‘Het Merlot Mysterie is een briljante roman.’ – Herman Brusselmans
HET Ilja Gort
Over het boek Harold Wechter is een Nederlandse reclameman die een wijnchateau in Frankrijk heeft gekocht. Hij komt in contact met Régis, een door en door Franse wijnboer wiens zaken niet al te best gaan. Harold adviseert Régis een ‘Camping à la Ferme’ te beginnen. Hiermee ontketent hij een onstuitbare reeks voorvallen die op de camping op het zinderende Zuid-Franse platteland tot bizarre situaties leiden. Een advocatenkantoor wordt met kettingzagen het bos in gestuurd, Hollandse naaktlopers biodansen in het maanlicht, een belastinginspecteur krijgt te maken met een verrassende vorm van biologische oorlogsvoering en een druivenfluisteraar zoekt de mysterieuze wijngaard met Merlotdruiven van verwoestend lekkere kwaliteit. Het Merlot Mysterie is Gort op zijn best. Vol vaart en humor geschreven is deze roman, waar de wijn uitdruipt, een must voor iedere wijngek of Frankrijkliefhebber. De pers over het boek ‘Het Merlot Mysterie is een briljante roman.’ – Herman Brusselmans Over de auteur Ilja Gort, bekend van de La Tulipe-wijnen, schreef eerder Leven als Gort in Frankrijk, Overleven als Gort in Frankrijk, De nieuwe wijnsurvivalgids en twee Slurp!-boeken.
Van dezelfde auteur Overleven als Gort in Frankrijk Slurp! Slurp! 2 De nieuwe wijnsurvivalgids Leven als Gort in Frankrijk
De non-fictienieuwsbrief Bent u geïnteresseerd in populaire psychologie, current affairs, human interest, verhalende non-fictie of regionale geschiedenis? In deze nieuwsbrief vindt u informatie, interessante aanbiedingen, acties en extra’s over alle non-fictie-uitgaven van A.W. Bruna Uitgevers. U kunt zich aanmelden voor de nieuwsbrief via onze website www.levboeken.nl.
Colofon © 2008/2011 Ilja Gort, Saint-Romain-La-Virvée/Amersfoort © 2011 A.W. Bruna Uitgevers B.V., Utrecht Typografie Ilja Gort & Caroline d’Hollosy Omslagontwerp Jolanda Stembert isbn paperback 978 94 005 0085 3 isbn e-book 978 90 449 6675 6 nur 301 www.slurp.nu
Ilja Gort
Het Merlot Mysterie Wijnroman
A.W. Bruna Uitgevers B.V., Utrecht
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 3
19-08-11 11:42
Prologue Op zijn veertigste verjaardag was Harold Wechter ontwaakt met een onwankelbare zekerheid in zijn hoofd. Roerloos, zonder zijn ogen te openen, was hij blijven liggen. Terwijl een tevreden glimlach zijn mondhoeken deed krullen, liet hij onder het dekbed een keiharde scheet, die de bekrachtiging vormde van zijn zojuist genomen besluit: hij ging zijn reclamebureau verkopen. Nog geen drie maanden later was het gepiept. De opbrengst was ruim voldoende om zijn jongensdroom waar te maken: de aanschaf van een klein wijnchateau in de Bordeauxstreek. Door bewust en consciëntieus werken en verstandig (en niet lullig) investeren, was hij erin geslaagd zijn wijn in korte tijd naar een hoog kwaliteitsniveau te brengen. Dankzij een aangeboren gevoel voor marketing, fijngeslepen in zijn succesvolle reclamecarrière, was het Harold al vrij snel gelukt zijn wijnen goed te verkopen. Nu, zo’n vijf jaar later, waren de circa vijftigduizend flessen die Harolds Château La Bellerêve jaarlijks produceerde, zeer gezocht en brachten een forse prijs op. Dusdanig fors dat hij er riant van kon leven in de losse Franse stijl die hem al van kinds af aan voor ogen had gestaan.
7
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 7
19-08-11 11:42
Feest Elke nieuwe lente werd het diep in dromenland verkerende wijndorpje luidruchtig uit de slaap gerukt. Al jarenlang gaf het plaatselijke ‘Comité des fêtes’ reliëf aan de eerste zondag van mei door het organiseren van een voor hun doen groots evenement: een ‘Salon des Vins’. Aan het begin en aan het eind van het dorp waren roestige, gele ‘Déviation’-borden geplaatst, die de doorgang beletten. Aan deze beloofde omleiding was echter verder geen vervolg gegeven, want in het dorp was men veel te druk met het opbouwen van de kramen. De lucht was vervuld van gehamer, gezaag, gerinkel van ijzeren tentstokken, muziek, geroep en gelach. Lege wijntonnen werden meegezeuld en kleurige zeilen met de namen van châteaux uitgerold, er werden torens gebouwd van wijnflessen, glazen uit dozen gehaald, glanzend opgepoetst en klaargezet, uitvergrotingen van gewonnen wijnprijzen werden opgehangen. ‘Récoltant Propriétaire’ en ‘Vin du Château’ ronkten de borden en ‘Dégustation Gratuite’. Rond tienen arriveerde een accordeonnist die behalve zijn instrument ook zijn eigen doorgezakte rieten stoel met zich meezeulde. Hij installeerde zich bij de fontein en even later waaierden de eerste musetteriedels over het plein. Voor de kinderen was er een heuse caroussel in opbouw, wiens buiten maatse soundsystem stampende discohits produceerde die de onverstoorbaar doorriedelende accordeonist ruimschoots overstemden. De ‘Tonneliers de Saint-Emilion’, een tiental dikke mannen in korte broekjes en opbollende t-shirts die waren ingehuurd als extra attractie, stonden aan de ‘buvette’ met een ochtendwijntje. Die middag zouden zij, zoals ieder jaar, onder luide toejuichingen naast hun lege wijntonnen rennen en
8
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 8
19-08-11 11:42
die met donderend geraas door de hobbelige straatjes laten bolderen. Naast de buvette werden de verroeste doorgezaagde olie vaten, die als barbecue voor de entrecôtes dienden, gevuld met oude wijnstronken en alvast aangestoken. Het was elf uur en al behoorlijk heet. Hoog in de lucht deelde een piepklein blinkend stipje de strakblauwe hemelkoepel met een kaarsrechte witte streep in tweeën. Jean ‘le bosse’, zo genoemd wegens de grote roodglanzende bult midden op zijn voorhoofd die hij zelf altijd aanduidde als ‘mijn talenknobbel’, had middels een aantal vrolijk opgeverfde stukken spaanplaat, zijn tractor en een paar aanhangers opgepimpt tot ‘petit train’. Aan de stuurcabine had hij een koperen scheepsbel bevestigd. Trots rukte hij aan het beltouw, startte de motor en dieselde met de eerste wagonlading uitgelaten dorpsbewoners door hun eigen dorp, dat zij die dag als een een heel bijzonder dorp beschouwden. Een bezienswaardigheid waar de Sacré-Coeur en de Eiffeltoren nog een puntje aan konden zuigen. De dorpsfanfare was opgetrommeld en marcheerde vrolijk tetterend achter de petit train aan. Ofschoon Harold zelf nooit deelnam aan de Salon des Vins (zijn wijn was meestentijds al verkocht nog voordat hij gebotteld was), bezocht hij het evenement ieder jaar. Op zijn gemak kuierde hij van kraam tot kraam, toen hij dwars door de kakafonie zijn naam hoorde roepen. ‘Ârold!!’ Hij keek om. Tussen de mannen aan de buvette stond Michel, burgemeester van het dorp en tevens collega-wijnboer. Hij wenkte met brede armgebaren en riep: ‘Ârold!
9
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 9
19-08-11 11:42
Kom! We maken een ritje! Met de petit train!’ Ter begroeting schudden de mannen elkaar de hand, stapten in een van de aanhangertjes en namen plaats op een houten bankje. Voorthobbelend in het tractortreintje was het alsof ook zij alles voor het eerst zagen: de uitgestrekte bossen, de rivier die in de verte als een dikke bruine slang in de zon lag te slapen, de glooiende heuvels waarop uitgestrekte wijngaarden zich als een groene zee aaneenregen. Met een vreemde mengeling van trots en bezorgdheid (de eeuwige zorg om het welslagen van een goede oogst) reed Harold langs zijn eigen wijngaarden en verderop langs die van Michel. ‘C’est en bon état,’ verklaarde Michel beslist. ‘Les plantes sont saines.’ ‘Tant mieux,’ antwoordde Harold. ‘Da’s hard nodig. Ze hebben nog aardig wat maandjes voor de boeg...’ Door elkaar geschud op de harde bankjes tuften ze langs het grote gele huis van de man die klokken kon maken. Op een keukenstoel onder de kastanjeboom zat zijn vrouw een kip te plukken. Bij de nadering van de tractortrein keek ze op. Ze herkende Michel en zwaaide naar hem met een hand die vol zat met witte donsveertjes. Ze kwamen langs het oude café waar op de muur nog vaag de reclameschildering zichtbaar was van een aperitief dat al jarenlang door niemand meer werd gedronken. Langs de vervallen, maar beeldschone wijnboerderij van Jean-Marie voor wiens lichtblauwgeschilderde hek een rij wuivende robijnrode stokrozen de hemel in stond te groeien. Ze rondden de hoek. Een vleug warme wind voerde de geuren van de lente mee. In de verte stond het uit verweerde witte steenblokken opgetrokken dorpskerkje in de zon te dromen. De tractortrein reed zo dicht langs de kerkmuur dat
10
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 10
19-08-11 11:42
Harold alleen maar z’n hand zou hoeven uit te steken om de rode klaprozen die tussen de stenen groeiden te plukken. ‘Ik ben erg blij met deze Salon des Vins,’ zei Michel, terwijl het tracortreintje moeizaam de heuvel op schommelde. ‘Het is een van de weinige dingen die doorgaan dit jaar.’ ‘Hoe bedoel je dat?’ Hij zuchtte. ‘Het Comité des Fêtes bestaat uit vier personen: ik en nog drie anderen. Régis Boudin en ik, wij hebben ideeën. Goede ideeën, vind ik. Maar het is eh... lastig om ze van de grond te krijgen.’ ‘Hoezo?’ Michel krabde zich raspend door zijn baardstoppels en trok een grimas: ‘C’est Montbrun...’ Het bleek dat het derde feestcommissielid, de gepensio neerde notaris Montbrun, niet zo’n feestnummer was. Of het nu dansavonden betrof, wijnproeverijen of gezellige lange tafellunches onder de bomen van het dorpsplein, Monsieur le notaire beschouwde het allemaal als zedenverwildering en normverval. Inhoudsloze wuftheden die tot niets dienden. Over projecten met een historische of culturele inhoud viel nog te praten, mits zij uitsluitend toegankelijk zouden zijn voor de dorpelingen zelf. Maar ging het om een muziek- of dansavond of een ‘vide grenier’, waar bovendien ook nog ‘lui van buiten’ of, nog erger, toeristen op af zouden komen, dan gooide hij falikant zijn uitgedroogde notariskont tegen de krib en werden de overige commissieleden geconfronteerd met een keihard ‘Njet’. Mismoedig schudde Michel zijn hoofd: ‘Die Montbrun is een droogkloot en een xenofoob. Hij is bang dat mensen van buiten, dit dorp ontdekken en er willen komen wonen. Jammer, want door lui als hij wordt elk sociaal initiatief getorpedeerd. Terwijl dorpsfeesten juist goed zijn voor de onderlinge
11
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 11
19-08-11 11:42
verstandhouding; het brengt de mensen dichter bij elkaar. En dat is belangrijk in zo’n kleine gemeenschap als de onze.’ Michel en Harold hadden de avond daarvoor overduidelijk niet dezelfde culinaire invulling aan hun maaltijd gegeven. In ieder geval niet waar het de knoflookinname betrof. Ongemerkt manoeuvreerde Harold een stukje bij Michel vandaan naar de buitenste rand van het petittrainbankje. Nu zat hij weliswaar in de palle zon, maar liever verbranden dan nog langer te blijven zitten in de radius van een knoflookkegel, die de mussen dood uit de lucht deed vallen. Ter compensatie keek hij Michel opgewekt aan en vroeg: ‘Maar er is toch nog een vierde commissielid? Wat vindt die daar dan van?’ Michel sloeg zijn ogen ten hemel alsof hij op ingrijpen van bovenaf hoopte en verzuchtte met een trieste grijns: ‘Dat is zijn vrouw...’ Hij liet een veelbetekenende stilte vallen. Toen vervolgde hij: ‘Die is eigenlijk nog erger...’ Was het omdat hij iets terug wilde doen voor Michel, die zoveel voor hem had gedaan? Wilde hij zijn in de lommer ver kerende sociaal-maatschappelijke bewustzijn wat opkrikken? Hoe dan ook: voordat hij zijn tong kon afbijten, hoorde hij zichzelf zeggen: ‘Maar Michel... dan word IK toch lid van die feestcommissie...!?’ ‘Au!’ gilde een klein stemmetje ergens achter zijn hersenstam vandaan. ‘Stóm! Klootzak! Niet doen! Zeg dat je het niet meende! Eikel! Ontken dat je dit hebt gezegd! Je bedoelde iets heel anders! Zég het! Zeg het NU! Nú kan het nog...’ Maar het was te laat. Eens gezegd, blijft gezegd. En ach, klagen heeft geen zin en achteraf kijk je een koe in zijn kont. Bovendien heeft het Harold toch ook veel goeds gebracht, want het was in het Comité des Fêtes dat hij Régis leerde kennen.
12
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 12
19-08-11 11:42
Het opeten van een overhemd Of zijn ‘vignobles’ al maandenlang geteisterd worden door slagregens of de druiven dat jaar blaartrekkend wrang zijn en de wijn de smaak heeft van accuzuur, het maakt niet uit: vraag een wijnboer of het een goed wijnjaar is, en zijn door weer en wind gelooide wijnboerenkop zal zich plooien in een glimlach zo stralend als de zon die opgaat achter zijn wijngaarden. Hij zal zijn eeltige wijnboerenduim omhoogsteken en in het typische dialect van de streek zeggen: ‘C’est une bong année, et le ving est comme ça!’ Zo ook Régis. Terwijl die niet eens alleen maar wijnboer was. Want hij had ook koeien. En een vrij uitgebreide moestuin waarvan hij de opbrengst op de zaterdagmarkt in de naburige stad verkocht. Verder scharrelde er nog een toompje halfwilde kippen over zijn erf, die hem dagelijks voorzagen van verse eitjes. Maar zijn hart, zo verklaarde hij regelmatig met veel Frans pathos, lag bij zijn wijn: ‘Le vin, c’est mon grand amour...’ Hij was klein van stuk, Régis, maar stevig en gespierd, met armen als een beer. Aan zijn rechterhand miste hij een halve vinger, maar daar leek hij weinig last van te hebben want als hij je de hand schudde, voelde je je botjes kraken. Hij had een vrolijk gezicht, gelooid door een leven lang in zon en wind, waardoor zijn leeftijd moeilijk te schatten viel. Zijn zwarte haar leek nog het meest op een ontploft koolmezennest, zodat hij er vaak uitzag alsof hij in een windtunnel had geslapen. Maar als zijn ogen begonnen te twinkelen en zijn gebruinde buitenkop openbrak in een lach, ging je vanzelf meelachen. Nooit zag je hem anders dan in zijn verschoten ‘pantalon
13
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 13
19-08-11 11:42
bleu’ en een vaal overhemd dat al vele malen op rommelige wijze was versteld. ‘Le vin, c’est mon grand amour...’ Hij zei het graag en vaak. Maar het zijn niet allen jagers die de hoorn blazen. En wijn en wijn is twee. Régis’ productiemethoden waren niet te vergelijken met die van Harold. Teneinde de smaak van zijn wijn zo geconcentreerd mogelijk te krijgen, knipte Harold ver voor de oogst bijna de helft van zijn druiven af. Zijn wijnstokken hoefden daardoor slechts de helft van hun druiven van voedsel te voorzien, zodat de overgebleven druiven sterker werden en resistenter tegen ziektes. Bij het begin van het oogstseizoen waren Harolds druiven veranderd in kleine zwarte bessen met een dikke schil, een diepe rijke smaak en een gedroomd suikergehalte dat zich tijdens de gisting zou omzetten in een krachtig alcoholpercentage. Bovendien paste hij tijdens de oogst een strenge selectie toe, waarbij een groep speciale plukkers elke tros handmatig controleerden, zodat alleen rijpe en gezonde druiven in zijn cuves belandden. De inkomsten die hij met deze arbeidsintensieve werkwijze verloor aan kwantiteit, won hij ruimschoots terug aan kwaliteit. Want Harolds wijnen waren onmiskenbaar van hoogwaardige klasse. Régis daarentegen liet, om de maximale hoeveelheid te kunnen oogsten, juist zoveel mogelijk druiven aan zijn struiken groeien. Als de zomer overliep in de herfst en het weer begon om te slaan, wilde Harold zijn druiven nog de allerlaatste zonne stralen laten opzuigen. Hij nam dan grote risico’s door ze langer dan gebruikelijk te laten hangen. Vaak hadden de andere wijnboeren allang geoogst, terwijl Harold tot het allerlaatste
14
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 14
19-08-11 11:42
moment wachtte en zijn druiven pas binnenhaalde als de herfst al bijna overging in winter. Régis begon daar niet aan. Meteen de eerste week september knipte hij al zijn druiven van de struiken. In die tijd opende het jachtseizoen en dan wilde hij lekker gaan jagen. Handmatige selectie was al helemaal geen denken aan, want daarvoor bezat Régis het geld noch het personeel. Bij hem ging de volledige oogst ongecontroleerd de cuves in. Met onrijpe druiven, takjes en blaadjes en al. Oogsten in de oogsttijd, jagen in de jachttijd. Zo hadden zijn vader, zijn grootvader en zijn overgrootvader dat gedaan en zo deed hij het dus ook. ‘Allez...’ Régis keek Harold vragend aan en maakte met zijn hand een kort kiepgebaar ter hoogte van zijn mond dat over de hele wereld begrepen werd. ‘On boit un coup?’ Harold had natuurlijk beter moeten weten maar toen hij na een avond lang oeverloos ouwehoeren eindelijk de Salle des Fetês verliet, had hij het wel een beetje gehad. Zijn eerste vergadering als Comité des Fêtes-lid had hem bevestigd in het vermoeden dat hij hier nooit aan had moeten beginnen. Maar, boire un coup... Hmmm, in gedachten hoorde hij al het uitschenken van een fles mooie rode wijn. Klokkend als koeienbellen in een alpenwei. De fluwelen gehemeltestreling van een zorgvuldig gerijpte Bordeaux, als de zijdezachte kus van een langverwachte geliefde. Maar perceptie en werkelijkheid gaan slechts zelden hand in hand en dit alles zou geheel anders uitpakken. Op dat moment evenwel had hij nog geen flauw benul tot welke krankzinnige situaties zijn achteloos gebromde ‘d’accord’ zouden leiden...
15
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 15
19-08-11 11:42
Régis liep naar een vaalbeige Peugeot van een type dat al jaren uit productie was genomen, opende het portier en stapte in. Hij begon plastic flessen, lege blikjes en ander zwerfafval van de passagiersstoel te graaien en over de rugleuning te smijten en riep door het niet-aanwezige raam: ‘Stap in, dan pikken we d’r eentje bij mij!’ Harold nam plaats op de stoelzitting waar aan alle kanten schuimrubber en springveren uitstaken. Régis draaide de contactsleutel om, maar er gebeurde niets. ‘Merde!’ Hij greep een zwaar voorwerp van de achterbank en stapte uit. Hij opende de motorkap en gaf een geweldige hengst op een onderdeel ergens in de motor. ‘Voilà,’ gromde hij tevreden. Met een klap sloeg hij de motorkap dicht en stapte weer in. ‘Dat zal ’m leren. Putain!’ Hij draaide de sleutel om en de motor begon het geluid te produceren van een rotsblokkenvergruizer. ‘Allez!’ riep hij triomfantelijk boven het lawaai uit. ‘On y va!’ Hij trok op en ze reden de heuvel af. ‘Quelle merde!’ snoof Régis. ‘Le con! Le connard!’ Hij schudde zijn hoofd alsof hij een paard was die een wolk vliegen wilde verjagen, een indruk die nog versterkt werd door zijn uitgeplozen touwhaar dat alle kanten op waaierde. Harold begreep waar hij op doelde. De communicatie tussen Régis en oud-notaris Montbrun was die avond op z’n vriendelijkst gezegd niet gladjes verlopen. Het door Régis geopperde idee om de komende herfst een wervelend oogstfeest te organiseren, was door het graatmagere notarisechtpaar genadeloos afgefakkeld. Maar Régis had het daar niet bij laten zitten, vol vuur was hij in de oppositie geschoten. Er kwamen nog steeds wolkjes stoom uit zijn oren. ‘Met zo’n feest zouden we onze wijn kunnen promoten!’ brieste hij. ‘Dat is een kans! Daar gaat ’t toch om, Ârold?!
16
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 16
19-08-11 11:42
De kleine wijnboeren hier krijgen het steeds moeilijker. We moeten nieuwe manieren verzinnen om onze producten te verkopen! Die krentekakker met z’n dikke pensioen zit ’r warmpjes bij! Maar wij...’ Hij gebruikte een uitdrukking die Harold niet kende: ‘Nous mangeons notre chemise!’ Wij eten ons overhemd op. Harold keek eens naar Régis’ overhemd. Het was vlekkerig, smerig en het rook naar zweet. Het was bovendien best groot. Het leek hem geen pretje om dat overhemd op te moeten eten. ‘Maar er is toch nog niks besloten?’ probeerde Harold hem te sussen. ‘Volgende week vergaderen we weer.’ Deze geruststellende mededeling vermocht Régis echter niet tot kalmte te brengen. Eerder het tegenovergestelde. Hij stak zijn hoofd door het raamloze portier en brulde naar de maan: ‘Montbrun! Salopard! Nog nimmer hebben de voeten van een grotere klootzak het aardoppervlak beroerd. Moge de furie van Gods eigen donder je treffen!’ Ter bekrachtiging spuwde hij krachtig tegen een ‘chasse reservé’-bordje, schakelde terug en sloeg met gierende koppeling linksaf een slecht onderhouden weggetje in. In het schemerdonker hotsten en knotsten ze over een rots achtig pad met aan weerszijden wijngaarden. Ze passeerden een scheefgezakt houten bord ‘Château Vieux Canon’, waaronder een tweede bord was aangebracht dat in onhandige zelfgeschilderde letters vermeldde: ‘Vente Directe’. Even daarna hobbelden ze door een met klimplanten overwoekerd gietijzeren hek, dat al in jaren niet meer dicht was geweest. Régis parkeerde de auto krakend naast een halfgesloopte tweelingbroer van zijn Peugeot, die nu kennelijk dienstdeed als kippenhok. Ze stapten uit. Om de hoek van een schuur
17
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 17
19-08-11 11:42
kwam een zandgele labrador blaffend aangerend. Kwispel staartend sprong hij tegen Régis op. ‘Doucement, Max. Doucement,’ vermaande hij de hond en tegen Harold: ‘Dit is Max. Mon meilleur compagnon...’ Régis’ Château Vieux Canon leek helemaal niet op een château. Eerder was het een versterkte boerderij. Het hoofdgebouw was opgetrokken uit ‘moellons’, ruwe keien die een paar honderd jaar geleden uit de rivierbedding waren geraapt en tot bouwmateriaal verklaard. Over de hele lengte van de gevel groeide een immense druivenstruik, die middels een paar gietijzeren staven een pergola vormde waaronder het overdag goed toeven moest zijn. Dikke trossen druiven hingen als vrouwenborsten uit het gebladerte neer. Op een stenen bankje naast de voordeur stonden bloempotten met bloeiende lavendel en geraniums. De verf van het houtwerk was door zon en tijd verkleurd tot een vaag soort krijtblauw, waarvan Harold bijna tranen in zijn ogen kreeg van mooite. Deze overdosis aan schoonheid werd echter gecompen seerd door een monsterachtige schotelantenne die een groot gedeelte van het dak in beslag nam. Kennelijk had Régis het risico van een gemiste televisie-uitzending tot het minimum willen beperken, want met dit apparaat moest hij met gemak de communicatie met de maan en ver daarbuiten kunnen onderscheppen. Midden op de ‘cour’, de grote ronde binnenplaats, stond een met klimop begroeide put van verweerde steenblokken, die nog steeds in gebruik leek. Tegenover het hoofdhuis eindigde de cour in een terras van bemoste plavuizen, omheind door een roestige, maar sierlijke gietijzeren balustrade. Onder een reusachtige plataan stond een oude houten tafel met
18
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 18
19-08-11 11:42
wat veelgebruikte boerenstoelen. In de hoek stond een tot barbecue omgebouwd zwartgeblakerd olievat waarop zo te zien in de loop der tijden al een volledige veestapel was geroosterd. Ernaast lag een berg met ijzerdraad bijeengehouden bossen droge wijnranken. Ze staken de binnenplaats over en liepen het terras op. Naast elkaar staand keken ze uit over de groene, met wijngaarden begroeide vallei die naar omlaag glooide. In de verte eindigde hij bij een brede, traagstromende rivier. Vanuit de woudzoom achter het château kronkelde een beekje. Als een zilveren lint doorsneed het de vallei om een honderdtal meters verder uit te monden in de rivier. Aan de oevers stonden hier en daar wat kromme bomen. Zwijgend zoog Harold de verstilde schoonheid in zich op. ‘C’est pas mal, quoi?’ grinnikte Régis en trok een van de stoelen naar achteren. ‘Assiez-vous, assiez-vous...’ Onder de indruk nam Harold plaats. Régis keek hem met scheefgehouden hoofd aan en stelde de vraag die Harold al enige tijd als een betonblok aan een zijden draadje boven zijn hoofd voelde hangen: ‘Un petit verre de vin?’
19
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 19
19-08-11 11:42
De vereniging tot behoud van Régis Het was een maanlichte nacht. Boven hun hoofden flonkerden de sterren als diamantjes op een reuzendecolleté van zwart fluweel. Op een eenzame krekel na, heerste er een wijdse stilte. Alsof de natuur moe was van een dag lang fluitende vogels, tjirpende krekels, stromende beekjes en ruisende bomen. Régis kwam uit het huis, in zijn hand een fles en twee glazen. Onder het gaan at hij een vijg. Hij veegde zijn hand af aan zijn broek en haalde een kurkentrekker uit z’n zak. ‘Dit...’ verklaarde hij met trots, ‘...is ‘mon Meilleur Vin’, de beste wijn van het hele domein.’ Hij ontkurkte de fles en vulde de glazen. Hij schoof er een naar Harold en ging op de stoel naast hem zitten. Met een vrolijke grijns keek hij hem aan, hief het glas en zei: ‘Chin. Op een goed wijnjaar!’ Harold probeerde met het beduimelde glas de wijn rond te walsen en morste een deel van de inhoud op zijn broek. Mooi, dacht hij, dat hoef ik alvast niet meer op te drinken. Dat scheelt weer... Op het ergste voorbereid bracht hij het glas naar zijn neus en snoof het aroma van de wijn op. Hij sloot zijn ogen en de wijn nam hem in een bloedrode omhelzing. Hij zag halfduistere kelders, zwartbeschimmelde muren, veelgebruikte wijnvaten, dampende leerlooierijen, contrabassen en Belgische trekpaarden die kreunend het ploegzwaard door de modder trokken. Voorzichtig nam hij een slok en liet de wijn bedachtzaam slurpend door zijn mond spoelen. Dit was niet de fluwelen gehemeltestreling, niet de zijde zachte kus van een langverwachte geliefde, waar hij in wijn
20
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 20
19-08-11 11:42
altijd zo naar op zoek was, zoveel was wel zeker. Hier proefde hij inktzwart bessensap, dik als grasboter, met een flinke peut alcohol en een stoot tannines waar de vullingen van uit je kiezen sprongen. Hij zond een kort gebed hemelwaarts en slikte het door. Traag als magma tijgerde de wijn zich door zijn slokdarm. Aan dit akkerbouwproduct waren geen subtiele vinificatie technieken te pas gekomen. Deze wijn was hard als het leven zelf. Dit was een wijn om op te kauwen. Deze wijn was gemaakt op dezelfde manier zoals de Romeinen dat al deden. Dit had niets van de romige zachtheid die ontstaat na geduldige rijping op vaten van eikenhout. Dit druivensap droeg geen roodfluwelen robe, eerder een doornenkrans. Dit druivenlava smaakte als het dikke bloed van de aarde zelf en het verwarmde zijn hart als het vonkenspattende vuur van een hoefsmid. Dit was rauwe wijn. Ruig als het land waar ze op uitkeken, stenig als de keien onder hun voeten en oud als de wereld. Maar goudeerlijk. Van de struik in het vat en van het vat in de fles. Dit was boerenwijn. Met hele stukken boer. Maar binnen in deze wijn fonkelde een ruwe diamant. Een juweel dat door de Spartaanse oogstmethoden niet tot wasdom was gebracht, maar dat onmiskenbaar aanwezig was. Diep verborgen in dit doornige struikgewas klopte een hart van fluweel. Harold was sprakeloos. Ernstig knikte hij naar Régis. ‘C’est bon. C’est un bon vin, Régis. Bien fait. Chapeau.’ Régis maakte een bescheiden gebaar alsof hij applaus afweerde en zei: ‘Merci, Ârold, merci... Maar weet je, je doet wat je kan. En ik heb geen personeel. Ik doe alles zelf. Mijn broer en ik hebben dit château overgenomen van m’n ouders. Maar m’n broer is geen wijnman. Hij was al een boekhouder
21
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 21
19-08-11 11:42
toen ie nog in de luiers lag. En boekhouder is ie geworden ook. Hij werkt in de stad. Mijn vader is een paar jaar geleden overleden. M’n moeder woont in een boerderijtje in het dorp. En nu doe ik het bedrijf alleen. Dat bevalt me best. Met niemand wat te maken.’ Hij nam een slok van zijn wijn en wees met zijn glas naar een recentelijk verbouwde woning aan de zijkant van de binnenplaats. Pal ervoor was met helderwitte strepen een keurige parkeerplaats voor één auto gemarkeerd, waarop een glanzendnieuwe Renault geparkeerd stond. ‘Daar woont m’n broer.’ Harold knikte. Nog steeds geïmponeerd door de onver wachte kwaliteit van de wijn slurpte hij een slok naar binnen en zei proevend: ‘Ik vind ’m zo... zácht! Stevig en krachtig, zeker! Maar tegelijkertijd ook zo wonderlijk zacht... Welke druivensoorten gebruik je?’ ‘Wat je daar drinkt, is honderd procent puur Merlot en niks anders,’ antwoordde Régis trots. ‘Helemaal geen Cabernet?’ Régis vormde zijn duim en wijsvinger tot een rondje: ‘Zéro!’ ‘Maar waarom?’ vroeg Harold verbaasd. ‘Iedereen hier heeft Cabernet! Minimaal dertig procent!’ ‘Cabernet is mij veel te laat rijp,’ zei Régis beslist. ‘Merlot is drie weken daarvoor al klaar om te oogsten dus ook met een wat minder jaar, je haalt altijd rijpe druiven binnen. En bovendien vind ik het een veel lekkerder druif. Vroeger schijnen we hier wel Cabernet gehad te hebben, maar m’n grootvader heeft het merendeel gerooid en later heeft m’n vader het laatste restje d’r uitgetrokken. En nu hebben we alleen nog maar Merlot. Lekker hè?’ Hij stond op, pakte een bos druivenranken en gooide die
22
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 22
19-08-11 11:42
op de barbecue. Met behulp van wat proppen krantenpapier joeg hij de brand erin. Terwijl de vlammen hoog oplaaiden, zei hij: ‘Ik haal even wat te bikken.’ Hij liep naar het huis en voegde er over zijn schouder aan toe: ‘Voor bij de wijn...’ Gezeten onder de dikke plataan keek Harold peinzend uit over het wonderschone panorama. De wijn smaakte hem zoals nog nimmer een wijn hem had gesmaakt. De afdronk was eindeloos lang en bij iedere slok had hij de gewaarwording of hij omhelsd werd door een geliefde in een ruige, zwartpaarse bontmantel. Régis kwam terug met een schaal knoflookworstjes, gooide er een handvol van op het barbecuerooster en begon ze met een vork boven de vuurgloed te schuiven. ‘Waar verkoop je deze wijn, Régis?’ ‘Aan de ‘coopérative’. Maar ze betalen niet veel. En tegenwoordig willen ze ook niet meer alles hebben. Ze zeggen dat er een overschot is.’ Hij prikte de worstjes lek en het vet deed het gloeiende houtskoolvuur sissend opvlammen. ‘En ik verkoop af en toe wat aan mensen hier uit het dorp.’ ‘Kun je daarvan rondkomen dan?’ Régis schudde zijn hoofd: ‘Het wordt steeds minder. Ik heb m’n koeien, beetje groenten, eitjes van m’n kippen. Het gaat net. Of net niet, ’t is maar hoe je ’t bekijkt.’ Hij boog zich voorover en wipte met een snelle beweging van zijn hand de worstjes een voor een om. ‘Maar het wordt wel steeds zwaarder. Ik raak m’n wijn niet meer kwijt. Het zijn die ‘nieuwe wijnlanden’...’ Hij sprak de term onwennig uit. ‘De Franse wijnboeren kunnen de concurrentie met die grote Amerikaanse en Chileense megawijnfabrieken niet aan. En zeker de ‘petits vignerons’ zoals ik niet.’ Harold knikte. Hij herinnerde zich dit soort problemen maar al te goed uit de tijd dat hij zelf net als wijnboer was
23
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 23
19-08-11 11:42
begonnen, nog maar een paar jaar geleden. Hij schudde zijn hoofd alsof hij de herinnering wilde verjagen. Die tijd was gelukkig voorbij maar in die periode was zijn wijn, waar hij zo van hield, verworden tot een angstdroom waaruit hij regelmatig zwetend wakker werd: de druiven hingen rijp aan de struiken. Er moest geoogst worden, maar zijn cuves zaten nog tot de nok toe vol met de onverkochte oogst van vorig jaar. De wanhoop, dat hij zo snel mogelijk van die enorme hoeveelheid wijn af moest zien te komen. En hij had geen idee hoe. Zijn eigen wijn, waar hij zich zo op had verheugd, die hij vier seizoenen lang met intense liefde en zorg had omgeven, was als een loden bal in zijn maag geworden. Op het laatst had hij zijn wijn wel weg willen géven. Als het maar uit z’n systeem was. Een onafzienbare berg flessen had hem als een zwarte muur dag en nacht achtervolgd en alle levenslust uit hem geperst. Alsof hij zelf een druif in een wijnpers was. ‘Allez, attaque!’ Met een klap zette Régis een schaal met gloeiendhete knoflookworstjes op tafel. ‘Bon ap!’ Hij ging zitten en haalde een grote ui uit zijn broekzak. ‘Voilà! Les légumes! Ik ben een beetje een uienmannetje. Elke dag een ui en je wordt honderd.’ Op de rand van de tafel tikte hij een Opinelmes open en sneed de ui doormidden. Hij nam, alsof het een appel was, een smakkende hap uit de ene helft en stak de andere in Harolds richting. ‘Jij ook?’ Later zaten ze in het donker bij het schijnsel van de nagloeiende barbecue. De reflectie liet rode lichtpuntjes op de rand van hun glazen fonkelen. Geen details waren meer zichtbaar, alleen maar scherpgerande donkere silhouetten van de bomen, als uitgeknipt uit zwart papier. De hond lag te slapen onder de tafel. De eenzame krekel
24
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 24
19-08-11 11:42
had zijn getjirp gestaakt. De wijn was op en de worstjes ook. Stilzwijgend zaten de mannen naast elkaar. Harold had het gevoel alsof zich in zijn binnenste langzaam een bloem van onbekende herkomst ontvouwde. Hij nam een slok uit zijn glas en verbrak de stilte: ‘Eigenlijk is dit het enige wat telt, Régis. Dit is waar het om gaat. Dat wij hier kunnen zitten, deel uit mogen maken van deze onwaarschijnlijk mooie compleetheid. Daar moeten wij van genieten, elke dag opnieuw...’ ‘Nog een wijntje, dan?’ vroeg Régis en kwam al half overeind uit zijn stoel. Harold schoot in de lach. ‘Non merci, mon ami, het is mooi geweest zo.’ Hij stond op van zijn stoel en liet nog een keer zijn blik over de vallei dwalen. Op dat moment werd er, zonder dat hij zich ervan bewust was, in zijn hart een contract afgesloten: de Vereniging tot behoud van Régis werd opgericht. Harold gaapte en rekte zich uit: ‘Het is laat. Ik ga d’r vandoor.’ ‘Bon,’ zei Régis. ‘Dan geef ik je even een slinger.’
25
MerlotMysterie_133x213_2011.indd 25
19-08-11 11:42