Handreiking bij stap één in LCA: Doel & Scope 1 Introductie Duurzaamheid is tegenwoordig voor veel bedrijven een belangrijk onderdeel van hun bedrijfsvoering geworden. In steeds meer bedrijven vormt het geen ad-hoc bij-activiteit, maar is het een integraal onderdeel van de reguliere bedrijfsvoering en strategie. LevensCyclusAnalyse of Life Cycle Assessment (LCA) wordt hierbij vaak gebruikt om de cijfers en berekeningen achter duurzaamheid te bepalen. LCA is een krachtige manier om de milieu impact van producten gedurende hun totstandkoming en hun gebruik te kwantificeren. Op deze manier krijgen bedrijven inzicht in de milieuprestaties van hun producten en grondstoffen door de gehele waardeketen. Deze informatie kan een bijdrage leveren aan besluitvorming en strategie binnen het bedrijf en de communicatie naar buiten.
Deze handreiking biedt u meer achtergrondinformatie voor het initiëren van een LCA. U vindt een overzicht van standaarden, fasering van invoer, inhoudelijke overwegingen en doorverwijzingen voor vervolgstappen, opgedaan in de samenwerking met verschillende industrieën en adviesbureaus. De handreiking is geschreven in het kader van een project voor de Nederlandse chemie industrie. De richtlijnen in de kaders zijn speciaal voor deze sector bedoeld, rekening houdend met de specifieke eisen die door de deelnemende bedrijven zijn gesteld, andere sectoren zouden wellicht tot andere keuzen komen.
De eerste stap in het opstellen van een LCA studie is het bepalen van Doel & Scope van de studie. In deze eerste fase maakt u belangrijke keuzes en aannames, zoals de producten waarvoor u de studie uitvoert, functionele eenheden, systeemgrenzen, toetsingsmodel, etc. De Doel & Scope fase wordt opgevolgd door fase twee, waarin u een “life cycle inventory (LCI)” doet: de inventarisatie van de keten en levenscyclus van het product, inclusief het verzamelen van gegevens. In fase drie, de “impact assessment”, wordt de bijdrage van het product op het milieu berekend. De resultaten van deze berekeningen worden vervolgens in fase vier vertaald naar aanbevelingen voor besluitvorming en strategie, welke aansluiten op de eerste fase, Doel & Scope. De daadwerkelijke berekeningen zelf zullen niet in diepte worden behandeld in deze handreiking.
2 Internationale LCA standaarden en richtlijnen LCA is een manier om de milieu prestaties van producten te kwantificeren, gericht op de gehele waardeketen van een complete levensloop van een product: van grondstofwinning via productie naar gebruik en afdanking. LCA studies gaan gepaard met veel keuzes en aannames, zoals: -
Welke processen worden meegenomen in de studie?
-
Welke bronnen worden ingezet voor eventuele informatie gebreken?
-
Welke methodes worden gebruikt om de bijdragen te berekenen?
Deze keuzes bepalen de uiteindelijke resultaten van de studie en de kwaliteit ervan. Daarom is er de laatste jaren vanuit wetenschap, overheid en bedrijfsleven hard gewerkt aan het vormen van internationale standaarden die een basis leggen voor het uitvoeren van een LCA en hoe om te gaan met aannamen en datagebruik. De belangrijkste twee standaarden zijn geborgd in ISO14040 en ISO14044. Deze internationale standaarden richten zich vooral op het uitvoeren van een LCA studie. Alle aannamen en keuzes die hierbij
gemaakt worden, moeten transparant en toetsbaar zijn. ISO14040 richt zich hierbij vooral op de principes en het raamwerk van de LCA en ISO14044 richt zich op de vereisten en richtlijnen voor het uitvoeren van de studie zelf.
ISO14040/14044 vormt vervolgens de basis voor verschillende andere standaarden, zoals ISO14025, welke twee nieuwe concepten introduceert: “Product Category Rules (PCR)” en “Environmental Product Declarations (EPD)”. PCR-regels zijn specifieke richtlijnen voor het berekenen van milieu bijdragen van producten in dezelfde product categorieën. Een product categorie is een groep producten met dezelfde eigenschappen. PCR-regels bevatten strikte vereisten, die minder ruimte laten voor interpretaties dan een meer generieke LCA. Een PCR kan bijvoorbeeld de te hanteren functionele eenheden of bronnen voorschrijven, of welke “impact categories” dienen te worden gebruikt (zie 3.2.5). Door de richtlijnen uit de PCR te volgen, kan een bedrijf een EPD opstellen, een bondig document waarin de relevante milieu informatie van een product word beschreven.
Verschillende toepassingen en doelgroepen vragen om verschillende typen LCA’s. Wanneer een LCA met het grote publiek wordt gedeeld, is deze doorgaans opgesteld volgens de ISO richtlijnen. Voor intern en commercieel gebruik van LCA data kan een zogenaamde “screening LCA” worden gebruikt. Deze onderzoeks LCA is niet volgens strikte standaarden opgesteld en maakt veelal gebruik van publieke, algemene, brondata.
Deze handreiking richt zich op de definitie van Doel & Scope voor de screening LCA. De lezer van dit document wordt aangeraden om eerst na te gaan of er voor zijn product (of productgroep) een PCR beschikbaar is. In dat geval wordt aangeraden om de richtlijnen uit de PCR aan te houden.
3 Richtlijnen voor Doel & Scope definitie De doelen en afkadering van een LCA moeten in lijn zijn met het gebruik van de resultaten. Gedurende het gebruik van de LCA kunnen deze zo nodig worden bijgesteld.
3.1 Doel
Een eenduidige doelstelling van de LCA is nodig om richting, methode, resultaten en toepassingen optimaal in lijn te krijgen. Daarop volgend behoort de doelstelling de volgende drie elementen te bevatten: 1.
Aanleiding voor de studie
2.
Voorgenomen toepassing
3.
Doelgroep voor de studie
LCA studies kunnen om uiteenlopende redenen worden uitgevoerd: -
Om de milieu prestaties van een product aan een klant of leverancier te communiceren. In deze context worden LCA berekeningen ook gebruikt om verbeteringen aan het product aan te tonen,
-
Om tijdens het ontwerp van een product de optimale milieu prestatie vast te stellen,
-
Voor interne evaluatie van nieuwe bedrijfsontwikkelingen, strategieën en investeringen, om te bepalen welke besluiten tot duurzame producten leiden,
-
Als input voor discussies met overheden rondom wet- en regelgeving,
-
Om een eigen product te onderscheiden van dat van een concurrent. De vergelijkende LCA wordt als marketing instrument ingezet,
-
Om klanten en belangengroepen te informeren over de milieuprestaties van een product via een EPD.
Richtlijn Doelstelling
Belangrijkste toepassingen
Bepaal: -
Aanleiding voor de studie
-
Voorgenomen toepassing
-
Doelgroep voor de studie
-
Communicatie met klanten en leveranciers
-
Herkennen van optimalisatie kansen (hotspot analyse)
-
Kwantificeren van milieu prestaties van nieuwe/verbeterde producten
-
Input voor strategie en investeringen
-
Input voor discussies rondom wet- en regelgeving, duurzaam inkopen en subsidiëring
Welk type LCA is nodig om
-
LCA screening is voldoende voor intern en B2B communicatie,
het doel van de studie te
identificatie van optimalisatie mogelijkheden en het
behalen?
kwantificeren van de voordelen -
LCA volgens standaarden als ISO is nodig wanneer resultaten publiek worden gecommuniceerd of worden gebruikt bij duurzaam inkopen
3.2 Scope
Bij het bepalen van de scope (reikwijdte) van het onderzoek worden de product levens cyclus in detail beschreven en de systeemgrenzen van het onderzoek vastgesteld. Ook wordt bepaald welke bronnen en rekenmethodiek worden gehanteerd.
De scope zou de volgende onderdelen moeten bevatten: 1.
Functionele eenheid
2.
Systeemgrenzen
3.
Allocatie
4.
Gegevens inzameling en bronnen
5.
Impact categorieën
3.2.1 Functionele eenheid
De functionele eenheid beschrijft de functie die het product vervult in kwalitatieve en kwantitatieve zin, evenals de levensduur. Alle resultaten van de studie worden gerelateerd aan de functionele eenheid.
Voorbeelden van functionele eenheden (zie figuur 1 voor de termen “cradle-to-gate” en “cradle-to-grave”): 1.
Voor LCA studies op cradle-to-gate bulk materialen kan de functionele eenheid massa of volume product zijn; bijvoorbeeld 1 ton ijzererts.
2.
Voor LCA studies op cradle-to-gate verpakte goederen kan de meest verkochte maat de functionele eenheid zijn; bijvoorbeeld een pak melk van 1 liter.
3.
Voor LCA studies op cradle-to-grave producten zou de functionele eenheid gerelateerd moeten worden aan de fase van het product en zijn functie; bijvoorbeeld 1m2 geverfde muur gedurende 10 jaar.
Richtlijn (met name voor de chemie industrie) Functionele eenheid
-
Beschrijf de functievervulling van het product zowel kwalitatief als kwantitatief
3.2.2 Systeemgrenzen
De systeemgrenzen van het onderzoek bepalen welke processen meegenomen worden in de analyse van de product levens cyclus. Deze criteria worden bepaald door het doel van de studie. Als bedrijven hun milieu footprint van het materiaal dat ze produceren willen bepalen, kan het voldoende zijn om een cradle-to-gate studie (figuur 1) te doen. Dit is alleen zo bij intermediaire producten, zoals in de chemie. Als het gaat om het aanwijzen van de milieu voordelen van een materiaal, dan wordt vaak voor een cradle-to-grave studie gekozen. Als het om consumentenproducten gaat, zoals wasmiddel, dan zal de hele levenscyclus
moeten worden geanalyseerd. Cradle-to-grave studies helpen om de milieuvoordelen als gevolg van gebruik en recycling te kwantificeren. Dit is vaak niet eenvoudig. Chemische bedrijven produceren bijvoorbeeld materialen die kunnen worden gebruikt in diverse toepassingen, met verschillende milieu impact. Het is niet mogelijk om alle toepassingen te onderzoeken in een cradle-to-grave LCA. Bedrijven zijn vaak erg voorzichtig met het verspreiden van dergelijke LCA resultaten, omdat de doorgerekende resultaten afhankelijk zijn van het scenario waarin de materialen zijn ingezet of verwerkt.
Cradle-to-grave
Cradle-to-gate
Grondstoffen en Energie opwekking
Materiaal Behandeling
Productie (op eigen locatie)
Product Gebruik
Afdanking en Hergebruik/ Recycling
Figuur 1: Cradle-to-gate en Cradle-to-grave benadering LCA
Bij het stellen van de systeemgrenzen is het aan te bevelen om een processtroomdiagram te tekenen, waarin de verschillende processen en hun relaties worden aangegeven in de productlevenscyclus. Een dergelijk diagram maakt het gemakkelijker om te bepalen welke processen wel en niet meegenomen dienen te worden in de analyse. Over het algemeen worden processen als de winning en inkoop van grondstof en energie, productie, transport, emissies en afvalverwerking in een cradle-to-gate studie opgenomen. Bij een cradle-to-grave studie worden deze aangevuld met distributie, gebruiksfase en afdanking en hergebruik.
Bij de vervaardiging van een product worden vaak machines, vrachtwagens en kantoren gebruikt. Dit zijn voorbeelden van kapitale goederen, die nodig zijn om het product te maken, maar niet zijn opgenomen in het product zelf. Daarom wordt een (relevant) deel van de milieu impact van deze kapitale goederen vaak meegenomen in de milieu prestaties van de ermee geproduceerde goederen. Een voorbeeld: voor de productie van windenergie is de milieu impact van een windmolen een relevant onderdeel van de berekening; zonder molen geen stroom. De auto van de onderhoudsmonteur van de molen, ook een kapitaal goed, is echter beperkt voor de milieu prestaties van de molen. Kapitale goederen worden meegenomen binnen de
systeemgrenzen wanneer ze een significante bijdrage leveren aan de milieu prestaties van het product. Het gebruik van publieke data kan hierbij helpen om de bijdrage aan de milieuprestaties in te schatten.
De aanbevolen drempel voor het al of niet meenemen van processen binnen de systeemgrenzen is 95% van de milieu relevantie. Als deze inschatting niet te maken is, kan hij gedaan worden op basis van 95% van het gewicht of het energieverbruik. Ook hier kan het gebruik van publieke databases helpen om de bijdrage te bepalen.
Richtlijn (met name voor de chemie industrie) Systeemgrenzen
-
Cradle-to-gate benadering is voldoende voor het communiceren van de directe milieu prestaties van uw product.
-
Gebruik cradle-to-grave benadering als u de milieu voordelen wilt aantonen van uw product in een bepaalde toepassing. Dit geldt voor intermediaire producten, zoals vaak het geval is in de chemie
Kapitale goederen
-
Kapitale goederen als machines, transportmiddelen en gebouwen kunnen buiten de systeemgrenzen worden geplaatst als zij geen relevante bijdrage leveren aan de milieu prestaties van uw product.
Meenemen of uitsluiten van
-
input en output stromen
De aanbevolen drempel voor het meenemen van milieu relevante bijdragers is 95%.
-
Als niet is vast te stellen welke bijdrage welke stroom bijdraagt aan de milieu prestaties, dan kan in plaats daarvan met 95% van de massa of van het energieverbruik worden gerekend.
3.2.3 Allocatie
Industriële bedrijven zijn vaak gehuisvest in industriële omgevingen of parken. Bijproducten, productieresten en energiestromen worden vaak van de ene naar de andere productielijn overgebracht. Daarmee verrichten productielijnen vaak meer dan één functie. Het alloceren (toewijzen) van milieu impact van processen naar andere productielijnen is een belangrijk aandachtsgebied voor een LCA studie.
Allocatie is nodig in de volgende gevallen: -
Een multifunctioneel proces: een proces dat meer dan één functie vervult, waardoor het proces niet in zijn geheel is toe te wijzen aan het onderzochte product. Bijvoorbeeld meerdere producten op dezelfde productielijn, restwarmte levering aan een derde partij.
-
Een product dat is gerecycled na afdanking en het gerecyclede materiaal wordt ingezet in een ander product systeem.
De meeste standaarden zijn zeer specifiek op welke procedures te volgen in geval van een multifunctioneel proces. Alle standaarden zijn het er over eens dat allocatie altijd vermeden zou moeten worden door of het proces verder op te delen (met specifiekere data) tot de functies volledig separaat aan een product zijn toe te wijzen, of door het product systeem uit te breiden (de milieu impact van het bijproduct van de totale impact van het product systeem af te trekken). De “draft EU Product Environmental Footprint method” geeft gedetailleerde handvatten voor hoe om te gaan met multifunctionele processen. ISO 14049 biedt illustratieve voorbeelden van hoe om te gaan met allocatie.
In geval van gedeelde product systemen kunnen de volgende stappen worden doorlopen: -
Controleer de vereisten van relevante standaarden en richtlijnen, bijvoorbeeld: Draft EU Product Environmental Footprint (http://ec.europa.eu/environment/eussd/product_footprint.htm) Voorkom allocatie door het opsplitsen van processen naar de verschillende producten of door het product systeem uit te breiden. Systeem expansie: de milieu impact van het bijproduct wordt afgetrokken van de totale milieu impact van de product levens cyclus van de studie. De impact van het bijproduct wordt geschat aan de hand van de impact van een ander proces met dezelfde producten. Bijvoorbeeld: stoom is een bijproduct van de productie van roet (voor bv. rubber). Om de milieu impact van roet te bepalen, kan de impact van een alternatief proces voor stoomopwekking (bijvoorbeeld uit gas) worden afgetrokken van de totale impact van het product systeem, de productie van roet.
-
Procentuele gewichtsverdeling tussen producten kan worden gebruikt om de impact van een productielijn over producten te verdelen.
-
Als bovenstaande niet mogelijk is, kan de impact van een proces worden verdeeld over de producten van die lijn op basis van de economische waardetoevoeging (economische allocatie).
Richtlijn (met name voor de chemie industrie) Multifunctionele allocatie
-
Check de requirements van de relevante standaarden en richtlijnen; bijvoorbeeld PCR’s, de Draft EU Product Environmental Footprint, CEN TC 350 of sectorale afspraken.
-
Voorkom allocatie door processen te (her)verdelen of door het product systeem te vergroten
-
Als dit niet mogelijk is, dan kan de gewichtsverdeling van producten gebruikt worden om de impacts van productie processen te bepalen
-
Als bovenstaande ook niet mogelijk is, dan kan de impact van een proces worden verdeeld over de bijbehorende producten naar economische bijdrage (economische allocatie).
3.2.4 Data inzameling
Het verkrijgen van goede data binnen uw bedrijf kan een uitdaging vormen. Wanneer er een duidelijk bedrijfsbelang is, kan het eenvoudiger zijn om afdelingen te bewegen om data aan te leveren. Commitment vanuit uw hoger management is belangrijk voor de kwaliteit (en de doorlooptijd) van de benodigde data en voor het later opvolgen van de LCA resultaten. Sommige bedrijven organiseren workshops voor medewerkers om uit te leggen waarom en welke gegevens nodig zijn en welke resultaten ermee worden gegenereerd. Na afloop van deze bijeenkomsten hebben medewerkers een beter begrip van het belang en zijn welwillender om bij te dragen aan het verzamelen van de juiste gegevens.
Het verkrijgen van data van uw leveranciers is eveneens een uitdaging. Leveranciers hebben mogelijk geringe mogelijkheden beschikbaar voor het verzamelen van gegevens en zijn niet altijd bereid om de gegevens met u te delen. In sectoren waar LCA’s vaker worden uitgevoerd zullen leveranciers een standaard set aan relevante data hebben liggen waar u gebruik van kunt maken. Veel bedrijven maken hierbij gebruik van geheimhoudingsverklaringen of “Non-Disclosure Agreements” (NDA) om de geheimhouding te borgen.
Wanneer niet alle data beschikbaar is, kan er gebruik gemaakt worden van sector gemiddelden uit publieke databases. Veel data is regionaal (landelijk) en sectoraal verschillend door andere technologie en wetgeving. Daarom is het belangrijk om bij gebruik van publieke data zo specifiek mogelijke gegevens te gebruiken, gericht op uw sector en op uw regio. Veelgebruikte databases zijn ELCD, Ecoinvent, Nationale Milieudatabase, Boustead en Gabi.
Links naar enkele databases: ELCD:
http://lca.jrc.ec.europa.eu/lcainfohub/datasetArea.vm
Ecoinvent:
http://www.ecoinvent.org/database/
NMD:
http://www.milieudatabase.nl
Gabi:
http://www.gabi-software.com/international/databases/gabi-databases/
Richtlijn met name voor de chemie industrie Data inzameling
-
Intern gegevens verzamelen: duidelijk uitleggen waar de data voor is bestemd en welke data benodigd is en proberen management commitment te verkrijgen
-
Extern data verzamelen: duidelijk toelichten welke data u nodig heeft, voor welk doel en hoe u ermee omgaat. Mogelijk is het nodig om een geheimhoudingsverklaring overeen te komen.
Publieke databases
-
Bij gebruik van externe generieke bronnen, in geval van ontbrekende data, zoek naar dan passende data. Kwaliteit hangt af van geografie, maar ook samen met tijd, technologie, compleetheid, precisie en review van data.
3.2.5 Impact categorieën
Bij het vaststellen van de impacts, de “impact assessment phase”, worden alle inputs in en outputs uit de natuur (een lange lijst van bronnen en emissies) vertaald naar een beperkt aantal milieu invloeden, om zo de resultaten beter begrijpelijk en inzichtelijk te maken. Er zijn verschillende impact assessment methoden ontwikkeld door wetenschappers voor uiteenlopende impact categorieën. Het gebruik van een andere impact assessment leidt tot andere LCA resultaten.
Een impact assessment bevat vier stappen: -
Classificatie: toewijzen van bronnen en emissies naar relevante impact categorieën, bv. grondstof naar landgebruik en CO2 naar klimaat verandering potentieel
-
Karakterisering: kwantificeer de impact
-
Normalisatie: vergelijk de resultaten met een referentie situatie, bijvoorbeeld de jaarlijkse milieu impact van een gemiddelde Europese burger
-
Weging: geef een gewicht aan de verschillende impact categorieën voor onderlinge weging
De impacts kunnen vervolgens worden uitgedrukt in middelpunt of een eindpunt indicatoren (figuur 2). Eindpunt indicatoren zijn gericht op directe bijdrage of schade, bijvoorbeeld verloren levens of schade aan ecosystemen. De middelpunt benadering ligt tussen de Life Cycle Inventory (LCI) en het eindpunt in. De bijdrage aan klimaatverandering is een voorbeeld van een middelpunt indicator. Middelpunt en eindpunt resultaten hebben ieder hun eigen sterkten en zwakten. Eindpunt indicatoren worden vaak beter begrepen door niet-experts, maar hebben een hogere mate van onzekerheid, terwijl middelpunt indicatoren vaak moeilijker zijn te begrijpen en doorzien, maar een lagere onzekerheid hebben.
LCI:
Relatief weinig
Relatief veel
Grondstoffen
onzekerheid
onzekerheid
Water
Middelpunt
Eindpunt
Emissies
resultaat
resultaat
Landgebruik Energie
Restwarmte Reststromen Product
Moeilijk te
Eenvoudig te
Transport
interpreteren
begrijpen
Figuur 2: Sterkten en zwakten van middelpunt en eindpunt resultaten
Veel bedrijven (in de chemische industrie) communiceren hun impact volgens de middelpunt benadering. Daarom zullen we wat extra aandacht geven aan deze impact assessment methode. Een veelgebruikte middelpunt impact assessment methode is CML2002. CML (Centrum Milieukunde Leiden) is het instituut voor milieuwetenschap in Leiden. Dit instituut ontwikkelde de eerste en meest gebruikte impact assessment methode in 1992. Deze methode is vernieuwd in 2002 en in 2010 (CML2010). Veel bedrijven maken gebruik van meerdere methoden om de impacte te berekenen. Voorbeelden van andere gebruikte methoden zijn ReCiPe middelpunt en UseTox voor toxische substanties.
Voor het vaststellen van de Doel & Scope van uw LCA is het belangrijk om te bepalen welke impact categorieën relevant zijn voor uw product. De onderstaande lijst toont de impact categorieën die veelal worden gerapporteerd door industriële bedrijven (bijvoorbeeld in de chemie): -
Broeikaspotentieel (Global Warming Potential)
-
Verzuringspotentieel (Acidification Potential)
-
Fotochemische oxidantvorming potentieel (Photochemical Ozone Creation Potential)
-
Eutrofiëringspotentieel (Eutrophication Potential)
-
Ozonafbraakpotentieel (Ozone Depletion)
-
Fijn stof (Particulate Matter Formation)
-
Water gebruik (Water Use)
-
Gebruik van abiotische bronnen (Abiotic Resource Depletion)
-
Landgebruik (Land-use)
-
Toxiciteit (Toxicity)
Richtlijn met name voor de chemie industrie Impact assessment
Voor de vaststelling van Doel & Scope is het belangrijk om vast te stellen welke impact categorieën geanalyseerd worden in de studie en welke impact assessment methode gebruikt zal worden. De impact assessment zelf hoeft in deze fase nog niet te worden uitgevoerd. -
Classificatie en karaterisatie zijn noodzakelijk, normalisatie en weging zijn optioneel
-
Impacts worden gecalculeerd naar middelpunt of eindpunt resultaten
-
CML2002/2010 kan worden gebruikt als standaard impact assessment methode
-
Andere impact assessment methoden kunnen worden geselecteerd voor gevoeligheidsanalyses: ReCiPe middelpunt en UseTox zijn hier voorbeelden van.
4 Bibliography Deze handreiking is in opdracht van Agentschap NL geschreven door PRé Consultants voor de chemische industrie. Agentschap NL heeft het document vertaald naar het Nederlands voor breder gebruik.
1.
PRé Consultants. Guidance on step 1 in LCA: Goal & Scope – Guidance document for the Dutch chemical industry. Amersfoort: PRé Consultants, 2012.
2.
PRé Consultants. Inventory of LCA initiatives in the Dutch chemical sector and a proposal for a uniform approach. Amersfoort : PRé Consultants, 2012.
3.
ISO 14040. Environmental management - Life cycle assessment - Principles and framework. Brussels : European Committee for standardisation (CEN), 2006.
4.
ISO 14044. Environmental management - Life cycle assessment - Requirements and guidelines. s.l.: ISO, 2006.
5.
ISO 14025. Environmental labels and declarations - Type III environmental declarations - Principles and procedures. s.l. : ISO, 2006.
6.
British Standards. Guide to PAS 2050 - How to assess the carbon footprint of goods and services. London : British standards, 2008b.
7.
WBCSD/WRI. Product life cycle accounting and reporting standard. s.l., USA : WBCSD/WRI, 2011.
8.
European Commission - Joint Research Centre - Institute for Environment and Sustainability. International Reference Life Cycle Data System (ILCD) Handbook - General guide for Life Cycle Assessment - Detailed guidance (First Edition). s.l., Italy : European Union, March 2010.
9.
International Council of Chemical Associations (ICCA). Innovations for Greenhouse Gas Reductions - A life cycle quantification of carbon abatament solutions enabled by the chemical industry. s.l. : ICCA, July 2009.
10. Environment and Development Foundation of Taiwan. http://pcr-library.edf.org.tw/index.asp. 11. Environdec. http://www.environdec.com. 12. PlasticsEurope. http://www.plasticseurope.org/plastics-sustainability/life-cycle-thinking/epdreports.aspx.
Websites
ISO standaarden: ISO 14040:2006 - Environmental management - Life cycle assessment - Principles and framework: http://www.iso.org/iso/catalogue_detail?csnumber=37456 ISO 14044:2006 - Environmental management - Life cycle assessment - Requirements and Guidelines: http://www.iso.org/iso/catalogue_detail?csnumber=38498 ISO 14025:2006 - Environmental labels and declarations - Type III environmental declarations Principles and procedures: http://www.iso.org/iso/catalogue_detail?csnumber=38131
ILCD Handboek: http://lct.jrc.ec.europa.eu/pdf-directory/ILCD-Handbook-General-guide-for-LCA-DETAIL-online12March2010.pdf
Carbon footprint standaarden: PAS 2050 Life cycle green house gas, carbon footprint: http://www.bsigroup.com/en/Standards-andPublications/How-we-can-help-you/Professional-Standards-Service/PAS-2050/PAS-2050/ Product Life Cycle Accounting and Reporting Standard, Greenhouse Gas Protocol Initiative: http://www.ghgprotocol.org/standards/product-standard Impact factoren CML 2002 and 2010: http://cml.leiden.edu/software/data-cmlia.html
PCR en EPD: http://pcr-library.edf.org.tw/index.asp http://www.environdec.com http://www.plasticseurope.org/plastics-sustainability/life-cycle-thinking/epd-reports.aspx