H2 samenvatting Recht Dikgedrukte, onderstreepte zwarte letters = leerdoel/hoofdonderwerp Kleine grijze lettertjes = voorbeelden.
Rechtshandeling
Hoofdstuk 5
College 1
Rechtshandeling • Handeling rechtssubject • Met beoogd rechtsgevolg ! Beogen = willen • Erkend door de wet Dus: Een handeling waarvan het gevolg bedoeld is en wat mag volgens de wet. ! Bijvoorbeeld Piet laat een testament maken bij de notaris, omdat hij wil regelen wat er met zijn vermogen gebeurd als hij overlijdt. ! Als een vrachtauto tijdens het omkeren een auto schaadt, is dit géén rechtshandeling, want het gevolg hiervan was niet de bedoeling ! Dirk doet aan het witwassen van zwart geld. Dit is wel een overeenkomst met gewilde gevolgen, maar het wordt niet door het recht erkend, dus het géén rechtshandeling. Het is wél beoogd, want Dirk wil dit.
Eenzijdige rechtshandeling Wil van één persoon is al genoeg ! Voor opmaken van testament is maar 1 persoon, 1 wil nodig. ! Opzeggen van huur of arbeidsovereenkomst
Meerzijdige rechtshandeling Wil van 2 of meer personen nodig ! Denk aan het aangaan van overeenkomst, of een schenking ! Bijvoorbeeld het aangaan van een arbeidsovereenkomst ! Ik mag wel iedereen een paard geven, maar de ander moet dit ook willen
Drie vereisten voor de totstandkoming van rechtshandeling 1. Handel bekwaam rechtssubject (art. 3:32 lid 1 BW) • Natuurlijke personen, maar ook rechtspersonen. • Je kunt handelingsbevoegd zijn, maar niet handelingsonbekwaam ! Lisa van 8 jaar is handelingsbevoegd om TV te komen, maar niet handelingsbekwaam om dit te kopen. Ze is minderjarig. ! Als ze die TV heeft gekregen, mag ze hem wel verkopen etc. zij is daarvoor bevoegd, heeft het eigendomsrecht, en is dus wel handelingsbekwaam
2. Op rechtsgevolg gerichte wil (art. 3:33 BW) • Wil en verklaring • Aan ene kant pas gebondenheid aan rechtshandeling ontstaat als het handelende subject dat ook daadwerkelijk wil en aan de andere kant dat iemand is gebonden aan hetgeen hij verklaard. 3. Verklaring waarin de op rechtsgevolg gerichte wil is geopenbaard (art. 3:33 BW)
Dus: artikel 3:32 lid 1 BW j.o. art. 3:33 BW Zie ook het vertrouwensbeginsel! artikel 3:35 BW ! Dat je er vanuit mag gaan dat wat iemand zegt, dat dit ook is wat die wil.
Onderzoekplicht = Als je het niet helemaal vertrouwd, dan heb je als koper een onderzoekplicht ! Meen je dat nou echt? Wil je je nieuwe BMW voor €50 verkopen?
1
Voorbeeld Otto Mail met bevestiging dat ik 7 TV’s heb gekocht voor €99 Aanbod en aanvaarding ondersteund door wil en verklaring Het gaat fout bij wil en verklaring. Aanbod van Otto/ de overeenkomst is niet rechtsgeldig, geen wil van Otto. Je had onderzoek plicht! Als je Otto had gebeld en had gezegd ‘Ja, dat klopt!’ dan zou het wel rechtsgeldig zijn, maar het was nu een automatisch verzonden berichtje
Nietig = Overeenkomst heeft nooit bestaan ! bijvoorbeeld in strijd met de wet (art. 3:40 BW)
Vernietigbaar = Overeenkomst heeft wel bestaan, maar is te vernietigen, terug te draaien. ! bijvoorbeeld verricht door een handelingsonbekwame
Na 3 dagen kom ik erachter dan mijn dochter van 5 een BMW heeft gekocht en hier aantal dagen in rond gereden. Zij is minderjarig, dus ik kan als moeder de overeenkomst laten terugdraaien. De overeenkomst is vernietigbaar. Echter geldt hiervoor wel een schadevergoeding, omdat de auto nu niet meer nieuw is.
Vertegenwoordiging
hoofdstuk 6
College 1
Vertegenwoordiging ontstaat: • Op grond van een wettelijke bepaling (bijv. 1:245 lid 4 BW) ! Ik schrijf mijn kinderen in op school en zij moeten erheen
•
Door volmacht (art. 3:60 BW) ! Wil jij voor mij een kaartje kopen?
o
Uitdrukkelijke volmacht ! als er letterlijk gevraagd wordt, wil je dit voor mij doen?
o
Stilzwijgende volmacht ! dat er niet steeds bij iedere nieuwe klant tegen een caissière wordt gezegd ‘Jij mag dit meegeven en verkopen’ Dat valt al onder de functie. Wordt stilzwijgende volmacht gegeven. Een meisje van 16 kan een stilzwijgende volmacht krijgen voor kassawerkzaamheden. Zolang zij binnen de grenzen blijft en haar werkzaamheden doet, is alles prima en mag ze de handelingen blijven uitvoeren (Art. 3:66 lid 1 BW)
o
Volmacht en handelingsonbekwaamheid (art. 3:63 BW) ! dat ik mijn zoon van 7 geld mee geef en hij daarmee een brood mag kopen. Sigaretten mag bijvoorbeeld gewoon niet, omdat dit in strijd gaat met de wet, dan is het rechtsongeldig. ! als mijn zoon van 7 aan een volwassene vraagt of die scooter voor hem wil kopen, dan mag dit niet.
Let op! Art. 3:63 BW Een handelingsonbekwame mag als gevolmachtigde optreden! Als iemand minderjarig is, mag hij nog steeds een auto kopen, als hij daarvoor gevolmachtigd voor een handelingsbekwame. (Dit staat los van alcohol & tabak, omdat hier overheidsregels op zijn gelegd.)
2
Er zijn aantal vormen van rechtshandeling door vertegenwoordiging: 1. (Eigenlijke) vertegenwoordiging • Het verrichten van een rechtshandeling door de ene (rechts)persoon namens een andere (rechts)persoon • De rechtsgevolgen van de rechtshandeling treden in voor die ander ! Als ik als caissière achter de kassa van Jumbo zit. Ik ontvang betalingen en verkoop boodschappen. Dit is duidelijk in naam van een ander, dus eigenlijke vertegenwoordiging.
2. Oneigenlijke verantwoording • Als een vertegenwoordiger optreedt in eigen naam, maar wel voor rekening van een ander. • Verschil met eigenlijke verantwoording is dat bij oneigenlijke vertegenwoordiging de rechtshandeling tot stand komt tussen de tussenpersoon en de wederpartij. Bij eigenlijke verantwoording is dit tussen de volmachtgever en de wederpartij. • Doorleveringsleer: Dat gevolmachtigde wel recht om het product te ontvangen, maar verplicht is deze door te leveren. (geldt niet bij onroerende zaken en toonderpapieren, dan is er directe verkrijging van wederpartij naar volmachtgever)
•
Betaling: tussenpersoon is bevoegd om geld in ontvangst te nemen, dan is wederpartij bevrijd van zijn schuld.
3. Lastgeving (art. 7:400 BW) • Overeenkomst waarbij de ene partij, de lastgever, de andere partij, de lasthebber, opdraagt voor zijn rekening handelingen te verrichten. Lastgeving is eigenlijk de afspraak tussen de vertegenwoordiger en degene die vertegenwoordigd wordt • Een lasthebber kan deze rechtshandelingen verrichten (art. 7:414 lid 1 BW) • Namens de lastgever (met volmacht = eigenlijke vert.) • In eigen naam (art. 7:414 lid 2 BW) (zonder volmacht = oneigenlijke vert.) Onbevoegde vertegenwoordiging • Bij onbevoegde vertegenwoordiging is volmachtgever niet gebonden (art. 3:66 lid 1 BW) • Volmachtgever toch gebonden indien: • Derde zich op vertrouwensbeginsel kan beroepen (artikel 3:61 lid 2 BW) • Derde heeft onder gegeven omstandigheden redelijkerwijs mogen aannemen dat volmacht was verleend • Derde heeft dit aangenomen ogv verklaring of gedraging van de volmachtgever • Sprake is van bekrachtiging (artikel 3:69 BW) ! Bekrachtiging = bevestiging, volmacht achteraf Een voorbeeld van onbevoegde verantwoording is als Pietje 100 pizza’s bij Domino’s besteld en laat afleveren bij zijn ex-vriendin, als wraakactie. Hiervoor geldt dat Domino’s zich niet op het vertrouwensbeginsel kan beroepen, omdat hij niet redelijkerwijs had mogen aannemen dat iemand 100 pizza’s besteld op een ander adres. Wanneer zijn ex de pizza’s accepteert, is er sprake van bekrachtiging en moet zij alsnog betalen. Dan heeft zij achteraf de volmacht verlening bevestigd.
3
Overeenkomsten
Hoofdstuk 7
College 2
Overeenkomsten = Meerzijdige rechtshandeling, er is dus wilsovereenstemming van minimaal 2 personen nodig. Bij deze rechtshandeling gaan 1 of meer partijen een verbintenis aangaan jegens 1 of meer anderen. (art. 6:213 BW) Eenzijdige overeenkomst Bij een eenzijdige overeenkomst ontstaan er echter slechts één verbintenis. Bijvoorbeeld: Jan heeft erfenis van €500 open staan voor Piet Verbintenis 1: Jan moet de €500 geven en Piet heeft het recht de €500 te ontvangen. That’s it! Geen tweede verbintenis. (artikel 7:175 BW schenkingsovereenkomst)
Wederkerige overeenkomst (art. 6:261 BW e.v.) Bij een meerzijdige overeenkomst ontstaan er daarbij meerdere verbintenissen. Bijvoorbeeld: Jan verkoopt auto voor €500 aan Piet Verbintenis 1: Jan moet de auto geven en Piet heeft het recht de auto ontvangen Verbintenis 2: Piet moet €500 betalen aan Jan en Jan heeft recht om €500 te ontvangen. ! Koop, huur, arbeid en verzekeringsoverenkomst
Totstandkoming overeenkomst Overeenkomst komt tot stand door aanbod + aanvaarding. (art. 6:217 BW) j.o. wil en verklaring (3:33 BW) 1. Aanbod Aan welke eisen moet aanbod voldoen? Een aanbod is pas geldig als daarin wordt aangegeven wat de voornaamste verplichtingen zijn die uit de overeenkomst worden voorgesteld. Als bepaalde elementen ontbreken, zoals de prijs, dan spreken we van uitnodiging tot het doen van een aanbod. Jurisprudentie van uitnodiging tot het doen van een aanbod:
HR Hofland / Hennes Deze jurisprudentie zegt: ! Dat niet ieder aanbod ook daadwerkelijk een aanbod is, soms is het een uitnodiging om in onderhandeling te treden. ! Bijvoorbeeld een advertentie in een woninggids met een vraagprijs. Hier zei de Hoge Raad ‘Deze mag je niet al als direct aanbod zien, maar als een uitnodiging om in onderhandeling te treden’ ! Ik zet op marktplaats mijn fiets te koop voor €90 dit is in eerste instantie een uitnodiging om in onderhandeling te treden. Als dan een koper mailt ‘Ik zou je fiets graag kopen voor €90 met de snelbinders erbij’ is dat pas het aanbod. Als ik dan weer terugstuur ‘Voor €100 krijg je de snelbinders er ook bij’ dan is dit opnieuw een aanbod, maar de advertentie op Marktplaats was pas enkel een uitnodiging.
Hoelang is het aanbod van kracht? Herroeping van een aanbod is mogelijk totdat de tegenpartij het aanbod aanvaard. • • • •
•
Een mondeling aanbod moet terstond worden aanvaard anders verliest het zijn kracht (art. 6:221 lid 1 BW) Schriftelijk aanbod verliest zijn kracht als het niet binnen redelijk termijn wordt aanvaardt (art. 6:221 lid 1 BW) Als in het aanbod een termijn voor nakoming is bepaald, dan verliest het aanbod kracht wanneer dit termijn is verstreken en nog niet aanvaard. (art. 6:219 BW) Soms is er sprake van een onherroepelijk aanbod. Dan kan het niet herroepen worden totdat de periode is verstreken, dus ook niet ook al is het nog niet aanvaard. Een voorbeeld hiervan is het optierecht bij een huis (art. 6:219 lid 1 BW) Bij een vrijblijvend aanbod kan het zelfs na aanvaarding nog worden herroepen (art. 6:219 lid 2 BW)
4
2. Aanvaarding Aanvaarding is als de wilsverklaring aansluit op het aanbod. Wanneer er te laat wordt aanvaard, dan vervalt het aanbod. Échter, wanneer het onverwijld aan de wederpartij is medegedeeld, kan het nog wel als tijdige aanvaarding worden gezien. (art. 6:223 BW) Op welk tijdstip komt overeenkomst tot stand? • Bij mondeling zodra de wederpartij heeft aanvaard. • Bij schriftelijk, zodra het bericht van de aanvaarding de wederpartij heeft bereikt, ontvangsttheorie (art. 3:37 lid 3 BW + art. 6:224 BW) Inhoud overeenkomst Uitgangspunt is contractsvrijheid Grenzen aan inhoud: art. 3:40 BW • Dwingende wetsbepaling
! Verschil dwingend en aanvullend is dat je niet kunt afwijken van dwingend. Bij aanvullende wetsbepaling mag je zelf afspreken wat je wilt, heb je niets afgesproken, dan geldt er een bepaalde wet.
• •
Strijd met de goede zeden Strijd met openbare orde
Inhoud van een overeenkomst (Artikel 6:248 BW) A. De partijafspraak B. De wet C. Gewoonterecht D. Redelijkheid en billijkheid
A. De partijafspraak • Schriftelijk of mondeling
! Zijn even sterk, alleen zijn schriftelijke bewijstechnisch gezien makkelijker.
• •
Algemene voorwaarden (zie college 3) Voor uitleg partijafspraak: Haviltex
! Weet iedereen wat je daarmee bedoelt? Bij containerbegrippen moet het voor iedereen duidelijk zijn, zodat alle kanten weten wat er bedoeld wordt en wat er van je verwacht wordt. ‘Moet van voldoende kwaliteit zijn…. Dan moet je ook weet WAT die voldoende kwaliteit dan is.’
B. De wet Aanvullend recht • Geldt als partijen over onderwerp zelf geen afspraken maken • Voorbeeld artikel 7:4 BW en artikel 7:6, lid 2 BW Dwingend recht • Betreft regelingen waarbij partijen niet mogen afwijken • Voorbeeld artikel 7:667 lid 7 BW en artikel 7:6 lid 1 BW C. Gewoonterecht • Algemeen of plaatselijk gebruik dan wel handelsgebruik ! Wat is normaal in bepaalde branche?
•
Bijvoorbeeld bij arbeidscontract heeft werknemer ook verplichtingen die in branche gebruikelijk zijn
! Denk aan werken op zondag! In de horeca wordt dit van je verwacht, is het logisch dat je iedere zondag moet werken, maar als leraar ga je niet allemaal zondagen naar school.
D. Redelijkheid en billijkheid (art. 6:2 lid 1 BW) • Aanvullende werking (art. 6:248 lid 1 BW) • Beperkende of derogerende werking (art. 6:248 lid 2 BW) ! Derogerend is de wet opzij zetten.
5
Wat partijen meestal regelen • Omschrijving product • Prijs product • Betalingsvoorwaarden • Leveringsvoorwaarden • Garantiebepalingen • Gevolgen wanprestatie • Wat valt onder overmacht • Conflictoplossing
Precontractuele fase
Hoofdstuk 5
College 1
Met de precontractuele fase/onderhandelingsfase bedoeld men de tijd vóórdat de overeenkomst tot stand komt. Hier ontstaan geen verplichtingen, omdat er nog geen overeenkomst is. De Hoge Raad bij Baris/Riezenkamp zegt dat aanvullend op de wet geldt dat hier spelregels zij van redelijkheid en billijkheid. A. Voorheen keek men naar 3 fases van jurisprudentie van Plas/ Valburg (Van Zeijl). ! In deze rechtspraak was dit kortom het geval: “Dit willen we, maar wel goedkoper”. Plas heeft een hele hoop kosten gemaakt en vervolgens koopt Valburg het bij een ander. Dit moet NIET kunnen. De Hoge Raad heeft gezegd dat op basis van redelijkheid en billijkheid de onderhandelingen al in een dusdanig stadium waren, dat de partijen naar redelijkheid konden verwachten dat er een contract tot stand zou komen en ze dus een schadevergoeding kunnen eisen.
B. Deze jurisprudentie is achterhaald. Nu kijk je naar de 2 fases volgens CCP/JPO! • Fase 1: Partijen zijn vrij onderhandelingen af te breken (is het uitgangspunt)
! Als je allemaal architecten uitnodigt, mag je het nog afbreken zonder dat er kosten mee gemoeid zijn.
•
Fase 2: Tenzij dit op grond van gerechtvaardigd vertrouwen wederpartij in tot stand komen overeenkomst of in verband andere omstandigheden van het geval onaanvaardbaar is. Fase 2 betekent schadevergoeding ! Je mag nog steeds afzien, maar dan wel met een vergoeding van de kosten. ! Bij deze fase 2 kun je ook vragen om meer dan een schadevergoeding, namelijk ook misgelopen gederfde winst. (Hier heb je enkel recht op als de wederpartij je zoveel gevoel geeft dat je zo een overeenkomt hebt, dat je nog maar paar details hoeft te regelen en dat je dan een overeenkomst hebt. Dit kon bij de vorige jurisprudentie pas bij fase 3.)
Scheidslijn fase 1 en fase 2 Hoge Raad: • Afhankelijk van bedoeling van partijen • Afhankelijk van verwachtingen over een weer • Gewicht van de punten waar pp het over eens zijn • Het voornemen om verder te onderhandelen Indekken tegen mogelijke schadebetalingsplicht: • Letter of intent
! Daarin dek je jezelf af dat je in zo’n fase 2 terecht bent gekomen en dus een schadevergoedingsplicht zou krijgen. Spelregels van de onderhandeling spreek je dus vantevoren af. ‘We moeten over alle 10 de punten eens komen en pas DAN komen we in fase 2’
•
Break-up fee ! Op moment dat we uit elkaar gaan, het blijft een X-bedrag dat we moeten betalen als de overeenkomst niet door gaat. Je dekt dus eigenlijk je schadevergoeding in.
6
Algemene voorwaarde
Hoofdstuk 7
College 3
Algemene voorwaarde: • Artikel 6:231 sub a BW • Algemene voorwaarden – Een of meer schriftelijke bedingen – opgenomen in een aantal overeenkomsten – Geen kernbeding (voldoende bepaalbaarheid)
! Een beding is een kernbeding als bij afwezigheid er van de overeenkomst niet zou ontstaan wegens onvoldoende bepaalbaarheid van verbintenissen. Als iets voor één overeenkomst geldt, bijvoorbeeld prijs of hoeveelheid, mag dat niet in de algemene voorwaarde, want dit moet in de koopovereenkomst. Het is dus een kernbeding als prijs etc. niet wordt genoemd in de algemene voorwaarde (DIT MAG OOK NIET, WANT HET MOET VOOR MEERDERE OVEREENKOMSTEN GELDEN) en het daarnaast ooook nog eens niet in de overeenkomst genoemd wordt.
–
Dwingend recht artikel 6:246 BW
! De weet beschermd contractpartners tegenover elkaar door regeling te geven in dwingend recht, je moet ze volgen!
Gebruiker Artikel 6:231 sub b BW Diegene die de Algemene Voorwaarde in overeenkomst gebruikt Wederpartij Artikel 6:231 sub c BW Diegene die de gelding van de Algemene Voorwaarde aanvaardt. Snelle gebondenheid Art. 6:232 BW Ook gebondenheid als wederpartij inhoud algemene voorwaarden niet kende of snapte. Vernietigbaarheid Algemene voorwaarde kunnen vernietigbaar zijn op 2 gronden: A. Beding onredelijk bezwaren Art. 6:233 sub a BW j.o. 236+237 ! Gelet op de aard en overige inhoud van de overeenkomst. Dat je er vanuit kan gaan dat sommige dingen niet geaccepteerd zouden worden als je bekijkt wat de gevolgen zijn.
B. Geen redelijke mogelijkheid geboden kennis te nemen Art. 6:233 sub b BW j.o. (6:234 BW) A. Onredelijk bezwarend Bij overeenkomst gebruiker en consument : ! Dus deze wet geld voor B2C, maar heel uitzonderlijk ook voor B2B, als de rechtsverhouding heel verschillend is, bijvoorbeeld met eenmanszaak piet tegenover Shell. Dit heet reflexwerking: bij B-to-Bje.
•
Zwarte lijst = onredelijk bezwarend (artikel 6:236 BW)
•
Grijze lijst = vermoed onredelijk bezwarend te zijn (6:237 BW)
•
T.a.v. niet-consument: lijsten eventueel reflexwerking
! Bescherming van de klant. Tegenbewijs is niet nodig, als het hierop staat is het vernietigbaar ! Beding op grijze lijst zullen op verzoek van wederpartij worden vernietigd, tenzij de gebruiker erin slaagt aan te tonen dat zij niet onredelijk bezwarend zijn voor de tegenpartij.
B. Mogelijkheid tot kennis nemen (6:234 BW) • In beginsel terhandstelling (lid 1) ! handje contantje “Alsjeblieft AV!” • Indien redelijkerwijs niet mogelijk: bekendmaking terinzageligging en kosteloze toezending op verzoek (lid 1 sub b) • Elektronische weg; wel mogelijkheid tot opslaan ten behoeve van latere kennisneming. Dit moet voor/bij afsluiten van overeenkomst. (lid 2) • Indien geen ovk via de elektronische weg, dan instemming nodig om AV via elektronische weg te versturen (lid 3) ! Dan: vernietigbaar (artikel 6:233 sub b BW)
7
Uitzondering vernietigbaarheid voor: 1. ‘Grote’ wederpartijen (6:235, lid 1 BW) • jaarrekening gepubliceerd • 50 of meer werknemers 2. ‘Pot verwijt ketel’ (6:235 lid 3 BW)
! Partij die meerdere malen dezelfde of nagenoeg dezelfde algemene voorwaarde in zijn overeenkomsten gebruikt. Dan is het niet vernietigbaar.
! Deze zijn uitgesloten van de vernietigingsgrond. Die kunnen het niet vernietigen.
Gevolgen overeenkomst ! Algemene samenvatting
Hoofdstuk 9+10+11
College 4
College 4
Verbintenis = Vermogensrechtelijke rechtsbetrekking tussen twee of meer personen, waarbij de ene persoon (schuldeiser of crediteur) het recht heeft op een bepaalde prestatie, die de andere persoon (schuldenaar of debiteur) verplicht is te verrichten. Als je een overeenkomst sluit, dan is dat een overeenkomst die tot stand komt door aanbod en aanvaarding. Algemene voorwaarden kan onderdeel zijn, hoeft niet. De inhoud van de verbintenis, datgene waar het om gaat wordt prestatie genoemd. Hierbij is diegene die recht heeft op de prestatie de schuldeiser/crediteur. Het recht van de crediteur wordt ook wel vorderingsrecht genoemd. Diegene die voor de presentatie moet zorgdragen, die moet nakomen is de schuldenaar/debiteur. De plicht van de debiteur heet schuld. ! Dus: Schuldeiser/crediteur heeft RECHT. Schuldenaar/debiteur heeft PLICHT Stel: Ik sluit een overeenkomst met Jan, dat ik zijn laptop koop. Er ontstaan over en weer twee verbintenissen: 1. Ik ben verplicht om geld te betalen en Jan hebt recht om betaald te krijgen 2. Jan heeft de verplichting om de laptop te geven en ik heb het recht om de laptop te krijgen. Als ik niet betaal, maar ik heb de laptop wel gekregen, gaat er iets mis. Jan wil toch zijn geld hebben. Dan kom je in de sfeer van wanprestatie, de tekortkoming in de nakoming van de verbintenis artikel 6:74 BW Ik schiet tekort in de nakoming van mijn verplichting van betaling en hij schiet te kort in zijn recht tot geld krijgen. Als ik moet betalen, en ik doe het niet, ben ik de schuldenaar en de ander, Jan, aan wie ik moet betalen, is de schuldeiser. (Tenzij mijn tekortschieten niet aan mij kan worden toegerekend. Wordt later behandeld)
Hoofdregel niet-nakoming: art. 6:74 lid 1 BW • Tekortkoming in de nakoming • Toerekenbaarheid • Schade • Causaal verband ! Tussen tekortkoming in de nakoming en schade. De schade die wordt geleden moet wel zijn ontstaan door de tekortkoming in de nakoming.
Vervolgens moet je dus gaan kijken of mijn niet-betaling toerekenbaar is of niet?
8
Toerekenbaarheid: Artikel 6:75 BW zegt dat: • NIET toerekenbaar is als er sprake is van overmacht • WEL toerekenbaar tekortschieten is: 1. Aan zijn schuld te wijten (Schuldaansprakelijkheid) 2. Voor zijn risico als: a. Volgens de wet volgens jouw risico Art. 6:76 + 6:77 BW b. Volgens rechtshandeling volgens jouw risico ! Als je garanties geeft in de algemene voorwaarden, dan ben je dus wél toerekenbaar
c. Risico verkeersopvatting ! Als het volgens normaal verkeer logisch is dat het voor zijn risico komt.
Stel er is toerekenbaar schade dankzij schuld/door risico: Moment van toerekening is als het tekortschieten wél toerekenbaar is en in verzuim treedt (6:81 BW). A. Hoofdregel: Na ingebrekestelling (6:82 BW) B. Zonder ingebrekestelling (6:83 BW en 6:74 lid 2 BW)
A. Als nakoming nog wel kan, moet er de kans worden gegeven om het alsnog na te komen. Dan wordt diegene die nou zou moeten leveren, in gebreken gesteld: art. 6:81, 6:82, 6:83 BW Dit moet schriftelijk worden gedaan. Dan stel je een termijn, en als dit termijn overschreden en diegene het dan vervolgens nog steeds niet heeft nagekomen, dan is het klaar. Dan komt diegene volgens de wet vanzelf in verzuim. Dan mag de ander schadevergoeding gaan eisen en wordt de overeenkomst ontbonden. B. Het kan dat niet altijd alsnog worden geleverd. Als dat niet kan, dan spreek je meteen in verzuim. dan is het klaar. Dan zit diegene die nog zou moeten leveren in verzuim. ! een bruidstaart kun je niet week erna leveren. Als nakoming onmogelijk is, dan heeft de crediteur dus recht op schadevergoeding volgens artikel (6:83 BW en 6:74 lid 2 BW) nakoming niet meer mogelijk rauwelijk ontbinding. Iemand is direct in verzuim, in gebreken stelling is niet nodig, omdat het simpelweg niet nagekomen kan worden. (Lees artikel 6:74 t/m 77 + 81 t/m 83 BW goed!) Gevolgen toerekenbaar niet nakoming - Verplichting betaling schadevergoeding (6:74 BW) o Vervangende schadevergoeding (6:87 BW) o Aanvullende schadevergoeding (6:85 BW) - Verplichting alsnog na te komen (3:296 BW) - Ontbinding van de overeenkomst (6:265 BW) Ontbinding van de overeenkomst (art 6:265 BW) • Wederkerige overeenkomst • Tekortkoming schuldenaar • Verzuim schuldenaar • Schriftelijke ontbindingsverklaring
9
Aanvullende SV Rechtshandeling
Hoofdstuk 9+10+11 Hoofdstuk 9
College 4
College 4
Een verbintenis is een vermogensrechtelijke betrekking (= een band) tussen twee of meer personen, waarbij de ene persoon het recht heeft op een bepaalde prestatie, die de andere persoon verplicht is te verrichten. Een verbintenis waarbij 1 schuldeiser is (dus 1 persoon die recht heeft) maar meerdere schuldenaren (dus meerdere met plichten) voor een dezelfde prestatie, wordt er gesproken van pluraliteit. Iedere schuldenaar is aansprakelijk voor eigen deel volgens artikel 6:6 BW
Rechtshandeling
Hoofdstuk 10
College 4
10
Exoneratieclausule H. 10
11