Gy naeco l ogie | Uro l ogie
De TVTO-operatie voor urineverlies bij inspanning
Deze folder is een aanp a ss i ng van de folder ‘De TVT-operatie vo or urineverlies bij inspanning’ gesch r even door de NVOG en NVU in 2001.
Obstetrie en Gynaecologie
Inhoudsopgave Inleiding
2
Wat is inspa n n i ngsincontinentie?
2
Aa nv u l lende onderzo eken
3
Behandeling van inspa n n i ngsincontinentie
4
Kiezen voor een behandeling
6
De TV TO-operat ie
6
Weer thuis
9
Co mplicat ies
9
Wanneer mo et u na de operat ie contact opnemen?
11
Vragen
11
1
De TVTO-operatie voor urineverlies bij inspanning
Inleiding Deze folder geeft informatie over de TVTO-operatie. TVTO is een af kort i ng van Ten s ion-free Vaginal Tape via het foramen obtu ratum. Bij de TVTO-operatie krijgt de urinebuis een draagband die zonder sp a n n i ng via de vagina (schede) wordt aangebracht. De draagband gaat via een opening in het heupbeen (foramen obturatum) naar de liesplooi (zie figuur 1.). De operatie wordt steeds va ker to e gepast bij inspanningsincont i nentie.
Fig uur 1
Wat is inspanningsincontinentie? Insp a n n i ngsincont i nentie is een vorm van urineverlies die vo orkomt bij insp a n n i ng zoals tillen, sporten of springen. Men spreekt ook wel van stress i ncontinentie. Met ‘st r ess’ wordt hier bedoeld dat het urineverlies optreedt als de druk in de buikhol te plot seling to eneemt door het aanspannen van de buikspieren. Dit gebeurt b i j vo orb e eld bij niezen, hoesten, lachen, tillen, sp orten of plot seling opstaan. U verliest dan urine zonder dat u aandra ng vo elt. Bij incont i nentieproblemen is het belangrijk dat de arts goed we et wat uw klachten zijn. Daarom moet u ze meestal in uw eigen wo orden beschri j ven. U krijgt daarna nog meer vragen: hoe 2
Obstetrie en Gynaecologie
gaat het met plassen, ontlast i ng en seksualiteit? Ook ziek ten, vro e gere medi sche ingrepen, eventuele eetproblemen, medicijngebruik en zwangerschappen komen ter spra ke. Al deze onderwerpen zijn mogelijk van belang vo or uw klach ten en daarmee vo or verder onderzoek en behandeling. Na het eerste gesprek volgt een gynaecolog i sch onderzo ek. Aan de hand van de verzamelde ge gevens bespreekt de arts met u of aa nv u l lend onderzoek noodza kelijk is. Urineonderzo ek en urodynamisch onderzoek (blaasfu nctie onderzo ek) worden bij deze klach ten regelma t ig uitgevo erd, maar soms is ook een cystoscopie, een echoscopie of rönt genonderzo ek nodig.
Aanvullende onderzoeken Urineonderzoek Een urineonderzo ek kan uitwijzen of u een blaasontstek i ng heeft. Urodynamisch onderzoek Bij een urodyna m i sch onderzo ek wordt nagegaan hoe de blaas preci es werkt. De verpleegkundige brengt via de urinebuis een dun slangetje (katheter) in de blaas en vult deze met vo cht. Terwijl u hoest of plast krijgt de verpleegkundige inf ormatie over de blaa sspier, de werk i ng van de bek kenbodem en het so ort urineverlies. Vo or dit onderzoek is een aparte afspraak nodig. Meer informatie vindt u in de brochure ‘blaasfunctieonderzoek’. Cystosco pie Een cystoscopie is een kijkonderzoek van de blaas en pla sbuis. Tijdens het onderzoek ligt u op een onderzoektafel met beensteunen. U ligt met uw benen gespreid, zodat de ingang van de pla sbuis en vag i na goed te zien is. De arts brengt via de pla sbuis een kijkbuisje in en vult de blaas met warm wa ter. De binnenka nt van uw blaas wordt dan bekeken. Nadat het bu i sje is verwijderd vraagt de arts of u wilt hoesten en persen; zo kan een verzakking 3
De TVTO-operatie voor urineverlies bij inspanning
zichtbaar worden. Het is mogelijk dat u het wa ter, waarmee de blaas gevuld is, verliest. Dat is niet erg, de arts krijgt zo een beeld van uw incont i nentie. Voor dit onderzoek is een aparte afspraak nodig. Meer inf ormatie over dit onderzoek vindt u in de brochure ‘k i j konderzo ek van blaas en pla sbuis’.
Behandeling van inspanningsincontinentie Wanneer er alleen klachten van insp a n n i ngsincontinentie zijn, wordt u do or de gynaecoloog of de uroloog behandeld. Als het nodig is, krijgt u een afspraak op het gezamen l i j ke spreekuur van de gynaecoloog en de uroloog. Beide art sen ku n nen de TVTOoperatie uitvo eren. Wanneer de insp a n n i ngs i ncont i nentie gepaard gaat met klach ten van andere organen (darmen, vagina) is soms onderzo ek, advies of behandeling door andere hu l p verleners gewenst. Bij insp a n n i ngsincontinentie zijn verschillende so orten behandelingen mogelijk: fys iotherapie, een ring of een operatie. De behandeling is afha n kelijk van uw klachten en de ge gevens van de onderzo eken. Het is belang rijk om met de minst ing rijpende behandeling te beginnen. Inspanningsincont i nentie is lastig, maar niet verontrustend. U hoeft dan ook nooit onmiddellijk een besliss i ng te nemen. Als er niet op een eenvoudige manier wat aan uw klach ten te doen is, kan de gynaecoloog of uroloog een ingrijpender behandeling zoals een operatie vo orstellen. U bent echter degene die de vo or- en nadelen van een behandeling tegen elkaar moet af we gen. Fysiotherapie Fys iotherapie heeft als doel de functie van de bek kenbodemspieren te verbeteren do or oefen i ng en tra i n i ng. U leert uw bek kenbodemspieren bewust te gebruiken. Door een go e de 4
Obstetrie en Gynaecologie
samenwerking van blaas en bek kenbodem ku nt u het urineverlies bij hoesten of lachen meestal vo orkomen of verminderen. Een ring of pessarium Een ring (pessarium) biedt soms een oploss i ng vo or klach ten van insp a n n i ngs i ncont i nent i e. Do or een ring wordt een verzakte blaas of urinebuis op de juiste plaats teruggebrach t. Niet el ke vrouw met incont i nentieklach ten kan met een ring geholpen worden: de stev ig heid van de bek kenbodem speelt hierbij een rol. Een goed p a ssende ring voelt u niet zitten, ook niet bij gemeenschap. Een ri ng kan zo vo or sommige vrou wen een simpele oploss i ng zijn vo or insp a n n i ngsincontinentie. Andere hulpmiddelen Bij klach ten van insp a n n i ngsincontinentie zijn er naast bek kenbodemoefeningen en een ring nog andere mogelijkheden om de klach ten te verminderen. Een simpele oploss i ng is het inbrengen van een (eventueel natgemaakte) tampon in de vagina. Hierdo or wordt de overgang tu ssen de blaas en de urinebuis als het ware wat naar boven ge d u w d, zodat de urine moeil i j ker we gst ro omt. Vo or vrou wen die bijvo orbeeld alleen tijdens sp orten last van urineverlies hebben, is dit soms voldo ende. Er is nog een aantal andere hulpmiddelen die u zelf in de vagina of de urinebuis kunt inbrengen om ongewenst urineverlies te gen te gaan. De arts kan u hierover inf ormeren. Operatieve behandelingen Als de hierboven besch r even maa t r e gelen uw klachten niet verhelpen wordt do orgaans een operatie aangeraden. De so ort operatie is afhankelijk van uw klach ten en de uitslagen van de onderzo eken. Een operatie heeft als vo ordeel dat uw klachten meestal verminderen of verdwijnen. Wel moet u er rekening mee houden dat de klachten na een aantal jaren kunnen terug keren. Ook is er een kleine kans op complicaties.
5
De TVTO-operatie voor urineverlies bij inspanning
Voor inspanningsincontinentie bestaan meerdere so orten operaties waar de TVTO-operatie er één van is.
Kiezen voor een behandeling Soms is het mogelijk tussen behandelingen te kiezen. Bij insp a n n i ngs i ncont i nentie is fys iotherapie vaak de eerste keuze. Als dit onvoldoende helpt, kan een ring worden geplaatst of een operatie worden uitgevo erd. Beide behandelingen hebben vo oren nadelen. De keuze tussen een ring of een operatie ha ngt natuurlijk af van de vraag of er een ring vo or u is die uw klachten voldoende kan verhelpen. Is dat niet het geval, dan is het alternatief een operatie of leren leven met de klachten. Als een ring wel past en uw klach ten kan verhelpen, is het uw beslissing of u de ring wilt bl i j ven gebruiken of to ch vo or een operatie kiest. Bij een ring is er altijd een kleine kans dat op la tere leeftijd alsnog een operatie noodza kelijk is. Maar ook na een operatie kan het gebeuren dat de klachten terug komen en dat u opnieuw geopereerd moet worden. Het kan zijn dat u naast insp a n n i ngsincontinentie ook last heeft van urineverlies dat vo oraf ge gaan wordt door hev ige aandrang. Dan is de TVTO-operatie niet altijd een goede oploss i ng vo or u. De arts zal dit dan met u bespreken.
De TVTO-operatie Wat is een TVTO-operatie? De TVTO-operatie is een operatie om insp a n n i ngsincontinentie te verhelpen. Het doel van deze operatie is om het afsluitmechanisme van de blaas te versterken. Bij de operatie wordt er een bandje onder de urinebuis gelegd, zodat de plasbuis beter wordt ondersteund tijdens hoesten 6
Obstetrie en Gynaecologie
en lachen. De arts brengt de band via de vagina in en leidt hem via de openingen in de heupbeenderen naar de liesplo oi en. De draagband wordt niet vast gehecht omdat het do or de aard van het gebruik te ma teriaal niet kan verschuiven en binnen korte tijd verg roeit met het weefsel eromheen. Er komen twee kleine wondjes in de liesplooien (zie figuur 2.).
Fig uur 2
Resultaten Na een TVTO-operatie duurt het zes weken vo ordat u ku nt zeggen of de operatie uw klachten heeft verholpen. De kans dat het urineverlies helemaal verdwijnt, is ongeve er 86%. Bij 8% van de geopereerde vrouwen vermindert het urineverlies duidelijk, maar zij zijn niet helemaal dro og. Bij 6% van de vrouwen helpt de operatie niet. Bedenk dus dat er geen garantie op suc ces is. Voorbereiding De operatie vindt meestal in dag b ehandeling plaats. Als u bloedverdunnende me di cijnen (bijvo orbeeld, ascal, sintrom, marcoumar of persa ntin) gebruikt, stopt u, in overleg met de urolo og of gynaecoloog een aa ntal dagen vo or de operatie hiermee. U krijgt een afspraak thuis gestuurd vo or het preoperatieve spreekuur. Tijdens het pr e opera t i eve spreekuur 7
De TVTO-operatie voor urineverlies bij inspanning
heeft u een afspraak met de anesthesiolo og over uw gezondheid en eventuele me di cijnen die u gebruikt. Verder bespreekt de anesthesiolo og de vorm van anesthesie met u (na r cose of ruggenprik). Vervolgens krijgt u informatie over het verloop van de operatie en wel ke vo orbereidi ngen hier verder vo or nodig zijn. Daarna wordt u ingepland vo or de operatie. De operatie U krijgt een infuus en de anesthes ioloog geeft u de na r cose of een ruggenprik. Tijdens de operatie ligt u op een operatietafel met beensteunen. U ligt met uw benen gespreid, zodat de ingang van de pla sbuis en vag i na goed te zien is. Er wordt een sneetje gemaakt in de vo orwand van de schede. Via deze opening wordt het bandje ingebracht waarna het via de liesplo oi we er naar bu i ten komt. Nadat het bandje is aangebracht, worden de twee uite i nden van het bandje net onder de huid af geknipt. Daarna wordt de huid gehecht of met een plakstrip afgedekt. Om ontstek i ngen te vo orkomen, krijgt u tijdens de operatie een ant i b ioticum. Bent u overgevo elig vo or een bepaald so ort antibiot i cu m, vertelt u dit dan vo or de operatie, zodat de arts hier rekening mee kan houden. Na de operatie Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. Als u pijn heeft of m i sselijk bent, krijgt u medicijnen. Daarna gaat u naar de nazorgru i m te of naar de verpleegafdeling. Na de operatie heeft u een infuus om voldoende vo cht binnen te kri j gen. Als u voldoende drinkt kan dit infuus worden verwijderd. Nadat u de eerste keren geplast heeft, controleert een verpleegkundige met een scan of u de blaas voldoende leeg plast. Na twee à drie ke er pla ssen lukt dit meestal go e d. Als het pla ssen goed gaat, kunt u naar huis. U krijgt een afspraak mee vo or een controle op de polikliniek.
8
Obstetrie en Gynaecologie
Na de operatie veroorzaakt het wondje in de vag i na vaak een paar dagen wat bloedverlies of een wat bloederige afscheiding. De eerste dagen kunt u medicijnen te gen de pijn gebruiken.
Weer thuis Direct na de operatie kunt u we er onder de douche. Wij raden u aan om de eerste twee weken na de operatie geen bad te nemen om de wondjes in de lies goed te la ten genezen. Me estal is de bloederige afscheiding uit de vagina dan ook gestopt. Gebruik de eerste vier weken na de operatie ge en tampons en wacht ook vier weken met gemeenschap. Het plassen De eerste weken na de operatie hoeft u niet extra te dri n ken. Wel is het bela ng rijk regelmatig te pla ssen, tenminste vijf ke er per dag. De eerste weken heeft u soms last van ongewild urineverlies. Ook kunt u tijdelijk meer aandrang voelen. Sommige vrou wen hebben het gevo el ‘over een weerstand’ te pla ssen. Dat gevo el verdwijnt la ter vanzelf. Niet zwaar tillen De eerste twee weken is het belang rijk om niet zwaar te tillen: geen kinderen tillen, ge en zware boodschappentassen dragen en geen ander zwaar werk doen. Bespreek vo or de operatie met de arts of het verstandig is extra hulp vo or deze periode te regelen. Daarna kunt u uw gewone werkzaamheden gaandeweg hervatten.
Complicaties Zoals bij iedere operatie kunnen er ook bij de TVTO-operatie complica t i es opt r e den. De kans op complicaties is klein. We b eschri j ven hier de complicaties die het meeste vo orkomen. 9
De TVTO-operatie voor urineverlies bij inspanning
Een blaasontsteking Soms treedt na de operatie een blaasontsteking op, maar bij gebruik van een ant i b ioticum tijdens de operatie komt dit zelden vo or. Een kleine bloeduitstorting in de liesplooien Bij een bloeduitstorting ziet u een rode bult van opgehoopt bloed onder de sneet j es. Vaak verdwijnt dit va nzelf: de bloeduitstort i ng verspreidt zich dan onder de huid, waardoor het omringende gebied alle kleuren van de regenboog aanneemt. Soms komt het bloed via de sneet j es naar buiten. Dit kan geen kwaad. Als bloed en wondvocht naar bu i ten gekomen zijn, genezen de wond j es vanzelf. Gebruik in die tijd een pleister of een gaa sje om uw kleren te beschermen. Een bloeding in de vagina tijdens de operatie Als deze complicatie opt r e e d t, wordt een tampon in de vagina gebracht om de bloeding te stoppen. Daarnaast wordt er een blaaskatheter ingebracht. Eén of twee dagen na de operatie worden deze verwijderd. U blijft dan iets langer in het ziekenhuis. Het lukt niet om te plassen Bij sommige vrouwen lukt het na de operatie niet om te plassen. Het is dan nodig tijdelijk een blaaskatheter in te brengen. Meestal lukt het plassen na een paar dagen wel, maar bij en kele vrou wen (minder dan 1 %) blijft de klacht bestaan. Zij moeten leren om zelf de blaas een aantal keren per dag met een ka t heter leeg te maken. Het bandje kan na een aantal maanden wel worden losgemaakt, maar niet meer worden verw i j derd. Een beschadiging van de urinebuis of de blaas Bij deze zeldzame complicatie ontstaat een gat in de urinebuis of blaas. Deze beschadig i ng wordt di r ect hersteld. De blaaska t heter blijft minimaal een week in de blaas. U moet langer in het zieken-
10
Obstetrie en Gynaecologie
huis bl i j ven. Een beschadiging van de blaas of urinebuis geneest meestal goed. Een nieuwe klacht: aandrangincontinentie In de eerste dagen en weken na de operatie ontstaat soms een nieuwe klacht: aandra ng i ncontinentie. Er is dan zeer vaak aandrang om te pla ssen. Me estal is dit tijdelijk, bij 7 – 10 % van de patiënten is het ech ter een bl i j vende klacht.
Wa n neer moet u na de operatie contact opnemen? Neem bij onverwach te gebeurten i ssen zoals koorts, ve el pijn, ve el bloedverlies, of niet goed kunnen plassen contact op met de behandelend arts of diens plaatsverva nger. Af deling Urologie (050) 361 44 11 Af deling Gy naecologie (050) 361 31 07 Beide afdelingen zijn bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 8.00 tot 16.30 uur. Bu i ten deze uren kunt u in geval van spoed het algemene nummer van het UMCG bellen, telefoonnummer (050) 361 61 61 en vragen naar de di enstdoende urolo og of gynaecolo og. Controle na de operatie De urolo og of gynaecolo og verwacht u zes tot acht weken na de operatie vo or cont role. Bij deze cont roles is het beter dat de blaas niet leeg is. Zo kan de arts een indruk kri j gen of de operatie suc ces heeft gehad.
Vragen Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, aarzel dan niet deze met uw arts te bespreken.
11
De TVTO-operatie voor urineverlies bij inspanning
Aantekeningen
12