HOOFDSTUK 1 Inleiding 23. HOOFDSTUK 2 Belastingplicht 28. HOOFDSTUK 3 Belastbare handelingen 59. HOOFDSTUK 4 Invoer 123

Almanak BTW 2015.book Page 6 Thursday, April 9, 2015 5:08 PM

VOORWOORD HOOFDSTUK 1

Inleiding

23

HOOFDSTUK 2

Belastingplicht

28

HOOFDSTUK 3

Belastbare handelingen

59

HOOFDSTUK 4

Invoer

123

HOOFDSTUK 5

Maatstaf van heffing

130

HOOFDSTUK 6

Tarieven

153

HOOFDSTUK 7

Vrijstellingen met betrekking tot uitvoer

166

HOOFDSTUK 8

Aftrekregeling

186

HOOFDSTUK 9

Teruggaaf

222

HOOFDSTUK 10

Verplichtingen van de btw-belastingplichtige

240

HOOFDSTUK 11

De periodieke aangifte en de bijzondere btw-aangifte

262

HOOFDSTUK 12

De bijzondere regelingen

282

HOOFDSTUK 13

Bewijsmiddelen

307

HOOFDSTUK 14

Sancties

319

HOOFDSTUK 15

Vervolgingen – Gedingen

329

HOOFDSTUK 16

Verjaring

335

6


INHOUDSOPGAVE

VOORWOORD

5

INHOUDSOPGAVE

7

HOOFDSTUK 1

Inleiding 1 De omzetbelasting 1.1 Historiek 1.2 De Europese richtlijnen 1.3 De invoering van de btw in België 2 Uitbreiding van de Europese Unie 3 EU-overzichtstabellen 4 Btw-drempels in de EU 5 Lijst van de handelingen buiten de werkingssfeer

23 23 23 23 24 24 24 25 27

HOOFDSTUK 2

Belastingplicht 1 Definitie van de belastingplichtige 1.1 Essentiële kenmerken 1.1.1 Hoedanigheid van de persoon 1.1.2 Aard van de werkzaamheid 1.1.3 Geregelde werkzaamheid 1.1.4 Zelfstandige uitoefening 1.2 Niet-essentiële kenmerken 1.2.1 Met of zonder winstoogmerk 1.2.2 Hoofdzakelijk of aanvullend 2 Soorten belastingplichtigen 2.1 De gewone belastingplichtige 2.2 De vrijgestelde belastingplichtige 2.3 De occasionele belastingplichtige 2.3.1 De vrijwillige occasionele belastingplichtige 2.3.2 De van ambtswege toevallige belastingplichtige 2.4 Juridische entiteiten – Btw-eenheid 3 Begin en einde van de belastingplicht 3.1 Begin van de belastingplicht 3.2 Einde van de belastingplicht 3.2.1 Concrete toepassing 3.2.2 Faillissement 3.2.3 Verkoop bij uitvoerend beslag 3.2.4 Vereffening van een onderneming (eenmanszaak, vennootschap) 4 Openbare instellingen en instellingen van openbaar nut 4.1 Inleiding 4.2 Lijst van de handelingen 5 Buitenlandse belastingplichtigen 5.1 Buitenlandse belastingplichtigen die in België een vaste inrichting hebben 5.2 De in het buitenland gevestigde belastingplichtigen 5.3 Het begrip ‘zetel van bedrijfsuitoefening’ 5.4 Niet in België gevestigde organisatoren van manifestaties en beurzen in België – Merchandising 6 Particulariteiten inzake belastingplicht 6.1 Wisselagenten en wisselagentcorrespondenten 6.2 Kunstschilders, beeldhouwers, graveerders en keramiekbewerkers 6.3 Kostendelende verenigingen

28 28 28 28 28 29 29 29 29 29 30 30 30 30 30 30 30 31 31 31 31 31 31 32 32 32 32 33 33 34 34 34 34 34 34 34 7


INHOUDSOPGAVE 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8

7

8

9

8

Handelsvereniging bij wijze van deelneming en de tijdelijke handelsvereniging Handelsbeurzen Kunstgalerijen Beheer van flatgebouwen – Syndicus Prestaties van bedrijfsrevisoren, al dan niet verenigd in een burgerlijke vennootschap – Stagiairs en medewerkers 6.9 Feitelijke vereniging (onregelmatige vof) 6.10 Arbitrage – Scheidslieden 6.11 Zelfstandige journalisten en dagbladcorrespondenten 6.12 De belastingplicht van zaakvoerders en bestuurders 6.13 Sporttrainer 6.14 Nationale Loterij – Verdelers en onderverdelers 6.15 Het reisbureau als belastingplichtige 6.16 De belastingplicht van holdingmaatschappijen 6.17 Homepartyverkopen 6.18 Verzekeraars 6.19 Stagedoende architecten 6.20 Schippers 6.21 Depots van wasserijen, ververijen, stomerijen en stoppage-inrichtingen 6.22 Bezorgers van kranten, reclamedrukwerk en handelsmonsters 6.23 Personen die tussenkomst verlenen bij de inlassing van aankondigingen 6.24 Handelaars in recuperatiestoffen en -producten 6.25 Ophaaldienst van afval 6.26 Plaatsvervangende apothekers en apothekersprovisors 6.27 Handelsbeurzen, sportwedstrijden, culturele samenkomsten die slechts eenmaal worden georganiseerd 6.28 Terbeschikkingstelling van ruimte voor het aanbrengen van reclame of reclameborden door particulieren – Stickers of andere reclamemedia op een wagen 6.29 Zelfstandige verkopers bij de werving van abonnees in de gas- en elektriciteitssector alsmede bij de operatoren inzake telecommunicatie 6.30 Notarissen en gerechtsdeurwaarders Regeling van de belastingplichtige m.b.t. nieuwe gebouwen (en ermee samenhangende terreinen) 7.1 Inleiding 7.1.1 Lichamelijke goederen 7.1.2 Btw-termijn 7.2 Belastingplicht 7.3 Regelgeving inzake de ‘bijbehorende terreinen’, van toepassing vanaf 1 januari 2011 7.3.1 Algemeen 7.3.2 Misbruik 7.3.3 Nieuw gebouw Regeling van de belastingplicht m.b.t. nieuwe vervoermiddelen 8.1 Inleiding 8.2 Begrip ‘nieuwe vervoermiddelen’ 8.3 Ambtshalve toevallige belastingplichtige Vrijstellingen op de belastingplicht 9.1 Algemeen 9.1.1 De vrijstellingen van artikel 44 van het W.Btw 9.1.2 Hiërarchie 9.2 Eigenlijke vrijstellingen en de gemengde belastingplicht 9.3 Vrijstelling om reden van de hoedanigheid van de dienstverrichter 9.3.1 Artsen 9.3.2 Tandartsen 9.3.3 Beoefenaars van paramedische en aanverwante beroepen 9.3.4 Veeartsen 9.3.5 De externe diensten voor preventie en bescherming op het werk 9.3.6 Alternatieve geneeskunde 9.3.7 Diëtisten en podologen 9.4 Vrijstellingen wegens sociale of culturele redenen 9.4.1 Algemeen – Afwezigheid van winstoogmerk bij vzw – Behoud btw-vrijstelling bij ‘overschotten’ 9.4.2 Inrichtingen voor gezondheidszorg en diensten van sociale aard 9.4.3 Sportinrichtingen en inrichtingen voor lichamelijke opvoeding

34 34 35 35 35 35 35 35 35 36 36 36 36 36 36 37 37 37 37 37 37 38 38 38 38 38 38 38 38 38 39 39 39 39 40 40 41 41 41 41 41 41 41 42 42 42 43 43 43 43 43 44 44 44 44 44 47


INHOUDSOPGAVE 9.4.4 9.4.5 9.4.6 9.4.7 9.4.8 9.4.9 9.5

9.6

HOOFDSTUK 3

Onderwijs Cultuur Bepaalde terbeschikkingstellingen van personeel Instellingen die geen winstoogmerk hebben Handelingen ten eigen bate verricht ter verkrijging van financiële steun Leveringen en intracommunautaire verwervingen bestemd voor een overeenkomstig artikel 44 vrijgestelde werkzaamheid Diverse vrijgestelde handelingen 9.5.1 Door de auteur of toondichter gesloten contracten voor uitgave van letterkundige werken of van kunstwerken 9.5.2 Handelingen inzake verzekeringen en herverzekeringen 9.5.3 Handelingen inzake kredietverrichtingen 9.5.4 Handelingen inzake gelddeposito’s, rekening-courantverkeer, schuldvorderingen, cheques en andere handelspapieren 9.5.5 Handelingen inzake betalings- en ontvangstverrichtingen, inzake deviezen, bankbiljetten en munten 9.5.6 Beheer van gemeenschappelijke beleggingsfondsen en van de organismen voor de financiering van pensioenen 9.5.7 Leveringen van postzegels, fiscale zegels en soortgelijke waarden 9.5.8 Handelingen inzake weddenschappen, loterijen, kansspelen en geldspelen Leveringen van en diensten met betrekking tot uit hun aard onroerende goederen 9.6.1 Leveringen van uit hun aard onroerende goederen 9.6.2 Vestigingen, overdrachten en wederoverdrachten van zakelijke rechten op uit hun aard onroerende goederen 9.6.3 De verpachting, de verhuur en de overdracht van huur van uit hun aard onroerende goederen, alsook het gebruik van dergelijke goederen onder de voorwaarden van artikel 19, § 1 van het W.Btw 9.6.4 Terbeschikkingstelling van stalling voor rijtuigen 9.6.5 Terbeschikkingstelling van bergruimte voor het opslaan van goederen en terbeschikkingstelling van plaats om te kamperen 9.6.6 Toekenning gebruiksrecht kantoren 9.6.7 Onroerende verhuur en domaniaal goed – Concessie onroerend goed – Bij inmenging in uitbating géén verhuur

Belastbare handelingen 1 Algemene benadering 2 Levering van goederen 2.1 Definitie 2.1.1 Volgens de Zesde Richtlijn 2.1.2 Volgens de btw-wetgeving 2.2 Toepassingsveld van het begrip levering 2.3 Bedoelde goederen 2.3.1 Voorstelling 2.3.2 Samenvattende tabel 2.3.3 Goederen waarvan de overdracht aan de btw onderworpen kan worden 2.4 Grondvoorwaarden voor het bestaan van een levering 2.4.1 Het bestaan van een overeenkomst 2.4.2 Contract onder bezwarende titel 2.4.3 Contract tot overdracht van de macht om te beschikken 2.5 Plaats van levering 2.5.1 Vooraf: reglementering Zesde Btw-richtlijn en de ermee verband houdende rechtspraak 2.5.2 Weerslag van de Zesde Richtlijn 2006/112/EG en de Belgische wetsbepalingen vanaf 1 januari 2013 2.5.3 Vermoeden juris tantum m.b.t. de plaats van de levering van een goed in België 2.6 Tijdstip van de levering 2.6.1 Hoofdcriterium 2.6.2 Afwijkingen op het hoofdcriterium 2.6.3 Tweede criterium: bij het sluiten van het contract 2.6.4 Vermoeden juris tantum m.b.t. het tijdstip van de levering van een goed in België

47 52 54 54 55 55 55 55 55 55 55 55 56 56 56 56 56 56 56 57 57 57 58 59 59 59 60 60 60 60 61 61 62 62 65 65 65 65 66 66 66 72 72 72 72 73 73

9


INHOUDSOPGAVE 2.7

3

4

5

10

Met belastbare leveringen gelijkgestelde handelingen 2.7.1 Onttrekkingen voor privédoeleinden, voor andere doeleinden dan die van een economische activiteit of voor overdrachten om niet 2.7.2 Ingebruikneming als bedrijfsmiddel 2.7.3 Onttrekking van een goed in de zin van artikel 12, § 1, 4°, van het W.Btw 2.7.4 Het onder zich houden van een goed na beëindiging van de activiteit 2.8 Overbrengingen en niet-overbrengingen 2.9 Niet-belastbare overdrachten – Niet-leveringsbeginsel 2.9.1 Inleiding 2.9.2 De begrippen ‘algemeenheid van goederen’ en ‘bedrijfsafdeling’ Diensten 3.1 Definitie 3.2 Voorwaarden tot belastbaarheid 3.2.1 Het begrip ‘enige prestatie’ 3.2.2 Handelingen gelijkgesteld met belastbare diensten 3.2.3 Uitvoering van een werk in onroerende staat voor doeleinden van zijn economische activiteit, voor privédoeleinden van zijn personeel, en meer algemeen, om niet of voor andere doeleinden dan deze van zijn economische activiteit 3.2.4 Gelijkstelling in het kader van de btw-eenheid 3.3 Plaats van de diensten – Commentaar bij het stelsel van toepassing vanaf 1 januari 2010 3.3.1 Het nieuwe begrip belastingplichtige – Uitbreiding 3.3.2 Algemene regelgeving 3.3.3 Bijzondere bepalingen 3.3.4 Bijzondere bepalingen plaatsbepalingsregels – Diensten van een reisbureau Intracommunautaire verwervingen 4.1 Definitie 4.2 De levering in de lidstaat van vertrek 4.3 Vrijstellingsvoorwaarden voor levering van goederen bestemd voor een andere lidstaat – Principes 4.3.1 Mededeling van het btw-identificatienummer aan de leverancier 4.3.2 Hoe kan de geldigheid van een btw-identificatienummer worden nagezien? 4.3.3 Waarde van de bevestiging 4.4 Vrijstellingsvoorwaarden bij intracommunautaire levering – Toepassingen en rechtspraak 4.4.1 Beschikking van 3 maart 2004 van het Europees Hof van Justitie 4.4.2 Raad van State (Frankrijk) van 27 juli 2005 4.4.3 Arrest Teleos van het Europees Hof van Justitie van 27 september 2007 4.4.4 Arrest van het Hof van Cassatie van 29 september 2009 4.4.5 Arrest R. van het Europees Hof van Justitie van 7 december 2010 4.4.6 Arrest van de Raad van State (Frankrijk) van 25 februari 2011 4.4.7 Arrest van de Raad van State (Frankrijk) van 9 maart 2012 4.4.8 Arrest Meczek van het Europees Hof van 6 september 2012 4.4.9 Arrest VSTR van het Europees Hof van 27 september 2012 4.5 Vrijgestelde intracommunautaire levering – Eerste levering binnen een ABC-driehoeksverkeer 4.6 Toepassingsvoorwaarden van de intracommunautaire verwervingen 4.6.1 Welk contract? 4.6.2 Wat zijn de gevolgen van het contract? 4.6.3 Bij het contract betrokken partijen? 4.7 Berekening van de drempel van 11.200 EUR 4.8 Plaats van de intracommunautaire verwerving 4.8.1 Basisprincipe 4.8.2 Ondergeschikte bepaling – Veiligheidsbepaling 4.9 Driehoeksverrichtingen 4.9.1 De inbreng van het Europese Hof van Justitie – ABC-leveringen 4.9.2 Vereenvoudigde regeling – Systematische aanduiding van de bestemmeling als schuldenaar Het belastbare feit – Opeisbaarheid van de belasting 5.1 Definities 5.2 Schematisch overzicht van de toepasselijke wetgeving op 1 januari 2013 5.2.1 Belastbaar feit en opeisbaarheid van de btw – Levering van goederen 5.2.2 Belastbaar feit en opeisbaarheid van de btw – Dienstverrichtingen

74 74 75 76 76 76 77 77 78 78 78 79 79 81

82 83 84 84 87 92 100 100 101 101 101 102 102 102 102 102 102 103 103 103 104 104 104 105 106 106 106 106 106 107 108 108 108 109 109 110 111 111 112 112 113


INHOUDSOPGAVE 5.3

Belastbaar feit bij leveringen van goederen en dienstverrichtingen 5.3.1 Leveringen van goederen – Algemene regel 5.3.2 Leveringen van goederen – Afwijkingen 5.4 Leveringen van goederen – Andere oorzaken van opeisbaarheid – Betaling van voorschotten 5.4.1 Belang van artikel 65 van de Btw-richtlijn 5.4.2 De correcte Richtlijnomzetting in België op 1 januari 2013 en de gevolgen 5.5 Dienstverrichtingen – Algemene regel 5.6 Dienstverrichtingen – Afwijkingen 5.6.1 Diensten die aanleiding geven tot opeenvolgende afrekeningen en betalingen 5.6.2 Dienstverrichtingen – Andere oorzaken van opeisbaarheid – Betaling van een voorschot 5.7 Bijzonder geval: naarmate van de incassering van de prijs 5.8 Intracommunautaire leveringen 5.9 Intracommunautaire verwerving van goederen 5.9.1 Principe – Belastbaar feit 5.9.2 Afwijking 5.10 Overbrengingen en bestemmingen HOOFDSTUK 4

HOOFDSTUK 5

Invoer 1 Basisbegrippen 1.1 Het Enig Document 1.2 Bewaren in- en uitvoeraangiften 1.3 Invoer 1.4 Btw-gebied 2 Plaats van de douanering – Begrip van vrije en dubbele keuzemogelijkheid 3 Vrijgestelde invoer in het kader van het overgangsstelsel – Vrijstelling ingesteld bij artikel 40, § 1, 1°, d) van het W.Btw 3.1 Basisvoorwaarden voor de vrijstelling 3.2 Vormvoorwaarden 4 Belastbaar feit – Gelijktijdigheidsprincipe 4.1 Inleidend schema 4.2 Tijdstip van voldoening van de btw – Het stelsel van de verlegging van de heffing bij invoer 5 Maatstaf van heffing Maatstaf van heffing 1 Algemene bepalingen 1.1 Definitie: de maatstaf van heffing 1.2 Afronding van de btw 2 Maatstaf van heffing bij leveringen van goederen en dienstverrichtingen in België 2.1 De tegenprestatie bestaat uitsluitend uit een geldsom 2.1.1 Principe – Samenvattende tabel 2.1.2 De prijs 2.1.3 Lasten van de prijs, subsidies, belastingen, rechten en heffingen 2.1.4 Transportkosten en verzekeringskosten 2.1.5 Verpakkingen 2.1.6 Voorschotten 2.1.7 Sommen die niet tot de maatstaf van heffing behoren 2.1.8 Doorrekening van bepaalde kosten en prestaties 2.1.9 Openbare verkoop van roerende en/of onroerende goederen 2.1.10 Toevallige wederverkoop door een belastingplichtige van een tweedehandsvoertuig 2.2 De tegenprestatie bestaat niet of niet uitsluitend uit een geldsom 2.2.1 Principes 2.2.2 Wederzijdse leveringen van goederen of diensten 2.3 Handelingen zonder tegenprestatie 2.3.1 Voordelen 2.3.2 Onttrekkingen en ingebruiknemingen van goederen 2.3.3 Maatstaf van heffing bij handelingen die met diensten gelijkgesteld worden 2.3.4 Het schenken van gratis artikelen in ruil voor aanbreng nieuwe klanten 2.3.5 Deviezentransacties 2.3.6 Levering van goederen met één stuk gratis

113 113 114 114 114 115 115 116 116 116 118 119 121 121 121 122 123 123 123 124 125 125 126 127 127 128 128 128 129 129 130 130 130 130 130 130 130 131 132 135 136 136 137 138 140 140 141 141 143 144 144 145 148 148 149 149 11


INHOUDSOPGAVE 2.4

Minimummaatstaf van heffing 2.4.1 Bedoelde goederen 2.4.2 Nieuwe gebouwen 2.4.3 Werk in onroerende staat 2.4.4 Vestiging van een recht van opstal 2.5 Reisbureaus 2.5.1 Maatstaf van heffing in een reisbureau 2.5.2 Btw-eenheid en het reisbureau 2.6 De lastgever en de commissionair 2.7 Tweedehandse goederen 2.8 Onteigening 2.9 Stelsel van het gezamenlijk aanbod 2.10 Enige prijs voor goederen onderworpen aan een verschillend tarief HOOFDSTUK 6

12

Tarieven 1 Algemeenheden – Hiërarchische volgorde 2 Summiere opsomming: tabel 3 Limitatieve lijst van de goederen en diensten die de toepassing van het verlaagde tarief mogelijk maken 4 Tarieven van toepassing 4.1 Het nultarief 4.2 Het 6 %-tarief 4.3 Het 12 %-tarief 4.4 Het 21 %-tarief 5 Lijst van de goederen en diensten per tarief 5.1 Goederen en diensten onderworpen aan 6 % 5.1.1 Goederen 5.1.2 Diensten 5.2 Goederen en diensten onderworpen aan 12 % 5.2.1 Goederen 5.2.2 Diensten 5.3 Goederen en diensten onderworpen aan 21 % 5.3.1 Goederen 5.3.2 Diensten 5.4 Goederen en diensten onderworpen aan 1 % 5.4.1 Goederen 5.4.2 Diensten 6 De btw-tarieven in de onroerende sector – Samenvattende tabel 7 De medecontractant en het stelsel van de verlegging van de heffing – Toepassing artikel 20 van het KB nr. 1 7.1 Draagwijdte van het stelsel 7.1.1 Verwijzingen naar de wettelijke beschikkingen 7.1.2 Inhoud van het stelsel 7.1.3 Hoe moet de medecontractant de belasting voldoen? 7.1.4 Gevolgen voor de medecontractant 7.2 Beoogde belastingplichtigen 7.2.1 Hoofdvoorwaarde 7.2.2 Bijkomende voorwaarden 7.2.3 Gemengde belastingplichtige 7.2.4 Werk in onroerende staat voor eigen behoeften 7.2.5 Uitreiking van een kredietnota aan een medecontractant 7.3 Beoogde handelingen 7.3.1 Opsomming 7.3.2 Voorbeelden van beoogde handelingen 7.3.3 Voorbeelden van niet-beoogde handelingen 7.3.4 Registratie als aannemer 7.3.5 Verplichtingen van dienstverrichter en medecontractant 7.3.6 Contract dat een geheel van handelingen tot voorwerp heeft waarvan sommige vallen onder de toepassing van de regeling en andere niet 8 Maakloonwerk 8.1 Verwijzing naar het wetsartikel 8.2 Tarief volgens de staat van de goederen 8.3 Reinigings-, onderhouds- en herstellingswerken

149 149 149 150 150 150 150 151 151 152 152 152 152 153 153 153 156 157 157 157 157 157 157 157 157 158 158 158 158 159 159 159 159 159 159 159 161 161 161 161 161 161 161 161 161 162 162 162 162 162 162 162 162 162 164 164 164 165 165


INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 7

HOOFDSTUK 8

Vrijstellingen met betrekking tot uitvoer 1 De eigenlijke uitvoer van goederen 1.1 Definitie van uitvoer 1.2 Verschillende gebieden van de Gemeenschap 1.3 Gevallen waarin er om reden van uitvoer vrijstelling is 1.4 Bedoelde goederen 2 De rechtstreekse uitvoer 2.1 Wettelijke bepalingen 2.2 Voorwaarden voor de vrijstelling 2.3 Uitvoer door reizigers 2.3.1 Het internationaal reizigersverkeer – Draagwijdte van de regeling 2.3.2 Voorwaarden voor de vrijstelling 2.4 De onrechtstreekse uitvoer 2.4.1 Bijzondere vrijstellingen verbonden aan het internationaal handelsverkeer van goederen die onder douanetoezicht werden geplaatst – Draagwijdte van de regeling 2.4.2 Voorwaarden voor de vrijstelling 2.5 Uitvoer door erkende organisaties 2.5.1 Doel en draagwijdte van de regeling 2.5.2 Voorwaarden voor de vrijstelling 2.6 Btw-entrepot 3 Vrijstelling inzake de passieve veredeling of bij wederinvoer van goederen die tijdelijk uit België werden uitgevoerd voor herstelling, bewerking, aanpassing of verwerking buiten de gemeenschap 3.1 Principe 3.2 Goederen waarvoor bij wederinvoer vrijstelling kan worden verkregen 3.3 Personen die aanspraak kunnen maken op vrijstelling 3.4 Bedrag waarvoor de vrijstelling wordt verleend 3.5 Voorwaarden van de vrijstelling 4 Vrijstellingen inzake internationaal vervoer en ermee samenhangende handelingen 4.1 Vrijgesteld personenvervoer 4.1.1 Principe 4.1.2 Reisbureau – Vrijstelling btw voor extracommunautaire reizen 4.2 Vrijgesteld goederenvervoer 4.2.1 Vervoer van door reizigers begeleide bagage en auto’s 4.2.2 Andere vrijstellingen inzake het goederenvervoer ingevolge artikel 41 van het W.Btw vanaf 1 januari 2010 indien de afnemer van de dienst een belastingplichtige is 4.2.3 Samenvatting inzake de plaats van de dienst bij het goederenvervoer vanaf 1 januari 2010 5 Vrijstellingen inzake zee- en binnenschepen 5.1 Overzicht 5.2 Schematisch overzicht 6 Vrijstellingen inzake vliegtuigen 6.1 Overzicht 6.2 Schematisch overzicht 7 Vrijstellingen inzake diplomatieke vertegenwoordigingen en consulaire posten 8 Vrijstellingen bij internationale organisaties en krijgsmachten 9 Vrijstelling bij levering van goud aan de centrale banken 10 Vrijstellingen inzake parels en edelstenen 11 Makelaars en lasthebbers bij vrijgestelde handelingen 11.1 Begrip 11.2 Onderscheid makelaar – lasthebber – commissionair 11.3 Voorbeelden

166 166 166 166 168 169 169 169 170 170 170 171 171

179 179 179 180 181 181 181 182 183 184 184 184 184 185 185

Aftrekregeling 1 Draagwijdte van het recht op aftrek 1.1 Algemeen principe 1.2 Voorwaarden 1.3 Begrippen 1.3.1 Onmiddellijke aftrek 1.3.2 De belastingplichtige en het recht op aftrek

186 186 186 186 186 186 186

171 171 172 172 172 172 172 173 173 173 173 173 174 174 174 175 176 176 176

13


INHOUDSOPGAVE 1.4

2

3

4

5

14

Toepassing van het artikel 45, § 1quinquies van het W.Btw 1.4.1 Algemeen – Gewijzigde wetgeving vanaf 1 januari 2011 1.4.2 Opname in het bedrijfsvermogen van het bedrijfsmiddel 1.4.3 Beoogd gebruik 1.4.4 Beoogde overeenkomsten 1.4.5 Beslissing nr. E.T. 119.650/3 1.4.6 Beslissing nr. E.T. 119.650/4 van 9 september 2013 Ontstaan en uitoefening van het recht op aftrek 2.1 Ontstaan van het recht op aftrek 2.2 Voorwaarden om het recht op aftrek te mogen uitoefenen 2.2.1 Regelmatige factuur 2.2.2 Verlegging van de heffing 2.2.3 Met leveringen en diensten gelijkgestelde handelingen 2.2.4 Invoer 2.2.5 Intracommunautaire verwerving 2.3 Termijn waarbinnen het recht op aftrek uitgeoefend kan worden 2.3.1 Principe 2.3.2 Vertraging bij het vervullen van de voorwaarden voor de uitoefening van het recht op aftrek 2.4 De btw-eenheid 2.4.1 Algemeen 2.4.2 Bestemmingsprincipe De gemengde belastingplichtige (en de gedeeltelijke belastingplichtige) 3.1 Algemeenheden 3.1.1 Definitie 3.1.2 Gedeeltelijke aftrek 3.1.3 Het bestemmingsprincipe 3.2 Aftrek volgens het algemeen verhoudingsgetal 3.2.1 Werking 3.2.2 Berekeningswijze 3.2.3 Bestanddelen die niet in aanmerking komen voor de berekening van het algemeen verhoudingsgetal 3.2.4 Belasting waarop het algemeen verhoudingsgetal wordt toegepast 3.2.5 Voorlopig verhoudingsgetal en definitief verhoudingsgetal 3.3 Aftrek volgens het werkelijk gebruik 3.3.1 Beginsel 3.3.2 Werkingssfeer 3.3.3 Optie van de gemengde belastingplichtige 3.3.4 Verplichte toepassing 3.4 Herzieningen van de aftrek Herziening van de aftrek 4.1 Herziening van de aftrek van andere btw dan die geheven van bedrijfsmiddelen 4.1.1 Schematische voorstelling 4.1.2 Tijdstip waarop de herziening moet gebeuren 4.1.3 Modaliteiten van de herziening 4.2 Herziening van de aftrek van btw geheven van bedrijfsmiddelen 4.2.1 Gewone herziening van de aftrek van de btw geheven van bedrijfsmiddelen 4.2.2 De vijfjarige of vijftienjarige herziening eigen aan bedrijfsmiddelen 4.3 Herziening en de gemengde belastingplichtige 4.3.1 Inleiding 4.3.2 De gemengde belastingplichtige die de regel van het algemeen verhoudingsgetal hanteert 4.3.3 De gemengde belastingplichtige die de regel van het werkelijk gebruik hanteert 4.4 Herziening bij overgang hoedanigheid vrijgestelde belastingplichtige naar gewone belastingplichtige 4.4.1 Inleiding 4.4.2 Nieuwe wetgeving vanaf 1 januari 2012 – Formaliteiten – Wijze van uitvoering van de herziening Beperkingen inzake het recht op aftrek voor vervoermiddelen 5.1 Beperking van het recht op aftrek voor vervoermiddelen in hoofde van de personen bedoeld in artikel 45, § 1bis van het W.Btw 5.1.1 Ambtshalve toevallige belastingplichtige

186 186 187 188 188 188 190 192 192 192 192 192 194 194 194 195 195 195 195 195 195 196 196 196 196 196 196 196 196 196 197 197 197 197 197 198 198 198 198 198 198 199 199 200 200 200 201 201 201 202 202 202 203 203 203 203


INHOUDSOPGAVE 5.1.2 5.1.3

Bedoelde vervoermiddelen Bedoelde personen m.b.t. het recht op aftrek voorzien in artikel 45, § 1bis van het W.Btw 5.1.4 Bedrag van de aftrekbare btw 5.2 Beperking van het recht op aftrek voor automobielen voor personenvervoer overeenkomstig artikel 45, § 2, van het W.Btw 5.2.1 Verwijzing en doel van het aangepaste wetsartikel 45, § 2, van het W.Btw 5.2.2 Verkoop en verhuur 5.2.3 Omvorming, ombouw 5.3 Draagwijdte van de beperking 5.3.1 Principe van de wettelijk opgelegde beperking 5.3.2 Gemengd privé- en beroepsgebruik 5.3.3 Handelingen waarvoor de aftrekbeperking van toepassing is 5.3.4 Bijzondere gevallen 5.3.5 Niet-bedoelde belastingplichtigen – Opsomming 6 Uitsluitingen van het recht op aftrek 6.1 Opsomming 6.2 Kosten van onthaal of promotionele kosten 6.2.1 Andere promotionele kosten van onthaal dan kosten van logies, spijzen en dranken 6.2.2 Promotionele kosten van onthaal, bestaande uit kosten van logies, spijzen en dranken 7 Sociale voordelen 7.1 Onderscheid collectieve en privatieve sociale voordelen 7.2 Collectieve sociale voordelen 7.2.1 Definitie 7.2.2 Principe 7.2.3 Toepassingen 7.3 Privatieve sociale voordelen 7.3.1 Definitie 7.3.2 Principe 7.3.3 Voorbeelden 7.4 Gemengd gebruikte gebouwen en andere duurzaam gebruikte roerende investeringsgoederen 8 Uitsluiting van het recht op aftrek voor kosteloze handelingen 8.1 Inleiding 8.2 Demonstratiekosten en handelsmonsters 8.3 Geschenken 8.3.1 Handelsgeschenken 8.3.2 Handelsgeschenken van geringe waarde 8.3.3 Privégeschenken 8.3.4 Reclame op sportkledij, sportartikelen of ander materiaal 8.3.5 Sportclubs – Jeugdspelers – Gratis drankjes 9 Fraude, carrouselfraude en de mogelijkheid tot recuperatie van de btw door de medecontractant – Europese rechtspraak – Misbruiken 9.1 Voorwerp 9.2 Besluit 9.3 Huidig standpunt van het Hof van Cassatie 10 Administratieve beslissingen, rechtspraak en parlementaire vragen 10.1 Administratieve beslissingen 10.1.1 Bedrijfsmiddel 10.1.2 Beleggingsgoederen – Kunstwerken 10.1.3 Tijdstip van het uitoefenen van het recht op aftrek 10.1.4 Aftrek van niet-verschuldigde btw 10.1.5 Herziening van de aftrek ter zake van oprichtings- en/of verbouwingswerken aan een bedrijfsgebouw – Overdracht van een algemeenheid van goederen of van een bedrijfsafdeling – Toestand vanaf 1 januari 2010 10.1.6 Bijkomende kosten zoals verwarming, airconditioning, verlichting, watervoorziening, bewaking, schoonmaakkosten … 10.1.7 Diensten ruimer dan telefonie – Beperking van recht op aftrek? 10.2 Rechtspraak 10.2.1 Facturen

203 204 204 204 204 205 205 206 206 206 206 207 208 208 208 208 208 209 209 209 209 209 209 209 210 210 210 210 210 211 211 211 211 211 211 211 212 212 212 212 213 213 213 213 213 214 215 215

215 217 217 218 218 15


INHOUDSOPGAVE 10.2.2 Recht van opstal: uitdrukkelijk of stilzwijgend – Verzuim van verzaking aan het recht van natrekking 10.2.3 Vruchtgebruiker gebouw: recht op aftrek van de aangerekende btw 10.3 Parlementaire vraag: aftrekbaarheid van btw bij doorgefactureerde restaurant- en autokosten 10.3.1 Algemeen 10.3.2 Restaurantkosten 10.3.3 Autokosten HOOFDSTUK 9

16

Teruggaaf 1 Teruggaaf van het belastingkrediet 1.1 Gevallen van teruggaaf uitsluitend voor belastingplichtigen 1.2 Teruggaaf voor bepaalde specifieke categorieën van belastingplichtigen 1.3 Gevallen van teruggaaf van btw die zowel betrekking hebben op belastingplichtigen als op niet-belastingplichtigen 1.3.1 Teruggaaf van btw voor contractuele belastbare handelingen, verricht op het nationaal grondgebied 1.3.2 Teruggaaf van btw bij invoer 1.4 Gevallen van teruggaaf die uitsluitend betrekking hebben op niet-belastingplichtigen 1.4.1 Btw-teruggaven voor bepaalde categorieën van invaliden en gehandicapten 1.4.2 Btw-teruggaven voor niet-belastingplichtige rechtspersonen 2 Teruggaaf van het belastingoverschot 2.1 Algemeen beginsel 2.2 Gewone terugbetalingstermijn 2.3 Trimestriële terugbetalingstermijn 2.4 Maandelijkse terugbetalingstermijn 2.5 De btw-eenheid als rechthebbende 2.6 Referentieperiode 2.7 Andere oorzaken van het belastingkrediet 2.8 Antifraudemaatregel 3 Gemeenschappelijke procedure van terugbetaling 3.1 Principe: overdracht van het belastingkrediet 3.1.1 Voorwaarden voor de teruggaaf 3.1.2 Gewone terugbetaling van het creditsaldo 3.1.3 Versnelde terugbetaling (per kwartaal) van het belastingkrediet 3.1.4 Maandelijkse terugbetaling mits vergunning 3.1.5 Wijze van terugbetaling van het belastingkrediet 3.2 Het wettelijk vermoeden van aanvraag tot teruggaaf bij nog aan te zuiveren belastingschuld 3.3 Inhouding geldend als bewarend beslag 3.3.1 Werking van de inhouding 3.3.2 Er bestaat een vaststaande schuld 3.3.3 Er bestaat geen vaststaande schuld 3.3.4 Beperkte wettelijkheid van het tiende lid van artikel 8-1, § 3 van het KB nr. 4 3.4 Terugbetalingstermijnen 3.4.1 Normale terugbetalingstermijn 3.4.2 Verlengde terugbetalingstermijn 3.4.3 Terugbetaling binnen een redelijke termijn – Verbod om een financieel risico aan de ondernemingen op te leggen 3.5 Intresten verschuldigd door de staat 3.6 Rechthebbende op teruggaaf 3.7 Ontstaan van de vordering tot teruggaaf 4 Aftrek van btw in de vorm van teruggaaf 4.1 Rechthebbenden op teruggaaf 4.2 Te vervullen formaliteiten om de aftrek van btw in de vorm van teruggaaf te verkrijgen 4.2.1 Toevallige (vrijwillige) belastingplichtigen 4.2.2 Gedwongen toevallige belastingplichtigen en ermee gelijkgestelden 4.2.3 Regeling vanaf 1 januari 2010 inzake de teruggaaf voor niet in het land van teruggaaf gevestigde belastingplichtigen 4.3 Wijzen van terugbetaling en minimumbedrag van de teruggaaf 4.3.1 Toevallige vrijwillige belastingplichtigen

219 219 220 220 220 221 222 222 222 222 222 222 222 222 222 222 223 223 223 223 224 224 224 225 225 225 225 225 226 226 227 227 227 227 227 227 228 229 230 230 230 230 231 231 231 231 231 231 231 232 232 233 233


INHOUDSOPGAVE 4.3.2 4.3.3

5

6 7 8 HOOFDSTUK 10

Gedwongen toevallige belastingplichtigen en ermee gelijkgestelden Niet in België gevestigde belastingplichtigen die geen aansprakelijk vertegenwoordiger in België hebben Binnenlandse verrichtingen – Eigenlijke teruggaven 5.1 Gevallen van teruggaaf 5.1.1 Onverschuldigde betaling 5.1.2 Prijsvermindering 5.1.3 Terugzending van verpakkingen 5.1.4 Verbreking van de overeenkomst voor de levering of de uitvoering van de dienst 5.1.5 Minnelijke of gerechtelijke vernietiging of ontbinding van de overeenkomst 5.1.6 Terugname van het goed binnen de zes maanden 5.1.7 Geheel of gedeeltelijk verlies van de schuldvordering van de prijs 5.2 Ontstaan van de vordering tot teruggaaf 5.2.1 Principe 5.2.2 Uitzondering – De rechthebbende is gehouden tot het indienen van ofwel periodieke aangiften ofwel bijzondere aangiften Teruggaaf voor bepaalde invaliden Teruggaaf van btw, interesten en administratieve boeten voldaan op verzoek van de Administratie Verwerping van de aanvraag om teruggaaf

Verplichtingen van de btw-belastingplichtige 1 De btw-schuldenaar 1.1 Algemene voorstelling 1.2 Vermelding van de btw op een factuur of op een als zodanig geldend document 1.3 De btw-schuldenaar is de ontvanger van de dienst – B2B-diensten – Stelsel van toepassing vanaf 1 januari 2010 1.4 Stelsel van de verlegging van de heffing voor werken in onroerende staat in België 1.4.1 Doorfacturatie 1.4.2 Gedeeltelijke facturatie van onroerende werken 1.5 Verlegging van de heffing in de zin van artikel 51, § 2, 5° van het W.Btw 1.5.1 Toepassingsvoorwaarden 1.5.2 Verplichtingen van de leverancier of de dienstverrichter 1.6 Verplichtingen als de medecontractant schuldenaar van de belasting wordt 1.6.1 Voldoening van de belasting 1.6.2 Opmaak van een bijzonder stuk 1.7 Verlegging van heffing – Levering van gas en elektriciteit 1.8 Speciale verlegging inzake broeikasgasemissierechten 1.9 Aansprakelijkheid van de medecontractant van de btw-schuldenaar 1.9.1 Hoofdelijke aansprakelijkheid 1.9.2 Weigering van het recht op aftrek 2 Verplichtingen van de btw-belastingplichtigen 2.1 Aangifte van de aanvang van economische activiteit 2.2 Aangifte van wijziging van economische activiteit 2.3 Aangifte van stopzetting van economische activiteit 2.4 Uitreiken van facturen 2.5 Het wachtdocument of transfertdocument 2.6 Aankoopborderel 2.7 Document tot vaststelling van een niet-belastbare overdracht 2.8 Het verbeterend stuk (creditnota) 2.8.1 Correctie van een factuur, van het document van overbrenging, afrekening, zichtzending, verkoop op proef of zending in consignatie en het aankoopborderel 2.8.2 Correctie van een intern stuk dat de onttrekking vaststelt, van een wachtdocument, van een aankoopborderel of van een stuk van overdracht van een handelszaak 2.8.3 Verwijzing naar het oorspronkelijke document 2.9 Boekhoudkundige verplichtingen – Dagboek van ontvangsten 2.10 Verplichtingen die verband houden met het btw-identificatienummer 2.10.1 Verplichting om het btw-identificatienummer mee te delen aan de leveranciers en aan de klanten

233 233 233 234 234 235 235 235 235 236 236 237 237 238 238 238 239 240 240 240 240 241 242 242 242 242 242 243 244 244 244 245 245 245 245 245 246 246 246 247 247 250 250 251 251 251 251 251 251 252 252

17


INHOUDSOPGAVE

2.11

2.12 2.13 2.14

2.15

2.16

HOOFDSTUK 11

18

2.10.2 Facultatieve mededeling van het btw-identificatienummer 2.10.3 Voorwaardelijke mededeling Jaarlijkse listing van belastingplichtige klanten – Binnenlandse verrichtingen 2.11.1 Personen die de jaarlijkse listing moeten indienen 2.11.2 Personen vrijgesteld van het indienen van de listing 2.11.3 Belastingplichtigen die op de jaarlijkse listing vermeld moeten worden 2.11.4 Niet-belastingplichtige klanten – Geen inschrijving in de jaarlijkse listing Tabel van bedrijfsmiddelen Register van niet-overbrengingen Intracommunautaire listing – Samenvattende kwartaallijst 2.14.1 Wijze van indiening van de opgave 2.14.2 Datum van indiening van de opgave 2.14.3 Inhoud van de opgave 2.14.4 Wie moet ze opstellen? 2.14.5 In te schrijven handelingen 2.14.6 Verbeteringen en creditering in de intracommunautaire opgave Verplichtingen inherent aan de btw-controle 2.15.1 Verplichting tot bewaring 2.15.2 Recht van inhouding van boeken en stukken 2.15.3 Verstrekken van inlichtingen 2.15.4 Bankorganismen – Fiscaal doel van de vraag naar inlichtingen 2.15.5 Toegang tot de bedrijfslokalen Bijzondere verplichtingen in functie van de aard van de economische activiteit 2.16.1 Horecasector 2.16.2 Register der garagisten

De periodieke aangifte en de bijzondere btw-aangifte 1 De periodieke aangifte 1.1 Algemeen 1.1.1 Belastingplichtigen niet gehouden tot het indienen van periodieke aangiften 1.1.2 Belastingplichtigen met bijzondere regelingen 1.1.3 Bijzondere regelingen voor bepaalde activiteiten 1.1.4 De btw-eenheid 1.1.5 Niet in België gevestigde belastingplichtigen 1.2 Verplichte elektronische indiening van de periodieke btw-aangifte 1.3 Soorten btw-aangiften – Maandelijkse en driemaandelijkse 1.3.1 Verplichting tot indiening van maandelijkse of driemaandelijkse btw-aangiften – Drempels en voorwaarden met ingang van 1 januari 2014 1.3.2 Voorschot te voldoen door belastingplichtigen gehouden tot het indienen van kwartaalaangiften 1.4 Tijdstip van indiening van de periodieke aangifte 1.5 Omschrijving van de roosters 1.5.1 Kader I – Algemene inlichtingen 1.5.2 Kader II – Uitgaande handelingen (roosters 00, 01, 02, 03, 44, 45, 46, 47, 48 en 49) 1.5.3 Kader III – Inkomende handelingen (roosters 81 tot 88) 1.5.4 Kader IV – Verschuldigde btw (roosters 54, 55, 56, 57, 61 en 63) 1.5.5 Kader V – Aftrekbare belasting (roosters 59, 62 en 64) 1.5.6 Kader VI – Saldo (roosters 71 en 72) 1.5.7 Kader VII – Voorschot (rooster 91) 1.5.8 Kader VIII – Nihil-klantenlisting 1.5.9 Kader IX – Datum en handtekening(en) 1.5.10 Eindafrekening 1.5.11 Effectieve teruggaaf 1.5.12 Betaling van de btw 1.5.13 Zomerfaciliteiten 1.5.14 Andere declaratieve verplichtingen 1.6 Bijlagen bij de btw-aangifte 1.7 Sancties bij niet- of laattijdige indiening of betaling – De opstelling van een bijzondere rekening 1.8 Aangifteverplichtingen voor curatoren 1.9 Aangifteverplichtingen voor openbare instellingen

252 252 253 253 254 255 255 255 255 256 256 256 256 257 257 258 258 258 259 259 259 259 260 260 260 262 262 262 262 262 262 263 263 263 264 264 267 267 268 268 269 270 271 272 272 272 273 274 274 275 275 276 276 277 277 278 278


INHOUDSOPGAVE 2

HOOFDSTUK 12

Bijzondere aangifte 2.1 Wie is gehouden tot het indienen van de bijzondere btw-aangifte 2.2 Voor welke handelingen is een btw-belastingplichtige, die niet gehouden is tot indiening van periodieke aangiften, schuldenaar van de btw? 2.2.1 Inzake intracommunautaire verwervingen 2.2.2 Bij ontvangst van bepaalde diensten, verstrekt door niet in België gevestigde dienstverrichters, die geacht worden in België plaats te vinden 2.2.3 Vanaf 1 januari 2010: diensten waarvoor een niet-belastingplichtige rechtspersoon, de vrijgestelde belastingplichtige zonder recht op aftrek, de aan de bijzondere landbouwregeling onderworpen landbouwer en de kleine vrijgestelde ondernemer, met een btw-identificatienummer in principe geen schuldenaar zijn van de Belgische btw 2.2.4 Levering van gas via een aardgassysteem of een op een dergelijk systeem aangesloten net op het grondgebied van de Gemeenschap, levering van elektriciteit of levering van warmte of koude via warmte of koudenetten 2.2.5 Diensten verstrekt aan een lid van een btw-eenheid in de zin van artikel 4, § 2 W.Btw door een van zijn niet in België gevestigde vestigingen 2.2.6 Andere handelingen die door niet in België verstrekte belastingplichtigen verricht worden

De bijzondere regelingen 1 De forfaitaire regeling 1.1 Begrip 1.2 Optie 1.3 Vormvoorwaarden 1.3.1 Algemene voorwaarden 1.3.2 Bedrijfssectoren met forfaitaire regeling 1.3.3 Verschillende activiteiten 1.4 De overdracht van een forfaitaire handelszaak 2 De vrijstellingsregeling voor de kleine ondernemingen 2.1 Toepassingsgebied van de vrijstellingsregeling voor kleine ondernemingen 2.1.1 Bedoelde ondernemingen 2.1.2 Ondernemingen die worden uitgesloten van de regeling voor het geheel van hun economische activiteiten 2.1.3 Bedoelde handelingen 2.1.4 Niet-bedoelde handelingen 2.1.5 Toegang tot de vrijstellingsregeling van belasting 2.1.6 Optiemogelijkheden 2.1.7 Verlies van de vrijstellingsregeling van belasting 2.1.8 Afschaffing vrijstellingsregeling kleine ondernemingen in de bouwsector vanaf 1 oktober 2007 2.2 Wijziging van de belastingregeling 2.2.1 Overgang vrijstellingsregeling naar normale of forfaitaire regeling 2.2.2 Overgang normale of forfaitaire regeling naar de vrijstellingsregeling 2.3 Intracommunautaire handelingen 3 De regeling voor landbouwondernemers 3.1 Principe 3.1.1 Algemeen 3.1.2 Wie is landbouwondernemer? 3.1.3 Wie kan niet als landbouwondernemer beschouwd worden? 3.2 Werking van de landbouwregeling 3.2.1 Recuperatie van voorbelasting 3.2.2 Handelingen die onder de bijzondere landbouwregeling vallen 3.2.3 Handelingen uitgesloten uit de landbouwregeling 4 Samenvattende tabel van overdrachten van handelszaken met verschillende stelsels 5 De regeling voor tabaksfabrikaten 6 De regeling voor vis, schaal-, schelp- en weekdieren 7 De margeregeling voor tweedehandse goederen 7.1 Definities 7.1.1 Gebruikte goederen 7.1.2 Kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten 7.1.3 Belastingplichtige wederverkoper

279 279 280 280 280

280 281 281 281 282 282 282 282 282 282 283 284 284 284 284 284 285 285 285 286 287 287 288 289 289 289 289 289 289 289 289 290 292 292 293 295 297 298 298 299 299 299 299 300

19


INHOUDSOPGAVE 7.2

8

Werking en principes van de bijzondere margeregeling voor tweedehandse goederen 7.2.1 Bedoelde aankopen 7.2.2 Verschuldigde btw in de margeregeling 7.2.3 Intracommunautaire handelingen 7.2.4 Goederen waarvoor de bijzondere margeregeling niet toegepast kan worden 7.2.5 Aftrekregeling 7.2.6 Uitvoer 7.2.7 Levering door een Duitse belastingplichtige wederverkoper van kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten 7.3 Voorwaarden en boekhouding 7.3.1 Uitreiking van een aankoopborderel 7.3.2 Bewijsmiddelen 7.3.3 Houden van een aankoopregister 7.3.4 Houden van een vergelijkingsregister 7.3.5 Identificatie van de goederen bij aankoop 7.3.6 Voeren van een afzonderlijke boekhouding 7.4 Bijzondere bepalingen voor kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten 7.4.1 Algemeen 7.4.2 Specifiek geval: verkoop van postzegels 7.5 Bijzondere bepalingen bij openbare verkopen van gebruikte goederen, kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten De margeregeling voor tweedehandse vervoermiddelen

300 300 301 302 302 303 303 303 303 303 303 303 304 304 304 304 304 304 305 305

HOOFDSTUK 13

Bewijsmiddelen 1 Bewijsmiddelen van het gemene recht 1.1 Principes 1.2 Bewijs door getuigen 1.3 Bewijs door vermoedens 2 Procedure inzake btw 3 Het proces-verbaal 3.1 Omschrijving 3.2 Bewijskracht van het proces-verbaal 3.3 Tegenbewijs 4 De boekhouding 4.1 De boekhouding inzake btw 4.2 Gebrek aan ‘volledige’ boekhouding 4.3 Gebrek aan inventaris 4.4 Gebrek aan verantwoordingsstukken 4.5 Plaats van bewaring boekhouding 5 Vermoedens 5.1 Wettelijke vermoedens 5.2 Feitelijke vermoedens 6 Ambtelijke aanslag 6.1 Toepassingsgebied van de ambtelijke aanslag 6.1.1 Gevallen waarin een ambtelijke aanslag opgelegd kan worden 6.1.2 Personen lastens wie een ambtshalve aanslag kan worden opgelegd 6.2 Berekening van de ambtelijke aanslag 6.3 Procedure van de ambtelijke aanslag 6.4 Te leveren tegenbewijs

307 307 307 307 307 308 308 308 309 310 310 310 311 312 313 314 315 315 315 315 316 316 316 316 317 317

HOOFDSTUK 14

Sancties 1 Algemene benadering – Doel 2 Bevoegdheid van de rechtbanken 3 Twee soorten boeten 3.1 Proportionele fiscale geldboeten 3.1.1 Algemeenheden 3.1.2 Afrondingen 3.1.3 Wijze van vaststelling 3.2 Niet-proportionele fiscale geldboeten 4 Correctionele straffen 4.1 Overtreding op de bepalingen inzake btw

319 319 319 319 319 319 320 320 321 322 322

20


INHOUDSOPGAVE 4.2

5

6

7 HOOFDSTUK 15

HOOFDSTUK 16

Valsheid in geschrifte 4.2.1 Valsheid in geschrifte en gebruik van valse stukken 4.2.2 Opstellen en gebruikmaken van een vals getuigschrift 4.3 Verbod om een beroep uit te oefenen of sluiting van de inrichting 4.3.1 Duur van het verbod 4.3.2 Overtreding op artikel 73quater 4.4 Algemene bepalingen betreffende de strafrechtelijke boeten 4.4.1 Toepassing van de bepalingen van het Strafwetboek 4.4.2 Hoofdelijkheid 4.4.3 Aanplakking en bekendmaking van de veroordelingen 4.5 Uitoefening van de strafvordering inzake overtredingen inzake de btw-wetgeving 4.5.1 Algemeenheden 4.5.2 Kennisgeving van de feiten aan het Openbaar Ministerie – Vereiste machtiging Spontane regularisatie – Toevallige overtredingen 5.1 Spontane regularisatie 5.2 Arrest van het hof van beroep te Gent van 19 september 2006 5.3 Toevallige overtredingen Kwijtschelding, vermindering en/of uitstel van boeten – Rechtelijke bevoegdheid 6.1 Wettelijke grondslag van de aangerekende boeten 6.2 Verzoekschriften tot kwijtschelding of vermindering van boeten 6.3 Bevoegdheid van de rechterlijke macht ter zake van boeten – Uitstel 6.4 Het Hof van Cassatie en de evenredigheidstoetsing – Arresten van 12 december 2008 en 13 februari 2009 Opschortend effect van een verzoekschrift tot kwijtschelding en/of vermindering van boeten

323 323 323 323 324 324 324 324 324 324 324 324 325 325 325 326 326 326 326 326 327 328 328

Vervolgingen – Gedingen 1 Algemeen – Geschillen 1.1 Procedure 1.1.1 Administratieve procedure 1.1.2 De regularisatieopgave 1.1.3 De gerechtelijke procedure 1.1.4 Territoriale bevoegdheid, verbonden met de plaats van betaling 2 Dwangbevel 2.1 Wie vaardigt het dwangbevel uit? 2.2 Visum en uitvoerbaarverklaring 2.3 Kennisgeving of betekening van het dwangbevel 2.4 Gevolgen van de kennisgeving van het dwangbevel 2.5 Termijn voor de uitvaardiging van een dwangbevel 2.6 Vorm van het dwangbevel 3 Verzet tegen dwangbevel – Waarborg van de rechten van de verdediging 3.1 Hoe kan de btw-schuldenaar verzet aantekenen? 3.2 Gevolgen van het verzet tegen dwangbevel 3.2.1 Stuiting van de tenuitvoerlegging 3.2.2 Rechtvaardiging van de vordering van de Administratie voor de rechter 3.3 Bijzondere beslagen – Maatregelen inzake betere inning van de belastingen 3.3.1 Administratief beslag op ‘verdachte’ goederen 3.3.2 Bewarend beslag bij vordering in rechte 3.3.3 Stellen van een borg 3.3.4 Sluiting van de vestiging 3.4 Onbeperkt uitstel van de invordering voor natuurlijke personen die niet langer btw-belastingplichtig zijn 3.5 Aanvraag tot bemiddeling btw-schuld 3.6 Hoofdelijke aansprakelijkheid bestuurders en zaakvoerders 4 Waarborgen voor de invordering van de btw 4.1 Mogelijkheid voor de btw-ontvanger voor een verzoek tot consignatie 4.2 Verantwoordelijkheid bij de overdracht van een geheel van goederen 5 Intresten 6 Voorziening in Cassatie

329 329 329 329 329 329 329 330 330 330 330 331 331 331 332 332 332 332 332 332 332 332 332 333

Verjaring 1 Principe 2 Uitleg van de noties ‘bedrieglijk opzet’ of ‘met het oogmerk te schaden’

335 335 335

333 333 333 333 333 334 334 334

21


INHOUDSOPGAVE 3

4 5

22

Uitgangspunt van de verjaringstermijn 3.1 De vordering tot voldoening van de btw en de administratieve geldboeten ingevolge artikel 70, § 1 van het W.Btw wegens niet-betaling, laattijdige of onvoldoende betaling 3.2 De vordering tot voldoening van administratieve geldboeten, andere dan deze opeisbaar ingevolge niet-betaling 3.3 De vordering tot voldoening van de intresten 3.4 Bijzondere verjaringstermijn De bevrijdende verjaring bij teruggaaf Stuiting van de verjaringstermijn 5.1 Begrip 5.2 Mogelijkheden van stuiting van de verjaringstermijn 5.2.1 Stuiting door de schuldeiser 5.2.2 Stuiting door de schuldenaar

336 336 336 337 337 337 337 337 337 337 338

HOOFDSTUK 1 Inleiding 23. HOOFDSTUK 2 Belastingplicht 28. HOOFDSTUK 3 Belastbare handelingen 59. HOOFDSTUK 4 Invoer 123

Recommend Documents