I
N
F
O
R
M
A
T
I
E
V E G H E L
Zomer- Info
Nummer 71 / augustus 2006.
IVN-INFORMATIE IS EEN UITGAVE VAN IVN VEGHEL. Locatie IVN verenigingslokaal 't Baken J. P. Coenstraat 1, 5463 HN VEGHEL (Zuid) IVN afd. Veghel
Postbus 133, 5460 AC Veghel. Postgiro 4154271
[email protected] website www.ivnveghel.nl
Bestuur: Voorzitter:
Fer Kalis, Marterweide 7, 5467 LK Veghel. Telefoon: (0413) 34 13 48
Secretaris:
Karin Koppen Postbus 133 5460 AC Veghel. Telefoon (0413) 21 02 16 E.
[email protected]
Penningmeester:
Harry Willemsen Haviksdonk 32, 5467 CS Veghel Telefoon: (0413) 36 73 21
Lid:
Wolter Brongers, Lavendelaar 24 5467 BE Veghel. Telefoon: (0413) 34 07 64.
Redactie Info:
Nico Vreeswijk, Evertsenstraat 36, 5463 HM Veghel Telefoon: (0413) 34 09 54 Suzanne van Zutven De Kempkens 6A 5465 NB Eerde Telefoon: (0413) 36 73 71 Peter van Beurden Heiveld 6 5464 VT Veghel Telefoon (0413) .36 57 12
2
INHOUD Adressen bestuur en redactie Inhoud en Van de redactie Van het bestuur en Van de leden Van de schoolgidsen Een wandeling door Veghel van boom tot boom Zonnewende centraal bij nachtwandeling Gezellige traditionele dagtocht IVN Uden/ Veghel Kruiden ruiken en proeven in het Velt Taaltuin Veghel-Rome: de natuur gezien vanaf de fiets (2) Onverwacht bezoek van een huismu(i)s Programma IVN augustus -november Natuurlijk Lesbos Verkiezing Provinciale bloem Het Vliegend Hert (2) Nieuws van de amfibieenwerkgroep Bericht van de vogelwerkgroep Bijenpraat Hoe is het achter de Bergen? Uitbreidingsplan de Stad (Zuid-Oost) Is Veghel echt een stad aan het worden? Kort nieuws geknipt voor U Wat is het IVN?
blz 2 3 4/6 6 6/7 7/9 9/ 10 11/ 12 13 / 15 15 / 17 18 20 / 21 22 / 24 25 / 26 27 28 28 / 30 30 / 32 33 / 34 34 / 35 36 / 37 38 39
VAN DE REDACTIE Voor u ligt weer een vers nummer dat deze keer erg dik is uitgevallen. Gelukkig weten de leden de weg naar de redactie goed te vinden voor hun natuurnieuws. Na de hete julimaand die de Nederlandse weiden een ZuidFranse aanblik gaf, is na enkele regenbuien het vakantiegevoel al snel weer weggeëbd. Om toch nog even in de stemming te blijven, staan er in ons blad twee reisverslagen naar Rome en Lesbos. Verder ook aandacht voor ontdekkingen dichtbij huis zoals enkele zeldzame stadsplantjes in Veghel. Rob Knechten heeft het vliegend hert, een zeldzame keversoort, op de gevoelige plaat kunnen vastleggen. Misschien ook een idee voor de andere hobby-fotografen onder ons om unieke natuurfoto's naar de redactie op te sturen. Rest mij alleen nog om iedereen veel plezier te wensen met het lezen van dit nummer.
3
VAN HET BESTUUR Wat een zomer! Zo zitten we nog te zuchten dat het voorjaar veel te koud blijft en dan beleven we de warmste zomer sinds tijden! Met alle leuke geneugten die daarbij horen zoals ’s avonds lekker lang buiten zitten, gezellig BBQ-en en wandelen in de natuur zonder een dikke jas. Vandaag 30 juli stond de fietstocht van het IVN op het programma, georganiseerd door Ad van der Donk en Jan van Antwerpen. Een prachtige tocht door het beekdal van de Aa met toevallig vandaag gematigde zomerse temperaturen. We hadden nauwelijks de tocht afgesloten of we voelden de eerste druppels al vallen van de lang verwachte regen. Voor vandaag even niet meer de hele dag buiten, maar dat komt zeker nog wel. We hebben met het IVN-programma volop geprofiteerd van het mooie weer. Dat begon al met het Slokdarmfestival waar het IVN ook twee dagen present was met een prima presentatie op een prachtige plek. We stonden onder de rode beuk in het park, heerlijk in de schaduw, maar toch midden in het festival samen met veel gezellige en actieve IVN’ers: een geweldig begin van de zomer. Het IVN-programma stond dit jaar toch al een beetje in het kader van de zon. Zo was er 23 juni de nachtwandeling, Zonnewende, op de Maashorst. Een bijzondere gebeurtenis door onverwachte en leuke onderdelen die er onderweg ingelast waren. Degenen die meegeweest zijn, zullen zich nog lang het bijna magisch moment herinneren van prachtige fluitmuziek die plotseling uit het bos leek op te stijgen. Dit keer was het geen bijzondere vogel maar Pam die op haar dwarsfluit blies. Het klonk prachtig in het bos. Dat ze maar was gaan spelen omdat ze bang was alleen achter gelaten te worden, konden wij niet weten, maar
4
maakte het wel leuker. Het IVN is dus ook in de zomer volop actief, al is het vaak wat meer op een ontspannende manier. We kijken in de zomer ook vooruit naar de tijd als de vakanties voorbij zijn. Naast allerlei interessante lezingen en excursies staat er deze keer weer een najaarscursus op het programma. Een korte cursus om deelnemers enkele basisbegrippen van de natuur bij te brengen en vooral om hen kennis te laten maken met de natuur in de directe omgeving van Veghel. De cursus start op 6 september (zie ook jaarprogramma). Onze leden betalen 45 Euro en niet-leden 50, voor 6 lessen, 6 excursies inclusief koffie. Kortom, geniet nog even van de vakantie en geef u daarna snel op of maak uw buren enthousiast voor de najaarscursus. Namens het bestuur, Fer Kalis, voorzitter VAN DE LEDEN Bij de vorige Info heeft u een nieuwe adressenlijst aangetroffen. Helaas zaten er nog enkele foutjes in die u misschien zelf even kan aanpassen: - Dhr. H.A.M. van de Biggelaar woont op de Groen van Prinstererlaan en niet op de Pinkstererlaan. - Peter van der Heijden heeft een nieuw E-mail adres: - Frans van Baars heeft voortaan als E-mail adres: - Gerard Welten: - Dhr. P.J.M. van Lankveld woont op Dorshout 2c 5462 GL Veghel De volgende leden hebben hun lidmaatschap opgezegd: - mevr. Marlies Thissen, Gemzenweide 7, Veghel - dhr. en mevr. A.L.C. Verberk, Perelaar 14, Veghel Karin Koppen, secretaris
5
VAN DE SCHOOLGIDSEN
Eerst nog even terugkijken naar het vorige schooljaar: Juf Mieke Lemmens stuurde ons namens groep 5 van de Bundersschool twee leuke foto’s met enthousiaste jongens en meisjes die in mei schoonmaak hielden in het Geerbos. De klas heeft het afgelopen jaar veel over de natuur geleerd, verzekert ze ons. Bedankt voor jullie interesse, de hulp en de foto’s! EEN WANDELING DOOR VEGHEL VAN BOOM NAAR BOOM IVN werkt samen met heemkundekring en gemeente Veghel Iep-bolcatalpa-esdoorn-moerascipres-linde-metasequoia-moseik enz. Het lijkt de inventaris van een arboretum, maar deze bomen zijn te zien op de eerste kilometer van een wandeltocht door het centrum van Veghel! De bestaande bomenroute is door onze leden Ad van de Donk, Henny van Eck en Mia Rooymans onlangs grondig bijgewerkt en uitgeschreven. De boomverhalen worden afgewisseld met informatie over gebouwen en monumenten die de wandelaar passeert. Het boekje ziet er heel aantrekkelijk uit met goedgekozen illustraties en is te koop bij het UITpunt aan de Markt, begin- en eindpunt van de 5 km- lange wandeling. Hier volgt het voorwoord van onze voorzitter: Bomen en Veghel – geen voor de hand liggende combinatie, maar bij “nader inzien” toch de moeite waard. Daar gaat het om met de “bomenroute” om eens met “andere ogen” naar de omgeving en vooral naar bomen te kijken.
6
Dan kom je tot de ontdekking dat er bomen in Veghel staan die nog kunnen “vertellen”over de oorlog of zich nog weten te herinneren dat er in Veghel een station was. Bomen vertellen veel over de geschiedenis als je erop let. Dat bomen gezond zijn voor ons omdat ze zuurstof produceren en de lucht filteren is algemeen bekend. Bomen op het platteland hadden vroeger de functie van een “wegwijzer” (bij die grote eik rechtsaf) maar ook in de bebouwde kom zorgen bomen voor sfeer en zijn vaak bepalend voor het karakter van een weg of een plein. Herinneringen uit onze jeugd zijn vaak gekoppeld aan bomen. Waar stond die kastanje boom ook al weer waar je zulke mooie kastanjes kon vinden en waar stonden die bomen ook al weer die in de zomer zo lekker konden ruiken (linden)? Ook voor de natuur zijn de bomen belangrijk, zo vinden vogels er beschutting, nestgelegenheid en voedsel. Heel veel insecten kunnen niet zonder bomen. Vaak zijn de verschillende soorten dan nog weer afhankelijk van speciale bomen, zo leeft de rups van het vlindertje de eikenpage alleen maar op de eik. Bomen zijn dus vanwege hun geschiedenis en hun belang voor gezondheid en milieu belangrijk voor de mens. Reden genoeg voor het IVN om er in deze wandeling speciale aandacht aan te schenken. Immers, pas als men op de hoogte is van de waarde van iets, is men ook bereid er zorgvuldig mee om te gaan. Laat dat nou precies de doelstelling zijn van het IVN. Namens IVN Veghel wens ik u nog veel plezier met deze bomenwandeling door Veghel. Fer Kalis, voorzitter ZONNEWENDE CENTRAAL BIJ NACHTWANDELING Een bijzonder initiatief van enkele IVN-ers om leden en belangstellenden bewust te maken van de overgang van de lente naar de zomer door middel van het organiseren van een nachtwandeling. Een grote groep mensen stond op vrijdagavond 23 juni om 11 uur paraat om naar de Maashorst te vertrekken. Het gebied de Brobbelbies was uitgekozen om van de korte nacht te genieten. De wandeling stond in het teken van de zonnewende. De zonnewende heeft alles te maken met de stand van de zon waardoor wij in het westen de langste dagen en de kortste nachten beleven. De zonnewende gaf bij oude volkeren aanleiding voor feest om op die manier
7
de zon te aanbidden. De organisatie had voor de nachtwandeling eigen rituelen bedacht. Fluiten in het donker Voordat we op pad gingen, kregen we enkele instructies om zoveel mogelijk de natuur in de nachtelijke uren op je in te kunnen laten werken en de dieren zo min mogelijk te verstoren. Daarom was het advies om zo min mogelijk de zaklamp te gebruiken en vooral stil te zijn om zoveel mogelijk geluiden te kunnen opvangen. Nog maar kort op weg hoorden we zachte, mysterieuze fluittonen die ons naar een open plek in het bos lokten. De tonen bleken uit de fluit van Pam te komen. Daar gezeten in een kring luisterden we naar de klanken en verhalen en staarden op onze rug naar de sterren in de hemel. Walhalla van de nachtzwaluw Als door een jungle struinden we tussen de naaldbomen om bij een open vlakte uit te komen. Dit is het walhalla voor de nachtzwaluw. Zijn monotone geluid als van een wekker was boven het geluid van de groene kikkers uit te horen. Met een recorder met geluid van de nachtzwaluw probeerde Gerard de vogel nog dichter bij ons te krijgen, zodat we ook zijn aparte vliegwijze zouden kunnen aanschouwen. De nachtzwaluw kan namelijk zijn vleugels tot boven zijn kop dichtslaan. Helaas liet de vogel zich niet zien. De vogel vliegt 's nachts rond om met zijn brede wijd opengesperde bek insecten te bemachtigen. Zijn snorharen helpen bij het lokaliseren van de insecten. De vogel komt maar op een paar plekken in Nederland voor waaronder de Maashorst en staat op de rode lijst van bedreigde diersoorten. In het open terrein hadden we weer goed zicht op de sterren. We kregen van Wim informatie over sterrenbeelden en de poolster en richtten de telescoop op Saturnus. In onze tijd hebben we weinig aandacht voor de sterren maar in vroeger tijden was de sterrenhemel van belang voor oriëntatie zoals in de scheepvaart. Op veel plaatsen is sprake van lichtvervuiling. Ook wij bemerkten een grote lichtstraal die waarschijnlijk van discotheek De Morgenzon afkomstig was. Uit de heidevelden komend richting de auto's vertelde Mia bij enkele berken wat wetenswaardigheden over deze boom. Zo is deze boom volgens de boomkalender verbonden aan de zonnewende. Het bleek dat mensen die op deze dag geboren zijn, een nobel karakter bezitten. Het vegen van het huis met berkentakken is nodig om je huis te zuiveren van boze geesten en berkenwater is goed voor allerlei kwalen. Wederom in een
8
kring hand in hand werd de avond door Dinie beëindigd. Gerard, Wim, Mia, Pam en Dinie bedankt voor deze bijzondere avond. Suzanne van Zutven GEZELLIGE, TRADITIONELE DAGTOCHT IVN UDEN/VEGHEL De uitnodiging en informatie vooraf was inspirerend en duidelijk. Geen wonder dat de organisatie om 8.00 uur weer een volle bus enthousiastelingen kon verwelkomen. De weersvoorspellingen waren uitstekend, we hadden alles mee! Iedereen had de adviezen van Mia en Lies goed opgevolgd: voldoende fourage, kleding voor alle omstandigheden, de bij IVN-ers bekende zitlap en stevige stappers. Daarbij zorgde Mia voor een spontane, gezellige welkomslach en een humorrijke opening. De Maasheggen tussen Agatha en Boxmeer en Nationaal Park Maasduinen in Noord Limburg bleek een heel goede keuze. De meesten kenden dit gebied niet en stonden verbaasd over de gevarieerde natuur. Allereerst reden we met de bus over de smalle weggetjes tussen de bloeiende meidoorns . Takken striemden de bus, maar chauffeur Bert van de firma van Hoof gaf geen kick en loodste ons op aanwijzingen van de leiding veilig door alle hindernissen naar het bedevaartsoord Kevelaer. Even dacht ik: “Wie gaat er nu met een bus door zo’n gebied rijden, had ik de fiets maar bij me.” Het restaurant had op ons gerekend. Koffie en een grote punt gebak stond
9
klaar en behoedde het gezelschap voor een flauwteaanval. Daarna gaan we naar de bezienswaardigheden van het stadje : de sacramentskapel, de basiliek, een standbeeldje, een gedenkplaquette en …..de plek voor een kaarsje. Allemaal kort en krachtig, want zo vroom zijn de meesten ook niet meer. Stipt op tijd zaten we weer in de bus, behalve…….. Zij hadden niet ingeschat dat hun biecht zo lang zou duren. De organisatie streek de hand over het hart en gaf geen penitentie. Na een korte rit kwamen we op landgoed “De Hamert”. De organisatie werkt op maat: lange wandeling, korte wandeling of helemaal niet wandelen, voor ieder wat wils. Tijdens de ruim twee uur durende wandeling door de prachtige natuur met bos, heide,vennen, hoogveen en akkers werd onze liefde voor de natuur verrijkt met kennis van vogels, kikkers en het nut van ecologische verbindingszones. We hoorden op aanwijzing van Gerard de veldleeuwerik, we leerden het verschil tussen de bruine en de groene kikker. We gingen letten op reptielen op de warme paden. Gerard stak al docerend een boek omhoog met de boomvalk. Naarstig werd gezocht naar de naam van een moerasplant met witte bloemen, het bleek de witte waterkers te zijn. Verder hoorden we interessante verhalen over de bouwtechniek van bevers in Bleijenbeek, we hoorden de herkomst van de naam “fluitenkruid”. Helaas floot het zelfgemaakte fluitje van Gerard niet overtuigend. We vonden “Stinkende Gouwe”, een plant die schijnt te helpen tegen wratten. Overigens hadden we in ons gezelschap ook een Gijs van den Broek, die met zijn stenen bijna alle kwalen de baas kan, volgens Mia in ieder geval jeuk en kalknagels. Om 18.00 stonden we moe en voldaan weer op het stadhuisplein. Chauffeur Bert kreeg als dank een toepasselijk boek met de titel: “ Meer vogels in uw tuin.” Wij klapten voor de geweldige organisatie die ons een fijne dag had bezorgd. We klapten ook voor elkaar omdat we een leuk gezelschap waren en dat maak je toch samen. Wat mij betreft…..bedankt en tot volgend jaar. Pieter van den Berk 10
KRUIDEN RUIKEN EN PROEVEN IN HET VELT Op een warme zondag in juni toog een groep IVN-ers op de fiets naar VELT (Vereniging voor Ecologische Leef- en Teeltwijze) in Gemert. Kruidenthee en heerlijke, frisse siroop van eigen makelij stonden gelukkig klaar voordat we aan de rondleiding in de hitte begonnen. De VELT-tuin bestaat uit een kruidentuin die verdeeld is in geneeskrachtige kruiden en keukenkruiden. De keukenkruiden zijn ingedeeld per maaltijd en de geneeskrachtige kruiden per kwaal of lichaamsfunctie. Achter de kruidentuinen ligt een grote moestuin. Het bosgebiedje op het VELTterrein was oorspronkelijk een kwekerij van de gemeente. De bomen hebben inmiddels hoogte bereikt en met de aanleg van twee poelen heeft het gebied nu een natuurlijker aanzicht gekregen met meer natuurwaarde. Binnen het gebied werden al lange tijd geen bestrijdingsmiddelen meer gebruikt. Daardoor was het gebied geschikt voor de vereniging die onderdeel is van een groter verband met tuinen in Nederland en België. Het is een voorlichtingstuin van 3 ha in de wijk Schoorswinkel die altijd toegankelijk is. Tegenover het VELT ligt een ouderwetse hoogstamfruitboomgaard die de gemeente heeft aangelegd. De VELT-tuin kijkt uit op het kasteelterrein van Gemert. Lange traditie De kruidenteelt heeft in Gemert een lange traditie. De boeren in de vorige eeuw begonnen met het telen van kruiden omdat op de schrale grond andere planten niet voldoende opleverden. De kruidenteelt ging teloor maar tegenwoordig zijn er weer verschillende kruidentuinen in Gemert en omgeving aanwezig. De gemeente kan zich dan ook met recht als kruidentuin van Nederland profileren. Achter het VELT ligt nog een kruidenhuis dat in de jaren dertig van de vorige eeuw is gezet om kruiden te bewerken en te bewaren. Het VELT beschikt over een eigen onderkomen waar leden en belangstellenden terecht kunnen voor uitleg over en verwerking van kruiden en de verkoop van zaden en producten. VELT geeft verschillende workshops om zelf zalven, shampoo's, tincturen en dergelijke te leren maken.
11
Inheemse kruiden VELT teelt kruiden en groenten die niet meer of weinig worden geteeld in Nederland. Verder wil VELT inheemse kruiden onder de aandacht brengen. Bijna alle (keuken)kruiden die wij in Nederland gebruiken, komen van oorsprong uit het mediterrane gebied terwijl inheemse kruiden met dezelfde werking niet als eetbaar worden beschouwd. Als voorbeeld geeft de rondleider de brandnetel aan die veel vitamine C bevat. In plaats van onkruid kun je het volgens hem ook beschouwen als een kruid om te eten. Net als zevenblad dat in menige tuin woekert. Dit kruid kun je ook telen want het heeft smaak. Het verschilt per cultuur welke planten gegeten worden. De reden dat wij de kruiden gebruiken voor de geur, smaak of de geneeskracht, is voor de plant een middel om insecten te weren. Elke plant in een werelddeel heeft zijn eigen strategie hiervoor. Zo kunnen plantenfamilies in het ene werelddeel naar citroen ruiken en in een ander werelddeel een anijssmaak hebben. De mens heeft zoveel nodig van de werkzame stof dat het bijna giftig is. Bij Insecten heeft een kleine hoeveelheid al uitwerking. Maar de rondleiders geven ook waarschuwingen. Bij aanraking van wijnruit krijg je brandwonden en teveel munt innemen heeft geen kalmerende werking maar juist een averechts effect. Ook lieve-vrouwebedstro dat vroeger in de strozakken werd gedaan voor een betere nachtrust kan bij kinderen een bedwelmende uitwerking hebben. Verder heeft de rondleider een goedkoop alternatief voor de dure anti-rimpelcrèmes. De hars van bepaalde bomen is een goed smeersel om je huid soepel te houden. De boom gebruikt de hars ook als balsem. Bomen met hars hebben van binnen dan ook geen rotte plekken. De hars heeft zelfs een anti-bacteriële werking als de boom verwond is. Ecologisch tuinieren De rondleiders geven uitleg over de wijze van ecologisch tuinieren bij VELT. Zo is er naast de moestuin een veld waar onkruid mag groeien. Op deze plek kunnen zich insecten ontwikkelen die helpen bij de bestrijding van plagen zoals de inzet van loopkevers om slakkeneieren op te ruimen. Bovendien kunnen de amfibieën in de poelen het teveel aan insecten weer beteugelen. Ook de hagen en bomen bieden plaats aan vogels die insecten eten. Ook zijn er op het Velt-terrein enkele bijenkasten geplaatst. De bijen zorgen voor de bestuiving van de planten. Zo zorgt VELT voor haar eigen 12
eco-systeem. De bemesting is bij VELT minimaal en is afhankelijk van de plant. Daarbij wordt geen gebruik gemaakt van kunstmest en gif maar van eigen gemaakte compost en vindt er vruchtwisseling plaats om de bodemvruchtbaarheid en het bodemleven te bevorderen. Klei of veengrond is aangebracht bij planten die dat nodig hebben. Beregenen gebeurt alleen als dat nodig is.Door middel van proefteelt probeert de organisatie de minst kwetsbare groenterassen te ontdekken. Pas na drie jaar blijkt of een plant succesvol is. Bij VELT hoeft een plant ook niet meteen tot volle wasdom te komen zoals bij een gewone tuinderij het geval is. Na afloop was er weer verse thee en siroop waarna ieder zijns weegs ging. Voor sommigen betekende dat wellicht snel naar huis om naar het Nederlands voetbalelftal te kunnen kijken. Suzanne van Zutven TAALTUIN Deze rubriek die natuur en literatuur met elkaar wil verbinden, sluit telkens af met het schrijverke. Dit pseudoniem is niet voor niets gekozen. Bij velen zal wel bekend zijn dat de Vlaamse dichter Guido Gezelle (1830-1899) hierover een bijzonder gedicht geschreven heeft. Guido Gezelle was priester en verwerkte zijn geloof en zijn verwondering voor de natuur in zijn gedichten. Hij deed studie naar oude literatuur en vlaamse dialecten en gebruikte dat in zijn gedichten. Uit het gedicht blijkt hoe
opmerkzaam hij was en dat hij oog had voor zaken waar andere mensen aan voorbij gaan. Hieronder het beroemde gedicht met wat uitleg over de levenswijze van dit kevertje.
13
HET SCHRIJVERKE O Krinklende winklende waterding met ‘t zwarte kabotseken aan, wat zien ik toch geren uw kopke flink al schrijven op ‘t waterke gaan! Gij leeft en gij roert en gij loopt zo snel, al zie ‘k u noch arrem noch been; gij wendt en gij weet uwen weg zo wel, al zie ‘k u geen ooge, geen één. Wat waart, of wat zijt, of wat zult gij zijn? Verklaar het en zeg het mij, toe! Wat zijt gij toch, blinkende knopke fijn, dat nimmer van schrijven zijt moe? Gij loopt over ‘t spegelend water klaar, en ‘t water niet meer en verroert dan of het een gladdige windtje waar, dat stille over ‘t waterke voert. o Schrijverkes, schrijverkes, zegt mij dan, met twintigen zijt gij en meer, en is er geen een die ‘t mij zeggen kan: Wat schrijft en wat schrijft gij zo zeer? Gij schrijft, en ‘t en staat in het water niet,
14
gij schrijft, en ‘t is uit en ‘t is weg; geen christen en weet er wat dat bediedt: och, schrijverke, zeg het mij, zeg! Zijn ‘t visselkes daar ge van schrijven moet? Zijn ‘t kruidekes daar ge van schrijft? Zijn ‘t keikes of bladtjes of blomkes zoet, of ‘t water, waarop dat ge drijft? Zijn ‘t vogelkes, kwietlende klachtgepiep, of is ‘et het blauwe gewelf, dat onder en boven u blinkt, zoo diep, of is het u, schrijverken zelf? En ‘t krinklende winklende waterding, met ‘t zwarte kapoteken aan, het stelde en het rechtte zijne oorkes flink, en ‘t bleef daar een stondeke staan: "Wij schrijven", zoo sprak het, "al krinklen af het gene onze Meester, weleer, ons makend en leerend, te schrijven gaf, één lesse, niet min nochte meer; wij schrijven, en kunt gij die lesse toch niet lezen, en zijt gij zo bot? Wij schrijven, herschrijven en schrijven nog, den heiligen Name van God!"
15
Uitleg begrippen: winklende: scherpe bochten beschrijvend kabotseken: mutsje spegelend: s piegelend
zo zeer: z kwietelen: kapoteken:
o rap kwelen manteltje
Gezelle verbaast zich over het leven van het schrijvertje. Hij ontwaart bij het kevertje bijvoorbeeld geen 'armen' of 'benen'. Het kevertje gebruikt voor de voortbeweging twee paar korte, brede poten die het gebruikt als peddels. Met de lange, slanke voorpoten grijpen ze naar kleine insecten (o.a. muggenlarven) die op het water zijn gevallen. Als een prooi zich onder water bevindt, dan duiken ze er naar toe. Ook bij onraad schieten ze snel onder water en nemen dan een luchtbelletje onder hun schilden mee. De kevertjes zijn ook goede vliegers. Gezelle onderscheidde geen ogen en vraagt zich af hoe het beestje zich zo goed kan oriënteren. Het schrijvertje bezit echter maar liefst twee paar ogen die elk aangepast zijn voor het kijken boven of onder water terwijl alle insecten normaal één paar ogen hebben. Schrijvertjes zijn dus ongelooflijk goed aangepaste dieren. De diertjes leven inderdaad zoals Gezelle beschrijft in groepjes van twintig of meer. Door gebruik te maken van de oppervlaktespanning van het water kunnen de kevertjes blijven drijven. Daardoor kunnen ze dus op het water lopen zoals Gezelle in het gedicht noemt. Maar karakteristiek voor dit draaikevertje is toch wel zijn vermogen om razendsnel in cirkels over het wateroppervlak te scheren. Het schrijverke (Suzanne van Zutven) VEGHEL-ROME: DE NATUUR GEZIEN VANAF DE FIETS (2) Maria Kalis vertelt verder… Op 5 mei 2005 zitten de voorbereidingen erop en kunnen we vertrekken. Om 9 uur staan we gepakt en gezakt aan het begin van de IJsselstraat te wachten op wat er komen gaat. De kinderen, de buurt, vrienden en een muziekbandje staan ons op te wachten. De dominee uit onze straat zegent ons en natuurlijk de fietsen en het reparatiemateriaal.De reis gaat via Limburg, Duitsland, Zwitserland naar Italië. We volgen in Duitsland de Benjaminsroute en nadat we de Bodensee zijn overgestoken gaan we over op de Reinsmaroute. Deze routes zijn in 16
fietsland een begrip. In heel Europa zijn er routes uitgezet, die je in boekjes kunt kopen.Ze volgen mooie fietspaden en rustige wegen. De eerste dag blijkt, dat de wind een belangrijke factor is, want om 15.00 uur zaten we in Olé en Laak in Limburg al aan een glas bier. De eerste drie dagen, tot in Duitsland, zijn er overal asperges te koop. De afgelopen tijd is het groeizaam weer geweest met regen en zon en de natuur ontwaakt. Vele kleuren groen en de weiden zijn geel van de paarde- en boterbloemen en paars van de pinksterbloemen. Ons uitgangspunt is een lowbudget vakantie. We proberen te overnachten
in trekkershutten, jeugdherbergen en pensions. We zien wel wat we tegen komen. Omdat we met 6 personen zijn, reserveren we de dag van tevoren. Alleen met Pinksteren was het niet gelukt en vonden we na lang zoeken een duur hotel.Dat overnachten is een sport op zichzelf. Op elke fiets zitten 2 fietstassen, 1 stuurtas en 1 tas op de bagagedrager. Dus elke avond gaan er 6 keer 4 tassen van de fiets af. Het gebeurde wel eens dat we 3 hoog moesten, met de trap, want er was geen lift. Soms sliepen we in een jeugdherberg of hostel zoals ze tegenwoordig heten. Stel je voor: met 6 personen, in stapelbedden, op één kamer, plus die 24 tassen! We gingen dan ’s morgens om de beurt onder de douche, want er was geen plaats om
17
je aan te kleden. Aan elke overnachting zit wel een herinnering. Zo waren we in een pension en zaten we vol spanning op ons ontbijt te wachten, maar voordat de broodjes opgediend werden, moesten we de papegaai van mevrouw goedendag zeggen. In Italië, in een hostel op de Povlakte zaten we met 11 mede-Nederlanders aan tafel, die allemaal op weg waren naar Rome. Zo konden we ervaringen uitwisselen. In Duitsland zijn de ontbijten geweldig, maar in Italië konden we op een croissantje niet fietsen. De jeugdherbergen hebben heerlijke ontbijten. Op de grens Limburg-Duitsland verandert de Roerroute in Ruhrroute. Het fietspad loopt vlak langs het meanderende riviertje de Roer/Ruhr. De dotters overheersen het landschap, met af en toe ruïnes van kastelen. Het
lijkt of kwikstaartjes ons de weg wil wijzen, ze wippen voor onze fietsen uit. Wind mee en nog een vlak landschap. Het gaat goed…. En dan de derde dag..regen, regen, regen en ook nog de eerste klim. We gaan richting de Rijn. We schuilen regelmatig in bushokjes of onder een boom en ook onder de overkapping van de rookruimte van een gemeentehuis. Een schuilende Duitssprekende Irakees keek zijn ogen uit..op de fiets naar Rome! (Wordt vervolgd)
18
ONVERWACHT BEZOEK VAN EEN HUISMU(I)S… Annie Oudendijk schrijft ons wat ze thuis heeft meegemaakt: “Vrijdagmorgen doe ik de gordijnen open. Er valt iets uit. Mijn eerste gedachte was: een muis! Maar het hipte weg…dus een vogeltje! Snel maak ik de serredeur open om hem naar buiten te laten. Kennelijk een mus die onder tafel door verdwijnt, ik neem aan naar buiten. ’s Avonds gaan de gordijnen gewoon dicht en de volgende morgen om half zeven weer open, niets aan de hand. Om half tien ga ik naar het Geerbos. De zon schijnt fel. Toch maar eerst de gordijnen dichtdoen. Zo, ik ga weer op weg… Dan hoor ik…trip,trip,trip…op de vensterbank. Voorzichtig maak ik het gordijn iets open. Daar gaat het musje weer! Snel sluit ik, open de serredeur en doe het gordijn weer opzij. De mus verdwijnt weer onder tafel, de deur gaat dicht en ik vertrek. Zondagmorgen om negen uur maak ik thee op bed. Ik heb het nog niet ingeschonken of…trip,trip,trip…de mus komt binnengewandeld. Kennelijk heeft hij besloten mijn huis tot zijn thuis te maken! Ik doe het slaapkamerraam wagenwijd open, maar de mus blijft op de grond, gaat erbij zitten, eet wat beschuitkruim en maakt geen aanstalten om te vertrekken. Tot nu toe heeft hij gepiept of een ander geluid gemaakt. Vliegen heeft hij kennelijk niet geleerd. Wat moet ik hiermee aan? Buiten in de tuin zetten? ’t Kost me lange tijd, tot de avond, om het beestje te vangen. Ik heb hem niet buiten gelaten, maar in de kooi bij de zebravink gezet. Kijken hoe dat gaat. In de buitenwereld redt hij het niet zonder vliegen. Afwachten maar! In de kooi bij de zebravink verovert hij zijn plaats en wipt op het bovenste stokje naast de hoofdbewoner. Die neemt dat niet en gaat tegen hem te keer. De mus bekt aardig terug zonder geluid te maken. De zebravink gaat ergens anders zitten. Hij wordt van zijn plaats verjaagd. De mus eet het zaad van de zebravink. Zijn vleugels gebruikt de mus niet, op de stok zit hij met zijn kopje naar beneden en zijn staart omhoog. Verticaal staat hij op/langs het stokje en valt/springt naar beneden. Hij gebruikt zijn vleugels meer en meer. En daar was ik niet op bedacht… Als ik het waterbakje wil vullen en dat eruit haal, vliegt de mus weg: naar buiten, de tuin in. Ik heb hem niet meer terug gezien…”
19
JAARPROGRAMMA AUGUSTUS – NOVEMBER 2006 Augustus Zondag 13 augustus
09.00-12.30 Stadhuis
Natuurontwikkeling in het land van Cuyk 34 13 48 Fer Kalis
Woensdag 23 augustus
20.00-22.00 Baken
Sprinkhanen en Libellen Publieksactiviteit Lezing door Pieter van Breugel 36 57 12 Lidou van Beurden
Zondag 27 augustus
14.00-16.00 Stadhuis
Sprinkhanen en Libellen Publieksactiviteit Wandeling o.l.v. Pieter van Breugel 36 57 12 Lidou van Beurden
Woensdag 6 september
20.00-22.00 Baken
Start najaarscursus 36 50 70 Annie Oudendijk
Vrijdag 17 mei
20.00-22.00 Stadhuis
Vleermuizen Publieksactiviteit Wandeling Heeswijk 34 06 82 Gerard van Leiden
Zaterdag 16 september
09.30-12.00 Geerbos
Geerboswerkdag 36 57 12 Lidou van Beurden
Woensdag 27 september
20.00-22.00 Baken
Paddestoelen Publieksactiviteit Lezing door Rien Kersten 34 01 12 Carla v.d. Berg
13.30-16.00 Hurkske hm-paal 7,7
Paddestoelen Publieksactiviteit Wandeling 35 04 63 Antoon Raaijmakers
September
Oktober Zondag 1 oktober
20
Zondag 15 oktober
0.800-18.00 Stadhuis
Dagwandeling o.l.v. Peter Kohl 06 - 23 67 77 55 Peter Kohl
November Dinsdag 7 november
20.00-22.00 Baken
Werkgroepcoorinatorenoverleg Uitnodiging volgt 21 02 16 Karin Koppen
Zaterdag 11 november
09.30-12.00 Geerbos
Geerboswerkdag 36 57 12 Lidou van Beurden
Zondag 19 november
13.30-16.00 Stadhuis
De natuur verrast U Publieksactiviteit Wandeling ’t Lijnt 34.07 64 Wolter Brongers
Woensdag 22 november
20.00-22.00 Baken
Bomen over Hout Lezing door Peter van Beurden 36 57 12 Lidou van Beurden
Andere aktiviteiten Zo. 10 september: Open Monumentendag Fietstocht (35 km) georganiseerd door Rabobank Veghel-Erp en gemeente Veghel in samenwerking met Heemkundekring Vehchele met als thema “Feest”. Voorverkoop kaarten van 3 Euro bij Uitpunt tot 1 september. Za. 7 oktober: IVN Vrijwilligersdag Brabant Thema: Inventariseren, hoe doen jullie dat? Organisatie: Werkgroep Districtkadervorming Noord-Brabant. Naast uitleg over een bestaande cursus gericht op het inventariseren van flora en fauna zullen ook enkele IVN-afdelingen toelichting geven op eigen inventarisatieprojecten. Deze dag is bij uitstek geschikt om op een ontspannen en gezellige manier eens bij andere IVN-afdelingen te “kijken”. Gratis toegankelijk voor alle IVN-leden, aanmelden vereist. Meer informatie en aanmeldingsformulier aanvragen bij
[email protected]
21
NATUURLIJK LESBOS Vogelverslag van Karin Koppen, met klassieke toelichting van Jet Ruigendijk
Lesbos is één van de Griekse eilanden die op toeristisch gebied wat achtergebleven zijn. Voor de natuur werkt dat meestal voordelig en dat geldt zeker voor Lesbos. Omdat het eiland in de vogeltrekroute ligt, zijn er tijdens de voor- en najaarstrek heel wat vogels die daar even een tussenstop maken. Ook vogels die meer oostelijk broeden (Roemenië, Rusland enz.) zijn dan te ontdekken. Door het hele jaar heen worden meer dan driehonderd soorten geteld; begin mei maak je kans op ongeveer de helft. Bijzondere soorten die wij in de meivakantie waargenomen hebben, zijn de Turkse boomklever, rotsklever, witvleugelstern, zwarte ibis en citroenkwikstaart. Opvallend vond ik de aantallen woudapen, en vooral het bijna exhibitionistisch gedrag van deze vogels in tegenstelling tot het gedrag in Nederland. Behalve vogels zijn er ook veel orchideeën te vinden, wel 71 soorten. Omdat wij toch meer naar boven hebben gekeken hebben wij maar vier verschillende orchideeën kunnen ontdekken. Wel hebben we pioenen, fritillaria en een reuzen aronskelk in de bossen gezien. Perzische eekhoorntjes in de dorpjes en ook springend van rots naar rots in de heuvels. Reptielen en amfibieën: vermoedelijke ringslang (nog aan de hand van de foto determineren), smaragdhagedis, Kaspische beekschildpad, Moorse landschildpad, boomkikker, groene pad en een reuzenhazelworm die de bijzondere naam “scheltopusik” heeft (Ophisaurus apodus). Deze hazelworm kan een lengte van ongeveer 140 22
cm. bereiken en heeft de dikte van een kinderarmpje. Wij hebben er twee dood op de weg gevonden en een glimp van een levende gezien. Het eiland is ongeveer 70 bij 40 km., in de vorm van een hoefijzer en met twee grote baaien. De wegen zijn begaanbaar en daar is alles mee gezegd! Berucht zijn de gaten in de weg (wij hadden een Engels reisgidsje en dat waarschuwde al voor de ‘potholes’). Er zijn verschillende biotopen: moeras, bergen, akkerland, olijfboomgaarden, (kastanje)bos, kust en zoutpannen. Het stadje waar de meeste vogelaars zich ophouden is Skala Kalloni. Skala Kalloni ligt heel centraal en bovendien is er in het dorpje een moerasje waar je ibissen, woudapen en steltlopers ziet foerageren op een afstand van hooguit 10 meter! Vriendelijke mensen, mooie natuur en (behalve de week dat wij er waren) een prima klimaat!
Lesbos en Lesbo’s…. Wie vandaag de dag vertrekt naar het eiland Lesbos zal snel met enig gegniffel gewezen worden op de term lesbisch, bekender haast dan het eiland zelf. Hoe de samenhang is ontstaan wil ik hier kort toelichten. Lesbos is een Grieks eiland dat een tiental kilometers voor de kust van Turkije ligt Ongeveer 600 voor Christus leefde hier de dichteres Sappho, die in de oudheid heel beroemd was, zodat ze wel de 10e muze werd genoemd. 23
Wat wij van haar weten, moeten we uit haar gedichten halen, en die bestaan goeddeels nog slechts uit fragmenten. Haar gedichten waren er voor bestemd om te worden voorgedragen of gezongen. In elk geval kwam ze uit een aristocratische familie en had ze drie broers, van wie ze ook enkele avonturen beschrijft. Ze trouwde waarschijnlijk met iemand uit haar eigen kring en ze kreeg misschien een dochtertje. Men heeft lange tijd gedacht dat Sappho een soort meisjeskostschool leidde, maar in haar tijd bestonden er nog helemaal geen scholen. Evenmin wordt gesproken over opvoeden of onderwijzen.Toch blijkt uit haar gedichten dat ze een groep meisjes om zich heen had. Ze heeft die misschien leren zingen en dansen tijdens een verblijf in haar huis. Omdat Sappho in haar gedichten de ik-vorm wel hanteerde en heel gepassioneerd haar gevoelens onder woorden bracht voor een meisje, terwijl ook de liefdesgevoelens tussen meisjes onderling werden beschreven, is de term lesbisch ontstaan. Toch is van homoseksualiteit in de moderne zin eigenlijk geen sprake. Bij de Grieken was de groep mensen die nu eens homo- en dan weer heteroseksuele gevoelens had, erg groot. Of Sappho alleen lesbische gevoelens had, is ons niet bekend. Door het tekort aan feiten over het leven van Sappho in combinatie met de inhoud van haar gedichten, zijn er in de oudheid al legenden ontstaan. Uit deze verhalen blijkt ook dat men haar niet als uitsluitend lesbisch heeft beschouwd. Het was overigens een politiek roerige tijd waarin zij leefde. Ze is nog met haar man of een broer naar Sicilië verbannen geweest, dat destijds ook behoorde tot de Griekse wereld. Maar later mocht ze terugkeren naar Lesbos. Daar kwam ze in hoog aanzien te staan en zij is er ca. 565 gestorven. Of je op het eiland nu speciaal lesbiennes zult tegenkomen is niet zeker, maar vaststaat dat je er rare vogels… en vogelaars kunt treffen! Voor een vergeten meisje Zoals een zoete appel rijpend aan de hoogste tak niet vergeten door de plukkers maar buiten hun bereik
Zoals een hyacinth in de bergen vertreden door de herder ter aarde neerliggend nog volop in bloei
(fragment 105a-b, vertaald door A.R.P. Wildeboer)
24
VERKIEZING PROVINCIALE BLOEM Ivn Veghel kiest voor brabantse korenbloem Een poos geleden is er een oproep van de FLORON binnengekomen voor de verkiezing van een provinciale bloem. Omdat de uitslag vóór 1 juli bij de FLORON terug moest zijn, is de oproep per e-mail verzonden. IVN’ers zonder e-mail hebben er helaas niet aan mee kunnen doen. Maar waarschijnlijk komt er ook een verkiezing voor een landelijke bloem! Voor Noord-Brabant heeft het FLORON gekozen voor oeverkruid, korenbloem en beenbreek. Planten die bij de provincie passen. Ik heb er wat op nageslagen in de Oecologische Flora en een korte samenvatting gemaakt: • Oeverkruid (Littorella uniflora), weegbreefamilie: groeit in voedselarme, “schone” en heldere, niet sterk zure wateren. Te vinden op zowel de ’s zomers droogvallende oever als de bodem van dieper water. Leeft in een wereld van schaarste. Met behulp van uitlopers breidt dit plantje zich uit en vormt matten. Bloempje is klein en ijl met opvallende lange meeldraden. • Korenbloem (Centaurea cyanus), composietenfamilie: plantje met lange voorgeschiedenis (aan het einde van de laatste ijstijd kwam de korenbloem al voor (steppevegatatie)). Van gevreesd akkeronkruid tot beschermd, waardig historisch cultuurgoed. Korenbloem-blauw, wie kent dat niet? • Beenbreek (Narthecium ossifragum), leliefamilie: voorkomen op natte, meestal matig zure bodem (natte heide). De naam is ontstaan uit het verhaal dat schapen die van beenbreek aten, gemakkelijk hun poten breken. Goudgele bloemen dat na de bloei (in de herfst) in donker oranje verandert.
25
IVN Veghel heeft gekozen voor de korenbloem en van drie leden kreeg ik de volgende motivaties erbij: * “De korenbloem. Van oudsher is de korenbloem in het Brabantse land een bekende verschijning. De korenvelden waren soms een ware bloemenzee -overigens waren de boeren daar niet zo blij mee- en ook de slootkanten stonden blauw van de diepblauwe pracht van deze mooie bloem. Voor mij met stip voor onze provincie de favoriet.” ** “Lastig zo'n verkiezing en in mijn ogen ook een beetje onzinnig: alsof je een provincie in al zijn verscheidenheid kunt vangen in één bloem. Zelf zou ik fluitekruid ook mooi hebben gevonden: het beeld van landwegen met populier/eiken met dat fluitekruid eronder. Maar ja, dat is o.a. ook bekend van de Zak van Beveland, dus dat schiet ook niet op. Me beperkend tot de keuze van Floron, kom ik op de korenbloem, omdat ik dat herken uit mijn jeugd tijdens de jaren 1968-1972 in West-Brabant. En gelukkig zien we de korenbloem de laatste jaren weer wat meer.” *** “Het blauw doet mij denken aan het Mariale blauw, van Maria dus. Als vroeger het Angelus gebeden werd op de akkers bij het kleppen van het lichte klokje, was Maria er bij wijze van spreken, door die korenbloem bij. Die bloem zegt dus iets over het Brabant van vroeger, van het harde, noeste werken op de velden. Natuur was vaak ook iets om te bestrijden: korenbloem als onkruid tussen de rogge. Wij zien natuur nu meer als recreatiemogelijkheid en genieten nog van die mooie blauwe bloemenpracht, steeds vaker gratis in de Brabantse bermen. Zo heeft die korenbloem de generaties bij ons overleefd!” Beenbreek kwam op de tweede plaats en er is één stem voor het oeverkruid binnengekomen. Een vrije keus was ook mogelijk: bosanemoon en (bleke) klaproos. Hopelijk kan ik in de volgende Info berichten welke bloem onze provincie mag vertegenwoordigen. Karin Koppen
26
HET VLIEGEND HERT (Deel 2) door Rob Knechten Deel 2?? Ja, dat klopt. In november 2002 had ik ook een stukje geschreven over het vliegend hert. Nu kom ik er weer op terug, omdat ik tijdens de vakantie van dit jaar opnieuw te maken heb gekregen met het vliegend hert. Op een warme avond kwam van verre een mannetje aanvliegen, rechtstreeks naar een hek. Vandaar af liep hij naar het vrouwtje. In de literatuur staat dat het vrouwtje signalen uitzendt die door het mannetje van veraf worden opgevangen. Dat zal wel, denk je dan. Mijn waarneming heeft deze regel dus bevestigd. Ik heb beide partners even gestoord door hen met mijn videocamera vast te leggen en daarna nog eens met de fotocamera. Beiden staan op de foto (1) Het is overigens een prachtig gezicht als je zo’n groot insect ziet vliegen. Vanuit onze optiek schuin verticaal.
Een ander toeval wilde dat in de kofferbak van mijn auto een klein vliegend hert zat. Deze wilde, denk ik, als verstekeling mee naar Veghel en hield zich voor dood. Omdat ik ook deze op de gevoelige plaat wilde vastleggen, nam ik hem mee (foto 2). Daar begon hij weer te kruipen. Na de fotosessie heeft hij de vrijheid gekregen. Ook hier zie je dat het vrouwtje van het vliegend hert lijkt op dat van het klein vliegend hert. P.S. Ook zo’n kever waargenomen? Laat het mij weten! Rob Knechten, tel. 0413-34 01 12
27
NIEUWS VAN DE AMFIBIEENWERKGROEP Rieky Bekkers mailt ons: Onze werkgroep heeft in de eerste helft van dit jaar niet stilgezeten! In het voorjaar zijn we een avond bij elkaar geweest om te overleggen hoe nu verder te gaan. Afgesproken is om een viertal gebieden nader te gaan bekijken. De keuze is gevallen op het Hurkske, het Lijnt, de Aa- Broeken en de Schil en Punt. In deze gebieden hebben we onderzoek gedaan naar de kwaliteit van het water, de ligging, afmeting, begroeiing etc en de aanwezigheid van amfibieën.Hiervan is notitie gemaakt, evenals van de exacte locatie van diverse watertjes in het gebied.Van deze inventarisatie- en meetresultaten wordt te zijner tijd een rapport opgesteld voor de gemeente en voor RAVON. Voorlopig staan de activiteiten op een lager pitje maar later zullen we zeker weer onze “taken” hervatten! Allemaal een fijne zomer(vakantie) gewenst. (Rieky Bekkers) BERICHT VAN DE VOGELWERKGROEP Gerard van Leiden schrijft: “We hebben wespendieven zien vliegen” En zo stonden Anne van Beers, Peter Vlamings, Wolter Brongers en ik op zaterdagochtend half tien te posten op de Brobbelbies noord (onderdeel van de Maashorst) Samen met vogelwacht Uden, de vogelwerkgroep van IVN Oss zouden we Wespendieven tellen.In totaal stonden zeven groepen op diverse lokaties te turen naar overvliegende wespendieven, boomvalken, buizerds, torenvalken enz. Het voornaamste doel was om een indruk te krijgen van de aantallen wespendieven die in het gebied fourageren, het vaststellen van territoria en mogelijk het opsporen van nestlokaties. Van de gelegenheid werd tevens
28
gebruik gemaakt om de aantallen boomvalken in kaart te brengen. Het was om half tien nog bewolkt, maar warm, later zou de bewolking verdwijnen en werd het heet. Acht spiedende ogen tuurden rond om welke beweging in de lucht dan ook te registreren. Plotsklaps hoorden we een houtduif opvliegen en dra werd duidelijk dat hij was opgeschrikt door een vrouwtje havik. De duif was havik te vlug af.
Terwijl we het luchtruim afzochten, werd regelmatig onze aandacht gevraagd door verschillende andere vogels, door middel van roepjes, zang en vliegbewegingen. Uiteraard liet de roodborsttapuit zich horen en zien, want we stonden precies op een plek waar deze vogel zich thuis voelt Omdat we niet zover van een bosrand zaten waren de zwartkop, grote bonte specht en de boomklever regelmatig te horen. De kneu, in uitgesproken prachtig zomerkleed, ging voor ons showen in de toppen van struiken. Hetzelfde was aan de orde met de bonte vliegenvanger die even het bos had verlaten. De geelgors liet horen dat klassieke muziek mooi kan zijn. Wellicht was Beethoven geïnspireerd door de geelgors toen hij zijn Vijfde Symphonie schreef. Vinken, graspiepers, veldleeuwerik, kwikstaarten en boerenzwaluwen lieten hun vliegkunsten zien De hoogtepunten tijdens het observeren waren de jonge havik, wespendieven en kleine bonte specht De zon brak eindelijk door en de jonge havik die we eerder hoorden, maar niet zagen, liet zich even na 11.00 uur zien op de top van een dode boom en bleef daar geruime tijd zitten. Met onze telescopen hebben we deze juveniel uitvoerig kunnen bekijken. De jonge havik liet zich werkelijk van alle kanten bekijken. Helaas kregen we niet de rechterpoot te zien waardoor we niet konden vaststellen of hij was geringd.
29
Waarvoor we op deze dag op pad waren gegaan met onze collega’s die elders in het terrein stonden, gebeurde om 11.20 uur. Twee grote vogels vlogen, redelijk ver weg, gedurende korte tijd langs ons gebied. Dank zij de telescopen kon aan de hand van staartpunten, vliegbeweging en geluid worden vastgesteld dat het wespendieven betrof. Door de grote afstand en het beperkte licht konden we echter niet vaststellen of er ruiplekken waren. Onze dag werd afgesloten toen kort na 12.00 uur een kleine bonte specht vlak voor ons, roepend en wel, in een struik kwam zitten. Helaas bleef deze beslist niet alledaagse vogel te kort in onze nabijheid, zodat we hem niet allemaal hebben kunnen zien. Wederom een bijzondere ervaring om gedurende lange tijd op dezelfde plaats aandacht te geven aan de gaande en komende vogels op de rand van een gebied. Om 13.00 uur kwamen alle waarnemers bijeen om te evalueren. De ervaringen en waarnemingen waren zeer wisselend. Tevens werd duidelijk dat vogels zich lang niet altijd laten zien, terwijl ze er wel zijn. Gelukkig konden wij uit Veghel tegen elkaar zeggen: we hebben ze zien vliegen en hebben optimaal genoten van onze gevleugelde vrienden… (Gerard) BIJENPRAAT: Een nieuwe moer…een nieuw volk in de kast! opgezoemd door Nico Vreeswijk Vorig jaar schreef ik als beginnend imker in dit blad over het leven van de honingbij (apis mellifera) het jaar rond. Ook kwamen in de vier afleveringen van het dagboek het werk van de imker in en om de bijenkast aan de orde. Dit jaar na de voorjaars- en zomerdrukte doe ik jullie verslag van de zogenaamde koninginneteelt. De koningin of moer heeft het eeuwige leven niet, maar kan toch enkele jaren (maximaal vijf) haar eitjes leggen. Dat is heel wat langer dan het leven van haar werksters, die, op de winterbijen na, niet ouder dan zes weken worden. Het gaat erom bij de koninginneteelt zoveel mogelijk raszuivere moeren te kweken, omdat die de beste eigenschappen bezitten. Dit zijn onder meer grote raatvastheid, goede haaldrift, zachtaardig, dus niet agressief van karakter en vooral zwermtraag.
30
Voorzichtigheid is de moeder van de porseleinkast Voor het Carnica-ras waarmee ik vorig jaar begonnen ben, kwam ik met mijn bijenvriend Frans terecht in het Belgische Kasterlee. Je kunt uiteraard met eigen teelt voortkweken, maar onder het motto “Wat je ver haalt, is beter” zoeken wij een teler met de door ons gewenste bijen (Carnica-F1). De bijenvereniging daar hield op 23 mei een omlarf-avond. Eitjes van een of twee dagen, de potentiële moeren, worden met een omlarfnaald vanuit de cellen van het stamvolk in door ons meegebrachte kunststofdoppen gelegd. Voorzichtigheid is daarbij de moeder van de porseleinkast! Bij het omlarven worden eitjes van een of twee dagen met grote behoedzaamheid in een ander kraambedje gelegd. (foto: omlarven)Nico Vreeswijk) De eitjes worden beschermd tegen uitdrogen en binnen enkele uren hangen we ze in ons startersvolkje in Zijtaart. Dat volkje op zes ramen zit boordevol jonge bijen die tot taak hebben de koninginnen in spe van goed voedsel te voorzien, te weten koninginnegelei. Dat is namelijk het geheim van de smid, nee de imker, het allerbeste voedsel is nog niet goed genoeg: de koninginnegelei bestaat voor meer dan 50 % uit een melkachtige substantie (eiwitten) en het andere deel uit helder voedersap met suiker. Een werkbijlarve begint met maar 20 % eiwit, wat al snel gehalveerd wordt. Blijkens onderzoekingen wordt de larve van een koningin maar liefst 1600 maal per dag gevoerd en de larve van een werkbij 145 maal per dag. In een bijenvolk heerst een strenge hiërarchie en er is zeker verschil van stand en dus van voedsel en verzorging!Keurige kraamkamertjes…hoe kan het zo groeien! Na een of twee dagen gaan we het resultaat bekijken: zijn de larven aangetrokken, met andere woorden: hebben de bijen uit het kweekvolk hun werk goed gedaan? We hadden niet te klagen, van de achttien larfjes was er een niet omgeven door een keurig kraamkamertje met de grootte van een pinda. Om de moercellen is het een drukte van jewelste, er moeten dan ook maar liefst 17 x 1600 maaltijdjes per dag opgediend worden en dat twee weken lang! Hutten Catering zou er goed mee zijn!
31
Om de moerdoppen heen bevestigen we 17 kluisjes: als de moeren geboren worden, kunnen zij niet zomaar het volk inlopen. Dat zou een grote wanorde en waarschijnlijk een slachting veroorzaken, er kan immers maar één koningin aan het hoofd staan Frans en ik leven intussen twee weken lang toe naar onze eigen Koninginnedag: de geboorte van 17 koninginnen, gepland met Pinksteren. En jawel, op 5 juni is het zover! Koninginnedag…op 5 juni ’s Morgens voordat het echt warm wordt, gaan we de kraamkamers controleren. Als de bruine moercel van binnenuit is opengeprikt, is de moer geboren. In alle gevallen is dat zo, al zijn er enkele die zich nog in de dop verschuilen. Wat gaan we nu doen? De dames moeten bevrijd worden. Elk van hen krijgt een eigen kweekkastje van meestal drie ramen (waarvan een met broed uit het startvolk). We verdelen alles zo goed mogelijk en laten de koninginnen uit de kluisjes inlopen in hun nieuwe volkje. Hun woning gaat wel enkele dagen op slot, zodat de inwoners aan elkaar en het staatshoofd kunnen wennen. De geur van hare majesteit speelt daarbij een grote rol, dat is het onderscheidende kenmerk. Hierdoor weten de werkbijen dat ze hier thuis horen. Het is hard werken met zijn tweeën die ochtend van de Tweede Pinksterdag, maar het resultaat mag er zijn! (foto: 15 kweekkastjes in Borkel) In het volgende nummer vertel ik jullie over het verdere verloop: de bruidsvlucht, de eerste leg en de resultaten van mijn tweede imkersseizoen. De honing van twee andere volken is zo massaal de kast uitgestroomd (tot nu toe 70 kilo), dat ik die graag aan jullie aanbied (in potten van 450 gram voor 3 Euro, tel. 340954).
32
HOE IS HET NU ACHTER DE BERGEN? Wolter praat ons bij: Geruime tijd geleden heb ik een aantal keren geschreven over het natuurgebiedje “Achter de Bergen”. Vorig jaar heb ik dat intensief bezocht. Maar hoe is het er nu? Is er wat veranderd? Wat is het resultaat van de werkzaamheden die we er afgelopen winter uitvoerden? In het bos Het bos werd open gemaakt, dat wil zeggen dat verschillende grove dennen werden verwijderd. Zoals dat tegenwoordig gebruikelijk is, liet men het ‘klein hout’ liggen. Doordat het bos opener werd, verwacht men dat er een andere, betere ondergroei ontstaat. Tijdens mijn eerste bezoek leek dat er inderdaad al in het eerste jaar van te komen. Echter, vanwege de droogte en de hitte van de afgelopen weken is daar uiteindelijk weinig van terecht gekomen. Het is er nu (eind juli, red.) dor, en de weinige vegetatie die er stond, staat te verpieteren. Volgend jaar beter, kun je dan slechts hopen. Wel is het zo dat de kleine bospaadjes die door dat stukske liepen vrijwel onbegaanbaar werden en eigenlijk niet meer in gebruik waren. Dat zou kunnen betekenen dat er weer ligplaatsen van reeën te vinden zijn. Ik was er vrij vroeg op de ochtend en ben niet gaan kijken, laat ze maar lekker liggen. In de poel Voorts hebben we van de winter een groot aantal zomereiken die langs de poel stonden, verwijderd. De poel komt hierdoor ‘zonniger’ te liggen terwijl in het najaar minder blad in het water zal vallen. In het voorjaar kon ik bij de poel waarnemen wat we een jaar eerder aldaar ook vonden: liggend hertshooi, vogelpootje, struikhei, russen, riet,enz waren volop aanwezig. Voorts vond ik er in juni bijvoorbeeld St Jacobskruiskruid waaraan evenals vorig jaar volop rupsjes van de Jacobsvlinder peuzelden. Toen ik hier in juli nogmaals ging kijken, was de plek waar de eiken waren verwijderd, gewoon kaal. Verdorrende brandnetel, braam en Canadese fijnstraal kon ik er vinden, verder eigenlijk niets. De poel zelf lag er wat mistroostig bij vanwege de bijzonder lage waterstand. Een enkele libel liet zich zien. In de beek Zoals vorig jaar beschreven stroomt er door dit gebiedje een beekje, gevoed vanuit belendende wijstgronden. Veel aanvoer van water was er niet. De vegetatie langs de beek was zo ongeveer dezelfde als vorig jaar: 33
Gulden roede, Koninginnekruid, Lupine, Duizendblad en andere soorten stonden volledig in ontwikkeling. Op de hoek een zoet geurende Egelantier. Bitterzoet dat er vorig jaar stond, kon ik nu niet vinden. Toen ik hier van het voorjaar kwam, ontwaarde ik dat er een paadje dreigde te ontstaan langs het beekje. Door gericht enkele takken dwars op het pad te leggen, heeft men van het gebruik van dit paadje verder gelukkig afgezien. Het was nu weer helemaal begroeid. Al met al is er weinig veranderd en zijn de door ons aangebrachte ‘verbeteringen’ nog in ontwikkeling. Ga er eens kijken! Hoe je achter de bergen komt… Achter de Bergen ligt aan de Piet Geersdijk, richting Nistelrode aan de linkerkant. Als je vanaf de Bedafse bergen komt, kun je voordat je bij “Achter de Bergen” bent, rechtsaf een fietspad op. Dit fietspad voert je over een wildviaduct over de A 50 (Afgelopen week kwam ik hier op een ochtend tamelijk vroeg overheen gefietst en zag toen enkele reeën). Als je echter vanaf de Piet Geersdijk het fietspad oprijdt, moet je na een 150-tal meters even stoppen en een blik werpen op de Revennekes. Ooit van gehoord? Ja, nu wel! Een stuk landbouwgebied dat vanwege de A50 omgewerkt is tot natuurgebied. Een informatiebord, rechts van het fietspad, laat u zien hoe en waar dit vrij grote nieuwe natuurgebied ligt, hoe het is ingericht, maar ook hoe bijvoorbeeld wijstgronden ontstonden. (Wolter) UITBREIDINGSPLAN ‘DE STAD’ (ZUID OOST) Zonder ambities blijft het grijs, we willen juist groen! Geruime tijd reeds is een stedenbouwkundig bureau doende met het zoeken, het in kaart brengen en het ontwikkelen van een compleet nieuwe wijk bij Veghel. Iedereen heeft er al wel eens van gehoord: Uitbreidingsplan ‘De Stad’, ofwel uitbreiding Veghel zuid oost. Helaas weet ik niets van stadsontwikkeling, stadsinrichting, stedenbouwkundige aspecten en woonwijken. Wel heb ik de indruk, dat er weinig natuur is in onze oude, minder oude en moderne woonomgevingen. Ik vind dat je in je eigen woonomgeving moet kunnen blijven om te genieten van natuur. Het is wat merkwaardig om een natuurliefhebber te laten autorijden naar natuurgebieden die een kilometer of 30 of 50 verderop liggen. Natuur hoort in je eigen omgeving te zijn: Grote variaties 34
in libellen, kikkers, wantsen, vleermuizen, zwaluwen, lieveheersbeestjes, slakken, kevers horen in iedere wijk. Je moet met je kinderen of kleinkinderen niet eerst 15 kilometer fietsen om uit te leggen dat er meer is dan i-pod, internet, joysticks, playstation en andere activiteiten die vaak tijdelijk blijken te zijn. Je moet kinderen bij huis kunnen uitleggen dat ze niet bang hoeven zijn voor wespen, bijen en muggen. Dat je geen allergie hoeft te krijgen, als je maar gewoon in de omgeving van natuur opgroeit. Mijn nieuwsgierigheid naar de natuurvriendelijke mogelijkheden in een nieuwe wijk en mijn ambitie om mee te denken in de planvormingsfase kon ik bevredigen tijdens een gesprek met het adviesbureau dat zich met de ontwikkeling van Veghel zuidoost bezighoudt. Tijdens dat gesprek vielen me een aantal dingen op: • Zoveel mogelijk bestaande elementen wil men behouden • In de nieuwe wijk komen een paar duizend woningen • Men wil rekening houden met aansluiting op bestaande natuur in het waterwingebied. Hier zit nog een figuurlijk grote adder onder het gras! • De wijk wordt ruimer opgezet dan men wel denkt, er is wel degelijk ruimte om er een natuurvriendelijk geheel van te maken: Natuur in je achtertuin. Volgend jaar moet op papier ‘De Stad’ nader zijn uitgewerkt en dan volgt een uitnodiging om over de plannen te komen meepraten. Wie wil met mij meedoen en streven naar een ‘groene’ wijk? Een wijk waar kinderen spelenderwijs respect krijgen voor insecten, planten en beestjes. Een wijk waar je na je werk een leuke natuurwandeling kunt maken, kunt genieten van stilte en vogel- en insectengeluiden? Zonder ambities blijft het grijs, we willen toch groen? Wolter Brongers (tel. 0413-34 07 64)
35
IS VEGHEL ECHT EEN STAD AAN HET WORDEN? Nog altijd denken heel wat mensen dat onze vorige burgemeester het wat hoog in de bol had door Veghel als een stad te beschouwen. Maar wie hier naar de plantenwereld kijkt zal zien dat die wel degelijk bezig is met een soort verstedelijking. De straten staan 'szomers vol met straatliefdegras, in de plantsoenen woekeren wit vetkruid en postelein, op het Bolkenplein groeit kruipklokje tussen de fietsenstandaards, enzovoort. Dat zijn allemaal planten die thuis horen in het zogenaamde Urbane district, een verzamelnaam voor alle stedelijke floragebiedjes tesamen. Naast het oorspronkelijke Kempische district en het Fluviatiele district langs de Maas is tegenwoordig ook dat nieuwe stedelijke plantendistrict in NoordBrabant aanwezig, in Den Bosch, Eindhoven, Tilburg, maar ook in de kleinere plaatsen. Steden zijn warmer dan het platteland, omdat er meer steen te vinden is en omdat al het water snel via de riolering verdwijnt. Maar ook omdat het klimaat warmer wordt zijn het vooral planten uit zuidelijke streken die de opmars van het Urbane district markeren. Ton Denters heeft een speciale Veldgids voor de Stad getiteld "Stadsplanten" geschreven, vol met platen en wetenswaardigheden over de typische planten van het stedelijke milieu. Omdat ik dit jaar voor Floron het Veghelse Centrum op planten inventariseer bekeek ik op 5 mei de oevers van de Aa nabij de brug van de Hoogstraat. Daar ik meende aan de overkant iets vreemds te zien groeien ben ik toen het Aastraatje in gelopen om daar eens wat beter te kunnen kijken. Het vreemde groen zelf bleek niets bijzonders, Zevenblad is een verschrikkelijk algemene soort onkruid. Maar opeens viel mij op dat de bloempjes van de ooievaarsbekjes aan mijn voeten anders waren dan die van de ook ontzettend algemene zachte en kleine ooievaarsbekken. Die zijn namelijk allebei helemaal roodpaars of paarsrood, maar deze bloempjes waren in het hart wittig. En ook waren de kroonblaadjes niet ingesneden maar gaafrandig. Volgens mijn flora's was het Ronde Ooievaarsbek, Geranium rotundifolium. Dat is een tamelijke nieuweling in Nederland, pas in 1980 werd hij in de officiële Nederlandse standaardlijst opgenomen, omdat hij in het bijzonder op de muren van Maastricht al minstens sinds 1850 regelmatig gevonden werd. Op andere plekken verscheen hij wel eens, maar dan verdween hij op den duur toch weer.Maar de afgelopen jaren is hij ook in andere nederlands steden opgedoken. In het Florondistrict 19, oostelijk Noord-Brabant, werden pas 4 x vondsten van Ronde
36
Ooievaarsbekken gemeld. Bij het Aastraatje groeiden zo'n 30-40 exemplaren bij elkaar, dat wijst erop dat de soort daar vorig jaar ook al gebloeid zal hebben. Maar met die vondst bij de Aa was de kous nog niet af. Op 10 mei loop ik bij het boodschappen doen even langs de tuin rondom het protestantse kerkje aan de Hoofdstraat. Vroeger groeiden daar veel Gele Helmbloemen, maar die had de tuinman blijkbaar dit jaar zowat volledig weggeschoefeld. Maar ergens was hij toch niet zo grondig te werk gegaan, want daar stonden nog een paar ooievaarsbekplantjes. En kijk, ook die hadden roze bloempjes met een wit hart. Ik moest even onder de stelling van een schilder duiken om dat wat beter te bekijken, maar het was duidelijk, ook op het protestantse kerkhof groeien Ronde Ooievaarsbekken. Omdat het hek op slot zat kon ik niet beter gaan kijken. Ik plukte van buiten het hek een plantje, foei toch zo'n zeldzaamheid! Maar ja, anders zou de tuinman die ooievaarsbek wel eens als onkruid kunnen behandelen, dus erg zeker was de toekomst van die ene ooievaarsbek toch niet. Maar het verhaal is nog niet compleet want als een dag later het hek wel open is kan ik nog eens wat beter rondom de kerk gaan kijken. Ik vind toch nog Gele Helmbloemen en ook nog meer Ronde Ooievaarsbekken. Op de muur groeit een enkel Muurvarentje, er staat Stinkende Gouwe, en om de stinkerd te compenseren bloeien de Lelietjes-van-dalen volop. Maar naast een van de graven groeit nog een andere bijzondere stadsplant, Klein Glaskruid . Het is geen opvallende schoonheid, meer een soort kleine brandnetel zonder brandharen, maar hij is toch in Oostelijk Noord-Brabant zeldzaam. Bijvoorbeeld groeit er vrij veel Klein Glaskruid op de muren langs de Dieze in Den Bosch, maar in Veghel had ik hem niet eerder gezien. Dat is voor een florist wel even Bingo!, drie zeldzame stadsplanten bij elkaar. Het lijkt mij een duidelijke aanwijzing dat ook in Veghel sprake is van een verstedelijking van de plantenwereld. De planten geven Ies Keijzer blijkbaar gelijk, Veghel raakt zijn dorpse verleden kwijt en wordt een stad. Frank Lippe
37
KORT NIEUWS GEKNIPT VOOR U…door Nico Vreeswijk • Op 21 mei kopt Stadskrant Veghel: Hurkske voortaan “heel uniek”. Bestuurslid Wolter Brongers wijst op de foto die erbij wordt afgedrukt, naar het splinternieuwe informatiebord aan de Gemertsedijk. Bij die gelegenheid werd de herinrichting van dit bosgebied feestelijk afgerond. Er zijn verschillende nieuwe wandelroutes aangelegd, lange en korte, de laatste toegankelijk voor rolstoelers. Wethouder Pieter van Dieperbeek zei dan ook terecht in zijn speech: “Het Hurkske is weer helemaal klaar voor mens en dier!” In juli lezen we in dezelfde krant een bericht over maar liefst 136 jonge vleermuizen die in Veghel-Zuid bij het vallen van de avond hun nest onder de kap van het huis van de familie Ketelaars verlaten. Enkele jaren geleden bij de renovatie van de huurwoningen in die wijk waren het gierzwaluwen die de krant wisten te halen en de bouw enige tijd stillegden. Uw verslaggever ging ter plekke kijken en meetellen wat er uit de “kraamkamer” tevoorschijn zou komen.Een gejuich steeg op uit de kelen van de verzamelde buurtbewoners met hun kinderen:…99…100…! Een mooie vorm van natuureducatie in de late avond! •
• “Met water in de weer” is een publieksuitgave van Waterschap Aa en Maas. In nr. 1 van jaargang 3 staat een foto van medewerker en IVN-lid Nol Plompen. Hij geeft op een rustig plaatsje langs de waterkant van de Leijgraaf uitleg over EVZ en reconstructie. “Nu het project nagenoeg gereed is, zie je de vegetatie al op veel plaatsen veranderen. Je hoort meer vogels en kikkers dan ooit tevoren. En tot onze verrassing zien we ineens de bandheidelibel verschijnen. Die hadden we daar niet verwacht….”
38
Wat is het IVN? Het IVN Veghel is aangesloten bij de landelijke Vereniging voor Natuuren Milieueducatie in Amsterdam. Het IVN streeft met ruim 180 plaatselijke afdelingen naar meer natuur en een betere kwaliteit van het milieu. Kortom: het IVN is In Voor Natuur! Wat biedt het IVN Veghel? Voor belangstellenden organiseert het IVN nu al meer dan 25 jaar cursussen, tentoonstellingen, wandelingen en fietstochten in en rondom Veghel. Voor leden en donateurs staan ook wandelingen in nabijgelegen natuurgebieden en verenigingsavonden met diverse natuurthema’s op het programma. De overige activiteiten vinden plaats in werkgroepverband: * werkgroep * werkgroep * werkgroep * werkgroep * werkgroep * werkgroep * werkgroep * redactie * contactpersoon * contactpersoon
Amfibieën Geerbos/insectentuin Gidsen Scholen Tentoonstelling Vogels Veghels Landschap Infoblad Ledenactiviteiten Vrijdagwandelen
Rieky Bekkers Pieter van Breugel Wim de Vrij Pam Kalis Mia Rooymans Gerard van Leiden Fer Kalis Nico Vreeswijk Lidou van Beurden Jan van Antwerpen
Wilt U het IVN Veghel ondersteunen? U bent van harte welkom als donateur (minimum € 11,50 per jaar). U krijgt dan het jaarprogramma toegezonden en vier keer per jaar het verenigingsblad met nieuws en verhalen over de natuur in en rondom Veghel. Wilt U actief worden in het IVN? Dan bent U welkom als lid . Het lidmaatschap kost € 23,00 per jaar en voor huisgenootleden € 11,50 per jaar. Nadere inlichtingen of aanmelden bij het secretariaat IVN Veghel Postbus 133, 5460 AC Veghel of
[email protected] Afmelden ? Voor 1 december van het lopend jaar bij het seretariaat
39
21 26 55 36 27 53 47 82 52 34 13 48 36 29 77 34 06 82 34 13 48 34 09 54 36 57 12 36 75 08
In het herfstnummer van IVN-Info leest u onder andere over: • • • •
De Leijgraaf na de reconstructie Een nieuwe schaapskudde in Eerde Bomen over hout met Peter van Beurden Vlinders en libellen, vleermuizen en paddestoelen
Kopij voor de volgende -- Info -graag vóór 15 okt 2006 inleveren bij: Nico Vreeswijk Evertsenstraat 36 5463 HM Veghel Telefoon: (0413) 34 09 54 E-mail:
[email protected] Foto’s, tekeningen en plaatjes zijn ook héél welkom. Het kopieerwerk zoals altijd verzorgd door Columbus Veghel
40