Informatie over ons
Gymnasium Inhoudsopgave Gymnasium: een topopleiding en nog leuk en interessant ook!
Blz: 2
Latijn:
Blz: 3
Grieks:
Blz: 5
KCV:
Blz: 7
Filosofie:
Blz: 8
Wat maakt het Gymnasium op het Oosterlicht College zo bijzonder:
Blz: 9
Cultuur:
Blz: 9
Projecten:
Blz:10
Oculus en Activiteiten:
Blz: 12
Interviews Gymnasiasten:
Blz: 13
Lessentabel en Contact:
Blz: 15
1
Gymnasium: een topopleiding en nog leuk en interessant ook! Wat is een Gymnasium? Een Gymnasium is een opleiding zoals het Atheneum maar dan met extra vakken zoals Grieks, Latijn, Klassieke Culturele Vorming (KCV) en filosofie. Je doet eindexamen in Grieks en/of Latijn, de andere twee vakken moet je met een voldoende afsluiten. Onze gymnasiumafdeling omvat klas 1 tot en met klas 6. Omdat het op onze school een kleine afdeling is, krijg je als leerling onze speciale aandacht. De eindexamenresultaten zijn dan ook heel erg goed en daar zijn wij trots op. Een Gymnasiumdiploma vormt een goede en stevige basis voor een universitaire vervolgstudie. Het maakt hierbij niet uit welke studierichting je kiest, omdat datgene wat je op het Gymnasium hebt geleerd voor zowel een talenstudie als een exacte studie goed te gebruiken is. Voor wie is het Gymnasium bedoeld? Alle leerlingen met een Citoscore van 545 of hoger en met belangstelling voor de klassieke kunst en cultuur worden toegelaten op het Gymnasium.
Marten (17): Ik zit in een gezellige Gymnasiumklas. En als je denkt dat gymleerlingen lief, volgzaam en dus van die echt serieuze studiebollen zijn, dan moet je eens een dagje met onze klas meelopen! Ben je meteen genezen van het idee dat er alleen maar watjes op het gymnasium zitten!
2
Wat is Latijn en wat heb je eraan? De Nederlandse taal kent veel woorden die hun oorsprong hebben in het Latijn. We realiseren het ons niet, maar heel vaak zijn dit gewone woorden: kaas (van caseus), wijn (van vinum), video (van video: ik zie), audio (van audio: ik hoor), aquarium (van aqua: water), viaduct (van via: straat en ductus: leiding), bus (van omnibus : voor iedereen). En zo kunnen we nog wel even doorgaan. In iedere Nederlandse stad en straat zul je woorden tegenkomen die uit het Latijn komen. Een verzekeringsmaatschappij heet Concordia (Concordia was de Romeinse godin van de eendracht), een dierentuin heet Artis (van natura artis magistra: de natuur is de lerares van de kunst) en in Amsterdam hebben we de Keizersgracht (het woord keizer is afgeleid van Caesar). Je ziet ook wel een op oude gebouwen staan: Anno Domini .... Anno betekent ‘in het jaar’ en Domini betekent ‘van de heer’. Is Latijn een ‘dode’ taal waar je niets aan hebt? Het Latijn bleef, ook toen het Romeinse Rijk al lang niet meer bestond, tot 1900 de taal van de kerk en van de geleerden. Zij schreven in het Latijn hun boeken en brieven. Dat gold bijvoorbeeld voor: artsen (patiënt betekent lijder, doctor betekent iemand die heel veel geleerd heeft), schrijvers, wetenschappers, rechters en advocaten (advocatus betekent: iemand die er bij geroepen is). Latijn was zo'n beetje wat het Engels nu is: de taal van iedereen die algemeen ontwikkeld was. Uit het Latijn zijn zelfs moderne talen afkomstig: Frans, Italiaans, Spaans en Portugees. Ook het Engels heeft de helft van zijn woorden van het Latijn. People komt van populus: volk, family komt van familia: familie. Je kan dus ook bij het leren van vreemde talen plezier hebben van Latijn. De Romeinen hebben indrukwekkende literatuur achtergelaten, waarin zij hebben geschreven over hun opvattingen en ideeën op allerlei gebied. Omdat de Romeinen directe voorlopers zijn van de West-Europese cultuur kunnen we door hun boeken te lezen veel te weten komen over de geschiedenis van veel opvattingen over dingen die wij nu zo vanzelfsprekend vinden.
3
Latijn op het Oosterlicht College In de eerste klas krijg je meteen al Latijn: je leert hoe het Latijn uitgesproken moet worden en je begint bijna meteen met het lezen van Latijnse verhaaltjes. Je moet natuurlijk ook woordjes leren (alleen van het Latijn naar het Nederlands). Dit is natuurlijk een beetje saai, maar voor Frans en Engels is het erg handig: de helft van de Engelse woorden komt uit het Latijn en het Frans lijkt op Latijn omdat het er van afstamt. Zo worden Frans en Engels weer makkelijker. Verder krijg je een goed idee van ontleden. In het Latijn is ontleden makkelijker dan in het Nederlands: je kan aan de vorm van een woord zien of het bijvoorbeeld een onderwerp of een lijdend voorwerp is (Marcus is onderwerp en Marcum is lijdend voorwerp). In de eerste klas gaat het boek over het dagelijks leven van een familie in Rome. Behalve aan de taal besteedt het boek waaruit we Latijn leren veel aandacht aan hoe Rome eruit zag en wat de Romeinen in het dagelijks leven deden. Je leert veel over Romeinse badhuizen, slaven, keizers, goden, godsdienst, onderwijs, enzovoort. In de tweede en derde klas leer je natuurlijk nog meer van de taal van de Romeinen. Je komt ook van alles te weten over oude Romeinse helden, zoals Romulus en Remus, de stichters van Rome, over Hannibal die met olifanten de Alpen overstak om Rome te verwoesten (gelukkig is dit mislukt), over Julius Caesar die Gallia veroverde, en over het Christendom en het leven van de eerste Christenen. Zij hadden het vaak erg moeilijk en sommige keizers martelden hen als ze bij hun geloof bleven. De invloed van de Grieken op de Romeinen was erg groot, dus je gaat ook nog dingen lezen over de Grieken. In de Tweede Fase (klas 4-5-6) heb je zoveel Latijn geleerd dat je teksten van beroemde Romeinse schrijvers gaat lezen (Ovidius, Caesar, Cicero, Livius, Martialis.), precies zoals ze die hebben opgeschreven. Om veel van de cultuur op te steken moet je ook Latijnse teksten in vertaling lezen, want dit gaat sneller en dan kun je ook schrijvers lezen die wel erg moeilijk te lezen zijn in het Latijn. In de zesde klas doe je examen en houd je je maar met één schrijver bezig, zodat je goed in zijn teksten thuis bent. Je krijgt dan een stukje te vertalen dat je nog nooit eerder hebt gezien en een stuk dat je al in de les hebt gehad. Hier krijg je vragen over, maar de zesde klas is nu nog ver weg.
Eline : Latijn is leuk omdat je leert puzzelen en logisch nadenken
Lucas: Het leuke aan Latijn is dat je er veel aan hebt bij Frans.
4
Michelle: Latijn is leuk want je krijgt veel oude verhalen te horen en films te zien
Wat is Grieks en waarom leren we Grieks? Perikles, een bekende Athener heeft eens gezegd: "Wij zullen bewondering oogsten bij de mensen van nu en later. Overal hebben wij onsterfelijke herinneringen achtergelaten."
Marijke(26): Ik vond Grieks een leuk vak. Vooral omdat je daar ook culturele dingen behandelde.
De invloed van de Griekse oudheid is nog steeds te merken: Griekse vormen kun je nog terug vinden in de bouwkunst van deze tijd. Kijk maar eens naar de voorgevel van het stadhuis in Utrecht of naar het Paleis op de Dam in Amsterdam. Toneelstukken van de Grieken worden nog altijd opgevoerd en boeken uit de Griekse oudheid zijn zo mooi dat ze nog steeds gelezen worden. De Ilias van Homerus, een boek dat gaat over de oorlog van de Grieken tegen de Trojanen, werd verfilmd, met Brad Pitt in de hoofdrol. De verhalen (mythen en sagen) over de Griekse goden, zoals Zeus en Athene, en helden, zoals Ajax en Herakles zijn voor veel kunstenaars een bron van inspiratie en worden gebruikt in hun kunstwerken. Het zijn dan ook prachtige verhalen, die je gaat lezen als je Grieks leert. Ook in de sport hebben de Grieken nog invloed: vijfentwintig eeuwen geleden streden de Grieken tegen de Perzen bij het stadje Marathon. Om het nieuws bekend te maken, rende een boodschapper zo snel als hij kon de veertig kilometer van Marathon naar Athene. Daar kon hij alleen maar uitbrengen: "We hebben gewonnen.” Toen stortte de eerste marathonloper dood neer. De Grieken hebben ook de democratie uitgevonden: in Griekenland had voor het eerst in de geschiedenis iedere burger het recht om in de volksvergadering (dit kun je vergelijken met de huidige Tweede Kamer) te zitten en te stemmen. Ze waren er trots op: Athene was een stad van vrije burgers. De taal van de Grieken Je moet natuurlijk eerst de letters van het alfabet leren. Die zijn anders dan de letters die wij gebruiken. In het begin is het moeilijk maar je zult zien dat je er snel aan gewend raakt. Na drie weken kun je het vlot lezen. Dan zijn woorden als(delta), (krokodil),(theater) (atleet),en (gymnasium) niet moeilijk meer. Veel Griekse woorden worden nog altijd gebruikt in de wetenschap. Heel gewone woorden zoals bioscoop (kijken naar leven), planeet (zwerver), krater (een mengvat voor wijn en water), chirurg (hand-werker), astrologie (wetenschap van de sterren) en psychisch ('wat te maken heeft met de geest’) komen uit het Grieks. En wat dacht je van de namen van dinosaurus-soorten (verschrikkelijke hagedis-soorten): deinonychos (verschrikkelijke nagel), triceratops (met drie hoorns op zijn kop), en pachykefalosaurus (dikkop-hagedis)
5
Wat heb je aan Grieks? Als je klassiek Grieks kent, leer je natuurlijk zonder problemen modern Grieks. Maar het klassieke Grieks leert je ook om nauwkeurig om te gaan met teksten. Je leert veel woorden. Hierdoor kun gemakkelijk ingewikkelde teksten in het Nederlands begrijpen. Je zult dit ook merken wanneer je andere talen leert of veel moet lezen tijdens je studie of voor je werk. Je zult ook zien dat je de Griekse verhalen steeds weer tegenkomt op schilderijen, in boeken of in een film, die je ziet. Je zult merken dat veel gebouwen op een Griekse tempel lijken. Daarom is Grieks zeer interessant en de moeite waard. Grieks op het Oosterlicht College Vanaf de tweede klas wordt er Grieks gegeven. Om te beginnen leer je natuurlijk het alfabet, dat er anders uitziet dan dat van ons. Ook leer je vanaf het begin al, waarom Grieks zo belangrijk is: je komt het overal tegen, op straat, bij de dokter. Na een paar weken komen de Griekse goden aan bod. Dan gaan we je de Griekse taal leren en lezen in het Grieks over de held Herakles, die twaalf moeilijke karweitjes op moest knappen, zoals een leeuw wurgen en een slang met negen koppen verslaan. Alle werken komen aan bod, in het Grieks of uit een Nederlands boek. Daarna volgt nog een held, Theseus, die de mensenetende Minotaurus (een monster met een stierenkop en het lichaam van een grote sterke man) doodde. Daarna wordt het oorlog: de Trojaanse oorlog die begint met de ontvoering van de schone Helena uit Sparta door Paris uit Troje. De Grieken willen haar terug halen, wraak nemen en Troje verwoesten. In de derde klas leer je hoe Troje verwoest wordt en hoe Odysseus, de slimste van de Grieken, na twintig jaar eindelijk weer bij Penelope, zijn vrouw terugkomt. Ook wordt de moord op Agamemnon behandeld. Je krijgt natuurlijk net als bij Latijn, woorden en grammatica (ontleden), maar je zult zien dat Grieks makkelijk te leren is als je Latijn kent. Grieks is erg leuk omdat de Griekse teksten interessant zijn. In de Tweede Fase (klas 4-5-6) heb je na januari in de vierde Daniël : Bij klas zoveel Grieks geleerd dat je teksten van beroemde Grieks zijn we schrijvers gaat lezen (Plato, Euripides, Homerus, Lysias, met een kleine groep. Dat is heel Lucianus ). De Griekse teksten zijn vaak makkelijker en gezellig en je interessanter dan die van de Romeinen. Er is veel meer krijgt heel direct Grieks dan Latijn over. Je gaat dan mooie stukken uit de les. Bijbel lezen, mythologische verhalen (over hoe Athene uit het hoofd van haar vader werd geboren), prachtige verhalen uit de Griekse geschiedenis (bijvoorbeeld over een schatrover). Net als bij Latijn krijg je ook Griekse teksten in het Nederlands te lezen. Je zult dan zien dat wat de Grieken te vertellen hadden ook nu nog erg de moeite waard is. In de zesde klas doe je examen en houd je je maar met één schrijver bezig, zodat je goed in zijn teksten thuis bent. Bij het examen krijg je, net als bij Latijn, een stuk te vertalen dat je nog nooit eerder hebt gezien en een stuk dat je al in de les hebt gehad. Hier krijg je vragen over. Maar de zesde klas is nog ver weg.....
6
Klassieke Culturele Vorming op het Oosterlicht-College In de vierde en vijfde klas krijg je KCV (Klassieke Culturele Vorming). In de onderbouw heb je kennis gemaakt met veel elementen van de beschaving van de Grieken en Romeinen. In de lessen KCV krijg je inzicht in de invloed van de klassieke oudheid op onze moderne westerse maatschappij. Je bestudeert de Griekse en Romeinse bouwkunst, beeldhouwkunst, de verhalen en toneelstukken en je gaat ze vergelijken met kunstuitingen van latere eeuwen. Er komt ook nog iets bij: er wordt aandacht besteed aan wat je nu nog steeds kunt zien en merken van de Grieken en Romeinen. Daarom gaan we een aantal keren op excursie, bijvoorbeeld naar Trier. Dan ga je echt merken dat de oudheid niet dood is, maar nog steeds springlevend. Een aantal vaste excursies die we doen zijn: Paleis op de Dam (klas 5 en 6) Je gaat een boek bestuderen over het Paleis op de Dam. Dit is gebouwd in de zeventiende eeuw toen Nederland de tachtigjarige oorlog van de Spanjaarden gewonnen had. Om dit te vieren lieten de Amsterdammers een nieuw stadhuis bouwen. In die tijd was het modern en stond het erg interessant als je veel wist over de klassieke oudheid. Daarom hebben de Amsterdamse burgervaders kunstenaars opdracht gegeven om de glorie van Amsterdam en Nederland af te beelden met symbolen uit de klassieke oudheid. Daarom komen we in het Paleis op de Dam Griekse en Romeinse goden en helden tegen, zoals Odysseus, Kronos, Apollo. Medusa met haar slangenhoofd en Atlas die de wereldbol draagt, enz. Je gaat ook op excursie en krijgt een rondleiding in het Paleis om alles in het echt te bekijken. Trier (klas 5) Deze stad in Duitsland is een oude Romeinse Legerplaats met een stadion, badhuizen en een Romeinse stadspoort die goed bewaard zijn gebleven. Wij bezoeken deze stad twee dagen en overnachten in tenten op Camping Treveris.
Rients : Trier vond ik de leukste excursie tot nu toe. Het was interessant en erg gezellig!
Rome (klas 5 of 6) Als afsluiting van het vak KCV ga je in de vijfde of in de zesde klas op werkweek naar Rome. Wij gaan met de bus en logeren in een klein Romeins hotel. In Rome kun je met eigen ogen zien wat er nog over is van al die villa’s, theaters en tempels waar je in de les over hebt gehoord. Wij bezoeken niet alleen Rome, maar ook Pompeji, Tivoli en op de terugweg de stad Florence. Het is een volle, drukke werkweek waarin je veel moois, geks, verbazingwekkends en bewonderenswaardigs ziet.
7
Dédier : Filosofie is moeilijk maar wel leuk omdat je gaat nadenken over dingen waar je nooit over na hebt gedacht
Filosofie
Wat is Filosofie? Wie wil er nu niet weten waarom de wereld bestaat? En wie wil niet weten of er een god is? Trouwens, kun je wel alles weten? Zijn er dingen die je niet kunt snappen, hoe goed je ook je best doet? Zulke vragen zijn heel leuk om over na te denken. En alleen mensen die snel hoofdpijn krijgen, zeggen dat zulke vragen er niet toe doen. Maar ja, naar mensen met hoofdpijn hoef je niet te luisteren. Alle vragen waar je geen antwoord op kunt geven bij elkaar noem je filosofie en alle vragen waar je wel een antwoord op kunt geven noem je wetenschap. Zonder het beantwoorden van vragen kun je geen wetenschap beoefenen: daarom hebben wetenschap en filosofie veel met elkaar te maken. Met filosofie probeer je moeilijke vragen te beantwoorden, zodat de vragen, tenslotte, veranderen in wetenschap. Zonder filosofie zou er geen natuurkunde of wiskunde bestaan. Daarom is filosofie leuk én belangrijk! Wat doen we in de klas? Op school gaan we in het tweede leerjaar over filosofische vragen nadenken. We gaan in de eerste lessen bekijken hoeveel vragen er zijn waar we geen antwoord op kunnen geven: dat zijn filosofische vragen. Daar kiezen we er een aantal van. Met wat leuke teksten erbij gaan we leren wat de Griekse filosofen over die vragen hebben gezegd: eens even kijken of die oude filosofen net zo slim zijn als wij. Vervolgens gaan we zelf aan het werk. Waarom past er altijd maar één gezicht op je hoofd? Hoe zouden we de wereld beleven als we allemaal blind waren? Als we zouden mogen kiezen, hadden we dan liever vleugels in plaats van armen? We zullen diep nadenken over deze vragen, maar we doen dat wel zo slim, dat we er geen hoofdpijn van krijgen! In het derde jaar, als we meer dan achtduizend-en-negenhonderd vragen hebben bedacht, gaan we ons bezighouden met de geschiedenis van de filosofie. Dat komt mooi uit, want dan past alles wat je bij filosofie leert ook bij de andere verhalen die je hoort over de klassieke wereld (bij Grieks en Latijn leer je natuurlijk heel erg veel over alle mensen die vroeger in Griekenland hebben gewoond). Aan het einde van het derde jaar zul je net zo goed als Socrates, Plato en Aristoteles kunnen filosoferen. Hmm… dan ben je langzamerhand veranderd in een grote wijsneus. Er is zelfs een kans dat je alle vragen wel in je eentje kunt beantwoorden. Dan weet je het beter dan de Griekse filosofen! Filosofie krijg je in het tweede en het derde jaar. Je hoeft er niets speciaals voor te doen of te kunnen. Heb je nu al belangstelling? Misschien is het dan een leuk idee om wat te lezen over filosofie. Probeer eens De Wereld van Sofie. Dat boek kun je in iedere bibliotheek lenen.
Sanne : Filosofie is leuk omdat je veel gaat discussiëren
8
Wart : Bij filosofie kun je echt nadenken over alle aspecten van het leven.
Wat maakt het Gymnasium op het Oosterlicht College zo bijzonder? Als je naar het Gymnasium gaat, krijg je huiswerk en dat kan soms best veel zijn. Dat is niet leuk maar wel noodzakelijk. Er wordt in verband met het bestuderen van de oude talen net wat meer inspanning van je verwacht dan op het Atheneum. Is dat nu alles, alleen maar meer huiswerk op het Gymnasium? Nee, zeker niet want het Gymnasium op het Oosterlicht College is een zeer actieve afdeling, die ook leuke dingen wil doen. Cultuur Op het Gymnasium houd je je onder andere bezig met klassieke talen maar ook met de kunst en cultuur die bij de oudheid horen. Helaas hebben wij in Nederland die mooie, klassieke gebouwen, beelden en voorwerpen niet voor het oprapen. Maar we hebben wel musea die op dit gebied collecties hebben aangelegd zodat we toch veel uit de oudheid kunnen bekijken en er meer over te weten kunnen komen. Als er in een museum een leuke, goede en bijzondere tentoonstelling is die gezien moet worden, dan gaan we daar naar toe. Natuurlijk ga je ook, afhankelijk van het jaar waarin je zit, naar de bekende musea met een vaste collectie van klassieke kunst zoals het Allard Pierson Museum in Amsterdam, of je bekijkt een gebouw met klassieke kenmerken, bijvoorbeeld het Paleis op de Dam. En wat te denken van fietsen langs de oude Romeinse rijksgrens, de Limes, naar Wijk bij Duurstede om daar te zien wat de invloed van de Romeinen in Nederland is geweest? Ook onze buurlanden leveren ons mogelijkheden meer over de klassieken te weten te komen. Daarom gaan we op excursie naar de plaatsen Xanten en Trier.
Willemijn : Als ik op vakantie ben in het buitenland, bijvoorbeeld Frankrijk, vind ik het leuk te ontdekken dat je daar resten terugvindt van dingen en gebouwen uit de oudheid. Dat weet ik nu omdat we dat in de lessen gehad hebben.
9
Projecten In de onderbouw krijg je elk jaar een groot project waaraan steeds andere vakken meewerken. In de eerste klas is dat het Theaterproject. De vakken Nederlands, drama, geschiedenis, Latijn, muziek en handvaardigheid zijn hierbij betrokken. Het theaterproject van dit schooljaar wordt gedaan naar aanleiding van het boek “De mythe van Perseus” van Imme Dros. De klas gaat het boek herschrijven en in scènes knippen. Alles wat nodig is om van het boek een toneelstuk te maken wordt door de klas zelf gedaan met behulp van een paar leerlingen uit de bovenbouw die het heel leuk vinden om hieraan mee te werken. Zo wordt het decor gemaakt tijdens de lessen handvaardigheid en gebeurt het schrijven van de teksten (dialogen) tijdens Nederlands. In tussenuren wordt er geoefend op de zang en dans. Het stuk wordt opgevoerd voor ouders en andere belangstellenden. In de maanden november en december werken de leerlingen uit G2A aan het project “Geloof versus wetenschap”. Aan het project doet een flink aantal vakken mee, o.a. filosofie, godsdienst, geschiedenis, tekenen, wiskunde, natuurkunde en biologie. Het doel van dit project is leerlingen laten ervaren dat een onderwerp vanuit verschillende invalshoeken bekeken en bewerkt kan worden. Gebeurtenissen staan niet op zichzelf maar kunnen in een breder historisch, cultureel en/of godsdienstig kader geplaatst worden. Het vak geschiedenis behandelt het onderwerp de renaissance. In dit onderwerp komt naar voren dat het beeld over de mens en de samenleving in die tijd verandert.. Er zijn vragen te stellen over deze periode, o.a. - Waardoor werd de verandering in het denken in gang gezet? - Welke personen en gebeurtenissen speelden een rol (Galilei beweerde bijvoorbeeld dat de zon het middelpunt van het heelal is i.p.v. de aarde! Hoe durfde hij). - Waarom is Leonardo Da Vinci een echt mens van zijn tijd is geweest? Voor het vak geschiedenis maken de leerlingen een groepsopdracht over bouwmeesters en bouwwerken. Ze kiezen een Kathedraal of Dom uit en gaan de binnen- en buitenzijde van het gebouw beschrijven. Ze maken gebruik van literaireen internetbronnen. De andere genoemde vakken leveren alle een aandeel zodat de leerlingen over veel kennis beschikken en die kunnen gaan verwerken in de eindproducten, o.a. een serie tekeningen over kerkbouw en perspectief voor tekenen. De vakken beslissen zelf over de wijze waarop zij het project willen afsluiten. Bij wiskunde gaan ze onderzoek doen naar de 5 veelvlakken en de verrassingen die daarbij mogelijk zijn. Bij natuurkunde zijn de onderwerpen lenzen en het zonnestelsel. Een excursie naar de Sonnenborgh, de sterrenwacht in Utrecht waar men onderzoek deed en doet naar het weer, de planeten en de sterren hoort daar vanzelfsprekend bij. Ook wordt in de Sonneborgh nog steeds de tijd gemeten. De docent filosofie houdt zich samen met de klas bezig met het volgende
10
onderwerp: Wat is wetenschap en wat is geloof en hoe verhouden die zich tot elkaar? Biologie houdt zich bezig met de vraag welke denkers en doeners een grote rol hebben gespeeld in het beeld dat wij hebben verkregen over onszelf en de wereld. Met andere woorden: hoe is het moderne wetenschappelijke denken ontstaan? Leerlingen houden een presentatie over een wetenschapper. Voor het verdiepen van de stof en het verlevendigen van het onderwerp hebben we een aantal extra’s bij het project zoals een excursie naar de Sonnenborgh en het Universiteitsmuseum in Utrecht, buiten de school perspectief tekenen in de Nicolaaskerk te Nieuwegein en het kijken naar de film “De naam van de roos”. In Gymnasium 3 werken leerlingen aan het Aboriginal project. Er zijn vijf vakken die aan het project deelnemen. Te weten: aardrijkskunde, Engels, kunstzinnige vorming, biologie en geschiedenis. De leerlingen gaan onderzoek doen aan de hand van de volgende hoofdvraag: “Wat zijn de veranderingen en overeenkomsten in de leefwijze van de Aboriginals en blanken vanaf de ontdekking van Australie tot nu?” En onderdeel van het project is kijken naar de film “Rabbit Proof Fence”. Daarnaast doen leerlingen internetopdrachten en brengen zij een bezoek aan het Aboriginal Art Museum in Utrecht. In het museum volgen zij een Didgeridoo workshop. Het project wordt afgesloten met de presentatie van twee werkstukken. De leerlingen doen een mondelinge presentatie en een schriftelijke presentatie. Voor de eerst genoemde presentatie houdt elke leerling een voordracht in het Engels over het droomschilderij dat zij bij Kunstzinnige Vorming hebben gemaakt. De toelichting die de leerling bij het werk geeft wordt in het Engels gedaan en door de docent Engels beoordeeld. Het werkstuk (het droomschilderij, de gebruikte technieken, kleurgebruik, etc) wordt door de docent Kunstzinnige Vorming beoordeeld. De schriftelijke presentatie is een werkstuk naar aanleiding van bovenstaande hoofdvraag. Het werkstuk wordt in het Nederlands geschreven en wordt op inhoud beoordeeld door de docent biologie of geschiedenis.
Helge: over het theaterproject: Ik ben blij dat het voorbij is, maar toch ook niet, want het voorbereiden en oefenen van zo’n toneelstuk met de hele klas brengt een klas toch bij elkaar.
Victor : In het Aboriginal museum vond ik de betekenis van de schilderijen interessant en de Didgeridoo workshop was grappig.
11
Oculus en Activiteiten De Gymnasiumafdeling heeft een eigen leerlingenraad. Deze raad heet Oculus. In de naam zitten al een heleboel gegevens over het Gymnasium. Zo staan de eerste twee letters voor de naam van de school: het Oosterlicht College (het OC). Het woord oculus komt uit het Latijn en betekent ‘oog’. Dus Oculus houdt een oogje op het reilen en zeilen van allerlei zaken die binnen het Gymnasium gebeuren of moeten gaan gebeuren. Oculus heeft de ogen en oren open en denkt mee over wat er gedaan moet worden. In Oculus zitten ongeveer 20 leerlingen. Uit alle klassen komen twee of drie leerlingen die ongeveer eens per maand met elkaar overleggen. Tijdens een vergadering worden ideeën naar voren gebracht, problemen besproken en voorstellen gedaan voor verbeteringen. En deze raad doet nog meer! Want zij houdt zich ook bezig met het organiseren van allerlei leuke activiteiten voor het hele Gymnasium. Zo organiseert Oculus een barbecue aan het begin van het schooljaar. Ook bowlen we een keer per jaar met het hele gymnasium en in april hebben we een “Vette Avond”. Dan bestaat de maaltijd uit patat met frikadellen en kroketten. Die avond spelen wij een groot spel, bijvoorbeeld Levend Stratego (door de school! ) en kijken daarna film in het theater. Een jaarlijks terugkerend gebeuren in de winter is de Griekse maaltijd, een etentje voor ongeveer 130 personen. Het menu, de recepten, de inkoop van de etenswaren en de verdere invulling van de avond, alles wordt door de leden van Oculus geregeld. We koken en eten met elkaar. ’s Middags beginnen we met het koken en het inrichten en versieren van de aula. Na het eten, waar bekende en onbekende (oude) Griekse gerechten geserveerd worden, gaan we als afsluiting theatersporten in het theater onder leiding van de heer Mannak, onze dramadocent. Dan lig je echt in een deuk! Het is elke keer weer een gezellige dag. Je leert de leerlingen uit de andere Gymnasiumklassen kennen. Er wordt veel gekletst, gelachen en natuurlijk gegeten. Aan het eind van het schooljaar houden we een slotdag. We gaan kanoën op de Vecht en sluiten het jaar af met een enorme barbecue of heel veel taart.
Dirk : Ik heb het heel erg naar mijn zin op deze school. En vooral de dingen die door Oculus georganiseerd worden, vind ik gezellig. Ik zit ook in Oculus want iets organiseren en dat verder uitwerken is echt iets voor mij. En Rome was gewoonweg te gek.
12
Wat heb je aan het Gymnasium? Bereidt het je voor op je toekomst? Leerlingendeel Omdat de leerlingen vaak een goed beeld kunnen geven van het gymnasium, laten wij twee leerlingen aan het woord. Ze vertellen over hun eigen ervaringen, over de vakken en over alles eromheen. Dirk Toen ik voor het eerst hier op het gymnasium kwam, was ik erg bang dat ik problemen zou krijgen met Latijn. Cyrilein Maar gelukkig viel het reuze mee, zo hebben we echt geen spreek- en luistervaardigheidstoetsen in het Latijn. Dirk En het leuke was dat we gelijk al begonnen met Latijnse tekstjes te vertalen, maar dan wel op ons niveau. Dat geldt natuurlijk ook voor Grieks in de tweede. Cyrilein We hebben ook heel veel activiteiten op het gymnasium. En we gaan niet alleen naar musea, maar we gaan ook met het hele gymnasium kanoën, bowlen, en barbecueën. Dirk Het hoogtepunt was toch wel de Romereis! Negen dagen rondwandelen in de mooiste stad van Europa. Cyrilein En het leuke was dat we dankzij KCV alles konden herkennen! Maar mijn voeten deden na al dat lopen wel veel pijn… Dirk Het allerbeste aan zo'n Romereis is toch wel dat je met zo'n leuke, hechte groep bent. Het was net vakantie! Cyrilein Maar de Romereis was alleen voor klas 5 en 6. We hebben natuurlijk ook activiteiten voor het gehele gymnasium. Deze worden georganiseerd door Oculus, de raad van gymnasiumleerlingen. Dirk Wij zitten in die Oculus. Aan het begin van het jaar hebben we een barbecue, waar wij de nieuwe leerlingen goed leren kennen, en zij ons. En we sluiten het jaar af met kanoën. Daartussen hebben we ook allemaal activiteiten, die nu een echte traditie zijn geworden. Cyrilein Precies! Het gymnasium is gewoon een hele gezellige groep en dat komt misschien doordat we in de regel als klas zes jaar bij elkaar blijven.
13
Verder zijn er gymnasiasten geïnterviewd. Hieronder staan wat resultaten. Bernard (60)arts: Gymnasium-Bèta. Je wordt er van bewust dat ook in de oudheid mensen heel veel goede dingen hebben gezegd en gemaakt en dat mensen door de eeuwen heen met vergelijkbare problemen werden geconfronteerd, zeker in hun onderlinge communicatie. Ik heb onder andere door het bestuderen van Plato geleerd dat niet alles vaststaat. Je leert kritisch naar de wereld om je heen te kijken en loopt daardoor, als het goed is, niet zomaar achter een gangbare mening aan. Je leert dus een eigen visie te ontwikkelen en daarvoor te staan. Robert (57) arts: Gymnasium-Alfa. Ik vond op school Grieks gemakkelijker dan Latijn, zeker in de hoogste klassen. Voor mijn studie geneeskunde heb ik veel gehad aan het Latijn. Veel termen en begrippen in de geneeskunde komen uit het Latijn. Daarnaast kun je woorden en begrippen uit onze tijd gemakkelijker verklaren en hun herkomst herleiden. Martine(30): Wat ik heel fijn aan het Gymnasium vond, is dat je de hele schooltijd in een vaste klas bleef zitten. Daardoor zijn we nu nog steeds een hele hechte groep. We gaan ook nu nog regelmatig samen uit in het weekend. De Romereis was een echte afsluiting van allerlei zaken die wij in al die jaren op het Gymnasium hebben gedaan. Ik vond het echt tof om veel te herkennen van wat we op school allemaal hadden geleerd. Max (20): Ik verheugde me heel erg op Rome! En het was super om daar rond te lopen. Wat ik ook heel gezellig vind, is het koken en eten tijdens de Griekse maaltijden. Grieks vind ik trouwens leuker dan Latijn maar dat komt denk ik ook omdat het mij gemakkelijker af gaat. Ik heb het Cultuur- en Maatschappij- profiel gekozen en heb in mijn vrije ruimte zowel Grieks als Latijn genomen omdat ik beide talen leuk vind. Ik heb nu wel behoorlijk veel huiswerk maar kan ook nog steeds mijn hobby’s uitoefenen. Maar ja, huiswerk is nooit leuk. Arlette (17): Ik heb zowel Grieks als Latijn gekozen. Ik vind klassieke talen en de cultuur die daar bij hoort heel interessant. Later wil ik daar ook echt wat mee gaan doen. Daniël (14): Ik vind Latijn en Grieks allebei leuke vakken alhoewel het niet altijd even gemakkelijk is. Isabella (17): Ik had een echt Gymnasium advies en kon dus alles kiezen wat ik wilde. Op het Gymnasium voel ik me heel lekker omdat er in onze klas veel kinderen zitten die net als ik leren leuk vinden.
Noël (13): Ik vind Latijn leuk. Misschien ook wel omdat het nu nog niet zo heel moeilijk is. Ik ben erg benieuwd naar Grieks, dat heeft iets geheimzinnigs. Een heel fijn vak is en blijft geschiedenis vind ik. Geschiedenis vind ik nu ook leuk omdat we met de oudheid bezig zijn.
14
Voorbeeld lessentabel gymnasium klas 1, 2 en 3 Vakomschrijving Aardrijkskunde Biologie Beeldende vorming Cambridge Engels Dramatische expressie Duitse taal Economie Franse Taal Filosofie Griekse taal en letterkunde Godsdienst/Levensbeschouwing Geschiedenis Handvaardigheid Klassieke cultuur Latijnse taal en letterkunde Lichamelijke opvoeding Mentoruur Muziek Natuurkunde Nederlandse taal Natuur-/Scheikunde Podiumkunsten drama Podiumkunsten muziek Techniek/Natuurkunde ns Scheikunde Tekenen Techniek Techniek/Natuurkunde tn Wiskunde
G1 2,0 2,0
G2 2,0 2,0
5,0 1,0
4,0 2,0
2,0
2,0 2,0 1,0 0,5 2,0 3,0 1,5 1,0
3,0 1,0 2,0
G3 2,0 1,0 4,0 1,0 2,0 2,0 2,0 1,0 3,0
2,0 1,0
2,0
3,0 2,0 1,0
2,0 2,0 1,0
3,0
3,0 2,0 0,5 0,5
1,0 2,0
1,0
4,0
3,0
2,0 3,0
2,0
3,0
Wil je meer weten over het Gymnasium? Voor nadere inlichtingen kun je contact opnemen met: Mevr. Drs. Joan Kooyman, coördinator sector eerste fase, telefoon 030-6004800 Mevr. Drs. Jannie Pothof, profileur Gymnasium, telefoon 030-6004800
15