Het larynxcarcinoma
dr. M. Degroote
Larynx of strottenhoofd • Orgaan in de hals betrokken bij – De ademhaling – De bescherming van de luchtpijp – Maken van geluid
• Bestaat uit kraakbeen delen verbonden met pezen en spieren • In de hals opgehangen aan het tongbeen
Achteraanzicht larynx • • • • • • • • • • • • •
1. epiglottis 2. hyoid 3. preepiglottisch ruimte 4. thyroid kraakbeen 5. cricoid kraakbeen 6. arytenoid kraakbeen 7. musculus cricoarytenoideus posterior 8. musculus cricoarytenoideus lateralis 9. trachea 10. ary-epiglottis plooi 11. adamsappel
Vooraanzicht larynx
Anatomie larynx: regio’s
• A=supraglottis • B= glottis • C= subglottis 1. Epiglottis 2. Hyoid 4. Thyroid kraakbeen 5. Cricoid kraakbeen 8. Arythenoid kraakbeen 9. Trachea 12. Stembandplooi 13. Valse stembandplooi
Epidemiologie • -meest voorkomende tumor in hoofd-halsgebied • • • •
-jaarlijks 700 nieuwe gevallen -vooral tussen 50ste en 70ste levensjaar -meer bij mannen ( M:V = 7:1 ) -uitlokkende factoren: vnl roken van sigaretten overmatig alcoholgebruik Virale factoren: humaan papillomavirus Beroepsfactoren: dampen van diesel(bus en tramchauffeurs), metalen en chemicalien, asbest – blootstelling aan radio -actieve straling – Individuele gevoeligheid van de gastheer
– – – –
HPV in de keel: geen onbevlekte ontvangenis •
•
•
•
de kanker die Michael Douglas zich op de hals gehaald heeft. Een tumor die de volgens de acteur meer te maken zou hebben gehad met zijn seksuele gewoontes dan met drank of tabak - al heeft hij dit intussen alweer herroepen. Echt waar? Het is bekend dat roken en alcohol de eerste oorzaken zijn voor kanker in de mond- en keelregio. Het gezondheidsbulletin van Michael Douglas belicht een derde bewezen oorzaak: HPV - dat al met de vinger gewezen wordt voor baarmoederhalskanker. Geen anekdote, want in de Verenigde Staten schat men dat de helft van de keelkankers te wijten zou zijn aan HPV. Ook in Europa blijkt uit een Zweeds onderzoek dat het aantal nieuwe gevallen van amandelkanker dat in verband gebracht kan worden met een HPV-infectie in 30 jaar met een factor 7 gegroeid is. In cijfers uitgedrukt: de incidentie van infecties aan de geslachtsdelen is voor beide geslachten vergelijkbaar, maar infecties door HPV in de mond- en keelholte komen vaker voor bij mannen dan bij vrouwen (de incidentie loopt op tot 10%). En net als voor baarmoederhalskanker is de voornaamste risicofactor het aantal wisselende geslachtspartners.
Premaligne slijmvliesafwijkingen • 1.Leukoplakie -meestal één zijde -wit gekleurd, grillig begrensd -biopsie
Premaligne slijmvliesaandoeningen • 2.chronische hyperplastische laryngitis – Altijd dubbelzijdig – Beide stembanden verdikt en bekleed met bleek,hobbelig slijmvlies – biopsie
Premaligne slijmvliesaandoeningen • 3.solitair hyperkeratotisch papilloom • -meer bij vrouwen • -biopsie
Symptomatologie Afh. van de plaats in de larynx • glottis (66%) 460 patiënten per jaar; één patiënt per huisarts in 19 jaar
• supraglottis (30%) ruim 200 patiënten per jaar; één patiënt per huisarts in 42 jaar
• subglottis (4%)
Glottis • Letsel thv ware stembanden • Duidelijk en snel symptoom: – Geleidelijk toenemende heesheid – Bij uitbreiding: stridor, dyspnoe en dysfagie
Gegevens kankerregistratie glottisca • 60% diagnose in stadium I • 30% diagnose in stadium II • 5jaarsoverleving : gunstig, gemidd 84% – Stadium I: 96% – Stadium II: 80 % – Stadium III-IV: ruim 50%
Larynxcarcinoom :UICC 2002 • T is • T1 –A –B
• T2
carcinoma in situ beperkt tot de stembanden met normale mobiliteit één stemband beide stembanden
uitbreiding over supra of subglottis en/of verminderde stembandmobiliteit • T3 beperkt tot larynx met fixatie stb • T4 uitbreiding buiten larynx
Normale stembanden
Stembandkanker T1a
Stembandkanker T1b
Stembandkanker T3
Supraglottiscarcinoom Geen specifiek klachtenpatroon ,vage slikklachten: In 2/3de van de gevallen :tumor in stadium III of IV . De 5-jaarsoverleving bedraagt gemiddeld ong. 50% • Pijn in de keel die toeneemt bij slikken • Vaak uitstralende pijn naar het oor van de aangetaste zijde • Gevoel ergens tegenaan te slikken • Verhoogde slijmproductie in de keel • Pas in later stadium: – heesheid en stridor – Zich verslikken, hinderlijke hoestbuien na drinken – Knobbel in de hals (lymfekliermeta) soms eerste symptoom naast vage keelklachten
TNM classificatie supraglottis ca • -Tis carcinoma in situ • T1 beperkt tot een subsite vd supraglottis met nle stembandbeweeglijkheid • T2 uitbreiding naar meer dan één subsite of naar glottis, mediale wand s. piriformis of tongbasis, zonder stembandfixatie • T3 beperkt tot de larynx met stembandfixatie en/of infiltratie van pre-epiglottis ruimte, diepe tongbasis of postcricoid gebied • T4 RX uitbreiding buiten larynx (door kraakbeen, weke delen van hals of schildklier of slokdarm)
T1 supraglottis
Subglottis carcinoom • Begint op het ondervlak van de ware stemband of juist onder de voorste commissuur • -vroeg stadium: vage hoestklachten • -laat stadium: – Heesheid door ingroei in een stemband – Stridor en dyspnoe door obstructie van de luchtweg
Lymfogene uitzaaiing • Zelden bij glottisca • Vaker bij subglottisca – Naar prelaryngeale, pre- en paratracheale klieren
• Vaak bij supraglottisca (40%) – Naar klieren langs v.jugularis interna
Hematogene uitzaaiing • Zeer laattijdig en in de minderheid van de gevallen • Voorkeurslokalisaties: – Longen – Skelet
Diagnose • Indirecte laryngoscopie met spiegel • Halspalpatie • Laryngoscopie met flexibele endoscoop (braakreflex) • Stroboscopie: mucosale trillingspatroon • Directe laryngoscopie onder microscopisch zicht met biopsiename • CT larynx: uitbreiding in axiale vlak • MRI larynx: kraakbeeninvasie larynxskelet
Diagnose • Indirecte laryngoscopie: – Ulceratie – Onregelmatige begrenzing – Verminderde stembandmobiliteit
Indirecte laryngscopie
Laryngoscopie met flexibele scoop
Laryngscopie met starre scoop
Directe laryngoscopie
Richtlijnen supraglottiscarcinoom Overwegende - De hoge frequentie van aspecifieke keelklachten en de geringe incidentie van het supraglottiscarcinoom, - De geringe voorspellende waarde van de klachten, - Dat 92% spontaan geneest binnen vier weken, - Dat twee weken uitstel waarschijnlijk niet leidt tot een veel ongunstiger stadium, lijkt de meest redelijke optie: verwijzen naar de KNO-arts als de klachten langer dan zes weken bestaan.
Richtlijnen glottiscarcinoom • Het bij huisartsen geaccepteerde beleid om patiënten met een langer dan drie weken bestaande heesheid voor verdere diagnostiek door te verwijzen, leidt tot een relatief hoog percentage van glottis carcinoom in stadium I en II (respectievelijk 56 en 29%).
Wanneer doorverwijzen? -heesheid die langer dan drie weken bestaat -keelpijn en slikstoornissen die langer dan zes weken bestaan
Hypofarynx • Deel van de tractus digestivus dat ligt – Craniaal tss de plica pharyngo-epiglottica – Caudaal de onderzijde van het cricoid
• • • • •
120 nieuwe gevallen per jaar Vooral mannen ouder dan 60 jaar Overmatig alcoholgebruik en roken 15 tot 40 j na bestraling van benigne afwijking 3 regio’s: sin pir, postcricoidstreek en achterwand
Symptomen hypofarynxca • Cfr supraglottisca • Pijn in de keel bij slikken, uitstralend naar oor • Verhoogde slijmproductie in de keel • Heesheid Late diagnose 60-70% heeft halskliermeta bij eerste onderzoek
Hypofarynxca diagnose • • • •
Indirecte laryngoscopie Halspalpatie CT /MRI Biopsie (directe laryngoscopie)