ZENDINGSVIERING Heidi De Clercq
“ ‘Ik zal er zijn’ heeft mij naar u toegestuurd” (Ex. 3, 14)
1 april 2015
Intredelied: Zomaar een dak (ZJ 735)
Woorden van ver, vallende sterren, vonken verleden hier gezaaid. Namen voor Hem, dromen, signalen, diep uit de wereld aangewaaid. Monden van aarde horen en zien, onthouden, spreken voort, Gods vrij en lichtend woord. Tafel van Eén, brood om te weten dat wij elkaar gegeven zijn. Wonder van God, mensen in vrede, oud en vergeten nieuw geheim. Breken en delen, zijn wat niet kan, doen wat ondenkbaar is, dood en verrijzenis.
Verwelkoming en kruisteken Openingswoord Kyrie: Wij zoeken hier Uw aangezicht (ZJ 329)
Openingsgebed God, Vader, Gij kent ons en weet wat in ons omgaat. Zie onze goede wil en ons verlangen naar een nieuwe wereld, waarin Gij met ons kunt wonen. Blijf met ons begaan en neem alles weg wat waarachtig leven in uw Naam verhindert. Schenk ons uw Geest door Jezus de Christus, die met U en de heilige Geest leeft in eeuwigheid. Amen.
Lezing uit het boek Exodus (3, 1-14) Mozes was gewoon de schapen en geiten van zijn schoonvader Jetro, de Midjanitische priester, te weiden. Eens dreef hij de kudde tot voorbij het steppeland, en zo kwam hij bij de Horeb, de berg van God. Daar verscheen de engel van de HEER aan hem in een vuur dat uit een doornstruik opvlamde. Mozes zag dat de struik in brand stond en toch niet door het vuur werd verteerd. Hoe kan het dat die struik niet verbrandt? dacht hij. Ik ga dat wonderlijke verschijnsel eens van dichtbij bekijken. Maar toen de HEER zag dat Mozes dat ging doen, riep hij hem vanuit de struik: ‘Mozes! Mozes!’ ‘Ik luister,’ antwoordde Mozes. ‘Kom niet dichterbij,’ waarschuwde de HEER, ‘en trek je sandalen uit, want de grond waarop je staat, is heilig. Ik ben de God van je vader, de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob.’ Mozes bedekte zijn gezicht, want hij durfde niet naar God te kijken. De HEER zei: ‘Ik heb gezien hoe ellendig mijn volk er in Egypte aan toe is, ik heb hun jammerklachten over hun onderdrukkers gehoord, ik weet hoe ze lijden. Daarom ben ik afgedaald om hen uit de macht van de Egyptenaren te bevrijden, en om hen uit Egypte naar een mooi en uitgestrekt land te brengen, een land dat overvloeit van melk en honing, het gebied van de Kanaänieten, de Hethieten, Amorieten, Perizzieten, Chiwwieten en Jebusieten. De jammerklacht van de Israëlieten is tot mij doorgedrongen en ik heb gezien hoe wreed de Egyptenaren hen onderdrukken. Daarom stuur ik jou nu naar de farao: jij moet mijn volk, de Israëlieten, uit Egypte wegleiden.’ Mozes zei: ‘Maar wie ben ik dat ik naar de farao zou gaan en de Israëlieten uit Egypte zou leiden?’ God antwoordde: ‘Ik zal bij je zijn. En dit zal voor jou het teken zijn dat ik je heb gestuurd: als je het volk uit Egypte hebt weggeleid, zullen jullie God bij deze berg vereren.’ Maar Mozes zei: ‘Stel dat ik naar de Israëlieten ga en tegen hen zeg dat de God van hun voorouders mij gestuurd heeft, en ze vragen: “Wat is de naam van die God?” Wat moet ik dan zeggen?’ Toen antwoordde God hem: ‘Ik ben die er zijn zal. Zeg daarom tegen de Israëlieten: “IK ZAL ER ZIJN” heeft mij naar u toe gestuurd.”
Tussenzang: Jij die bent (ZJ 758)
Vers voor het evangelie (ZJ 3c)
Lezing uit het heilig evangelie volgens Lucas (1,26-38) In de zesde maand zond God de engel Gabriël naar de stad Nazaret in Galilea, naar een meisje dat was uitgehuwelijkt aan een man die Jozef heette, een afstammeling van David. Het meisje heette Maria. Gabriël ging haar huis binnen en zei: ‘Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.’ Ze schrok hevig bij het horen van zijn woorden en vroeg zich af wat die begroeting te betekenen had. Maar de engel zei tegen haar: ‘Wees niet bang, Maria, God heeft je zijn gunst geschonken. Luister, je zult zwanger worden en een zoon baren, en je moet hem Jezus noemen. Hij zal een groot man worden en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd, en God, de Heer, zal hem de troon van zijn vader David geven. Tot in eeuwigheid zal hij koning zijn over het volk van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde komen.’ Maria vroeg aan de engel: ‘Hoe zal dat gebeuren? Ik heb immers nog nooit gemeenschap met een man gehad.’ De engel antwoordde: ‘De heilige Geest zal over je komen en de kracht van de Allerhoogste zal je als een schaduw bedekken. Daarom zal het kind dat geboren wordt, heilig worden genoemd en Zoon van God. Luister, ook je familielid Elisabet is zwanger van een zoon, ondanks haar hoge leeftijd. Ze is nu, ook al hield men haar voor onvruchtbaar, in de zesde maand van haar zwangerschap, want voor God is niets onmogelijk.’ Maria zei: ‘De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd.’ Daarna liet de engel haar weer alleen.
Acclamatie (ZJ 8c )
Homilie Credo Ik geloof in God, de almachtige Vader, Schepper van hemel en aarde. En in Jezus Christus, zijn enige Zoon, onze Heer, die ontvangen is van de heilige Geest, geboren uit de maagd Maria die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven, die nedergedaald is ter helle, de derde dag verrezen uit de doden, die opgestegen is ten hemel, zit aan de rechterhand van God, de almachtige Vader, vandaar zal Hij komen oordelen de levenden en de doden. Ik geloof in de heilige Geest; de heilige katholieke kerk; de gemeenschap van de heiligen; de vergeving van de zonden; de verrijzenis van het lichaam; en het eeuwig leven. Amen
Zendingsmoment Inleiding op zending Voorlezen en overhandigen benoemingsbrief Overhandiging Bijbel Dit is het Woord van God, dat Hij tot ons spreekt om te leven, en leven te geven aan anderen, ten volle uit. Laat dit Levende Woord je voedingsbodem zijn in je leven en laat Gods Woord je leidraad zijn in je opdracht. (Bisschop overhandigt Bijbel)
Overhandiging kruis Dit kruis verwijst naar het leven, de dood en de verrijzenis van Christus. Dat dit kruis je houvast mag zijn bij je zending. Dat het je herinnert aan je opdracht als christen te verwijzen naar Gods oneindige liefde. (Bisschop overhandigt kruis) De opdrachtverklaring van de VZW Zorg-Saam Zusters Kindsheid Jesu spreekt van “christelijk geïnspireerde voorzieningen die werken vanuit de bewogenheid van de stichter Kanunnik P.J. Triest”. Het kruis en de bijbel herinneren er ons allen aan dat wij vanuit die inspiratie werken.
Lied: Uw woord omvat mijn leven (ZJ 737)
Voorbeden Vader, wij bidden u voor allen die verantwoordelijkheid dragen in de ouderenzorg, dat zij alle beschikbare middelen inzetten om kwaliteitsvolle en warme zorg te geven aan kwetsbare ouderen, dat zij stem durven geven aan de stemlozen en aan hen die niet gehoord worden.
Vader, wij bidden U voor onze paus Franciscus, onze bisschop Luc, alle bisschoppen en de gehele Kerkgemeenschap waartoe wij allen behoren, dat Gods Naam en Wezen ‘Ik zal er zijn’ merkbaar mag zijn doorheen onze woorden en daden. God, U bent liefde, bron van het leven. Vader, wij bidden U voor de medewerkers van de VZW Zorg-saam Zusters Kindsheid Jesu, dat zij zich gedragen mogen weten om dagelijks “goede zorg” te verlenen aan onze bewoners, dat ze niet ophouden Uw beeld te zijn ‘Ik zal er zijn’ zowel voor bewoners als voor elkaar. God, U bent liefde, bron van het leven. Vader, wij bidden U voor alle bewoners van onze voorzieningen, dat zij doorheen onze beleidskeuzes, doorheen de handen en het hart van elke medewerker mogen ervaren dat U hen raakt en midden onder hen wilt wonen. God, U bent liefde, bron van het leven.
Offerande Gebed over de gaven God, Vader van alle mensen, Gij geeft ons deze gaven in handen: Brood en wijn, voedsel op onze levensweg. Doe ons ervaren dat Gij hierin met ons verbonden wilt zijn, dat Gij ons voeden wilt om krachtig en sterk de weg naar uw Rijk van vrede te kunnen gaan. Zo bidden wij U door Christus, onze Heer. Amen. Prefatie
Sanctus (ZJ 13b)
Eucharistisch hooggebed (nr. 5)
Doxologie
Onzevader (ZJ 19) Vredewens
Lam Gods (gesproken) Communie U kennen uit en tot U leven (728)
Slotgebed Voorganger: Vader, leg in mijn hart de eenvoud van Maria. Laat mij altijd klein en arm voor u staan, luisteren naar U zoals zij heeft gedaan, “Ja” zeggen en voor uw Woord openstaan. Allen: Vader, leg in mijn hart de vroomheid van Maria. Laat mij voor U bidden, blij zoals zij, in overgave en innerlijk vrij, zodat uw Geest diep kan spreken in mij. Voorganger: Vader, leg in mijn hart de liefde van Maria. Laat mij nooit het kwaad vergelden met het kwaad, maar vrede stichten door woord en door daad, zo wordt uw kracht in mij sterker dan haat. Allen: Vader, leg in mijn hart de blijheid van Maria. Laat mij elke nood verwerken tot deugd en U mijn pijn moedig offeren in vreugd, zodat mijn gave uw hart diep verheugt. Zegen en zending
Heel oprechte dank aan mgr. Luc Van Looy en vic. Luk De Geest om deze viering voor te gaan. Dank aan jullie allen om mee te vieren en te bidden. Jullie worden vriendelijk uitgenodigd tot de feestelijke receptie in hotel de Lourdes .
Laat ons steeds in Gods tegenwoordigheid wandelen en ’s morgens bij het ontwaken zeggen: “Spreek, Heer, uw dienaar luistert” (Kan. P.J. Triest)