K K LE W I N EE E K
GROOTS TUINIEREN OP EEN KLEINE OPPERVLAKTE
DE TUIN DOKTER
K K LE W I EE NE K
GROOTS TUINIEREN OP EEN KLEINE OPPERVLAKTE
DE TUIN DOKTER
00 VOORWOORD Leven we boven onze stand?
III.
00 INLEIDING Groots tuinieren op kleine oppervlaktes
ONTWERP ZELF JE KLEINE KWEEK – TUIN 00 20 NUTTIGE STARTTIPS
00 WELKE PLANTEN ZIJN GESCHIKT VOOR DE DAKTUIN?
00 WELK ONDERHOUD MOET IK GEVEN? 00 WAT KOST ZO’N TUIN? 00 OVERIGE VRAGEN EN WEETJES
00 BEHOEFTES BEREKENEN
K
GROOTS TUINIEREN OP EEN KLEINE OPPERVLAKTE
I. TUINIEREN OM TE COMMUNICEREN
00 EXPRESSIE MET PLANTEN
M.B.V. WISKUNDIGE FORMULES
00 SOORTEN PLANNEN 00 VERKLARING VAN ENKELE MOEILIJKE ONTWERPBEGRIPPEN
00 OEFENING BAART KUNST
DE GEVELTUIN EN GROENE GEVEL
WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
EN MATERIALEN
IV.
00 EXPRESSIE MET KLEUREN
WELK TYPE TUINIER BEN JIJ EIGENLIJK?
V.
00 WAT IS EEN GEVELTUIN EN
00 EXPRESSIE MET ORNAMENTEN
II.
DE DAKTUIN OF GROENDAK
00 WAT IS EEN DAKTUIN EN WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
00 DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN 9 STAPPEN
00 DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN 4 STAPPEN
00 WANNEER KAN JE EEN GEVELTUIN AANLEGGEN?
00 CHECKLIJST: WAARAAN MOET EEN GEVEL VOLDOEN?
00 WAT ZIJN DE VOORDELEN? 00 WAT ZIJN DE NADELEN?
00 SAMEN JOUW GEWOONTES EN
00 WANNEER KAN JE EEN DAKTUIN
00 WELKE PLANTEN ZIJN GESCHIKT
00 SAMEN JOUW TUINPROFIEL ANALYSEREN
00 CHECKLIJST: WAARAAN MOET
00 WELK ONDERHOUD MOET IK GEVEN?
00 DOE DE TEST
00 WAT ZIJN DE VOORDELEN?
00 BETEKENIS VAN DE VERSCHILLENDE
00 WAT ZIJN DE NADELEN?
LEVENSSTIJL ANALYSEREN EN BEPALEN
EN BEPALEN
PROFIELTYPES
AANLEGGEN?
EEN DAK VOLDOEN?
VOOR DE GEVELTUIN?
00 WAT KOST ZO’N TUIN? 00 OVERIGE VRAGEN EN WEETJES
K
VI. DE STADSTUIN – TUINEN IN DE STAD 00 WAT IS EEN STADSTUIN EN
WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
00 DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN … STAPPEN
00 WANNEER KAN JE EEN
STADSTUIN AANLEGGEN?
00 CHECKLIJST: WAARAAN MOET EEN RUIMTE VOLDOEN?
00 WAT ZIJN DE VOORDELEN? 00 WAT ZIJN DE NADELEN? 00 WELKE PLANTEN ZIJN GESCHIKT
WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
00 DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN … STAPPEN
00 WANNEER KAN JE EEN
KAMERTUIN AANLEGGEN?
00 CHECKLIJST: WAARAAN MOET EEN KAMER VOLDOEN?
00 WAT KOST ZO’N TUIN? 00 OVERIGE VRAGEN EN WEETJES
VII.
DE KAMERTUIN – BINNENSHUIS TUINIEREN
00 WAT IS EEN KAMERTUIN EN
00 WAT KOST ZO’N TUIN?
00 WAT ZIJN DE NADELEN?
00 OVERIGE VRAGEN EN WEETJES
00 WELKE PLANTEN ZIJN GESCHIKT VOOR DE POTTUIN?
00 WAT ZIJN DE NADELEN?
00 OVERIGE VRAGEN EN WEETJES
00 WELKE PLANTEN ZIJN GESCHIKT
VIII.
DE POTTUIN – TUINIEREN IN POTTEN
00 WAT IS EEN POTTUIN EN
WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
00 DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN … STAPPEN
00 WANNEER KAN JE EEN
POTTUIN AANLEGGEN?
00 CHECKLIJST: WAARAAN MOET
DE HANGENDE TUIN
WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
IX.
00 WELK ONDERHOUD MOET IK GEVEN?
00 WAT IS EEN HANGENDE TUIN EN
VOOR DE KAMER TUIN?
00 OVERIGE VRAGEN EN WEETJES
X.
00 WELK ONDERHOUD MOET IK GEVEN? 00 WAT KOST ZO’N TUIN?
00 WAT KOST ZO’N TUIN?
00 WELK ONDERHOUD MOET IK GEVEN?
00 WAT ZIJN DE VOORDELEN?
00 WAT ZIJN DE VOORDELEN?
VOOR DE STADSTUIN?
00 WELK ONDERHOUD MOET IK GEVEN?
EEN POT VOLDOEN?
DE BALKONTUIN – TUINIEREN OP EEN ‘HOGER LEVEL’
00 WAT IS EEN BALKONTUIN EN
WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
00 DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN … STAPPEN
00 WANNEER KAN JE EEN
BALKONTUIN AANLEGGEN?
00 CHECKLIJST: WAARAAN MOET EEN BALKON VOLDOEN?
00 WAT ZIJN DE VOORDELEN? 00 WAT ZIJN DE NADELEN? 00 WELKE PLANTEN ZIJN GESCHIKT VOOR DE BALKON TUIN?
00 DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN … STAPPEN
00 WANNEER KAN JE EEN HANGENDE TUIN AANLEGGEN?
00 CHECKLIJST: WAARAAN MOET EEN MUUR VOLDOEN?
00 WAT ZIJN DE VOORDELEN? 00 WAT ZIJN DE NADELEN? 00 WELKE PLANTEN ZIJN GESCHIKT VOOR DE HANGENDE TUIN?
00 WELK ONDERHOUD MOET IK GEVEN? 00 WAT KOST ZO’N TUIN? 00 OVERIGE VRAGEN EN WEETJES
IN … STAPPEN
00 WANNEER KAN JE EEN
00 WAT IS EEN WOESTIJNTUIN EN
00 CHECKLIJST: WAARAAN MOET
00 DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE
00 WAT ZIJN DE VOORDELEN?
DE WOESTIJNTUIN
WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
IN … STAPPEN
00 WANNEER KAN JE EEN
WOESTIJNTUIN AANLEGGEN?
00 CHECKLIJST: WAARAAN MOET EEN RUIMTE VOLDOEN?
BEWEEGBARE TUIN AANLEGGEN?
EEN RUIMTE VOLDOEN?
00 WAT ZIJN DE NADELEN? VOOR DE BEWEEGBARE TUIN?
00 WELK ONDERHOUD MOET IK GEVEN? 00 WAT KOST ZO’N TUIN?
00 WAT ZIJN DE NADELEN?
00 OVERIGE VRAGEN EN WEETJES
00 WELKE PLANTEN ZIJN GESCHIKT
00 OVERIGE VRAGEN EN WEETJES
DE BEWEEGBARE TUIN – VERPLAATSBARE TUINEN
00 WAT IS EEN BEWEEGBARE TUIN EN WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
00 DE TOP 7 VAN DE PROBLEMEN (EN HUN OPLOSSINGEN)
XV.
PLANTEN KIEZEN VOOR JE TUIN – KLEINE KWEEK
(NAAM, KLEUR, WELK TUINTYPE,…)
XII.
HET ONDERHOUD VAN JE KLEINE KWEEK
00 KLEINE KWEEK = KLEIN ONDERHOUD?
XII.
00 JE KLEINE KWEEK IN EVENWICHT
00 HANDIGE PLANTENLIJST
VOOR DE WOESTIJNTUIN?
00 WAT KOST ZO’N TUIN?
OVERZICHT VAN ENKELE VEEL VOORKOMENDE PROBLEMEN
00 WELKE PLANTEN ZIJN GESCHIKT
00 WAT ZIJN DE VOORDELEN?
00 WELK ONDERHOUD MOET IK GEVEN?
XIV.
00 MISHANDEL JE PLANTEN NIET 00 HANDIGE CHECKLIJST OM DE
GESCHIKTE PLANTEN TE KIEZEN
K
GROOTS TUINIEREN OP EEN KLEINE OPPERVLAKTE
K
XI.
00 DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE
00 SLOT Tuinieren in de 21ste eeuw 00 DANKWOORD
00 DE MODERNE TUINIER KOOPT
00 INDEX
00 DE ONDERHOUDSKALENDER
00 BIBLIOGRAFIE & BRONNEN
EEN THERMOMETER
00 DE ACTIEVE TUINPERIODE 00 DE PASSIEVE TUINPERIODE
9.
KLEINE KWEEK
III. ONTWERP ZELF JE KLEINE KWEEK – TUIN
10.
11.
ONTWERP ZELF JE KWEEK-TUIN
EEN ONTWERPER IS EIGENLIJK EEN DROMER. HIJ/ZIJ ZIET IMMERS DINGEN DIE ER OP HET MOMENT VAN HET ONTWERP NOG NIET ZIJN EN DIKWIJLS NOG NIET EENS BESTAAN.
Een mooie tuin of groene creatie, een harmonieuze realisatie of een onberispelijke uitvoering is heel vaak het gevolg van een degelijk ontwerp. Al dan niet worden ze voorzien of begeleid door een extra scheut vakkennis van een professional zoals een ervaringsdeskundige, de tuinaannemer of een (tuin)architect. Tuinieren begint immers in je eigen hoofd. Altijd. Je hebt een droom, of een bepaalde behoefte, of soms heb je gewoon een leuk idee. Je zet dat idee best om in een plan. Je maakt een tekeningetje ; op papier of op je computer; en eventueel een lijstje met alle benodigdheden om daarna te eindigen in de praktijk. Ontwerpen doe je het best in fasen. Afhankelijk van je groene behoefte, het beschikbare budget, het tijdstip van uitvoering, enz. worden diverse schetsen en plannen getekend alvorens de werkelijke aanleg, opbouw of uitvoering van je tuin kan starten. Hoe klein de beschikbare ruimte ook is, ontwerpen en composities kunnen meer of minder moeilijk zijn of verschillende vormen van complexiteit vertonen. Ik denk spontaan aan de opbouw en de technische constructie van een groene gevel. Je ziet het achteraf vaak niet eens! Ze kunnen ook allerlei abstractieniveaus bezitten en statisch of dynamisch van karakter zijn. Deze en andere samenhangende begrippen (bv. ritme, verhouding, harmonie, contrast,…) vormen de basis van waaruit het ontwerp kan “bedacht” worden. Een kunst bij het ontwerpen, enerzijds, is om een geheel duidelijk en toch afwisselend te maken / of te laten zijn! Een degelijke en brede materiaal- en plantenkennis, anderzijds, zorgen dat het gehele plaatje klopt. De waarschijnlijkheid of de veronderstelling bij het waarnemen speelt hierbij een belangrijke rol. Een bijkomende kunst bij het ontwerpen is ook om een informatievolle omgeving te ontwerpen, binnen het spanningsveld van de tegenstelling. Dus enerzijds duidelijke vormen, die anderzijds zo zijn dat ze plotselinge verrassende veranderingen, afwijkingen of toevoegingen vertonen of plotselinge ruimte effecten opleveren die niet voorzien of verwacht werden… of in de chaos ontstaan! Dat kan bijvoorbeeld door de afwisselende kleurenpaletten van planten doorheen de verschillende seizoenen zijn. Ik leg in dit hoofdstuk een methode uit waarop je kan bouwen. Van basis tot heuse presentatie… van “chaos” naar “gestructureerde orde”!
20 NUTTIGE STARTTIPS
20 NUTTIGE STARTTIPS
Een ontwerp op papier is eigenlijk een middel om te communiceren. Met jezelf, zodat je later nog weet waarom je welke keuze gemaakt hebt, maar ook met anderen, om hen makkelijker uit te leggen wat jij precies bedoelt. De afgelopen jaren mocht ik zelf werken voor zeer verschillende opdrachtgevers in binnen- en buitenland. Ik gaf ook les aan tientallen cursisten en leerlingen; waarvan sommigen niet die sterke verbeeldingskracht hebben die eigenlijk soms wel nodig is. Daarom heb ik 20 eenvoudige tips gebundeld zodat eigenlijk iedereen kan starten :
1
NOTEER AL JE IDEEËN gedurende een voorbereidingsperiode. Neem daarvoor voldoende tijd, want ‘tijdloze’ ideeën hebben soms wel even ‘tijd’ nodig om te rijpen. Je kan ook veel ideeën opdoen door eens op tuinreis te gaan, open tuinen te bezoeken, of door gewoon te wandelen in de stad, in het bos of langs het strand.
2
STEL EEN WENSEN- EN EISENLIJSTJE OP Laat je daarbij inspireren en leiden door je zintuigen. (vb. geur, kleur, smaak,…) Stel je enkele duidelijke vragen zoals: - Is het belangrijk dat planten eetbaar zijn? - Wil ik veel insecten (bijtjes, vlinders,..) lokken? - Verkies je allemaal bladhoudende planten? - Welke sfeer en gevoel wil ik dat de tuin/het balkon/de groene ruimte heeft? - Hoe wil je dat anderen jouw tuin/balkon/groene ruimte ervaren?
EXTRA WEETJE: Som ook eens op wat je zeker NIET wil! Soms is dat zelfs makkelijker dan een lijstje te maken van alle dingen die je wel wilt. Houd daarbij steeds rekening met alle leden van het gezin of de samenstelling van de woongemeenschap.
3
VERZAMEL FOTO’S van je tuindromen, je favoriete planten en alle dingen die je mooi vindt. Als je met meerdere mensen bent dan is het raadzaam dat iedereen dat doet. Aansluitend kunnen jullie vergelijken met elkaar en een uiteindelijke keuze maken. De foto’s zullen later nodig zijn om een visuele presentatie te kunnen maken; of om ze te kleven op je plan.
12.
ONTWERP ZELF JE KWEEK-TUIN
4
BEPAAL WELK TUINTYPE JIJ BENT Ken je eigenlijk je tuinprofiel? Vul daarom ook zeker het lijstje in >> eerder in dit boek, pag XXX ;
5
VERTREK STEEDS VAN HET BASIS- OF GRONDPLAN van je tuin(tje), balkon, je gevel of het dak dat je wilt beplanten. Op een grondplan staan alle vaste elementen = dingen die dus nooit zullen veranderen. Maak bij voorkeur een plannetje op schaal 1/100. Dat wil zeggen dat elke cm (centimeter) op papier overeenkomt met 1 m (meter) in werkelijkheid. Let erop dat je het ganse ontwerp of plan in dezelfde schaal tekent! Plaats er ook steeds de oriëntatie of de windrichtingen bij. Plaats op je plan bij voorkeur een pijl dat wijst naar het noorden. Een plan is eigenlijk niet correct indien het deze 2 basisgegevens niet bevat: (1) de schaal ; (2) de oriëntatie.
10
GEBRUIK DE GOEDE RAAD OF DE KRITISCHE OPMERKINGEN van de anderen vervolgens om aansluitend verder te werken. Het geheel of de uiteindelijke realisatie kan er slechts beter door worden. Vergeet niet, diegene die jouw plannen te zien kreeg kent jou vaak goed/beter dan je zelf vermoedt!
6
BEPAAL EERST DE STRUCTUURLIJNEN. Dat zijn de vormlijnen (vb. strakke lijnen of eerder losse, organische en natuurlijke vormen). Start steeds met de opvulling van de grootste vlakken, zoals de plaats waar de (terras)meubelen komen te staan, enz.
7
MAAK ALTIJD VERSCHILLENDE STRUCTUURPLANNEN. Een structuurplan is eigenlijk een bovenaanzicht van de tuin. Tenzij je een groene gevel ontwerpt natuurlijk. Maak bij voorkeur minstens 3 verschillende structuurplannen en doe dat bij voorkeur op een ander tijdstip (niet allemaal na elkaar dus). Je hebt volgende week immers misschien een andere ‘muze’ , een leuker idee of je bent in andere ‘ontwerpenergie’ dan vandaag. Ideeën moeten immers goed rijpen. Tenzij je meteen vastberaden bent!
8
BEKIJK JE ONTWERPEN OOK ALTIJD EENS OP AFSTAND. Je ziet steeds meer van op een afstandje dan wanneer je met je neus boven je plan hangt. De meeste realisaties zal je ook nooit zien zoals je ze op papier (op op de computer) ontwerpt.
9
VRAAG FEEDBACK AAN NAASTE FAMILIE OF VRIENDEN; de mening van een ander is belangrijk. Laat anderen jouw tekeningen en ontwerpen zien en vraag wat zij ervan vinden en kunnen opmaken of begrijpen. Vraag het bij voorkeur aan je naaste familie of vrienden, want zij kennen jou(w grillen en behoeften). Misschien zouden zij iets anders doen, dat geeft niet.
EXTRA WEETJE: Luister naar de opmerkingen van anderen, er zitten misschien wel hele goede ideeën en tips bij! Hoe stuntelig of ‘creatief artistiek’ jouw tekeningen ook zijn, vraag je dan gewoon af of zij het beter kunnen. En concludeer: ‘so what’…
11
BEPAAL aansluitend EEN DUIDELIJK ONTWERP EN EENDUIDIGE WERKSTIJL. Houd overzicht en ‘orde’ in je chaos. Teken bijvoorbeeld alle tegels (vb. je terras) in dezelfde stijl of met hetzelfde fijne stiftje, enz. Of teken alle planten van eenzelfde soort in hetzelfde symbool, maar let op: doe dat enkel wanneer de beschikbare ruimte van je micro tuin voldoende groot is. Anders wordt je ontwerp onoverzichtelijk en slordig. Daarvoor heb je eerder al foto’s verzameld, die je in een later stadium op/naast je ontwerp kan kleven.
12
GEBRUIK KLEUREN in je ontwerpen. vb. kleur (1) donkergroen = alle bladhoudende (winter groene) planten ; kleur (2) paars = de bodembedekkers ; kleur (3) licht geel = het terras,… Daarom hoeft de kleur van je terras natuurlijk niet (in werkelijkheid) ‘licht geel’ te zijn/te worden. Je hoeft ook nog niet te weten welke plant je op welke plaats je wilt zetten.
EXTRA WEETJE: Overdrijf nooit met kleuren op een plan, het is geen kleurboek. 3 tot (max.) 5 kleuren moeten zeker volstaan. Het kleuren heeft enkel als doel om meer duidelijkheid te bieden. De kleuren zullen je ook meteen de verhoudingen tonen (vb. waar heb je het meeste van?). Bekijk je gekleurde ontwerp/plan daarna opnieuw van op een afstand.
13
TEKEN EERST DE VASTE ELEMENTEN en de blijvende tuinwaarden : dit zijn de dingen die niet kunnen verplaatst worden. Teken nauwkeurig, gebruik dezelfde schaal! Neem aansluitend enkele kopijen van het plan. Werk aansluitend verder op de kopijen, zodat je niet steeds opnieuw alles moet hertekenen.
14
PLANTEN KIES JE LATER. De plantenopvulling (en het berekenen van de benodigde aantallen voor jouw tuin) komt immers nadat je de blijvende vaste waarden bepaald hebt.
14.
15.
ONTWERP ZELF JE KWEEK-TUIN
15
BEREKEN DE OPPERVLAKTEN, VOLUMES EN BEHOEFTEN nadat je alles verzameld en getekend hebt. Nu kan je pas beginnen met het berekenen van de benodigde materialen, planten, het volume van de potgrond, enz.
EXTRA WEETJE: Gebruik de juiste formules om correcte berekeningen te doen. Zie verder in dit hoofdstuk op pagina XXX
16
MAAK EEN GESTRUCTUREERD LIJSTJE: A. VASTE MATERIALEN (tegels, palen, steunconstructie, e.a.) , B. VERPLAATSBARE MATERIALEN (potten, bakken, meubelen, lichtjes, e.a.) , C. BASISGRONDSTOFFEN (vb. potgrond en meststof) , D. PLANTEN E. ..
20 NUTTIGE STARTTIPS
17
ZOEK ALLES OP OVER DE MATERIALEN EN DE PLANTEN. Je koopt toch ook geen pup (= een jonge hond) zonder te weten welke behoefte of omvang het beestje later zal hebben? Laat je bij voorkeur bijstaan door een adviseur, een medewerker uit de winkel, een tuinarchitect. Of volg een cursus. Het zou toch zonde zijn indien je met goede bedoelingen en positieve intenties niet het gewenste resultaat zou bekomen omdat je de verkeerde materialen of planten hebt gebruikt.
18
VRAAG NA OF JE EEN VERGUNNING NODIG HEBT. Niet in elke gemeente of stad mag je zomaar een gevel bekleden of laten begroeien met je favoriete planten. Houd daar dus altijd rekening mee! Stel je vraag gericht, in functie van jouw plan en de uitvoering die jij wenst te realiseren.
EXTRA WEETJE: Wat er ook op sommige websites vermeld staat; enkel de lokale overheid (het gemeenteof stadsbestuur) kan jou daarop als enige instantie het juiste antwoord en mogelijks de schriftelijke goedkeuring of vergunningen geven op deze vraag.
19
MAAK EEN KOSTEN- BATENANALYSE van je toekomstige project. Jouw microtuin mag dan misschien niet zo groot zijn in oppervlakte, des te grootser moet de beleving en je uiteindelijke voldoening zijn. Weten wat het project zal kosten bij de realisatie of aanschaf is 1 zaak. Weten wat je tuin je ongeveer zal kosten in onderhoud, verzorging, het vervangen van planten, meststof, enz. is een andere zaak. De kostenbatenanalyse moet stroken volgens het type tuinier dat jij bent. Tenzij je beschikt over onbeperkte budgetten natuurlijk…
20
JE KIEST VOOR EEN TUIN OF GAAT AAN DE SLAG ALS KLEINE KWEKER. VERGEET HET NIET TE ONDERHOUDEN! Hoe klein de beschikbare oppervlakte ook is, alles wat leeft heeft nood aan verzorging en aandacht. Water geven is vaak het eerste wat men durft te vergeten… Regenwater alleen is vaak niet genoeg om de planten te voorzien.
Elke ontwerper is een gever. Hij geeft namelijk stukjes van zichzelf te kennen aan alle anderen. Hoe ouder hij wordt, hoe rijker zijn kennis en verbeeldingskrachten zullen worden en hoe meer hij kan geven. Dromen doet je leven. Zonder dromen heb je geen leven. Leven moet je geven. Altijd.
17. KLEINE KWEEK
DE DAKTUIN OF ‘GROEN OP HET DAK’?
19.
Als je geen gevel of muur ter beschikking hebt, en ook geen balkon, dan is een groendak misschien wel de oplossing om jouw tuinkriebels de vrije gang te laten gaan.
WAT IS HET? Een groendak is letterlijk ‘groen’ (= beplanting dus) ‘op het dak’. Groendaken bestaan in alle vormen en maten. Ze kunnen op vele daken en hellingen aangebracht worden. Ze hebben niet alleen een mooie esthetische waarde, ze absorberen bovendien veel regenwater, hetgeen de waterovervloed in sommige steden en gebieden dus beslist ten goede komt. Daarenboven werkt een groendak ook als extra isolering voor je huis of appartement en is er een niet te onderschatten luchtzuiverende waarde. De keuze van een groendak is afhankelijk van je eigen smaak, het beschikbare budget, maar ook van de technische mogelijkheden van het gebouw en het dak. Groendaken werken inspirerend en zijn voor sommige stadsbewoners een absolute bron van rust. Deze daken maken het bovendien mogelijk om de leefbaarheid en de biodiversiteit in de stad en in druk bevolkte gebieden te stimuleren en op te krikken. Ik denk spontaan aan de verschillende planten, de bloei- , geur- en kleurmogelijkheden die vele insecten, zoals honingbijen, hommeltjes en vlinders aantrekken. Ook vogels kunnen op het groene dak een rijke bron van voeding, afkoeling en woongelegenheid vinden. De (klein)kinderen kunnen er beslist uren naar kijken, diertjes observeren, en eruit leren. En geef toe, een mooi begroeid dak is toch veel mooier om naar te kijken?
WELKE SOORTEN BESTAAN ER
WELKE SOORTEN BESTAAN ER?
We onderscheiden verschillende soorten groendaken. Ze gaan van makkelijk en goedkoop –zowel in aanleg en onderhoud- tot moeilijk en duur. Enerzijds onderscheiden we (1) eenvoudige- en (2) samengestelde extensieve groendaken. Anderzijds onderscheiden we daarnaast ook de intensieve groen daken, zowel (1) half intensief als (2) volledig intensief.
EXTENSIEVE GROENDAKEN Dit is de laatste jaren de meest gebruikte methode van groendaken. Het woord ‘extensief’ betekent volgens de woordenboek: ‘veelomvattend’ ; ‘uitgebreid’ ; ‘zich ver uitstrekkend’. Als we de combinatie vormen tussen de woorden ‘extensief’ en ‘groendak’ komen we dus tot de definitie: “een uitgebreide, ver uitstrekkende, groenbeplanting op het dak.” Ik onderscheid daarbij graag nog eens verschillende varianten.
Eenvoudige extensieve groendaken Deze bestaan uit lage traag groeiende en onderhoudsvriendelijke beplanting. Meestal worden slechts enkele soorten van lage, kruipende, vetplanten (Sedum variëteiten) gebruikt op een dunne plantbodem. Die bestaat uit een laagje substraat (ca. 5 cm). Het is een eenvoudige opbouw, makkelijk te plaatsen en te onderhouden. Het eenvoudige extensieve groendak heeft een gering gewicht en kan daarom op vele daken worden aangelegd. Dit is de goedkoopste vorm van een groendak.
Samengestelde extensieve groendaken Deze bestaan ook uit traag groeiende en onderhoudsvriendelijke beplanting. In tegenstelling tot een eenvoudige- heeft de samengestelde extensieve daktuin een variatie aan bodembedekkende of lage planten. Vetplanten (Sedum soorten) worden gecombineerd met siergrassen en verschillende vaste planten. Het biedt meer creatieve mogelijkheden en het maakt dat je kan spelen met de kleuren, geuren en de diversiteit van de planten. De plantbodem bestaat uit een laag substraat die iets dikker wordt aangebracht dan de eenvoudige extensieve daktuin (tot ± 8cm). Qua gewicht en plaatsing valt deze methode ook zeer goed mee waardoor het een zeer toegankelijke vorm en eveneens zeer betaalbare vorm van daktuinieren wordt.
20.
DE DAKTUIN OF ‘GROEN OP HET DAK’?
INTENSIEVE GROENDAKEN Het woord ‘intensief’ betekent volgens het woordenboek: ‘krachtig’ ; ‘diepgaand’ ; ‘sterk’ ; ‘intens’. Met betrekking tot groendaken zijn vooral de woorden krachtig en sterk van toepassing. Het slaat op de planten. Als we de combinatie vormen tussen de woorden ‘intensief’ en ‘groendak’ komen we tot de definitie: “een krachtige, sterke groenbeplanting op het dak.” Ik onderscheid daarbij ook verschillende varianten.
Half intensieve groendaken Deze daktuinen worden samengesteld met halfhoge beplanting met een beperkt onderhoud. Diverse vaste planten, kruiden, maar ook kleine struiken en bloeiende houtachtige heesters kunnen worden aangeplant op een aangepaste laag substraat (= dikte tot ± 15cm). De draagconstructie moet hiervoor zeker sterk genoeg zijn. Voor dit type groendak is de nodige kennis en vakkundigheid vereist.
Volledig intensieve groendaken Een volledig intensieve daktuin is eigenlijk een tuin zoals je zou kunnen aanleggen in de volle grond. Er kan zowel gewerkt worden met vaste planten, siergrassen, maar ook de halfhoge tot zelfs hogere beplanting zoals sierheesters, coniferen en zelfs bomen worden gebruikt voor intensieve groendaken. Het tuinonderhoud is net zoals in een ‘gewone’ tuin. Dit type microtuin vraagt dus een regelmatige onderhoudsbeurt dat je best kan doen met het geschikte gereedschap. Er moet een aangepaste samenstelling en voldoende dikke laag substraat aangebracht worden , maar dat is afhankelijk van de gewenste begroeiing. Dit is het duurste type van een groendak. Zowel de aanleg alsook de opbouw kunnen slechts door professionals en gespecialiseerde firma’s worden uitgevoerd. Dergelijke tuinen kunnen niet op alle daken worden aangelegd.
21.
DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN 9 STAPPEN
DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN 9 STAPPEN
De eenvoudige en samengestelde extensieve groendaken kan je makkelijk zelf aanleggen. Het aanleggen van de zogenaamde groendak ‘doe-hetzelf’ pakketten gaat best zeer eenvoudig. Ze zijn tegenwoordig ook online te koop en mits een beetje handigheid kan je na enkele uurtjes reeds genieten van je eigen groendak! Ik leg in enkele stappen uit hoe je zelf een eenvoudig extensief groendak kunt aanleggen.
STAP 1 INSPECTEER JE DAK: VLAK / HELLEND / DRAAGKRACHT “Hoeveel bedraagt de hellingsgraad of de schuinte van je dak eigenlijk?” - Controleer en meet daarom met een lange waterpas hoe schuin je dak is. Doe dat bij platte daken ook steeds diagonaal of overhoeks. - De hellingsgraad van je dak mag niet meer dan 15 % zijn. Anders zou het substraat er kunnen afrollen en zou de ganse beplanting er kunnen afschuiven. - Denk je dat je dak ‘waterpas ligt’ of dat het 100 % plat –en dus horizontaal- is? Dan kan je een eenvoudige meting doen door diagonaal een touwtje te spannen en daarna op verschillende plaatsen onder je touw meten. - Er mag in het midden van je platte dak zeker niet meer dan 2 cm water blijven staan na een fikse regenbui.
22.
23.
DE DAKTUIN OF ‘GROEN OP HET DAK’?
Het zou op termijn kunnen betekenen dat je dak op die plaats begint door te wegen of dat er lekken ontstaan.
WEETJES: 1 % hellingsgraad betekent = 1 cm schuinte per meter dak. Dat wordt ook vaak uitgedrukt in graden. Een dak met een hellingsgraad van 15 % betekent dus dat het dak op 1 meter afstand 15 cm schuin is. Dat is niet plat maar zogeheten ‘scheef’ of ‘schuin’. De afwatering zal zeer vlot gaan in vergelijking met een dak waar de hellingsgraad slechts 2 % is. Met de standaard ‘groendak’ systemen die geschikt zijn voor zowel platte daken en daken met een maximale hellingsgraad (= schuinte) tot ca. 15 graden) moet je dak eigenlijk gewoon een extra gewicht van 40 kg per m² kunnen dragen.
Vergelijk zeker eens het aanbod en de prijzen van: 1. Beschermfolie ; 2. Drainagelaag ; 3. Substraat (= dit is de groeibodem) ; 4. Vegetatiematten (matten waarin planten geworteld zijn) : a. Sedumtapijt (op een rol, kant en klaar) b. Plugplantjes (Sedumplanten + grassen + kruiden) c. Sedumstekjes (Sedumpakket) d. kant en klare Sedumcassettes (ca. 5 per m²)
WEETJE: Eens je alle materialen hebt dan gaat het aanleggen van een eenvoudig extensief groendak zeer snel. Voor de aanleg van 10 m² heb je ongeveer 2 uren tijd nodig, tenzij je hoogtevrees hebt natuurlijk.
STAP 3 EXTRA TIP: Als er nu al grind op je dak ligt dan is het dak in ieder geval al geschikt want een laag grind van 5 cm weegt ongeveer 80 kg per m².
STAP 2 STEL EEN MATERIAALLIJSTJE OP Een gouden regel is: ‘Bezin vooraleer je begint of vooraleer je naar de winkel gaat; of de bouwmarkt, het tuincentrum of de doe-het-zelf shop in je buurt’. Het is immers altijd slimmer om vooraf te weten wat je allemaal nodig hebt. Dat is bovendien ook handig wanneer je enkele verschillende winkelprijzen met elkaar wilt vergelijken! Deze gratis tip bespaart je misschien wel veel geld en tijd(verlies)!
DE VOORBEREIDING VAN JE DAK - Je dak reinigen of schoonvegen is het eerste wat je moet doen. Start altijd met een zuivere ondergrond, dat geldt voor elk type groendak! - Controleer je gereinigde dak vervolgens op scheuren, blazende roofing of kapotte delen, de kwaliteit van bitumen, loszittende delen, lekken, overige oneffenheden. - Herstel eerst de vastgestelde schade of raadpleeg een technische bouwdeskundige (een dakwerker of een architect) vooraleer je verder aan de slag gaat. - Achteraf zullen mogelijke herstellingswerken niet alleen veel moeilijker gaan. Ze zullen je bovendien veel meer geld kosten. Je bespaart je dus een hoop miserie en kosten door deze fase van de aanleg van je groendak goed te doen!
DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN 9 STAPPEN
OPMERKING: Indien je dak bestaat uit een niet wortelwerende dakbedekking ; met andere woorden: wanneer de kans bestaat dat de plantenwortels door de bestaande dakbedekkende laag zouden groeien; dan moet je deze volgende stappen ondernemen i.p.v. de voorgaande stappen: - Je dak reinigen of schoonvegen ; - Controleren op scheuren, blazende roofing of bitumen, loszittende delen, lekken, overige oneffenheden, enz. - Herstellen van de vastgestelde schade of raadpleeg een technische bouwdeskundige. - Plaats een degelijke en voldoende dikke beschermfolie op de bestaande dakbedekking, maar zorg voor een ruime overlapping van eventuele afzonderlijke stukken (vb. 25 tot 50 cm) indien de folie uit meerdere delen bestaat.
WEETJE: Gebruik bij voorkeur een beschermfolie (vb. een rubber- of EPDM folie) uit 1 geheel. Dus niet met naden. Diverse firma’s zijn gespecialiseerd in de productie van folies exact op maat en volgens de afmetingen van jouw dak. Dat is bovendien niet duurder en het plaatst vervolgens super gemakkelijk en snel!
STAP 4 AANSLUITING VAN DE NUTSVOORZIENINGEN: DE DOORVOEREN, DE AFVOERBUIZEN - Snijd een kruis in de eventuele beschermfolie op de plaatsen waar regenwater- (of hemelwater)afvoer(en) moet(en) komen of gebruik daarvoor een speciale gaatjeskniptang; dat doe je ook op de eventuele plaatsen waar doorvoer- of verluchtingsbuizen door het dak uitkomen; - Sluit alle afvoeren aan en controleer de werking (vb.
de waterafvoer) voor je verdere stappen in de aanleg van je groendak zet ;
EXTRA TIPS: Plaats een bol metaaldraad of een kant-en-klare draadrooster (= dit is standaard bij elke bouwmarkt te verkrijgen) in de afvoeren ; zo voorkom je niet alleen verstopping door bladeren, maar ook dat er geen muizen, ratten of vogels zich in de buizen nestelen.
STAP 5 AANBRENGEN VAN EEN GRINDLAAG - Leg rond elke doorvoer of afwateringsbuis een laag (grof) grind van ca. 5 tot 7 cm dik. Er zijn meerdere soorten verkrijgbaar bij elke bouwmarkt of in het tuincentrum in je buurt. - Gebruik een grindtype met een korrelgrootte (fractie/ granulaat) van 16/32 mm. Dit wil zeggen dat de korrelgrootte van de steentjes variëren tussen de 16 mm (= 1,6 cm) en 32 mm (= 3,2 cm), per steentje. - Gebruik zeker 1 zak grind rond elke afvoer. - Leg een voldoende brede boord –of een looppadgrind (van ca. 30 tot 50 cm breed, dit is afhankelijk hoeveel plaats je hebt en hoe groot je dak is) rondom de dakranden, langs de muren, enz. - De dikte van de grindlaag moet ca. 5 tot 7 cm zijn.
EXTRA TIPS: Wanneer je dak veel windkrachten moet ondergaan (vb. als het zuidwestelijk georiënteerd ligt) dan kan je bij voorkeur de dakranden extra verzwaren door er een betontegel (vb. 50 x 50 cm) langs te leggen.
24.
25.
DE DAKTUIN OF ‘GROEN OP HET DAK’?
DE OPBOUW EN DE WERKWIJZE IN 9 STAPPEN
STAP 6
STAP 9
DRAINAGELAAG AANBRENGEN:
GENIETEN
Nu zal de afwerking vrij snel gaan want dit is de eindfase van de aanleg van je eenvoudige extensieve groendak: - Leg de drainagelaag uit; dat is een uitrolbare kant-enklare zogeheten ‘drainmat’ of ‘drainrol’. Er bestaan ook vaste (iets stevigere) drainplaten. Het zorgt voor de snellere afvoer van regen- of smeltwater. - Overlap eventueel m.b.v. een vliesflap bij een ‘drainrol’ (= bij een drainplaat is dat 1 rij ‘klikbare’ noppen), - Leg een laag substraat aan (= dat is het groeimedium, een soort steentjes) waar de plantjes in zullen groeien). - Verdeel deze substraatlaag goed over het te beplanten deel van het dak.
PROFICIAT! Je bent helemaal klaar en je kan beginnen genieten van je eigen nieuwe groendak of de microtuin op het dak!
EXTRA WEETJES: Je hebt ongeveer 1 zak per m² nodig wanneer je een Sedumtapijt of een kant-en-klaar Sedumpakket wilt planten;
Natuurlijk zijn deze resultaten onder voorbehoud van een goede bemesting en het noodzakelijke onderhoud én wanneer je de daktuin voldoende water hebt gegeven.
Eindbeeld: - Sedumtapijt of -cassettes: direct na het uitrollen of de plaatsing is het dak voor ruim 90% volgroeid. - Sedumplanten – siergrassen - kruiden: na 1 - 1,5 maand is deze daktuin normaalgezien ook volgroeid (tijdens de actieve groeiperiode, dus niet in de wintermaanden). - Overige (sedumpakket): houd rekening met een groeiperiode van 1 tot 1,5 jaar vooraleer alles dicht gegroeid is. Daarna geniet je beslist van een mooi volgroeid resultaat.
Je hebt ongeveer 3 tot 4 zakken nodig per m² bij de overige groendak systemen. 1 zak substraat weegt gemiddeld 20 kg/stuk, dat is dus ook eenvoudig op het dak te tillen.
STAP 7 AANPLANTEN = DE AFWERKING Als je kiest voor beplanting met losse plantjes of stekjes: - Strooi de Sedumplantjes (= de stekjes) over de laag substraat uit ; - hark de plantjes in het substraat (= net zoals je zou doen nadat je gras gezaaid hebt).
Als je kiest voor beplanting met een uitrolbaar Sedum tapijt of een kant-en-klare Sedumcasette: - Rol de voorbegroeide, kant-en-klare, vegetatiematten uit over het substraat ; Of - Plaats de Sedumcassettes strak tegen elkaar ; - Blijf altijd een stukje van de dakrand af (vb. afstand tussen de 30 en 50 cm). Dat is enerzijds een randboord, de zogeheten onderhoud- of een looprand, en anderzijds is het de groeimarge voor je planten zodat ze niet binnen de kortste keren over de randen van je dak gaan groeien of overhangen. - Breng op deze dakrand (=de randboord) op gelijke dikte/hoogte zoals de Sedummatten (= de vegetatiematten) ook een grindlaag aan.
STAP 8 WATER GEVEN - Je bent nu bijna klaar. Omdat de plantjes nog zeer jong en dus kwetsbaar zijn moet je ze direct na de aanleg of de plaatsing voldoende water geven. - Doe dat zeker dagelijks tijdens de eerste 2 weken na de aanleg wanneer het droog of warm weer is.
TIP: Ook wanneer het veel waait moet je (extra) water geven want de wind droogt niet alleen je was, de wind droogt ook je dakbeplanting uit.
EXTRA TIP: Bij “Sedum-gras-kruiden” aanplantingen kunnen vogels de plantjes eruit trekken zolang ze nog niet vastgegroeid zijn. Je kan hier tijdelijk een vogelgaasdoek of een aardbeiennet over spannen tot wanneer het geheel is vast gegroeid. Zorg dan wel dat je net niet weg waait en leg ze dus vast!