Herziening uitwerkingsplan Stationslocatie Lelylaan Inleiding
Geschiedenis Stationslocatie Lelylaan is onderdeel van het stedelijk vernieuwingsgebied Lelylaan en omgeving. Dit gebied ligt tussen het station Lelylaan (in het westen) en het terrein van het voormalig Andreas Ziekenhuis in het oosten. Voor dit gebied is een eerste vernieuwingsplan gemaakt in 2001 en zijn, per deelgebieden, uitwerkingsplannen opgesteld. Zo ook voor Stationslocatie Lelylaan. In 2009 is het uitwerkingsplan Stationslocatie Lelylaan vastgesteld door de toenmalige stadsdeelraad van Slotervaart. Hierna is dit uitwerkingsplan ook vertaald in een bestemmingsplan dat is vastgesteld door de voormalige stadsdeelraad van Slotervaart in 2011. Voor het uitwerkingsplan Stationslocatie is een herziening van de grondexploitatie vastgesteld door Deelraad en het college van B&W in 2013. Dit speelde tegelijkertijd met de derde herziening Vernieuwingsplan Lelylaan e.o. (zie ook hieronder “Eerder genomen besluiten” voor toelichting). Daarna bleek dat de toen gecontracteerde projectontwikkelaar zijn verplichtingen niet na kon komen. Vervolgens was de markt zo slecht dat geen andere geïnteresseerde was voor het kavel Stationslocatie. Het project is toen, in afwachting van betere tijden, on hold gezet en de grondexploitatie Stationslocatie is ook afgesloten.
Figuur 1 Ligging stationslocatie Lelylaan
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 2 van 25
International Campus In oktober 2013 bleek voor de locatie door het toenmalige Ontwikkelbedrijf Gemeente Amsterdam (OGA) toch een geïnteresseerde partij te zijn gevonden. Dit is IC Netherlands bv, verantwoordelijk voor meerdere studentenhuisvestingsprojecten in Duitsland. Nadat IC Netherlands bv ook een samenwerking is aangegaan met DUWO en de plannen concreter werden is door de toenmalige Wethouder Grondzaken in februari 2014 besloten dat het Stadsdeel volgens het selectiebeleid Marktpartijen ‐vastgesteld oktober 2012‐ een (onderhandse) samenwerking aan mag gaan. Hierna zijn door IC Netherlands bv de plannen voor de locatie verder uitgewerkt tot een voorlopig ontwerp en de samenwerking vastgelegd in een optiecontract. Dit optiecontract zal –conform huidige planning‐ in het tweede kwartaal 2015 verder worden uitgewerkt tot een erfpachtaanbieding. Omtrent de grondwaarde is er overeenstemming bereikt op basis van het door het OGA afgegeven grondprijsadvies. Het stadsdeel ziet het initiatief tot de realisatie van 590 studentenwoningen en 282 jongerenwoningen als zeer wenselijk gezien de gestelde ambities in de nota ‘Jongeren en studentenhuisvesting Nieuw‐West (vastgesteld door de deelraad op 26 september 2012). Deze ambities zijn tot het jaar 2020 800 reguliere jongeren‐ en 2.500 reguliere studentenwoningen te realiseren in het stadsdeel. Ook geeft het de zeer gewenste levendigheid in het stationsgebied. Aangezien de grondexploitatie van stationslocatie Lelylaan, zoals eerder aangegeven, in 2013 is afgesloten en daardoor een realisatie van dit project met IC Netherlands bv vooralsnog niet mogelijk is (door het ontbreken van een financiële basis) ligt nu voorliggende herziening op het uitwerkingsplan met bijbehorende grondexploitatie en financiële toelichting voor. Deze herziening heeft als doel de veranderingen ingegeven door dit project weer te geven en een financiële vertaling hiervan te kunnen realiseren. Om deze vervolgens door de gemeenteraad van Amsterdam vast te laten stellen.
Eerder genomen besluiten De ontwikkeling van vernieuwingsgebied Lelylaan en omgeving kent een lange plangeschiedenis. Bij de totstandkoming van de beleidsdocumenten is een proces vooraf gegaan waarbij naast overheden ook burgers, ondernemers, marktpartijen en overige belanghebbenden zijn betrokken. Hieronder zijn de belangrijkste beleidsdocumenten en bestuurlijke besluiten voor ontwikkeling van het vernieuwingsgebied weergegeven. 2001 | Ruimtelijk Programma van Eisen, De sprong over de ringweg Het Ruimtelijke Programma van Eisen (RPvE), De sprong over de ringweg is op 19 december 2001 vastgesteld door de stadsdeelraad van Slotervaart. Het RPvE is vervolgens aangevuld met een sociaal programma en financieel dekkingsvoorstel en is op 27 februari 2002 vastgesteld door de gemeenteraad. Het RPvE staat bekend als het Vernieuwingsplan Lelylaan e.o. en vormt het kader voor de ontwikkeling van het vernieuwingsgebied. Het Vernieuwingsplan is de leidraad voor de op te stellen uitwerkingsplannen van de verschillende deelgebieden. 2003 | Uitwerkingsplan Raamwerk Lelylaan Het Uitwerkingsplan Raamwerk Lelylaan is op 28 mei 2003 door de stadsdeelraad van Slotervaart/ Overtoomseveld vastgesteld. Het uitwerkingsplan dient als beleidsinstrument en toetsingskader voor de ontwikkeling van verschillende deelgebieden binnen het plangebied Lelylaan. Het plan bevat de ingrepen in de infrastructuur van wegen, openbare ruimte, groen en water en vormt de samenhang tussen de verschillende deelgebieden. 2004 | Actualisering Vernieuwingsplan Lelylaan De gemeenteraad heeft de Actualisering Vernieuwingsplan Lelylaan op 16 juni 2004 vastgesteld. Aanleiding voor de eerste herziening is dat de stadsdeelraad bij de vaststelling van het Vernieuwingsplan Lelylaan de opdracht heeft gegeven drie onderzoeken uit te voeren.
2
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 3 van 25
2009 | Vernieuwingsplan Lelylaan e.o., 2de herziening Op 28 oktober 2009 is de tweede herziening van Vernieuwingsplan Lelylaan e.o., inclusief het bijbehorende Financieel Kader Vernieuwingsplan Lelylaan e.o. vastgesteld door de gemeenteraad. 2009 | Uitwerkingsplan Stationslocatie Lelylaan. Het Uitwerkingsplan Stationslocatie Lelylaan is op 4 juli 2009 door de stadsdeelraad van Slotervaart vastgesteld. In het uitwerkingsplan staan de kaders beschreven voor een integrale stationsontwikkeling, bestaande uit de ontwikkeling van de kavel van de voormalige Zeevaartschool ten oosten van het station, de ruimte onder de sporen en tenslotte het station zelf. 2009‐2011 | Bestemmingsplan Stationslocatie Lelylaan Omdat er na vaststelling van het uitwerkingsplan de ontwikkeling van de Stationslocatie onvoldoende haalbaar bleek en NS Poort zich als geïnteresseerde partij aandiende voor het station is besloten het uitwerkingsplan te herzien. Dit heeft vervolgens geleid tot een nieuw Uitwerkingsplan Stationslocatie Lelylaan dat op 30 september 2009 is vastgesteld door de stadsdeelraad van Slotervaart. De ontwikkelingen zoals beschreven in het uitwerkingsplan zijn juridisch planologisch vastgelegd in het bestemmingsplan Stationslocatie Lelylaan, vastgesteld op 16 maart 2011 door de stadsdeelraad van Nieuw‐West. 2013 | Vernieuwingsplan Lelylaan e.o., 3e herziening Met de derde herziening Vernieuwingsplan Lelylaan e.o. worden de plannen uit 2001,2004 en 2009 geactualiseerd. Aanleiding hiervoor zijn de besluiten van de gemeenteraad die zijn genomen in het kader van de Begroting 2011 en de daarmee samenhangende bezuinigingsvoorstellen. Het college van B&W heeft hiervoor bij de begrotingsbespreking (BAAK) naar aanleiding van de eerste projectenschouw 2010 besluiten genomen over de lijst van projecten die Amsterdam wil en kan ontwikkelen. Vernieuwingsgebied Lelylaan maakte deel uit van de eerste projectenschouw, waarbij ingrijpende wijzigingen zijn voorgesteld die later door de gemeenteraad zijn bekrachtigd. De grootste wijzigingen hebben betrekking op de te verwachten opbrengsten en het te verwachten krediet. De besluiten uit de projectenschouw 2010 en het verdeelbesluit 2011 hebben een dusdanig grote invloed op het Vernieuwingsplan Lelylaan e.o. (en het bijbehorende Financieel Kader) dat een derde herziening noodzakelijk was. Met de vaststelling van de herziening van het Vernieuwingsplan is, tegelijkertijd, de herziening van de grondexploitatie Stationslocatie voorgelegd aan Deelraad en het College van B&W en daarmee afgesloten.
3
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 4 van 25
Uitwerkingsplan 2009, vastgesteld kader: hoe het was Bij het stedenbouwkundig concept uit het uitwerkingsplan wordt de samenhang van het station met het gebied benoemd: het stationsgebouw en de naastgelegen bebouwing dienen één stedenbouwkundig ensemble te vormen. De ontwikkeling dient te leiden naar een station dat in de toekomst een comfortabele overstapmachine èn een volwaardige entree van Amsterdam‐West wordt. Dit wordt bereikt door het station en de inrichting van de openbare ruimte aan te pakken. Daarnaast moet de herkenbaarheid, de verbinding met de omgeving en het imago van het station en de omgeving worden verbeterd. In de visie staat dan ook de transformatie van het autonoom, functioneel ingericht station naar een in het stedelijk weefsel geïntegreerd stationsmilieu centraal. Deze visie leidt tot het volgende ruimtelijke concept (zie figuur 2): 1. Volume doorzetten: om de barrière van de sporen zoveel mogelijk op te heffen, wordt het stationsgebouw onder de sporen doorgezet. Hiermee krijgt de stationslocatie ook een gezicht aan de westzijde; 2. Verbinden modaliteiten: door een snede te maken in de bebouwing ontstaat een promenade en worden alle modaliteiten (tram, bus, metro, trein) met elkaar verbonden. Er ontstaat een “stationsplein” tussen de bebouwing, een centrale ruimte waar reizigers bijeenkomen en de verschillende modaliteiten zichtbaar zijn. 3. Stedelijk interieur: op de plint wordt een “kraag” van middelhoogbouw toegevoegd. De “kraag” is een tussenschakel in de bebouwing en voegt kwaliteit toe aan de promenade. Op de plint van het stationsgebouw wordt een “schijf gebouw” toegevoegd, evenwijdig aan de sporen; 4. Markeren: om de stationslocatie te markeren op de schaal van de stad, worden twee torens geplaatst. Een alzijdige oriëntatie is gewenst om het gebouw optimaal aan te laten sluiten bij de directe omgeving.
Figuur 2 Ruimtelijk concept volgens uitwerkingsplan 2009 Het ruimtelijk concept leidt tot een bouwenvelop (zie figuur 3) met twee bouwdelen: één ten oosten van de nieuwe promenade en één ten westen van de nieuwe promenade.
4
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 5 van 25
westelijk bouwdeel
oostelijk bouwdeel
promenade
Figuur 3 Bouwenvelop volgens uitwerkingsplan 2009
Figuur 4 Plan openbare ruimte volgens uitwerkingsplan 2009
5
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 6 van 25
Programma 2009 Functie bvo (m2) Oostelijk bouwdeel Hotel 17.000 (circa 270 kamers) Wonen (incl. bergingen) 26.050 (circa 210 woningen) Commerciële voorzieningen 2.100 Totaal 45.150 Westelijk bouwdeel Commerciële voorzieningen 1.200 Detailhandel 700 Horeca I en II 500 Stationshal 1.530 Fietsenstalling 1.730 (circa 2.230 fietsen) Ruimte GVB 150 Kleinschalige bedrijfs‐ en kantoorruimte 4.400 Totaal 10.210 Zowel de bouwenvelop als het programma zijn input geweest voor het bestemmingsplan Stationslocatie Lelylaan e.o. (2011), zie figuur 5. Figuur 5 Bestemmingsplan Stationslocatie Lelylaan e.o.(2011), uitsnede plankaart
6
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 7 van 25
Huidige stand van zaken, situatie 2014 Na het vaststellen van het uitwerkingsplan Stationslocatie zijn, conform de planning in verband met de voorgenomen planrealisatie, de tankstations aan Cornelis Lelylaan verwijderd, de bloemenkiosk verplaatst en het nieuwe busstation ten zuiden van het station aangelegd. Behalve kleine verbeteringen bij de huidige laad‐ en losplek, is het busstation klaar en valt daarom buiten het plangebied voor de vast te stellen grondexploitatie. Zowel het verplaatsen van de kiss‐and ride als het nieuwe fietspad aan de westkant van het huidige stationsgebouw worden gefinancierd uit het restwerkenplan. Programma 2014 Functie bvo (m2) Oostelijk bouwdeel Studenten 27.103 (590 woningen) Jongeren 18.795 (282 woningen) Commerciële voorzieningen 440 Totaal 46.338 Westelijk bouwdeel Bestaande stationsgebouw 1.040 Fietsenstalling 2.100 (voorlopige schatting, circa 2700 fietsen) Ruimte GVB 150 Tijdelijk initiatief 1.700 Totaal 4.990 De nu voorliggende kaart (figuur 6) geeft de huidige stand van zaken weer van de ontwikkelingen die momenteel spelen. Het is een “tussenstand” die uiteindelijk dient te leiden naar de ambitie zoals die verwoord is in het uitwerkingsplan Stationslocatie Lelylaan. De huidige ontwikkelingen (zoals de woningen en voorzieningen van IC Netherlands bv, het tijdelijk initiatief Arrival Place en de fietsenstalling) worden grotendeels binnen de contouren van het Uitwerkingsplan 2009 en het bestemmingsplan geplaatst zodat toekomstige ontwikkelingen ook kunnen worden gerealiseerd.
7
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 8 van 25
Figuur 6 Plankaart huidige stand van zaken
8
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 9 van 25
Toelichting programma oostelijk bouwdeel Commerciële voorzieningen en woningen Op de kavel ten oosten van de promenade ontwikkelt IC Netherlands bv commerciële voorzieningen en woningen voor studenten en young professionals. In de plint komen, aan de zijde van de promenade, voorzieningen die de route van tram naar busstation, ondersteunen en begeleiden.
Figuur 7 impressie van plint aan promenade Het programma bestaat uit circa 590 studenteneenheden en circa 282 eenheden voor young professionals, in totaal circa 45.898 m2 bvo woonprogramma. De studenteneenheden worden gerealiseerd in het noordelijke deel van de kavel met een toren van circa 73 m hoog, de young professionals in het zuidelijke deel van de kavel met een toren van circa 61 m hoog. Op de begane grond is een gemeenschappelijke binnentuin die alleen toegankelijk is voor de bewoners van het complex. De tuin is zichtbaar vanaf de promenade en voegt daarmee kwaliteit toe aan deze route. Aan de zijde van de promenade en busstation komen op de begane grond circa 440 m2 aan commerciële ruimten. Aan de andere zijden van het gebouw zijn op de begane grond woningen gesitueerd. De overgang tussen openbaar gebied en de woningen op de begane grond, wordt vormgegeven door een, nader uit te werken, margestrook. De gemeenschappelijke woonentrees liggen ten noorden en zuiden van het bouwblok. De binnentuin is via dezelfde entrees te bereiken en wordt afgesloten met een hek.
9
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 10 van 25
Figuur 8 plattegrond begane grond
10
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 11 van 25
Figuur 9 doorsnede A‐A en B‐B
11
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 12 van 25
Bestemmingsplan Het bestemmingsplan Stationlocatie Lelylaan is in 2011 vastgesteld op basis van de bouwenvelop van het uitwerkingsplan uit 2009. IC Netherlands bv heeft dit als uitgangspunt genomen voor hun ontwikkeling. Het plan past grotendeels binnen het vigerende bestemmingsplan. Op de volgende punten wordt afgeweken: De woningen worden uitgevoerd zonder stille zijde, waardoor het plan niet voldoet aan het geluidsbeleid van de gemeente Amsterdam. Het plan is aan de TAVGA‐commissie voorgelegd. Zij hebben op 1 oktober 2014 positief geadviseerd over de motivering. Het bouwvlak, bestemmingsvlaken en bouwhoogten worden op diverse plaatsen overschreden. Bij de beide hoogte‐accenten wordt de maximale bouwhoogte bijvoorbeeld overschreden, omdat ze breder worden uitgevoerd en daardoor gedeeltelijk buiten het maatvoeringsvlak van respectievelijk 90 en 75 meter vallen. Op de begane grond is sprake van kleine overschrijdingen van circa 2m buiten de uiterste bouwcontour. Dit is acceptabel en gaat niet ten koste van de openbare ruimte of de inpassing van het gebouw in het maaiveld. Er wordt 45.898 m2 bvo wonen gerealiseerd, waar maximaal 28.000 m2 bvo wonen is toegestaan. Er worden woningen gerealiseerd op de begane grond, terwijl woningen slechts zijn toegestaan in de tweede en hoger gelegen bouwlagen. Er wordt niet voldaan aan de parkeernorm van 1 parkeerplaats per huurwoning. Het bestemmingsplan ging uit van de realisatie van markthuur appartementen met bijbehorende parkeernorm voor woonfuncties. IC Netherlands bv realiseert kleine eenheden voor studenten en young professionals, waarvoor een lagere norm kan worden gehanteerd.
Figuur 10 afwijkingen bestemmingsplan
12
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 13 van 25
Bij het indienen van de omgevingsvergunning zal een procedure om af te wijken van het bestemmingsplan worden doorlopen. Onderdeel van deze procedure is een ruimtelijke onderbouwing van de punten waarop wordt afgeweken. Oostelijk bouwdeel: verschillen tussen programma 2009 en 2014 De verschillen voor het oostelijk bouwdeel tussen het huidige programma door IC Netherlands bv en het programma uit het uitwerkingsplan 2009 zijn: woningen voor de specifieke doelgroep studenten en jongeren; geen hotel; minder commerciële voorzieningen. Het realiseren van studenten‐ en jongerenhuisvesting past binnen de gestelde ambitie van de nota “Jongeren en studentenhuisvesting Nieuw‐West” (vastgesteld door deelraad op 26 september 2012). Hierin staat de ambitie tot 2020 800 reguliere jongeren‐ en 2500 reguliere studentenwoningen te realiseren in het stadsdeel. Het kleinere programma van commerciële voorzieningen heeft met name gevolgen voor de invulling van de plint. De commerciële voorzieningen zijn aan de zijde van de toekomstige promenade geprogrammeerd om zo deze belangrijke route, die al in het Uitwerkingsplan 2009 is benoemd, te ondersteunen en te zorgen voor een levendige plint. Aan de andere zijden van het bouwblok wordt de plint gevuld door woningen op de begane grond. De overgang tussen openbaar gebied en de woningen op de begane grond, wordt vormgegeven door een, nader uit te werken, margestrook. Hoewel met het huidige programma meer woningen en meer m2 bvo’s worden gerealiseerd ten opzichte van het programma 2009, gebeurt dit in een compacter gebouw. De twee torens zijn hierdoor lager (bouwhoogte 61‐73m) dan de maximaal toegestane bouwhoogte uit het bestemmingsplan (maximale bouwhoogte 75‐90m). Gezien de schaal van het complex en de uitstraling van het gebouw wordt, desondanks, een markant punt gemaakt op de overgang tussen de westelijke tuinsteden en de bestaande stad. Het overschrijden van bouwvlakken, bouwhoogten en maatvoeringsvlak leidt tot een gebouw dat een andere vorm heeft dan in het uitwerkingsplan is vastgelegd en in het bestemmingsplan mogelijk was. Stedenbouwkundig gezien leidt dit niet tot bezwaar omdat: 1. met de realisatie van dit blok het uitgangspunt van het uitwerkingsplan en bestemmingsplan wordt gerealiseerd: namelijk het gebied te transformeren tot een veilige en aantrekkelijke stedelijke stationsomgeving; 2. De voorzieningen die er komen liggen aan de westkant van het bouwblok en begeleiden daarmee de belangrijke looproute van busstation naar tram en omgekeerd; 3. Naast voorzieningen komen op de begane grond woningen. Deze hebben individuele en gemeenschappelijke voordeuren en raampartijen waardoor een transparante alzijdige plint ontstaat. Hierdoor voegt het gebouw zich in zijn omgeving. De margestrook is een belangrijk onderdeel hierin; 4. De opbouw van het blok inclusief de torens zorgt voor herkenning van de stationslocatie op de schaal van de Westelijke Tuinsteden en de westrand van de 19de eeuwse binnenstad. Parkeren De stadsdeelraad van Nieuw‐West heeft in februari 2012 het parkeerbeleidsplan ‘Creatief parkeren in Nieuw‐West’ vastgesteld. In deze nota is opgenomen dat initiatiefnemers onder bepaalde voorwaarden af mogen wijken van de parkeernorm. In aansluiting op de wens voor het realiseren van
13
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 14 van 25
autoloze/autovrije complexen – die voor specifieke doelgroepen worden gebouwd – maakt dit het mogelijk om af te wijken van de vastgestelde norm, onder voorwaarde dat de (toekomstige) bewoners niet worden gefaciliteerd in de openbare ruimte. Deze bewoners komen niet in aanmerking voor parkeervergunning op straat – zowel voor de 1ste als 2de auto. IC Netherlands bv heeft bij het stadsdeel een verzoek tot medewerking ingediend om voor hun project af te wijken van de geldende parkeernorm conform het hierboven genoemde parkeerbeleidsplan. Dit vanwege de geringe parkeerbehoefte van de doelgroep van deze woningen. Wel bieden zij voor de jongerenwoningen de mogelijkheid aan om gebruik te maken van gedeelde elektrische auto’s in het complex. Het bezoekersparkeren van de studenten‐ en jongerenwoningen wordt opgelost op het P+R‐ terrein van de NS (Q‐park Comeniusstraat). In het project worden woningen van 27 m2 tot 54 m2 GBO gerealiseerd. Hiervoor dient afgeweken te worden van de vastgestelde parkeernorm die is opgenomen in het Bestemmingplan Stationslocatie Lelylaan. In dit bestemmingsplan is voorgesteld dat zowel de parkeerplaatsen behorend bij de woningen als die van de bezoekers binnen het gebouw worden opgelost. In afwijking van dit bestemmingsplan wordt voorgesteld de volgende parkeernormen toe te passen voor het project van IC Netherlands bv: ‐ 0 parkeerplaats per studentenwoning (met uitsluiting van parkeervergunning op straat) ‐ 0.02 parkeerplaats voor bezoekers per studentenwoning (op Q‐park Comeniusstraat) ‐ 0 parkeerplaats per jongerenwoning (met uitsluiting van parkeervergunning op straat) ‐ 0.03 parkeerplaats voor bezoekers per jongerenwoning (op Q‐park Comeniusstraat) ‐ 0.5 parkeerplaats per 100m2 BVO voorzieningen Deze normen dienen in een later stadium met de omgevingsvergunning en afwijkingsprocedure op het bestemmingsplan officieel bekrachtigd te worden. Voor laden en lossen wordt in de maaivelduitwerking gekeken naar mogelijkheden langs Cornelis Lelylaan, Willem Frogerstraat en Pieter Calandlaan‐Schipluidenlaan. Er worden ca. 1050 fietsparkeerplekken inpandig gerealiseerd. Toelichting programma westelijk bouwdeel Fietsenstalling Voor het westelijk bouwdeel is de belangrijkste ontwikkeling die nu speelt het realiseren van een fietsenstalling voor de reizigers rond station Lelylaan. De huidige situatie is als volgt: in het programma Actieplan Fietsparkeren (beleidsstuk van Ministerie van Infrastructuur en Milieu) is station Amsterdam Lelylaan één van de locaties waar nog een forse uitbreiding van het aantal fietsparkeerplekken nodig is om in de groeiende behoefte te voorzien (nu zijn er 1288 plekken, in 2030 is de behoefte 2672 plekken). Prorail is verantwoordelijk voor de stallingen en trekt de studie naar alternatieven. De studie gebeurt in samenwerking met NS, Stadsregio Amsterdam, Spoorbouwmeester, dIVV, GVB en stadsdeel Nieuw‐West. Uit de eerste uitkomst van de studie naar alternatieven blijkt dat de ruimte direct ten zuiden van het huidige stationsgebouw (onder de spoorviaducten) een geschikte plaats is voor de fietsenstalling. Hoe de fietsenstalling er uit gaat zien ((on‐) gebouwd, (on‐)bewaakt, enkellaagse/dubbellaagse rekken, enz.) is nog niet duidelijk. Als het een gebouwde stalling gaat worden dan is een directe koppeling met het bestaande stationsgebouw belangrijk vanwege de veiligheid, het gebruikersgemak en de overzichtelijkheid. Naast de fietsstromen wordt ook gekeken naar andere gebruikers in het
14
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 15 van 25
stationsgebied zodat het station en de nieuwe fietsenstalling optimaal kan functioneren in relatie tot het busstation, metro en tram. De investering van de fietsenstalling worden voor 50% gedragen door Prorail, de andere helft door Stadsregio/gemeente Amsterdam (niet ten laste van de grondexploitatie). De realisatie van de fietsenstalling staat gepland in het laatste kwartaal van 2016. Met de studie van de fietsenstalling wordt tegelijkertijd ook gezocht naar een definitieve oplossing voor het eindwachtershuisje van het GVB dat in de huidige situatie ten westen van het bestaande stationsgebouw staat. De financiering voor het nieuwe onderkomen komt van de GVB en niet ten laste van de grondexploitatie. Tijdelijk initiatief Direct ten oosten van het station ligt een braakliggend terrein waar, in het uitwerkingsplan en bestemmingsplan, de vernieuwing en uitbreiding van het stationsgebouw en de realisatie van het zogenaamde schijfgebouw was gepland. Met de vernieuwing/uitbreiding van het stationsgebouw wordt nog niet gestart. Nu krijgt dit stuk terrein een tijdelijke invulling voor maximaal 5 jaar. Indien binnen de 5 jaar een andere ontwikkeling komt die past binnen de ambities van het uitwerkingsplan en het bestemmingsplan, zal de tijdelijke invulling plaats maken voor de definitieve invulling. De grond wordt (tijdelijk) verhuurd aan Urban Space Agency met hun project Arrival Place. Zij zijn verantwoordelijk voor de inrichting en eventuele verharding van het terrein (dit komt niet ten laste van de grondexploitatie). Op het terrein wordt een oud treinstel neergezet (de zogenaamde “hondenkop”) met horeca. De hondenkop staat langs de toekomstige promenade. Daarnaast worden een aantal containers neergezet en gestapeld met onder andere woningen voor studenten die tegelijkertijd hun eigen bedrijfje/zaakje hebben op de begane grond. Het gaat om onder andere kleinschalige detailhandel en dienstverlening. Tot slot zal de plek ook geschikt zijn voor kleine evenementen.
Figuur 11 impressie Arrival Place: vogelvlucht vanuit het zuidoosten richting de entree van het stationsgebouw Het stadsdeel wil graag deze “pioniers” de ruimte geven zodat het (stations‐)gebied positiever op de kaart komt te staan. Naast levendigheid zorgt het ook voor meer sociale veiligheid rond het studenten‐ en jongerencomplex van IC Netherlands bv en het station. Realisatie van Arrival Place is eerste kwartaal 2015.
15
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 16 van 25
Westelijk bouwdeel: verschillen tussen programma 2009 en 2014 De verschillen voor het westelijk bouwdeel tussen het huidige programma en het programma uit het uitwerkingsplan 2009 zijn: ‐ Met de vernieuwing/uitbreiding van het stationsgebouw wordt nog niet gestart. Dit betekent, voorlopig, geen nieuwe toevoegingen van commerciële voorzieningen, detailhandel of horeca; ‐ Met de nieuwbouw van kleinschalige bedrijfs‐ en kantoorruimte evenwijdig langs het spoor (het zogenaamde “schijf gebouw”, zie figuur 2 ruimtelijk concept) wordt nog niet gestart. Op dit moment worden marktinitiatieven voor deze locatie onderzocht. Bij het stedenbouwkundig concept uit het uitwerkingsplan wordt de samenhang van het station met het gebied benoemd: het stationsgebouw (westelijk bouwdeel) en de naastgelegen bebouwing (oostelijk bouwdeel) dienen één stedenbouwkundig ensemble te vormen. De ontwikkeling dient te leiden naar een station dat in de toekomst een comfortabele overstapmachine èn een volwaardige entree van Amsterdam‐West wordt. De realisatie van het westelijk bouwdeel loopt achter de realisatie van het oostelijk bouwdeel aan. Desondanks is het belangrijk om zoveel mogelijk de samenhang tussen beide bouwdelen te benaderen. Daarom worden de ontwikkelingen rond de fietsenstalling en het tijdelijk initiatief Arrival Place binnen de contouren van het uitwerkingsplan en het bestemmingsplan geplaatst. Zo wordt de nieuwe verbinding tussen het busstation en de tram, de promenade, al zoveel mogelijk gevoed en kan deze al functioneren ondanks dat een gedeelte van de gebouwde omgeving nu nog niet wordt gerealiseerd. Door vast te houden aan de contouren van het uitwerkingsplan en het bestemmingsplan blijven de toekomstige vernieuwing/uitbreiding van het stationsgebouw en het realiseren van het “schijf gebouw” mogelijk.
16
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 17 van 25
Inrichting openbare ruimte
Uitwerkingsplan 2009, vastgesteld kader: hoe het was Hier volgt in kort een beschrijving van de hoofdgedachte van het concept inrichting openbare ruimte: Bij het programma Openbare Ruimte uit het uitwerkingsplan wordt gewezen naar de ambitie die al genoemd is in het Raamwerk Lelylaan namelijk het imago en de kwaliteit van de stationsomgeving duurzaam te verbeteren. Het concept openbare ruimte steunt, in samenhang met het stedenbouwkundig concept, op twee pijlers: Verankering, stad‐ en tuinstadkant. Het stationsgebied krijgt een duidelijke stadszijde (de promenade) en een parkzijde. Aan de stadszijde worden alle belangrijke voorzieningen van tramhaltes tot busstation op één stedelijke ruimte, langs de stationspromenade geordend. Aan de westkant van het station Lelylaan vormt het “park” de ontspannen tegenhanger van het stationsgebied. Een belangrijk element in deze ruimte is de watergang die de ecologische verbinding vormt tussen Spoorpark en Rembrandtpark; Stationsvloer, interieur en exterieur. Het stationsgebied Lelylaan staat op een vloer, die de verschillende bouwkundige elementen bindt. In deze stationsvloer is een “stedelijk interieur” en een “exterieur” te onderscheiden. Tot het interieur horen de promenade en stationshal. Deze ruimte heeft een sterke eigen identiteit, waarin het samenspel tussen verharding en groen een hoogstedelijke karakteristiek vormen. Naast de stationshal en de promenade kent het stationsgebied een aantal randen. Deze randen vormen onderdeel van het totale raamwerk van de lange lijnen Cornelis Lelylaan, Schipluidenlaan en zijn het exterieur van het stationsgebied.
Figuur 12 concept en Plan openbare ruimte volgens uitwerkingsplan 2009
17
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 18 van 25
Huidige stand van zaken, situatie 2014 Op dit moment zijn lang niet alle contouren waartussen de toekomstige openbare ruimte zich begeeft inzichtelijk. Daarom gaat deze opzet uit van een strategische aanpak, waarbij zoveel mogelijk wordt uitgesloten dat toekomstige benodigde investeringen uitstijgen boven de investeringen die hier zijn opgenomen. Deze opzet volgt tevens zoveel mogelijk de hoofdgedachte achter het uitwerkingsplan. De wijzigingen die doorgevoerd zijn ten opzichte van het uitwerkingsplan uit 2009 hebben consequenties voor de inrichting van de openbare ruimte. De verschillen tussen 2009 en 2014 voor de inrichting voor de openbare ruimte zijn: ‐ Het niet doortrekken van de Willem Frogerstraat naar de Jan Tooropstraat. De Willem Frogerstraat krijgt een aansluiting op de Cornelis Lelylaan; ‐ Door de programmatische wijziging van hotel naar woningbouw (op het oostelijk bouwdeel met de ontwikkelaar IC Netherlands bv), komt de voorrijweg ten behoeve van het hotel te vervallen. Wel wordt hier een in/uitrit en laad‐ en loosvoorziening gecreëerd; ‐ Aan de parkzijde komt de stijger te vervallen, hiervoor in de plaats komt een brug over de watergang. Dit als verbetering van de verbinding tussen het omliggende programma en stationsgebied en het creëren van heldere en veilige looplijnen van en naar het stationsgebied; ‐ Door vertraging in het westelijk bouwdeel wordt een deel van dit kavel ingevuld met een tijdelijk programma van Urban Space Agency met hun project Arrival Place . Zij zorgen zelf voor de eventuele verharding van hun terrein. In de grondexploitatie wordt een reservering opgenomen voor het geval dat: het tijdelijke programma in een vroegtijdig stadium komt te vervallen of het initiatief niet of onvoldoende van de grond komt of dat de ontwikkeling van het schijfgebouw later start dan gepland. In die gevallen zal de openbare ruimte moeten worden ingericht om geen afbreuk te doen aan de omliggende ontwikkelingen; ‐ In de huidige plannen wordt uitgegaan van een gebouwde fietsenstalling. In het geval dat dit verandert en een openbare voorziening op maaiveld wordt, zal hier rekening mee moeten worden gehouden. Vandaar dat hiervoor een extra reservering wordt gedaan ten opzichte van het uitwerkingsplan 2009; ‐ Om veilige en heldere vervoerstromen te creëren, is het nodig om bij het Koning Wilhelminaplein en Wittgensteinlaan een aantal verkeerskundige aanpassingen te doen. Deze aanpassingen zijn essentieel voor de eindsituatie als tijdens de bouwperiode; ‐ Voor het plan is watercompensatie nodig. De locatie uit het uitwerkingsplan 2009 is, na overleg met Waternet, komen te vervallen vanwege de geringe waterkwaliteit die hier kan worden gerealiseerd. Nu blijkt uit de waterbalans dat het water gecompenseerd wordt in onder andere de watergang bij het Andreas Ensemble. De kosten van de watercompenstatie zijn opgenomen in deze grondexploitatie.
Aandachtspunt De tramhalte op de middenberm van Cornelis Lelylaan wordt verplaatst en komt in het verlengde van de promenade en het busstation te liggen. De financiering voor het verplaatsen van de tramhalte komt niet uit de grondexploitatie van dit project , maar wordt gefinancierd vanuit de RVE V&OR en de stadsregio Amsterdam na bestuurlijk akkoord.
18
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 19 van 25
Figuur 13 Plan openbare ruimte 2014
19
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 20 van 25
Watercompensatie Vanwege verdichting van het gebied aan de Lelylaan, door nieuwbouw en aanleg van wegen, is sprake van het verharden van gebieden waar voordien water in de bodem kon infiltreren. Om te voorkomen dat wateroverlast ontstaat, stelt AGV voorwaarden voor het verkrijgen van een vergunning op basis van de Keur 2011. De voorwaarden gelden voor de aanleg van verhard oppervlak van meer dan 1000 vierkante meter in stedelijk gebied en de locatiekeuze van compenserende maatregelen. De belangrijkste voorwaarde is dat het verlies aan infiltratie/bergingscapaciteit moet worden gecompenseerd. Indien bouwplannen leiden tot een toename van de verharding met meer dan 1000 m2 moet er watercompensatie plaatsvinden. 10% van het extra verhardingsoppervlakte zal als extra oppervlaktewater moeten worden aangelegd in hetzelfde waterpeilgebied als de verharding. De compensatie moet in beginsel worden gerealiseerd voordat de verharding plaatsvindt. In het geval van de Stationslocatie Lelylaan is de toename in verharding (ten opzichte van de oude situatie met de Zeevaartschool) 766 m2. Daarnaast is een watergang, die voorheen aan de oostzijde van het station liep (evenwijdig met het spoor) gedempt. Het gaat om een wateroppervlak van 1321 m2. Demping van watergangen moeten één op één gecompenseerd worden in extra oppervlaktewater. In totaal komt dit neer op 1398 m2 dat in wateroppervlakte gecompenseerd moet worden. De kosten hiervan zijn opgenomen in deze grondexploitatie. Voor de stedelijk vernieuwing van Overtoomse Veld, Lelylaan, Delflandplein en Staalmanpleinbuurt is een gezamenlijke waterbalans opgesteld (zie bijlage). Voor de watercompensatie wordt Stationslocatie Lelylaan samen bekeken met de deelgebieden Podium en Andreas Ensemble. Uit de balans blijkt dat in de eindsituatie, als de stedelijke vernieuwingsplannen Lelylaan voltooid zijn, de waterbalans een overschot heeft. Er is ruimschoots voldoende compensatie in oppervlaktewater voor het bouwproject Little Manhattan. Het overschot op de waterbalans van Lelylaan kan eventueel worden gebruikt voor compensatie bij andere bouwprojecten in hetzelfde waterpeilgebied. Planning Met IC Netherlands bv wordt een optieovereenkomst gesloten voor de duur van anderhalf jaar, ingaande op 1 november 2014. Uiterlijk 1 mei 2016 dient er een geaccepteerde erfpachtaanbieding tot stand zijn gekomen, anders vervalt het optierecht. Hieronder samengevat het tijdspad, zoals opgenomen in de gezamenlijke planning tussen partijen: Behandelen omgevingsvergunning eerste/tweede kwartaal 2015 Toetsen en besluitvorming Investeringsbesluit eerste/tweede kwartaal 2015 Opstellen t/m passeren akte erfpachtovereenkomst tweede/derde kwartaal 2015 Start bouw eerste bouwdeel (Studentenhuisvesting) derde kwartaal 2015 Oplevering eerste bouwdeel (Studentenhuisvesting) tweede kwartaal 2017 Start bouw tweede bouwdeel (Young Professionals) vierde kwartaal 2016 Oplevering tweede bouwdeel (Young Professionals) tweede kwartaal 2018 Aanleg Willem Frogerstraat vierde kw. 2016/eerste kw 2017 Woonrijp maken bij eerste bouwdeel/inrichting OR eerste/tweede kwartaal 2017 Woonrijp maken bij tweede bouwdeel/afronden OR eerste/tweede kwartaal 2018 Communicatie Parallel aan de vaststelling van het investeringsbesluit, waar dit document een onderdeel van is, wordt een omgevingsvergunning aangevraagd door de beoogde ontwikkelaar voor de realisatie van een deel van het plan stationslocatie Lelylaan. Hiervoor is ook een wijziging van het bestemmingsplan nodig om
20
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 21 van 25
de gewenste ontwikkeling mogelijk te maken. Hierin krijgen bewoners de mogelijkheid om hun zienswijze of bezwaren kenbaar te maken. In een eerdere fase van het planproces is reeds op verschillende momenten geparticipeerd. In het Vernieuwingsplan Lelylaan uit 2001 zijn de hoofdlijnen voor de herontwikkeling van het vernieuwingsgebied Lelylaan vastgesteld. Conform de inspraakverordening heeft dit vernieuwingsplan destijds het inspraaktraject doorlopen. Ook bij vaststelling van het uitwerkingsplan Stationslocatie Lelylaan is het plan in de inspraak geweest. Dit in de periode van mei 2009‐juni 2009. Financiën De financiën worden toegelicht in de grondexploitatie met bijbehorende toelichting welke “KABINET” dienen te worden behandeld.
21
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 22 van 25
Bijlagen 1. Verslag planvormingsoverleg K&L, 6 november 2014 2. Kaart bestaande situatie met hoeveelheden m2 3. Kaart nieuwe situatie met hoeveelheden m2 4. Waterbalans stedelijk vernieuwing van Overtoomse Veld, Lelylaan, Delflandplein en Staalmanpleinbuurt 5. Uitwerkingsplan Stationslocatie Lelylaan 2009
22
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 23 van 25
Bijlage Verslag Planvormingsoverleg K&L Verslag van de 347e vergadering op 6 november 2014
Stationslocatie Lelylaan Inge Beelen (Stadsdeel Nieuw West) Lizan Hegeman (Stadsdeel Nieuw West) Samenvatting project: Plannen rond station Lelylaan zijn gewijzigd en leggen het volgende voor: De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van het Uitwerkingsplan Stationslocatie uit 2009: ‐ er is een andere ontwikkelaar met een ander programma dan in 2009, namelijk: het realiseren van circa 570 studenten‐ en circa 280 young professional‐woningen; ‐ de uitbreiding van het stationsgebouw gaat voorlopig niet door; ‐ wel wordt gestudeerd op een nieuwe fietsparkeeroplossing voor het station Lelylaan. Het is nog niet duidelijk of dit een gebouw wordt of niet. Indien het een gebouw wordt, is een ondergrondse oplossing niet aannemelijk. Reactie per partij: Nuon Warmte: Er ligt nog geen tracé. Wel in de Schipluidenstraat. De bouw vindt plaats in 2 fasen, dit betekent dat voor de tweede fase er beschermende maatregelen nodig zijn. In de eerste fase is er een inpandige regelkamer nodig van 5x3 of 3x5 meter. De kosten worden gedekt vanuit de aansluitbijdrage die bij de ontwikkelaar neergelegd worden. Er zal een aanvullende afspraak gemaakt worden over het plangebied Podium. Liander Elektriciteit: De traforuimte is nu aan de oostkant in het midden bedacht. Eén grootgebruikaansluiting voor het complex wordt nog niet toegestaan door de toezichthouder. Er zijn wel al gesprekken gaande. Om die reden zijn er twee traforuimten nodig, een in noord en een in zuid. De afmetingen zijn 4x4x3 m hoog. Dit mag inpanding maar er mogen geen woningen naast of boven staan. Tevens moeten de ruimtes te allen tijde vanaf de openbare weg toegankelijk zijn. De kosten uit aansluitbijdragen, behalve het bouwkundig omhulding, is voor het project. Kabel en leidingen worden bij oplevering aangelegd. Mogelijk dat er voor de overige commerciële functies nog voorzieningen bij moeten komen. De uitvoering van de traforuimtesen inpandige tracé’s moeten in nader overleg uitgewerkt worden met Liander. N.b. Er zouden nog tekeningen opgestuurd worden ter bepaling van de globale kosten voor het eventueel omleggen van K&L aan de oostkant. Liander Gas: Is er geen gasaanvraag? Zoja, er is voldoende capaciteit vanuit de Schipluidenlaan.Het aantal leidingen moet bij 4, 5 en 6 herlegd worden. 300 meter gietijzerleiding Schipluidenlaan moet mogelijk vervangen worden (dit is niet mogelijk in de winterperiode) hierbij zijn de heipalen en damwanden bepalend. Opmerkingen uit 2008 gelden niet meer. Liandon (+ Tennet): 50 KV kabels moeten worden verlegd. Er is 1 jaar doorlooptijd nodig. De kosten zijn voor Alliander (ouder dan 15 jaar). De Schipluidenlaan‐rotonde ligt onder het station. Raadzaam is om goed het tracé te onderzoeken. Passen de bomen dan nog wel? Nader overleg is gewenst. De afstand tot de bomen is 2 meter gemeten vanuit de kruin. Gasunie: Glasvezelnet A`dam : De ontwikkelaar van het is International Campus Studentenwoningen. Reggafiber heeft de volgende vragen: ‐ Is de technische ruimte gepland? ‐ Krijgt ieder unit een apart huisnummer? ‐ Is glasvezel gewenst?
23
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 24 van 25
Indien er geen collectief inkoopcontract is dan moet er contact op worden genomen met Reggafiber. Er ligt geen glasvezel in het gebied. Afhankelijk van de keuze van de ontwikkelaar of zij glasvezel willen, heeft Reggafiber een grote ruimte nodig. De voorkeur gaat uit naar een prefab model in de openbare ruimte. Indien toch inpandig dan moet deze altijd toegankelijk zijn en is maatwerk noodzakelijk. KPN: KPN zal de afzonderlijke studentenwoningen niet aansluiten. De rotonde en de nieuwe Willem Frogerstraat zullen naar verwachting grote consequenties hebben voor de bestaande infrastructuur van KPN. Er liggen op deze locaties boringen en zware koper‐ en glasvezelkabels. De consequenties zullen nader in beeld worden gebracht in de wenstracé‐procedure. UPC: Voor het bouwen zelf is geen omleg nodig van de kabels. Eventueel oude kabels kunnen worden gerooid. In het geval van nieuwbouw is het van de ontwikkelaar afhankelijk welke diensten er zullen worden afgenomen. DRO, werkgroep ondergrond: Ad overhandigt opmerkingen met betrekking tot de brede ondergrond. Aandachtspunten zijn: bomenonderzoek (platanen) advies stadswarmte. Openbare Verlichting: Aanmelding project is normaal 2 jaar voor de geplande start van uitvoering. In de stukken is aangegeven dat met 9 maanden al wordt begonnen. Derhalve graag overleg met R. vd Ancker tel 06‐30256712 van DIVV in verband met nieuwbouw project. Financiering van alle OVL werkzaamheden uit de GREX. Aandacht voor tijdige afstemming van het bomenplan en lichtplan in verband met zorg voor altijd voldoende licht op straat. (snoeiplan en monitoring hiervan). Uitvoering conform beleidsplan OVL 2005‐2015. Let op lichtmasten, deze steken al snel 1,5 meter in de grond in verband met plaats lichtmast en kabels cq bomen en wortels. COLT: Waternet Drinkwater: Waternet Afvalwater: Er is al een ingeleverd rioleringsplan maar is nog niet duidelijk wat al gerealiseerd is. Ook is er een grondexploitatieplan. Financiering vindt nu plaats door Waternet maar aan de hand van een grondexploitatienummer zal worden bekeken wie er definitief gaat betalen. Waternet Watersysteem: De grond moet aan de grondwaternorm voldoen. Verzoek is om de noordzijde Lelylaan te verbinden met de zuidzijde, dit in verband met de doorstroming. Voorstel is om dit mee te nemen bij de vervanging van tram/metro zie GVB. GVB: De tramhalte zal niet worden verplaatst, wordt alleen opgeknapt. Halverwege 2015 wordt het spoor van de tram vervangen en dit duurt tot 2016.
24
Gemeente Amsterdam
Datum april 2015 Pagina 25 van 25
Bijlage Waterbalans stedelijk vernieuwing van Overtoomse Veld, Lelylaan, Delflandplein en Staalmanpleinbuurt Voor de stedelijk vernieuwing van Overtoomse Veld, Lelylaan, Delflandplein en Staalmanpleinbuurt is een gezamenlijke waterbalans opgesteld. De deelbalans voor de Lelylaan bestaat uit drie projectgebieden, namelijk de Stationslocatie, Podium Amsterdam en het Andreasensemble. De beginsituatie is gesteld op het jaar 2009, voordat de stedelijk vernieuwing tot uitvoering kwam. 2014 In 2014 is de nieuwbouw van het Andreasensemble reeds gerealiseerd en is het Andreaspark en de nieuwe Andreassingel voor een groot deel aangelegd. Aan de zuidkant van het projectgebied is de singel nog onderbroken met duikers ter plekke van de toekomstige bruggen. Dit resulteerde in een overschot op de waterbalans van de Lelylaan van 1560 m2. 2015 In 2015 start de bouw van het project Little Manhattan. Daarnaast wordt het pand Schipluidenlaan 12 gesloopt en komt deze locatie braak te liggen. Per saldo is het overschot op de waterbalans 1521 m2. 2016 In 2016 start de nieuwbouw van kavel A van het Podium Amsterdam ter plekke van de Schipluidenlaan 12. Daarnaast zal de Andreassingel aan de zuidzijde van het Andreaspark worden voltooid met de aanleg van bruggen, wat leidt tot een toename van het wateroppervlakte met 1614 m2. Per saldo ontstaat er een overschot van 1634 m2 op de waterbalans. Eindbeeld In de eindsituatie zijn de stedelijke vernieuwingsplannen aan de Lelylaan voltooid. De waterbalans heeft een overschot van 755 m2. Conclusie Er is ruimschoots voldoende compensatie in oppervlaktewater voor het bouwproject Little Manhattan. Het overschot op de waterbalans van Lelylaan kan eventueel worden gebruikt voor compensatie bij andere bouwprojecten in hetzelfde waterpeilgebied.
25
LELYLAAN TOTAAL Watercompensatie
- verschil verhard opp tov begin = opgave watercompensatie 10% - totaal wateroppervlak - toename wateropp tov begin = Resultaat watercompensatie (+ overschot ; - tekort)
2009 - begin m2
2014 m2
2015 m2
2016 m2
Eindsituatie m2
0 0
4.220 422
4.614 461
18.325 1.833
27.107 2.711
12.939 0
14.921 1.982
14.921 1.982
16.405 3.466
16.405 3.466
0
1.560
1.521
1.634
755