Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Inhoud Protocol gedrag
Pagina
Voorwoord Algemeen Waarden en Principes Protocol Gedrag Het fundament; onze basishouding De begane grond; afspraken op school De eerste verdieping; afspraken in de groep De zolder; afspraken met leerlingen Grensoverschrijdend Gedrag
2 3 4 5 6 7 8 9 11
Leerlingen met een gedragsstoornis
14
Bijlagen: Oepskaart Goed Gedrag Kaart Complimentenkaart Afsprakenkaart Dikke Duimenkaart Formulier voor officiële waarschuwing Formulier voor Schorsing Beertjesmethode Zelfinstructiemethode
1
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Voorwoord In mei 2011 heb ik de HBO Master SEN (Special Educational Needs) afgerond bij Hogeschool Utrecht. Tijdens het laatste jaar van de studie hebben we een Educational Research Project gedaan in de vorm van een actieonderzoek. Alvorens het actieonderzoek te starten heb ik het team van de Prins Mauritsschool mee laten denken tijdens een teamvergadering, over het onderwerp van dit onderzoek. Mijn visie is: het moet echt iets opleveren voor de school. Er kwamen twee onderwerpen naar boven: - Veiligheid op het plein - Omgaan met gedragsproblemen Ik heb gekozen voor het tweede onderwerp. Het team gaf aan, dat het begeleiden van kinderen met ADHD zwaar is. Door middel van vragenlijsten in de groepen 3 t/m 7 is het team bevraagd op diverse aspecten t.a.v. het begeleiden van kinderen met ADHD op het gebied van klassenmanagement, didactiek en interactie. De uitkomsten van de vragenlijsten zijn verwerkt. Vervolgens hebben we tijdens twee bouwvergaderingen prioriteiten gekozen, als aanzet voor het te maken beleid. De uitkomsten van de vragenlijsten zijn ook besproken met SBO en met de Ambulante Begeleiding van Cluster 4. Daarnaast is er een literatuurstudie geweest. De ambulante begeleiding van Cluster 4 gaf mij het advies om de conclusies van het onderzoek te beschrijven in een Algemeen Protocol Gedrag, met daarnaast specifieke school- en gedragsregels m.b.t. begeleiding van kinderen met een gedragsstoornis. Daarnaast hebben we tijdens het schooljaar 2011-2012 actief nagedacht over de Visie en Missie van de Prins Mauritsschool. Dit is concreet vertaald naar Waarden en Principes die gekoppeld zijn aan de ‘Regel van de Maand’ voor de kinderen. Vanaf september 2012 werken we vanuit deze waarden en principes (pagina 4). Dit is voor leerkrachten en leerlingen de basis van het omgaan met elkaar. Tijdens het schooljaar 2013-2014 is er, door een werkgroepje, gewerkt aan de verbetering en implementatie van het protocol gedrag. Tijdens de studiedagen is er in het team nagedacht over de verschillende onderdelen van het protocol door middel van discussie, casussen en andere werkvormen. Ook is er door leerlingen meegedacht in het protocol. Het resultaat ligt nu voor ons. De woorden uit het protocol krijgen handen en voeten in ons onderwijs van elke dag.
15 september 2014 Jans den Breejen-Loeve
2
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Algemeen Waarom een protocol? ‘Het is niet alleen voor de (sociaal-emotioneel) kwetsbare leerlingen van belang dat zij op een school terechtkomen waar de leerkrachten op een zelfde manier over gedrag en gedragsproblemen denken en een gemeenschappelijke visie en vaardigheid hebben ontwikkeld om te handelen op dit gebied. Het is ook voor leraren van belang te weten wat er in dit opzicht van hen wordt verwacht en wat men van elkaar mag verwachten’ (Jeninga, Professioneel omgaan met gedragsproblemen, 2009). Preventie ‘Preventie is de beste manier om gedragsproblemen te voorkomen en/of daarmee om te gaan. De basis van deze preventie is professioneel leerkrachtgedrag in een positief pedagogisch klimaat. Dit positief pedagogisch klimaat is niet alleen goed voor de leerlingen, maar ook voor collega’s. Het verbetert de beroepshouding. Leerkrachten hebben elkaar nodig ‘om het vol te houden’. We moeten er voor elkaar zijn! Leerkrachten investeren in een hechte, persoonlijke, professionele relatie met de leerling. Ze zijn een rolmodel voor de leerling en zien ouders als partners. Leerkrachten werken zoveel mogelijk samen met ouders om het probleem aan te pakken door samen een analyse te maken maken, concrete doelen te bepalen, onderwijsbehoeften te formuleren en van elkaars oplossingen te profiteren’ (Wolf & Beukering, Gedragsproblemen in scholen, Het denken en handelen van leraren, 2009).
3
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Waarden en Principes Vanuit de visie en missie van de school, zijn vijf waarden en tien principes omschreven. Deze zijn gekoppeld aan de regel van de maand. De regel van de maand wordt uitgewerkt in de lessen van de methode ‘Goed Gedaan’. De gelezen Bijbelgedeelten tijdens de weekopeningen in het team worden gekoppeld aan de waarden en principes. De waarden, principes en regel van de maand hangen als posters in de klas en in de personeelskamer. Ook heeft elke leerkracht dit in een lijstje in de klas staan.
Maand Januari
Februari
Maart
April
Mei
Juni Augustus September
Oktober
November December
Waarde Ambitie als voorwaarde voor vooruitgang Veiligheid als basis voor persoonlijke groei Ieder kind is uniek en waardevol
Principe We stellen haalbare doelen voor het kind en de leerkracht. We gaan tactvol, voorzichtig en eerlijk met elkaar om We zijn betrokken bij het kind en zijn omgeving Verantwoordelijkheid We doen wat we nemen zeggen, we zeggen wat we doen Liefde van en voor We leven de liefde voor God en elkaar, is de kern van onze school. Ambitie als We groeien door voorwaarde voor elkaars talenten te vooruitgang benutten Veiligheid als basis We hanteren regels en voor persoonlijke stellen grenzen groei Verantwoordelijkheid We spreken elkaar aan nemen op onze verantwoordelijkheden Ieder kind is uniek en We halen het beste in waardevol elkaar naar boven Liefde van en voor We geven de liefde God en elkaar, is de door kern van onze school.
4
Regel van de maand Ik doe wat ik kan om mijn doel te bereiken. Eerlijk duurt het langst!
Geef elkaar complimenten! We doen wat we zeggen!
Luister naar elkaar!
Help elkaar een handje!
Ik, jij, wij; iedereen hoort erbij! Stop, denk, doe!
Samen spelen, samen delen! Zorg goed voor elkaar!
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Protocol Gedrag In dit protocol beschrijven wij, hoe wij op de Prins Mauritsschool omgaan met kinderen, met ouders en beschrijven we de gewenste omgang van kinderen onderling. Specifiek wordt beschreven hoe wij om gaan met kinderen met gedragsproblemen. Daarbij benoemen we expliciet dat alle kinderen met gedragsproblemen, een op maat gesneden aanpak nodig hebben. Het protocol gedrag is gebaseerd op het ‘Huis van Matser’. Dit huis heeft 3 verdiepingen: - Begane grond (afspraken op schoolniveau) - Eerste verdieping (afspraken op groepsniveau) - Zolder (afspraken op leerling-niveau) De afspraken op school- en groepsniveau zetten in op preventie; het voorkomen van grensoverschrijdend gedrag. De afspraken op leerling-niveau zijn curatief; wat doen we als het mis gaat. Daarnaast heeft het huis een stevig fundament nodig.
5
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Het Fundament ; onze basishouding Het huis staat alleen stevig, als de fundering goed is. Het fundament onder onze school is ons geloof het evangelie van Jezus Christus. We hebben God lief en onze naasten als onszelf. In de visie en missie van de school staat dit beschreven. Dit vertaalt zich in onze basishouding: Basishouding Leerkrachten: - Nemen tijd om naar de kinderen te luisteren. - Zijn voorspelbaar in hun handelen en blijven rustig. - Nemen ouders serieus en hebben regelmatig contact. - Werken aan professioneel leerkrachtgedrag (leerkrachten informeren zich via artikelen, boeken, andere bronnen of nascholing over de achtergronden van gedragsproblemen en de specifieke aanpak in de klas), pedagogische sensitiviteit (uitgewerkt in het schoolplan) en een goed pedagogisch klimaat. - Benutten het enthousiasme en de unieke talenten van de leerlingen. - Zorgen voor een leeromgeving, binnen de klas, waarin de leerling wordt uitgedaagd, structuur en steun krijgt, succeservaringen opdoet en gewenst gedrag positief wordt beloond. - Belonen goed gedrag! Leerlingen: - Houden zich aan de afgesproken klas-, plein- en overblijfregels. Deze hangen op in de klas en bij het plein. - Gaan op een respectvolle manier met elkaar om: schelden, vechten, vloeken doen we hier niet. - Tonen respect en gehoorzamen leerkrachten en overblijfouders - Geven elkaar complimenten en helpen elkaar. Ouders: - Ondersteunen de normen, waarden en afspraken die op school gelden. - Nemen contact op met de leerkrachten wanneer er iets besproken moet worden.
6
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
De begane grond; afspraken op school Afspraken op schoolniveau - We werken vanuit de waarden en principes en vertalen dit in de ‘Regel van de Maand’. - De poster van de ‘Regel van de maand’ hangt zichtbaar op in de school. - We geven lessen uit de methode ‘Goed Gedaan’; hoe je omgaat met jezelf en de ander komt daarin structureel aan de orde. - In de maand januari worden lessen uit ‘Wonderlijk Gemaakt’ gegeven; de methode voor seksuele weerbaarheid. - Belangrijke afspraken m.b.t. gedrag van kinderen wordt op papier gezet (afspraken bij gym, op het plein en bij het overblijven) Leerkrachten: - Halen de leerlingen na de bel persoonlijk buiten op en de groep loopt in een rustige rij naar binnen. - Groeten elke leerling persoonlijk door een hand of oogcontact - Registreren verzuim - Verwoorden onderwijsbehoeften van kinderen in ParnasSys. - Vermelden incidenten of andere bijzondere situaties bij de incidentenregistratie in ParnasSys. - Melden incidenten of andere bijzondere situaties aan ouders. Leerlingen: - Komen op tijd op school - (vanaf groep 5) Zijn zelf verantwoordelijk voor hun school- en gymspullen. IB-er/Gedragspecialist: - De IB-ers/gedragsspecialist verzorgen psycho educatie m.b.t. actuele gedragsstoornissen en houdt het team op de hoogte van ontwikkelingen, handige sites en (inter)nationale onderzoeken m.b.t. gedragsproblemen. Ouders: - Brengen hun kind op tijd naar school en leren hun kinderen, als zij ouder worden, op tijd naar school te gaan. Wanneer een leerling drie maal te laat is gekomen, wordt er door de directie contact opgenomen met de ouders. In het gesprek worden afspraken gemaakt. Indien nodig wordt de leerplichtambtenaar ingeschakeld. - Van kinderen van groep 1 en 2 brengen hun kind in de klas. - Van kinderen van groep 3 t/m 8 blijven op het schoolplein. - Maken een afspraak met de leerkracht, wanneer ze over hun kind willen praten. Dit doen we niet om 8.45 uur. - Melden verzuim bij ziekte telefonisch - Geven een briefje mee wanneer er een bezoek gebracht moet worden aan huisarts, ziekenhuis of andere instantie. - Hebben inzicht in de zorgstructuur op school. - Hebben zicht op het onderwijsniveau van hun kind. - Nemen contact op met school als hun kind met een zorg of probleem vanuit school thuiskomt. 7
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
De eerste verdieping; afspraken in de groep
Afspraken op groepsniveau - In elke groep is een stille werkplek - In elke groep is de dagindeling visueel gemaakt, door middel van dagritmekaarten of een digitale dagplanning - Leerlingen gaan na de bel in de rij staan. De leerkrachten halen de rij buiten op en lopen voor de klas uit naar het lokaal. Leerkrachten: - Zorgen in elke klas voor een stille werkplek. Een afgeschermde tafel, waar kinderen met werkhoudings- of gedragsproblemen kunnen werken. - Zijn zich bewust van hun lichaamstaal m.b.t. de groep. - Nemen het sociogram af (oktober & februari) vanaf groep 5. - Werken met het directe instructiemodel - Gebruiken hulpmiddelen: kleurenklokken, time-timers, stoplichten, planborden, koptelefoons, pictogrammen voor leerlingen die dat nodig hebben. - Geven complimenten; belonen goed gedrag en corrigeren ongewenst gedrag met een normale correctie (‘Het is niet goed dat je ….., je kunt beter ……’). - Maken afspraken over ongewenst gedrag (zie grensoverschrijdend gedrag). - Houden klassenregels ‘up-to-date’ en bespreken dit regelmatig. Leerlingen: - Kennen de klassenregels en houden zich aan de omgangsregels, zoals de klas deze heeft opgesteld (o.a. stoplichtregels) Ouders: - Zijn op de hoogte van de klassenregels en het omgangsprotocol.
8
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
De zolder; afspraken met leerlingen Afspraken op leerling-niveau (afspraken met specifieke leerlingen) - Afsprakenkaarten en beloningssystemen (‘Oepskaart’ (bijlage 1), Goed Gedrag Kaart (bijlage 2) dikke duimenkaart, spaarkaart, zonnetje van de dag, kanjer van de week) worden ingezet wanneer een leerling of klas dit nodig heeft.
Leerkrachten: - Starten een ‘Plan van aanpak’ (in ParnasSys) wanneer afsprakenkaarten structureel moeten worden ingezet. - De leerkrachten leggen de uitvoering van het ‘plan van aanpak’ vast in ParnasSys. - Na evaluatie van het ‘Plan van aanpak’ kan het gedrag van het kind verbeterd zijn. -
Bij herhaald ongewenst gedrag, werkhouding of motivatieproblemen (als het ‘Plan van aanpak’ niet werkt) worden ouders en kinderen uitgenodigd voor gesprek. Dit gesprek vindt plaats samen met de IB-er.
-
Leerkracht gaat in gesprek met het kind zelf, met de bedoeling motieven te achterhalen en tot een oplossing te komen. De leerkracht stelt samen met het kind een kindplan op. Laat merken dat je het kind begrijpt en wil helpen. Het kindplan is onderdeel van het handelingsplan. De leerkracht en IB-er nodigen ouders uit voor een oudergesprek gesprek om de ouders te informeren en samen tot oplossingen te komen. Leerkracht en IB stellen een individueel handelingsplan op waarin doelen m.b.t. gedragsverbetering worden vastgelegd. Na 6 tot 8 weken wordt het kindplan geëvalueerd. Na 6 tot 8 weken volgt een evaluatiegesprek met de ouders, de leerkracht en de IBer. Het handelingsplan wordt bijgesteld of externe hulp wordt ingeschakeld. De leerkrachten leggen de uitvoering van het individueel handelingsplan vast in ParnasSys.
Houdt incidentenregistratie bij in het LVS.
Leerlingen: - Worden gekoppeld aan een maatje (buddy) wanneer het kind dit nodig heeft. - Kunnen, na een conflictsituatie, eerst afkoelen voordat erover gepraat wordt. De afkoeltijd en plaats wordt besproken. - Zijn op de hoogte van maatregelen bij grensoverschrijdend gedrag (zie onder). - (bovenbouw) Leggen doelen m.b.t. gedragsverbetering vast in een kindplan. IB-er/Gedragsspecialist/Ondersteuningsteam: - Bespreekt leerlingen met een Individueel Handelingsplan in het schoolondersteuningsteam (SOT) - Zorgt voor dossiervorming in Kindkans en het inschakelen van hulp (Jeugdmaatschappelijk werk, Speltherapie, GGZ) 9
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Ouders: - (zie boven)
Ambities Centrale Time-Out plaats (met toezicht en registratie)
10
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Grensoverschrijdend Gedrag a. Correcties en Belonen Zoals bij de gedragsregels op schoolniveau is afgesproken, werken de leerkrachten altijd met belonen van goed gedrag. Dit kunnen complimenten zijn (verbale versterkers), maar ook sociale (meer speeltijd, spelletje, voorleestijd) of materiële versterkers (beloningskaarten, verdienen van stickers o.i.d.). Voor correcties en belonen kan gebruik worden gemaakt van hulpmiddelen, zoals (zie bijlagen): - Oepskaart - Complimentenkaart - Dikke duimenkaart b. Plan van aanpak Specifieke afspraken met kinderen worden op een afsprakenkaart geschreven (bijvoorbeeld afspraken over het inhalen van lestijd bij regelmatig te laat komen of afspraken over schoolblijven/strafwerk, afspraken over taalgebruik enz). De afsprakenkaart hangt zichtbaar op of is op de tafel van de leerling geplakt. In ParnasSys wordt een kort ‘Plan van aanpak’ gemaakt. Je kunt hiervoor gebruik maken van (zie bijlagen): - Goed Gedrag Kaart - Afsprakenkaart Wanneer er geen gedragsverbetering is gekomen, zal de procedure voor een Intern Handelingsplan worden gestart (zie pagina 9).
c. Straffen en Time Out Bij herhaald ongewenst gedrag: het negeren van aanwijzingen van de leerkracht, agressief gedrag: slaan, schoppen, kapot maken van eigendommen van een ander (leerling, leerkracht, school), onbeheerste driftbuien, buitensporig taalgebruik (schelden, vloeken, seksueel getinte woorden), structureel pestgedrag, seksueel intimiderend gedrag krijgt de leerling straf (in het lokaal en buiten). De straf past bij de gemaakte afspraken of de leerling wordt tijdelijk buiten de groep geplaatst. Straf: Bij de overtreding klassenregels kunnen leerkrachten specifieke sancties en straffen afspreken die gelden voor die klas! Je kunt hierbij denken aan: Eén overtreding: kwartier nablijven Twee overtredingen: half uur nablijven en ouders worden gebeld Drie overtredingen: op school blijven tot 17.00 uur en gesprek met ouders op school. Leerlingen zijn er gebaat bij, dat ook overblijfouders dezelfde regels hanteren, mits deze eerlijk worden toegepast.
11
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Time-Out: De leerling krijgt een Time Out. Time Out is een afgesproken plek buiten de groep (of op het plein) voor een bepaalde tijd om af te koelen. Het doel is bescherming van het kind of de groep en een plek om weer gewenst gedrag te laten zien. De leerkracht zorgt voor registratie van het aantal Time Outs (bij IR of in het Plan van Aanpak). d. Waarschuwing Wanneer het gedrag van de leerling niet verbetert, zoals is afgesproken, volgt een officiële waarschuwing. Dit wordt uitgesproken in een gesprek met ouders, leerling, leerkracht, directie en/of IB. De officiële waarschuwing wordt schriftelijk uitgereikt door de directie. Hierin staat dat bij herhaaldelijk onacceptabel gedrag tot schorsing zal worden overgegaan. Formulier waarschuwing (zie bijlage). e. Schorsing De school kan besluiten tot een formele schorsing. Dit kan een interne of externe schorsing zijn. Intern Schorsing Bij een interne schorsing wordt de leerling de toegang tot de klas ontzegd. De leerling kan in een andere klas geplaatst worden of in de directiekamer. De leerling werkt buiten de klas aan zijn/haar schoolwerk. Interne schorsing bedraagt in principe maximaal 3 schooldagen. Externe Schorsing Bij een externe schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden; de leerling krijgt schoolwerk mee naar huis. De schorsing bedraagt in principe maximaal 5 schooldagen. In extreme gevallen kan een leerling langer geschorst worden. De betrokken ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de schorsing. In dit gesprek worden nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden gezocht waarbij de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op school aan de orde komen. Van het gesprek wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerling-dossier bewaard. Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan: het bevoegd gezag, de ambtenaar leerplichtzaken en/of de inspectie onderwijs. Ouders kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist uiterlijk binnen 14 dagen op het beroep. Formulier Schorsing (zie bijlage).
12
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
f. Verwijdering Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident (waarbij een formele schorsing reeds heeft plaatsgevonden) en/of onacceptabel gedrag, welke grote gevolgen heeft voor de veiligheid en/of de schoolontwikkeling van de leerlingen, kan worden overgegaan tot verwijdering. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag; het schoolbestuur. Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de directie te horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders ter kennis worden gesteld en door de ouders voor gezien wordt getekend. Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar - De leerplichtambtenaar - De inspectie onderwijs - Het zorgloket van het Samenwerkingsverband Het bevoegd gezag informeert de ouders schriftelijk en met redenen over het voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders gewezen wordt op de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift. De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen (Algemene Wet Bestuursrecht). Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift. Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift. Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere school voor speciaal onderwijs is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar is dat het bevoegd gezag, gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen. Indien de veiligheid van de medeleerlingen en die van de leerkracht niet gewaarborgd is, zal deze verwijdering vooraf gegaan worden door een langere schorsing. Klachtenprocedure Indien ouders, de leerling, de leerkracht of de directie het oneens is met gemaakte afspraken, gang van zaken en dergelijke hebben zij allen het recht de klachtencommissie in te schakelen. De gegevens hiervan staan vermeld in de schoolgids. g. Incidentenregistratie Voor het juist volgen van bovengenoemde procedures is het van groot belang dat de leerkrachten alle incidenten (met datum en tijdstip) in de incidentenregistratie van ParnasSys vermelden (of bij de uitvoering van het Plan van Aanpak).
13
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Leerlingen met een gedragsstoornis Begeleiding kinderen met ADHD, ODD Informatie Voor goede begeleiding van kinderen met ADHD is het van groot belang dat allereerst alle informatie die nodig is, beschikbaar is. Welke factoren (leerling, leerkracht, taak, thuissituatie, behandeling, medicatie) beïnvloeden het probleemgedrag en het positieve gedrag. Indien nodig, wordt gebruik gemaakt van het meervoudig risicomodel (Van der Ploeg, 2006) en wordt een analyse gemaakt van beschermende- en risicofactoren. Handelingsplanning Voor de leerlingen wordt specifieke handelingsplanning opgezet, waarbij de leerling en de ouders nauw betrokken zijn. De leerling wordt verantwoordelijk gemaakt. Persoonlijke doelen worden beschreven in een kindplan. Er worden concrete doelen gesteld, waar korte periodes (van ongeveer 6 weken) aan gewerkt wordt (zie pagina 9). Klassenmanagement Elke groep heeft één of meer stille werkplekken, waar kinderen met verminderde concentratie prikkelarm kunnen werken. Het overzicht van de dag wordt visueel gemaakt door dagritmekaarten of het rooster uit te schrijven op het bord. Elke groep heeft de beschikking over een time-timer of een kleurenklok. De leerling met ADHD krijgt, indien nodig, een buddy of maatje toegewezen bij de aanpak van een specifiek probleem (bijv. een leerling die er altijd op let, dat de leerling met ADHD zijn tas mee naar huis neemt). De leerkracht heeft met ouders afspraken gemaakt over de medicatie. Ouder vullen hiervoor het formulier in uit het Protocol Medisch Handelen. Didactiek Tijdens de instructie en momenten van zelfstandig werken zijn leerlingen gebaat bij adequate feedback, gericht op het doel van de les en het proces ‘wat moet ik nog doen om dichter bij dit doel te komen’. Dit kan visueel ondersteund worden door zelfinstructiemethoden, zoals de de ‘Beertjes methode’ (zie bijlagen) of, voor oudere kinderen, een stappenplan (zie bijlagen). Tijdens de instructieronden (startronde, middenronde en eindronde) krijgen leerlingen met ADHD altijd meer momenten van korte feedback. De leerkracht ‘trainen’ leerlingen met ADHD om elke opdracht twee keer te lezen en checkt of de leerling de opdracht begrepen heeft. Momenten van zelfstandig werken zijn korter voor kinderen met ADHD. De leerkracht geeft hen de mogelijkheid om ‘een loopje’ te hebben, waarna weer verder wordt gewerkt. De leerling krijgt meer mogelijkheden om op de computer te werken.
Interactie Leerkrachten zijn zich bewust van hun eigen houding. Veel praten en uitvoerig (verbaal) instructie geven werkt onrust bij kinderen met ADHD in de hand. Leerkrachten zijn zich bewust van hun ‘rolmodel’ en beseffen dat goed gedrag aangeleerd moet worden. Leerkrachten zetten bewust non-verbale middelen in (lichaamstaal, ‘seintjes’, visuele 14
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
prikkels) in, in de interactie. Het hebben van oogcontact werkt preventief voor gedragsproblemen. Leerkrachten zetten bewust ‘humor’ in om spanning te verminderen. Goed gedrag wordt altijd beloont. Negatief gedrag negeren kan bewust worden ingezet om dit gedrag uit te doven. Conflictsituaties bespreken doen we met een vaste structuur (GGGG) nadat de leerling eerst mocht ‘afkoelen’, en individueel. -
Leerlingen met ADHD lezen de opdrachten twee keer door, voordat hij aan het oplossen van de opdracht begint. Korte periodes van zelfstandig werken (max. 10 minuten), afgewisseld met ontspanningsmomenten. Kinderen praten soms veel; ‘minder praten kan ondersteund worden met een visuele prikkel of een gebaar om gedragscorrecties uit te voeren. Intensief oogcontact. Op de tafel/ stoel is een visuele prikkel (sticker) aangebracht, zodat de leerkracht geen negatieve feedback hoeft te geven, maar alleen op de sticker hoeft te wijzen (bijv. bij overbewegelijk gedrag). Vrije situaties (pauze, bloktijd, hoekentijd) worden voor besproken. Instructie wordt gegeven in kleine stapjes. De leerling herhaalt de instructie. Tijdens de instructieronden (startronde, middenronde, eindronde) krijgen kinderen met ADHD altijd korte feedback. Leerlingen met ADHD krijgen de mogelijkheid voor een ‘loopje’
Ambities - Specifiek begeleiding kinderen met een stoornis in het autistisch spectrum. - Specifiek begeleiding beschrijven voor kinderen met DCD.
Bijlagen: Oepskaart Goed Gedrag Kaart Complimentenkaart Afsprakenkaart Dikke Duimenkaart Formulier voor Officiële waarschuwing Formulier voor Schorsing Beertjesmethode Zelfinstructiemethode
15
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Oepskaart
datum:
Jammer, jammer, jammer! ……………………………… heeft zich niet gehouden aan regel 1. Niet kletsen
2. Niet afkijken 3. Niet pesten 4. Niet praten voor je beurt 5. Niet van je stoel af 6. Niet slordig werken 7. Niet schelden 8. Niet te laat komen 9. Geen geheimen 10. Geen briefjes schrijven 11. Niet vechten op het plein 12. Met twee woorden spreken 13. Na de bel meteen in de rij staan 14. …
Gebeurtenis:
Ik, ………………………………. beloof:
Dit zal niet nog een keer gebeuren. Mijn gedrag verbetert. Handtekening kind: Handtekening vader/ moeder: 16
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Goed Gedrag kaart
datum:
Deze week ga ik, ……………………………………. mij goed gedragen: Het doel is:……………………………………………. dag ochtend (1) Ochtend (2) Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
Middag
Hoe is het deze week gegaan:
Wij maken de volgende afspraken:
Handtekening kind: Handtekening vader/moeder: 17
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Complimentenkaart Datum: Wat ik goed doe: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. Wat er anders (beter) kan: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. Vandaag is de stand: … - … voor wat goed gaat/wat beter kan!
18
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Afsprakenkaart Datum: Afspraak: Ik, ……………………………………………, maak de volgende afspraak met de juf of meester:
Datum: We bespreken hoe het met de afspraak is gegaan:
19
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Dikke Duimen Kaart
20
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Prins Mauritsschool Nassaulaan 54 2628 GJ Delft tel. 015 - 2 56 82 51
Officiële Waarschuwing Datum: Helaas heeft zich herhaaldelijk niet aan de afspraken gehouden. Hierbij ontvangt hij/zij een officiële waarschuwing. Wij verwachten dat na deze waarschuwing verbeterd gedrag laat zien. Wanneer zijn/haar gedrag niet verbetert gaat de school over tot schorsing van de leerling. Handtekening kind:
Handtekening vader/ moeder:
Handtekening leerkracht:
Handtekening directie:
21
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Prins Mauritsschool Nassaulaan 54 2628 GJ Delft tel. 015 - 2 56 82 51
Officiële Schorsing Datum: Interne schorsing / Externe schorsing Helaas heeft na het ontvangen van de officiële waarschuwing opnieuw onacceptabel gedrag vertoond. De directie van de Prins Mauritsschool gaat over tot schorsing van de leerling. Er vindt een gesprek plaats met leerling, ouders, leerkracht, directie, intern begeleider en/of betrokken hulpverleners. Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt. De schorsing wordt gemeld aan de leerplichtambtenaar, het schoolbestuur en het Samenwerkingsverband Berséba. Verslag:
22
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
(vervolg formulier schorsing)
Afspraken:
Bij interne schorsing: De leerling wordt geplaatst in groep , bij leerkracht De leerling mag op ………………….. (datum) weer naar de klas.
.
Bij externe schorsing: De leerling mag op ……………………(datum) weer op school verschijnen).
Handtekening kind: Handtekening vader/ moeder: Handtekening leerkracht: Handtekening directie:
23
Protocol Gedrag
Prins Mauritsschool Delft
Beertjes Methode
Stappenplan zelfinstructie
24