Hoog Sensitieve Kinderen gewoon anders
Door Ellen van der Weiden Opleiding Opvoedcoach Driebergen 2012
Inhoudsopgave Inhoudsopgave......................................................................................................................................... 1 Voorwoord .............................................................................................................................................. 2 Inleiding .................................................................................................................................................. 3 Hoofdstuk 1 ............................................................................................................................................. 5 H.1.1. Kenmerken van HSP volgens onderzoek door vele deskundigen ............................................ 5 H.1.2. Wijsheid van andere culturen ................................................................................................... 9 H.1.3.De hoog sensitieve jongen in onze westerse cultuur, volgens Ted Zeff ................................. 10 H.1.4. Waar moeten ouders op letten als ze een vermoeden van HS hebben?.................................. 13 H.1.5. Rol van opvoedcoach ............................................................................................................. 14 Hoofdstuk 2 ........................................................................................................................................... 15 H.2.1. De verwarring: Hooggevoeligheid, AD(H)D, PDD-NOS, Dyslexie/Dyscalculie, Beelddenken. ..................................................................................................................................... 15 H.2.2. Begeleiding bij overprikkeling. .............................................................................................. 20 H.2.3. Rol van opvoedcoach in deze ................................................................................................. 21 H.2.4. Signaleren en ondersteunen van HSK door leerkrachten en ouders....................................... 21 H.2.5. Onderzoekje op eigen basisschool. ........................................................................................ 22 Hoofdstuk 3 ........................................................................................................................................... 24 H.3.1. De basis voorwaarden tot optimaal functioneren die iedere opvoeder moet weten. .............. 24 H.3.2. De rol van opvoedcoach in deze. ........................................................................................... 25 H.3.3. HSK en vitaliteit..................................................................................................................... 26 H.3.4. Rol van opvoedcoach in deze. ................................................................................................ 27 H.3.5. Bevorderen van talenten van HSK. ........................................................................................ 27 H.3.6. Tips voor opvoedcoaches wanneer zij een hulpvraag krijgen van ouders van een HSK. ...... 29 Conclusie ............................................................................................................................................... 31 Gebruikte afkortingen............................................................................................................................ 33 Gebruikte links en geraadpleegde literatuur .......................................................................................... 34 Bijlagen ................................................................................................................................................. 35 Bijlage 1: Test van Elaine N. Aron ................................................................................................... 35 Bijlage 2: Tips van een volwassen HSP aan ouders/leerkrachten van een HSK.: ............................ 37
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
1
Voorwoord De intuïtie is een heilige gave en de ratio een trouwe dienaar daarvan. We hebben een maatschappij gecreëerd die de dienaar vereert en de gave is vergeten. Albert Einstein Mijn inspiratie om over het thema hoog sensitieve kinderen (HSK) en hun problematiek een scriptie te schrijven, komt voort uit een diep gevoel van binnen meer over dit onderwerp te willen weten. Jarenlange ervaring in het onderwijs en het moederschap hebben de interesse alleen maar versterkt. Het komt voort uit jarenlange confrontaties met een dochter die niets van onze maatschappij en onze regels snapt. Een dochter die eerst het label dom kreeg, toen te gevoelig, dyslectisch, ADD. Een dochter die met 5 jaar al zei, er klopt iets niet hoor, iedereen is zo onaardig en oneerlijk. Een dochter die op de eerste schooldag haar juf/meester scande waardoor de toon gezet was voor het hele jaar. Was de conclusie niet eerlijk of niet echt (lees oprecht) dan kwam het verder ook niet meer goed tussen haar en de leerkracht. Een dochter die tot voor kort (november 2011 afgestudeerd HBO vrijetijdsmanagement met als scriptie thema: meditatie en yoga mogelijkheden in Amsterdam!) thuis kwam, haar jas uit deed en vervolgens op de bank neerstortte en in een diepe slaap viel. Een dochter die met 6 jaar al vroeg wanneer ze niet meer naar school hoefde want ze leerde er toch niks wat echt belangrijk was. Een dochter die, na overleg met haar middelbare school, 5 minuten later dan de rest op school kwam. Dan zat iedereen in de klas en had ze minder last van alles wat ze zag, voelde en hoorde op het plein als ze kwam aan fietsen. Kortom, achteraf gezien, een HSK, in heel veel opzichten. Nooit geweten, nooit heeft iemand mij daarop attent gemaakt, terwijl ik toch zelf veel las, open stond voor veel mogelijkheden, en veel hulpverleners heb bezocht. Aangezien HS erfelijk is, werden ook voor mij veel zaken ineens helder. Ik had als kind al vroeg in de gaten dat ik moest veranderen, wilde ik overleven. Ik werd sterk, daadkrachtig en duwde ieder gevoel weg. Het mocht er niet zijn. Ja zeker, het heeft me veel gebracht. Helaas uiteindelijk ook een burnout op mijn 41ste. Ik was totaal op, heb een jaar thuis gezeten en kon toen, met veel hulp, weer langzaam gaan voelen wie ik werkelijk was. Door de ogen van mijn dochter zag ik weer de wereld die ik kende als kind. Ik zag mijzelf eenzaam ploeteren over mijn levenspad met lieve, maar totaal onwetende ouders, die dachten dat je met gevoelig zijn toch echt niet ver komt. Mijn geluk was dat de maatschappij toen nog overzichtelijk was. Veel minder stressgevoelig en prestatie gericht. ADD, dyslexie, het bestond nog niet in de beleving van mijn docenten en ouders. Door mijn hart weer te openen, ging er weer een wereld voor mij open. Een wereld waarin ik erkend wordt, waarin ik mag zijn wie ik ben. Ik hoop met deze scriptie dat veel mensen wakker worden. Dat veel mensen geïnspireerd raken door alles wat een HSK is, nodig heeft en waar ze doet groeien. Ik hoop dat we een voorbeeld kunnen nemen aan andere culturen (H.1.2.) waarin HS gezien wordt als een kwaliteit. Waar deze kinderen aan de hand worden genomen door ervaringsdeskundigen en zo op weg geholpen om hun kwaliteiten te laten groeien en in de wereld neer te zetten. Ik nodig je uit deze scriptie te lezen en alle tips en ervaringen ter harte te nemen. Ik hoop dat jij als opvoeder/leerkracht geïnspireerd raakt door wat deze kinderen ons laten zien. Ik hoop dat hierdoor heel wat leed bij HSK voorkomen kan worden en dat ze, indien nodig, gepaste hulp kunnen krijgen. Maar ik hoop vooral dat deze kinderen opgroeien tot evenwichtige volwassenen, vol vertrouwen in de toekomst. Van last naar KRACHT! Veel inspiratie en leesplezier!
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
2
Inleiding Onderzoeksvraag: HSK en waar lopen hun ouders en professionele opvoeders tegenaan. Met mijn scriptie hoop ik meer duidelijkheid te geven over wat hoog sensitief (HS) nu eigenlijk is, de kenmerken, en hoe andere culturen ermee omgaan. Waar lopen hun ouders en professionele opvoeders in de praktijk tegenaan. In mijn onderzoek kwam naar voren dat vooral jongens er veel last van kunnen ondervinden. Ik heb daarom een extra stuk besteed aan HSJ (hoog sensitieve jongens). Daarnaast is er een heel hoofdstuk besteed aan de verwarring over hoog sensitiviteit, verkeerde diagnoses, en het onderwijsveld. Wat moet daar gebeuren. Wat hebben HSK nodig in het onderwijs om tot bloei te komen. Hoe wordt er nu met HSK omgegaan, wat weet de professionele opvoeder over HSK. Aangezien ik zelf werkzaam ben in het onderwijs (professionele opvoeder) is dit een zeer belangrijk hoofdstuk voor mij. Maar ook, hoe kunnen ouders deze kinderen het beste begeleiden. Een belangrijk onderdeel is de tips van volwassen HSP (H.4. bijlage) aan ouders met een HSK. Zij zijn tenslotte de ervaringsdeskundigen. Is het dan alleen maar moeilijk? Nee, zeker niet, daarom het laatste hoofdstuk over HSK en hun talenten. Talenten komen tot uiting als het kind, m.n. fysiek in balans is. Zit het kind lekker in zijn vel dan zal het zich ontwikkelen. Helaas komt bij deze kinderen eczeem, astma en allergieën regelmatig voor. Naast een grotere vermoeidheid zorgt dat niet voor een goede vitaliteit. Vitaliteit is de motor is tot ontwikkeling. Hoewel het begrip HSP bij sommige wetenschappers tot scepsis leidt, kunnen we er niet omheen dat het boek van Elaine Aron een bestseller van betekenis gebleken is. Daarmee heeft HSP zich bewezen als een gedragskenmerk dat aandacht verdient. In het reguliere circuit is het bestaan van HSP nog omstreden. Nog steeds is er vaak een gebrek aan kennis en ervaring in de reguliere gezondheidszorg ten aanzien van hooggevoeligheid. In de meeste reguliere opleidingen wordt hier dan ook geen of weinig aandacht aan besteed. Ik hoop met deze scriptie, HSK nog meer onder de aandacht van opvoeders en professionele opvoeders te brengen. Het belangrijkste is, dat ik als opvoedcoach goed op de hoogte ben van de kenmerken van HSK en de eventuele problematiek bij deze groep. Hoe kan ik ouders verder helpen als ze met een hulpvraag over hun HSK bij mij komen. Welke interventies kan ik toepassen. Achterin staan de verklaringen voor de afkortingen die je tegenkomt. Als ik het heb over hij bedoel ik ook zij (behalve in het stuk over HS jongens) en andersom. Voor de goede orde, veel tips m.b.t. de opvoeding van HSK kun je uiteraard ook toepassen bij niet HSK!
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
3
stilte 't is zo stil om je heen met grote, heldere ogen kijk je de wereld in met zoveel vragen in je hoofd maar niemand zegt het antwoord je zou zo graag meedoen maar je snapt de spelregels niet de manier waarop kinderen met elkaar omgaan waarop mensen met elkaar omgaan het doet vaak zo pijn de zin van het bestaan is jou niet duidelijk omdat de zin van jouw bestaan heel anders is jij die hier niets vindt dan eenzaamheid altijd alleen geen vriendjes niemand die jou begrijpt dan is er stilte en heimwee….. © Cornel van Noppen
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
4
Hoofdstuk 1
H.1.1. Kenmerken van HSP volgens onderzoek door vele deskundigen Elaine N. Aron (het hoog sensitieve kind, 2004) : Eén op de vijf mensen is hoog sensitief ofwel hooggevoelig. Een hooggevoelig persoon ontvangt veel meer en sterkere signalen uit de omgeving (b.v. emoties en stress van anderen, geluiden) dan niet hooggevoelige personen. Daardoor hebben de hersenen van een hooggevoelig persoon meer signalen te verwerken en raakt deze persoon sneller overprikkeld. Vroeger werd van deze kinderen gezegd dat ze verlegen, stil, dromerig en lastig waren. Het komt even vaak bij jongens en meisjes voor. De meeste hoog sensitieve kinderen zijn beelddenkers. Bij HSK is vaak één of beide ouders ook hoog sensitief. Een aantal kenmerken volgens vele deskundigen: Nieuwsgierigheid Een gevoelig kind heeft een diepere band met de omgeving en dat maakt dat het geïnteresseerd is in die omgeving. Ze stellen veel vragen, soms zo veel dat je er moe van wordt. Ze zullen dan ook meer onderzoek doen dan de rest van hun leeftijdsgenootjes. Je hoeft ze daarom meestal geen twee keer iets uit te leggen. Het lijkt dan wel of ze hoogintelligent zijn maar dat hoeft niet. Ze zijn hooggevoelig, dat is een kwaliteit van het hart, intelligentie is een kwaliteit van het hoofd. Beide manieren kunnen gebruikt worden om te leren. Het kan uiteraard wel samen gaan, hetgeen de nieuwsgierigheid nog veel groter kan maken. Opmerkzaamheid Ze zullen sneller dan gemiddeld zien wat er verkeerd is of wat er moet gebeuren om iets te verbeteren. Het valt ze sneller op dat je een andere bril draagt, zelfs al zeggen ze dat niet. Omdat ze veel subtielere dingen opmerken, hebben ze een grotere stroom indrukken te verwerken waardoor ze snel overprikkeld kunnen raken. Dat komt omdat de informatiestroom complexer wordt verwerkt. En er zijn erg veel prikkels die binnenkomen en verwerkt moeten worden. Denk maar aan de TV en de computer, de radio en de krant. Maar ook op straat is het druk, er hangt bijna overal een geluidsdeken over de omgeving, altijd zijn er weer dingen te zien of te horen die onrust geven. Intensiteit Ze kunnen intens genieten van kleine dingen. Maar aan de andere kant kunnen zo ook intens boos worden. Ze zijn dus wat extremer. Als ze vrolijk zijn, dan zijn ze ook echt vrolijk en als ze boos zijn,
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
5
zijn ze ook echt helemaal boos. Het hangt er vanaf hoe het kind het uit, als het een extravert kind is kan het heel moe worden door zich extreem naar buiten te uiten. De intensiteit is ook van hun gezicht af te lezen. Ze kunnen slecht verbergen dat ze boos zijn, maar dat willen ze ook niet. Ze willen zichzelf zijn en dat is intens. De andere kant is dat ze dus ook heel erg tevreden en werkelijk gelukkig kunnen zijn. Van de groep HSK is 70% introvert en 30% extravert. Communicatief Als ze aandacht geven willen ze die ook voor 100% geven. Ze willen die 100% aandacht dan ook krijgen als zij aandacht nodig hebben. Als ze bezig zijn met een verhaal te vertellen wat voor hen belangrijk is en je neemt ondertussen een overgaande telefoon op, kan het goed zijn dat ze gekwetst zijn en zich gaan afsluiten. Eerlijkheid in communicatie is wat ze ook eisen, ze zullen dubbele boodschappen opvangen en niet weten wat ze er mee moeten doen. Als je met woorden het ene zegt maar met je lichaamstaal iets anders, zullen ze dat opmerken. Daar hebben ze geen psychologische training voor nodig. Het enige wat zal gebeuren, is dat ze in de war raken en een innerlijk conflict gaan krijgen. Gevoelig voor stemmingen en emoties van andere HSK kunnen een ruimte binnenkomen en aanvoelen wat er aan de hand is, ze weten in wat voor stemming je bent. Het hangt dan van het kind af of het je dat laat weten of niet. Maar denk niet dat het kind het niet voelt. Het kan dus positief zijn omdat ze weten hoe de zaken ervoor staan. Maar negatief kan ook, het kan zijn dat ze niet beseffen dat die emoties niet van hen zijn of dat ze verkeerde conclusies trekken uit wat ze voelen. En juist omdat ze zo subtiel zijn kunnen ze ook gemakkelijk overdonderd raken door emoties van anderen en zichzelf daarin volledig verliezen. Het is wel prettig om in elke situatie te kunnen voelen hoe je moet reageren, maar dit moet het kind wel geleerd worden. Fantasierijk Dat Fantasie is een bron van vreugde en creativiteit. Hooggevoelige kinderen hebben een bijzonder groot associatief vermogen en gebruiken dat ook om te leren. Met die fantasie kunnen hele werelden gecreëerd worden. Helaas, als ze zich niet thuis voelen zullen ze de fantasie gebruiken om een vluchtwereld te creëren. Een veilige liefdevolle omgeving hebben de kinderen nodig. Eén die ze ook stimuleert om de buitenwereld in te gaan. Maar dat zit meestal wel goed omdat ze ook nieuwsgierig zijn. Sterk ontwikkelde intuïtie Dat zal ze behoeden voor de 7 sloten, daar zullen ze niet gauw in lopen. Ze kunnen dingen doen die ze zelf en anderen nog niet begrijpen. Maar dat blijkt later een heel erg goede keuze geweest te zijn. De intuïtie hoort bij de eigenheid van het kind. Als het kind te vaak wordt bestraft of uitgelachen terwijl het zijn gevoel of intuïtie volgt, zal het zijn eigen intuïtie niet meer gaan vertrouwen en dan gaat de eigenheid van het kind verloren. Het is echter wel een bron van onbegrip voor leeftijdgenootjes en volwassenen, want er is geen logica die verklaart waarom het kind bepaalde dingen doet. Het vraagt een vertrouwen van de ouders in de innerlijke wijsheid van het kind. Natuurlijk is niet alles wat je niet begrijpt van het kind intuïtie, het maakt soms fouten. Maar soms zijn de fouten een gevolg van een onjuiste inschatting van de ouders. Niemand heeft ook beweerd dat opvoeden makkelijk is. Ze zijn wijs voor hun leeftijd, alhoewel dat vaak niet wordt onderkend. Volwassene hebben nogal eens de neiging om het kind te vertellen dat het niet zo werkt in deze wereld, maar beseffen niet dat het kind met het hart luistert. En dat is nu net wat veel volwassenen ook in hun jeugd hebben afgeleerd, die hebben vaak geleerd alleen maar meer met hun hoofd te luisteren. Denken veel en lang na Ze vragen zich voortdurend af waarom er iets gebeurd en wat de verbanden zijn. Het betekent ook dat als ze een keuze moeten maken, ze alles af zullen wegen. Er kan dus een probleem zijn met het maken
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
6
van keuzes. Het lijkt dan of ze traag zijn, maar alle mogelijke werelden spelen zich af in het koppie van het kind. Ze denken al veel na over van alles en nog wat, dat maakt wel dat hun aarding (met twee benen op de grond staan) een probleem kan zijn. Ze hebben grenzen en structuur nodig, een liefdevolle aanraking en een veilig thuis waar ze tot rust kunnen komen en welkom zijn. Om dat aarden te bevorderen is lichaamsbeweging heel goed voor ze. (zie H.3.3.) Hebben een sterk groepsgevoel Gevoelige kinderen zijn ook nieuwsgierig naar andere mensen. Ze kunnen zich dus wel in groepen begeven, maar dan wel onder bepaalde condities. Ze zullen mede Hsp‟s (hoog sensitieve personen) opzoeken of de neiging hebben om zich terug te trekken. Ze houden van echte gesprekken die ergens over gaan, over dingen die met het hart te maken hebben. Daarom is het dat ze eigenlijk liever één op één gesprekken hebben, die gaan meestal dieper. Als ze plotseling in de aandacht staan worden de kinderen nerveus. Als een gevoelig kind geen aandacht wil, is het beter dat ook te respecteren. Het is zelfs wijs om het kind zelf te vragen wat het wil. En soms is het nodig om het kind over de drempel te helpen zodat het geen bange volwassene zal worden voor wie de wereld vol bedreigingen is. Interesse in spiritualiteit Ze willen andere over het algemeen graag helpen en begrijpen. Daarnaast is er een sterke behoefte aan een dieper en intenser leven. Deze twee componenten samen zorgen er voor dat je al gauw uitkomt bij spiritualiteit. Waar een HSP‟r op moet letten is dat hij/zij zich niet mee laat slepen door alle input vanuit de spirituele hoek. Het gevaar is dan dat ze alle contact met de materiële wereld verliezen (gaan zweven), of zich terug trekken uit de samenleving om slechts met gelijkgestemden te vertoeven. Daarnaast kunnen ze eerder last hebben van verlies aan energie, uitputting, omdat ze zichzelf niet meer goed afschermen. Ze zijn niet meer geaard en nemen als een spons alles in zich op. HSK kunnen, indien niet goed begeleid op dit gebied, fysiek uitgeput raken. Ze moeten leren aarden en zich leren afschermen. Belangrijk is ook dat ze gaan voelen wat van hun zelf is en wat van hun omgeving. Nog even alle kenmerken op een rij met aanvullingen: Lichamelijke kenmerken: Hele gedetailleerde waarneming op zintuiglijk gebied, geluid/geuren/smaken/aanraking/pijn/kleuren/licht sterktes/textuur van voeding/kleding. Lichaamsbouw: ze lijken breekbaar/fragiel en lopen vaak op de tenen. Lichamelijke gevoeligheid: buikpijn/hoofdpijn/astma/allergie/vermoeidheid/maagklachten. Emotionele kenmerken: Ze lijken antennes te hebben voor de gevoelens van anderen. Ze voelen meer aan. Gauw van slag door emotionele uitingen van een ander, komt sterk bij ze binnen. Sterke behoefte aan zekerheid en een emotioneel rustige omgeving. Mentale kenmerken: Leergierig, ze willen het waarom weten! Goed geheugen. Zelfstandig. Creatieve manier van leren, daarbij soms gesteund door een grote woordenschat, goed kunnen associëren en combineren. Vaak een beelddenker. Gevoelig voor expressieve vakken. Spirituele kenmerken: Creëren de hele dag harmonie. Ze zoeken naar overeenkomsten, niet naar de verschillen.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
7
Houden zich bezig met de natuur en levensvragen. Sterke behoefte aan harmonie/vrede/rust/waarheid/liefde. Worden uit zichzelf soms overtuigd vegetarisch.
Paranormale kenmerken: Sommige kunnen aura‟s zien, hebben contact met overleden personen, horen stemmen, hebben voorspellende dromen.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
8
H.1.2. Wijsheid van andere culturen Intuïtieve kinderen hebben in onze moderne cultuur vaak het gevoel dat ze een vreemde eend in de bijt zijn. Dat geldt zeker niet voor alle culturen van nu en van vroeger. In Aziatische landen is het vanzelfsprekender dat gevoelige mannen (en vrouwen) meer respect krijgen. Ze weten wanneer iemand gevoelig is en gaan daar liefdevol en respectvol mee om. Ze worden op school niet geplaagd en hebben in de regel veel vrienden. In onze westerse samenleving ligt dat heel anders. Als ouder is het goed om naar andere culturen te kijken. Wellicht leer je hierdoor je kind kracht en zelfvertrouwen mee te geven. Zoals bij de indianen. In veel van hun overleveringen komt steeds weer naar voren hoe belangrijk het is je intuïtie in het leven te respecteren. Catherine Crawford schrijft in haar boek: ”Hoog intuïtieve kinderen”, dat ze onderzoek heeft gedaan bij afstammelingen uit Hawaï, Eskimo‟s uit Groenland en Maya‟s uit Guatemala. Hoe wordt er naar deze kinderen gekeken, hoe worden ze gesteund en beschermd en hoe worden hun talenten (eigenschappen) ontwikkeld”. Op Hawaï werd bij de kinderen met deze gave een soort mentor aangesteld, die naast de ouders een belangrijke taak had dit kind te steunen en begeleiden. Het kind moest oefenen hoe hij/zij zijn intuïtieve boodschappen op een geschikte manier, respectvol en nederig kon overbrengen. Door het levende voorbeeld van de begeleidende volwassene (mentor) leerde ze vooral met geduld zichzelf verder te ontwikkelen. Het kind kreeg ruim de tijd om te groeien en om zich te ontwikkelen, zodat hun gevoel van eigenwaarde en hun intuïtieve weten stevig in hun fysieke lichaam werd verankerd. Dit zorgde weer voor harmonisch profiel. Ook de mentor stemde de mentale, emotionele en intuïtieve ontwikkeling af op het kind. Zodat het kind, door deze steun, hun taak goed konden vormgeven, maar vooral ook door stevig geworteld te zijn hier op aarde. Je hebt een heel dorp nodig om een kind op te voeden, was toen al een wijsheid. Een Eskimo stamleider verwoordt de begeleiding van kinderen met een sterk intuïtief/empatisch vermogen als volgt: de oudere generatie bracht ons bij hoe ermee om te gaan, hoe erop te vertrouwen. Het houdt de maatschappij en het volk sterk, daardoor blijft het voortbestaan. De hoog sensitieve kinderen voelen de pijn van de wereld. We zijn allemaal verantwoordelijk voor de vreugde in ons hart. Deze kinderen moeten dit verankerd krijgen. Binnen de Maya cultuur wordt hoog sensitiviteit niet gezien als een talent maar als een instrument. Afhankelijk wat het kind voor missie heeft in dit leven, kan het gebruik maken van zijn intuïtie. Eén van de gedragswetten van de Maya‟s is respect. Alles op aarde, in het leven verdient respect. Al vlak na de geboorte horen de ouders van een hoog geplaatste wijze, wat de levensmissie van dit kind is. De ouders voeden hun kind naar die maatstaaf op. Hun talenten worden gezien, erkend en gesteund. Ze voelen de veiligheid om te zijn wie ze zijn, binnen hun gemeenschap. Hierdoor worden al veel stressfactoren weggenomen die in de westerse wereld voor deze kinderen zeker aanwezig zijn. Onze kinderen moeten zich hier bij ons op aarde thuis voelen, zodat ze de ruimte krijgen hun wijsheid te uiten. Dit is één van de wijsheden van een Maya oudste. Ook nu nog is er een significant verschil tussen het oosten en het westen m.b.t. het hoog sensitieve kind. In het oosten, de Aziatische landen wordt het gezien als een bijzondere kwaliteit. Deze kinderen zijn de stille, maar zeer populaire kinderen op school. In het westen, de snelle maatschappij, waar de hardste schreeuwers gelijk krijgen, wordt het in het algemeen gezien als een negatieve kwaliteit. Het kind is te stil, te langzaam, te teruggetrokken. Op school zijn dit de minst populaire kinderen. Deze overprikkelde maatschappij (zeker voor HSP) zorgt voor uitputting en een groot gevoel van onbehagen, omdat ze de boodschap krijgen een vreemde eend in de bijt te zijn. Hun kwaliteiten worden niet erkend, laat staan gesteund en aangemoedigd zoals bij de Maya‟s.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
9
H.1.3.De hoog sensitieve jongen in onze westerse cultuur, volgens Ted Zeff Jongens krijgen, bij veel culturen, op zeer jonge leeftijd vaak al te horen dat ze hun emoties beter niet kunnen uiten. Jongens die hun angst, onzekerheid of verdriet laten zien, worden vaak als „vrouwelijk‟ beoordeeld. Feit is wel dat babyjongetjes emotioneler zijn dan babymeisjes! De enige emotie die getolereerd wordt is woede! Een jongen die niet wil vechten wordt gezien als niet mannelijk. Gevoelige jongens ervaren angst juist intenser, wat maakt dat ze nog banger zijn als ze fysiek worden bedreigd. Zelfs hoogsensitieve mannen huilen liever niet. Uit onderzoek van Elaine Aron kwam dit aspect naar voren. De enige vraag waarop gevoelige vrouwen hoger scoorden dan mannen, was op de vraag: ik huil snel. Terwijl er evenveel mannen als vrouwen hoog sensitief zijn. Het resultaat is dus dat veel jongens en mannen in stilte lijden, met alle gevolgen van dien. Bijvoorbeeld een hoger percentage depressieve jongens tussen de 8-12 jaar dan meisjes. Maar ook consequenties op het gebied van relaties, carrière en gezondheid. Mannen worden ook geleerd dat om hulp vragen een teken van zwakte is. De mensheid en de wereld staan voor een keerpunt: blijven onze wereldleiders zich volharden in hun ongevoeligheid, hun oorlogszuchtig gedrag, dan staat de wereld aan de rand van de afgrond. Echter kiezen we voor een nieuwe, op samenwerking gerichte, begripvolle benadering, dan staan we aan het begin van een nieuw tijdperk van wereld vrede. Ouders , leraren, gezinsleden en andere familie en vrienden van gevoelige jongens, is aan te raden, alert te zijn op signalen van depressiviteit, ernstige psychische angst of PTSS (post traumatische stress stoornis). PTSS is een ernstige angststoornis die meestal door een bedreigende fysieke of emotionele gebeurtenis of gebeurtenissen wordt veroorzaakt. Enkele symptomen zijn slaapstoornissen, teruggetrokkenheid, moeite met concentreren en emotionele verdoving. Dit kan bijvoorbeeld ontstaan als pesten overgaat in ernstige fysieke bedreigingen. De HSJ (hoog sensitieve jongen) zal zich terugtrekken en zichzelf isoleren. Wat zie je:
De HSJ trekt zich terug in zijn kamer, sluit zich af voor mensen. Pubers doen dat ook, maar hebben daarnaast wel veel contact met hun vrienden. Veel buik en hoofdpijn klachten. Moeite met huiswerk en concentratie. Slaap problemen zoals nachtmerries en moeilijk in slaap komen. Hij kan een lusteloze of onverschillige indruk maken. Hij is overdreven alert, heel zenuwachtig, somber of licht ontvlambaar. Meer dan je van een puber mag verwachten.
Wat kan een ouder doen in zo‟n situatie? Ouders en andere volwassene zouden een luisterend oor (moeten) bieden, zonder te oordelen. Hij moet weten dat je onvoorwaardelijk van hem houdt en dat je er voor hem bent. Gevoelige jongens voelen emoties intens waardoor ze er makkelijker in kunnen blijven hangen. Als ouder help je hem door hem te wijzen op wat er al wel goed gaat. Heel belangrijk als ouder is dat je hem helpt zijn negatieve gedachtes om te zetten in positieve! Een HSJ heeft meer slaap nodig. Een aantal tips om een HSJ makkelijker in slaap te laten komen zijn: Een rustige slaapkamer, goed verduistert en koel. Het moet een veilige plek zijn. Een uur voor het slapen ervoor zorgen dat er zo min mogelijk prikkels op hem af komen. Schakel elektronische apparatuur uit, lees een verhaaltje voor of masseer hem zachtjes. Oudere HSJ vinden het prettig om naar rustige muziek te luisteren of een inspirerend boek te lezen.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
10
Houd in de gaten naar welk televisie programma hij kijkt. Gewelddadige programma‟s verstoren zijn slaap. Beter te vroeg dan te laat naar bed. Zoals ik al zei, ze hebben veel slaap nodig. Praat met hem over eventuele problemen, maar sluit altijd af met de positieve aspecten in zijn leven. Geef hem een vast ritme, vaste tijd naar bed en vaste tijd weer op staan. Een aromatische verdamper met bijvoorbeeld lavendel olie helpt ontspannen. Ook een warm bad bevordert de slaap. Bij mijn dochter had ik het ritueel dat ze twee Peruaanse poppetjes (speciaal daarvoor gemaakt) onder haar kussen had liggen die nare dromen en zorgen tot zich namen. Ook een indiaanse dromenvanger in de hoek van hun slaapkamer, die nare dromen opvangt en verwijderd, kan rust geven. Een goede nachtrust bevordert de vitaliteit van het kind waardoor ze overdag weerbaarder zijn. Door gezond te blijven, zal het zijn opvattingen over zijn lichaam en over zichzelf positief beïnvloeden. Gezonde voeding en een goede lichaamsbeweging zijn daarbij onontbeerlijk. Lukt dit niet, dan wordt het tijd professionele hulp in te schakelen. Denk hierbij aan bijvoorbeeld therapie met spel en creatieve middelen, zeker voor jongens onder de 12 jaar. Praten is minder effectief op deze leeftijd. Ze voelen zich veiliger als de therapeut een activiteit met ze doet, bijvoorbeeld: kleien, tekenen, schilderen, musiceren, poppenspel of het spelen van creatieve spelletjes. Door zo‟n spelvorm kan de jongen zijn negatieve emoties makkelijker loslaten en helpt het bij het verwerken van innerlijke conflicten. Alle HSJ‟s zijn verschillend, daarom moeten hulpverleners telkens zorgvuldig nagaan welke therapeutische benadering het beste is. Soms is het beter dat de hulpverlener een man is. Deze kan dan een ondersteunend rolmodel zijn voor de HSJ. Zeker belangrijk wanneer de vader niet of weinig in beeld is. Mist de jongen een ondersteunende moeder (vrouw figuur) dan kan het juist goed zijn om een vrouwelijke therapeut te kiezen. Voor alle hulpverleners geldt dat de belangrijkste ingrediënten tot hulp zijn: aanmoediging en een luisterend oor. Daarnaast is het voor het kind (zowel voor jongens als voor meisjes) belangrijk dat ze leren zichzelf te beschermen tegen de energie van mensen in hun omgeving. Als een soort spons absorberen zij schuldgevoel, schaamte en verdriet van andere. Ze kunnen soms letterlijk de pijn van een ander voelen en zich daarmee identificeren alsof het van hun zelf is. Belangrijk is dat de hulpverlener in gesprek gaat met het kind over wat er gebeurde. Wat voelt het kind op het moment van de gebeurtenis. Laat het kind daarna benoemen welke emotie van hem is en welke behoort aan die ander. Door dit regelmatig te oefenen, wordt het kind zich bewust van het moment dat hij de emotie van een ander overneemt. Door dit besef kan het kind zichzelf beter beschermen, hij wordt minder beïnvloedt door stemmingen van anderen. Een ander hulpmiddel is een ademhalingsoefening. Hierdoor neemt de stress af en kan hij zich beter aarden. Deze gaat als volgt:Ga rechtop zitten en sluit je ogen. Adem langzaam diep door de neus in, je buik wordt bol, hou even vast en blaas langzaam door de mond uit, je buik wordt weer plat. Even de adem vasthouden en dan weer op nieuw beginnen. Hierna zou je de volgende aarde oefening kunnen doen: Ga rechtop staan, voeten iets uit elkaar, schouders ontspannen. Sluit je ogen en ga met je aandacht naar je voeten. Voel dat je voeten op de grond staan, voel dat de aarde je draagt. Visualiseer nu dat er wortels uit je voeten de aarde in gaan, diep de aarde in. De wortels zuigen voedsel/energie op uit de aarde en laat het je lichaam in stromen. De energie stroomt langzaam naar alle delen van je lichaam. (je kan de lichaamsdelen één voor één opnoemen) Voel het stromen. Ga nu met je aandacht naar je kruin en voel dat er een onzichtbaar draadje loopt van je kruin de lucht in en weer terug. Door dat draadje stroomt ook energie. Voel die energie. Je hoeft het niet alleen te doen, je wordt gesteund.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
11
Je kunt je kind ook de volgende visualisatie oefening leren waardoor hij zich beter kan afschermen tegen negatieve energieën van anderen. Die gaat als volgt: Voordat je naar school gaat, of naar de stad of een andere plek waar je last hebt van veel negatieve energie, sta je stil bij deze oefening: Ga staan, sluit je ogen en visualiseer een groot gouden ei om je heen. Helemaal, je zit als het ware in dat gouden ei. Het ei is poreus, er kan alleen positieve energie naar binnen stromen, het goud beschermt je, jij kunt zelf ook positieve energie naar buiten laten vloeien. Probeer dit beeld een paar minuten vast te houden. Let op je ademhaling, je blijft ondertussen rustig in en uit ademen. Uiteraard zijn deze oefeningen geschikt voor iedere leeftijdsgroep, ongeacht het geslacht. Uiteraard zijn deze oefeningen ook heel goed voor alle HSK!!! Ook de HS puber heeft baat bij een goede therapeutische ondersteuning. In een liefdevolle, therapeutische omgeving waarin acceptatie de grondhouding is, zal een tiener goed gedijen. Wanneer de mannelijke gevoelige therapeut hem laat ervaren dat het ok is om je gevoelens te uiten, hoe waardevol het kan zijn ze te voelen, dan kan deze man een rolmodel worden voor de jongen. Maar ook een niet HSP als therapeut die ondersteunend is en niet oordeelt kan de redding zijn voor een HSJ met een laag zelfbeeld. De prikkelende wereld van een puber. In de puberteit probeert de HSJ onafhankelijk te worden. Belangrijk blijft de ondersteuning en hulp van de volwassene als hij die nodig heeft. Ook de blijk van liefde voor je kind blijft belangrijk, ook al zal hij dat niet gauw toegeven. Verder is het belangrijk dat je als ouder hem er op wijst dat hij niet zo‟n druk dagschema als zijn leeftijdsgenoten hoeft te hebben, het kan ook rustiger, bijvoorbeeld m.b.v. de social media. Het is voor hem belangrijk om met mensen om te gaan die hem begrijpen zodat hij zich niet steeds anders voor hoeft te doen als hij is (dat kost ook erg veel energie). HS pubers zien hun gevoeligheid vaak als nadeel, zeker als ze uit gaan. In onze cultuur zijn sterke stoere mannen in het voordeel. Maar naar mate ze ouder worden bemerken ze dat meisjes/vrouwen het juist prettig vinden als een man gemakkelijk over zijn gevoeligheid kan praten. Inheemse culturen erkennen de gevoelige jongen van oudsher als iemand met speciale krachten. Het gebruik was dat stamoudsten hem inwijdden tot sjamaan. Door de religieuze en spirituele ceremonies of via mentorschap door oudsten werd de gevoelige jongen op een geleidelijke vriendelijke manier begeleid naar het man-zijn. In onze cultuur is er bijvoorbeeld sprake van ontgroening op de universiteit, iets wat voor de gevoelige jongen een enorme stresservaring oplevert. I.p.v. ondersteuning naar volwassenheid wordt hij afgebrand en diep gekwetst. Worden hem echter verhalen verteld over spirituele helden, dan zal de jongeman ontdekken wat het betekent om een krachtige, gevoelige en meedogende man te zijn. Als het even kan dan is het belangrijk je zoon tijdens zijn studie thuis te laten wonen. Een druk studentenhuis in een drukke stad en ook nog de stress van een nieuwe studie, zijn vaak teveel voor ze. Hierdoor haken veel studenten al in het eerste jaar af. HSJ en zijn broers en of zussen. Als de positieve eigenschappen van een HSJ niet worden uitgelegd aan de rest van de familie zal dat tot wederzijds onbegrip leiden. Als ouder zal je moeten ingrijpen als je HSJ het zwarte schaap in de familie wordt vanwege zijn gevoeligheid. Leg aan ze uit welke kwaliteiten hij heeft en eis van ze dat ze hun broer met respect behandelen. Plagen mag altijd, maar wijs ze op de gevoeligheid van hun broer, op die, voor hen zo onschuldige plagerijtjes. Praat met elkaar erover. Erken ook het gevoel van je andere kinderen. Misschien vinden ze het wel heel jammer dat hij niet van ravotten houdt of mee wil doen met hun spelletjes. Benoem als ouder de mooie kanten van iedereen.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
12
Een aantal onderzoeksfeiten op een rij door Ted Zeff HSJ met ondersteunende ouders die deelname aan een teamsport werden zelden tot nooit gepest vanwege hun gevoeligheid. HSJ zonder ondersteunende ouders die niet deelname aan een teamsport werden geregeld of altijd gepest door andere kinderen. 85% van de HSJ houdt niet van teamsporten. 85% van de HSJ houdt niet van vechten en kijkt niet graag naar geweld op de televisie. 75% van de HSJ meldt dat ze geregeld of altijd dachten dat er iets mis met ze was, ook als ze ondersteunende ouders hadden. 95% gaf aan heteroseksueel te zijn.
H.1.4. Waar moeten ouders op letten als ze een vermoeden van HS hebben? Als opvoedcoach kun je ze op het volgende attent maken: Mogelijk is er gezegd dat jouw kind een probleem heeft, terwijl jij het gevoel hebt dat het wel meevalt. Als ouder ben je ervan overtuigd dat het gedrag wat als probleem bestempeld wordt (bv emotioneel, verlegen, agressief) door overprikkeling komt en afhankelijk is van de situatie. Mocht dat het geval zijn, luister dan naar je eigen intuïtie. Als ouder ken jij je kind het beste. Daarnaast is het je taak als ouder om voor je kind op te komen. Twijfel je toch, dan geeft dit lijstje misschien de doorslag:
Je hebt altijd al geweten dat je kind gevoelig is en dat het extra steun nodig heeft. Er wordt gezegd dat jouw kind angstig, overgevoelig, te verlegen of te emotioneel is. Je hebt het gevoel dat je kind anders is maar niet dat er iets mis is. Iemand heeft tegen je gezegd dat je kind een "open" of "nieuwetijds"-kind is maar je hebt geen idee wat dat betekent. Is jouw kind (in vergelijking tot andere kinderen) gevoeliger voor geluid, felle lichten, kriebelig materiaal, pijn, dingetjes in het eten, vuil, rommel, chaos, ... Schrikt jouw kind sneller, raakt het sneller in paniek, heeft het moeite met verassingen en veranderingen? Raakt jouw kind gemakkelijk overstuur, geïrriteerd, oververmoeid, en geprikkeld in/na situaties waarbij er veel op het kind af komt (bijv. op school)? Heeft jouw kind meer tijd nodig om bij te tanken of aan nieuwe situaties te wennen? Heb je het gevoel dat jouw kind sterk reageert op je eigen stemmingen of die van anderen (door het over te nemen of juist te willen helpen)? Is jouw kind creatief, lijkt jouw kind al een sterke intuïtie te hebben, stelt het veel (diepzinnige) vragen?
Bij veel herkenning is het kind waarschijnlijk HS. Maar HSK zijn niet allemaal hetzelfde. Er zitten verschillen in de mate van gevoeligheid en ook waarvoor ze gevoelig zijn. Luister vooral naar je eigen intuïtie. Meestal weet je als ouder wel dat je kind hoog sensitief. Je hebt al vroeg gemerkt dat je kind gevoelig is en extra steun van jou nodig heeft. Je weet dat je het soms moet helpen tot rust te komen. Je hebt geleerd dat je hem/haar omzichtiger moet benaderen dan andere kinderen, je weet dat je geen kriebelkleding moet kopen, je kent de soms pietluttige eetgewoonten, je houdt rekening met het feit
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
13
dat je kind genoeg rust krijgt, je helpt je kind zich staande te houden in stressvolle situaties, zet de tv uit als ze huiswerk moeten maken, je bereidt je kind voor op veranderingen en zorgt dat het niet voor grote verassingen komt te staan, etc. Twijfelt een ouder nog steeds dan kan de test van E.N.Aron (zie bijlage) gedaan worden. Zij heeft in de eind jaren 90 wetenschappelijk onderzoek gedaan naar HS en kwam met deze test.
H.1.5. Rol van opvoedcoach Wanneer een ouder van een HSK bij jou komt met een opvoedvraag, is het naar mijn mening toch wel erg belangrijk dat je genoeg weet over deze diagnose. Ik gebruik bewust niet het woord gave of stoornis. Voor mij is HS zijn gewoon een bepaalde manier van zijn, met al het „anders‟ zijn er bij. Wel erg belangrijk vind ik het diagnosticeren van HS. Zodra er sprake is van HS zal je het handelen erop moeten aanpassen alleen al om erger te voorkomen. (zie H.2.3.) Voor jou als opvoedcoach is het dan belangrijk om er achter te komen of de ouders zich bewust zijn van het „anders‟ zijn van hun kind en hoe ze er in de dagelijkse praktijk mee om gaan. Je kan de ouders eventueel wijzen op literatuur, test van E.N. Aron, zie bijlage) of websites erover. Daarnaast kun je, door de juiste vraagstelling, er proberen achter te komen of één of beide ouders zelf ook HS is. Dit is van wezenlijk belang voor jouw coachtraject. (zie H.3.5) Zoals hierboven reeds aangegeven, is er ook een verschil in HS jongens en meisjes in onze samenleving. Uit onderzoek blijkt dat jongens liever een mannelijke coach treffen i.v.m. hun voorbeeld functie. Ik zou dan ook serieus onderzoeken of de hulpvraag van de ouders niet beter bij een mannelijke collega neergelegd kan worden. Kortom: goed geïnformeerd zijn als coach en als ouder/leerkracht is essentieel in de begeleiding van het HSK! In hoofdstuk 2 ga ik in op de verwarring m.b.t. HS en stoornissen als AD(H)D, PDD-NOS, DYSLEXIE/DYSCALCULIE. (zie afkortingenlijst) Er zijn veel raakvlakken maar het is niet hetzelfde!!! Daarbij is HS geen stoornis maar een manier van in de wereld staan. Het belang van goed onderwijs aan HSK gaat mij aan het hart. Hoofdstuk 2 is dan ook geheel gericht op HSK op in het onderwijs. Wordt er in het onderwijsveld wel adequaat omgegaan met HSK? Worden ze eigenlijk wel herkend? Wat doet een leerkracht als ze een vermoeden hebben? Veel HSK zijn beelddenkers. Dat impliceert een hoop voor het lesgeven wil je het kind tot zijn recht laten komen. Ik heb een onderzoekje gedaan binnen mijn eigen basisschool. Wat weten mijn directe collega‟s over HSK en hoe gaan ze ermee om. Dat is het laatste onderdeel van hoofdstuk 2.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
14
Hoofdstuk 2 H.2.1. De verwarring: Hooggevoeligheid, AD(H)D, PDD-NOS, Dyslexie/Dyscalculie, Beelddenken. Kinderen krijgen tegenwoordig veel labels opgeplakt. Kinderen met AD(H)D en hooggevoelige kinderen vertonen veel overeenkomstig gedrag. Hierdoor ontstaat veel verwarring en wordt er meer dan eens een verkeerde diagnose gesteld. Een diagnose kan helpen om bepaald gedrag beter te begrijpen en om het kind op de juiste manier te begeleiden. Het is dus een eerste stap. Maar wat als de diagnose toch niet helemaal klopt? Veel therapeuten en psychologen gespecialiseerd in hooggevoeligheid stellen dat veel kinderen met de diagnose AD(H)D naar hun mening eerder hoogsensitief zijn. Hetzelfde is te zien bij autismespectrum stoornissen of het syndroom van Asperger. Woedeaanvallen, huilbuien, zich terugtrekken, het zijn allemaal gedragingen die voortkomen uit overprikkeling, een teveel aan dagelijkse prikkels en indrukken. De oorzaak daarvan is enorm verschillend. Volgens onderzoek van B de Jong blijkt dat: HSK hogere scores behalen dan niet hoogsensitieve kinderen op ADHD en ADD en op vijf van de zeven gemeten dimensies van PDD-NOS, waaruit blijkt dat hoogsensitieve kinderen meer gedragskenmerken vertonen van deze stoornissen. Het Landelijk informatiecentrum Hoog Sensitieve Kinderen (LiHSK, 2009) heeft onder leiding van medeoprichter Henk-Jan van der Veen eveneens onderzoek gedaan naar de overeenkomsten en verschillen tussen hoogsensitiviteit en AD(H)D. Het LiHSK is van mening dat wanneer men alle stoornissen analyseert, de conclusie kan worden getrokken dat gedragskenmerken behorend bij ADD hoogstwaarschijnlijk het meest lijken op die van hoogsensitieve kinderen. Van kinderen met ADD kan gezegd worden dat zij erg (prikkel)gevoelig zijn en niet graag op de voorgrond treden. Ze nemen veel informatie uit de directe omgeving in zich op en raken dan snel overprikkeld door alle indrukken die zij opdoen. De prikkelgevoeligheid van kinderen met AD(H)D komt vaak aan de oppervlakte bij prikkels die gepaard gaan met licht, geluid en geuren. Overeenkomsten en verschillen tussen AD(H)D en hooggevoeligheid: AD(H)D hebben problemen met hun concentratie zijn impulsief (alleen bij ADHD) en hyperactief (ook alleen bij ADHD). Ze hebben problemen met tijdsbeleving. ADD kinderen zijn juist stil en teruggetrokken, lijken afwezig, kunnen hun werk moeilijk organiseren en presteren onder hun niveau. Hooggevoelige kinderen zijn ook snel afgeleid omdat ze zoveel subtiele dingen in hun omgeving opmerken. Ze zijn echter wel goed in besluitvorming, concentratie en het evalueren van hun resultaten mits de omgeving prikkel arm en veilig is. Dit kost ze wel veel energie, ze moeten meer moeite doen voor een resultaat dan andere kinderen, waardoor ze veel eerder moe zijn. Als ze niet leren hoe ze daar mee om moeten gaan (door zich af te schermen voor hun omgeving) raken ze sterk overprikkeld en gaan onderpresteren. Bij ADHD is er sprake van een sterkere doorbloeding in de linker hersenhelft, terwijl bij HSK juist de rechterhersenhelft sterker doorbloed wordt. De vaak overvolle klassen zorgen voor overprikkeling. Kan het kind zich dan niet concentreren dan wordt er snel aan ADHD gedacht. Echter in een rustige omgeving kan een hooggevoelig kind zich wel concentreren, in tegenstelling tot een kind met ADHD. Kortom een hooggevoelig kind wordt druk van de onrust van de klas of van de mensen om hem heen. Verder zal een hooggevoelig kind niet impulsief reageren maar eerder eerst reflecteren, behalve bij overprikkeling. Overeenkomsten en verschillen tussen een autismespectrumstoornis en hooggevoeligheid:
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
15
Het LiHSK (2009) verrichtte wel onderzoek naar de overeenkomsten en verschillen tussen hoogsensitiviteit en PDD-NOS. Hiervoor werden professionele zorgverleners (onder andere klinisch psychologen) en ouders met hoogsensitieve kinderen en/of kinderen met PDD-NOS geïnterviewd. Het LiHSK kwam tot de bevinding dat kinderen met PDD-NOS veel gewoonten hebben waar ze niet snel van afwijken. Confrontaties met veranderingen kunnen resulteren in paniek, waardoor PDD-NOS‟ers boos of opstandig gedrag kunnen vertonen. Hoogsensitieve kinderen staan echter meer open voor uitleg en correctie als het gaat om veranderingen, ook al ervaren zij wel moeilijkheden wanneer ze geconfronteerd worden met een andere situatie. Daarnaast hebben HSK‟s de capaciteiten om zich vrij snel te conformeren naar voor hun lastige situaties. Kinderen met PDD-NOS en HSK‟s kunnen snel afgeleid worden door onder andere harde geluiden, kriebelende kleren en lichamelijke ongemakken. De reactie op deze prikkels verschilt echter. HSK‟s kunnen de situatie duidelijk analyseren en zijn in staat uitleg te geven over „het hoe en wat‟ van hun handelen. Communiceren met een HSK is vaak eenvoudiger dan met een kind met PDD-NOS. Deze laatste groep reageert vaak overdreven heftig in relatie tot de situatie, waardoor anderen het kind moeilijk kunnen bijsturen. Ook is het zo dat HSK‟s sociaal beter zijn ontwikkeld dan kinderen met PDD-NOS, die het moeilijk vinden om contact te leggen. Daarnaast is het voor hen lastig om te gaan met non-verbale communicatie en sociale informatie (LiHSK, 2009). Kinderen met PDD-NOS nemen dingen letterlijk zoals ze gezegd worden en hebben moeite met nonverbale communicatie. Ze zijn gevoelig voor zintuiglijke indrukken echter niet voor sociale indrukken. HSK zijn juist erg goed in het non-verbaal communiceren en voelen feilloos aan wat de ander voelt, denkt of wil. Een HSK zal bij het spelen eerst de kat uit de boom kijken en op een afstandje alles observeren. Een autist neemt ook niet deel aan het spel, echter om een heel andere reden. Belangrijk is dat jij als opvoeder/leerkracht beseft dat je slechts het topje van de ijsberg ziet (het kind speelt niet mee), maar dat er een wereld van verschil schuilt achter het visueel zichtbare voor jou als buitenstaander. Zorg dat je informatie inwint over het hoe en waarom het kind niet mee doet. Observatie is hierbij een belangrijk instrument. HSK houden niet van veranderingen maar het is veel minder extreem als bij een PDD-NOS”er.. Een HSK kan bij veranderingen overprikkeld raken en daarom angstig reageren. Ze kunnen echter wel, na uitleg, de verandering accepteren en integreren in hun leven. Veel HSK’s zijn beelddenkers, de verwarring met dyslexie.
School is een talig instituut, 80% is talig. Een beelddenker onthoudt het laatste wat je zegt. Beelddenkers hebben 35 beelden per seconde, tegenover 3 woorden per seconde bij de taaldenkers. Het onderwijs is na de kleuterperiode sterk gericht op woorden en begrippen en denken in taal. Het beeld is daarbij ondergeschikt aan de tekst, maar wel illustratief en ondersteunend. Creatieve en fantasierijke kinderen blijven consequent beelddenken. Zij richten zich op heldere driedimensionale beelden. Hun geest houdt behoefte aan iets concreets, zodat zij zich een beeld kunnen vormen van wat bedoeld wordt of wat de betekenis van iets is. Beelddenken is een term die men gebruikt om aan te duiden dat bij sommigen bewust gestuurde denkprocessen niet primair in woorden en begrippen maar in beelden verlopen. Zij hebben als gevolg daarvan soms hinder bij het leren lezen en spellen. Dit ligt niet zozeer aan de kinderen zelf als wel aan het feit dat het aanbod van talige leerstof van de zijde van de school en de vraag van beelddenkende jeugdigen niet goed op elkaar afgestemd zijn. De Groot & Paagman (2003) geven suggesties om dit probleem langs de weg van handelingsgerichte diagnostiek en specifieke, pedagogische en didactische maatregelen op te lossen en daarmee voor deze groep het effect van het leerproces te vergroten.(voor mensen in het onderwijsveld is dit duidelijk)
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
16
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15.
Linker Hersenhelft Gebruikt logica Oriëntatie op detail Feiten regeren Woorden en taal Heden en verleden Wiskunde en wetenschap Kan begrijpen Wetend Herkennend Orde en patronen perceptie Weet namen van dingen Realiteit gebaseerd Maakt strategieën Praktisch Veilig
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15.
Rechter Hersenhelft Gebruikt gevoel Oriëntatie op het geheel Verbeelding spreekt Symbolen en beelden Heden en toekomst Filosofie en religie Betekenis Geloven Waardeerder Ruimtelijke waarneming Weet functies van dingen Fantasie gebaseerd Presenteert mogelijkheden Improviserend Neemt risico's
De term beelddenken ontstaat al in de jaren 30 in Nederland. Ondanks de inspanningen van de bedenkster van de term, pedagoge Maria J. Krabbe en na haar pedagoge Nel Ojeman krijgt het begrip geen vaste voet aan de grond in Nederland. Tijdens het eerste landelijke dyslexiecongres te Nijmegen (1984) houdt Ojeman een lezing over de problematiek van dyslexie. Ojeman sticht (1985) vervolgens de Maria J. Krabbe stichting (op verzoek van veel ouders tijdens dit congres) en publiceert het boek Woordblindheid en Beelddenken, compensatie, correctie en preventie. Bijna gelijktijdig vindt in Amerika een andere ontwikkeling plaats. Ronald Davis (1937) richt het Davis Dyslexia Correction Center op. Davis, zelf beelddenker en dyslecticus, werd aanvankelijk gediagnosticeerd als autistisch en zwakzinnig. Tot zijn 17 de sprak hij nauwelijks en pas op zijn 38ste las hij zijn eerste boek. Later bleek hij een IQ van 169 te hebben. Hij ontwikkelt, uit ervaring, een eigen methode, waarmee niet alleen problemen met dyslexie, maar ook problemen op het gebied van ADD/ADHD, dyscalculie, dyspraxie, handschrift, rekenen, coördinatie en communicatie gecorrigeerd kunnen worden. Hij publiceert 2 boeken: De gave van dyslexie en De gave van leren. Inde praktijk zien we dat velen het fenomeen beelddenken koppelen aan dyslexie, vaak vanwege de gelijksoortige verschijnselen op school, zoals omkeerfouten, raden in plaats van lezen binnen de context, analyse- en syntheseproblemen en moeite met begrijpend lezen.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
17
Bij de beelddenkers gaat het verwerven van visuele en auditieve informatie niet tegelijk op. De oren blijven als informatiebron als het ware achter bij de ogen. De ontwikkeling en nuancering (differentiatie) van de visuele informatie gaan ten koste van de specificatie van de auditieve. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de hersendominantie en het primaire denkproces van de beelddenker bij wie het woord niet centraal in de aandacht staat en de klank een diffuse belevingsklank blijft. Het woord beelddenken en de uitleg die er vaak bij gegeven wordt, roept bij velen misverstanden op, zelfs bij wetenschappelijke onderzoekers. Zij denken dat er sprake is van letterlijk zien van een beeld, een plaatje of een soort foto. Het is echter niet een echte vorm van 'zien', maar er is een beeld dat geschouwd wordt en als zodanig de essentie van de verkregen waarneming weergeeft (Ojemann, 1987). Beelddenken is denken met al je zintuigen‟, vindt Robin Temple, schrijver van het boek Dyslectische kinderen. „Zoals Beethoven, ondanks zijn doofheid, muziek kon horen in zijn hoofd, zo kunnen sommige beelddenkers beweging voelen van binnen. Het is een veel rijkere manier van denken.‟ Blake ziet beelddenken als een gave: „Als je bedenkt dat een beelddenker 32 beelden per seconde verwerkt en een taaldenker twee tot drie woorden per seconde, dan krijg je een idee.‟ Om dit te illustreren vroeg Blake eens aan een zakenrelatie om te beschrijven wat hij zag op een plaatje dat Blake hem toonde. „De man antwoordde dat hij er niet aan kon beginnen. Het leek hem onmogelijk om het hele plaatje in alle nuance onder woorden te brengen. Letterlijk zei hij: „Ik zie een film in mijn hoofd.‟ „Als je bedenkt dat een beelddenker niet één plaatje, maar 32 plaatjes per seconde ziet, wordt duidelijk waarom zo„n kind „ik weet het niet‟ antwoordt als je vraagt wat hij of zij denkt. Deze „film‟ gaat feitelijk te snel om je bewust te zijn van de beelden die door je hoofd gaan. Pas met een snelheid van 24 beelden per seconde ben je je bewust van wat je ziet. Dit noemen we onze „verbeelding‟. Tijdens het kijken naar hun eigen „film‟ kunnen beelddenkers derhalve gedesoriënteerd raken van de werkelijkheid. Terwijl zij in hun eigen wereld zitten, draait de wereld thuis of in de klas gewoon door. Als de kinderen uiteindelijk opschrikken uit hun gedachten, kunnen ze heel wat beleefd hebben, maar daardoor ook heel wat gemist Desoriëntatie en dyslexie Zowel Temple als Blake maken gebruik van de Davis-methode. Blake vindt deze methode zeer waardevol. „Het doel van de Davis-methode is niet om beelddenkers te „genezen‟, maar om ze te helpen te ervaren wat het is om gedesoriënteerd en georiënteerd te zijn. Zodra ze zich bewust zijn van het verschil, kunnen ze een keuze maken‟, vertelt hij. „Ze leren dan ook dat ze zelf verantwoordelijk zijn.‟ Volgens Temple zijn er meerdere oorzaken voor dyslexie. Er kan een erfelijke factor zijn, maar ook beelddenken kan een rol spelen. Desoriëntatie is hierin een belangrijke oorzaak. „De grootste trigger voor een beelddenkend kind om weg te schieten in zijn of haar gedachtewereld is verwarring. En het moment waarop een beelddenker verward raakt, is het moment waarop zo‟n kind over moet schakelen naar woorddenken.‟ Waar de meeste woorden, zoals „boom‟ of „huis‟, een bepaald beeld zullen oproepen bij de lezer, doen woorden zoals „de‟ en „het‟ of meer abstracte woorden, zoals „concept‟, dat beslist niet. „Zo‟n beelddenkende leerling brengt uiteindelijk in de klas een hoop tijd door in zijn verbeelding en leert in die tijd niet wat anderen wel leren.‟
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
18
Gelijktijdigheid vs. volgorderlijk Het is dan ook niet verbazingwekkend dat Van de Coolwijk en Bezem in hun boek noemen dat twee van de kenmerken van beelddenkers bestaan uit het maken van „een slome/ trage, soms afwezige indruk‟ en het hebben van woordvindingsproblemen. Daarnaast hebben beelddenkers moeite met het verwerken van seriële informatie (tijd en volgorde). De doelstelling van taal is om vanuit details en volgorde te werken. Voor een beelddenker ontstaat er dan een probleem. Zij willen informatie gelijktijdig verwerken. In het divergerend denken ziet Pieter Wielinga, GZ psycholoog en voorzitter van de Maria J. Krabbe Stichting een van de „schijnbare overeenkomsten‟ tussen beelddenken en hoogbegaafdheid. „Bij beelddenken gaat het om het denken in beelden en handelen op basis van een ruimtelijke begaafdheid‟, zegt hij. „Beelddenken wordt bovendien beïnvloed door het primair proces van denken, een vorm van „alles tegelijk denken‟. Daarnaast vindt beelddenken plaats op basis van gelijktijdigheid in de waarneming. Bij hoogbegaafdheid is er ook sprake van sterke visuele input en van associatief denken.’ Maar er zijn ook verschillen, argumenteert hij. Het verschil zit „m bijvoorbeeld in de gerichtheid van denken en handelen en in de mate van intelligent functioneren. ‘Een beelddenker associeert in het vrije en loopt dan vast’, verklaart Wielinga. ‘Een hoogbegaafde beelddenker legt echter verbanden. Hij kan van het één naar het ander komen: van gelijktijdige waarneming tot veelzijdige waarneming.‟ Men mag de volgende conclusies trekken: - Op basis van een uitgebreid literatuuronderzoek (De Groot & Paagman, 2003) concluderen we dat veel beelddenkers niet dyslectisch zijn. - De kans dat beelddenkende kinderen dyslectische verschijnselen krijgen, is wel aanwezig. - De vraag of dyslectici beelddenkers zijn, wordt ontkennend beantwoord. - Waarschijnlijk is er een groep dyslectici waarbij de ontwikkeling bepaald wordt door het beelddenken.
Niet altijd een kwestie van of/of: Soms kan hooggevoeligheid ook samen gaan met een stoornis. Dan spreek je van een dubbeldiagnose. Belangrijk is dan om te onderkennen dat het kind ook hoogsensitief is. Beide diagnose zijn gelijkwaardig en er moet met beide rekening gehouden worden. Blijf alert op verkeerde diagnoses. Een kind krijgt tegenwoordig eerder de diagnose ADHD dan hoogsensitief. Met alle gevolgen van dien voor de toekomst. Ook het omgekeerde is waar, hooggevoeligheid mag geen excuus worden, terwijl er in feite sprake is van ADHD of een aan autisme verwante stoornis. Conclusie : De leerkracht zou, eerst samen met de ouders, na moeten gaan of er sprake is van hoogsensitiviteit. Als blijkt dat het niet zo is, dan kan er eventueel doorverwezen worden. Dit blijkt zowel uit het literatuuronderzoek als uit het praktijkonderzoek. Leerkrachten dienen over de eigenschap hoogsensitiviteit te leren en aan HSK overbrengen hoe zij hier het beste mee om kunnen gaan.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
19
Aanbevelingen: Om misdiagnoses zoals ADD of ADHD te helpen voorkomen verdient het aanbeveling dat de leerkracht, eerst samen met de ouders, nagaat of er sprake is van hoogsensitiviteit. Met een hoogsensitief kind dient heel anders omgegaan te worden dan met een kind dat werkelijk ADD, ADHD of PDD-NOS heeft. Met een goede begeleiding van het kind en kennis over de eigenschap is al de helft gewonnen. Door deskundigen op het gebied van hoogsensitiviteit dient er kennis over dit onderwerp verspreid te worden, vooral ook bij onderwijsprofessionals en ouders. De informatieverstrekking kan plaatsvinden door middel van lezingen en presentaties. Naast scholen, kan men terecht bij Bureaus Jeugdzorg, de Geestelijke Gezondheidszorg en ouderadviesbureaus.
H.2.2. Begeleiding bij overprikkeling. Aangezien er, zoals uit voorgaande blijkt, vaak sprake is van overprikkeling bij het HSK, luistert de begeleiding van dit kind op een dergelijk moment nauw. Belangrijk zijn de volgende stappen: Wees zelf rustig en kalm. Maak de omgeving prikkelarm. Stimuleer rust in de klas. Zorg dat het kind zich op zijn gemak voelt. Geef de opdracht in stapjes, visualiseer oefeningen. Zorg voor afwisseling in activiteit. Push of stimuleer niet teveel bij weerstand. Informeer het kind vooraf als er iets bijzonders gaat gebeuren. Zorg voor een goede samenwerking met de ouders. Bij overprikkeling is er kans op: Slechte concentratie Wisselende prestaties Een laag of negatief zelfbeeld Faalangst Laag werktempo (door beelddenken of interesse) Clownesk gedrag (bij slechte resultaten) Grote kwetsbaarheid Perfectionisme. Hoofd of buikpijn. Huilbuien. Drift aanvallen of woede uitbarstingen. Onzichtbaar maken, zodat niemand ze opmerkt. Biedt de omgeving het kind te weinig structuur dan: Blijft het kind dicht in de buurt van ouder of leerkracht. Wil het niet van de plek af. Kiest het kind een activiteit aan een tafel. Kan het kind heftig reageren op het kind naast hem. Wil het kind graag alleen spelen. Heeft het moeite met afscheid nemen. Heeft het moeite met kiezen wat hij wil doen. Taak van de ouder/leerkracht is het kind goed observeren: waarom doet het kind dat! Laat je niet misleiden door wat je visueel waarneemt, maar neem de tijd op het kind echt te leren kennen door met ze in gesprek te gaan. Belangrijk als leerkracht is de samenwerking met de ouders. Ga ook met hen in gesprek, zij kennen hun kind het beste. Vraag naar de thuissituatie. Wees eerlijk en oprecht.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
20
H.2.3. Rol van opvoedcoach in deze Taak van de opvoedcoach is vooral goed luisteren naar de signalen die de ouders omschrijven. Heeft het kind het label dyslexie of één van de andere hierboven beschreven stoornissen, dan kan er sprake zijn van een verkeerde diagnose. In geval van twijfel kan de coach de ouders wijzen op allerlei informatie (denk aan internetsites, boeken) over HS. Herkennen de ouders hun kind daarin dan kan de coach ze doorsturen voor een nieuw onderzoek bij een deskundige op het gebied van HS. Hoe langer men wacht, hoe groter de kans op en meer schade bij het kind door de verkeerde behandeling. Een HS heeft een zeer specifieke aanpak nodig, zoals reeds eerder beschreven. Iedere ouder wil uiteindelijk het beste voor hun kind.
H.2.4. Signaleren en ondersteunen van HSK door leerkrachten en ouders. E.F.C. Umans: Signaleren & ondersteunen HSK met ontwikkelingspotentieel (2011): Uit de resultaten komt naar voren dat informatieverstrekking over hoogsensitiviteit aan onderwijsprofessionals en ouders erg belangrijk is. Uit de resultaten komt naar voren dat er nog steeds te weinig kennis is. Kennisverspreiding kan plaatsvinden door deskundigen zoals psychologen, hoogsensitiviteit coaches en auteurs. Coach voor hoogsensitieve kinderen Op sommige scholen wordt gebruik gemaakt van een coach voor kinderen die bijvoorbeeld dyslectisch zijn. Op dezelfde manier zouden scholen gebruik kunnen maken van een coach die gespecialiseerd is op het gebied van hoogsensitiviteit. Deze coach zou dan groepjes kinderen bijvoorbeeld kunnen leren om beter zelfredzaam te zijn, leren over hun intuïtie, hun gevoeligheid, de gelegenheid krijgen om te filosoferen, om andere hoogsensitieve kinderen te ontmoeten etc. Deze hoogsensitiviteit coach zou dan, naast de specialisatie op het gebied van hoogsensitiviteit, een psychologische of pedagogische achtergrond moeten hebben. Aanbevelingen volgens E.F.C.Umans (2011): Hoogsensitieve kinderen dienen tools in handen te krijgen om met de eigenschap om te leren gaan, zowel met de nadelen als met de voordelen. Het verdient aanbeveling om in lerarenopleidingen ook al aandacht te besteden aan het fenomeen hoogsensitiviteit en, hieraan gelinkt, een extra ontwikkelingspotentieel. Een belangrijke eigenschap van hoogsensitieve kinderen is hun intuïtie en empatisch vermogen. In de lerarenopleiding dient het bestaan hiervan erkend te worden zodat leraren intuïtieve kinderen beter gaan begrijpen. Zolang het nog niet zover is dat deze zaken in het onderwijsvak „bestaan‟, verdient het aanbeveling om voor kinderen die ondersteuning op dit gebied nodig hebben, iemand van buitenaf in te schakelen, zoals een hoogsensitiviteit coach. De conclusies op een rijtje: 1. Onderwijsprofessionals dienen eerst samen met ouders na te gaan of kinderen hoogsensitief zijn, voordat zij kinderen doorverwijzen voor psychologisch onderzoek. 2. Onderwijsprofessionals kunnen kinderen lesgeven in hoogsensitiviteit, zodat de kinderen een manier vinden om hiermee om te leren gaan. 3. Hoogsensitieve kinderen kunnen gesignaleerd worden met behulp van de signaleringslijst voor ontwikkelingspotentieel, die speciaal voor dit doel ontwikkeld is. 4. Onderwijsprofessionals kunnen putten uit tal van ondersteuningsactiviteiten (zie onder), om deze groep te ondersteunen in hun ontwikkeling. 5. Het is raadzaam om een hoogsensitiviteitscoach aan te stellen om te helpen met het invoeren van al deze plannen. Aan welke ondersteuning kan je denken:
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
21
Ondersteuning ontwikkeling creatief/artistiek/beelddenkend vermogen: • Dans en beweging. • Spelvormen en drama. • Schilderen/tekenen/kleien/textiele werkvormen. • Werken met natuurlijke materialen. • Buiten in de natuur met creatieve opdrachten. • Een eigen tuintje. • Zelf laten bedenken van een verhaal en dan vertellen aan elkaar en/of laten opschrijven. • Ondersteuning bij het leren (beelddenken): „leren leren‟ • Sport • Zingen. Ondersteuning ontwikkeling filosofisch/spiritueel/intellectueel vermogen: • Met dramavormen aan emoties werken. • Kinderyoga en meditatie. • Psychologie en pedagogiek (met mensen bezig zijn). • Natuurbeleving door middel van ervaringsgerichte natuureducatie. • Praten over gevoelens. • Gevoelens waarnemen in je lichaam. • Lichaamsgeoriënteerde oefeningen. • Spelletjes. • Meer compassie en aandacht voor milieu en medemens. • Spiritualiteit. • Ervaringen delen in een liefdevolle dialoog. • Dieper ingaan op het gedrag van kinderen en volwassenen; waarom doen ze zoals ze doen. • Kinderfilosofie.nl voor scholen introduceren.
H.2.5. Onderzoekje op eigen basisschool. N.a.v. voorgaande was ik benieuwd hoe het met de kennis over HSK op mijn eigen werkplek zat. Er werken op deze school 30 leerkrachten, waarvan het merendeel vrouw. De leeftijd categorie is tussen de 20 en 60 jaar. Ik heb me vooral gericht op de kennis over HSK en de rol van de ouders daarbij. Als men een HSK in de klas heeft, hoe handelt men dan. De volgende vragen heb ik aan mijn collega‟s gesteld: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Heb je een HSK in de klas, zo ja hoeveel? Hoe weet je dat? Wat is de rol van ouders hierin? Wat bemerk je bij deze kinderen? Is je benadering en instructievorm anders bij deze kinderen? Hoe gaan de ouders ermee om? Zou je er meer over willen weten en zo ja, waarom en in welke vorm?
Samenvatting aan de hand van de vragen: Van de geïnterviewde collega‟s wist niemand met zekerheid te vertellen of hij/zij een HSK in de klas heeft. De meeste antwoordde: uh, tja ik denk het wel maar ik weet het niet zeker. Ik heb zowel van ouders als van vorige leerkrachten er eigenlijk niks over gehoord. Soms denk ik het wel bij sommige kinderen. De meeste gaven toe eigenlijk niet precies te weten wat HS inhoud. Sommige noemde wel als één van de kenmerken prikkelgevoelig, stil en overgevoelig, maar tegelijkertijd gaven ze ook toe dat ze tijdens instructie geen andere benadering hebben naar deze kinderen toe. Wel in de persoonlijke benadering wordt er rekening gehouden met hun gevoeligheid. Slechts één collega gaf aan dat een ouder haar op de hoogte had gesteld omdat deze een vermoeden had. Deze constatering is
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
22
overgenomen maar er wordt niet specifiek naar gehandeld. Opvallend was wel dat veel collega‟s het vermoeden hebben dat ze een HSK in de groep hebben, maar dat het betreffende kind al een label had zoals AD(H)D of een stoornis in het autistisch spectrum. Men twijfelde soms aan die diagnose. Alle collega‟s willen er graag meer over weten omdat ze ook echt vinden dat ze er te weinig over weten. Hierdoor hopen ze deze kinderen beter te kunnen helpen en begrijpen. Het merendeel wil de informatie niet alleen lezen maar ook echt, aan de hand van een workshop tijdens een studiedag, tot zich krijgen. Men wil graag weten hoe te handelen nadat de conclusie is getrokken aan de hand van een checklist. Conclusie: Wat ik constateer is dat eigenlijk iedereen wel open staat voor HSK, maar dat er nog veel onwetendheid over is. Op de opleiding had slechts één (jonge) collega er iets over gehoord. De relatie met beelddenken had niemand gelegd. Vanuit de ouders komt zo goed als geen informatie. Men schrok wel toen ik vertelde dat zeker 20% van de kinderen HS is. Of wel, in een klas van 25 leerlingen heeft men gemiddeld 4 kinderen in de klas. Slechts twee collega‟s waren niet verbaasd. Men wil heel graag de kinderen verder helpen, maar in de informatiestroom ontbreken er nog veel schakels. Verbazingwekkend als je nagaat dat al jaren geleden (1997) , na wetenschappelijk onderzoek door E. Aron, men op de hoogte was van het bestaan van HS. Er is hier nog een grote slag in te slaan. Opvallend was zeker dat een aantal collega‟s twijfelden aan een diagnose als ADHD of het autistisch spectrum bij een leerling terwijl ze veel meer het gevoel hadden dat er sprake was van HS. De verwarring is herkenbaar en wordt door mij daarom ook in een apart hoofdstuk (H.2.1.) uitgediept. ‟Mijn klein onderzoekje onderschrijft dus dat leerkracht veel meer moeten leren over HS op de opleiding. Dat ze er niet afwijzend tegenover staan, maar dat ze op weg geholpen moeten worden door deskundigen. Ze beseffen terdege dat ze dan hun onderwijs daarop zullen moeten aanpassen. Iedereen wil heel graag het beste voor de leerlingen. Dat de samenwerking met ouders hierin onontbeerlijk is, was duidelijk en geen discussie punt. De kennis over HSK is nog zeer beperkt. Mijn onderzoekje onderschrijft de conclusie van E.F.C. Umans. In hoofdstuk 3 ga ik dieper in op de kwaliteiten/talenten van een HSK. Mits ze goed in hun vel zitten, dat is voor deze kinderen een basis voorwaarde om zich staande te kunnen houden en om zich verder te kunnen ontwikkelen. Uiteraard sluit ik af met hoe kan, als opvoedcoach, de ouders van een HSK met een hulpvraag het beste begeleiden/coachen. Waar let je op bij deze specifieke problematiek.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
23
Hoofdstuk 3 H.3.1. De basis voorwaarden tot optimaal functioneren die iedere opvoeder moet weten. Als ouder of leerkracht van een hoog gevoelig kind, heb je de taak het kind te leren omgaan met de eigenschap. Meer dan andere kinderen, hebben HSK‟s begeleiding van volwassenen nodig bij het opgroeien . In elke fase van het leven heeft uw kind voorbeelden van uw liefde en steun nodig. Uw liefde troost en aanvaardt. Ze is een spiegel waarin uw kind zichzelf ziet als een mooi en waardig mens Uw steun stimuleert en bevestigt; het is een springplank naar onafhankelijkheid. Steun wordt bemoeienis bij een teveel aan regels, genegenheid een opgave. Laat uw kind haar eigen grenzen stellen en deze zo nu en dan verleggen. Wees consequent zonder star te zijn. Dan zal uw kind opgroeien met een gezonde dosis persoonlijke kracht.
Tao van het moederschap
Liefdevolle aandacht. Alle kinderen gedijen het best met liefdevolle aandacht. HSK‟s hebben een grote behoefte aan liefdevolle aandacht, d.w.z. aandacht die vanuit het hart gegeven wordt. Ze hebben het direct door als je niet oprecht bent en raken hierdoor in verwarring en onzeker. Ze hebben extra behoefte aan een veilige en geborgen thuisbasis waar vanuit ze de voor hen overweldigende wereld ingaan. Leer kinderen dat ze er mogen zijn, dat ze hun gevoel mogen vertrouwen, geef hen de ruimte zichzelf te ontdekken. Het opvoeden van een HSK vergt soms heel wat creativiteit en doorzettingsvermogen van de ouders. Je kind heeft een aanzienlijke handleiding en veel dingen gaan niet vanzelf. Is die liefde aanwezig, dan geven ze je ook heel veel liefde en vreugde terug. Het zijn vaak heel bijzondere en fijne kinderen! Overprikkeling en eigenwaarde De aanpak van HSK is er op gericht overprikkeling te verminderen en onnodige prikkeling te voorkomen. Dit betekent dat je als begeleider van een HSK stuurt in de hoeveelheid prikkels van buitenaf die op het kind af kunnen komen en probeert de hoeveelheid prikkels van binnenuit te verminderen door erover in gesprek te gaan met het kind. Heel jonge kinderen zijn nog niet in staat om te gaan met overprikkeling en dat doen ouders meestal als vanzelf voor hen. Vanaf een jaar of 4 kunnen kinderen gaan leren hoe ze zichzelf kunnen redden. Volwassenen moeten hen daarin sturen en het voorbeeld geven. Voor HSK‟s geldt dit des te meer. Ouders en leerkrachten zijn belangrijk in dit leerproces doordat zij kunnen sturen in de positieve en negatieve ervaringen die HSK‟s opdoen. Als het kind eenmaal naar school gaat en een eigen sociaal leven krijgt, zal het kind vaker in situaties terechtkomen die moeilijk zijn. Gedurende deze fase heeft het kind extra steun/aanmoediging nodig om zichzelf door deze situaties heen te slaan en ervan te leren. Praat met het kind over zijn gevoelens en doe ze niet af als aanstellerij of onzin. Een andere belangrijke taak van volwassenen is het Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
24
relativeren van negatieve ervaringen en het aanmoedigen van de positieve. Heb als ouder ook geen te hoge verwachtingen van je kind. Goede schoolresultaten zijn voor de toekomst minder belangrijk dan een goede eigenwaarde. Bij HSK‟s is het vaak noodzakelijk de eigenwaarde bewust op te krikken door hen de dingen die wel goed gaan ook echt als succes te laten ervaren. Iedere overwinning, hoe klein ook, is belangrijk. Benadruk de activiteiten waarin het kind goed is en moedig dat aan. Probeer bijv. een buitenschoolse activiteit te zoeken waar het kind haar eigen interesses in kwijt kan of waar het goed in is. Aan- en bijsturen In overprikkelde toestand zijn HSK‟s over het algemeen moeilijk “aanstuurbaar”, je kunt niet meer tot hen doordringen. Straf geven of vermanend toespreken maakt de overprikkeling door de extra stress alleen maar erger. Las liever een time-out in en kom er later op terug. Of houdt ze gewoon een poosje stevig vast als troost. Bedenk als het kind weer rustig is samen een strategie om de volgende keer dat dezelfde situatie zich voordoet, het anders (minder overprikkeld) aan te pakken. Het is niet zo dat je HSK‟s geen kritiek moet geven. Ook HSK‟s moeten leren hiermee om te gaan. Wel is het belangrijk de kritiek op een opbouwende manier te brengen om extra stress te vermijden. Leg uit hoe leerkrachten je kind kunnen helpen en besteed niet teveel aandacht aan het “anders” zijn. Extra aandacht aan “probleemgedrag” op het moment dat ze overprikkeld zijn, werkt meestal averechts. Ook in niet overprikkelde toestand, is het vaak moeilijk de aandacht van het kind te trekken. Ze horen je wel maar ze zijn in gedachten zo bezig met andere dingen, dat het niet echt tot hen doordringt. Dit is geen onwil. Probeer op een rustige manier hun aandacht te trekken, loop naar hen toe en maak oogcontact en raak ze even aan. Door hard te gaan praten of boos te worden, maak je ze juist aan het schrikken en horen ze helemaal niet meer wat je te zeggen hebt. Sociale ondersteuning. Het is belangrijk het kind te ondersteunen en te coachen in het sociale gebeuren omdat dit vaak niet vanzelf gaat. Praat met de leerkrachten over het gedrag op school en probeer knelpunten op tijd te signaleren. (zie H.2.3.) Voor HSK‟s geldt nog meer dan voor andere kinderen, dat ze goed geaard door het leven moeten gaan. Als ze goed geaard zijn, zijn ze minder snel overprikkeld, zitten ze beter in hun vel, zijn ze zelfverzekerder (zie H.3.3). Zo'n kind zal ook gemakkelijker contact met leeftijdsgenootjes maken en minder snel afhaken bij het sociale gebeuren. Wat vertel je een HSK. Labels kunnen nuttig zijn maar je ook in de weg zitten. HS is dan weliswaar een neutraal label (geen stoornis), het blijft een label. Wees voorzichtig hiermee. Je kind kan het opvatten dat het een ziekte heeft. Het gevaar is ook dat je kind het hoog sensitief zijn als excuus gaat gebruiken. Zeggen `Ik ben nu eenmaal zo, en niets probeert te veranderen. Het is aan jou de taak om het kind weliswaar respect voor zichzelf en de eigenheid te leren, maar het tegelijkertijd de stimulans te geven om zichzelf te ontplooien. Overtuig jezelf. Tenslotte, overtuig jezelf als ouder/opvoeder ervan dat het geen negatieve eigenschap is (zie H.3.3.talenten) en dwing jezelf in neutrale termen erover te praten/denken. Als jij gelooft dat er iets schort aan het kind, breng je dit onherroepelijk ook over.
H.3.2. De rol van opvoedcoach in deze. Als ouders bij jou komen met een hulpvraag over hun HSK is het belangrijk om in gesprek met deze ouders na te gaan of ze op de hoogte zijn van voorgaande basisvoorwaarden. Hoe gaan zij om met hun HSK. Is er sprake van een veilige basis voor het kind. Op welk niveau zit de hulpvraag. Is er een fysiek probleem bijvoorbeeld slecht eten of slapen, wordt het kind gepest, zijn er leerproblemen op school……etc. Pas als je de hulpvraag helder hebt kun je als coach, met alles wat je weet over HSK, de ouders begeleiden naar een oplossing. Interessant is ook om te weten of één of beide ouders ook HS
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
25
is. Daar zal je in de begeleiding zeker rekening mee moeten houden. Een HS ouder kan overbezorgd zijn en veel herkennen van wat er met hun kind gebeurt. Hierdoor kunnen ze het kind wellicht te weinig uitdagen om problemen aan te pakken. Een niet HS ouder kan juist teveel van het kind vragen waardoor het HSK eerder in de problemen komt. Voor jou als coach is het belangrijk om te onderzoeken welke interventie past bij deze ouders. Zitten er belemmerende overtuigingen? Is er sprake van de reddersdriehoek. Zit het kind in de allergie van de ouder, kortom genoeg uitdagingen voor de coach om met de ouders aan de slag te gaan.
H.3.3. HSK en vitaliteit. Alle kinderen ontwikkelen zich beter als ze goed in hun vel zitten. Als kinderen lekker in hun vel zitten, voelen ze zich thuis in hun eigen lichaam en kunnen ze omgaan met de beperkingen ervan. Als je fysiek niet lekker in je vel steekt, kun je ook nooit mentaal lekker in je vel zitten. Vooral bij kinderen die verbaal en emotioneel nog onvoldoende weerbaar zijn, is het lichaam de manier om goed in je vel te komen. Lekker in je vel zitten, is letterlijk dat je je thuis voelt in je lichaam en geest. Als je lekker in je vel zit, ben je goed "geaard", stevig verankerd in deze wereld. Een goed aarding betekent dat kinderen zekerder in het leven staan, sociaal emotioneel sterker zijn en goed in contact staan met de omgeving en zichzelf. Omdat HSK vaker problemen hebben dan andere kinderen, zitten ze vaker slecht in hun vel. Heeft je kind als gevolg daarvan emotionele- of gedragsproblemen, achterstanden in de motorische ontwikkeling, of moeite het maken van vriendjes, dan kun je beter eerst aandacht besteden aan het onderliggend probleem. Beweging en fysieke indrukken Beweging is voor kinderen noodzakelijk om te kunnen ontwikkelen. Door te bewegen oefenen ze niet alleen hun motoriek en leren ze niet alleen noodzakelijke vaardigheden als fietsen, zwemmen en schrijven, maar hun hele zenuwstelsel. Door te bewegen leren kinderen omgaan met hun lichaam, ondervinden ze hun fysieke grenzen en krijgen ze een goed contact met hun eigen lichaam. Doordat ze zich gaan thuis voelen in hun lijf, zijn ze beter in staat contact te maken met hun omgeving en staan ze 'letterlijk' sterker in hun schoenen. Bewegen hoeft geen sport te zijn. Ook buiten spelen, dansen, (kinder-) yoga, muziek, rennen, klimmen, ... zijn prima manieren om te bewegen. Ook dingen die ze met hun handen kunnen doen als tekenen, schilderen, kleien, bouwen, zijn prima. Belangrijk is wel dat het kind iets doet wat het ook echt leuk vind en dit niet ervaart als een extra les op het verplichte programma. Zolang het kind er plezier in heeft, krijgt het er energie van. Fysiek contact (knuffelen, massage, sporten) zorgt ook voor de fijnere lichamelijke prikkels die, samen met de prikkels van het bewegen, het tegenwicht vormen voor de mentale en emotionele prikkels. Voor HSK geldt dit des te meer omdat bij hen de balans al geneigd is door te schieten. Is er evenwicht, dan zit het kind lekkerder in zijn/haar vel en gaat alles een stuk beter. Achterstanden Elk kind ontwikkelt zich in zijn/haar eigen tempo maar tegenwoordig krijgt het daar steeds minder ruimte voor. Scholen beginnen al in groep 1 met het testen van leerlingen. Een achterstand betekent dat je kind bepaalde vaardigheden nog onvoldoende beheerst om mee te kunnen komen in de klas, en wil niet automatisch zeggen dat je kind een probleem heeft. Bij HSK´s worden vaak achterstanden geconstateerd. Deels doordat ze onder druk onderpresteren, en deels doordat ze als ze jong zijn al hun energie nodig hebben om zich staande te houden in de klas en dus minder toekomen aan andere dingen. Meestal wordt het vanzelf beter als ze ouder worden.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
26
Toch is het wel belangrijk het proces in de gaten te houden. Ontwikkelingsachterstanden zijn op zichzelf ook een grote bron van prikkels voor het kind. Het schaamt zich, ziet erg op tegen de het rekenen, gymles of het buiten spelen of durft zo weinig dat het niet mee kan doen met de rest. Dergelijke emoties vreten energie en veroorzaken nogal eens een chronische overprikkeling. De neiging van veel HSK´s om extra prikkels te vermijden, betekent in de praktijk dat ze zich nog verder terugtrekken uit het normale gebeuren. Er ontstaat een spiraal van (negatieve) overprikkeling en nog slechter in hun vel zitten waardoor nog meer achterstanden ontstaan. Opgaan in de Innerlijke wereld. HSK's hebben nogal eens een grote fantasie en kunnen helemaal opgaan in hun innerlijke wereld. Het is gezond als kinderen zo helemaal in hun fantasie kunnen duiken en ze hebben dit absoluut nodig bij hun ontwikkeling. De valkuil bij HSK's is echter dat ze zo kunnen opgaan in hun innerlijke wereld dat ze het contact met de werkelijke wereld verwaarlozen. Sommige HSK's gaan zo ver in het vermijden van prikkels dat vluchten naar hun eigen innerlijke wereld hun standaardstrategie voor het omgaan met moeilijke momenten. Jonge kinderen zijn nog niet in staat de werkelijke wereld met die van henzelf te scheiden en dat is normaal. Tijdens het opgroeien, leren ze de grenzen kennen en inpassen in hun leven. Het opdoen van lichamelijke en werkelijke indrukken is hierbij van groot belang. Hiervoor moeten ze dus wel voldoende bewegen en contact houden met de werkelijke wereld en hun eigen lijf. Soms is het nodig het kind hierin bij te sturen.
H.3.4. Rol van opvoedcoach in deze. Als ouders bij je komen met een hulpvraag is het goed om aandacht te besteden aan de vitaliteit van het kind. Hoe goed zit het kind in zijn vel. Is er sprake van een ontwikkelingsachterstand door bijvoorbeeld vermoeidheid. Is het kind goed geaard in zijn lichaam, zit het lekker in zijn vel. Allemaal belangrijke aanwijzingen die een reden kunnen zijn om verder te zoeken. Is er wellicht een relatie tussen de hulpvraag van de ouders en het thema vitaliteit?
H.3.5. Bevorderen van talenten van HSK. Sommige noemen HS een gave. Waarom? HS mensen hebben invloed op hun omgeving, vaak onbewust. Ze laten aan hun omgeving zien: zo kan het ook! Marian van Beuken ziet hooggevoeligheid als bron van geluk (Marian van den Beuken: het geluk van hooggevoeligheid, voor jezelf en de wereld, 2011). Het is een krachtige motor die ons op de snelweg kan brengen naar een nieuwe manier van leven hier op aarde. Een aarde waar wijsheid, liefde en respect voor alles wat leeft een leidraad zijn. Hoog gevoeligen kunnen buiten de kaders denken. Ze zijn in aanleg al empatisch (soms telepathisch). Ze hebben al het hardware voor een andere manier van leven, nu nog het programma bedenken hoe je deze kwaliteiten het beste inzet. Zij zorgen ervoor dat er in deze wereld weer ruimte komt voor de vrouwelijke energie. De energie van het gevoel, het hart, het vloeibare, het ontvankelijke. Ze maken ons er attent op dat de balans weg is, maar dat hij weer hersteld kan worden door al deze kwaliteiten weer de ruimte te geven in ons! Zonder overigens de mannelijke energie te onderdrukken of te ontkennen. De kracht zit in de balans tussen die twee. Als ze hun eigenheid mogen tonen groeit hun creatieve, intuïtieve en spirituele vermogens.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
27
Hoe meer hoog sensitieve mensen deze kwaliteiten durven tonen en inzetten voor zichzelf en de wereld, hoe meer ze ook een lans breken voor hoogsensitiviteit. Daarmee maken ze het weer voor alle HSK een stuk makkelijker om te zijn wie ze zijn. Kerntalenten Soms lijkt het of het kind geen specifieke talenten of interesses heeft. De talenten zijn dan ´onzichtbaar ´. Danielle Krekels (Speel je kerntalenten uit, 2005) ontwikkelde een methode om te ontdekken wat de kernkwaliteiten van iemand zijn. Het geheel van kerntalenten bevat:
De blauwdruk van iemands persoonlijkheid. Zijn aangeboren sterktes en zwaktes. Zijn al dan niet ontwikkelde potentieel.
Deze kerntalenten gaan niet over kunnen maar over ‘intrinsiek willen’, zin hebben om bepaalde dingen wel of niet te doen. Voor HSK zijn deze kernkwaliteiten en het ontwikkelen daarvan, erg belangrijk. Wanneer zij een kernkwaliteit gebruiken bij een activiteit komen ze in een natuurlijke flow, waardoor ze redelijk makkelijk veel meer kunnen bereiken. Het favoriete speelgoed van een kind, verraad een kernkwaliteit. Aan volwassene (die niet weten wat hun kernkwaliteiten zijn) kan je vragen met welk speelgoed zij het liefst speelden toen ze tussen de 412 jaar oud waren. Een aantal kernkwaliteiten kunnen zijn:
Het kerntalent de sociaal actieve teamplayer in los verband. Men houdt ervan samen te zijn/werken met anderen: is actief/dynamisch, heeft mentaal en fysiek bewegingsruimte nodig, is sociaal, wil wel samen naar een doel toewerken maar zonder strakke kaders. Het kind speelt graag riddertje (o.i.d.), verstoppertje, of gewoon lekker samen met andere buiten. Het kerntalent proactieve theoretische kennisverwerving in breedte, generalisme. Kwaliteit is dan dat het kind zeer brede interesses heeft, weet van alles wel iets, kan moeilijk kiezen want dan kan je het andere niet doen. Het kind leest veel, van alles wat, volgt het nieuws op de TV, internet etc. Zeer brede belangstelling. Het kerntalent proactieve theoretische kennisverwerving in de diepte, specialisme. Het kind wil alles weten over een specifiek onderwerp, tot in detail. Het kerntalent technisch-pragmatisch functioneel creatief. Kwaliteiten zijn doelgericht probleemoplossend werken, focus, gaan voor beter en efficiënter. Het kind speelt met lego, K‟nex, radio‟s en wekkers uit elkaar halen, breien, naaien , koken, bouwdozen etc. Als het maar kan experimenteren, onderzoeken van praktische zaken met de handen. Het kerntalent origineel-fantasievol innovatief creatief. Kwaliteit is dan out of the box kunnen denken, oog hebben voor details, verbanden leggen, oog voor schoonheid, improviseren, dingen uitvinden, niet gericht op praktisch nut. Het kind kleurt, tekent, schildert, boetseert graag. Maakt poppen op, versiert taarten etc. alles wil het mooi maken met de handen. Het kerntalent structuur/systematiek en 3D-denken. Kwaliteit is hoofd en bijzaken kunnen scheiden, goed kunnen organiseren, helikopterview, abstract denken, kan prioriteiten stellen, tactisch, in matrix kunnen denken. Het kind speelt met autootjes, treintjes, racebaan, playmobiel, met poppenhuizen, kaarten, modelbouw. Het kerntalent sociaal voelend en zorgend, sympathische empathie. Kwaliteit is verantwoordelijkheid nemen voor zichzelf en andere, meevoelend, meelevend, zorgende instelling, neemt veel op zijn schouders, initiatief nemen. Het kind speelt veel met poppen of kleinere kinderen. Draagt zorg voor hun veiligheid en neemt de positie in van de oudere wijze sterke hulpverlener.
Let op: slechts het volledige beeld van alle kernkwaliteiten samen, ook de sterke en zwakke, geven een correct beeld.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
28
Samenvatting Belangrijk is het ontplooien van de creativiteit bij HSK. Het kind kan tijdens de uitvoer daarvan sterk het gevoel van vertrouwen, veiligheid en innerlijke rust ervaren. Het kind komt dan zeer dichtbij zijn „zijn‟ , dichtbij zijn kern. Dit werkt uiteraard zeer helend, het geeft een innerlijk evenwicht en het verhoogd hun zelfbeeld. Allemaal eigenschappen die HSK hard nodig hebben om zich staande te kunnen houden in de wereld. Tijdens een creatief moment piekert een kind minder, het maakt zich minder zorgen. Het is in het „NU‟. Als ouder is het belangrijk je HSK de ruimte krijgt zijn talenten te ontwikkelen. Dat vergt van jou als ouder een goede kijk op waar die talenten liggen, zeker wanneer het kind zelf denkt er geen te hebben.
H.3.6. Tips voor opvoedcoaches wanneer zij een hulpvraag krijgen van ouders van een HSK. Tip 1: Zorg dat de opvoeder goed op de hoogte is van de kennis omtrent HS. Wijs ze op boeken, internetsites, workshops over dit thema, laat ze erover praten met hun directe omgeving. Het is belangrijk dat de school van het kind op de hoogte is. Een goed contact tussen ouders en leerkracht is heel belangrijk bij HSK. Tip 2: Maak ze bewust van de noodzaak van erkenning van het kind. Het mag er zijn met al zijn gevoelens en vragen. Wordt het kind niet erkend, zoek naar de mogelijke overtuiging bij deze ouder. Tip 3: Zijn ouders zich bewust van hun voorbeeld gedrag. Durven zij zich kwetsbaar op te stellen, is er ruimte voor dit kind om tot ontwikkeling te komen. De drie R‟s, rust, reinheid en regelmaat zijn heel belangrijk. Zijn zij zich daarvan bewust. Of leven ze van afspraak naar afspraak ( de welbekende overvolle agenda) Tip 4: Welke kwaliteiten bezitten ze al om in te zetten. Bijvoorbeeld humor. Humor relativeert. Of invoelend, dan kunnen ze hun hart volgen bij de begeleiding. Tip 5. Daar tegenover staat natuurlijk, wat is hun allergie met betrekking tot dit kind. Zijn ze zich daar bewust van. Bijvoorbeeld een dominante moeder die zich irriteert aan de afwachtende houding van haar kind. Tip 6: Indien nodig kun je de interventiemethode de stad van Axen of de Roos van Leary inzetten als de relatie tussen kind en ouders in kaart gebracht moet worden, of als er sprake is van onduidelijke interactie patronen binnen het gezin. Hiermee kan je zaken heel helder maken voor de cliënt. Hoe werkt het binnen hun gezin. Wie versterkt wie, wie ondersteunt wie, en wat als je nu voor een andere opstelling zorgt. De onbewuste processen en intenties worden bewust gemaakt. Tip 7: Vanuit de logische niveaus kan je kijken waarom iemand bepaalde posities inneemt. Is dat uit overtuiging, gedrag, is het een missie, heeft het te maken met vaardigheden? Uiteraard is de hulpvraag in alles leidend. Tip 8: Onnodig om te zeggen maar toch het vermelden waard, indien je het gevoel hebt dat er achter de hulpvraag een probleem ligt die niet bij jou als opvoedcoach tot je takenpakket behoort, dan is het belangrijk dat jij je cliënten daar op wijst en ze doorverwijst naar de juiste instantie. Zeker als er een vermoeden is van een verkeerde diagnose (zie hoofdstuk 2 de verwarring) Tip 9: Hoog sensitiviteit is erfelijk, d.w.z. dat uit onderzoek is gebleken dat meestal één of beide ouders vaak ook hoog sensitief is. Belangrijk is dat je daarvan op de hoogte bent als opvoedcoach zodat je de begeleiding van deze cliënten daarop kan aanpassen. Een hoog sensitieve ouder begrijpt
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
29
zijn/haar kind heel goed en kan nog weleens overbezorgd zijn. Een niet hoog sensitieve ouder kan ongewild juist weer te „hard‟ zijn voor het HSK. Tip 10: Aangezien, m.n. HS jongens (vanaf ongeveer 8 jaar) kans lopen om gepest te worden en daarop zeer heftig kunnen reageren, is het belangrijk dat jij als opvoedcoach de signalen goed in de gaten houdt. (zie H.1.3.) Tip 11: Maar vooral de ouders wijzen op de kwaliteiten, de talenten van hun kind en wat er al goed gaat tijdens de opvoeding. Want oh wat zijn veel ouders onzeker over hun eigen kwaliteiten, wat hebben ze behoefte aan bevestiging in wat ze al goed doen. En juist een HSK heeft een sterke behoefte aan duidelijkheid, structuur en rust. Als ouders moeite hebben met het benoemen van wat goed gaat kan je video-interactie inzetten. Met als doel inzoomen op de pareltjes en bewustwording bij de ouders. Een HSK is gebaad bij een ouder die weet wat hij wil en durft toe te geven als het even niet lukt. (ze hebben dat toch wel in de gaten) In hoofdstuk 4 sluit ik af met mijn conclusie m.b.t. mijn onderzoeksvraag: waar lopen ouders en professionele opvoeders van een HSK in de praktijk tegen aan. Als opvoedcoach heel belangrijk om te weten. Met wat voor hulpvragen kunnen zij bij jou terecht komen.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
30
Conclusie Op mijn onderzoeksvraag: waar lopen ouders en professionele opvoeders van HSK in de praktijk tegen aan, hoop ik voldoende antwoord te hebben gegeven. Ze hebben zo hun handvaten, dat heb je kunnen lezen in de voorgaande 3 hoofdstukken, maar ben je op de hoogte van HS en weet je dat je kind hoogsensitief is, dan kan je als ouder of professionele opvoeder het kind op weg helpen in een veilige omgeving. Begrip en erkenning zijn noodzakelijk. Met heel veel geduld, liefde, wijsheid en respect komen ze er wel. Meer nog dan andere kinderen hebben zij onze begeleiding hard nodig! Ik zou nog bladzijdes vol kunnen schrijven over dit onderwerp. Duidelijk is wel dat er inmiddels veel literatuur en onderzoek over is verschenen. Terecht, mijns inziens, deze kinderen mogen er zijn met al hun talenten en overgevoeligheden. Zeker in deze tijd van verharding, stress en eenzaamheid hebben deze kinderen ons meer nodig dan ooit. HSK waren er altijd al, maar hebben het nu extra moeilijk door de huidige maatschappij waarin wij leven. Daarnaast houden ze ons een spiegel voor, durf jij er in te kijken? Ik hoop dat wij gaan inzien dat hoog gevoelig zijn een kwaliteit is en zeker geen ziekte of stoornis. Ik hoop dat het onderwijs weldra gaat zien hoe zij deze kinderen het beste tot hun recht kan laten komen. Want eerlijk, ik ben onwijs geschrokken van mijn kleine onderzoek binnen mijn werkkring. Ik weet dat ons team een goede afspiegeling is van de leerkracht in het algemeen. Een team dat openstaat voor vernieuwingen. Een team dat yoga en massage in de klas toepast en een warm hart draagt naar ieder kind. Maar helaas ook moet bekennen heel weinig van HS af te weten. Ze voelen wel de onmacht van sommige kinderen en proberen ze daarbij te begeleiden. Zeker bij mijn verhaal dat de meeste HSK beelddenkers zijn en dat ons onderwijssysteem voor 80% talig is kwam als een schok. Iedereen wil dan ook graag meer over dit onderwerp weten en is zeer geïnteresseerd in mijn scriptie. Ook de optie van een studiedag over dit onderwerp wordt toegejuicht. Daarnaast werd opgemerkt dat ook ouders nog weinig, eigenlijk zo goed als niks, met dit thema doen. Er was welgeteld één ouder die de leerkracht op de hoogte had gebracht van een vermoeden van HS bij haar kind. (er zitten bijna 500 kinderen op deze school) Ook hier ligt een taak voor ons. Hoe kunnen wij als leerkrachten de ouders informeren over HS en daarnaast over het beelddenken en over leren. De samenleving is bij lange na nog niet zover dat zij bewust kan omgaan met de kwaliteiten van deze kinderen: sensitief, intuïtief, begaafd, oplettend, vol verwondering, begripvol, hulpvaardig. Men ziet over het algemeen slechts één aspect van hun gedrag en trekt aan de hand daarvan (soms te snel) conclusies, die meestal klinken alsof er sprake is van een tekortkoming: veel te druk, erg verlegen en bang, sociaal-emotioneel achter, onhandelbaar enzovoort. Dat heeft zijn weerslag op de opvoeding. Het maakt de wereld voor deze kinderen namelijk heel onveilig, ongeacht hoeveel steun en bevestiging ze van hun ouders krijgen. Hoe gaan de ouders van deze kinderen ermee om, waar lopen zij tegenaan als ze weten/denken dat hun kind HS is? Na een mail en belrondje m.b.t. deze vraag naar opvoedcoaches en de landelijke vereniging voor HSK (LiHSK) is de conclusie het volgende: Sommigen gaan de strijd met de wereld aan en willen de samenleving veranderen. Anderen laten het over zich heenkomen en reageren met een cynische machteloosheid - 'het heeft toch geen enkele zin'. Weer anderen negeren de problematiek. Zij hebben vooral behoefte aan goed contact met anderen en willen dat niet op het spel zetten door te praten in veelal beladen termen als 'hooggevoelig' . Waar hebben deze kinderen zelf behoefte aan? Zij willen bevestigd worden in wat zij waarnemen, voelen en beleven. Zij hebben ouders nodig die naast hen staan. Ouders die niet voortdurend bezig zijn met de buitenwereld, maar hun aandacht richten op het kind zelf. Zij hebben behoefte aan relaties die gebaseerd zijn op zingeving en echtheid. Ze willen zichzelf gespiegeld zien en begeleid worden in het expressie geven aan hun innerlijke wereld. Want alleen dan kunnen zij opgroeien tot volwassenen die
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
31
zelf expressie geven aan hun innerlijke wereld. Alleen dan leren zij om te gaan met hun gevoeligheid en begaafdheid.
Voor mij is duidelijk dat je als opvoedcoach hier veel mee kan. Als ouders bij mij komen met een hulpvraag over hun HSK, kan ik met de begeleiding starten. Ik weet nu veel en kan er ook veel mee. Het hoofdstuk over de verwarring gaf bij mij ook een diepe schok. Verkeerde diagnoses, kinderen aan medicijnen, verhoogde kans op gepest worden, een maatschappij die gaat voor prestaties, kennis overdracht en nog harder werken. Dit alles brengt bij mij nog meer het besef dat de andere kant, de vrouwelijke energie, nieuw leven in geblazen moet worden. Of met andere woorden: IS HET KIND ZIEK OF DE MAATSCHAPPIJ??? Het kan niet zo zijn dat in sommige landen HSP niet bestaat, of ADHD of PDD-NOS. Het gaat erom hoe de maatschappij naar het kind kijkt en in hoeverre deze maatschappij zelf in balans is. We gaan voor een positief toekomst beeld, waarin ouders, leerkrachten en andere opvoeders het gewoon „ZIJN‟ van het kind de norm vinden. We gaan voor een toekomst waarin het kind herkent, erkent, geaccepteerd wordt door zijn omgeving en bewonderd om zijn kwaliteiten. Een maatschappij die liefde, waarheid en respect weer hoog in het vaandel heeft. Ik ga mezelf de komende jaren toeleggen op het verbeteren van het onderwijs aan deze kinderen. Op de hulpvragen van ouders van deze kinderen aan mij als opvoedcoach. Ik ga door met yoga, meditatie, massage lessen geven aan de kinderen. Ik ga door met het geven van het goede voorbeeld, door ze met respect te behandelen, geduld, aandacht en liefde. Iets wat ik allang van binnenuit wist, maar nu weer bevestigd heb gekregen door deze scriptie.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
32
Gebruikte afkortingen ADD Attention Deficit Disorder ADHD Attention Deficit Hyperactivity Disorder GGZ Geestelijke Gezondheidszorg HB hoogbegaafd HSK Hoogsensitieve kinderen HSP Hoogsensitieve personen HSJ Hoogsensitieve jongen HS hoogsensitief LiHSK Landelijk informatiepunt hoogsensitieve kinderen PDD-NOS Pervasive Developmental Disorder Not Otherwise Specified PTSS Post Traumatische Stress Stoornis
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
33
Gebruikte links en geraadpleegde literatuur
www.vereniginghooggevoelig.nl www.hooggevoelig.nl hoogsensitief.pagina.nl hooggevoelig.startkabel.nl www.bewustopvoeden.nl www.pesten.net www.beelddenken.be www.hsponline.nl www.ookzogevoelig.nl www.ikleeranders.nl
Gelezen boeken over hoogsensitiviteit algemeen voor deze scriptie:
Marian van den Beuken: Het geluk van hooggevoeligheid Antoine van Staveren: Bewust-er-zijn met hooggevoeligheid. Carolina Bont: Hoogsensitiviteit als kracht. Elaine N. Aron: Hoog Sensitieve Personen.
Gelezen boeken over gevoeligheid bij kinderen voor deze scriptie:
Elaine N. Aron : Het Hoog Sensitieve Kind. Ilse Van den Daele & Linda T‟Kindt: Mijn kind is hoog gevoelig. Ted Zeff: De sterke, gevoelige jongen. Catherine Crawford: Hoog intuïtieve kinderen. Janita Venema: Het fluisterkind Carla Muijsert- van Blitterswijk: Nieuwetijdskinderen. Gary Chapman & Ross Campbell: De 5 talen van de liefde van kinderen.
Verder uiteraard de studiewijzers, met verwijzingen naar vele boeken, van BGL voor de opleiding tot opvoedcoach. Testen m.b.t. hooggevoeligheid voor:
volwassenen op www.hooggevoelig.nl/tests kinderen op www.hooggevoelig/tests/hspkinderen
Gevolgde workshops: hoogsensitieve kinderen door Birgit Verkleij en workshop beelddenken in de basisschool.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
34
Bijlagen Bijlage 1: Test van Elaine N. Aron Beantwoord elke vraag zoals het voor jou voelt. Antwoord ja als het in ieder geval enigszins voor jou opgaat. Zelftest 1. 2. 3. 4.
23.
Ik ben me bewust van subtiele signalen in mijn omgeving. Ik word beïnvloed door de stemmingen van anderen. Ik ben nogal gevoelig voor pijn. Tijdens drukke dagen merk ik dat ik behoefte heb om me terug te trekken in mijn bed of een donkere kamer (of een andere plek waar ik alleen kan zijn). Ik ben bijzonder gevoelig voor de effecten van cafeïne. Ik raak gemakkelijk overvoerd door dingen als fel licht, sterke geuren, grove weefsels of harde sirenes. Ik heb een rijke en complexe innerlijke belevingswereld. Ik voel me niet op mijn gemak bij harde geluiden. Ik kan diep geroerd raken door kunst of muziek. Ik ben consciëntieus. Ik schrik gemakkelijk. Ik voel me opgejaagd als ik veel moeite moet doen in korte tijd. Als mensen zich in een fysieke omgeving niet prettig voelen, weet ik meestal wat er moet gebeuren om dat te veranderen (bijv. door het licht te dimmen of het meubilair te verplaatsen). Ik raak geïrriteerd als mensen proberen me te veel dingen tegelijk te laten doen. Ik doe erg mijn best om te voorkomen dat ik fouten maak of dingen vergeet. Ik kijk uit principe niet naar gewelddadige films of tv-shows. Ik voel me ongemakkelijk als er veel om me heen gebeurt. Als ik erge honger heb, heeft dat een sterke invloed op mijn concentratievermogen of mijn humeur. Veranderingen in mijn leven brengen me van mijn stuk. Ik heb een neus voor delicate geuren, smaken, geluiden en kunstwerken en geniet daarvan. Het vermijden van situaties die mij van streek maken of overbelasten, heeft bij mij hoge prioriteit. Als ik met iemand moet wedijveren of op mijn vingers word gekeken, word ik zo nerveus of gespannen dat mijn prestaties veel minder zijn dan gewoonlijk. Als kind werd ik door mijn ouders of leraren gevoelig of verlegen gevonden.
0-7 punten
5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22.
Je bent waarschijnlijk geen HSP-er. Hoewel dat niet met zekerheid te zeggen is. Want als er bijvoorbeeld twee items heel erg waar zijn voor jou kan het zijn dat je wel hoogsensitief bent. 8-14 punten Er zijn verschillende gradaties in sensitiviteit. Je bent waarschijnlijk wel sensitief maar mogelijk niet hoogsensitief. Dat kan een groot voordeel zijn omdat je wel veel dingen aan kan voelen, maar niet de problemen hebt die de hoogsensitieve hebben.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
35
15-23 punten Je bent heel waarschijnlijk hoogsensitief (HSP-er). Je bent gevoeliger voor nuance verschillen dan de meeste andere mensen. Het kan nut hebben om een boek te lezen over hoogsensitiviteit of kennis te maken met andere HSP-ers. Het kan zijn dat je heel veel herkent en daardoor iets bewuster wordt van deze eigenschap van je.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
36
Bijlage 2: Tips van een volwassen HSP aan ouders/leerkrachten van een HSK.: 1. Accepteer je kind zoals hij/zij is en moedig hem aan de wereld te laten zien zoals hij/zij is. Benoem de positieve kanten in hun karakter. Bagatelliseer zijn angsten niet. Houdt rekening met de gevoeligheid van de zintuigen. 2. Dwing ze niet aan teamsport te doen. 3. Doe niet alsof je kind een stoornis heeft. Stop het kind niet in een hokje. 4. Laat het kind weten dat hij/zij hoeveel innerlijke kracht hij/zij bezit als hij/zij zijn ware aard toont aan de wereld. Dat geeft moed en zelfvertrouwen. 5. Leer je kind zijn/haar grenzen aan te geven. Dit voorkomt pestgedrag van andere. Hou de signalen goed in de gaten. HSK worden vaker gepest dan andere. (zie H.1.3.) 6. Wijs ze op een vriendelijke manier terecht. Harde discipline schrikt af en hun zelfvertrouwen daalt. 7. Beperk de prikkels van televisie, films en videogames, deze veroorzaken veel onrust. 8. Zoek samen naar de balans tussen alleen zijn en samen zijn. 9. Door tijd door te brengen in de natuur worden over stimulatie en stress geneutraliseerd. Ook huisdieren zijn een belangrijke bron van ontspanning en ontlading. 10. Leg jouw mening of emotie niet op die van een HSK maar ga er mee aan de slag. 11. Vertel de omgeving over de gevoeligheid van jouw kind, maar ook meteen dat hij/zij volkomen normaal is. Vertel dat hij/zij behoort tot 20% van de mensheid met een fijngevoelig zenuwstelsel en dat daar positieve en negatieve kanten aanzit. 12. Dat kan je alleen als je zelf goed geïnformeerd bent over HS. 13. Rust is een fundamentele lichaamsbehoefte. Denk hierbij aan een warm bad, meditatie, naar rustige muziek luisteren, naar een verhaal luisteren. Hierdoor kan de batterij weer opgeladen worden. Het kind leert hierdoor te ontspannen. 14. Een HSK houdt niet van verrassingen, bereidt ze voor! Bouw vaste rituelen in. 15. Humor is een manier om met conflicten, problemen en moeilijkheden om te gaan. Hiermee ontwikkel je veerkracht, een prachtige kwaliteit om je staande te houden. 16. Stress bij volwassene geeft onrust en een onveilig gevoel bij het kind. Zorg dus goed voor jezelf. 17. Volg je eigen hart en intuïtie in de aanpak van het HSK. 18. HSK zijn vaak creatief. Via die weg kun je met ze in contact komen. 19. Zoek een balans tussen stimuleren en forceren, maar binnen een ontspannen en veilige sfeer. 20. Bij overprikkeling kan het kind heftig reageren, bijvoorbeeld huilen, heel druk worden, of juist zich terugtrekken, angstig worden, timide reageren. Erken het kind door te zeggen: het is even allemaal teveel voor je hè! Laat het kind even rustig zich terug trekken. Na afloop kan je het kind leren deze situatie voor te zijn door het eerder aan te geven. 21. Ouders kunnen bruikbare tips geven aan leerkrachten. Een goed contact tussen beide voorkomt veel misverstanden en helpt het kind. 22. Aangezien HSK een visueel ruimtelijke instelling hebben (zie H.2.2. beelddenken) beleven ze school, de taal denkende instelling, als zeer moeizaam, onbegrijpelijk soms. Als leerkracht moet je dit weten en je lesprogramma daarop aanpassen.
Ellen van der Weiden
Hoog Sensitieve Kinderen: gewoon anders
37