Ton B r o e d e rs over de rol van d e s k u n d i g e n in het strafproces
Alleen een rechter wijst de dader aan Sinds 1 mei is The Maastricht Forensic Institute (TMFI) in bedrijf. Het instituut wil uitgroeien tot een wetenschappelijk onderzoekscentrum van ‘topkwaliteit’ met expertise op het gebied van de forensische psychologie en psychiatrie, de rechtspsychologie, DNA-onderzoek, chemische en materiaalkundige analyse, digitale technologie en spraakonderzoek. Ton Broeders (1946), hoogleraar criminalistiek aan de Universiteit van Maastricht, is een van de oprichters van het instituut. “Een deskundige moet ook opschrijven wat hij niet weet.” door Miek Smilde foto’s Chantal Ariëns
H
ij dankt zijn carrière aan Ferdi E., de ontvoerder en moordenaar van Gerrit Jan Heijn. Hij zegt het schertsend, “maar er zit een kern van waarheid in”. “Als hobby was ik altijd al bezig met stemmen”, vertelt Broeders, die Engelse taal- en letterkunde studeerde, en jarenlang als docent fonetiek aan de Universiteit van Nijmegen was verbonden. “Ik vond vooral de sociolinguïstiek interessant, de studie die op basis van taal onderzoekt waar iemand vandaan komt, niet alleen qua streek, maar ook en vooral qua milieu. Lopende de zaak van Heijn werd op de radio het bandje afgespeeld waarop de stem van E. stond. Het bandje was opgenomen tijdens de
14
nr.5 – 2008
nr.5 – 2008
onderhandelingen over het losgeld. E. had een hoge stem, een beetje damesachtig, en sprak ook lichtelijk hypercorrect. Ik was benieuwd wat het voor een man zou zijn.” Met de zaak zelf bemoeide Broeders zich niet, maar zijn belangstelling voor spraakonderzoek in een forensische omgeving werd aangewakkerd. Hij kende al het verhaal van de Yorkshire ripper, de seriemoordenaar uit Engeland die het voorzien had op jonge meisjes van twijfelachtige allooi. Na elke moord ontving de politie brieven en bandopnames van een man die suggereerde de dader te zijn. Op basis van dat materiaal wisten fonetici te achterhalen uit welk dorp de spreker afkomstig zou moeten zijn. Het Engels is wat dat
Interview nr.4 – 2008
nr.4 – 2008
15
interview
Ton Broeders Ton Broeders werd in 1946 geboren in Breda, waar hij ook opgroeide. Hij studeerde Engelse taal- en letterkunde in Nijmegen, en hield zich daar tot 1988 bezig met onderwijs en onderzoek op het gebied van de fonetiek, taalvariatie, sociolinguïstiek en lexicografie. Bij het NFI, dat toen nog het Gerechtelijk Laboratorium heette, zette hij de sectie forensische spraak- en audio-onderzoeken op, en klom hij op tot Chief Scientist. In 2003 promoveerde hij aan de Universiteit Leiden op een proefschrift met de titel Op zoek naar de bron: over de grondslagen van de criminalistiek en de waarde van het forensisch bewijs. Zijn dissertatie werd in 2006 beloond met de Moddermanprijs voor strafrechtelijke promotieonderzoeken. In 2004 werd Broeders bijzonder hoogleraar criminalistiek in Leiden en drie jaar later volgde zijn benoeming tot hoogleraar-directeur van The Maastricht Forensic Institute. Ton Broeders is getrouwd en heeft drie kinderen.
betreft een dankbare taal, vindt Broeders. “In die taal en in Etiketten het taalgebruik zijn veel meer verschillen in regionale en soAlways start with the unknown. Dat is het wetenschappelijciale afkomst hoorbaar.” Helaas bleek de man die uiteindeke uitgangspunt dat Broeders zich in elk onderzoek voor lijk werd gelokaliseerd niet de dader. De man die de bandjes ogen probeert te houden. Weten wat je niet weet. En dat had ingesproken bleek namelijk een zogeheten Trittbrettfahook opschrijven. Het is dit principe dat forensisch onderrer, een in de criminalistiek vaker voorkomend fenomeen zoekers gaandeweg uit het oog zijn verloren, vermoedt de dat iemand zegt iets te hebben gedaan wat hij niet heeft gehoogleraar criminalistiek. Niet omdat het slechte wetendaan. Of, zoals Broeders het formuleert: “Als er een ernstig schappers zijn. Het laatste wat hij wil, is afgeven op zijn strafbaar feit is gepleegd, bellen wel vaker mensen op.” Dat voormalige collega’s van het NFI. “Bij het NFI werken topmaakt de bewijsvoering in strafzaken er niet makkelijker wetenschappers, er zijn heel goede deskundigen. Het proop. Een bekentenis betekent immers nog geen dader. bleem is alleen dat deskundigen de neiging hebben hermeOp basis van de zaak E. brak tisch te rapporteren, zonder in Nederland het besef door losse eindjes. Zo zien juristen dat spraakonderzoek behulp“Juristen houden van etiketten, het ook het liefst. Juristen zaam zou kunnen zijn in polihouden van etiketten, van tieonderzoeken. Het toenmavan formele criteria. formele criteria. Ze willen ‘ja’ lige Gerechtelijk horen, of ‘nee’. Wetenschap Laboratorium in Rijswijk werkt zo niet. Een wetenZe willen ‘ja’ horen, of ‘nee’. had de expertise nog niet in schapper zal nooit opschrijhuis en informeerde bij de foven dat iemand de dader is Wetenschap werkt zo niet” netici in Nijmegen of er niet van een misdrijf op grond iemand beschikbaar was. van het gevonden DNA-maBroeders solliciteerde, en werd aangenomen. Bijna twintig teriaal op de plaats delict. Dat mag hij ook helemaal niet, jaar bleef hij werkzaam bij het instituut, aanvankelijk als want alleen een rechter wijst de dader aan. Logisch gezien forensisch onderzoeker op het gebied van spraak- en tekstkan iemand op basis van bewijs alleen nooit een uitspraak analyse. In honderden zaken bracht hij op verzoek van justidoen over de waarschijnlijkheid van een hypothese. De tie rapporten uit over sprekeridentificatie, oorgetuigen, en straat is nat, betekent dat dat het heeft geregend? Wie in de betrouwbaarheid van audiomateriaal. “En toen kwam Nederland woont, is geneigd te denken van wel. Omdat het DNA langs, dat was gewoon mazzel”, verklaart Broeders in Nederland vaak regent. Maar dat is een a priori, een imzijn carrière bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). pliciete aanname. In deskundige rapporten zitten vaak van Hij klom op tot Chief Scientist, de voorman van alle wetendat soort impliciete aannamen waardoor iemand een andere schappers. Door de ontwikkeling van het DNA-onderzoek conclusie kan trekken dan logisch verantwoord is.” werd forensische deskundigheid in strafzaken steeds belangPrecies dat gebeurde in de Schiedammerparkmoord, denkt rijker. Totdat de tienjarige Nienke werd vermoord, in een Broeders. Twee deskundigen van het NFI analyseerden het park in Schiedam. gevonden DNA-materiaal, maar verschilden van mening
nr.5 – 2008
nr.5 – 2008
17
over de interpretatie ervan. Een medewerker vond dat de vooral ook wat hij niet weet. Dat is bijna een masochistigevonden sporen op de veter waarmee de moord was gesche exercitie, maar die oefening moet je hebben. Kritisch pleegd overeenkomsten vertoonden met de sporen die onder kijken naar je eigen werk. En kritisch denken staat haaks op de nagels en op de laars van dogmatisch denken. Dan ken het vermoorde kind waren je alle antwoorden. Dan is aangetroffen. De DNA-deshet leven wel een stuk simpekundige vond deze conclusie ler. Daar lopen rechters tegen te ver gaan en vermeldde aan. We mogen niet van een deze “niet bruikbare kenmerrechter verwachten dat hij uit ken” niet in het uiteindelijke zichzelf bedenkt welke inforrapport. Geen van de gevonmatie ontbreekt in een desden sporen kon worden gekundigenrapport. Maar ook linkt aan de aangehouden hij moet zoveel mogelijk obverdachte, Cees B. Toch werd jectiveren. Opschrijven wat hij in twee instanties veroorzijn denkpatroon is. Toetsdeeld. Pas nadat de echte dabaar zijn eigen aannamen opder, Wik H., zich meldde, schrijven, en op die manier werd B. vrijgelaten. laten zien hoe hij tot zijn De Schiedammerparkmoord overtuiging is gekomen. bracht aan het licht hoe Overtuiging vind ik overigens moeilijk juristen het vinden een ongelukkige term. om deskundigenrapporten te Beyond reasonable doubt is analyseren. En ook hoe groot beter. Twijfel is er namelijk de druk is van de zijde van de altijd, honderd procent zekerpolitie en het Openbaar Miheid bestaat niet.” nisterie om te scoren. Dat maakt de verhouding met de Andere wereld deskundige in het strafproces De communicatie tussen deser niet eenvoudiger op. “Polikundigen en juristen is te autiemensen en officieren van tistisch geweest, concludeert justitie worden geselecteerd Broeders. Of het nu gaat om op bepaalde persoonskenpsychologische, fonetische of merken”, denkt Broeders. genetische informatie, juris“Het zijn doeners. Zeker bij ten en deskundigen stonden het OM zijn het in toenemenlange tijd met de rug tegen de mate dames die precies elkaar. “Deels is dat te begrijweten wat ze willen, en polipen, omdat juristen zich niet tiemensen weten dat ook. Ik bevooroordeeld willen wedenk dat de deskundigen van “De communicatie tussen deskundigen ten”, zegt hij. “Juristen houhet NFI daar niet altijd tegen den er hun eigen werkelijkbestand zijn. Dat zijn andere en juristen is te autistisch geweest” heid op na. Maar juristen mensen. Er zijn deskundigen gebruiken, of misbruiken dat met grote persoonlijkheden, argument ook snel. Ik spreek zoals de rechtspsychologen Wagenaar, Crombag of Van soms juristen die helemaal niet stilstaan bij het probleem Koppen. Die willen niet alleen pleasen. Maar veel deskundidat zij in een andere wereld functioneren. Dat is in de wisgen zijn wat introverter. Ik kan het me overigens wel voorkunde ook zo. Daar past alles in elkaar, maar met de gewostellen. Als deskundige heb je, misschien onbewust, toch het ne werkelijkheid heeft het niets meer te maken. Op die magevoel dat je moet helpen, en dan is het moeilijk toe te genier kan het recht zijn maatschappelijke functie nooit ven dat je iets niet weet. Het idee dat een deskundige moet vervullen, denk ik.” helpen is eigenlijk fundamenteel fout, maar het is wel begrijOm de juridische werkelijkheid en de echte werkelijkheid pelijk. Daarom is het belangrijk forensische wetenschappers dichter tot elkaar te brengen pleit Broeders al jaren voor het goed en kritisch op te leiden. De deskundige moet alleen bevorderen van wetenschappelijke deskundigheid van polivertellen wat zijn wetenschap hem leert, los van welke contiemensen, officieren van justitie, rechters en als het kan ook stellatie dan ook. Hij moet opschrijven wat hij weet, en advocaten. Zelf geeft hij les aan diverse opleidingsinstituten
18
nr.5 – 2008
nr.5 – 2008
interview
om juristen en recherchekundigen te leren hoe wetenschapde deskundigen, vind ik. Die afstand had het NFI onvolpers denken. “Een wetenschapper kan één ding heel goed en doende. Ik vond dat het instituut te snel in de houding dat is uitsluiten. Je kunt zeggen: dit sperma is niet van hem. sprong voor het college van procureurs-generaal, en dat Politieonderzoek zou zich meer op die manier moeten ontmoet een deskundige niet doen. Alleen al omdat hij dan wikkelen; door verschillende scenario’s naast elkaar te leggeen respect krijgt. Iedereen heeft veel kwaliteiten bij het gen en die een voor een uit te werken. Zo zou de rechter NFI, maar het evenwicht was zoek. Daarom ben ik ingeook te werk moeten gaan, door stap voor stap zijn redenegaan op de uitnodiging een tweede instituut op te zetten. ring geobjectiveerd op te bouwen.” Niet omdat het NFI slecht werk levert.” De grote kracht tegen de geobjectiveerde wetenschappelijke De eerste reacties op de oprichting van het nieuwe instituut realiteit die Broeders voorstaat, is de emotie. Hij is er, zegt waren overwegend positief. Ook van de zijde van politie en hij, ‘doodsbang’ voor. De manier waarop de schrijver Maarjustitie. Broeders heeft al een telefoontje gekregen van een ten ’t Hart zich profileert in de zaak van de tot levenslang politieman die vroeg wanneer hij kon beginnen. “Hij had veroordeelde, en inmiddels tijdelijk op vrije voeten gestelde wel honderd onopgeloste zaken voor ons liggen.” Het beeld Lucia de B. is er een goed voorbeeld van. Verdachtmakindat het TMFI vooral is bedoeld als contra-expertisecentrum gen, beelden, Broeders wil er zo ver mogelijk van verwijderd voor de advocatuur is dus niet juist, benadrukt Broeders. blijven. Door deskundigen meer op de zitting te laten horen “Wij willen als deskundigen iets meer ons eigen speelveld en door te vragen over hun bevindingen zouden veel al dan bepalen, en zetten in op zuiver wetenschappelijk onderzoek. niet emotionele misverstanDat is namelijk wel een beetje den in strafzaken kunnen het probleem in die dynamiek worden voorkomen, denkt tussen politie, OM en desBroeders. In deelname van kundigen. De politie en het deskundigen aan de rechtsOM hebben een doel, en dat colleges zelf ziet hij minder is de goede te pakken krijgen. heil. Hoewel: “In verschillenEn heel vaak hebben ze ook de rechterlijke colleges zitten de goede te pakken. Een te al deskundigen: de pachtkagenuanceerd wetenschappemer, de ondernemingskamer, lijk rapport van een deskunde IE-kamer… als het om “Voor scheikunde schrijft niemand dige die enerzijds en andergeld gaat, zitten er deskundizijds schrijft, lijkt dan al snel gen aan tafel bij de rechter. op het strooien van zand in zich in, maar voor forensic science Daar lijkt het althans op. de machine.” Maar als het om strafrecht Broeders lijkt het tij mee te melden zich zo honderd man aan” gaat, noemen ze zichzelf allehebben. Dankzij de grote maal professionele rechters, strafzaken waarin het desen moeten deskundigen, laat staan leken, zich niet met de kundigenbewijs voor veel ophef zorgde – Schiedam, Lucia rechtspraak bemoeien. Ik begrijp dat, maar alleen omdat ik de B., de Deventer moordzaak – en televisieseries als CSI is twijfel aan wie je in zo’n college zou moeten benoemen. forensisch onderzoek helemaal hot. In Amsterdam trekt de Welke deskundige gaat deel uitmaken van het college? Dat master forensic science veel studenten. “Voor scheikunde is een probleem.” schrijft niemand zich in, maar voor forensic science melden Broeders twijfelt wat dat betreft aan alles. “Ik dacht vroeger zich zo honderd man.” Een aantal van hen zal op termijn dat alles wat Theo de Roos (hoogleraar strafrecht in Tilwaarschijnlijk komen te werken bij het TMFI. Andere desburg, red.) zei wijsheid was. Totdat ik begreep dat hij gekundigheid, met name op het gebied van de gedragswetenwoon een private mening gaf in zaken die de televisie haalschappen, hoopt Broeders in te huren bij zijn collega’s van den. Wie in het kaartenbakje van de journalisten staat, rechtspsychologie. Een samenwerking met het internationakrijgt gelijk. Ik ook, ja.” le chemieconcern DSM ten slotte moet garant staan voor de laboratorische expertise. Evenwicht “Forensisch onderzoek en strafrecht zijn inderdaad sexy”, Dat de Chief Scientist van het NFI Rijswijk verliet om een beaamt Broeders. Toch wil hij ook hier graag een nuance eigen concurrerend instituut op te richten, was destijds aanbrengen. Want wat wil de samenleving eigenlijk met al groot nieuws. Broeders zelf wil de overstap graag nuancedat strafrecht? “In Amerika zit 1 op de 100 mensen vast in ren. “Het forensisch onderzoek is voortgekomen uit politiegevangenissen. Dat zijn 2,3 miljoen mensen. Dat geloof in onderzoek. In het buitenland horen de meeste laboratoria straffen, die roep op recht zet een enorme druk op een sanog bij de politie. Om objectiviteit te kunnen garanderen is menleving, en daarmee op politie en justitie. Onder die druk echter meer afstand nodig tussen het opsporingsapparaat en kun je ook bezwijken.”
nr.5 – 2008
nr.5 – 2008
19