32
kunstbeeld.nl nr 9 2009
M a ch te l d L eij | Een schimmel ligt in zijn stal, zijn vacht licht op in het schemerduister. Geruisloos gaat het prachtige grijs-wit van zijn vacht over in de grijzige stalmuur achter het dier. Dit paard is niet zomaar een paard, maar een schitterend individu. De foto van Charlotte Dumas vraagt ons na te denken over het menselijke in het dier of het dierlijke in de mens. Zij staat daarin niet alleen: tal van kunstenaars, filosofen en wetenschappers tornen aan het traditionele, hiërarchische denken over de verhouding tussen mens en dier.
Het dier in de mens in het dier
Het dier als spiegel < Charlotte Dumas, Untitled (Vincennes 1), 2006, 60 x 45 cm, Courtesy Foam_Fotografiemuseum Amsterdam
Het dierenrijk is al eeuwenlang een bron van inspiratie voor kunstenaars. Eén invalshoek spreekt onverminderd tot de verbeelding: het dier als spiegel van menselijk gedrag. Op de schilderijen van Jan Steen duiken – vaak in de marge – honden, katten, vogels en aapjes op. Ze staan symbool voor de slechte en goede eigenschappen van de mens en functioneren zo als spiegel. Nog steeds hebben dieren een symboolfunctie, al staan de betekenissen nu minder vast dan in het verleden.
Het is niet echt bon ton om het te hebben over dieren in de hedendaagse kunst. Er is de angst voor vals sentiment, of de vrees dat het onderwerp niet echt serieus genomen wordt. Zo legde Joseph Beuys bijvoorbeeld, in zijn rol van sjamanistische kunstenaar, de moderne kunst uit aan een dode haas (1965) en zocht hij de confrontatie met een coyote in een galerieruimte (1974). De coyote stond hierbij symbool voor de
ziel van Amerika, de ziel van de oorspronkelijke bewoners. Dat het dier waarschijnlijk door uitputting en stress totaal in shock raakte, was bijzaak. In Z.T. (Vechtende honden) (2006) vangt kunstenaar Anne Wenzel een pure vorm van agressie. Twee vechtende honden druipen huilend in klei uiteen. Agressie is geen mooie eigenschap, maar net zo goed dierlijk als menselijk. Die vechtende honden roepen een oerangst op, maar fascineren en lokken tegelijkertijd. Wilde dieren staan voor een ongetemde vrijheid. Die blijft aantrekkelijk, ook als je je lekker hebt geïnstalleerd in het moderne bestaan omringd door IKEA-meubelen. Dat laat ook bijvoorbeeld de film Fight Club, naar het gelijknamige boek van Chuck Palahniuk, treffend zien. Hierin ontwikkelt de hoofdpersoon een gevaarlijk alter ego, dat zijn gemoedelijke interieur schaamteloos naar de vernieling helpt. Het dierlijke is nooit helemaal verdwenen uit de beschaafde mens. VALS SENTIMENT? Toch is het niet echt bon ton om het te hebben over dieren in de hedendaagse kunst. Er is de angst voor vals sentiment, of de vrees dat het onderwerp niet echt serieus genomen wordt. Het is natuurlijk zo dat dieren gemakkelijk emoties oproepen. Laatst nog werd een dode goudvis in een eindexamenwerk verwijderd door de directeur van de kunstacademie AKV/St. Joost. En kunstenaar Tinkebell die haar kat eigenhandig doodde en verwerkte tot handtasje, wist daarmee een open zenuw te raken. De wereld viel over haar heen. In dreigmails werd ze verwenst en met de dood bedreigd. Iemand stelde zelfs voor Tinkebell tot handtas te maken. Al die e-mails waren afkomstig van mensen die door hun omgeving ongetwijfeld als volstrekt normaal worden gezien. Homo Homini Lupus est, de mens is de mens een wolf, zei politiek filosoof Thomas Hobbes al in de zeventiende eeuw. Tinkebell wilde de dubbele moraal van de westerse samenleving aan de kaak stellen. Simpel gesteld: huisdieren kunstbeeld.nl nr 9 2009
33
r Charlotte Dumas,
N Charlotte Dumas,
Untitled (Isolde), 2004,
Untitled (Taza), 2006,
90 x 120 cm, Courtesy
60 x 80 cm, Courtesy
Foam_Fotografiemuseum
Foam_Fotografiemuseum
Amsterdam
Amsterdam
34
kunstbeeld.nl nr 9 2009
Wilde dieren staan voor een ongetemde vrijheid. Die blijft aantrekkelijk, ook als je je lekker hebt geïnstalleerd in het moderne bestaan omringd door IKEA-meubelen. Het dierlijke is nooit helemaal verdwenen uit de beschaafde mens.
kunstbeeld.nl nr 9 2009
35
Met de ontrafeling van het menselijk genoom werd duidelijk dat er genetisch gezien geen wereld van verschil is tussen mens en muis.
worden vertroeteld, terwijl tegelijkertijd de bio-industrie dierenleed veroorzaakt. Eigenlijk was Tinkebells actie eerder een daad van compassie dan een laffe moord: haar kat was doodziek en doodsbang voor de dierenarts. Dat deed de kunstenaar besluiten het dier zelf uit zijn lijden te verlossen. Als statement is het handtasje luid en duidelijk. Dat maakt het overigens nog geen goede kunst: het hele project is nogal plat en sensatiebelust. Kunst met dieren zal altijd wel op ethische bezwaren stuiten. De belangrijkste vraag is in hoeverre aanrommelen met dieren een interessant kunstwerk oplevert. Koen Vanmechelen is een kunstenaar die dat wel voor elkaar krijgt. Met zijn zelf ontwikkelde kippenrassen in het Cosmopolitan Chicken Project zet hij een utopische visie neer: kippen uit alle streken van de wereld worden samengebracht in een kippenras, dat model staat voor de mens als wereldburger. Niks geen gezeur meer over afkomst: uiteindelijk zijn we allen gelijk! Daarnaast is het houden van kippen in een museum niet dieronvriendelijker dan kippen in legbatterijen. MENS ALS TOEVALSTREFFER In The Open: Man and Animal (2004) behandelt filosoof Giorgio Agamben de verhouding tussen mens en dier, aan de hand van verschillende denkers door de eeuwen heen. Het is Agamben hierbij te doen om de definiëring van ‘menselijkheid’. Volgens Agamben is het begrip menselijkheid een constructie die heroverwogen moet worden en moet de hiërarchische visie op de verhouding tussen mens en dier op de schop. Hij betoogt dat de scheidslijn tussen mens en dier vooral van bio-politieke aard is. Volgens de christelijke leer is de mens de beheerder van de aarde en staat het hem vrij het dier te gebruiken voor eigen gewin. Die optiek leidde er zelfs toe dat paus Pius IX in de negentiende eeuw weigerde steun te verlenen aan de oprichting van een vereniging voor de preventie van dierenmishandeling. Intussen is er in de westerse wereld flink wat veranderd in de verhouding tussen mens en dier. Charles Darwin brak met zijn evolutietheorie een lans voor een minder hiërarchische benadering van mens en dier. Hij stond er op woorden als ‘hoger’ en ‘lager’ in de discussie over evolutie te vermijden. De mens is vooral een toevalstreffer. Een beetje bescheidenheid kon geen kwaad. Begin dit jaar werd in expositieruimte Cornerhouse in Manchester de tentoonstelling ‘Interspecies’ georganiseerd, in het kader van het tweehonderdste geboortejaar van Darwin. Hier stond de visie van een zestal kunstenaars op het contact tussen mens en dier centraal. Antony Hall bouwde voor zijn project ENKI experiment 3 een ingenieus apparaat waarmee de bezoekers energie konden uitwisselen met een vis. Zo ontstond een basale, maar technologische ingewikkelde vorm van communicatie. Kira O’Reilly op haar beurt hokte gezellig gedurende 36 uur met het hangbuikzwijntje Deliah in de galerieruimte tijdens de performance Falling asleep with a Pig.
> Charlotte Dumas, Untitled (Reward), 2009, 121.9 x 91.4 cm, Courtesy Foam_Fotografiemuseum Amsterdam
OERANGSTEN Charlotte Dumas (1977) reisde de wereld over om dieren te portretteren. In verschillende fotoreeksen legde ze onder meer zwerfhonden in Palermo en New York, tijgers in dierentuinen in de Verenigde Staten en wolven in dierentuinen in Zweden, Noorwegen en de Verenigde Staten vast. Een overzicht van haar dierenfotografie is nu te zien in de tentoonstelling ‘Paradis’ in het Amsterdamse fotomuseum Foam. In Dumas’ werk is juist de verhouding tussen mens en dier van belang. De wilde dieren bevinden zich in door mensen vormgegeven ruimtes: een kooi, maar ook een nagebootst stukje van hun natuurlijke habitat. Dumas begon met het fotograferen van dieren tijdens haar studie aan de Rijksakademie. Eerst wilde ze agressie in beelden vangen en fotografeerde ze politiehonden die zich vastbeten in de beschermende pakken van hun trainers. Later verschoof haar aandacht naar paarden, ingegeven door de negentiende-eeuwse schilderijen van Géricault en Delacroix, die paarden schilderden in gevecht met tijgers of met Attila de Hun als berijder. De heroïek van de paarden trof Dumas. Bij gebrek aan veldslagen te paard in de moderne wereld, belandde Dumas bij de bereden politie in Rome, Amsterdam en Rotterdam. Ze legde de dieren vast, rustend in de stal of in volle draf met ruiter. De schaduwen, de vaak ingetogen kleuren die gewassen zijn in het vale licht in de morgenstond of de bedekte schemering aan het eind van de dag, maken haar foto’s zo aantrekkelijk. Dumas’ portretten zijn de weergave van een contactmoment tussen dier en fotograaf. Ze fotografeert daarom ook altijd zonder telelens. Terwijl het niet eens zo gemakkelijk is om contact met gekooide dieren te krijgen: hoe vaak proberen bezoekers een gorilla in de ogen te kijken? Dat kan nog wel eens verkeerd aflopen, bewees de uitbraak van gorilla Bokito niet zo lang geleden. Dumas fotografeerde een wolf, oren omlaag, lippen als in een glimlach gekruld. Het dier reageert duidelijk op haar aanwezigheid en lijkt haar te waarschuwen geen stap dichterbij te zetten. Of is het dier gewoonweg bang? Het leverde een indrukwekkende foto op. Onwillekeurig stokt de adem en ben je op je hoede. Dumas spreekt via de wolf onze oerangsten aan: het sprookje van Roodkapje is een cultureel residu van die angst voor dat roofdier. Met haar werk lijkt Charlotte Dumas de uitnodiging van Agamben om de relatie tussen mens en dier te herzien, te ondersteunen. Haar foto’s van dieren laten persoonlijkheden zien – een wolf met een vorsende blik, of een paard dat na een dag werken uitrust in het zaagsel. Dumas is geen dierenactivist, iemand met een politieke agenda die vindt dat dieren ook mensen zijn. En dat is maar goed ook, want haar kracht ligt in de registratie van de dieren die ze benadert en bestudeert. Dat wij onze associaties op zulke portretten kunnen projecteren, is te danken aan zowel dier als fotograaf. Dumas’ dieren zijn ook maar mensen. Of niet? Charlotte Dumas, ‘Paradis’, 4 sept t/m 22 nov. 2009, Foam_Fotografiemuseum Amsterdam, Keizersgracht 609, Amsterdam, www.foam.nl
Ook actuele ontwikkelingen in de wetenschap zetten de verhouding tussen mens en dier op scherp. Met de ontrafeling van het menselijk genoom werd duidelijk dat er genetisch gezien geen wereld van verschil is tussen mens en muis, bijvoorbeeld. Als we allemaal van dezelfde materie zijn, zouden we dan niet eens wat voorzichtiger met alle aardbewoners om moeten gaan. Niet alleen met mensen?
36
kunstbeeld.nl nr 9 2009
Anne Wenzel, ‘Virtuoze Zinsbegoochelingen’ (groepsexpositie), 12 juli t/m 27 sept. 2009, Stedelijk Museum Schiedam, Hoogstraat 112, Schiedam, www.stedelijkmuseumschiedam.nl ‘Interspecies’, 24 jan. t/m 22 maart 2009, Cornerhouse, 70 Oxford Street, Manchester (GB), www.cornerhouse.org en interspecies09.blogspot.com
kunstbeeld.nl nr 9 2009
37