INFOBROCHURE BIJ DE KAART ‘FIETS EN WANDEL IN DE MEETJESLANDSE BOSSEN’
VERSIE 1 - MEI 2011
INHOUD Route deel 1: fietsen door de woeste velden .....................................................................................................1 Route deel 2: doortrappen in de zandgrond .......................................................................................................5 Burkel ..........................................................................................................................................................8 Papinglo ......................................................................................................................................................8 Torrebos......................................................................................................................................................9 N44..............................................................................................................................................................9 Drongengoedbos ......................................................................................................................................10 Drongengoedhoeve ..................................................................................................................................14 Meer bos gepland of geplant? ..................................................................................................................14 Een stil gebied? ........................................................................................................................................15 Natuurgebied Het Maldegemveld .............................................................................................................15 Pietendriesmolen ......................................................................................................................................17 Keigatbos ..................................................................................................................................................18 Schipdonkkanaal.......................................................................................................................................18 Het Leen....................................................................................................................................................19 Priorij .........................................................................................................................................................21 Bellebargiebos ..........................................................................................................................................21 Bevende Hazelaar ....................................................................................................................................23 Lembeekse Bossen ..................................................................................................................................23 Bardelaeremuseum...................................................................................................................................26 Oosteeklose Bossen .................................................................................................................................26 Bronnen ............................................................................................................................................................27 Colofon .............................................................................................................................................................28
VERSIE 1 - MEI 2011
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
ROUTE DEEL 1: FIETSEN DOOR DE WOESTE VELDEN (foto: Ludo Goossens)
Tijdens deze route fiets je in en rond het Drongengoedbos. Hoewel dit nog steeds het grootste aaneengesloten bos van Oost-Vlaanderen is, strekte het zich eeuwen geleden nog veel verder uit. Fiets en ga op zoek naar de geschiedenis en de restanten van dit ooit gevaarlijke woud vol struikrovers en wilde beesten. • Mogelijke startplaats: > parking Vlaams Gewest, Drongengoedweg in Knesselare; als je op de weg met je rug naar de parking staat, sla je linksaf richting natuurgebied Maldegemveld. Op het einde van de weg vind je de eerste markering naar knooppunt 75. • Routes: > Volledige route: P1 (rug naar de parking, linksaf) - 71 - 68 - 64 - 23 - 20 - 69 - 14 - 11 - 9 - 77 - 82 - 86 - 79 - 93 - 82 - 89 - 74 - 70 - 66 - 52 - 53 - 65 - 67 - 64 - 68 - richting 75 en aan restaurant Jagershof rechts afslaan naar P1 (58 km) > Deel rond Burkel: P1 (rug naar de parking, linksaf) - 71 - 69 - 14 - 11 - 9 - 77 - 82 - 86 79 - 93 - 82 - 75 - richting 68 en aan restaurant Jagershof rechts afslaan naar P1 (36 km) > Deel rond Keigatbos: P1 (rug naar de parking, rechtsaf en aan restaurant Jagershof rechts afslaan) - 75 - 82 - 89 - 74 - 70 - 66 - 52 - 53 - 65 - 67 - 64 - 68 - richting 75 en aan restaurant Jagershof rechts afslaan naar P1 (23 km)
1
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
Van bos naar veld De arme zandgronden van de streek rond Maldegem, Knesselare en Zomergem waren oorspronkelijk begroeid met een dicht bos van eiken en berken. De natte, laaggelegen gronden waren veenmoerassen. Zo’n 5.000 jaar geleden ontstonden hier de eerste vaste nederzettingen, waarrond kleine stukken bos ontgonnen en akkertjes aangelegd werden. In de omliggende bossen sprokkelden de bewoners hout en graasde het vee. Bos dat na verloop van tijd volledig gedegradeerd was tot ‘graasland’ kreeg in de middeleeuwen de naam ‘wastina’ en later de naam ‘veld’. Rond het Drongengoed ontstonden de eerste zogenaamde ‘veldgebieden’ vermoedelijk in de 10de eeuw.
Quanta cuesta? In het gebied van en rond het Drongengoed ligt de cuesta van Oedelem-Zomergem. Dit is een asymmetrische heuvelrug, ontstaan door de afwisseling van harde en zachte, licht hellende gesteentelagen in de ondergrond (zie figuur). De cuesta heeft een zachte helling in noordelijke richting en een steile helling in zuidelijke richting. Het hoogste punt van de cuesta ligt op 29 meter boven de zeespiegel, in Zomergem. Op deze route voel je de cuesta heel goed tussen knooppunt 74 en 89. Opgelet, hier moet je even klimmen!
De bezembinders De velden waren oorspronkelijk eigendom van de Graaf van Vlaanderen. De lokale dorpsgemeenschappen mochten de gronden gebruiken. Ze lieten er ondermeer hun vee grazen. Bezembinders gebruikten berk, brem en struikheide voor het maken van bezems. Vergeet niet om in Kleit een bewoner te vragen naar de legende van de bezembinders!
Het ontstaan van de cuesta Oedelem-Zomergem (figuur: Chantal Martens)
DE LEGENDE VAN DE BEZEMBINDERS Lang geleden leefde in de bossen van Kleit een bezembinder. Hij moest hard werken om het hoofd boven water kunnen te houden. Op een dag werden de stille bossen opgeschrikt door een grootse jacht. Een indrukwekkend onweer kwam de jacht echter verstoren en de jagers dropen af. Eén van hen was tijdens het achtervolgen van een wild beest te ver afgedwaald. Hij kon schuilen bij de arme bezembinder, waar hij gastvrij werd ontvangen. De edelman trok zijn ogen open toen hij de armoedige leefomstandigheden van de bezembinder zag. Hij vroeg de bezembinder wat hij kon doen om zijn zorgen te verlichten. Het enige wat de bezembinder vroeg, was om berkenrijs te mogen snijden dat overvloedig te vinden was in de bossen. De edelman hield zijn woord en niet veel later bracht een bode een perkament met daarop de overeenkomst, ondertekend door de Graaf van Vlaanderen. De edelman was dus niemand anders geweest dan de Graaf van Vlaanderen. Sindsdien konden de bezembinders kosteloos berkenrijs snijden in de bossen. Hendrik De Lille heeft dit oude beroep terug opgenomen. Om bezems te maken heeft de bezembinder takken nodig die hij afsnijdt tot de derde knoop. Dankzij de samenwerking met Natuurpunt Maldegem-Knesselare haalt deze bezembinder zijn rijshout uit het Maldegemveld. Hij gebruikt het hout van enkele berken uit dit natuurgebied voor zijn bezems. En zo is een stukje lokale traditie terug tot leven gewekt!
2
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
Grote delen van dat veldgebied werden halverwege de 18de eeuw opnieuw bebost. De abdij van Drongen startte als eerste met een algemene herbebossing van zijn gronden: het geruïneerde landbouwbedrijf werd omgezet in een centrum voor bosbouw. Later ging ook de abdij Ter Duinen aan de slag in Burkel en de Sint-Baafsabdij in Papinglo. Bestaande grachten werden uitgediept en nieuwe grachten werden gegraven. Op de natste gronden werden rabatten aangelegd (langwerpige ophogingen afgewisseld door greppels). Dan pas werden op een zeer systematische manier loofbomen (vooral eiken) aangeplant. Nog steeds valt hier en daar het typisch dambordvormig drevenpatroon op van de toen aangelegde dreven, zoals bijvoorbeeld in het Drongengoedbos of Burkel . Later werd het loofbos omgevormd naar naaldbos, omdat dit een kortere omlooptijd en dus een sneller rendement had.
Leven tussen heide en bos De aanwezigheid van de cuesta van Oedelem-Zomergem is door de eeuwen heen bepalend geweest voor het uitzicht van dit gebied. Tijdens het fietsen zal je de glooiingen van de cuesta in de benen voelen. Op de armste gronden in deze streek groeide heide en brem. De iets rijkere gronden werden gekenmerkt door schraal grasland. Velden die men minder intensief gebruikte, werden ingenomen door els en wilg (op de nattere gronden) en zomereik, hazelaar en berk (op de drogere gronden). De weinig aangetaste bossen die tijdens de middeleeuwen nog aanwezig waren, maakten steevast deel uit van het jachtgebied van de Graaf van Vlaanderen. Van veld terug naar bos Vanaf de 13de eeuw werden grote delen van het Maldegemveld verkocht aan abdijen, waaronder het Drongengoed , Burkel en Papinglo . Omdat de abdijen niet in staat waren alle gronden zelf te bewerken, werden al vrij snel gronden in pacht gegeven. De omzetting van veld in akkerland bleek echter weinig rendabel en veel hoeves raakten geruïneerd. In het begin van de 18de eeuw was het toenmalige ‘Maldegemveldt‘ dus nog steeds voor het grootste deel veldlandschap.
Het bos wordt akker In de 19de eeuw werden grote delen bos dan weer omgezet naar akkerland, ondermeer als gevolg van de sterke bevolkingsdruk. Het 18de-eeuwse dambordvormig drevenpatroon werd bij deze omzetting grotendeels behouden. Rond het begin van de 20ste eeuw stabiliseerde de verhouding bos-akkerland zich min of meer.
(foto: Ludo Goossens)
3
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
en bosgebied. Zo denkt men aan de realisatie van landschappelijke en recreatieve verbindingen. Dat moet leiden tot een uitgebreider netwerk voor zachte recreatie, maar vraagt een goede aanpak van de mobiliteit. Een spectaculair idee in dit scenario is de aanleg van een ecoduct langs de N44 om het Drongengoedbos met Burkelbos te verbinden. Dit multifunctionele ecoduct zou niet enkel voor een veilige oversteek voor reeën moeten zorgen maar ook voor wandelaars en fietsers, gecombineerd met een parking en een goed uitgerust onthaalpunt voor bezoekers. Momenteel kunnen bezoekers parkeren op de ANBparking of aan het Jagershof (Drongengoedweg) of in de woonkern van Ursel. Het ecoduct (gecombineerd met een onthaalpunt en parking) wordt als idee geïntegreerd in de hele planvorming rond de N44. De haalbaarheid ervan wordt momenteel nog onderzocht.
Een toekomst voor het ‘woeste veld’ Er zit muziek in het gebied waarin je nu fietst. Vooral de rijke natuur, de boeiende geschiedenis en de belevingswaarde van het Drongengoed ( en ) en omgeving scoren hoog bij bezoekers. Ook het noordelijker gelegen Torrebos , de Vossenholse Meersen (het zuidelijke punt tussen knooppunt 9 en 77) en de zuidelijke uitlopers van de bossen (waaronder ook het Keigatbos ), de natuur rond de Splenterbeek en kleinere bronbossen met prachtige bloementapijten in het voorjaar ( en ) horen bij het grotere Drongengoedgebied. Het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) stelde daarom een toekomstvisie voor het gebied op, samen met de betrokken actoren. Er zijn 2 mogelijke scenario’s: het businessas-usual-scenario en het scenario voor natuur-, bos- en landschapsontwikkeling. In het eerste scenario worden vooral de gebieden verder ontwikkeld die momenteel een 'groene' bestemming hebben. Zo wordt gedacht aan een aangepast beheer van de bestaande poelen en de aanleg van nieuwe poelen, de omvorming van naaldbossen tot gevarieerde loofbossen, de uitbreiding en verbinding van de bestaande percelen heide en heischrale graslanden en de aanleg van een vlot bereikbare en aantrekkelijke speelzone.
Samen met gemeenten, verenigingen en andere maatschappelijke actoren worden zowel elementen uit het eerste als het tweede scenario uitgewerkt. Dat moet de komende jaren zorgen voor een beter toegankelijk gebied. Meer informatie bij het Agentschap voor Natuur en Bos, Gebr. Van Eyckstraat 2-6, 9000 Gent, 09 265 46 40,
[email protected]. Bestel de toekomstvisie ‘Een duurzame visie voor het gebied Drongengoed’ op dit adres of download ze op www.natuurenbos.be > Nuttige links en informatie > domeinen > Oost-Vlaanderen > Drongengoed
In een meer ambitieus scenario gaat men een stap verder: het omgevende landschap wordt verweven met het gebied Drongengoed tot een meer robuust samenhangend natuurEEN BEHEERPLAN: WAT EN WAAROM?
Een groot bos- en natuurgebied als het Drongengoed heeft een goed uitgetekend plan nodig. Zo’n plan biedt oplossingen voor mobiliteit en toegankelijkheid: waar zijn auto’s, fietsers, voetgangers, ruiters,… toegelaten? Hoe brengen we bezoekers op de hoogte van dat netwerk van wegen? Een beheerplan geeft ook richtlijnen over het onderhoud van het gebied. Bomen kappen? Welke dreven toegankelijk maken en welke delen met rust laten om de natuur haar vrije gang te laten? Dode dieren laten liggen of opruimen? Jacht toelaten? Het Agentschap voor Natuur en Bos is bezig met een uitgebreid bosbeheerplan voor het Drongengoed, dat tegen eind 2012 uitgewerkt moet zijn. De eerste concrete stappen als uitwerking van de Drongengoedvisie worden momenteel gezet, samen met de andere terreinbeheerders zoals Natuurpunt, Defensie en privé-boseigenaars. Voor dit beheerplan baseert ANB zich op het document ‘Een duurzame visie voor het gebied Drongengoed’, waarin de krijtlijnen voor de toekomst van het gebied zijn uitgetekend.
4
Plaggen is een vorm van natuurbeheer: door het weghalen van de bovenste bodemlaag krijgen zaden van zeldzame planten een nieuwe kans (foto: ANB)
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
ROUTE DEEL 2: DOORTRAPPEN IN DE ZANDGROND (foto: Wim Acke)
Tijdens deze route fiets je op en langs de historische Vlaamse Vallei. Je ziet dat het landschap en de bossen anders zijn dan rond het Drongengoed. Na je fietstocht begrijp je waarom. • Mogelijke startplaatsen: > parking provinciaal domein Het Leen, Gentsesteenweg 80 in Eeklo > parking Lembeekse Bossen, Tragelstraat in Lembeke • Routes: > Volledige route vanuit Het Leen: P2 (rug naar de parking, rechtsaf) - 54 - 56 - 65 - 53 59 - 9 - 13 - 3 - 5 - 11 - 17 - 20 - 71 - 78 - 88 - 62 - 58 - 57 - P2 (43 km) > Deel rond Het Leen: P2 (rug naar de parking, rechtsaf) - 54 - 56 - 65 - 53 - 59 - 9 - 13 - 3 - 58 - 57 - P2 (22 km) > Volledige route vanuit de Lembeekse Bossen: P3 (terug naar de hoofdweg fietsen) 78 - 88 - 62 - 58 - 57 - 54 - 56 - 65 - 53 - 59 - 9 - 13 - 3 - 5 - 11 - 17 - 20 - 71 - 78 - P3 > Deel rond de Lembeekse Bossen: P3 (terug naar de hoofdweg fietsen) - 78 - 88 - 62 58 - 3 - 5 - 11 - 17 - 20 - 71 - 78 (25 km)
5
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
Ondiepe meren Aan de zuidrand van de grote dekzandrug lagen depressies waarin zich uitgestrekte, ondiepe meren vormden die een paar duizend jaar bleven bestaan. Zo ontstond ook een kleinere depressie ter hoogte van Het Leen . Later ontstond op deze plaatsen bos. Toen de mens kwam, en dan vooral vanaf de 11de eeuw, werden op geschikte gronden buiten de valleien steeds meer akkers aangelegd. Omdat de zandgrond in deze streek snel uitgeput raakte, werden de akkers slechts korte tijd gebruikt. Daarna bleven ze jarenlang braak liggen, wat tot zandverstuivingen en lokaal zelfs tot duinvorming leidde.
Fietsen in het verleden Beeld je in dat je hier tijdens de ijstijden zou zijn, dan fietste je in en langs een rivierenstelsel van zo’n 20 tot 30 meter diep. De vallei strekte zich uit van Maldegem tot Stekene (Waasland). Later werd de Vlaamse Vallei gedeeltelijk terug opgevuld door de zee en werd materiaal afgezet door het verwilderd rivierenstelsel. Op het einde van de laatste ijstijd werd het afgedekt met materiaal door de wind aangevoerd vanuit de Noordzee die toen droog lag. Dit is het zogenaamde dekzand, dat later nog wat werd opgehoogd door de wind en uiteindelijk een dekzandrug vormde. Het stuift in en rond Eeklo In het Meetjesland ontstond deze belangrijke dekzandrug tussen Jabbeke, Maldegem en Stekene (zie arcering figuur). De zuidrand ervan is relatief steil en duidelijk waarneembaar in het landschap. In noordelijke richting helt de rug langzamer, met een licht golvend profiel. Deze dekzandrug is 3 tot 4 meter hoog en heeft een sterk wisselende breedte.
Woeste gronden Net als in de omgeving van het Drongengoed ontstonden ook hier zogenaamde ‘woeste gronden’: op deze wastines groeiden bijna geen bomen. Het verschil is dat je hier niet de stugge klei in de bodem vindt die wel in de omgeving van het Drongengoed aanwezig is. Hier groeiden struiken zoals struikheide en brem, op andere plaatsen ontstond grasland of struweel.
De namen van heel wat straten in de streek verwijzen wellicht naar het stuifzand van deze dekzandrug, zoals de Zandvleuge in Eeklo. Rij je door de Lembeekse Bossen , dan is het op sommige plaatsen alsof je door de duinen fietst.
In de middeleeuwen werden deze gronden geleidelijk omgezet in landbouwgrond. Op stukken met een minder gunstige waterhuishouding legde men ontginningsblokken
De stuifzandrug Jabbeke-Stekene loopt dwars door de Meetjeslandse bossen (figuur: Natuurpunt en Partners Meetjesland)
6
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
aan, omringd door sloten en bomenrijen. In de 16de en 17de eeuw werden deze blokken opgesplitst in lange, smalle percelen. Daar ligt meteen een mogelijke verklaring van de naam ‘Meetjesland’. De term ‘meetje’ (een perceel of gemet) zou kunnen wijzen op de lange, smalle percelen kenmerkend voor deze streek.
Waarschoot ontgonnen door de monniken van het klooster Onze-Lieve-Vrouw-TenHove. Industriële vervuiling Al in de 19de eeuw kende men problemen met vervuiling. Het afvalwater bij het verwerken van vlas zorgde voor verontreiniging van de Leie. Men besloot om het Schipdonkkanaal aan te leggen om Gent hiervan te vrijwaren.
Ook hier speelden kloosters wellicht een landschappelijke rol. Zo werd vanaf de 15de eeuw het gebied rond de Priorij van
Boven: straatnamen zoals de Zandvleuge in Eeklo verwijzen wellicht naar de zandrug die door het gebied loopt (bron beeldmateriaal: stadsarchief Eeklo) Onder: de smalle percelen zoals getekend in de atlas van Ferraris (1777) vallen vooral op in de streek rond Eeklo, Kaprijke, Bassevelde en Waarschoot Op deze kaart is ook het toenmalige bosgebied Het Leen te zien.
7
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
BURKEL EN
PAPINGLO
De berken van Burkel De naam ‘Burkel’ zou een Germaanse oorsprong hebben en ‘berkenbos’ betekenen. Dat zou verwijzen naar de aanwezigheid van berken in dit gebied. Burkel ligt op de grens van Maldegem en Knesselare en heeft uitlopers tot in Zomergem en Oedelem. Het toenmalige gebied van zo’n 3.000 ha groot werd het ‘Maldeghemveld’ genoemd, terwijl die naam nu vooral verwijst naar het natuurgebied van Natuurpunt in het Drongengoed .
het Drongengoed. De abdij Ter Doest van Lissewege kocht in 1243 Burkel, dat in de 17de eeuw in handen kwam van de abdij Ter Duinen in Koksijde.
De aanwezigheid van een ondiepe, ondoorlatende kleilaag op vele plaatsen in het toenmalige Maldeghemveld zorgde voor een slechte waterhuishouding en de daarop gelegen zure zandgrond was zeer voedselarm. Daarom waren grote delen van het Maldeghemveld niet ideaal voor landbouw.
Bomen kweken Burkel kende vooral in de tweede helft van de 18de eeuw haar bloeiperiode: bomen werden hier massaal aangeplant. Eén van de pachters was de stamvader van de huidige families Van Hulle, die momenteel nog steeds de traditie van het bomen kweken in en rond Maldegem voortzetten.
De macht van abdijen Vanaf de 13de eeuw werden grote delen van het toenmalige Maldeghemveld verkocht aan abdijen (lees ook de inleiding bij route deel 1). In 1240 werden de gronden rond Papinglo eigendom van de Sint-Baafsabdij van Gent. Twee jaar later verwierf de abdij van Drongen
Waar je nu het Hof ter Duinen vindt, stond in de 13de eeuw het Burkelhof. Daarvan blijven nu enkel nog wat restanten van een oude omwalling over. Niet te verwarren met het Burkeldomein langs Groot Burkelkalseide, dat ook soms Burkelhof wordt genoemd!
Papinglo omvatte ooit zowat heel het zuiden van Kleit (een deelgemeente van Maldegem). Het Nieuwhof (gelegen tussen knooppunt 71 en 69) zou gebouwd zijn als vernieuwde versie van een zeer oude boerderij met omwalling en warande, die meer dan 600 jaar geleden op de ‘binnenmotte’ verrees.
Bronbossen met frisse plantengroei In Burkel komt grondwater aan de oppervlakte dat over de ondoordringbare kleilaag van de cuesta van Oedelem-Zomergem stroomde. Daardoor vind je hier, ondermeer waar de Splenterbeek loopt, verschillende bronbossen uniek voor de streek. Bronbossen worden gekenmerkt door een bijzondere plantengroei in het voorjaar. Zo’n bronbos vind je bijvoorbeeld in Groot Burkelkalseide (tussen knooppunt 86 en 79).
Let op de prachtige witte bosanemonen, de onmiskenbare gele sleutelbloemen en dotterbloemen. Geef je ogen de kost, want je treft deze planten enkel in bronbossen aan! (foto’s: Ludo Goossens en Marc Schoonackers)
8
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
TORREBOS Dit bos met zowel loof- als naaldhout is sinds 1998 eigendom van Natuurpunt. Het is een interessante stapsteen tussen de grotere bosgebieden van Burkel en Drongengoed. Natuurpunt wil het gebied in de eerste plaats toegankelijk houden voor bezoekers. Op langere termijn wil de vereniging hier en in enkele aanpalende percelen een kleinschalig mozaïeklandschap ontwikkelen. Want zo moet het er destijds hebben uitgezien: graslanden en bos afgewisseld met verspreide struwelen, spontane bosopslag, houtkanten en dreven. In het Torrebos zelf moet zich dankzij een goed bosbeheer een zuur eikenberkenbos ontwikkelen. Dankzij jouw steun kan dit natuurgebied verder ontwikkeld en beschermd worden. Je krijgt een fiscaal attest vanaf een bedrag van 40 euro, waarmee je tot 40% van het bedrag kan terugkrijgen via je belastingen. Overschrijven kan op rekeningnummer BE56 2930 2120 7588 met vermelding van 'projectnr. 6639 Torrebos'. (foto: Natuurpunt Maldegem-Knesselare)
N44 Let op bij het oversteken van deze gevaarlijke weg. De N44 vormt de autoverbinding tussen de N49 (Expresweg naar de kust) en de E40 in Aalter. Ook dieren zoals reeën, egels en kikkers ondervinden grote hinder van deze betonnen doorsnijding tussen de bosgebieden. Onderzoek heeft uitgewezen dat veel dieren het zelfs niet wagen een geasfalteerde weg (voor hen een stenen woestijn) over te steken. Het gevolg is dat populaties geïsoleerd raken in één gebied. Het idee leeft om een ecoduct te bouwen over de N44, dat de bossen langs beide zijden van de weg moet verbinden. Dat zou niet alleen een veilige oversteek vormen voor dieren, maar ook voor fietsers en wandelaars. Voor meer info: lees de inleiding bij route deel 1: Een toekomst voor het ‘woeste veld’.
Een vos als verkeersslachtoffer (foto: Ludo Goossens) Voorbeeld van een ecoduct (foto: Grontmij)
9
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
DRONGENGOEDBOS Het Drongengoed is met 750 ha het grootste aaneengesloten bosgebied van Oost-Vlaanderen. Bovendien is het bos samen met enkele aansluitende percelen Europees Habitatrichtlijngebied. Dat betekent dat het gebied waardevol genoeg is om Europese bescherming te genieten, omwille van zeldzame planten en dieren die er voorkomen. Rug van klei Het centrale deel van het bos ligt op een kleirug, de cuesta van Oedelem-Zomergem (zie inleiding bij deel 1 van de route). De bodem van het Drongengoed heeft een bewogen geschiedenis achter de rug. Nog altijd herinneren enkele aanwezige planten aan het verleden als heidegebied: struikheide, dopheide, ronde zonnedauw en heidekartelblad. Die vind je vooral in natuurgebied het Maldegemveld . De bodem in het Drongengoedbos is vrij zuur, vandaar dat de altijd groene dubbelloofvaren er veel voorkomt. Dubbelloof Deze varen is speciaal omdat hij twee soorten bladeren heeft: de vruchtbare (fertiele) bladeren staan rechtop, terwijl de onvruchtbare (steriele) bladeren neerhangen. Vandaar ook de naam ‘dubbelloof’: met twee verschillende groene delen. Op de vruchtbare bladeren vind je in de zomer hoopjes bruine sporen.
En nu op zoek naar het dubbelloof! Een tip: zoek vooral op schaduwrijke greppelwanden in het bos, want daar voelt deze varen zich thuis. (foto: Hugo Vermeren)
10
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
Ogen open! Het Drongengoedbos is gekend voor zijn soortenrijkdom op het gebied van paddenstoelen en nachtvlinders. Wie goed luistert en kijkt, komt zeker vogels als de zwarte of groene specht en een boomklever tegen. Ook roofvogels doen het goed; zo broeden buizerd, sperwer, boomvalk en bosuil elk jaar in het Drongengoed. Intussen is de vos opnieuw goed ingeburgerd in het gebied, maar die laat zich niet zo gemakkelijk zien. Zo'n 400 ha van het bos is domeinbos eigendom van en wordt beheerd door het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB). Het vliegveld en enkele omliggende delen, samen 200 ha, zijn militair domein en worden door ANB beheerd. In het bos ligt ook natuurgebied het Maldegemveld van Natuurpunt . De andere delen zijn privé-bos. Waardevolle poelen Over salamanders en kikkers Verspreid in het Drongengoed liggen enkele erg waardevolle poelen. Sommige ervan zijn een restant van de vijvers die vanaf de 12de eeuw werden aangelegd om vis te kweken om aan de voedselbehoeften van de abdij en omgeving te voldoen. Daarvan is echter nog nauwelijks iets te bekennen. Toch zijn deze poelen, samen met het herstel van oude veedrinkpoelen en de aanleg van enkele nieuwe poelen in het Maldegemveld en het Drongengoedbos, bijzonder belangrijk voor het voortbestaan van amfibieën. In enkele van deze poelen leeft ondermeer de Europees beschermde, zeer zeldzame kamsalamander. Ondermeer dankzij deze soort werd het Drongengoedbos aangeduid als Europees Habitatrichtlijngebied. Dankzij door Europa opgelegde maatregelen zijn de lidstaten verplicht om bepaalde plant- en diersoorten en hun natuurlijke levensgemeenschappen te beschermen. Ze moeten ook de nodige maatregelen treffen om de instandhouding van deze soorten te bevorderen.
De kamsalamander werd in het Drongengoed gevonden
Meer algemene soorten als de alpenwatersalamander en de bruine kikker vind je hier natuurlijk ook. En dan hebben we het nog niet over de (water)insecten die er met duizenden krioelen. Lekkere hapjes voor ondermeer libellen!
De geelvlekheidellibel komt voor in verschillende Meetjeslandse bossen (foto: Henk Wallays)
11
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
De jaarlijkse paddentrek Elke lente gaan duizenden padden in het Drongengoed op weg naar hun geboortepoel om te paren en hun eieren af te zetten. Daarbij letten ze niet op wegen of andere hindernissen: ze willen zo snel mogelijk hun einddoel bereiken. Vooral de mannetjes hebben het zeer slim bekeken. Ze klauteren, soms met verschillende boven elkaar, op een vrouwtje en laten zich meevoeren. Misschien kwam je onderweg al een waarschuwingsbord tegen met daarop overstekende padden. Afhankelijk van de weersomstandigheden trekken de padden elk jaar op een ander moment. Vrijwilligers helpen in februari of maart deze dieren veilig de weg oversteken. Ze worden gevangen in emmers en overgezet. Wil je meehelpen met een paddenoverzetactie? Contacteer Natuurpunt en Partners Meetjesland of het Regionaal Landschap Meetjesland. Natuurpunt en Partners Meetjesland, stationsgebouw, K. Astridplein 1, 9900 Eeklo, 09 377 93 00,
[email protected] Regionaal Landschap Meetjesland, Marktstraat 65, 9990 Maldegem, 050 70 00 42,
[email protected]
(foto: Ludo Goossens)
Over herders en jagers Het herder(inne)tje en de kudde Schrik niets als je plots een kudde schapen tegen het lijf loopt. Lang geleden moet het beeld van grazende kuddes hier een gewoon beeld zijn geweest. Nu wordt het nagebootst omwille van ecologische redenen. De schapen knabbelen aan heidestruikjes en ander lekker groen, dat voortdurend nieuwe scheuten moet aanmaken en op die manier jong wordt gehouden. Het schapenbegrazingsproject kadert in het Europees Life-project ‘Natuurbeheer op militaire domeinen’ en wordt opgevolgd door het Agentschap Natuur en Bos. Groepen kunnen een rondleiding met de schaapsherder aanvragen. Contacteer de Drongengoedhoeve - meer info bij .
(foto: Ludo Goossens)
12
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
Meneerke van Maldegem In de buurt van Maldegem zou ooit een kasteel gestaan hebben waar vroeger het Meneerke van Maldegem woonde. In dat kasteel was een kelder waar de kasteelheer 36 moordenaars zou hebben gevangen. Over die gebeurtenis bestaat een liedje. Het Meneerke van Maldegem ging jagen, drie uur buiten Brugge (misschien was dat wel het Drongengoedbos). Hij vond er niets anders te jagen dan een klein herdertje. “Wel herdertje, herdertje, zou je me niet kunnen vertellen welke wondere avonturen hier in dit bos gebeuren?” Die herder had een hoorn.... “Wel herdertje, herdertje, zou je me niet kunnen zeggen vanwaar die hoorn komt?” “Die hoorn gaat jou niets aan. Als ik erop blaas, komen er zesendertig moordenaars aan…" De boeven beroofden het Meneerke van Maldegem en lieten hem zweren de bende niet te verraden, niet met de mond en niet met de hand. Hij gaf de bende zijn erewoord, maar thuis schreef hij de namen van de moordenaars met zijn tenen in het zand. En zo werden de moordenaars toch nog gevat, terwijl het Meneerke zich wel aan zijn erewoord hield.
Wandellussen in het Drongengoed Er zijn verschillende wandelingen mogelijk in het Drongengoed. Kijk op de infoborden aan de ingangen van het domein en op de Drongengoedhoeve of ga naar www.toerismemeetjesland.be. De routes worden in de loop van 2012 geactualiseerd en op elkaar afgestemd. Overzicht van de wandelroutes (opgelet: wijzigingen op til!): • Wandellus Drongengoedbos: omgeving Drongengoedhoeve (7 km) start aan de Drongengoedhoeve (infopunt 6); aansluiten kan ook aan knooppunt 82 of 75 • Wandellus Papinglo: omgeving Papinglohoeve (7,5 km), start aan de Papinglohoeve (aan knooppunt 69); aansluiten kan ook aan knooppunt 71 • Wandellus Cuesta: noordoostelijk deel Drongengoedgebied (8 km), start aan café De Koffiekan (aan knooppunt 23); aansluiten kan ook aan knooppunt 20 • Wandellus Maldegemveld (4,5 en 12 km), starten op de parking in de Drongengoedweg (P1) en de Natuurpunt-pijlen volgen; aansluiten kan ook aan knooppunt 71
(foto: Ludo Goossens)
13
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
DRONGENGOEDHOEVE De prachtige Drongengoedhoeve, waarvan de geschiedenis teruggaat tot 1242, ligt midden in het Drongengoedbos. Het oorspronkelijke gebouw was een abdijhoeve van de abdij van Drongen (zie ook de inleiding bij route deel 1 voor meer informatie over de rol van de abdijen). De huidige hoeve werd in 1746 gebouwd. Bezoek het landschapsinfocentrum dat je meer vertelt over de geschiedenis van het gebied en de hoeve, of ga eens neuzen in de kruidentuin. Elke zondag wordt hier op een ambachtelijke manier brood gebakken, vergeet niet te proeven! Opgelet: van oktober tot maart is de hoeve gesloten op maandag, dinsdag en vrijdag. Contacteer de Drongengoedhoeve voor meer details: Landschapsinfocentrum Meetjesland, Drongengoedweg 9, 9910 Ursel (Knesselare), 09 325 09 80,
[email protected], www.drongengoedhoeve.be
(foto: Ludo Goossens)
MEER BOS GEPLAND OF GEPLANT? Bossen zijn belangrijk. Ze zijn een rustpunt, een plaats voor ontspanning in ons drukke leven. Ze houden CO2 vast, maar zorgen ook voor minder fijn stof. Ze zijn bovendien belangrijk voor duizenden dieren en planten. Heel wat soorten hebben verbindingen nodig om zich te kunnen verplaatsen naar andere gebieden. Allemaal redenen die pleiten voor bosuitbreiding. In het Meetjesland is slechts 4,5% van de oppervlakte bos. De Vlaamse overheid besliste om tegen 2007 zo’n 400 ha nieuw bos te planten in het Meetjesland. Er is dus veel gepland, maar werd er ook effectief bos geplant? De teller blijft voorlopig (anno 2009) steken op ongeveer 100 ha geplant bos. Bedenk daarbij ook dat de oppervlakte bos in het Meetjesland tussen 1993 en 2007 met 42 ha afnam. Je ziet dat er niet veel overblijft aan effectieve bosuitbreiding… In de bosuitbreidingsstudie Meetjesland uit 2003 werden de plannen voor bijkomend bos concreter: 11 bosuitbreidingsgebieden werden geselecteerd, waarvan de meeste gelegen zijn in de bossengordel waarin je nu fietst. Deze beleidsvoorbereidende studie wordt echter heel erg moeizaam in de praktijk omgezet.
(foto: Ludo Goossens)
14
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
EEN STIL GEBIED? Met een beetje geluk kan je genieten van de stilte in het Drongengoed. Middenin het gebied bevindt zich echter een militair domein met een vliegveld. Het vliegveld wordt op vrijdagnamiddag, in het weekend en op feestdagen gebruikt voor recreatieve sportvliegerij. Natuurverenigingen vinden dat deze luidruchtige sport niet thuishoort in een bos en zien het Drongengoed liever veranderen in een rustgebied waarin meer plaats is voor zachte recreatie. Het vliegveld is momenteel verboden terrein voor voetgangers en fietsers en vormt dus jammer genoeg een belangrijke barrière.
(foto: Ludo Goossens)
NATUURGEBIED HET MALDEGEMVELD Relicten van het vroegere uitgestrekte heidegebied zijn erg schaars in het Meetjesland. De afwisseling van heide en open bos in dit natuurgebied van Natuurpunt doet ons terugdenken aan het uitgestrekte 17de-eeuwse 'woeste Maldegemveldt' (zie inleiding bij route deel 1). Hier krijgen we een idee van hoe het er vroeger moet hebben uitgezien. De plantensoorten kennen we vooral van de Kempense heide (zoals zonnedauw en de prachtig lichtpaars kleurende heide). Dankzij de nabijheid van de zee komen in het Maldegemveld nog enkele andere bijzondere soorten voor zoals gaspeldoorn en tweenervige zegge. Het heidegebied is het ideale leefgebied voor de levendbarende hagedis en vogels als de boompieper. De knuppelpaden doen denken aan de Hoge Venen (foto: Ludo Goossens)
15
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
Op de purperen heide: dophei of struikhei? Heb je de lichtpaarse bloemetjes gezien in het Maldegemveld? Dan heb je heide gevonden. Maar weet je ook welke soort het is? Want hier vind je twee soorten heide: dophei en struikhei. De bloemen van dophei (foto links) zijn kleine, ovaalvormige dopjes die als een tros bovenaan op de steeltjes staan. Struikhei (foto rechts) groeit hoger en de bloemen staan meer verspreid op de stelen. Struikhei valt dan ook beter op dan dophei. Ga maar even door de knieën voor deze schitterende planten, ze groeien laag tegen de grond! (foto’s: Ludo Goossens)
Koeien en vrijwilligers Natuurpunt Maldegem-Knesselare voert sinds 1993 een heideherstelbeheer uit in het Maldegemveld. Hierbij wordt naaldbos naar eiken-berkenbos en heide omgevormd. Natuurpunt krijgt Europese steun via een Life-Natuurproject om de natuur in het gebied te herstellen. Dit is mogelijk omdat het Drongengoed beschermd is als Europees Habitatrichtlijngebied vanwege de zeldzame planten en dieren die er voorkomen.
(foto: Ludo Goossens)
De Galloway-runderen doen intussen rustig hun werk. Ze zorgen ervoor dat opschietende grassen, bramen en jonge boompjes deze unieke heide niet volledig doen dichtgroeien. Maar de koeien kunnen niet alles. Gelukkig zijn er heel wat vrijwilligers van Natuurpunt die een paar keer per jaar in het gebied aan de slag gaan, ondermeer voor het aanleggen van knuppelpaden en het verwijderen van planten die hier niet thuis horen.
Wil je meehelpen met je vereniging, klas of familie? Neem contact op met de conservator van het gebied via www.natuurpuntmaldegemknesselare.be.
Dankzij jouw steun kan het natuurgebied verder ontwikkeld en beschermd worden. Je krijgt een fiscaal attest vanaf een bedrag van 40 euro, waarmee je tot 40% van het bedrag kan terugkrijgen via je belastingen. Overschrijven kan op rekeningnummer BE56 2930 2120 7588 met vermelding van 'projectnr. 6627 Maldegemveld'.
16
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
Wandellussen in het Maldegemveld (4,5 of 12 km) Wandelen op de knuppelpaden en tussen de zachtaardige Galloway-koeien is een belevenis voor jong en oud. Je hoeft niet naar de Hoge Venen om een avontuurlijke dag te beleven! In het natuurgebied zijn verschillende wandellussen uitgewerkt (zie infopunt 5).
(foto: Wolf Fink)
PIETENDRIESMOLEN Deze staakmolen werd in 1804 herbouwd, maar reeds in 1563 wordt melding gemaakt van de molen. Zijn naam kreeg hij van de stichters en vroegere eigenaars van de molen, de kloosterorde Ter Pieten, het huidige Blauwgoed. In de volksmond wordt de molen ook ‘Toatse Meuln’ genoemd, naar de molenaarsfamilie Taets, van wie Henri Taets de laatste beroepsmolenaar was. Hij maalde tot zijn 83ste (in 1964), daarna bleef de molen stilstaan. De molen werd in 1968 beschermd als monument. In 1974 kocht de gemeente Knesselare hem aan en liet hem in 1983 grondig herstellen. In 2010 ging de molen opnieuw in restauratie: het hekwerk, de windborden en aswiggen werden vervangen. Het is de enige Oost-Vlaamse houten molen met een iepenhouten staak. De molen is elke 2de en 4de zondag van de maand toegankelijk (10-17u), op molen-, feest- en monumentendagen, als de molen draait en op afspraak. De molenaars verkopen een uitgebreid assortiment ambachtelijk vervaardigde meelproducten. (foto: Ludo Goossens)
Mike Ekelschot, 0498 60 47 40,
[email protected], www.toatsemeuln.be
17
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
KEIGATBOS De benaming van dit bos verwijst naar de verzadiging van de bodem met de harde silexkeien van de cuesta (zie inleiding bij deel 1 van de route). Het bosgebied is een overblijfsel van het ‘nemus sine misericordia' of het beruchte ‘woud zonder genade' dat zich ooit tussen Zomergem en Brugge uitstrekte. Het Keigatbos ligt voor het grootste deel op het grondgebied van Ursel en heeft een oppervlakte van 314 ha, de ingesloten weide- en akkergronden meegerekend. Rond 1850 bestreek het bosgebied in Zomergem zo’n 512 ha of bijna 1/5 van de totale oppervlakte van de gemeente. Het overgrote deel van het huidige Keigatbos is privaat bezit. Een deel ervan werd in 2010 aangekocht door Natuurpunt. Daar werken vrijwilligers momenteel aan de toegankelijkheid en een natuurbeheerplan.
(foto: Niels Vanvyve)
Wandelen of meehelpen in dit gebied? Contacteer Natuurpunt Zomergem, 09 372 76 42,
[email protected], www.natuurpunt.be/zomergem.
Wandellus ‘Keigatbosroute’ (10 km) Start aan de Kasteeldreef (Zomergem); aansluiten kan ook aan knooppunt 66, 52 of 53 Opgelet! Deze route kan in de loop van 2012 gewijzigd worden. Meer info op www.toerismemeetjesland.be Dankzij jouw steun kan dit natuurgebied verder ontwikkeld en beschermd worden. Je krijgt een fiscaal attest vanaf een bedrag van 40 euro, waarmee je tot 40% van het bedrag kan terugkrijgen via je belastingen. Overschrijven kan op rekeningnummer BE56 2930 2120 7588 van Natuurpunt Beheer, Coxiestraat 11, 2800 Mechelen met vermelding van ‘projectnr. 6684 Keigatbos’.
SCHIPDONKKANAAL Men zocht in de 19de eeuw een oplossing voor het afvalwater van de vlasindustrie rond Kortrijk, dat de Leie zwaar vervuilde. Om dit vervuilde water niet door Gent te laten stromen, werd stroomopwaarts een 56 kilometer lange verbinding gegraven tussen de Leie en de Noordzee: het Schipdonkkanaal. Niet voor niks heet het officieel het ‘Afleidingskanaal van de Leie’. Het werd rond 1850 gegraven. Toen men bij het graven van het Schipdonkkanaal het Kanaal GentBrugge moest kruisen, stelde men vast dat het water van de Brugse Vaart meer dan een meter hoger lag dan dat van de Schipdonkse
Vaart. Er kwam daarom een schutsluis of sas in Zomergem. Daarbij wilde Brugge het vuile rioolwater langs de Brugse Vaart niet in de historische stad. Zodoende wordt het water van het nieuwe kanaal ter hoogte van Durmen in Zomergem door enorme buizen onder de bedding van de Brugse Vaart gestuwd. Stinker en blinker Het Schipdonkkanaal ligt in de bedding van de Lieve, tussen Stoktevijver (Zomergem) en Strobrugge (Maldegem). De laatste 20 kilometer voor de monding in zee lopen het 18
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
allerlei andere maatschappelijke actoren. Het zou niet alleen zorgen voor hinderlijke passage van zware vrachtboten, maar zou ook het landschap en de natuurwaarden in en langs het kanaal aantasten.
Schipdonkkanaal en het Leopoldkanaal parallel, enkel gescheiden door een dijk. Ze worden in de volksmond respectievelijk de ‘Stinker’ en de ‘Blinker’ genoemd, hiermee verwijzend naar de vervuilende activiteiten van het vlas roten in het Schipdonkkanaal, terwijl het Leopoldkanaal als afwateringskanaal ontstond voor de Vlaamse polders.
Tegenstanders pleiten voor het verder uitbouwen van vrachtvervoer langs de Noordzee en de Westerschelde.
Zeevaart door het Meetjesland? Er zijn plannen om het Schipdonkkanaal van Deinze tot Zeebrugge aan te passen om de haven van Gent en Zeebrugge voor grote schepen bereikbaar te maken via binnenvaart. Hiervoor zou het bestaande kanaal verbreed moeten worden en moet de vrije doorvaarthoogte verhoogd worden tot 9,2 m. Het is niet verwonderlijk dat dit voorstel op hevige protesten stuit bij zowel buurtbewoners, natuurverenigingen als
Wintertafereel op het Schipdonkkanaal (foto: Ludo Goossens)
HET LEEN: DE WILDE MOER GETEMD? Graaf Gwijde van Dampierre bezat rond 1250 heel wat bossen in de streek. Een deel daarvan schonk hij als leengoed aan ene Heer Van Steenhuize en via zijn dochter werd het leengoed eigendom van de familie van Spiere. Tot in de 18de eeuw werd over het gebied gesproken als ‘Het Leen-Spiersbos’.
Op zoek naar de Zoutweg In de middeleeuwen verwarmde men ondermeer met turf. Turfblokken zijn eigenlijk gestoken en gedroogde stukken veen. Dat veen vond men vooral in het noordelijker gelegen krekengebied. Het zout dat werd gewonnen uit de verbrande turf, werd gebruikt om voedsel te pekelen. Enkele belangrijke zoutcentra waren Biervliet en Oostburg. Het zout van daar zou getransporteerd zijn naar het binnenland, ondermeer over de ‘Zoutweg’ die nu nog steeds Het Leen doorkruist. Dat is tenminste één van de verklaringen. Een andere denkpiste is dat ‘zoutweg’ een verbastering is van het woord ‘zandweg’. Vraag maar eens naar de Zoutweg in het bosinfocentrum van Het Leen! Wilde moer Het Leen was in die tijd trouwens te mijden gebied: niet alleen zaten in de ‘wilde moer’ (een ondoordringbaar moerasgebied) roversbendes, wolven en everzwijnen, toen al waren ook de agressieve muggen typerend voor Het Leen.
(foto: Ludo Goossens)
19
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
groen aangekocht om het domein uit te breiden. Enkele betonnen paden worden uitgebroken en heraangelegd als natuurlijke dreven.
Militair domein Vanaf 1938 werd Het Leen een militair munitiedepot, waarvan de betonbanen, de strakke gebouwen en de rechthoekige vijvers in het domein nog steeds getuigen. De munitie werd aangevoerd met treinen en in het domein verspreid over 278 opslagplaatsen. Deze opslagplaatsen stonden langs de 18 kilometer lange betonpaden die zich in het bos uitstrekten. Om bij een eventuele ontploffing de schade te beperken, werd een deel van de opslagplaatsen omgeven door een aarden wal, een merloen. Het zand hiervoor werd ter plekke gewonnen, vandaar de vele vijvers in het domein.
Wat vind je hier? Het Leen is een moerassig bosgebied, met prachtige elzenbroekbossen en soorten als moerasvaren en koningsvaren. Opvallend zijn de vele rabatten: langwerpige ophogingen afgewisseld door greppels, aangelegd om het moerasgebied op te hogen. Zo kon men de hoger gelegen delen bebossen. De rabatten werden aangelegd bij bosaanplantingen in de 18de eeuw.
In 1972 bood het Ministerie van Defensie het gebied van zo'n 150 ha te koop aan. Vóór het domein een definitieve bestemming kreeg, broeiden er wilde plannen over. Zo was er een voorstel om er een vakantiepark van te maken. Hiervoor zou de bestaande militaire accommodatie gebruikt kunnen worden. Er ontstond hevig protest van Meetjeslandse milieugroeperingen die de grote ecologische waarde van het gebied kenden en wilden beschermen. Toegankelijk gebied Uiteindelijk kocht het Oost-Vlaamse provinciebestuur het gebied aan. Het grootste deel van de munitiegebouwtjes ging onder de sloophamer en op de vrijgekomen ruimte kreeg het bos weer vrij spel. In 1973 mochten de eerste bezoekers komen genieten van het domein.
Let op de zogenaamde ‘rabatten’ (foto: Ludo Goossens)
Biodivers Er staan intussen al meer dan 3.000 verschillende soorten dieren, planten en zwammen op de teller. Ga je zelf op pad, dan heb je veel kans om een eekhoorn tegen te komen. Aan de vijvers zie je met wat geluk een ijsvogel voorbijflitsen of van op een tak loeren naar vissen, terwijl zich in de toppen van de bomen een wespendief schuilhoudt. In het voorjaar broedt een reigerkolonie in het domein. In de bunkers van het voormalig militair domein hebben vleermuizen hun overwinteringsplaats.
Het Leen wordt beheerd in samenwerking met het Agentschap voor Natuur en Bos. Nog steeds worden af en toe aanpalende stukken
Ga ook eens op zoek naar de oudste boom van Het Leen. Hoeveel mensen zijn nodig om de boom volledig te omarmen?
IJsvogel (foto: Ludo Goossens)
20
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
Wijzigende openingsuren Fietsen kan je altijd op de hoofdweg door Het Leen (de betonnen weg van Eeklo naar Oostwinkel die tussen knooppunt 57 en 54 ligt). Op weekdagen mag je ook op alle andere verharde paden fietsen. De openingsuren van het domein gaan mee met de seizoenen: Het Leen is gesloten na zonsondergang. Opgelet dus als je het gebied op je tocht wil doorkruisen. Kijk op www.hetleen.be voor de exacte openingsuren.
Wandellussen in Het Leen In Het Leen kan je vrij wandelen of verschillende gemarkeerde wandelparcours volgen. Vraag meer info in het Bosinfocentrum in het domein of kijk op www.hetleen.be.
PRIORIJ De priorij wordt ook wel het ‘Rattenkasteel’ genoemd, omdat het in de 20ste eeuw was verwaarloosd en vol ongedierte zat. In 1444 kreeg de Eeklose baljuw Simon Utenhove de toestemming om hier een kloostergemeenschap op te richten: het klooster Onze-LieveVrouw-ten-Hove. De monniken begonnen toen de omliggende gronden te ontginnen. De priorij heeft echter nooit veel geluk gehad. Zo waren er in het begin conflicten met de nabijgelegen parochie en in de 16de eeuw werd de priorij door doortrekkende Franse troepen twee keer in de as gelegd. De orde werd opgedoekt in de 18de eeuw, het domein werd verkocht aan een inwoner van Geraardsbergen en bijna 200 jaar later, na vele decennia van verwaarlozing, door de gemeente Waarschoot gekocht. In 1995 werd het een beschermd monument en intussen is het volledig gerenoveerd. (foto: Toerisme Meetjesland)
BELLEBARGIEBOS Tijdens de 15de eeuw had dit bos een zeer belangrijke functie als leverancier van brandhout. Het hout werd met trekschuiten (bargiën) langs de Burggravenstroom, het Brakeleiken en de Lieve naar Gent gebracht. Ter hoogte van het bos was een bel om zich aan te melden. Daar is meteen de oorsprong van de naam 'Bellebargiebos' te vinden. Het gebied wordt ook wel eens 'Kwadebossen' genoemd, duidend op de zeer dichte begroeiing ten gevolge van het hakhoutbeheer. In zo’n beheer wordt het struweel regelmatig gekapt tot aan de grond, waardoor het steeds opnieuw opschiet en dus voor lage en dichte begroeiing zorgt. Een minder courante benaming voor het Bellebargiebos is de ‘Bakkersbossen’, omdat de bakkers uit de buurt vroeger regelmatig bomen kwamen kappen om hun ovens te doen branden.
(foto: Andy Van Kerckvoorde)
21
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
(foto: Ludo Goossens)
Speciale bescherming Het Bellebargiebos is als enige bos in het Meetjesland aangewezen als bosreservaat, waarmee bedoeld wordt dat het biologisch uitzonderlijk waardevol is en dus een speciaal beschermingsstatuut heeft. Het is eigendom van en wordt beheerd door het Agentschap voor Natuur en Bos.
Een oudje onder de Meetjeslandse bossen Naast Het Leen is het Bellebargiebos zowat het enige grotere bosgebied in het dekzandgebied dat een onafgebroken voorgeschiedenis als bos heeft gekend (zogenaamd oudbos). Dit vochtige, zure eikenbos werd dan ook nooit ontgonnen tot landbouwgrond. Het Bellebargiebos is vochtiger dan de Lembeekse Bossen, omdat het niet op de stuifzandrug en vlak aan de Burggravenstroom ligt. Het bestaat grotendeels uit oude eiken (waarvan sommige meer dan 200 jaar oud zijn) en beuken. Bijzonder waardevolle planten zoals dalkruid, bosanemoon en salomonszegel wijzen erop dat het bos een verre geschiedenis heeft. Men noemt deze planten daarom 'oud-bos-indicatoren'.
Het dood hout dat de beheerders er met opzet laten liggen, is een thuis voor zowel paddenstoelen als insecten, zoogdieren en vogels. Wie goed in de bomen speurt, zal in het Bellebargiebos regelmatig een eekhoorn of goudhaantje tegenkomen en 's nachts is de bosuil er actief.
Salomonszegel De salomonszegel heeft grote bladeren en minder opvallende witte bloemen die als klokjes onderaan de stengel hangen. Deze plant houdt van sappige bossen en staat meestal niet in volle zon. Uit de bloemen komen bessen. De plant zou geneeskrachtige eigenschappen hebben en ondermeer helpen tegen puisten en zweren. Opgelet: alle plantendelen, vooral de bessen, zijn giftig bij verkeerd gebruik. Niet aan te raden dus om op eigen houtje uit te testen! (foto: Filip Van den Bossche)
Bosleerpad Bellebargiebos In 2007 werkten Natuurpunt Waarschoot, de lagere school 'De Lieve', de gemeentelijke milieuraad van Waarschoot en het Agentschap voor Natuur en Bos een bosleerpad in het gebied uit. De kaart en infofiches van het bosleerpad kan je downloaden van www.natuurpunt.be/waarschoot.
22
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
BEVENDE HAZELAAR De moord De boom van de kapel Onze Lieve Vrouw van de Bevende Hazelaar is eigenlijk een linde. De legende zegt dat de boom in 1494 geplant werd door de bewoners van de wijk Oostmoer. In 1491 zou hier per abuis een moord zijn gepleegd, volgens de ene op Filips van Cleef, volgens anderen iemand die als vijand aanzien werd. De vergissing werd te laat ingezien en de man werd in het geheim begraven waar nu de kapel staat. Ter herinnering aan de gruwelmoord beefden van toen af de blaadjes van de boom… De plek werd een bedevaartsoord. Vroeger hing ook een busje aan de boom, waarin kooplieden die passeerden een penning offerden een daarmee hoopten op een winstgevende dag. Hazelaar of linde? Op het einde van de 20ste eeuw verloor de boom een groot deel van zijn pluimen, om na wat oplapmiddelen uiteindelijk in 2005 de geest te geven. Datzelfde jaar werd de dode boom vervangen door een nieuwe linde. Buurtbewoners mochten een stukje meenemen van ‘hun’ oude Bevende Hazelaar. De intussen ter ziele gegane boom (foto: Daniel Acke)
LEMBEEKSE BOSSEN De Lembeekse Bossen liggen op de oost-west-gerichte stuifzandrug van Jabbeke-MaldegemStekene (zie inleiding bij route deel 2). Deze gronden waren niet echt geschikt als landbouwgrond. Daarom kwam in het gebied aanvankelijk een zogenaamde wastine voor: een mozaïek van graslanden, droge en natte heide, moeras, bos en struweel. De hele dorpsgemeenschap gebruikte deze gronden. Later werd het gebied beplant met naaldbomen, die ondermeer werden gebruikt als stutten in de mijnbouw. Om de biodiversiteit te verhogen en het gebied dus interessanter te maken voor planten en dieren, loopt momenteel een omvorming naar inheems loofbos. De Lembeekse Bossen zijn eigendom van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening en privé-personen en worden beheerd in samenwerking met privé-boseigenaars en het Agentschap voor Natuur en Bos.
(foto: Hugo Vermeren)
Het Droog Vaardeken Door de Lembeekse Bossen vloeit een waterloop die onderdeel is van het Kaprijks Vaardeken. Deze waterloop werd in de middeleeuwen gebruikt voor het vervoeren van ondermeer zout, wol, hout en stenen. De wegen waren toen nog moeilijk berijdbaar, dus waterwegen waren des te belangrijk voor handel en nijverheid. Het kanaal begon in Kaprijke, waar een aanlegsteiger werd geplaatst. Het Vaardeken liep vervolgens langs de Vaartstraat tot het dorp van Lembeke en zo naar de Heihoek onder de Ledestraat. Het mondde uit in de Burggravenstroom. 23
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
De goede ligging van Kaprijke en Lembeke was interessant voor het Vaardeken. Het raakte echter in verval tijdens de Tachtigjarige Oorlog, werd in 1620 terug uitgebaggerd maar is 100 jaar later terug compleet verzand. In de Lembeekse Bossen is het Vaardeken op zijn oorspronkelijke breedte bewaard gebleven, hoewel het de laatste jaren fel is toegeslibd. Het Scheutbos: bos of woonpark? Het Scheutbos is de westelijke uitloper van de Lembeekse Bossen. Dit bos raakt steeds meer versnipperd door de verkavelingen voor villawijken. Het bos is immers zonevreemd en ligt in woonparkgebied. Nochtans is het bos vanuit wetenschappelijk oogpunt ‘biologisch waardevol’ en op sommige plaatsen zelfs ‘biologisch zeer waardevol’. De natuur- en milieuverenigingen verzetten zich tegen een verdere versnippering van het gebied, dat een belangrijke ecologische verbinding betekent voor planten en dieren. Het is in een streekvisie over het Meetjesland trouwens aangeduid als bosuitbreidingsgebied. Meer info: www.NPMeetjesland.be/beleidsdossiers/ scheutbos
(foto: Gaea Rysselaere)
Wandellussen ‘Lembeekse Bossenroute’ • Wandellus omgeving Lembeekse Bossen (7 km), start aan Heihoek Lembeke; aansluiten kan ook aan knooppunt 78 • Wandellus omgeving Bellebargiebos (8 km), start aan rond punt Bellebargie Waarschoot (knooppunt 5); aansluiten kan ook aan knooppunt 11 • Wandellus omgeving Bardelaeremuseum (9 km), start kerk Lembeke (knooppunt 77) Meer info op www.toerismemeetjesland.be
24
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
Weg van de paden, het speelbos in Ravotten kan niet overal in het bos. Om dieren en planten ook wat ademruimte te gunnen, wordt gevraagd om op de bestaande paden te blijven. Sinds 2006 is wel een speelbos in de Lembeekse Bossen voorzien. In het speelbos worden geen speeltuigen geplaatst maar kunnen kinderen wel ravotten, kampen bouwen met natuurlijk materiaal, verstoppertje spelen,… Het speelbos ligt op het kruispunt van de Tragelstraat en de Antwerpse Heirweg (tegenover het ‘Kaartershuisje’) en heeft een oppervlakte van 4 ha. Het speelbos ligt vlakbij de parking van de Lembeekse Bossen. (foto: Hugo Vermeren)
Meer info: www.steunpuntjeugd.be/uploads/documents/Kaprijke__speelzone.pdf
De ‘bunkers’ van de Hollandlinie Kazematten Doorheen het Meetjesland lag een Duitse verdedigingslinie die pas in 1917 van de Eerste Wereldoorlog werd ingeplant. Deze kazematten (een ‘bomvrij onderkomen’) zijn een staaltje van vernuftige Duitse architectuur, maar het bouwen zelf - met of tegen de zin - gebeurde door mensen uit onze streek. De Hollandlinie was oorspronkelijk 75 kilometer lang en liep vanaf Knokke richting Eeklo, Lembeke, Oosteeklo en Ertvelde tot aan Antwerpen. Een ‘voorlijn’ van de linie lag in SintLaureins. De kazematten stonden perfect op 300 meter van elkaar, dus je kan je voorstellen dat er heel wat zijn gebouwd… Men camoufleerde ze trouwens door ze te bedekken met aarde. Sommige werden zelfs beschilderd en kregen een dakbedekking om er uit te zien als een huis, stal of herberg. Sssst, vleermuis slaapt Hier en daar vinden we nog restanten van de kazematten, bijvoorbeeld in de Lembeekse Bossen. Ze worden vaak gebruikt door vleermuizen. Sommige bunkers zijn ingericht als overwinteringsplaats voor vleermuizen. De schietgaten of een spleet boven de deur dienen als invliegopening. Vleermuizen houden een winterslaap en hebben een koele, stabiele en rustige omgeving nodig om een geslaagd dutje te doen tot de lente aanbreekt. Verstoring kan dodelijk zijn voor vleermuizen in winterslaap. Hun temperatuur zakt tijdens de winterslaap tot enkele graden boven het vriespunt en hun hart slaat slechts enkele keren per minuut!
Baardvleermuis (foto: Marc Schoonackers)
25
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
BARDELAEREMUSEUM Ontdek het verhaal van de vroegere Meetjeslanders. Het museum telt meer dan 15.000 museumstukken die gaan over 105 oude beroepen. Naast 3 museumzalen kan je een minischeepswerf, weerstation, oorlogsbunker en sprookjesbos bekijken. Voor kinderen is een apart traject uitgestippeld. In de oude boerenwoning tenslotte is een volkscafeetje met terras ingericht. Ontdek de sfeer van vroeger aan de rand van de Lembeekse Bossen! Open iedere zondag (14-18u) vanaf de eerste zondag van maart tot de laatste zondag van oktober. Groepen: elke weekdag te bezoeken op afspraak. Meer info: www.erfgoedcelmeetjesland.be > Wie is wie > Musea en bezoekerscentra
OOSTEEKLOSE BOSSEN Door het bos loopt de Antwerpse Heirweg (van knooppunt 20 naar 26) die, zoals zijn naam doet vermoeden, al heel lang bestaat. De staat van de weg doet ook inzien dat het vroeger niet altijd een lachertje was om onderweg te zijn... Hier werden trouwens paleolithische silexstenen gevonden. In de Oosteeklose Bossen is een zone van 3 ha voorzien als speelbos. Het werd officieel geopend in oktober 2010 als ‘Speelbos De Slingerij’.
26
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
BRONNEN www.maldegem.be, www.natuurpunt.be/maldegemknesselare, www.NPMeetjesland.be, www.toatsemeuln.be, www.natuurpunt.be, http://nl.wikipedia.org, www.hetleen.be, www.erfgoedcelmeetjesland.be, www.waarschoot.be, www.volksverhalenbank.be, www.drongengoedhoeve.be ANONIEM. s.a. Drongengoedhoeve, landschapsinfocentrum Meetjesland (infofolder). Gemeentebestuur Knesselare ANONIEM. 2009. Infogids Meetjesland. Eeklo, Toerisme Meetjesland CLEPPE J., DE KESEL T., DE LUST R. et al. 1995. Het Meetjesland natuurlijk. Eeklo, Natuur en Landschap Meetjesland CLEPPE J., DE KESEL T., DE LUST R. et al. 1998. Streekgids Meetjesland. Eeklo, Natuur en Landschap Meetjesland en de Eecloonaar DE CLEENE M. 2006. Gids Risicoplanten. Alle giftige tuin-, kamer- en wilde planten in België en Nederland. Gent, Academia Press DE WAELE K., HAUSTRAETE P., COPPENS X. 2005. Flora van de Vlaamse Ardennen. Regionale Plantenatlas Schelde-Leie 1972-2002. Regionaal Landschap Vlaamse Ardennen, Natuurpunt, Instituut voor Natuurbehoud DIELEMAN G. (niet gepubliceerde nota’s). Geschiedenis van de Lembeekse bossen HEMMINGA M.H. 2004. Deltalandschap: natuur en landschap van Zuidwest-Nederland in historisch perspectief. Heinkenszand, Het Zeeuwse Landschap MARTENS C. 2010. Het landschap in het Meetjesland: De veldgebieden. In: Natuur en landschap Meetjesland, jaargang 16 nr.1. Eeklo, Natuurpunt en Partners Meetjesland MARTENS C. 2011. Het landschap in het Meetjesland: Het zandige Meetjesland en het plateau van Tielt. In: Natuur en landschap Meetjesland, jaargang 17 nr.1. Eeklo, Natuurpunt en Partners Meetjesland MARTENS K. 2009. Bosuitbreiding in het Meetjesland: gepland of geplant? In: Natuur en landschap Meetjesland, jaargang 15 nr.3. Eeklo, Natuurpunt en Partners Meetjesland VAN DER MEIJDEN R. 2005. Heukels’ Flora van Nederland. Groningen, Wolters-Noordhoff VAN LANDUYT W. et al. 2006. Atlas van de Flora van Vlaanderen en het Brussels Gewest. Brussel, Instituut voor natuur- en bosonderzoek, Nationale Plantentuin van België en Flo.wer. VEREECKE L. 1971. In: Ons Meetjesland VERSTRAETE A. 2000-2001. De Hollandlinie van Balgerhoeke tot Lembeke. In: de Eeklose Dobbelgebakkene, 9de jaargang nr.4; 10de jaargang nr.1
27
Infobrochure bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’
COLOFON Dit is een uitgave van Natuurpunt en Partners Meetjesland i.s.m. de Natuurpunt-afdelingen Aalter, Eeklo-Kaprijke-Evergem en Maldegem-Knesselare, mei 2011
Met de steun van de provincie OostVlaanderen Redactie en concept: Christine De Bie, Kurt De Kesel, Steven Degraer, Koen Martens, Gaea Rysselaere, Guido Steenkiste, Etienne Vanaelst Eindredactie en lay-out: Gaea Rysselaere Met dank aan iedereen die hielp bij het verwezenlijken van deze brochure en de bijhorende fiets- en wandelkaart
Niets uit deze uitgave mag vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, kopie of welke wijze dan ook, zonder voorafgaande en schriftelijke toestemming van Natuurpunt en Partners Meetjesland vzw en mits bronvermelding. Deze brochure dient als achtergrond bij de kaart ‘Fiets en wandel in de Meetjeslandse bossen’. Deze kaart kost 2 euro en is te koop bij Natuurpunt en Partners Meetjesland, de Meetjeslandse Natuurpunt-afdelingen en Toerisme Meetjesland.
Op stap met een gids Wil je fietsen of wandelen samen met een natuurgids? Reserveren kan bij Natuurpunt en Partners Meetjesland, 09 377 93 00,
[email protected], www.NPMeetjesland.be/natuurgids. Steun onze natuurgebieden Steun de natuurgebieden van Natuurpunt met een gift. Je ontvangt een fiscaal attest voor giften vanaf 40 euro, waarmee je tot 40% van het bedrag kan terugkrijgen via je belastingen. Overschrijven kan op rekening BE56 2930 2120 7588 met vermelding van het natuur-gebied dat je wil steunen (bijvoorbeeld 'projectnr. 6639 Torrebos', 'projectnr. 6627 Maldegemveld' of ‘projectnr. 6684 Keigatbos’). Op www.NPMeetjesland.be/natuurgebieden vind je een overzicht van alle Meetjeslandse natuurgebieden die je kan steunen. Word lid van Natuurpunt Je ontvangt naast een welkomstpakket ook een heleboel tijdschriften. Schrijf 24 euro over op rekening BE17 2300 0442 3321 van Natuurpunt, Coxiestraat 11, 2800 Mechelen, met vermelding ‘Nieuw lid actie Meetjesland’. Meer info: www.natuurpunt.be Contacteer ons Natuurpunt en Partners Meetjesland, stationsgebouw, K. Astridplein 1, 9900 Eeklo, 09 377 93 00,
[email protected], www.NPMeetjesland.be
28