PROGRAMMA 2011‐2012 Uitgangspunt van de lessen is dat kennis van de schilderkunstige technieken en stromingen vanuit de eigen ervaring wordt ontdekt en ontwikkeld. De opdrachten hebben betrekking op zowel vorm als inhoud, dat wil zeggen dat een opdracht meestal een combinatie is van een inhoudelijke bespreking van een stroming, genre of kunstenaar(s) en een terugkerende bespreking van de gebruikte technieken. September Portret / Expositie Een leuke opdracht om het jaar te beginnen. Voor zover de voorbereidingen voor de expositie voltooid zijn. Uitgangspunt: Een portret stelt bepaalde eisen. Het moet (enigszins) lijken, iets zeggen over de afgebeelde persoon en iets zeggen over degene die het geschilderd heeft. Met enige hulp van de techniek maken we het ons niet ingewikkelder dan noodzakelijk is. Materiaal: Twee identieke portretfoto’s en face, uitgeprint op a4 formaat (zie voorbeeld). Vind je dit lastig of heb je geen printer, mail je foto dan naar me toe zodat ik er twee printjes van kan maken. Verf, schilderpapier. Het hoeven geen foto’s van jezelf te zijn (maar mag wel)! Doel: Leren van een handige schildertruuk zonder het schilderachtige tekort te doen.
Oktober Aquarel Uitgangspunt: De aquareltechniek is populair, maar nog niet bij iedereen. Dat hoeft ook niet, maar het is wel goed om er een keer mee gewerkt te hebben. Opdracht: Maak een aantal aquarellen in verschillende formaten . Werkwijze: Vermeng je verf met veel water zodat het dunner en transparanter wordt.Breng steeds dunne lagen op. Het wit van het papier speelt een belangrijke rol, het accentueert de donkere partijen en bepaalt waar het licht zit. Materiaal: acrylverf of aquarelverf of waterverf, kwasten, aquarel papier, aquarel tape (voor wie dit niet al heeft heb ik nog een rol liggen die ik mee zal nemen.) We beginnen met een portret volgens de methode die we in september hebben uitgeprobeerd. Daarna landschap (2 lessen). Doel: Leren hoe kleuren elkaar beïnvloeden, leren hoe je een kleur kunt opbouwen in verschillende lagen. Uitvinden welke invloed water heeft op de verf.
November Glaceren met Acrylmedium Uitgangspunt: Zoals we al zagen bij de aquareltechniek, kan het schilderen met transparante verf kan een grote kleuren intensiteit opleveren. Het vraagt om een geconcentreerde manier van werken en enige kennis van de kleurentheorie. Opdracht: Maak een schilderij met verdunde, transparante verf, in lagen opgebouwd. Maak bewust gebruik van één of meer van de kleurcontrasten licht‐donker contrast, het kleur tegen kleur contrast, het koud warm contrast, het complementair contrast, het kwaliteitscontrast en het kwantiteitscontrast Werkwijze: Vermeng je verf met acrylmedium zodat het dunner en transparanter wordt, maar nog wel blijft ‘staan’. Breng zoals bij een aquarel steeds dunne lagen op. Anders dan bij aquarel wordt het wit van het papier uiteindelijk weggeschilderd. Omdat het mengen en verdunnen van kleur het thema is van deze opdracht, is het belangrijk een kleurrijk onderwerp te kiezen. Doel: Leren hoe kleuren elkaar beïnvloeden, leren hoe je een kleur kunt opbouwen in verschillende lagen. Uitvinden welke invloed het medium heeft op de verf. Benodigdheden: acrylmedium, acrylverf, kwasten, acrylverf papier,
December Het licht van Rembrandt / Het december‐gevoel Uitgangspunt: Het licht van Rembrandt zou eigenlijk ook de duisternis van Rembrandt genoemd kunnen worden. Veel van zijn bekendste doeken worden overheerst door een (hele) donkere achtergrond van waaruit de figuren bijzonder ruimtelijk naar voren komen, alsof ze naar het weinige aanwezige licht toegetrokken worden. We kennen deze techniek onder de namen Clair‐obscur en chiaroscuro. Rembrandt maakte deel uit van een bijzonder internationaal gezelschap die allemaal deze stijl hanteerden: El Greco uit Griekenland, Caravaggio uit Italie, Zurbaran uit Spanje en Georges de la Tour uit Frankrijk. Opdracht: Naar aanleiding van het werk van genoemde kunstenaars gaan we een schilderij maken waarin het licht voortkomt uit het donker. Denk maar aan de modelschilderijen die we in januari 2011 gemaakt hebben. Dit zou ook adhv een stilleven kunnen. Voor wie iets heel anders wil doen omdat het kerstfeest er weer aankomt, is er nog een alternatieve opdracht. Vorig jaar werd mij de suggestie aangedragen om iets met kerst te doen. Nu vind ik het licht van Rembrandt wel bij de donkere wintermaanden passen, maar niet direct met kerst. Daarom vind ik het ook een leuk idee een schilderij maken wat gebaseerd is op de kerst, maar daar wel een eigen draai aangeven. Bijvoorbeeld door er op genoemde wijze een sterk licht/donker contrast in aan te brengen.
Januari Water in de kunst/ De kunst van het schilderen van water Uitgangspunt: Water heeft kunstenaars van alle generaties geboeid en bezig gehouden. Het complexe karakter van water (transparant, reflecterend, golvend, vervormend) maakt dat het hoe dan ook altijd een uitdaging blijft om het te schilderen. Opdracht: Zoek afbeeldingen van water in verschillende verschijningsvormen. Zwembaden, meren, rivieren de zee, het water zal er steeds anders uitzien. Het allerbeste: Zoek een plekje uit aan de waterkant en ga het observerend schetsen! Uiteindelijk gaan we een schilderij / aquarel maken over dit onderwerp. Doel: Onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om op een overtuigende manier water te schilderen. Materiaal: acryl, aquarel.
Februari‐maart‐ april Een twee –drie‐ of vierluik Uitgangspunt: Een drieluik kennen we allemaal wel. Maar er zelf één maken is een ander verhaal. Het leuke zit hem in het werken aan een serie (als het ene werkstuk moet drogen ga je verder aan het volgende) en het zoeken naar een bindende thematiek. De drieluiken gaan we exposeren in april. Opdracht: Maak een keuze uit de technieken(en eventueel de onderwerpen) die in de maanden hiervoor behandeld zijn : aquarel, portret, Clair obscur, water(landschap), glaceren. Bedenk welk thema je schilderij gaat krijgen. Zoek hier een aantal onderwerpen bij. Voorbeelden: Thema: reizen, onderwerpen: onderweg, vertrek, eindbestemming, andere cultuur, enz. Thema: Jeugdherinneringen, onderwerpen: Het dorp van vroeger, mijn lievelingsjurk, mijn oude kamer, favoriete artiesten enz. Thema: Een favoriete plek, onderwerpen: dezelfde plek vanuit verschillende standpunten gezien. Maar ook mogelijk is bijvoorbeeld een landschap, waarbij je er rekening mee moet houden dat de afzonderlijke delen van je drieluik ook op zichzelf kunnen staan. Of een abstracte serie. Materiaal: acryl, aquarel, acrylmedium, diverse materialen. Doel: zoeken naar een compositie van verschillende afbeeldingen, op een associatieve manier onderwerpen aan elkaar verbinden. Zoeken naar de juiste verhoudingen!