Het
MOT Werkmap “de keuken rond 1900” 2de graad Lager Onderwijs
Het MOT Dienst educatie september 2007
Voorwoord
Beste, Het boekje “de keuken rond 1900” biedt aan de leerkracht de mogelijkheid om samen met de leerlingen aan de slag te gaan. Er wordt achtergrondinformatie gegeven rond de 6 thema’s die aan bod komen in het atelier: verwarmen, koken, bewaren, het keukengerei, het water en de verlichting. Daarnaast zijn er werkblaadjes voorzien voor de leerlingen en worden er tips gegeven om enkele dingen in de klas uit te proberen. Veel succes
Petra Vandermeiren Educatieve dienst Het MOT, Grimbergen
2
Het MOT Dienst educatie september 2007
Inhoudsopgave Voorwoord
p2
Inhoudsopgave
p3
Inleiding
p4
Verwarmen in de keuken rond 1900
p5
Werken in de klas: op zoek naar kelderroosters
p8
Koken in de keuken rond 1900
p9
Werken in de klas: gewonnen brood
p 14
Bewaren in de keuken rond 1900
p 15
Werken in de klas:zelf boter maken
p 18
Verhaal van de krekel en de mier
p 19
Het keukengerei
p 20
Water in de keuken rond 1900
p 21
Verlichting in de keuken rond 1900
p 22
De keuken rond 1900, kruiswoordraadsel
p 24
3
Het MOT Dienst educatie september 2007
Inleiding Zo’n 100 jaar geleden zag de keuken er helemaal anders uit dan nu. Alle technische snufjes die wij nu kennen, zoals centrale verwarming, microgolfoven, koelkast, diepvriezer of zelfs stromend, warm water bestonden nog niet. Elektriciteit en steenkoolgas waren reeds gekend, maar enkel de rijke stadsbewoners konden hiervan genieten. En dit dan nog in beperkte mate. Wat deed men dan vroeger om het binnen lekker warm te maken? Kookten zij net als wij of aten zij andere dingen? Waar haalden zij al hun voedsel en hoe bewaarden ze het? Waar haalden zij water, als het niet uit de kraan stroomde? Vele vragen waarop we samen een antwoord zoeken. Draai de pagina maar snel om.
4
Het MOT Dienst educatie september 2007
Verwarmen in de keuken rond 1900 Om ons huis lekker warm te maken, moeten wij niet veel moeite doen. Wij duwen of draaien aan een knop en de verwarming springt meteen aan. Zo’n 100 jaar geleden was er helemaal geen centrale verwarming in huis. Vaak werd er slechts één kamer verwarmd: de keuken. Herken jij de verschillende warmtebronnen rond 1900? Schrijf de juiste naam bij de foto’s.
Kachel
Haard
Haard zonder schoorsteen
5
Het MOT Dienst educatie september 2007
Herken jij de verschillende brandstoffen? Schrijf de juiste naam onder de foto.
Steenkool
Houtskool
Mest
Turf
Hout
Wat is het verschil tussen houtskool en steenkool? Houtskool wordt door de mens gemaakt, steenkool is een natuurproduct.
6
Het MOT Dienst educatie september 2007
De kolenkelder Om de kachel aan te steken heb je hout of steenkool nodig. Die brandstof moet ook opgeslagen worden. De kolen worden door de kolenhandelaar thuis gebracht en meteen in de kelder gestort. Dit doet men via het keldergat
Om de kachel brandend te houden, moeten er regelmatig kolen bij gegooid worden. Meestal moesten de kinderen om kolen gaan. Dit was geen leuk werkje, want de donkere kelder maakte ook de stoerste bink wel een beetje bang. Hoe kan je kolen halen?
De kolen kan je er inscheppen
met een kolenkit
met een kolenschep
7
Het MOT Dienst educatie september 2007
Werken in de klas: op zoek naar kelderroosters
Als je goed kijkt, kom je in de straat een heleboel kelderroosters tegen. Je vindt ze meestal aan iets oudere huizen.
Nodig : een notaboekje, een potlood en veel speurderszin
Kies een paar straten uit in de buurt van je school en maak een inventaris op van de kelderroosters. Noteer steeds de straat en het nummer waar zich een kelderrooster bevindt. Je kan ook een foto nemen of een tekening maken van oude of speciale kelderroosters.
8
Het MOT Dienst educatie september 2007
Koken in de keuken rond 1900 Lange tijd gebeurde het verwarmen en het koken op één en dezelfde warmtebron. Zo kookte men heel lang in de haard en later op de kachel. Het is pas wanneer het kookfornuis op de markt komt, dat het verwarmen en het koken van elkaar worden gescheiden.
Woordpuzzel
een kookfornuis
Onderlijn de voorwerpen die volgens jou voorkomen in de keuken rond 1900 afzuigkap tel hout kookfornuis microgolfoven petroleumvuurtje steenkool
bezem gaskomfoor kachel koperen kookpot mixer plastic lepel
elektrisch vuur frietkehouten lepel kettinghaal Leuvense stoof open vuur schoorsteen
Doorstreep nu alle onderlijnde woorden in de woordpuzzel op de volgende pagina.
9
Het MOT Dienst educatie september 2007
Alles juist?
P
A F
R
I
E
L
E
T K
U V
E
N S E
S S T
E
E
N K
G A K
R
P
L
E
T
S T
O O L
A L
E
P
L
G
O O F
K
F
K
O M L
A F
Z P
K
K
U E
U R
V
A I
O M I
S B
C
I
K
H D H H E
S V
P
K
N J
N M L
E
G
H B
E
U A E
F
Z E
K
M H L
J
K
R
P
B
O F F
L
L
X B
D O O R
U D E
N J
K
U I
S D F
R
F
G
Z D S A J
F
H O U T
T S C
H O O R
K
T
E
T
I
E
X A R
E
P
E
L
S T
E
E
N E
N G H A A L
E
T
O U Y
U U P
S S R
10
L
M K
R
N L
R
N G H O B
U U L
N E
E
V
K
O B
Y
G
T
M N O O I
Q S H O U T D F
O W B
O T K
A
A B
L
M A L
E
N
S X Y
T
O C
U
D T
G
M
U J
N
G H J
R
E
Het MOT Dienst educatie september 2007
Herken jij volgende groenten en fruit? Schrijf de juiste naam eronder.
Artisjok
Bloemkool
Rammenas Asperge
Snijboon Courgette 11
Het MOT Dienst educatie september 2007
Witloof Prei
Spruit Knolselder
Witte kool Selder 12
Het MOT Dienst educatie september 2007
Aalbes Framboos
Perzik Vlierbes
Kruisbes Appel 13
Het MOT Dienst educatie september 2007
Werken in de klas: gewonnen brood
Nodig (voor 4 personen): 8 sneden oud wit brood, 1 1/2 glas melk, 4 eieren, 80 g fijne kristalsuiker, 50 g boter of margarine, 1 zakje vanillesuiker een pan, een kookvuur, een spatel
Snij het brood in gelijke sneden en leg ze in een diepe schotel. Giet er lauwe melk over en laat even staan. Klop ondertussen de eieren op met de vanillesuiker. Neem de sneden brood en laat ze even uitlekken en drenk ze dan in het opgeklopte eimengsel. Verhit de boter in een grote pan en bak de sneden brood gedurende 5 minuten aan elke kant. Eenmaal uit de pan, strooi je er wat suiker over. Smakelijk!
14
Het MOT Dienst educatie september 2007
Bewaren in de keuken rond 1900 Voor de komst van de koelkast en de diepvriezer moesten de mensen andere manieren bedenken om groenten, fruit en vlees voor een lange tijd te bewaren. Er waren immers geen supermarkten zoals nu. Na de oogst - en slachtperiode werd dan ook alles ingemaakt. Zo had je eten tijdens de herfst - en wintermaanden. Vul het juiste antwoord in. vliegenkast - drogen - zout - muizen – roken – gedroogd Om vlees te bewaren legt men het op in zout Men kan het ook drogen of roken Het vlees wordt aan een vleeskroon gehangen om het te beschermen tegen de muizen. Om vlees, kaas en andere voedingsmiddelen te beschermen tegen de vliegen legt of hangt men het best in de vliegenkast.
Bepaalde groenten en fruit worden ook gedroogd.
15
Het MOT Dienst educatie september 2007
Je kan groenten bewaren door ze op te leggen in: Azijn Zout Olie
een pekelvat voor vlees
Fruit kan je bewaren door: het op te leggen in alcohol er confituur van te maken
Melk kan je bewaren door: er boter of kaas van te maken
een houten botervorm
16
Het MOT Dienst educatie september 2007
Steriliseren van voeding Het vlees en de groenten die opgelegd werden in zout, waren na een tijdje niet lekker meer om op te eten. Toch aten ze vroeger alles op, gewoon omdat er niets anders was. Je at wat de pot schafte. Om het eten toch wat smakelijker te maken, werden de groenten en het vlees eerst goed afgespoeld. Zo kreeg je een deel van het zout weg. Daarna werd alles in één pot klaargemaakt, een stoofpotje. Het steriliseren werd ontdekt in 1795 door de Parijse kok Nicolas Appert, en betekende een hele vooruitgang. Door vlees of groenten te koken op 120°C en van de lucht af te sluiten, bleef het voedsel maandenlang houdbaar. In vergelijking met het zouten, opleggen of drogen bleef het uitzicht, de vitaminen, de kleur en de smaak veel beter bewaard. Vanaf nu moest je geen stoofpotjes meer eten. Toch moest de huisvrouw nog wachten tot na Wereldoorlog I om er mee aan de slag te gaan.
steriliseerbokalen met fruit en groenten
17
Het MOT Dienst educatie september 2007
Werken in de klas: zelf boter maken
Nodig: verse koemelk of volle room, glazen bokaal met schroefdeksel, lepel, zeefje, schone vaatdoek, mes, brood Zet de verse koemelk een paar uur op een koele plek, zodat de room komt bovendrijven. Schep met een lepel de room van de melk. Doe de room in de pot en draai het deksel goed dicht. Schudt de pot op en neer. Na een tijdje komen de eerste boterklontjes tevoorschijn, schep ze eruit met een lepel of een zeefje. Spoel de boterdeeltjes met koud water af. Doe ze in een schone doek en knijp het vocht eruit. Smeer de boter op bruin brood. Smakelijk!
18
Het MOT Dienst educatie september 2007
Verhaal van de krekel en de mier De krekel sjirpte dag en nacht, zo lang het zomer was, Wijl buurvrouw mier bedrijvig op en neer kroop door 't gras "Ik vrolijk je wat op," zei hij. "Kom, luister naar mijn lied." Zij schudde nijdig met haar kop: "Een mier die luiert niet!" Toen na een tijd de vrieswind kwam, hield onze krekel op. Geen larfje of geen sprietje meer: droef schudde hij zijn kop. Doorkoud en hongerig kroop hij naar 't warme mierennest. "Ach, juffrouw mier, geef alsjeblieft wat eten voor de rest Van deze barre winter. Ik betaal met rente terug, Nog vóór augustus, krekelwoord en zweren doe 'k niet vlug!" "Je weet dat ik aan niemand leen," Zei buurvrouw mier toen heel gemeen. "Wat deed je toen de zon nog straalde En ik mijn voorraad binnenhaalde?" "Ik zong voor jou," zei zacht de krekel. "Daaraan heb ik als mier een hekel! Toen zong je en nu ben je arm. Dus dans nu maar, dan krijg je 't warm!" Wie leeft van kunst gaat door voor gek. Vaak lijdt hij honger en gebrek.
Jean de La Fontaine's fabel www.beleven.org
19
Het MOT Dienst educatie september 2007
Het keukengerei Sommige werktuigen in de keuken bestaan al langer dan vandaag. Denk hierbij maar aan de blikopener. Daarnaast zijn er heel wat werktuigen die wij nu niet meer gebruiken, zoals het suikerbijltje of suikerbreektang. Sommige werden vervangen door een moderne variant. Zo gebruiken wij voor heel wat keukenkarweitjes een mixer. Herken jij het keukengerei van vroeger? Schrijf de juiste naam eronder. BLIKOPENER - SUIKERBIJL - SUIKERBREEKTANG - NOTENKRAKER -EIERSCHEIDER – PUREEKNIJPER
Notenkraker
Suikerbreektang
Pureeknijper
Suikerbijl
Blikopener
Eierscheider
20
Het MOT Dienst educatie september 2007
Water in de keuken rond 1900 Vandaag hebben wij in de keuken, de badkamer, de garage, enz. stromend water en zelfs drinkbaar en warm water. Zo’n 100 jaar geleden was dit niet zo vanzelfsprekend. Meestal beschikte men wel over een regen – of waterput of was er in de nabijheid één te vinden. Het water moest dan wel nog bovengehaald of opgepompt worden.
water halen aan de put
water halen aan de pomp
Water halen was een heel karwei en je had er toch enkele emmers per dag nodig. Het werd gebruikt voor allerlei klusjes in het huis. Waarvoor hadden ze vroeger in de keuken water nodig?: Koken Poetsen Afwassen Drinken Wassen
21
Het MOT Dienst educatie september 2007
Verlichting in de keuken rond 1900 Welke verlichtingsbronnen hadden ze rond 1900? Op het platteland. Omcirkel met rood. Alleen in de stad. Omcirkel met blauw. Sommige komen zowel in de stad als op het platteland voor.
22
Het MOT Dienst educatie september 2007
De keuken rond 1900 Kruiswoordraadsel Vul het juiste antwoord in op de volgende pagina 1.
Het vuur kan midden in de kamer worden gemaakt, maar ook in de ……….
2.
Ook de …………………………….. werd gebruikt om een kamer te verwarmen
3.
In de kolenkelder haal je…………………….
4.
Je kan de kolen in éénmaal opscheppen met de ………………………………………………
5.
Of je kan ze eerst opscheppen met de ……………………………….
6.
Lang kookten de mensen op het open vuur of de kachel. Daarna komt er iets nieuw op de markt: het ……………………………… dat gestookt wordt met kolen of hout.
7.
Ik ben een groente waarvan de wortel wordt gegeten. Als je mij uit de aarde haalt, ben ik zwart. Éénmaal op je bord zie ik wit.
8.
Ik ben meestal heel dik en oranje. Weet jij mijn naam?
9.
Ik ben een groente die samen gegeten wordt met mosselen.
10.
Om vlees en groente te bewaren, kan je ………………. gebruiken.
11.
Om melk te bewaren, kan je er ………………… van maken.
12.
Fruit kan je opleggen in ………………………………………………..
13.
Vroeger waren er geen suikerklontjes. Je brak het suikerbrood met een ………………
14.
Blikjes worden geopend met een………………………………………….
15.
Water haal je aan de ………………………………...
23
Het MOT Dienst educatie september 2007
1.
O
P
E
N
H
A
A
R
D
2.
K
A
C
H
E
L
S
T
E
E
N
K
O
O
L
4.
K
O
L
E
N
K
I
T
5.
K
O
L
E
N
S
C
H
E
P
6.
K
O
O
K
F
O
R
N
U
I
S
7.
S
C
H
O
R
S
E
N
E
E
R
P
O
M
P
O
E
N
9.
S
E
L
D
E
R
10.
Z
O
U
T
11.
K
A
A
S
A
L
C
O
H
O
L
13.
S
U
I
K
E
R
B
IJ
L
14.
B
L
I
K
O
P
E
N
E
15.
P
O
M
P
3.
8.
12.
24
R
Het MOT Dienst educatie september 2007