Handboek Levensboeken
Postbus 10240 • 2501 HE Den Haag • T 070 - 302 44 44 •F 070 - 365 55 04 • www.hofnet.nl •
[email protected]
in samenwerking met
Handboek Levensboeken | Inhoudsopgave
Inhoudsopgave 1 Inleiding
4
1.1 Aanleiding 1.2 Over HOF 1.3 Leeswijzer
4 4 4
2 Het project Levensboeken
6
6 9 9 9 11
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Maatschappelijke context Belangrijke spelers Mogelijke rollen Financiële middelen Ondersteuning bij het opzetten van een project Levensboeken
3 De projecteigenaar
12
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
13 13 13 14 16 17 18 19
Wie kan projecteigenaar worden? Concrete invulling: rol en takenpakket 3.2.1 Voorbereiding 3.2.2 Uitvoering 3.2.3 Nazorg Hoe word ik projecteigenaar? Randvoorwaarden voor succesvolle projecteigenaar Van start!
4 De ondersteuner 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
Waarom de rol ondersteuner? Wie kan ondersteuner worden? Concrete invulling: rol en takenpakket 4.3.1 Voorbereiding 4.3.2 Uitvoering Randvoorwaarden voor succesvolle ondersteuner Van start!
20 21 21 21 22 22 22 23
Bijlagen
24
24 25 26 27 28 30 31 32
A B C D E F G H
Voorbeeld kostenoverzicht project Levensboeken Projectplan Tips voor het werven van vrijwilligers Tips voor het werven van ouderen Opzet training voor Levensboekvrijwilligers Gespreksmethode Kostenvergelijking drukken/printen Levensboeken Tips voor aanvullende trainingen vrijwilligers
3
Handboek Levensboeken | Inleiding
1. Inleiding 1.1 Aanleiding Sinds 2006 coördineert HOF, Promotie Haags Vrijwilligerswerk het Haagse project Levensboeken. Inmiddels hebben ruim 250 vrijwilligers zich ingezet om ongeveer 300 boeken te maken van Haagse ouderen. Vanaf het begin is dit project veelvuldig beloond. In mei 2009 won het project het Grote Appeltje van Oranje, de prijs van het Oranje Fonds voor succesvolle initiatieven die groepen mensen met elkaar verbinden. In samenwerking met het Oranje Fonds gaat HOF het Levensboekenproject landelijk uitzetten, zodat overal in het land vrijwilligers en ouderen met elkaar boeken kunnen maken. Vanaf nu is het mogelijk om het project Levensboeken, zoals ontstaan in Den Haag, in uw regio uit te zetten en succesvol te laten worden. Dit handboek geeft u hiervoor een leidraad.
1.2 Over HOF HOF, Promotie Haags Vrijwilligerswerk is de vrijwilligerscentrale in Den Haag. HOF zet zich met hart en ziel in voor de promotie en positionering van het Haagse vrijwilligerswerk. Door boeien, binden en behouden van vrijwilligers en organisaties werkt HOF aan een zo groot mogelijk vrijwilligersnetwerk in Den Haag. De vrijwilliger met zijn talenten en betrokkenheid staat voor HOF centraal. Daarom luidt de missie van HOF: ‘wij willen uw talent en betrokkenheid middels vrijwillige inzet verder ontwikkelen en verbinden met maatschappelijk vraagstukken’.
1.3 Leeswijzer Dit handboek is bedoeld voor een ieder die projecteigenaar óf ondersteuner wil worden van een lokaal Levensboekenproject. Dit handboek is te gebruiken als handleiding en stappenplan. Om tot een goede uitvoering van het project Levensboeken te komen, moeten verschillende fasen worden doorlopen. Het handboek behandelt de stappen en keuzes die genomen moeten worden voor de voorbereiding, uitvoering en nazorg van de activiteiten rond het
4
Levensboekenproject. Per stap wordt uitleg gegeven. In hoofdstuk 2 wordt op een rij gezet wat het Levensboekenproject inhoudt en welke rollen en spelers er zijn en welke financiële middelen. In hoofdstuk 3 wordt expliciet ingegaan op de rol van de projecteigenaar en de verschillende fasen die de projecteigenaar moet doorlopen voor het succesvol opzetten en uitvoeren van het project Levensboeken. Ook
wordt daar waar nodig doorverwezen naar voorbeelddocumenten in de bijlagen. Onderwerpen die onder andere aan de orde komen zijn: wie kan projecteigenaar worden, rol en takenpakket van de projecteigenaar. In hoofdstuk 4 staat de ondersteuner centraal. Wie kan ondersteuner worden? En wat is de rol en wat zijn de taken van de ondersteuner? De bijlagen bevatten praktische handvatten en tips.
5
Handboek Levensboeken | Het project Levensboeken
2. Het project Levensboeken 2.1 Maatschappelijke context De aanleiding om in 2006 in Den Haag met het project Levensboeken te starten was tweeledig: • Behoefte aan zorgvrijwilligers (toenemende vraag van met name ouderen in combinatie met vergrijzing bestand bezoekvrijwilligers bij bestaande organisaties). • Nieuwe vormen van vrijwilligerswerk ontwikkelen, rekening houdend met de motivatie en betrokkenheid van vrijwilligers. Overdracht van levenservaring Met het Levensboekenproject hoopte HOF een nieuwe groep vrijwilligers te interesseren voor vrijwilligerswerk binnen de zorg. Het maken van Levensboeken blijkt een aansprekende en laagdrempelige manier van vrijwilligerswerk. Aansprekend omdat de nadruk niet wordt gelegd op bijvoorbeeld het bestrijden van eenzaamheid, maar op de ‘overdacht van levenservaring’. Een vrijwilliger en een oudere worden aan elkaar gekoppeld voor een periode van ongeveer drie maanden. Tijdens de ontmoetingen, die eens per week of eens per twee weken plaatsvinden, staat het levensverhaal van de oudere centraal. Aan de hand van gesprekken en met behulp van foto’s en andere ‘memorabilia’ stelt de vrijwilliger een Levensboek samen. Projectmatig en creatief Door de relatief korte duur van de inzet van de vrijwilliger is het project Levensboeken laagdrempeliger dan vele bestaande vormen van vrijwilligerswerk in de zorg. De projectmatige wijze van vrijwilligerswerk sluit goed aan bij de wensen van ‘de nieuwe vrijwilliger’. Ook wordt er een beroep gedaan op de creativiteit van de vrijwilligers, wat een groep vrijwilligers zeer aanspreekt. Tenslotte is het doel van het bezoek duidelijk voor zowel de vrijwilliger als de oudere en wordt het project afgesloten met een leuk product: het Levensboek. Het Levensboekenproject speelt in op drie verschillende behoeften. Behoefte van de vrijwilliger In een tijd waarin men werk, gezin, sport en ontspanning combineert, bestaat ook de behoefte om zich in te zetten voor de maatschappij, maar dan moet men wel de regie over dit vrijwilligerswerk in handen kunnen houden. Bij het Levensboekenproject is de tijdsinvestering voor de vrijwilliger overzichtelijk en kan beperkt blijven tot ongeveer drie maanden. Wekelijks bezoekt men op het zelf gekozen tijdstip een oudere die zijn of haar
verhaal vertelt. Daarnaast is nog tijd nodig voor het uitwerken van het verhaal. De ervaring in Den Haag is dat vrijwilligers het leuk vinden om verhalen te schrijven. Het is een vaardigheid waarmee zij al heel lang ervaring hebben. Iedereen heeft op school leren schrijven en kan daarom deelnemen aan het project. Soms doet het een beroep op een diep verlangen
om ooit schrijver te willen worden. De tijdgeest draagt ook zijn steentje bij. Door de globalisering van onze economie en relatienetwerken is er tegelijkertijd een beweging gaande om de wereld overzichtelijk en dicht bij huis te houden. De belangstelling voor historie, het cultureel erfgoed en stamboomonderzoek is in het huidige tijdgewricht sterk aanwezig. Levensboeken plukt daar de vruchten van.
Behoefte van de oudere Mensen leven langer en brengen relatief meer tijd door in verpleeg- of verzorgingshuizen of gaan extramuraal wonen. Ouderen hebben vaak behoefte aan reminiscentie, het terugdenken aan hun leven en het ophalen van ervaringen en herinneringen. In deze tijd van bezuinigingen is er onvoldoende ruimte voor professionele begeleiding bij de reminiscentie in de zorginstellingen. Dit is jammer, want het doet de ouderen zo goed als er aandacht is voor hun verhaal. Deze aandacht en het luisterende oor, dat de vrijwilliger kan bieden, dragen bij aan de kwaliteit van leven van de oudere!
6
7
Handboek Levensboeken | Het project Levensboeken
Deelname door ouderen aan het project Levensboeken is verzekerd omdat ouderen graag vertellen over hun verleden. Hun verleden is veel groter dan hun toekomst ooit nog zal worden. Het relatieve isolement waarin ouderen leven wordt door het project tijdelijk opgeheven. Zij kunnen vertellen wat zij willen, maar ook episodes verzwijgen als ze dat niet bekend willen maken. De ouderen zijn zelf de regisseur van hun eigen levensverhaal. Behoefte van de zorginstelling Zoals aangegeven is er binnen de zorginstellingen onvoldoende ruimte in tijd en geld, om elke bewoner persoonlijke aandacht te geven. Er is echter wel behoefte om de bewoner te leren kennen en in te spelen op de behoefte, de gewoonten en de ervaringen van die bewoner om het wonen in een zorginstelling zo aangenaam en vertrouwd mogelijk te maken.
Vrijwilliger
Oudere
• • • • • • •
“Altijd al een boek willen maken” Schrijftechnieken verbeteren Gespreksvaardigheden verbeteren Computervaardigheden verbeteren Gezellige gesprekken voeren Leren over vroeger Respect voor de oudere generatie
• • • • •
Verkleinen sociaal isolement Jongere generatie vertellen over vroeger Gezellige gesprekken voeren “Er nog toe doen” Een boek hebben voor kinderen en/of kleinkinderen
Handboek Levensboeken | Het project Levensboeken
2.2 Belangrijke spelers Zonder schrijvers zijn er geen Levensboeken, maar zonder vertellers ook niet. De twee belangrijkste spelers in dit project zijn dus aan de ene kant de schrijvers – de vrijwilligers, en aan de andere kant de vertellers – de ouderen. • Schrijvers Onder de schrijvers worden de vrijwilligers verstaan. Er zijn verschillende organisaties die zorg kunnen dragen voor het werven van de vrijwilligers. Denk hierbij aan vrijwilligerscentrales, steunpunten vrijwilligerswerk en lokale trefpunten voor vrijwilligers. Tevens kunnen de organisaties waar vrijwilligers al werkzaam zijn, zoals zorginstellingen, buurthuizen en maatjesprojecten ook vindplaatsen zijn waaruit vrijwilligers geworven kunnen worden. • Vertellers De vertellers zijn diegenen die het levensverhaal vertellen en over wie het boek geschreven wordt. In dit project zullen dit veelal ouderen zijn. Voor de hand liggende organisaties waar ouderen verenigd zijn, zijn thuiszorginstellingen, verzorgingshuizen en verpleeghuizen. Maar denk ook aan vrijwillige zorginstellingen zoals Humanitas, Rode Kruis, De Zonnebloem en welzijnsorganisaties voor ouderen, sociaal cultureel werk, Wmo loket, kerken, ouderenwerk en ouderenbonden.
2.3 Mogelijke rollen Bij het uitzetten van het Levensboekenproject zijn twee duidelijke rollen te onderscheiden. De projecteigenaar aan de ene kant en de ondersteuner aan de andere kant. De uitgebreide toelichtingen op onderstaande rollen komen in hoofdstuk 3 en 4 aan bod. • Projecteigenaar De rol van projecteigenaar is een voorwaardelijke rol om het project in de regio uit te zetten. De projecteigenaar is de initiator van het project en heeft daardoor de regie over het project in brede zin. Een projecteigenaar kan besluiten het project in zijn geheel zelf uit te voeren. Of partijen lokaal of regionaal te benaderen waarmee het project samen uitgevoerd kan worden. Samenwerking met andere partijen is wenselijk, want door samenwerking nemen de mogelijkheden van het project alleen maar toe. • Ondersteuner Voor het opzetten van een Levensboekenproject hoeft de rol van ondersteuner niet per se worden ingevuld. Een ondersteuner vervult aanvullende taken voor de projecteigenaar omdat de ondersteuner daar het netwerk of de expertise voor in huis heeft.
2.4 Financiële middelen Voor zowel de projecteigenaar als de ondersteuner brengt het Levensboekenproject kosten met zich mee. In bijlage A staat een overzicht van de kosten. Er zijn verschillende mogelijkheden om aan geld te komen om de noodzakelijke kosten te dekken. Bij elke optie moet voorop staan dat de vrijwilliger geen kosten hoeft te maken voor deelname aan het Levensboekenproject.
Zorginstelling
• Bewoners leren kennen • Behoeften ontdekken zodat daar op ingespeeld kan worden • Bewoners extra individuele aandacht kunnen bieden door inzet van vrijwilligers
De mogelijkheden van het project zijn kansrijk. De verschijning van een Levensboek wordt soms aangegrepen om familiereünies te organiseren of ouderen kunnen een deel van het Levensboek voorlezen aan (basis)schoolleerlingen. Ook de mogelijkheden om met Levensboeken het migratieverhaal van allochtonen inzichtelijk en op persoonlijk niveau voor het voetlicht te brengen is een onmiskenbare kracht van het project en een bijdrage aan het integratiedebat. Het project Levensboeken is dus een project met vele kansen en tegelijkertijd is de eenvoud de kracht van het project.
8
Oranje Fonds Het Oranje Fonds is het grootste nationale fonds op sociaal gebied. Per jaar besteedt dit fonds ongeveer €25 miljoen aan projecten en organisaties in Nederland, op Aruba en op de Nederlands Antillen. Het Oranje Fonds bevordert betrokkenheid in de samenleving. Door de steun van het Oranje Fonds ontmoeten mensen elkaar of vinden zij een nieuwe plek in de maatschappij. Zij streven er naar sociale cohesie tussen groepen mensen en sociale dynamiek in de maatschappij te ontwikkelen. Daarom steunen zij projecten die de sociale infrastructuur verbeteren en positieve sociale dynamiek op gang brengen. Het Levensboekenproject past binnen de visie van het Oranje Fonds en er is bij dit Fonds geld beschikbaar om lokale Levensboekprojecten op te zetten. Aanvragen voor financiering zijn bij dit Fonds zeer welkom, mits de organisaties en voorstellen voldoen aan de algemene richtlijnen die het Fonds hanteert. Het Oranje Fonds biedt kapitaal om projecten op te zetten of uit te breiden. Hierna verwacht het Oranje Fonds dat er andere financieringsbronnen voor handen zijn om het project voort te zetten. Het Oranje Fonds ziet graag fondsaanvragen tegemoet, deze kunnen worden ingediend onder de voorwaarden zoals vermeld op de website www.oranjefonds.nl. Het indienen van een aanvraag is uiteraard geen garantie dat er geld wordt toegezegd, maar er is bij het Oranje Fonds voldoende budget beschikbaar.
9
Handboek Levensboeken | Het project Levensboeken
Gemeente De beschikbare gelden van het Oranje Fonds zijn beschikbaar voor maximaal drie jaar. Daarna is het noodzakelijk alternatieve bronnen aan te boren. Omdat het project Levensboeken een positief effect heeft op het welzijn van ouderen én een aantrekkelijk vrijwilligersproject is, is het goed mogelijk dat de gemeente een actieve rol wil spelen in het project. Sinds januari 2007 zijn gemeenten druk doende om de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) fasegewijs in te voeren. De Wmo is een participatiewet en het doel van de Wmo is ‘meedoen’. Gemeenten hebben de taak hun burgers een passende vorm van maatschappelijke ondersteuning aan te bieden die het mensen mogelijk maakt om mee te doen in de samenleving. De inzet van vrijwilligers is daarbij essentieel, maar die inzet moet wel gestimuleerd en georganiseerd worden. Het project Levensboeken is een goed voorbeeld van hoe ook vandaag de dag mensen zich vrijwillig inzetten voor mensen die zorg en aandacht nodig hebben. Het type vrijwilligerswerk binnen het project Levensboeken betreft een nieuwe vorm van vrijwilligerswerk in de zorg, waardoor het mogelijk wordt nieuwe groepen vrijwilligers bij de zorg te betrekken, die mogelijk eenmaal in contact gebracht met de doelgroep blijvende belangstelling houden. De ervaring in Den Haag heeft geleerd dat deze nieuwe vorm van vrijwilligerswerk in de zorg aansluit bij interesses van nieuwe groepen vrijwilligers. In het Levensboekenproject leren vrijwilligers afhankelijk van de opzet van het project met digitale middelen een Levensboek maken, mensen interviewen en dergelijke. Het project sluit verder ook goed aan bij een trend in het vrijwilligerswerk dat steeds meer een ‘episodisch’ karakter heeft gekregen. Een groeiende groep kiest voor meer flexibele vormen voor vrijwilligerswerk, voor een afgebakende periode. Ook voor de vrijwilligers van Levensboeken geldt dat 3-4 maanden samen met een oudere werken aan een Levensboek goed past binnen hun agenda. Er zijn
10
Handboek Levensboeken | Het project Levensboeken
2.5 Ondersteuning bij het opzetten van een project Levensboeken vrijwilligers die eenmalig meedoen en er zijn vrijwilligers die met enige regelmaat terugkeren als vrijwilliger. De keuze hiervoor ligt geheel bij de vrijwilliger. Voor de oudere is het werken aan een Levensboek een goede manier om sociaal isolement te bestrijden. Zeker wanneer het Levensboek als het klaar is en gelezen of verteld gaat worden in verschillende sociale contexten (bijvoorbeeld familie, vrienden, andere ouderen of allochtone zelfhulporganisaties). Wanneer de levensverhalen van verschillende mensen worden verteld en uitgewisseld, slaat het project ook bruggen tussen jong en oud, autochtoon en allochtoon, tussen verschillende groepen ouderen, en geeft het een nieuwe impuls in het familienetwerk.
En tot slot heeft het verhaal ook enige historische waarde voor een stad of dorp, wanneer in het Levensboek van een oudere de plaats waar hij of zij is opgegroeid is ook centraal staat.
Door de jarenlange ervaring en inhoudelijke kennis zal HOF ondersteuning bieden aan lokale eigenaars van het project Levensboeken via: • De website: www.Levensboeken.com • Regionale informatiebijeenkomsten • Het aanbieden van trainingen • Begeleiding op maat
Kortom, verschillende facetten van het project Levensboeken haken in op speerpunten van gemeentelijk beleid: sociale cohesie, bestrijden sociaal isolement, stimuleren van nieuwe vormen van vrijwilligerswerk, verschillen tussen generaties en culturen overbruggen door ze bij elkaar te brengen.
U kunt contact met HOF opnemen via
[email protected] of 070-302 44 44.
Het is van belang tijdig met de gemeente te spreken over welke rol zij daadwerkelijk kunnen vervullen, zodat bij de inrichting van het project daar rekening mee gehouden kan worden.
11
Handboek Levensboeken | De projecteigenaar
3. De projecteigenaar 3.1 Wie kan er projecteigenaar worden? Elke organisatie die een Levensboekenproject kan en wil initiëren, kan projecteigenaar worden. Echter is het handig dat die organisatie over een netwerk van óf schrijvers óf vertellers beschikt, óf beiden. Denk aan: • Lokale steunpunten voor het vrijwilligerswerk en vrijwillige inzet (vrijwilligerscentrales of vrijwilligerssteunpunten) • Maatjesprojecten • (Thuis)zorginstellingen • Vrijwillige zorgorganisaties (Humanitas, Rode Kruis, De Zonnebloem) • Welzijnsorganisaties voor ouderen
3.2 Concrete invulling: rol en takenpakket 3.2.1 Voorbereiding Het moet voor de projecteigenaar volkomen duidelijk zijn dat zonder hem of haar er geen Levensboekenproject kan zijn. Voor de projecteigenaar is het van belang een eerste oriëntatie op het project te maken om de koers van het project te bepalen. Het moet duidelijk zijn met welke visie het project gestart wordt en wat de uitgangspunten voor de projecteigenaar zijn. Een visie is van invloed op de motivatie van mensen. Het is van belang dat de visie door iedereen binnen de organisatie wordt gedeeld. Waarom starten we met het project Levensboeken en wat zijn onze doelen? Het creëren van intern draagvlak is van groot belang voor het succes van het project. Niet alleen bij de directie moet er draagvlak zijn, maar ook bij de collega’s. Laat collega’s reageren op het idee van het project Levensboeken. Zien ze mogelijkheden of zetten ze er vooral kritische kanttekeningen bij? Is er in praktijk ook capaciteit om het project op te pakken? Tips voor het creëren van draagvlak zijn: • Leg uw oor te luister in de organisatie en vertel positieve verhalen en ervaringen over het project Levensboeken. Het onderwerp gaat dan in de organisatie leven. • Zorg dat er voldoende informatie beschikbaar is. Over het project, over mogelijke taken en rollen voor de organisatie en mogelijke financieringsbronnen. • Nodig iemand uit van een andere gemeente waar het project met succes wordt uitgevoerd. • Stel een werkgroep samen: door meerdere collega’s te betrekken zal ook het draagvlak groeien. Een ander voordeel is dat indien één van de collega’s uitvalt door omstandigheden, andere collega’s het project voort kunnen zetten. Als (mogelijke) partners geïnventariseerd zijn en eventueel al benaderd, dan kan gestart worden met het schrijven van het projectplan. Probeer zo creatief mogelijk te zijn bij het inventariseren en niet alleen te denken aan bestaande contacten.
Bedenk eerst welke lokale spelers er in het algemeen zijn. Vragen die je hierbij helpen zijn: Welke organisaties doen er iets met ouderen? Welke organisaties houden zich bezig met vrijwilligerswerk (naast vrijwilligersorganisaties)? Welke organisaties hebben baat
bij een project Levensboeken? Het projectplan dient als uitgangspunt voor de gesprekken intern, met mogelijke ondersteuners en financiers. Voor een voorbeeld van een projectplan, zie bijlage B.
Bij het leggen van contact met ondersteuners kunt u de volgende stappen doorlopen: • Benaderen en informeren van de ondersteuner(s) • Toezenden van (schriftelijke) informatie: wijzen op de regiobijeenkomsten en trainingen en website van het project Levensboeken • Bespreken van de mogelijkheden tot samenwerking en/of deelname
12
13
Handboek Levensboeken | De projecteigenaar
Naast het benaderen van mogelijke ondersteuners, is het wenselijk ook de gemeente in een vroeg stadium bij de opstart van het project te betrekken. Waarom zou de gemeente belangstelling hebben voor het project Levensboeken? In paragraaf 2.4 worden verschillende interessante invalshoeken voor de gemeente genoemd. Ook bij het regelen van de financiële kant van het project is contact met de gemeente van groot belang, omdat de gemeente op lange termijn een belangrijke rol in het project kan spelen. Kiezen en afspraken maken Als duidelijk is welke partijen meewerken, is het belangrijk om afspraken te maken op welke manier zij ondersteuning willen verlenen en welke randvoorwaarden zij stellen. Belangrijk hierbij is dat de wensen van de ondersteuner op een goede manier worden opgepakt door de projecteigenaar. Maar dat neemt niet weg dat er ook aandacht moet zijn voor de wensen en grenzen van de projecteigenaar. In dit stadium is het wenselijk de verwachtingen op elkaar af te stemmen en doelen te formuleren die overeenstemmen met projectplan (zie bijlage B) en de visie op het project Levensboeken. Vragen die in dit stadium aan de orde komen zijn: • Welke groep ouderen is geschikt om een levensverhaal mee te schrijven? • Hoe groot is de groep ouderen? • Wat is de duur van het project? • Wat is het tijdstip van uitvoering? • Hoe organiseren we de nazorg? Uiteindelijk worden de keuzes en afspraken vastgelegd in het definitieve projectplan. In het definitieve projectplan moet duidelijk naar voren komen wat de belangen van de projecteigenaar zijn om deze rol te vervullen. Welke doelen behaald kunnen worden? Welke (financiële) middelen zijn nodig? Met welke partijen wordt samengewerkt en welke groeimogelijkheden en ontwikkelingen er zijn?
Handboek Levensboeken | De projecteigenaar
Fase 2 - Binden Schrijvers - Om vrijwilligers die al geboeid zijn aan je project te binden is het belangrijk snel aan te geven wat de procedure is, wat de vrijwilliger kan verwachten en wanneer er iets van de vrijwilliger verwacht wordt. Vrijwilligers willen graag hun talenten inzetten, maar willen daar op een bepaalde manier ook voor beloond worden. Het verlenen van service en het nakomen van afspraken draagt bij aan het binden van de vrijwilliger. Tevens is het noodzakelijk dat de vrijwilliger de kennis krijgt die nodig is voor het maken van een Levensboek. De projecteigenaar is er voor verantwoordelijk dat elke vrijwilliger die een Levensboek gaat maken een training volgt. De inhoud van de training is terug te vinden in bijlage E. Vertellers - Voor de vertellers moet duidelijk zijn wat er van ze verwacht wordt. Wees helder in de uitleg over het project en geef duidelijk aan wat wél de bedoeling is en wat niet. Op het moment dat de ouderen bereid zijn hun verhaal te vertellen, moeten ze snel aan een vrijwilliger gekoppeld worden. Houd er rekening mee dat de meeste vertellers al flink op leeftijd zullen zijn en dat het aspect tijd een belangrijke factor is bij de koppeling. Bij het selecteren van de ‘juiste’ ouderen moet rekening gehouden worden met de aard van het project. Het is primair een vrijwilligersproject waarin het vooral leuk moet zijn om samen een boek te maken. Ouderen die geschikt zijn voor het maken van een boek zijn mensen die het leuk vinden om te vertellen, die mee willen werken aan een boek en ouderen die psychisch gezond zijn. Een beetje vergeetachtig kan geen kwaad, dementie echter, vereist een andere aanpak. Daar is dit ‘reguliere’ project niet passend voor. Ook moet men oppassen met het werven van ouderen die een traumatisch verleden hebben. De vrijwilligers die een Levensboek gaan maken zijn niet opgeleid om als psycholoog op te treden. Een luisterend oor bieden en wat aandacht geven, dat is juist de kracht van het project, maar het project is niet geschikt om trauma’s te verwerken.
Het projectplan kan gezien worden als het werkdocument van waaruit het lokale Levensboekenproject daadwerkelijk wordt opgezet. Een goed projectplan laat zien dat er goed is nagedacht over alle ins en outs van het project Levensboeken en er een juiste inschatting is gemaakt van de kosten. 3.2.2 Uitvoering Wanneer het projectplan is goedgekeurd en de financiën zijn geregeld, is het tijd om aan de slag te gaan. Afhankelijk van de taakverdeling, moeten zaken worden geregeld en uitgevoerd. Bij de uitvoering van het project moet op een aantal punten worden gelet: • Werving en behoud van vrijwilligers: de schrijvers • Werving en behoud van ouderen: de vertellers • Nazorg De uitvoering kan in drie fasen onderscheden worden:
Tip: Gesprekken tussen de vrijwilliger en de oudere moeten vooral leuk en gezellig zijn. Voor uitgebreide uitleg over de gespreksmethode - zie bijlage F. Waak er voor dat tijdens de leuke, gezellige gesprekken, te pijnlijke onderwerpen besproken gaan worden, waardoor het maken van een Levensboek te beladen wordt. Het is een ingewikkeld grijs gebied, omdat het men soms ook erg kan helpen wel over zaken te praten, maar het thema van de gesprekken en het boek moet dus niet doorslaan naar treurigheid. De koppeling tussen de schrijver en de verteller bepaalt het succes van het boek. Zowel de vrijwilliger als de oudere kunnen voor dat ze met het maken van een boek starten voorkeuren aangeven. Denk aan: geslacht, etnische achtergrond, opleidingsniveau, huisdieren (i.v.m. allergie) en hobby’s. Probeer bij de koppeling zoveel mogelijk rekening te houden met de voorkeuren van de vrijwilliger en oudere.
Fase 1 - Boeien Schrijvers - Vrijwilligers moeten aangesproken worden op die motivatie die leidt tot vrijwillige inzet. In de praktijk blijkt dat dit project erg goed aansluit bij de motivatie van de vrijwilliger, er is veel belangstelling voor. Echter blijft het noodzakelijk om energie te steken in het boeien van vrijwilligers, zodat de belangstelling groot blijft, omdat zonder vrijwilligers er geen Levensboekenproject is. Voor het werven van vrijwilligers is het goed mogelijk om gebruik te maken van nieuwe media, zoals Hyves, Facebook, Linkedin en Twitter om ook de jongere vrijwilliger te boeien (zie voor tips voor werving – bijlage C). Vertellers - Een Levensboek gaat over iemand. Er moeten dus mensen bereid zijn om hun levensverhaal te vertellen. In het benaderen van die vertellers (vooral ouderen) is het van groot belang om aandacht te besteden aan zaken als: unieke kans, gezellig, bijzonder om een boek te hebben. Vergeet vooral niet om eventuele drempels gelijk weg te nemen (zie voor tips voor werving – bijlage D).
14
15
Handboek Levensboeken | De projecteigenaar
Fase 3 - Behouden Schrijvers - Vrijwilligers hebben aandacht en erkenning nodig om het vrijwilligerswerk vol te houden. Het is een belangrijke taak van de projecteigenaar om ervoor te zorgen dat er gedurende het maken van het Levensboek regelmatig met de vrijwilligers terugkoppeling is. Of alles goed gaat, of de vrijwilliger het nog leuk vindt en waar men tegenaan loopt. Ook als de projecteigenaar niet de partij is die de vrijwilligers werft en begeleidt. Dit is dan een taak van de ondersteuner.
Handboek Levensboeken | De projecteigenaar
Ook voor de vertellers moet bij de afsluiting aan nazorg worden gedacht. De beste beloning is natuurlijk het Levensboek dat zij in handen krijgen. Maar daarnaast kan ook gedacht worden aan een gezamenlijke afsluiting. Met andere vertellers en de schrijvers. Het is raadzaam om kosten voor de nazorg op te nemen in het kostenplaatje voor het project. Evalueren In de evaluatiefase kijken alle betrokkenen terug op het project. Evalueren is belangrijk omdat het informatie geeft over ervaringen, fouten en mogelijke verbeteringen. De projecteigenaar kan de werkwijze bijstellen. De evaluatie wordt gebruikt voor de besluitvorming met betrekking tot de voortgang en invulling van het project.
Tevens is het raadzaam elke zes weken een Levenboeken-café te organiseren. Tijdens dit café komen alle Levensboekvrijwilligers bijeen om ervaringen uit te wisselen en van elkaar te leren. Uit ervaring blijkt dat men het heel prettig vindt om te vertellen waar tegenaan gelopen wordt en hoe anderen ermee om zouden gaan. Tevens krijgt de vrijwilliger tijdens een café die o zo belangrijke aandacht.
Tips • Organiseer naast individuele evaluaties ook een gezamenlijke bijeenkomst waar de verschillende partijen en spelers samenkomen om gezamenlijk na te denken over de toekomst van het project. • Sla de fase van de evaluatie nooit over! Deze valkuil voorkom je door van tevoren een tijdstip voor de evaluatie op te nemen in het projectplan.
Tot slot wordt het door vrijwilligers als erg positief ervaren als er aanvullende activiteiten georganiseerd worden waarbij de vrijwilliger zijn of haar kennis kan verbreden. Zie bijlage H voor mogelijkheden en tips. Vertellers - Het is niet nodig om veel energie te steken in het behouden van de vertellers, omdat deze mensen éénmalig meewerken aan het Levensboekenproject. Wel is het belangrijk om een vinger aan de pols te houden en te controleren of de koppeling passend is.
3.3 Hoe word ik projecteigenaar? Het is, voordat het eigenaarschap verkregen wordt, van groot belang alle kennis in huis te hebben om van het lokale project een groot succes te maken. Er worden daarom twee trainingen georganiseerd door HOF waaraan men verplicht is om deel te nemen.
3.2.3 Nazorg Bedanken en belonen Vrijwilligers zetten zich gratis in voor het maken van een Levensboek. Door het danken en belonen van vrijwilligers, voelen vrijwilligers zich gewaardeerd en nuttig. Dit vergroot de kans op een positieve ervaring en blijvende inzet in het vrijwilligerswerk. Er zijn verschillende manieren om vrijwilligers te belonen. Het gaat niet om financiële beloning; vrijwilligerswerk wordt juist ‘voor niets’ verricht.
1 Training geven aan Levensboekvrijwilligers 2 De organisatie van het project Levensboeken.
Training 1. Training geven aan Levensboekvrijwilligers Deze training is een train-de-trainer training, waarin de cursisten worden opgeleid om zélf de training te kunnen geven. De training beslaat twee dagdelen. Het eerste dagdeel wordt gevuld door de training “Levensboeken” zoals gegeven wordt aan de vrijwilligers die daadwerkelijk een boek gaan maken (zie bijlage E). Het tweede dagdeel gaat over hoe die training te geven, waarop te letten bij het geven van deze training.
Training 2. De organisatie van het project Levensboeken Deze training, van één dagdeel, omvat alles wat komt kijken bij de organisatie van het project. Er wordt ingegaan op de investeringen in tijd en geld die het project kost. Verder wordt aandacht besteed aan de begeleiding en werving van vrijwilligers en ouderen en welke acties vanuit welke rol nodig zijn om een succesvol Levensboekenproject neer te zetten.
Tips • Het geven van een schouderklopje • Het uitreiken van een certificaat • Het geven van een cadeaubon • Het geven van korting voor lidmaatschap, deelname aan activiteiten • Het geven van een kortingspas • EVC (erkenning verworven competenties); een portfolio waarin bijgehouden wordt welke competenties en vaardigheden de vrijwilligers zich eigen maken tijdens hun vrijwilligerswerk. Erg handig voor opbouw van hun CV. • Uitnodigen bij presentaties over de Levensboeken
16
In totaal is de tijdsinvestering om projecteigenaar te worden van een Levensboekenproject in elk geval anderhalve dag aan trainingen.
17
Handboek Levensboeken | De projecteigenaar
Handboek Levensboeken | De projecteigenaar
Voor trainingsdagen en inschrijven kijk op www.Levensboeken.com.
3.5 Van start!
3.4 Randvoorwaarden voor succesvolle projecteigenaar
Wilt u projecteigenaar worden, dan dient u de volgende stappen te doorlopen:
Voor een effectief en succesvol projecteigenaarschap gelden onderstaande voorwaarden: • Inbedden van het project Levensboeken. Het project Levensboeken moet binnen de visie en de werkzaamheden van de projecteigenaar passen. En vast onderdeel gaan uitmaken van het activiteitenprogramma. • Betrekken van hele organisatie. • Voldoende tijd en capaciteit. • Samenwerken: een belangrijke voorwaarde is het vermogen te kunnen samenwerken met andere partijen. Bij een project Levensboeken is samenwerking met andere partijen wenselijk, echter niet noodzakelijk. • Voldoende netwerk hebben: Het is voor een projecteigenaar van groot belang om een (communicatief) netwerk te hebben met (potentiële) vrijwilligers en met ouderen of organisaties waardoor men in contact kan komen met de ouderen of vrijwilligers. De projecteigenaar zal de spin in het web worden en moet dus de verbinding zijn tussen de verschillende schakels (partijen) en de combinatie maken tussen de verschillende activiteiten.
Er zijn voor een projecteigenaar in ieder geval twee duidelijke redenen aan te geven waarom samenwerking met meerdere partijen (ondersteuners) wenselijk is.
Netwerk De ondersteuner heeft een toegevoegde waarde, omdat deze partij een eigen netwerk bezit waartoe de projecteigenaar misschien geen toegang heeft.
Enthousiast om projecteigenaar te worden.
Aangeven bij HOF dat er in een bepaalde regio een nieuw Levensboekenproject gestart wordt.
Inschrijven voor twee trainingen via www.Levensboeken.com: • Training geven aan Levensboekvrijwilligers. • De organisatie van het Levensboekenproject.
Definitief projectplan en financiering regelen.
Uitvoering project Levensboeken - werven vrijwilligers en ouderen, vrijwilligers trainen en koppeling maken om een Levensboek te schrijven.
Signalen oppikken Doordat de ondersteuner in een andere rol zit dan de projecteigenaar, kan het zijn dat de ondersteuner andere signalen oppikt van bijvoorbeeld vertellers of schrijvers die van belang kunnen zijn bij het boeien, binden en behouden van die vertellers of schrijvers. Deze signalen moeten doorgegeven worden aan de projecteigenaar. Zodat de kansen op succes van het project worden vergroot.
18
19
Handboek Levensboeken | De ondersteuner
4. De ondersteuner 4.1 Waarom de rol ondersteuner? Is de rol van projecteigenaar niet haalbaar voor u? Of u wilt eerst ontdekken wat Levensboeken voor uw organisatie of cliënten kan betekenen? Dan kunt u kiezen voor de rol als ondersteuner van een project Levensboeken. U kunt meehelpen en meedenken bij het invullen van activiteiten, het betrekken van partijen en het verdelen van taken en eventueel financieel een bijdrage leveren. Het voordeel van deze rol is dat u er niet direct alleen voor staat. Samen met andere partijen en een projecteigenaar zorgt u dat het project Levensboeken in uw regio wordt
uitgevoerd. Er kunnen verschillende redenen zijn waarom u deze rol als ondersteuner wilt oppakken. Bijvoorbeeld omdat deze rol goed aansluit bij uw huidige werkzaamheden of doelstellingen. Of omdat u op deze manier rustig kennis kunt maken met het project Levensboeken. Zo ontdekt u welke mogelijkheden het project Levensboeken uw organisatie precies te bieden heeft. Tegelijkertijd kan het draagvlak binnen uw organisatie groeien. Om het Levensboekenproject succesvol te laten zijn, is aandacht
voor de schrijver net zo belangrijk als aandacht voor de verteller. Het kost veel tijd en energie en daarmee ook geld om beide doelgroepen te boeien, te binden en te behouden. De ondersteuner kan de projecteigenaar ondersteunen bij bovenstaande taken. De projecteigenaar blijft initiator en behoudt de regie over het project, maar samen met eventuele ondersteuners kan de uitvoering geregeld worden. Voor een Levensboekenproject zijn ondersteuners, in tegenstelling tot projecteigenaren, niet vereist.
4.2 Wie kunnen ondersteuner worden? Partijen die ondersteuner kunnen worden, zijn organisaties die over een netwerk van óf schrijvers óf vertellers beschikken. Concreet kan gedacht worden aan: • Lokale steunpunten voor het vrijwilligerswerk en vrijwillige inzet (vrijwilligerscentrales of vrijwilligerssteunpunten) • Maatjesprojecten • (Thuis)zorginstellingen • Vrijwillige zorgorganisaties (Humanitas, Rode Kruis, De Zonnebloem) • Welzijnsorganisaties voor ouderen • Kerken
4.3 Concrete invulling: rol en takenpakket Concrete taken die een ondersteuner kan oppakken zijn: • Initiëren en aanjagen: de ondersteuner kan het project Levensboeken in de eigen regio bekend maken en partners motiveren om samen te werken aan het opzetten van een project Levensboeken. • Organisatorische of voorbereidende taken: meedenken en opzetten van een project Levensboeken in de eigen regio. • Het bieden van ondersteunende taken op basis van het projectplan. • Financieren van een deel van de kosten van het project. • Faciliteren in middelen: beschikbaar stellen van ruimten, computers en dergelijke.
20
21
Handboek Levensboeken | De ondersteuner
4.3.1 Voorbereiding Voor de ondersteuner is het noodzakelijk zich aan te sluiten bij een projecteigenaar. De voorbereidingen van de ondersteuner bestaan daarmee vooral uit het zoeken naar een partij die als projecteigenaar wil optreden. In een later stadium gaat de ondersteuner de taken verdelen zoals staat aangegeven in het projectplan van de projecteigenaar. Of de ondersteuner wordt
Handboek Levensboeken | De ondersteuner
4.5 Van start! door een projecteigenaar benaderd. Ook in dat geval zal in het projectplan van de projecteigenaar aangegeven zijn wat de rol en taken van de ondersteuner zijn. Wanneer uw organisatie een rol wil spelen bij het project Levensboeken als ondersteuner maar niet de regie wil voeren is het belangrijk om eerst te inventariseren welke mogelijke partners er zijn.
Tips bij het zoeken naar een projecteigenaar: • Zorg voor een brede brainstorm zonder direct te denken vanuit bestaande contacten. • Bedenk eerst welke lokale of regionale spelers er in het algemeen zijn. Vragen die daarbij helpen zijn: • Welke organisaties doen er iets met ouderen? • Welke organisaties houden zich bezig met vrijwilligerswerk, naast vrijwilligersorganisaties? • Welke organisaties kunnen op een positieve manier gebruik maken van het project Levensboeken? • Welke organisaties zijn er in de buurt actief? • Weet je al van partijen die samenwerken of die zich oriënteren op het project Levensboeken?
Na het inventariseren van mogelijke projecteigenaren, is het zaak deze partijen te benaderen, informatie over het project Levensboeken te geven en samen verder na te denken over mogelijkheden voor samenwerking. Het doel is uiteindelijk afstemming en samenwerking te bereiken over het opzetten en uitvoeren van het project Levensboeken.
Wilt u ondersteuner worden, dan kunt u de volgende stappen doorlopen:
Enthousiast om project als ondersteuner mede uit te gaan voeren!
Inventariseren van partij die projecteigenaar kan en wil worden of door projecteigenaar worden benaderd als ondersteuner.
In projectplan vastleggen hoe de samenwerking en afstemming gaat verlopen wat betreft rol en taken.
Eventueel samen met projecteigenaar trainingen volgen informatie en inschrijven via www.Levensboeken.com.
Samen met projecteigenaar projectplan definitief maken en financiën regelen.
Start project!
4.3.2 Uitvoering Welke taken de ondersteuner exact heeft, hangt af van de afspraken tussen de projecteigenaar en de ondersteuner. Globaal kunnen de volgende taken toebedeeld worden aan de ondersteuner: • Werven van schrijvers • Werven van vertellers • Opleiden van schrijvers • Bijdragen aan het behouden van de schrijvers • Ondersteunen koppeling schrijvers - vertellers
4.4 Randvoorwaarden voor succesvolle ondersteuner Een goede ondersteunende rol met positief effect voor zowel de projecteigenaar als voor de ondersteunende organisatie zelf is mogelijk op basis van voorwaarden zoals: • Duidelijkheid over de rol van de ondersteuner: duidelijke taakverdeling • Duidelijkheid over invulling project Levensboeken • Overeenstemming over verwachtingen en doelstellingen van het project • Meerwaarde van het project voor de eigen organisatie
22
23
Handboek Levensboeken | Bijlage A - Voorbeeld kostenoverzicht Levensboekenproject
Handboek Levensboeken | Bijlage B - Projectplan
Bijlage A - Voorbeeld kostenoverzicht Levensboekenproject Onderstaand overzicht geldt voor een project waarin per jaar ongeveer 60 boeken gemaakt worden. Wat?
Tijd in uren - per jaar
Maken projectplan
25 uur
Ontwikkelen project
25 uur
Werven vrijwilligers
150 uur
Werven ouderen
150 uur
Ondersteuning vrijwilligers
200 uur
Ontwikkelen training
25 uur
Trainingen
60 uur
Er zijn geen standaarden aan te wijzen voor de inhoud van een projectplan. Toch zijn er enkele aandachtspunten waar rekening mee gehouden kan worden. Onderstaande hoofdstukindeling kan gebruikt worden. 1. Inleiding • Vermelden van de kern van het project, de noodzaak en de haalbaarheid van het project. Ter afsluiting wordt aangegeven wat de lezer in de rest van het projectplan kan verwachten. 2.
Samenvatting • Puntsgewijs aanstippen van activiteiten, doelen, doelgroepen, werkwijzen en resultaten van het project.
3.
Doelstellingen en visie • Wat wil je bereiken, met wie en hoe? Dit hoofdstuk moet de meerwaarde van het project duidelijk maken.
4.
Plan van aanpak • Maak concreet wat er gedaan kan worden. Het plan van aanpak kan later als werkdocument dienen.
5.
Projectduur • Beschrijf verschillende fasen gedurende het project.
6.
Resultaten • Geef aan hoe is te meten of de gestelde doelen behaald zijn.
Trainingsmateriaal
€5,- x 80 = €400,- 1
7. Samenwerking en organisatie Levensboekenproject • In het projectplan moet duidelijk onderscheid gemaakt worden tussen de projecteigenaar en de eventuele ondersteuners. Leg duidelijk de verschillende rollen en bijbehorende verantwoordelijkheden uit, zodat hierover in een later stadium geen misverstanden kunnen ontstaan. • Denk ook aan het opstellen van een plan rondom communicatie.
Kaartenset ‘Mijn leven in kaart’
€32,90 x 60 = €1974,-
8.
Begroting • Voeg hier de begroting, het dekkingsplan en de toelichting daarop toe.
€75,- 2
9.
Evaluatie • Beschrijf hier hoe het project geëvalueerd gaat worden. Wat de criteria zijn en wanneer die momenten er zijn.
10.
Eventuele bijlagen • Ruimte voor overige informatie waarin in het plan naar verwezen kan worden.
Levensboeken-cafés
30 uur
Ontwikkelen PR materiaal
30 uur
Drukken PR materiaal
Totaal
24
Kosten - per jaar
Bijlage B - Projectplan
1
€500,-
695 uur
€2949,-
Om 60 boeken te maken, moeten ongeveer 80 vrijwilligers worden opgeleid. Niet elke cursist zal daadwerkelijk starten. Dit zijn de kosten voor wijn, bier, fris, nootjes en dergelijke.
2
25
Handboek Levensboeken | Bijlage C - Tips voor het werven van vrijwilligers
Handboek Levensboeken | Bijlage D - Tips voor het werven van ouderen
Bijlage C - Tips voor het werven van vrijwilligers
Bijlage D - Tips voor het werven van ouderen Voor het Levensboekenproject is het belangrijk de ‘juiste’ ouderen te werven. Enkele aandachtspunten:
De wervingscirkel is een hulpmiddel dat is ontwikkeld voor het effectief werven van vrijwilligers.
• In de communicatie is het belangrijk aan te geven hoe leuk het is om een boek te maken en dat dit een unieke kans is.
• Het project is niet geschikt om therapeutische gesprekken te voeren. Waak dus voor het werven van ouderen met psychische problemen of depressie.
doel
doelgroep
• Er kunnen ook Levensboeken gemaakt worden voor ouderen met dementie. Let op: dit vereist een andere gespreksmethode: “Mijn leven in fragmenten”. HOF kan hierover toelichting geven.
organisatie
kanalen / middelen
• De ouderen bepalen de inhoud van het boek, dus wat ze er niet in willen hebben, komt er niet in.
USP’s (Unique Selling Points)
boodschap
• Bepaal het doel: het is belangrijk om vooraf te bedenken wat u wilt bereiken met de wervingsactie. Met wie wilt u in contact komen? Hoeveel vrijwilligers wilt u werven? • Bepaal de doelgroep: bedenken in welke richting u moet zoeken. Hoe zien deze mensen eruit? Maak een indeling op bijvoorbeeld leeftijd, achtergrond of opleiding. Probeer eigenschappen en kwaliteiten te noemen die passen in het vrijwilligersprofiel. Waar zijn deze mensen te vinden? Door gebruik te maken van een profiel van de vrijwilligers die u zoekt en na te gaan waar mogelijke raakvlakken liggen, komt u op nieuwe vindplaatsen. Mogelijke vindplaatsen zijn: internet, werkplek, evenementen en kennissenkring. • USP’s: wat maakt uw organisatie uniek of het project waar u de vrijwilligers voor zoekt? Waarom zou iemand vrijwilliger willen worden bij uw organisatie en voor uw project? • Bepaal de boodschap: vermeld in uw boodschap niet alleen dat u vrijwilligers zoekt, maar probeer ook de sfeer over te brengen en voordelen voor de vrijwilliger te noemen. • Bepaal het kanaal; door na te denken over wat uw doelgroep ziet, hoort, leest en waar die komt, zorgt u ervoor dat de boodschap ook werkelijk de doelgroep bereikt. Kies een manier van benaderen die bij de doelgroep past. Daarvoor heeft u een ‘informatiedrager’ nodig (bijvoorbeeld folder, sticker, poster, website, twitteren, digitale nieuwsbrief, gesprek). • Organisatie: om de organisatie soepel te laten verlopen, is het handig een wervingsplan te maken met daarin de volgende onderdelen: • Wat moet er precies gebeuren? • Waar: plek waar werving zal plaatsvinden • Wie: de taakverdeling • Wanneer: de planning (houd hierbij ook rekening met geschikt moment) • Hoe: op welke wijze en tegen welke kosten
26
27
Handboek Levensboeken | Bijlage E - Opzet training voor Levensboekvrijwilligers
Bijlage E - Opzet training voor Levensboekvrijwilligers
Handboek Levensboeken | Bijlage E - Opzet training voor Levensboekvrijwilligers
• Vragen • Ruimte om vragen door te nemen en na te praten • Training afronden • Evalueren • Zijn alle verwachtingen uitgekomen?
De training, van één dagdeel, die noodzakelijk is om te volgen door de vrijwilliger voordat men gaat starten met het maken van een Levensboek bestaat uit de volgende onderdelen: • Opening • Programma • Aangeven wat men tijdens de training kan verwachten en hoe de bijeenkomst er uit ziet • Voorstellen • Oefening doen – elkaar voorstellen • Leuke manier om het verhaal van een ander te vertellen en te ervaren hoe het is als iemand jouw verhaal vertelt • Verwachtingen training en verwachtingen Levensboek • Rondje doen • Beeld krijgen van wat men van de training verwacht en controleer of alles ook aan bod komt. Tevens inventariseren wat men van het project en zijn of haar rol verwacht – daar ook op in gaan tijdens de rest van de training • Hoe is het om met een oudere te praten • Film laten zien • Discussie • Enkele minuten interview bekijken en daarna bespreken. Wat vond je er van, wat viel je op, was het leuk, wat zou je zelf doen, hoe zou je het in een boek verwerken… • Levensloop ouderen • Theorie over beeldvorming ouderen • Feitjes over leeftijd en ouder worden • Verschil in hoe Nederlandse samenleving omgaat met ouderen, ten opzichte van andere samenlevingen • Verschil bespreken tussen Levensloop, Levensgeschiedenis en Levensverhaal • Bedoeling is om wat meer context en body te creëren, zodat verhalen en situaties beter geplaatst kunnen worden • Gespreksvoering • Rondje doen: welke factoren zijn van belang bij een goed gesprek • Open deuren duidelijk maken: wees bewust van die factoren en gebruik ze ook om effect te krijgen • Bewustwording van perceptie en filters, waardoor waarneming kan verschillen • Belangrijk om hier van bewust te zijn, zodat misverstanden zo min mogelijk ontstaan en het verhaal zo duidelijk en “echt” mogelijk wordt opgeschreven • Methode ‘Mijn leven in kaart’ • Kaarten laten zien • Methode uitleggen • Aangeven dat er afspraken over het gebruik gemaakt moeten worden • Do’s and Don’ts • Oefening gesprekken voeren aan de hand van een willekeurige foto • Mensen met elkaar een gesprek laten voeren en focussen op de interviewtechnieken en factoren voor goed gesprek. Besproken theorie in oefening terug laten komen en mensen bewust maken van manieren om gesprekken te leiden, om te gaan met emoties, doorvragen en dergelijke. • Praktische zaken • Ingaan op praktische zaken, hoe het boek gemaakt moet worden, wat doen als…
28
29
Handboek Levensboeken | Bijlage F - Gespreksmethode
Bijlage F - Gespreksmethode Een Levensboek komt tot stand door gemiddeld 3-4 maanden één maal per week of één maal per twee weken een gesprek te hebben. De structuur van de gesprekken is vrij. Het is niet mogelijk hier een vast stramien voor te geven, omdat de gesprekken over het algemeen vanzelf ontstaan.
Handboek Levensboeken | Bijlage G - Kostenvergelijking drukken/printen Levensboeken
Bijlage G - Kostenvergelijking drukken/ printen Levensboeken Uitgaande van een boek van 70 pagina’s A4
Het is wel leuk als er aan de hand van bijvoorbeeld foto’s, voorwerpen, meubels of de kaarten (Mijn leven in kaart) gesprekken worden gevoerd.
Printen op huis-tuin-keuken printer
€5,-
Drukken bij een printshop • zwart-wit • 80 grams papier (standaard)
€5,-
Drukken bij een printshop • zwart-wit • 100 grams papier (standaard)
€15,-
Drukken bij een printshop • kleur • 80 grams papier (standaard)
€55,-
€65,-
• Kaart meegeven als ‘huiswerk’ om er tijdens het volgende gesprek over te spreken, zodat de oudere zich kan voorbereiden.
Drukken bij een printshop • kleur • 100 grams papier (standaard)
Inbinden
€3,50
Bestellen via www.unibook.com - zwart-wit
€12,-
Bestellen via www.unibook.com - kleur
€22,-
Bestellen via www.jilster.nl of Bestellen via www.ineenboek.nl
€30,- Zachte kaft €50,- Harde kaft
Kaartenset - Mijn leven in kaart De gespreksmethode die in Den Haag buitengewoon succesvol is gebleken, is de methode waarin je met elkaar in gesprek gaat, zonder daarbij vast te houden aan bepaalde vragenlijsten of formats. Alles kan en alles mag. Echter is het in sommige gevallen raadzaam om per gesprek onderwerpen af te spreken om de gesprekken overzichtelijk te houden. De kaartenset “Mijn leven in kaart” die gebruikt wordt als leidraad is ontwikkeld door Wout Huizing en Thijs Tromp van Reliëf. Thijs Tromp heeft wetenschappelijk onderzoek gedaan naar onderwerpen waar mensen over praten, als ze in een laatste fase van hun leven komen. Het resultaat van dit onderzoek is een kaartenset van 50 kaarten waarop verschillende onderwerpen staan, denk hierbij aan liefde, relaties, wonen, werken, bezit, gewoonten en geloof. Er zijn verschillende manieren om deze kaarten te gebruiken:
• Thema’s bespreekbaar maken.
• Checklist of alle onderwerpen aan het eind van het traject aan bod zijn gekomen.
• De oudere kan een kaart kiezen en samen met de vrijwilliger spreken over het onderwerp.
De kaartenset is bij diverse (online) boekwinkels te verkrijgen. ISBN-nummer: 978-90-3135-149-7.
30
31
Handboek Levensboeken | Bijlage H - Tips voor aanvullende trainingen vrijwilligers
Handboek Levensboeken | Notities
Bijlage H - Tips voor aanvullende trainingen vrijwilligers Veel vrijwilligers willen zichzelf door middel van vrijwilligerswerk ontwikkelen. Om hier aan bij te dragen zijn er in het Levensboekenproject verschillende mogelijkheden voor het aanbieden van kennis. Denk aan:
• Microsoft Word voor beginners
• Bewerken van foto’s
• Schrijftechniek
• Interviewtechniek
• Foto’s maken
• Lezing van ervaren Levensboekenschrijver
32
33
Handboek Levensboeken | Notities
34
Handboek Levensboeken | Notities
35
Handboek Levensboeken | Notities
36
Handboek Levensboeken | Notities
37
Handboek Levensboeken | Notities
38
Handboek Levensboeken
Postbus 10240 • 2501 HE Den Haag • T 070 - 302 44 44 •F 070 - 365 55 04 • www.hofnet.nl •
[email protected]
in samenwerking met