HERZIEN MODEL ARBEIDSOVEREENKOMST CAO-LOZE PERIODE [1]
ARBEIDSOVEREENKOMST tussen [NAAM WERKGEVER] en [NAAM WERKNEMER]
DEZE VOORBEELDARBEIDSOVEREENKOMST BIEDT EEN AANTAL KEUZEMOGELIJKHEDEN. WAAR IN DE TEKST VAN HET VOORBEELD KEUZES WORDEN GEBODEN, MOETEN PARTIJEN UIT EEN VAN DE ALTERNATIEVEN EEN KEUZE MAKEN.
1
ARBEIDSOVEREENKOMST De ondergetekenden: 1.
de [stichting][vereniging][besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid] [naamloze vennootschap met beperkte aansprakelijkheid] [maatschap] [vennootschap onder firma][eenmanszaak] [naam], gevestigd en kantoorhoudende te ([postcode]) [plaats], met adres [adres], hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door [naam], hierna te noemen: "werkgever";
en 2.
[de heer][mevrouw] [naam], geboren op [datum] te [plaats], wonende te ([postcode]) [plaats], met adres [adres], hierna te noemen: "werknemer";
overwegende dat: [********] verklaren het volgende te zijn overeengekomen: Artikel 1 Indiensttreding, functie 1.1
Werknemer treedt met ingang van [datum] in dienst van werkgever in de functie van [functie]. [2]
1.2
Een beschrijving van de tot deze functie behorende taken en verantwoordelijkheden is als bijlage 1 aan deze arbeidsovereenkomst gehecht.
1.3
Werknemer zal zich volledig en naar behoren inzetten om de in bijlage 1 omschreven taken en verantwoordelijkheden op een zo goed mogelijke wijze te vervullen en de goede gang van zaken binnen de praktijk van werkgever te bevorderen.
1.4
Werknemer zal zijn werkzaamheden verrichten in de praktijk van werkgever te [plaats, adres]. Werknemer is verplicht zijn werkzaamheden (al dan niet tijdelijk of incidenteel) op andere plaatsen uit te voeren, indien de belangen van werkgever dat van werknemer verlangen. [3]
2
Artikel 2 Professioneel Statuut Fysiotherapeuten 2.1
Op deze arbeidsovereenkomst is van toepassing het “Professioneel Statuut Fysiotherapeuten in dienstverband in de vrijgevestigde praktijk”, zoals dat door de bij de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Vrijgevestigde Fysiotherapiepraktijk 2003 betrokken partijen is vastgesteld en eventueel in de toekomst zal komen te luiden. Het “Professioneel Statuut Fysiotherapeuten in dienstverband in de vrijgevestigde praktijk” is als bijlage 2 aan deze arbeidsovereenkomst gehecht. Werknemer verklaart zich met de inhoud daarvan bekend.
2.2
Werknemer is verplicht zijn werkzaamheden te verrichten met inachtneming van het in lid 1 genoemde Statuut en/of andere KNGF-richtlijnen met betrekking tot de beroepsuitoefening, die werknemer geacht wordt te kennen.
2.3
Werknemer verklaart kennis te hebben genomen van de eventueel tussen werkgever en de zorgverzekeraar gesloten overeenkomst en de daarbij behorende regelingen te aanvaarden en de daaruit voortvloeiende verplichtingen, met name voor wat betreft de aan de verzekerden te verstrekken hulp, als eigen verplichting te zullen naleven.
Artikel 3 Duur van de arbeidsovereenkomst [3.1
De arbeidsovereenkomst wordt aangegaan voor onbepaalde tijd en vangt aan op [datum]. [OF]
3.1
De arbeidsovereenkomst wordt aangegaan voor bepaalde tijd voor een periode van [periode]. De arbeidsovereenkomst vangt aan op [datum] en eindigt van rechtswege, zonder dat nadere opzegging is vereist, met ingang van [datum].] [4]
Artikel 4 Proeftijd [4.1
Partijen komen geen proeftijd overeen. [OF]
4.1
Partijen gaan een proeftijd aan in de zin van artikel 7:652 Burgerlijk Wetboek voor [de eerste maand][de eerste twee maanden] van deze arbeidsovereenkomst.] [5]
3
Artikel 5 Arbeidsduur, werkrooster
5.1 5.2
[BIJ VAST SALARIS: De gebruikelijke arbeidsduur van werknemer is gemiddeld [aantal] uren per week. De werkdagen en -tijden van werknemer zijn als volgt of liggen binnen de navolgende uren: [omschrijven werkdagen en -tijden]]
5.1
5.2
[BIJ VARIABEL SALARIS: De gemiddelde arbeidsduur van werknemer bedraagt [aantal] uren per week maar tenminste [aantal] uren per week. De werkdagen en -tijden van werknemer bij een gemiddelde arbeidsduur van [minimaal aantal] uren per week zijn als volgt: [omschrijven werkdagen en -tijden]]
Artikel 6 Einde arbeidsovereenkomst, opzegging [6.1
Iedere partij heeft het recht deze arbeidsovereenkomst met inachtneming van de wettelijke opzegtermijn (tussentijds) op te zeggen. [OF]
6.1
Iedere partij heeft het recht deze arbeidsovereenkomst op te zeggen. In afwijking van het bepaalde in artikel 7:672 lid 2 Burgerlijk Wetboek bedraagt de opzegtermijn van werkgever [aantal] maanden en voor werknemer [aantal] maanden.] [6]
6.2
Deze arbeidsovereenkomst eindigt in ieder geval, zonder dat opzegging is vereist, op de laatste dag van de maand waarin werknemer de leeftijd van 65 jaar bereikt.
Artikel 7 Salaris [7]
7.1
[BIJ VAST SALARIS Werknemer ontvangt een vast salaris, bij aanvang van het dienstverband, van € [bedrag] (zegge: [bedrag] euro) bruto per maand. Werkgever zal het salaris onder inhouding van de wettelijk voorschreven belastingen en sociale verzekeringspremies aan werknemer betalen op de bij werkgever bekende bankrekening van werknemer.
4
7.2
De betaling geschiedt op een dusdanig moment, dat werknemer uiterlijk op de laatste dag van de maand over het salaris kan beschikken.
7.3
Werknemer ontvangt maandelijks een salarisspecificatie. Tevens wordt jaarlijks, uiterlijk op 1 maart, een opgave verstrekt over het in het voorgaande jaar verdiende salaris, de ingehouden loonbelasting, de sociale verzekeringspremies alsmede eventuele overige inhoudingen.
7.4
Het salaris van werknemer wordt vermeerderd met 8% vakantietoeslag over het salaris dat hij in de aan 1 juni van het betreffende kalenderjaar voorafgaande 12 maanden heeft ontvangen.
7.5
De vakantietoeslag wordt jaarlijks uitbetaald met de salarisbetaling van mei, voor zover werknemer op dat moment reeds vakantietoeslag heeft opgebouwd, en voor het overige bij het einde van de arbeidsovereenkomst.
7.6
Naast het normale uurloon ontvangt werknemer een overwerkvergoeding van 25% van het bruto uurloon. De overwerkvergoeding voor arbeid verricht op zaterdag bedraagt 75% en voor arbeid verricht op zon- en feestdagen 100% van het bruto uurloon.
7.7
Onder overwerk wordt verstaan: werk dat in opdracht van werkgever wordt verricht en de wekelijkse arbeidsduur voor een voltijds dienstverband (40,75 uur) met meer dan een half uur per week overschrijdt.
7.8
Tussen 22:00 uur en 7:00 uur wordt niet gewerkt.] [OF]
7.1
[BIJ VARIABEL SALARIS [7] Werknemer ontvangt een variabel salaris. Het variabele salaris wordt berekend conform de aan deze arbeidsovereenkomst gehechte bijlage **. Werkgever zal het salaris onder inhouding van de wettelijk voorschreven belastingen en sociale verzekeringspremies aan werknemer betalen op de bij werkgever bekende bankrekening van werknemer.
7.2
De betaling geschiedt op een dusdanig moment, dat werknemer uiterlijk op de laatste dag van de maand over het salaris kan beschikken.
7.3
Werknemer ontvangt maandelijks een salarisspecificatie. Tevens wordt jaarlijks, uiterlijk op 1 maart, een opgave verstrekt over het in het voorgaande jaar verdiende salaris, de ingehouden loonbelasting, de sociale verzekeringspremies alsmede eventuele overige inhoudingen.
5
7.4
Het salaris van werknemer wordt vermeerderd met 8% vakantietoeslag over het salaris dat hij in de aan 1 juni van het betreffende kalenderjaar voorafgaande 12 maanden heeft ontvangen.
7.5
De vakantietoeslag wordt jaarlijks uitbetaald met de salarisbetaling van mei, voor zover werknemer op dat moment reeds vakantietoeslag heeft opgebouwd, en voor het overige bij het einde van de arbeidsovereenkomst.]
Artikel 8 [8] - [9] Ziekte 8.1
8.1
Bij arbeidsongeschiktheid van werknemer betaalt werkgever, gedurende de eerste 52 weken van het tijdvak van 104 weken zoals bedoeld in artikel 7:629 lid 1 Burgerlijk Wetboek, [70 – 100%] van het in artikel 7.1 genoemde salaris aan werknemer. Gedurende de laatste 52 weken van voornoemd tijdvak geldt hetgeen ten aanzien daarvan in artikel 7:629 lid 1 Burgerlijk Wetboek is bepaald. [BIJ VARIABEL SALARIS Bij arbeidsongeschiktheid van werknemer betaalt werkgever aan werknemer gedurende de eerste 52 weken van het tijdvak van 104 weken zoals bedoeld in artikel 7:629 lid 1 Burgerlijk Wetboek [70% - 100%] van het in artikel 7.1 genoemde salaris, waarbij wordt uitgegaan van het gemiddelde salaris over de zes volledige kalendermaanden voorafgaand aan de eerste dag van arbeidsongeschiktheid. Gedurende de laatste 52 weken van voornoemd tijdvak geldt hetgeen ten aanzien daarvan in artikel 7:629 lid 1 Burgerlijk Wetboek is bepaald.]
[8.**
Gedurende de eerste [dag] [OF] [twee dagen] van arbeidsongeschiktheid (“wachtdag[en]”) heeft werknemer conform het bepaalde in artikel 7:629 lid 9 Burgerlijk Wetboek geen recht op loondoorbetaling.]
8.**
Iedere verplichting van werkgever tot het betalen van het in artikel 7.1 genoemde salaris aan werknemer vervalt, op het moment dat de arbeidsongeschiktheid of ziekte van werknemer langer duurt dan 104 weken of op het moment dat binnen het tijdvak van 104 weken de arbeidsovereenkomst op rechtsgeldige wijze eindigt, tenzij de loondoorbetalingverplichting van werkgever wordt verlengd conform het bepaalde in artikel 7:629 lid 11 Burgerlijk Wetboek.
8.**
Werknemer is zich bewust van zijn verplichting om ingeval van ziekte de gedragsregels in acht te nemen, die als bijlage ** aan deze overeenkomst zijn gehecht en integraal van toepassing zijn op deze arbeidsovereenkomst.
6
Artikel 9 Vakantiedagen, ADV dagen 9.1
Werknemer heeft bij een voltijds dienstverband van 40,75 uur (gemiddeld) per week recht op 23 (drieëntwintig) vakantiedagen per kalenderjaar, exclusief de in lid 3 genoemde feestdagen. Werknemer kan deze vakantiedagen opnemen na daarvoor toestemming van werkgever te hebben gevraagd en verkregen. [10]
9.2
Werknemer kan éénmaal per jaar aanspraak maken op een aaneengesloten vakantie van maximaal 21 (eenentwintig) kalenderdagen. Daarnaast dient werknemer in elk kalenderjaar voor een periode van tenminste 14 (veertien) aaneengesloten kalenderdagen vakantie op te nemen. Desgewenst zal werknemer ernaar streven deze vakantie in de vakantieperiode van het basisonderwijs op te nemen.
9.3
De in lid 1 bedoelde feestdagen zijn: Nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Koninginnedag, Hemelvaart, Tweede Pinksterdag en Eerste en Tweede Kerstdag. In de jaren dat op 5 mei het lustrum van de bevrijding wordt gevierd, geldt deze dag (of de dag die voor de viering is aangewezen), als een feestdag.
9.4
Werknemer heeft bij een voltijds dienstverband van 40,75 uur (gemiddeld) per week recht op acht (8) ADV dagen per kalenderjaar [10].
[9.5
ADV dagen kunnen op verzoek van werknemer aangewend worden voor het vereffenen van wachtdagen ingeval van ziekte (zoals bedoeld in artikel 8.1).] [8]
9.**
Werknemer heeft de mogelijkheid ADV dagen in enig jaar [geheel] [OF] [voor de helft] niet in vrije tijd op te nemen, maar te laten uitbetalen.
9.**
Het als bijlage ** aan deze arbeidsovereenkomst gehechte reglement voor bijzonder verlof en scholingsverlof is integraal van toepassing op de arbeidsverhouding tussen werknemer en werkgever.
9.**
Bij een parttime dienstverband wordt de aanspraak op vakantie- en ADV-dagen naar rato berekend.
Artikel 10 Pensioen 10.1
Werknemer zal verplicht worden opgenomen in de (collectieve) pensioenregeling van werkgever bij Stichting Pensioenfonds voor Fysiotherapeuten (“SPF”). Terzake van deelneming en de premiebetaling zijn de regels van het pensioenreglement van toepassing zoals dat thans luidt dan wel in de toekomst zal luiden [11].
[10.2
De kosten van de totale pensioenpremie komen voor rekening van werknemer.
7
[OF] 10.2
Werknemer zal de totale pensioenpremie rechtstreeks aan SPF betalen. Werkgever zal tot een bedrag van € [bedrag] bruto een bijdrage leveren in de door werknemer te betalen pensioenpremie.] [11]
Artikel 11 [12] Concurrentiebeding 11.1
Werknemer zal binnen [één jaar] na het einde van deze arbeidsovereenkomst zich niet zelfstandig vestigen als fysiotherapeut of een door het KNGF erkend gespecialiseerd fysiotherapeut in het verzorgingsgebied van de praktijk van werkgever (zoals gedefinieerd in lid 3, hierna: “Verzorgingsgebied”), zulks evenwel behoudens schriftelijke toestemming van werkgever.
11.2
Werknemer zal binnen [één jaar] na het einde van deze arbeidsovereenkomst niet in dienst treden in de functie van fysiotherapeut of een door het KNGF erkend gespecialiseerd fysiotherapeut, indien de plaats van het nieuw te aanvaarden werkgebied in het Verzorgingsgebied van de praktijk van werkgever ligt, zulks evenwel behoudens schriftelijke toestemming van werkgever.
11.3
Voor de toepassing van dit artikel wordt onder het Verzorgingsgebied van de praktijk van werkgever bedoeld het gebied waar structureel het merendeel van de patiënten door woon- of werksituatie uit afkomstig is. Het Verzorgingsgebied strekt zich voor de toepassing van deze arbeidsovereenkomst uit tot [invullen plaats(en) en/of gemeente(s) dan wel een specifiek te omschrijven gebied, buurt of omgeving, die het Verzorgingsgebied vormt].
11.4
Indien het Verzorgingsgebied van de nieuwe werkkring van werknemer en het Verzorgingsgebied van werkgever elkaar substantieel overlappen, is dit artikel onverkort van toepassing.
11.5
Dit artikel is niet van toepassing indien werknemer een dienstverband aanvaardt: (i) in de intramurale sector; of (ii) in de extramurale sector, die een aanzienlijke verbetering voor werknemer betekent, echter zulks na overleg met werkgever.
8
Artikel 12 Nevenfuncties 12.1
Zonder schriftelijke toestemming van werkgever is het werknemer niet toegestaan gedurende de arbeidsovereenkomst al dan niet in dienstbetrekking nevenwerkzaamheden – hetzij ten behoeve van derden, hetzij als zelfstandige voor eigen rekening – te verrichten.
12.2
Werkgever is bevoegd schriftelijke toestemming zoals bedoeld in lid 1 te onthouden indien en voor zover de nevenwerkzaamheden een adequate vervulling van de arbeidsovereenkomst in de weg staan, daarbij rekening houdend met de belangen van zowel werknemer als werkgever. [BIJ PARTTIME DIENSTVERBAND
12.**
Werknemer heeft het recht – door middel van het verrichten van nevenwerkzaamheden – de gebruikelijke arbeidsduur aan te vullen tot maximaal 40,75 uur per week, tenzij het werkzaamheden betreft als bedoeld in artikel 11, in welk geval voor het verrichten van deze nevenwerkzaamheden de voorafgaande schriftelijke toestemming van werkgever benodigd is.] [13]
12.**
Ten tijde van het aangaan van deze arbeidsovereenkomst verricht werknemer met toestemming van werkgever de volgende nevenfuncties: [invullen]
Artikel 13 Geheimhouding 13.1
13.2
Zowel gedurende als na afloop van deze arbeidsovereenkomst is werknemer verplicht:
alle gegevens, die hij in de uitoefening van zijn functie mondeling of door middel van informatiedragers van werkgever ontvangt of heeft ontvangen, waarvan het vertrouwelijk karakter werknemer bekend is of had kunnen zijn, als vertrouwelijk te beschouwen en niet aan derden ter beschikking te stellen, ter inzage te geven of daarover mededelingen van welke aard dan ook te doen; en
strikte geheimhouding tegenover derden te betrachten over alles betreffende de zaken, relaties en belangen van werkgever, waarvan hij bij de uitoefening van zijn functie kennis verkrijgt of heeft verkregen en waarvan het vertrouwelijk karakter werknemer bekend is of had kunnen zijn.
De verplichting van werknemer tot geheimhouding van gegevens en zaken zoals bepaald in lid 1, geldt niet indien:
werkgever voorafgaande schriftelijke toestemming heeft verleend voor openbaarmaking van de hiervoor bedoelde vertrouwelijke gegevens;
9
dergelijke gegevens of zaken, anders dan door het in strijd handelen door werknemer met dit artikel, reeds openbaar of bekend zijn gemaakt;
werknemer tot gebruik of openbaarmaking daarvan verplicht is op grond van de wet of een gerechtelijke uitspraak.
Artikel 14 Retournering zaken 14.1
Boeken, brochures, bescheiden, andere informatiedragers en eventuele apparatuur als bijvoorbeeld een mobiele telefoon en/of een laptop met toebehoren, die werkgever aan werknemer verstrekt, blijven eigendom van werkgever.
14.2
Onder bescheiden wordt mede verstaan gegevens over omzet of patiënten en kopieën van facturen.
14.3
Werknemer zal de aan hem verstrekte eigendommen van werkgever op diens eerste verzoek aan werkgever retourneren, alsmede ongevraagd bij het einde van deze arbeidsovereenkomst.
Artikel 15 Boetebeding 15.1
Bij overtreding van de bedingen opgenomen in artikel 11, 12, 13 of 14 verbeurt werknemer ten gunste van werkgever een dadelijk, zonder sommatie of ingebrekestelling, opeisbare boete ter hoogte van € 225 voor elke overtreding, vermeerderd met € 225 voor elke dag gedurende welke de overtreding voortduurt, onverminderd het recht van werkgever om in plaats van deze boete volledige schadevergoeding te vorderen.
Artikel 16 Onkostenvergoedingen [14] 16.1
Werknemer heeft recht op een vaste reiskostenvergoeding voor regelmatig woon-werkverkeer, zowel ter zake van de kosten van de met eigen auto gereden kilometers als de kosten voor openbaar vervoer, ter hoogte van een bedrag van € [bedrag] per maand. Voor zover de vergoeding op basis van de te eniger tijd geldende sociale zekerheids- en fiscale wetgeving zonder inhoudingen door werkgever kan worden uitgekeerd, wordt zij zonder inhoudingen aan werknemer betaald.
16.2
Werknemer ontvangt maandelijks op declaratiebasis een vergoeding voor de op verzoek, in opdracht of na instemming van werkgever door hem tijdens de vervulling van zijn functie gemaakte reiskosten.
10
16.3
Zakelijke onkosten, die werknemer in het kader van de uitoefening van zijn functie redelijkerwijs moet maken, zoals bijvoorbeeld telefoonkosten, kosten voor congresbezoek, scholing of cursus, lidmaatschapskosten voor één beroepsorganisatie in de fysiotherapie en kosten voor dienstkleding, vergoedt werkgever aan werknemer tegen overlegging van nota's en betalingsbewijzen, mits deze kosten zijn gemaakt op verzoek, in opdracht of na instemming van werkgever. Declaratie dient plaats te vinden binnen twee maanden na het tijdstip waarop de betreffende onkosten zijn gemaakt.
16.4
Indien en voor zover op grond van fiscale wetten en/of regelingen enige door werkgever aan werknemer verschuldigde vergoeding niet (meer) onbelast kan of mag worden uitbetaald, blijft het recht van werknemer op deze vergoeding gehandhaafd, met dien verstande dat het gedeelte dat niet meer onbelast kan worden uitgekeerd, wordt beschouwd als een bruto vergoeding.
Artikel 17 Verzekering 17.1
Werkgever zal op zijn kosten een verzekering sluiten tegen aansprakelijkheid van werknemer voor het handelen of nalaten door werknemer bij de uitoefening van zijn beroep.
Artikel 18 Toepasselijk recht en bevoegde rechter 18.1
Op deze arbeidsovereenkomst is Nederlands recht van toepassing.
18.2
Alle geschillen die ontstaan naar aanleiding van deze arbeidsovereenkomst, met inbegrip van alle geschillen over het bestaan en de geldigheid daarvan, zullen worden beslecht door de bevoegde Nederlandse rechter.
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend:
________________________ [Naam werkgever] [Plaats] [Datum]
________________________ [Naam werknemer] [Plaats] [Datum]
11
BIJLAGE 1 [Functiebeschrijving]
12
BIJLAGE 2 [Professioneel Statuut Fysiotherapeuten in dienstverband in de vrijgevestigde praktijk]
13
BIJLAGE ** [Berekening opbouw variabel salaris]
14
BIJLAGE ** [Ziekteverzuimreglement]
15
BIJLAGE ** Zoals bepaald in artikel 9 van de arbeidsovereenkomst heeft werknemer met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 1 tot en met 3 hieronder aanspraak op scholingsverlof en/of (ander) bijzonder verlof.
1.
2.
Scholingsverlof Betaald Verlof dat nodig is voor verplichte na- en/of bijscholing van werknemer zal door werkgever worden verleend. Betaald verlof wordt altijd verleend, indien scholing van werknemer geschiedt op verzoek van werkgever. Verlof voor niet verplichte na- en/of bijscholing van werknemer wordt in overleg tussen werkgever en werknemer verleend, waarbij de organisatorische implicaties van de afwezigheid van werknemer een rol spelen. Bijzonder verlof Wet Arbeid en Zorg Werknemer heeft recht op:
calamiteiten- en ander kortverzuimverlof (betaald);
kortdurend zorgverlof (betaald, tenminste 70%); en
langdurend zorgverlof (onbetaald);
conform het bepaalde in de Wet Arbeid en Zorg (Waz), waarin de voorwaarden, de duur, de omvang en de hoogte van de eventuele loondoorbetalingverplichting is vastgelegd en waarnaar op deze plaats wordt verwezen. In aanvulling op de in artikel 4:1 lid 2 Waz vermelde omstandigheden, worden onder “zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden” in de zin van artikel 4:1 lid 1 sub a Waz in ieder geval ook begrepen:
het overlijden en de lijkbezorging, alsmede de begrafenis of crematie van een van de ouders van werknemer’s echtgeno(o)t(e), geregistreerde partner of de persoon met wie hij ongehuwd samenwoont (voor welke omstandigheid werknemer, evenals voor de in artikel 4:1 lid 2 sub b Waz genoemde omstandigheden, vanaf de dag van overlijden tot en met de dag van begrafenis of crematie recht op verlof heeft);
de begrafenis of crematie van een van de grootouders, broers, zussen of kinderen van werknemer’s echtgeno(o)t(e), geregistreerde partner of de persoon met wie hij ongehuwd samenwoont (voor welke omstandigheid werknemer gedurende de dag van de begrafenis of crematie recht op verlof heeft);
het in ondertrouw gaan van werknemer (voor welke omstandigheid werknemer gedurende de tijd, benodigd voor het in ondertrouw gaan, recht op verlof heeft);
16
het in het huwelijk treden van werknemer (voor welke omstandigheid werknemer gedurende twee dagen recht op verlof heeft);
het in het huwelijk treden van een van de leden van het gezin van werknemer of van zijn bloed- en aanverwanten in de eerste en tweede graad (voor welke omstandigheid werknemer gedurende één dag recht op verlof heeft);
de verhuizing van werknemer (voor welke omstandigheid werknemer gedurende twee dagen recht op verlof heeft).
In afwijking van artikel 4:2 Waz heeft werknemer, wanneer sprake is van de in dat artikel genoemde omstandigheid, recht op drie dagen kraamverlof.
3.
Overig bijzonder verlof (onbetaald) Werknemer heeft in de volgende gevallen recht op onbetaald verlof :
voor maximaal twaalf dagen per jaar voor het bijwonen van statutaire vergaderingen van werknemersorganisaties, voor zover werknemer als bestuurslid en/of afgevaardigde is aangewezen;
voor maximaal vijf dagen per jaar voor het deelnemen dan wel medewerken aan conferenties, landelijke en regionale vergaderingen en werkgroepen, voor zover werknemer daartoe als deskundige of afgevaardigde door zijn werknemersorganisatie is uitgenodigd en hij zulks kan aantonen;
voor deelname aan bestuurlijke en ministeriële commissies en onderwijsactiviteiten in het kader van de gezondheidszorg;
in andere gevallen waarin werkgever bijzondere omstandigheden aanwezig acht.
17
TOELICHTING BIJ VOORBEELD ARBEIDSOVEREENKOMST AD 1 Voorbeeld arbeidsovereenkomst Voor u ligt een voorbeeld arbeidsovereenkomst. Dit voorbeeld is een update van en geënt op de modelarbeidsovereenkomst behorende bij de tussen de FWV en FDV overeengekomen Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Vrijgevestigde Fysiotherapiepraktijk 2003, zoals neergelegd in bijlage 5. Het voorbeeld bevat, naast de bepalingen uit het oude model die deels zijn aangepast vanwege jurisprudentie en/of gewijzigde wet- en regelgeving, bepalingen met betrekking tot onderwerpen die voorheen bij CAO werden geregeld. AD 2 Toelichting artikel 1.1 (functiebeschrijving) Werkgever en werknemer dienen als bijlage 1 een uitgebreide beschrijving van het (basis)takenpakket van werknemer aan de arbeidsovereenkomst te hechten. AD 3 Toelichting artikel 1.4 (wijziging standplaats) Op zowel werkgever als werknemer rust de verplichting zich als een goed werknemer en goed werkgever te gedragen (zie artikel 7:611 Burgerlijk Wetboek). Deze open norm kan dienen als beoordelingsmaatstaf voor de vraag hoe om te gaan met bepaalde omstandigheden, waarin de wet niet voorziet, zoals bijvoorbeeld de verplichting incidenteel overwerk te verrichten, andere werkzaamheden dan de bedongen werkzaamheden te verrichten, of te werken op andere plaatsen dan overeengekomen. Er kunnen zich omstandigheden voordoen, die ertoe leiden dat van werknemer in alle redelijkheid kan worden verwacht – al dan niet tijdelijk of incidenteel – zijn werkzaamheden te verrichten op andere plaatsen dan de met werkgever overeengekomen “standplaats”. Hoofdregel is dat een wijziging van standplaats geschiedt in overleg met en na instemming van werknemer. Echter, op grond van bepaalde omstandigheden kan de werknemer daartoe ook worden verplicht op grond van het hiervoor genoemde beginsel van goed werknemerschap. Zo is het vaste rechtspraak dat een werknemer op redelijke voorstellen, verband houdende met gewijzigde omstandigheden op het werk, in het algemeen positief behoort in te gaan en dergelijke voorstellen (alleen) mag afwijzen wanneer de aanvaarding daarvan redelijkerwijs niet van hem kan worden gevergd. AD 4 Toelichting artikel 3.1 (aard van de arbeidsrelatie) Partijen hebben de mogelijkheid een arbeidsovereenkomst anders dan voor onbepaalde tijd aan te gaan, bijvoorbeeld indien het werkzaamheden betreft van tijdelijke aard of als beide partijen dit wensen. Indien de individuele arbeidsovereenkomst niet anders bepaalt, wordt het dienstverband geacht te zijn aangegaan voor onbepaalde tijd.
18
AD 5 Toelichting artikel 4.1 (proeftijd) Artikel 7:652 Burgerlijk Wetboek bepaalt dat bij het aangaan van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd partijen schriftelijk een proeftijd kunnen overeenkomen van ten hoogste twee maanden. Bij het aangaan van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan een proeftijd worden overeengekomen van ten hoogste:
één maand, indien de arbeidsovereenkomst is aangegaan voor korter dan twee jaren; en
twee maanden, indien de arbeidsovereenkomst is aangegaan voor twee jaar of langer.
Indien het einde van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd niet op een kalenderdatum is gesteld (maar afhankelijk is gesteld van het intreden van een bepaalde gebeurtenis), kan een proeftijd worden overeengekomen van ten hoogste een maand. AD 6 Toelichting artikel 6.1 (opzegtermijnen) Artikel 7:672 Burgerlijk Wetboek bepaalt dat opzegging van een arbeidsovereenkomst in beginsel geschiedt tegen het einde van de maand. De opzegtermijn voor de werkgever bedraagt bij een arbeidsovereenkomst, die op de dag van de opzegging:
korter dan vijf jaar heeft geduurd: één maand;
vijf jaar of langer, maar korter dan tien jaar heeft geduurd: twee maanden;
tien jaar of langer, maar korter dan vijftien jaar heeft geduurd: drie maanden;
vijftien jaar of langer heeft geduurd: vier maanden.
De wettelijke opzegtermijn voor de werknemer bedraagt (altijd) één maand. Opzegging van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is alleen toegestaan, indien werkgever en werknemer dat met elkaar zijn overeengekomen. Van deze opzegtermijnen kunnen werkgever en werknemer in de arbeidsovereenkomst afwijken. De opzegtermijn mag in dat geval bij verlenging niet langer zijn dan zes maanden voor werknemer en moet voor de werkgever tenminste het dubbele bedragen van de opzegtermijn van de werknemer (dus bijvoorbeeld: opzegtermijn van twee maanden voor de werknemer = vier maanden voor de werkgever). AD 7 Toelichting artikel 7.1 (salaris) Het verdient aanbeveling, indien werknemer parttime werkt, het parttime salaris in de arbeidsovereenkomst op te nemen. Ten aanzien van het variabele salaris geldt het volgende. Bijlage 6 bij de CAO-V 2003 geeft aan op welke wijze werknemer en werkgever afspraken met elkaar kunnen maken over de berekening van het variabele salaris. Deze systematiek kan door partijen worden overgenomen. Een
19
dergelijk systematiek koppelt het salaris aan het zogenoemde basisomzetpercentage en opbouwpercentage. NB. Het aan het variabele salaris gekoppelde uurloon dient door werkgever zelf te worden bepaald. AD 8 Toelichting artikel 8 / 9.5 (doorbetaling tijdens ziekte / wachtdagen) Artikel 7:629 lid 1 Burgerlijk Wetboek bepaalt dat de werkgever gedurende een periode van (tenminste) 104 weken het salaris tijdens ziekte of arbeidsongeschiktheid van de werknemer dient door te betalen, met dien verstande dat de werknemer dient te voldoen aan hetgeen in dat artikel is bepaald. De hoogte van de loondoorbetaling aan werknemer bedraagt 70% van zijn laatstverdiende salaris, voor zover dit salaris niet meer bedraagt dan het maximum dagloon zoals bedoeld in artikel 9 lid 1 Coördinatiewet Sociale Verzekering. Als 70% van het laatstverdiende salaris minder is dan het minimumloon, heeft de werknemer gedurende de eerste 52 weken van arbeidsongeschiktheid ten minste recht op het wettelijk minimumloon. Werkgever en werknemer kunnen in het voordeel van werknemer afwijken van het wettelijk uitkeringspercentage. Zo zouden werkgever en werknemer er voor kunnen kiezen het laatstverdiende loon gedurende de eerste 52 weken (of zelfs langer) meer dan 70% (bijvoorbeeld volledig) én/of ongelimiteerd door te betalen aan de werknemer. In dit model is ervoor gekozen partijen de mogelijkheid te bieden gedurende de eerste 52 weken van arbeidsongeschiktheid het loon dat wordt doorbetaald (het “uitkeringspercentage”) te verhogen al dan niet in combinatie met eventuele wachtdagen. Daarbij kunnen werkgever en werknemer een gunstiger loondoorbetalingsregime koppelen aan een lager salaris, of omgekeerd: een minder gunstig loondoorbetalingsregime koppelen aan een hoger salaris. Werknemer en werkgever kunnen bijvoorbeeld kiezen voor de volgende combinaties:
hoogste salaris met uitkeringspercentage 70% in combinatie met twee wachtdagen;
middelste salaris met uitkeringspercentage 100% in combinatie met twee wachtdagen; en
laagste salaris met uitkeringspercentage 95% zonder wachtdagen.
In dit model is er daarnaast voor gekozen dat werknemer gedurende de laatste 52 weken van ziekte recht heeft op loondoorbetaling conform artikel 7:629 lid 1 Burgerlijk Wetboek. Dit betekent dat werknemer recht heeft op 70% van zijn laatstverdiende salaris, voor zover dit salaris niet meer bedraagt dan het maximum dagloon zoals bedoeld in artikel 9 lid 1 Coördinatiewet Sociale Verzekering (de ondergrens van het minimumloon geldt hier dus niet meer). AD 9 Toelichting artikel 8 (controlevoorschriften) Artikel 7:629 lid 6 Burgerlijk Wetboek biedt werkgever de mogelijkheid het loon van werknemer op te schorten wanneer hij niet in de gelegenheid wordt gesteld te controleren of werknemer wel recht heeft op loondoorbetaling tijdens ziekte.
20
Werknemer dient de controlevoorschriften van werkgever op te volgen, mits deze (a) redelijk zijn, (b) schriftelijk zijn vastgesteld en (c) slechts betrekking hebben op het verstrekken van beperkte informatie. Zo kan werknemer niet verplicht worden werkgever te informeren over de aard van zijn ziekte. Daarvoor dient werkgever de bedrijfsarts in te schakelen. Leeft werknemer deze controlevoorschriften niet na, dan kan werkgever het loon opschorten, dat wil zeggen dat werkgever de loondoorbetaling kan staken tot het moment dat hij kan vaststellen of werknemer recht heeft op loondoorbetaling tijdens ziekte. Indien blijkt dat werknemer inderdaad gedurende de periode waarin het loon opgeschort is arbeidsongeschikt was, heeft hij alsnog recht op loondoorbetaling over de opschortingsperiode. Om werkgever de hiervoor genoemde opschortingmogelijkheid te bieden, dient werkgever een schriftelijk ziekteverzuimreglement op te stellen, waarin in ieder geval is geregeld op welk moment en bij wie een werknemer zich dient ziek te melden, en dat werknemer dient door te geven aan werkgever waar hij zich bevindt tijdens zijn arbeidsongeschiktheid en op welk telefoonnummer hij bereikbaar is. Daarnaast kunnen in het ziekteverzuimreglement de volgende onderwerpen aan de orde komen:
procedure ziekmelding tijdens vakantie;
controle door de bedrijfsarts (inclusief de vooraf vastgestelde momenten waarop werknemer zich zal bevinden op het verpleegadres in verband met deze controle); en
de rechten en verplichtingen van werknemer en werkgever in verband met de reïntegratie van werknemer.
AD 10 Toelichting artikel 9 (vakantiedagen en ADV) Op grond van het bepaalde in artikel 7:634 Burgerlijk Wetboek verwerft een werknemer over ieder jaar waarin hij gedurende de volledige overeengekomen arbeidsduur recht op loon heeft gehad, aanspraak op vakantie van ten minste vier maal de overeengekomen arbeidsduur per week. Dit betekent dat een werknemer bij een voltijds dienstverband aanspraak kan maken op circa 20 vakantiedagen. Werknemer en werkgever kunnen enkel ten gunste van werknemer van dit artikel afwijken. In de inmiddels afgelopen CAO-V 2003 waren sociale partners met elkaar overeengekomen dat een werknemer recht had op 23 vakantiedagen én 8 ADV per jaar bij een voltijds dienstverband. Om die reden zijn die afspraken opgenomen in deze voorbeeld arbeidsovereenkomst. Werkgever en werknemer kunnen uiteraard overeenkomen dat werknemer recht heeft op meer of minder vakantiedagen en ADV-dagen (met als ondergrens 20 dagen in totaal bij een voltijds dienstverband).
21
AD 11 Toelichting artikel 10 (pensioen) De deelname aan de in dit artikel genoemde beroepspensioenregeling is in beginsel verplicht voor iedere fysiotherapeut, die als zodanig in Nederland werkzaam is en de pensioengerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt. Het pensioenreglement van de Stichting Pensioenfonds voor Fysiotherapeuten (“SPF”) is te vinden op www.fysiopensioen.nl. In principe betaalt werknemer, op grond van het bepaalde in het pensioenreglement, de volledige pensioenpremie zelf aan SPF. Werkgever en werknemer kunnen er echter voor kiezen dat werkgever voor een bepaald bedrag of percentage zal bijdragen in de door werknemer te betalen pensioenpremie. Indien werkgever door SPF is vrijgesteld van deelname aan deze beroepspensioenregeling (dat kan alleen onder zeer stringente voorwaarden), zullen werkgever en werknemer van dit artikel afwijkende afspraken moeten maken over pensioenopbouw door werknemer. AD 12 Toelichting artikel 11 (concurrentiebeding) Het Burgerlijk Wetboek bepaalt geen maximum werkingsduur van het concurrentiebeding. Over het algemeen wordt in de rechtspraak echter wel aangenomen dat een werkingsduur van een concurrentiebeding van langer dan twee jaar de belangen van werknemer, afgezet tegen de belangen van werkgever, onbillijk benadeelt én dus geheel of gedeeltelijk kan worden vernietigd. Afhankelijk van de concrete feiten en omstandigheden, zoals (onder meer) de positie van werkgever én de aard van zijn bedrijf, de aard van de bedongen werkzaamheden en/of de leeftijd en arbeidsmarktpositie van werknemer, dienen partijen een werkingsduur van het concurrentiebeding over een te komen van bij voorkeur één jaar of korter. AD 13 Toelichting artikel 12.3 (nevenwerkzaamheden bij parttime dienstverband) Indien werknemer niet voltijds bij werkgever in dienst is, kunnen werkgever en werknemer er voor kiezen artikel 12.3 toe te voegen aan de arbeidsovereenkomst. AD 14 Toelichting artikel 16 (onkostenvergoeding) Werkgever en werknemer kunnen afspreken dat eventuele onkosten, die werknemer in de uitoefening van zijn functie in alle redelijkheid maakt, door werkgever zullen worden vergoed. De in dit artikel opgenomen onkostenposten (telefoonkosten, kosten voor congresbezoek, scholing of cursus, lidmaatschapskosten voor één beroepsorganisatie in de fysiotherapie en kosten voor dienstkleding) zijn slechts voorbeelden en kunnen desgewenst worden aangepast of worden aangevuld.
22