Persbericht, 26 januari 2015
Het Centre des monuments nationaux opent de deuren van de villa Cavrois in Croix (Nord) vanaf 13 juni 2015 De villa Cavrois, een echte parel van de modernistische architectuur, werd ontworpen door Robert Mallet-Stevens en voltooid in 1932. Tot 1987 verleent ze onderdak aan de familie Cavrois. Op 10 december 1990 wordt ze geklasseerd als historisch monument, wat echter niet kan beletten dat de villa in 1988 en 2001 sterk beschadigd raakt. In 2001 wordt de villa aangekocht door de Franse staat, die haar in 2008 schenkt aan de beheerinstelling, het Centre des monuments nationaux. De daaropvolgende jaren staat er veel op het programma voor dit belangrijke XXste-eeuwse monument: restauratie van het park en de vertrekken, opwaardering en presentatie aan het publiek. De omvangrijke restauratie van de omheinde en overdekte zones, die in 2003 gestart werd door het Regionale Bestuur van culturele zaken van Nord-Pas-de-Calais, is nu door het CMN voltooid. Naar schatting bedragen de totale kosten voor de herstelwerkzaamheden van de villa en haar park ongeveer 23 miljoen euro. Dit ambitieuze restauratieproject is een uiting van de interesse van de Franse staat voor de bescherming van XXsteeeuws erfgoed en regionale culturele dynamiek. Na de officiële inwijding op 12 juni 2015 zal de villa Cavrois vanaf zaterdag 13 juni worden opengesteld aan het publiek. Een bezoekersapp voor tablets maakt een interactieve rondleiding mogelijk, met een reconstructie in augmented reality van de gemeubileerde villa zoals ze er in 1932 uitzag. Een ‘artistieke infiltratie’ van kunstenaar Jean Sylvain Bieth maakt het bezoek compleet: enkele gebeurtenissen uit het leven van de familie Cavrois of uit de geschiedenis van de villa worden eruit gelicht. Meer dan 26.000 bezoekers kwamen naar de opening van de restauratiewerf aan het publiek, ter gelegenheid van de Europese erfgoeddagen van 14 tot 29 september 2013. Hieruit blijkt de publieke interesse voor dit unieke monument, dat terecht beschouwd kan worden als een internationale referentie in de geschiedenis van de architectuur. © Jean-Luc Paillé – CMN © Robert Mallet-Stevens – ADAGP
Camille Boneu et Anne Lambert de Cursay – 01 44 61 21 86 / 22 45
[email protected] Contacts presse : Pour retrouver l’ensemble des communiqués du CMN : www.presse.monuments-nationaux.fr
*** De villa Cavrois in Croix, de residentiële voorstad van Roubaix, werd ontworpen in 1929 en voltooid in 1932. Het is een opmerkelijk voorbeeld van burgerlijke architectuur uit de eerste helft van de XXste eeuw. Tot eind 1939 wordt ze bewoond door de familie Cavrois, die daarna wegens het naderen van de Duitse troepen verplicht is het Franse departement Nord te verlaten. Tijdens de Tweede Wereldoorlog doet de villa dienst als kazerne voor de Duitse bezetters. De familie Cavrois keert terug in 1947. Op aanvraag van Paul Cavrois wordt de woning in de jarin ’50 verbouwd door de architect Pierre Barbe, om woonruimte te verschaffen aan de gezinnen van Paul en Francis, de zonen van de eigenaar. Paul Cavrois overlijdt in 1965 en zijn echtgenote in 1985. Het meubilair wordt snel verkocht (1986/1987) en het huis wordt overgenomen door een vastgoedbedrijf, dat het park wil verkavelen en de villa wil slopen. Er volgt een lange periode van verwaarlozing en vandalisme (1988-2001). Ten slotte wordt de villa in 2001 overgekocht door de Franse staat, die haar onmiddellijk beschermt en vervolgens restaureert. In 1990 wordt de Association de sauvegarde de la villa Cavrois (Vereniging voor het behoud van de villa Cavrois) opgericht om druk uit te oefenen op de culturele en politieke instellingen die instaan voor de bescherming van de woning. De vereniging zal in juni 2015 omgedoopt worden tot Association des amis de la villa Cavrois (Vriendenvereniging van de villa Cavrois). Dit historische monument staat sinds kort op de lijst van het wereldwijde Iconic Houses Network, een in 2011 opgestart programma ter bescherming van emblematische huizen van de XXste eeuw. Hét bewijs dat deze woning vanaf haar ontwerp kan gerekend worden bij het beste wat de moderne architectuur van de XXste eeuw te bieden heeft.
***
2
Inhoud Belangrijke cijfers
p. 4
De villa Cavrois
p. 6
Context van de opdracht en creatie
p. 6
Robert Mallet-Stevens
p. 7
De architectuur van de villa Cavrois
p. 7
Verval tot aankoop door de Franse staat
p. 10
Een uitzonderlijke restauratie
p. 11
Een ambitieus project geleid door de Franse staat
p. 11
De verschillende etappes van de werken
p. 12
Samenstelling en presentatie van de meubilaircollecties
p. 14
Het culturele project
p. 16
Het bezoekparcours
p. 16
Moderne media en interpretatietools
p. 18
Een artistieke infiltratie
p. 19
De Club van partners
p. 20
Éditions du patrimoine
p. 21
Boeken over de villa Cavrois en Robert Mallet-Stevens
p. 21
De Éditions du patrimoine
p. 23
Visuals (in afwachtig)
p. 24
Institutionele informatie
p. 29
Praktische informatie
p. 29
Verhuur staatsdomein
p. 29
Het CMN in het kort
p. 30 3
Belangrijke cijfers Oppervlakken: 3 800 m² vloeren, waaronder 1 840 m² woonruimte en 830 m² terras 60 m lengte van de hoofdgevel 200 km geverfde voegen 27 m lengte van het zwembassin 72 m lengte van de vijver 17 600 m² park open voor publiek 5 ha oorspronkelijk park Budget: 23 miljoen euro voor de volledige restauratie van de villa en het park 7,7 miljoen euro voor de omheinde en overdekte zones 1,7 miljoen euro voor het park 14 miljoen euro voor het interieur 845 000 euro voor de aankoop van meubels voor de villa tussen 2009 en 2013 Duur: 15 jaar vanaf de 1e studie 12 jaar werkzaamheden Intervenanten op de werken: Bouwheer: Michel Goutal, hoofdarchitect van de historische monumenten, zijn medewerkster Béatrice Grandsard (architect) en Aline Le Cœur, landschapsarchitect Meer dan 230 arbeiders werkten aan de restauratie van het interieur van de villa die 3 jaar duurde en waaraan per jaar 76 arbeiders werkten. 18 beroepstakken in totaal: o o o
o
o
3 beroepstakken voor de werken aan de omheinde en overdekte zones: installatie van de werken - vernietiging van gebouwen van gewapend beton en metselwerk / waterdichtheid / hang- en sluitwerk 6 beroepstakken voor de werken van het park: bestrating - groenzones / metselwerk gewapend beton / verlichting / hang- en sluitwerk / waterdichtheid / loodgieterij 13 beroepstakken voor de werken fase I interieur: metselwerk - ruwbouw - gewapend beton - installatie werken - tegels - granito / pleisterwerk - stucwerk / marmerwerk / mozaïekparket bevestigd met Sorelcement / hout- en kozijnwerk - houtsnijwerk meubelcreatie / decoratief schilderwerk nieuw en restauratie / creatie verlichting en klokwerk / metalen kozijnen - hang- en sluitwerk - metalen decor - glaswerk / lift / sanitaire apparaten creatie en uit de handel / elektriciteit / centrale gasverwarming / waterleiding en loodgieterij sanitair 14 beroepstakken voor de werken fase II en III interieur: metselwerk - ruwbouw gewapend beton - installatie werken - tegels - granito / pleisterwerk - stucwerk / marmerwerk / mozaïekparket bevestigd met Sorelcement / hout- en kozijnwerk houtsnijwerk - meubelcreatie / decoratief schilderwerk nieuw en restauratie / creatie verlichting en klokwerk / metalen kozijnen - hang- en sluitwerk - metalen decor - glaswerk / keukenlift / sanitaire apparaten creatie en uit de handel / elektriciteit / central gasverwarming / waterleiding en loodgieterij - sanitair / tapijten / wandbekleding
Materialen: 80% van de parketvloeren is behouden gebleven en gerestaureerd. De mozaïekparketten bestaan voornamelijk uit eikenhout (in de doorgangsruimtes), 4
zingana (in de eetkamer van de kinderen), acajou (in de rookkamer), iroko (in de hal salon). 90% van de metalen structuur van de verlichting in de vestibule is bewaard gebleven (volledig gereconstitueerd matglas).
5
De villa Cavrois “Woning voor een groot gezin. Woning voor een gezin in 1934: lucht, licht, werken, sporten, hygiëne, comfort, spaarzaamheid. Dat was het programma. Realisatie: grote openslaande ramen. Grote raamoppervlakken die maximaal licht binnen laten. Krachtige indirecte verlichting voor ’s nachts. Bureau, studeerkamer om in alle rust te werken. Speelkamer, groot buitenbad om te zwemmen en te duiken. Talloze badkamers, gemakkelijk te reinigen oppervlakken, vacuümreiniging, ventilatie van alle ruimtes voor volledige hygiëne. Telefoon, elektrische klok, T.S.F., centrale verwarming met thermostaat, lift, bieden allemaal een aangenaam comfort. Eenvoudige materialen die gebruikt zijn volgens een principe van spaarzaamheid. Op die manier werd het programma uitgevoerd”. Dat was de presentatie die Robert Mallet-Stevens gaf van het gebouw dat hij twee jaar eerder had opgeleverd, in het boek Une demeure 1934, dat hij uitgeeft als eerbetoon aan de opdrachtgevers en de betrokken bedrijven. De villa Cavrois is een van de beroemdste realisaties van moderne architectuur en decoratie in Frankrijk op het gebied van privéresidenties. Het is een eigentijds kasteel en een van de zeldzame voorbeelden in Frankrijk van bewaard gebleven bouwwerken van de grote architect Mallet-Stevens, en het is waarschijnlijk zijn meest volmaakte werk.
Context van de opdracht en de creatie Paul Cavrois (1890-1965) trouwt in 1919 met de weduwe van zijn broer Jean, die in 1915 sneuvelt tijdens de oorlog. Lucie Vanoutryve (1891-1985) is al moeder van drie kinderen. Uit het huwelijk worden vier kinderen geboren. Paul Cavrois is afkomstig uit de industriële bourgeoisie van Noord-Frankrijk en bezit twee textielfabrieken, een ververij en een mechanische weverij waar 700 mensen werken. De bedrijven worden in 1998 verkocht. In 1925 telt het gezin Cavrois negen personen waaronder zeven kinderen van twee tot en met veertien jaar. Paul Cavrois wil het meest optimale comfort dat in de tijd beschikbaar is en koopt grond op het platteland op het zogenaamde Beaumont. Hij vraagt Jacques Greber, een beroemde architect uit de regio met een als regionalistisch gekwalificeerde stijl, een projectvoorstel voor een woning te doen. Maar tijdens de Exposition des Arts décoratifs et industriels modernes van 1925 in Parijs maakt hij kennis met de kubistische voorstellen van Robert Mallet-Stevens, en besluit hem in 1929 de opdracht te geven. Eerder had hij de architect al vergezeld tijdens reizen naar Brussel waar hij het Stocletpaleis ontdekt, dat ontworpen is door Joseph Hoffman voor zijn oom, en naar Hilversum in Nederland om het gemeentehuis te bestuderen dat ontworpen werd door Wilhem Dudock (1884-1974), die een belangrijke bron van inspiratie zal zijn voor de villa Cavrois. De architect schetst in 1929 de eerste tekeningen en ontwerpt een volledig kunstwerk dat bedacht is als een uiting van zijn esthetische en technische aandachtspunten. Paul Cavrois geeft goedkeuring voor een werkwijze in deze modernistische en geometrische geest en voor het gebruik van gele gevelbakstenen. Hoewel gele baksteen een traditioneel bouwmateriaal is in de regio en in Noord Europa, is het gebruik in deze context origineel en gedurfd. De bakstenen worden speciaal voor de villa gemaakt. Mallet-Stevens besteedt zorgvuldig aandacht aan de materialen voor het interieur, net als in het Stocletpaleis gebeurde, Paul Cavrois volgt aandachtig de werkzaamheden en de economische ontwikkeling.
6
Robert Mallet-Stevens (1886-1945) Hij werd geboren in Parijs in een van oorsprong Belgisch gezin en werd beïnvloed door de architect Joseph Hoffman, ontwerper van het Stocletpaleis. Hij begon zijn carrière vanaf 1907. Tussen de twee wereldoorlogen verdedigt Mallet-Stevens samen met Le Corbusier, Pierre Chareau en anderen de Internationale Stijl, die wordt beïnvloed door de Amerikaan Frank Lloyd Wright evenals door de Nederlandse beweging De Stijl en hij maakt zich los van de Société des Artistes Décorateurs. Hij is onderwerp van discussies over architectuur aangezien hij, nadat hij in 1929 door de architectuurcriticus Giedion verbannen werd van het tweede congres van de Congrès Internationaux de l’Architecture Moderne, als reactie daarop in hetzelfde jaar actief deelneemt aan de creatie van het tijdschrift L’Architecture d’aujourd’hui en de oprichting van de Union des Artistes Modernes, die zich richt op het gebruik van moderne productiematerialen en technieken door deze aan te passen aan een gemoderniseerde visie op decoratieve kunsten. Hij realiseert emblematische bouwwerken, maar ook industriële gebouwen, garages en salonpaviljoenen. Al zijn projectvoorstellen worden gekenmerkt door het zoeken naar geometrische precisie van vormen, de symmetrie van volumes, de plaats van licht en de functionaliteit van de architectuur. Als hij de villa Cavrois bouwt, is Mallet-Stevens een bekende persoonlijkheid: hij heeft dan al emblematische gebouwen op zijn naam staan zoals de Villa Noailles in Hyères (1922-23), geïnspireerd op de theorieën van de groep De Stijl, de gebouwen van de rue Mallet-Stevens in Parijs (1926-27) en van 1922 tot 1928 de decors van een twintigtal films gemaakt waaronder L’inhumaine van Marcel l’Herbier. Er ligt een gemeenschappelijke gedachte aan de basis van het programma van de villa Cavrois en de eerste activiteiten van de UAM die “de samenvoeging van kunst met moderne technieken en stilering van het praktische voorstaat”.1 Zijn benoeming tot directeur van de Ecole des beaux-arts van Lille in 1935 lijkt voor een deel te danken te zijn aan het succes van de villa Cavrois. Bij zijn dood in 1945 werden alle archieven op zijn verzoek vernietigd.
De architectuur van de villa Cavrois Principes Paul Cavrois deed niet alleen vanwege zijn belangstelling voor kunst en architectuur een beroep op Mallet-Stevens, maar ook vanwege de banden die Mallet-Stevens had met bepaalde personen in de industriële sector in Noord-Frankrijk. Hij overtuigde hem van een leven in een modern huis met voorzieningen die een nieuwe levenswijze mogelijk maakten: huis, tuinen, meubilair, decoratie… een programma waarin zelfs de klokken, de telefoon en de T.S.F. (transmission sans fil – draadloze transmissie) in de muren geïntegreerd werden. Een project dat huispersoneel beperkt. “De villa Cavrois is geen gedachtenmanifest, het geeft uiting aan het standpunt van een ontwerper die niet probeert volgens het boekje te werken en situeert zich binnen een modernistische beweging waarbinnen formele uitwisselingen frequent zijn. Het is geen illustratie van een theorie zoals de villa Savoye van Le Corbusier, de villa is niet gebouwd ter 1
Richard Klein, Robert Mallet-Stevens, la villa Cavrois, Paris, Editions Picard, 2005, p. 80.
7
ondersteuning van een overdraagbare presentatie”2 zegt Richard Klein. Want het gaat om een bijzonder object: vanwege het ontwerp van de tuinen, de immensiteit van het volume – een horizontale vorm die in het midden op een semi-cilindrisch verticale as draait – door driedelige grote ramen en de indelingsystematiek van de ruimtes. De proporties zijn indrukwekkend – bijna 60 meter in lengte, 3 800 m² vloeroppervlak waarvan 1 800 m² woonruimte en 830 m² terras – georganiseerd volgens een axiaal principe en de symmetrie van kastelen uit de XVIIde eeuw. De villa en het park bevinden zich in een gecontroleerde ruimtelijke indeling die veel aandacht besteed aan de proporties en die uitmondt in de definitie van een “regulerende lijn”. De afmeting van een plaquette van de gele buitenbakstenen bepaalt de referentieafmeting van de hele villa (hoogte/breedte/lengte). Het gebruik van deze gevelbakstenen voldoet aan een streng protocol: de horizontale voegen zijn zwart geverfd, de verticale voegen zijn zo behandeld dat ze niet zichtbaar zijn. De villa wordt opgeleverd voor het huwelijk van Geneviève, de dochter van Jean Cavrois, op 5 juli 1932, een unieke gelegenheid voor de inhuldiging. De villa bevat alle moderne technologie uit die tijd en vormt een esthetische schok waarvan de effecten nog voelbaar zijn. Het is de meest volmaakte creatie van Mallet-Stevens die gebaseerd is op het volledige vertrouwen dat zijn opdrachtgever in hem had. Het concept van de villa is op zich heel interessant want het is een overgangswerk tussen traditionele woonarchitectuur en de moderne architectuur die wordt gedragen door de Union des Artistes Modernes (UAM). Richard Klein kwalificeert dit als “synthetisch modernisme” voor die tijd. Podium voor voorstelling De villa Cavrois is de uiting van de integratie van parameters die gebruikt worden in filmdecors ontworpen door Mallet-Stevens in een burgerlijke woning. Het is een ware voorstelling van het leven van een gezin van de bourgeoisie, de villa is het decor van een mondain of het dagelijkse leven. Zo functioneert de villa vanaf binnenkomst van de bezoekers als een opeenvolging van scenes die eventueel leiden tot verbazing over de luxe van het interieur. Het immense terras aan de zuidelijke kant is op zich ook een scene waarin het leven van het gezin zich afspeelt. Ultramoderne technologieën De bouw van de woning is gebaseerd op de meest recente technieken uit die tijd: een structuur die volledig bestaat uit gewapend beton, grote glazen ramen, indirecte verlichting, ventilatie, telefoon en T.S.F. (draadloze transmissie) in elke ruimte, centrale verwarming, een lift vanaf de kelder. Dit alles maakt dit gebouw tot een concentraat van moderniteit, uitgevoerd door erkende specialisten die als “associés” werden beschouwd. Mallet-Stevens ziet toe op de huishoudelijke uitrusting, met name voor de keuken en de wasruimte die beschikken over ultramoderne technologie. Interieur decors en materialen Mallet-Stevens besteedt bijzondere aandacht aan de decors en materialen in het interieur. Conform de theorieën van de UAM bepleit hij pure vormen, eenvoud van het decor, gebruik van industriële materialen en technieken (glas, metaal, staal). Het metaal is alom vertegenwoordigd, bijvoorbeeld op de verlichting en de radiatorcovers. De gebruikte materialen zijn edel (verschillende houtsoorten, marmer, etc.) en van diverse herkomst (onder andere Italië, België, Zweden) en het gebruik varieert per ruimte: groen marmer uit 2
Richard Klein, Robert Mallet-Stevens, la villa Cavrois, Paris, Editions Picard, 2005, p. 104.
8
Zweden en meubilair met gelakt perenhouten fineer in de eetkamer van de ouders, marmer uit Sienna bij de open haard en meubilair van walnoothouten fineer in de grote hal, etc. Origineel meubilair Volgens Richard Klein3 moet het meubilair, net als in de film, de personages in scene zetten, hun psychologie tot uiting brengen en hun dagelijkse leven uitbeelden. Het raffinement en de luxe van de meubels van de bewoners staat in schril contrast met de relatief sobere meubels van het huispersoneel en de polychrome frisheid van bepaalde meubels voor de kinderen. De walnoothouten meubels in de salon die grotendeels bekleed zijn, net als de meubels in de eetkamer van gelakt perenhout, zijn massief en zwaar, ze ademen luxe, duurzaamheid en de stabiliteit van een gezin uit. In het bureau van Paul Cavrois zijn de meubels van onbehandeld perenhout en de zittingen bekleed met beige varkenshuid, dit ademt de dynamische sfeer uit van een zakenman die gewend is leiding te geven. De meubels van het boudoir van Lucie Cavrois hebben eenvoudige geometrische vormen en combineren accessoires van gepolijst aluminium met lichte tinten van sycomore. De badkamer van de ouders is een eerbetoon aan sport en hygiëne, bladen van licht marmer, verchroomde laden en maagdelijk witte krukken. De rookkamer is als een schatkist: Cubaans acajou fineer op alle oppervlakken, inclusief het plafond, het meubilair bestaat uit een bank met vermiljoen leer. In de keuken en provisiekamer zijn de meubels van wit geverfd metaal: de ruimtes moeten lijken op die van een kliniek, volgens Mallet-Stevens. Zo werd elke ruimte ontworpen al een homogeen geheel waarin het decor en het meubilair voldoen aan de behoeften van de bewoners. Indeling van de villa In tegenstelling tot de villa Savoye die door Le Corbusier werd ontworpen, is de villa Cavrois, hoewel zij qua materialen, aspect, interieurcomfort en decoratie onbetwistbaar modern is, eigenlijk qua ruimtelijke indeling en programma, de transcriptie van een model van de “plattelandswoning”, een erfstuk uit de VIIde eeuw, dat veelvuldig gereproduceerd werd in de XVIIIde en XIXde eeuw. Dit “moderne kasteel” is georganiseerd rond een vestibule die uitkomt op een grote salon, met openslaande ramen die uitkomen op een tuin en een grote vijver. Aan weerszijden van deze “hoofdas” bevinden zich de klassieke vertrekken van de ouders, de kinderen en de bedienden, aangevuld met twee eetkamers (ouders/kinderen), en een rookkamer, en dit alles komt uit op enorme terrassen, een zwembad en het park. Deze indeling komt overeen met precieze functies: de vleugel van de ouders, de dienstvertrekken, de kinderruimtes, de ontspanning- en sportruimtes en de terrassen die de hele villa overdekken, waaronder de zomereetkamer op de tweede etage, terwijl zich in de enorme kelder de wijnkelder, de verwarmingsruimte die niet zou misstaan op een schip, de wasruimte met was- en droogmachines, de ruimtes voor opslag van hout, fruit, bloemen, reiskoffers, sportuitrusting... bevinden. Buitenom de villa De buiteninrichting wordt volgens dezelfde programmeringsvisie behandeld: het noordelijke deel wordt zo ingericht dat autoverkeer mogelijk is. Het zuidelijke deel met een grote vijver die doet denken aan de tuinen uit de XVIIde eeuw, past in een gecontroleerde, open ruimtelijke organisatie. Het oostelijke deel bestaat uit grote zones die voor de behoeften van de villa worden gebruikt: boomgaard, groentetuin, kippenren en rozentuin. Deze zones horen niet meer bij het huidige domein en bestaan niet meer. 3
Richard Klein, « Robert Mallet-Stevens », Paris, Editions du Patrimoine, 2014.
9
Mallet-Stevens vat zijn programma voor modern comfort in 1932 als volgt samen: “echte luxe is een licht, goed verlucht, goed verwarmd kader met zo min mogelijk onnodige handelingen en een minimum aan bedienden”. In een context van economische crisis en het succes van Le Corbusier en Perret, verspreidt Mallet-Stevens beelden van de villa om andere opdrachtgevers te verleiden. Zo presenteert L’architecture d’aujourd’hui in N° VIII van november 1932, een volledig dossier over de villa Cavrois. Vervolgens verschijnt Une demeure 1934 in de eerste helft van 1934, en een artikel van Howard Roberston in “The architect and building news”, op 29 juni 1934. Ten slotte wordt de eerste kleurenfoto van de villa gepubliceerd in het tijdschrift L’illustration, l’habitation van 20 mei 1939.
Verval tot aankoop door de staat De villa ondergaat vervolgens belangrijke veranderingen betreffende het meubilair en de interieurindeling vanwege schade die wordt aangericht tijdens de militaire bezetting en de ontwikkelingen binnen de familie. Tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt de villa bezet door het Duitse leger dat de vijver dempt. Paul Cavrois komt pas in januari 1947 terug in zijn huis. Naar aanleiding van de huwelijken van zijn zoons die hij graag aan zijn zijde wil houden, neemt hij de architect Pierre Barbe in dienst die van 1947 tot 1959 het huis aanpast. De ruimtelijke indeling en het creëren van appartementen veranderen de villa aanzienlijk. Er worden drie fasen werkzaamheden uitgevoerd waarbij de westelijke en oostelijke delen worden veranderd. Na de dood van Paul Cavrois op 10 oktober 1965, en de dood van zijn vrouw op 30 april 1985, organiseert Sotheby op zondag 5 april 1987 een veiling van het meubilair van de villa in Monaco. Op 23 september wordt de villa verkocht aan een projectontwikkelaar die van plan is het park op te delen in bouwpercelen en de villa te vernietigen. Om dit project tegen te houden richt een pressiegroep waarvan Richard Klein deel uitmaakt op 23 november 1990 de Vereniging tot redding van de villa Cavrois op. De vereniging wordt gesteund door architecten als Norman Foster en Renzo Piano. De villa wordt op 10 december 1990, tegen het advies van de eigenaar in, geklasseerd als historisch monument. Ondanks de verschillende acties die de vereniging onderneemt, blijft de projectontwikkelaareigenaar de villa verwaarlozen en laat hij vandalen hun gang gaan. “Aangezien de eigenaar weigert de werken uit te voeren, hebben wij het hele arsenaal aan administratieve middelen ingezet”, herinnert François Goven zich die dan onderdirecteur is van de Historische monumenten. In die periode kunnen de lokale gemeenschappen, ondanks talloze intentieverklaringen, niet tot overeenstemming komen over de redding van de woning. De geplunderde villa die na talloze vernielingen sinds 1988 tot een ruïne is vervallen, wordt evenals een deel van het park in 2001 door de Franse staat gekocht, waarmee het tragische lot dat de villa te wachten stond, voorkomen wordt.
10
Een uitzonderlijke restauratie Een ambitieus project van de Franse staat Na aankoop gaat de staat over tot grote restauratiewerkzaamheden. Het geheel van de werken om de villa en het park te redden, wordt geschat op bijna 23 miljoen euro. Er was veel onderzoekswerk nodig, hetgeen verklaart waarom er 15 jaar verstreken tussen de start van de studies in 2000 en de afronding van de interieurwerkzaamheden in 2015. Het Centre des monuments nationaux als bouwheer Het Centre des monuments nationaux (CMN) van het Franse ministerie van Cultuur en Communicatie is beheerder van het monument en heeft de leiding over de werkzaamheden van dit enorme project sinds 2008. Het CMN nam deze taak over van de DRAC Nord-Pasde-Calais die vanaf 2004 namens de staat de werkzaamheden aan de omheinde en overdekte zones had geleid. De villa Cavrois werd toevertrouwd aan het CMN zodat het monument open gesteld kon worden voor het publiek conform de statutaire missie van het CMN. Het bezoek aan de villa als monument genoot dus de voorkeur en de prioriteit was daarom de presentatie aan het publiek van de vertrekken zoals deze door Mallet-Stevens waren ontworpen als woonruimte voor de familie Cavrois. Keuze voor de oorspronkelijke staat De villa Cavrois is een van de weinige Franse bouwwerken in de modernistische spirit van de jaren 1930 en een uitzonderlijk voorbeeld van een totaalopdracht in de Europese burgerlijke architectuur. Daarom wenste de nationale commissie voor historische monumenten de oorspronkelijke indeling en volumes van het interieur te restaureren die gewijzigd was door scheidingswanden en tussenverdiepingen die vanaf het begin van de jaren vijftig waren gecreëerd door de architect Pierre Barbe. Om de hypotheses voor restauratie te controleren en bepaalde ambachtelijke kennis te vergaren, werden voorafgaand aan de werken wetenschappelijk onderzoekswerk en talloze peilingen uitgevoerd. Dit werk was met name gebaseerd op een vergelijkende analyse van oude documenten (originele foto’s, plattegronden en rapporten…) en ter plaatse resterende overblijfselen. Op die manier werden alle onzekerheden opgehelderd waardoor de kennis van de oorspronkelijke staat van de villa en het park en daarmee de restauratie op een zo betrouwbaar mogelijke manier weergegeven en uitgevoerd kunnen worden. Door de reconstructie van het grootste deel van de architecturale, functionele en decoratieve voorzieningen van het monument, heeft de staat de ambitie van het echtpaar Cavrois en Mallet-Stevens om een uitzonderlijke woning te realiseren, opnieuw leven ingeblazen. Gezien de omvang van de uitgevoerde werken, besloot het CMN één vertrek niet te restaureren als getuige van de staat van verval waarin de villa zich bevond op het moment dat de staat het kocht. Dit vertrek is de slaapkamer van de jongens op de 1e etage (westelijke vleugel).
11
De verschillende etappes van de werken Restauratie van de omheinde en overdekte zones Door het langdurige gebrek aan onderhoud waren het beton en de gele bakstenen gevelbekleding ernstig beschadigd, vooral door waterinfiltratie. De grote ramen waren gedeeltelijk vernield en de metalen kozijnen waren verroest. Vanaf aankoop door de staat werd onmiddellijk begonnen met behoudswerkzaamheden door Pierre Cusenier, architecte van bâtiments de France. De DRAC du Nord-Pas-de-Calais gaf gelijktijdig Michel Goutal, hoofdarchitect van de historische monumenten, opdracht voor een restauratieproject van de omheinde en overdekte zones en de structuur van het monument. Het ministerie van Cultuur en Communicatie besteedde via de DRAC 6,1 miljoen euro aan deze operatie en benoemde de hoofdarchitect van de historische monumenten tot bouwheer. Deze restauratiewerkzaamheden die bestonden in het zo veel mogelijk behouden van origineel materiaal (baksteentjes, hout- en kozijnwerk) en het identiek vervangen van te ernstig beschadigde of verdwenen elementen, veranderden de buitenkant van het monument op spectaculaire manier. Twee derde van het metalen kozijnwerk dat bijna volledig was verroest, 95 % van het originele buitenhang- en sluitwerk en 70% van de bakstenen werden gerestaureerd. Alleen de ramen werden volledig vervangen. Tevens moet opgemerkt worden dat bepaalde zones, zoals de noordelijke gevel, geen al te intensieve reiniging door middel van micro-zandstralen konden ondergaan. Het CMN, dat sinds 2008 bouwheer is voor de monumenten die aan haar zijn toevertrouwd, besteedde 1,4 miljoen euro extra aan de afronding van de restauratie van de omheinde en overdekte zones, onder mandaat dat aan de DRAC du Nord-Pas-de-Calais werd uitbesteed. Deze laatste fase betrof de restauratie van de twee terrassen, het zwembad (dat om veiligheidsredenen niet op originele diepte werd hersteld), de zuidelijke gevel en de reconstructie van het voetstuk langs het park en de trap die de verbinding tussen het park en de villa vormde. Na afronding van deze fase in 2007 had de villa Cavrois opnieuw het buitenaspect dat op de foto’s van begin jaren 1930 te zien is. Restauratie van het park In het kader van de onderhandelingen met de projectontwikkelaar-eigenaar heeft de staat niet het hele oorspronkelijk park kunnen kopen. Het centrale deel dat de oude vijver omvatte (die in de Tweede Wereldoorlog werd gedempt door de Duitsers die een controlepost in de villa hadden gevestigd), en dat de landschappelijke hoofdas vormde van de tuin met verbinding naar de salon, kon gelukkig volledig worden aangekocht. Helaas was dit niet het geval voor de oude rozentuin waarvan S.C.I eigenaar bleef om hiervan bouwpercelen te maken. De restauratiewerken van het park volgens de indeling van 1932 werden uitgevoerd door ACMH Michel Goutal en de landschapsarchitect Aline Le Cœur van januari 2012 tot april 2013. Het project had tot doel: - het verwijderen van bepaalde eerder geplante bomen en opnieuw planten van originele verdwenen soorten. Er werd echter geconstateerd dat een groot deel van de oorspronkelijk geplante bomen nog bestond en bewaard kon blijven; - het creëren van een plantenscherm tussen het park en de huizen die op de plaats van de oude rozentuin waren gebouwd; 12
- het herstellen van de oorspronkelijke nivellering; - het realiseren van een reflectie (met in sommige gevallen aanpassing voor mindervaliden) van de oorspronkelijke paden en de rotonde, die bewaard waren gebleven maar met een dunne laag tuingrond bedekt waren; - het aanbrengen van verlichting in het park; - het restaureren van de vijver. Restauratie van het interieur Vanwege de vernietiging en plundering van kostbaar materiaal was het interieur van de villa zwaar beschadigd. Het doel van de restauratie in de staat van juli 1932 vereiste complex onderzoek en werkzaamheden. Binnen in de villa werden de organisatie en de decors (valse plafonds van stucwerk, verlichting, geïntegreerd meubilair, comfortvoorzieningen, houtwerk…) van de ruimtes naar origineel voorbeeld hersteld. De werken die van juli 2012 tot mei 2015 plaatvinden voor een bedrag van 14 miljoen euro betreffen het metselwerk, het pleisterwerk, het marmer, het parket, de verlichting en het klokwerk, het hout- en kozijnwerk, de metalen kozijnen, de centrale verwarming, het sanitair en waterleidingen en loodgieterijwerken. De eerste fase van de interieurrestauratie betrof het centrale deel: de doorgangsruimtes (vestibule, gangen, lift, eretrap) en bepaalde ruimtes op de begane grond (salon-hal en eetkamer van de ouders). De tweede fase van de werken betrof de ruimtes in de vleugels, de rez-de-jardin op de tweede etage en het wachterspaviljoen. De publicatie van Mallet-Stevens Une demeure 1934 was een kostbare bron van informatie aangezien 85% van het decor verdwenen was. Er moest gezocht worden naar materialen en technieken. De reflectie van de Noël-parketvloeren (mozaïekparket) maakte het mogelijk om 90% van het originele parket te behouden. De marmerelementen die bewaard waren gebleven, konden niet gerestaureerd worden, maar het was mogelijk hierdoor te bepalen welke soorten marmer gebruikt waren in de verschillende ruimtes (groen marmer uit Zweden in de eetkamer, geel marmer uit Sienna bij de openhaard in de salon, wit marmer in de vestibule en voor de eretrap), zodat een identiek decor hersteld kon worden. Onderzoek naar de polychromie van de interieurbekleding maakte het mogelijk het oorspronkelijke gebruik vast te stellen, bijvoorbeeld het gebruik van levendige kleuren volgens de geest van De Stijl in bepaalde ruimtes en groentinten in de ontvangstvertrekken op de begane grond als echo voor de kleuraccenten van het park en het groen marmer uit Zweden in de eetkamer van de ouders. Het geïntegreerde meubilair is trouw gereproduceerd dankzij de fotogrammetrie-methode en vergelijking van het bewaard gebleven meubilair in bepaalde opslagdepots of privécollecties. De prototypes op ware grootte hebben het eveneens mogelijk gemaakt de reproductiehypothese te testen. Van het geïntegreerde meubilair konden alleen de originele elementen van de provisiekamer opnieuw geïnstalleerd worden dankzij een gift van een particulier, de heer Robert Rubin. Het haut-reliëf van de eetkamer van de kinderen dat door de gebroeders Martel werd gecreëerd, is verdwenen. Om naar dit kunstwerk te verwijzen, stelt de artiest Jean Sylvain Bieth een interpretatie voor die met respect voor de afmetingen en de vorm, een beeldherinnering schept waarvoor de erfgenamen van de gebroeders Martel hun goedkeuring hebben gegeven.
13
Samenstelling en presentatie van de meubilaircollecties Het meubilair dat door Mallet-Stevens voor de villa werd getekend past perfect bij het decor. Het is aangepast aan de functie van elke ruimte door een zorgvuldige keuze van de materialen. Mallet-Stevens doet een beroep op zijn gebruikelijke medewerkers, zoals André Salomon en Jacques Le Chevallier voor de verlichting. Hij doet ook een beroep op de gebroeders Martel voor het haut-reliëf in de eetkamer van de kinderen en het kleine beeldhouwwerk in sommige vertrekken. Jean Prouvé wordt gevraagd voor de liftdeuren. Naast dit meubilair dat speciaal door de architect werd ontworpen, wordt de inrichting van het interieur aangevuld met enkele kleine objecten en accessoires die de opdrachtgevers in de winkel kochten. Na de dood van mevrouw Cavrois in 1985 raakt het meubilair na een veiling op 5 april 1987 verspreid. De inventaris van de collecties op basis van oude foto’s heeft identificatie en opsporing van een deel van het oorspronkelijke meubilair mogelijk gemaakt. Het meubilair was bijna geheel in particulier bezit en sinds 2009 zijn verschillende meubilairensembles met steun van het ministerie van Cultuur en Communicatie (erfgoedfonds) door het Centre des monuments nationaux gekocht, onder andere tijdens de verkoop van de collecties van Laurent Négro in 2011, van Yvon Poullain in 2012 en Alain Braunstein in 2013. Naast dit ambitieuze aankoopbeleid, worden de ruimtes aangevuld met zeer gerichte aankopen van meubilair dat bij het specifieke karakter van de villa past. Het gaat om aankopen van seriemeubilair en kleine decoratieobjecten. Zo worden in de verschillende ruimte coherente meubilairensembles getoond die de sfeer van een woning met modern comfort uitademen. In de privévertrekken wordt het meubilair van het boudoir, dat een kaptafel, een set chauffeuses, een fauteuil, een werktafel, een pendule en kandelaren bevat, getoond volgens de inrichting die te zien is op foto’s uit 1932. Deze meubels worden aangevuld door gereproduceerde decors zoals een divan en in de muur geïntegreerde bergruimte. In de slaapkamer van de ouders vergezelt een set fauteuils met palmhouten fineer de presentatie van een bed en buffet dat volgens het origineel is vervangen. In de ontvangstruimtes komt de presentatie van de tafel en zes stoelen met zingana fineer van de eetkamer van de kinderen zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke toestand. In de vestibule zijn drie van de vier wandlampen met gepolijste aluminium cirkels te zien die gecreëerd zijn door Jacques le Chevallier en René Koechlin. De vierde is geconstitueerd op basis van bestudering van de originelen. Dit ensemble benadrukt het belang van het werk van Mallet-Stevens betreffende de verlichting en herinnert aan zijn activiteiten als filmdecorateur. Elk meubelelement is geplaatst volgens de originele configuratie met enkele aanpassingen om de doorgang voor het publiek en de beveiliging van de collecties te vergemakkelijken. Dit is het geval voor het herminebeeld van de gebroeders Martel, dat in de eetkamer van de ouders staat in plaats van bij de haard in de hal, waar het oorspronkelijk stond. In de dienstzones geven de donatie van hoekkasten van de provisiekamer en de twee keukentafels de functionaliteit van de ruimtes weer. Dit meubilair is gecombineerd met stoelen van latere makelij die sterk lijken op de stoelen die op foto’s te zien zijn. Sommige kasten en uitrustingen in de keuken en de provisiekamer zijn naar origineel voorbeeld geconstitueerd en bevinden zich naast originele meubels. Er zijn ook drie metalen fauteuils (édition) in de wasruimte om de algemene toestand van dit seriemeubilair te laten zien, evenals drie lampen in de speelkamer van de kinderen. De originele Prouvé-lift en de koker worden in de verwarmingsruimte getoond om het belang aan te geven van de technische uitrustingen in deze woning met modern comfort.
14
Omdat het meubilair dat het CMN heeft teruggevonden in goede staat verkeerde, waren slechts enkele correcties aan het fineer nodig. De collecties die een combinatie zijn van luxe en moderniteit in een functionele spirit zijn gemaakt van materialen die harmonieus samengaan met het interieurdecor. De gordijnen en de meubelbekleding zijn identiek vervangen.
15
Het culturele project In dit jaar van opening voor het publiek wil het Centre des monuments nationaux ten eerste de wedergeboorte van de villa onder het voetlicht brengen. Afgezien van de reflectie over een bezoek en de verschillende pedagogische aspecten, werd speciaal informatiemateriaal ontwikkeld voor het publiek (numerieke tablets, video’s over de werken). Het publiek kan ook de oorspronkelijke en gerestaureerde materialen bekijken in een “matériauthèque” (materiotheek). Ten slotte werd een artistieke infiltratie ontworpen door de artiest Jean Sylvain Bieth die deze voorzieningen aanvult en die tot doel heeft bepaalde evenementen van het leven van het gezin of de geschiedenis van de villa te reconstitueren. Een educatieve en culturele dienst zal zich bezighouden met programma’s die speciaal bestemd zijn voor scholen en studenten. Vanaf 2016 zal de villa Cavrois een levendige en dynamische plaats zijn voor ontmoeting en uitwisseling over architectuur en design die past in een netwerk van lokale, nationale en internationale culturele instituten. Deze programmering wordt bepaald door exposities, ontmoetingen en projecties. Er worden interventies van artiesten georganiseerd en geïntegreerd in de ruimtes (video, film, foto’s). Er worden specifieke projectievoorzieningen besteld. Er zijn al twee ruimtes aan deze programma’s gewijd: de garage en de speelkamer van de kinderen. Deze projecten kunnen georganiseerd worden in samenwerking met andere structuren in de regio zoals Le Fresnoy, le Grand Hornu in Mons (België) of de musea en instituten voor design en decoratieve kunsten.
Het bezoekparcours De hele villa, inclusief de kelder, is open voor bezoek. Bezoekers hebben toegang tot de villa via het wachterspaviljoen waarvan de begane grond (de voormalige garage) ingericht wordt als receptie (kaartverkoop winkel). De gemiddelde duur van een bezoek is 1 uur en 30 minuten. Er is een boekwinkel ingericht in de voormalige wachterswoning, die is gewijd aan design en architectuur, en met name boekwerken aanbiedt over de villa Cavrois die zijn uitgegeven door de Editions du patrimoine. De bezoekers ontdekken 5 types ruimtes: - De ruimtes die in hun oorspronkelijke staat zijn hersteld en volledig gemeubileerd, met name de oorspronkelijke slaapkamer van de ouders, de eetkamer van de kinderen waarvoor het CMN het originele meubilair heeft aangekocht. - De ruimtes die in hun oorspronkelijk staat zijn hersteld, maar die niet gemeubileerd zijn (grote hal, eetkamer van de ouders, …) waar het accent op de architecturale en decoratieve aspecten ligt. - De niet gemeubileerde, in oorspronkelijke staat herstelde ruimtes, die open zijn voor exposities en animatie en waar respect voor de architectuur en de decors gecombineerd wordt met objecten en werken die een eigentijdse visie toevoegen, of waar voorwerpen, kunstwerken, echo’s van de implicatie die Mallet-Stevens zelf in de jaren 1920-1930 had op het gebied van dat wat toen nog geen design werd genoemd. - De technische ruimtes in de kelder dienen voor een materiotheek in de wijnkelder, de wasruimte met de gerestaureerde oude huishoudelijke machines, voorbeelden van 16
-
bewaard gebleven technisch materiaal en ruimtes voor uitbreiding van animatie/expositieruimte in de garage en de doorgang. Een niet-gerestaureerde ruimte die getuigd van het verval van de villa op het moment dat de Franse staat het aankoopt (de slaapkamer van de jongens op de 1e etage, westelijke vleugel).
De bezoeker kan vrij door vrijwel de hele villa lopen, sommige ruimtes zijn gereserveerd voor technische of beveiligingsuitrustingen of als werkruimte. Men was van mening dat deze bezoekvrijheid een must was in een privéwoning die ontworpen was voor een gezinsleven waarin iedereen zich op zijn eigen manier een mening kan vormen over de redenen waarom de villa is geklasseerd als historisch monument dat deel uitmaakt van het nationale erfgoed. De villa is ontworpen als een scene van het huishoudelijke leven en tevens een uitnodiging aan de bezoeker om zich een voorstelling te maken van de familie. Er worden ontvangstmedewerkers opgeleid om vragen te beantwoorden.
1 Vestibule 2 Salon-hal 3 Eetkamer van de ouders 4 Eetkamer van de kinderen
5 Keuken en provisiekamer 6 Rookkamer 7 Slaapkamers van de jonge mannen 8 Trap
9 Vleugel van de ouders 10 Vleugel van de kinderen 11 Speelkamer 12 Kelder 17
Media- en interpretatietools Een bezoekapplicatie in toegevoegde realiteit Het project “Numeriek Cavrois” dat in 2012 werd gelanceerd, werd gerealiseerd door het CMN in samenwerking met het bedrijf Art Graphique et Patrimoine, met de steun van het ministerie van Cultuur en Communicatie in het kader van de projectaanbesteding 2012 “Innovatieve culturele numerieke services” en vormt voor de instelling een referentiemediatool. Bij de ingang van het monument wordt verhuur van numerieke tablets aangeboden waarmee de villa op een sensoriële en innovatieve manier kan worden ontdekt. De applicatie richt zich op talloze publieksgroepen – gezinnen, specialisten (architecten, studenten…), scholen, gehandicapten – en maakt het mogelijk onder te duiken in de toestand in 1932 van de villa en sommige ruimtes met meubilair in 3D te bekijken. De bezoeker kan vrij op de site rondlopen en 15 bezienswaardigheden in en buiten de villa ontdekken. De inhoud is beschikbaar in het Frans, Engels, Nederlands en Franse gebarentaal. Inzoomen, focussen, thematisch inzicht en verlichting van bepaalde punten zijn eveneens toegankelijk. De bezoekers kunnen zo tijdens het bezoek via de applicatie een beroep doen op audio, video, grafische en animatie-inhoud via originele functies zoals toegevoegde realiteit en 3Danimaties. De globale duur van de applicatie is ongeveer 1 uur. De verhuur van numerieke tablets is tegen betaling (minder dan € 5). Afhalen kan bij de receptie-kaartverkoop. Een materiotheek De materiotheek wordt geïnstalleerd op de plaats van de wijnkelder in de kelder van de villa. De configuratie van de wijnrekken maakt het mogelijk een deel van het oude materiaal te presenteren naast materiaal dat identiek is gereproduceerd. Het doel is inzicht te bieden in de restauratiebenadering die bestaat uit het creëren van de historische staat van de villa in 1932. De materiotheek wordt in verschillende registers georganiseerd die geklasseerd worden volgens de bouwelementen – zoals de plaquettes van de gevelbakstenen, de cementen terrastegels – de decoratieve elementen zoals het marmer, en de technische uitrustingen waaronder het elektrische materiaal en de buitenbalustrades. Deze didactische ruimte heeft tot doel te laten zien in welke mate de architectuur, naast de tekeningen, berust op een associatie van specifieke materialen die gekozen worden vanwege hun visuele, technische en decoratieve kwaliteiten. De materialen die voor bewaring zijn geplaatst (zoals de cabine van Jean Prouvé) of die in grote hoeveelheden zijn gemaakt om regelmatige reparaties uit te voeren (voornamelijk de bakstenen) worden in de voorraad bewaard of in de materiotheek in de rez-de-jardin getoond. Een bezoekdocument De bezoekers ontvangen gratis een bezoekblad dat in vier talen beschikbaar is (Frans, Engels, Duits, Nederlands) met de belangrijkste informatie van de opdracht tot en met de geschiedenis van het monument en de leeselementen van de architectuur. 18
Een audiovisueel centrum Er is een audiovisuele zaal geïnstalleerd in de voormalige garage waar een documentairefilm van 26 minuten wordt vertoond over de restauratie van het monument, met name over de eerste fase van de interieurrestauratie. De film geeft een beeld van de vakkennis die werd ingezet voor de restauratie van het park en het interieur. Een numeriek interpretatiecentrum Een blijvend interpretatiecentrum dat geïnstalleerd wordt in een van de slaapkamers van de jonge mannen op de rez-de-jardin. Hier komen grote thema’s aan bod die meer inzicht geven in het monument: de plaats van Mallet-Stevens (1886-1945) in de architectuurgeschiedenis en in het bijzonder in de moderne architectuur na de Eerste Wereldoorlog, de plaats van de villa Cavrois in het werk van Mallet-Stevens, het leven van de villa, dat van de bewoners (de villa in de tijd van Paul Cavrois 1932-1939, de donkere momenten in de nationale en familiegeschiedenis 1939-1985, de verwaarlozing van de villa door de nieuwe eigenaar, en de interventie van de staatsdiensten tot de aankoop 1986-2001, de restauratie van de villa 2001-2015). De inhoud is tevens beschikbaar in het Frans, Engels, Nederlands en gebarentaal.
Een artistieke infiltratie Het artistieke infiltratieproject is ontworpen door Jean Sylvain Bieth en is te zien vanaf de opening van de villa voor een duur van zes maanden. Het werk wil een extra dimensie toevoegen aan het huis dat zowel hoogtepunten als verval heeft gekend. De wedergeboorte doet niets af aan de herinnering aan het feit dat het huis ooit vol was van kindergelach, geuren en stemmen. Het huis heeft verschillende levens gehad, met hoogtepunten en donkere tijden. Er werd lief en leed gedeeld. Dit project roept sommige van die momenten op als getuige van het feit dat het huis een levendige plaats was voordat het een nationaal monument werd. De artistieke infiltratie heeft de vorm van objecten, boeken, tijdschriften of geuren. Deze infiltratie heet "La Maison du péril” (Moord onder vuurwerk), als verwijzing naar de roman van Agatha Christie uit 1934.
19
De Club van partners Het Centre des monuments nationaux blijft trouw aan haar inzet voor het openen van de culturele wereld aan de economische wereld en doet een beroep op de gulheid van de directies van lokale bedrijven die het imago van de regio Noord Frankrijk belangrijk vinden, en in bredere zin, elk bedrijf dat wil deelnemen aan het tot leven laten komen en animeren van een grootse locatie. Naast interessante fiscale voordelen, maakt het mecenaat het ook mogelijk een geprivilegieerde band op te bouwen met een bekende site die het bedrijf in haar zakelijke relaties en interne communicatie kan gebruiken. Elk bedrijf, ongeacht omvang of omzet, kan een bijdrage leveren. Het gaat om een geldelijke, materiële gift, een gift in natura, het ter beschikking stellen van personeel ten behoeve van een cultureel project. De Club van partners van de villa Cavrois is een groep geëngageerde bedrijven die zich inzetten voor een architecturaal modernistisch meesterwerk. De leden willen laten zien dat zij gehecht zijn aan de streek, deelnemen aan het elan van de cultuur in Noord-Frankrijk en onderdeel zijn van een dynamische eenheid die bij regionale politieke, culturele en economische instanties de waarden van verantwoordelijkheid en solidariteit van de leden onder de aandacht brengt. Zij maken het ook mogelijk de uitstraling van de villa Cavrois te vergroten door een wisselwerking te creëren tussen hun kennis en ontwikkeling en de nauwe banden met de site en in bredere zin met het Centre des monuments nationaux. De leden van de Club van partners van de villa Cavrois zijn onder andere*: -
Casamance Casamance is een internationaal merk dat elk jaar meerdere collecties stoffen en behang van topkwaliteit vervaardigt en uitgeeft. Casamance is een bedrijfsgroep die gespecialiseerd is in edele textiel en die in Noord-Frankrijk gecreëerd en geïmplementeerd is.
-
JCB international JCB is leider in Japan en bekleedt wereldwijd de 4e plaats op het gebied van betaalkaarten. Dit bedrijf vertegenwoordigt op dit moment een internationaal netwerk van bijna 80 miljoen kaartbezitters (15% van de bezitters zijn Japans, 8 à 10% is Chinees).
-
Origami – Groep Digital Axxess Origami is een intelligent designagentschap dat communicatieruimtes tekent voor merken en bedrijven met een combinatie van design, architectuur en digitale oplossingen om elke bezoeker storytelling en nieuwe ervaringen te bieden.
* op 15-01-2015
20
Editions du patrimoine Boeken over de villa Cavrois en Robert Mallet-Stevens Collectie “Itinéraires” La villa Cavrois Paul-Hervé Parsy Verschenen: juni 2015 Prijs: 7 euro 11 x 22,5 cm – gelijmd met binnenflap – 64 pagina’s EAN 9782757702963 Verkrijgbaar in de boekhandel
De eerste bezoekersgids van de villa die eindelijk open is voor het publiek. De collectie “Itinéraires” Onmisbare gidsen in pocketformaat: de “Itinéraires” begeleiden de ontdekking van een locatie op een aangename, diepgaande manier. De gidsen worden bijgewerkt met de meest recente informatie en zijn rijkelijk geïllustreerd, ze bieden een algemene geschiedenis van een monument, gevolgd door een gedetailleerd bezoek met plattegronden, een chronologie en een bibliografie. De auteur Paul-Hervé Parsy Hij is jurist van opleiding en was achtereenvolgens inspecteur plastische kunsten bij het ministerie van Cultuur en Communicatie, hoofdconservator van de eigentijdse collecties van het nationaal museum van moderne kunst/Centre Georges Pompidou, directeur van het museum voor moderne en eigentijdse kunst van Straatsburg. Sinds 2001 is hij beheerder van het kasteel van Oiron, en sinds 2013 beheerder van de villa Cavrois. Hij is specialist in eigentijdse kunst en publiceerde talloze artikelen en expositiecatalogi. Collectie “Regards… “ La villa Cavrois Richard Klein Verschenen: juni 2015 Prijs: 12 euro 24 x 26 cm – gelijmd met binnenflap – 64 pagina ‘s EAN 9782757704233 Ook verkrijgbaar in het Engels en Nederlands Verkrijgbaar in de boekhandel Hoewel ze voor iedereen toegankelijk zijn, blijven de meest opmerkelijke gebouwen van Frankrijk deels onbekend en verdienen ze meer aandacht. Deze souveniralbums leiden de lezer bij zijn ontdekking via een korte historische presentatie en een portfolio met veel commentaar. 21
Dit album laat de villa zien in een tijd dat ze bewoond werd door de familie Cavrois, en de jaren 1990 tijdens het verval en nu tijdens de wedergeboorte. De collectie “Regards…” De collectie van albums “Regards…” is bestemd voor liefhebbers van kunst en neofieten die voortdurend op ontdekking zijn, en biedt een diversiteit aan zienswijzen van een site, een monument of een werk. Erfgoed laten zien, het onder de aandacht brengen, er een rijke iconografie van topkwaliteit van maken, dat is het hoofddoel van deze collectie die ontworpen is als boek-object. Het ontwerp in die opeenvolgende afzonderlijke delen – “Ontmoeting met… “, “Kijk op… “ en “Meer weten over… “– begeleidt de lezer geleidelijk naar een volledige ontdekking van het erfgoed via de geschiedenis en de gedetailleerde presentatie door middel van de rijke illustraties. Collectie “Carnets d’architectes” Robert Mallet-Stevens Agir pour l’architecture moderne Richard Klein Prijs: 25 euro 16,5 x 21 cm – gelijmd – 176 pages – 180 illustraties EAN 978-2-757-70289-5 Verkrijgbaar in de boekhandel
Dit werk biedt een nieuwe kijk op Mallet-Stevens door de pluraliteit van zijn activiteiten te benadrukken. De figuur van dandy verdringt vaak de harde werker: Mallet-Stevens schrijft veel, vernieuwt de architectuur door tekeningen, ontwerpt filmdecors en meerdere winkelgevels; hij exposeert geregeld efemere gebouwen, geeft les en binnen de UAM (Union des Artistes modernes) heeft hij de ambitie tot democratisering van de moderne decoratieve kunsten. De mens als schepper komt in dit werk in volle glorie naar voren. De collectie “Carnets d’architectes” Deze collectie architectuurmonografieën uit de XXste eeuw staat dicht bij architecturale creatie en biedt een synthetisch en aantrekkelijk inzicht in uitzonderlijke trajecten en kunstwerken. De collectie onderscheidt zich door de pure grafische lijnen en de kwaliteit van de inhoud. Deze “Carnets d’architectes” presenteren in hun context de belangrijkste gebouwen en geven gemakkelijk toegang tot het werk van de architect om het te plaatsen en er de sterke punten van te zien. Door middel van een combinatie van toegankelijke teksten en rijke iconografie (tekeningen, schetsen en foto’s) biedt elk volume een synoptische portfolio van de carrière van de architect, een synthetische biografie, de gedetailleerde bestudering van zes symbolische projecten en een catalogus van het geheel van zijn werken. Een must voor professionals, studenten en liefhebbers van architectuur, stedelijke sociologie of eigentijdse kunst, een ontdekking voor iedereen die belangstelling heeft voor de architectuur van onze tijd. De collectie staat onder leiding van Simon Texier, professor aan de universiteit van Picardië in Amiens, en wordt uitgegeven op initiatief van en dankzij de steun van de algemene directie Erfgoed van het Franse ministerie van Cultuur en Communicatie.
22
De auteur Richard Klein is architect DPLG, doctor in de kunstgeschiedenis, bevoegd tot het uitvoeren van onderzoek, professor en directeur van het onderzoekslaboratorium (LACTH) aan de École nationale supérieure d’architecture et de paysage van Lille. Hij is de auteur van verschillende boeken en talloze artikelen over eigentijdse architectuurgeschiedenis. Hij leidt de collectie “Architectures contemporaines” bij uitgeverij Picard en leidde tussen 2000 en 2008 de collectie “Architecture/archives” bij uitgeverij JeanMichel Place. Hij is wetenschappelijk adviseur voor het retrospectief dat in 2005 door het Centre Pompidou aan Mallet-Stevens werd gewijd en publiceerde hetzelfde jaar Robert Mallet-Stevens, la villa Cavrois (Picard 2005). Richard Klein is tevens wetenschappelijk adviseur voor het interpretatiecentrum van de villa Cavrois.
De Éditions du patrimoine De Éditions du patrimoine is de uitgeversafdeling van het Centre des monuments nationaux en gedelegeerd uitgever van de erfgoeddiensten van het Franse ministerie van Cultuur en Communicatie. Omdat het hier om een openbare voorziening gaat, is er enerzijds de verplichting tot het informeren over de meest recente wetenschappelijke ontwikkelingen op het gevarieerde gebied van zowel onroerend als roerend goed, architectuur, kunstgeschiedenis en archeologie, en anderzijds het verspreiden van kennis over het erfgoed onder het grote publiek. Dankzij een twintigtal gevarieerde collecties – gidsen, luxeboeken, theoretische teksten, wetenschappelijke publicaties – richten de Éditions du patrimoine zich tot een publiek van zowel liefhebbers als professionals, studenten en wetenschappers, maar ook kinderen en publieksgroepen met een fysieke beperking. Na uitgave van een dertigtal nieuwe items per jaar in eigen oplage of in samenwerking met de privésector, biedt de catalogus nu bijna 600 referenties die regelmatig worden bijgewerkt en in herdruk gaan. www.editions.monuments-nationaux.fr
23
Visuals © Robert Mallet-Stevens – ADAGP © Centre des monuments nationaux (in afwachtig)
De villa Cavrois bij de bouw
Luchtfoto
Luchtfoto
Eretrap
Eetkamer van de ouders
Hal (bovenaanzicht)
Vestibule
24
De villa Cavrois vóór restauratie
Zuidelijke gevel (algemeen aanzicht, zicht op het zwembad, zicht op de toren)
Hal
Badkamer van de ouders
Eetkamer van de ouders
Slaapkamer van de ouders
25
De restauratie van de villa Cavrois
Zuidelijke gevel (algemeen aanzicht)
Zuidelijke gevel aan het zwembad
Zuidelijke gevel
Eetkamer van de ouders
26
De gerestaureerde villa Cavrois
Zuidelijke gevel (algemeen aanzicht en zicht op het zwembad)
Zuidelijke gevel (zicht op zwembad)
Vestibule
Hal naar eetkamer
Eetkamer
27
De bezoekapplicatie
Screenshots van de applicatie: beelden in toegevoegde werkelijkheid van de gemeubileerde eetkamer en de hal © Art graphique et patrimoine / CMN
28
Institutionele informatie Praktische informatie Centre des monuments nationaux Villa Cavrois 60, avenue John-Fitzgerald Kennedy 59170 Croix Tel. : 03 20 73 47 12 www.villa-cavrois.monuments-nationaux.fr Open: alle dagen behalve dinsdag, van 10.30 tot 17.30 uur van november tot mei, en van 10.30 tot 18.30 uur van juni tot oktober. Laatste toegang voor bezoek 30 minuten voor sluiting Gesloten: 1 januari, 1 mei, 1 en 11 november, 25 december Tarieven Vol tarief: € 7,50 Gereduceerd tarief: € 6 Tarief groepen/toerisme professionals: € 6 (vanaf 20 personen) Gratis Jonger dan 18 jaar (met gezin en buiten schoolgroepen) - 18-25 jaar (staatsburgers van een van de 27 landen van de Europese Unie en niet-Europese inwoners van het Franse territorium) – Personen met een fysieke of mentale beperking en hun begeleiders – Werklozen, op vertoon van een verklaring die minder dan 6 maanden geleden is afgegeven Omgeving van de villa: Office de tourisme de Roubaix 12 place de la Liberté 59100 Roubaix Tel.: +33 (0)3 20 65 31 90
[email protected] www.roubaixtourisme.com
Verhuur van het staatsdomein Huur de villa Cavrois voor uitzonderlijke professionele evenementen: Het CMN maakt het vanaf de herfst van 2015 bepaalde bedrijven mogelijk ruimtes te huren voor het organiseren van luxecocktailparty’s tot 100 personen. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Laurent Michel op +33 (0)1 44 61 20 25.
29
Het CMN in het kort De archeologische locaties van Glanum en Carnac, de abdijen van Montmajour en de Mont-Saint-Michel, het kasteel van If en van Azay-le-Rideau, nationaal domein Saint-Cloud, de Arc de triomphe of de villa Savoye, maken allemaal deel uit van de 98 nationale monumenten die eigendom zijn van de Franse staat en zijn toevertrouwd aan het Centre des monuments nationaux. Het Centre des monuments nationaux is het grootste Franse openbare culturele en toeristische netwerk met bijna 9,5 miljoen bezoekers per jaar dat zorgt voor het behoud van deze uitzonderlijke monumenten en de parken en tuinen en deze openstelt voor het publiek. Deze monumenten zijn vanwege hun diversiteit een illustratie van de rijkdom van het Franse erfgoed. Het CMN hanteert een aangepast tariefbeleid waardoor alle publieksgroepen toegang hebben tot het monumentenerfgoed. Het functioneren berust voor 85% op eigen middelen die voortkomen uit bezoeken, verhuur van ruimtes of mecenaat. Het Centre des monuments nationaux is gebaseerd op een systeem van gelijke verdeling van betaling en solidariteit betreffende erfgoed. In de monumenten van het hele netwerk vinden geregeld culturele en wetenschappelijke evenementen plaats. Na de opening van het Fort de Brégançon in 2014 presenteert het CMN in 2015 de gerestaureerde Villa Cavrois. De opening voor bezoek aan het Hôtel de la Marine wordt voorbereid en is voorzien voor 2017.
Volg het CMN op
Facebook: http://www.facebook.com/leCMN Twitter: http://twitter.com/leCMN YouTube: http://www.youtube.com/user/ducdesully Instagram: http://instagram.com/leCMN Monumenten die onder de verantwoordelijkheid van het CMN vallen en open zijn voor bezoek Aquitaine Grot van Combarelles Abri van Laugerie-Haute Abri de Cap-Blanc Grot van Font-de-Gaume Archeologische site van Montcaret Gisement van La Ferrassie Gisement van La Micoque Abri van Poisson Grot van Teyjat Gisement van Moustier Pey-Berland toren in Bordeaux Abdij van La Sauve-Majeure Grot van Pair-non-Pair Kasteel van Cadillac Kasteel van Puyguilhem Auvergne Kasteel van Chareil-Cintrat Klooster van de kathedraal van Le Puy-en-Velay Kasteel van Aulteribe Kasteel van Villeneuve-Lembron Bourgogne Kasteel van Bussy-Rabutin Abdij van Cluny Bretagne Huis van Ernest Renan in Tréguier Groted cairn van Barnenez Megalieten van Carnac Megalieten van Locmariaquer Centre Crypte en toren van de kathedraal van Bourges Paleis Jacques Cœur in Bourges Toren van de kathedraal van Chartres Kasteel van Châteaudun Kasteel van Bouges Huis van George Sand in Nohant Kasteel van Azay-le-Rideau Klooster van la Psalette in Tours Kasteel van Fougères-sur-Bièvre Kasteel van Talcy
Champagne-Ardenne Kasteel van La Motte Tilly Paleis van Tau in Reims Torens van de kathedraal van Reims Franche-Comté Kathedraal van Besançon en astronomische klok Parijs Arc de triomphe Chapelle expiatoire Conciergerie Nationaal domein van het Koninklijk paleis Hôtel de Béthune-Sully Museum Plans-Reliefs Panthéon Sainte-Chapelle Torens van de kathedraal Notre-Dame Ile-de-France Kasteel van Champs-sur-Marne Kasteel van Jossigny Kasteel van Maisons Villa Savoye in Poissy Nationaal domein van Rambouillet Nationaal domein van Saint-Cloud Huis van Les Jardies in Sèvres Basiliek kathedraal van Saint-Denis Kasteel van Vincennes Languedoc-Roussillon Kasteel en vestingmuren van de stad Carcassonne Torens en vestingmuren van Aigues-Mortes Fort Saint-André in Villeneuve-lez-Avignon Archeologische site en museum van Ensérune Fort van Salses Midi-Pyrénées Archeologische site de Montmaurin Kasteel van Assier Kasteel van Castelnau-Bretenoux Kasteel van Montal Abdij van Beaulieu-en-Rouergue
Kasteel van Gramont Nord-Pas-de-Calais Zuil van de Grande Armée à Wimille Villa Cavrois Basse-Normandie Kasteel van Carrouges Abdij van de Mont-Saint-Michel Haute-Normandie Abdij van Le Bec-Hellouin Pays-de-la-Loire Kasteel van Angers Huis van Georges Clemenceau in Saint-Vincent-sur-Jard Picardie Kasteel van Coucy Kasteel van Pierrefonds Torens van de kathedraal van Amiens Poitou-Charentes Lantaarntoren, Sint Nicolaas toren en de Kettingtoren in La Rochelle Kasteel van Oiron Abdij van Charroux Gallo-Romeinse site van Sanxay Provence-Alpes-Côte d'Azur Place forte van Mont-Dauphin Trofee van de Alpen in La Turbie Archeologische site van Glanum Hôtel de Sade Kasteel van If Abdij van Montmajour Klooster van Saorge Kloostergang van d kathedraal van Fréjus Abdij van Thoronet Fort vanBrégançon Rhône-Alpes Kasteel van Voltaire in Ferney Koninklijk klooster van Brou in Bourg-enBresse
30