JAARVERSLAG | 2013
INHOUDSOPGAVE Bericht van de voorzitter .................................................................................................3 Voorwoord ...............................................................................................................................4 Edito .............................................................................................................................................5
1 | Reglementaire activiteiten in België ..............................7 1.1 Algemene beoordeling van de nucleaire installaties ........................ 8 1.2 Overzicht van inspecties in de kerncentrales ..........................................10 1.3 Overzicht van inspecties in andere nucleaire installaties ..............14 1.4 Voorbereiding en reactie op noodsituaties ...............................................18
2 | Veiligheidsevaluaties en nationale projecten .. 21 2.1 Probabilistische veiligheidsanalyse (PSA) .....................................................22 2.2 Periodieke veiligheidsbeoordeling (PSR) ......................................................23 2.3 Long-Term Operation (LTO) ..........................................................................................24 2.4 Programma voor de sluiting van Doel 1/2 ..................................................25 2.5 BEST-project: Belgische stresstests .......................................................................26 2.6 Beheer van radioactief afval .........................................................................................28 2.7 MYRRHA (SCK•CEN) ..........................................................................................29 2.8 Foutindicaties in de reactorvaten ...........................................................30
3 | Internationale activiteiten en projecten........... 33 3.1 Activiteiten van de OESO en het IAEA .............................................................34 3.2 Samenwerking met veiligheidsinstanties ....................................................35 3.3 Samenwerking met technische veiligheidsorganisaties ............37 3.4 Door de Europese Commissie gefinancierde bijstandsprojecten ..................................................................................................................39
4 | Expertisebeheer ....................................................................................................... 43 4.1 Ervaringsfeedback in België .........................................................................................44 4.2 Ervaringsfeedback vanuit het buitenland ....................................................45 4.3 Kennisbeheer ................................................................................................................................46 4.4 Research & development ................................................................................................47 4.5 Opleiding ...........................................................................................................................................56
Financieel verslag ............................................................................................................. 57 Balans op 31 december 2013 ...............................................................................................58 Resultatenrekening op 31 december 2013 ..........................................................60 Resultatenrekening: toelichtingen .................................................................................61 Lijst van afkortingen ..................................................................................................................................62
B
el V kon in 2013 vijf kaarsjes uitblazen. Voor die korte periode kan Bel V wel al enkele indrukwekkende verwezenlijkingen voorleggen. Zo is het personeelsbestand in vijf jaar tijd bijna verdubbeld, van net iets meer dan 40 tot bijna 80 medewerkers. Op het vlak van rekrutering en opleiding werden dus heel wat inspanningen geleverd. Het resultaat mag dan ook gezien worden: een multidisciplinair team van hooggekwalificeerde experts inzake nucleaire veiligheid en stralingsbescherming, die alles in het werk stellen om de werknemers en de bevolking te beschermen tegen de potentiële gevaren van ioniserende straling. Ons dienstenaanbod blijft intussen groeien, onder meer op het vlak van buitenbedrijfstellingen, opslag van radioactief afval, fysieke bescherming en het vervoer van radioactieve producten.
Michel JURISSE, Ir
Voorzitter van de raad van bestuur
BERICHT VAN DE VOORZITTER
Op Belgisch verzoek heeft het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) een 'Integrated Regulatory Review Service' (IRSS) gepland voor eind 2013. Om zich hierop voor te bereiden hebben het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) en Bel V in 2012 een zelfevaluatie uitgevoerd op basis van de vragenlijst van het IAEA. Deze oefening heeft geleid tot de opstelling van een actieplan, dat in 2013 werd geïmplementeerd. De IRRS-missie in België vond plaats tijdens de eerste twee weken van december en een groot aantal experts van zowel Bel V als het FANC werden daarbij betrokken. De resultaten (die kunnen worden geraadpleegd op de website van het FANC) zijn heel positief. Zo wordt meer bepaald de rol van Bel V als organisatie voor technische ondersteuning van het FANC bevestigd, waardoor we integraal deel uitmaken van de Belgische regelgevende instantie. Er werden verbetervoorstellen uitgewerkt en opgenomen in een actieplan, dat zal worden geïmplementeerd met het oog op de opvolgingsmissie binnen twee tot drie jaar. De opdracht van Bel V inzake opvolging van de veiligheid van de Belgische nucleaire installaties past in het kader van de geïntegreerde inspectie- en controlestrategie die in nauwe samenwerking met het FANC werd opgesteld. In 2013 werd bijzondere aandacht besteed aan de ontwikkeling van een veiligheidscultuur door de uitbaters. Hiervoor worden zogenaamde ‘Safety Culture Observation Sheets’ gebruikt, die door het IRRS-team werden beschouwd als een goede praktijk die ook elders als voorbeeld kan dienen. De jaarlijkse veiligheidsevaluatie van de verschillende installaties werd uitgevoerd volgens de normen van ons kwaliteitssysteem. Bel V legt de resultaten van deze jaarlijkse evaluatie voor aan elk van de uitbaters en bespreekt ze met hun directies in aanwezigheid van het FANC. De resultaten dienen voor de opstelling van het controleprogramma voor het volgende jaar.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
3
Gezien de financiële middelen waarover Bel V kan beschikken, besliste de raad van bestuur om de activiteiten van Bel V op het vlak van onderzoek en ontwikkeling te versterken. Er werden initiatieven genomen om het werk te ondersteunen van onderzoekers aan Belgische universiteiten in domeinen die relevant zijn voor nucleaire veiligheid, om actief mee te werken aan internationale onderzoeksprogramma's en om de rekencapaciteiten van Bel V uit te breiden voor het modelleren van nucleaire ongevallen. Al deze acties zijn erop gericht de ontwikkeling van de technische knowhow van Bel V te bevorderen. Tot slot zou ik het managementteam willen feliciteren en alle medewerkers willen bedanken voor de resultaten en de professionaliteit waarmee ze hun taken uitvoeren. Michel JURISSE, Ir Voorzitter van de raad van bestuur
VOORWOORD
Bel V, een stichting met rechtspersoonlijkheid, werd opgericht op 7 september 2007 door het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC). De werking van de stichting wordt geregeld door de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen, en door haar statuten, die werden neergelegd bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg van Brussel. De stichting heeft tot doel om, zonder winstoogmerk, op technisch en wetenschappelijk vlak bij te dragen tot de bescherming van de bevolking en het milieu tegen het gevaar dat voortvloeit uit ioniserende stralingen.
RAAD VAN BESTUUR
In 2013 bestond de raad van bestuur van Bel V uit: M. Jurisse, Ir voormalig voorzitter van de raad van bestuur van het FANC
Ph. De Sadeleer huidig voorzitter van de raad van bestuur van het FANC
J. Bens, Ir algemeen directeur van het FANC
J. Vereecken, Ir doctor toegepaste wetenschappen en professor aan de VUB
4
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
2
012 stond in het teken van de defecten die werden ontdekt in de reactorvaten van Doel 3 en Tihange 2. Als gevolg daarvan lagen de twee eenheden begin 2013 nog altijd stil, in afwachting van bevestiging dat ze veilig verder konden worden uitgebaat. Het verantwoordingsdossier dat de uitbater eind 2012 indiende, werd niet alleen grondig geanalyseerd door de experts van Bel V, maar ook door collega's in het buitenland. Op basis van het positieve resultaat van deze analyses verleende het FANC in mei de toestemming om de twee eenheden opnieuw op te starten, op voorwaarde dat een actieplan werd opgesteld en ingevoerd met het oog op de geplande revisie voor herlading in 2014.
Benoît DE BOECK, Ir Algemeen Directeur
EDITO
Ook de gevolgen van de ramp in Fukushima bleven nog het hele jaar door voelbaar. Voor de kerncentrales bleef Bel V de implementatie van de actieplannen van de uitbaters opvolgen. Voor de belangrijke nucleaire installaties naast de kerncentrales evalueerde Bel V de rapporten die door de uitbaters waren opgesteld in overeenstemming met de specificaties van het FANC, nam de stichting deel aan de opmaak van het nationale rapport en controleerde ze de implementatie van de actieplannen van de uitbaters op het terrein. Door de beslissing van de Belgische regering in juli 2012 om Tihange 1 nog 10 jaar langer open te houden (tot in 2025) en om Doel 1/2 definitief te sluiten in 2015 zag Bel V zich genoodzaakt de focus te verleggen. Voor Tihange 1 bestaat de taak van Bel V voornamelijk uit twee aspecten: enerzijds een analyse van de veroudering van de infrastructuur en anderzijds de formulering van verbeteringen op veiligheidsvlak. Voor Doel 1/2 resulteerde de beslissing tot sluiting in drie verschillende types acties voor de uitbater: de voorbereiding van de definitieve sluiting (met inbegrip van de aanpassing van lopende projecten), de bouw van een eenheid voor de verwerking van decontaminatieen ontmantelingsafval, en de afvoer van bestraalde splijtstof en ander afval dat momenteel in de desactiveringsbekkens wordt opgeslagen. Momenteel zijn er verschillende buitenbedrijfsstellingsprojecten lopende of in voorbereiding. De buitenbedrijfstelling van de BR3 in het SCK•CEN, de fabriek van Belgonucléaire en de Thetis-reactor van de Universiteit Gent wordt opgevolgd in het kader van de gebruikelijke controle van die installaties. Er zijn plannen om te starten met de buitenbedrijfstelling van de splijtstoffabriek van FBFC te Dessel. De opvolging van deze projecten biedt Bel V de kans om nuttige kennis en knowhow op te doen ter voorbereiding van het toezicht op de buitenbedrijfstelling van Doel 1/2. De fase vóór vergunningverlening van het project voor de toekomstige site voor berging van radioactief afval in Dessel, die door NIRAS zal worden uitgebaat, werd eind 2012 afgerond. Bel V heeft nauw samengewerkt met het FANC aan zowel de opstelling van de vereisten als de controle van de manier waarop
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
5
aan deze vereisten zal worden voldaan. De officiële vergunningsaanvraag werd begin 2013 ingediend door NIRAS. Dat luidde meteen de start in van de evaluatie van het veiligheidsrapport over de installatie, in overeenstemming met de beginselen die waren vastgelegd tijdens de fase vóór vergunningverlening. Benoît DE BOECK, Ir Algemeen Directeur
6
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
1
Reglementaire activiteiten in België 2013 | JAARVERSLAG | BEL V
7
1| Reglementaire activiteiten in België 1.1 Algemene beoordeling van de nucleaire installaties 1.1.1 Kerncentrales Tijdens een stop voor herlading waren foutindicaties vastgesteld in de reactorvaten van Doel 3 (juni 2012) en Tihange 2 (september 2012). Beide eenheden lagen stil tot 17 mei 2013. Gezien de lange duur werd samen met het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) een specifiek inspectieprogramma opgesteld en uitgevoerd om de heropstart van nabij op te volgen. Het Long-Term Operation (LTO)-project loopt voor Tihange 1 in het kader van de beslissing om de uitbating van deze eenheid te verlengen met 10 jaar (tot 2025). Er werd een actieplan opgesteld ter verbetering van Tihange 1 op basis van het veiligheidsevaluatierapport dat door Electrabel werd opgesteld en door het FANC en Bel V werd geëvalueerd. In het kader van de opvolging van dit actieplan werden specifieke inspecties uitgevoerd. Electrabel werkte een actieplan uit voor de sluiting en toekomstige ontmanteling van Doel 1/2. De besprekingen hierover tussen Electrabel en het FANC/Bel V werden voortgezet in 2013. Midden 2013 werd in een aantal vaten met geconditioneerd afval een gelachtige substantie ontdekt, zowel bij Belgoprocess als op de site van Doel. Naar aanleiding van deze ontdekking zetten de Belgische Nationale Instelling voor Radioactief Afval en Verrijkte Splijtstoffen (NIRAS), het FANC en Bel V een nauwe samenwerking op om dit probleem ten gronde te onderzoeken en er een oplossing voor te vinden. Naar aanleiding van de ramp in Fukushima werd aan de uitbaters gevraagd om stresstests uit te voeren. Voor beide sites werd een veiligheidsevaluatierapport opgesteld door Electrabel, dat werd geëvalueerd door het FANC/Bel V en externe experts. Er werden actieplannen opgesteld. Verschillende wijzigingen werden al aangebracht aan de installaties of worden momenteel nog geïmplementeerd. In 2013 werden in Doel en Tihange ook specifieke inspecties uitgevoerd om de implementatie van die wijzigingen op te volgen.
1.1.2 Andere nucleaire installaties Na het ongeval in Fukushima werden stresstests uitgevoerd voor alle nucleaire installaties van Klasse I die nog in dienst zijn. De uitbaters stelden veiligheidsevaluatierapporten op, die door het FANC/Bel V werden geëvalueerd. Op 16 april publiceerde het FANC het nationale rapport van deze stresstests op zijn website. De vereiste actieplannen voor de respectieve uitbaters werden afgewerkt tegen 1 juli, waarna de implementatiefase begon. De tests en de conformiteitscontroles voor de indienststelling van Guinevere werden voortgezet in 2013. De definitieve indienststelling van deze installatie vond plaats in september 2013. Guinevere is een experimentele installatie, een tussenstap in de ontwikkeling van het MYRRHA-project, waarvan de studie momenteel loopt.
8
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
Voor de BR2 lopen verschillende projecten met de bedoeling om de uitbating te verlengen tot na 2016: De ontmantelingsactiviteiten gaan verder bij Belgonucléaire. Er deden zich geen noemenswaardige besmettingsincidenten voor. Het onderzoek door Belgoprocess van het beheer van het vloeibaar afval afkomstig van het Nationaal Instituut voor Radioelementen (IRE) werd voortgezet in 2013, met bijzondere aandacht voor de chemische compatibiliteit van vloeibaar afval van diverse oorsprong. In 2013 was ook de CILVA-verbrandingsoven enkele maanden buiten gebruik en op site 2 werden plastic zakken met dierlijke resten gevonden. Het management van het IRE staat nog steeds voor een groot aantal uitdagingen. Men blijft inspanningen leveren om de veiligheidscultuur te verbeteren. Er worden verschillende actieplannen geïmplementeerd, onder meer voor het opruimen van historisch afval. Er lopen momenteel een aantal onderzoeksprojecten: conversie van hoogverrijkt uranium (HEU) naar laagverrijkt uranium (LEU) voor de bestraalde doelwitten, opwerking van uranium voor recyclage, ontwerpstudie van een nieuwe installatie, productietoename (hoger aantal bestraalde doelwitten per week) ... MDS-Nordion werd in 2012 overgenomen door Best Medical Belgium, dat in 2012 echter failliet werd verklaard. Een deel van de installaties wordt momenteel uitgebaat door NIRAS en een deel door NTP. Een aantal niet-aangegeven radioactieve bronnen werd ontdekt. Er werd gestart met de opruiming van het radioactief afval dat op de site accumuleerde. Er werd nog altijd geen oplossing gevonden voor de afvoer van de oude beschadigde Sterigenics-bronnen, die in het waterbekken worden opgeslagen. In 2013 werd gestart met de ontmanteling van de Thetis-onderzoeksreactor.
1.1.3 Geïntegreerde controlestrategie In 2013 werd de geïntegreerde strategie voor inspectie (door het FANC) en controle (door Bel V) toegepast. Het controleprogramma voor 2013 werd eind 2012 naar de installaties gestuurd. De uitvoering van het programma wordt opgevolgd aan de hand van prestatie-indicatoren. Er wordt meer aandacht besteed aan menselijke factoren en menselijke prestaties, aan het veiligheidsbeheer en aan de ontwikkeling van de veiligheidscultuur. Specifiek werd het gebruik van de ‘Safety Culture Observation Sheets’ voortgezet en geoptimaliseerd in 2013.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
9
1.2 Overzicht van inspecties in de kerncentrales De regelgeving vereist permanente inspecties tijdens de uitbating van de zeven kerncentrales in België. Het doel van deze inspecties bestaat erin te controleren dat de uitbatingsvergunning wordt nageleefd en het veiligheidsbeheer en de veiligheidscultuur van de uitbater te beoordelen. In 2013 werden ongeveer 330 inspecties uitgevoerd in de zeven kerncentrales in België. Hierna volgt voor elk van deze eenheden een overzicht van de belangrijkste controleactiviteiten die werden uitgevoerd door de inspecteurs van Bel V.
1.2.1 Doel 1/2 In 2013 vond geen jaarlijkse revisie voor herlading van Doel 1 plaats. Op 28 februari was er een korte, geplande stop van Doel 1 voor de herstelling van een stoomlek. Doel 2 was in revisie voor herlading van 31 mei tot 22 juni. De jaarlijkse gemeenschappelijke stop voor veiligheidsinjectie- en dieselsequentietests vond plaats van 7 juni tot 13 juni. Doel 1 noch Doel 2 kende een noodstop van de reactor.
1.2.2 Doel 3 Doel 3 was stilgelegd sinds juni 2012 in afwachting van de justificatie van de mechanische integriteit van het reactorvat. De eenheid werd begin juni 2013 heropgestart na een gunstig advies van de veiligheidsinstanties. De eenheid was op vol vermogen voor de rest van het jaar, behalve tijdens: • een geplande stop op 20 september voor herstelling van een niet-geklasseerde veiligheidsklep. Bij de heropstart na deze werken was er op 21 september een noodstop door een zeer laag peil in een stoomgenerator ten gevolge van slecht werkende, niet-veiligheidsgerelateerde regelsystemen; • een noodstop op 7 november door het volledig verlies van hoofdvoedingswater door een menselijke fout. Er werd een probleem vastgesteld inzake de niet-naleving van de voorschriften voor omgevingskwalificatie voor een aantal geklasseerde connectoren. Begin 2013 werd waterintrede vastgesteld in een ruimte tussen de funderingen van een aantal gebouwen. De oorsprong hiervan is grondwater vermengd met water van de Schelde. Er werd aangetoond dat dit negatieve impact heeft op de stabiliteit van de gebouwen en bij uitbreiding op de nucleaire veiligheid. 10
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
1.2.3 Doel 4 De reactor was op vol vermogen gedurende het hele jaar, behalve tijdens: • een geplande stop (24 dagen, van 19 juli tot 12 augustus) voor de vervanging van de rotor van de turboalternator; • een onvoorziene stop (1 dag, 14 augustus) ten gevolge van een noodstop door verlies van de 380 kV-verbinding met het net. Er deed zich een interne overstroming van het GMH voor, waardoor de brandstoftoevoerpompen van twee veiligheidsdiesels onder water kwamen te staan.
1.2.4 WAB-SCG WAB: De omvang van de corrosieproblematiek in het WAB is nog verder tot uiting gekomen in de loop van dit jaar. Naast de vloerwaterverdampers en een concentraattank blijken nu ook meerdere andere concentraattanks ernstig aangetast. Verschillende projecten worden opgestart om op korte termijn de nodige componenten te vervangen. De uitbating van het WAB is tot nu toe niet in het gedrang gekomen. In het voorjaar werden bij Belgoprocess vaten met lekkende gel afkomstig van KCD opgemerkt. Dit leidde tot een grondig onderzoek naar dit fenomeen, dat zijn oorsprong zou vinden in een alkali-silicareactie (ASR) in de vaten met geconditioneerd afval. Het betreft duizenden vaten geproduceerd gedurende de laatste decennia. De productiecampagnes voor geconditioneerd afval van condensaten en harsen werden stilgelegd. Er wordt gezocht naar een nieuwe conditioneringsmethode. SCG: In het kader van het onderzoek naar het drukverlies in container TN24SH22 werd een renoyage van de container uitgevoerd in de dokken (SPG) van Doel 4. De container werd voorzien van een nieuw deksel en werd zonder problemen opnieuw opgesteld in het SCG.
1.2.5 Doel-site Het Bel V-controleprogramma op de site werd als volgt uitgevoerd: • Er werden vergaderingen belegd met de hoofden van de verschillende departementen (Maintenance, Operations, Care, Engineering) en diensten om hun organisatie en het beheer van de verschillende processen rond nucleaire veiligheid en stralingsbescherming te beoordelen. • Er werd meer aandacht besteed aan menselijke factoren en prestaties, housekeeping, oplossing van kleine tekortkomingen enz., met in het achterhoofd het belang van de duurzaamheid van de verbeteracties. Bel V gaf ondersteuning aan het FANC in het kader van hun inspecties, in het bijzonder de 'managementinspectie'.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
11
Bel V was ook nauw betrokken bij het BEST-project (BElgian Stress Tests), dat geleid heeft tot verschillende wijzigingen van installaties en procedures. Ook de aanpassing van de noodplanorganisatie als gevolg van het BEST-project werd het afgelopen jaar geïmplementeerd. We vermelden ook de opvolging van het actieplan naar aanleiding van de gemeenschappelijke tienjaarlijkse herziening die eind 2011 werd afgesloten en die zich vertaalde in wijzigingen aan de installaties, de procedures en het veiligheidsrapport.
1.2.6 Tihange 1 De eenheid was op vol vermogen gedurende het hele jaar, behalve tijdens: • de herladingsstop van 30 maart tot 2 juni. Hierbij moet melding worden gemaakt van: -- de inspectie van het vat, waaruit bleek dat er geen foutindicaties waren ten gevolge van waterstof en dat er ook geen defecten onder de ‘cladding’ waren; -- de vervanging van de lagedruk-veiligheidsinjectiepompen; • een noodstop van de reactor op 2 juni ten gevolge van een hoog niveau in een van de stoomgeneratoren; • een noodstop van de reactor op 7 juli ten gevolge van een laag niveau in een van de stoomgeneratoren.
1.2.7 Tihange 2 Tihange 2 werd stilgelegd in september 2012 in afwachting van de bevestiging van de mechanische integriteit van het reactorvat. Nadat in mei 2013 een positief advies werd verkregen van de veiligheidsinstanties werd de eenheid heropgestart en was de eenheid vanaf 17 juni op vol vermogen voor de rest van het jaar, behalve tijdens: • een noodstop van de reactor op 31 juli (ongewenste sluiting van een afsluiter in het secundaire circuit); • een noodstop van de reactor op 19 september (fout tijdens de uitvoering van een routinetest van de logische reactorbeschermingssignalen).
12
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
1.2.8 Tihange 3 De eenheid was op vol vermogen gedurende het hele jaar, behalve tijdens: • de herladingsstop van 24 augustus tot 30 september. Hierbij moet melding worden gemaakt van: -- de inspectie van het vat, waaruit bleek dat er geen foutindicaties waren ten gevolge van waterstof en dat er ook geen defecten onder de ‘cladding’ waren; -- de ontdekking van sporen boorzuur op het deksel van het reactorvat. Deze sporen waren afkomstig van een lek van een afsluiter. Uit inspectie van het deksel bleek dat het boorzuur de drukbarrière niet had aangetast; • een manuele noodstop op 11 januari door verlies van het persluchtsysteem (ten gevolge van een lek dat niet kon worden geïsoleerd).
1.2.9 Tihange-site Het Bel V-controleprogramma op de site werd als volgt uitgevoerd: • Er werden vergaderingen belegd met het management en de hoofden van de verschillende departementen (Maintenance, Operations, Care, Engineering) en diensten om hun organisatie en het beheer van de verschillende processen rond nucleaire veiligheid en stralingsbescherming te beoordelen. • Er werd meer aandacht besteed aan menselijke factoren en prestaties, netheid van de installatie, oplossing van kleine tekortkomingen enz., met in het achterhoofd het belang van de duurzaamheid van de verbeteracties. • Er werden specifieke inspecties uitgevoerd om problemen aan te pakken die op verschillende eenheden van toepassing zijn. Bel V gaf ondersteuning aan het FANC in het kader van hun inspecties, vooral de inspectie van het management en de opvolging van het BEST-project. Bel V was ook nauw betrokken bij het BEST-project, dat leidde tot wijzigingen aan installaties en procedures en de bouw van nieuwe gebouwen. We vermelden ook de opvolging van het actieplan naar aanleiding van de periodieke veiligheidsbeoordeling die eind 2011 werd afgesloten en die zich vertaalde in wijzigingen aan de installaties, de procedures en het veiligheidsrapport.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
13
1.3 Overzicht van inspecties in andere nucleaire installaties 1.3.1 Studiecentrum voor Kernenergie (SCK•CEN) Het uitbatingsregime van de BR2-reactor bestond in 2013 uit 3 cycli van 3 weken en 3 cycli van 4 weken. In het kader van de vervanging van de berylliummatrix van de BR2-reactor in 2015 gingen Bel V en het FANC akkoord met de positieve beoordeling van de dienst Fysische Controle betreffende het ontwerp van de berylliummatrix (plannen, specificaties van de materialen en controleprogramma). In september 2013 werd door Bel V een proces-verbaal van definitieve oplevering van de wijziging van de VENUS-installatie in het kader van het Guinevere-project opgemaakt. Daarna werd in oktober 2013 het bevestigingsbesluit opgesteld (Belgisch Staatsblad van 06.11.2013). Naar aanleiding van het Fukushima-ongeval werd een stresstest van de installaties uitgevoerd door het SCK•CEN. Deze analyse leidde tot de uitwerking van een actieplan, dat door het FANC werd goedgekeurd. De vordering van het stresstestactieplan wordt opgevolgd door Bel V.
1.3.2 Belgoprocess Naar aanleiding van de veiligheidsaudit van oktober 2010 initieerde Belgoprocess het Strategisch Veiligheidsprogramma (SVP). Dit actieplan wordt periodiek opgevolgd door Bel V en het FANC. In januari 2012 vond een FLITS-inspectie plaats op Belgoprocess. In 2013 werd een opvolgingsinspectie uitgevoerd om de implementatie van de acties op het terrein te verifiëren. In februari 2013 werd Bel V op de hoogte gebracht van een aantal lekkende vaten in gebouw 151X. Deze vaten bevatten concentraten afkomstig van KCD. In het kader hiervan vond in juli 2013 een eerste inspectiecampagne van een aantal vaten plaats. Daarna werd een globaal inspectieplan opgesteld, zodat van elke concentratencampagne van KCD twee vaten werden geïnspecteerd. Deze inspecties vonden plaats in oktober en november 2013. De opvolging van deze KCD-vaten met geelachtige gel in gebouwen 150X en 151X werd uitgevoerd via rondgangen en een verhoogde frequentie van de luchtmonitoring. Ten gevolge van een lek ter hoogte van de boiler van de CILVA-oven was de oven ongeveer zeven maanden lang niet beschikbaar. In afwachting van de herstelling van de oven werd het brandbaar afval opgeslagen in een tijdelijke gecontroleerde zone in CILVA. De CILVA-oven werd heropgestart in oktober nadat de nodige tests met succes waren uitgevoerd.
14
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
In het kader van het UF6-project werden de wijzigingen betreffende de opslag van cilinders in gebouw 123X en het spoelen en hercertificeren in gebouw 102X goedgekeurd door de dienst Fysische Controle en Bel V. De installatie voor het spoelen en certificeren dient nog in dienst te worden genomen. In het kader van de problematiek van vloeibaar afval op Belgoprocess hebben inspecties plaatsgevonden van de tanks en van de lekbakken van deze tanks in gebouw 108. Er werden ook een corrosiestudie en een neutronenmeting op de NCPverdamper uitgevoerd. Op basis van de resultaten van de inspecties en studies zal het voorstel van Belgoprocess voor de toekomst van gebouw 108X worden besproken. Naar aanleiding van het Fukushima-ongeval werd een stresstest van de installaties uitgevoerd door Belgoprocess. Deze analyse leidde tot de uitwerking van een actieplan, dat door het FANC werd goedgekeurd. De vordering van het stresstestactieplan wordt opgevolgd door Bel V. Op 13 september werd het dossier voor de installatie voor de productie van monolieten (IPM) voor de tweede keer voorgesteld aan de Wetenschappelijke Raad. Belgoprocess diende een bezwaar in bij het voorgestelde vergunningsbesluit voor IPM. Het dossier werd vervolgens besproken tijdens de zitting van de Wetenschappelijke Raad op 20 december, waarbij de Raad een gunstig definitief advies gaf betreffende de vergunningsaanvraag.
1.3.3 Belgonucléaire In 2013 werd verder gewerkt aan de ontmanteling van de handschoenkasten in gebouw A, zonder ernstige problemen. In parallel werd gestart met de voorbereidingen voor de isolatie en uiteindelijke vrijgave van gebouw H. Voor het leegmaken van gebouw H werden onder meer niet-nucleaire lokalen uit gebouw L omgebouwd tot gecontroleerde of bewaakte zones. Zo werden lokalen L4 en L5 uitgerust voor het versnijden van neutronenpanelen en werd de opstelling voor vrijgavemetingen ondergebracht in lokaal L10. Er werd een radiologische survey uitgevoerd van gebouw H, die zal dienen als startpunt voor de vrijgave van gebouw H. In de loop van 2013 werd een thematische inspectie uitgevoerd rond 'ventilatie', in het bijzonder rond de aanpassingen die werden uitgevoerd in het kader van de isolatie van gebouw H ten opzichte van gebouw A. Een ander thema van inspectie was 'Ervaringsbeheer (REX)', waaruit blijkt dat bij een installatie onder ontmanteling (zoals Belgonucleaire) ervaringsbeheer geïntegreerd is in het proces van continue verbetering. Zowel positieve als negatieve punten worden in beschouwing genomen en dragen op die manier bij tot de veiligheidscultuur van het bedrijf.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
15
1.3.4 Nationaal Instituut voor Radio-elementen (IRE) In 2013 dreigde een wereldwijd tekort aan Molybdeen-99 (Mo-99, een isotoop dat wordt gebruikt in de nucleaire geneeskunde), een probleem dat nog steeds actueel is. Twee van de vijf chemische nucleaire Mo-99-productievestigingen werden in 2013 geconfronteerd met grote veiligheidsproblemen. Tijdens deze periode kon het IRE een deel van de wereldwijde vraag naar dit product opvangen. Uit de controles die Bel V uitvoerde in 2013 bleek een aantal trends: • Het toezicht op het essentiële proces en het management van het IRE werden voortdurend versterkt. • Het IRE zette zijn programma voort om het historisch afval dat accumuleerde op de site op te ruimen. • Het IRE ontwikkelt momenteel nieuwe productiecapaciteit op basis van laagverrijkt uranium (LEU) in plaats van hoogverrijkt uranium (HEU). • Het IRE diende een dossier in bij de Wetenschappelijke Raad van het FANC om de productiecapaciteit te verhogen. Het stresstestprogramma voor de bestaande installaties die in de jaren zeventig waren ontworpen (evenals de periodieke veiligheidsbeoordeling) brachten enkele verbeterpunten aan het licht. Op basis van deze oefening diende het IRE een actieplan in, dat door de regelgevende instantie werd besproken en goedgekeurd. Het verslag van het stresstestprogramma is beschikbaar op de website van het FANC: www.fanc.fgov.be.
1.3.5 Thetis In 2013 vonden 9 systematische inspecties, 12 specifieke inspecties en 1 thematische inspectie 'Brandveiligheid' plaats. In het tweede kwartaal werd één beduidende gebeurtenis gemeld aan Bel V: 'Ontbreken onderdrukcascade in het reactorgebouw'. Verschillende maatregelen werden genomen om een gelijkaardig incident in de toekomst te vermijden. De ontmanteling van de reactor werd uitgevoerd tussen maart en augustus 2013. De verwijdering van het nog aanwezige asbest (fase 4) en de geactiveerde reactorkuip, de bodemplaat en het onderliggende beton (fase 5) is voorzien in 2014.
1.3.6 Instituut voor Referentiematerialen en -Metingen (IRMM) In 2013 vonden 12 systematische inspecties, 1 specifieke inspectie en 4 thematische inspecties 'Brandveiligheid', 'Documentbeheer' en 'Noodplan' plaats. Er deden zich geen beduidende gebeurtenissen voor in 2013. 16
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
1.3.7 Franco-Belge de Fabrication du Combustible (FBFC) In 2013 vonden 11 systematische inspecties, 1 specifieke inspectie en 2 thematische inspecties 'Brandveiligheid' en 'Documentbeheer' plaats. Eind oktober 2013 werd de vergunning verkregen voor de ontmanteling van gebouwen 1, 2, 3, 5 en 5M. De ontmantelingswerkzaamheden in gebouwen 1, 2 en 3 verlopen volgens planning. In gebouw 5 is men in december 2013 gestart met de ontmanteling van de installaties. Er deden zich geen beduidende gebeurtenissen voor in 2013.
1.3.6 Overige installaties (Klasse II en III) Bel V voerde ongeveer 150 inspecties uit in installaties van Klasse II en III. Hierbij werden geen ongevallen geregistreerd. Er werden enkele incidenten gemeld, maar deze werden op een correcte manier door de uitbaters beheerd. De belangrijkste veiligheidsproblemen met betrekking tot enkele van deze types installaties betreft de opslag van radioactief afval, dat soms in openbare instellingen zoals universiteiten wordt opgeslagen. Een ander veiligheidsprobleem is het feit dat er in België een aantal versnellers zijn die niet langer zullen worden gebruikt. Geen enkele ervan werd echter buiten dienst verklaard, wat de ontmanteling van deze machines belemmert.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
17
1.4 Voorbereiding en reactie op noodsituaties 1.4.1 Noodplanoefeningen In 2013 werden zes noodplanoefeningen georganiseerd onder toezicht van de Algemene Directie Crisiscentrum (ADCC) van de Federale Overheidsdienst (FOD) Binnenlandse Zaken: • in juni voor de nucleaire installatie van Belgoprocess: gedeeltelijke oefening beperkt tot de interactie tussen de crisiscel voor noodsituaties van de uitbater (on-site) en de evaluatiecel CELEVAL (off-site); • in juni voor de nucleaire installatie van het SCK•CEN: gedeeltelijke oefening beperkt tot de interactie tussen de crisiscel voor noodsituaties van de uitbater (on-site) en de evaluatiecel CELEVAL (off-site); • in juni: laatste luik van de reeks oefeningen georganiseerd door de 'Grande Région' met focus op grensoverschrijdende interacties tussen de betrokken Luxemburgse, Franse, Duitse en Belgische organisaties. Gezien de scope en de omstandigheden was deze laatste oefening net als in 2012 zeer beperkt voor België; • in oktober voor de kerncentrale van Doel: gedeeltelijke oefening met deelname van lokale instanties en hulpdiensten alsook van federale cellen en comités (coördinatiecomité, evaluatie-/informatie-/meetcellen). Een begeleidend team staat de deelnemende instanties bij tijdens alle fases van deze oefening (ontwikkeling, voorbereiding, uitvoering en evaluatie); • in december voor de kerncentrale van Tihange: gedeeltelijke oefening beperkt tot de interactie tussen de crisiscel voor noodsituaties van de uitbater (on-site) en de evaluatiecel CELEVAL (off-site). Deze oefening werd waargenomen door twee leden van het IRRS-team (Integrated Regulatory Review Service) van het Internationaal Atoomagentschap (IAEA), op de site en in de evaluatiecel CELEVAL. Al deze oefeningen werden voorbereid, uitgevoerd en geëvalueerd volgens een nieuwe Belgische methode voor de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van noodplanoefeningen. Bel V leverde een grote bijdrage aan deze oefeningen, als 'stakeholder', maar ook als ‘controller’ en ‘beoordelaar’ voor de oefening voor de kerncentrale van Doel (een vertegenwoordiger van Bel V was aangeduid als 'lokale coördinator' en lid van het team voor het beheer van de oefening). Een vertegenwoordiger van Bel V was ook betrokken in twee workshops voor intervenianten die werden georganiseerd in Beveren in het kader van deze oefening. Naast de bovenvermelde oefeningen heeft Bel V in oktober een interne oefening op de Doel-site waargenomen, die was gericht op verbeteringen die waren uitgevoerd in het kader van de Belgische stresstests (BEST).
18
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
1.4.2 Andere verwante activiteiten Bel V nam ook verder deel aan projecten die de voorbije jaren werden opgezet (zoals de implementatie in de verschillende Emergency Planning Zones van de principes en richtlijnen voor de oprichting van dergelijke interventiezones zoals bepaald in 2009/2010). Bel V werd samen met het FANC betrokken door het ADCC bij de revisie van het koninklijk besluit betreffende het nucleair en radiologisch noodplan voor het Belgische grondgebied. De publicatie van een geactualiseerde versie van dit noodplan wordt verwacht tegen eind 2015, na overleg met de betrokken partijen. Samen met het FANC nam Bel V deel aan de voorbereiding en het verloop van de specifieke module over het noodplan (module 10) van de Belgische IRRS-missie (december 2013).
1.4.3 Verbetering van de rol van Bel V Opdat België, en in het bijzonder Bel V, terdege voorbereid zou zijn om adequaat te reageren in geval van nucleaire noodsituaties: • namen Bel V-medewerkers deel aan de Belgische noodplanoefeningen, die (naast de interventieactiviteiten) veel werk vereisten van het Bel V-crisisteam, van de uitbater en van de andere betrokken partijen (evaluatiecel van de ADCC) op het vlak van voorbereiding, observatie en evaluatie; • nam een vertegenwoordiger van Bel V deel aan een opvolgingsmissie van het Operational Safety Review Team (OSART) van het IAEA in Frankrijk als 'Emergency Preparedness & Planning Reviewer' (Cattenom, juni 2013); • nam Bel V deel aan R&D-activiteiten betreffende noodplanning in het kader van een onderzoeksproject van de Vrije Universiteit Brussel (VUB) betreffende de ontwikkeling van cognitieve radio voor kerncentrales (4-jarenprogramma verbonden aan een doctoraat).
1.4.4 Internationale samenwerking Bel V nam, deels ter ondersteuning van de bevoegde overheden (instanties voor nucleaire veiligheid, TSO's), deel aan de volgende werkgroepen: • Task Group on Accident Management van OESO/NEA-CNRA (Parijs, februari 2013); • Working Group Emergencies van HERCA (Heads of European Radiological protection Competent Authorities) (Den Haag, januari 2013); • de uitwisselingsvergadering tussen het IRSN, het FANC en Bel V over noodplanning (Brussel, maart 2013).
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
19
2
Veiligheidsevaluaties en nationale projecten
2 | Veiligheidsevaluaties en nationale projecten 2.1 Probabilistische veiligheidsanalyse (PSA – Probabilistic Safety Assessment) In het kader van de implementatie van de WENRA-referentieniveaus voor alle bestaande kerncentrales (zoals vereist door het koninklijk besluit van 30 november 2011) zetten Electrabel en Tractebel Engineering hun inspanningen voort om een 'Internal Fire PSA' en een 'Internal Flooding PSA' uit te werken voor de Belgische kerncentrales. Deze PSA-modellen zullen een specifieke PSA Niveau 1 bevatten voor elk van de eenheden (behalve Doel 1 en 2, die in 2015 definitief zullen worden gesloten) en een PSA Niveau 2 voor een representatieve eenheid (Doel 3). Alle operationele toestanden van een kerncentrale zullen hierbij aan bod komen. In 2013 evalueerde Bel V verdere ontwikkelingen van de 'Internal Flooding PSA'methodologie en de ontwikkeling van de 'Flooding PSA'-studie voor Doel 3. Voor de 'Internal Fire PSA' lag het accent vooral op de opvolging van de inzameling van alle vereiste gegevens en de kabelrouting voor iedere eenheid, en de evaluatie van de projectplanning. Bel V monitort ook de implementatie op site van de PSA-aanbevelingen (d.w.z. wijzigingen aan installaties, procedures ...) die in 2011 werden gedaan na een globale upgrade van de PSA-modellen voor interne gebeurtenissen, die plaatsvond tijdens de vorige periodieke veiligheidsbeoordelingen (PSR). Bovendien werden deze centralespecifieke PSA-modellen verder geüpdatet in 2012/2013, door alle wijzigingen aan de kerncentrales tot 2010 op te nemen. Bij de volgende upgrade van de PSA-modellen voor interne gebeurtenissen zullen de scope van de PSA-studies en de bijbehorende methodes opnieuw worden geëvalueerd, met vooral inachtneming van de aanbevelingen van een externe 'peer review' van de PSA van Doel 3 ten opzichte van de standaard die wordt gehanteerd door de American Society of Mechanical Engineers (ASME). De voorbereiding van deze PSA-upgrade is ook het voorwerp van besprekingen tussen Bel V, Electrabel en Tractebel Engineering. Via vergaderingen met het 'PSA Standing Committee' van Electrabel en Tractebel Engineering monitort Bel V het geleidelijk toenemende gebruik van de PSA-modellen door Electrabel voor verscheidene PSA-toepassingen. Voorbeelden hiervan zijn het gebruik van een risicomatrix, de evaluatie van de status van de kerncentrale aan de hand van de 'Risk Increase Factor', op PSA gebaseerde gebeurtenissenanalyse (voorloperanalyse) van reële gebeurtenissen en de op PSA gebaseerde evaluatie van de impact van geplande wijzigingen op de veiligheid. Voor deze PSA-toepassingen worden geregeld recente ontwikkelingen en vermeldenswaardige resultaten voorgesteld door de uitbater en besproken met Bel V. Voor de internationale en R&D-activiteiten van Bel V rond de PSA-methodologie en PSA-toepassingen verwijzen we naar hoofdstuk 4.4 over Research & Development.
22
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
2.2 Periodieke veiligheidsbeoordeling (PSR – Periodic Safety Review) De periodieke veiligheidsbeoordeling (PSR) bestaat uit een evaluatie door de uitbater van 14 ‘veiligheidsfactoren’ zoals bepaald in de 'IAEA Safety Guide' NS-G-2.10 (onlangs vervangen door SSG-25), waarvan het gebruik wordt vereist door het FANC voor alle nucleaire installaties van Klasse I. • Kerncentrales – tweede gemeenschappelijke PSR’s Documenten over de scope en de methodologie volgens de richtlijnen van het FANC werden gepubliceerd voor alle eenheden. Alle analyserapporten voor Doel 3 (één per veiligheidsfactor en één voor de globale veiligheidsbeoordeling) werden door Bel V geëvalueerd. De conclusies van deze analyses werden besproken door de veiligheidsautoriteiten en de uitbater. De uitbater dient nog een definitieve versie voor te leggen van het actieplan dat op basis daarvan werd opgesteld. Alle analyserapporten voor Tihange 2 (één per veiligheidsfactor en één voor de globale veiligheidsbeoordeling) werden midden juli aan Bel V voorgelegd. In de loop van het najaar werd gestart met een evaluatie. Deze evaluatie en de besprekingen van de conclusies met de uitbater zullen lopen tot begin 2014. De scope en de documenten voor de methodologie voor de PSR van Tihange 1 en 3, Doel 1/2 en Doel 4 werden geëvalueerd, met uitzondering van Doel 1/2, waarvoor midden juli een herziene versie werd voorgelegd naar aanleiding van de beslissing om die eenheden te sluiten in 2015. Tijdens de tweede jaarhelft werden voor enkele veiligheidsfactoren een aantal initiële presentaties gegeven van de werkzaamheden die door de uitbater zouden moeten worden uitgevoerd met het oog op de PSR-beoordeling. • SCK•CEN De scope en de methodologiedocumenten werden opgesteld en voorgesteld voor alle installaties van het SCK•CEN. De eerste 'deliverables' ter ondersteuning van de analyserapporten werden tijdens de tweede helft van 2013 bezorgd aan Bel V. De evaluatie van de rapporten betreffende de documentatie en de analyse ter ondersteuning van de PSR zal duren tot juni 2016. • Eerste periodieke veiligheidsbeoordeling van het IRE De periodieke veiligheidsbeoordeling van het IRE omvat 17 onderwerpen, verdeeld over 154 taken. De voortgang van het project wordt opgevolgd aan de hand van 'deliverables' en driemaandelijkse vergaderingen. Begin 2013 waren negen van de 17 onderwerpen nog open. Begin 2014 waren nog twee onderwerpen open, maar ze waren wel bijna voltooid. • Tienjaarlijkse herziening op Belgoprocess Voor de tienjaarlijkse herziening van site 2 werden alle acties afgerond. Voor site 1 dienen nog twee acties verder uitgewerkt te worden.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
23
2.3 Long-Term Operation (LTO) De studiefase van het Long-Term Operation-project gelanceerd door Electrabel voor Tihange 1 en Doel 1/2 werd afgerond in juni 2012 met de publicatie van de definitieve en goedgekeurde LTO-syntheserapporten. Deze rapporten omvatten een gedetailleerd actieplan en een planning voor ieder domein dat aan bod komt in de strategische nota van het FANC en Bel V over Long-Term Operation: • de ontwikkeling van een programma voor verouderingsbeheer; • een herbeoordeling van het ontwerp ('Agreed Design Upgrade'); • voorwaarden die vervuld moeten zijn vóór het begin van de verlengingsperiode (2015); • aspecten van kennisbeheer. In juli 2012 besliste de regering om Doel 1/2 definitief te sluiten tegen 2015 en om de implementatiefase van het project voor Tihange 1 (het zogenaamde 'LTO-programma') toe te laten onder bepaalde voorwaarden. Dit werd in december 2013 in een wet vastgelegd. Intussen begon in januari 2013 de implementatie van het overeengekomen actieplan voor de site van Tihange. De organisatie van het LTO-programma bij de uitbater is nu volledig operationeel. Op basis van de belangrijkste mijlpalen en LTO-deadlines en in overeenstemming met de definitieve goedgekeurde LTOrapporten bereidde Electrabel een gedetailleerde planning van acties ('verbintenissen') voor. Bel V zette een specifieke organisatie op om de implementatie van het actieplan op te volgen, waarbij de overeenstemming van deze acties met de LTO-studiefase en de inachtneming van de planning worden gecontroleerd.
24
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
2.4 Programma voor de sluiting van Doel 1/2 2.4.1 Definitieve stopzetting van Doel 1/2 Sinds de regering haar beslissing bekend maakte over de definitieve sluiting van Doel 1/2, is Bel V nauw betrokken bij het project 'definitieve stopzetting' ter voorbereiding van de uitdienstneming en ontmanteling van de eenheden. Hierbij benadrukken we dat tijdens de verschillende fasen van de definitieve stopzetting dezelfde normen betreffende nucleaire veiligheid en stralingsbescherming worden nageleefd als tijdens vermogenwerking. De volgende aspecten werden geanalyseerd tijdens de verslagperiode of worden momenteel nog geanalyseerd: • vermindering van de scope van lopende projecten en wijzigingen; • voorstellen voor organisatiewijzigingen voor de periode dat alle splijtstofelementen zich in de splijtstofdokken van het gebouw van de nucleaire hulpdiensten (GNH) bevinden; • voorstellen voor aanpassingen aan de technische specificaties om deze geschikter te maken voor de periode dat alle splijtstofelementen zich in de splijtstofdokken van het GNH bevinden; • bespreking van de voorbereidingen voor de chemische decontaminatie van de primaire kring.
2.4.2 Waste Management Facility (WMF) en ontmantelingsvergunning Doel 1/2 (OV) Electrabel plant de bouw van een Waste Management Facility (WMF) als ondersteunend gebouw voor de ontmantelingsen decontaminatiewerkzaamheden voor de sluiting van Doel 1/2. Dit gebouw zal ook worden gebruikt bij de ontmanteling van de andere eenheden op de site. Momenteel lopen besprekingen over het ontwerp van het gebouw. Het beoogt in eerste instantie het versnijden en decontamineren van (niet-brandbaar) vast afval uit de ontmanteling van Doel 1/2, dat in aanmerking komt voor oppervlakteberging. Electrabel wenst dit afval te verpakken in monolieten voor afvoer naar de oppervlakteberging, rekening houdende met de acceptatiecriteria voor deze berging. Over het ontwerp zijn er maandelijkse overlegvergaderingen met Bel V. Tijdens deze overlegmomenten wordt ook gewaakt over de coherentie met de latere ontmantelingsvergunning.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
25
2.5 BEST-project: Belgische stresstests 2.5.1 Kerncentrales Naar aanleiding van het ongeval in de Japanse kerncentrale van Fukushima-Daiichi op 11 maart 2011 werd in de lidstaten van de Europese Unie die kerncentrales uitbaten op hun grondgebied een grootschalig en gericht programma ingevoerd voor de herevaluatie van de veiligheid. Deze zogenaamde ‘stresstests’ zijn bedoeld om te beoordelen hoe de Europese kerncentrales de gevolgen van extreme natuurlijke gebeurtenissen kunnen weerstaan en om eventueel de nodige acties te ondernemen. De stresstests van de Belgische kerncentrales omvatten de volgende belangrijke stappen: 1. rapporten van Electrabel (2011), 2. nationaal rapport van de veiligheidsinstantie (2011), 3. 'peer review', bezoek ter plaatse en definitief globaal rapport van ENSREG, in overeenstemming met de ENSREGmethodologie (2012), 4. actieplan van Electrabel op basis van de bevindingen van de vorige stappen, en goedkeuring door de veiligheidsinstantie (2012). Bel V was betrokken bij stappen 2 en 4. Bel V is nu belast met de technische en organisatorische opvolging van de implementatie van de acties door Electrabel. Deze opvolging omvat de evaluatie van studies en implementaties, regelmatige opvolgingsvergaderingen en inspecties ter plaatse, soms met de bijdrage van het FANC. Electrabel meldde in de loop van 2013 dat sommige acties vertraging hadden opgelopen, om meerdere redenen waaronder de complexiteit van de studies en implementaties, bijkomende acties naar aanleiding van conclusies van studies, moeilijkheden door kwalificatie van de apparatuur door leveranciers of de organisatie van de activiteiten tijdens de stops. De analyse van de oorzaken van de vertragingen leidde eind 2013 tot een herzien, meer realistisch actieplan, dat werd goedgekeurd door de veiligheidsinstantie na de evaluatie van de analyse van Electrabel door Bel V.
26
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
2.5.2 Andere installaties van Klasse I Naast de stresstests van de Belgische kerncentrales besliste het federale parlement ((Kamer van Volksvertegenwoordigers, resolutie betreffende de nadere regels van de stresstests en de gevolgen ervan op de nucleaire installaties, 16/06/2011) om de specificaties van het FANC aan te nemen voor alle installaties van Klasse I ('Belgian Stress Tests specifications – applicable to all nuclear plants, excluding power reactors', 22/06/2011). De zes betrokken installaties van Klasse I zijn: het SCK•CEN (Mol), Belgoprocess (Mol-Dessel), het IRE (Fleurus), WAB (kerncentrale van Doel), FBFC International (Dessel) en het IRMM (Geel). In overeenstemming met de methodologie van het FANC werden de stresstests van de Belgische nucleaire installaties voortgezet in 2013: 1. de publicatie van de zes veiligheidsevaluatierapporten van Bel V op 1 maart 2013; 2. de publicatie van het openbare nationaal rapport van het FANC (op basis van de zes veiligheidsevaluatierapporten van Bel V) op 16 april 2013; 3. de publicatie van de zes geconsolideerde actieplannen van de uitbaters (zoals goedgekeurd door het FANC) op 1 juli 2013; 4. het FANC/Bel V-programma voor de opvolging van de implementatie van de actieplannen.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
27
2.6 Beheer van radioactief afval Tijdens de eerste helft van 2013 werd de vergunningsbeoordeling (die startte in december 2011) van het veiligheidsdossier over de toekomstige installatie voor de productie van monolieten (IPM) voortgezet. Dit leidde tot de tweede voorstelling van een rapport van Bel V over de veiligheid van deze toekomstige installatie aan de Wetenschappelijke Raad. Een aantal resterende veiligheidskwesties die waren geïdentificeerd tijdens de eerste voorstelling aan de Wetenschappelijke Raad (in september 2012) werden opgelost door Belgoprocess en geëvalueerd door Bel V. Deze tweede presentatie vond plaats in september 2013. Bel V werd, samen met het FANC, ook nauw betrokken bij de besprekingen van de vergunning (sinds de vergunningsaanvraag door NIRAS op 31/01/2013) voor de toekomstige installatie voor berging van radioactief afval van korte en middellange levensduur (afval van categorie A) in Dessel. In februari 2013 startten het FANC en Bel V de officiële vergunningsbeoordeling van de veiligheidsanalyse. Eerst voerden het FANC en Bel V onafhankelijk een snelle screening uit op de 17 hoofdstukken van deze veiligheidsanalyse. De belangrijkste opmerkingen op basis van deze snelle screening werden in juni 2013 door het FANC/Bel V aan de toekomstige uitbater bezorgd. In september 2013 werd met NIRAS overeengekomen om een proces uit te werken om de belangrijkste veiligheidskwesties op te volgen die het FANC/Bel V naar voren hadden gebracht in hun opmerkingen. Midden 2013 begon Bel V met een gedetailleerde analyse. In het kader van de beoordelingen van de veiligheid op lange termijn zette Bel V zijn activiteiten voort (met behulp van eigen capaciteiten inzake modellering) voor een onafhankelijke verificatie van de veiligheid (begonnen in februari 2012). In 2013 nodigde het FANC Bel V uit om deel te nemen aan de besprekingen tussen het FANC en NIRAS over de regelgevende aspecten en de veiligheidskwesties van het NIRAS-project voor een toekomstige installatie in België voor de geologische berging van radioactief afval van hoge activiteit en bestraalde splijtstof. Het FANC vroeg aan Bel V ook om zijn knowhow inzake beoordelingen van de veiligheid op lange termijn van de geologische berging van radioactief afval verder te ontwikkelen, zodat het in de nabije toekomst en op lange termijn technische ondersteuning zou kunnen bieden aan het FANC. In het kader van de controleactiviteiten in de nucleaire installaties werd de analyse van de veiligheidsrapporten van meerdere nucleaire installaties voor behandeling en opslag van radioactief afval door Bel V uitgevoerd en opgevolgd. Bel V analyseerde ook een aantal veiligheidsstudies/-beoordelingen. Enkele voorbeelden van onderwerpen die hierbij aan bod kwamen: veiligheidsaspecten rond de opslag en behandeling van vloeibaar afval, degradatie van vaten met afval en afbraak van de afvalmatrix (vorming van gelatineuze stoffen), ontmantelingsafval na de toekomstige buitenbedrijfstelling van de Belgische kerncentrales ... De samenwerking met andere veiligheidsinstanties op het vlak van het beheer van radioactief afval wordt beschreven in hoofdstuk 3.3.
28
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
2.7 MYRRHA (SCK•CEN) MYRRHA is een multifunctionele bestralingsinstallatie waarbij een protonversneller van 600 MeV is gekoppeld aan een snelspectrumreactor van 100 MWth door spallatiereacties. In 2011 startte een fase vóór vergunningverlening (‘pre-licensing’) met het oog op convergentie naar een vast ontwerp van de installatie dat door de instanties (het FANC en Bel V) kan worden vergund en dus ten minste aan de vastgestelde veiligheidsdoelstellingen beantwoordt. In het kader van deze fase vóór vergunningverlening is Bel V verantwoordelijk voor de technische analyse. Naar aanleiding hiervan werden aandachtspunten in kaart gebracht, namelijk technische kwesties die nieuw zijn of nog niet voldoende uitgewerkt zijn, die specifiek zijn voor MYRRHA en die een impact hebben op de veiligheid van de installatie. In 2013 werd de fase vóór vergunningverlening van het MYRRHA-project voortgezet. • Alle aandachtspunten werden in fiches beschreven, samen met de te beschouwen punten en de verwachte 'deliverables'. • Voor een aantal aandachtspunten werd een antwoord ontvangen van het SCK•CEN, dat werd geanalyseerd door Bel V. De antwoorden van het SCK•CEN op de aandachtspunten zullen nog tot eind 2015 worden geëvalueerd. • Er werden technische vergaderingen georganiseerd waarop de aandachtspunten werden besproken met het SCK•CEN. Ter ondersteuning van het FANC nam Bel V deel aan de ontwikkeling van richtlijnen met betrekking tot vliegtuigencrashes, aardbevingen, overstromingen en veiligheidsanalyses. Bel V werd ook betrokken in de beoordeling van de 'Design Options and Provisions File' (DOPF) Volume 2 'Approach to Nuclear Safety'. Het DOPF is een document opgesteld door de ontwerper met – aan de hand van een 'top-down'-benadering – een gedetailleerde beschrijving van de veiligheidsdoelstellingen, de veiligheidsopties, het veiligheidsontwerp, de operationele specificaties en de veiligheidsvoorzieningen. De andere volumes van het DOPF zullen in 2014 en 2015 worden voorgelegd en geanalyseerd.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
29
2.8 Foutindicaties in de reactorvaten In juni 2012 werd naast de derde tienjaarlijkse 'in-service' inspectie van de omtreklassen van het reactorvat van Doel 3 een ultrasone inspectie uitgevoerd naar potentiële defecten onder de ‘cladding’ in de gordelzone van het vat. Deze inspectie maakte deel uit van het inspectieprogramma voor alle Belgische eenheden in het kader van de operationele feedback van Tricastin 1, waar zulke defecten waren vastgesteld. Het was de eerste keer sinds de oorspronkelijke bouw van Doel 3 dat een beperkte inspectie van het basismetaal van het vat buiten de laszones plaatsvond. Er werden geen defecten onder de ‘cladding’ ontdekt, maar de combinatie van deze inspectie met een extra ultrasone inspectie leidde wel tot de detectie van duizenden aanwijzingen van quasi-laminaire foutindicaties in de onderste en bovenste kuipring van het reactorvat. Na de detectie van deze foutindicaties in Doel 3 werden in september 2012 vergelijkbare inspecties uitgevoerd in Tihange 2, dat een identiek reactorvat heeft qua ontwerp en bouw. Daar werden dezelfde quasi-laminairefoutindicaties ontdekt, zij het in mindere mate. De uitbater besliste om zowel Doel 3 als Tihange 2 in koude stilstand te houden met ontlading van de kern en lanceerde analyses en een testprogramma ter ondersteuning van een aanvraag om de reactoren opnieuw op te starten. Het falen van het reactorvat vormt een gebeurtenis waarmee geen rekening wordt gehouden bij de veiligheidsdemonstratie van kerncentrales. Het is daarom van essentieel belang dat een dergelijke breuk van het vat zich op geen enkel moment tijdens de volledige levensduur van de reactor voordoet. Met de steun van interne en externe experts startte de uitbater een onderzoek op naar de aard en de herkomst van die aanwijzingen. Uit deze 'root cause analysis' bleek dat de gedetecteerde aanwijzingen in de reactorvaten van Doel 3 en Tihange 2 hoogst waarschijnlijk het gevolg zijn van 'waterstof-flakes' ontstaan tijdens het smeden. Deze conclusie wordt ondersteund door het aantal foutindicaties, hun vorm, hun oriëntatie en hun locatie in de in hoge mate gesegregeerde zones ('ghost lines') van de smeedstukken. De veiligheidsdemonstratie door de uitbater werd gedocumenteerd in twee veiligheidsanalyses (één voor elke eenheid) zoals voorgelegd aan het FANC in december 2012. Aan de hand van de veiligheidsanalyses, ondersteund door een aantal technische documenten, kon de uitbater besluiten dat de veilige werking van de twee eenheden gegarandeerd was en dat de eenheden onmiddellijk konden worden heropgestart. Tegelijk stelde de uitbater een actieplan voor, met inbegrip van de implementatie van meerdere bijkomende maatregelen om de veilige werking van de eenheden nog te verbeteren, en de introductie van een bevestigend materieeltestprogramma. Intussen zette het FANC een specifieke organisatie op en gaf twee nationale en internationale expertgroepen de opdracht om wetenschappelijk en technisch advies in te winnen om een onafhankelijk, gefundeerd en evenwichtig oordeel uit te werken. Bel V evalueerde de veiligheidsanalyses en hun ondersteunende technische dossiers. Deze evaluatie werd gedocumenteerd in een voorlopig rapport dat werd voorgelegd aan het FANC. De bevindingen van dit rapport werden ten gronde besproken
30
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
met de uitbater en in januari 2013 werd de definitieve versie gepubliceerd. AIB-Vinçotte diende ook de conclusies van zijn evaluatie in bij het FANC. Tijdens het analyseproces schoven de expertgroepen van het FANC enkele vragen naar voren, die met de uitbater werden besproken. Rekening houdend met het advies van de verschillende expertgroepen en de conclusies van de evaluaties van zowel Bel V als AIB-Vinçotte publiceerde het FANC in januari 2013 zijn voorlopige evaluatierapport, dat besloot dat een aantal kwesties open bleven die het vertrouwen in de veilige werking van de eenheden ondermijnden, maar ook dat deze open kwesties met de huidige kennis en op basis van de beschikbare gegevens geen reden vormden om Doel 3 en Tihange 2 definitief te sluiten. Het FANC besloot daarom dat Doel 3 en Tihange 2 bij de huidige stand van zaken alleen opnieuw mochten opstarten als de uitbater voldeed aan de vereisten in het voorlopig evaluatierapport. Deze vereisten omvatten acties op zowel korte als lange termijn. De uitbater werkte daarop een actieplan uit om aan die vereisten te voldoen, met inbegrip van een methodologie en bijbehorende acceptatiecriteria waar nodig. Dit actieplan werd tijdens de eerste helft van 2013 geïmplementeerd. Zodra de uitbater zijn actieplan op korte termijn had voltooid, evalueerde het FANC samen met Bel V en AIB-Vinçotte of alle veiligheidskwesties die aan de basis lagen van deze vereisten waren opgelost en of de desbetreffende bezwaren konden worden opgeheven. Op deze basis besliste het FANC op 17 mei 2013 dat Doel 3 en Tihange 2 veilig opnieuw konden worden opgestart, wat ook gebeurde in juni 2013. Het FANC vroeg aan uitbater Electrabel ook om de acties op middellange termijn te implementeren binnen de deadline van de toekomstige herladingsstop van Doel 3 en om de geplande ultrasone inspecties voor 'waterstof-flaking' bij de andere Belgische eenheden te versnellen. Gezien de recente beslissing van de federale regering om de levensduur van Tihange 1 met tien jaar te verlengen had het FANC al aan de uitbater gevraagd om de inspectie begin 2013 uit te voeren. Tijdens de inspectie (uitgevoerd in april-mei 2013) werden geen quasi-laminaire foutindicaties vastgesteld. Voor Tihange 3 vond deze inspectie eind 2013 plaats en werden er geen quasi-laminaire foutindicaties gedetecteerd. Voor Doel 4 zijn de specifieke ultrasone onderzoeken om potentiële foutindicaties in het reactorvat te detecteren gepland voor 2015. Voor Doel 1/2 werden de inspecties (aanvankelijk gepland voor 2015) geannuleerd, aangezien deze eenheden in 2015 buiten bedrijf zullen worden gesteld.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
31
3
Internationale activiteiten en projecten 2013 | JAARVERSLAG | BEL V
33
3 | Internationale activiteiten en projecten 3.1 Activiteiten van de OESO en het IAEA Bel V nam deel aan de activiteiten van de volgende comités, werkgroepen en vergaderingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO): • ‘Committee on Nuclear Regulatory Activities’ (CNRA); • ‘Committee on the Safety of Nuclear Installations’ (CSNI); • ‘Nuclear Science Committee’ (NSC); • ‘CNRA Working Group on Inspection Practices’ (WGIP); • ‘CNRA Working Group on Operating Experience’ (WGOE); • ‘CSNI Working Group on Fuel Cycle Safety’ (WGFCS); • ‘CSNI Working Group on Risk Assessment’ (WGRISK); • ‘CSNI Working Group on the Analysis and Management of Accidents’ (WGAMA); • de ‘CSNI Working Group on the Integrity and Ageing of Components and Structures’ (IAGE) en subgroepen over de integriteit van metalen structuren en componenten, en de veroudering van betonstructuren; • ‘CSNI Working Group on Human and Organizational Factors’ (WGHOF); • ‘CSNI Working Group on Fuel Safety Margins’ (WGFSM); • verschillende OESO-projecten (zie ook hoofdstuk 4.4 over R&D); • de activiteiten van de coördinatoren van het ‘Incident Reporting System’ (IRS, IRSRR, FINAS). Bel V nam deel aan het Nuclear Safety Standards Committee (NUSSC) van het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA – International Atomic Energy Agency). Experts van Bel V namen deel aan verscheidene conferenties, workshops en vergaderingen van technische comités van het IAEA (12 evenementen in totaal), voornamelijk over de volgende onderwerpen: • brontermanalyse bij ernstige ongevallen; • menselijke en organisatorische factoren en veiligheidscultuur; • operationele ervaringsfeedback; • veiligheid van de berging van radioactief afval; • veiligheid bij buitendienststelling; • veiligheid van splijtstofcyclusinstallaties. De algemeen directeur van Bel V nam deel aan twee vergaderingen van het Steering Committee van het Technical and Scientific Support Organization Forum (TSOF) van het IAEA en aan twee vergaderingen van het Program Committee van de TSO-conferentie, die in 2014 in Peking zal plaatsvinden. Een vertegenwoordiger van Bel V is lid van het Steering Committee on Competence of Human Resources for Regulatory Bodies (gecoördineerd door het IAEA) en woonde de vijfde vergadering van dit comité bij. Bel V leverde een bijdrage aan de update van het Belgisch rapport dat moet worden voorbereid voor de zesde vergadering van de contractuele partijen van het Verdrag inzake Nucleaire Veiligheid (in 2014). Dit rapport kan op de website van Bel V worden geraadpleegd.
34
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
3.2 Samenwerking met veiligheidsinstanties 3.2.1 Frans-Belgische werkgroep inzake nucleaire veiligheid Deze werkgroep bestaat uit de regelgevende instanties van Frankrijk en België (de ASN, het IRSN, het FANC en Bel V). Elk jaar worden twee vergaderingen georganiseerd, één in Parijs en de andere in Brussel (waarbij deze laatste wordt voorgezeten door Bel V). Tijdens deze werkgroep komen tal van onderwerpen over nucleaire veiligheid aan bod. In 2013 lag de focus op de volgende onderwerpen: nieuwe regelgevende initiatieven, status van de kerncentrales van Chooz en Gravelines, cross-inspecties, feedback over noodplanoefeningen, activiteiten inzake de stresstests naar aanleiding van de ramp in Fukushima, de status van de bevindingen en lopende acties rond de aanwijzingen van foutindicaties in de reactorvaten van Doel 3 en Tihange 2, en veiligheidsproblemen met betrekking tot de desactiveringsbekkens.
3.2.2 Western European Nuclear Regulators Association (WENRA) De algemeen directeur van Bel V nam ter ondersteuning van de vertegenwoordigers van het FANC deel aan de lente- en herfstvergaderingen van de WENRA. Tijdens deze vergaderingen werd een stand van zaken opgemaakt van het werk van de subgroepen (zie hieronder). Tijdens deze vergaderingen kwamen ook interfaces met andere internationale fora (en dan vooral de ENSREG en HERCA) ter sprake. In 2013 werd bijzondere aandacht besteed aan de toekomstige rol van de WENRA en de aanwijzingen van foutindicaties in de reactorvaten van Doel 3 en Tihange 2. Reactor Harmonization Working Group (RHWG) Bel V nam deel aan de drie vergaderingen van de werkgroep reactorharmonisering (RHWG – Reactor Harmonization Working Group) die in 2013 plaatsvonden. Een van deze vergaderingen werd gezamenlijk door het FANC en Bel V georganiseerd in Leuven. De RHWG werkte voornamelijk op specifieke veiligheidskwesties voor nieuwe kerncentrales, wat leidde tot de publicatie van het 'RHWG Report on Safety of new NPP designs', en op de opvolging van de ramp van Fukushima. Met betrekking tot het laatste thema heeft de RHWG verschillende subgroepen die een herziening uitwerken van de WENRAreferentieniveaus in het kader van de lessen die uit Fukushima werden getrokken. Bel V coördineert de activiteiten van de subgroep 'Containment in severe accidents'. De bijgewerkte referentieniveaus voor bestaande kerncentrales werden gepubliceerd met verzoek om commentaar op de website van de WENRA. Bedoeling is om de resultaten te publiceren in 2014. In 2013 werden verschillende vergaderingen georganiseerd met het FANC, Bel V, Electrabel en Tractebel Engineering met het oog op de opvolging van het Belgische actieplan voor bestaande reactoren. Sommige acties inzake de implementatie van de WENRA-referentieniveaus in de kerncentrales konden daarbij als afgerond worden beschouwd. Working Group on Waste and Decommissioning (WGWD) Op verzoek van het FANC vertegenwoordigde Bel V de Belgische regelgevende instantie tijdens de 31e vergadering van de WGWD in Trnava (Slowakije) over de opslag van radioactief afval en buitendienststelling van nucleaire installaties. Tijdens deze vergadering werden vooral de nationale actieplannen van een aantal landen voor een geharmoniseerde Europese regelgeving voor de buitendienststelling en ontmanteling van nucleaire installaties besproken.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
35
Bovendien werd de voortgang die werd geboekt inzake de actieplannen van de Belgische uitbaters (Electrabel en Belgoprocess) over de implementatie van de WENRA-referentieniveaus voor de installaties voor opslag van radioactief afval en bestraalde splijtstof geanalyseerd door Bel V, in samenwerking met het FANC.
3.2.3 Task Force on Safety Critical Software (TFSCS) Bel V bleef actief en prominent meewerken aan de activiteiten van deze task force, die bestaat uit experts van Bel V en van regelgevende instanties uit Groot-Brittannië, Finland, Duitsland, Spanje en Zweden (veiligheidsinstanties of TSO’s). In januari 2013 werd de meest recente editie gepubliceerd van hun rapport over de harmonisering van de praktijken voor het verlenen van vergunningen voor veiligheidskritische software (voor het eerst gepubliceerd in 2007 in naam van de deelnemende regelgevende instanties). Dit rapport is beschikbaar op de websites van de betrokken instanties onder de titel: ‘Licensing of safety critical software for nuclear reactors. Common position of seven European nuclear regulators and authorized technical support organisations. Revision 2013’. De Amerikaanse Nuclear Regulatory Commission (NRC) neemt sinds 2009 intensief deel aan de activiteiten van deze task force. De NRC beschouwt de gemeenschappelijke standpunten als 'een waardevolle referentie voor toekomstige verbeteringen van hun eigen regelgeving'. De NRC en de task force werken momenteel samen aan een 'NUREG/IA International Agreement Report', dat in 2014 zou gepubliceerd worden. Dit NUREG/IA-rapport zal het volledige rapport met het gemeenschappelijke standpunt van de task force omvatten, samen met toelichtingen van het NRC, om het personeel van de NRC bij te staan bij het gebruik van informatie bij de beoordeling van vergunningen en regelgeving.
36
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
3.3 Samenwerking met technische veiligheidsorganisaties 3.3.1 EUROSAFE Het EUROSAFE-programmacomité kwam samen in München (februari en juni) en Keulen (november) om er onder meer het EUROSAFE Forum voor te bereiden dat in november in Keulen werd georganiseerd. Het EUROSAFE Forum van 2013 spitste zich toe op het thema 'Veilig bergen van kernafval'. Bel V schreef voor EUROSAFE Tribune 23 over ‘Nuclear safety: towards enhanced robustness’ (beschikbaar op http:// www.eurosafe-forum.org/eurosafe-tribune/tribune-023) een artikel waarin de visie werd weergegeven van de algemeen directeur van Bel V, een bijdrage voor een uitwisseling van gedachten over de langetermijnuitbating van kerncentrales en een uitwisseling van standpunten tussen de voorzitters van het seminar van het EUROSAFE Forum 2012. Voor EUROSAFE Tribune 24 over ‘Stress tests for enhancing nuclear safety’ (beschikbaar op http://www.eurosafe-forum.org/ eurosafe-tribune/tribune-024) leverde Bel V een bijdrage met een korte verklaring over de stresstests voor de Belgische kerncentrales en een uitwisseling van standpunten over de beheersingsmaatregelen.
3.3.2 European Technical Safety Organisations Network (ETSON) ETSON levert niet alleen een belangrijke bijdrage aan alle activiteiten in het kader van EUROSAFE (Forum, Tribune en de openbare website), maar ook aan de consolidatie van de wetenschappelijke en technische samenwerking. Dit laatste domein heeft betrekking op algemene of specifieke problemen die rechtstreeks verband houden met de convergentie van wetenschappelijke en technische veiligheidspraktijken in Europa. De leden van de algemene vergadering en/of de raad van bestuur van ETSON kwamen samen in Sint-Petersburg (juli) en Keulen (november). In 2013 werd de uitbreiding van het netwerk verder onderzocht, wat leidde tot de aanvaarding van JSI (Slovenië) en INRNE (Bulgarije) als nieuwe leden. Andere potentiële lidmaatschappen worden onderzocht. Een vertegenwoordiger van Bel V bleef de ETSON Technical Board for Reactor Safety (TBRS) voorzitten om toezicht te houden op de technische activiteiten van ETSON, zoals de werking van de ETSON-expertgroepen en de publicatie van Technical Safety Assessment Guides (beschikbaar op http://www.etson.eu/InformationCenter/Pages/Reports-Publications.aspx). Vertegenwoordigers van Bel V namen actief deel aan de werkzaamheden van de ETSON-expertgroepen, waarbij ze standpunten en ervaringen konden uitwisselen met collega’s van andere technische veiligheidsorganisaties. Van 26 augustus tot 30 augustus namen meerdere junior personeelsleden van Bel V actief deel aan de zesde ETSON Summer Workshop in Kaunas (Litouwen). Deze workshop was gewijd aan ongevallenbeheer. Vertegenwoordigers van Bel V namen deel aan het event door presentaties te geven en door werksessies te coördineren.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
37
3.3.3 European Nuclear Safety Training and Tutoring Institute (ENSTTI) Het European Nuclear Safety Training and Tutoring Institute is een initiatief van het European Technical Safety Organisations Network (ETSON). ENSTTI voorziet training en begeleiding over methodes en praktijken om evaluaties uit te voeren inzake nucleaire veiligheid, nucleaire beveiliging en stralingsbescherming. ENSTTI doet een beroep op knowhow van Europese TSO's met het oog op een maximale overdracht van kennis en expertise op basis van praktische ervaring en cultuur. Bel V is lid van dit netwerk en de algemeen directeur van Bel V is momenteel de voorzitter van ENSTTI. In 2013 leverde een expert in brandbeveiliging van Bel V een bijdrage door lezingen te geven voor een ENSTTI-cursus over brandveiligheid in kerncentrales (Keulen, november).
3.3.4 Samenwerking met het IRSN In 2013 werd de samenwerkingsovereenkomst tussen het IRSN en Bel V verlengd. In het kader hiervan werden meerdere activiteiten voortgezet, meer bepaald rond het gebruik van rekencodes ontwikkeld door het IRSN, zoals de Cathare-code voor thermohydraulische analyse, de SYLVIA- en ISIS-codes voor brandanalyse en de VESTA-code voor restwarmteberekeningen (zie hoofdstuk 4.4 over R&D). In 2013 werd in het kader van deze samenwerkingsovereenkomst een nieuwe activiteit opgestart rond experimenteel werk in de IRSN-laboratoria over de veiligheid op lange termijn van de berging van radioactief afval. De samenwerking met het IRSN op het vlak van het beheer van radioactief afval werd in 2013 nog versterkt door een overeenkomst met het IRSN en Ecole des Mines de Paris, gericht op de medesponsoring van een derde PhD-thesis (over de veiligheid op lange termijn van de berging van radioactief afval) gewijd aan de studie van de verspreiding van radionucliden in beton en interfaces van klei en beton, rekening houdend met de effecten van een 'hoge' temperatuur (tot 70°C).
38
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
3.4 Door de Europese Commissie gefinancierde bijstandsprojecten Al deze projecten worden sinds 2007 gefinancierd door het INSC (Instrument for Nuclear Safety Cooperation) van de Europese Commissie. In 2014 zal de Europese Commissie een nieuw initiatief lanceren voor de periode 2014-2020.
3.4.1 Armenië Bel V werkt al jarenlang samen met de Armenian Nuclear Regulatory Agency (ANRA) op projecten die worden gefinancierd door het consortium Tacis/INSC. Bel V neemt momenteel deel aan het project AR/TS/07: ‘Enhancement of the safety assessment capabilities of ANRA for licensing of Medzamor 2 safety improvements and decommissioning activities’ (vervolg op het AR/TS/06-project). Dit project werd in juli 2013 opgestart en de openingsvergadering vond plaats in september. Bel V neemt deel aan Taak 5 van dit project: ‘Pilot decommissioning project and licensing related documentation’.
3.4.2 Jordanië Bel V werkt mee aan het eerste en het tweede samenwerkingsproject tussen de Europese Commissie en Jordanië. Het is hierbij vooral de bedoeling om ondersteuning te verlenen aan de Jordan Nuclear Regulatory Commission (JNRC) met het oog op het optimaliseren van de vaardigheden en doeltreffendheid als regulator. Het eerste samenwerkingsproject werd in april 2012 afgesloten, het tweede is lopende. Bel V neemt deel aan Taak 1 en Taak 6 van het JO/RA/02-project: • Taak 1: Update van het strategisch plan, het actieplan en het samenwerkingsplan inzake capaciteitsopbouw voor de verbetering van de JNRC, met inbegrip van een overzicht van de huidige toestand. • Taak 6: Stralingsbescherming, beroepsmatige blootstelling (richtlijnen, instructies, handhaving en inspectie).
3.4.3 Marokko Bel V werkte mee als technisch projectleider en verleende ook zijn medewerking aan Taken 1 en 3 van het eerste samenwerkingsproject tussen de Europese Commissie en Marokko, dat in april 2011 werd opgestart. Tijdens de eerste vergadering over de voortgang van het project in Rabat in januari 2012 werd echter beslist om de activiteiten stil te leggen wegens de vertraging in de uitvaardiging van de wet houdende oprichting van de nieuwe regelgevende instantie. Daardoor waren er hiervoor geen activiteiten in 2012 en 2013. Het project zal in januari 2014 opnieuw worden opgestart onder leiding van een nieuwe technisch projectleider, omdat de technisch projectleider van Bel V intussen met pensioen is.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
39
3.4.4 Mexico Bel V werkt mee aan het eerste samenwerkingsproject tussen de Europese Commissie en de Mexicaanse regelgevende instantie (CNSNS). Dit project heeft tot doel om bepaalde aspecten van het regelgevend kader voor nucleaire veiligheid in Mexico te verbeteren en te versterken in overeenstemming met internationale verplichtingen en internationaal aanvaarde criteria en praktijken. Bel V neemt deel aan Taak 1 en Taak 2 van het MX/RA/01-project: • Taak 1: Opstelling/ontwikkeling van een actieplan voor samenwerking inzake capaciteitsopbouw voor de verbetering van het CNSNS, met inbegrip van een overzicht van de huidige toestand; • Taak 2: Ontwikkeling en implementatie van kwaliteitsbeheer bij het CNSNS met het oog op de externe certificatie van de regelgevende instantie op het einde van het project.
3.4.5 Vietnam Bel V werkt mee aan het eerste samenwerkingsproject tussen de Europese Commissie en Vietnam. Dit project werd opgestart in juli 2012. Doelstelling van dit project is om het juridisch kader uit te werken en te optimaliseren, maar ook om de management- en technische capaciteiten van het Vietnam Agency for Radiation and Nuclear Safety (VARANS) en de plaatselijke organisatie voor technische ondersteuning te verbeteren. Bel V is betrokken bij Taak 2 van het project, nl. de uitwerking van een kwaliteitsborgingssysteem voor de evaluatie en verificatie van het veiligheids- en gereglementeerde toezicht (interne reglementaire richtlijnen en procedures). De activiteiten die in 2013 werden uitgevoerd in het kader van deze taak omvatten een vergadering in Hanoi en een studiebezoek aan Europa (Helsinki en Brussel).
40
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
3.4.6 Oekraïne Bel V nam deel aan het INSC-project U3.01/08 – component UK/TS/39. De algemene doelstelling bestond erin de capaciteiten van de SNRIU inzake veiligheidsevaluatie te versterken, als basis voor reglementaire beslissingen en vergunningen in alle fases van de levensduur van installaties voor het beheer van radioactief afval die in de onmiddellijke toekomst moeten worden (her)opgebouwd in overeenstemming met de nationale strategie en het programma voor het beheer van radioactief afval. Dit project volgde op het vorige TACIS-project nr.U3.01/04 – component UK/TS/35. Bel V was betrokken bij de volgende subtaken: • Taak 1a: Richtlijn voor de evaluatie van de radiologische impact van de 'vector'-site met meerdere installaties voor de verwerking, opslag en berging van radioactief afval; • Taak 2: -- 2b: Ondersteuning voor het vergunnen van de ICRSM Supporting SSE Technocentre bij de herziening van het veiligheidsrapport voor Lot 3 – Veiligheidsevaluatiemethodologie; -- 2c: Evaluatie van de 'Design Terms of Reference' voor de opslaginstallatie voor laag- en middelradioactief afval (deel 1) + evaluatie van de 'Design Terms of Reference' voor de opslaginstallatie voor hoogradioactief afval (Deel 2); -- 2d: Veiligheidsrapport over de installatie voor opslag op lange termijn van verbruikte bronnen van ioniserende straling. Het project werd afgerond in november 2013.
3.4.7 China Bel V werkt mee aan het eerste INSC-project tussen de Europese Commissie en China (CH3.01/11): ‘Enhancing the capacity and regulatory capabilities of the Chinese national nuclear safety authority and its technical support organisation’. De overeenkomst met de Europese Commissie werd ondertekend begin december 2013. Het project zal drie jaar duren. De belangrijkste taak voor Bel V in 2013 bestond uit de ontwikkeling van de projecthandleiding (organisatie en methodologie) in samenwerking met de consortiumpartners. Bel V is betrokken bij drie taken: • Taak 2.3: Onafhankelijke evaluatie, validering en verificatie van de veiligheid van digitale instrumentatie- en controlesystemen die in kerncentrales worden gebruikt; • Taak 3: Veiligheidscultuur en veiligheidsbeheer (Bel V treedt hierbij op als taakleider); • Taak 5: Evaluatie van overstromingsgevaren. De openingsvergadering zal begin 2014 plaatsvinden.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
41
3.4.8 Training en begeleiding In het kader van het INSC besliste de Europese Commissie onlangs om meerlandenprojecten op te starten die specifiek gericht zijn op trainings- en begeleidingsactiviteiten. Als lid van het European Nuclear Safety Training and Tutoring Institute (ENSTTI) is Bel V betrokken bij het tweede trainings- en begeleidingsproject en zal het in april 2014 in zijn gebouwen een trainingscursus over beheersystemen organiseren. In verband met dit nieuwe type projecten nam Bel V in oktober 2013 deel aan een coördinatievergadering over trainingsen begeleidingsprojecten die door de Europese Commissie in Brussel werd georganiseerd. Hierbij werd de status van de lopende trainingsactiviteiten voorgesteld door de contractanten en besproken met de andere betrokken partijen (partnerorganisaties, IAEA, Europese Commissie). Dankzij deze uitwisseling van informatie zal de Europese Commissie in de toekomst beter kunnen inspelen op de echte behoeften van de partnerlanden.
3.4.9 Beheer van de bijstand inzake reglementaire activiteiten De Europese Commissie (DG Devco) besliste eind 2010 om de RAMG (Regulatory Assistance Management Group) te ontbinden. Ook in 2013 vonden besprekingen plaats (met de Europese Commissie en tussen de lidstaten) over de beste manier waarop de lidstaten advies kunnen geven aan de Europese Commissie over de strategische aspecten en de programmerings- en implementatiefases van toekomstige projecten van de Europese Commissie. Bovendien werden de regelgevende instanties en hun organisaties voor technische ondersteuning uitgenodigd om het nieuwe INSC verder te bespreken, dat in 2014 zal worden ingevoerd. De geografische en technische reikwijdte van de projecten die onder dit nieuw instrument worden gefinancierd, zou kunnen worden uitgebreid. De inschrijvingsregels zouden gewijzigd kunnen worden en er werd een testcase (CH3.01/11) geïnitieerd om de nieuwe aanbestedingsprocedure zoals voorgesteld door de Europese Commissie te evalueren. In het kader hiervan nam Bel V deel aan: • de vergadering van het INSC-comité op 10 juni, waarbij de actiefiches van het jaarlijkse actieprogramma 2013 werden besproken en van commentaar voorzien door de lidstaten; • de tweede vergadering over Europese ondersteuning van de regelgevende instanties onder het nieuwe INSC op 28 februari 2013. Wegens mogelijke belangenconflicten voor entiteiten die zowel aan INSC-vergaderingen (vroege definitie van projecten) als aan de projecten zelf (implementatie) deelnemen, besliste Bel V in oktober 2013 om ontslag te nemen uit het INSC-comité. Het FANC vertegenwoordigt België voortaan in dit comité. Aangezien het FANC de officiële Belgische vertegenwoordiger in ENSREG is, wordt de samenwerking met de Europese Commissie in nauwe samenwerking tussen Bel V en het FANC beheerd.
42
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
4
Expertisebeheer 2013 | JAARVERSLAG | BEL V
43
4 Expertisebeheer 4.1 Ervaringsfeedback in België Elk jaar voert Bel V een systematische screening uit van gebeurtenissen in alle Belgische nucleaire installaties, evenals een grondige analyse van een aantal gebeurtenissen met focus op oorzaken, corrigerende acties en lessen voor de toekomst. In 2013 werden meer dan 90 gebeurtenissen geregistreerd in de database voor ervaringsfeedback in België. Voor een aantal gebeurtenissen werd een meer uitvoerige gebeurtenisanalyse uitgevoerd om uit de ervaringen te kunnen leren en die kennis daarna ook in andere nucleaire installaties te kunnen toepassen. Die analyses leverden vier IRS-rapporten op. 2013 werd gekenmerkt door de volgende gebeurtenissen, die uitvoerig door Bel V worden geanalyseerd en waarvoor de nodige reglementaire controles en opvolging werden uitgevoerd: • totaal verlies van niet-essentiële perslucht gevolgd door een manuele noodstop van de reactor in Tihange 3; • hogedrukveiligheidsinjectiepompen niet gekwalificeerd als bestand tegen thermische schokken bij LOCArecirculatiefase in Tihange 1; • overstroming van hulpapparatuur van de nooddieselgeneratoren ten gevolge van de breuk van een rubberen balg in Doel 4; • gelvorming in vaten met geconditioneerd radioactief afval door een alkali-silicareactie bij Belgoprocess.
44
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
4.2 Ervaringsfeedback vanuit het buitenland Naast het screenen van gebeurtenissen in eigen land voert Bel V ook screenings uit van gebeurtenissen in nucleaire installaties in het buitenland en van mogelijke algemene problemen die veiligheidsrelevant zijn, die een technische oplossing door de uitbaters vereisen of die algemene communicatie vereisen naar de uitbaters. In dit kader selecteerde het Operating Experience Feedback-coördinatiecomité van Bel V de gebeurtenissen hieronder, die leidden tot geformaliseerde Operating Experience Examination Request Letters (OEERL), Operating Experience Information Letters (OEIL) of opvolgingsinspecties: • non-compliance van het koelsysteem voor componenten gebruikt in Franse eenheden van 900, 1.300 en 1.450 MWe; • seismische overwegingen – voornamelijk problemen in verband met tanks; • kwetsbaarheid van het ontwerp van elektrische systemen; • verlies van seismische kwalificatie voor meerdere afsluiters in eenheden in Frankrijk; • storing van klepstelen in de bypassklep van de primaire kring; • aanwezigheid van alumina in zowel de veiligheidsgebonden perslucht- als de controle- persluchtsystemen.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
45
4.3 Kennisbeheer Om verschillende redenen (waaronder het feit dat de volgende 5 tot 10 jaar een aantal ervaren personeelsleden met pensioen gaan) hecht Bel V veel belang aan kennisbeheer. Er worden meerdere tools gebruikt om kennis te genereren, te vergaren, te verspreiden, te gebruiken en te archiveren. De Technical Responsibility Centres (TRC) blijven een sleutelrol spelen voor het kennisbeheer binnen Bel V. Er zijn ongeveer 20 TRC's, die fungeren als ‘kenniscentra’ voor alle belangrijke expertisedomeinen van Bel V. In functie van de ontwikkelingen in de nucleaire sector worden voortdurend nieuwe TRC’s gecreëerd (bv. rond ontmanteling). Bovendien zijn het beheer en de werking van de TRC’s volledig geïntegreerd in het kwaliteitssysteem van Bel V. In 2013 werden meerdere nieuwe ingenieurs aangeworven. Dit vergt een grote inspanning van de meer ervaren ingenieurs om op adequate wijze hun kennis over te dragen. Ieder nieuw personeelslid krijgt een coach toegewezen om de integratie te bevorderen. Dit initiatief voor kennisoverdracht wordt aangevuld met onder meer on-the-job training en activiteiten met teams van verschillende afdelingen. De aanwerving van een groot aantal nieuwe personeelsleden vereist ook opleidingen die beantwoorden aan de specifieke behoeften (zie hoofdstuk 4.5). We vermelden ook de aandacht binnen Bel V voor de overdracht van kennis tussen experts die met pensioen gaan en jongere personeelsleden. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een 'Knowledge Transfer Form'. Daarbij gebruiken we een 'Knowledge Critical Grid' om het risico op verlies van kennis te identificeren en te verminderen. Kennisbeheer is ook nauw verbonden met het R&D-programma, dat gericht is op het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden, betere ideeën of meer efficiënte processen (zie hoofdstuk 4.4). Het continu gebruik van de Bel V-software voor het beheer van elektronische documentatie (KOLIBRI, gebaseerd op Hummingbird DM) is een belangrijk element voor een efficiënte raadpleging van informatie, een goede kennisuitwisseling en de snellere integratie van nieuwkomers. Een specifiek comité, de Documentation Users Group (DOCUS), focust hierbij op het analyseren van gebruikersbehoeften en het implementeren van verbeteringen.
46
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
4.4 Research & development 4.4.1 Inleiding Het programma voor onderzoek en ontwikkeling (R&D) voor 2013 werd opgesteld in februari 2013. Hieronder zetten we de belangrijkste R&D-activiteiten van 2013 op een rij. In 2013 bedroeg het totale werkvolume 7.616 uur, wat overeenstemt met ongeveer 6,3% van de totale arbeidstijd van het technisch personeel. De R&D-activiteiten blijven een belangrijke pijler voor de continue en duurzame ontwikkeling van de deskundigheid van Bel V.
4.4.2 Beheeractiviteiten Ook in 2013 werd bijzondere aandacht besteed aan de mogelijkheid om nieuwe R&D-projecten te stimuleren. Er werden R&D-samenwerkingsovereenkomsten afgesloten met de Université Catholique de Louvain (UCL), het von Karman Institute for Fluid Dynamics (VKI) en het IRSN. Sommige van deze samenwerkingen waren eind 2012 al besproken tijdens de R&Dworkshop.
4.4.3 R&D voor de veiligheid van nucleaire installaties Thermohydraulische verschijnselen In 2013 werden de volgende R&D-activiteiten uitgevoerd op het domein van thermohydraulica: • OESO/NEA PKL-3-project. -- Het voorstel van Bel V in verband met de analyse van het verschijnsel van natuurlijke circulatieonderbreking tijdens de lineaire afkoelprocedure werd bij PKL uitgevoerd. Deze test bestond uit drie runs met verschillende afkoelpercentages en telkens een verschillend aantal betrokken lussen. De CATHARE-berekeningen voorafgaand aan de test werden door Bel V uitgevoerd. -- Het voorstel van Bel V in verband met de analyse van de 3D-impact op het verschijnsel van natuurlijke circulatieonderbreking werd uitgevoerd in de ROCOM-installatie in drie runs met telkens verschillende grensvoorwaarden voor de inlaatparameters aan het reactorvat. -- Bel V nam actief deel aan de uitwerking van de twee PACTEL-tests voor natuurlijke circulatieonderbreking die in 2013 werden uitgevoerd. -- Bel V nam deel aan de expertvergadering betreffende ATLAS met het oog op een mogelijke deelname van Bel V aan het toekomstige OESO/ATLAS-project.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
47
• PREMIUM-project. -- De afgeleiden van de resultaten van de (CATHARE-) code voor alle zes FEBA-tests werden berekend. Hun nietcolineariteit werd gecontroleerd vóór de volgende stap van de CIRCE-berekeningen: toepassing van de Nominale CIRCE-stap. -- De voorlopige resultaten van de Nominale en Iteratieve CIRCE-berekeningen werden voorgesteld tijdens de Fase IIIvergadering bij het Nuclear Energy Agency (NEA) te Parijs. De moeilijkheden waarmee men was geconfronteerd werden besproken met de andere deelnemers in het PREMIUM-benchmark. -- PREMIUM Fase III werd eind september voltooid: de bijdrage van Bel V aan het Fase III-rapport werd opgesteld en naar de Fase III-coördinator gestuurd. -- PREMIUM Fase IV werd begin oktober opgestart. De inputdecks voor het PERICLES-2D-refloodingexperiment werden opgesteld en in boil-off-configuratie gevalideerd. Het URANIE-platform (opensourcesoftware) voor onzekerheidsanalyse van het CEA werd geïnstalleerd. • MYRRHA-project. Er werd een vereenvoudigde RELAP5-3D-inputdeck van de MYRRHA samengesteld. Steady-state- en transiëntberekeningen werden geverifieerd via een set berekeningen, waaronder: -- verlies van koude bron zonder noodstop van de reactor; -- reactiviteitsinsertie zonder noodstop van de reactor; -- verlies van geforceerd koelmiddeldebiet voor de reactor zonder noodstop van de reactor; -- blokkering van debiet doorheen één splijtstofsysteem zonder noodstop van de reactor; -- verlies van koude bron; -- verlies van geforceerd koelmiddeldebiet van de reactor. • Gebruik van RELAP5-3D voor drukwaterreactoren. Er wordt momenteel een generiek inputdeck voor een drukwaterreactor met drie lussen ontwikkeld, inclusief de modellering van hydrodynamische knopen en warmtestructuren aan de primaire en secundaire zijde van de stoomgeneratoren, net als stoomleidingen, een reeks veiligheidskleppen en een ontlastklep, waterpeilmetingen aan secundaire zijde van de stoomgeneratoren en debietsturing van het voedingswater. Dit inputdeck zal in 2014 verder worden ontwikkeld. • Samenwerking met het IRSN. Er werd een tweede vergadering gehouden in het kader van het gezamenlijke Bel V/IRSN-project. Er werd beslist om de samenwerking voort te zetten op de gezamenlijke R&D-domeinen en uit te breiden met het DENOPI-project rond het experimentele onderzoek van thermohydraulische verschijnselen die zich voordoen tijdens ongevallen in het desactiveringsbekken van gebruikte splijtstof. Er werd ook beslist om een gemeenschappelijke paper op te stellen over een vergelijkende studie van de ROCOMtests tussen de resultaten van CATHARE3 en CATHARE2. • Toepassing op kerncentrales. Op basis van de ervaring uit de PKL-2/ROCOM-tests werd het 3D CATHARE-model van het reactorvat van Doel 1/2 geëvalueerd en bijgewerkt. Het is hierbij de bedoeling om een grondiger onderzoek uit te voeren naar het verschijnsel van natuurlijke circulatieonderbreking op basis van menging in de downcomer van het reactorvat. De analysestudie hield rekening met parametrische berekeningen en onderzocht de impact van belangrijke parameters op het plaatsvinden van natuurlijke circulatiestroomonderbreking tijdens asymmetrische koelomstandigheden.
48
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
• Conferentie en publicaties. -- Deelname aan de Common User Considerations (CUC)-vergadering in Grenoble van 9 tot 11 oktober 2013 met voorstelling van de belangrijkste prestaties van Bel V met behulp van de CATHARE-code. -- De paper ‘Assessment of the CATHARE 3D capabilities in predicting buoyant driven flow under asymmetric cooling loops conditions’ van Bel V werd gepubliceerd in het decembernummer van Nuclear Engineering and Design 2013. -- Deelname aan de internationale NURETH-15-conferentie met een paper die in de conferentie-proceedings werd opgenomen met de titel ‘Assessment of natural circulation interruption phenomenon in a pressurised water reactor with inverted SG U-tubes’. Ernstige ongevallen Er werd verdere vooruitgang geboekt op het vlak van de verwerving van de MELCOR-code en de ontwikkeling van MELCORsimulatiecapaciteit bij Bel V. De code werd op geschikte hardware geïnstalleerd en er werd met GRS een overeenkomst ondertekend voor externe consultancysupport en training over het gebruik van MELCOR en voor de ontwikkeling van het model (modellen) van de Belgische kerncentrales. In het kader van deze overeenkomst werd een initiële training aan Bel V gegeven. Bel V woonde de vergadering van de European MELCOR Users Group (EMUG) bij en nam deel aan en leverde een bijdrage aan de CSARP/MCAP/MELCOR-workshop. Er werd een stuurcomité samengesteld dat toezicht moet houden over de Belgische deelname aan het programma van de Amerikaanse Nuclear Regulatory Commission (NRC) voor onderzoek naar zware ongevallen. Ter ondersteuning van de activiteiten van Bel V met betrekking tot het gedrag van desactiveringsbekkens voor gebruikte splijtstof woonde Bel V verschillende vergaderingen bij van de schrijfgroep voor het CSNI Status Report on Spent Fuel Pool under Loss of Cooling Accident Conditions. Bel V nam ook deel aan de opstelling van het statusrapport. Ook de Technical Meeting on Source Term Evaluation for Severe Accidents van het IAEA werd bijgewoond, evenals de vergadering van de WGAMA Task Group voor Filtered Containment Venting. In samenwerking met het von Karman Institute werd een R&D-programma opgestart met de bedoeling een model te vormen van één enkel gebruikt splijtstofelement in het geval van een volledig Loss-of-Coolant Inventory Accident (LOCA) met behulp van een CFD-code. PSA-methodologie en -toepassingen Tijdens de 16e Technical Meeting on Experiences with Risk-based Precursor Analysis (6-7 november 2013 te Brussel) werden PSA-based Event Analyses (PSAEA) besproken die waren uitgevoerd door Electrabel voor kerncentrales in België en door buitenlandse organisaties (uitbaters, TSO's) voor kerncentrales in het buitenland. Op 31 mei organiseerde Bel V een vergadering van de ETSON PSA-expertgroep. Er werd een lijst voorbereid van ‘guidance’documenten die nuttig kunnen zijn voor TSO's, hetzij als PSA-ontwikkelaar of PSA-reviewer. Er werd ook informatie uitgewisseld over nieuwe ontwikkelingen rond PSA.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
49
In verband met de PSA-methodologie en de resultaten voor interne gevaren (brand, overstroming) kreeg Bel V de kans om informatie uit te wisselen met andere regelgevende instanties (ENSI, het IRSN en GRS) over de Fire PSA en de Flooding PSA in Zwitserland en de Fire PSA in Frankrijk en Duitsland. Bel V was ook aanwezig op de Castle Meeting 2013 (Saltsjöbaden, 12 april 2013), de International Workshop on PSA of Natural External Hazards including Earthquakes (Praag, 17-19 juni 2013) en de PSA 2013 Conference (Columbia, 2326 september 2013). Wat PSA voor externe natuurlijke en menselijke gevaren betreft, neemt Bel V deel aan het ASAMPSA_E-project. Dit project onder het 7e kaderprogramma heeft als doel om ‘guidance’-documenten te ontwikkelen voor PSA Niveau 1 en Niveau 2 voor interne en externe gevaren. Bel V werkt meer in het bijzonder mee aan het werkpakket met betrekking tot contacten (via vragenlijsten en workshops) met mogelijke eindgebruikers van dergelijke ‘guidance’-documenten. Brandbeveiliging Bel V nam deel aan de PRISME 2-vergaderingen van de OESO die in mei en november 2013 plaatsvonden. Tijdens de eerste vergadering presenteerde Bel V vier testvoorstellen. In dit kader werd een ISIS-gebruikersclub samengesteld door het ontwikkelingsteam. De postdoctorale onderzoeker van de Universiteit Gent die met een beurs van Bel V werkt, implementeerde een nieuw roetmodel voor laminaire vlammen in ISIS. Zijn onderzoek gaat door en spitst zich nu toe op roet in turbulente vlammen. In september nam Bel V deel aan het 13e internationale post-conferentieseminar over brandveiligheid in kerncentrales en nucleaire installaties. Er werd een paper geschreven en een presentatie gegeven over de validering van CFD-code ISIS voor compartimentsbranden met lekken. Ten slotte werden twee papers opgesteld: 1. De paper ‘Computer simulations to study interaction between burning rates and pressure variations in confined enclosure fires’ (F. Bonte, N. Noterman en B. Merci) werd aanvaard door het Fire Safety Journal. 2. De paper ‘Numerical Simulations of a Mechanically-Ventilated Multi-Compartment Fire’ (T. Beji, F. Bonte en B. Merci) werd aanvaard voor mondelinge presentatie tijdens het 11e International Symposium on Fire Safety Science, dat in 2014 zal plaatsvinden. Berekening van restvermogen Er werden nieuwe berekeningen uitgevoerd met behulp van de recentste versies van MCNPX en VESTA. De resultaten werden gefinaliseerd en er werd een syntheserapport opgesteld, geëvalueerd en verdeeld binnen Bel V en verzonden naar de VESTA-ontwikkelaar bij het IRSN. De resultaten sluiten aan op de vele referenties (bv. literatuur en ANSI-standaard) en hebben interessante toekomstige ontwikkelingen onder de aandacht gebracht. Het vervalwarmtemodel werd opnieuw gebruikt in het kader van MYRRHA voor de benchmark met de standaard vervalwarmtecurven van ANSI.
50
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
Regelgevingsaanpak en -praktijken ETSON-samenwerking en -expertgroepen Bel V blijft een actieve rol spelen in het technische werk van het European Technical Safety Organisations Network (ETSON). Vertegenwoordigers van Bel V zijn actief in de talrijke expertgroepen die verschillende technische domeinen behandelen, onder meer door bij te dragen tot de ontwikkeling van Technical Safety Assessment Guides. Bel V zit ook de Technical Board on Reactor Safety (TBRS) van ETSON voor, die onder meer verantwoordelijk is voor het toezicht over en de coördinatie van de expertgroepen. In 2013 werden twee vergaderingen van de TBRS georganiseerd door Bel V. Daarbij werd de status van de verschillende ETSON-expertgroepen besproken en werden acties vastgelegd voor het verdere beheer van deze expertgroepen. Dit leidde in 2013 tot de publicatie van de ETSON Safety Assessment Guide en drie Technical Safety Assessment Guides op de website van ETSON (www.etson.eu). Vertegenwoordigers van Bel V namen deel aan de vergaderingen van verschillende expertgroepen, o.m. over veiligheidsgebonden koelsystemen, probabilistische veiligheidsanalyses, transiënt- en ongevallenanalyse, en veiligheidsconcepten en ‘defense-in-depth’. Bel V besliste om de leiding op zich te nemen van een nieuwe expertgroep over veroudering. Bel V zal ook actief deelnemen aan de onlangs opgerichte expertgroep over afval en buitenbedrijfstelling van installaties. Twee vertegenwoordigers van Bel V namen deel aan de ETSON-workshop over resultaten van nationale en Europese stresstests (GRS Garching, maart 2013), waar twee presentaties werden gegeven over de stresstests voor kerncentrales en andere nucleaire installaties. Een lid van Bel V nam actief deel aan de activiteiten van de R&D-werkgroep van ETSON (onder meer door de deelname aan twee vergaderingen in juni en in november). Opstelling van een inspectiehandboek Er werd een inspectiehandboek opgesteld met praktische richtlijnen voor inspecties op het terrein.
4.4.4 R&D over afval en buitenbedrijfstelling Afvalberging Bel V zette in 2013 zijn R&D-inspanningen voort om zijn knowhow uit te breiden op het vlak van onafhankelijke evaluatie van veiligheidsanalyses voor opslagplaatsen voor radioactief afval. In deze context bleef Bel V zijn modelleringscapaciteiten ontwikkelen ter ondersteuning van de evaluatie van studies betreffende de veiligheid op lange termijn van afvalbergingsinstallaties. Er werd een nieuwe code voor waterstromingsimulatie en de modellering van transport van verontreinigende stoffen aangekocht en gebruikt voor de technische ondersteuning voor de evaluatie van de veiligheidsanalyse voor het project rond de oppervlaktebergingsinstallatie te Dessel.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
51
In 2013 versterkte Bel V ook de samenwerking met andere technische veiligheidsorganisaties (bv. het IRSN), universiteiten en onderzoekscentra. Zo is Bel V nu lid van de ‘Pôle Geochimie Transport’ onder toezicht van ARMINES, die bedoeld is om de reactieve transportcode HYTEC verder te ontwikkelen en kennis uit te wisselen over reactieve transportverschijnselen. In samenwerking met onder meer het IRSN, het CEA, Ecole des Mines de Paris en de Université Libre de Bruxelles (ULB) ondersteunt en volgt Bel V ook drie doctoraten die streven naar een beter inzicht in verschillende essentiële verschijnselen die een invloed hebben op de veiligheid op lange termijn van afvalbergingsinstallaties. Bel V versterkte ook zijn internationale samenwerking door zijn deelname aan het SITEX-project (Sustainable network of Independent Technical EXpertise for radioactive waste disposal), dat technische veiligheidsorganisaties (TSO's) en regelgevende instanties voor de nucleaire sector (NRA's) samenbrengt. Het doel van dit project (dat in 2013 werd afgerond) bestond erin om referentiekaders te ontwikkelen voor een toekomstig netwerk van TSO’s en veiligheidsautoriteiten, voornamelijk door de R&D-acties van TSO's op internationaal niveau te coördineren. Tot slot nam Bel V in 2013 deel aan verschillende internationale technische vergaderingen over de veiligheid van afvalberging, zoals de IAEA-vergaderingen 'Practical Illustration and use of the Safety Case Concept in the Management of Near-Surface Disposal' (PRISM), 'Human Intrusion in the context of Disposal of Radioactive Waste' (HIDRA) en 'Demonstration of the operational and long-term safety of geological disposal facilities for radioactive waste' (GEOSAF Part II), en een symposium over 'Modeling in concrete media'. Bel V nam ook deel aan de NEA Integration Group for the Safety Case (IGSC) en de 8e EURADWASTE-conferentie. Buitenbedrijfstelling en ontmanteling In 2013 waren de R&D-activiteiten specifiek gericht op het inzamelen van informatie en opbouwen van kennis over buitenbedrijfstelling, ter ondersteuning van de activiteiten van Bel V in het kader van de voorbereiding van de buitenbedrijfstelling van Doel 1/2 en andere nucleaire installaties in België. Hierbij is het de bedoeling om te leren uit de praktijken, technieken en problemen in andere landen waar grootschalige buitenbedrijfsstellingsprojecten worden voorbereid of uitgevoerd. Door onze contacten rond het DriMa-project, dat door het IAEA wordt gecoördineerd, konden we bijvoorbeeld in contact komen met de Spaanse instanties en meer inzicht verwerven in hun benadering van de buitenbedrijfstelling in de reglementaire context.
52
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
4.4.5 R&D over transversale kwesties Evaluatie van de veiligheidscultuur Teneinde de expertise van Bel V in het evalueren van de veiligheidscultuur te versterken, werd een geïntegreerd proces voor de waarneming van de veiligheidscultuur herontworpen. Dit proces, dat bedoeld is om waarnemingen over de veiligheidscultuur op het terrein te linken aan het globale toezichtproces van het FANC/Bel V, is intussen operationeel. R&D betreffende noodplanning Met het oog op de uitbreiding van de knowhow en competenties van Bel V inzake noodplanning werden op zowel nationaal als internationaal niveau verschillende R&D-activiteiten opgestart, zoals het CAPS internationale benchmarkingproject over snelle softwaretools gebruikt bij de modellering van het vrijkomen van fissieproducten bij ongevallen in kerncentrales, en het testen van de JRODOS-software. Deze initiatieven waren vooral gericht op het verwerven van meer inzicht in softwaretools voor het inschatten van de gevolgen van noodsituaties in een nucleaire installatie. Verificatie en validering Er werd een Technical Guidance-document opgesteld en afgewerkt met aanbevelingen om de validiteit te verzekeren van modellen en berekeningsresultaten die in veiligheidsanalyses worden gebruikt en om de bijbehorende verificatie- en valideringsactiviteiten te documenteren. Het begeleidingsdocument is bedoeld om een aanpak aan te bevelen gesteund op de eigenschappen die een impact hebben op de veiligheid en die moeten worden gemodelleerd en geëvalueerd. Deze eigenschappen kunnen van verschillende aard zijn en kunnen verschillende types berekeningen vereisen: in reactorfysica (kernneutronica, thermohydraulica van koelvloeistoffen, thermomechanica van splijtstof ), voor kriticiteit of risico's op ernstige ongevallen, debiet of transport voor afval. Over een ander, zij het verwant onderwerp werd een tweede gids goedgekeurd en gepubliceerd, met aanbevelingen over de validering van het gebruik van commerciële software (COTS) voor veiligheidsgerelateerde toepassingen.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
53
4.4.6 R&D-samenwerking met andere instellingen R&D-samenwerking met Belgische universiteiten Vrije Universiteit Brussel (VUB) In oktober 2012 werd een onderzoeksovereenkomst ondertekend met de VUB in het kader van studies op het vlak van cognitieve radio voor kerncentrales. Dit project zal een bijdrage leveren aan het noodplan. Het is hierbij de bedoeling om communicatielinks tijdens noodsituaties te versterken met het oog op een beter beheer van die noodsituaties. In oktober 2013 bezorgde de VUB aan Bel V een jaarlijks rapport over de activiteiten die in 2013 werden ondernomen. Bel V werkt intussen ook al twee jaar samen met de VUB aan het R&D-project ‘Experimental analysis of flow-induced vibrations and application to the fuel rod bundle of the MYRRHA reactor’. Er werd een tussentijds verslag over de activiteiten voorgelegd aan Bel V. Op basis van de resultaten in dit rapport werd beslist om de samenwerking met de VUB in het kader van dit R&Dproject met nog eens twee jaar te verlengen. Université libre de Bruxelles (ULB) Bel V sponsort sinds november 2012 een R&D-project aan de ULB rond de analyse van de veiligheid op lange termijn van de berging van radioactief afval. Dit project heeft betrekking op de modellering van de evolutie van diffusiecoëfficiënten tijdens degradatie van cement gebruikt voor afvalberging. In juli 2013 werd een tussentijds rapport aan Bel V voorgelegd. Universiteit Gent In augustus 2012 werd een onderzoeksovereenkomst ondertekend met de Universiteit Gent, in het kader waarvan studies zullen worden uitgevoerd naar branden in de vrije atmosfeer en interactie van het vuur met de mechanische ventilatie in een afgesloten ruimte. In het kader van dit onderzoek zullen met behulp van de ISIS-software kwantitatieve simulaties worden uitgevoerd. In december 2013 werd een tussentijds rapport aan Bel V voorgelegd. De resultaten die tijdens deze R&D-activiteiten werden verkregen, zullen in februari 2014 worden voorgesteld tijdens de conferentie van de International Association for Fire Safety Science (IAFSS). Université catholique de Louvain (UCL) Er werden twee nieuwe R&D-samenwerkingsovereenkomsten met de UCL ondertekend: • één overeenkomst voor de uitvoering van studies over thermische schokken onder druk in drukwaterreactoren en • een tweede overeenkomst over de modellering van de stroomverschijnselen die verantwoordelijk zijn voor het thermische strippen van het oppervlak van een vat van een met lood gekoelde snelle reactor. Von Karman Institute for Fluid Dynamics (VKI) Er werd een R&D-overeenkomst voor één jaar ondertekend met het VKI over uit te voeren studies op het vlak van simulaties van thermohydraulische verschijnselen in een desactiveringsbekken voor gebruikte splijtstof van een kerncentrale.
54
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
R&D-samenwerking met het IRSN In 2013 werden met het IRSN verschillende R&D-overeenkomsten gesloten in verschillende domeinen: • migratie van radionucliden in afvalbergingsinstallaties – dit R&D-project zal samen met ARMINES worden uitgevoerd; • ontwikkeling van een kwantitatieve simulatietool, waarbij rekening wordt gehouden met chemie en hydrodynamisch transport, die moet worden gebruikt in het kader van de evaluatie van afvalbergingsinstallaties – dit R&D-project zal worden uitgevoerd samen met ARMINES, AREVA, EDF, LAFARGE en het CEA; • verspreiding van radionucliden in klei – dit R&D-project zal samen met het CEA worden uitgevoerd. Er werd ook een nieuwe, meer globale kaderovereenkomst voor vijf jaar ondertekend met het IRSN.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
55
4.5 Opleiding Er werd gekozen voor een gestructureerde opleidingsaanpak op basis van de Systematic Approach to Training (SAT) van het IAEA. Opleidingsprogramma’s werden ontwikkeld voor alle personeelsleden (maar vooral ook voor nieuwkomers) op basis van de functieomschrijvingen en de vereiste vaardigheden. Voor deze opleidingsprogramma’s wordt een beroep gedaan op verschillende methodes, afhankelijk van de beschikbaarheid van opleidingsmateriaal en de bruikbaarheid van externe cursussen: zelfstudie, interne opleidingen, externe cursussen of on-the-job training. Een sleutelelement in de initiële opleiding van nieuwe personeelsleden zijn de interne opleidingssessies door de Technical Training Manager met de hulp van ervaren experts (vooral van Bel V en het FANC) als sprekers. Dit programma omvat 23 trainingsmodules. Er vonden 4 sessies plaats in 2009, 5 in 2010, 7 in 2011, 11 in 2012 en 9 in 2013: • Safety Culture Observation • Radioprotection (3 sessies) • Deterministic Approach • Probabilistic Approach • Accident Management • Dismantling • Lessons Learned from PSA Updates Enkele voorbeelden van externe opleidingen waaraan nieuwe personeelsleden van Bel V hebben deelgenomen in 2013: • PWR Description and Operation, georganiseerd door Westinghouse (6 personen gedurende 1 week); • ETSON JSP Summer School in Kaunas (meerdere personen gedurende 1 week); • volledige opleiding stralingsbescherming (120 uur), georganiseerd door Xios in het Nederlands (1 persoon gedurende het jaar). Ook vermeldenswaardig is de deelname van medewerkers van Bel V aan tal van gespecialiseerde of opfrissingscursussen, en aan diverse internationale werkgroepen, seminars en conferenties. In totaal vonden in 2013 meer dan 80 opleidingsactiviteiten plaats.
56
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
Financieel verslag 2013 | JAARVERSLAG | BEL V
57
Balans op 31 december 2013 (bedragen in € 1.000)
2012
14.156
13.489
6.843
6.408
II. Immateriële vaste activa
1.414
1.143
III. Materiële vaste activa
5.427
5.263
ACTIVA VASTE ACTIVA
A. Terreinen en gebouwen B. Installaties. machines en uitrusting C. Meubilair en rollend materieel
2013
5.277
5.116
45
63
105
84
Financiële vaste activa
2
2
7.313
7.081
2.644
2.576
VLOTTENDE ACTIVA
VII. Vorderingen op ten hoogste één jaar A. Handelsvorderingen
2.628
2.519
B. Overige vorderingen
16
57
IX. Liquide middelen X. Overlopende rekeningen
58
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
4.475
4.302
194
203
2012
2013
14.156
13.489
8.209
8.448
I. Kapitaal
4.732
4.732
IV. Reserves
2.629
2.868
848
848
5.947
5.041
VII. Schulden op meer dan één jaar
2.000
1.500
IX. Schulden op ten hoogste één jaar
3.944
3.540
PASSIVA EIGEN VERMOGEN
V. Overgedragen winst SCHULDEN
A. Schulden vervallen binnen het jaar
1.000
500
416
424
D. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen
1.500
1.500
E. Schulden m.b.t. belastingen, bezoldigingen en sociale lasten
1.028
1.116
C. Handelsschulden
F. Overige schulden X. Overlopende rekeningen
3
1
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
59
Resultatenrekening op 31 december 2013 (bedragen in € 1.000)
Omzet Andere bedrijfsopbrengsten TOTAAL BEDRIJFSOPBRENGSTEN
2012
2013
10.056
10.981
78
125
10.134
11.106
Diensten en diverse goederen
1.927
2.099
Bezoldigingen en sociale lasten
7.391
8.173
531
515
Afschrijvingen Afschrijvingen op handelsvorderingen
9
Andere bedrijfskosten TOTAAL BEDRIJFSKOSTEN
91
9.959
10.878
Bedrijfsresultaat Financiële kosten en opbrengsten Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening Winst voor het boekjaar
60
101
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
175
228
23
11
198
239
198
239
Resultatenrekening: toelichtingen In 2013 bleven de activiteiten snel evolueren, waardoor een zeer kleine omzetstijging kon worden genoteerd. Bedrijfsopbrengsten Omzet Ook in 2013 werd het grootste deel van de omzet van Bel V (96 %) gerealiseerd dankzij de reglementaire controles en veiligheidsanalyses in installaties van Klasse I, die worden gefactureerd op basis van een vast tarief dat met het FANC werd overeengekomen en dat de kosten van onze prestaties dekt. Dit jaar werd opnieuw gekenmerkt door activiteiten rond de stresstests en de implementatie van de actieplannen, en de verdere analyse van het bevestigingsdossier over de foutindicaties in de vaten van twee reactoren. Een klein deel van de omzet (1,88%) is afkomstig van overeenkomsten met de Europese Commissie voor de ondersteuning van instanties voor nucleaire veiligheid in Oost-Europese en groeilanden. Er werden ook controles uitgevoerd bij bijzondere installaties van klasse II (de toekomstige klasse IIA). Andere bedrijfsopbrengsten Andere bedrijfsopbrengsten zijn geen echte opbrengsten, maar bestaan voornamelijk uit bijdragen door personeelsleden voor het privégebruik van bedrijfswagens en voor maaltijdcheques. Bedrijfskosten Diensten en diverse goederen In 2013 maakten we aanzienlijk gebruik van onderaannemers voor technische kwesties met betrekking tot de reactorvaten. Onze uitgaven voor Research & Development vertoonden een aanzienlijke stijging (+94%). Bezoldigingen en sociale lasten De personeelsuitgaven vertegenwoordigen 75% van onze kosten, met inbegrip van uitgaven voor opleidingen. Financiële kosten en opbrengsten Financiële opbrengsten komen uit geldbeleggingen. Bedrijfsresultaat Het bedrijfsresultaat voor het boekjaar werd toegerekend op aan restricties onderhevige fondsen.
2013 | JAARVERSLAG | BEL V
61
Lijst van afkortingen ADCC Algemene Directie Crisiscentrum van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken ASME American Society of Mechanical Engineers ASN Autorité de Sûreté Nucléaire (Frankrijk) BEST Belgische stresstests CEA Commissariat à l’énergie atomique et aux énergies alternatives (Frankrijk) CNRA Committee on Nuclear Regulatory Activities (OESO) CSNI Committee on the Safety of Nuclear Installations (OESO) ENSREG European Nuclear Safety Regulators Group ENSTTI European Nuclear Safety Training and Tutoring Institute (ETSON) ETSON European Technical Safety Organisations Network FANC Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle GRS Gesellschaft für Anlagen und Reaktor Sicherheit (Duitsland) HERCA Heads of European Radiological Protection Competent Authorities IAEA International Atomic Energy Agency – Internationaal Atoomenergieagentschap INSC Instrument for Nuclear Safety Cooperation (Europese Commissie) IPM Installatie Productie Monolieten IRE Nationaal Instituut voor Radio-elementen IRRS Integrated Regulatory Review Service (IAEA) IRSN Institut de Radioprotection et de Sûreté Nucléaire (Frankrijk) LTO Long-Term Operation NEA Nuclear Energy Agency (OESO) NIRAS Nationale Instelling voor Radioactief Afval en Verrijkte Splijtstoffen NRA Nuclear regulatory authority – regelgevende instantie voor de nucleaire sector NRC Nuclear Regulatory Commission (VS) NUSSC Nuclear Safety Standards Committee (IAEA) OESO Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling OSART Operational Safety Review Team (IAEA) PSA Probabilistic Safety Assessment – probabilistische veiligheidsanalyse PSR Periodic Safety Review – periodieke veiligheidsbeoordeling PWR Pressurised Water Reactor – drukwaterreactor R&D Research & Development SCK•CEN Studie Centrum voor Kernenergie – Centre d’études d’Energie Nucléaire (Mol) TBRS Technical Board for Reactor Safety (ETSON) TRC Technical Responsibility Centre (Bel V) TSO Technical Safety Organisation – technische veiligheidsorganisatie TSOF Technical and Scientific Support Organization Forum (IAEA) VKI von Karman Institute for Fluid Dynamics WENRA Western European Nuclear Regulators Association – West-Europese vereniging van regelgevende autoriteiten voor kernenergie
62
BEL V | JAARVERSLAG | 2013
be
JAARVERSLAG | 2013
.b w www
v. l e