In de voetsporen van Wilhelmina Speuren door de tijd over het kerkenpad Voor groep 7 en 8
Leerkrachtenhandleiding
In de voetsporen van Wilhelmina Speuren door de tijd over het kerkenpad Opdrachtgever: Tekst: Illustraties: Oude ansichten: Foto’s: Redactie: Met dank aan: Uitgave:
Gemeente Putten en Stichting Landschapsbeheer Gelderland De Hortus Ruth Frederiks Historisch beeldarchief Putten en Gelderland bibliotheek De Hortus De Hortus Puttens Historisch Genootschap December 2011
Uitvoering door: De Hortus, Centrum voor Natuur en Milieu Academiestraat 7 3841 ES Harderwijk 0341-427406
[email protected] www.hortusharderwijk.nl Het lesmateriaal mag gekopieerd worden voor educatieve doeleinden. De illustraties en oude ansichten mogen niet worden gereproduceerd, op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteurs.
2
In de voetsporen van Wilhelmina Speuren door de tijd over het kerkenpad Aanleiding voor het project Gemeente Putten en Landschapsbeheer Gelderland herstellen een aantal kerkenpaden. Daar waar mogelijk worden verdwenen tracés in het landelijk gebied weer teruggebracht als onverharde wandelpaden. Inmiddels zijn er twee wandelroutes uitgezet die deels over de oude kerkenpaden lopen. Om meer bekendheid te geven aan de jeugd in Putten is De Hortus gevraagd een lesproject te maken voor de Puttense basisscholen. Wilhelmina De rode draad in dit lesproject is het verhaal van Wilhelmina. Zij is de hoofdpersoon in het verhaal en de binnen- en buitenopdrachten. Zij woont vlakbij kasteel Vanenburg, ten noordwesten van Putten. Het verhaal speelt zich af tussen de boerderij van Wilhelmina en het weeshuis in het dorp. Tijdens het verhaal loopt zij (over het kerkenpad) van de boerderij naar het weeshuis. Onderweg komt zij allerlei personen, dieren en andere dingen tegen. De excursie voor de basisscholen is uitgezet in het gebied rondom kasteel Vanenburg en gaat gedeeltelijk over een oud tracé van een kerkenpad. Doelgroep Alle groepen 7 en 8 van de basisscholen in gemeente Putten. Doel Leerdoelen voor dit project zijn: • De leerlingen leren hun eigen leefomgeving kennen en waarderen op (cultuur)historische elementen en gebeurtenissen. • De leerlingen leren hun eigen leefomgeving kennen en waarderen op natuurwaarde. De activiteiten sluiten aan bij de kerndoelen voor het basisonderwijs (2006): 50 De leerlingen leren omgaan met kaart en atlas. 51 De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen en vormen zich een beeld van heden en verleden. 53 De leerlingen leren over de belangrijke historische personen en gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis.
3
Opzet Les 1: Les 2: Les 3:
Introductie van het project Klassikale les op school De excursie In groepjes door het gebied rondom Kasteel Vanenburg Afronding en evaluatie Klassikaal, op school
Materialen in het lespakket • Handleiding en fotoverhaal • 5 fotoroutekaarten U • • •
ontvangt voor iedere leerling: Historische kaart Huidige kaart Excursieboekje
U zorgt zelf voor de digitale bestanden. Deze hebt u in de bevestigingsmail ontvangen en kunt u eventueel ook downloaden.* • Powerpointpresentatie van het verhaal van Wilhelmina. • De digitale kaarten (historische en huidige kaart). *Downloaden kunt op de site van De Hortus: http://www.hortusharderwijk.nl/onderwijs/aanbod-en-reserveren/ Bij lessen en excursies vindt u het lesproject “In de voetsporen van Wilhelmina”. Klik hierop. Klik vervolgens op de bijlage en download de presentatie en de kaarten. Voorbereiding • Download de bestanden. • Werken de bestanden op uw computer? • Lees het verhaal van Wilhelmina. • Lees de opdrachten in de handleiding door. • Bekijk de kaarten. • Plan de excursie en geef dit door aan De Hortus zodat zij betrokkenen hierover kunnen informeren. • Regel ouders voor de excursie. Veel plezier met het lesproject gewenst!
4
Les 1 Introductie van het project Het verhaal van Wilhelmina Vertel de leerlingen dat ze terug gaan in de tijd, naar het jaar 1900. Laat de powerpointpresentatie van Wilhelmina zien en vertel het verhaal erbij. Het verhaal vindt u in bijlage 1.
Nodig bij deze les: • Powerpointpresentatie • Fotoverhaal • Historische kaart • Huidige kaart
Na het verhaal stelt u de volgende vragen aan de leerlingen: Het verhaal speelt zich af in 1900. • Hoe lang is dat geleden? De tijd van je opa en oma? Of van hun opa en oma of nog langer geleden? • Waar speelt het zich af? Kennen ze het gebied? • Waar gaat het verhaal over? • Wie kwam Wilhelmina onderweg tegen? • Wie zou die vreemdeling geweest kunnen zijn? • Wat zag Wilhelmina onderweg? Je hebt op de oude ansichten gezien hoe het er toen uitzag. • Wat was er in die tijd allemaal? • Zie je dat nu ook nog?
5
Opdracht 1 Veranderingen in de tijd Maak een tabel op het (digi)bord en vul deze samen met de leerlingen in. Laat ze eerst zelf de onderwerpen verzinnen en vul dan aan.
kasteel boerderij
in 1900 ja ja
in 2011 ja ja
waterval station trein
ja ja ja
nee ja ja
hondenkarren
ja
nee
belvedère fiets auto snelweg kerk kerkenpad weeshuis
ja ja ja nee ja ja ja
nee ja ja ja ja ja/nee nee
Wat is er veranderd? Het kasteel is wel verbouwd. De hooibergen zijn verdwenen. Er zijn stallen bijgebouwd. Er staan alleen nog restanten. Het huidige stationsgebouw is in 1929 gebouwd. De stoomtrein is vervangen door een elektrische trein. In 1900 was de trein alleen voor de rijkere mensen. Na de hondenkarren kwamen paard en wagen en de auto. De belvedère is afgebroken. Fietsen zijn gemoderniseerd. In 1900 waren er enkele auto’s, alleen voor de rijken. De snelweg is begin jaren ’60 aangelegd. Er zijn in de tijd kerken bijgebouwd De paden zijn grotendeels verdwenen*. In 1955 is het weeshuis afgebroken. Nu staat op die plek verzorgingshuis Elim.
* Toelichting op de geschiedenis van het kerkenpad in Putten: Kerkenpaden zijn ontstaan vanaf het moment dat er een vaste kerk in Putten werd gebouwd en de parochianen met regelmaat naar de kerk gingen. In de 10e eeuw (het jaar 900) is er een eerste kerk gebouwd van stammen en takken. Later werd het gebouw van hout en klei. Pas in de middeleeuwen wordt het kerkbezoek frequenter. Vanuit de buurtschappen liepen paden en wegen richting Putten. Deze paden (de kerkenpaden) werden ook gebruikt voor het vee, de oogst en om naar het dorp te lopen. Nu zijn kerkenpaden haast niet meer zichtbaar. Na diverse ontginningen en de komst van de auto zijn de paden steeds meer verdwenen. Gemeente Putten is bezig met het herstellen van enkele paden. Meer informatie over de kerkenpaden staat in de achtergrondinformatie.
6
Opdracht 2 De historische kaart Materiaal: • voor iedere leerling een kaart • digitale kaart voor op het digitale schoolbord In het verhaal hebben de leerlingen gehoord dat Wilhelmina liep van de boerderij vlakbij kasteel Vanenburg naar het weeshuis in het centrum van Putten. Onderweg kwam ze langs allerlei punten.
Deel de historische kaarten uit.
heideveld met waterval
spoor
De leerlingen bekijken de kaart en zoeken naar punten die ze herkennen op de kaart en zetten er een tekentje bij: • Kasteel. • Boerderij in de omgeving van het kasteel. • Spoor en station. • Kerk, de kerk is te herkennen aan het rondje en ‘PK’ erbij. • Molen. De molen is te herkennen aan de letters ‘Km’ op de kaart. Het weeshuis is niet te herkennen op de kaart. Wellicht weten ze waar verzorgingshuis Elim staat.
7
Bespreek de kaart met de leerlingen. Stel de volgende vragen. • Welke punten hebben de leerlingen ook gevonden? • Welke route zou Wilhelmina gelopen kunnen hebben? • Teken deze route in op de kaart. Projecteer de historische kaart met de symbolen op het (digi)bord. Extra opdracht: De barones kon vanaf de eerste verdieping van het kasteel de kerktoren zien. Trek een lijn van het kasteel naar de kerk. Deze lijn noemen ze ook wel een zichtlijn.
8
Opdracht 3 De huidige kaart Materiaal: • voor iedere leerling een kaart • digitale kaart voor op het digitale schoolbord
Deel de huidige kaarten uit.
Zoek dezelfde punten op de kaart op. Zet dezelfde symbolen erbij. Is de route die Wilhelmina liep nog terug te vinden? Zoek verschillen tussen de historische en de huidige kaart. Je kan letten op: • Wegenpatroon • Bebouwing • Bos / landbouwgrond / heide • Spoorlijn • Landgoed Vanenburg • De zichtlijn van het kasteel naar de kerk. Wat ziet de barones vanuit het kasteel? Tip: De kaarten kunnen op elkaar gelegd worden. Projecteer de huidige kaart met de symbolen op het (digi)bord. Hebben de leerlingen dezelfde punten gevonden? Welke bevindingen hebben de leerlingen nog meer gedaan? In welke tijd zouden de leerlingen het liefst willen leven en waarom? 9
Voorbereiding op de excursie Binnenkort gaat de klas op excursie. De leerlingen gaan een route lopen, een klein stuk van het pad waar Wilhelmina liep. Ze volgen grotendeels de route van het Norderpad, een klompenpad dat in 2011 als wandelpad is ingericht. De route loopt in de buurt waar Wilhelmina woonde. Onderweg krijgen de leerlingen vragen die een link hebben met het verhaal van Wilhelmina. Op weg naar de startplek komen de leerlingen waarschijnlijk langs de restanten van de waterval uit het verhaal. Hier kwam Wilhelmina de schaapherder met zijn kudde tegen. Zie * op de kaart. Vlakbij de route ligt museumboerderij de Mariahoeve. Hier kunt u zien hoe het leven er ca. 100 jaar geleden uitzag. U kunt hier met uw klas een kijkje nemen. Neem hiervoor wel contact op met de museumboerderij. Contactgegevens: Mariahoeve / Kiefveldersteeg 11 Putten / 06 302 340 32 Tip: Het is verstandig de leerlingen laarzen aan te laten trekken. Sommige stukken op het terrein kunnen erg drassig zijn. Neem voor iedere leerling een potlood mee.
10
Les 2 De excursie Startpunt: De parkeerplaats aan de Engersteeg (bij P op onderstaande kaart). Hier kunnen de fietsen (of evt. auto’s) geparkeerd worden. • Verdeel de klas in maximaal 5 groepjes. • Geef elke leerling een opdrachtenboekje en een potlood mee. • Geef per groepje de fotoroutekaart mee. • Laat de groepjes starten op verschillende punten (punt 1-5).
Nodig bij deze les: • Excursieboekjes • Fotoroutekaarten • Potlood
Wandelroute en opdrachtpunten
P
Punt 1 De boerderij van Wilhelmina Punt 2 De pluktuin Punt 3 Ik zie en ik hoor.. Punt 4 Houtgebruik
Punt 5 Komt dit dier hier voor? Punt 6 Het kerkenpad Punt 7 Koeien en schapen Punt 8 De bosflat 11
Antwoorden van de opdrachten Punt 1 De boerderij van Wilhelmina • De boerderij heet Voorzorg en is zo genoemd omdat de boer zorgde voor de producten voor het weeshuis. De naam staat op de voorgevel van de boerderij. • De boerderij is in 1874 gebouwd. Dit staat onder de luifel aan de achterzijde. • De boerderij zorgt voor melk en eieren. Punt 2 De pluktuin • De antwoorden hangen af van het seizoen. Punt 3 Ik zie en ik hoor.. • Herkenningspunten van Wilhelmina: kasteel, koeien, schapen, waterval, station, belvedère, kerk, molen • Herkenningspunten die de leerlingen zien: kunstwerk, elektriciteitsmast, boerenschuur, fabriek, trein, kasteel. • Geluiden die de leerlingen kunnen horen: auto, motor, brommer, trein, vogels, andere leerlingen, mobiele telefoon. • Wilhelmina zal niet gehoord hebben: auto, motor, brommer, trein, andere leerlingen, mobiele telefoon. • Herkennen kasteel: Eigen antwoorden • Nu zie je vanuit het kasteel een (varkens)schuur. Deze is op de zichtlijn gebouwd. Punt 4 Houtgebruik Houtgebruik door: • De boer: boerderij, schuur, afrastering dieren • De bakker: voor het stoken van de oven • De schaapherder: voor zijn staf • Het hout op de grond is voor allerlei bodemdieren die het hout opruimen. Punt 5 Komt dit dier hier voor? Als de leerlingen de gegevens interpreteren, zullen ze waarschijnlijk tot de conclusie komen dat de vos, ree, ijsvogel, vleermuis, kerkuil en eekhoorn hier voor zullen komen. Wild zwijn, ringslang en ijsvogel lijken minder waarschijnlijk. Toch zijn alle dieren hier wel eens gezien! De ijsvogel komt voor bij het water, tussen punt 1 en punt 8. Punt 6 Het kerkenpad Het kerkenpad werd ook wel gebruikt voor: • Het binnenhalen van het vee • Het binnenhalen van de oogst • Als kortste route naar het dorp • Als verbinding tussen buren 12
Punt 7 Koeien en schapen Lakenvelders en Kerry Hill
Punt 8 De bosflat Boomlaag Struiklaag Kruidlaag Strooisellaag 1 vos 2 wildzwijn 3 ree 4 ringslang 5 ijsvogel 6 vleermuis 7 kerkuil 8 eekhoorn
struiklaag struiklaag struiklaag kruidlaag en strooisellaag n.v.t. de ijsvogel komt voor aan het water boomlaag boomlaag alle lagen
Les 3 Afronding en evaluatie Bespreek de antwoorden van de excursie met de leerlingen. Als afronding en evaluatie kunt u de volgende vragen stellen: • Wat vonden de kinderen van het project? • Wat hebben ze ervan geleerd?
Nodig bij deze les: • Excursieboekjes
De route die de leerlingen gelopen hebben, liep grotendeels over het klompenpad en daarvan was een klein stuk kerkenpad. • Wat vinden ze van de route? • Vinden ze het belangrijk dat kerkenpaden of klompenpaden behouden blijven? • Waarom wel of waarom niet? 13
Achtergrondinformatie Kerkenpaden in de gemeente Putten Wie een blik werpt op de plattegrond van het dorp Putten ziet een patroon van wegen die als de spaken in een wiel samenkomen in het centrum van het dorp vlak bij de Hervormde Kerk. Wanneer deze lijnen vanuit het centrum naar buiten worden gevolgd, komen ze uit in buurtschappen als Nulde, Hell, Huinen en Gerven. Een enkele straatnaam, zoals het Huinerkerkpad, verraadt de oorspronkelijke functie van deze paden. De eerste paden richting de kerk Wanneer de eerste paden ontstonden die specifiek met de kerkgang te maken hebben, is onduidelijk. Tot ver in de Middeleeuwen zal het kerkbezoek onder de gewone parochianen nog niet zeer frequent zijn geweest. De kerkgang was in eerste instantie nog sterk gerelateerd aan de feestdagen. Pas daarna werd het kerkbezoek frequenter. De bewoners gingen veelal te voet naar de kerk. Aanleg van speciale kerkenpaden Het gebruik van het bestaande padenpatroon voor de kerkgang bracht veel ongemakken met zich mee. De paden volgden voor een groot deel de natuurlijke ondergrond, waardoor veel parochianen moesten omlopen om de kerk te bereiken. Doordat de paden ook gebruikt werden door karren en vee, zullen ze bij nat weer snel in modderpoelen zijn veranderd. Blijkbaar leidde dit tot zoveel ongemakken dat de kerk beval een aantal paden aan te leggen, waarmee de buurtschappen rechtstreeks met de Oude Kerk werden verbonden. Deze paden liepen via een min of meer rechte lijn door het landschap, over heidevelden, langs akkers en door weilanden. Net als bij de overige wegen was de grondeigenaar belast met het onderhoud van de paden. Spontaan ontstane paden Naast deze speciaal aangelegde paden en de paden die reeds aanwezig waren, zullen er ook voetpaden zijn ontstaan door kerkgangers die simpelweg de kortste route zochten. Wanneer het erf niet aan één van de doorgaande routes richting Putten liep, of men moest er veel voor omlopen, dan ontstond er een nieuw voetpad tussen het erf en de weg. Ook waar de hoofdweg van de kortste route afweek, bijvoorbeeld om een nat grasland te ontwijken, ontstonden voetpaden over de weilanden of door bosjes. De meeste van deze wegen zullen voor uiteenlopende doeleinden zijn gebruikt. Boeren brachten hun oogsten erover binnen of dreven hun vee naar de weide. Ambachtslieden en familieleden in het dorp werden bezocht. Via de voetpaden liepen de kinderen naar school of kwam de buurvrouw langs. Zo zal een groot deel van de paden en wegen mede zijn gebruikt om op zondag naar de kerk te gaan. Slechts enkele wegen hadden één enkele nadrukkelijke functie. Dit zijn bijvoorbeeld de schaapsdriften en koeienpaden. 14
Het verdwijnen van de kerkenpaden Met name in de 20e eeuw zijn veel voet- en kerkenpaden in de gemeente Putten verdwenen. Ook in de eeuwen hiervoor zullen veel paden zijn verplaatst of verdwenen. Een belangrijke rol heeft de ontginning van de woeste gronden gespeeld. Deze gronden waren door hun te natte of te droge ligging of hun weinig vruchtbare grond moeilijk te bewerken. Voor het gebruik van voetpad kunnen deze gronden wel geschikt zijn geweest. In de loop van de 19e eeuw werd door de verbetering van de waterhuishouding en de introductie van de kunstmest in de 20e eeuw, steeds meer van deze woeste gronden ontgonnen. Bij de ontginning van de gronden werden vaak nieuwe rechte paden aangelegd, die de oude paden overbodig maakten. Ook de aanleg van nieuwe doorgaande wegen zal oudere paden overbodig hebben gemaakt. Door de aanleg van de straatweg tussen Nijkerk en Putten in de eerste helft van de 19e eeuw, werd het oude tracé dat enkele tientallen meters noordelijker lag, overbodig en verdween na verloop van tijd. Bij de aanleg van de spoorweg tussen Amersfoort en Zwolle rond 1860, werd in eerste instantie geen rekening gehouden met het Volenbekervoetpad dat ter hoogte van Putten het tracé kruiste. Het kerkenpad zou door het aan te leggen wallichaam en naastgelegen sloten onbruikbaar worden. Na een verzoek om het pad toegankelijk te houden, werd een eenvoudige overgang gemaakt. De eerste concurrent was de fiets, die er vanaf het begin van de 20e eeuw voor zorgde dat het centrum van Putten veel sneller te bereiken was vanuit de ver weg gelegen buurtschappen. Na de Tweede Wereldoorlog kwam hier de auto bij. Waar kerkenpaden door ontginningsactiviteiten nog niet waren verdwenen, werden ze verbreed en bestraat of geasfalteerd. Met name in de tweede helft van de 20e eeuw hebben hierdoor veel kerkenpaden een ander karakter gekregen.
Bron: bureauonderzoek naar de geschiedenis van kerkenpaden in de gemeente Putten RAAP 2010
15
Bijlage 1
Fotoverhaal van Wilhelmina Vertel het onderstaande verhaal bij de dia’s.
Voorjaar 1900. Het is zaterdagmiddag 14.00 uur. “Wilhelmina, wil jie veur mien de eieren naor ut weeshuus brengen?” “Dat is goed, ma”. Wilhelmina doet haar schort af, trekt haar jakje aan en pakt haar mand. Ze vindt het leuk om over het zandpad naar het dorp te lopen. Ze komt vaak mensen uit het dorp tegen die een praatje willen maken.
De boerderij waar Wilhelmina woont, staat vlakbij kasteel Vanenburg. Op het kasteel wonen baron en barones van Pallandt. Zij hebben geen kinderen. Dat vinden ze heel jammer en daarom hebben ze een weeshuis gesticht in het dorp. De boter, melk, kaas en eieren die ze bij Wilhelmina op de boerderij maken, worden naar het weeshuis gebracht. De boerderij hoort namelijk bij het kasteel en de vader van Wilhelmina werkt voor de baron. Wilhelmina hoort de klok van het kasteel twee keer slaan. Ze moet nu gauw gaan, anders is ze niet voor het donker terug.
De familie van Wilhelmina Dokter bestaat uit broer Jan, vader Jacob en moeder Maartje. Deze foto is gemaakt voor de deur van het weeshuis. Rechts zie je baron en barones van Pallandt.
16
Wilhelmina gaat op weg. Ze ziet de koeien in de wei van het landgoed staan. En hoort het geloei al van een afstand. Wat een grappige dieren zijn dat toch! Het is net of ze een laken over hun rug hebben liggen. Weet jij hoe deze koeien heten?
Wilhelmina loopt over het zandpad. Dit is de kortste naar het dorp. Weet je dat dit pad er al héél lang ligt? Ze noemen dit pad ook wel het Kerkenpad. Het gaat van de boerderijen naar de kerk. Op zondag lopen hier alle inwoners uit deze omgeving over dit pad. Hoe dichter bij het dorp, hoe meer mensen er aansluiten. Rondom Putten liggen meer van dit soort paden. Allemaal lopen ze naar de kerk. Hé, daar komt haar broer Jan aangerend! “Ssst, Wil, je hebt me niet gezien hoor!” roept hij. “Ik kom net van Hendrikje af. Ga je naar het weeshuis? Hier, doe deze maar in de mandje.” Hij legt vier appels bij Wilhelmina in de mand, legt er een doek overheen en rent verder over het zandpad. Wilhelmina kijkt hem verbaasd na. “Die Jan en Hendrikje,” denkt ze en vervolgt haar weg. “Bèèh..” hoort Wilhelmina opeens heel dichtbij. “Hé, daar is de schaapskudde.” Die graast op de heide bij de waterval. “Dag Gerrit”, zegt Wilhelmina. ”Dag Wilhelmina”, zegt Gerrit de schaapherder. “Het is al echt lente, hè?” “Ja, Wilhelmina. Het is heerlijk weer. De schapen grazen lekker van de jonge plantjes. Ben je op weg naar het weeshuis?” vraagt Gerrit. “Ja, moeder heeft gevraagd of ik eieren wil brengen. Maar ik moet nu verder, want ik zou vader straks ook nog helpen bij het melken”, zegt Wilhelmina. “Dag Wilhelmina,” zegt Gerrit. “Doe je de groeten thuis?” “Ja, Gerrit, dat zal ik doen!” “Tuut, tuut, tjoeke, tjoeke,” klinkt het in de verte. De stoomtrein komt eraan! Wilhelmina versnelt haar pas.
17
Ze loopt nu vlak bij het spoor. In de verte kan ze het station zien liggen. Daar komt de stoomtrein aan. Tjoeke, tjoeke, tuuuuut! Ze schrikt. Dat was een schel geluid! De stroomtrein komt voorbij. Wilhelmina steekt haar hand op en zwaait naar de trein. “Wat zou het leuk zijn om een keer met de trein mee te mogen!” Dromerig loopt Wilhelmina verder.
“Hela, kijk je wel uit! Liep je te dromen, jongedame?” Een man met een hondenkar komt Wilhelmina tegemoet. “Oh, sorry bakker. Ik liep inderdaad te dromen. Ik bedacht me hoe het zou zijn om met de trein mee te mogen gaan.” “Dat zou mooi zijn, hè meid!” zegt de bakker. “Ben je op weg naar het weeshuis? “ “Ja, ik ga voor moeder eieren wegbrengen,” antwoordt Wilhelmina. “Wil je soms ook een broodje mee? Ik heb zondagse broodjes voor de barones in mijn kar. En ik heb er genoeg. Hier heb je er een paar.” De bakker geeft een paar broodjes aan Wilhelmina mee. “Dank u wel, bakker! Dat zullen ze lekker vinden,” zegt Wilhelmina blij en ze stopt ze in haar mand. Wilhelmina vervolgt haar weg. Ze is nu ongeveer halverwege. Plots scheert er een grote vogel voor haar langs en gaat hoog in de boom zitten. Wilhelmina kijkt omhoog. Ze ziet de grote vogel zitten, met een opvallende kop. Het is een kerkuil! Dat is vreemd. Deze zie je haast niet overdag. Kerkuilen hebben hun nest vaak boven in de schuren van de boerderijen hier in de buurt. Waarom zou de kerkuil, kerkuil heten? Opnieuw schrikt ze. Er floept een muisje voor haar de struiken in. Het muisje is vast ook geschrokken met de uil zo dicht in de buurt. In de struiken is hij veilig.
Wilhelmina loopt verder over het zandpad. Ze is bijna bij de kruising met de Zuiderzeestraatweg. Daar komt iemand aangelopen die ze nog niet eerder heeft gezien. “Dag jongedame,” zegt de man. Kunt u mij misschien de weg naar het landgoed wijzen? Ik ben net met de stoomtrein aangekomen en ik ben bang dat ik de verkeerde kant op ben gelopen. Kunt u mij de goede kant op wijzen?” “Ja mijnheer,” zegt Wilhelmina. “U moet precies de andere kant op lopen. U volgt dit pad, gaat het spoor over. U loopt door, komt langs de waterval, waar de schapen nu aan het grazen zijn. U loopt door en dan ziet u in de verte de belvedère (uitkijkktoren) van het landgoed. Vanaf de belvedère is er een heel mooi uitzicht over de Zuiderzee, heb ik gehoord. U vervolgt uw weg en komt dan bij het landgoed uit.”
18
Bij het landgoed, kunt u onder het poortje doorlopen en dan komt u vanzelf bij het kasteel uit.” “Dank u wel, jongedame. Met zo’n goede uitleg zal ik het vast vinden!” zegt de man. “Succes mijnheer,” zegt Wilhelmina en ze vervolgen allebei hun weg.
Wilhelmina heeft nog maar een paar stappen gezet of daar komt alweer iemand op haar af. “Wilhelmina Dokter!” roept de veldwachter uit. “Waar kan ik je broer vinden, de snotneus. Hij heeft appels geplukt bij de molenaar. En dat zonder het te vragen!” “Ik weet het niet, veldwachter,” zegt Wilhelmina geschrokken. “Ik ben op weg naar het weeshuis om eieren te brengen. Ik heb Jan niet gezien. Als ik hem zie, zal ik zeggen dat hij zijn excuses moet aanbieden aan de molenaar?” De veldwachter knikt en stapt mopperend weer op zijn fiets. Wilhelmina schudt haar hoofd. “Die Jan toch! Dus zo was hij aan de appels gekomen. Gelukkig had de veldwachter de appels in haar mandje niet gezien.” Wilhelmina loopt ook weer verder. Nu moet ze een stuk door het donkere bos. Gelukkig is het overdag, anders vond ze het niet zo prettig. Maar nu ze al door het bos loopt, weet ze dat het al wel opschiet. Ze hoeft nog maar een klein stukje.
Als ze aan het eind is van het donkere bos, komt de kerk in zicht. Dat is fijn! Nu kan ze zien hoe ver ze nog moet lopen. De kerk staat midden in het dorp. Het weeshuis staat daar vlak bij. Opgewekt verstevigt ze haar pas.
19
Dichterbij gekomen komt ook de molen in beeld. “Hé wie staat daar bij de boerderij?” Het is Hendrikje van Beek. “Hallo Hendrikje. Ik ben voor moeder op weg naar het weeshuis met eieren en appels... Ik kwam ook de bakker tegen. Hij was onderweg naar de barones en heeft me een paar broodjes mee gegeven,” zegt Wilhelmina. “Dat is aardig,” zegt Hendrikje. “Zal ik vader vragen of je wat melk mee mag? Vader, mag Wilhelmina wat melk mee voor het weeshuis?”
“Dat is goed,” zegt boer van Beek. “Ik zal de emmer niet zo heel vol doen, zodat je hem nog goed kunt dragen.” “Dank u wel, Van Beek. Dat is aardig van u. Gelukkig is het niet ver meer lopen. Ik ga gauw weer verder,” zegt Wilhelmina. “Dag Van Beek, tot morgen, Hendrikje. Dan zien we elkaar in de kerk en misschien komen we elkaar onderweg wel tegen.” “Tot morgen, Wilhelmina en de groeten aan je broer,” zegt Hendrikje met een knipoog.
Wilhelmina loopt stevig door. Ze gaat de hoek om en ziet een groot gebouw. Ze heeft haar bestemming bereikt. Daar is het weeshuis. Ze kijkt of ze iemand ziet. Daar loopt Geertje van der Geest, één van de dienstbodes (dienstmeisjes) van het weeshuis. “Dag Geertje, ik kom eieren brengen,” zegt Wilhelmina. En ik heb ook broodjes, appels en melk bij me.” Geertje draait zich om. “Dag Wilhelmina. Dat is fijn! Heb je daar helemaal mee gelopen vanaf jullie boerderij?” “Nee hoor,” lacht Wilhelmina. “De melk komt van Hendrikje van Beek, de appels gaf Jan me en de broodjes kreeg ik onderweg van de bakker. Hij was onderweg naar de barones.” “Dat is aardig van de bakker,” zegt Geertje. “Heb je het al gehoord? We mogen met de kinderen aardbeien komen plukken op het landgoed deze zomer. Aardig hè van de barones?” “Ja, dat is heel aardig van de barones. Het is een heel lieve vrouw. Zeg, ik ga weer naar de boerderij. Ik zou vader helpen met melken,” zegt Wilhelmina. “En ik wil terug zijn voor het donker begint te worden. Dag Geertje.” Wilhelmina gaat weer op weg. Langs de boerderij, de molen, door het donkere bos, over het spoor, langs de schaapskudde bij de waterval. Dan komt de belvedère in zicht, de koeien, het landgoed en hun eigen boerderij.
20