K L I N I S C H E A R B E I D S G E N E E S KU N D E
Hersenschade door werk? Arbeidsgeneeskundige zorg bij mogelijke hersenschade als gevolg van blootstelling aan neurotoxische stoffen Ger t van der Laan
Door beroepsmatige blootstelling aan neurotoxische stoffen kan hersenschade ontstaan. Bij acute intoxicaties is het causaal verband meestal evident, maar vindt onderzoek naar de precieze oorzaak vaak marginaal plaats doordat in de acute fase de zorg primair op behandeling is gericht. Bij chronische intoxicaties, waarbij het ziektebeeld sluipend ontstaat, is de causale diagnostiek lastig door het minder specifieke ziektebeeld met complexe differentiaaldiagnostiek. Aan de hand van twee ziektegeschiedenissen wordt ingegaan op de diagnostiek, revalidatie en preventie van beroepsziekten door neurotoxische stoffen. De heer A, een 21-jarige veehouder, zagen we in het kader van een beroepsprocedure. Hij had na een acute vergiftiging een jaar tevoren nog steeds klachten van moeheid en concentratiezwakte. Na het melken ’s morgens ging hij een paar uur slapen en ’s avonds ging hij niet meer als tevoren naar de studieclub of cursussen. We hebben de arbeidsomstandigheden en de ziektegeschiedenis gereconstrueerd en neuropsychologisch onderzoek verricht. Het jaar tevoren in de zomer was hij bij het mengen van drijfmest bewusteloos geraakt, heeft in de ambulance een epileptisch insult gehad, is in totaal 6 uur comateus geweest en daarna geleidelijk verbeterd. Vóór het incident was het enkele weken warm weer geweest en de kalveren hadden diarree gehad, waardoor in de drijfmest onder de kalverstal door de veranderde microbiële samenstelling in plaats van methaangas waarschijnlijk zwavelwaterstof is gevormd. Door het
G. van der Laan is klinisch arbeidsgeneeskundige en hoofd Solvent Team project, Nederlands Centrum voor Beroepsziekten, Coronel Instituut, Academisch Medisch Centrum, Amsterdam.
S A M E N VAT T I N G
Er bestaat een breed scala aan gezondheidseffecten door blootstelling aan allerlei neurotoxische stoffen in het werk, variërend van milde narcotische effecten tot invaliderende neurologische aandoeningen zoals parkinsonisme en dementie. Ook kan een acute intoxicatie door bijvoorbeeld zwavelwaterstof of koolmonoxide een direct letaal effect hebben. Klassieke neurologische beroepsziekten veroorzaakt door kwik, lood en bestrijdingsmiddelen komen sporadisch voor in Nederland. Ook chronische toxische encefalopathie (CTE), ook wel organisch psychosyndroom (OPS) genoemd, is op zijn retour door de vervangingsplicht, betere hygiëne en gezondheidsbewaking bij het werken met neurotoxische stoffen. Onverwacht kunnen zich toch nieuwe beroepsziekten voordoen door veranderde werkmethoden, nieuwe stoffen of andere toepassingen van bekende neurotoxische stoffen; enkele voorbeelden hiervan worden gegeven. Bij acute intoxicaties is het causaal verband meestal evident, maar vindt onderzoek naar de precieze oorzaak vaak marginaal plaats doordat in de acute fase de zorg primair op behandeling is gericht; leermomenten voor preventie worden hierdoor gemist. Bij chronische intoxicaties, waarbij het ziektebeeld sluipend ontstaat, is de causale diagnostiek lastig door het minder specifieke ziektebeeld met complexe differentiaaldiagnostiek. Aan de hand van twee ziektegeschiedenissen wordt ingegaan op de diagnostiek, revalidatie en preventie van beroepsziekten door neurotoxische stoffen.
mengen van de drijfmest is dit gas vrijgekomen waardoor de veehouder vergiftigd werd, nadat twee kalveren ‘door de hoeven waren gezakt’ die hij probeerde te redden. Gelukkig was zijn vader in de buurt die de situatie doorzag en hem, zonder zelf in de kalverstal in te ademen, naar buiten heeft gesleept. Bij neuropsychologisch onderzoek vonden we cognitieve beperkingen; neurologisch onderzoek bracht geen afwijkingen aan het licht. Het Solvent Team (zie kader) kwam tot de conclusie dat er sprake was van een restbeeld na een acute toxische encefalopathie. Bij neuropsychologisch onderzoek twee jaar later waren de beperkingen verdwenen en werkte hij weer in ‘ambtenarentijden’.
CORRESPONDENTIEADRES E-mail:
[email protected].
T BV 18 / nr 8 / oktober 2010
363
Solvent Team:* beoordeling van patiënten met cognitieve stoornissen na werken met neurotoxische stoffen. 1. Vaststellen van afwijkingen: neuropsychologisch onderzoek. 2. Vaststellen van blootstelling: bedrijfsarts, arbeidshygiënist, toxicoloog. 3. Overwegen andere oorzaken: neurologisch onderzoek, psychiatrisch onderzoek. 4. Gezamenlijke oordeelsvorming, rapportage. * In Nederland zijn twee Solvent Teams aangewezen voor de diagnostiek van mogelijke hersenschade door werk met neurotoxische stoffen: het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten/AMC, Amsterdam en het Medisch Spectrum Twente in Enschede. Vergoeding vindt plaats via de ziektekostenverzekeraars.
De heer B, een 45-jarige industrieel spuiter, werd door de bedrijfsarts naar ons verwezen. Het laatste jaar functioneerde hij minder goed: hij was minder productief, maakte meer fouten en was snel geïrriteerd om kleinigheden. Zijn gezondheidsproblemen en arbeidsomstandigheden hebben we nader onderzocht. De klachten zijn geleidelijk ontstaan. Zijn echtgenote meldde dat hij ook thuis kortaf was en geen klusjes meer afmaakte. Hij had zich teruggetrokken uit het bestuur van de voetbalvereniging omdat het hem te veel werd. Hij kon vaak niet op namen van bekenden komen en vergistte zich vaak in de weg. Na het werk ging hij meestal op de bank liggen slapen. Na de lts was hij in een autoschadeherstelbedrijf terechtgekomen en deed zowel plaatwerk als schuur- en plamuurwerk en af en toe spoot hij in de spuitcabine. Na faillissement van dit bedrijf kwam hij tien jaar geleden bij een groot afvalcontainerbedrijf in dienst. De afvalcontainers kwamen na intensief gebruik op zijn afdeling, waar ze werden gereinigd, gestraald en gespoten. Hij beschreef het als nogal grofstoffelijk werk waarbij grote oppervlakten werden gespoten met
tweecomponenten producten, zonder goede afzuiging. Hij verwerkte circa 50 liter verf per dag. Bij het spuiten gebruikte hij adembeschermingsmiddelen; bij het mengen van de verf en de belettering niet. Hij deed veel overwerk. De verwijzende bedrijfsarts bevestigde de relatief hoge blootstelling aan oplosmiddelen. Bij neuropsychologisch onderzoek werden vertraagde reactietijden en zwakke scores op aandachts- en verbale geheugentaken gevonden. De prestatiemotivatie was goed. Bij bloedonderzoek geen afwijkingen van o.a. lever-, nier- en schildklierfuncties. Ook normaal bloedbeeld en vitamine-B12-gehalte. Hij maakte een wat sombere indruk, maar voldeed niet aan de criteria van een depressie. Zijn alcoholgebruik was circa 10 E/week. Er werden geen neurologische afwijkingen in engere zin gevonden. Binnen het Solvent Team kwamen we tot de conclusie dat er sprake was van een matig ernstige chronische toxische encefalopathie. Geadviseerd werd de blootstelling aan oplosmiddelen te mijden en we nodigden hem uit voor deelname aan een begeleidingsgroep voor cognitieve revalidatie. B E RO E P S N E U RO L O G I S C H E AANDOENINGEN
Er bestaat een breed scala aan gezondheidseffecten door blootstelling aan allerlei neurotoxische stoffen in het werk, variërend van milde narcotische effecten tot invaliderende neurologische aandoeningen zoals parkinsonisme en dementie (zie tabel 1). Ook kan een acute intoxicatie door bijvoorbeeld zwavelwaterstof of koolmonoxide een direct letaal effect hebben. Epidemiologie
Sommige aandoeningen, zoals kwik- en loodvergiftigingen, komen in Nederland nauwelijks meer voor door betere hygiëne en gezondheidsbewaking. Ook intoxicaties door bestrijdingsmiddelen zijn in Nederland een zeldzaamheid geworden. Dit is te danken aan een strikt toelatingsbeleid en verplichte scholing van de gebrui-
Tabel 1 Enkele voorbeelden van neurotoxische stoffen en gezondheidseffecten in het werk Stof Werkzaamheden, beroepen Gezondheidseffecten Kwik chloorproductie, instrumentmakers tremoren, traagheid, schuwheid Trichloorethyleen metaalontvetting, schilders narcotisch effect, duizeligheid, OPS, trigeminus neuralgie Thinner (oplosmiddelenmengsel) verfproductie, schilders, autospuiters, narcotisch effect, OPS stoffeerders Organofosfaten (insecticide) tuinders, loonwerkers acute verlamming, tremoren Methylbromide openen van zeecontainers, narcotisch effect, dementie, epilepsie grondontsmetters Zwavelwaterstof rioolwerkers, veehouders narcotisch effect, OPS
364
T BV 18 / nr 8 / oktober 2010
Tabel 2 Effecten van oplosmiddelen op het centraal zenuwstelsel: acuut en chronisch3 Ziektebeeld Duur Symptomen Acute narcotische effecten minuten tot uren CZS-depressie, hoofdpijn, duizeligheid, misselijkheid Acute toxische encefalopathie minuten tot uren verwardheid, coma, epileptische aanvallen Neurastheen syndroom dagen tot weken depressie, prikkelbaarheid, concentratiestoornissen Matig ernstige CTE maanden tot jaren moeheid, vergeetachtigheid, stemmings-, concentratie- en oriëntatiestoornissen Ernstige CTE
jaren
kers, die zich bewust zijn van de risico’s. Precieze cijfers over het aantal gevallen ontbreken. Er is wel cijfermateriaal over chronische toxische encefalopathie (CTE) door oplosmiddelen, ook wel OPS (organisch psychosyndroom) genoemd. Het aantal nieuwe gevallen van CTE, vastgesteld door bovengenoemde Solvent Teams is gedaald van 45 in 2002 tot 5 in 2009.
cognitieve en emotionele veranderingen ernstiger dan bij de milde vorm: dementieel ziektebeeld met progressieve en globale aantasting van intelligentie en ernstige geheugenstoornissen
T BV 18 / nr 8 / oktober 2010
na staken van de blootstelling kan verbetering optreden, maar er kunnen cognitieve stoornissen blijven bestaan irreversibel
|
Aerotoxic syndroom. Er zijn enkele waarnemingen van bewustzijnsstoornissen en neurologische uitvalsverschijnselen bij piloten en cabinepersoneel. Oorzaak hiervan zou blootstelling aan een organofosfaat zijn dat bij verbranding gevormd wordt uit tricresylfosfaat, een additief voor motorolie in vliegtuigmotoren. Bij lekkage hiervan kan het in het luchtbeheersingssysteem van vliegtuigen en daardoor in de cabinelucht terechtkomen, omdat in veel vliegtuigen de lucht wordt opgewarmd door ze direct langs de vliegtuigmotoren te leiden. Nader onderzoek hiernaar wordt verricht vooral omdat het veiligheidsrisico’s met zich mee zou kunnen brengen.2
|
Gegaste containers. Tientallen gevallen van acute neurotoxische verschijnselen bij het lossen van zeecontainers hebben zich het afgelopen jaar voorgedaan. Meestal betreft het milde symptomen als hoofdpijn, sufheid en irritatie van de slijmvliezen door inademing van oplosmiddelen als tolueen en xyleen of formaldehyde, stoffen die vrijkomen uit de nieuwe producten of het vers bedrukte verpakkingsmateriaal. In enkele gevallen betreft het ernstige vergiftigingsverschijnselen: bewusteloosheid, een epileptische aanval en soms blijvende hersenschade, door blootstelling aan insecticiden zoals methylbromide of fosfine, stoffen die actief in de container worden ingespoten ter bescherming van de lading. Methylbromide is een bekende neurotoxische stof die als grondontsmettingsmiddel in Nederland diverse slachtoffers heeft gemaakt en daarom voor deze toepassing verboden is. Herkenning van actief begaste containers is
Naast bovengenoemde min of meer ‘klassieke neurologische beroepsziekten’ kunnen zich onverwacht nieuwe aandoeningen voordoen door veranderde werkmethoden, nieuwe stoffen of andere toepassingen van bekende neurotoxische stoffen. Enkele voorbeelden: Neurologische uitval bij varkensslachters. In de Verenigde Staten is melding gemaakt van een cluster in twee varkensslachterijen met 24 patiënten met polyradiculoneuropathie uit 2006-2008 door inademing van aerosolen met varkenshersenweefsel. Men had de slachtmethode veranderd waarbij hersenweefsel via het foramen magnum met een hogedrukspuit werd verwijderd en aerosolen hersenweefsel vrijkwamen rond de ‘head tables’ waar alle werknemers met klachten bleken te werken. Het was aanvankelijk niet duidelijk of het een immunologisch of infectieus proces betrof. Het blijkt te berusten op een auto-immunologisch mechanisme waarbij de antilichamen de zenuwbanen aantasten op de plaats waar de bloed-zenuwbarrière het zwakst is. Het speurwerk dat verricht is om de cluster goed te analyseren door de ziektegeschiedenissen en arbeidsomstandigheden van de patiënten goed in kaart te brengen, leest als een detective.1 De slachtmethode is
soms permanente cognitieve functiestoornissen geen (mogelijk na meerdere episoden)
direct verboden en wereldwijd is dit arbeidsrisico gesignaleerd.
N i e u we b e ro e p s ne u ro l o g i s c he aandoeningen
|
Restverschijnselen geen
365
lastig. De etikettering is vaak niet correct en ook aan de lading kan dit niet altijd worden afgelezen. Bekend is dat levensmiddelen als noten en erwten vaak behandeld worden om vraat van insecten te voorkomen. Ook houten meubelen worden vaak behandeld om de boktor geen kans te geven. Maar soms wordt ook een behandeling toegepast alleen om de houten pallets te beschermen. Diagnostiek
Bij acute intoxicaties ligt een causaal verband vaak voor de hand, maar wordt het verzamelen van gegevens die inzicht kunnen bieden in de oorzaak vaak verwaarloosd. Door de primaire gerichtheid op de behandeling van de patiënt is dit wel verklaarbaar, maar het verzamelen van materiaal, zoals bloedmonsters om later te kunnen analyseren op residuen of biomarkers van neurotoxische stoffen is geen usance, zelfs niet in academische ziekenhuizen. Ook bedrijfsartsen of de Arbeidsinspectie zijn vaak weinig actief om de onderste steen boven te krijgen bij intoxicaties. Een vaak gemiste kans voor goede gevalsbeschrijvingen om lering uit te trekken. De diagnostiek bij chronische intoxicaties is complexer door het soms weinig specifieke ziektebeeld, de moeilijkheid om retrospectief de blootstelling goed te kunnen karakteriseren en de uitgebreide differentiaaldiagnostiek bij cognitieve stoornissen. In tabel 2 wordt een overzicht gegeven van de verschillende ziektebeelden van hersenschade door oplosmiddelen met een stadiumindeling van CTE. De anamnese met het beloop van de klachten in de tijd, in samenhang met de arbeidsanamnese is de basis voor de diagnostiek. Na jarenlang regelmatige blootstelling aan oplosmiddelen kunnen verschijnselen ontstaan van CTE. Deze verschijnTabel 3 Symptomen van CTE Typisch klachtenpatroon: | sluipend begin, langzaam progressief | relatie in de tijd tussen blootstelling en klachten: stabilisatie of vermindering van klachten na beëindiging blootstelling Kernsymptomen: | vergeetachtigheid, concentratiestoornissen, moeheid, snel geïrriteerd zijn, gedragsveranderingen Andere, soms aanwezige symptomen: | oriëntatiestoornissen, verlies van reukzin, depressiviteit, overgevoeligheid voor alcohol, geen zin in seks, hoofdpijn In voorgeschiedenis vaak: | episoden met acute vergiftigingsverschijnselen (sufheid, high/dronken gevoel) | kortjakjesymptoom: klachten verminderen in weekend en vakantie
366
selen worden meestal voorafgegaan door tekenen van acute intoxicaties: veel CTE-patiënten beschrijven een gevoel alsof zij dronken zijn, toenemend in de loop van de werkweek, met een zweverig gevoel, hoofdpijn, soms vrolijkheid, moeheid en een alcoholintolerantie. De acute intoxicatieverschijnselen moeten beschouwd worden als teken van een hoge (piek)blootstelling en anderzijds als mogelijk teken van verhoogde gevoeligheid. In tabel 3 zijn de symptomen van CTE weergegeven. Bij nadere diagnostiek van chronische toxische encefalopathie is een multidisciplinaire benadering nodig om verschillende elementen in samenhang in beeld te krijgen: | Vaststellen van de gezondheidsschade. Voor objectivering van de cognitieve beperkingen is neuropsychologisch onderzoek nodig. Wellicht kan in de toekomst neuro-imaging een bijdrage leveren,4 maar voor de praktijk biedt aanvullend onderzoek als eeg, CT-scan of MRI weinig houvast, behalve voor de differentiaaldiagnostiek. | Vaststellen van de blootstelling. Door een systematische arbeidsanamnese, afgenomen door iemand die goed op de hoogte is van de arbeidsomstandigheden in het betreffende beroep, nu en in het verleden, kan een inschatting van de blootstelling worden verkregen. Door vergelijking van de beschreven werkzaamheden met arbeidshygiënische metingen van analoge werkplekken kan een blootstellingsschatting gemaakt worden. Als maat voor de blootstelling van een individu kan gekozen worden voor de maat ‘solvent years’, naar analogie van het aantal ‘pack years’ als maat voor sigaretten roken. Het aantal solvent years is een maat voor de hoogte van de blootstelling en komt tot stand met behulp van het aantal jaren blootstelling, de risicopotentie van de producten, de wijze van verwerking van het product (kwast, roller, vernevelen), de ventilatie en het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. In aansprakelijkheidsprocedures is een meer uitvoerige arbeidshygiënische recherche vereist. | Andere verklaringen overwegen door bloedonderzoek, verder neurologisch onderzoek en soms slaaponderzoek of een psychiatrisch consult. In het kader staat de uitgebreide differentiaaldiagnose van CTE. Ook verhoogde genetische gevoeligheid door veranderde detoxificatiemechanismen kan een rol spelen bij het ontstaan van chronische toxische encefalopathie.5
T BV 18 / nr 8 / oktober 2010
|
Concluderen en rapporteren. In consensus worden binnen het Solvent Team conclusies getrokken en geformuleerd in termen als waarschijnlijk, mogelijk en onwaarschijnlijk. Vaak is herhaald neuropsychologisch onderzoek nodig om het beloop in de tijd helder te krijgen om bijvoorbeeld te kunnen differentiëren tussen CTE en een neurodegeneratieve aandoening.
Differentiaaldiagnostiek CTE:
| | | | | | | |
vitale depressie slaapstoornis (OSAS) neurodegeneratieve aandoeningen (Alzheimer, Parkinson) neurovasculaire aandoeningen neoplasmata (hersentumoren, para-neoplastische verschijnselen) metabole aandoeningen (vitamine-B12deficiëntie, schildklierafwijkingen andere toxische encefalopathieën (alcohol, drugs, kwik) traumatisch hersenletsel
aanpak van de problemen rond kwik, lood en bestrijdingsmiddelen hebben dit duidelijk aangetoond. Zichtbaar maken van de gezondheidseffecten werkt daarbij vaak katalyserend: de grote maatschappelijke aandacht voor OPS eind vorige eeuw heeft geleid tot strenge verbods- en vervangingsmaatregelen, voor onder andere het gebruik van oplosmiddelrijke verf en lijm binnenshuis. Wat gezondheidsproblemen door gegaste containers betreft moeten oplossingsrichtingen vooral gezocht worden in een ketenaanpak, betere ventilatie en gerichte gasmetingen. Sociale partners hebben een platform opgericht om tot goede protocollen en afspraken over deskundigheid van gasmeetbedrijven en te gebruiken apparatuur te komen. Waakzaamheid is geboden om mogelijke nieuwe neurologische beroepsziekten tijdig te signaleren; in analogie met signalering van bijwerkingen van werk, moet ook arbovigilantie beter worden ontwikkeld.8 S creening
P ro g n o s e
In een systematic review6 zijn alle studies samengevat waarin het beloop van CTE na het stellen van de diagnose is onderzocht. Na het staken van de blootstelling wordt meestal een stabilisatie of wat verbetering van het cognitief functioneren gevonden. In sommige gevallen vindt geheel herstel plaats. Vooral bij relatief jeugdige patiënten en bij patiënten met een hoog premorbide niveau is geheel herstel mogelijk. Revalidatie
Een programma van cognitieve revalidatie, bij voorkeur in een CTE-begeleidingsgroep, kan het leren omgaan met beperkingen en de kwaliteit van leven verbeteren, maar levert geen verbetering van het cognitief functioneren op.7 Patiënten met CTE zijn vaak kwetsbaar waardoor in het kader van secundaire preventie de blootstelling aan neurotoxische stoffen geminimaliseerd dient te worden. Wat betreft re-integratie in het arbeidsproces moet rekening gehouden worden met de cognitieve beperkingen waardoor reactietijden vaak vertraagd zijn en patiënten geen complexe taken, zoals magazijnwerk, kunnen vervullen. Preve n t i e
Minimalisatie van de blootstelling aan neurotoxische stoffen is de basis voor preventie. De
T BV 18 / nr 8 / oktober 2010
Voor screening van aan neurotoxische blootgestelde werknemers zijn specifieke screeningsmethoden ontwikkeld, zoals de vragenlijst NSC-60, met items als: vergeetachtigheid, slaapproblemen, concentratieverlies, algeheel welbevinden en acute klachten. Ook is een gecomputeriseerde neuropsychologische testbatterij ontwikkeld waarin reactiesnelheid, geheugen (cijfertest) en hand-armcoördinatie. Bij de huidige in Nederland vigerende lage blootstellingsniveaus is toepassing van screeningsinstrumenten weinig effectief. Wel moeten mensen met werkgerelateerde klachten door werk met neurotoxische stoffen verwezen worden naar een Solvent Team voor nader onderzoek. T E N S L OT T E
|
|
|
Bij acute vergiftigingen door neurotoxische stoffen is direct blootstellingsonderzoek noodzakelijk om tot leerzame gevalsbeschrijvingen te kunnen komen. Sleutel bij het vermoeden van chronische toxische encefalopathie is het klachtenpatroon in samenhang met de arbeidsanamnese. Voor verdere diagnostiek van mogelijke hersenschade door neurotoxische stoffen in het werk is een multidisciplinaire aanpak nodig, zoals door de Solvent Teams in Nederland wordt uitgevoerd.
367
Hoe het onze patiënten verder is vergaan? Het incident op de boerderij van de vader van patiënt A is inmiddels meer dan 10 jaar geleden. Zijn vader meldde bij navraag trots dat A uitstekend functioneert als veehouder met meer dan duizend koeien in Nieuw-Zeeland. Uiteindelijk geheel hersteld dus. De heer B voelt zich wat beter, heeft nog cognitieve beperkingen en werkt parttime als conciërge bij een woningcorporatie.
3. 4.
5.
6.
7. LITERATUUR 1. Adjemian JZ, Howell J, Holzbauer S, et al. A clustering of immune-mediated polyradiculoneuropathy among swine abattoir workers exposed to aerosolized porcine brains, Indiana, United States. Int J Occup Environ Health 2009; 15: 331-338. 2. Schopfler LM, Furlong CE, Lokridge O. Development
8.
of diagnostics in the search for an explanation of aerotoxic syndrome. Anal Biochem 2010; 404(1): 64-74. White RF, Proctor SP. Solvents and neurotoxicity Lancet 1997; 349: 1239-1243. Visser I, Lavini C, Booij J, et al. Cerebral impairment in chronic solvent-induced encephalopathy. Ann Neurol 2008; 63(5): 572-580. Kezic S, Calkoen F, Wenker MAM, et al. Genetic polymorphism of metabolic enzymes modifies the risk of chronic solvent encephalopathy. Toxicol Industr Health 2006; 22: 281-289. Valen E van, Wekking E, Laan G van der, et al. The course of chronic solvent induced encephalopathy: a systematic review. Neurotoxicology 2009; 30(6): 1172-1186. Hout ME van. Strangled by solvents? Academisch Proefschrift. Groningen: Universiteit van Groningen, 2004. Laan G van der, Spreeuwers D, Molen H van der, et al. Signalering van nieuwe gezondheidsrisico’s door werk: aanzet tot arbovigilantie. Themarapport Nederlands Centrum voor Beroepsziekten. Amsterdam, NCvB, 2009.
NIEUWS
Vroegtijdige inzet kennis van verzekeringsarts kan uitval zieke werknemers voorkomen De deskundigheid van verzekeringsartsen moet meer
de verzekeringsarts en arbeidsdeskundige nodig is om
worden benut om definitieve uitval van zieke werkne-
een duurzame arbeidsparticipatie te bevorderen.
mers te voorkomen. Door de sociaal-medische beoordeling van mensen die niet of minder kunnen werken, in
I n z ette n op comp ete n t ies e n k ra ch t
een vroegtijdig stadium te laten plaatsvinden, wordt de
Zes op de tien congresgangers vinden dat de sociaal-
kans op een succesvolle re-integratie groter. Dit is de
medische beoordeling een vast onderdeel moet zijn
algemene conclusie van het UWV-Congres ‘Sociaal-
van het aanvragen van een bijstandsuitkering.
medisch beoordelen anders bekeken’, dat op 9 septem-
Christien Bronda, directeur van de Dienst Werk en
ber jl. is gehouden. De conclusie wordt ondersteund
Inkomen van de gemeente Amsterdam, benadrukte tij-
door een peiling onder de congresgangers. Hieruit blijkt
dens de paneldiscussie ook het belang om bijstandsge-
dat bijna acht op de tien een intensievere kennisuitwis-
rechtigden in een vroegtijdig stadium te laten beoorde-
seling wil tussen de eerste- en tweedelijnsgezondheids-
len. Helaas gebeurt het nog te vaak dat van mensen die
zorg en verzekeringsartsen.
in de bijstand terechtkomen, in een laat stadium blijkt dat er medische complicaties meespelen. Bronda: ‘Wij
Op het congres waren onder meer vertegenwoordigers
kijken samen met UWV naar de competenties van
van re-integratiebedrijven, gemeenten, verzekeraars,
mensen. Wij kijken naar wat ze nog wel kunnen en
kennisinstituten, arbodiensten en ministeries aanwe-
waar hun kracht zit.’
zig. Tijdens het congres voert UWV een discussie over een grotere en zichtbare rol van de verzekeringsge-
Rol va n we r k g eve rs
neeskundige gedurende het ziekteproces van werkne-
Ruim 80% van de aanwezigen vindt dat werkgevers
mers. Huisartsen en specialisten zouden meer gebruik
zich meer moeten inspannen om ziekte en uitval te
moeten maken van de expertise van verzekeringsart-
voorkomen. Aysel Erbudak, voorzitter Raad van
sen op het gebied van werk en gezondheid. In de afge-
Bestuur Slotervaart Ziekenhuis Amsterdam, benadruk-
lopen jaren is veel vooruitgang geboekt met de profes-
te het belang van een snelle re-integratie in de eerste
sionalisering van de verzekeringsgeneeskunde. Er is in
periode van het ziekteverzuim. ‘Het is van groot belang
het vakgebied erg veel kennis beschikbaar over ziekte
om in de eerste vier tot zes weken van het ziektever-
en gezondheid in relatie tot werk. Een verzekeringsarts
zuim de werknemer uit de gevarenzone te halen. Wij
in 2010 weet inmiddels veel meer over de relatie tussen
doen er alles aan om een snelle re-integratie te bevor-
ziekte en werk dan tien jaar geleden. In de praktijk
deren, want wij hebben ervaren dat werken juist
wordt deze expertise echter nauwelijks benut. Drie-
helend kan zijn.’
kwart van de aanwezigen is het dan ook eens met de
Bron: UWV persbericht, 9 september 2010.
stelling dat een betere inzet van de deskundigheid van
368
T BV 18 / nr 8 / oktober 2010