HERSENEN IN DE TOEKOMST Jaargang 8, nummer 3, december 2014
Column: De laatste X Gert-Jan van Zetten
Grote lokale verschillen in zorg gehandicapten Schildersucces in de werkplaats 1
Redactioneel
Boogh magazine
Jaargang 8, nummer 3, december 2014 Hoofdredactie Marian Kok Redactie Pieter Houtman, Liesbeth Emming, Felice Ghering, Jep Stokla Marian Kok, Anuschka Kruidhof Vormgeving Anuschka Kruidhof Geredigeerd door Maaike de Lange Kopij volgend nummer Inleveren voor 24 oktober 2014 Digitale versie Boogh magazine is ook digitaal beschikbaar op www.boogh.nl. Advertentie Ook een advertentie in Boogh magazine plaatsen? Stuur dan een mail naar
[email protected] voor meer informatie. Lezers die niet langer prijs stellen op toezending van Boogh magazine of juist meer exemplaren willen ontvangen, kunnen contact opnemen met
[email protected]
Boogh Hendriklaan 7 3481 VR Harmelen 0348 442466
[email protected]
Heeft u nieuws? Laat het weten aan
[email protected]
Op de cover Illustratie door Anuschka Kruidhof voor artikel Hersenen in de toekomst
Marion Kok vat op pagina 16 de veranderingen in de zorg samen en geeft - heel handig - tips voor het gesprek met uw gemeente. Joke Vlooswijk spreekt in deze tijd vol veranderingen over moed, vertrouwen en lichtpuntjes (pag.11). Eind september was Boogh in de landelijke media in beeld over de verschillen in het omgaan met de toekenning van zorgbudgetten door de gemeentes (pag. 13). De panelleden geven antwoord op de vraag of ze zouden verhuizen, als hun gemeente de zorgkraan te ver dichtdraait (pag. 14). Gert-Jan van Zetten, oprichter van Boogh magazine, neemt via zijn column ‘De laatste X’ afscheid als redacteur van het blad (pag. 5). Bedankt voor je inzet, Gert-Jan. Nieuwe redactieleden zijn inmiddels aangetrokken: Liesbeth Emming, Felice Ghering en Jep Stokla. Loopbaancoach Ilse Claessen vertelt over werkervaringsplaatsen (pag. 23) en Felice Ghering volgde bij Boogh Arbeidsre-integratie de agendatraining en schreef hier een column over. Cees Both, mantelzorger en vrijwilliger bij Boogh, prijst de veerkracht van deelnemers aan de activiteit houtbewerking. Lees waarom Cees dit zo goed weet te (h)erkennen (pag. 20). Op 7 oktober was de Publieksdag van de Hersenstichting met als thema ‘Hersenen in de toekomst’. In dit magazine een verslag van drie lezingen: hoe leert een babybrein, de voor- en nadelen van digitale hulpmiddelen (computer, telefoon) en hoe houden we ons brein vitaal (pag. 8). Hetty van Oldeniel, directeur-bestuurder, was uiteraard bij de opening van Boogh in Nieuwegein. Op pagina 4 geeft zij haar toespraak van die dag prijs. Op pagina 26 vindt u van deze opening een verslag in woord en beeld. Rocken doet Pieter Houtman graag met Prince (pag. 7) en Anuschka Kruidhof ging naar een concert in het nieuwe Tivoli/Vredenburg (pag.22). Hoe heeft zij dit als rolstoeler ervaren? En dan zijn er initiatieven die in 2015 een vervolg krijgen: de valtraining in Harmelen (pag. 12), de schilderwerkplaats voor afasiecliënten (pag. 24) en de BooghGoed collectie, die nu offline verkrijgbaar is in Utrecht en Veenendaal (pag. 27). En goed om te weten met de feestdagen in zicht: Valys begeleidt nu ook reizen per trein (pag. 6).
Inhoud Beste lezers, Hetty van Oldeniel
4
Column: De laatste X door Gert-Jan van Zetten
5
Op stap met Valys nieuwe stijl door Ineke Cupido
6
Onbeperkt houdbaar CD-recensie: Prince
7
Hersenen in de toekomst door Felice Ghering
8
Boogh Beste Werkgever provincie Utrecht
10
Column: Wat zullen de veranderingen ons brengen? door Joke Vlooswijk
11
Activiteit uitgelicht Valtraining in Harmelen
12
Grote lokale verschillen in zorg gehandicapten
13
Stellingname
14
Samenvatting veranderingen in de zorg door Marian Kok
16
Column: De agendatraining door Felice Ghering
19
Van mantelzorger naar vrijwilliger Cees Both
20
Onbeperkt houdbaar Dubbel-recensie: Thomas Azier in de Rhonda
22
Boogh en haar werkervaringsplaatsen door Ilse Claessen
23
Schildersucces in de Werkplaats door Willem Baas
24
Boogh Nieuwegein geopend Door Joke Vlooswijk en Marian Kok
26
BooghGoed nu ook offline te koop
27
Veel leesplezier, fijne feestdagen en een mooi 2015 toegewenst. De redactie
2
3
DICTHBIJ EN VERAF Beste lezers,
Onze nieuwste vestiging is op vrijdag 7 november officieel en feestelijk geopend in Nieuwegein. Er was ongelofelijk veel belangstelling. Iedereen paste er maar net in! Een overweldigende opkomst. Dank voor uw komst en aanwezigheid! Wethouder Martijn Stekelenburg verrichtte samen met twee cliënten de feestelijke openingshandeling. Ik wil u de toespraak die ik daarbij mocht uitspreken niet onthouden en zal deze hieronder in een iets aangepaste vorm aan u presenteren.
VERAF en nu DICHTBIJ
Mijn voorganger Willy Bakker had een vooruitziende blik. Een locatie in Nieuwegein moest er komen, en wel in de Nieuwe Baten. In 2007 tekende zij daartoe al een intentieovereenkomst. In het casco werden destijds al de nodige aanpassingen aangebracht, een investering. De tussendeur tussen welzijnsorganisatie Movactor en Boogh werd alvast ‘ingebracht’. Nu, zeven jaar later, staan we hier op deze feestelijke opening en is onze droom gerealiseerd.
Niet zonder slag of stoot
Vier jaar geleden mocht ik het stokje overnemen van mijn voorganger. Ik vond de vierkante meters te duur, dus werd het project alsnog afgeblazen. Een intensieve zoektocht naar andere huisvesting in Nieuwegein volgde. In die periode benaderde de Nieuwe Baten ons opnieuw. Met een beter aanbod. In december 2013 hadden we een deal!
Breuk in de levenslijn
Tegen deze achtergrond deden ook de eerste perikelen in de Wmo zich voor. Een delegatie van beleidsmakers uit Nieuwegein kwam bij Boogh in Harmelen poolshoogte nemen. Wat voerden ze daar eigenlijk uit? Wat was die dagbesteding eigenlijk? Voor wie? Wat was hun werkwijze? En waarom daar? Ik weet nog goed dat aan een bewoner uit Nieuwegein de vraag gesteld werd of zij deze dienstverlening niet liever in haar eigen woonplaats aangeboden wilde hebben? Haar antwoord was pertinent en resoluut: nee!!! Juist die anonimiteit was prettig, het lotgenoot en deelgenoot zijn met andere mensen met niet-aangeboren hersenletsel (NAH) was vele malen belangrijker dan mede-inwoner zijn in de gemeente. En er was ook schaamte. Mensen met NAH hebben een leven voordat de breuk in de levenslijn ontstaat en een leven erna. Ze hebben banen, goede banen, een gezin, een sociaal leven, een prettig leven… en in één klap verandert dit door een beroerte, een ongeluk of anderszins. Opeens wordt er anders naar je gekeken. Je kunt niet meer wat je daarvoor kon. Je status verandert, je gedrag, wellicht je lichaam, je geheugen, je spraak, het tempo waarin je de dingen doet, je ambities, je doelen, je relatie... Je hersenen doen het niet meer. Wat een impact kan dat hebben! En het kan voor de buitenwereld weinig zichtbaar of juist heel zichtbaar zijn. 4
Column
Chronische fase
Acceptatie en verliesverwerking zijn belangrijke factoren in de periode na het ontstaan van hersenletsel. En hoe ga je daarmee om in een bestaande omgeving? Wij ondersteunen samen met de cliënt en de mantelzorgers dit proces in de chronische fase – na de actieve revalidatiefase- zodat de cliënt in de thuissituatie kan blijven wonen. Dat doen we met een team van deskundige mensen die vanuit de juiste houding en visie werken. En dat wordt zeer gewaardeerd door de cliënt en de mantelzorgers. Zij voelen zich gekend en herkend.
Dichter bij de burger
We zijn nu een paar jaar verder en hebben met elkaar vorderingen gemaakt in het kader van de Wmo. Boogh heeft als doelstelling om de begeleiding en behandeling dichter bij de burger te organiseren, daar waar het kan. Dat wil de overheid ook. En dat is nu gelukt. Gelukkig wil de cliënt dat ondertussen ook. Dichterbij… En gericht op zelfredzaamheid en eigen regie. Dit doet Boogh al 38 jaar en is niets nieuws. Zonder schaamte en met erkenning en herkenning. Nu kunnen cliënten in de eigen gemeente kansen benutten om actief te participeren in de samenleving. Dit centrum is de springplank daartoe. Het biedt de ondersteuning en veiligheid waarin cliënten durven zich te ontwikkelen, te leren, te trainen, vaardigheden op te doen. Om vervolgens weer verdere stappen te kunnen zetten in de samenleving, op welke manier en in welk tempo dan ook. En ook om soms even een stap terug te doen om kleinere en grotere doelen te stellen. En te realiseren. In de gemeente Nieuwegein. Daarvoor zijn wij nu hier, met dit deskundige en enthousiaste team, in dit centrum in Nieuwegein, om dit hier nu mogelijk te maken, te faciliteren. In nauwe samenwerking met de gemeente Nieuwegein. De beleidsmakers van de gemeente Nieuwegein en de cliënten en collega’s van Boogh waren de eerste gesprekspartners in de verwezenlijking van deze droom. Met al onze collega-aanbieders hier in de gemeente Nieuwegein - Movactor, Lister, Zorgspectrum, Reinaerde, Vitras CMD - gaan wij ons stinkende best doen om deze droom, dit verlangen, samen met de cliënten, de mantelzorgers en onze collega’s in de breedste zin van het woord te realiseren…. Dank voor ieders inzet en ongelofelijk veel succes in de toekomst! Met een warme Boogh-groet, Hetty van Oldeniel Directeur-bestuurder Boogh
Gert-Jan van Zetten
De laatste X Het was dit jaar tien jaar geleden dat Theo van Gogh voor de laatste keer door Amsterdam fietste en dat André Hazes voor de laatste keer een biertje dronk. Dertig jaar geleden stopte Doe Maar, de populairste popgroep die Nederland ooit heeft gekend. Dit was slechts twee jaar na de definitieve doorbraak van de band. Vanaf toen ging het hard met de populariteit. Met het toenemen van de populariteit nam ook het aantal meisjes toe die bij concerten flauwviel. De mededeling van de heren dat ze ermee gingen stoppen bracht een grote shock teweeg in Nederland, vooral bij het puberende deel van de bevolking. Twee maanden later speelde Doe Maar voor de laatste keer De Laatste Keer. Vijftig jaar geleden gaven The Beatles voor het eerst een concert in Nederland; dat was ook meteen de laatste keer. Dan maken we een sprong van een halve eeuw en zo belanden we in dit jaar, 2014. Op 17 juli stapten er een kleine driehonderd mensen in een vliegtuig om op reis te gaan voor een vakantie, een familiebezoek, een conferentie of voor hun werk. Een paar uur later bleek het de laatste keer te zijn geweest dat deze mensen op reis gingen, in- en in triest. Tijd om deze column wat luchtiger te maken. Dit jaar was het ook de laatste keer dat Pauw en Witteman samen hun praatprogramma presenteerden, dat er een papieren treinkaartje kon worden gekocht, dat er in kleine cafés mocht worden gerookt, dat Louis van Gaal Oranje leidde en dat Dirk Kuijt een interland speelde. Dit is ook de laatste keer dat ik een column voor dit magazine schrijf. Want na negen jaar neem ik afscheid van het magazine en na een kleine vijftien jaar neem ik afscheid als cliënt van Boogh. Sommigen komen al veel langer bij Boogh, maar ik vind vijftien jaar toch een behoorlijk lange tijd. Een tijd waarin ik veel heb gedaan, waarin veel is gebeurd, waarin ik veel veranderingen heb meegemaakt en veel mensen heb leren kennen waaruit waardevolle contacten zijn ontstaan. In 2000 begon ik bij Boogh Amersfoort. In eerste instantie deed ik de activiteiten repro en huiskrant, later volgden bloemschikken, creatief, fotografie en keramiek. Ook zat ik al snel in de programmacommissie en in de commissies van winter- en zomerfeesten. Naast hierin meedenken, maakte ik ook een aantal jaren de uitnodigingen, toegangskaarten en consumptiebonnen voor deze feesten.
In het voorjaar van 2005 ontstond bij mij het idee om een magazine voor de hele organisatie uit te geven. Het was een tijd waarin Boogh zich steeds verder ging uitbreiden. Voor mezelf vond ik een magazine de ideale bezigheid om mijn talenten te bundelen. Het moest een magazine worden dat voor alle geledingen binnen Boogh interessant zou zijn en dat kon dienen als communicatiemiddel naar buiten. Toen ik het idee had omgezet in een werkplan, legde ik het voor aan de toenmalige regiomanager. Hij was enthousiast. Daarna heb ik Wilco Mons (overleden begin 2011) en Pieter Houtman, twee maten van me, bij het idee betrokken. Met zijn drieën hebben we het plan verder verfijnd en voorgelegd aan toenmalig directeur Willy Bakker. Zij zei dat we maar eens een proefnummer moesten maken. Daarna ging het licht definitief op groen. In alle jaren die volgden hebben we heel wat vergaderd, gebrainstormd, gemaild, gebeld, georganiseerd, interviews voorbereid, afgenomen en uitgewerkt, columns, recensies en achtergrondverhalen geschreven, stellingen bedacht, nieuwtjes opgezocht. Naast ons drieën hebben er in de loop van de jaren nog meer mensen aan het magazine meegewerkt: redactie(raads) leden, panelleden, cliënten en medewerkers die artikelen aanleverden of eraan meewerkten. Het gaat te ver om iedereen bij naam te noemen. Maar één persoon wil ik wel even noemen, en dat is onze vormgeefster Anuschka Kruidhof. Toen Wilco ons helaas ontviel, vonden we in Anuschka een perfecte vervanger. Iedereen bedankt voor de samenwerking. Ik stop, maar Boogh magazine gaat door. Mijn stoppen zal geen shock in Nederland teweeg brengen, laat staan dat er iemand flauwvalt, maar voor mij is het wel de afsluiting van een lange periode. Een periode waarop ik voor het grootste deel positief terugkijk. Dit was de laatste keer - Het is voorbij ik wacht niet meer - Dit was de laatste keer - Ik red het wel al doet het zeer - De allerlaatste keer…
5
Op stap met Valys Nieuwe Stijl Voor mensen met een mobileitsbeperking is reizen met Valys geen onbekend begrip. Waarom dan een artikel over Valys? Valys is in 2014 met een nieuwe dienst gekomen: Valys Nieuwe Stijl. door Ineke Cupido
Mensen met een mobiliteitsbeperking en ouderen kunnen van Valys gebruikmaken wanneer zij een lange reis willen maken, verder dan 5 OV-zones van hun huisadres. Dichter bij huis kunnen zij gebruikmaken van de lokale of regionale vervoerssystemen. Naast het al bestaande Valys Basis, waarmee je van deur tot deur met de taxi reist, biedt Valys Nieuwe Stijl nu een manier van zelfstandiger reizen, waarmee niet alleen met de taxi gereisd wordt, maar ook met de trein. Hiermee kun je veel directer reizen en dat kan veel tijd besparen. Het reizen met de trein heeft nog een voordeel: het is goedkoper.
Valys Begeleid
Mevrouw Bakker woont in Amersfoort en wil naar haar dochter in Alphen aan den Rijn. De laatste jaren heeft ze niet meer met het openbaar vervoer gereisd. Met haar Persoonlijk Kilometerbudget kan ze haar dochter niet zo vaak bezoeken als ze zou willen, tenminste niet als ze alleen van de taxi gebruik zou maken. Maar nu is er Valys Begeleid, waarmee mevrouw Bakker haar reis met de taxi en de trein kan maken, met volledige begeleiding op het station. Ze ziet echter erg op tegen het reizen met de trein. “Er is zoveel veranderd op het station, ik denk dan al snel dat ik het niet kan.” Mevrouw Bakker besluit om toch te gaan en hoopt zo te leren hoe te reizen met de trein.
Hoe werkt Valys Begeleid?
Valys Begeleid vraag je net als bij een normale Valys reis aan bij de centrale. De taxi komt je thuis ophalen en brengt je naar het station. Op het station staat een Reisassistent voor je klaar om je te helpen. De Reisassistent heeft een Valys Treinpas en assisteert je met inchecken, brengt je naar het juiste perron en helpt je bij het vinden van een plaatsje in de trein. Ook krijg je een Valys Reismaatje mee. Dit is een soort telefoon, die precies weet waar je je bevindt op je reis. Hij waarschuwt je wanneer je te vroeg of te laat uit de trein stapt. Met het Valys Reismaatje kun je ook met één druk op de knop contact opnemen met de centrale. Op het station van aankomst (of overstap) staat weer een nieuwe Reisassistent klaar om je met overstappen of uitchecken te helpen. En als je de reis per taxi vervolgt, helpt de Reisassistent je met het instappen in de taxi.
Valys Ambassadeur
Ira de Jong wil graag vaker haar broer in Zwolle bezoeken. Ze heeft van Valys Begeleid gehoord, maar vindt het alleen reizen in de trein griezelig. “Ik krijg wel een reisschema 6
mee van de Reisassistent en een Valys Reismaatje, maar ik ben bang dat ik niet op het goede station uit zal stappen.” Daarom heeft Ira voor Valys Begeleid met een Valys Ambassadeur gekozen. De Ambassadeur reist (gratis) met haar mee, zodat zij met de opgedane ervaring in de toekomst wel alleen in de trein durft. Je kunt op dit moment gebruikmaken van Valys Begeleid op 30 stations in Nederland, waaronder Amersfoort en Utrecht.
Valys Vrij
Meneer Jol reist het liefst alleen. “Ik bezoek graag musea, maar kan niet meer zo goed lange stukken lopen. Als ik moet overstappen, voel ik me onzeker. Bij Valys vertelden ze me dat ik ook mijn eigen begeleider mee mag nemen. Die mag gratis mee, als ik van tevoren aangeef dat hij meegaat. Wat een service.” Deze manier van reizen heet Valys Vrij. Hierbij komt de taxi je thuis ophalen en brengt hij je naar het station, waar je zelf in- en uitcheckt en eventueel weer verder reist met de taxi naar de eindbestemming. Hierbij kun je van alle stations in Nederland gebruik maken.
Valys Instapdagen
Enkele dagen per jaar organiseert Valys de zogenaamde Instapdagen. Valys Pashouders kunnen zich voor een Instapdag opgeven. Het doel van deze dagen is om de angst voor het reizen met de trein weg te nemen. Op de website van Valys komt hiervoor binnenkort een boekingsmodule. In de nieuwbrief van december zit bovendien een coupon waarmee je je voor de diverse Instapdagen in 2015 kunt opgeven. Kijk voor meer informatie op www.valys.nl of bel naar 0900-9630 (€0,05 p/m).
O
nbeperkt houdbaar
Prince (en 3rdEyeGirl) Art Official Age/PlectrumElectrum CD-recensie door Pieter Houtman
Ook dit jaar waren er weer momenten waarop de geruchtenstroom over de komst van een veelbesproken muzikaal genie op gang kwam. Er is een grote groep mensen bij wie vooral de escapades van de persoon Prince zijn blijven hangen. Desondanks zullen ook zij het met me eens zijn dat, waar Prince ook (vaak spontaan) opduikt, er meteen een ware run op kaarten voor ad hoc ingelaste concerten ontstaat. Een gerucht is dan al genoeg om iedereen op bijvoorbeeld het North Sea Jazz Festival in beroering te brengen. Zo ook die keer dat hij opeens aankondigde twee concerten in Paradiso te geven. Er ging een gevoel van blijdschap door me heen toen zeker was dat ik tot een van de gelukkige bezoekers behoorde! Mijn waardering voor Prince heeft veel te maken met zijn vastberadenheid, zijn (daaruit voortvloeiende) muzikale overtuigingskracht op het podium en zijn muzikale veelzijdigheid. Op welk vlak hij zich ook begeeft, of het nu jazz, pop, blues of zelfs bijna klassiek is, toch weet je vaak bij de eerste noot al het Princegeluid te herkennen, een kwaliteit op zich! Zo mochten we onlangs twee nieuwe albums verwelkomen. Dat het er meteen twee zijn, is niet zo verrassend als je de productiviteit van Prince een beetje kent. Want waar de hedendaagse popmuziekjournalist geneigd is terug te grijpen naar het fenomeen Prince in de jaren tachtig, moet zijn status van nu niet onderschat worden. Zo’n vier jaar geleden deed hij het GelreDome aan voor een concert, waarna (ook weer op basis van een gerucht) zich een lange rij mensen voor Paradiso in Amsterdam vormde. Ook ik stond daar toen te wachten op wat komen ging. Op basis van eerdere ervaringen met zijn vermaarde aftershows waren de verwachtingen hooggespannen. Helaas ging het feestje niet door omdat, voor zover ik me kan herinneren, de moeder van de toenmalige drummer plotseling overleed. Maar dat mensen op andere plekken in Nederland al voor je in de rij staan, terwijl je in Arnhem een concert geeft, zegt genoeg over de status van Prince anno nu. Zijn nieuwe muzikale langspelers liggen in een aantal opzichten in het verlengde van albums als Musicology (april 2004) en Lotusflow3r/MPL Sound/Elixer (april 2009, 3 disks). Ze zijn beide dansbaar, vooral het album Art Official Age, en doen me al rockend door het onvervalste gitaargeweld bijna mijn rolstoel vergeten! Het rockelement is het duidelijkst terug te vinden op het album PlectrumElectrum. Daar geeft voorman Prince ook een podium aan zijn nieuwe begeleidende formatie 3rdEyeGirl, met een drumster die me doet denken aan Sheila E. in haar gloriedagen, zij het dat het slagwerk van Hannah Ford iets minder genuanceerd klinkt. Het titelnummer vat voor mij goed samen waar het om gaat: muzikaal geweld op een altijd hoog niveau, waarbij Prince moeiteloos op de achtergrond treedt door de zangpartij ook wel eens aan een ander te laten en zich ook niet op de voorkant van PlectrumElectrum te vertonen. Ook op het podium hield hij zich op de achtergrond tijdens het eerdergenoemde North Sea Jazz Festival. Daarentegen zijn zijn geluid en persoonlijkheid op het album Art Official Age nadrukkelijk aanwezig. Hij staat op de voorkant met een nieuwe haardos en zijn karakteristieke, funkende staccatonoten sieren de langspeler. Het luistert allemaal lekker weg. En hoewel de track Funknroll als hitsingle is gelanceerd, stijgt voor mij Breakdown bescheiden boven het andere materiaal uit; qua compositie en zang precies zoals ik hem graag hoor! Prince deed op 25 mei van dit jaar het Ziggo Dome aan, en hoewel hij inmiddels een vijftiger is, lijkt hij zijn leeftijd aan te duiden als Art Official Age. Als dat zo is, ligt er nog een lange muzikale toekomst voor hem open!
7
Publieksdag Hersenstichting 9 oktober 2014
HERSENEN IN DE TOEKOMST De jaarlijkse Publieksdag van de Hersenstichting had dit jaar als thema Hersenen in de toekomst. Twaalf wetenschappers kregen in de grote zaal van het Beatrix Theater in Utrecht ieder 15 minuten de tijd om uitleg te geven over het onderzoek waarmee zij op dit moment bezig zijn. Door de gevolgen van mijn hersenletsel was het bijwonen van alle voordrachten vanwege te veel prikkels niet mogelijk. Ik heb drie lezingen bezocht. Door Felice Ghering
Op maat gemaakt babybrein
‘Een goed begin: hersenontwikkeling bij baby’s’ leek me een mooi onderwerp om mee van start te gaan. Dr. Sabine Hunnius is docent aan de Radboud Universiteit en directeur van het Baby Research Center in Nijmegen. Zij onderzoekt waarom er vooral in de eerste maanden na de geboorte tussen de zenuwcellen zo enorm veel verbindingen aangelegd worden, terwijl van deze verbindingen na een paar jaar nog maar ongeveer de helft over is. Waarom wordt er lukraak een allesbehalve efficiënt netwerk van verbindingen aangelegd? Onderzoek laat zien dat het babybrein naar aanleiding van allerlei prikkels en ervaringen bepaalde verbindingen in stand houdt en andere verbreekt. Ter illustratie kregen we een filmpje te zien: een baby ziet een vrouw regelmatig met koffiekopjes en telefoons allerlei handelingen verrichten, maar o wee als deze vrouw het koffiekopje ineens naar haar oor brengt. We zien dat de oogjes van de kleine in snel tempo afwisselend naar het kopje, naar het oor en naar de mond van de vrouw gaan. Je ziet de baby als het ware denken: huh, deze had ik toch al verwijderd! Menselijke, directe interactie zet het babybreintje aan het werk. Ons voorbeeldgedrag is een belangrijke bron van kennis voor de baby. Zelf je kindje voorlezen maakt letterlijk en figuurlijk meer indruk dan wanneer je kindje naar een filmpje op tv kijkt. Doordat het netwerk door het snoeiwerk behalve overzichtelijk ook ‘op maat gemaakt’ wordt, kan het brein steeds sneller en slimmer op de situaties reageren waarmee de baby geconfronteerd wordt. De vroege ervaringen van 8
een kind zijn dus van doorslaggevend belang voor de verdere ontwikkeling. Samen met Michiel van Elk schreef Sabine Hunnius een boek over de ontwikkeling van hersenen bij baby’s. Op de website www. babyresearchcenter.nl kun je meer lezen over het onderzoek. Ook zijn er links naar lezingen van Hunnius en wordt er uitgelegd hoe je kindje mee kan werken aan dit onderzoek.
Cognitieve digitale hulpmiddelen
Behalve ons eigen brein hebben we tegenwoordig ook de beschikking over allerlei digitale hulpmiddelen. ‘Geest en gereedschap – de invloed van digitale technologie op geheugen’ was de titel van de lezing van professor Wijnand IJsselsteijn, hoogleraar Cognitie en Affect in Mens-techniek Interactie aan de Technische Universiteit in Eindhoven. Het menselijk brein heeft zich in korte tijd aan moeten passen aan een bijna onmogelijke overkill aan digitale apparaten: computers, mobiele telefoons, internet en bijvoorbeeld het leren met behulp van laptops, digiborden en online colleges. Het grote voordeel is natuurlijk dat deze technologie ons brein kan ontlasten, waardoor we – als we er handig gebruik van maken - onze vermogens versneld uit kunnen breiden. Vergelijk het met de fiets of auto, waardoor we ons sneller kunnen verplaatsen en dus meer tijd overhebben om andere dingen te doen. Aan deze ook wel Mind Tools genoemde hulpmiddelen zit echter ook een keerzijde: door in de auto volledig te vertrouwen op het navigatiesysteem hoeven we zelf onze aandacht niet meer te richten op onder andere het onthouden en vinden van de straatnamen. Telefoonnummers van familie en vrienden hebben we tegenwoordig niet meer in ons hoofd maar in ons mobieltje geprogrammeerd. En tijdens onze vakantie nemen we foto’s, heel veel foto’s, en vergeten we te zien waar we naar kijken. We slaan de beelden niet in ons hoofd op, maar in onze telefoon of op onze camera.
Ook op sociaal gebied is er een behoorlijke aardverschuiving gaande. Het is allang geen uitzondering meer als mensen tijdens een gesprek of een etentje constant hun mobiele telefoon checken. Door dit ‘digisnacken’ ben je met je aandacht niet bij het moment zelf en sla je de informatie van beide bronnen niet goed op. Deze ‘aandoening’ wordt ook wel het iPhone Effect of de Absence Present genoemd. Op Facebook heb ik hier overigens weleens een aardig idee voor langs zien komen: leg tijdens een gesprek, etentje of borrel alle mobiels op een stapel. Degene die het eerst naar zijn telefoon grijpt, betaalt de rekening!
Het vitale brein
Daarop aansluitend was de lezing van professor Eddy van der Zee. Hij is coördinator van het onderzoek aan de Rijksuniversiteit van Groningen op het gebied van gezond verouderen, en Van der Zee is auteur van het boek Het Vitale brein – Hoe de hersenen sterk en dynamisch te houden. Van de drie voordrachten kwam deze het dichtst in de buurt van een heus minicollege: getallen, percentages en grafieken volgden elkaar in het begin in snel tempo op. Waarom nemen we nieuwe informatie moeilijker op en weten we de dingen die we vroeger geleerd hebben doorgaans nog wel? Ondanks het ouder worden blijft de hoeveelheid neuronen ongeveer hetzelfde. De paddenstoelvormige spines - de ‘verbindingsarmpjes’ die vanuit de neuronen groeien en die contact zoeken en maken met andere neuronen – nemen daarentegen in de loop van de jaren af. Hoe ouder en meer gebruikt zo’n verbinding is, des te sterker hij is en des te langer hij in stand blijft. Het aanmaken van nieuwe verbindingen wordt met het ouder worden een steeds zwaardere klus. Deze verbindingen staan door hun zwakte ook het eerst onder druk. Wat niet gebruikt wordt, wordt opgeruimd om het resterende netwerk optimaal te laten functioneren. Als je een vitaal brein wilt houden, is het dus belangrijk om de groei van spines te stimuleren. Behalve dat je goed op je voeding moet letten en zoveel mogelijk stress moet zien te reduceren, is het belangrijk om fysiek én mentaal zo fit mogelijk te blijven. Fysieke inspanning zorgt onder andere voor prikkels en een goede doorbloeding, en door de nieuwe taak vaak te herhalen kan een nieuwe spine sterker gemaakt worden. Na het 75e levensjaar neemt doorgaans de lichamelijke activiteit af. Een deel van dit verlies kan dan gecompenseerd worden door het op allerlei manieren blijven prikkelen van je hersenen. Van der Zee adviseert om vooral betrokken te blijven bij wat er om je heen
gebeurt en je hersenen uit te dagen met denkspelletjes als kruiswoordpuzzels en braintrainers: “Niet te makkelijk en regelmatig weer eens iets nieuws proberen!”
Lees- en trainingsmateriaal!
De drie bovenbeschreven lezingen geven samen een mooi beeld van hoe belangrijk het is om bewust met de input van prikkels en het onderhoud van ons brein bezig te zijn. Wil je meer lezen over de andere negen voordrachten? Op de website van de Hersenstichting is via www. hersenstichting.nl/webwinkel het programmaboekje van de Publieksdag gratis te downloaden. Heb je het programmaboekje liever op papier, dan kun je het voor € 2 bestellen. In de webwinkel kun je ook voor € 12,50 de Scheurkalender Braintraining 2015 bestellen.
HERSENBOKAAL 2014: EEN STEEKJE LOS! Ieder jaar reikt de Hersenstichting de Hersenbokaal uit als beloning voor de uitvoering van een project dat mensen met een hersenaandoening kan helpen in het dagelijks leven. Tijdens de Publieksdag 2014 werd de Hersenbokaal overhandigd aan Zorgbelang Gelderland, de bedenkers van het bordspel Een steekje los? Dit spel brengt spelenderwijs allerlei vragen naar voren waarmee mensen met bijvoorbeeld NAH, dementie, depressie, autisme of verslaving rondlopen. Het spel kent inmiddels diverse varianten. Deze speciale speelsets dragen namen als Zelfregie, Eenzaamheid, In de wijk en Multicultureel. Het spel kan gespeeld worden met familie, vrienden, op het werk, met lotgenoten, tijdens voorlichtingsbijeenkomsten, etc. Informatie over Een steekje los?: www.eigenwijsspel.nl
9
Boogh Beste Werkgever provincie Utrecht! Boogh is op 7 oktober 2014 uitgeroepen tot Beste Werkgever van de provincie Utrecht. Dit werd bekendgemaakt tijdens een groot evenement in het DeLaMar Theater in Amsterdam. De verkiezing werd uitgevoerd door Effectory en Intermediair. Boogh voert met een Beste Werkgevers Score van 7,6 de Utrechtse lijst aan. Ter illustratie: het landelijk gemiddelde is een 7,0. Persoonlijke aandacht, betrokkenheid en gelijkwaardigheid zorgen voor een open en gastvrije organisatie en dat zie je terug in de resultaten van het onderzoek. Veel medewerkers voelen zich gewaardeerd en zijn trots op de organisatie.
Landelijke winnaars
Tijdens de verkiezing werd ook de Beste Werkgever van het hele land bekendgemaakt. Stichting Buurtzorg Nederland mag zich een jaar lang Beste Werkgever van 2014 noemen in de categorie ‘meer dan 1000 werknemers’. ZLM Verzekeringen mag dat ook, maar dan voor de categorie ‘minder dan 1000 medewerkers’.
Column
Over het onderzoek
Het Beste Werkgeversonderzoek is een initiatief van Effectory en Intermediair. De verkiezing van Beste Werkgever is dit jaar voor de 14e keer uitgevoerd om een objectief oordeel te kunnen vellen over werkgeverschap in Nederland. Aan het onderzoek hebben 332 organisaties deelgenomen. De positie die organisaties op de ranglijst krijgen, is gebaseerd op het oordeel van de eigen
Joke Vlooswijk
Wat zullen de veranderingen ons brengen? Toen ik drie jaar geleden bij Boogh kwam werken, hoorde ik dat er veel aan het veranderen was. Leuk, dacht ik toen, ik houd wel van een verandering. Er zijn in de afgelopen jaren prachtige diensten ontwikkeld, er worden mooie producten gemaakt voor BooghGoed en er zijn nieuwe locaties geopend. Het In voor zorg-traject heeft ons goed voorbereid op de transitie. Dit heeft veel werk en energie gevergd, maar wel een prachtig resultaat opgeleverd. Positief is tevens dat het aantal vrijwilligers gestaag groeit. De meeste vrijwilligers bij Boogh komen uit het netwerk van cliënten en medewerkers. Daardoor hebben zij vaak een reëel beeld van de werkzaamheden en laten ze zich gemakkelijk inwerken. We horen dat ze hun werk en de contacten met cliënten en medewerkers als een betekenisvolle ervaring en een verrijking van hun leven beschouwen. Helaas moeten we soms ook weer afscheid van een vrijwilliger nemen omdat hij/zij een baan gevonden heeft. Fijn voor de vrijwilliger en jammer voor ons. Graag zouden we nog meer vrijwilligers willen verwelkomen om optimale zorg en begeleiding aan onze cliënten te blijven bieden. Komend jaar staat de grootste verandering in mijn werkzame leven en binnen de gezondheidszorg voor de deur: bezuinigingen die de kwalitatieve ondersteuning aan mensen met hersenletsel, die met zoveel zorgvuldigheid, passie en betrokkenheid is opgebouwd, aan het wankelen brengen.
De grote verdienste van Boogh is juist dat zij mensen (terug) in hun kracht brengt, met hen samenwerkt en hen begeleidt vanuit gelijkwaardigheid en medezeggenschap, persoonlijk contact, eigen keuze en eigen regie. Deze waarden zijn niet in geld of tijd uit te drukken. Het gaat ook om houding en verbinding! Het is dan ook een grote uitdaging voor ons om deze belangrijke waarden ondanks alle veranderingen zoveel mogelijk vast te houden. De cliëntgroep met hersenletsel vraagt specialistische begeleiding. Iedereen die iemand met hersenletsel kent, zal dit beamen. Als de staatssecretaris nog een uitzondering zou moeten maken, dan is het wel voor deze cliëntgroep. Dat zou dan een heel mooie verandering zijn! Maar voor het hier en nu geldt dat we ons zullen moeten aanpassen aan nieuwe werkelijkheden. Dit vraagt flexibiliteit, moed en vertrouwen in elkaar.
Hoe donker het leven ook lijkt, er zijn altijd lichtpuntjes! Marloes van Zoelen
Veranderen is vaak een complex proces, zeker als het niet je eigen keuze is. Verandering kan mensen uit hun comfortzone halen. Voor de één betekent verandering een verrijking, voor de ander creëert het kansen en nieuwe uitdagingen, en voor weer anderen levert het onzekerheid en angst op. Het vertrouwde moeten loslaten, maar nog niet het vertrouwen hebben in wat komen gaat... Hoe spannend is het als je niet weet of je je baan mag behouden en of je nog dezelfde kwaliteit kunt bieden aan de cliënten!
10
11
A
ctiviteit uitgelicht In iedere uitgave van Boogh magazine wordt een activiteit die in een van de locaties van Boogh op het programma staat in de schijnwerpers gezet. We richten ons vizier deze keer op de activiteit Valtraining bij Boogh Harmelen.
Valtraining in Harmelen
Door Joke Vlooswijk
Begin 2013 besloten Boogh Harmelen en Sportservice Midden Nederland samen uit te zoeken of het mogelijk was om de cliënten die het centrum bezoeken meer in beweging te krijgen en wellicht te onderzoeken of zij zelfstandiger kunnen worden naarmate ze lichamelijk sterker worden door middel van training.
Valtraining
Zo werd in het voorjaar van 2013 de eerste valtraining gegeven in Harmelen, onder begeleiding van twee medewerkers van Boogh, een sportdocente en een stagiair van Sportservice Midden Nederland. Na een uitgebreide voorbespreking en het vaststellen van persoonlijke doelen werd acht weken lang keihard gewerkt, ieder in zijn eigen tempo en werkend aan zijn eigen doelen, uitdagingen en angsten. Iedere training werd opgedeeld in drie gedeeltes: 1. Het aanleren van valtechnieken; 2. Het oefenen met geconcentreerd voortbewegen (voor gevorderden met obstakels); 12
“Betere zorg? Verhuis naar een andere gemeente” kopte de Volkskrant op 29 september op de voorpagina met een item waarin Boogh de hoofdrol speelde. Boogh was in deze periode enkele malen in het nieuws over de verschillen die vanaf 1 januari per gemeente ontstaan in de zorg. Naast de Volkskrant besteedden ook EenVandaag en Hart van Nederland aandacht aan het onderwerp.
Zorgbehoevenden zijn vanaf 1 januari in de ene gemeente beter af dan in de andere. Voor een inwoner van het Gooi met hersenletsel is voor gespecialiseerde zorg meer geld beschikbaar dan voor iemand met die beperking in de stad Utrecht. Dat komt doordat gemeenten verschillend bezuinigen.
Vitaliteitsweek
Om cliënten en medewerkers bewuster te maken van de diversiteit binnen het sporten en samen te ontdekken hoe je bepaalde soorten sport zo kunt aanpassen aan persoonlijke beperkingen dat iedereen op zijn eigen manier kan meedoen, werd er een ‘vitaliteitsweek’ georganiseerd. Iedere dag stond in het teken van sport. ’s Morgens werd er gezamenlijk opgestart met een beweegactiviteit in de centrale ruimte van het centrum, en ieder dagdeel werd er aandacht besteed aan een andere vorm van sport. In deze gezellige, sportieve week kwam duidelijk naar voren dat veel cliënten een slecht evenwicht hebben en daardoor bang zijn om te vallen. Met deze uitkomst moest natuurlijk iets gedaan worden. De ervaren sportdocente van Sportservice Midden Nederland stelde voor om een valtraining te organiseren: een training van acht weken lang, waarin op één middag in de week anderhalf uur lang gewerkt wordt aan evenwicht, inzicht in eigen kunnen, valtechnieken en zelfvertrouwen. Dit bleek een schot in de roos. Cliënten waren razend enthousiast toen zij hoorden dat deze valtraining aangeboden zou worden. Een grote groep aanmeldingen volgde. Helaas was er maar plek voor acht cliënten, omdat de training intensieve begeleiding vraagt.
Grote lokale verschillen in zorg gehandicapten Bo o
3. Een spel waarmee het evenwicht getraind werd. Het eerste gedeelte werd iedere week uitgebreid, beginnend met voorovervallen naar achterovervallen, zijwaarts vallen enzovoorts. Het tweede en derde gedeelte was iedere week anders om de variatie er in te houden. Het is verbluffend om te zien hoe mensen veranderen wanneer zij de mogelijkheden van hun eigen lichaam leren kennen én vertrouwen. Cliënten deden oefeningen waarvan zij een paar weken tevoren nooit gedacht hadden dat die binnen hun mogelijkheden lagen. Gespecialiseerde begeleiding, geloof en vertrouwen zijn hierbij bijzonder belangrijk.
Tot nu toe kon iedereen die recht had op begeleiding of dagbesteding overal in het land rekenen op dezelfde vergoeding uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De gemeenten nemen deze zorg vanaf 1 januari 2015 over van het Rijk door de overheveling van AWBZ naar Wmo (zie ook het artikel op blz 16). De gemeenten krijgen daarvoor minder geld dan voorheen. Daarnaast mogen ze zelf bepalen hoe ze de bezuinigingen verdelen over bijvoorbeeld de kwetsbare jongeren, de ouderen en de gehandicapten. Dat maakt dat gemeenten allemaal een ander budget voor de zorg uittrekken. Boogh moet voor 2015 met 35 gemeenten een contract sluiten. De verschillen in budgetten zijn hierbij groot. Utrecht bezuinigt bijvoorbeeld meer dan gemeenten in het Gooi. Voor Boogh betekent dit dat de zorg daarmee misschien anders zal worden per locatie.
Kees: “Ik heb tijdens de valtraining trucs geleerd om mijn evenwicht te bewaren tijdens het opstaan. De manier die mij is aangeleerd zorgt ervoor dat ik me veiliger voel.”
Volgens de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) is Boogh niet de enige organisatie die te maken krijgt met dit probleem. “Door heel Nederland krijgen aanbieders van gehandicaptenzorg te maken met per gemeente verschillende bezuinigingspercentages”, zegt een woordvoerder van VGN. “Sommige gemeenten korten volgens de instellingen meer dan voor goede zorg verantwoord is. In 2015 gaan we zien wat daarvan de gevolgen voor de cliënten zijn.”
De valtraining was een groot succes! In het najaar van 2013 is de training nog een keer aangeboden in Harmelen en de resultaten waren zo positief dat de training volgend jaar ook weer op het programma zal staan.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten zegt dat de komende verschillen tussen het zorgaanbod van de gemeenten juist de kern zijn van de operatie: “Gemeenten gaan lokaal maatwerk bieden, wat leidt tot betere ondersteuning van de burger en meer efficiëntie.”
Een aantal reacties
Gerard: “Het ging heel goed. Ik sta verbaasd over mezelf. Het was echt boven verwachting. De combinatie van activiteiten (vallen, spel en loop-/evenwichtoefeningen) was perfect.”
gh in he nieuwt s
iemand als ik, met zo’n handicap, is verhuizen lastig, anders zou ik het zeker overwegen”, aldus Wendy Keller, cliënt van Boogh Utrecht Leidsche Rijn. Jacques Bertens, ook cliënt bij Boogh Utrecht Leidsche Rijn spreekt zijn zorgen uit in EenVandaag. Hij vindt dat gemeenten en staatssecretaris goed moeten luisteren naar de gevolgen die de bezuinigingen kunnen hebben voor mensen met een beperking. Hij is bang dat Boogh hem straks geen passende zorg meer kan leveren.
“Met een kwart minder budget weten we niet of we in Utrecht nog goede kwaliteit van zorg kunnen leveren.” Hetty van Oldeniel, directeur-bestuurder Boogh
Uit een poll van de Volkskrant blijkt duidelijk dat burgers het niet eerlijk vinden wat er gebeurt. Met de stelling ‘Zorgbehoevenden zijn per 1 januari in de ene gemeente beter af dan in de andere. Die ongelijkheid is onrechtvaardig’ was 92% het eens en slechts 8% van de mensen het oneens.
Onder personeel en cliënten van Boogh is de onrust groot. Zij vinden de ongelijkheid die in de zorg dreigt te ontstaan erg onrechtvaardig. “Het is niet eerlijk dat ik straks minder zorg krijg dan iemand met hersenletsel in het Gooi. Voor 13
S
tellingname Een lezerspanel wordt geconfronteerd met een prikkelende stelling. Ieder panellid geeft zijn of haar mening, voor of tegen. Het panel bestaat uit cliënten en medewerkers van de verschillende locaties van Boogh.
De stelling luidt: Als de gemeente waar ik woon heel veel gaat bezuinigen op de zorg, zou ik overwegen te verhuizen.
Reactie Ilse Claessen - arbeidsbegeleider Boogh Arbeidsre-integratie
Reactie Felice Ghering - cliënt Boogh Arbeidsreintegratie Mijn huidige woonplaats is tijdelijk. Over een jaar of twee, drie verhuis ik. Waar naartoe? Geen idee! Ik zal dan zeker kijken naar de houding ten aanzien van de zorg van de gemeente waar ik me dan zou willen vestigen. Voor mijn ongeluk zou ik me hier niet mee bezig gehouden hebben, maar nu ligt dat anders. Er valt alleen nu nog weinig te zeggen over hoe de verschillende gemeentes hier over twee, drie jaar over denken. Plannen veranderen en de samenstelling en doelen van de gemeenteraden veranderen ook. De ene gemeente legt de accenten nu op punt A en het jaar daarna op punt B. Met andere woorden: dit jaar is het gunstiger om in de ene en volgend jaar is het gunstiger om in een andere gemeente te wonen. Lastig voor ons als (toekomstige) bewoners.
Reactie Faakje van Veen maatschappelijk consulent Boogh Amersfoort en Baarn Het klinkt op zich als een goede optie om te verhuizen naar een gemeente die minder bezuinigt op de zorg, al zou ik het zelf, denk ik, toch niet zo snel doen. Verhuizen kost ook veel: niet alleen geld, maar ook energie. Daarnaast verlies je dan misschien wel goede buren, vrienden en kennissen in de buurt, op wie je nu een beroep kunt doen. Bovendien, als een gemeente bezuinigt op de zorg, weet je natuurlijk nog helemaal niet of dat in jouw geval ook minder of slechtere zorg oplevert. Al met al ben ik te veel gehecht aan mijn buurtje en woonplaats om snel te gaan verhuizen.
Verhuizen zou voor mij niet vanzelfsprekend zijn. Ik ben iemand die zich hecht aan een plek en ook rekening te houden heeft met een gezin. Nu zit ik op dit moment niet in een situatie dat ik zorg moet inkopen, dus dat maakt het wellicht makkelijker om te zeggen dat ik niet zou verhuizen. Ik kan me echter ook voorstellen dat als je wel zorg nodig hebt, je mensen om je heen hebt verzameld die je helpen. Bij verhuizen raak je die dan weer kwijt. Mijn insteek zou zijn om te roeien met de riemen die je hebt, en wie weet welke creatieve oplossingen er nog komen in je eigen gemeente? Woonplezier is ook van groot belang en dat bouw je niet 1, 2, 3 op.
Reactie Margré Weeda - coördinerend begeleider Boogh Harmelen
Reactie Steven Reijndorp - cliënt Boogh Amersfoort Allereerst vind ik dit een hele goede stelling, maar het is bijna tot niet meer mogelijk om te verhuizen als je in een AWBZ-instelling woont. Ik zou niet weten waarom dat is, maar ik denk dat het bedoeld is om te voorkomen dat mensen te veel van de ene naar de andere instelling gaan.
14
Langer zelfstandig thuiswonen is het uitgangspunt voor het landelijke beleid. Op het nieuws is te volgen dat er nu al grote regionale verschillen bestaan bij de inkoopprocedures voor de huidige zorg. Ergens denk ik dat er door ‘Wmoverstrekkers’ gedacht wordt: verhuizen is een goedkopere oplossing dan woningaanpassingen doen en zorg realiseren op de plek waar iemand nu woont. Ik denk dat die mogelijkheid dan ook voorgelegd zal worden. Op die manier hoeft er namelijk alleen een verhuiskostenvergoeding verstrekt te worden en hoeven er geen aanpassingen te worden gedaan in je huidige woning. Bij verhuizen spelen echter ook verschillende persoonlijke argumenten mee. Als woningbezitter moet je je huis eerst maar eens zien te verkopen. De huizenmarkt zit potdicht. Voor een huurder in de sociale sector zijn er lange wachtlijsten; over vijf à zeven jaar ben je pas als eerste aan de beurt om naar een beschikbare woning te komen kijken. Met een urgentieverklaring is het een ander verhaal, maar ook aan het aantal mensen dat daarvoor in aanmerking komt zit een limiet. Dan speelt ook nog de overweging mee: welk sociaal netwerk laat je achter? Hoe capabel ben je om een nieuw netwerk op te bouwen op de plek waar je gaat wonen? Ik krijg opeens een beeld van de zorgnomade op mijn netvlies en van migratiestromen van wilde dieren in de Serengeti. Het heeft iets groots en tegelijkertijd triests: hier zijn we en kunnen we hier ook terecht? Anders trekken we weer verder. Als dit de tendens wordt, vind ik dat heel bedenkelijk. Het is heel zorgelijk als mensen het idee krijgen dat de zorg die ze nodig hebben niet gerealiseerd kan worden in hun woonplaats. 15
Veranderingen in de zorg in 2014
Welk deel van de zorg gaat naar zorgverzekeraar?
De volgende taken gaan naar de zorgverzekeraar. Wellicht krijgt u niet met al deze taken te maken: • Wijkverpleging. • Persoonlijke verzorging. • Langdurige GGZ met behandeling. • Extramurale behandeling. • Extramurale palliatieve zorg. In uw situatie bij Boogh is dit vooral de extramurale behandeling (behandeling groep) waar het over gaat. U heeft dan een indicatie voor behandeling groep.
In het najaar van 2014 heeft Boogh op alle locaties bijeenkomsten georganiseerd voor cliënten en mantelzorgers. Hetty van Oldeniel, directeurbestuurder van Boogh, vertelde over de veranderingen in de zorg en en de gevolgen hiervan in 2015. Dit is een samenvatting van deze presentatie. Door Marian Kok
Verschuivingen langdurige zorg
Er gaat vanaf 1 januari 2015 veel veranderen in de zorg voor mensen met een beperking. De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) wordt vervangen door nieuwe wet- en regelgeving. Vormen van begeleiding en dagbesteding uit de AWBZ gaan over naar de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) en de Zorgverzekeringswet (Zvw). Gemeenten worden in 2015 verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wmo. Een deel van deze taak hebben zij nu ook al, een ander deel nemen zij over van de Rijksoverheid. De hervorming van de langdurige zorg brengt een aantal veranderingen met zich mee: • De huidige Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) verdwijnt. • Er komt een Wet langdurige zorg (Wlz) voor kwetsbare ouderen en mensen met een beperking die blijvend de hele dag intensieve zorg en toezicht dichtbij nodig hebben, en voor de meest kwetsbare mensen met een psychische stoornis. • Gemeenten gaan ondersteuning thuis bieden, die nu nog onder de AWBZ valt. Bijvoorbeeld begeleiding en dagbesteding. En ze gaan beschermd wonen bieden voor mensen met een psychische aandoening. Gemeenten krijgen daarvoor nieuwe verantwoordelijkheden via de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015. • Verpleging en verzorging thuis en behandeling groep komen onder de Zorgverzekeringswet (Zvw) te vallen. Wanneer mensen zijn opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis, komen de eerste drie jaar van de opname onder de Zvw te vallen. Na die drie jaar vallen zij onder de Wet langdurige zorg (Wlz). • Behandeling groep komt in ieder geval in 2015 onder een tijdelijke subsidieregeling onder de Wlz te hangen. Waarschijnlijk ook nog in 2016.
16
Welk deel van de zorg blijft bij het zorgkantoor?
De volgende taken blijven bij de zorgkantoren: • De intensieve zorg, begeleiding en dagbesteding met verblijf in een woonvorm of een verpleeghuis (met een zorgzwaartepakket). • De intensieve zorg zonder verblijf (en dus zonder zorgzwaartepakket) gaat vallen onder het overgangsrecht Wlz. Zij hebben een combinatie van een aantal uren begeleiding, behandeling, persoonlijke verzorging en verpleging. Het CIZ geeft een indicatiebesluit af dat geldig is tot en met 31 december 2015. Daarmee houdt de cliënt het hele jaar 2015 aanspraak op dezelfde zorg en uren als in 2014. Voor deze cliënten die onder de Wlz vallen blijft alles hetzelfde.
Wat betekenen de veranderingen per 1 januari 2015 voor u? Doel van de hervorming in de zorg
De hervormingen door de overheid hebben drie doelen:
Zorg dicht bij de burger organiseren
De overheid wil de zorg dichter bij de burger organiseren. De gemeente staat dichter bij de burger dan de Rijksoverheid en kan de zorg in hun optiek beter regelen voor de burger.
Iedereen laten meedoen in de maatschappij
De overheid wil participatie bevorderen. Dat betekent dat iedereen zo goed mogelijk mee moet doen in de maatschappij. Ook mensen met een beperking.
Zorg betaalbaar maken en houden
Met de veranderingen wil de Rijksoverheid uiteindelijk 25% bezuinigen. Dit betekent dat alle gemeenten in 2015 in ieder geval 13% of meer zullen bezuinigen. De overheid wil op deze manier bewerkstelligen dat de zorg ook in de toekomst betaalbaar blijft. De verschillen tussen gemeenten in de percentages waarmee gekort wordt op de tarieven zijn groot, variërend van 13 tot 25%. Ook de kortingen op het vervoer variëren enorm: van geen korting op de huidige tarieven tot 7 euro per dag voor een retourrit (inclusief rolstoelvervoer).
Welk deel van de zorg gaat naar de gemeente?
De volgende taken gaan naar de gemeente. Wellicht krijgt u niet met al deze taken te maken: • Ondersteuning bij zelfredzaamheid. • Ondersteuning bij participatie. • Beschermd wonen en opvang. • Ondersteuning mantelzorg. • Cliëntondersteuning. In uw situatie bij Boogh is dit vooral begeleiding groep, dus de dagbesteding waar het over gaat. U heeft dan een indicatie voor begeleiding groep.
Krijgt u nu zorg uit de AWBZ of Wmo? Dan kunt u te maken krijgen met veranderingen. Wat er voor u verandert, hangt af van uw situatie: U ontvangt thuis zorg vanuit de AWBZ of maakt gebruik van begeleiding of dagbesteding De AWBZ vervalt per 1 januari 2015. Vormen van ondersteuning, die nu nog onder de AWBZ vallen, gaan over naar de gemeente. Bijvoorbeeld begeleiding en dagbesteding. Krijgt u momenteel verpleging of verzorging thuis op grond van de AWBZ? Vanaf 1 januari 2015 valt dit onder de Zorgverzekeringswet. Hiervoor kunt u terecht bij uw eigen zorgverzekeraar. Krijgt u momenteel behandeling groep? Vanaf 1 januari 2015 valt dit onder de subsidieregeling Wlz en blijft het gewoon zoals nu via de zorgkantoren lopen. En via de indicaties, zoals u gewend bent. U hoeft dan niets te doen! U ontvangt ondersteuning vanuit de Wmo Gemeenten zijn verantwoordelijk voor ondersteuning op basis van de huidige Wmo. Met de invoering van de Wmo 2015 krijgen gemeenten meer en andere verantwoordelijkheden. Het kan zijn dat uw gemeente u op dit moment ondersteuning biedt vanuit de Wmo. Door de invoering van de Wmo 2015 zal uw gemeente deze ondersteuning anders gaan organiseren. Dit kan ook gevolgen hebben voor u. Is dit het geval, dan kan uw gemeente contact met u opnemen voor een gesprek, waarin de gemeente met u bespreekt hoe uw begeleiding het beste kan worden voortgezet. Uw gemeente zal altijd samen met u kijken naar uw situatie. Mocht na het gesprek blijken dat uw ondersteuning verandert, dan zal uw gemeente een redelijke periode aanhouden voordat deze wijzigingen voor u ingaan.
voorwaarden kiezen voor een PGB in plaats van zorg in natura. Wel verandert door de nieuwe wetgeving de wijze van uitbetaling. Ook zijn de voorwaarden voor toekenning van een PGB aangepast. Van belang zijn bijvoorbeeld: motivatie, kwaliteit en of iemand in staat is om de aan het PGB verbonden taken op een verantwoorde wijze uit te voeren. De gemeente toetst de aanvraag hierop. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) benadert u met het verzoek om uw zorgovereenkomst in te leveren. Het PGB wordt vanaf 1 januari niet meer rechtstreeks overgemaakt op de eigen bankrekening van de cliënt. De gemeente maakt dan het bedrag voor de benodigde ondersteuning over naar de SVB, die namens de gemeente de betalingen rechtstreeks aan de zorgaanbieder/zorgverleners doet. Deze landelijke wijziging heet: “Trekkingsrecht PGB”. Als u in de toekomst zorg nodig heeft Mensen blijven zo lang mogelijk zelfstandig wonen. Vanaf 2015 bekijken gemeenten wat daarvoor nodig is, zoals hulp van het eigen sociale netwerk en eventueel gepaste ondersteuning uit de Wmo 2015. Heeft u geneeskundige zorg nodig? De zorgverzekeraar betaalt de verpleging en verzorging. Heeft u de hele dag intensieve zorg en toezicht dichtbij nodig? Dan kunt u een aanvraag indienen bij het CIZ voor zorg met verblijf in een zorginstelling. Thuis (blijven) wonen met zorg kan ook. Maar alleen als de zorg thuis verantwoord is. Deze zorg wordt gefinancierd vanuit de Wmo of door de zorgverzekeraar.
U heeft een persoonsgebonden budget (PGB) van de gemeente op grond van de Wmo Net als onder de huidige wetgeving kunt u onder bepaalde 17
Wat betekent bovenstaande voor u? Overgangsregeling indicaties in 2015 Heeft u nu een AWBZ-indicatie die doorloopt in 2015? Dan houdt u tot uiterlijk 31 december 2015 recht op begeleiding en dagbesteding uit uw indicatie, inclusief het aantal geïndiceerde dagdelen. De indicatie en het aantal dagdelen zijn gegarandeerd tot 1 januari 2016. Vervalt uw indicatie gedurende het jaar 2015? Dan dient u dit uiterlijk 6 weken van tevoren kenbaar te maken bij uw gemeente. U dient dan met uw gemeente in gesprek te gaan om uw begeleiding te behouden. Dus zorg ervoor dat u hiervoor tijdig een afspraak maakt. Op 1 januari 2016 vervallen op grond van de wet alle indicaties. Dat betekent dat u dus voor 2015 recht hebt op dezelfde zorg die u nu krijgt, maar dat de gemeente voor 2016 bekijkt welke begeleiding en dagbesteding u nodig heeft en eventueel een nieuwe beschikking (indicatie) afgeeft. Overgangsregeling Zorgverzekeringswet Het kan zijn dat uw AWBZ-indicatie in 2015 doorloopt. Deze gaat per 1 januari 2015 over naar de Zorgverzekeringswet. In het geval u een indicatie voor behandeling groep heeft, komt deze indicatie onder een tijdelijke subsidieregeling onder de Wlz te vallen. Dit
In gesprek met uw gemeente Loopt uw indicatie voor begeleiding af in 2015? En heeft u begeleiding en dagbesteding nodig in 2015 en verder? Neem dan contact op met de gemeente. Hulp of ondersteuning vanuit de Wmo vraagt u bijvoorbeeld aan bij het Wmo-loket van uw gemeente. De gemeente bekijkt samen met u of u ondersteuning nodig heeft en in welke vorm. U gaat dus vanaf nu in gesprek met uw gemeente over uw indicatie. De gemeente onderzoekt wat de situatie is van mensen die zich melden met een ondersteuningsvraag. Dat onderzoek vindt plaats samen met u en uw omgeving. De gemeente beoordeelt wat u zelf nog kunt en hoe uw omgeving u kan ondersteunen. Uit het onderzoek blijkt of u ondersteuning nodig heeft. Iedere gemeente organiseert dit onderzoek op een eigen manier.
Tips als u in gesprek gaat met de gemeente Doe het niet alleen
Zorg dat u naar het gesprek iemand meeneemt die u kan ondersteunen, iemand die u vertrouwt en die er voor u is. Bespreek van te voren met deze persoon wat u in het gesprek met de gemeente wilt bespreken. Op die manier kunt u beter duidelijk maken wat u wilt en u wordt ondersteund in het gesprek. Deze persoon kan tijdens het gesprek ook aantekeningen maken, zodat u later nog terug kunt lezen wat er besproken is. Medewerkers van Boogh kunnen hierin ook ondersteunen.
Maak een afspraak
Laat u niet overvallen door een medewerker van de gemeente die u telefonisch vragen wil stellen. Geef aan dat u zich wilt voorbereiden op het gesprek en maak een afspraak. Dat geeft u rust en voorbereidingstijd.
Bereid u goed voor
Bedenk van te voren goed wat u wilt zeggen en bespreek dit met iemand. Bij voorkeur met de persoon die ook bij het gesprek aanwezig is.
Doe u niet beter voor dan u bent
Het is belangrijk dat de gemeente een goede inschatting kan maken van de begeleiding die u nodig heeft. Niemand heeft er iets aan als u zich in het gesprek heel groot houdt en de gemeente besluit daardoor dat u weinig of geen zorg nodig heeft. Vertel daarom het echte verhaal en doe de situatie niet beter voor dan hij is.
Kijk op de website van hersenletsel.nl voor ondersteuning
Hersenletsel.nl heeft verschillende zaken ontwikkeld die u kunnen ondersteunen bij het gesprek met de gemeente. Zo staan er brochures met adviezen op de website: www.hersenletsel.nl
Boogh is partner van alle gemeenten in Midden-Nederland
Boogh is contractpartner van alle gemeenten in Midden-Nederland. U hoeft dus niet naar een andere zorgaanbieder als u dat niet wilt. 18
Column
betekent dat er niets verandert voor u. Indicatie en uitvoering blijven precies hetzelfde. Uw zorgverzekeraar zorgt ervoor dat uw AWBZ-indicatie op 1 januari 2015 direct verandert, bijvoorbeeld ook wanneer u recht heeft op wijkverpleging.
Felice Ghering
De agendatraining Onlangs ben ik toegetreden tot de redactie van Boogh magazine, maar voor ik aan de slag ging, had ik eerst nog iets anders op mijn programma staan: agendatraining! Bij arbeidsre-integratie had ik aangegeven dat ik sinds mijn hersenletsel al bijna acht jaar bezig ben om meer grip op mijn dagelijks leven te krijgen. Ontelbare agenda’s, lijstjes, briefjes, prikborden en digitale alarmbellen heb ik inmiddels uitgeprobeerd, al dan niet op advies van de ergotherapeut, de creatief therapeut, de maatschappelijk medewerkster of de psycholoog. Zolang het lijstje of de agenda onder mijn neus lag, merkte ik in ieder geval nog af en toe de aanwezigheid ervan op, maar hoe langer het daar lag of hing (in de keuken, in de gang, op de buitendeur en/of op mijn computer), hoe nadrukkelijker ik het vooral niet meer zag. Het lijstje was onderdeel geworden van het grote geheel dat ‘prikkels van buitenaf’ heet. En juist die prikkels heb ik van mijn sensorische integratietherapeut leren negeren! Door mijn hersenletsel kan ik dingen weten en begrijpen, en een plan maken, maar daar blijft het dan vaak bij. Ik denk, denk nog een keer, maar kan op zo’n moment geen begin vinden. En ik kom dan ook nergens een bordje ‘uitgang’ tegen. Er gebeurt helemaal niets. Niet in mijn hoofd en als gevolg daarvan ook niet in mijn dagelijks leven. En als dat zelfbedachte systeem om grip op mijn leven te houden - vaak véél te ingewikkeld - wél enigszins werkte, dan ging ik ervan uit dat het vooral een tijdelijk hulpmiddel was. Ik zou immers snel weer zo goed zijn dat ik dat niet meer nodig zou hebben, dat alles weer zou gaan zoals het voor mijn ongeluk ging. Maar omdat het bij hersenletsel juist zo dus niet werkt, meldde ik me aan voor de agendatraining bij Noor Ausems, gedragsdeskundige/neuropsycholoog bij Stichting Boogh..
en het verkrijgen van overzicht. De een wil alle afspraken van
de maand op één pagina hebben, de ander vindt het belangrijk om goed te kunnen zien welke datum bij welke dag hoort, de derde zoekt naar een agenda waarbij op de weekpagina ook ruimte gemaakt kan worden voor een boodschappenlijstje en ikzelf begrijp de dag een stuk beter nu mijn agenda van links naar rechts een ochtend, een middag en een avond laat zien, en dat zeven dagen in de week! Noor hielp ons vervolgens bij het inplannen: welke afspraken heb je, hoelang duren ze, hoelang heb je nodig om ergens naartoe te reizen, wat neem je mee? Heb je na zo’n afspraak eigenlijk nog wel ruimte in je hoofd om iets anders te doen? En afspraken maken via de telefoon is lastig als je hersens niet snel zijn: welke informatie is belangrijk, hoe pik je die op uit de massa aan informatie die op je afkomt, hoe onthoud je die gegevens, hoe noteer je ze in je agenda? En wanneer kijk je eigenlijk in je agenda? ’s Avonds? ’s Morgens? De hele dag door? Keuzes, keuzes, keuzes... Agendatraining: voor ieder wat wils, en vooral goed om even drie weken serieus - of zoals dat tegenwoordig ook wel heet ‘mindful’ - mee om te gaan. Ik realiseer me nu beter dat dit hulpmiddel onontbeerlijk is als ik meer grip wil krijgen op mijn hoofd en daarmee op mijn dagelijks leven. Ik heb er alle vertrouwen in dat de agenda nu steeds meer mijn vriend in plaats van mijn vijand zal zijn.
Ik was niet de enige; we waren met zijn vieren en alle vier kwamen we de eerste keer te laat. De tweede en derde keer ging het al ietsje beter, hoewel... het verkeer kan ’s morgens vroeg behoorlijk tegenzitten. En wat te denken van autosleutels die niet liggen waar ze horen te liggen. Hm, dat laatste heb ik wel vaker! Maar we boekten vooruitgang, want we gingen er volgens Noor al een stuk bewuster mee om. Het werd me tijdens de training duidelijk dat ieder zo zijn eigen problemen en wensen heeft op het gebied van agenda’s 19
Van mantelzorger naar vrijwilliger
Mantelzorger sinds 2006
Mijn vrouw Bertha ontmoette ik toen ik zestien was. Toen we trouwden in 1974 was ik drieëntwintig. Bertha had leuk werk bij een fotograaf en was mantelzorger voor haar vader en moeder tot ze in 2006 een hersenbloeding kreeg. In een paar seconden veranderde ons leven totaal. Bertha lag in een coma en ik kreeg te horen dat ze het eind van de week niet zou halen. Gelukkig kwam ze weer bij en haar eerste vraag was hoe het met haar moeder ging. Daarna begon een zwaar hersteltraject in een revalidatiecentrum. Bertha zelf nam geen enkel initiatief, at niet en praatte niet. Als familie zagen we al snel dat er weinig met haar gedaan werd, dus ging ik minder werken om met Bertha te oefenen. Geleidelijk aan namen wij de zorg over. Mijn broers en zussen hebben me daarbij aan alle kanten ondersteund. In 2009 was Bertha zo ver hersteld dat ze thuis kwam wonen, na aanpassingen in huis en met een PGB. Drie dagen per week ging ze naar de dagopvang in Vinkeveen, zodat ik kon blijven werken. Over die dagopvang waren we niet erg tevreden. Via mijn schoonzusje hoorde ik van Boogh. Na een intakegesprek kon Bertha drie dagen per week naar Boogh Utrecht Leidsche Rijn. Voor mij erg handig: als ik Bertha had afgezet om half tien, ging ik rechtstreeks naar mijn werk op Lage Weide. Het jaar 2012 was een echt dieptepunt voor ons. Bertha had in 2011 meerdere epileptische aanvallen en ging steeds minder lopen, praten en eten. Het besef dat
ons leven compleet anders was, drong toen pas goed tot me door. Ik heb nog geen idee wat de veranderingen in de zorg concreet voor ons gaan betekenen in 2015.
Vrijwilliger bij Boogh
Na mijn pensionering wilde ik iets zinvols doen en ik vind het leuk om met mensen te werken. Ik ben vrijwilliger geworden bij Boogh omdat ik het zo mooi vind wat Boogh doet voor mensen met een beperking! Je komt mij tegen op de afdeling houtbewerking en bij het fietsproject voor Stichting Leergeld. De liefde voor hout en voor knutselen heb ik met de paplepel ingegoten gekregen van mijn vader, die meubelmaker was. Een mooie match dus. Het bijzondere van Boogh is denk ik de brede opzet, het grote aantal activiteiten dat wordt aangeboden. En ik heb diep respect voor wat de deelnemers zelf, met hun beperking, voor elkaar krijgen. Op de afdeling houtbewerking is er bijvoorbeeld iemand die een vogelhuisje timmert met één hand. Een enorme doorzetter! En ik zie dat iedere deelnemer op zijn of haar eigen manier creatief is en probeert iets te presteren. En daar voldoening van krijgt. De veerkracht van al deze mensen is zo groot. Ik geniet daar enorm van en we hebben veel plezier met elkaar.
Mag ik me even voorstellen?
Mijn naam is Cees Both. Ik ben geboren in 1951 te Gouda. Sinds april 2014 ben ik met pensioen. Ik ben nog een van de gelukkigen die kon stoppen op zijn 62ste. Daar heb ik heel bewust naar toegewerkt. Door alles wat er de laatste jaren is gebeurd rond de gezondheid van mijn vrouw, ga je beseffen dat werken leuk is, maar dat vrijheid en gezondheid veel belangrijker zijn.
Mijn werk
Als jochie vond ik school niet leuk, dus ging ik op mijn vijftiende werken bij een klein installatiebedrijf voor sanitair. Op mijn zeventiende begon ik met aanvullende studies: eerst Voortgezet Beroepsonderwijs, later MBO met deelcertificaten HBO. Ik was goed met cijfers en groeide bij mijn derde werkgever via leidinggevend monteur naar calculator en later projectleider. Toen ik bij dat bedrijf begon, waren we met drie werknemers, toen ik er wegging met vijftig.
20
21
O
Boogh en haar werkervaringsplaatsen
nbeperkt(?)houdbaar
Thomas Azier in de Rhonda (Tivoli Vredenburg) Dubbelrecensie door Anuschka Kruidhof
Mijn bedoeling was om na een avondje Tivoli Vredenburg een toffe recensie te schrijven over het optreden van Thomas Azier aldaar. Ik had hem al gezien op Lowlands en was onder de indruk van deze Nederlandse songwriter en zijn compromisloze, donkere en broeierige elektronische popsound. Zijn muziek overbrugt de kloof tussen culturen. Hij combineert fabrieksachtige geluiden afkomstig van de Nederlandse gabber- en hardcorescene met de Duitse elektronische scene. Dit aanvullend met epische en diepe emoties, die je zou kunnen vinden bij Franse artiesten, creëert hij misschien wel een nieuwe Europese popsound. Samen met zijn compagnon Robin Hunt en prachtige visuals zet hij een energieke show neer. Meneer Azier was geweldig, helaas kan ik dat (nog) niet zeggen van het nieuwe (!) Utrechtse muziekcentrum! Omdat ik eerder Massive Attack had gezien in de Rhonda, een van de vijf zalen in het muziekcentrum, was ik voorbereid op de slechts matig op invaliden aangepaste popzaal. Als je ‘een rollende’ bent, word je na de kaartcheck door een medewerker meegenomen een lift in die niet algemeen toegankelijk is. Vervolgens moet je door vier niet echt op rolstoelen berekende deuren om uit te komen op de plaats in de zaal die bestemd is voor ‘ons’. Dit is op het balkon achter een halfhoge glazen wand met ondoorzichtige reling. Hier mag je parkeren en kunnen je vrienden naast of achter je staan, afhankelijk van de drukte in de zaal. Je moet een beetje gymnastieken om het concert beneden te zien. Strekken om over de reling te kijken is favoriet maar vermoeiend, bukken om eronderdoor te kijken is makkelijker, maar het glas houdt het geluid en dus de beleving tegen! Het geklets van je omstanders is daardoor beter te verstaan dan de band beneden… helaas. Wel sta je naast de bar! Fijn, denk ik eerst, maar dat gevoel ebt weg omdat ik steeds aan de kant moet als het barpersoneel er langs wil om achter de bar te kunnen. Voor hen is er, heel logisch, een deurtje geplaatst aan de kant waar het publiek staat, of zit in mijn geval. Aan het einde van het concert nemen we de lift... naar welke etage ook alweer? Omdat ieder spoor van een medewerker of bewegwijzering ontbreekt, drukken we zelf maar op wat knoppen en we verdwalen in een donker en leeg gebouw vol... trappen! Deze keer, bij Thomas Azier, was het concert niet uitverkocht, het balkon leeg, de bar dicht en moest de bedrijfsleider erbij gehaald worden om me, na een kwartier overleggen, toestemming te geven om op eigen risico beneden een plekje te zoeken. Hier is het een stuk gezelliger, maar ontbreken invalidenplekken en de mogelijkheid om dichter bij het podium te komen. De vloer heeft niveauverschillen, maar geen opritjes, dus de enige optie is om achter in de zaal bij de in-/uitgang te blijven staan, eh... zitten. Hier heb ik geprobeerd te kijken naar en te genieten van een concert waar ik toch ook een kaartje voor had gekocht. Gelukkig kreeg ik aan het einde van de enigszins teleurstellende avond een dikke knuffel van de mij bekende toiletjuffrouw, die gelukkig is meeverhuisd uit het oude vertrouwde Tivoli aan de Oudegracht. Het muziekcentrum is prachtig en ik ben benieuwd naar de toegankelijkheid van de andere vier zalen en ga die bezoeken. Ze zijn alle ontworpen door architecten van wereldfaam; het mocht wat kosten. Jo Coenen, die de Rhonda heeft vormgegeven, heeft een mooie, intieme zaal ontworpen waar, je zou het niet zeggen, 2000 man in kan en, o ja, ook nog ergens een paar invaliden. Bizar dat anno 2014 én in Nederland het weer niet gelukt is om dit goed te doen! In het volgende magazine het vervolg van mijn bevindingen. Bekijk en beluister het nieuwe album Hylas op thomasazier.com. Doe je ogen dicht en laat je meevoeren naar zijn wonderschone wereld. 22
Terugkeren naar de reguliere arbeidsmarkt is wat cliënten van Boogh Arbeidsre-integratie graag willen. Dit is echter gezien de veranderingen in hun leven geen sinecure. Het eigen werk lukt bijvoorbeeld niet meer of is er niet meer door langdurige uitval. Dan is de vraag: wat dan wel? Wat kan ik nog, wat ben ik nog waard en hoe ga ik dat allemaal organiseren? Veel vragen en onzekerheden maken de stap naar een betaalde baan groot. Ilse Claessen, loopbaancoach en trainer Boogh Arbeidsre-integratie Bij Boogh Arbeidsre-integratie kunnen mensen terecht voor begeleiding en training om de stap (terug) naar de reguliere arbeidsmarkt te maken. Boogh doet dit in opdracht voor UWV, gemeentes, (letselschade) verzekeraars en werkgevers. Ieder traject is op maat gemaakt en cliënten werken samen met een coach aan gestelde doelen.
Werkervaring
Een belangrijk onderdeel van het traject is het opdoen van werkervaring. Vaak is het lang geleden dat mensen gewerkt hebben, of ze hebben gewerkt in een functie die nu niet meer mogelijk is. Om zelf te ervaren en inzicht te krijgen in de huidige mogelijkheden en wensen is het inzetten van een werkervaringsplaats zeer nuttig. Boogh Arbeidsre-integratie maakt daarbij graag gebruik van de overige vormen van dienstverlening van Stichting Boogh. Er bestaat een nauwe samenwerking tussen alle locaties en diensten, en overal is het inzetten van een werkervaringsplaats mogelijk. Het gaat dan om diverse werkzaamheden, zoals administratie, begeleiding, facilitaire ondersteuning, huishoudelijk werk, P&O, communicatie, horeca, receptie en logistiek.
Werkprotocol
Stichting Boogh hanteert een werkprotocol voor de werkervaringsplaatsen, zodat iedereen weet wat er van hem of haar verwacht wordt. Een trajectbegeleider is samen met de cliënt verantwoordelijk voor het gehele traject. Het inzetten van de werkervaringsplaats maakt deel hiervan uit en wordt geïnitieerd door de trajectbegeleider. Deze gaat in gesprek met de werkbegeleider van de werkervaringsplaats voor het maken van concrete afspraken en het stellen van doelen. Gedurende het gehele traject is het van belang dat gewerkt wordt met haalbare doelen en concrete stappen om het eindresultaat te behalen. Het uiteindelijke doel is betaalde arbeid, maar de werkervaringsplaats kan ook aan het licht brengen dat de stap naar betaalde arbeid niet haalbaar is. Dan worden de doelen bijgesteld in overleg met de cliënt en de opdrachtgever. Participatie naar mogelijkheden blijft het belangrijkste streven. De ervaring die opgedaan wordt op de werkervaringsplaats geeft zowel de cliënt als de opdrachtgever een duidelijk beeld van de mogelijkheden en de uiteindelijke verwachtingen, en toont aan wat de randvoorwaarden zijn om een vervolgstap te kunnen maken.
Participatie naar mogelijkheden
De cliënten ervaren het als prettig om eerst in een beschermde en veilige omgeving hun mogelijkheden te ervaren en onderzoeken. De stap naar de reguliere arbeidsmarkt wordt op deze manier kleiner en haalbaar. De werkervaringsplaats bekrachtigt het CV en geeft meer houvast tijdens sollicitaties. Zo leveren de werkervaringsplaatsen bij Stichting Boogh een belangrijke bijdrage aan het slagen van een re-integratietraject. Participatie naar mogelijkheden is op deze manier binnen handbereik van onze cliënten.
Het blijft een constante worsteling, te accepteren dat je niet meer alles kunt zoals vóór het letsel, zeker voor een actief iemand zoals ik was. Boogh biedt een begripvolle, plezierige omgeving, met aangepaste taken en werkzaamheden, die aansluiten bij je interesse of eerdere werkervaring. Én essentieel: de mogelijkheid een rustmomentje te pakken tussendoor! Liesbeth Emming
23
Bo o Wel gh zijn
Schildersucces in de Werkplaats
gezocht met Stichting Marline Fritzius om een schildersatelier te beginnen. Dankzij het enthousiasme van medewerkers en deelnemers werd een subsidieaanvraag voor 2013 gehonoreerd en werd beeldend kunstenaar Reinoudt van den Clooster in Utrecht bereid gevonden om het Atelier te starten. Hij weet zijn leerlingen enthousiast te maken en geeft een bredere kijk door korte kennismakingen met (soms nog onbekende) schilders. Inspiratie wordt gevonden in werk van Magritte, Vermeer, maar ook door eigen fantasie of naar aanleiding van gebeurtenissen in de wereld.
“Ik ben pas begonnen met schilderen en ja... ik vind het leuk. Ik ben lekker bezig, hoef niet na te denken en het resultaat is een verrassing. Thuis doe ik dit soort dingen nog niet, maar wie weet...” Ook nu nog bestaat in Amsterdam het Atelier van Stichting Marline Fritzius, waar mensen wekelijks schilderen en boetseren. Daarnaast worden o.a. in Utrecht (mede dankzij de Stichting) schilderlessen voor mensen met afasie gerealiseerd. Dit wordt in 2015 dankzij een nieuwe subsidie voortgezet. “Wij zijn superblij met de jaarlijkse bijdrage van Marline Fritzius omdat de meerwaarde voor de deelnemers met geen woorden te beschrijven valt. De schilderijen spreken voor zich”, aldus Jeroen Oord. Met andere woorden, kort en krachtig: de Werkplaats werkt!
“Ik kan mijn verhaal kwijt in een schilderij. Dat is erg prettig als het verbaal niet meer lukt. De werkwijze en materialen maken het schilderen tot een prima communicatiemiddel. Ben zelfs thuis langzaam begonnen met schilderen.”
Aan het woord is een van de deelnemers van het schildersatelier van de Werkplaats. Iedere vrijdag ontmoeten 15 tot 20 deelnemers elkaar in de Werkplaats, een initiatief van Afasiecentrum Utrecht. Verschillende cliënten van het afasiecentrum willen op een breder vlak bezig zijn met communicatie dan alleen het trainen van spreken, schrijven, lezen. Als men al langer en intensief heeft deelgenomen aan communicatietraining, dan is er ook behoefte om zich op een andere manier te uiten. En daarvoor is de Werkplaats in 2012 opgericht. Jeroen Oord en Neli Brouwer ondersteunen cliënten elke week om zich op verschillende manieren (kunstzinnig) te uiten. Schilderen is bij uitstek een vorm waarin je zonder woorden een verhaal kwijt kunt. Bij aanvang was dit ook een wens van verschillende cliënten. De Werkplaats heeft contact 24
Door Willem Baas Boogh Afasiecentrum Utrecht
“De meeste cliënten zijn wekelijks aanwezig en werken met veel plezier aan hun schilderij. Wanneer mensen zich niet meer in taal kunnen uitdrukken, kan het uiten in beeld een plezierige en betekenisvolle bezigheid zijn.”
Stichting Marline Fritzius heeft als doel schilderen voor mensen met afasie mogelijk te maken. Marline Fritzius (1936) kreeg op 40-jarige leeftijd afasie. Zij begon opnieuw met schilderen, maakte aquarellen voor Stichting Afasie Nederland en was succesvol op veel tentoonstellingen. Marline ontdekte hoe stimulerend en in zekere zin genezend het is om in beeld te denken en te werken toen haar taalvermogen was aangetast. Zij besloot om ook andere mensen met afasie te stimuleren om te schilderen en stelde haar atelier in Amsterdam daarvoor beschikbaar.
“Rustgevend, leuk resultaat... Ik krijg er waardering voor en voel me weer iemand die iets te bieden heeft.” 25
Boogh Nieuwegein is geopend! Door Joke Vlooswijk en Marian Kok
Na een periode van bouwen, inrichten, knelpunten oplossen en verhuizen zijn op 7 november de deuren geopend voor een nieuwe start in Nieuwegein! Na een mooie toespraak van directeur-bestuurder Hetty van Oldeniel werd de opening verricht door cliënten Jeroen Brouwer, Hessel Turner en wethouder Martijn Stekelenburg. Via een Skypeverbinding konden medewerkers en cliënten uit Harmelen meegenieten. De opening van het nieuwe centrum werd goed bezocht door cliënten, naasten, familieleden, de cliëntenraad van Harmelen/ Nieuwegein, relaties en buren. Hetty van Oldeniel schetste in haar openingstoespraak de ontwikkeling van de eerste planvorming tot de realisatie van het pand, een traject dat zeven jaar in beslag nam. Zij noemde het centrum een springplank naar zelfredzaamheid en eigen regie, naar een zo groot mogelijke participatie in de samenleving, in een goede samenwerking met collega-organisaties en de gemeente Nieuwegein. Voor veel cliënten was de naderende verhuizing een spannende tijd. Het was daarom niet erg dat de bouw enige tijd in beslag nam; het gaf hun ruimte om aan het idee te wennen. Dit heeft positief uitgepakt voor een aantal mensen, die er zowaar zin in kregen. Cliënten waren betrokken bij de voorbereidingen en ook rond de verhuizing hielpen ze om het gebouw in te richten of kwamen ze gewoon alvast even een kijkje nemen. In het centrum in Harmelen stonden fotoborden en er werd een lokaal vrijgemaakt om informatie op te hangen en verhuisdozen te stallen. Natuurlijk werd er eerst nog uitgebreid afscheid genomen van alle vertrouwde gezichten. Cliënten en medewerkers hebben elkaar door de jaren heen leren kennen en zijn intensief met elkaar opgetrokken, waarbij ook vriendschappen zijn ontstaan. Er werden dan ook best een paar traantjes weggepinkt. Het was een roerend afscheid met mooie gedichten en liederen, in een warme sfeer met veel aandacht voor elkaar. De cliënten van Boogh in de Buurt in Nieuwegein hebben de keuze gemaakt om ook naar het nieuwe centrum te komen. Het is een fijne plek, die zorgvuldig is ingericht met rustige kleuren en goede faciliteiten. Doordat het nu dichter bij huis is, kan een aantal van hen ook zelfstandig naar het centrum komen. 26
BooghGoed nu ook offline te koop!
In eerdere Boogh magazines heeft u al veel kunnen lezen over de webwinkel waarin wij BooghGoed-producten verkopen. Deze producten worden op de verschillende locaties ontworpen en geproduceerd. In het vorige magazine vertelden wij over de nieuwe productlijnen die worden opgezet. Om deze beter te kunnen presenteren gaan we ook sleutelen aan de lay-out van de webwinkel; er komen nieuwe foto’s en teksten, en vooral veel hippe en eigentijdse artikelen.
In de tussentijd zitten we natuurlijk niet stil en gaat de verkoop van bestaande artikelen door! Naast de webwinkel gebruiken we daar verschillende offline verkooppunten voor. We werken hierbij samen met jonge, creatieve ondernemingen die goed aansluiten bij de filosofie en uitstraling van BooghGoed. Misschien een leuk idee om er eens een kijkje te nemen, als u in Utrecht of Veenendaal bent voor uw kerstinkopen?
Spring, Voorstraat 16 te Utrecht
Mensen met hersenletsel kunnen zich moeilijk een voorstelling maken van een nieuwe situatie. Daardoor is een verandering als een verhuizing een hele opgave. Alles is anders, en hoe vind je daarin je weg weer? Je moet alles opnieuw beleven en ervaren hoe de nieuwe situatie is. De eerste weken was het echt wennen voor iedereen; er werd getraind en geoefend om met de nieuwe structuur vertrouwd te raken. Waar staat alles, wat ga ik doen, wat is het programma ook alweer? En jakkes, wat kan wennen dan lastig zijn. Maar gelukkig wel met bekende gezichten en vertrouwde begeleiders om je heen. Altijd weer die hartelijkheid, duidelijkheid en persoonlijke aandacht. Wij hebben er alle vertrouwen in dat Boogh Nieuwegein een mooie toekomst tegemoet gaat!
Bij de winkel Spring kunnen creatieve ondernemers een schap huren en zo hun producten verkopen op een toplocatie in Utrecht. Boogh neemt al geruime tijd deel aan dit mooie concept, en met succes. Wij verkopen er vooral servies en keukenartikelen: schaaltjes, Senseokopjes en de houten boomschijf als presenteerblad.
Eindhoven, Oudegracht 10 te Utrecht
Eindhoven is een designshop en conceptstore waar jonge ontwerpers de gelegenheid krijgen om hun producten te verkopen. In de winkel worden vooral designartikelen verkocht. U kunt er ook terecht voor koffie, thee en iets lekkers. Boogh verkoopt er onder andere keramiek (mokken, vaasjes en schalen), maar ook lampen en kussens.
Whoop , Passage 62 te Veenendaal
Whoop is een conceptstore waar Nederlandse ontwerpers hun producten kunnen verkopen. U kunt er ook een kop koffie drinken. Boogh verkoopt er de wobblervaasjes.
Boogh op de markt
Naast deze vaste verkooppunten is BooghGoed ook te vinden op verschillende markten. Cliënten en medewerkers stonden onder andere op de Webwinkelmarkt in het Griftpark Utrecht en op de Najaarsmarkt in Woerden. In november staan we op de beurs In voor Zorg! in de Jaarbeurs Utrecht. Op deze markten hebben we rechtstreeks contact met onze klanten en kunnen we goed peilen hoe de BooghGoed-producten worden ontvangen. Onze ervaring is dat klanten erg enthousiast zijn. Zij vinden vooral het verhaal achter het Booghgoed-product waardevol. Daarnaast is het goed te merken dat klanten ons beginnen te herkennen doordat we ons op verschillende manieren profileren. Kortom BooghGoed levert prachtige producten, waar cliënten en medewerkers trots op mogen zijn. 27
28