: voormalige instroom niet volledig arbeidsongeschikte Wajong, Wwb en voormalige instroom Wsw) gebundeld worden en dat de uitvoering met forse korting bij de gemeente terechtkomt. We hebben nu een tweetal Gemeenschappelijke Regelingen die deze taken grotendeels uitvoeren. Dat zijn PAUW Bedrijven en de nieuwe Gemeenschappelijke Regeling Werk en Inkomen Lekstroom (WIL), die in 2013 tot stand is gebracht om toekomstgericht en kwalitatief hoogwaardig werk af te leveren, met als taak mensen naar werk te leiden en voor de overbruggingstijd een uitkering te verstrekken en schuldhulpverlening te bieden waar noodzakelijk. In het participatiebudget worden de uitvoering van de Wsw en de doelgroepen van de participatiewet gebundeld. Het inkomensdeel wordt nog per gemeente afgerekend en daarin schuilt een risico. Begin 2014 was het de verwachting dat het aantal burgers dat bij WIL zal aankloppen voor ondersteuning, gezien de economische recessie, zou toenemen. Dit is ook gebeurd. De (jeugd)werkloosheid is gestegen, het aantal jeugdigen in de WWB is gestegen van 9,6 % naar 14,1 % Het totale WWB bestand is gestegen met 13,3%. Het aantal mensen met schulden is ook in 2014 toegenomen. Al jaren is de begroting van PAUW Bedrijven niet sluitend. Dit probleem wordt groter door de bezuinigingen op de rijksbijdrage Wsw. Het tekort bij PAUW Bedrijven wordt vooral veroorzaakt door een dalende rijksbijdrage en gelijkblijvende omzet en kosten. De kostenkant is moeilijk beïnvloedbaar, aangezien de grootste kosten de loonkosten zijn van de Wsw-ers en daar zit men aan vast. Omzet verhogen is voor PAUW Bedrijven relatief lastig aangezien zij, door een streng toelatingsbeleid in het verleden, relatief veel Wsw-ers hebben met weinig verdienvermogen. Beheersmaatregelen We hebben ter versterking van dit taakgebied de Gemeenschappelijke Regeling (GR) WIL in de regio opgezet. Het is van groot belang als deelnemer aan de GR-regeling stevig te sturen op een zo goed mogelijk resultaat. Wat betreft de aansturing van PAUW Bedrijven wordt hard gewerkt aan het behalen van diverse ‘quick wins’ die leiden tot kostenbesparing of omzetverhoging. Hierna zullen enkele grotere scenario’s worden uitgewerkt voor besparingen op langere termijn. Projecten Revitalisering bedrijventerreinen De gemeente Vianen wil het vestigingsklimaat voor bedrijven in Vianen aantrekkelijk houden. Eén van de maatregelen hiertoe is het revitaliseren van het bedrijventerrein in de gemeente. De rol van de gemeente is op dit moment procesgericht en voorwaardenscheppend. De eventueel benodigde investeringen in de openbare ruimte kunnen in beginsel worden gefinancierd uit de hiervoor gevormde reserve. De insteekhaven is inmiddels verkocht en daarmee ook de verantwoordelijkheid voor de damwand. De financiële risico’s voor de gemeente zijn derhalve verminderd. De reserve ‘voorlopige resultaten industrieterrein’ bedraagt per 1 januari 2015 € 17,2 miljoen
- 38 -
Vijfheerenlanden In maart 2014 is met LEKSTEDEwonen de samenwerkingsovereenkomst II Vijfheerenlanden gesloten. Deze overeenkomst vervangt de samenwerkingsovereenkomst uit 2008. In de nieuwe overeenkomst zijn financiële afspraken gemaakt over diverse deelprojecten en compenserende maatregelen. Beheersmaatregel Met het vaststellen van genoemde samenwerkingsovereenkomst II heeft het college besloten een bedrag van € 1,4 miljoen te reserveren in de reserve grondexploitatie voor de Populierenstraat en de compensatie van 23 huurwoningen. Overig Lopende juridische procedures Gemeenten werken in een door regelgeving gedomineerde omgeving. De kans bestaat dat daarbij een juridisch geschil ontstaat is altijd aanwezig. Ook de toenemende claimgerichtheid van burgers en bedrijven maakt dat we steeds vaker worden geconfronteerd met juridische procedures waarbij schadevergoeding wordt gevorderd. Procedure betonpalenfabriek Tussen Niemans en de gemeente Vianen is in hoger beroep een schadestaatprocedure aanhangig bij het Gerechtshof in Den Haag. Deze procedure vindt zijn oorsprong in het door de gemeente Vianen niet tijdig leveren van grond aan Niemans eind jaren zeventig. Niemans stelt dat door de te late levering een grootschalige uitbreiding van zijn fabriek in voorbespannen heipalen niet kon worden gerealiseerd. In een voorlopig laatste tussenarrest van 21 december 2010 heeft het Gerechtshof drie onafhankelijk deskundigen aangewezen die onder andere de opdracht hebben gekregen onderzoek te doen naar de hoogte van de schade die Niemans mogelijk zou hebben geleden als gevolg van de wanprestatie door de gemeente. In december 2014 hebben deskundigen een eindrapport opgeleverd. De uitkomsten van dat rapport brengen geen risicowijzigingen naar boven aan in de door de gemeenteraad in 2010 vastgestelde risicoanalyse. Op basis van dit rapport wordt medio 2015 de risicoanalyse geactualiseerd. Procedure Horeca Sportcentrum Helsdingen De gemeente Vianen heeft voor de zomer van 2013 de huur opgezegd van de horeca-exploitatie van Sportcentrum Helsdingen. De exploitant is niet met deze opzegging akkoord gegaan. Vervolgens heeft de gemeente de exploitant gedagvaard en de rechter gevraagd te bepalen dat de huurovereenkomst met de exploitant is geëindigd. De exploitant heeft de gemeente aansprakelijk gesteld.De rechtbank heeft inmiddels uitspraak gedaan, dat van gemeentewegen geen schadevergoedingsverplichting bestaat. De verwachting is dat de exploitant in hoger beroep gaat. In de tussentijd wordt van beide kanten gestreefd naar een minnelijke schikking. Beschikbare weerstandscapaciteit Naast de blokkade van de algemene reserve van € 1 miljoen, wordt een berekening gemaakt van de beschikbare weerstandscapaciteit. Deze berekening is nodig om het benodigde weerstandsvermogen van € 2,2,5 miljoen te toetsen aan de beschikbare weerstandscapaciteit voor het geval dat een of meerdere risico’s zich voordoen die het bedrag van € 1 miljoen te boven gaan. Om de totaal beschikbare weerstandscapaciteit te berekenen, moet de onbenutte belastingcapaciteit worden bepaald. Deze wordt berekend door de maximale hoogte van de belastingtarieven te vergelijken met de belastingtarieven in onze gemeente. OZB De weerstandscapaciteit van de OZB wordt berekend aan de hand van het maximale landelijke OZBtarief dat de gemeente mag opleggen, de macronorm. Voor 2014 is een stijging met 3,5 %
- 39 -
Jaarstukken 2014
toegestaan. Na correctie van de overschrijdingen van de OZB-norm in 2012 en 2013 zou de macronorm 2014 uitkomen op 2,76 %. In het dekkingsplan is een trendmatige stijging van 3 % opgenomen. Het onbenutte gedeelte van de OZB voor het weerstandscapaciteit bedraagt voor 2014 € 18.204. Rioolrecht/afvalstoffenheffing De onbenutte belastingcapaciteit van de rioolbelasting en de afvalstoffenheffing wordt vastgesteld op basis van 100% kostendekking. Het bedrag waarmee een gemeente bij de heffing onder de 100% kostendekking blijft, kan ingezet worden als onbenutte belastingcapaciteit. Volgens het overzicht uit de paragraaf Lokale heffingen hebben rioolrecht en afvalstoffenheffing een dekking van 100%. Er is dus geen vrije ruimte om als weerstandscapaciteit te dienen. Berekening beschikbare weerstandscapaciteit 2014 Weerstandscapaciteit in de exploitatie Onbenutte belastingcapaciteit: - OZB
18.204
- Rioolrecht
0
- Afvalstoffenheffing
0
Totaal onbenutte belastingcapaciteit
18.204
Onvoorzien
0
Weerstandscapaciteit in de exploitatie
18.204
Weerstandscapaciteit van het eigen vermogen Vrij aanwendbaar deel van de algemene reserve
5.558.820
Reeds aanwezige buffer in de algemene reserve
1.000.000
Weerstandscapaciteit van het eigen vermogen per 31-12-2014
6.558.820
Totaal beschikbare weerstandscapaciteit 2014 (incl. Res. 91134900 Vrijgev.gelden ad € 106.553)
6.577.024
Weerstandscapaciteit grondexploitatie Vrij aanwendbaar deel alg. reserve grondexploit. per 31-12-2014
1.493.321
Grondexploitatie Naast de weerstandscapaciteit voor algemene risico’s is afzonderlijk een berekening gemaakt van de weerstandscapaciteit van de grondexploitatie. De vrij besteedbare ruimte in de algemene reserve grondexploitatie wordt per 31 december 2014 begroot op circa € 1,5 miljoen. Conclusie De beschikbare weerstandscapaciteit komt uit op ongeveer € 6,5 miljoen waarvan € 2,25 miljoen is berekend als benodigd. De weerstandscapaciteit is voldoende om alle risico’s op te vangen. Bij de behandeling van de Nota risicoanalyse en weerstandsvermogen in 2008 is aangegeven dat we ervan uitgaan dat niet alle risico’s zich zullen voordoen en zeker niet tegelijkertijd. Hiermee rekening houdend is de conclusie dat de weerstandscapaciteit binnen de algemene reserve voldoende is, met uitzondering van de procedure betonpalenfabriek.
- 40 -
B. Onderhoud kapitaalgoederen De gemeente Vianen heeft ongeveer 227 hectare openbare ruimte in beheer. Er vinden veel activiteiten plaats, zoals wonen, werken en recreëren. Daarvoor zijn veel kapitaalgoederen nodig: wegen, riolering, kunstwerken, groen, verlichting en gebouwen. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud ervan is bepalend voor het voorzieningenniveau en uiteraard de (jaarlijkse) lasten. Artikel 18 Onderhoud kapitaalgoederen (Verordening art.212 Gw). 1. Het college actualiseert alle beheerplannen in een cyclus van vier jaar. De beheerplannen geven het kader weer voor de inrichting van het onderhoud en het beoogde onderhoudsniveau voor het openbaar groen, openbare verlichting, wegen, baggeren, speelterreinen, bruggen en beschoeiingen en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag. 2. Het college biedt ten minste eens in de vier jaar een nota rioleringsplan aan. De nota geeft het kader weer voor de inrichting van het onderhoud, het beoogde onderhoudsniveau en de uitbreiding van de riolering alsmede de kwaliteit van het milieu en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag. 3. Het college actualiseert het beheerplan gebouwen in een cyclus van vier jaar. Het beheerplan bevat de voorstellen voor het te plegen onderhoud en de bijbehorende kosten aan de gemeentelijke gebouwen en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag. 4. Bij de begroting en de jaarstukken doet het college in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen verslag over de voortgang van het geplande onderhoud en het eventuele achterstallige onderhoud aan riolering, gebouwen, openbaar groen, openbare verlichting, wegen, baggeren, speelterreinen, bruggen en beschoeiingen. Beheerplannen Voor de instandhouding van kapitaalgoederen wordt in Vianen gewerkt met beheerplannen. In deze beheerplannen worden het meerjarig onderhoudsprogramma en de daarbij behorende financiële middelen vastgelegd. Voor de beheerplannen betreffende de ondergrondse en bovengrondse infrastructuur heeft de raad in 2011 de kwaliteitsniveaus beheer openbare ruimte vastgesteld. Hiermee kan uitvoering gegeven worden aan de volgende beheerplannen voor de komende jaren: • Wegbeheer • Groen • Verlichting • Speelruimteplan • Kunstwerken (bruggen) • Beschoeiingen • Baggeren • Straatmeubilair • Bewegwijzering
- 41 -
Jaarstukken 2014
Met het vaststellen van de kwaliteitsniveaus en het gemeentelijk rioleringsplan heeft de raad een actueel financieel beeld met betrekking tot het groot onderhoud aan de kapitaalgoederen in de openbare ruimte. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende niveaus: A+ A B C D
Zeer goed Goed Voldoende Matig Slecht
Ook in 2014 is de openbare ruimte geschouwd op kwaliteitsniveau. Dit wordt noodzakelijk gevonden om op een objectieve manier te controleren of de vastgestelde kwaliteit ook daadwerkelijk gehaald is. Hierbij worden niet alleen de door de gemeente onderhouden openbare ruimte geschouwd maar ook de in zelfbeheer, bij bewoners en bedrijven, uitgegeven openbare ruimte. Indien er plaatsen zijn die bij de schouw niet aan de gevraagde kwaliteit voldoen worden de onderhoudsplichtige aangeschreven alsnog binnen 2 weken aan de gevraagde kwaliteit te voldoen. Bij de budgetten wordt voor een belangrijk deel tegemoetgekomen aan de bezuinigingstaakstelling in het kader van Kiezen voor Balans. Daarnaast worden in de komende jaren investeringen gedaan teneinde de exploitatie te ontlasten. Dit geldt met name voor groen, verlichting, riolering en beschoeiingen. Hiervoor kan de reserve risico beheerprogramma’s worden ingezet. Per 1 januari 2015 kent deze reserve een stand van € 672.122. Eveneens is in 2011 het gemeentelijk rioleringsplan voor de komende jaren vastgesteld. Hiermee is het kader gesteld voor het beheerplan riolering. Daarnaast heeft uw raad nog een aantal beheerplannen vastgesteld: • Meerjaren Onderhoudsplan schoolgebouwen 2012-2029: door het college vastgesteld 9 oktober 2012 In 2015 dienen de beheerplannen geactualiseerd te worden: Wegbeheer Vanaf 2012 is jaarlijks € 552.785 voor het uit te voeren groot onderhoud. De voorziening Onderhoud wegen is hierop afgestemd. In 2014 bedroeg de oppervlakte verharding die beheerd wordt 100 hectare. Het kwaliteitsniveau van de wegen was in 2014 over het algemeen laag (B, C). Op de plekken waar sprake was van wortelopdruk, was het niveau (zeer) laag (C, D). Na het verwijderen van de bomen op deze locaties en het herstellen van de schade van de worteldruk, ontstond met de huidige budgetten het niveau laag (C). De kwaliteit bleef dus laag, maar voor de komende jaren zijn geen onveilige situaties te verwachten. Inmiddels worden in het kader van het plan “Buiten Gewoon” de ernstigste locaties met wortelopdruk aangepakt, waardoor de veiligheid op die locaties flink is verbeterd. De asfaltverharding bevond zich ook op het niveau laag (C) en blijft met de huidige budgetten de komende jaren op dit niveau. Het kwaliteitsniveau van de wegmarkering lag op niveau basis tot laag (B, C). Er zal geen budget meer beschikbaar komen. De kwaliteit zal dus geleidelijk omlaag gaan naar een (zeer) laag (C,D) niveau in 2015.
- 42 -
De kwaliteit van de elementenverharding was op sommige locaties al laag en de kans is groot dat deze kwaliteit plaatselijk de komende jaren nog onder het vastgestelde niveau laag (C) kan komen. Dit is dan mogelijk niet meer op te lossen met het verrichten van klein onderhoud. De stand van de voorziening Onderhoud wegen bedraagt per 1 januari 2015 € 3.435.204. Het huidige beheerplan heeft de vervangingsbehoefte bij einde levensduur inzichtelijk gemaakt. Hier zijn echter geen middelen voor beschikbaar gesteld in de beheerbudgetten. Vervangingen worden namelijk opgenomen in het bestedingsplan. Groenbeheer In het bestedingsplan is voor 2014 onderstaand bedrag opgenomen: Achterstallig onderhoud groen 2014
614.000
2014
De gemeente Vianen heeft circa 127 hectare openbaar groen in beheer en ca. 9.200 bomen. Het groen is als volgt samengesteld: Totaal natuurlijke beplanting Totaal sierbeplanting Totaal gazons Totaal sportveld Totaal bermen en ruiggras Totaal zelfbeheer
17 ha 8 ha 38 ha 7 ha 32 ha 25 ha
Een voorziening voor het groenbeheer is niet aanwezig. Het kwaliteitsniveau van het openbaar groen is op dit moment basis (B-niveau). Hiervoor is extra geld beschikbaar gesteld voor de jaren 2014 en 2015. Bij de uitvoering van het plan “Buiten Gewoon” worden bomen gekapt de beplanting verwijderd en vervangen door gras, wordt het areaal (aantal bomen en aantal m2 beplanting) verkleind. Hierdoor kunnen we gefaseerd, na de jaarlijkse uitvoering van het plan “Buiten Gewoon”, overal het basisniveau (B) behouden tegen het budget dat in het kader van Kiezen voor balans is vastgesteld. Voor de aanpak van het achterstallig onderhoud is er gedurende 4 jaar binnen het project Buiten Gewoon , per jaar € 614.000 beschikbaar (2012 t/m2015). Voor het dagelijks onderhoud van groen is in de exploitatie € 1.075.839 opgenomen. Straatmeubilair In het bestedingsplan is voor 2014 onderstaand bedrag opgenomen: Vervangen straatmeubilair 2014
40.250
2014
In 2011 is het straatmeubilair geïnventariseerd. Op basis daarvan is een nieuw beheerplan opgesteld. De gemeente Vianen heeft ca. 400 banken, 800 afvalbakken, 28 km hekwerken en 100 fietsenbeugels in beheer. Voor borden, dragers e.d. geldt dat de kwaliteit van het huidig niveau op basisniveau (B) ligt. Naar verwachting zal dit niveau in de komende jaren nagenoeg gelijk blijven door te investeren in achterstallig onderhoud en bewust in te steken op een versobering van het meubilair. Er is in de
- 43 -
Jaarstukken 2014
budgetten echter geen rekening gehouden met het vervangen of herstellen van straatmeubilair door o.a. vandalisme. In 2014 is een start gemaakt met een inventarisatie van de bebording in de gemeente Vianen. Hierin komt het achterstallig onderhoud naar voren van ook de bebording die niet meer voldoet aan kwaliteitsniveau B. Deze inspectie zal begin 2015 zijn afgerond, waarna er een vervanging zal plaatsvinden in de bebording. Overig straatmeubilair zal worden opgenomen in de planning van Buiten Gewoon. Hierdoor worden ook deze achterstanden weggewerkt. Beheer verlichting In het bestedingsplan is voor 2014 onderstaand bedrag opgenomen: Achterstallig onderhoud openbare verlichting 2014 Beheerplan openbare verlichting 2014
82.000 128.581
2014 2014
In de raadsvergadering van 26 mei 2006 is de Beleidsnota openbare verlichting 2006-2010 vastgesteld. Daarin is een doelstelling geformuleerd en zijn beleidspunten/kwaliteitseisen opgenomen. Bij de herziening van het beheerplan in 2011 is dit beleid voor een belangrijk deel overeind gebleven. Het huidige (technische) kwaliteitsniveau (exclusief achterstallig onderhoud) is hoog tot basis (A, B). In de raadsvergadering van 21 april 2015 is het nieuwe beleidsplan openbare verlichting 2015 t/m 2019 vastgesteld. Met dit beleidsplan wordt onder meer ingezet op verduurzaming van de openbare verlichting en het wegwerken van achterstallig onderhoud. Er is een reserve openbare verlichting , waarvan de stand per 1 januari 2015 € 175.879 bedraagt. Per 1 januari 2012 is het samenwerkingsverband met verschillende gemeenten middels bureau OVL – Lek en Merwede omgezet in een gemeenschappelijke regeling. Bureau OVL regelt het dagelijks beheer en onderhoud van de openbare verlichting. Hiervoor krijgt bureau OVL een vergoeding van € 7,88 per lichtmast. Bureau OVL is tevens adviseur bij projecten waarvoor per project een vergoeding wordt afgesproken. Vanaf 1-1-2012 is na een openbare aanbesteding een nieuwe onderhoudsaannemer aangesteld. In gemeente Vianen zijn 4.636 lichtmasten aanwezig. Speelruimteplan In het bestedingsplan is voor 2014 onderstaand bedrag opgenomen: Vervanging speelterreinen 2014
40.000
2014
In de raadsvergadering van 11 november 2004 is het speelruimteplan vastgesteld. Het beleid is gericht op voldoende en veilige speelruimte in Vianen, waarbij een evenredig verdeeld aanbod van formele speelplekken aanwezig is. De speelplekken dienen aan te sluiten bij het aantal, leeftijd en behoefte van kinderen van 0 tot en met 18 jaar. In 2014 zijn de onderhoudsmaatregelen tot een minimum beperkt. Eind 2015 is actualisatie van het speelruimteplan gepland. Opzet is in 2015, via inzet van het restantbudget 2014, achterstanden in
- 44 -
onderhoud van de speelterreinen weg te werken. De speelterreinen voldoen dan weer aan de kinderaantallen per wijk met de juiste toestellen per leeftijdscategorie. In het beheerplan wordt rekening gehouden met 66 speelplekken met 263 speeltoestellen. Vervangingen worden geactiveerd. Voor het onderhoud aan speeltoestellen is een budget van € 8.731 beschikbaar in de exploitatie. Voor het speelruimteplan is geen voorziening gevormd. Kunstwerken (bruggen) In het geactualiseerde beheerplan kunstwerken worden de investeringen voor de komende 10 jaar opgegeven. In het vastgestelde beheerprogramma zijn 51 kunstwerken opgenomen. In het bestedingsplan zijn voor 2014 onderstaande bedragen opgenomen: Onderhoud kunstwerken 2014 Vervanging 3 houten bruggen
115.000 234.000
2014 2014
Er is een voorziening voor onderhoud Kunstwerken, waarvan de stand per 1 januari 2015 € 989.694 bedraagt. In 2012/13 zijn 11 kunstwerken onderzocht op constructieve veiligheid. De conclusie is dat, indien het onderhoud conform plan wordt uitgevoerd, deze voldoen. Alleen voor de brug Kerkweg – Zijderveld is een aslastbeperking opgelegd. Dit heeft géén invloed op de bereikbaarheid. Beschoeiingen In het bestedingsplan zijn voor 2014 onderstaande bedragen opgenomen: Achterstallig onderhoud beschoeiingen 2014 Vervangen beschoeiingen 2014
58.000 71.000
2014 2014
Deze gelden gaan deels mee in Buiten Gewoon. De opzet is om in 2015 een nieuw beschoeiingsplan op te stellen. De doelstelling is om op basis van een inventarisatie inzicht te krijgen in de volgende punten: • de locaties van de beschoeiingen en de oevers • de onderhoudsstaat van de oevers • de locaties waar beschoeiingen vervangen moeten worden en waar mogelijkheden zijn voor natuurvriendelijke inrichting • financiële consequenties voor beheer en onderhoud voor de komende jaren Bij beschoeiingen is dagelijks en groot onderhoud niet van toepassing. Het enige onderhoud dat plaatsvindt, is het vervangen van beschoeiingen. Algemeen ligt het niveau op basis, laag (B,C). Er is in dit geval echter moeilijk te spreken van een algemeen kwaliteitsniveau; dit is per beschoeiing verschillend. Wel is geconstateerd dat meerdere beschoeiingen vervangen moeten worden. Indien dit gebeurt hoeft er de komende jaren nauwelijks onderhoud gepleegd te worden en is het nieuwe budget toereikend. Wel is, net zoals bij straatmeubilair, in het nieuwe budget geen rekening gehouden met het vervangen van beschoeiingen door o.a. vandalisme. De beschoeiingen worden geactiveerd en afgeschreven in 25 jaar. De zware beschoeiingen langs de stadsgracht en het Merwedekanaal zijn niet meegenomen in het beheerplan.
- 45 -
Jaarstukken 2014
Baggerplan bebouwd gebied In het bestedingsplan is voor 2014 onderstaand bedrag opgenomen: Baggeren 2014
156.000
2014
In de gemeente Vianen is ruim 16 hectare wateroppervlakte in beheer. De kwaliteit van het baggeren gaat uit van een schouwpeil van een 0,5 meter. Er wordt gestreefd naar een schouwpeil van 1 meter waardoor de waterkwaliteit verbeterd zal worden. De doelstellingen van het baggerplan zijn omschreven in vier punten. Het inzichtelijk maken van: • De werkelijke omvang van de problematiek • Beheerstaken en verantwoordelijkheden • Heldere technische, organisatorische en financiële uitgangspunten voor het in een later stadium kunnen uitvoeren van de baggerwerkzaamheden • Het onderhoudsbaggerwerk voor de komende jaren binnen de bebouwde kom Er is een voorziening Baggerwerken , waarvan de stand per 1 januari 2015 € 425.663 bedraagt. Bewegwijzering De bewegwijzering wordt door een externe partij beheerd in opdracht van gemeente Vianen. Inmiddels is ook de bewegwijzering langs de afritten van de A2 bij het kruispunt Prins Bernhardstraat en Bentz-Berg in eigendom en beheer gekomen bij de gemeente Vianen. Bij handhaving van het huidige budget kunnen we het niveau basis (B) niet handhaven en zal zakken naar niveau (zeer) laag (C, D). Er is een voorziening Bewegwijzering , waarvan de stand per 1 januari 2015 € 33.986 bedraagt. Rioolbeheer In het bestedingsplan zijn voor 2014 onderstaande bedragen opgenomen: Eénmalig onderhoud riolering 2014 Vervangen/renoveren riolering 2014 Vervangen mechanische installatie gemalen 2014
351.000 3.041.000 64.100
2014 2014 2014
Deze gelden worden ingezet in Buiten Gewoon. Door toepassing van ‘essent management’ is bij vervangen van mechanische installatie gemalen een andere verdeling van kosten aan de orde. In de gemeente Vianen is 110 kilometer vrij verval riolering en 30 kilometer persleiding in beheer. In de raadsvergadering van 6 september 2011 is het gemeentelijk rioleringsplan (GRP III) vastgesteld. Dit wordt een verbreed GRP ofwel een vGRP genoemd, waarbij 3 zorgplichten vervuld zullen moeten worden. Namelijk een zorgplicht voor afvalwater, regenwater en grondwater. De doelstellingen volgens deze leidraad en tevens voor de komende periode zijn: • Zorgen voor inzameling van stedelijk afvalwater • Zorgen voor transport van stedelijk afvalwater • Zorgen voor inzameling van regenwater (voor zover niet door particulier) • Zorgen voor verwerking van ingezameld regenwater • Zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de bestemming van een gebied niet • structureel belemmert
- 46 -
Op basis van de notitie ‘Riolering’ van de commissie BBV is er vanaf 2014 een voorziening riolering gevormd. Het resultaat van de exploitatie riolering uit 2014 ad € 21.086 is in deze voorziening gestort. Gebouwenbeheer Het beheerplan is in het eerste halfjaar van 2012 geactualiseerd en vastgesteld. De voorziening Onderhoud gemeentelijke opstallen is hierop afgestemd. In totaal gaat het om 42 objecten. Het beheerplan is geactualiseerd op basis van een inspectie van alle gemeentelijke gebouwen, die in het voorjaar van 2010 heeft plaatsgevonden. Doel van het beheerplan is inzicht krijgen in de meerjarenplanning van het onderhoud en de kosten die daarmee samenhangen. De kostennormen zijn gebaseerd op publicaties van Misset. Hierbij is het streven van de gemeente Vianen gebaseerd op instandhouding van de gemeentelijke gebouwen, zonder aantasting van het gewenste kwaliteitsniveau. In het bestedingsplan 2015-2018 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen 2015 Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen 2016 Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen 2017 Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen 2018
330.237 294.413 224.682 581.680
2015 2016 2017 2018
De stand van de voorziening Onderhoud gebouwen is per 1 januari 2015 € 2.373.375. Integraal Huisvestingsplan onderwijs Het door uw raad in de vergadering van 2 december 2013 vastgestelde Integraal Huisvestingsplan (IHP) heeft een looptijd tot 2020. Per 1 januari 2014 is het IHP van kracht geworden. Het nieuwe IHP omvat tevens het actuele Meerjaren Onderhoudsplan. Meerjaren Onderhoudsplan onderwijsgebouwen Voor het bekostigingsjaar 2014 hebben de schoolbesturen aanvragen voor bekostiging van huisvestingsvoorzieningen kunnen indienen. Er zijn geen aanvragen ingediend die het bekostigingsplafond overstijgen. Het betreft onderhoudsvoorzieningen die niet in het meerjaren onderhoudsplan voor dat bekostigingsjaar zijn opgenomen. Ingevolge het bepaalde in artikel 95 van de Wet op het primair onderwijs dient op basis van de ingekomen aanvragen een bekostigingsprogramma te worden vastgesteld. De stand van de voorziening Onderhoud schoolgebouwen MOP is per 1 januari 2015 € 751.300 Het gemeentelijke aandeel in het onderhoud van de schoolgebouwen is aan de schoolbesturen overgedragen. De gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de huisvesting van de scholen wordt daarmee beperkt tot de zorg voor voldoende capaciteitsvoorzieningen.
- 47 -
Jaarstukken 2014
Samenwerking maatschappelijk vastgoed In 2012 is op initiatief van de gemeente Houten het plan opgevat om te onderzoeken of een vorm van samenwerking op het gebied van het maatschappelijk vastgoed mogelijk is. Door alle gemeenten werd een professionalisering gewenst geacht, omdat allen tegen de volgende problemen aan liepen: • Onvoldoende inzicht in portfolio (risico, omvang, opbouw) om strategisch te kunnen adviseren. • Complexe combinaties van gebruik en eigendom. • Inefficiëntie doordat iedere gemeente eigen oplossingen aan het bedenken is voor hetzelfde probleem. • Onvoldoende expertise en middelen om de taken verantwoord te kunnen uitvoeren. • Te weinig potentieel en dus kwetsbaar (kwetsbaarheid neemt eerder toe dan af, doordat als gevolg van ombuigingen portefeuilles krimpen). • Doelmatigheid en doeltreffendheid. • Verhogen van de kwaliteit van gemeentelijke dienstverlening. Dit is kort samen te vatten in een 3 x K te weten: 1. kwetsbaarheid reduceren; 2. kwaliteit verbeteren; 3. kosten besparen door schaalvergroting. Indien een gezamenlijke vastgoedorganisatie tot stand komt zullen het verminderen van de kwetsbaarheid en verhoging van de kwaliteit snel merkbaar zijn. De kostenbesparing door de schaalvergroting zal pas na enkele jaren merkbaar zijn. De stappen die we tot heden in dit proces hebben genomen zijn: • Instemming met de nota “Het wenkend perspectief” door college, juni 2012 • Instemming met de resultaten van de haalbaarheidsstudie en een aanvullend verdiepend onderzoek (business case) naar kosten Regionale Vastgoed Organisatie (RVO) door college, januari 2013 • Kennisnemen van de mogelijkheden die er zijn bij de oprichting van een Regionale Vastgoed Organisatie door college, januari 2014 • Instemmen met het opstellen van een lokale business case, januari 2014 • Lokale business case is opgesteld Vervolgstappen • lokale doorlichting (auditplan); • toetsing van de lokale business case aan de regionale (integrale) business case voor de meting van de organisatorische en financiële effecten; • Besluitvorming omtrent de op- en inrichting nieuwe RVO naar verwachting in tweede kwartaal. Eerdere besluitvorming is niet haalbaar gebleken.
- 48 -
C. Financiering Inleiding Per 1 januari 2001 is de wet FIDO (Financiering Decentrale Overheden) van kracht. In het kader van deze wet dient er een treasuryparagraaf in zowel de begroting als in het jaarverslag opgenomen te worden. De wet FIDO definieert treasury als volgt : het sturen, beheersen, verantwoorden over en toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Het beleid van de gemeente Vianen voor de treasuryfunctie is vastgelegd in het treasurystatuut (vastgesteld in de Raad februari 2012) als onderdeel van de Verordening financieel beheer (artikel 212 Gemeentewet). Rentevisie De ECB zal een ruim monetair beleid blijven voeren. De lange termijn-rente zal onder invloed van het gematigde economisch herstel naar verwachting wat gaan oplopen. De Nederlandse economie groeit in 2015 naar verwachting met 1,4 % tegen 0,7 % in 2014. De inflatie daalt in ons land licht naar 0,8 %. De private consumptie neemt licht toe onder invloed van een bescheiden groei van de werkgelegenheid en afnemende overheidsbezuinigingen. De investeringen in vaste activa trekken aan. De uitvoer groeit evenals dit jaar het sterkst. (bron: Bank Nederlandse Gemeenten) Gemeentefinanciering Financieringsmiddelen Liquiditeitensaldo Op balansdatum 31 december 2014 bedroeg het saldo van de liquide middelen € 534.814. Jaarlijks wordt een liquiditeiten planning opgesteld , hieruit wordt afgeleid of er leningen afgesloten dienen te worden. Saldobeheer Vanaf 2014 zijn alle decentrale overheden verplicht deel te nemen aan schatkistbankieren. Schatkistbankieren wordt uitgevoerd door het Agentschap van de Generale Thesaurie (Ministerie van Financiën) en houdt in dat via een rekening courant verhouding met het Agentschap de dagelijkse tekorten of overschotten worden afgeroomd. Dit houdt in dat geld en vermogen niet langer bij bijvoorbeeld banken buiten de schatkist mogen worden aangehouden. Overtollige middelen mogen alleen in rekening-courant en via deposito’s bij de schatkist worden aangehouden of onderling worden uitgeleend aan andere decentrale overheden. Vanzelfsprekend blijven decentrale overheden volledig vrij in de besteding van hun middelen zonder dat het Agentschap daar enige vorm van toezicht op uitoefent of kan uitoefenen. De schatkist biedt geen leen- of roodstandfaciliteit aan. Voor het betalingsverkeer blijven decentrale overheden aangewezen op het bankwezen. In de schatkist kan een decentrale overheid middelen aanhouden in rekening-courant en/of in een of meerdere deposito’s. Over het dagelijkse rekening courant saldo wordt de daggeldrente (EONIA) vergoed. Op deposito’s is de rente afhankelijk van de looptijd.
- 49 -
Jaarstukken 2014
Na deelname aan schatkistbankieren blijft het voor de decentrale overheid mogelijk uitzettingen te doen uit hoofde van de publieke taak. Als alternatief voor het aanhouden van overtollige middelen in de schatkist kunnen decentrale overheden ervoor kiezen deze middelen in te zetten om schulden af te lossen of om elkaar leningen te verstrekken. Waarom schatkistbankieren Deelname van de decentrale overheden aan schatkistbankieren draagt bij aan een lagere EMUschuld van de collectieve sector (Rijk en decentrale overheden gezamenlijk). Iedere euro die decentrale overheden aanhouden in de schatkist, vermindert de externe financieringsbehoefte van het Rijk. Dat het Rijk minder hoeft te financieren op de markt vertaalt zich direct in een lagere staatsschuld. Een ander belangrijk gevolg van deelname aan schatkistbankieren is een vermindering van de beleggingsrisico’s waaraan decentrale overheden worden blootgesteld. Leningen • In april 2004 is een lening van € 10 miljoen opgenomen bij de Bank Nederlandse Gemeenten met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 4,685%. • In januari 2008 is een lening van € 15 miljoen opgenomen bij de Bank Nederlandse Gemeenten met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 4,537%. • In oktober 2013 is een lening van € 10 miljoen opgenomen bij de Nederlandse Waterschaps Bank met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 3,27%. • In februari 2014 is een lening van € 10 miljoen opgenomen bij de Bank Nederlandse Gemeenten met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 3,175 %. De rentelast van bovenstaande leningen voor 2014 bedroeg € 1.459.471 Kasgeldlimiet en renterisicobeheer Kasgeldlimiet Voor het bepalen van de liquiditeitspositie – dit is de mate waarin op korte termijn aan de opeisbare verplichtingen kan worden voldaan – is de zogenaamde kasgeldlimiet van belang. Hieronder wordt verstaan het bedrag dat maximaal als kasgeld mag worden opgenomen. Dit bedrag wordt berekend door middel van een door het Ministerie van Financiën vastgesteld percentage, vermenigvuldigd met het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar. De vastgestelde kasgeldlimiet bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal. De uitkomst van deze berekening wordt getoetst aan de werkelijke omvang van de kasgeldlimiet. Het begrotingstotaal voor 2014 bedraagt € 36,5 miljoen. De kasgeldlimiet voor 2014 komt daarmee op € 3.102.500. De kasgeldlimiet is in 2014 niet overschreden. Renterisicobeheer Middels de renterisiconorm wordt een kader gesteld voor een zodanige opbouw van de leningenportefeuille van de gemeente, dat het renterisico uit hoofde van renteaanpassing en herfinanciering van leningen in voldoende mate wordt beperkt. De doelstelling van de renterisiconorm is dus in feite dat bij een gelijkmatige opbouw van de leningenportefeuille, waarbij niet in enig jaar een onevenredig deel van de leningenportefeuille geherfinancierd hoeft te worden, het renterisico op de vaste schuld over de jaren gespreid wordt. De renterisiconorm zal volgens onderstaande berekening voor 2014 niet worden overschreden.
- 50 -
Bedragen x € 1.000,= 1a.
Renteherziening op vaste schuld o/g
0
1b.
Renteherziening op vaste schuld u/g
0
2. (1a + 1b)
Nettorenteherziening op vaste schuld
0
3a.
Nieuw aangetrokken vaste schuld
10.000
3b.
Nieuwe verstrekte leningen
0
4. (3a + 3b)
Netto nieuw aangetrokken vaste schuld
10.000
5.
Betaalde aflossingen
1.166
6.
Herfinanciering
0
7. ( 2 + 6)
Renterisico op vaste schuld
0
8. Begrotingstotaal
36.500
9.
Vastegesteld percentage
20%
10.
Renterisiconorm
7.300
Toets renterisiconorm 10. Renterisiconorm
7.300
7. Renterisico op vaste schuld
0
11. ( 10 - 7)
Ruimte
Algemeen Relatiebeheer • Huisbankier • Rekening Courant Schatkistbankieren • Rekening courant • Bedrijfsspaarrekening
7.300
BNG BNG Rabobank Rabobank
Indicatoren financiële positie Onderstaande kengetallen hebben betrekking op de schuld- vermogenspositie van de gemeente Vianen. De kengetallen worden berekend op basis van de balanscijfers. Voor de begroting wordt geen balans opgesteld. Debt Ratio: vreemd vermogen/totale vermogen De debt ratio geeft aan in welke mate een bedrijf is gefinancierd met vreemd vermogen. De uitkomst hiervan mag max 0,75 zijn (streefgetal). Hoe hoger hoe slechter de solvabiliteit. De debt ratio van de gemeente Vianen bedraagt 44 % per 31-12-2014. Per 31-12-2013 was dit 36%. Netto schuld/exploitatie Hier wordt weergegeven de schulden minus op korte termijn opeisbare vorderingen minus liquide middelen/lasten (excl. stortingen in de reserves) > 150% te hoog > 100% voorzichtigheid is geboden
- 51 -
Jaarstukken 2014
De netto schuld / exploitatie van de gemeente Vianen bedraagt 66% per 31-12-2014. Per 31-12-2013 was dit 52%. Netto schuld/inwoners Hier wordt weergegeven de schulden minus op korte termijn opeisbare vorderingen minus liquide middelen/aantal inwoners. Dit kengetal kan voornamelijk worden gebruikt ter vergelijking met andere gemeenten van dezelfde omvang. De netto schuld/aantal inwoners van de gemeente Vianen bedraagt € 1.495 per 31-12-2014. Per 31-12-2013 was dit € 1.004. Wet HOF (Houdbare overheidsfinanciën Rijk en decentrale overheden) Nederland moet zijn begrotingstekort terugdringen. Daar zijn de Rijksoverheid en de decentrale overheden (gemeenten, provincies en waterschappen) samen verantwoordelijk voor. Op 18 januari 2013 hebben zij een Financieel Akkoord bereikt. Hierin is afgesproken hoeveel tekort de decentrale overheden maximaal mogen hebben. Europese regels voor terugdringen begrotingstekort In Europa zijn regels afgesproken over de overheidsfinanciën. Deze Europese begrotingsregels uit het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) bepalen de normen voor het begrotingstekort (EMU-saldo) en de overheidsschuld (EMU-schuld). Hierbij is afgesproken dat het EMU-tekort van Nederland niet boven de 3% van het bruto binnenlands product (bbp) uit mag komen en de EMU-schuld niet hoger mag zijn dan 60% bbp. Daarnaast moet het structureel EMU-saldo voor Nederland tussen de -0.5 en + 0.5% bbp liggen. Deze regels gelden voor de gehele collectieve sector, dus ook voor decentrale overheden. Europese regels verankerd in Wet HOF De Europese regeringsleiders hebben afgesproken om de eisen uit het SGP te verankeren in nationale wetgeving. Nederland doet dat met de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF). Deze Wet is per 1 januari 2014 in werking getreden. EMU-saldo Beheersing van het EMU-saldo is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van Rijk en decentrale overheden. Zo geldt er een macroplafond voor het EMU-tekort van de gezamenlijke gemeenten. Daarnaast heeft elke gemeente een individuele EMU-referentiewaarde, die is afgeleid van het eerder genoemde macro-plafond van de gezamenlijke gemeenten. Voor Vianen is de referentiewaarde € 1.961.725. Gemeenten dienen de berekening van hun aandeel in het EMU-saldo in de begroting op te nemen. Correctiemechanisme De Tweede Kamer heeft in maart 2015 een bepaling aangenomen met nadere regels voor het toegestane EMU-saldo van gezamenlijke gemeenten. Hierin is geregeld dat een correctiemechanisme in werking treedt bij herhaaldelijke overschrijding van het EMU – macroplafond. Dat mechanisme kan op zijn beurt een korting op het gemeentefonds inhouden. Informatievoorziening • Een financieringsparagraaf in de begroting en de rekening • Afwijkingen worden gerapporteerd in de tweede bestuursrapportage • Het college wordt geïnformeerd bij het aangaan van een lening
- 52 -
D. Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering 2014 Naast de reguliere activiteiten die een groot deel van de werkzaamheden bepalen is er nadrukkelijk ingezet op de onderstaande onderdelen. Verbetering bedrijfsvoering en verbetering dienstverlening Binnen de reguliere activiteiten is een sterke focus het voortdurend verbeteren van de bedrijfsvoering; samen met de (interne) opdrachtgevers ontwikkelen van nieuwe diensten en service waardoor de hele organisatie beter in staat is om onze opdrachten in de samenleving zichtbaar en aantoonbaar te maken. Daar waar in het verleden meer aanbod gericht werd gewerkt wordt er nu sterk ingezet op het vraaggerichte werken. Zo kunnen wij er samen met onze opdrachtgevers voor zorgen dat maatschappelijke en ruimtelijke projecten beter zichtbaar worden. Een voorbeeld hiervan is de zichtbaarheid en activiteiten van ‘Vrijstad Vianen’. Ook de aansluiting van de gemeente Vianen bij het Regionaal Historisch Centrum in Wijk bij Duurstede is van groot belang. Met deze aansluiting is onze archieffunctie verbeterd en voldoen wij weer aan de hedendaagse eisen. Naast deze formele eisen is er ook de museale collectie geïnventariseerd met het doel deze te kunnen ontsluiten en zichtbaar te maken voor het publiek. Het grootste deel bestaat uit de nalatenschap van de familie Roosenboom. Afgelopen jaren hebben we gewerkt aan de doorontwikkeling van de organisatie. Daarin hebben we goede stappen gezet in van buiten naar binnen denken waarbij het accent op een aantal grote ontwikkelingen (oa decentralisaties) en de directe dienstverlening naar buiten, naar de burger heeft gelegen. We merken nu om weer verder door te pakken naar buiten, dat het ondersteunende cluster, de bedrijfsvoering cruciaal is voor de volgende stap van de doorontwikkeling. Het huidige, deels interim, team P&O heeft in het Jaarplan P&O 2015 de visie op HR en het belang van de P&O afdeling verwoord, aangegeven welke taken en verantwoordelijkheden er bij het team horen te liggen en heeft op basis van prioritering een projectenplanning opgesteld. In het plan wordt tevens aangegeven welke middelen er dit jaar nodig zijn om het plan uit te kunnen voeren. Een doorontwikkeling van de bedrijfsvoering is een logische en onontbeerlijke stap in de doorontwikkeling van de gemeentelijke organisatie. Wij hebben de afgelopen jaren geïnvesteerd en vorderingen gemaakt in het eerste externe contact, de overheidsparticipatie en de dienstverlening naar de samenleving. Om onze kwaliteit te borgen en een verdere doorontwikkeling mogelijk te maken, zullen we eerst verder moeten professionaliseren binnen alle gebieden van bedrijfsvoering, zowel op strategisch, beleids- als uitvoerend niveau. De voorgestelde investeringen bedragen € 1,5 miljoen en maken onderdeel uit van de investeringsagenda onderdeel Bedrijfsvoering uit de Kadernota 2016. Anders organiseren is anders werken Ook dit jaar is verder gewerkt aan het digitaliseren van onze werkprocessen. Twee systemen vervullen daarbij een kernfunctie. Het zaaksysteem In dit systeem worden de processen tegen het licht gehouden en gekeken of die slimmer kunnen worden ontworpen en ingericht. Veel processen die onze inwoners raken zijn daarin meegenomen. Denk bijvoorbeeld aan het uitgeven van paspoorten en dergelijke. Ook voor de interne bedrijfsvoering is een belangrijkproces gedigitaliseerd; het bestuurlijk besluitvormingsproces. Het
- 53 -
Jaarstukken 2014
effect hiervan is dat de doorlooptijd van college- en raadsvoorstellen korter is geworden en beter beheersbaar is. Pepperflow In dit systeem wordt de capaciteit gematcht met taken of projecten die verricht moeten worden. Het betreft een actief sturingsinstrument waarbij op niveaus binnen de organisatie gewerkt wordt. Het belang van deze applicatie is ook in het afgelopen jaar steeds sterker geworden. Voor de directie wordt het daardoor makkelijker om te sturen op de interne processen. Dit komt de effectiviteit van de organisatie ten goede. Uitgangspunt is dat op basis van eenmalige gegevensinvoer, vanuit bestaande systemen, meerdere (voortgangs-) rapportages kunnen worden gegenereerd. Ook moet het systeem informatie kunnen leveren over de voortgang van bestuurlijke acties zoals informatieve vragen, afdoening toezeggingen en de termijnagenda. Overheidsloket en dienstverlening Aan de doorontwikkeling van het Klant Contact Centrum is ook het afgelopen jaar verder gewerkt. Met een uitgebreide campagne is de mogelijkheid onder de aandacht gebracht om zelf een afspraak met de gemeente in te plannen. Dit heeft een positief resultaat gehad. Steeds meer inwoners weten ons digitaal te vinden. Voor de inwoners heeft dit als voordeel dat je niet meer hoeft te wachten en weet wanneer je aan de beurt bent. Met de sterk verbeterde website weten onze inwoners ons ook steeds beter te vinden en makkelijker antwoord te krijgen op hun vragen. Het Klantcontactcentrum (KCC) Er wordt in 2015, vanuit het programma Dienstverlening (programma 1) in het KCC weer gewerkt aan meetbare doelen ons opgedragen vanuit de productbegroting: • Het aantal goed inhoudelijk afgehandelde telefonische contacten door KCC in de eerste lijn worden van 45% in 2014 naar 60 % gebracht • De klanttevredenheid moet minimaal een gemiddelde over alle kwaliteitsdimensies hebben van een 7,5 • Binnen het KCC zijn er meer dan 400 digitale transacties herkenbaar met de burger en organisatie breed 800 • 30% van de totaal afgenomen producten van het KCC gaan via het digitale kanaal Vernieuwing van producten en diensten binnen het KCC Het KCC blijft door ontwikkelen met daarbij de klantvraag als actor. We blijven vernieuwing doorvoeren waar mogelijk en wenselijk is voor de inwoners, bedrijven en instellingen van Vianen. Daarbij houden wij de efficiëntie en effectiviteit van de bedrijfsvoering in acht. De volgende deelprojecten staan, in het kader van vernieuwing van producten, hiervoor op de planning: • Verbeteren digitale dienstverlening vanuit zaaksysteem (alle processen die starten met een klantcontact en waar geen wettelijke belemmeringen zijn, worden digitaal ontsloten via de toptakensite en het zaaksysteem) • Op afspraak naar mensen toe (bejaardentehuizen, minder mobielen), oriëntatie al gestart in 2014 • Meer sturen op pinbetaling aan balies • Onderzoeken en indien mogelijk maken dat de digitale dienstverlening (of enkele producten) goedkoper wordt dan de dienstverlening aan de balie (kanaalsturing) • Onderzoeken of we huwelijken kunnen inzetten voor citymarketing (goedkoper/gratis? maken en of uitbreiden locaties)
- 54 -
Kwaliteitsverbeteringen In het kader van kwaliteitsverbetering binnen de bedrijfsvoering staan de navolgende deelprojecten gepland: • verhogen van het gebruik en aanvullen van de inhoud (info rondom 60% van de 100% te stellen klantvragen moet terug te vinden zijn in de kennisbank binnen nu en drie jaar) • opzetten management rapportages elk kwartaal (incl. Klantvraag, producten, en afspraken in een overzicht) voor een 35-tal prestatie-indicatoren, waarbij na kan worden overwogen deze te vertalen naar indicatoren voor de productbegroting • de servicenormen worden verder uitgebreid en bewaakt (gemeten) middels een KTO Verbetering bereikbaarheid organisatie • Een 0.1 meting van de bereikbaarheid van de backoffices, opstellen actieplan ter verbetering van de bereikbaarheid en services • Een meting van vaardigheden en effectiviteit van de 1e lijns KCC medewerkers aan de telefoon en opzetten actieplan ter verbetering Investeren in personeel Als laatste hier genoemd, maar zeker geen onbelangrijke: investering in personeel. De doelstellingen van de gemeente kunnen alleen gehaald worden met de inzet en geschiktheid van personeel. Een van de speerpunten is dat werknemers door training en opleiding zich blijven ontwikkelen om er voor te zorgen dat zij ook in de toekomst inzetbaar en een aantoonbare toegevoegde waarde blijven houden. Daarbij worden de cultuurwaarden van onze organisatie; denken in mogelijkheden, openvragen stellen en het actief vragen van feedback. Inhuren van personeel Naast eigen personeel maken we ook gebruik van ingehuurde arbeidskrachten. In 2014 is er totaal voor een bedrag van € 1.455.480 ingehuurd, waarvan een groot deel al via bestuursrapportages is vastgesteld. . In onderstaande tabel is de verdeling over de diverse teams weergegeven.
Omvang inhuur personeel per team gemeente Vianen - 2014 Team Bedrag Bedrijfsvoering € 208.735 Openbare Ruimte € 195.732 Ruimtelijke ordening en Projecten € 62.756 Handhaving en Vergunningen € 149.480 Recreatie € 206.175 Participatie € 122.083 Klant Contact Centrum € 43.006 Bedrijfsondersteuning € 378.231 Financiën € 89.284 Totaal inhuur in 2014
€ 1.455.480
Verbeteren van planning en control in de organisatie In 2014 wordt meer inhoud en vorm gegeven aan planning en control in de organisatie. Hiertoe wordt een vervolg gegeven aan een pilot met een softwarepakket. Deze software moet een ondersteunende, organisatie brede en laagdrempelige applicatie zijn waarmee op basis van eenmalige gegevensinvoer, meerdere (voortgangs-)rapportages kunnen worden gegenereerd voor het monitoren van de realisatie van de belangrijkste bestuurlijke en organisatorische speerpunten.
- 55 -
Jaarstukken 2014
Uitgangspunt hierbij is dat op basis van eenmalige gegevensinvoer vanuit bestaande systemen, meerdere (voortgangs-) rapportages kunnen worden gegenereerd. Ook moet het systeem informatie kunnen leveren over de voortgang van bestuurlijke acties zoals informatieve vragen, afdoening toezeggingen en de termijnagenda. Financieel Beheer Verbetering programmabegroting en productbegroting In 2012 heeft de projectgroep ‘Herinrichting programmabegroting’ de programmabegroting 2013 opgeleverd. Het beheer van de vijf programma’s: Dienstverlenend, Stimulerend, Leefbaar, Groeiend, Politiek en Bestuur is overgedragen aan programmacoördinatoren. De programmabegroting is een groeidocument. Samen met de Auditcommissie wordt verder vorm en inhoud aan het programmaplan gegeven. De productbegroting zal geleidelijk verbeterd worden door elk jaar een aantal producten te herzien. Regeling budgetbeheer De regeling is verouderd en zal in 2015 vernieuwd worden. De regeling budgetbeheer betreft interne regels over hoe er met de verantwoordelijkheid van budgetten omgegaan wordt en zal door het college vastgesteld worden.
Verbeteren/uitbreiden mogelijkheden financiële systeem In 2015 zullen de mogelijkheden van het financiële systeem verder uitgebreid worden. Gedacht moet worden aan het verder automatiseren van het begrotingsproces en het proces van de bestuursrapportages en de jaarrekening. Hieronder vallen ook de beheersing van de uren. De hierboven genoemde software zal hier voor gebruikt worden. Horizontaal toezicht belastingdienst Horizontaal toezicht is een vorm van actueel toezicht, waarbij in wederzijds vertrouwen wordt gestreefd naar een begripvolle en transparante relatie tussen Belastingdienst en de gemeente, waarbij snel zekerheid wordt geboden en minder intensief toezicht achteraf noodzakelijk is. Uitgangspunt is dat het toezicht opgepakt wordt als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle betrokkenen in het fiscale proces. Tijdens een gesprek tussen vertegenwoordigers van de belastingdienst en de gemeente is aangegeven dat de gemeente in beginsel positief staat tegenover Horizontaal Toezicht, afhankelijk van het invoeringstraject dat moet worden doorlopen. Begin 2012 is een voorstel aan het College voorgelegd waarin het begrip Horizontaal Toezicht en het invoeringstraject dat daarbij hoort, voor een eerste keer wordt verkend. Het streven is om per 2015 Horizontaal Toezicht volledig toe te passen. Nota activabeleid De nota zal worden vernieuwd in het 4e kwartaal 2015. Wet revitalisering generiek toezicht Met de op 1 oktober 2012 in werking getreden Wet revitalisering generiek toezicht (Wrgt) houdt de provincie interbestuurlijk toezicht op de gemeentelijke kerntaken. De wet heeft tot doel het interbestuurlijk toezicht (onder meer van het rijk en de provincie op de gemeenten) te vereenvoudigen en efficiënter, effectiever en transparanter te maken. Er komt meer plaats voor controle/verantwoording en kwaliteitsborging. Met de herziening van het interbestuurlijk toezicht in de Wrgt moet de verticale verantwoording teruggedrongen worden en wordt het horizontale toezicht versterkt.
- 56 -
Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten (KING) heeft een portaal ingericht om de toezichtinformatie te ontsluiten en informatie over de prestaties van gemeenten op een beperkt aantal wettelijke gemeentelijke taken in medebewind, centraal geclusterd, ontsloten en inzichtelijk gemaakt : www.waarstaatjegemeente.nl (WSJG). WSJG formuleert op de gemeentelijke kerntaken kritische prestatie-indicatoren (KPI’s). Ook de gemeenteraden krijgen op basis van deze KPI’s inzicht in de prestaties van de eigen en andere gemeenten op deze taken. De gemeente Vianen heeft ervoor gekozen om de toezichtinformatie jaarlijks digitaal te ontsluiten via WSJG. De toezichtinformatie van de gemeente Vianen over de jaren 2013 en 2014 is gepubliceerd op WSJG. De gevraagde gegevens van de toezichtindicatoren die niet via WSJG aangeleverd kunnen worden, zullen digitaal of schriftelijk aan Gedeputeerde Staten worden gestuurd. Overige aspecten Actualiteiten die de bedrijfsvoering zullen gaan beïnvloeden, maar waarvan de impact nog niet helemaal duidelijk is, zijn: • 6 miljard rijks bezuinigingen. De effecten hiervan zijn verwerkt in de begroting • Vennootschapsbelasting op overheidstaken (mogelijk vanaf 2016). Een plan van aanpak is opgesteld en voorbereidingen zijn getroffen • Wet Houdbaarheid Overheidsfinanciën (HOF). Jaarlijks wordt in de begroting een prognose gemaakt van de referentiewaarde voor de gemeente Vianen • Schatkist bankieren. De afspraken met Rijk en BNG zijn gemaakt • Wet Markt en Overheid. De invoering is afgerond • Wet bestrijding betalingsachterstand. Om binnen de afgesproken betalingstermijnen te blijven is er een maandelijkse managementrapportage inzake de openstaande facturen voor de budgetbeheerders
- 57 -
Jaarstukken 2014
E. Verbonden partijen De gemeente Vianen kent een aantal verbonden partijen. Deze staan in deze paragraaf genoemd. Verbonden partijen betreffen organisaties waarin de gemeente zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft. Het gaat hierbij om zelfstandige rechtspersonen, als gemeenschappelijke regelingen en vennootschappen. Middels de verbonden partijen tracht de gemeente Vianen beleid uit te voeren dat zij ook zelf uit hoofde van haar publieke taak zou kunnen vervullen. De gemeente Vianen heeft een bestuurlijk belang wanneer ze een zetel heeft in het bestuur van een dergelijke rechtspersoon, dan wel dat zij hierin op een of andere wijze stemrecht heeft. Van een financieel belang is sprake in geval de middelen die door de gemeente aan de betrokken partij ter beschikking zijn gesteld verloren kunnen gaan door bijvoorbeeld een faillissement of dat financiële aanspraken hierop mogelijk op de gemeente kunnen worden verhaald. Financieel belang In totaal betaalt onze gemeente aan de gemeenschappelijke regelingen jaarlijks ongeveer € 3,3 miljoen aan bijdragen en voor verleende producten of diensten. Dat vormt ongeveer 9% van de totale begroting. Belangrijk genoeg om bij de verbonden partijen de vinger aan de pols te houden. Overzicht verbonden partijen De belangrijkste verbonden partijen van de gemeente worden hierna beschreven. Zij worden onderverdeeld in: A. Gemeenschappelijke regelingen (publiekrechtelijke organisaties) B. Overige verbonden partijen (privaatrechtelijke organisaties) 1. Deelnemingen 2. Stichtingen De opzet van dit onderdeel is ten opzichte van de vorige begrotingen sterk gewijzigd. De reden hiervoor is dat landelijk, maar ook in Vianen, meer inzicht wordt verlangd in de verbonden partijen zodat de ‘grip’ kan worden vergroot. In verband daarmee is voor dit onderdeel een model (ontwikkeld door o.a. gemeente Zeist) in gebruik genomen voor de over de verbonden partijen te verstrekken informatie. Hierna is dit model per verbonden partij ingevuld. Voor de in het model voorkomende financiële gegevens is gebruik gemaakt van de meest recente jaarrekening 2014 van de verbonden partij of, indien niet voorhanden, de jaarrekening 2013. De Verbonden partijen voor de gemeente Vianen in 2015 zijn A. Gemeenschappelijke Regelingen (Publiekrechtelijke organisaties) Veiligheidsregio Utrecht (VRU) Bestuur Regio Utrecht (BRU) Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst regio Utrecht (GGDrU) PAUW Bedrijven Afval Verwijdering Utrecht (AVU) Omgevingsdienst regio Utrecht (ODrU) Bureau Openbare Verlichting (OVL) RSD Werk en Inkomen Lekstroom (WIL) Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht (RHCZOU) B. Overige verbonden partijen (privaatrechtelijke organisaties) 1. Deelnemingen N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) Oasen NV
- 58 -
NV Eneco BV Vrijstad Vianen 2. Stichtingen Stichting Openbaar Onderwijs Alblasserwaard en Vijfherenlanden (O2A5) Stichting Inkoop Bureau Midden Nederland (IBMN)
A.
Gemeenschappelijke regelingen
Veiligheidsregio Utrecht (VRU) Vestigingsplaats: Utrecht Doel Het doel van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Utrecht is om de kwaliteit van de, crisisbeheersing en noodhulpverlening in de regio Utrecht te verbeteren. Medio 2009 is de wet op de Veiligheidsregio’s ingegaan. Deze wet verplicht (niet volgens de letter, maar wel de facto) om de gemeentelijke brandweren onder de brengen in een veiligheidsregio. Programma 3 Leefbaar Deelnemende partijen Alle gemeenten in de provincie Utrecht nemen deel aan de gemeenschappelijke regeling Openbaar belang dat wordt behartigd Veiligheid Bestuurlijk belang Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door de burgemeesters van de deelnemende gemeenten. De Commissaris van de Koning neemt deel als waarnemer. Het lokaal gezag over de brandweer blijft bij de Burgemeester van elke afzonderlijke deelnemende gemeente. Het lokale college van burgemeester en wethouders blijft verantwoordelijk voor het lokale veiligheidsbeleid. Het bestuur van de Veiligheidsregio is verantwoordelijk voor de beheersorganisatie. Financieel belang De gemeente betaalt jaarlijks een bijdrage die wordt bepaald op basis van het aantal inwoners op 1 januari van het jaar, voorafgaand aan het begrotingsjaar. In het jaar 2014 is de bijdrage € 1.024.954. Werkelijk eigen vermogen jaarrekening VRU 2014 Begin boekjaar € 5,4 miljoen Einde boekjaar € 5,4 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaarrekening VRU 2014 Begin boekjaar € 48,2 miljoen Einde boekjaar € 45,0 miljoen Risico’s e Het algemeen bestuur heeft op 25 maart 2013 ingestemd met een 2 bezuinigingsopdracht van 5% op de gemeentelijke bijdrage. Deze opdracht is verwerkt in de uitwerking van de verschillende majeure projecten (waaronder nieuwe financieringssystematiek, Veiligheidszorg op maat, visie op de VRU-organisatie). Op 4 juli 2014 heeft het algemeen bestuur positief besloten over deze majeure projecten. De implementatie hiervan vindt momenteel plaats en zal moeten uitwijzen of de bezuinigingen werkelijk gerealiseerd worden. Ontwikkelingen 2014 en verder In 2014 heeft het algemeen bestuur ingestemd met de majeure projecten. Implementatie daarvan is gestart. Zo is per 1 januari 2015 de nieuwe financieringssystematiek van kracht. Als gevolg van het besluit over de majeure projecten is de Gemeenschappelijke Regeling gewijzigd. De gemeenteraad is vooraf geconsulteerd. Per 1 mei 2014 is de nieuwe crisisorganisatie (GC 2.0) gestart. Kern is dat meer taken belegd zijn bij regionale piketfunctionarissen, die lokaal invliegen indien nodig. Als gevolg van het besluit over repressieve huisvesting start de VRU een project om diverse eigendoms- en beheervarianten van de brandweerkazernes in kaart te brengen. De VRU streeft naar besluitvorming door het AB tegen het eind van 2015. Beleidsvoornemens De beleidsvoornemens van de Veiligheidsregio Utrecht zijn vastgelegd in het beleidsplan 2012-2015. Medio 2015 vindt besluitvorming plaats over het Regionaal Risico Profiel (RRP). Dit RRP dient als basis voor het beleidsplan 2016-2020. Overige relevante gegevens
- 59 -
Jaarstukken 2014
De VRU heeft een financieel belang in de Gemeenschappelijke Meldkamer Utrecht (GMU). Bestuur Regio Utrecht (BRU) Vestigingsplaats: Utrecht Doel Werken aan verbetering van de bereikbaarheid, de leefbaarheid en de economische ontwikkelingen. Programma 3 Leefbaar Deelnemende partijen Het Bestuur Regio Utrecht is een samenwerkingsverband van negen gemeenten in de stadsregio. De gemeenten Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Nieuwegein, Stichtse Vecht, Utrecht, Vianen en Zeist vormen samen de stadsregio Utrecht. Openbaar belang dat wordt behartigd Bij het BRU wordt beleid voor de regio ontwikkeld en vastgesteld. Vervolgens begeleidt en behartigd BRU de uitvoering en ziet het toe op concrete resultaten. De samenwerking in het BRU biedt nog een voordeel: de regio kan met één krachtige stem naar buiten treden. Zo staan de gemeenten samen sterker in hun contacten met bijvoorbeeld de landelijke overheid. Bestuurlijk belang Alle BRU-gemeenten zijn vertegenwoordigd in het Algemeen en Dagelijks Bestuur. Het Algemeen Bestuur heeft 34 leden. Het inwonertal van een gemeente is bepalend voor het aantal bestuursleden. De gemeente Vianen bezet 2 zetels in het Algemeen Bestuur en 1 zetel in het Dagelijks Bestuur. De gemeente Vianen wordt zowel in het Algemeen Bestuur als in het Dagelijks bestuur vertegenwoordigd door wethouder dhr. J.A.E. Landwehr. De tweede zetel in het Algemeen Bestuur wordt ingenomen door raadslid dhr. H.C. van Tilburg. Financieel belang: De bijdrage per inwoner voor 2014 bedraagt € 3,10. De gemeentelijke bijdrage in 2014 is geraamd op € 60.977 Werkelijk eigen vermogen Rekening BRU 2013 Begin boekjaar € 16.9 miljoen Einde boekjaar € 11.9 miljoen Werkelijk vreemd vermogen Rekening BRU jaar 2013 Begin boekjaar € 285.2miljoen Einde boekjaar € 269.9 miljoen Risico’s De deelnemende gemeenten zijn financieel aansprakelijk. Optredende risico’s zijn voor rekening van de deelnemende gemeenten. Om die reden heeft het BRU een algemene reserve van € 1,8 miljoen. Het BRU is eigenaar van een tramlijn, inclusief remises. Ontwikkelingen 2014 en verder Op dit moment is nog onzeker wanneer het BRU zal worden opgeheven. Vooralsnog wordt uitgegaan van 1 januari 2015. Er wordt wel nagedacht over vrijwillige samenwerking in de Utrechtse Regio, de zogenaamde U10-gemeenten (de BRU-gemeenten plus Woerden). Beleidsvoornemens Het BRU is een uitvoeringsorganisatie voor het openbaar vervoer. Tevens verzorgt het BRU de subsidies in het kader van de Brede Doeluitkering (BDU). Het BRU coördineert verder ruimtelijk, economisch en volkshuisvestelijk beleid in regionaal verband. Voor zover in te schatten zitten hier geen beleidsvoornemens in die van invloed zijn op gemeentelijke risico´s. Overige relevante gegevens Geen bijzonderheden. Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGDru) De GGD regio Utrecht is een samenwerkingsverband dat zich richt op bescherming en bevordering van de volksgezondheid, zoals vastgelegd in de Wet publieke gezondheid. Vestigingsplaats: Zeist. Doel De doelstelling van de GGDrU is drieledig: 1. Het bewaken en bevorderen van de gezondheid van alle inwoners in het werkgebied door onderzoek, voorlichting, advies en interventies.
- 60 -
2.
Het bieden van zorg of het bemiddelen tussen aanbieders en afnemers van zorg waar dit uit een oogpunt van openbaar belang noodzakelijk is. 3. Het verlenen van andere diensten die tot doel hebben een bijdrage te leveren aan de gezondheid van individuen of groepen van individuen. Programma 2 Stimulerend Deelnemende partijen De gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunnik, Bunschoten, De Bilt, De Ronde Venen, Eemnes, Houten, Leusden, Lopik, Montfoort, Nieuwegein, Oudewater, Renswoude, Rhenen, Soest, Stichtse Vecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen, Woerden, Woudenberg, Wijk bij Duurstede, IJsselstein en Zeist. Openbaar belang dat wordt behartigd Bescherming en bevordering van de volksgezondheid op basis van de Wet publieke gezondheid. Bestuurlijk belang De gemeente Vianen is vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur van de GGDru door wethouder Dhr. M.F.M. Verweij. Sinds mei 2014 maakt hij ook deel uit van het dagelijks bestuur. Financieel belang De kosten van de wettelijke taken worden bij de deelnemende gemeenten in rekening gebracht via een bijdrage per inwoner. In 2014 bedroeg deze € 11,55 per inwoner. De lokale taken zijn apart in rekening gebracht. Werkelijk eigen vermogen rekening 2014 Begin Boekjaar € 2,6 miljoen Einde boekjaar € 3,2 miljoen Werkelijk vreemd vermogen rekening 2014 Begin Boekjaar € 9,7 miljoen Einde boekjaar € 11,5 miljoen Risico’s Voor de financiële administratie en controle van de dienst zijn de artikelen 212 t/m 215 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. De GGDrU heeft zelf geen specifiek beleid op risicomanagement, maar gaat dat nu wel in kaart brengen. Dat betreft dan de risico’s voor de interne bedrijfsvoering, risico’s die verbonden zijn aan de gemeenschappelijke regelingen en risico’s vanuit de externe omgeving. Daarnaast worden er stappen gezet om tot een betere planning- en controlcyclus te komen. In jaarrekeningen en begrotingen wordt altijd een toelichting gegeven op het weerstandsvermogen. Besluiten van het algemeen bestuur van een gemeenschappelijke regeling zijn bindend voor individuele gemeenten. Indien deze financiële consequenties hebben, vormen deze een verplichte uitgave. De deelnemende gemeenten staan garant voor de betaling van rente en aflossing van de door de GGDrU aangegane geldleningen en eventuele schulden in rekening-courant. De garantstelling geschiedt naar verhouding van het aantal inwoners op 1 januari van het jaar waarin de garantieverplichting tot stand is gekomen. Ontwikkelingen jaar 2014 en verder In 2014 is de gemeente Utrecht toegetreden tot de GGDrU. Eind 2013 was daarvoor de gemeenschappelijke regeling gewijzigd. Daarmee werd voldaan aan een wijziging van de Wet publieke gezondheid die voorschrijft dat er één regionale gezondheidsdienst moet zijn op de schaal van de veiligheidsregio. Er is nu ook één directeur publieke gezondheid. Sinds de toetreding van Utrecht oefent de GGDrU alle wettelijke taken uit, met uitzondering van een aantal typisch grootstedelijke taken die tot een ingewikkelde ontvlechtingsoperatie en hoge transitiekosten zouden hebben moeten leiden. De GGDrU voerde voor alle gemeenten de jeugdgezondheidszorg 4-19 jaar uit. In 2014 hebben verschillende gemeenten besloten ook de jeugdgezondheidszorg van 0-4 jaar bij de GGDrU te beleggen. Vianen (0-4 bij Rivas) houdt het aanbod vanwege de bestuurlijke ontwikkelingen echter nog gescheiden. Overige relevante gegevens De GGDru participeert bestuurlijk en financieel in de TBC-bestrijding regio Utrecht. In samenwerking met het RIVM wordt uitvoering gegeven aan het rijksvaccinatieprogramma.
- 61 -
Jaarstukken 2014
PAUW Bedrijven Vestigingsplaats: IJsselstein/ Breukelen Doel PAUW Bedrijven heeft als Gemeenschappelijke Regeling voor negen deelnemende gemeenten slecht één programma: het integraal uitvoeren van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) met als doel het toeleiden van mensen met een handicap naar een zo regulier mogelijke plaatsing op de arbeidsmarkt. PAUW Bedrijven wil het volgende bereiken: • Bieden van aangepast werk als middel om ontwikkeling van arbeidsvaardigheden te faciliteren • Bevorderen van doorstroom en uitstroom van individuele medewerkers door middel van trajectplannen op basis van werkladderscans • Optimaliseren van de verdiencapaciteit, onder meer door de verbreding van de doelgroep; • Verstevigen van de positie op de regionale arbeidsmarkt en zoveel mogelijk bijdrage leveren aan de bestaande en voorziene arbeidsmarktproblematiek • Leveren van een bijdrage aan de begeleiding van alle mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt, waardoor ook groepen uit de WWB, WIA en WAJONG uitdrukkelijk in beeld komen. Programma 4 Groeiend Deelnemende partijen De gemeenten Lopik, Stichtse Vecht , Nieuwegein, De Ronde Venen, IJsselstein en Vianen Openbaar belang dat wordt behartigd Het voorkomen van structurele uitsluiting van bepaalde groepen kansarme werklozen. Bestuurlijk belang De gemeente Vianen is vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur door wethouder Dhr. M.F.M. Verweij. Financieel belang: De deelnemende gemeenten dragen bij in het exploitatietekort van PAUW Bedrijven naar rato van het aantal werknemers dat uit een gemeente afkomstig is. Voor 2015 is de gemeentelijke bijdrage geraamd op € 66.440 Werkelijk eigen vermogen jaar 2014 Begin boekjaar € 2.2 miljoen Einde boekjaar € € 1.8 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2014 Begin boekjaar € 5.8 miljoen Einde boekjaar € 5.7 miljoen Ontwikkelingen 2014 Op 1 januari 2015 is de Participatiewet ingevoerd. De participatiewet heeft de Wet werk en bijstand en de Wet sociale werkvoorziening afgeschaft. De impact van de Participatiewet is groot. De uitvoering van de Wwb is sinds 1 mei 2013 belegd bij Werk en Inkomen Lekstroom (WIL). De uitvoering van de Wsw is reeds jaren belegd bij PAUW Bedrijven. Om te Wsw te kunnen uitvoeren ontvangen wij een budget van het Rijk (Rijksbijdrage WSW). De Wet sociale werkvoorziening is afgeschaft per 1 januari 2015. De instroom in de WSW wordt per 1 januari 2015 stopgezet. De huidige WSW (“ Wsw-oud” ) wordt daarmee dus een sterfhuis. Rechten en plichten van de bestaande Sw- werknemers (vanuit de wet) blijven in stand. De wachtlijst vervalt. De wachtlijstgroep heeft geen rechten en plichten meer in het kader van de Wsw. Deze groep mensen vallen nu onder de nieuwe participatiewet en worden door Werk en Inkomen Lekstroom verder opgepakt in 2015. De Rijksbijdrage Wsw vervalt per 1 januari 2015. Deze middelen worden overgeheveld naar het gebundelde re- integratiebudget. Al jaren is de begroting van PAUW Bedrijven niet sluitend. Dit probleem wordt in 2015 en verder alleen maar groter door de bezuinigingen op de rijksbijdrage Wsw bij ongewijzigd beleid. Het tekort bij PAUW Bedrijven wordt vooral veroorzaakt door een dalende rijksbijdrage en gelijkblijvende omzet en kosten. De kostenkant is moeilijk beïnvloedbaar aangezien de grootste kosten de loonkosten zijn van de Wsw-ers en daar zit men aan vast. Omzet verhogen is voor PAUW Bedrijven relatief lastig aangezien zij, door een streng toelatingsbeleid in het verleden, relatief veel Wsw-ers hebben met weinig verdienvermogen. Dekking van de begrote tekorten uit de algemene reserve leidt in 2014 tot een daling van het eigen vermogen onder het vastgestelde weerstandsniveau. In opdracht van de Provincie moest PAUW met een sluitende (meerjaren)begroting 2014- 2017 komen. Die ligt er. Voor een groot deel is dit gerealiseerd door een hogere
- 62 -
exploitatiebijdrage van de gemeente in te boeken. PAUW werkt op korte termijn constant aan het behalen van diverse Quick Wins die leiden tot kostenbesparing of omzetverhoging. De gemeente Vianen is zelf ook actief in het meedenken en inbesteden van werk aan PAUW. Verhoging van de gemeentelijke bijdrage is in 2015 onontkoombaar. De Participatiewet is vanaf 2015 van kracht. De belangrijkste veranderingen zijn: * de Wet werk en bijstand heet vanaf 1 januari 2015 "Participatiewet". De werking van de Wwb blijft bestaan. Gemeenten lopen risico op het inkomensdeel (BUIG) en hebben daarnaast een budget om arbeidsdeelname te bevorderen en uitkeringslasten te beperken; * De toegang tot de Wajong wordt aangescherpt. Wie arbeidsvermogen heeft valt in het vervolg onder de Participatiewet. De omklap zal plaatsvinden in de periode 2015 - 2017. * De Wsw wordt afgeschaft. De rechten en plichten van huidige Sw- werknemers met een dienstverband (peildatum 31 december 2014) blijven in stand. De taakstelling wordt afgeschaft. Mensen op de wachtlijst hebben geen recht meer op een Sw- dienstverband. * Het Participatiebudget wordt uitgebreid met de vroegere Rijksbijdrage Wsw en de reintegratiemiddelen van het UWV (geleidelijk met de omklap). Hierop wordt bezuinigd. Per saldo zal het budget afnemen met plm. 20% in de periode 2014- 2018. Ook in de jaren daarna blijft het budget afnemen als gevolg van de afschaffing van de Wsw. De uitdagingen zijn dus zwaar: De gemeente krijgt een forse toename van de doelgroep die vooral bestaat uit mensen met een beperking. Het risico op het Inkomensdeel blijft bestaan. Daarnaast daalt het budget om arbeidsdeelname te bevorderen en uitkeringslasten te beperken. Er zijn hoge kosten in verband met de uitvoering van Wsw- oud. Dit gaat zonder bijsturing ten koste van reintegratie en/ of doeleinden in het sociale domein. Dit verhoogt dan weer het risico op oplopende uitkeringslasten en/of knelpunten in het sociale domein. Met een ‘Visie 2020: Lekstroom werkt!’ willen de Lekstroomgemeenten de hiervoor geschetste probleemstelling en te bereiken maatschappelijke effecten met elkaar verbinden en komen tot een schetsontwerp voor de ondersteuning aan inwoners die (betaald of onbetaald) willen werken. De focus ligt daarbij op mensen die ondersteuning nodig hebben, in het bijzonder mensen met een arbeidsbeperking. Regionaal is een werkgroep geformeerd die deze Visie gaat vorm geven. Werk en Inkomen Lekstroom (WIL) Vestigingsplaats: Nieuwegein Doel WIL is de regionale uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen, per 1 mei 2013, van de gemeenten Houten, Lopik, Nieuwegein, IJsselstein en Vianen. Een dienst van en voor de vijf Lekstroom gemeenten. Het werkterrein van WIL behelst: 1. Wet werk en bijstand (en waarschijnlijk per 1 januari 2015 de Participatiewet) 2. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers 3. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen 4. Besluit bijstandverlening Zelfstandigen 20014 5. Minimabeleid, waarbij bijzondere bijstand een onlosmakelijk onderdeel van de Wet werk en bijstand is 6. Art. 1.22 tot en met 1.28 van de Wet kinderopvang 7. Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. Door regionaal samen te werken binnen WIL willen de vijf Lekstroom gemeenten in ieder geval vier zaken
- 63 -
Jaarstukken 2014
realiseren: a. een meer effectieve uitvoering en daardoor meer kansen voor alle burgers in de Lekstroom om naar vermogen te participeren en/of uit de schulden, armoede of sociaal isolement te komen of te blijven; b. een minder kwetsbare uitvoering en daardoor een betere borging van de kwaliteit van de dienstverlening aan burgers; c. een duurzaam efficiënte uitvoering en daardoor meer control en minder (financiële) risico’s voor alle afzonderlijke gemeenten en een dusdanige uitvoering en beleidsontwikkeling dat WIL toekomstdroom is, me gelet op de huidige en toekomstige dynamiek op de arbeidsmarkt en binnen de sociale zekerheid (in het bijzonder de Participatiewet). Programma 1 Dienstverlenend Deelnemende partijen De gemeenten Lopik, Houten, Nieuwegein, IJsselstein en Vianen Openbaar belang dat wordt behartigd Zoveel mogelijk burgers participeren naar vermogen en sociale uitsluiting, schulden en armoede worden voorkomen. Bestuurlijk belang De gemeente Vianen is vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur door wethouder Dhr. M.F.M. Verweij. Financieel belang: WIL is een Gemeenschappelijke Regeling. Daarmee zijn en blijven de 5 gemeenten financieel verantwoordelijk. De Rijksbijdragen t.b.v. de betaling van de uitkeringen en het Participatiebudget, ten behoeve van de kosten van re- integratie, worden rechtstreeks aan WIL doorbetaald. Daarnaast betaald de gemeente op basis van een verdeelsleutel (voor 2014 is dat 10,4%) een deel van de bedrijfsvoering kosten. Voor de begroting 2014 is dit € 1.024.496. Werkelijk eigen vermogen jaar 2014 Er is geen sprake van eigen vermogen. Werkelijk vreemd vermogen jaar 2014 Het vreemd vermogen van WIL is € 4.969.728 en betreft o.a. een lening bij de BNG met een boekwaarde van € 560.000,00. Ontwikkelingen 2014 • De omgeving van WIL is flink in beweging. De 4 belangrijkste aspecten zijn: • de arbeidsmarkt; • wet- en regelgeving; • de economische crisis en • lokale ontwikkelingen (mede in het licht van de drie transities. Het sociaal akkoord (april 2013) leidt tot wijzigingen in de Participatiewet, zoals deze was voorzien in het regeerakkoord. Uitgangspunt van de Participatiewet (die naar alle waarschijnlijk ingaat per 1 januari 2015) blijft om bestaande regelingen voor mensen met arbeidsvermogen, die zijn aangewezen op ondersteuning, op te nemen in één regeling. De kern van de door het kabinet beoogde Participatiewet heeft sterke gelijkenis met die van de Wet Werken naar Vermogen. WIL is voor zover mogelijk al “WWnV- proof” neergezet, wat een snelle doorontwikkeling conform de beoogde Participatiewet mogelijk maakt. 2014 was een jaar waarin WIL zich, samen met de gemeenten en andere uitvoeringspartners, heeft voorbereid op de nieuwe wet. Belangrijke elementen zijn onder meer het versterken van de nadruk op de eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid van deelnemers, meer inzet op het verzilveren van de (gedeeltelijke) arbeidscapaciteit van de deelnemers en meer focus op ondersteuning van alleen hen die ook echt ondersteuning nodig hebben. In het dienstverleningsconcept van WIL is dit uitgewerkt in een stevige Poort en schouwperiode, een stevige inzet op handhaving en rechtmatigheid en een stevige inzet op klantgroep 3, die klantgroep die een beperkte arbeidscapaciteit heeft en waarschijnlijk duurzaam op een gedeeltelijke uitkering aangewezen is. Andere gevolgen van de Participatiewet voor WIL: • de herijking van de Wajong, WSW en WW; de verwachting is dat dit tot een grotere en versnelde
- 64 -
• •
toestroom van deelnemers richting WIL leidt; een verdere inperking van het re- integratiebudget; WIL zal met steeds minder middelen een steeds omvangrijkere en complexere klantgroep moeten bedienen; het afwentelen van landelijke bezuinigingen op het Gemeentefonds (mutaties algemene uitkeringen); waardoor er lokaal grosso modo minder geld voor voorzieningen in het kader van minimabeleid/ bijzondere bijstand en schuldhulpverlening komt.
Risico’s Het aantal burgers dat bij WIL zal aankloppen voor ondersteuning zal (is toegenomen) toenemen. De jeugdwerkloosheid stijgt nog steeds . Het aantal mensen met schulden neemt toe en tenslotte is de verwachting dat het aantal burgers en deelnemers dat op eigen kracht zijn problemen kan oplossen dan wel duurzame participatie kan realiseren zal afnemen de komende jaren. WIL zal via tussentijdse rapportages de vinger aan de pols houden en ook het college en de raad betrekken bij eventuele majeure keuzes die gemaakt moeten worden, mochten de doemscenario’s qua werkloosheid en crisis werkelijkheid worden. Afval Verwijdering Utrecht (AVU) Vestigingsplaats: Soest Doel Het op een doelmatige en uit een oogpunt van milieuhygiëne verantwoorde manier sturing en uitvoering geven aan het afvalstoffenbeleid in de provincie Utrecht. Programma 3 Leefbaar Deelnemende partijen De Provincie Utrecht en de 26 deelnemende gemeenten: Amersfoort, Baarn, Bunnik, Bunschoten, De Bilt, De Ronde Venen, Eemnes, Houten, Leusden, Lopik, Montfoort, Nieuwegein, Oudewater, Renswoude, Rhenen, Soest, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen, Wijk bij Duurstede, Woerden, Woudenberg, IJsselstein, Zeist en Stichtse Vecht. Openbaar belang dat wordt behartigd De gemeenten hebben hun taken en bevoegdheden op het gebied van afvalverwijdering overgedragen aan de AVU, een publiekrechtelijke organisatie met een wettelijk geregelde bestuurlijke basis: de Gemeenschappelijke Regeling. Kort samengevat voert de AVU de volgende activiteiten uit: het zorgdragen voor een goede, reguliere en milieuverantwoorde verwijdering van door de gemeenten ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en de inzameling van glas en papier en karton, ofwel de inzameling, het overladen, het transport en de verwerking van huishoudelijke afvalstoffen. Bestuurlijk belang Het algemeen bestuur bestaat uit twee leden te benoemen door provinciale staten, twee leden uit de stad Utrecht te benoemen door de gemeenteraad en één lid per overige gemeente, te benoemen door de betreffende gemeenteraden. De gemeente Vianen wordt in het algemeen bestuur vertegenwoordigd door wethouder Dhr. M.F.M. Meurs. Financieel belang De AVU sluit contracten af met verwerkers voor het transport en de verwerking van diverse afvalstromen. De kosten worden op basis van de werkelijke aangeboden gewichten bij de deelnemende gemeenten in rekening gebracht samen met een opslag voor de apparaatskosten. Werkelijk eigen vermogen Rekening AVU 2013 Begin boekjaar € 0.3 miljoen Einde boekjaar € 0.3 miljoen Werkelijk vreemd vermogen Rekening AVU 2013 Begin boekjaar € 8.5 miljoen Einde boekjaar € 9.3 miljoen Risico’s In 2014 is er geen sprake geweest van risico’s. Wel is in de Begrotingsafspraken 2014, die door het Kabinet zijn gemaakt, vastgelegd dat de afvalstoffenbelasting weer zal worden ingevoerd. Deze belasting is per 1 januari 2015 ingevoerd en bedraagt €13,00 per ton afval dat wordt aangeboden om te verbranden.
- 65 -
Jaarstukken 2014
Ontwikkelingen 2014 Deelstroom Brandbaar afval
Geraamde hoeveelheid 5.000 ton
Werkelijke hoeveelheid 4.646 ton
GFT afval
2.000 ton
1.925 ton
500 ton
374 ton
Glas
Papier
1.400 ton
1.206 ton
Geraamde kosten € 354.309
Werkelijke kosten € 334.335
€ 22.389
€ 18.189
Geraamde inkomsten
Werkelijke inkomsten
€ 105.144
€ 106.427
Omgevingsdienst Regio Utrecht. De omgevingsdienst is een zelfstandige organisatie op basis van een Gemeenschappelijke Regeling (GR) en die per gemeente wordt geëffectueerd via een samenwerkingsovereenkomst met de aangesloten gemeenten. Vestigingsplaats: Zeist en Breukelen Doel De Omgevingsdienst voert voor (zowel eigenaar als contract) gemeenten taken en beleid uit op het gebied van omgeving, milieu en duurzaamheid. De gemeenten hebben hierin keuze welk takenpakket de Omgevingsdienst voor hen uitvoert binnen de volume afspraken die zijn vastgelegd in de contracten. De taken hebben betrekking op zaken als afvalmanagement, bodem en water, beleid en juridische (handhaving) zaken, duurzaam bouwen, klimaat en energie, externe veiligheid, geluid, lucht en licht, milieucommunicatie, archeologie, asbest en (omgevings) vergunningverlening. Programma 3 (Leefbaar) en 4 (Groeiend; 4.2 gericht op Duurzame Ruimtelijke Ontwikkeling) Deelnemende partijen De gemeenten: Bunnik, De Bilt, Montfoort, Oudewater, Renswoude, Rhenen, De Ronde Venen, Stichtse Vecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen, Woerden, Wijk bij Duurstede en Zeist. Daarnaast verrichten ze ook diverse taken voor andere gemeenten in de regio, zoals Houten, IJsselstein, Tiel en Woudenberg. Openbaar belang dat wordt behartigd Door verdergaande samenwerking de kwaliteit en duurzaamheid van de leefomgeving verbeteren. Bestuurlijk belang De Omgevingsdienst heeft een Algemeen Bestuur, dat bestaat uit portefeuillehouders milieu van de aangesloten gemeenten. De gemeente Vianen heeft een zetel in het Algemeen Bestuur. Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door 14 leden. Het Dagelijks Bestuur bestaat uit 3 leden. De gemeente Vianen wordt in het Algemeen Bestuur vertegenwoordigd door wethouder dhr. J.A.E. Landwehr. Financieel Belang Vianen heeft een dienstverleningsovereenkomst (DVO) met de ODrU als eigenaar-gemeente, waarbij op jaarbasis door beiden een uitvoeringsprogramma (UVP) wordt opgesteld. Voor 2014 bedroeg het UVP budget € 390.000 op basis van de 4.750 uur. Vianen is daarnaast als eigenaar-gemeente van de ODrU samen met de andere eigenaar-gemeentes verantwoordelijk voor financiële consequenties van de bedrijfsvoering bij de ODrU. De incidentele kosten in het kader van ODrU op Orde (onder andere door de reorganisatie, vernieuwing ICT en verhuizing naar het provinciehuis) voor de periode 2014-2016 komen dan ook voor de rekening van de eigenaar-gemeentes. Voor de periode 2014-2016 gaat het om een totaal bedrag van 3,3 miljoen euro. Op basis van de hoeveelheid afgenomen G-uren (UVP) betaalt Vianen een deel van deze kosten, hierbij gaat het om € 180.000,- voor de periode 2014-2016. De precieze financiële gevolgen van de doorontwikkeling van de omgevingsdienst tot RUD zijn nog niet inzichtelijk, maar zijn wel als financiële risico’s benoemd bij de fusie.
- 66 -
Veranderingen gedurende 2014 in het belang dat de gemeente in de verbonden partijen heeft. In 2014 zijn een aantal provinciale taken overgegaan naar de gemeente, welke weer zijn uitbesteed aan de ODrU. Hiervoor ontvangt de gemeente budget vanuit het gemeentefonds waarmee de ODrU kan worden betaald voor de uitvoering van de provinciale VTH-taken. Voor 2014 was er een positief resultaat te noteren van ruim € 30.000 (ontvangen bijdrage gemeentefonds - /- kosten ODrU uitvoering VTH taken). In 2014 heeft Vianen besloten om in 2015 terug te gaan van 4.750 uur naar 4.500 uur. Hiervoor is een eenmalige afkoopsom betaald van ruim € 60.000. Werkelijk eigen vermogen jaar 2014 Begin boekjaar -/- € 1.1 miljoen Einde boekjaar -/- € 0.35miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2014 Begin boekjaar € 3.8 miljoen Einde boekjaar € 2.5 miljoen Risico’s 1. De ODrU begroting voor 2015 is structureel sluitend en geeft een doorkijk naar de periode 2016- 2019 middels de meerjarenbegroting op basis van de cijfers van 2015. Daarmee is een solide basis van een gezonde financiële huishouding voor de komende periode. Kanttekening hierbij is dat er geen inzicht is in het weerstandsvermogen. De kans is dus aanwezig dat eventuele nieuwe financiële tegenvallers direct voor de rekening van de eigenaar-gemeentes komen. 2. De overheveling van de provinciale taken naar de gemeente en de daaruit voortvloeiende mandatering aan de ODrU van de taken, vraagt om voortdurend toezicht op dit proces. Voor de taken ontvangt de gemeente immers een bijdrage vanuit het gemeentefonds waarmee de ODrU kan worden betaald. Voor 2014, en waarschijnlijk 2015, pakt het verschil in kosten en bijdrage vanuit het gemeentefonds positief uit. Hoe deze bijdrage er vanaf 2015 uitziet en welke kosten hieraan zijn verbonden, is nog niet duidelijk. 3. De ODrU geeft aan dat als de huidige, en begrote urenafname op grond van de contracten niet meerjarig gewaarborgd kan worden, dit financiële consequenties kan hebben voor deelnemende gemeenten; bijvoorbeeld een gedeeltelijke of gehele uittreding uit de Gemeenschappelijke Regeling. In dat laatste heeft het AB van de ODrU het laatste woord. Overige risico’s van niet financiële aard die onderkend moeten worden zijn: De mogelijke samenvoeging van de ODrU en de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht (RUD). Op welke termijn dit moet gaan gebeuren en welke kosten hieraan verbonden zijn is nog niet duidelijk. Voorlopig is het uitgangspunt dat beide partijen hun organisatie eerst financieel en bedrijfsmatig op orde krijgen. Bureau Openbare Verlichting Lek- Merwede Vestigingsplaats: Hardinxveld-Giessendam Doel Het doel van het Bureau Openbare Verlichting (OVL) is het strategisch en operationeel beheer van het areaal openbare verlichting in de gemeente effectief en efficiënt te laten verlopen. Programma 3 Leefbaar Deelnemende partijen Gemeenten Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik Ido Ambacht, Leerdam, Nederlek, Papendrecht, Vianen, Zederik en Molenwaard (voorheen Graafstroom, Liesveld en Nieuw-Lekkerland) Openbaar belang dat wordt behartigd Openbare verlichting. Bestuurlijk belang Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door de portefeuillehouders van de deelnemende gemeenten. De gemeente Vianen wordt in het Algemeen Bestuur vertegenwoordigd door wethouder dhr. M.F.M. Meurs Financieel belang De gemeente betaalt jaarlijks een bijdrage die wordt bepaald op basis van het aantal lichtmasten. De bijdrage per lichtmast in 2014 is € 7,88. De totale bijdrage voor het basis onderhoud 2014 is geraamd op € 36.500. Werkelijk eigen vermogen jaar 2013 Begin boekjaar € 0.4 miljoen Einde boekjaar € 0.2 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2013
- 67 -
Jaarstukken 2014
Begin boekjaar € 0.3 miljoen Einde boekjaar € 0.3 miljoen Risico’s In 2014 is geen sprake geweest van risico’s. Ontwikkelingen 2014 Bureau OVL heeft zich gericht op de aansluiting van meerdere gemeenten. Op deze manier kan meer samenwerkingsvoordeel gerealiseerd worden. Ook is ingezet op kennisuitwisseling en samenwerking met gemeente Rotterdam om de werkzaamheden van netbeheerder Stedin te verbeteren. Door aanpassingen in de beheersoftware is de afhandeling van storingen verder verbeterd. Verder hebben diverse pilots plaatsgevonden met innovatieve en duurzame systemen en technieken. Beleidsvoornemens De ambitie van de overheid is om bij al haar inkopen duurzaamheid als criterium mee te nemen. Om de doelstellingen te bereiken zijn duurzaamheidcriteria ontwikkeld. In 2014 heeft bureau OVL de deelnemende gemeente onder meer vertegenwoordigd bij verschillende overlegstructuren voortkomend uit het energieakkoord. Ook hebben in 2014 verschillende pilots plaatsgevonden met innovatieve en duurzame systemen en technieken. Naast het uitvoeren van beheer en onderhoud heeft bureau OVL zich meer gericht op projecten. Overige relevante gegevens n.v.t. Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht (RHCZOU) Vestigingsplaats: Wijk Bij Duurstede Doel Voldoen aan de wettelijke eisen zoals weergegeven in de Archiefwet 1995. Komen tot een historisch archief dat toegankelijk is voor burgers, onderzoekers en andere belangstellende. Waarbij het archief toekomstbestendig is door de documenten op de wettelijke vereisten te behouden en beheren. Daarnaast zullen ook de werkzaamheden voor de museale collectie door het Regionaal Historisch Centrum worden uitgevoerd. Er dient nog overleg plaats te vinden tussen het RHC, gemeente en het Stedelijk Museum over de precieze invulling. Programma 3 Leefbaar Deelnemende partijen Gemeenten Bunnik, Houten, Utrechtse heuvelrug, Rhenen, Wijk bij Duurstede en Vianen Openbaar belang dat wordt behartigd Toegankelijkheid voor burgers en andere belangstellenden/belanghebbenden. Het historisch archief op een goede manier behouden. Bestuurlijk belang Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door de portefeuillehouders van de deelnemende gemeenten. De gemeente Vianen wordt in het Algemeen Bestuur vertegenwoordigd door burgemeester dhr. W.G. Groeneweg Financieel belang De gemeente betaalt jaarlijks een bijdrage ad € 61.000 Jaarrekening 2013 RHCZOU eigen vermogen Begin saldo € 0,7 miljoen Eind saldo € 0.6 miljoen Jaarrekening 2013 RHCZOU vreemd vermogen Begin saldo € 0.3 miljoen Eind saldo € 0.3 miljoen Risico’s n.v.t. Ontwikkelingen 2014 Sinds 1 januari 2014 aangesloten. Hierdoor beschikken we over een wettelijk verplichte archivaris. Maart 2014 is het historisch archief en zijn de platte materialen verhuisd. Samen met een projectleider en RHC zijn de museale voorwerpen geregistreerd in Adlib. De archiefverordening opnieuw vastgesteld. Tijdblok 1986 – 1996 overgebracht naar archiefbewaarplaats, ontsloten en openbaar gemaakt. Beleidsvoornemens
- 68 -
Voldoen aan de wettelijke vereisten zoals weergegeven in de Archiefwet 1995 Overige relevante gegevens Met de Stichting Stedelijk Museum en het RHC zijn er gesprekken gaande betreft taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot onderhoud en beheer van de museale collectie N.a.v. adviesrapport dienen er betreffende de museale voorwerpen nog werkzaamheden te worden uitgevoerd.
B.
Overige verbonden partijen
B.1 Deelnemingen Vanuit het oogpunt van het behartigen van het publieke belang, is de Gemeente Vianen ook in het bezit van de aandelen in enkele vennootschappen (deelnemingen). N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) BNG is een bankier voor overheden en met overheden verbonden instellingen en bedrijven op het terrein van volkshuisvesting, openbaar nut, onderwijs en gezondheidszorg. Vestigingsplaats: Den Haag Doel Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak. De strategie van de bank is gericht op het behouden van substantiële marktaandelen in het Nederlands maatschappelijk domein en het handhaven van een excellente kredietwaardigheid (Triple A). BNG keert dividend uit en levert daarmee een bijdrage aan de Algemene middelen. Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen Deelnemende partijen De bank is een structuurvennootschap. Het rijk bezit de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, provincies en één waterschap. Openbaar belang dat wordt behartigd Er zorg voor dragen dat haar klanten zo goedkoop mogelijk aan financiering kunnen komen, zodat de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger zo laag mogelijk kunnen zijn. Bestuurlijk belang De gemeente heeft als aandeelhouder stemrecht in de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Vianen wordt vertegenwoordigd door wethouder Dhr. L.A. Wijnmaalen. Financieel belang De bank is een structuurvennootschap. De Staat is houder van de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, provincies en een waterschap. De gemeente Vianen bezit 22.698 aandelen van € 2,50 nominaal per aandeel. Elk jaar keert de bank een dividend uit. Voor 2014 is dit € 28.826. De bank is per 1 januari 2005 vennootschapsbelastingplichtig geworden. Hierdoor is het dividend niet meer gefixeerd, maar zal het afhankelijk worden van het bedrijfsresultaat. Werkelijk eigen vermogen jaar 2014 Begin boekjaar € 3.430 miljoen Einde boekjaar € 3.582 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2014 Begin boekjaar € 127.753 miljoen Einde boekjaar € 149.923 miljoen Ontwikkelingen jaar 2014 De nettowinst van de BNG daalde in 2014 naar € 126 miljoen, het jaar ervoor was dit nog € 283 miljoen. Het is de tweede achtereenvolgende winstdaling voor de bank. Zowel het renteresultaat als het resultaat van financiële transacties krompen. Ook voor 2015 zal de dalende trend naar verwachting doorzetten. Lagere rente en minder vraag naar leningen De daling van het renteresultaat heeft te maken met de lage rente, waardoor BNG zijn overtollige middelen minder rendabel kon uitzetten. Daarnaast had BNG te maken met minder vraag naar leningen. De nieuw verstrekte langlopende kredietverlening was in 2014 met € 9,2 miljard bijna € 3 miljard lager dan een jaar eerder. Zowel de economische omstandigheden als nieuwe wet- en regelgeving voor, hebben ertoe geleid dat met name gemeenten en woningcorporaties terughoudender zijn geworden in het doen van investeringen.
- 69 -
Jaarstukken 2014
Kapitaalpositie De leverage ratio van de BNG — een methode om de kapitaalpositie van een bank te meten — lag eind 2014 op 2,0%. Maar als de herwaarderingsreserve en de winstreservering over 2014 worden meegenomen, komt de ratio uit op 2,3%. Door zijn speciale karakter ligt deze ratio bij BNG lager dan bij banken als ABN Amro en ING. Door winstinhouding en de uitgifte van een hybride lening eind 2017 zal de BNG naar verwachting kunnen voldoen aan de huidige Europese minimumeis van 3%. Minister Dijsselbloem van Financiën wil voor banken afwijken van de Europese eis en een minimum verplichten van 4%. De minister heeft aangegeven dat wat hem betreft voor BNG Bank de minimumeis van 3% blijft gelden. De leverage ratio valt bij BNG Bank lager uit doordat deze graadmeter geen rekening houdt met de risico's op de uitstaande leningen. De staatsgarantie op het — relatief grote — leningenboek van BNG speelt hierin dus geen rol, waardoor de ratio lager uitkomt. ECB De ECB hanteert in haar toezicht een eigen uitleg van de boekhoudregels, waardoor banken vorig jaar in de balanstest soms extra voorzieningen moesten treffen of extra moesten afboeken. In het geval van BNG Bank gaat het om leningen waarop een garantie van de Britse overheid zit. Bij de wet- en regelgeving valt te denken aan de herziene woningwet, die nu bij de Eerste Kamer ter goedkeuring ligt en tot onzekerheid heeft geleid bij woningcorporaties over hun investeringsmogelijkheden. Verder speelt de verhuurdersheffing een rol. Bij gemeenten hebben de decentralisaties tot onzekerheid geleid over financiële positie en investeringsruimte. Dividend bank keert van de winst € 32 miljoen uit aan de aandeelhouders (50% rijksoverheid, de rest vooral gemeenten), wat duidelijk minder is dan de ruim € 70 miljoen een jaar eerder.
De
Oasen NV Vestigingsplaats: Gouda Doel De betrokkenheid van de gemeente bij Oasen is ingegeven door de wezenlijk maatschappelijke behoefte aan drinkwater binnen onze gemeentegrenzen. De gemeente tracht door in het bedrijf te participeren aan haar maatschappelijke taak te voldoen om ten behoeve van de inwoners van de gemeente de drinkwatervoorziening duurzaam te verzorgen. Door het bundelen van de krachten met andere gemeenten hierbinnen kunnen daarnaast belangrijke schaalvoordelen worden behaald. Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen Deelnemende partijen 36 gemeenten Openbaar belang dat wordt behartigd Het dragen van medeverantwoordelijkheid voor de gezondheid door het duurzaam leveren van veilig en betrouwbaar drinkwater en een duurzame samenleving met zorg voor de bescherming van natuur en milieu. Daarbij noemt Oasen als belangrijkste milieuaspecten het voorkomen van verdroging of vernatting het gebruik van duurzame energie, een verantwoorde omgang met reststoffen en een ecologisch verantwoord beheer van waterwingebieden. Bestuurlijk belang De belangrijkste bevoegdheid (via stemrecht) van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders is het goedkeuren van de jaarrekening en het vaststellen van de prijzen voor de consumentenmarkt en de meerjaren investeringsplannen. De gemeente Vianen wordt vertegenwoordigd door wethouder Dhr. L.A. Wijnmaalen. Financieel belang Oasen is een structuurvennootschap. Er zijn 748 aandelen geplaatst bij de gemeenten. Per 1.000 inwoners heeft een gemeente recht op één aandeel. De gemeente Vianen bezit 20 aandelen van nominaal € 9.076. In 1998 is het aantal aandelen gefixeerd. Wijziging van het aantal aandelen zal alleen plaatsvinden bij sterke
- 70 -
fluctuatie van het aantal inwoners. Er wordt geen dividend uitgekeerd. Werkelijk eigen vermogen jaar 2013 Begin boekjaar € 81.916 (x1.000) Werkelijk vreemd vermogen jaar 2013 Begin boekjaar € 111.852 (x1.000)
Einde boekjaar € 86.019 (x1.000) Einde boekjaar € 114.863 (x1.000)
NV Eneco Vestigingsplaats: Rotterdam Doel De betrokkenheid van de gemeente bij de NV Eneco is ingegeven door de maatschappelijke belangen die gemoeid zijn met een goede energievoorziening. Eneco zorgt voor continu beschikbare, veilige en toekomstgerichte energievoorziening aan particuliere en zakelijke eindgebruikers. Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen Deelnemende partijen Alle aandelen zijn in handen van 64 Nederlandse gemeenten. Openbaar belang dat wordt behartigd: zie omschrijving bij doel. Bestuurlijk belang De gemeente heeft als aandeelhouder stemrecht in de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Vianen wordt vertegenwoordigd door wethouder Dhr. L.A. Wijnmaalen. Financieel belang De gemeente Vianen bezit 56.417 aandelen van € 100 nominaal. Het gemeentelijk aandeel in Eneco bedraagt 1,13 %. Het dividend in de jaarrekening 2014 bedraagt € 1.163.319 Werkelijk eigen vermogen jaar Eneco 2014 Begin boekjaar € 4.593 miljoen Einde boekjaar € 5.188 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2014 Begin boekjaar € 4.610 miljoen Einde boekjaar € 4.789 miljoen
Ontwikkelingen 2014 Eneco Groep boekte over 2014 een omzet van € 4.590 miljoen en een netto resultaat van € 206 miljoen. Dit is een daling met resp. 13 en 15 % ten opzichte van 2013, toen een omzet van € 5.251 en een netto resultaat van € 242 miljoen werden gerealiseerd. De brutomarge op de levering en transport van gas, elektriciteit en warmte en de diensten die daarmee verband houden daalde met € 172 miljoen ( -10%) tot € 1.577 miljoen. Deze marge is o.a. beïnvloed door weersomstandigheden en de verlaging van de gereguleerde tarieven voor energietransport. Daarnaast verminderde Eneco Groep haar belang in de gasgestookte opwekking van elektriciteit. De bedrijfskosten waren met € 1.461 miljoen, € 118 miljoen lager dan vorig jaar. Het bedrijfsresultaat (EBIT) is uitgekomen op € 363 miljoen, dit is ca. 8% (€ 32 miljoen) lager dan in 2013.
- 71 -
Jaarstukken 2014
BV Vrijstad Vianen Maatschappij tot Stadsherstel Vestigingsplaats: Vianen Doel De BV Vrijstad richt zich op restauratie, opbouw, herbouw en exploitatie van gebouwen en bouwwerken in het belang van de volkshuisvesting en in het bijzonder van panden die ingeschreven staan in het Rijksmonumenten register en verloren dreigen te gaan. Programma 6 Cultuur en recreatie Deelnemende partijen De BV Vrijstad is een “besloten vennootschap”, maar werkt meer als een stichting. Door uitgifte van nieuwe aandelen heeft woningbouwcorporatie LEKSTEDEwonen een meerderheidsbelang in voorjaar 2009 verworven van de aandelen in de BV Vrijstad. Na LEKSTEDEwonen bezit de gemeente Vianen het grootste aandelenkapitaal. Openbaar belang dat wordt behartigd Het behouden van het historische stadsgezicht. Bestuurlijk belang De BV Vrijstad wordt bestuurd door Bouwvereniging LEKSTEDEwonen. De raad van toezicht bestaat uit 5 leden. In de aandeelhoudersvergadering wordt de gemeente Vianen vertegenwoordigd door wethouder Dhr. L.A. Wijnmaalen. Financieel belang: De gemeente Vianen is aandeelhouder van de BV Vrijstad. De gemeente heeft aandelen in de BV Vrijstad omdat zij de doelstelling van de BV Vrijstad onderschrijft. Op de aandelen wordt geen dividend uitgekeerd. Het aandelenkapitaal bedraagt € 3.630. Werkelijk eigen vermogen jaar 2013 Begin boekjaar € 145.626 Eind boekjaar € 138.462 Werkelijk vreemd vermogen jaar 2013 Begin boekjaar € 194.367 Eind boekjaar € 204.160 Risico’s: Niet bekend. Ontwikkelingen 2014 In 2014 is de renovatie van het Regthuys (Dorpsstraat 25) voltooid. Voor zover nu bekend heeft de BV Vrijstad geen nieuwe plannen voor het renoveren van panden.
- 72 -
B2 Stichtingen In een enkel gevallen is gekozen voor de stichtingsvorm c.q. het deelnemen aan een stichting om langs die weg de publieke belangen te kunnen waarborgen. De hieronder opgenomen stichting is overigens een verbonden partij waarin de gemeente niet rechtstreeks deelneemt, maar die wel belangrijk is voor de behartiging van een bepaald publiek belang. Stichting Openbaar Onderwijs Alblasserwaard en Vijfherenlanden (O2A5) Vestigingsplaats: Arkel Doel Het geven van openbaar onderwijs aan scholen die onder haar gezag vallen, met inachtneming van artikel 46 van de Wet op het Primair Onderwijs, artikel 51 van de Wet op de Expertisecentra en artikel 42 van de Wet op het Voortgezet Onderwijs. Programma 2 Stimulerend Deelnemende partijen De gemeenten Vianen, Giessenlanden, Graafstroom, Leerdam, Liesveld, Lingewaal, Nieuw-Lekkerland en Zederik. Openbaar belang dat wordt behartigd Deze stichting wil de afzonderlijke krachten van de scholen bundelen om zo een extra bijdrage te leveren aan het onderwijs op de scholen. Samen staan de scholen sterk voor openbaar basisonderwijs, dat voor ieder kind toegankelijk is. Door onze diversiteit en kwaliteit willen we de kinderen voorbereiden op een maatschappij waarin we te maken hebben met veelzijdige meningen, waarden en gebruiken. Bestuurlijk belang Het bestuur van de Stichting bestaat uit een College van bestuur waar boven een Raad van Toezicht is geïnstalleerd. In de Raad van Toezicht hebben vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten zitting. Het Gemeenschappelijk Orgaan blijft in stand en functioneert als adviseur aan het College van Bestuur. De taken van de Raad van Toezicht houden het volgende in: Het houden van toezicht op besluiten van en het besturen door het College van bestuur; De Raad van Toezicht benoemt de bestuursleden. Het raad van Toezicht moet vooraf de ontwerpbegroting en de jaarrekening goedkeuren voordat het College van Bestuur die kan vaststellen. Vooraf wordt het gemeenschappelijk Orgaan in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen. De Raad van Toezicht is bij iedere wijziging van de statuten betrokken. De gemeente Vianen wordt in het Gemeenschappelijk Orgaan vertegenwoordigd door wethouder dhr. F.N.A. Meurs. Financieel belang De gemeente heeft geen rechtstreeks financieel belang meer in de stichting; de rijksvergoedingen ontvangt door de stichting zelf en zij doet ook haar eigen uitgaven. De Raad van Toezicht moet de begroting en jaarrekening goedkeuren. Die worden daarna ter kennisname aan de deelnemende gemeenteraden toegezonden. De kosten van de huisvesting van de scholen blijven voor rekening van de gemeente. De gemeente ontvangt hiervoor bijdragen uit het gemeentefonds, die gestort worden in de reserve huisvestingsvoorzieningen onderwijs. Werkelijk eigen vermogen jaar 2013 Begin boekjaar € 3,14 miljoen Einde boekjaar € 3,46 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2013 Begin boekjaar € 4,34 miljoen Einde boekjaar € 4,28 miljoen Risico’s Het risico bestaat dat, wanneer het stichtingsbestuur wanbeleid voert ten gevolge waarvan de scholen in de financiële problemen komen en in hun voortbestaan worden bedreigd, de gemeente dan én het bestuur moet overnemen én de financiële problemen moet oplossen. In het kader van de financiële gelijkstelling kan dit meteen gevolgen hebben voor de doorbetaling aan het bijzonder onderwijs. Vermindering rijksvergoedingen De Rijksbekostiging van de scholen is afhankelijk van de aantallen leerlingen die de desbetreffende scholen
- 73 -
Jaarstukken 2014
bezoeken. De leerlingentellingen laten vanaf 1 oktober 2011 een absolute daling in aantallen zien. De prognoses die voor de (openbare) basisscholen in 2012 zijn vastgesteld, bevestigen een doorgaande dalende tendens. De Rijksbekostiging zal daardoor verminderen. Omdat de gemeente risicodraagster is, zal alert gereageerd moeten worden op de financiële consequenties met effectieve maatregelen. Het schoolbestuur ziet deze dalende tendens eveneens en heeft daarom al maatregelen aangekondigd. Beheersmaatregel Jaarlijks wordt de rekening gecontroleerd door onafhankelijke accountants. Daarop wordt een accountantsverklaring afgegeven. Een exemplaar daarvan wordt doorgezonden naar het ministerie van Onderwijs voor de besteding van de ontvangen rijksmiddelen. Er is verder geen instantie die controle uitoefent op de bedrijfsvoering. Wel worden strategische en beleidszaken en de (financiële) gevolgen daarvan in het Gemeenschappelijk Orgaan besproken. Ontwikkelingen 2014 Onder het motto “Meer met Minder” heeft de stichting ingezet op bezuiniging zonder verlies van kwaliteit. De bezuiniging is ingegeven door de tendentieuze daling van leerlingenaantallen met vermindering van de Rijksbekostiging als gevolg. Beleidsvoornemens De stichting bestaat sinds 1 januari 2007. Veel zaken zijn inmiddels ontwikkeld, zoals een meerjarenramingperspectief, een doorkijk naar financiële posities, benchmarking en dergelijke. In de komende tijd besteedt het bestuur aandacht aan de financiële situatie als gevolg van de dalingen van leerlingenaantallen. Overige relevante gegevens Voor een statutenwijziging is goedkeuring nodig van de gemeenteraden. De gemeenteraden kunnen de stichting ontbinden, na overleg met het bestuur, op grond van de wettelijke maatstaf. De gemeenteraad van een van de gemeenten kan op elk moment beslissen (maar niet binnen de eerste vijf jaar na datum van oprichting of toetreding) om de school of scholen waarvan de instandhouding is overgedragen, opnieuw zelf in stand te houden of aan een andere rechtspersoon over te dragen. Stichting Inkoop Bureau Midden Nederland (IBMN) In 2009 heeft Vianen een contract afgesloten met de stichting IBMN en daarmee is de inkoopfunctie ondergebracht bij het IBMN. De inkoopfunctie is vanaf 2010 ingevuld. Vestigingsplaats: Vianen Doel Het doel van IBMN is om naast financiële, kwalitatieve en procesmatige voordelen voor haar leden te behalen, inkoop in te zetten als strategisch en tactisch instrument voor waardecreatie. De dienstverlening is gericht op de professionalisering van het inkoop- en aanbestedingsbeleid van elke deelnemende gemeente. De inkopers begeleiden zowel individuele als gezamenlijke inkoop- en aanbestedingstrajecten, helpen bij het opstellen van het inkoop- en aanbestedingsbeleid en fungeren als vraagbaak/helpdesk op het gebied van inkoop- en aanbesteding. Programma 6 Algemene dekkingsmiddelen Deelnemende partijen Een samenwerkingsverband tussen de gemeente Stichtse Vecht (Breukelen, Loenen en Maarssen), Montfoort en De Ronde Venen. Naast deze oprichtingsgemeenten zijn de gemeenten Scherpenzeel, Leusden, IJsselstein, Woudenberg, Bodegraven-Reeuwijk en Vianen toegetreden tot de stichting. Bestuurlijk belang De gemeente Vianen wordt in het algemeen bestuur vertegenwoordigd door de gemeentesecretaris. Financieel belang Op basis van een jaarlijks inkoopplan worden activiteiten uitgevoerd ten behoeven de gemeente Vianen. Voor deze activiteiten is een structureel budget beschikbaar van € 59.411,--. In 2014 is het aandeel van Vianen in het weerstandsvermogen van het IBMN € 8.837,--. Risico`s Eventuele juridische bijstand voor claims van derden naar aanleiding van afgesloten inkoopcontracten komen voor rekening van de gemeente.
- 74 -
F. Grondbeleid Deze paragraaf handelt over de invloed van de financiële gevolgen van ruimtelijke projecten. Op deze wijze wordt de samenhang tussen de projecten zichtbaar. Om de gemeenteraad in staat te stellen zijn kader stellende en controlerende taken adequaat te kunnen uitvoeren is een actueel en transparant inzicht in de actieve grondexploitaties en de geprognosticeerde resultaten noodzakelijk. Jaarlijks worden de actieve grondexploitaties geactualiseerd. Aan de hand van de vastgestelde ruimtelijke kaders, uitgangspunten en planning kunnen eventuele afwijkingen in programma, fasering en/of resultaat inzichtelijk worden gemaakt. Op 22 mei 2012 is de Nota Grondbeleid door de gemeenteraad vastgesteld. Deze nota omschrijft het gewenste grondbeleid van de gemeente Vianen en maakt aan burgers en marktpartijen kenbaar op welke wijze het grondbeleid wordt gehanteerd. De nota biedt handvatten op basis waarvan per locatie beoordeeld kan worden welk grondbeleid en welke samenwerkingsvorm het beste bij die ontwikkeling past. Waarom grondbeleid? Via grondbeleid kan een nadere invulling aan het uitvoeren van bepaalde programma’s worden gegeven. Gedacht kan worden aan groen, water, wonen, werken en recreëren. Tegelijkertijd kan het grondbeleid tot (extra) baten van de gemeente leiden, maar ook tot (extra) lasten. De eventuele baten, maar vooral de financiële risico’s van het grondbeleid zijn van belang voor de financiële positie van de gemeente en voor de exploitatie zelf. De Nota Grondbeleid is de basis voor vervolgrapportages. In mei 2015 zijn de grondexploitaties voor de projecten De Bleek, Gaasperwaard en Helsdingen geactualiseerd. Ook is in mei 2015 het Meerjaren Perspectief geactualiseerd. Het opstellen van een risicoanalyse grondexploitaties is in 2007 ter hand genomen. Dit heeft erin geresulteerd dat in iedere begroting en jaarrekening (paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing) de weerstandscapaciteit zal worden gerapporteerd. Financiële positie Voor de grondexploitaties is een algemene reserve grondexploitatie beschikbaar welke bedoeld is voor het opvangen van onvoorziene risico’s en indien nodig voor voeding van voorzieningen. Algemene reserve grondexploitatie Per 31 december 2014 bedraagt de reserve € 3.903.070.
- 75 -
Jaarstukken 2014
bij vrijval voorziening De Bleek bij vrijval voorziening Blankenborch af onttrekkingen/claims Helsdingen Algemene reserve grondexploitatie per 31-12-2014
af af bij af
€ € € €
436.206 25.677 -2.000.000 3.903.070
reeds besloten onttrekkingen/toevoegingen Herontwikkeling Hofplein Grondruil Gaasperwaard Grondverkopen MPG 2015
€ € € €
-330.000 -70.000 45.000 -2.054.749
vrij besteedbaar per 31-12-2014
€
1.493.321
Gronden nog niet in exploitatie De boekwaarde per 31 december 2014 van gronden welke nog niet in exploitatie zijn genomen bedraagt € 1.242.676. Voorziening gronden nog niet in exploitatie Voor gronden welke nog niet in exploitatie zijn genomen en waarvoor dus ook geen exploitatieberekening beschikbaar is, wordt een voorziening gevormd. Voor de vorming van de voorziening wordt als uitgangspunt gehanteerd dat de gronden in deze complexen gewaardeerd worden tegen de agrarische verkoopwaarde van € 5 per m². Voor de boekwaarde minus deze verkoopwaarde wordt een voorziening gevormd. De voorziening kan opgeheven worden op het moment dat de gronden in exploitatie genomen worden. Hieronder volgt een overzicht van de boekwaarden van de gronden nog niet in exploitatie en de daar tegenover staande voorziening:
Niet in exploitatie genomen complexen Boekwaarde complex per 31-12-2014 A. Overige gronden B. Coupure/Klaverkamp
Boekwaarde voorziening per 31-12-2014
-
1.277.191 -34.430
-
262.291
Totale boekwaarde €
1.242.761
€
262.291
Gronden in exploitatie De boekwaarde van de gronden in exploitatie, per 31 december 2014, bedraagt € 17.241.253. Voorziening gronden in exploitatie Voor geraamde verliezen van complexen in exploitatie zijn twee voorzieningen gevormd die samen per 31 december 2014 € 40.924 bedraagt.
- 76 -
Hieronder volgt een overzicht van de boekwaarden van de complexen in exploitatie en de daar tegenover staande voorziening voor geraamde verliezen: Boekwaarde Boekwaarde complex Voorziening per 31-12-2014 per 31-12-2014 A. Gaasperwaard 14.271.443 B. De Bleek 684.286 40.924 C. Helsdingen 2.285.524 Totaal 17.241.253 40.924
Beschrijving projecten Gaasperwaard In 2010 is de verkoop van Gaasperwaard gestart. Tot op heden is in totaal 9,5 ha grond uitgegeven. In 2014 is helaas geen grond uitgegeven. Wel zijn in 2014 gesprekken gestart met een vijftal verschillende partijen die mogelijk interesse hebben in aankoop van grond op Gaasperwaard. Sluiseiland
Medio 2013 is besloten het complex af te sluiten en voor lopende en komende uitgaven tot eind 2015 een voorziening te vormen. Voor het project is vervolgens een nieuwe ontwikkelstrategie geformuleerd die als kan worden samengevat: “laat de markt reageren op onze vraag”. Het formuleren van de daarvoor benodigde vraagspecificatie is in 2014 aangehouden in afwachting van een verbeelding van de ruimtelijke mogelijkheden op en rond het Sluiseiland. De ideeën voor het Sluiseiland zijn gespiegeld aan de gemeentelijke ambities voor de toekomst (Toekomstvisie Vianen 2025).
De Bleek
In het gebied worden 37 eengezinswoningen ontwikkeld. Op 6 maart 2009 is na een openbare aanbestedingsprocedure een koop- en realisatieovereenkomst afgesloten met Hegeman Bouwontwikkeling B.V. uit Almelo. Mei 2011 is gestart met de bouw van de woningen. Inmiddels zijn drie fasen gerealiseerd. Door de ontwikkelaar is eind 2014 in samenspraak met de gemeente voor de laatste fase 4 een alternatief woningtype ontwikkeld en op de markt gezet. Er blijkt veel interesse voor deze woningen.
Helsdingen
Op 1 september 2008 is met Ballast Nedam Ontwikkelingsmaatschappij een overeenkomst ondertekend voor de bouw van in totaal 165 woningen. De eerste fase (30 rijwoningen) en het appartementencomplex (circa 40 appartementen) zijn opgeleverd. In september 2014 is de overeenkomst vanwege tegenvallende verkoop/realisatie met Ballast Nedam echter schriftelijk beëindigd. Hierna is met een nieuwe ontwikkelende partij gesproken over een mogelijke doorstart van het project. Hierover dient in 2015 een besluit te worden genomen.
Hoef en Haag
Voor het mogelijk maken van de nieuwbouw van 1.800 woningen in Hoef en Haag als nieuw dorp aan de Lek in 2014 het bestemmingsplan met exploitatieplan en het beeldregieplan vastgesteld. Het bestemmingsplan is in 2014 – na beroep bij de Raad van State – onherroepelijk geworden.
Klaverkamp
In september 2014 heeft het college besloten het project Coupure/Klaverkamp, 2 locaties die sinds eind 2011 aan elkaar verbonden waren, uit elkaar te halen. Voor de locatie Klaverkamp is besloten het bestemmingsplan te herzien en om de gronden te verkopen ten behoeve van woningbouw.
- 77 -
Jaarstukken 2014
G. Lokale heffingen Deze paragraaf Lokale heffingen bevat: a. de geraamde en gerealiseerde inkomsten b. het beleid ten aanzien van de lokale heffingen c. een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen d. een aanduiding van de lokale lastendruk e. een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid
A.
Geraamde en gerealiseerde heffingen
Afvalstoffenheffing Overige inkomsten afvalstromen OZB Algemene dienstverlening (titel 1) Leef/omgevingsvergunning (titel 2) Dienstverlening vallend onder Europese dienstverl.(titel 3) Rioolafvoerrecht Graf en begraafrechten Hondenbelasting Week/jaarmarkt Precariobelasting Toeristenbelasting Staangeld Passantenhaven liggelden Totaal (basis belastingscenario)
Begroot 2014 € 1.704.325 € 9.795 € 3.651.400 € 424.138 € 699.025 € 12.305 € 2.091.439 € 211.123 € 126.332 € 45.360 € 20.837 € 110.000 € 2.546 € 22.660 € 9.131.285
Gerealiseerd 2014 € 1.702.429 € 9.191 € 3.645.764 € 380.151 € 625.061 € 7.102 € 2.129.639 € 236.571 € 125.429 € 44.020 € 19.388 € 108.861 € 2.553 € 21.692 € 9.057.850
Verschil € 1.896 € 605 € 5.636 € 43.987 € 73.964 € 5.203 -€ 38.200 -€ 25.448 € 903 € 1.340 € 1.449 € 1.139 -€ 7 € 968 € 73.435
Het nadelige verschil, ad € 73.435,- wordt grotendeels veroorzaakt door een lagere opbrengst van de bouwleges (titel 2) en de algemene dienstverlening (titel 1). Daarnaast was er een hogere opbrengst van de leges voor rioolrecht en graf- en begraafrechten.
B. Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen 1. De tot op heden gevolgde systematiek (belastingscenario) voor belastingen en tarieven dient als uitgangspunt gehanteerd te blijven. Hierbij gelden de principes van kostendekkendheid, profijtbeginsel en de vervuiler betaalt 2. Aanpassingen geschieden trendmatig C. Overzicht op hoofdlijnen van de afvalstoffenheffing en de rioolrechten Onder a worden alle geraamde en werkelijke inkomsten weergegeven. Hieronder worden de lasten, de baten en de kostendekkingspercentages van de afvalstoffenheffing en de rioolrechten
- 78 -
De lasten die gedekt moeten worden door de heffingen en de andere inkomsten bedragen: * Begroting 2014 Gerealiseerd 2014 Lasten Baten Lasten Baten Afvalstoffenheffing 1.704.325 1.812.145 106% 1.630.556 1.702.428 104% Rioolrechten 2.111.319 2.041.020 97% 2.160.096 2.137.093 99%
Kostendekking De tarieven en de kostendekking worden bepaald op basis van de gegevens uit de primaire begroting. De begroting wordt via bestuursrapportages (BR) aangepast. Structurele wijzigingen worden betrokken bij de volgende begroting waar de tarieven en de kostendekking worden bepaald. BBV In november 2014 heeft de commissie Besluit begroting en verantwoording (Bbv) een notitie Riolering (ook van toepassing voor de afvalstoffenheffing en begraafrechten) uitgebracht. Deze notitie bevat een uitwerking van de Bbv-wijzigingen van juni 2013 en geeft richtlijnen voor de toepassing daarvan. In deze paragraaf wordt ingegaan op de effecten van deze notitie. Afvalstoffenheffing Ten opzichte van 2013 is het tarief met 5,95 % gedaald. Tarieven 2014 ten opzichte van 2013: • 140 liter grijs en 140 liter groen • Ondergrondse inzameling • 240 liter grijs en 140 liter groen • Extra 140 liter groen • Extra 240 liter grijs
van van van van van
€ 193,98 € 193,98 € 262,78 € 33,45 € 81,22
naar naar naar naar naar
€ 182,44 € 182,44 € 247,14 € 31,46 € 76,39
In werkelijkheid is de kostendekking uitgekomen op 104 % voor de afvalstoffenheffing. De belangrijkste oorzaken van de lagere lasten van de afvalstoffenheffing ten opzichte van de begroting zijn • Voordeel kosten Gemeenschappelijke regeling; Minder huishoudelijk afval en gft-afval bij de AVU is aangeboden dan begroot. • Voordeel op Kapitaallasten; uitgestelde vervangingsinvestering vuilniswagen
Voorziening Afvalstoffenheffing Vanwege de nieuwe BBV- regels is in 2014 een nieuwe voorziening Afvalstoffenheffing gevormd. In deze voorziening dienen lagere lasten van de uitgestelde activiteiten (géén efficiency-verschillen) op de afvalstoffenheffing te worden gestort. Met betrekking tot de afvalstoffenheffing: • Er is sprake van minder lasten vanwege uitgestelde investeringen ad € 29.620. Dit bedrag wordt gestort in de voorziening. Rioolrecht Het rioolrecht 2014 is ten opzichte van 2013 gestegen met 3%. Het tarief is van € 241,02 naar € 248,25 gestegen.
- 79 -
Jaarstukken 2014
Vanwege deze nieuwe BBV- regels is in 2014 een nieuwe voorziening Riool gevormd. In deze voorziening dienen lagere lasten (géén efficiency-verschillen) op het product Riolering te worden gestort. Het bedrag uit de voorziening, kan in latere jaren worden ingezet om extra kosten in een bepaald jaar te dekken of om het tarief in een later jaar niet of minder te laten stijgen. In 2014 zijn er minder lasten (€ 21.086) op het product riolering gemaakt (energie, actualisatie GRP). Dit bedrag is conform de nieuwe wetgeving per 31 december 2014 gestort in de voorziening. Het overschot op de baten van het product riool is niet gestort in de voorziening , maar vrijgevallen in het rekeningresultaat 2014 Het resultaat van het rioolrecht is niet rechtstreeks te herleiden naar het resultaat op het product Riolering. In de berekening van het brede rioolrecht wordt naast BTW, ook kosten van baggeren, beschoeiingen en een deel van de kosten van straatvegen meegenomen. Over 2014 is een kostendekkendheid van het rioolrecht gerealiseerd van 99% (de kosten waren 1% hoger dan de baten). Dit is de reden waarom het overschot op het product Riolering niet is gestort in de voorziening. Verhoging rioolrecht (begroting 2015) In de begrotingsraad 2015 is toegezegd dat er nader wordt ingegaan op de verhoging van het rioolrecht 2015. De lasten die in de begroting 2015 meegenomen worden in de rioolheffing nemen toe met afgerond € 58.000. De kosten in de begroting 2015 zijn 3% hoger dan de baten. Het uitgangspunt is dat we zoveel mogelijk kostendekkend willen zijn, hierdoor is er een stijging in de baten nodig. Daarmee blijft het kostendekkingspercentage uit de begroting 2015 op 97% (dit is hetzelfde percentage als in de begroting 2014). De begrote kosten zijn ten opzichte van de begroting 2014 gestegen met € 58.000 . In onderstaande tabel wordt de belangrijkste verschillen toegelicht . Uren Kapitaallasten riolering, baggeren en beschoeiingen (als gevolg van een inhaalslag investeringen) Storting in voorziening baggeren conform toename in onderhoudsplan baggeren Eenmalige kosten achterstallig onderhoud (lager door inhaalslag 2013) Div. kleinere posten
€ 67.000 € 170.000 € 53.000 € -250.000 € 18.000 € 58.000
Grafrecht Vanwege de nieuwe BBV-regels in 2014 is ook voor de grafrechten een voorziening gevormd. In deze voorziening worden de lagere lasten van uitgestelde activiteiten gestort. Daarnaast worden er hogere opbrengsten gestort, die het gevolg zijn van het realiseren van grotere aantallen dan begroot. De tarieven zijn in 2014 gelijk gebleven. Door de storting in de voorziening blijft het kostendekkingspercentage grafrechten 100%. Over 2014 is € 41.035 gestort in de voorziening Begraven. Dit bedrag is als volgt opgebouwd: • Meer afkoop onderhoud graven dan begroot € 26.538 • Achterblijven kapitaallasten door latere uitvoering investeringen ‘Ruimen graven’ en ‘Herinrichting begraafplaats Sparrendreef en Everdingen € 14.497
- 80 -
D.
Lokale lastendruk
OZB De tarieven 2014 zijn verhoogd met 3 %. Verder zijn de tarieven ten opzichte van 2013 aangepast in verband met de hertaxatie naar de peildatum 1-1-2013 (belastingjaar 2014). Hierbij is de waardeverlaging van de woningen met 5,7 % en de niet-woningen met 4,4 % aangepast. OZB als percentage van de waarde Per 1 januari 2009 is de tariefstelling per 2.500 euro waarde-eenheid van een onroerend goed vervangen door een percentage van de waarde. De stijgingen voor eigenaren en gebruikers zijn ten opzichte van 2013 • Eigenaren woningen van 0,0925 % naar 0,0953 % • Gebruikers woningen, is afgeschaft • Eigenaren niet-woningen van 0,1860% naar 0,1916 % • Gebruikers niet-woningen van 0,1509 % naar 0,1554 %
Onroerende Zaakbelasting
Opbrengsten O.Z.B. Woningen/eigenaren O.Z.B. Woningen/gebruikers Totaal woningen
Begroot 2014
Werkelijk 2014
€ € €
1.880.400 € 0 € 1.880.400 €
1.880.544 0 1.880.544
O.Z.B. Niet-woningen/eigenaren € O.Z.B. Niet-woningen/gebruikers € Totaal niet-woningen €
1.066.863 € 704.137 € 1.771.000 €
1.072.336 692.884 1.765.220
Totale opbrengsten €
3.651.400 €
3.645.764
Belastingdruk De belastingdruk bestaat uit OZB, rioolrecht en afvalstoffenheffing. Belastingdruk (enkele voorbeelden). OZB waarde
2013
2014
Toename in €
Toename in %
huish. 140 liter cont. met huurwoning
nvt
435,00
430,69
-4,31
-1,0%
huish. 240 lit. cont. met huurwoning
nvt
503,80
495,39
-8,41
-1,7%
huish. 140 liter cont. met eigen woning
175.000 225.000 300.000
596,88 643,13 712,50
597,47 645,12 716,59
0,59 1,99 4,09
0,1% 0,3% 0,6%
huish. 240 lit. cont. met eigen woning
175.000 225.000 300.000
665,68 711,93 781,30
662,17 709,82 781,29
-3,51 -2,11 -0,01
-0,5% -0,3% 0,0%
- 81 -
Jaarstukken 2014
In deze vergelijking is er vanuit gegaan dat de woning niet in waarde is gestegen of gedaald, een 1 persoonshuishouden een 140 liter grijs en groene container heeft en een meerpersoonshuishouden een 240 liter grijs en een 140 liter groene container. E. Kwijtscheldingsbeleid Voor mensen met een minimum inkomen en weinig/geen vermogen bestaat de mogelijkheid van gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de lokale belastingen. De regels voor het toekennen worden bepaald door de rijksoverheid, neergelegd in de Uitvoeringsregeling Invorderingswet. Deze regels komen erop neer dat kwijtschelding mag worden verleend aan belastingplichtigen, die een inkomen hebben dat niet hoger ligt dan de bijstandsnorm. De gemeente Vianen hanteert de zogenaamde 100%-norm, hetgeen betekent dat inwoners van Vianen met inkomen op bijstandsniveau in beginsel voor kwijtschelding in aanmerking komen.
Aantal aanvragen Aantal toewijzingen In Euro's: Rioolafvoerrecht Afvalstoffenheffing
werkelijk 2014 werkelijk 2013 werkelijk 2012 werkelijk 2011 497 475 479 411 419 389 367 295
€ 91.722 € 81.921 € 173.643
€ 89.326 € 82.443 € 171.770
€ 78.216 € 71.290 € 149.506
€ 66.476 € 61.779 € 128.255
Het aantal aanvragen en toewijzingen is gestegen t.o.v. 2013. Een analyse ontbreekt. Waarschijnlijk is dit een gevolg van de gewijzigde economische situatie.
- 82 -
Jaarrekening 2014 bestaande uit: • de balans • de waarderingsgrondslagen • toelichting op de balans • overzicht baten en lasten jaarrekening • toelichting op de baten en lasten jaarrekening • bijlage SISA verantwoordingsinformatie
- 83 -
Jaarstukken 2014
Balans per 31 december (in Euro) ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste activa
2014
2013
47.180
61.950
44.863.869 13.524.569
54.520.986 0
3.070.136
7.453.221
5.705.905
5.705.905
Leningen aan woningbouwcorporaties overige verbonden partijen Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd > 1 jaar Bijdragen aan activa in eigendom van derden
10.222.669 70.740
11.025.503 84.230
Totaal vaste activa
77.505.068
78.851.795
Vlottende activa Voorraden Grond- en hulpstoffen niet in exploitatie genomen bouwgronden overige gronden Onderhanden werk (gronden in exploitatie)
980.469 17.200.331
951.459 14.770.481
Uitzettingen met een looptijd < 1 jaar Vorderingen op openbare lichamen Overige vorderingen Overige uitzettingen
2.751.174 1.956.538 1.134.303
2.789.120 2.191.131 1.086.779
Liquide middelen - Kassaldi - Bank- en girosaldi
1.657 533.613
2.210 347.553
603.298
316.651
924.217
1.002.432
26.085.600
23.457.817
103.590.668
102.309.612
Materiële vaste activa Investeringen met een economisch nut Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter Bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven. Investeringen met maatschappelijk nut Financiële vaste activa Kapitaalverstrekkingen aan: deelnemingen gemeenschappelijke regelingen
Overlopende activa - van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen specifieke uitkeringen - Overige nog te ontvangen bedragen en vooruitbetaalde bedragen Totaal vlottende activa Totaal-generaal
- 84 -
PASSIVA
2014 €
2013 €
Eigen vermogen - Algemene reserve - Bestemmingsreserves -Gerealiseerd resultaat
6.979.086 38.066.800 1.583.475
8.719.536 45.665.635 -2.122.270
Voorzieningen - Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen, risico's - Onderhoudsegalisatievoorzieningen - Door derden beklemde middelen*
3.170.993 8.451.841 0
3.703.986 9.534.457 0
Vaste schulden met een looptijd > 1 jaar - Onderhandse leningen - Waarborgsommen
37.958.333 12.321
29.125.000 12.683
Totaal vaste passiva
96.222.849
94.639.028
0 456 3.926.499
0 0 4.299.448
755.082
1.316.588
2.685.782
2.054.548
Totaal vlottende passiva
7.367.819
7.670.584
Totaal-generaal
103.590.668
102.309.612
Gewaarborgde geldleningen
79.517.848
79.890.007
Vaste passiva
Vlottende passiva Netto vlottende schulden met een looptijd < 1 jaar - Kasgeldleningen - Bank- en girosaldi - Overige schulden Overlopende passiva - van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen, nog te besteden specifieke uitkeringen - Overige vooruitontvangen bedragen en nog te betalen bedragen
- 85 -
Jaarstukken 2014
Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Inleiding Bij het samenstellen van de jaarrekening is gehandeld naar de inhoud en de bedoelingen van het met ingang van 1 januari 2004 in werking getreden Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). Toegepast is het stelsel van lasten en baten, wat betekent dat de baten en lasten zijn toegerekend aan het jaar waarop zijn betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico´s worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. De dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening Vaste activa De waardering van de vaste activa vindt plaats op basis van de historische aanschafprijs. Specifieke subsidies of bijdragen van het rijk, provincie of derden zijn hierop in mindering gebracht. Compensabele BTW wordt niet geactiveerd. De activa worden gewaardeerd tegen historische aanschafprijs verminderd met de afschrijvingen. Het vastgoed met niet maatschappelijk functie wordt gewaardeerd tegen historische aanschafprijs minus afschrijvingen danwel tegen lagere marktwaarde (WOZ waarde). Afschrijving van de activa vindt in principe plaats volgens het lineaire systeem. Wordt hiervan afgeweken (volgens het annuïteitensysteem) dan wordt dit in het overzicht geactiveerde kapitaaluitgaven aangegeven. Voor het toepassen van de afschrijvingstermijn wordt uitgegaan van de verwachte gebruiks- of nuttigheidsduur van de investering. In de raad van december 2005 is de Nota activabeleid vastgesteld. Met deze nota bakent de raad de formele kaders af waarbinnen het college haar taken kan uitvoeren met betrekking tot het doen van investeringen en afschrijvingen. Investeringen die vanaf 2006 plaatsvinden worden afgeschreven in het eerste jaar na aanschaf, volgens onderstaande tabel.
Afschrijvingstabel Immateriële vaste activa
Maximaal 5 jaar (BBV)
Materiële vaste activa Gronden en terreinen Gebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Vervoermiddelen Machines, apparaten en installaties Computerapparatuur – en benodigdheden Inventaris en meubilair
Niet 40 jaar 10-55 jaar 5-15 jaar 5-20 jaar 3-10 jaar 10-20 jaar
Financiële vaste activa
Niet
- 86 -
Investeringen onder € 10.000 (exclusief hoofdfunctie 4, onderwijs) worden niet langer geactiveerd en direct ten laste van de rekening van baten en lasten gebracht. Voorraden De nog niet in exploitatie genomen bouwgronden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, dan wel lagere marktwaarde. Deze waarde is bepaald op € 5 per m², welke reëel is als opbrengst van agrarische grond. Als berekeningsgrondslag, voor de aan de bouwgrondexploitaties (tijdens het jaar) toegerekende rente, hebben de percentages gediend van rekening courant zoals de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten deze aan haar cliënten berekent. Voor de berekening van deze bedragen is per kwartaal beoordeeld de stand van de uitgaven en inkomsten op de betrokken functie 830 (gedeelte bouwgrondexploitatie) en vervolgens rente berekend. Op nog in exploitatie zijnde gronden wordt niet afgeschreven. De als ´onderhanden werken´ opgenomen complexen in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de historische kostprijs. Hierop is in mindering gebracht de voorziening voor de toekomstige verliezen van deze complexen. Liquide middelen en overlopende posten Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen. Voorzieningen Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die ter zake geformuleerd zijn. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen die is opgenomen in het jaarverslag is het beleid ter zake nader uiteengezet. Vaste schulden Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer. Overige overlopende activa en passiva De waardering van de overige activa en passiva geschiedt in het algemeen tegen nominale waarden. Wanneer hiervan wordt afgeweken, is dit in de toelichting bij de betrokken post vermeld. Borg en garantstellingen Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen.
- 87 -
Jaarstukken 2014
Toelichting op de balans per 31 december ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste activa Boekw. 31-12-14 a. Kosten onderzoek en ontwikkelling
€ €
Boekw. 01-01-14
47.180 47.180 €
61.950 61.950
Materiële vaste activa Boekw. 31-12-14
a. b. c. d. e. f. g.
a. b. c. d. e. f. g.
a. b. c d e
Investeringen met economisch nut gronden en terreinen woonruimten bedrijfsgebouwen grond-,weg-en waterbouwk.werken vervoermiddelen machines, apparaten en installaties overige materiële vaste activa
€ €
Boekw. 01-01-14
2.156.582 € 37.349.861 1.610.894 237.895 485.266 3.023.372 44.863.870 €
2.447.702 35.493.819 11.529.680 647.901 1.098.487 3.303.397 54.520.986
Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven gronden en terreinen € 232.946 € woonruimten bedrijfsgebouwen 8.873 grond-,weg-en waterbouwk.werken 12.413.205 vervoermiddelen 263.176 machines, apparaten en installaties 234.969 overige materiële vaste activa 371.399 € 13.524.568 € Investeringen met maatschappelijk nut gronden en terreinen bedrijfsgebouwen grond-,weg-en waterbouwk.werken machines, apparaten en installaties overige materiële vaste activa
Totaal materiële vaste activa
€ €
0 0 2.653.734 150.714 265.689 3.070.137
-
0 0 0 0 0 0 0 0
€
0 0 6.463.772 719.077 270.372 7.453.221
61.458.575 €
61.974.207
Materiële vaste activa kunnen worden onderscheiden in investeringen met een economisch nut en investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. In haar besluit van 25 juni 2013 introduceert de Commissie BBV daarnaast het begrip investeringen met een economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven (denk aan riool).
- 88 -
Verloop bedragen investeringen met economisch nut in € 1.000 Boekwaarde overboeken 1-1-2014 invest. desinv. nwe cat. bijdr.derden a. 2.448 0 0 -241 0 b. 0 c. 35.494 4.792 229 536 d. 11.530 1.557 98 -18.520 -3 e. 648 0 0 -656 3 f. 1.098 44 0 -1.204 0 g. 3.303 474 14 -357 0 54.521 6.867 341 -20.978 537
afschr. 50 2.171 -7.140 -249 -547 383 -5.332
Boekwaarde 31-12-2014 2.157 0 37.350 1.611 238 485 3.023 44.864
Grootste investeringen (> € 100.000) in € 1.000 Sportcentrum Helsdingen Vervoersvoorzieningen WMO Riolering; vervanging Dorpsweg/Schoolstraat Riolering; vervangen en renoveren Riolering; Wilhelminastraat Overboeken activa naar categorie waarvoor heffing kan worden geheven
€ 4.610 € 119 € 178 € 987 € 235 € 20.978-
Verloop bedragen investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven in € 1.000 Overboeken Boekw. 01-01-14 nwe cat. desinv. bijdr.derden afschr. Boekw. 31-12-14 a. 0 240 0 0 8 232 b. 0 0 0 0 0 0 c. 0 43 0 0 34 9 d. 0 20.837 0 0 8.424 12.413 e. 0 656 0 0 393 263 f. 0 526 0 0 291 235 g. 0 831 0 0 459 371 0 23.133 0 0 9.609 13.524
Grootste investeringen (> € 100.000) in € 1.000 Investeringen met economisch nut (overgeboekt) Investeringen met maatschappelijk nut (overgeboekt)
- 89 -
€ 20.978 € 2.155
Jaarstukken 2014
Verloop bedragen investeringen met maatschappelijk nut in € 1.000 Boekwaarde Overboeken 1-1-2014 invest. desinv. nwe cat. bijdr.derden b. 0 72 -54 126 c. 6.464 982 847 -2.155 -73 d. 719 22 0 2 e 270 298 292 0 7.453 1.374 1.086 -2.155 55
Boekwaarde 31-12-2014
afschr.
0 2.654 151 265 3.070
1.863 588 11 2.461
De bijdrage derde in het overzicht bij onderdeel c is per saldo negatief. Dit betreft onder andere een terugbetaling van een subsidie die in eerdere jaren in mindering is gebracht op het geactiveerde bedrag.
Grootste investeringen (> € 100.000) in € 1.000 Wegen; herinrichting van Duvenvoordestraat Groen; Achterstallig onderhoud groen Overboeken activa naar categorie waarvoor heffing kan worden geheven
€ 126 € 432 € 2.155-
Voor een overzicht van alle investeringen wordt verwezen naar het overzicht van de geactiveerde kapitaaluitgaven (staat C), opgenomen als bijlage in de ‘Productrekening 2014’.
Financiële vaste activa Boekw. 31-12-14 A. Kapitaalverstrekkingen aan: Aa . deelnemingen D. Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of langer E. Bijdragen aan activa in eigendom van derden
Boekw. 01-01-14
€ -
5.705.905 € 10.222.669 -
5.705.905 11.025.503
€
70.740 15.999.314 €
84.230 16.815.638
Het verloop van de financiële vaste activa was gedurende 2014 als weergegeven in onderstaand verloopoverzicht.
Verloop in bedragen x € 1.000
Aa. D. E.
DesAflossingen/ Boekw. 01-01-14 Investeringen investeringen afschrijvingen Afwaarderingen Boekw. 31-12-14 5.706 5.706 11.026 98 793 109 10.223 84 27 27 13 71 16.816 125 820 122 0 15.999
- 90 -
A. Kapitaalverstrekkingen Aa.
Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen
Per 31 december 2014 is deze post als volgt te specificeren: Aandelen NV B N G; 22.698 aandelen Aandelen Eneco; 56.417 aandelen Aandelen Oasen; 20 aandelen Deelname kapitaal BV Vrijstad
D.
€ €
51.500 5.641.699 9.076 3.630 5.705.905
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of langer
De post Overige langlopende leningen is uit de volgende leningen opgebouwd: Geldlening Sportclub Everstein Brede school Lening Stichting Vitaal dorp Verstrekte hypothecaire geldleningen aan ambtenaren Verstrekte leningen fietsplan Deelname St. Stimuleringsfonds Volkshuisvesting
Boekw. 31-12-14 627.500 4.051.479 10.500 4.397.186 11.027 1.124.977 € 10.222.669 €
Boekw. 01-01-14 609.575 4.342.500 0 4.908.496 4.983 1.159.949 11.025.503
Door deelname in het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting heeft de gemeente de mogelijkheid om leningen te verstrekken in het kader van verbetering van de volkshuisvesting. De totale deelname bedraagt € 2.259.280. De gemeente heeft voor een bedrag van € 1.124.977 aan leningen verstrekt. Het saldo op de rekening courant bedraagt per 31 december 2014 € 1.134.303.
E.
Bijdragen activa in eigendom derden
De bijdragen aan activa in eigendom van derden bestaat uit de posten als opgenomen in onderstaand overzicht.
Uurwerkinstall. NH Kerk EVD Gr.toren/stadsmuur NH-kerk EVD Stadsmuur ged. Langendijk
- 91 -
€
Boekwaarde 31-12-2014 7.404 39.556 23.780 70.740
€
Boekwaarde 0101-2014 8.227 47.467 28.536 84.230
Jaarstukken 2014
Vlottende activa Voorraden Boekw. 31-12-14 A. Aa. Ab. B. C.
Grond- en hulpstoffen niet in exploitatie genomen bouwgronden overige grond- en hulstoffen Onderhanden werken Overige gronden Subtotaal voorraden
B. C.
Voorziening: onderhanden werken overige gronden
B. C.
Totaal Onderhanden werken Totaal overige gronden
€ -
Boekw. 01-01-14
€
€ 17.241.255 1.242.762 18.484.017 €
15.203.098 1.343.129 16.546.227
€ Totaal voorzieningen €
-40.924 -262.291 € -303.215 €
-477.131 -347.155 -824.287
€ € Totaal voorraden €
17.200.333 980.469
14.725.967 995.974
18.180.802 €
15.721.941
In de balans zijn de voorzieningen in mindering gebracht op de activapost voorraden.
- 92 -
Verslag bouwgrondexploitaties 2014 Algemeen De exploitatieberekeningen voor de bouwgronden geschiedt op basis van eindwaarde. Naast bovenstaande opstelling, als onderdeel van de toelichting op de balans, is ter aanvulling hierop nog een verkorte versie van de “oude” modelstaat P opgenomen. Hierin is onder andere de formeel vastgestelde kostprijsberekening opgenomen. Deze staat P is opgenomen in het boek “Productrekening 2014”.
A.
Nog niet in exploitatie genomen gronden
De waarde van de gronden, welke nog niet in exploitatie zijn, is € 5 per m². Dit is de prijs welke thans reëel is als opbrengst voor agrarische grond. Voor nog niet in exploitatie genomen gronden waarvan de boekwaarde hoger is dan € 5 per m² is een voorziening gevormd. De wijzigingen zijn ten laste c.q. ten gunste gebracht van de algemene reserve grondexploitatie. Voor een specificatie van de uitgaven en inkomsten van de complexen wordt verwezen naar de bijlage (staat P) waarin een overzicht per complex is opgenomen.
Boekwaarden en voorzieningen niet in exploitatie genomen en overige complexen Boekwaarde complex 31-12-2014 a Hoef en Haag
Totale boekwaarde €
0 0
Boekwaarde voorziening per 31-12-2014 €
0 0
Verloopoverzicht nog niet in exploitatie genomen complexen Boekwaarde 31-12-2013
a
Boekwaarde Investering Des- invesNaar Naar ander 01-01-2014 tering gronden in exploi- complex tatie 0 0 0 0
0
B.
0
0
0
0
OnttrokWinst Boekken aan uitname waarde voor31-12-2014 ziening 0
0
0
0
In exploitatie genomen gronden
Naar aanleiding van de bijgestelde exploitaties zijn de geraamde resultaten gewijzigd. Waar nodig is een voorziening gevormd voor geraamde verliezen, of is de reeds bestaande voorziening aangepast aan het nieuwe, geraamde, resultaat. Deze wijzigingen zijn ten laste c.q. ten gunste gebracht van de algemene reserve grondexploitatie.
- 93 -
Jaarstukken 2014
Boekwaarden en voorzieningen in exploitatie genomen complexen Boekwaarde complex per 31-12-2014 A. Gaasperwaard B. De Bleek C. Helsdingen
Boekwaarde voorziening per 31-12-2014
-
14.271.443 684.286 2.285.526
-
40.924
Totale boekwaarde €
17.241.255
€
40.924
Verloopoverzicht in exploitatie genomen complexen Boekwaarde 01-01-2014 A. B. C.*)
C.
Investering
Onttrokken Voorziening Boekwaarde 31Balanswaarde 31aan Verlieslat. 12-2014 12-2014 voorziening complex 14.271.444 14.271.444 684.286 40.924 643.362 2.285.525 2.285.525
Winstuitname
Afboeking
11.910.767 561.197 2.775.649
2.360.677 123.089 1.509.876
2.000.000
15.247.613
3.993.643
2.000.000
0
0
17.241.255
17.200.331
Overige gronden Boekwaarde complex per 31-12-2014
A. Overige gronden B. Coupure/Klaverkamp
Boekwaarde 01-01-2014 A. B.
40.924
Boekwaarde voorziening per 31-12-2014
-
1.277.191 -34.515
-
262.291
Totale boekwaarde €
1.242.676
€
262.291
Investering
Inkomsten
1.343.129 -44.515
12.088
65.939 2.003
1.298.614
12.088
67.942
Onttrokken Voorziening Boekwaarde 31Balanswaarde 31aan Verlieslat. 12-2014 12-2014 voorziening complex 1.277.190 262.291 1.014.899 -34.431 -34.431
Winstuitname
0
0
1.242.759
262.291
980.468
- 94 -
Uitzettingen met een looptijd korter dan 1 jaar De uitzettingen worden als volgt gespecificeerd Boekw. 31-12-14
Boekw. 01-01-14
Vorderingen op openbare lichamen
€
2.751.174 €
2.789.120
Overige vorderingen
€
2.426.909 -
2.561.921
Overige uitzettingen
€
1.134.303
1.086.779
subtotaal
€
6.312.386 €
6.437.820
voorziening dubieuze debiteuren
€
voorziening dubieuze belastingdebiteuren
€
165.765
60.949 -
112.846
voorziening dubieuze debiteuren maatsch.zaken
€
243.657
243.159
totaal €
14.785
5.842.015 €
6.067.030
Toelichting uitzettingen a. Vorderingen op openbare lichamen Deze post bevat o.a. onderstaande vordering: • Afrekening btw-compensatiefonds ad € 2.629.667 Deze vordering wordt uitbetaald op 1 juli 2015 b. Overige vorderingen • Vorderingen overige debiteuren ad € 758.000 • Vorderingen maatschappelijke zaken ad € 986.000 • Vorderingen op belastingdebiteuren ad € 681.000 c. Overige uitzettingen Dit betreft de rekening courant met de Stichting Volkshuisvesting Nederland
Liquide middelen Dit bedrag kan als volgt worden gespecificeerd Boekw. 31-12-14 contanten banken en giro
€ €
1.657 € 533.613 535.270 €
Boekw. 01-01-14 2.210 347.553 349.763
Dit betreft de credit saldi van de bankrekeningen en de kas per 31 december 2014.
- 95 -
Jaarstukken 2014
Overlopende activa Boekw. 31-12-14 van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen specifieke uitkeringen Overige nog te ontvangen bedragen en vooruitbetaalde bedragen Saldo overlopende activa
€
Boekw. 01-01-14
603.298
316.650
924.217 1.527.515
1.002.432 1.319.082
De in de balans opgenomen nog van Europese en Nederlandse overheidslichamen te ontvangen voorschotten op specifieke uitkeringen kunnen als volgt worden gespecificeerd: 129011 Nog te ontvangen subsidies overheid Saldo begin
Toevoegingen
1-1-2014 Vrevia fietsvoetveer bijdr. BRU Subsidie liniepont Verkeersmaatregleen algemeen -2013
36.000
24.000
0
5.600
Ontvangen
Saldo eind
bedragen
31-12-2-14
36.000
24.000
0
5.600
20.333
20.333
0
122.752
122.752
0
Vervanging riolering
40.066
40.066
Busstation Lekbrug
40.000
Dorpshuis Zijderveld
57.500
Van Duvenvoordestraat
0 40.000
57.500
0
Brede School
0
19.899
19.899
Beveiliging 3 carpoolplaatsen A2
0
7.800
7.800
Uitbreiding Carpoolplaatsen A2
0
6.000
6.000
Reconstructie Carpoolplaatsen Sp.Helsdingen
0
500.000
500.000
316.651
563.299
276.651
603.299
- 96 -
Passiva Eigen vermogen Saldo aan het begin van het dienstjaar
Vermeerderingen
Bestemming resultaat
Verminderingen
Saldo aan het einde van het dienstjaar
ALGEMENE RESERVE Algemene reserve Reserve vrijgevallen gelden
8.719.533 5.596.027
354.415 0
319.531 -2.441.801
2.414.396 3.047.673
6.979.083 106.553
1 1
0 0
0 0
0 0
2 2
5.441.187
461.884
0
2.000.000
3.903.071
529.286 16.750.299 5.641.700 9.076 1.421.944 2.246.728 2.290.105 138.647
0 792.764 0 0 161.726 12.552 179.404 7.567
0 0 0 0 0 0 0 0
0 566.207 0 0 328.297 0 453.075 0
529.286 16.976.856 5.641.700 9.076 1.255.373 2.259.280 2.016.434 146.214
131.383 49.228 250.134 324.978 2.684.654 153.086 1.907.176 100.000
0 0 210.000 0 1.021.944 282 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0
131.383 0 247.314 38.389 758.319 0 334.501 100.000
0 49.228 212.820 286.589 2.948.279 153.368 1.572.675 0
40.069.609 40.069.610 54.385.170
2.848.123 2.848.123 3.202.538
0 0 -2.122.270
4.957.485 4.957.485 10.419.554
37.960.247 37.960.249 45.045.884
BESTEMMINGSRESERVES voor egalisatie van tarieven Res. Egalisatie afvalstoffenheffing Totaal bestemmingsreserves voor egalisatie van tarieven Overige bestemmingsreserves Algemene reserve grondexploitatie Res. bovenwijkse voorzieningen Res. voorlopige resultaten industrieterrein Res. aandelen Eneco Res. aandelen Oasen Res. volkshuisvesting Res. volkshuisvesting S.V.N. Res. risico's beheersprogramma's Res. openbare verlichting Reserve onderwijsachterstandenbestrijding Reserve klantbemiddeling voor activering en uitstroom Reserve uitv. toekomstgericht personeelsbeleid Reserve beleid erfgoedwaardenkaart Reserve open einde regeling Reserve oud papier Reserve impulsinvesteringen Reserve doorontwikkeling organisatie Totaal overige bestemmingsreserves Totaal Bestemmingsreserves Totaal Reserves
Alle reserves en voorzieningen zijn voor de periode 2015-2018 getoetst op toereikendheid. Voor zover de plannen nu bekend zijn, zijn de saldi toereikend.
Algemene Reserve De Algemene Reserve maakt deel uit van de weerstandscapaciteit en is bedoeld om calamiteiten en andere éénmalige tegenvallers op te kunnen vangen. Stand per 01-01 8.719.533 Onttrekking 2.414.396 Toevoeging 354.415 Resultaatbestemming 319.531 Stand per 31-12 6.979.083 Toelichting afname reserve: Hieronder worden de grootste mutaties weergeven (> €100.000) over de algemene reserve Toevoegingen: Jaarrekening, door te schuiven budgetten 2013 naar 2014 319.531 Rente 348.781
- 97 -
Jaarstukken 2014
Onttrekkingen: Saldo 1e bestuursrapportage Saldo 2e bestuursrapportage Storting reserve Openeinde regelingen , gevolgen decentralisaties Verzelfstandiging openbaar onderwijs Jaarrekening, door te schuiven budgetten 2013 naar 2014
677.946 622.693 250.000 326.011 319.531
Reserve Vrijgevallen gelden Saldi van opgeheven reserves is in deze reserve gestort ten einde de gelden beschikbaar te houden voor incidentele onvoorziene uitgaven ten tijde van het preventief toezicht op maat door de provincie. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
5.596.027 5.489.474 106.553
Toelichting Onttrekkingen Storting reserve toekomstig personeelsbeleid i.v.m. mobiliteit € 500 per werknemer Versnelde afschrijving kredieten i.v.m. structurele verlaging kapitaallasten Resultaat 2013 Toekomstvisie
100.000 2.893.256 2.441.801 50.000
Algemene Reserve Grondexploitatie Opvangen van onvoorzienbare risico´s in de grondexploitatie en voeding van de voorzieningen ´verliesgevende complexen in exploitatie´ en ´waarde gronden niet in exploitatie´. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
5.441.187 2.000.000 461.884 3.903.071
Toelichting toevoegingen en onttrekkingen algemene reserve grondexploitatie Toevoegingen vrijval voorziening De Bleek 436.207 vrijval voorziening Blankenborch 25.677 461.884 Onttrekkingen Afwaardering Helsdingen
2.000.000
- 98 -
Reserve bovenwijkse voorzieningen Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
529.286 529.286
Reserve voorlopige resultaten industrieterrein Revitalisering bestaand industrieterrein Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
16.750.299 566.207 792.764 16.976.856
Toelichting Onttrekkingen: Proceskosten Niemans Verkeersstructuurplan De Hagen Herstructurering bedrijventerrein Terugbetaling subsidie provincie Utrecht Wijziging kostendrager BRU subsidie Lokaal Maatwerk
Toevoegingen: Wijziging kostendrager BRU subsidie Lokaal Maatwerk Bespaarde rente
21.639 39.193 - 8.744 391.368 122.752 566.207
122.752 670.012
792.764 Reserve aandelen Eneco Het reserveren van de aandelen Eneco. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
5.641.700 5.641.700
Reserve aandelen Oasen Het reserveren van de aandelen Oasen Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
- 99 -
9.076 9.076
Jaarstukken 2014
Reserve Volkshuisvesting Tot het instellen van de reserve volkshuisvesting is in de raadsvergadering van 25 februari 1999 besloten en omvat de volgende aanwendingsmogelijkheden: voor gemeentelijke projecten, al dan niet in samenwerking met derden, en met name voor projecten als: Herstructureren van bestaande wijken/ (her) ontwikkelen stadsdelen Voorzieningen in het kader van de veiligheid Restauratie gemeentelijke monumenten Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
1.477.292 381.956 215.384 1.255.372
Toelichting Toevoegingen Vijfheerenlanden afronding ISV1 subsidie Afrekening Brede School
161.725 53.659
Onttrekkingen Masterplan Vijfheerenlanden Wilhelminastraat
101.950 280.005
Reserve Volkshuisvesting S.V.N. Leningen met een revolverend karakter verstrekken in het kader van volkshuisvesting. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
2.246.728 12.552 2.259.280
Toelichting Toevoegingen Rente rekening courant
12.552
Reserve risico´s beheerprogramma´s Het reserveren van middelen ten behoeve van risico´s in het kader van nog op te stellen beheerprogramma´s. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
2.290.105 453.075 179.404 2.016.434
Toelichting Toevoegingen Verkoop van snippergroen project Buiten Gewoon
179.404
- 100 -
Onttrekkingen Achterstallig onderhoud groen Achterstallig onderhoud openbare verlichting Achterstallig onderhoud straatmeubiliar Achterstallig onderhoud riolering Onderzoek samenwerking maatsch. Vastgoedbeheer Kosten verkoop snippergroep project Buiten Gewoon
278.102 24.697 12.546 56.000 30.997 14.475 453.075
Reserve openbare verlichting Dekken van exploitatielasten van het basisonderhoud openbare verlichting Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
138.647 7.567 146.214
Toelichting Toevoegingen: Egalisatie van het exploitatiesaldo product openbare verlichting
7.567
Reserve Onderwijsachterstandenbestrijding Het bestrijden van achterstanden in het onderwijs Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
131.383 131.383 0
Toelichting Onttrekkingen Bijdrage bijzondere scholen
131.383
Reserve klantbemiddeling activering en uitstroom Bevorderen activering en uitstroom van uitkeringsgerechtigden. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
49.228
49.228
Reserve uitvoering toekomstgericht personeelsbeleid De vrijvallende IZA-gelden te oormerken voor de dekking van maatregelen voortvloeiend uit de notitie " toekomstgericht personeelsbeleid". Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
250.133 247.314 210.000 212.820
Toelichting
- 101 -
Jaarstukken 2014
Onttrekkingen Toekomstgericht personeelsbeleid Fundament en salarisadministratie Verlofmodule TIM IZA gelden Storting voorziening toekomstgericht personeelsbeleid ( jaarschijf 2013) Storting voorziening toekomstgericht personeelsbeleid (jaarschijf 2014) Toevoeging Mobiliteit personeel, € 500 per werknemer Storting t.b.v. Fundament
70.000 21.429 5.000 5.385 70.500 75.000 247.314 100.000 110.000 210.000
Reserve beleid erfgoedwaardenkaart Bijdragen aan waardevolle panden, structuren en ensembles, opgenomen op de ‘Erfgoedwaarden Kaart Gemeente Vianen’ Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
324.978 38.389 286.589
Toelichting Onttrekkingen Dekking krediet Monumentenzorg Dekking krediet Erfgoedwaardenkaart
444 37.944 38.389
Reserve open einderegeling Dekking t.b.v bestaande open einderegelingen, risico-implementatie decentralisaties en de risico’s van de uitvoering van de decentralisaties. Ook het exploitatiesaldo van bijzondere bijstand inclusief minimabeleid wordt via deze reserve op rekeningbasis verrekend. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
2.684.654 758.319 1.021.944 2.948.279
Toelichting Onttrekkingen: Hand in Hand project WMO Gecombineerde advisering/intake Kosten voorbereiding transities Saldo jaarrekening 2014 WWB
38.361 6.213 426.846 287.258 758.319
- 102 -
Toevoegingen Saldo jaarrekening 2014 WMO WMO incidentele effecten juni circulaire Structureel voordeel begroting wachtgeld/pensioenen (ex)wethouders Storting vanuit Algemene Reserve imv Gevolgen Decentralisatie
664.462 7.482 100.000 250.000 1.021.944
Reserve Oud papier Deze reserve dient als egalisatie van het exploitatie saldo op het product Oud papier. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
153.086 282 153.368
Toelichting Toevoegingen Resultaat exploitatie oud papier
282
Reserve Impulsinvesteringen Deze reserve is gevormd voor investeringen in incidentele kredieten, waarbij toekomstbesteding investeren in de samenleving, bestuur en organisatie leidend is. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
1.907.176 334.501 1.572.675
Toelichting Onttrekkingen KCC Strategische toekomstvisie Vianen Zorg voor elkaar Strategische verkenning Introductieprogramma raad/college
97.392 185.653 1.187 41.827 8.442 334.501
Reserve Doorontwikkeling organisatie Deze reserve is gevormd voor het bekostigen van de uitgaven voor de doorontwikkeling van de organisatie. Stand per 01-01
100.000
Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
100.000 0
Toelichting Onttrekkingen Doorontwikkeling organisatie 2014
- 103 -
100.000
Jaarstukken 2014
Voorzieningen Saldo aan het einde van het dienstjaar
Vermeerderingen
Verminderingen
vrijval
Saldo aan het einde van het dienstjaar
aanwending
VOORZIENINGEN Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Voorz. Blankenborch Voorz. sociale vernieuwing
128.950 27.115
0 0
0 0
128.950 27.115
0 -0
410.353 379.755 2.000 585.983 2.169.831 0 3.703.987
0 126.164 2.000 0 111.233 145.500 384.897
0 0 0 0 0 0 0
410.353 166.605 0 85.627 99.242 0 917.892
-0 339.314 4.000 500.356 2.181.822 145.500 3.170.992
308.991 388.089 21.086 29.621 41.035 142.191 131.856 313.433 1.307 0 1.377.609
0 206.706 0
334.794 245.241 0
Subtotaal
2.399.178 3.499.062 0 0 0 454.781 868.888 1.909.500 32.679 370.369 9.534.457
0 107.528 0 943.008 0 0 1.257.242
0 63.781 11.050 528.625 0 19.493 1.202.984
2.373.375 3.435.204 21.086 29.621 41.035 425.663 989.694 751.300 33.986 350.876 8.451.840
Totaal voorzieningen
13.238.444
1.762.506
1.257.242
2.120.876
11.622.833
Voorz. overschrijdingsuitkering Voorziening personeelsbeleid Voorziening inflatiecorrectie expl.tekort Brede School Voorziening wachtgeld wethouders Voorziening pensioen wethouders Voorziening loopbaanbudget Subtotaal Onderhoudsegalisatievoorzieningen Voorz. onderhoud gemeentelijke opstallen Voorz. onderhoud wegen Voorz. onderhoud riolering Voorziening afvalstoffenheffing Voorziening begraven Voorz. baggerwerken Voorz. kunstwerken Voorz. onderhoud schoolgebouwen Voorz. bewegwijzering Voorziening onderhoud busstation
De voorzieningen zijn als volgt opgebouwd: Voorziening Blankenborch Het dekken van de resterende kosten van het reeds afgesloten complex grondexploitatie Blankenborch. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
128.950 128.950 0
Toelichting Onttrekkingen: Kosten Blankenborch 2014 Vrijval voorziening t.g.v. reserve grondexploitatie
103.273 25.677 128.950
Voorziening Sociale vernieuwing Deze voorziening is bestemd voor sociale vernieuwing. Het huidige saldo is volledig bestemd voor het georganiseerd cultureel werk in de Hagen. Was gepland voor de verhuizing en inrichting van de Wijkwinkel naar de Brede School. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
27.115 27.115 0
- 104 -
Toelichting Onttrekkingen Wijkwinkel is gerealiseerd. Vrijval van het saldo van de voorziening.
27.115
Voorziening Overschrijdingsuitkering Afdekken van de verplichtingen jegens het bijzonder onderwijs indien de uitgaven aan het openbaar onderwijs de inkomsten overschrijden. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
410.353 410.353 0
Toelichting Onttrekkingen: Financiële afrekening openbaar basisonderwijs
410.353
Voorziening personeelsbeleid Deze voorziening is gevormd om verplichtingen die ontstaan a.g.v uitvoering personeelsbeleid te kunnen voldoen. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12 Toelichting Toevoegingen Actualisatie 2014
379.755 166.605 126.164 339.314
126.164
Onttrekkingen Betalingen 2014
166.605
Voorziening wachtgeld wethouders De voorziening gevormd n.a.v. de notitie ‘Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen 2013’ voor het wachtgeld van oud-wethouders. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
585.983 85.627 500.356
Toelichting Onttrekkingen Betalingen 2014
- 105 -
85.627
Jaarstukken 2014
Voorziening pensioenen wethouders De voorziening gevormd n.a.v. de notitie ‘Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen 2013’ voor verplichtingen pensioenrechten van oud-bestuurders en het college. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
2.169.831 99.242* 111.233* 2.181.822
Toelichting Toevoegingen Actualisatie 2014 * wordt toegelicht bij Programma 6 Incidentele baten & lasten Onttrekkingen Betalingen 2014 *wordt toegelicht bij Programma 6 Incidentele baten & lasten
111.233
99.242
Voorziening loopbaanbudget De voorziening gevormd voor het recht dat werknemers in de periode 2013 tot en met 2015 hebben op loopbaanvoorzieningen. Het bedrag per medewerker is hiervoor € 500 per jaar. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
0 145.000 145.500
Toelichting Toevoegingen Loopbaanbudget 2013 Loopbaanbudget 2014
70.500 75.000 145.500
Voorziening onderhoud gemeentelijke opstallen Onderhoud gemeentelijke gebouwen. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
2.399.178 334.794 308.991 2.373.374
Toelichting Toevoegingen: Diverse dotaties uit de begroting 2014 Inflatiecorrectie 4%
213.024 95.967 308.991
Onttrekkingen:
- 106 -
Onderhoud gemeentelijke gebouwen jaarschijf 2014
334.794
Voorziening onderhoud wegen Onderhoud van wegen Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
3.499.062 451.947 388.089 3.435.204
Toelichting Toevoegingen Dotatie voorziening wegen Inflatiecorrectie 4%
Onttrekkingen Onderhoud wegen besteding jaarschijf 2014 Vrijval aanbestedingsvoordeel asfalt o.b.v. vastgesteld beheerplan 2012
248.127 139.962 388.089
245.241 206.706 451.947
Voorziening onderhoud riolering Onderhoud van riolering Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
0 21.086 21.086
Toelichting Toevoegingen Resultaat exploitatie Riolering 2014
21.086
Voorziening Baggerwerken Het verrichten van baggerwerkzaamheden. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
454.781 171.309 142.191 425.662
Toelichting Toevoegingen Dotatie voorziening baggeren Inflatiecorrectie 4% Onttrekkingen Baggeren onderhoud Vrijval aanbestedingsvoordeel baggeren o.b.v. vastgesteld beheerplan 2012
- 107 -
124.000 18.191 141.191 63.781 107.528 171.309
Jaarstukken 2014
Voorziening Kunstwerken Het plegen van onderhoud aan kunstwerken (bruggen e.d). Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
868.888 11.050 131.856 989.693
Toelichting Toevoegingen Dotatie voorziening kunstwerken Inflatiecorrectie 4%
Onttrekkingen: Kunstwerken
97.100 34.756 131.856
11.050
Voorziening Onderhoud schoolgebouwen M.O.P. Onderhoud van schoolgebouwen Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
1.909.501 1.471.633 313.433 751.300
Toelichting Toevoegingen Dotatie voorziening Onderhoud Schoolgebouwen Inflatiecorrectie 4%
Onttrekkingen Vrijval i.v.m. overdracht onderhoud gebouwen aan schoolbesturen Meerjarig Onderhouds Plan Afkoop exploitatie Brede School Sloop noodlokalen Wiekslag
237.053 76.380 313.433
943.008 421.837 100.000 6.788 1.471.633
Voorziening onderhoud bewegwijzering Het plegen van onderhoud aan de bewegwijzering. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12 Toelichting Toevoegingen Inflatiecorrectie 4 %
32.679 1.307 33.986
1.307
- 108 -
Voorziening Onderhoud busstation De voorziening is gevormd voor het onderhoud van het busstation voor de komende 20 jaar. Stand per 01-01 389.862 Onttrekking 19.493 Toevoeging Stand per 31-12 350.876 Toelichting Onttrekkingen Onderhoud busstation
19.493
Voorziening afvalstoffenheffing De voorziening dient ter egalisatie van de afvalstoffenheffing. Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
0 29.621 29.621
Toelichting Toevoegingen Resultaat exploitatie afvalstoffenheffing 2014
29.621
Voorziening begraven De voorziening dient ter egalisatie van de grafrechten.
Stand per 01-01 Onttrekking Toevoeging Stand per 31-12
0 41.035 41.035
Toelichting Toevoegingen Resultaat exploitatie grafrechten 2014
- 109 -
41.035
Jaarstukken 2014
Vaste schulden met een looptijd langer dan 1 jaar In onderstaand overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden over het jaar 2014. Boekw. 01-01-14 Vermeerderingen Aflossingen Boekw. 31-12-14 € 29.125.000 € 10.000.000 € 1.166.666 € 37.958.331 € 12.683 € 50 € 412 € 12.321 € 29.137.683 € 10.000.050 € 1.167.078 € 37.970.652
Onderhandse leningen • In april 2004 is een lening van € 10 miljoen opgenomen bij de Bank Nederlandse Gemeenten met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 4,685%. • In januari 2008 is een lening van € 15 miljoen opgenomen bij de Bank Nederlandse Gemeenten met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 4,537%. • In oktober 2013 is een lening van € 10 miljoen opgenomen bij de Nederlandse Waterschaps Bank met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 3,27%. • In februari 2014 is een lening van € 10 miljoen opgenomen bij de Bank Nederlandse Gemeenten met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 3,175 %. De rentelast van bovenstaande leningen voor 2014 bedroeg € 1.459.471 Waarborgsommen Betreft ontvangen waarborgsommen, o.a voor fietskluizen en de chipkaarten van Sportcentrum Helsdingen. Vlottende passiva Netto vlottende schulden met een looptijd korter dan 1 jaar Boekw. 31-12-14 Kasgeldleningen Bank- en girosaldi Crediteurensaldo
€ -
Boekw. 01-01-14
0 € 456 3.926.499 -
0 4.299.448
3.926.955
4.299.448
Overlopende passiva Boekw. 31-12-14 van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen, nog te besteden specifieke uitkeringen Overige vooruitontvangen bedragen en nog te betalen bedragen €
Boekw. 01-01-14
755.082
1.316.588
2.685.782
2.054.548
3.440.864 €
3.371.136
- 110 -
Van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen, nog te besteden specifieke uitkeringen De in de balans opgenomen van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen nog te besteden specifieke uitkeringen kunnen als volgt worden gespecificeerd: Vooruitontvangen Subsidies Overheid Saldo begin 1-1-2014 Inburgering nieuwkomers (229522)
7.099 3.583
Subsidie OAB 2011-2015 (229537)
114.045
Historische verlichting Diefdijk/Noodweg Brede School (budget)
bedragen
156.646
Regeling oudkomers (229526) Subsidie OAB 2006-2010 (229536) Educatie (229542)
Ontvangen Vrijgevallen bedragen
Saldo eind 31-12-2014
156.646
0
3.583
7.099 0
12730
126.775
1.009
1.009
37.089
2.150
9.000
34.939 9.000
Brede School
106.100
106.100
VHL - Isv 1
161.726
161.726
0
VHL - Isv 3
350.000
6.597
343.403
VHL - 1e tranches sted.bouwen en wonen
18.233
VHL - 2e tranches sted.bouwen en wonen
0
18.233
153.755
9.234
144.521
Vrevia voetveer
6.000
6.000
0
Carpoolplaatsen
124.200
124.200
Zwerfafvalvergoeding project Ruimte voor de Lek (Heerenwaarde)
0
2.001
68.102 1.316.587
68.102 14.731
Overige vooruitontvangen bedragen en nog te betalen bedragen De grootste posten zijn • Rente geldleningen • Terugbetaling subsidie(herstructurering bedrijventerrein) • Provincie Utrecht • Verlofverplichting personeel
- 111 -
0 2.001
576.236
755.082
€ 2.685.782 € 674.346 € 381.000 € 510.000
Jaarstukken 2014
Gewaarborgde geldleningen Het totaal van de gewaarborgde geldleningen per 31 december 2014 bedraagt € 153.170 Dit bedrag kan als volgt gespecificeerd worden: Oorspronkelijk bedrag € € €
Naam geldnemer
45.378 v.v. Brederodes 130.462 Bridge Club Vianen 526.450 Restauratie Voorstraat 56 Totaal gemeente
Restantbedrag begin verslagjaar 22.689 70.890 337.738 € 431.317
Restantbedrag einde verslagjaar 22.689 64.806 € 87.495
v.v. Brederodes Het betreft hier een bankborgtocht, wat inhoudt dat de Gemeente Vianen tot een bedrag van de afgegeven borgtocht (€ 45.378) garant staat voor alle verplichtingen van v.v. Brederodes jegens de kapitaalverstrekker. Per 31-12-2014 is hier sprake van een kredietfaciliteit ter hoogte € 22.689 Bridge Club Vianen Het betreft hier een bankborgtocht, wat inhoudt dat de Gemeente Vianen tot een bedrag van de afgegeven borgtocht (€ 130.462) garant staat voor alle verplichtingen van Bridge Club Vianen jegens de kapitaalverstrekker. Per 31-12-2014 is hier sprake van een restant geldlening van € 64.806 Daarnaast is voor in totaal € 79.430.353,= aan borgstelling ondergebracht bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (W.S.W.). Het W.S.W. is een borgstelling instituut voor de sociale huursector. Woningcorporaties kunnen op deze manier leningen aantrekken, waarbij het W.S.W. borg staat voor deze leningen. Voordat het W.S.W. overgaat tot borgstelling dient de gemeente een achtervang overeenkomst te sluiten. De achtervang wordt gevormd door het Rijk en alle gemeenten die zo'n achtervang overeenkomst zijn aangegaan. Oors pronkel i jk Na a m bedra g gel dnemer 2 30.000.000 8.000.000 1.724.365 8.000.000 8.000.000 8.000.000 8.000.000 8.000.000
Percen- Res ta ntbedrag Gewone en Res ta ntbedrag Toel i chti ng ta ge begi n bui tengewone ei nde vers l agjaa r Afl os s i ngen vers l agjaa r 3 5 6 7 8 9 Leks tede Wonen 4,005% 30.000.000 30.000.000 10 ja ri ge fi x l eni ng Leks tede Wonen 4,767% 8.000.000 8.000.000 fi x l eni ng Leks tede Wonen 4,600% 1.458.690 28.337 1.430.353 50 ja ri ge annuïtei t Leks tede Wonen 4,000% 8.000.000 8.000.000 fi x vari a bel e l eni ng Leks tede Wonen 4,115% 8.000.000 8.000.000 fi x extendabl e l eni ng Leks tede Wonen 4,170% 8.000.000 8.000.000 fi x l eni ng Leks tede Wonen 4,000% 8.000.000 8.000.000 fi x l eni ng Leks tede Wonen 1,004% 8.000.000 8.000.000 fi x l eni ng s ub-tota a l W.S.W. 79.458.690 28.337 79.430.353
Tevens zijn er in het verleden hypotheken verstrekt waarvoor de gemeente garant staat. (na 1995 is dit Nederlandse Hypotheek Garantie geworden). Dit bedraagt totaal € 3.146.080,-. Overigens wordt
- 112 -
voor een nadere specificatie van de gewaarborgde geldleningen verwezen naar het overzicht gewaarborgde geldleningen, opgenomen als bijlage in de ‘Productrekening 2014’. Niet in de balans opgenomen verplichtingen Lopende juridische procedures Gemeenten werken in een door regelgeving gedomineerde omgeving. De kans bestaat dat daarbij een juridisch geschil ontstaat is altijd aanwezig. Ook de toenemende claimgerichtheid van burgers en bedrijven maakt dat we steeds vaker worden geconfronteerd met juridische procedures waarbij schadevergoeding wordt gevorderd. Procedure betonpalenfabriek Tussen Niemans en de gemeente Vianen is in hoger beroep een schadestaatprocedure aanhangig bij het Gerechtshof in Den Haag. Deze procedure vindt zijn oorsprong in het door de gemeente Vianen niet tijdig leveren van grond aan Niemans eind jaren zeventig. Niemans stelt dat door de te late levering een grootschalige uitbreiding van zijn fabriek in voorbespannen heipalen niet kon worden gerealiseerd. In een voorlopig laatste tussenarrest van 21 december 2010 heeft het Gerechtshof drie onafhankelijk deskundigen aangewezen die onder andere de opdracht hebben gekregen onderzoek te doen naar de hoogte van de schade die Niemans mogelijk zou hebben geleden als gevolg van de wanprestatie door de gemeente. In december 2014 hebben deskundigen een eindrapport opgeleverd. De uitkomsten van dat rapport brengen geen risicowijzigingen naar boven aan in de door de gemeenteraad in 2010 vastgestelde risicoanalyse. Op basis van dit rapport wordt medio 2015 de risicoanalyse geactualiseerd. Procedure Horeca Sportcentrum Helsdingen De gemeente Vianen heeft voor de zomer van 2013 de huur opgezegd van de horeca-exploitatie van Sportcentrum Helsdingen. De exploitant is niet met deze opzegging akkoord gegaan. Vervolgens heeft de gemeente de exploitant gedagvaard en de rechter gevraagd te bepalen dat de huurovereenkomst met de exploitant is geëindigd. De exploitant heeft de gemeente aansprakelijk gesteld. De rechtbank heeft inmiddels uitspraak gedaan, dat van gemeentewegen geen schadevergoedingsverplichting bestaat. De verwachting is dat de exploitant in hoger beroep gaat. In de tussentijd wordt van beide kanten gestreefd naar een minnelijke schikking. Huur- en leaseverplichtingen De gemeente Vianen is langlopende huur- en leaseverplichtingen aangegaan inzake • Printers en Multifunctionals; looptijd van 30 januari 2014 tot 30 januari 2018 • Koffieautomaten; looptijd van 1 januari 2014 tot 1 januari 2019 • ICT-producten: IBM Server; looptijd van 1 oktober 2011 tot 1 oktober 2015
- 113 -
Jaarstukken 2014
Overzicht van baten en lasten jaarrekening 2014 Recapitulatie baten en lasten jaarrekening 2014 gemeente Vianen Lasten programma's Begroting Begroting voor wijziging na wijziging Nr. Naam 2014 2014
Werkelijk 2014
Verschil 2014
1. 2. 3. 4. 5. 6
Dienstverlenend Stimulerend Leefbaar Groeiend Politiek & Bestuur Algemene dekkingsmiddelen
5.353.260 11.628.443 10.155.773 6.074.734 2.492.746 1.865.958
6.859.253 12.232.685 13.314.123 8.048.745 2.420.788 5.252.514
6.404.176 11.410.139 13.171.963 9.180.735 2.440.274 5.280.046
455.077 822.546 142.160 -1.131.990 -19.486 -27.532
Totaal lasten
37.570.914
48.128.108
47.887.010
240.776
Baten programma's Nr. Naam
Begroting voor wijziging 2014
Begroting na wijziging 2014
Werkelijk 2014
Verschil 2014
1. 2. 3. 4. 5. 6
3.605.689 1.600.707 4.689.267 4.543.906 0 24.009.986
4.393.816 1.580.191 4.430.527 6.789.944 0 24.239.240
4.175.841 1.712.249 4.392.138 6.161.040 14.111 25.798.415
-217.975 132.058 -38.389 -628.904 14.111 1.559.175
Totaal baten
38.449.555
41.433.718
42.253.794
820.076
Totaal saldo baten en lasten
878.641
-6.694.390
-5.633.538
1.060.852
Toevoeging reserves Onttrekking reserves
15.000 0
1.785.667 8.480.992
3.208.951 10.425.965
-1.423.284 1.944.973
Resultaat
863.641
934
1.583.476
1.582.542
Dienstverlenend Stimulerend Leefbaar Groeiend Politiek & Bestuur Algemene dekkingsmiddelen
Het positieve resultaat bedraagt € 1.583.476. De belangrijkste verschillen worden in de analyse begrotingsrechtmatigheid, en in de toelichting op het overzicht baten en lasten toegelicht.
- 114 -
Toelichting op de baten en lasten jaarrekening Programma 1
Dienstverlenend
Het programma Dienstverlenend bestaat uit de producten: Persoonsdocumenten Reisdocumenten Rijbewijzen Burgerlijke stand G.B.A. Naturalisatie/naamswijzigingen/vreemdelingenzaken Verkiezingen Drank & Horeca Bijstandsverlening Vergunningen Lasten en baten programma "Dienstverlenend"
Totaal lasten Totaal baten Totaal saldo van baten en lasten
Begroting Begroting voor wijziging na wijziging 2014 2014 5.353.260 6.859.253 3.605.689 4.393.816 -1.747.571
Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat
-1.747.571
Werkelijk 2014 6.404.176 4.175.841
Verschil 2014 455.077 -217.975
-2.465.437
-2.228.335
237.102
100.000 305.469
100.000 287.258
0 -18.211
-2.259.968
-2.041.077
218.891
Hieronder lichten we de belangrijkste verschillen toe die zijn ontstaan na de laatste begrotingswijziging binnen het programma Dienstverlenend. € 20.569 neutraal Bijstandsverlening Half 2014 heeft het Ministerie van SZW gemeenten extra geld gegeven voor het bestrijden van armoede. Vanuit dit extra geld heeft de gemeente Vianen in 2014 extra geld gegeven aan het Jeugdsportfonds en aan de opstart van de schuldhulpmaatjes. Daarnaast is er door Werk en Inkomen Lekstroom (WIL) meer bijzondere bijstand verstrekt, en zijn er 10% meer minimaregelingen toegekend dan in 2013. Het restant budget 2014 wordt overgeheveld naar 2015. (zie overhevelen budgetten) € 257.365 voordelig Bijstandsverlening e In de 1 bestuursrapportage 2014 is naar aanleiding van een winstwaarschuwing van Werk en Inkomen Lekstroom een bedrag bijgeraamd. In maart 2015 is deze raming reëel gebleken. Het bijstandsvolume is in 2014 wederom gestegen ten opzichte van 2013. Het vinden van werk voor en door uitkeringsgerechtigden is nog steeds erg moeilijk. De werkloosheid lag eind november 2014 onveranderd op 8% (630.000 personen). Het aantal ww- uitkeringen daalde licht in de tweede helft van 2014 maar stopte in oktober. De voorzichtige tendens is dat sinds de zomer van 2014 meer werklozen aan het werk zijn gegaan. Het economische herstel is broos en er zijn zorgen of het herstel aanhoudt. Dergelijke gunstige ontwikkelingen komen pas veel later in de cijfers van Sociale Zaken tot
- 115 -
Jaarstukken 2014
uitdrukking en moeten ook nog van significante omvang zijn. Er is langdurig economische groei nodig voor een verdere daling van de werkloosheid en een afnemend bijstandsvolume. Het voordeel is toegevoegd aan de Reserve open einde regelingen. € 32.000 nadelig Vergunningen Bij de lasten zijn er minder uitgaven. Dit komt omdat er minder vergunningen zijn aangevraagd. Bij de baten genereren elk jaar een klein deel van de plannen 80 tot 90% van de leges. Een verschil van afgerond € 32.000 tussen begroot en de daadwerkelijk ontvangen leges is in de praktijk een verschil tussen 3 of 4 grotere plannen. Dit is een gevolg van de onzekerheid in de bouw en is aan het begin van het jaar moeilijk in te schatten. Bij de baten zijn er daarnaast nog een aantal kleinere tegenvallers. € 18.700 nadelig Reisdocumenten In maart 2014 is de legesverordening vastgesteld op basis van de gewijzigde Paspoortwet. Door deze wet werd de mogelijkheid tot het heffen van vermissingleges afgeschaft en werd de geldigheid van ID-kaarten en Paspoorten voor meerderjarigen verlengd naar tien jaar. Daarbij werden de maximaal te berekenen legesbedragen bijgesteld. Documenten voor minderjarigen werden goedkoper en voor meerderjarigen stegen de legesbedragen iets. Het effect van deze maatregelen is negatief. Over te hevelen budgetten Een aantal budgetten zijn in 2014 niet uitgegeven. Vanuit de diverse afdelingen is echter aangegeven dat deze budgetten niet geheel in 2014 uitgegeven gaan worden , maar voor een deel doorschuiven naar 2015. Voor het programma Dienstverlenend betreft dit de onderstaande budgetten. € 20.568 Armoedebeleid De raad heeft in oktober 2014 de verruiming van de doelgroep minima vastgesteld van 105% naar 110% van het minimum. Dit betekent dat de doelgroep die valt onder ‘minima’ groter is geworden. We verwachten dan ook in 2015 meer aanvragen. Daarnaast komt er een toename van het aantal aanvragen door een intensievere/directere aanpak (Het Sociaal Team gaat minima beter begeleiden zodat zij aanvragen kunnen doen).
- 116 -
Programma 2
Stimulerend
Het programma Stimulerend bestaat uit de producten: Openbaar basisonderwijs Gemeentelijk kunstbezit Bijzonder basisonderwijs Stedelijk museum Bijzonder voortgezet onderwijs Dorpshuizen Leerlingenvervoer Culturele voorzieningen Achterstandsvoorzieningen Lokaal minimabeleid Overige lokale onderwijsvoorzieningen Maatschappelijke dienstverlening Leerplicht Ouderenvoorzieningen Brede school Vrijwilligers Educatie Gezondheidsvoorzieningen Bibliotheek Schuldhulpvoorzieningen Amateur kunst Integratie en participatie Vorming Jeugd- en jongerenvoorzieningen Inburgering Peuterspeelzalen Doelgroepensport Kinderopvang & B.S.O. Buitensport S.C.C. Stadshof Binnensport Div.gebouwen beheer Sportcentrum Helsdingen Lasten en baten programma "Stimulerend"
Totaal lasten Totaal baten Totaal saldo van baten en lasten Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat
Begroting Begroting voor wijziging na wijziging 2014 2014 11.628.443 12.232.685 1.600.707 1.580.191
Werkelijk 2014 11.410.139 1.712.249
Verschil 2014 822.546 132.058
-10.027.736 -10.652.494
-9.697.890
954.604
257.482 421.360
921.944 417.573
-664.462 -3.787
-10.027.736 -10.488.616 -10.202.261
286.355
Hieronder lichten we de belangrijkste verschillen toe die zijn ontstaan na de laatste begrotingswijziging binnen het programma Stimulerend. € 123.102 voordelig Sportcentrum Helsdingen Het jaar 2014 was een overgangsjaar van het oude naar het nieuwe sportcentrum. In de begroting 2014 is voor de ingebruikname van de nieuwe accommodatie een bedrag opgenomen om de dubbele exploitatielasten op te vangen. Doordat het nieuwe sportcentrum later in gebruik is genomen, dan waar we tijdens het maken van de begroting vanuit gingen, levert dit een positief resultaat op. € 39.819 voordelig Brede School (De Prenter) Het jaar 2014 is het eerste volledige exploitatiejaar van De Prenter na de opening in oktober 2013. In de door een adviesbureau opgestelde exploitatiebegroting zijn met name de raming
- 117 -
Jaarstukken 2014
voor belasting en onderhoud hoger ingeschat dan de werkelijke kosten. Dit geeft een positief resultaat. € 16.489 voordelig Bijzonder basisonderwijs Voorgaande jaren werden de kosten van het vakonderwijs aan de basisscholen in Everdingen en Zijderveld door de gemeente vergoed. Vanwege het geringe aantal leerlingen op de basisschool in Everdingen, wordt er op die school geen vakonderwijs meer gegeven. Dit resulteert in lagere kosten. € 12.731 neutraal Achterstandsvoorzieningen Een deel van de rijksbijdrage voor Onderwijsachterstandbestrijding en VVE- activiteiten is bestemd voor de screening van peuters door het consultatiebureau van Rivas. De kosten voor de screening van peuters in 2014 vielen lager uit dan geraamd. Volgens Rivas komt ditomdat een deel van die kosten samenvielen met de kosten voor andere werkzaamheden door het consultatiebureau. Het overschot van € 12.731 is gereserveerd om terug te betalen aan het Ministerie. € neutraal Maatschappelijke Dienstverlening Het in 2014 beschikbare budget is gebaseerd op de voorliggende jaren. Daarbij is rekening gehouden met de verwachte effecten van: • De ontwikkeling in de landelijke wetgeving • De kanteling • De noodzakelijke aanbesteding van de Huishoudelijke Ondersteuning in 2014 • Het effect van resultaatgerichte financiering van de zorg Een voordelig saldo was voorzien. Met het oog op het nadelig financieel effect van de transitie AWBZ-Wmo werd besloten het beschikbare budget in stand te laten en een batig resultaat volledig ten goede te laten komen aan de Reserve open einde regelingen. Daarmee is voldoende dekking voor het eventueel nadelige effect van de transitie AWBZ-Wmo in de volgende jaren. € 119.927 voordelig Gezondheidsvoorzieningen Het financiële voordeel heeft een aantal oorzaken. Voor het grootste deel is dit het overschot op de post decentralisatie jeugdzorg, dit voordeel wordt overgeheveld naar 2015. De bijdrage aan GGD regio Utrecht heeft incidentele voordelen als gevolg van een restitutie over 2013 en de verrekening van compensabele BTW. Op de post jeugdgezondheidszorg zijn de kosten voor de introductie van het zogenoemde extra contactmoment voor adolescenten meegevallen. €68.134 nadelig Centrum Jeugd en Gezondheid In de jaren 2009 tot en met 2012 hebben wij van het ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport een uitkering ontvangen voor de realisatie van het Centrum voor Jeugd en Gezin. Bij de eindafrekening van deze subsidie (tijdelijke regeling Centrum voor Jeugd en Gezin) is een verschil gebleken in de verantwoording van de uitgaven. Ten gevolge hiervan moet er een bedrag van € 68.134,- terug betaald worden aan het ministerie over de genoemde jaren. € 18.650 voordelig Integratie & Participatie In het product Integratie & Participatiezijn het sociaal cultureel werk en de activiteiten van de Multiculturele Raad Vianen belangrijke onderwerpen. In 2014 zijn door de Multiculturele Raad Vianen minder trainingskosten gemaakt. De uitgaven voor de Wijkwinkel in de Vijfheerenlanden, onderdeel van de Stichting Welzijn Vianen, vallen lager uit door een verlaging van de personele kosten.
- 118 -
€ 15.309 voordelig Jeugd en Jongerenvoorzieningen Binnen dit product is budget gereserveerd voor extra activiteiten/voorlichting rondom de jaarwisseling. Door goede afstemming tussen politie, jongerenwerk en gemeenten en goede verhoudingen tussen jongerenwerkers en jongeren, is dit jaar besloten dat extra activiteiten/voorlichting niet nodig was. Daarnaast is budget gereserveerd voor de vervanging van de inrichting van jongerenruimten en het herstellen van vandalisme. Hierbij gaat het om vandalisme waarvan we kunnen stellen dat het veroorzaakt is door jongeren. Doordat de inrichting van De Prenter nieuw is en er goede afspraken zijn gemaakt met jongeren, en zij zich hier ook aan houden, zijn de kosten op dit budget minder dan begroot. Over te hevelen budgetten Een aantal budgetten zijn in 2014 niet uitgegeven. Vanuit de diverse afdelingen is echter aangegeven dat deze budgetten niet geheel in 2014 uitgegeven gaan worden , maar voor een deel doorschuiven naar 2015. Voor het programma Stimulerend betreft dit de onderstaande budgetten. € 72.489 Gezondheidsvoorzieningen De implementatie van de uitvoering van de Wet Jeugdzorg is pas laat op gang gekomen. Dit kwam doordat het Rijk laat inzicht gaf in het beschikbare budget en de beleidskaders. Verder weten we pas sinds eind februari 2015welke cliënten wij in de jeugdzorg hebben. De extra middelen zijn nodig voor de uitvoering van de Jeugdwet. Dit geld is onder meer nodig om voor 31 december 2015 alle overgangscliënten te herindiceren en om de administratie verder op orde te brengen.
- 119 -
Jaarstukken 2014
Programma 3
Leefbaar
Het programma Leefbaar bestaat uit de producten: Algemene Plaatselijke Verordening Ontruimingen Handhaving Preventie Crisisbeheersing Zwerfdieren Wegen Verlichting Gladheidsbestrijding Verkeersmaatregelen Parkeren Havens Beschoeiingen
Kunstwerken Baggeren Kunst in de openbare ruimte Erfgoed Onderhoud groen Volkstuinen Speelplaatsen Afval Riolering Milieu Begraven Ongediertebestrijding Handhaving
Lasten en baten programma "Leefbaar"
Totaal lasten Totaal baten Totaal saldo van baten en lasten
Begroting Begroting voor wijziging na wijziging Werkelijk 2014 2014 2014 10.155.773 13.314.123 13.171.963 4.689.267 4.430.527 4.392.138 -5.466.506
Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat
-5.466.506
Verschil 2014 142.160 -38.389
-8.883.596
-8.779.825
103.771
8.232 2.890.489
7.849 2.880.689
383 -9.800
-6.001.339
-5.906.985
94.354
Hieronder lichten we de belangrijkste verschillen toe die zijn ontstaan na de laatste begrotingswijziging binnen het programma Leefbaar. € 14.074 nadelig Erfgoed De legesinkomsten archeologie zijn gebaseerd op een gemiddeld aantal rapporten dat jaarlijks wordt getoetst. In 2014 zijn er minder rapporten getoetst en zijn er dus minder leges geheven dan begroot. € 29.343 voordelig Riolering Zowel op de lasten (€ 21.086) als op de baten (€ 29.343) is een voordelig saldo. Het voordeel op de baten wordt veroorzaakt door het verschil in het aantal huishoudens dat in de begroting is gehanteerd. In werkelijkheid is dit aantal hoger. Bij de lasten zijn er enkele kleinere meevallers: het actualiseren van het Gemeentelijk Rioleringsplan kostte minder, de energiekosten waren lager en we hebben minder kosten gemaakt voor het rioolaansluitrecht. Het overschot op de lasten dient conform de voorschriften gestort te worden in een daarvoor bestemde voorziening Riolering.
- 120 -
€ 21.300 voordelig Afval Met betrekking tot de afvalinzameling is in de jaarrekening € 50.000 overgebleven. Voor een bedrag van € 21.800 wordt dit verklaard doordat er minder huishoudelijk afval en gft-afval bij de AVU is aangeboden dan begroot. Tevens is in de begroting rekening gehouden met een bedrag van € 9.800 om schommelingen in de papierprijs op te kunnen vangen. Gelet op de papierprijsontwikkeling was het niet nodig dit bedrag aan de reserve te onttrekken. Het onderzoek naar de toekomstige afvalinzameling is afgerond. Het college heeft besloten een aanvullend onderzoek uit te laten voeren. Vanwege aangepaste wetgeving in de BBV (Besluit Begroting en Verantwoording)is de voorziening afvalstoffenheffing gevormd. In deze voorziening moeten lagere lasten van de uitgestelde activiteiten (géén efficiency-verschillen) op de afvalstoffenheffing te worden gestort. Met betrekking tot de afvalstoffenheffing is er sprake van minder lasten vanwege een uitgestelde investering van € 29.620. Dit bedrag(het voordeel op de kapitaallasten) is gestort in de voorziening afvalstoffenheffing. Over te hevelen budgetten Een aantal budgetten zijn in 2014 niet uitgegeven. Vanuit de diverse afdelingen is echter aangegeven dat deze budgetten niet geheel in 2014 uitgegeven gaan worden, maar voor een deel doorschuiven naar 2015. Voor het programma Leefbaar gaat dit om onderstaande budgetten: € 13.200 Ontwikkelen beleid afval De verwachting was dat de overgang van het product afval naar Waardlanden in 2014 gerealiseerd zou zijn. Door het college is besloten om een aanvullend onderzoek te doen. Gelet op de omvang hiervan kon deze opdracht in 2014 niet afgerond worden. Er is reeds opdracht gegeven aan IPR .NORMAG dit onderzoek uit te voeren. De kosten hiervan bedragen € 18.360 (excl. btw). Hierbij moet nog rekening gehouden worden met onvoorziene kosten. In het budget 2015 is geen rekening gehouden met deze onderzoekskosten. € 38.000 Bijdrage Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODrU) Voor de VTH-taken 2015 is geld ontvangen van het gemeentefonds, waarmee de kosten van de werkzaamheden uitgevoerd kunnen worden door de ODru. Dit geld is echter niet (structureel) gereserveerd voor deze taken, waardoor er geen budget is om de ODrU te betalen. Het college heeft daarom besloten om andere dekkingsmogelijkheden zoveel mogelijk binnen het budget Milieu te zoeken. Door het overhevelen van het restant budget 2014 wordt deels aan deze dekking voldaan. Het college heeft daarom besloten om andere dekkingsmogelijkheden zoveel mogelijk binnen het budget Milieu te zoeken. Door het overhevelen van het restant budget 2014 wordt deels aan deze dekking voldaan. € 20.550: Incidentele lasten Milieu De begrote incidentele kosten 2014 vielen lager uit dan de prognose van de ODrU. Dit komt dooreen meer gelijkmatige verdeling van de incidentele kosten over 2014-2016. En doordat de reorganisatie, en bijbehorende ingecalculeerde financiële consequenties, later dan gepland worden uitgevoerd. De kosten 2014 schuiven door naar 2015. € 222.800 (neutraal) Onderhoud wegen (per saldo neutraal, wordt onttrokken aan voorziening wegen) Op dit moment wordt het exploitatiebudget wegen jaarlijks beschikbaar gesteld op basis van het meest recente wegenbeheerplan (meerjarenplanning 2011-2030). In 2014 is het exploitatiebudget niet volledig besteed. In afwachting van het nieuwe beheerplan en door de vertraging van het project Buiten Gewoon is spaarzaam met de uitgaven omgegaan. Alleen
- 121 -
Jaarstukken 2014
noodzakelijke herstelwerkzaamheden en de werkzaamheden die gepland waren binnen Buiten Gewoon zijn gerealiseerd. Er zijn een aantal werkzaamheden uitgesteld zoals het groot onderhoud aan de asfaltverharding van de Lange Waaijsteeg Vianen, de reparatie van de vloeistofdichte verharding van de milieustraat Stadswerf en de inspecties die ook nodig zijn voor het nieuwe beheerplan. Daarom is het nodig om het resterende budget 2014 te verschuiven naar het exploitatiebudget van 2015. In 2015 zal een nieuw beheerplan wegen worden opgesteld voor de periode 2016 t/m 2020. Dit plan dient een actueel en concreet inzicht te geven in de onderhouds- en vervangingsbehoefte van wegen, alsmede het huidige kwaliteitsniveau en de benodigde maatregelen om dit kwaliteitsniveau te behouden of behalen. Met het nieuwe beheerplan kunnen kleine onderhoudsmaatregelen worden gebundeld, waarmee het mogelijk is efficiency voordeel te behalen. Ook voeren we in 2015 diverse werkzaamheden uit aan de verhardingen binnen het project Buiten Gewoon, als gevolg van de opgelopen vertragingen in 2014. In 2015 zoeken we, vooruitlopend op het opstellen van het beheerplan wegen 2016/2020, verdere afstemming om wegen integraal te onderhouden binnen het project Buiten Gewoon.
- 122 -
Programma 4
Groeiend
Het programma Groeiend bestaat uit de producten: Openbaar vervoer Verkeersplannen Weekmarkt Jaarmarkt Economische ontwikkelingen VVV/Toerisme Recreatieve voorzieningen Evenementen Sociale werkvoorziening Reïntegratievoorzieningen Ruimtelijke ordening Geo-informatie Volkshuisvesting Beheer Vastgoed BAG Grondexploitatie Lasten en baten programma "Groeiend"
Totaal lasten Totaal baten Totaal saldo van baten en lasten Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat
Begroting Begroting voor wijziging na wijziging 2014 2014 6.074.734 8.048.745 4.543.906 6.789.944
Werkelijk 2014 9.180.735 6.161.040
Verschil 2014 -1.131.990 -628.904
-1.530.828
-1.258.801
-3.019.695
-1.760.894
15.000
345.853 63.820
660.253 2.059.477
-314.400 1.995.657
-1.545.828
-1.540.834
-1.620.471
-79.637
Hieronder lichten we de belangrijkste verschillen toe die zijn ontstaan na de laatste begrotingswijziging binnen het programma Groeiend. € 70.319 nadelig Sociale werkvoorziening In de SISA-verantwoording WSW jaarrekening 2012 zijn de aantallen gerealiseerde arbeidsplaatsen voor het jaar 2011 (T-1) verantwoord. Bij de controle van de jaarrekening 2012 zijn een aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen verplaatst naar een aantal gerealiseerde begeleide werkplekken. Op 18 maart 2014 hebben we een beschikking ontvangen over het vergoedingsjaar 2011van het Ministerie SZW. Daarin werd aangegeven dat er een correctie doorgevoerd wordt en er een terugbetalingsverplichting opgelegd werd. Aan deze terugbetalingsverplichting is voldaan. € 57.000 nadelig Beheer Vastgoed Bij de baten is minder binnengekomen dan verwacht. Dit heeft te maken met de strook restgrond aan de Eendrachtsweg. Deze strook kon voor € 145 verkocht worden. In verband met zeer geringe
- 123 -
Jaarstukken 2014
bebouwingsmogelijkheden bleek tijdens de onderhandelingen echter dat veel minder haalbaar was. Dit hebben we verwerkt in de tweede bestuursrapportage. Inmiddels is gebleken dat de grond helemaal niet verkocht wordt (een nadeel van € 35.000 ). De verkoop van de gronden aan de Wilhelminastraat gaat niet door. Dat betekent minder opbrengsten (€ 40.000). Bij de reclamemast en reclameborden is sprake van een voordeel van € 18.000. Dit komt door een verrekening van de opbrengsten van de reclameborden uit voorgaande jaren en de versnelde oplevering van de A2-mast. Deze drie grotere afwijkingen zijn samen € 57.000 nadelig.
- 124 -
Programma 5
Politiek & Bestuur
Het programma Politiek & Bestuur bestaat uit de producten: Raad College van B&W Commissie beroep- en bezwaarschriften Representatie BRU Stedenband Bestuurlijke communicatie Lasten en baten programma "Politiek & Bestuur"
Totaal lasten Totaal baten Totaal saldo van baten en lasten
Begroting Begroting voor wijziging na wijziging 2014 2014 2.492.746 2.420.788 0 0 -2.492.746
Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat
-2.492.746
Werkelijk 2014 2.440.274 14.111
Verschil 2014 -19.486 14.111
-2.420.788
-2.426.163
-5.375
0 9.750
0 8.442
0 -1.308
-2.411.038
-2.417.721
-6.683
Hieronder lichten we de belangrijkste verschillen toe die zijn ontstaan na de laatste begrotingswijziging binnen het programma Politiek & Bestuur. € 19.000 nadelig Gemeenteraad Door verplichte aanpassingen in de diverse onkostenvergoedingen voor bestuurders/politieke ambtsdragers zijn de lasten met betrekking tot deze vergoedingen gestegen.
- 125 -
Jaarstukken 2014
Programma 6
Algemene dekkingsmiddelen
Het programma Algemene dekkingsmiddelen bestaat uit de producten: Beleggingen O.Z.B. W.O.Z.-bestand Hondenbelasting Precariobelasting Toeristenbelasting Invordering belastingen Algemene uitkering Onvoorziene uitgaven Saldo kostenplaatsen Overige baten en lasten
Lasten en baten programma "Algemene dekkingsmiddelen"
Totaal lasten ¬ Lokale Heffingen ¬ Overig
Begroting Begroting voor wijziging na wijziging 2014 2014 1.865.958 5.252.514 355.849 1.510.109
370.946 4.881.568
Werkelijk 2014 5.280.046
Verschil 2014 -27.532
378.293 4.901.753
-7.347 -20.185
Totaal baten
24.009.986
24.239.240 25.798.415
1.559.175
¬ Lokale Heffingen ¬ Algemene uitkering ¬ Dividend ¬ Overig
3.924.146 16.147.313 1.286.004 2.652.523
3.948.269 3.821.307 16.479.582 16.539.263 1.367.548 1.367.548 2.443.841 4.070.297
-126.962 59.681 0 1.626.456
Totaal saldo van baten en lasten
22.144.028
18.986.726 20.518.369
1.531.643
Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat
1.074.100 4.790.104 22.144.028
1.518.905 4.772.526
-444.805 -17.578
22.702.730 23.771.990
1.069.260
Hieronder lichten we de belangrijkste verschillen toe die zijn ontstaan na de laatste begrotingswijziging binnen het programma Algemene Dekkingsmiddelen.
€ 13.787 voordelig Onvoorziene uitgaven Vanuit het frictiebudget is voor ondersteuning accommodatie beheer €25.000 geraamd. Het opstellen van het contractbeheer is afgerond in 2014. Er volgen op dit gebied geen nieuwe werkzaamheden meer.
- 126 -
€ 33.800 nadelig Beleggingen/Rente en dividenden Gedurende het jaar zijn er aflossingen op de hypotheken van ambtenaren geweest, tevens hebben enkele ambtenaren gebruik gemaakt van de mogelijkheid de hypotheekrente aan te passen. De renteopbrengsten nemen hierdoor af. € 59.681 voordelig Algemene Uitkering Het voordelige verschil is grotendeels te verklaren doordat na de inschatting van de 2e bestuursrapportage 2014 er nog algemene uitkering is ontvangen doordat de maatstaven voor Werk en Inkomen zijn verhoogd. Het gaat hier met name over het aantal inwoners dat bijstand ontvangt in de gemeente Vianen. € 67.000 nadelig Incidentele baten en lasten Na beoordeling van de vorderingen op belastingdebiteuren is gebleken dat de voorziening dubieuze belastingdebiteuren niet toereikend is. Vanuit het product overige baten en lasten is € 67.000 gestort in deze voorziening. Hiermee is deze voorziening weer op het gewenste peil. € 50.000 nadelig Incidentele baten en lasten Na beoordeling van de vorderingen op privaatrechtelijke debiteuren is gebleken dat de voorziening dubieuze debiteuren niet toereikend is. Vanuit het product overige baten en lasten is € 50.000 gestort in deze voorziening. Hiermee is deze voorziening weer op het gewenste peil. € 1.152.000 voordelig Incidentele baten en lasten Personeelsbeleid Met een voormalige medewerker is een vertrekregeling getroffen. Hiervoor is in 2014 een verplichting van € 43.000 opgenomen.
Voorziening pensioen wethouders Bij de jaarrekening is de voorziening pensioenen wethouders geactualiseerd. De toevoeging bedraagt € 111.233, waarvan € 66.000 voor de huidige wethouders. In 2014 bedraagt de ingehouden pensioenpremie voor wethouders in totaal € 19.200. Bij gelijke grondslagen nemen de pensioenvoorzieningen van niet-gepensioneerden jaarlijks toe. Daarnaast is het van belang dat bij de berekening de juiste grondslagen (rekenrente en sterftetabel) gehanteerd worden. In de berekening is een rekenrente van 2,8 % gehanteerd. Dat is 0,3 % hoger ten opzichte van het voorgaande jaar (2,5 %). Een verhoging van de rekenrente moet leiden tot een iets lagere voorziening. Daar staat tegenover dat een nieuwere sterftetafel is gehanteerd, hetgeen weer leidt tot een iets hogere voorziening. Naast de algemene verschillen wordt de toename ook veroorzaakt door individuele verschillen. Voor drie wethouders geldt dat de deeltijdfactor is gewijzigd en voor één wethouder was geen partnerpensioen meegenomen, in de geactualiseerde berekening wel.
Vrijval overlopende passiva Inburgering Nieuwkomers Batig saldo € 156.646 Voor de uitvoering van de Wet inburgering en de regeling nalatenschap oude Vreemdelingenwet (pardonregeling) zijn voor de jaren 2Ó07 en 2008 door het Rijk voorschotten verstrekt, die in het kader van de jaarrekening 2011 zijn verantwoord (vanwege de doorloop van de trajecten). De afrekening heeft inmiddels plaatsgevonden. Het restant van de overlopende passiva is niet direct vrijgevallen doordat er voor de jaren 2013-2014 nog sprake was van doorlopende trajecten inburgering waarvan de inburgeringsplicht was ingegaan vóór 1 januari 2013.
- 127 -
Jaarstukken 2014
Verlofverplichting Bij de jaarrekening is de verlofverplichting geactualiseerd. Dit heeft geresulteerd in een toevoeging van € 21.315. Voorziening onderhoud schoolgebouwen € 943.000 voordelig Met ingang van 1 januari 2015 is het gemeentelijk aandeel in het onderhoud van de schoolgebouwen (het zogenaamde buitenonderhoud) aan de schoolbesturen overgedragen. De schoolbesturen ontvangen via de lumpsumbekostiging een aanvullend bedrag ten behoeve van het onderhoud van de schoolgebouwen. De voorziening die de gemeente voor dat doel in stand houdt, kan door de doordecentralisatie vervallen. Over te hevelen budgetten Een aantal budgetten zijn in 2014 niet uitgegeven. Vanuit de diverse afdelingen is echter aangegeven dat deze budgetten niet geheel in 2014 uitgegeven gaan worden , maar voor een deel doorschuiven naar 2015. Voor het programma Algemene dekkingsmiddelen gaat dit om onderstaande budgetten: € 10.000 Inhuur Team Financiën (Wet markt en overheid) De opdracht voor begeleiding bij de invoering van de Wet markt en overheid is in 2014 verstrekt. Hiervoor huren we echter pas vanaf 2015 in. € 30.000 Salarissen Team Financiën De vacatureruimte is in 2014 niet ingezet, maar gereserveerd voor ondersteuning bij de invoering van de Wet Markt en Overheid en invoering Vennootschapsbelasting. Naast de reguliere taken heeft het Team Financiën geïnventariseerd welke werkzaamheden er in 2015 gerealiseerd moeten worden, of wenselijk zijn. Deze taken kunnen niet met de huidige capaciteit opgepakt worden, we moeten hiervoor dus medewerkers inhuren. Met inhuur kunnen we voornamelijk voldoen aan wettelijke verplichtingen, maar ook inspelen op de wensen van onze ’interne’klanten. € 10.000 Rechtskundige adviezen Een aantal van de in 2014gestarte juridische procedures werken door in 2015. Om juridische ondersteuning hiervoor in te winnen is het nodig het restant budget 2014 over te hevelen. € 14.291 Opleidingskosten + doorontwikkeling organisatie De restant budgetten voor opleidingskosten van de organisatie en het restant budget voor doorontwikkeling organisatie zetten we in 2015 in voor het trainingsprogramma om medewerkers te ondersteunen in het plannen van het werk.
- 128 -
Overzicht besteding onvoorzien Onvoorziene uitgaven Conform de voorschriften BBV presenteren we in onderstaande tabel de besteding van het in de primaire begroting geraamde budget voor onvoorziene uitgaven. Begroot is 19.654 (aantal inwoners) x € 2,27 = € 44.615. In het begrotingsjaar zijn de volgende begrotingswijzingen ten laste , of ten gunste, van de onvoorziene structurele uitgaven gebracht: Onderwerp
Begrotingswijziging
Primaire Begroting 1.
Bedrag in euro’s 44.615
e
2 bestuursrapportage 2014
BW 16/2014
Saldo
-44.615 0
Het in de begroting 2014 beschikbare gestelde budget van € 2,27 per inwoner voor onvoorziene uitgaven is niet specifiek ingezet. Dit budget is in de 2e bestuursrapportage 2014 volledig afgeraamd. WNT Met ingang van 2013 is de Wet Normering Topinkomens (WNT) van kracht. De WNT verplicht tot openbaarmaking van de bezoldiging van topfunctionarissen in de jaarrekening. Onder topfunctionarissen vallen voor gemeenten de gemeentesecretaris en de gemeentegriffier. De norm bedraagt € 230.474. Deze wordt vervolgens naar rato van de omvang dienstverband bepaald. Gemeentesecretaris
Dhr. Drs. J. van der Noordt
Beloning Beloning betaalbaar op termijn Belastbare kostenvergoeding Totaal Omvang dienstverband verslagjaar Omvang dienstverband Gemeentesecretaris
Dhr. W. Wieringa
Beloning Beloning betaalbaar op termijn Belastbare kostenvergoeding Totaal Omvang dienstverband verslagjaar Omvang dienstverband Gemeentegriffier
2014 Norm WNT € 37.855 0 0 € 37.855 € 38.412 Vanaf 1 november tot en met 31 december 2014 36 uur
Dhr. C. J. Steehouwer
Beloning Beloning betaalbaar op termijn Belastbare kostenvergoeding Totaal Omvang dienstverband verslagjaar Omvang dienstverband
- 129 -
2014 Norm WNT € 132.620 0 € 16.038 € 148.658 € 172.856 Vanaf 1 januari tot en met 30 september 2014 36 uur
2014 96.411 11.952
Norm WNT
€ 108.363 € 230.474 Vanaf 1 januari tot en met 31 december 2014 36 uur
Jaarstukken 2014
Analyse begrotingsrechtmatigheid Kostenoverschrijding
Begrotingsafwijking
Storting in reserve programma 2 Onttrekking reserve Programma 4 Storting in reserve Programma 4 Programma 5 (lasten)
Als gevolg van een open einderegeling
Programma 6 (storting in reserve) Programma 6 (storting in reserve) Programma 6 (storting in reserve)
De afwijking had niet tijdig in een eerdere bestuursrapportage gesignaleerd kunnen worden De afwijking had niet tijdig in een eerdere bestuursrapportage gesignaleerd kunnen worden De afwijking is ontstaan door gewijzigde regelgeving ten opzichte van de begroting. De afwijking had niet tijdig in een eerdere bestuursrapportage gesignaleerd kunnen worden De afwijking had niet tijdig in een eerdere bestuursrapportage gesignaleerd kunnen worden De afwijking had niet tijdig in een eerdere bestuursrapportage gesignaleerd kunnen worden
Onrechtmatig, telt niet mee (€ x 1.000) 664
Onrechtmatig, telt mee als fout (€ x 1.000)
2.000
288
19
60
100
284
Toelichting analyse begrotingsrechtmatigheid Indien de lasten binnen een programma de begroting overschrijden, dient deze begrotingsafwijking gemeld te worden. De aard van de overschrijding is bepalend of deze meetelt als onrechtmatigheid. De begrotingsafwijkingen die zijn geconstateerd passen allen binnen het bestaand beleid. De afwijking telt niet mee in de onrechtmatigheid indien: • De afwijking niet tijdig in een eerdere bestuursrapportage geconstateerd had kunnen worden • De afwijking wordt gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten • De afwijking is ontstaan door gewijzigde regelgeving ten opzichte van de begroting • De afwijking is ontstaan bij open einde (subsidie) regelingen De afwijking telt wel mee als onzekerheid indien de overschrijding niet is gesignaleerd in een eerdere bestuursrapportage. De totale onrechtmatigheidgevallen blijven binnen de toegestane marges. Programma 2 € 664.000 Het voordelige saldo op de Wmo is volledig gestort in de Reserve open einde regelingen. Deze storting wordt als voldoende gezien om het eventueel nadelige effect van de transitie AWBZ-Wmo in de volgende jaren te kunnen opvangen. Programma 4 onttrekking reserve € 2.000.000 Via het meerjaren perspectief grondbeleid is besloten de boekwaarde van de grondexploitatie Helsdingen met € 2 miljoen af te waarderen met het oog op toekomstige ontwikkelingen. Deze afwaardering is ten laste gebracht van de Algemene reserve grondexploitatie.
- 130 -
Programma 4 storting reserve € 436.207 De voorziening voor grondexploitatie De Bleek is vrijgevallen, het bedrag is gestort in de Algemene reserve grondexploitatie. Programma 5 € 19.000 Door verplichte aanpassingen in de diverse onkostenvergoedingen voor bestuurders/politieke ambtsdragers zijn de lasten met betrekking tot deze vergoedingen gestegen. Programma 6 Bespaarde rente
€ storting reserve € 60.000
Programma 6 € storting reserve € 100.000 De toevoeging van € 100.000 aan de reserve toekomstgericht personeelsbeleid komt voort uit de Nota rentebeleid, reserves en voorziening. De toevoeging was echter niet geraamd en leidt dus tot een overschrijding. Programma 6 € storting reserve € 284.000 De toevoegingen dan wel onttrekkingen in 2014 van de investeringen dienen in de exploitatie te worden verantwoord , baten (+€ 264.000) en lasten ( € 284.00) worden gesaldeerd in een totaalbedrag en niet uitgesplitst. De totale raming is met € 20.000 overschreden.
- 131 -
Jaarstukken 2014
Overzicht incidentele baten & lasten Het is van groot belang dat de begroting transparant is en dat er zowel voor de interne toezichthouders (provinciale staten/gemeenteraad) als voor de externe toezichthouders (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties/Provincies) helder inzicht bestaat in de financiële positie op korte en langere termijn. Zo is in de BBV artikelen 19-c en 28-c bepaald dat in de toelichting op het overzicht van baten en lasten bij de begroting en bij de jaarrekening, een overzicht van incidentele baten en lasten wordt gevoegd. Het verschil tussen incidenteel en structureel is niet altijd even scherp te trekken. Structurele baten en lasten zijn in elk geval die baten en lasten die in beginsel jaarlijks in de begroting, meerjarenraming en jaarrekening zijn opgenomen. Indien de structurele lasten worden gedekt door de structurele baten is er sprake van ‘materieel’ begrotingsevenwicht. Voor het begrip incidenteel kan gedacht worden aan baten en lasten die zich gedurende maximaal drie jaar voordoen. Het is daarbij van belang dat het gaat om ‘eenmalige zaken’. Een begroting of jaarrekening zal ieder jaar een bedrag van dergelijke eenmalige zaken bevatten. Het zijn vooral de uitschieters die er echt toe doen. Bijvoorbeeld een eenmalige extra legesopbrengst vanwege een groot en bijzonder project, boekwinst bij de verkoop van tafelzilver of een winst dan wel verlies in het grondbedrijf. In onderstaand overzicht zijn de belangrijkste incidentele mutaties weergegeven, met daarbij een verwijzing naar het programma waar de mutatie zich heeft voorgedaan. Het bedrag is het verschil tussen de werkelijke verantwoording en de structurele begroting. Omschrijving
Achterblijven bouwleges Minder bijstandsverlening Voordeel exploitatielasten nieuwe gebouw Sportcentrum Helsdingen Voordeel exploitatielasten nieuwe Brede School - De Prenter Decentralisatie jeugdgezondheidszorg, voordeel overige gezondheidsvoorzieningen Resultaat milieutaken OdrU Grondexploitatie, verlaging voorziening De Bleek Grondexploitatie, verliesneming complex Helsdingen Achtergebleven baten grondverkopen Afrekening WSW 2011 Uitvoering personeelsbeleid
Bedrag + incidentele baat -/incidentele last -/- € 32.000 +/+ 97.000 +/+ 123.000
Programma
Programma 1 Dienstverlenend Programma 1 Dienstverlenend Programma 2 Stimulerend
+/+ 40.000
Programma 2 Stimulerend
+/+ 120.000
Programma 2 Stimulerend
+/+ 58.000 +/+ 436.000 -/- 2.000.000
Programma 3 Leefbaar Programma 4 Groeiend Programma 4 Groeiend
-/- 57.000 -/- 70.000 -/- € 43.000
Voorziening wachtgeld en pensioen wethouders
-/- € 111.000
Vrijval overlopende passiva Inburgering Nieuwkomers Algemene Uitkering Herwaardering dubieuze debiteuren Herwaardering dubieuze belastingdebiteuren
+/+ 157.000
Programma 4 Groeiend Programma 4 Groeiend Programma 6 Algemene dekkingsmiddelen Programma 6 Algemene dekkingsmiddelen Programma 6 Algemene dekkingsmiddelen
+/+ 60.000 -/- 50.000 -/- 67.000
Programma 6 Algemene dekkingsmiddelen Programma 6 Algemene dekkingsmiddelen Programma 6 Algemene dekkingsmiddelen
- 132 -
Bijlagen
- 133 -
Jaarstukken 2014
Bijlage
OCW
Sisa verantwoordingsinformatie
D9
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2014 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa - d.d. 3 maart 2015 Opgebouwde reserve ultimo Onderwijsachterstanden Besteding (jaar T) aan Besteding (jaar T) aan overige Besteding (jaar T) aan activiteiten (naast VVE) voor afspraken over voor- en (jaar T-1) beleid 2011-2015 (OAB) voorzieningen voor voorschoolse educatie die leerlingen met een grote vroegschoolse educatie met achterstand in de Nederlandse bevoegde gezagsorganen van Deze indicator is bedoeld voor Besluit specifieke voldoen aan de wettelijke de tussentijdse afstemming uitkeringen kwaliteitseisen (conform artikel taal (conform artikel 165 WPO) scholen, houders van kindcentra en van de juistheid en volledigheid gemeentelijk 166, eerste lid WPO) onderwijsachterstanden peuterspeelzalen (conform van de artikel 167 WPO) verantwoordingsinformatie beleid 2011-2014 Gemeenten Aard controle R Indicatornummer: D9 / 01
I&M
E27B
€ 162.267 Brede doeluitkering Hieronder per regel één verkeer en vervoer SiSa beschikkingsnummer en in de tussen medeoverheden kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie Provinciale beschikking en/of verordening
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 02
€0 Besteding (jaar T) ten laste van provinciale middelen
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 03
€0 Overige bestedingen (jaar T)
Gemeenten en Gemeenschappelijke Regelingen Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 01
1 MNBB21/80E5E231 Kopie beschikkingsnummer
Aard controle R Indicatornummer: E27B / 02
Aard controle R Indicatornummer: E27B / 03
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 04
€ 114.045 Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde bestedingen ten laste van provinciale middelen
Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde overige bestedingen
Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen
Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen
Aard controle R Indicatornummer: E27B / 04
€ 126.666 Cumulatieve besteding ten laste van provinciale middelen tot en met (jaar T)
€0 Cumulatieve overige Toelichting bestedingen tot en met (jaar T)
Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie
Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie
Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 06 Indicatornummer: E27B / 07 Indicatornummer: E27B / 08 1 MNBB21/80E5E231 € 126.666 €0
Aard controle R Indicatornummer: E27B / 05
Eindverantwoording Ja/Nee Als u kiest voor ‘ja’, betekent dit dat het project is afgerond en u voor de komende jaren geen bestedingen meer wilt verantwoorden
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 09
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 10
Nee
SZW
G1
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_gemeente 2014 Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
SZW
G1A
Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of er in (jaar T) geen, enkele of alle inwoners werkzaam waren bij Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_totaal 2013 Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
Het totaal aantal geïndiceerde Volledig zelfstandige uitvoering inwoners van uw gemeente dat Ja/Nee een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (jaar T)
Aard controle R Indicatornummer: G1 / 01
7,00 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Alle gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel gemeente uit (jaar T-1) SZW
G2
Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB_gemeente 2014 Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1 / 02
Nee Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1A / 01
1 60620 Vianen Besteding (jaar T) algemene bijstand
Aard controle R Indicatornummer: G1A / 02
Aard controle R Indicatornummer: G1A / 03
28,51 Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk)
1,68 Besteding (jaar T) IOAW
Gemeente
Gemeente
I.1 Wet werk en bijstand (WWB)
I.1 Wet werk en bijstand (WWB)
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 01
Baten (jaar T) IOAW (exclusief Besteding (jaar T) IOAZ Rijk)
Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk)
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 02
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 03
€0 Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
€0 Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
€0 Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk)
Gemeente
Gemeente
Gemeente
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 07
€0
- 135 -
Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 08
€0
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 04
€0 €0 Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 09
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 10
Nee
Jaarstukken 2014
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 05
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 06
€0
SZW
G2A
Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB_totaal 2013 Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T1) regeling G2B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G2A)
Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Besteding (jaar T-1) algemene bijstand
Baten (jaar T-1) algemene bijstand (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T-1) IOAW
Baten (jaar T-1) IOAW (exclusief Rijk)
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
I.1 Wet werk en bijstand (WWB)
I.1 Wet werk en bijstand (WWB)
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 01
1 60620 Vianen Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij indicator G2A / 01
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 02
€ 2.174.538 Besteding (jaar T-1) IOAZ
€ 91.512 Baten (jaar T-1) IOAZ (exclusief Rijk)
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
In de kolommen hiernaast de verantwoordingsinformatie voor I.3 Wet inkomensvoorziening die gemeente invullen oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 06
SZW
G3
1 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)_gemeent e 2014
60620 Vianen Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob)
Besluit
€ 12.155 Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 04
€ 111.603 Besteding (jaar T-1) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 08
€ 219 Baten (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 02
€ 5.340 Baten (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 03
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 08
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 05
€ 4.940 Baten (jaar T-1) Bbz 2004 Baten (jaar T-1) WWIK levensonderhoud beginnende (exclusief Rijk) zelfstandigen inclusief geldstroom naar inclusief geldstroom naar openbaar lichaam openbaar lichaam I.6 Wet werk en inkomen I.4 Besluit bijstandverlening kunstenaars (WWIK) zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 09
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 10
€ 153 Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob)
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 04
€0 €0 €0 Besteding (jaar T) aan Volledig zelfstandige uitvoering uitvoeringskosten Bob als Ja/Nee bedoeld in artikel 56 Bbz 2004
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 07
€0
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 07
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 01
€0 Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 03
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3 / 09
Nee
- 136 -
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 11
€0 Besteding (jaar T) Bob
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 05
€0
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 06
€0
SZW
G3A
Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)_totaal 2013 Besluit
Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Besteding (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob)
Besteding (jaar T-1) kapitaalverstrekking (exclusief Bob)
Baten (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
Baten (jaar T-1) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T-1) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob)
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3A / 01
1 60620 Vianen Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij G3A / 01
Aard controle R Indicatornummer: G3A / 02
€ 19.400 Besteding (jaar T-1) Bob
In de kolommen hiernaast de inclusief geldstroom naar verantwoordingsinformatie voor openbaar lichaam die gemeente invullen Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3A / 07
SZW
G5
Wet participatiebudget (WPB)_gemeente 2014 Wet participatiebudget (WPB) Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
1 60620 Vianen Het aantal in (jaar T) bij een ROC ingekochte contacturen
Aard controle R Indicatornummer: G3A / 05
€0 €0 €0 Baten (jaar T-1) Bob (exclusief Besteding (jaar T-1) aan Rijk) uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3A / 08
€0
Aard controle R Indicatornummer: G3A / 04
€ 16.813
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3A / 09
€0
Aard controle R Indicatornummer: G3A / 06
Aard controle R Indicatornummer: G3A / 10
€0
Let op: Dit is de enige gelegenheid om verantwoording af te leggen over deze taakuitvoering Let op: Deze verantwoording kan niet door een gemeenschappelijke regeling worden uitgevoerd, ongeacht de keuze van de gemeente bij indicator G5/07 Aard controle D1 Indicatornummer: G5 / 01
185 Besteding (jaar T) participatiebudget
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 02
€ 36.959
- 137 -
Aard controle R Indicatornummer: G3A / 03
Waarvan besteding (jaar T) van Baten (jaar T) (niet-Rijk) educatie bij roc's participatiebudget
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 03
€ 36.959
Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc’s
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 04
€0
Reservering besteding van educatie bij roc’s in jaar T voor volgend kalenderjaar (jaar T+1 )
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 05
€0
Jaarstukken 2014
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 06
€0
Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee De zelfstandige uitvoering betreft de indicatoren G5/02 tot en met G5/06 Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G5 / 07
Nee
SZW
G5A
Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Wet Participatiebudget (WPB)_totaal 2013 Wet participatiebudget (WPB)
Besteding (jaar T-1) participatiebudget
Waarvan besteding (jaar T-1) van educatie bij roc's
Baten (jaar T-1) (niet-Rijk) participatiebudget
Waarvan baten (jaar T-1) van educatie bij roc’s
Besteding (jaar T-1) Regelluw
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
Dit onderdeel is uitsluitend van toepassing op gemeenten die in (jaar T-1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk.
Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T1) regeling G5B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G5)
inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G5A / 01
1 60620 Vianen
Aard controle R Indicatornummer: G5A / 02
€ 162.990
Aard controle R Indicatornummer: G5A / 03
€0
Aard controle R Indicatornummer: G5A / 04
€0
- 138 -
Aard controle R Indicatornummer: G5A / 05
€0
Aard controle R Indicatornummer: G5A / 06
- 139 -
Jaarstukken 2014
Overige Gegevens
Vaststellingsbesluit
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Vianen in zijn openbare vergadering van 7 juli 2015.
de griffier,
de burgemeester,
C.J. Steehouwer
W.G. Groeneweg
- 141 -
Jaarstukken 2014