Huurdersmagazine Stadgenoot Zesde jaargang | december 2013 nummer 4
Overgewaaid uit New York Huren met je beste vrienden
Gaat Aaf klussen… of blijft ze douchen in het donker?
Corporaties en kabinet maken afspraken
‘Het is een akkoord zonder winnaars’
Onveilige kachels en geisers gaan eruit Zo pakken we koolmonoxide aan!
inhoud
mijn Nieuwmarktbuurt
‘De hectiek van de stad geeft me rust’
6
Eendrachtsparkbuurt Geen straat hetzelfde
10
Van de glijbaan Het kantoor als speeltuin bij Q42
11
Aaf gaat klussen Of blijft ze douchen in het donker?
12
Na een jaar door Noorwegen en Frankrijk te hebben getrokken, is Fred Woerden weer neergestreken in Amsterdam. Via Stadgenoot vond hij binnen een maand zijn ‘suite de luxe’, midden in de Nieuwmarktbuurt. ‘Ik hou van die kleine straatjes langs de gracht.’ Tekst Yvonne Polman | Fotografie Hans vd Vliet
Sluipmoordenaar Onze strijd tegen koolmonoxide
1 Zandstraat ‘Mijn studio is niet groot, maar ik ben er zeer tevreden mee. Het is knus en heeft alles wat ik kan wensen. Wat ik het leukste vind aan mijn woning? De locatie! Ik woon pal tegenover de Zuiderkerk en kan vanuit mijn woonkamer daar naar binnen kijken. Dat is toch heel bijzonder? Ik heb niet lang hoeven zoeken, een maand nadat ik terug was van mijn reis door Noorwegen, kreeg ik deze studio. Ik vind het een lot uit de loterij.’
16
Stadgenoot 2.0 Zo zijn we klaar voor de toekomst
20
Woonakkoord ‘Dit is de best mogelijke deal’
23
Friends-contract Met je vrienden een huis huren
2 Groentekraam op de Nieuwmarkt ‘Het is iets duurder dan bij Albert Heijn, maar omdat de verkopers achter de kraam zo ontzettend vriendelijk zijn, koop ik hier mijn groenten en fruit. We maken meestal een gezellig praatje met elkaar en Robin, mijn Mechelse herder, krijgt altijd een koekje. Daarnaast hebben ze gewoon heel goede spullen.’
nieuwe rood-groen
woord vooraf
Friends Het was één van de populairste televisieseries uit de jaren 90: Friends. In deze Amerikaanse sitcom deelden een paar vrienden een appartement in New York. Ook al wist ik natuurlijk dat het een serie en dus fictie was, was ik toch altijd een beetje jaloers op Rachel en Monica. Niet alleen omdat zij - in de latere seizoenen - flitsende beroepen hadden (respectievelijk inkoper bij modelabel Ralph Lauren en chef-kok) en er altijd goed uit zagen (‘The Rachel’ werd zelfs een beroemd kapsel dat vrouwen over de hele wereld zich lieten aanmeten). Maar vooral omdat de twee beste vriendinnen gezellig samen een vrij riant appartement hadden, en dan ook nog in een wereldstad als New York. In die tijd was ik een student die met een paar jaar inschrijving op WoningNet zat te wachten tot ik eindelijk
30
Onze bedrijfskleding Zwart is het
aan de beurt zou zijn voor een één- of tweekamerappartmentje in Amsterdam. Als ik graag met een vriendin zou willen samenwonen, moest ik wachten op een groter appartement – wat nog langer zou duren – of huren in de vrije sector, wat ik me simpelweg niet kon veroorloven. En dus kon ‘Friends’ voor mij geen realiteit worden. Maar wat een geluk hebben jongeren die nu graag met één of meerdere vriend(en) in één huis willen gaan wonen! Stadgenoot heeft namelijk het Friends-contract gelanceerd. Met dit huurcontract kunnen vrienden samen een appartement in Amsterdam huren. Zo deel je de kosten en wordt een vrijesectorhuurwoning ineens wél betaalbaar. Hoe het is om met een paar vrienden in één huis te wonen lees je op pagina 23.
3 De kleine kronkelstraatjes in de buurt ‘Ik hou van deze buurt met zijn kleine straatjes langs de gracht. De Rechtboomsloot en Kromboomsloot, bijvoorbeeld. Ik vind het leuk om daar te wandelen. Soms kan het er op de Nieuwmarkt hectisch aan toe gaan, je zit immers midden in het centrum. Maar dat vind ik wel prettig. De levendigheid van de stad geeft me rust.’
Dit is overigens de laatste Stadleven onder mijn eindredactie. Na drie jaar ga ik Stadgenoot verlaten. In het nieuwe jaar ga ik mij richten op mijn werk als freelance journalist en eindredacteur. Ik zal mijn collega’s en vooral het maken van Stadleven wel gaan missen. Want een blad maken is het leukste wat er is en Stadleven is een beetje mijn kindje geworden. Maar als je kind groot is, moet je het loslaten. En ik weet: zij is in goede handen. Gooien jullie haar dan ook niet zomaar in de kattenbak?
4 Eetcafé Van Beeren ‘Ik ga niet zo vaak uit eten, maar Van Beeren in de Koningstraat is mijn favoriet. Het lijkt op een bruin café en het is er lekker ongedwongen en Bourgondisch. En de bediening is altijd vrolijk en vriendelijk, wat ik een groot pluspunt vind in Amsterdam.’
5 Oosterdok
5
‘Vroeger woonde ik op een schip in het Oosterdok. Geweldig was dat. Vanuit het water hadden we prachtig uitzicht en er was de hele dag zon. Het Oosterdok staat bij mij op nummer één. Ik vind het een heel bijzondere plek, het is net een dorpje op het water. Het is nog niet aangeharkt zoals de rest van de stad, en een beetje een zooitje. Maar dat maakt het juist zo leuk.’ Wilt u ook vertellen over uw buurt? Mail naar
[email protected]
Helene van Santen, Eindredacteur Stadleven 2
4 3
Reageren? Mail naar
[email protected]
©Google Fotografie Hans van der Vliet
2
Stadleven 4 | 2013
Stadgenoot
3
kort nieuws
kort nieuws
Potje voetbal met huismeesters
Eerste zonnepanelen zijn geplaatst
Het was het officiële einde van een goed jaar renoveren van de Keesmanblokken in Bos en Lommer. En dus reden voor een feestje. Alle woningen aan de Solebaystraat en de Kijkduinstraat werden het afgelopen jaar comfortabeler en energiezuiniger gemaakt. Zo werden isolatieglas en CV geplaatst, werd asbest verwijderd en werden ramen en deuren vernieuwd. Op woensdag 23 oktober waren er daarom toespraken, bloemen voor de actieve bewonerscommissie, hapjes en drankjes om te vieren dat de werkzaamheden zijn afgerond. Bewoners en genodigden konden zich tegoed doen aan suikerspinnen en patat en de kinderen speelden een potje voetbal met de huismeesters. De buurtbewoners maakten ook een kunstwerk van houten plaatjes die beschilderd werden en samen een tegeltableau vormden. Dat kunstwerk is bij het peuterzwembadje in de buurt geplaatst.
Stadgenoot maakt zich sterk voor het terugdringen van energieverbruik en de inzet van meer duurzame energie. Sinds dit jaar worden zonnepanelen aangeboden aan huurders van eengezinswoningen. ‘De prijzen van de panelen zijn de laatste jaren aanzienlijk gedaald. Daardoor is het voor huurders ook interessant geworden’, zegt adviseur Robert Scheers. ‘Steeds meer huurders horen via vrienden of familie dat zonnepanelen in Nederland echt goed werken en voordelig schone stroom opwekken.’ Huren zonnepanelen Huurders hoeven de panelen niet te kopen. Huren kan ook. Stadgenoot doet de investering en zorgt voor de plaatsing. De servicekosten stijgen dan met € 17, maar huurders verdienen per maand ook weer zo’n € 23 à € 24 op hun energiekosten terug (de stroom is meteen al minimaal 25 procent goedkoper). Inmiddels zijn de eerste systemen geplaatst en de huurders zijn tevreden. ‘We willen dit jaar nog veel meer woningen van zonnepanelen voorzien’, zegt Robert Scheers. ‘Het is een olievlek. Het zal zich langzaam over de stad verspreiden.’ Eigen stroom Christien Visch wilde al heel lang zonnepanelen. Zij belde naar Stadgenoot en hoorde van het project. ‘Ik wil graag iets doen voor een betere toekomst van onze aarde. De politiek heeft er de mond van vol, maar ik vind ze veel te laks. Dus wat je zelf kunt doen, moet je zelf doen. Ik kreeg een erfenis en die heb ik voor een deel hierin geïnvesteerd. Het ging allemaal heel vlot. Een dag na mijn telefoongesprek stond ik al met iemand op het dak. Het voelt echt goed dat ik nu het milieu niet extra belast als ik een lampje extra aandoe. Ik kan dat rustig doen met mijn zelf opgewekte stroom. Ja, het metertje slaat al vaak de goede kant uit.’
Scan de QR-code of bekijk de installatie en het verhaal van mevrouw Visch op: www.youtube.com/watch?v=Qcf0LvKgc0Y
VBA neemt technisch beheer over Per 1 januari draagt Stadgenoot het technisch beheer van complexen met een Vereniging van Eigenaren (VvE) over aan VvE Beheer Amsterdam (VBA). Voor huurders die wonen in een gebouw met een VvE verandert er niets. U blijft gewoon Stadgenoot bellen als er iets is. Stadgenoot blijft als eigenaar van het complex ook gewoon meepraten in de Vereniging van Eigenaren. ‘Alleen het beheer van het gebouw doet Stadgenoot niet meer zelf’, zegt communicatieadviseur Arda Gillissen. ‘In het verleden waren we opdrachtgever en opdrachtnemer voor onderhoud tegelijk. Deze nieuwe constructie is veel zuiverder.’ Door de toegenomen verkoop van woningen is Stadgenoot inmiddels lid van zo’n 375 VvE’s.
4
Stadleven 4 | 2013
Wilma Borgt @socialepionier twitterde: Armoede bij huurders neemt toe, mooi dat #stadgenoot n team inzet om ontruimingen te voorkomen #parool Volg ons ook op Twitter: @stadgenoot Of ‘like’ onze Facebookpagina:
www.facebook.com/stadgenoot
Schrijf in… en win Met je straat energie besparen Het HIER Klimaatstraatfeest is de grootste energiebesparingswedstrijd van Nederland. Duizenden straten doen mee en strijden om één van de tien gezellige straatfeesten. U kunt hieraan meedoen door u met de hele straat in te schrijven. U bedenkt dan samen zoveel mogelijk duurzame, energiebesparende maatregelen en voert deze ook samen uit. Draai LED-lampen in de verlichting, ga met elkaar tochtstrips plakken of organiseer een energieborrel. Wat dat is? Dat mag u zelf bedenken. Door je met elkaar in te zetten voor energiebesparing kunt u al gauw een leuk geldbedrag besparen op uw energierekening. Bovendien werkt u mee aan een betere toekomst. Het HIER Klimaatstraatfeest start op 3 januari. In twee rondes wordt bepaald welke tien straten overblijven. Hoe meer buren er in een straat aansluiten en hoe meer acties een straat doet, hoe meer klimaatpunten u verdient en hoe groter de kans dat uw straat wordt beloond met één van de tien straatfeesten.
Inschrijven kan via de website
www.klimaatstraatfeest.nl
Huren met korting Amsterdammers met een middeninkomen die wonen in een sociale huurwoning, blijven bij gebrek aan aantrekkelijke doorstroommogelijkheden vaak zitten waar ze zitten. Doorstromen binnen de sociale sector lukt vaak niet en de vrije sector is te duur. Maar nu is er: flexibel huren. ‘De komende drie jaar bieden Stadgenoot, Eigen Haard en Ymere maximaal duizend betaalbare vrijesectorhuurwoningen met korting aan aan doorstromers met een middeninkomen tussen de € 29.900 en € 43.784 per maand’, zegt communicatieadviseur Arda Gillissen. ‘De woningen worden verdeeld in drie huurcategorieën. De korting is vervolgens gekoppeld aan het inkomen en kan elk jaar worden verminderd als het huishoudinkomen is gestegen en een volgende categorie heeft bereikt. De huurprijs groeit dus mee met het inkomen. Andersom, dus bij inkomensterugval, kan de huurprijs ook worden aangepast.’ De pilot beperkt zich tot Amsterdam en gaat over huurprijzen (inclusief korting) tussen de € 574,- en € 930,-. Om voor zo’n woning in aanmerking te komen moet je een sociale woning in de regio Amsterdam achterlaten. Er worden alleen woningen in Amsterdam aangeboden. U vindt de woningen op www.rooftrack.nl
Stadgenoot
5
buurt in beeld
buurt in beeld
The best of the west ‘Hé, hij is uit de steigers.’ Blij verrast loopt ontwikkelingsmanager Yorick Meefout de straat in die uitkomt bij de Hasselaerhof, één van de schaarse nieuwbouwprojecten die Stadgenoot nog uitvoert. Vorige week was het nog niet zo ver, maar nu zie je de contouren van een prachtig wooncomplex. ‘Het is het sluitstuk van de stadsvernieuwing in de Eendrachtsparkbuurt.’ Tekst Gijs Coffeng | Fotografie Hans van der Vliet ‘Variety is the spice of life’, zeggen de Engelsen. Dat geldt zeker voor deze fonkelnieuwe wijk. Een gevarieerd woonaanbod, geen straat die er hetzelfde uitziet, fraaie gebouwen en mensen met de meest uiteenlopende achtergronden. We zijn in Geuzenveld. Een buurt die ik ken van het rijexamen, lang geleden. Toen stonden hier portiekflats, zoals in veel buitenwijken van Nederlandse steden. Maar die zijn sinds de stadsvernieuwing hier begon, langzaam aan het verdwijnen. ‘Dit is echt een woonwijk’, zegt gebiedsbeheerder Marieke Koenes. ‘Voor kinderen gebeurt hier best veel. Je hebt hier alle basisfaciliteiten, scholen, bibliotheek, veel sportverenigingen en een winkelcentrum. En voor theater of speciale winkels is Osdorp vlakbij.’
Samen naar ‘t Koggeschip Het is woensdagmiddag 12.00 uur. Bij basisschool 't Koggeschip wacht Chantal Effting met haar jongste dochter Kira (2,5 jaar) op haar andere dochter Nikki (7). Op het drukke plein voor de school is ze één van de weinige blanke moeders. 'Wij hebben hier in 2006 een huis gekocht', zegt ze. 'Schuin tegenover de school. We hebben bewust voor dit huis en deze buurt gekozen, dus dan weet je dat de school een afspiegeling is van die buurt. Natuurlijk ben ik gaan kijken, waarom niet? Ik had meteen een positief gevoel, werd er heel blij van. Met een aantal ouders zijn we het initiatief 'Samen naar 't Koggeschip' gestart. We vinden het belangrijk dat onze kinderen in de buurt naar school gaan. We hopen meer
ouders enthousiast te maken voor deze brede school. Daarom organiseren we af en toe een leuke activiteit. In het voorjaar hadden we hier een theatervoorstelling met Lejo van Sesamstraat. Dat was een groot succes. Daardoor weet ik nu zeker dat ook mijn jongste dochter straks in een gemengde klas komt.' Dochter Nikki is inmiddels naar buiten gekomen, maar gaat ook meteen weer naar binnen. 'Ik ga naar atletiek', zegt ze. 'Met al mijn vriendinnen.' Op 't Koggeschip is er extra veel aandacht voor sport en bewegen. Ook na school. En de kantine heeft uitsluitend gezond eten. 'We krijgen vaak pasta of soep', zegt Nikki.
Ander niveau Wij lopen verder naar Hasselaerhof, het nieuwbouwproject dat begin volgend jaar moet worden opgeleverd. Een mix van socialehuur-, vrijesector- en koopwoningen in een ontwerp van de beroemde Spaanse architect Joan Busquets. ‘Van meet af aan is ons doel hier geweest om kwaliteit neer te zetten. Deze buurt willen we echt naar een ander niveau tillen’, zegt Yorick Meefout. Dat lukt bijzonder goed. Het ene gebouw is hier nog mooier dan het andere. De grens van de Eendrachtsparkbuurt wordt bijvoorbeeld gemarkeerd door Parkrand, een monumentaal complex met drie imposante doorgangen naar het Eendrachtspark. Daarnaast staat het elegante De Zilverling. ‘Hasselaerhof is een sleutelproject voor de doorstroming in deze buurt’, zegt Yorick. ‘We bieden grotere sociale huurwoningen aan, meer vrijesectorhuur. De >
‘We vinden het belangrijk dat onze kinderen in de buurt naar school gaan’
6
Stadleven 4 | 2013
Stadgenoot
7
buurt in beeld
buurt in beeld
‘We hebben samen de verantwoordelijkheid voor een prettige woonsfeer’ middengroepen komen hier ook aan hun trekken.’ Aan een picknicktafel bij het speeltuintje zitten Marokkaanse moeders te praten. Hun kinderen hangen in de klimrekken. ‘Straks komt hier naast de speeltuin nog een park’, zegt Marieke. Dan houd je dat weidse uitzicht.’ Yorick vult aan: ‘Bij de vernieuwing is gekozen voor meer woningen in een complex, waardoor er meer ruimte is voor groen.’
heb Surinaamse vrienden, Somalische, Indonesische en Soedanese.’ Voor hij in 2011 in De Zilverling kwam wonen, woonde het gezin in de Nolenstraat. ‘Steeds weer ging de vernieuwing daar niet door’, zegt hij. ‘Ik baalde ervan. Het huis was echt een bouwval. Toen we dit huis plotseling kregen aangeboden, hebben we meteen getekend. We waren één van de eerste huurders.’
Oog voor elkaar
VoorUit!
Hakan Sahin woont met zijn vrouw en zijn zonen Can en Eren in De Zilverling. Vanaf de negende verdieping heeft hij uitzicht over de buurt waar hij opgroeide. ‘Het is hier ’s avonds echt prachtig, met alle lichtjes.’ Hakan is één van de vier huurders die zich heeft opgegeven voor de nieuwe bewonerscommissie van De Zilverling. Hij zegt: ‘Ik vind een goede woonsfeer heel belangrijk. Niet alleen voor mezelf, maar vooral voor mijn jongens. Die moeten hier opgroeien. We hebben samen de verantwoordelijkheid voor een prettige woonsfeer. Daar hoort ook bij dat je elkaar durft aan te spreken. Mijn jongens mogen best in de hal beneden spelen, maar niet fietsen of voetballen.’ ‘En rustig spelen’, vult Can aan. ‘Zodat de buren er geen last van hebben.’ Een prettige woonsfeer gaat voor Hakan verder dan alleen De Zilverling. ‘Het gaat om de hele omgeving. Mijn jongens vinden het wel eens raar dat ik iedereen gedag zeg. Dan zeg ik: je komt elkaar in de hele wijk tegen. Op de markt, op straat. Als je oog hebt voor elkaar, herken je de mensen. Dan heb je contact. Ik
Vanaf De Zilverling lopen we een stukje verder naar de Bakemabuurt. Een paar hoeken om en de sfeer is compleet anders. Geen ruime opzet, geen variatie. Hier zit je in de portiekflatsfeer van de jaren 60. ‘Als we klaar zijn in de Eendrachtsparkbuurt willen we hier aan de gang’, zegt Marieke. We zijn onderweg naar het buurthuis van het VoorUit Project, een uniek initiatief waarbij universitaire studenten huisvesting krijgen in de wijk, in ruil voor het verrichten van minstens tien uur aan maatschappelijke activiteiten in diezelfde wijk. Naast Geuzenveld is het VoorUit Project in nog zes andere wijken in West en Nieuw-West actief. In het buurthuis organiseren de studenten activiteiten voor de kinderen uit de buurt. Marieke: ‘Stadgenoot ondersteunt dit initiatief omdat het bijdraagt aan de leefbaarheid in deze buurt. Nu de meeste woningen tijdelijk worden verhuurd, staat de leefbaarheid onder druk. Wij doen dan graag wat extra’s om de leefbaarheid op peil te houden.’ In het buurthuis staat een oude bank, een tafelvoetbalspel, er hangen tekenin-
8
Stadleven 4 | 2013
gen aan de muur. Hannah Kooke is tweedejaars studente sociologie en wijkcoördinator van VoorUit in Geuzenveld. Ze woont om de hoek. ‘We bedenken die activiteiten zelf, vanuit onze eigen interesse en de behoefte van de buurt. We bieden elke dag verschillende activiteiten aan. Zo hebben we een thema Gouden Eeuw behandeld, waarbij we met de kinderen in het centrum een educatieve stadswandeling hebben gemaakt en het oude weeshuis uit de Gouden Eeuw hebben ontdekt. Ze vonden het hartstikke leuk. Maar soms gaan we ook koken, of hiphopdansen of dan komt er iemand iets vertellen over zijn beroep.’ ‘Maar het leukste is de meidenclub’, zeggen Sabrina (6), Lina (8), Aya (7) en Kaoutar (9). Zij zijn speciaal gekomen voor ‘het interview’. Ze zitten netjes op een rij, noemen mij ook ‘meester’ en vertellen wat ze allemaal doen bij VoorUit. Een droomhuis maken, een makeover, een pyjamaparty. Hannah zegt: ‘We bieden ze een perspectief om zich te ontplooien, om te ontdekken wat ze leuk vinden.’ Wat ze leuk vinden? Een foto maken voor Stadleven. ‘Komen wij daar in?’, vraagt Kaoutar, als ik haar een exemplaar van Stadleven laat zien. Even later staan ze allemaal om Hannah heen. De een poseert nog mooier dan de ander. Daarna is het interview klaar, steken ze de straat over en verdwijnen in hun portiek. Ik probeer me voor te stellen hoe het er hier uit zal zien als de stadsvernieuwing ook de Bakemabuurt heeft aangedaan. www.vooruitproject.nl Stadgenoot
9
de ondernemer
column
Aaf Brandt Corstius
Chris Waalberg, programmeur en mede-eigenaar Q42: ‘We zijn een technisch innovatief internetbureau, maar noemen onszelf gewoon nerds. We houden namelijk heel erg van goed programmeren. De naam Q42 komt uit het hilarische boek The Hitchhiker’s Guide to the Galaxy, waarin het getal 42 het antwoord is op alle universele levensvragen. De letter Q is er door onszelf aan toegevoegd en staat voor Question. Q42 bestaat sinds 2000. Toen ik er in 2005 bij kwam, waren we nog met z’n zevenen. Heel bescheiden. We namen ons destijds voor om niet uit te breiden, maar inmiddels werken hier toch alweer vijftig mensen. Een algemeen directeur, een officemanager en 48 programmeurs. Tsja, als je mensen tegenkomt met hetzelfde DNA, dan kun je die niet laten lopen. De wereld van het internet wordt steeds groter en daarmee groeit ook ons vakgebied. Ooit begonnen we met het maken van websites, vervolgens kwamen daar webapplicaties en mobiele apps bij. En tegenwoordig werken we zelfs aan smart devices, samen met Philips. Sinds dit jaar hebben we dit fantastische pand in Amsterdam erbij. Ons andere pand staat in Den Haag. Zelf werk ik een aantal dagen per week in Den Haag en de overige dagen in Amsterdam. Het grootste verschil met ons andere pand is dat hier mensen makkelijker binnenlopen. We hebben veel meer contact met onze concullega’s. Dit pand is perfect voor ons, met schitterend uitzicht op het IJ en een mooie lichtinval. Het was liefde op het eerste gezicht. Toen we voor het eerst vanaf de begane grond naar de open eerste verdieping keken, riepen we meteen: ‘Daar moet een glijbaan komen!’ En die kwam er. Het is één grote ruimte. Transparant. Die openheid hebben we het liefst. Q’ers kunnen altijd bij elkaar aankloppen. De Oostelijke Handelskade is een fijne buurt. We zitten tegenover een basisschool. Regelmatig staan hier kinderen aan het raam geplakt en met open mond te staren naar de glijbaan. Zelf vind ik het ook nog iedere dag een feest om hier te werken. Work hard, play hard is ons motto. Natuurlijk moet er geld worden verdiend, maar het naar je zin hebben is minstens zo belangrijk!’ www.Q42.nl
(1975) is columniste en schrijfster. In
‘Het was liefde op het eerste gezicht’
Stadleven 4 | 2013
ze over haar leven in de stad.
Klus
Tekst Wendy Dekker | Fotografie Wout Jan Balhuizen
10
haar vaste column in Stadleven schrijft
Het ligt in de natuur van de mens, vermoed ik, om te wachten tot een ander het peertje vervangt. Het kapotte peertje in de wc of op de gang, best een essentieel lampje, maar toch: je hebt er gewoon geen zin in. Het verst dat ik deze luiheid heb laten komen, was in een van mijn eerste huizen in Amsterdam, een huurhuis dat ik deelde met een vriendin. Zij had een kamer, ik had een kamer, en samen deelden wij de keuken en badkamer. Het was, zoals dat heet, een HAT-eenheid: Huisvesting Alleenstaanden en Tweepersoonshuishoudens. Wij waren zowel alleenstaand als twee personen, dus dat trof. In onze HAT-badkamer zat geen lamp. In het kader van de zelfredzaamheid, de participatiemaatschappij (die toen nog niet bestond), de doe-dát-nou-maar-gewoon-even-zelf had de woningbouwvereniging er wel een aansluiting voor een lamp gemaakt, maar geen lamp opgehangen. En daar zat hem het probleem. Want wij waren beiden te onhandig, maar ook vooral te lui, om zelf een lamp op te hangen. Een beetje bangig ook, om het verkeerd te doen, want ik werkte in die tijd op de lampenafdeling van de Bijenkorf, dus ik wist: een badkamerlamp moet aan allerlei eisen voldoen. Hij mag, bijvoorbeeld, geen vocht doorlaten. Voor iemand die op een lampenafdeling werkte, kon ik het zelf opmerkelijk goed stellen zonder verlichting. Als een van ons ging douchen, deden we het licht op de gang aan. Dat scheen vaagjes door het bovenraampje van de badkamerdeur. Vaagjes genoeg om wat verlichting in de badkamer te ervaren. Als we onszelf echt in de spiegel moesten bekijken, deden we dat in onze eigen kamers, of op de wc. Tandenpoetsen ging in het duister ook wel. Hetzelfde was er met de kapstok aan de hand: die hadden we wel opgehangen, maar die was een dag later met een denderende vaart weer naar beneden gevallen. Iets met slappe pluggen en boorgaten die scheef waren. Dat project lieten we ook maar zitten, dus hadden we een gang zonder kapstok en een badkamer met ganglicht. Toen ik uit de HAT-eenheid trok en er een andere A bij mijn huisgenoot kwam wonen, werd alles in een middag verholpen door de vader van de huisgenoot. Hij boorde twee gaten in de muur en hing een kapstok op. Hij kocht een bollamp bij de Praxis en bevestigde die aan het plafond van de badkamer. Langer dan drie uur was hij hier niet mee bezig. Terwijl wij toch minstens drie jaar in het duister gedoucht hadden. De moraal van dit verhaal is: doe die klus gewoon. Het duurt maar even. En vraag anders een vader. Die vindt dat nog leuk ook. Stadgenoot
11
reportage
reportage
‘Koolmonoxide is een sluipmoordenaar’ ‘We beginnen al vroeger met werken, maar we bellen pas om acht uur bij de mensen aan. Wel zo prettig voor ze.’ Verwarmingsmonteur Kevin en zijn collega’s zijn in Bos en Lommer een gaskachel en geiser aan het vervangen door een cv-installatie. De klus is onderdeel van een project waarbij dit in totaal bij 3.500 woningen gebeurt. Stadleven kijkt een dagje over hun schouders mee. Tekst Erwin Rooyakkers | Fotografie Wout Jan Balhuizen
‘Nu wel oppassen dat we niet veel langer gaan douchen’ Om half negen staan de fotograaf en ik voor de half openstaande deur van het huisje aan het Leeuwendalerpad. Op de stoep liggen wat materialen - gereedschap, verwarmingsbuizen. We horen het geluid van een steenboor en zien door het matglas de contouren van een monteur. Als het boren even stopt, kloppen we aan. De monteur doet de deur verder open en stelt zich met een gehandschoende hand aan ons voor. ‘Kom verder. Ondertussen ga ik wel even door.’ Het gangetje dat we doorlopen, staat vol gereedschap en er vormt zich een heel dun laagje wit stof op het afdekmateriaal dat de vloer bedekt. De bewoners, Loes en Guido, hebben zich verschanst op hun bank in de woonkamer. De twee vliegtuigstoelen die normaal tegen het raam staan, zijn er vanaf geschoven en raken nu 12
Stadleven 4 | 2013
bijna de bank. Onder het tafeltje tegen de muur liggen tientallen verbindingsstukken, beugels en ander materiaal voor de leidingen. ‘Iets drinken?’, vraagt Loes. ‘Vraag alleen geen koffie of thee, want we zitten een dag zonder water.’
Geen koolmonoxidevergiftiging meer Nog zo’n 3.500 woningen van Stadgenoot hebben een zogenaamd open verbrandingstoestel, zoals een gaskachel of geiser. Daar gebeuren nog steeds dodelijke ongelukken mee. Alleen al in Amsterdam sterven gemiddeld zes mensen per jaar door koolmonoxidevergiftiging. ‘Koolmonoxide is een sluipmoordenaar’, zegt Pim de Ruiter, woordvoerder van Stadgenoot. ‘Je ruikt het niet. Maar als een woning niet goed wordt geventileerd, kan je erdoor buiten bewustzijn
raken en overlijden. Je brengt bovendien je buren in gevaar, want het gas kan ook in hun woning komen. Dat risico willen we niet meer lopen. Veiligheid boven alles.’ Dat is waarom Stadgenoot alle circa 3.500 open verbrandingstoestellen aan het vervangen is door veilige cvinstallaties. ‘Die bovendien ook veel zuiniger in het gebruik zijn’, vult Pim aan. ‘Al eerder hebben we onze huurders aangeboden om hun toestel te vervangen. Dat was nog op vrijwillige basis. Nu bieden we die keus niet meer. We vervangen álle open verbrandingstoestellen. We willen het risico op nog meer doden niet meer lopen.’
Niet warm te krijgen Kevin is in de keuken aan het werk. De geiser die er hing, heeft hij al weggehaald. Hij is nu de >
beugels aan het monteren, waaraan de nieuwe HR-ketel komt te hangen. (HR staat voor hoog rendement.) Nog even wat meten, buiten een beugel op maat zagen met een slijptol, gaatjes in de muur boren, pluggen erin, de beugels vastschroeven en de ketel kan eraan. ‘Een stuk kleiner dan ik verwachtte’, reageert Loes. Inmiddels is het tijd voor een boterham, vindt Kevin. Zijn collega’s onderbreken hun werk ook. De een is bezig met het vastschroeven van een radiator onder het raam in de woonkamer. De ander is gaten in de muren aan het boren, waar straks de leidingen doorheengaan. Er valt een klein stukje stucwerk naar beneden. ‘Dat kan je niet altijd voorkomen’, vertelt Kevin. ‘Maar er komt een rozet overheen. Zie je de beschadiging dan nog, dan smeren we dat af. We laten de
boel natuurlijk wel netjes achter.’ Het geeft even een rommel, maar Guido en Loes zijn erg blij dat ze een cv-installatie krijgen. ‘Ik sprong een gat in de lucht, toen ik de brief kreeg’, zegt Loes. ‘In de winter is het hier niet warm te krijgen. Als we thuiskomen gaan we eerst een tijdje boven de kachel hangen. En ’s winters de was drogen? Die hangen we zo hoog mogelijk, aan de gordijnroedes voor het raam. Warmte stijgt immers op. Na een tijdje zijn de kleren aan de bovenkant droog en aan de onderkant nog vochtig. Dan draai ik ze om.’
Niet onderhandelen over veiligheid Niet alle huurders die een cv-installatie krijgen, zijn zo enthousiast. Ook al neemt Stadgenoot de helft van de kosten voor zijn rekening, er
staat wel een huurverhoging van twintig tot veertig euro tegenover. ‘Die overigens voor het grootste deel gecompenseerd wordt als iemand huurtoeslag ontvangt’, zegt Pim. ‘Op zich begrijp ik die weerstand, mensen houden dingen nou eenmaal het liefst bij het oude. En een huurverhoging heeft natuurlijk niemand graag. Maar over veiligheid valt niet te onderhandelen.’ Hij vergelijkt het met de helm voor brommerrijders. ‘Toen die nog niet verplicht was, reden veel mensen zonder helm. Ook al wisten ze dat rijden met een helm veiliger is. En toen dat wel verplicht werd, moesten ze de helm zelf aanschaffen. Die werd niet betaald door Veilig Verkeer Nederland.’ En waarom mogen huurders dan niet zelf hun kachel vervangen door een cv-installatie? ‘Dat > Stadgenoot
13
reportage
klantenservice
De doe-het-zelf top 6 De Klantenservice van Stadgenoot behandelt jaarlijks 250.000 telefoontjes van huurders. Vaak kunnen wij snel uw woonprobleem oplossen. Maar soms is de Klantenservice niet het juiste adres of kunt u heel eenvoudig zelf een probleem te lijf gaan. Hieronder staan zes veel voorkomende meldingen waarop u zelf actie kunt ondernemen.
‘3.500 onveilige kachels en geisers gaan eruit’ is in het verleden geregeld gebeurd. Maar we hebben daarbij te vaak gezien dat de installatie onveilig werd aangelegd. De monteurs die wij inschakelen zijn professionals die hun vak verstaan. Zij doen het goed, en goedkoper dan wanneer een particulier een monteur inhuurt.’ Heeft een huurder trouwens al een cv-installatie laten aanleggen, dan controleert Stadgenoot of die aan alle veiligheidseisen voldoet. ‘Als dat zo is, mag die blijven zitten. Zo niet, dan plaatsen wij alsnog een nieuwe.’
Een veel krachtiger straal De pauze zit erop en Kevin en zijn collega’s gaan verder waar ze gebleven waren. Er moeten beugels aan de muren worden bevestigd, leidingen gebogen en materiaal worden uitgelopen. Dat 14
Stadleven 4 | 2013
laatste is vaktaal. ‘We leggen dan al het materiaal dat we nodig hebben om de leidingen aan te leggen alvast op de juiste plek op de grond’, legt Kevin uit. ‘Koppelingen, T-stukken...’ Als al het voorwerk af is, zijn de vakmannen toch al gauw een paar uurtjes bezig. Daarna gaan de leidingen door de gaten in de muren. Kevins collega schroeft ze vast in de beugels die hij eerder aan de muur heeft bevestigd. Alles is van tevoren goed opgemeten, dus het werk verloopt vlot. ‘Nu kost het nog wat tijd om alle leidingen vast te zetten en ze te verbinden met de ketel en de radiatoren’, licht Kevin toe. Tegen drieën zijn de radiatoren gevuld en begint het opruimen. Loes en Guido kunnen niet wachten om de douche te proberen. Guido: ‘Met een geiser is de temperatuur van het water prima, alleen is de
straal nogal armoedig. Als het goed is, hebben we nu een veel krachtiger straal.’ ‘Nu wel oppassen dat we niet veel langer gaan douchen’, valt Loes bij. ‘Anders schiet de waterrekening alsnog omhoog.’ Eind 2014 moeten alle open verbrandingstoestellen in woningen van Stadgenoot vervangen zijn. ‘Op dit moment zijn wij met ons vieren’, zegt Kevin. ‘We doen een woning per dag. Maar binnenkort gaan ook andere collega’s voor dit project aan de slag en doen we er acht per dag.’ Pim, van Stadgenoot, laat tot slot nog weten dat ook andere woningcorporaties, uit het hele land, belangstelling hebben voor het project. ‘Als wij dit goed doen, zullen velen ons voorbeeld volgen. Ik hoop dat koolmonoxidevergiftiging heel snel tot het verleden behoort.’
Mijn rookmelder blijft piepen
Mijn gootsteen zit verstopt
Mijn cv-ketel slaat niet aan
Uw rookmelder detecteert rookontwikkeling in uw woning en waarschuwt voor brandgevaar. Soms begint de melder met tussenpozen van enkele minuten uit zichzelf te piepen. Dit geluid is minder indringend dan wanneer er daadwerkelijk iets aan de hand is. Wat moet u doen? Er zijn twee typen rookmelders bij bewoners geïnstalleerd: de één is aangesloten op het lichtnet, de ander werkt op batterijen. Van de lichtnet-rookmelder heeft u er waarschijnlijk twee in uw woning. Als deze zonder aanleiding begint te piepen, meldt u dit bij de Klantenservice van Stadgenoot. Wij sturen dan een elektricien. Bij de rookmelder die op batterijen werkt, vervangt u zelf de batterijen als de melder zonder aanleiding piept. Hiervoor stuurt Stadgenoot geen monteur.
Bent u via Stadgenoot verzekerd voor rioolontstopping, dan kunt u voor iedere vorm van verstopping (gootsteen, toilet, doucheputje of wasmachineafvoer) zelf bellen met de Amsterdamse Ontstoppings- en Reinigingscentrale. Dit geldt ook als u een verstopte regenpijp hebt of een verstopte dakgoot (als u een eengezinswoning hebt). Telefoon: 020 - 631 13 31.
Voor ieder probleem dat te maken heeft met uw cv, of dit nu de ketel zelf is, een leiding, een radiator(knop) of de thermostaat, belt u rechtstreeks met het bedrijf dat bij Stadgenoot op uw adres een onderhoudscontract heeft. Dat u zelf belt, wil niet zeggen dat u de rekening zelf betaalt. U belt rechtstreeks om meteen een afspraak met een monteur te kunnen maken. U vindt dit nummer op de cv-ketel. Vindt u het nummer hier niet, vraag het dan na bij de Klantenservice.
Mijn mechanische ventilatie doet het niet
Hebt u mechanische ventilatie in uw woning en constateert u hiermee een probleem? Bel dan rechtstreeks naar het bedrijf waar Stadgenoot op uw adres een onderhoudscontract mee heeft afgesloten. Als u het telefoonnummer niet (meer) weet, kunt u dit navragen bij de Klantenservice.
Ik heb last van ongedierte
Als u last hebt van ongedierte in uw woning, kunt u in bepaalde gevallen onze hulp inroepen. Het is dan wel belangrijk dat u weet wat voor beestjes er in de woning zijn. Voor bijvoorbeeld muizen, zilvervisjes, pissebedden en mieren kunnen wij niemand sturen. Bij de drogist kunt u verschillende middelen kopen om dit ongedierte te bestrijden. Als het u niet lukt om de overlast van deze beestjes te verhelpen, kunt u een ongediertebestrijder inschakelen, zoals Multitect (020 - 689 83 25). De kosten hiervoor betaalt u zelf. Hebt u last van ratten, kakkerlakken of wespen, dan kunt u met Multitect een kosteloze afspraak maken.
Ik heb schimmel in mijn woning
Schimmel ontstaat als er sprake is van veel vocht in uw woning. In de meeste gevallen kunt u dit zelf voorkomen door goed te ventileren. Zet regelmatig ramen open. In uw badkamer kunt u schimmel zoveel mogelijk voorkomen door na het baden uw badkamer goed droog te maken. Ook de tegels en de voegen! Daarnaast maakt u uw badkamervloer en -wanden, inclusief het voegwerk, regelmatig schoon. Er bestaan ook antischimmelmiddelen, verkrijgbaar bij de bouwmarkt.
Klantenservice 020 - 511 80 00 •
[email protected] www.stadgenoot.nl Stadgenoot
15
fotoreportage
fotoreportage
Stadgenoot kiest De economische crisis hakt erin, bij iedereen. Voor woningcorporaties komt daar de verhuurdersheffing nog eens bovenop. Die heffing is een soort belasting. Stadgenoot moet bijna 30 miljoen euro per jaar gaan betalen. Stadgenoot is een gezond bedrijf, maar er is niet genoeg geld meer voor allerlei grote plannen die er waren. De ontwikkeling van nieuwbouw en renovatie wordt kleinschaliger en zal langzamer gaan dan we gewend waren. Intussen blijft Stadgenoot doen waar ze voor is. Woningen verhuren, beheren en onderhouden, speciaal voor heel veel mensen die anders niet in Amsterdam zouden kunnen wonen. In deze fotoreportage drie voorbeelden van keuzes die Stadgenoot maakt in deze tijden van economische malaise. Tekst Pim de Ruiter | Fotografie Wout Jan Balhuizen
Jonge stedeling
Foto Hans van der Vliet
Jonge mensen die net een baan hebben, komen nauwelijks aan de bak in Amsterdam. Voor hen creëert Stadgenoot betaalbare vrijesectorhuurwoningen, die soms ook samen met een of twee vrienden gehuurd kunnen worden. Na verloop van tijd moeten ze doorstromen naar iets anders. Onlangs gingen dergelijke woningen in de verhuur in het Klokgebouw op IJburg. De belangstelling was groot.
16
Stadleven 4 | 2013
Stadgenoot
17
fotoreportage
fotoreportage
Klein maar fijn In het voormalige GAK-kantoor komen 650 huur- en koopstudio's van zo'n 25 m2. De eerste helft is opgeleverd en zit vol, de andere helft komt komend jaar. Het zijn kleine woningen in een groot project, omvangrijker dan we nu nog zouden ontwikkelen. Projecten die boven de macht van Stadgenoot gaan, zijn of worden binnenkort verkocht. De Van Gendthallen op het Oostenburgereiland. Het oude Paroolgebouw aan de Wibautstraat. Het voormalige ABN-Amrogebouw in de Vijzelstraat. Zo speelt Stadgenoot geld vrij om kleinere woningbouwprojecten te realiseren. Daarmee worden in 2014 toch nog zo'n 500 nieuwe woningen gebouwd, zoals in de wijk Elzenhagen in Amsterdam-Noord. De bouw is in volle gang.
Efficienter werken Stadgenoot bezuinigt ook op de eigen organisatie. Dat betekent minder mensen in dienst. In twee jaar tijd zijn er al zo’n zestig mensen afgevloeid, onder wie twee huismeesters. Het nieuwe beleid is dat er minder huismeesters worden ingezet in buurten waar het redelijk gaat. Daar wordt meer aan de bewoners zelf overgelaten. De inzet van huismeesters wordt geconcentreerd in buurten waar ze echt nodig zijn, zoals nu nog in Bos en Lommer. Steve Anches is hier huismeester. Hij draagt de nieuwe bedrijfskleding van Stadgenoot. Niet meer dat knallende rood-groen, maar zwart met een duidelijk herkenbaar logo.
18
Stadleven 4 | 2013
Stadgenoot
19
interview
interview
Verhuurdersheffing wordt betaald uit huurverhoging, verkoop en sanering
Een akkoord zonder winnaars Minder geld uitgeven en meer belasting binnenhalen. Zo wil het kabinet de staatskas op orde brengen. Zes miljard euro per jaar moet dat opleveren. De Woningcorporaties en hun huurders moeten daar flink aan bijdragen: jaarlijks 1,7 miljard euro. Marien de Langen, bestuurder van Stadgenoot, was één van de mensen die met de minister onderhandelden. Hij blikt terug. ‘We hebben de schade beperkt weten te houden.’ Tekst Gijs Coffeng en Pim de Ruiter | Fotografie Job Jansen De onderhandelingen tussen minister Blok en de woningcorporaties begonnen in februari van dit jaar. Inzet van de minister: er moest een belasting (een 'heffing') worden betaald van 1,7 miljard euro per jaar. Om dat op te brengen, zouden corporaties zo’n 40% van alle sociale huurwoningen moeten verkopen of commercieel verhuren. Het akkoord dat uiteindelijk in oktober werd gesloten, viel wat dat betreft mee. Die heffing komt er, maar de sociale woningvoorraad blijft intact.
Wat wilde de minister nou precies? ‘De plannen van minister Blok waren tamelijk rampzalig. Zo’n veertig procent van alle sociale huurwoningen konden verdwijnen, vond hij. Huurwoningen boven de 142 punten moesten in de vrije sector worden verhuurd of worden verkocht. Gelukkig hebben we dat weten tegen te houden. Voor Amsterdam was het leed anders niet te overzien geweest. De stad zou voor de lagere inkomens op slot zijn gezet. Dat strookt natuurlijk van geen kant met onze visie dat in principe iedereen hier moet kunnen wonen.’
Waarom stelde de minister dat voor? ‘Deze VVD-minister wilde het eigen woningbezit stimuleren. Hij dacht dat wij alleen door stevig te verkopen die verhuurdersheffing konden betalen.'
Hoe wordt die heffing nu betaald? ‘In het geval van Stadgenoot loopt de heffing op tot € 30 miljoen per jaar. De helft komt uit de huurverhoging die de minister heeft doorgevoerd. De andere helft moesten we ergens anders zien te vinden. Geen gemakkelijke opgave, vooral omdat we door de economische recessie al zo krap bij kas zitten. Maar we hebben de zaken op orde gekregen. Nieuwbouwplannen 20
Stadleven 4 | 2013
zijn geschrapt, bedrijfsruimtes verkocht, ontwikkelposities afgestoten. En we hebben gesneden in onze eigen organisatie. Er zijn inmiddels al zestig fulltime banen weg bij Stadgenoot.’
Waarin verschilt het akkoord met wat de minister wilde? ‘Het plan van minister Blok was weinig sociaal. Het draaide alleen maar om geld, niet om mensen. Door stevig te onderhandelen hebben we bereikt dat corporaties kunnen blijven doen waarvoor ze zijn: mensen huisvesten die het anders niet redden op de woningmarkt. Dat zijn mensen met lage inkomens en middeninkomens, die behoefte hebben aan sociale huurwoningen en middensegmentwoningen.’
Waarom moeten corporaties zo veel betalen? ‘Dat hebben we aan onszelf te danken, aan corporaties die in het verleden de mist in zijn gegaan. Ik hoef de namen niet nog eens te noemen, toch? De politiek heeft daar dankbaar gebruik van gemaakt. Die heeft bedacht dat er bij ons veel geld te halen is, zonder dat het veel maatschappelijke weerstand zou opleveren. We zijn een melkkoe geworden. Helaas gaan daardoor de huren omhoog en kunnen we veel minder nieuwe woningen bouwen dan nodig is.’
Dat klinkt niet erg rechtvaardig. ‘Het corporatiestelsel werkt zo dat we voor elkaar instaan. Als de ene corporatie in de problemen komt, moeten de andere dat oplossen. Als het goed gaat, kunnen we door die constructie goedkoop lenen bij de banken. Dat is gunstig. Maar nu zegt de overheid: alle corporaties moeten bloeden omdat enkele corporaties hebben lopen knoeien. Ik ben daar flink pissig over.’
‘Helaas kunnen we nu veel minder woningen bouwen dan nodig is’
> Stadgenoot
21
interview
reportage
Waarom hebben jullie ingestemd met het akkoord? ‘Er zat niks anders op. Mensen moeten echt beseffen dat dit de best mogelijke deal was.'
Kun je dat uitleggen? ‘Jazeker. Je zit aan tafel met een partij die een meerderheid in de Tweede Kamer heeft. De minister heeft de wetgevende macht aan zijn kant. Dat
‘Mensen moeten echt beseffen dat dit de best mogelijke deal was’ onderhandelt lastig. Al snel was duidelijk dat die heffing was ingecalculeerd. Linksom of rechtsom: hij moest er komen, daar was geen houden aan. Dan gaat het erom dat je desondanks zoveel mogelijk uit het vuur sleept. Dat hebben we gedaan, volgens mij.'
Wat is het belangrijkste dat jullie hebben bereikt? ‘De minister stelde voor om corporaties op te splitsen in een sociaal en een commercieel bedrijf. Alle woningen boven de 142 punten zouden in het commerciële bedrijf terecht komen. De rest, met nog maar zestig procent van alle woningen, zou woningcorporatie blijven. Onacceptabel, want die corporaties zouden niet levensvatbaar zijn. We hebben bevochten dat de sociale huurwoningvoorraad overeind blijft. Ook is in het akkoord opgenomen dat we stoppen met de heffing wanneer door huurstijgingen de betaalbaarheid van woningen in gevaar komt.’
‘Dit zou ons allebei in ons eentje niet gelukt zijn’
Ben je tevreden met de uitkomst? ‘Er zat niet meer in. Punt is: het exploiteren van sociale huurwoningen kost meer dan het oplevert. Met dit akkoord hebben we onze ondernemingsruimte gehouden. We kunnen verliesgevende activiteiten blijven compenseren met projecten waar we aan verdienen. Middeldure woningen in de vrije sector verhuren bijvoorbeeld. Daar is enorme behoefte aan in Amsterdam. Er is zoveel talent dat in deze stad wil wonen! Dat is onze taak. Ervoor te zorgen dat iedereen in deze stad zijn plek kan vinden.’ Zie pagina 24
Zie pagina 25
Zie pagina 26
Het akkoord samengevat • • • •
Wat sleepten de onderhandelaars binnen? Behoud van de sociale huurvoorraad en middensegmentwoningen (tot € 920 / maand voor inkomens tot € 43.000 / jaar) Ruimte om te stoppen met de heffing als de betaalbaarheid van de huren in gevaar komt Corporaties kunnen blijven ondernemen Het Energieakkoord: 400 miljoen extra voor energieverbetering
Wat zou er gebeurd zijn als de minister zijn zin had gekregen? • 40% van alle sociale huurwoningen in de verkoop of commerciële verhuur • Geen doorstroming op de woningmarkt • Nog minder nieuwbouw
22
Stadleven 4 | 2013
Om middeninkomens meer kans te geven op een woning, kunnen ook vrienden samen een woning huren bij Stadgenoot. Ideaal voor studenten of jongeren, die anders niet aan de bak komen. Lot, Christiane en Annabel vertellen over hun keuze om woonruimte te delen met een huisgenoot. Tekst Erwin Rooyakkers | Fotografie Jan Freriks
Stadgenoot
23
reportage
reportage
‘We delen voor de tweede keer een huis’
‘We gunnen iedereen zijn privacy’
Christiane Toorenaar (26) deelt een woning met Linda Timmers (26) in Oost ‘Eigenlijk was ik helemaal niet op zoek naar een nieuw huis. Samen met een vriendin woonde ik aan de Eerste Oosterparkstraat, in een woning die op de lijst stond om gesloopt te worden. Het was dus al wel duidelijk dat ik op niet al te lange termijn wat anders moest zoeken. Een brief van Stadgenoot bracht alles in een stroomversnelling. Het was een aanbieding: huurders die een sociale huurwoning verlieten, kregen korting op de huur in een nieuw appartementencomplex aan de Oostelijke Handelskade. Toch eens gaan kijken, dacht ik, je weet maar nooit. Ik was meteen enthousiast.’ Lees verder op pagina 27
24
Stadleven 4 | 2013
Annabel Keulen (18) deelt een huis met Emma Sterken (18), Charlotte Tossings (18) en Anne-Sophie Romijn (18) in Buitenveldert ‘Mijn huisgenoot Charlotte zag een paar oudere mensen buiten een praatje staan maken. Ze ging er even naartoe om zich als nieuwe buurvrouw voor te stellen. De straat hier ligt open, want de riolering wordt vernieuwd. De reactie
van een van die mensen: ‘Oh, je komt zeker in de zandbak spelen!’ We zijn de verjonging van de buurt. Begin oktober zijn we hier komen wonen. Alle vier zijn we nieuw in Amsterdam. Emma, die ik van de hockeyvereniging uit Soest ken, studeert Communicatiewetenschap aan de UvA. Charlotte, Anne-Sophie en ik Bedrijfskunde aan de VU. Daar ken ik hen van.’ Lees verder op pagina 27
Stadgenoot
25
reportage
reportage
‘Binnen een maand was het geregeld’
Vervolg pagina 24 Christiane: ‘Tegen de makelaar van Stadgenoot zei ik dat ik hier graag zou willen wonen, maar alleen met een vriendin. Voor mij alleen was het net te duur. Dat was geen probleem. Ik had Linda al in gedachten, een andere vriendin dan met wie ik aan de Eerste Oosterparkstraat woonde. Zij zat in onderhuur en was echt op zoek. Omdat ze op Sri Lanka zat, kon ze het appartement niet eerst bekijken. Ik heb haar de plattegrond gemaild, en op internet kon ze de buitenkant van het gebouw vinden. Zonder de woning in het echt te hebben gezien, heeft ze ja gezegd. Op 19 februari hebben we het huurcontract getekend.
‘Zonder de woning te hebben gezien, zei ze ja’
Lot Salemink (24) deelt een huis met Vivienne van Luik (26) in Zuid ‘Als je klaar bent met studeren en een baan hebt, beland je in een nieuwe levensfase. Je leefritme is dan totaal anders. Ik woonde hiervoor met drie vriendinnen in een studentenhuis. Maar als je eenmaal werkt, ben je dat heel snel ontgroeid. Een van mijn beste vriendinnen, Vivienne, was ook afgestudeerd. Zij zat nog in Rotterdam in een studentenhuis en wilde net als ik graag op zichzelf wonen. Een keer tijdens een etentje is het idee ontstaan om samen wat te zoeken. Vivienne wilde ook in Amsterdam wonen. En met zijn tweeën konden we ons financieel een huurwoning in de vrije sector veroorloven. Dat zou ons allebei in ons eentje niet gelukt zijn.’ Lees verder op pagina 27
26
Stadleven 4 | 2013
Drie weken later zijn we verhuisd. Mijn droomhuis heeft een leuk balkonnetje aan de zonkant. En dat heb ik hier nou net niet; dit appartement zit aan de noordkant van het gebouw. Maar het uitzicht hier is prachtig. Dat maakt heel veel goed. Het is op de begane grond, dus ik loop zo naar buiten. Van de zomer hebben we hier lekker in de zon voor het huis gezeten. Koel biertje binnen handbereik. Helemaal prima. Linda en ik hebben elkaar leren kennen op de eerste introductiedag van de universiteit. Zij woonde in een studentenhuis waar ze nog een huisgenoot zochten. Binnen vijf minuten was het duidelijk dat die kamer voor mij was. Nu delen we dus voor de tweede keer een huis. De vriendin met wie ik mijn vorige huis deelde, heeft dezelfde vriendengroep als ik. We zagen elkaar daardoor zowat 24 uur per dag. Linda en ik hebben elk onze eigen vriendengroep. Als je een huis deelt, is dat wel zo prettig. Net als in elke relatie moet ieder ook zijn eigen dingen doen. Wel zo gezond.’
Vervolg pagina 25 Annabel: ‘Al tijdens de introductieweek trokken we met elkaar op. Allemaal waren we op zoek naar een kamer. Mijn vader hoorde van iemand dat je bij Stadgenoot met meerdere mensen een huis kunt huren. Ik heb contact opgenomen en kon al vrij snel deze woning bezichtigen. Aanvankelijk heb ik nee gezegd. Er moest veel gebeuren, het was echt helemaal uitgewoond. Maar toen kwam ik erachter hoe moeilijk het is om een betaalbare kamer in Amsterdam te vinden. Met Charlotte en Anne-Sophie ben ik daarom nog een keer gaan kijken en raakten we alle drie enthousiast. Het is een maisonnette met vier slaapkamers: dus ook een plek voor Emma. We wonen alle vier voor het eerst op onszelf. In het begin was dat wel even wennen. Je moet opeens zelf alles regelen en overal aan denken. Aan de boodschappen bijvoorbeeld. We koken zoveel mogelijk samen. In de keuken hangt een bord waarop we aangeven of we ’s avonds mee willen eten. Sinds deze week hebben we een bank en twee
‘Het is moeilijk om een betaalbare kamer te vinden’ fauteuils in de woonkamer en hangen we elke avond wel even met zijn allen voor de tv. Het is leuk, een huis delen. Je hebt altijd aanspraak, en als je even alleen wilt zijn, trek je je terug op je kamer. De kamer van Anne-Sophie grenst aan de woonkamer. In het begin zat er nog geen deur in. Elke keer als we even thee gingen zetten of iets uit de keuken gingen halen, liepen we bij haar binnen voor een praatje. Nu treffen we elkaar vooral in de woonkamer - we gunnen iedereen zijn privacy.’
Vervolg pagina 26 Lot: ‘In het begin hebben we wel wat rondgekeken, maar nog niet heel erg serieus. En bijna alles wat ons geschikt leek, was alleen per direct beschikbaar. Vivienne zat met een opzegtermijn van één en ik van twee maanden. Dat werkte dus niet. We hebben daarom besloten allebei onze kamer op te zeggen. Ook om voor onszelf druk op de ketel te zetten. We hebben bij makelaars aangeklopt.
‘Restte er één probleem: welke kamer was voor wie?’ Maar die vragen een maand huur als commissie en vaak ook twee maanden borg. Dat zagen we niet zo zitten. Via een bekende hoorde ik over het Friends-concept van Stadgenoot. Een sociaal verhuurder, veel prettiger. Na het eerste contact was het binnen een maand geregeld. Tijdens de bezichtiging van het appartement waar we nu wonen, was ik meteen verkocht: een mooie ruime woonkamer en twee slaapkamers die allebei even groot zijn. Precies wat we zochten. En dan ook nog in een rustige straat, op een centrale plek in de stad. Vlak bij het Museumplein en De Pijp. Op 19 juli kregen we de sleutel. Op 1 augustus zijn we verhuisd. Er zat nog chocoladebruin behang op de muren en het hele huis was best vies. We hebben het mooi opgeknapt: alle muren gewit, nieuwe vloer erin... Restte er één probleempje: welke kamer was voor wie? Ik wilde het huis heel graag, dus ik wilde daar geen ruzie over maken. Het maakt me niet uit, zei ik tegen Vivienne. Zij dacht er hetzelfde over, maar vroeg toch: ‘Maar als je nou wel mocht kiezen?’ Bleek dat haar voorkeur naar de andere kamer uitging. Perfect, toch?’
Het Friends-concept Vrienden die samen een vrijesectorwoning huren. Dat kan bij Stadgenoot met een zogenoemd Friends-contract. Een uniek concept dat het bijvoorbeeld voor studenten, doorstromers en starters op de arbeidsmarkt mogelijk maakt een drie- of vierkamerwoning te huren op een leuke plek in de stad. Het Friends-concept gaat ervan uit dat elke huurder een eigen vertrek moet hebben – de slaapkamer - en dat de woonkamer als gezamenlijk vertrek dienst doet. De vrijesectorwoningen staan op verschillende plekken in de stad. In Zuidoost bijvoorbeeld worden deze woningen verhuurd aan studenten van het AMC. Daar spelen praktische overwegingen een rol. De woningen liggen vlak bij de faculteit. ‘Friends’ die in het centrum willen huren of in wijken als Buitenveldert of De Pijp betalen meer
huur, maar door de gedeelde kosten kun je ook hier een leuk appartement vinden. Voor je een contract tekent, doet Stadgenoot een inkomenscheck. Op basis daarvan wordt de waarborgsom bepaald, een soort garantie voor Stadgenoot, mochten er betalingsproblemen ontstaan of de woning bij het einde van de huurovereenkomst in slechte staat worden overgedragen aan Stadgenoot. Voor studenten die alleen studiefinanciering krijgen, ligt de waarborgsom hoger dan voor mensen die net in een baan zijn begonnen en goede vooruitzichten hebben op een hoger salaris. Verder zijn de voorwaarden gelijk aan de verhuur van ons reguliere vrijesectorbezit. Kijk op stadgenoot.nl/wonen voor meer informatie.
Stadgenoot
27
zo wonen wij
zo wonen wij
‘Vooral de speelsheid sprak me aan’ Arno Roelofs woont samen met zijn partner Arthur in de Nieuwe Hoogstraat in hartje Centrum. Zij kochten er in 2012 een tweekamerappartement. ‘Stadgenoot had de woning volledig gerenoveerd. Het enige wat ontbrak, was een keuken.’ Arno (rechts op foto): ‘Op mijn werk hoorde ik dat Stadgenoot naast huurwoningen ook koopwoningen aanbiedt. Ik ben op hun website gaan kijken en werd op slag verliefd op dit pand. Toen ik de foto’s op de site zag, wist ik meteen dat ik het wilde kopen. Ik had het nog niet eens in het ‘echt’ gezien, maar vond het een ontzettend leuke woning. Vooral de speelsheid en on-
voorspelbaarheid van de indeling spraken me erg aan. De kleine raampjes, de trapjes en de hoekjes. Daarnaast is het ook een heel licht huis met grote ramen en veel ruimte. Toen we het kochten, zag alles er prachtig uit. Stadgenoot had de woning volledig gerenoveerd. Het enige wat er nog aan ontbrak was een keuken, het pand werd dus casco opgeleverd. Dat vonden we geen enkel probleem, want daardoor hadden we alle vrijheid om het op onze eigen manier in te richten. De keuken plaatsen we in wat eigenlijk de slaapkamer was, van de zolder maakten we een slaapkamer. Ook braken we de gang eruit, waardoor de woonkamer een heel stuk groter werd. Alles is precies naar onze wens zo. Het is echt een heerlijk huis. We wonen midden in het centrum, maar door het dubbele glas merken we daar niets van. Het is lekker rustig binnen. Het liefst zitten we aan de grote tafel in de woonkamer. Hier werken we vaak. Maar het is ook een fijne plek om te ontspannen. Je kunt hier lekker lezen en aan de muur hangt een televisie. Als we een filmpje willen kijken, zitten we meestal op de grote bank. Ik hou van deze buurt. In het begin was het wel even wennen. We woonden op de Overtoom en dat is toch een ander gevoel. Maar inmiddels ben ik helemaal geaard. Ik vind de levendigheid hier erg leuk. Als je de voordeur achter je dichtslaat, sta je meteen in het centrum. Er zijn altijd toeristen op straat en ze vragen je bijna elke dag de weg. Dat vind ik gezellig. Ik ben heel extravert en hou ervan een praatje te maken met mensen. Het enige wat ik mis is groen. Er is geen park op loopafstand. Gelukkig vind ik water ook heel fijn en daarmee zijn we omringd. ’s Ochtends ga ik wel eens hardlopen langs het IJ, naar het Java-eiland of de Dijksgracht. Dan valt me elke keer weer op hoe mooi deze stad is.’ Wilt u ook vertellen over uw woning? Mail naar
[email protected]
28
Stadleven 4 | 2013
Tekst Yvonne Polman | Fotografie Hans van der Vliet
Stadgenoot
29
mijn werk Last van een lekkende kraan, of moet er een geheel nieuwe keuken worden geïnstalleerd? Dan heb je kans dat Martijn Helderman (30) bij je aanbelt. Martijn is een van de vakkundige Service Onderhoudsmonteurs van Stadgenoot. ‘Elke dag is anders, gevarieerd. Gelukkig maar.’
Stadgenoot verkoopt
‘Ik maak mensen blij’
Nieuw verkoopkantoor op Mercatorplein
Martijn poseert enthousiast in de nieuwe bedrijfskleding van Stadgenoot. Wat het meest opvalt, is dat de kleuren plaats hebben gemaakt voor sober zwart. ‘Sober zou ik het niet noemen, eerder stijlvol. We leken eerst wel een vlag, zo gekleurd! Iedereen herkende ons altijd meteen. Vaak werd ik aangesproken door huurders. Wel gezellig hoor, maar niet altijd heb je daar tijd voor wanneer je aan het werk bent. Ik ben dan ook erg blij met de nieuwe outfits. We gaan voortaan een stuk anoniemer over straat.’
Zelf oplossen Soms worden monteurs wel eens ingeschakeld voor iets dat een huurder eigenlijk best zelf kan oplossen. Hierdoor verliezen ze kostbare tijd, die ook aan grotere klussen kan worden besteed. ‘Dan kom je bij een bewoner thuis om een stop te vervangen. Terwijl we van de gemiddelde huurder toch mogen verwachten dat hij of zij dit zelf kan,’ legt Martijn uit. ‘Natuurlijk help ik in zo’n geval de huurder wel uit de brand, maar ik leg ook uit dat het de bedoeling is dat hij of zij dit in het vervolg zelf doet. Een duidelijke instructie staat op een van de door Stadgenoot ontwikkelde kaarten, die ik met ze doorneem en bij hen achterlaat. Op de Meterkastkaart staat bijvoorbeeld stap voor stap beschreven hoe je kunt zien of een stop stuk is, en hoe je deze veilig kunt vervangen.’ Martijn bekijkt per situatie of een huurder in staat is zelf het klusje op te knappen of niet. ‘Tegen een bejaarde zeg ik natuurlijk niet: los het voortaan zelf maar op.’
Blij Elke dag gaat Martijn lachend naar zijn werk. ‘Tegen mijn collega’s zeg ik: ‘Ik ga weer mensen blij maken!’ Want zo is het. Je komt als monteur om problemen op te lossen.’ Dat niet alle huurders altijd even dankbaar zijn voor zijn hulp, daar kwam Martijn al snel achter. ‘Soms mopperen bewoners wel. Dan vinden ze bijvoorbeeld dat het te lang heeft geduurd voordat iets gerepareerd werd. Ik probeer daar wel begrip voor op te brengen, want het heeft niks te maken met het werk dat ik verricht. En meestal zijn ze toch tevreden zodra ik de deur weer uitstap. En zo niet, dan weet ik dat ook vrij snel naast me neer te leggen. Eerlijk gezegd ben ik niet zo vatbaar voor geklaag.’ Tekst Wendy Dekker | Fotografie Jan Freriks
30
Stadleven 4 | 2013
Als ik een dag kon ruilen met iemand, dan was het... ‘mijn manager. Ik wil wel eens meemaken hoe zijn dag er nou uitziet. Wat komt hij zoal tegen en welke beslissingen moet hij nemen?’ Ik werk het liefst in Amsterdam, omdat... ‘ik in een heerlijke wijk werk. De mensen kennen mij inmiddels.’ Over 10 jaar… ‘werk ik hopelijk nog steeds bij Stadgenoot. Ja, ik denk dat ik hier wel oud kan worden.’
Op 5 oktober werd het nieuwe verkoopkantoor van Stadgenoot aan het Mercatorplein in Amsterdam-West feestelijk geopend. Het oude kantoor aan het Buikslotermeerplein is gesloten. Tekst Gijs Coffeng | Fotografie Jan Freriks
‘We willen zichtbaar zijn in de stad’, zegt manager Verkoop Ad Schellingerhout. ‘Dichtbij de huurders zitten in een omgeving waar we ook echt veel bezit hebben. Het Buikslotermeerplein voldeed niet meer aan die kwalificaties.’ Daarom werd de oude BuurtEntree op het Mercatorplein omgebouwd tot verkoopkantoor. ‘Bijkomend voordeel’, vertelt Ad. ‘Dit is ons eigen pand, dus dat scheelt huurkosten.’
Ideale tijd Het gezellige kantoortje is met minimale middelen omgebouwd. De poefs van de BuurtEntree staan nog onder de tafel waaraan voorheen met bewoners werd gegeten. Huismeester Rob de Zwart heeft er ook nog z’n eigen stek. Voor de ramen hangen de aanbiedingen van dit moment. ‘Het is een ideale tijd om te kopen, zeker voor starters. Onze woningen liggen gemiddeld rond de 175.000 euro. Met wat uitschieters naar 250.000 euro. De rente is historisch laag en je ziet de markt weer wat aantrekken, zeker binnen de ring, in wijken als Oost, Centrum, OudWest en Bos en Lommer. De inhaalvraag is begonnen en consumenten
hebben weer iets meer vertrouwen in de huizenmarkt gekregen. Het aantal bezichtigingen neemt toe. En zeker als je gebruik kunt maken van de startersrenteregeling is kopen nu heel aantrekkelijk.’
Herkenbaar Acht mensen werken er op het nieuwe verkoopkantoor. ‘We hebben een kleine afdeling, de lijnen zijn kort. We kunnen elkaar snel overnemen’, zegt Ad. ‘Vanmorgen belde onze collega dat hij ziek is. Dan ga ik, of iemand anders even bij de klant langs.’ De verkopers van Stadgenoot sturen actief aanbiedingen naar huurders in een aantal geselecteerde complexen. Zo hopen zij mensen te trekken die via een huisbezoek of kantoorafspraak alles te weten kunnen komen over het kopen van een huis bij Stadgenoot. ‘Binnenkort komt ons bord Stadgenoot Verkoop aan de gevel, als de welstandscommissie tenminste haar goedkeuring geeft. En er komen nog twee led-schermen in de etalage. Dan zijn we nog duidelijker herkenbaar in de wijk als het verkoopkantoor van Stadgenoot.’ Stadgenoot
31
fotostrip
Friends Nina & Ype
colofon
contactgegevens
Eindredactie Helene van Santen
Klantenservice 020 - 511 80 00
Vormgeving Milja Oortwijn Coverbeeld Job Jansen
E-mail
[email protected]
Website
www.stadgenoot.nl
Medewerkers Wout Jan Balhuizen, Gijs Coffeng, Aaf Brandt Corstius, Wendy Dekker, Ype Driessen, Jan Freriks, Job Jansen, Yvonne Polman, Erwin Rooyakkers, Pim de Ruiter, Hans van der Vliet Drukker Lecturis
Bezoekadres Sarphatistraat 370, 1018 GW Amsterdam
Stadleven is een uitgave van Stadgenoot. Het huurdersmagazine verschijnt
Postadres
vier keer per jaar. Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming van Stadgenoot worden gekopieerd en/of gebruikt. Aan de inhoud van dit magazine kunnen geen rechten worden ontleend.
Postbus 700, 1000 AS Amsterdam