Huishoudelijk Reglement
van de Ouderraad van Openbare Basisschool de Boomhut Definities Artikel 1 Ouders: De ouders, voogden en verzorgers van de leerlingen die aan school zijn ingeschreven. Ouderraad (OR): De geledingraad van ouders als bedoeld in de Wet Medezeggenschap Onderwijs (art. 26 WMO). Medezeggenschapsraad (MR): De medezeggenschapsraad als bedoeld in art. 3 van de Wet Medezeggenschap Onderwijs. Bevoegd gezag: Het bestuur van het openbaar primair onderwijs ter plaatse, met inachtneming van door hen te stellen regels. Het team: De juffen en meesters en de directeur van de Openbare Basisschool de Boomhut (OBS). Wet: De Wet Medezeggenschap Onderwijs, staatsblad 1992, 22 december No. 663.
Taken en bevoegdheden Artikel 2 De OR heeft tot taak: 1. activiteiten te organiseren, zoals evenementen voor en door de leerlingen, ouderavonden en vergaderingen; 2. een goede, positieve en open sfeer op school mede te bevorderen; 3. de ouders te informeren over evenementen bij diens organisatie de OR is betrokken; 4. de belangstelling voor en betrokkenheid van ouders bij de school te bevorderen en daartoe actief uitnodigend te zijn via nieuwsbrieven en andere communicatiemiddelen; 5. te bevorderen dat ouders structureel ondersteunende werkzaamheden voor de school kunnen verrichten, b.v. door zich aan te sluiten bij de hulpouders; 6. te functioneren als vertegenwoordiging van de ouders van de school ten aanzien van niet onderwijskundige zaken;
7. de belangen van de ouders te behartigen bij de MR, bij de schoolleiding en, zo nodig, bij het bevoegd gezag; 8. het vaststellen, innen en beheren van de ouderbijdrage.
Artikel 3 De OR is bevoegd: 1. op te treden ter vertegenwoordiging van de ouders zonder dat hierdoor aan hun individuele rechten en plichten tekort wordt gedaan; 2. gevraagd of ongevraagd schriftelijk advies uit te brengen aan de MR over die zaken die ouders in het bijzonder aangaan. De MR stelt op verzoek van de OR de directie in kennis van zo’n schriftelijk advies. Binnen drie maanden brengt de directie een schriftelijke, met redenen omklede reactie uit aan de MR. Deze informeert op haar beurt de OR; 3. de oudergeleding in de MR te adviseren over hun stemgedrag ten aanzien van voorstellen van het bevoegd gezag die betrekking hebben op taken van de OR.
Samenstelling Artikel 4 1. De OR bestaat uit tenminste vijf stemgerechtigde leden uit de oudergeleding. 2. Het streven is naar een evenwichtige verdeling van ouders van kinderen in de onder- en bovenbouw (en daarmee van de verschillende locaties). 3. Ieder ouder is bevoegd zich aan te sluiten bij de OR. Wil een ouder lid worden van de OR, dan zal hij/zij eerst in contact komen met een OR-lid. Daaropvolgend zal kennismaking met de overige leden plaatsvinden bij de eerstvolgende vergadering van de OR en kan zowel het aspirant-lid als de OR positief of negatief besluiten over deelname van de aspirant. 4. Idealiter neemt een nieuw lid minimal drie jaar zitting in de OR. 5. Drie vaste leden met adviserende stem, zijnde lid van het onderwijzende, dan wel het onderwijsondersteunende personeel wonen de vergaderingen van de OR bij. Ook hier is het streven van vertegenwoordiging van onderwijzers uit zowel de onder- als de bovenbouw. 6. De directeur zal de vergaderingen van de OR minstens 1 keer per jaar bijwonen.
Artikel 5 De OR kiest uit de leden een voorzitter, secretaris en penningmeester. Het is ook mogelijk om andere verantwoordelijkheden te verdelen, zoals die voor de communicatie met school en met ouders. Indien de omstandigheden daartoe dwingen kunnen de functie van secretaris en penningmeester in één persoon zijn verenigd.
Artikel 6 De voorzitter of de verantwoordelijke voor communicatie deelt de samenstelling van de OR voor het begin van het nieuwe schooljaar mee aan de administratie ven de directie van de school. Zij informeren de administratie over tussentijdse veranderingen van de samenstelling van de OR. Hij /zij streeft hierbij naar publicatie in de nieuwsbrief van de school.
Artikel 7 Mocht de OR uit meer leden bestaan dan 1 keer het aantal groepen op school, dan zal de OR tot verkiezingen overgaan. De procedure hiervoor staat beschreven in de bijlage van dit document. De OR kan ook besluiten tot verkiezingen over te gaan, indien dit nodig lijkt voor een efficiënte uitvoering van haar taken.
Werkwijze Artikel 8 De OR wordt bij de voorbereiding en/of uitvoering van evenementen op school ondersteunt door het team en hulpouders. De secretaris beheert een mailinglist van hulpouders en neemt regelmatig maatregelen deze op de nieuwste stand te houden.
Artikel 9 1. De OR vergadert in beginsel in het openbaar. Indien de agenda hiertoe aanleiding geeft of indien de OR op voorstel van één van de leden hiertoe besluit, vindt de vergadering plaats in beslotenheid. 2. De OR streeft naar een optimale samenwerking met de MR. De voorzitter van de OR zendt voor elke vergadering een agenda aan de MR. De OR vaardigt een lid, met adviserende bevoegdheid, maar zonder bevoegdheden in de besluitvorming van de MR naar de vergaderingen van de MR af. Indien nodig, woont een lid van MR op eigen verzoek of op verzoek van de OR de vergadering van de OR bij.
Artikel 10 De voorzitter is belast met het bijeenroepen en leiden van de vergadering van de OR. Hij/zij roept de leden ca. 8 maal per jaar bijeen. Hij/zij is verplicht een vergadering te beleggen wanneer tenminste één derde van de leden hiertoe verzoekt. Deze bijeenkomst moet binnen veertien dagen na het verzoek plaatsvinden.
Artikel 11 De teamgeleding houdt de OR op de hoogte van OR-gerelateerde zaken die in teamvergaderingen, bouwvergaderingen of andersoortige bijeenkomsten, ter tafel komen of zijn geweest. Zij brengen tijdens deze bijeenkomsten met het team ook relevante punten uit de OR-vergaderingen ter sprake en zien toe op de voortgang van eventuele actiepunten.
Artikel 12 De OR heeft het recht schriftelijk of mondeling vragen te stellen aan de schoolleiding over de gang van zaken met betrekking tot de school.
Artikel 13 De secretaris is belast met de correspondentie, het maken van de notulen van de vergaderingen van de OR en ouderavonden en met het beheer van het archief van de OR. De voorzitter verstrekt tenminste één maal per jaar – bij voorkeur tijdens de jaarlijkse oudervergadering- informatie aan de ouders over de evaluatie van de werkzaamheden van de OR.
Artikel 14 De voorzitter en/of secretaris tekenen de brieven die namens de OR uitgaan.
Artikel 15 1. De penningmeester maakt aan het einde van een zittingjaar een financieel verslag en stelt de begroting voor het komende jaar op. Deze wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de OR en gepresenteerd op de jaarlijkse ouderavond. 2. Tevens int en beheert de penningmeester de gelden verkregen uit de vrijwillige bijdrage van de ouders, alsmede gelden verkregen uit andere bronnen. De OR is over het beheer ervan verantwoording verschuldigd aan de ouders.
3. Tenminste twee maal per jaar geeft de penningmeester een financieel overzicht aan de OR. Een, uit twee leden bestaande, kascontrolecommissie controleert daarnaast één maal per jaar de bescheiden die betrekking hebben op de inkomsten en uitgave van deze gelden. De commissie brengt van haar bevindingen jaarlijks schriftelijk verslag uit aan de OR. Bij het in orde bevinden van de kas doet de kascontrolecommissie het voorstel om de penningmeester decharge te verlenen. Tevens is er de mogelijkheid voor de commissie om tussentijds controle(s) uit te voeren.
Werkgroepen Artikel 16 De organisatie van evenementen en activiteiten wordt gedaan in werkgroepen. Daarin nemen idealiter leden van het team en leden van de OR deel. De leden van de OR maken in het begin van het schooljaar een verdeling van de uit te voeren taken onder haar leden. De school doet dat middels het zogenaamde taakbeleid. Afhankelijk van evenement of activiteit kan of de school of de OR leidend zijn binnen de werkgroep. De werkgroepen beleggen zelfstandig vergaderingen. De leden van de OR die aan de werkgroepen deelnemen, leggen verantwoording af tijdens de vergaderingen van de OR. Van alle activiteiten zijn of worden er zogeheten draaiboeken vastgesteld en indien nodig zo spoedig mogelijk aangepast. De werkgroepen zorgen ook voor het maken van foto’s van evenementen, die o.a. voor de jaarlijkse ouderavond en de website gebruikt kunnen worden.
Ouderavonden Artikel 17 1. Tenminste eenmaal per jaar voor 1 december van elk schooljaar belegt de directeur van school een ouderavond met een voor de ouders relevant thema. 2. De OR belegt ook een ouderavond indien tenminste tien procent van de ouders schriftelijk daartoe de wens te kennen geeft. 3. Tijdens de ouderavond kunnen de ouders vragen stellen aan de OR en o.a. kennis nemen van a. de samenstelling van de OR b. het jaarverslag c. het nieuwe jaarplan d. een mogelijke verlaging of verhoging van de vrijwillige ouderbijdragen e. het gevoerde financiële beleid met bijvoorbeeld informatie over jaarrekening, begroting en verslag van de kascontrolecommissie.
Artikel 18 1. De leiding van de ouderavonden ligt bij de directeur van de school. Hij/zij is bevoegd de leiding over te dragen aan anderen, indien de omstandigheden daartoe aanleiding geven. Tevens zijn de voorzitter van de MR en de directie op deze avond aanwezig. 2. De uitnodigingen, die tevens de agenda bevatten, worden tenminste drie weken voor de ouderavond verzonden. 3. De ouderavonden zijn openbaar.
Tussentijds aftreden OR/ouderraadslid Artikel 19 1. Zodra leden niet langer tot de ouders of het onderwijzende team behoren, treden zij af. 2. Indien leden twee vergaderingen verzuimen zonder opgave van redenen kan het lidmaatschap ongeldig verklaard worden. 3. Bedenkt een lid eerder af te willen treden dan na het termijn van 3 jaar, dan deelt hij/zij dit per omgaande mede aan de OR. Hij/zij zal zijn lopende taken zo goed mogelijk overdragen aan een ander OR-lid.
Artikel 20 1. In het geval van ernstige onenigheden binnen de OR treedt de OR in zijn geheel af wanneer tenminste de helft van het aantal leden daartoe besluit. Een dergelijk besluit kan alleen genomen worden als het aftreden is opgevoerd als punt op de tevoren opgestelde agenda van de vergadering van de OR en als een meerderheid van het aantal leden van de OR bij die vergadering aanwezig is. Is een meerderheid van de leden niet opgekomen, dan wordt er een nieuwe vergadering belegd, welke dient plaats te vinden op een tijdstip dat ligt tussen twee en drie weken na de datum van de eerste vergadering. Op de nieuwe vergadering kan het geagendeerde besluit worden genomen ongeacht het aantal aanwezigen. 2. De afgetreden OR benoemt een commissie, die zorg draagt voor verkiezingen voor een nieuwe OR. De verkiezingen zullen plaatsvinden zoals beschreven in de bijlage van dit reglement. In de commissie kunnen alle ouders met uitzondering van de leden van de OR, zitting hebben. 3. De leden van de afgetreden raad zijn herkiesbaar.
Artikel 21 1. De OR kan in gevallen waarin men het absoluut niet met het functioneren van een OR-lid eens is, ingrijpen door deze tussentijds ter verantwoording te roepen en eventueel tot aftreden te dwingen.
2. Op schriftelijk verzoek van tweederde van het aantal leden van de OR, wordt op de eerstvolgende ouderavond het tussentijdse aftreden van een ouderraadslid voorgelegd. Het bedoelde OR-lid treedt daadwerkelijk af indien tenminste tweederde van de aanwezige ouders hiermee instemt. 3. Het in het tweede lid bedoelde verzoek kan slechts door de OR worden gedaan op grond van het feit dat de belanghebbende de werkzaamheden van de raad ernstig belemmert, dan wel op de grond van het feit dat de belanghebbende zich niet heeft gehouden aan de wettelijke geheimhoudingsplicht. 4. De belanghebbende wordt niet eerder tot aftreden gedwongen dan nadat deze in de gelegenheid is gesteld zich mondeling of schriftelijk te verweren. 5. Van het mondeling verweer wordt verslag opgemaakt, dat na voorlezing wordt ondertekend door hem/haar te wiens overstaan het verweer heeft plaatsgevonden en door de belanghebbende.
Besluitvorming Artikel 22 Besluitvorming vindt in beginsel plaats op basis van consensus (meerderheidsbeginsel van 2/3 van de stemmen). Indien dit niet wordt bereikt wordt overgegaan op stemmen. (zie art.23)
Artikel 23 Over personen wordt schriftelijk, over zaken mondeling gestemd. Besluiten worden genomen bij volstrekte meerderheid van stemmen (de helft +1). Bij het bepalen van het aantal uitgebrachte stemmen, wordt het aantal stemonthoudingen, dan wel de blanco stemmen, niet meegeteld. Bij staking der stemmen is het voorstel verworpen.
Slotbepaling Artikel 24 Dit reglement en de daarin aan te brengen wijzigingen wordt op voorstel van de OR, bij tweederde meerderheid van de stemgerechtigde aanwezigen, vastgesteld door de OR. Het vastgestelde reglement of de wijzigingen worden ter kennis gebracht aan de directie van de school en de MR. Dit reglement bindt alleen de OR zelf en geen andere partijen. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist de OR.
Bijlage Verkiezingen Artikel I 1. Iedere ouder is bevoegd zichzelf kandidaat te stellen voor de OR. 2. De OR of de verkiezingscommissie stelt de ouders tenminste drie weken voor de verkiezingen schriftelijk op de hoogte van de datum waarop verkiezing van de leden van de OR zal plaatsvinden. De OR maakt de ouders er via de nieuwsbrief op attent dat zij zich kandidaat kunnen stellen. 3. De OR leden (tenminste vijf) worden gekozen door alle ouders bij geheime stemming. De volgorde van de aantallen op de kandidaten uitgebrachte stemmen wijst aan wie er gekozen zijn. Bij gelijk aantal stemmen beslist het lot. 4. Het aantal zetels in de OR is voor de oudergeleding maximaal 1 keer het aantal groepen leerlingen. 5. Indien niet meer kandidaten zijn gesteld dan zetels in de OR beschikbaar zijn, vindt er geen verkiezing plaats en worden de gestelde kandidaten geacht te zijn gekozen. 6. Uit een zelfde gezin kan niet meer dan één persoon lid zijn van de OR, tenzij in deelfunctie.
Artikel II 1. Leden bij een verkiezing gekozen, hebben in principe zitting voor drie jaar. In tussentijdse vacatures wordt voorzien uiterlijk bij de eerstvolgende verkiezingen. Degene die in een tussentijdse verkiezing worden gekozen treedt in volgorde van aftreden in de plaats van diegene die hij/zij opvolgt. 2. Elk jaar treedt volgens een door de OR vast te stellen rooster, een aan de zittingstermijn gerelateerd deel van de leden af. Bij drie jaar is dit 1/3. De aftredende leden zijn herkiesbaar, indien zij op het tijdstip van verkiezingen behoren tot de ouders. Vastgesteld op 14-1-2013