OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Grond Weg- en Waterbouw: Sluizen en stuwen Kennisvelden binnen de Bouwdienst
Opdrachtgever RIJKSWATERSTAAT
AUTEUR : P. OOMEN DATUM : 15 JULI 2008
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
2
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Inhoudsopgave Inhoudsopgave
3
Inleiding
4
1. Internationale aanvragen
5
1.1
De resultaten
5
2. Nederland
8
3. Conclusies
10
Bijlage 1. Overzichten octrooiaanvragers
11
Bijlage 2. IPC Classificatie
12
Bijlage 3. Begippen
13
Bijlage 4. Gebruikte landcodes
16
Bijlage 5. Afkortingen
17
3
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Inleiding Algemeen
daarbij behorende beschrijving van het betreffende technologiegebied.
In november 2007 heeft Rijkswaterstaat het “Convenant IE” ondertekend. Doel van dit convenant: het
Voor het onderzoek is gebruik gemaakt van de
intellectueel eigendom rond infrastructurele projec-
EPODOC-database van het Europees Octrooi Bu-
ten regelen, zodat de Grond-, weg- en waterbouw
reau. Op het moment van onderzoek bevonden zich
(GWW) een meer innovatieve sector wordt.
hierin de gegevens van ruim 60 miljoen octrooidocumenten. Dit betreft internationale octrooien
Rijkswaterstaat wenst inzicht te verkrijgen of dit
waarvan de aanvragen zijn ingediend bij de World
convenant ook echt bijdraagt aan hogere innovativi-
Intellectual Property Organisation (WIPO) of bij het
teit. Daarvoor is een nulmeting nodig, die de huidige
Europees Octrooi Bureau (EOB). Maar ook nationa-
octrooisituatie in kaart brengt. Rijkswaterstaat
le octrooien aangevraagd bij de nationale octrooibu-
heeft Octrooicentrum Nederland gevraagd dit oc-
reaus vallen hieronder.
trooionderzoek uit te voeren. Dit rapport Afbakening en opsplitsing
In het onderzoek zal de focus liggen op Nederlandse octrooiaanvragers. Behalve het aantal octrooiaan-
De werkzaamheden van Rijkswaterstaat, zijn onder
vragen in Nederland, worden ook de aanvragen door
te verdelen in een aantal kennisvelden. Deze ken-
Nederlandse organisaties besproken. Er worden
nisvelden zijn vrij divers van aard. Om die reden
ook vergelijkingen gemaakt tussen Nederland en
wordt in één rapport, één kennisveld behandeld.
het buitenland.
Dit rapport bespreekt de resultaten op het gebied
Door de octrooien te tellen die zijn aangevraagd bij
van sluizen en stuwen.
de WIPO of bij het EOB, wordt een goed beeld gekregen van de internationale ontwikkelingen in een bepaald technologiegebied. Dit is gebruikt om de
Methodiek
internationale positie van Nederland in kaart te brengen. Uit de nationale aanvragen in de verschil-
Om octrooipublicaties te kunnen onderverdelen en
lende landen wordt duidelijk, hoeveel en waar Ne-
tellen in bovengenoemde categorieën wordt gebruik
derlandse organisaties aanvragen.
gemaakt van het systeem van International Patent Classification (IPC). Hierbij wordt elke octrooiaan-
De onderzoeksperiode is van 1990 tot 2006. Octrooi-
vrage die is ingediend, ingedeeld in één of meerdere
en waarvan de aanvragen zijn ingediend binnen de-
klassen die het betreffende technologiegebied waar
ze periode worden geteld. Aangezien nog niet alle in
de uitvinding betrekking op heeft aangeven.
2006 ingediende aanvragen op het moment van tel-
In totaal omvat het IPC systeem zo’n 70.000 codes
len zijn gepubliceerd, zijn de aantallen over dit laat-
die tezamen alle technologiegebieden beschrijven.
ste jaar nog onvolledig. Deze periode van geheim-
Deze codes zijn in een hiërarchische structuur ge-
houding duurt 18 of 30 maanden gerekend vanaf de
groepeerd. Hoe hoger in de structuur, des te breder
indieningsdatum.
het omschreven technologiegebied. Bijlage 2 bevat een uitleg van octrooigerelateerde Bijlage 1 bevat een tabel met daarin IPC-groepen en
begrippen en procedures. Bijlage 5 bevat de ge-
codes van de kennisvelden waarop is geteld, met de
bruikte afkortingen.
4
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
1.
Internationale aanvragen
Inleiding Rijkswaterstaat is verantwoordelijk voor het onderhoud aan een aantal belangrijke vaarwegen in Nederland. Door goed onderhoud wordt een vlotte doorstroom van de scheepvaart gewaarborgd. Onderhoud en aanleg van sluizen en stuwen is daarbij van groot belang. Rijkswaterstaat pleegt momenteel onderhoud aan sluizen in onder meer de ZuidWillemsvaart, het Amsterdam-Rijnkanaal, de Nederrijn en de Lek en aan de Haringvliet en Volkeraksluizen.
1.1
Het onderzoek Voor dit kennisveld is gezocht naar octrooipublicaties die zijn ingedeeld in de IPC-classificatie groep “E02C1: Schutsluizen, Schachtsluizen; E02D5/08-2 : Sluisbekistingen e.d.; E02B7/8: (Details van) stuwen of waterkeringen”. De volledige beschrijving van de gebruikte klassen is opgenomen in de bijlage. In dit hoofdstuk worden alleen octrooiaanvragen besproken die bij het EOB en/of de WIPO zijn ingediend.
DE RESULTATEN 40
Aantal aanvragen Er zijn in de periode 1990 – 2006 ruim 400 unieke
30
20
octrooiaanvragen ingediend bij WIPO of EOB op het gebied van sluizen en stuwen.
10
0
Figuur 1 bevat het aantal octrooiaanvragen per jaar.
1990
1994
1998
2002
2006
Het aantal aanvragen bedroeg circa 15 per jaar,
Figuur 1: Ontwikkeling aantal internationale oc-
begin jaren negentig. Dit is gegroeid naar circa 35
trooiaanvragen "Sluizen en stuwen"
per jaar in de laatste jaren. De in de figuur weergegeven trendlijn geeft de stijging weer.
350 300
In Figuur 2 staat de geïndexeerde ontwikkeling op
250
het gebied van sluizen en stuwen afgezet tegen de
200
totaalontwikkeling (1990 = 100). Dat is de ontwikke-
150
ling van alle octrooiaanvragen, over alle technolo-
100 50
gieën heen. Daaruit blijkt dat de groei in het aantal
0
aanvragen in de sluizen en stuwen achterblijft bij
1990
het totaal. De index van het aantal aanvragen in het
1994
1998 Sluizen en stuwen
2002
2006
Totaal
totaal stijgt van 100 naar circa 300. (De lichte daling
Figuur 2: Geïndexeerde ontwikkeling in "Sluizen
in de laatste twee jaar wordt voor een belangrijk
en stuwen" t.o.v. het totaal
deel veroorzaakt doordat de cijfers nog niet compleet zijn). Voor sluizen en stuwen is de stijging veel beperkter, van 100 naar circa 180.
5
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
94
100
94
In Figuur 3 is het aantal aanvragen per land over de onderzoeksperiode weergegeven. Duitsland is met
80
94 aanvragen koploper, gevolgd door de Verenigde
66
60
Staten met 66. De andere landen scoren duidelijk
40
27
26
minder. Er zijn 19 aanvragen afkomstig van Neder25
23
19
20
16
16
landse aanvragers. Daarmee is Nederland de 7e
14
aanvrager op dit gebied. 0 DE
US
JP
GB
FR
SE
NL
CH
IT
AU
Ov.
Figuur 4 bevat per land het aandeel in het totaal Figuur 3: Aantal aanvragen 1990-2006 per land
aantal aanvragen. Meer dan 20% van de aanvragen is afkomstig uit Duitsland, 15% uit de VS.
AU 3.3%
Nederland is goed voor 4,5% van alle octrooiaan-
Ov. 22.4%
vragen. Dat is meer dan gebruikelijk. Nederland is
DE 22.4%
in het totaal (over alle technologiegebieden samen)
IT 3.8%
goed voor 3,0% van de octrooiaanvragen. Behalve
CH 3.8% NL 4.5%
US 15.7% SE 5.5%
FR 6.0%
GB 6.2%
JP 6.4%
uit Nederland, komen ook meer aanvragen dan gebruikelijk uit Zweden. Japanners doen juist minder aanvragen dan gemiddeld. Er komen ook meer aanvragen dan gebruikelijk uit de “Overige landen
Figuur 4: Aandeel in aanvragen per land De aanvragers Aanvrager
Land
Totaal
Huber Hans Gmbh
DE
9
LE G Proektno Izyskatelskogo
SU
7
Pilepro Llc
US
7
Bridgestone Corp
JP
6
Passavant Werke
DE
6
Andritz Sprout Bauer
AT, FR
5
KWT Holding B V
NL
5
Han Sang Kwan
KR
4
aanvrager uit de voormalige Sovjet Unie (SU). Ook
Headworks Inc
US
4
staat er een Nederlandse aanvrager hoog in de lijst.
Tucker Randall L
US
4
Een kort profiel van de drie grootste aanvragers:
Bormet Horst
DE
3
Iida Akio
JP
3
Hans Huber GmbH (DE)
Internat Sheet Piling Company
LU
3
Huber is een bedrijf dat actief is in verschillende
Kullberg Sten Magnus
SE
3
velden van watertechnologie. De octrooiaanvragen
Mellegaard & Naij Ab
SE
3
van Huber hebben betrekking op onderdelen van
Rubicon Res Pty Ltd
AU
3
sluizen en stuwen. Met name op het gebied van
Scheibe Klaus Wolfgang
CH
3
scheiding van stoffen, zodat er geen vuil in de sluis
Thyssenkrupp
DE
3
kan komen. Het bedrijf heeft een omzet van € 95
Trainer Karl Hermann
DE
3
mln en circa 750 medewerkers.
Tabel 1: Grootste aanvragers Internationaal
6
Tabel 2. geeft de bedrijven met het grootst aantal internationale octrooiaanvragen (WO/EP) in de periode 1990 tot 2006. In bijlage 3 is een overzicht opgenomen, waarin de aanvragen van de grootste partijen van jaar tot jaar zijn weergegeven. Het is een diverse lijst, met aanvragers uit verschillende landen. Opvallend in de top van de lijst is een
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
LE G Proektno Izyskatelskogo (RU) Volledig: Leningradsky Filial Gosudarstvennogo Proektno-Izyskatelskogo I NauchnoIsseldovatelskogo Instituta Morskogo Transporta “Sojuzmoniiproekt” “Lenmorniiproekt”. Is een Russische onderzoeksinstelling op het gebied van nautisch transport. Opvallend is dat alle octrooiaanvragen van deze organisatie uit 1990 zijn. Daarna is er geen enkele aanvraag meer gedaan. Pilepro (US) Een kleine onderneming met slechts 6 medewerkers en een omzet van $ 300.000. Pilepro maakt verbindingsstukken die in de waterbouw worden gebruikt, ook voor damwanden, sluisdeuren en dergelijke. De aanvragen van Pilepro stammen uit de laatste twee jaar. Aanvrager De Nederlandse aanvragers
Aantal
KWT Holding B V
5
In Tabel 2 zijn alle Nederlandse aanvragers ver-
DMS V O F
2
meld.
TBS Soest B V
2
Betonson B V
1
De grootste Nederlandse aanvrager van internatio-
Driel Mechatronica BV Van
1
nale octrooien is, zoals eerder gemeld, KWT Hol-
GSI B V
1
ding. Deze heeft in de gehele periode 5 octrooien
Halteren Tijmen Van
1
aangevraagd. KWT en TBS Soest maken beiden wa-
Peters Peter Cornelis
1
terbeheersingproducten zoals: afsluiters, stuwen,
Schneider B V
1
overstortconstructies, kleppen etc.
Tauw B V
1
Van de andere aanvrager met twee aanvragen (DMS)
Vredestein Icopro BVv
1
is geen informatie voorhanden.
Witteveen & Bos Raadgevende Ingenieurs
1
Zevenhuizen Beheer B V
1
Tabel 2: Nederlandse aanvragers EOB en/of WIPO
7
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
2.
Nederland
Inleiding In dit hoofdstuk worden de resultaten van Nederland besproken. Daarbij onderscheiden we twee onderwerpen: •
Octrooiaanvragen in Nederland
•
Octrooiaanvragen door Nederlandse organisaties
In Nederland kunnen octrooien zijn aangevraagd door buitenlandse organisaties.
12 10 8
Octrooiaanvragen in Nederland
6 4
In Nederland zijn in de onderzoeksperiode 65 oc-
2
trooien aangevraagd. Daarvan is 83% aangevraagd
0
door Nederlandse aanvragers. Het aantal octrooi-
1990
aanvragen per jaar is vermeld in Figuur 5. Als we
1994
1998
2002
2006
Figuur 5: Aanvragen in Nederland per jaar
het gemiddelde bekijken zit het aantal aanvragen rond vier aanvragen per jaar. Aanvrager
Aantal
Een duidelijke trend is niet waarneembaar in de
Bridgestone Corp
4
cijfers. Het aantal aanvragen is het hoogste in 1996.
KWT Holding B V
4
In 2001 zijn er helemaal geen aanvragen gedaan.
TBS Soest B V
4
Breejen Pieter Den
3
De grootste aanvragers in Nederland (2 of meer
Tijmen Van Halteren
3
octrooiaanvragen) staan in Tabel 3. Onder de drie
Andreas Schmidt
2
grootste aanvragers, twee bekende namen: KWT en
Arbed
2
Driel Mechatronica Bv Van
2
Jansen Venneboer B V
2
Pannekoek Jakob Gerrit Hendrik
2
Splunder Funderingstechniek BV
2
Waterschap Regge En Dinkel
2
Witteveen & Bos Raadgevende Ingenieurs
2
Zevenhuizen Beheer BV
2
TBS, leveranciers van waterbeheersingproducten. Opvallend is de naam van Bridgestone, vooral bekend als bandenfabrikant. Maar als rubberverwerkend bedrijf heeft Bridgestone octrooiaanvragen op haar naam staan in zogeheten “flexibele dammen”. Naast de aanvragers die hier vermeld zijn, zijn er 29 aanvragers met één aanvraag.
8
Tabel 3: Grootste aanvragers in Nederland
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Octrooiaanvragen door Nederlandse organisaties Waar vragen Nederlandse organisaties aan? Om daar antwoord op te krijgen kijken we bij welke octrooiverlenende instanties er octrooien zijn aangevraagd, afkomstig van in Nederland gevestigde aanvragers. In totaal zijn er in de onderzoeksperiode door Ne-
Land
n
Land
n
derlandse organisaties op 59 unieke vindingen, oc-
1
Nederland
58
7
Denemarken
3
trooi aangevraagd. Deze vindingen worden gemid-
2
EOB1
18
8
Brazilië
1
deld bij 1,8 instanties aangevraagd. Hierbij moet
3
Duitsland
7
9
Canada
1
wel worden opgemerkt dat aanvragen die gedaan
4
Oostenrijk
6
10
China
1
6
11
Spanje
1
3
12
VS
1
worden bij het EOB en de WIPO voor meer landen
5
WIPO
gelden.
6
Australië
1
Tabel 4: Waar vragen Nederlanders octrooi aan? Voor vrijwel alle vindingen wordt in Nederland octrooi aangevraagd. Voor bijna een derde wordt een Europees octrooi aangevraagd. In Tabel 4 is opge-
1
Aanvragen die gedaan worden bij EOB en de WIPO gelden
nomen waar door Nederlanders octrooi wordt aan-
voor verschillende landen. Een aanvraag bij de WIPO die ook
gevraagd.
in Europa geldig wordt, wordt ook als EOB-document gepubliceerd. In deze tabel is niet ontdubbeld voor dit soort documenten.
9
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
3.
Conclusies
Op basis van de onderzoeksresultaten kunnen we de volgende conclusies trekken: •
•
Aantal aanvragen in sluizen en stuwen vertoont
stuwen ligt in Nederland rond de vier per jaar. In
dend minder snel dan bij andere technologieën.
2001 zijn er in het geheel geen octrooiaanvragen
In internationaal perspectief scoort Nederland
in Nederland gedaan op het gebied van sluizen
een groter aantal aanvragen dan wat ongeveer
en stuwen. •
Vrijwel alle octrooiaanvragen van Nederlandse
Duitsland heeft het grootste aandeel in octrooi-
aanvragers worden in Nederland zelf aange-
aanvragen. Op de lijst van grootste aanvragers
vraagd.
staan bedrijven en organisaties uit verschillende landen. KWT Holding uit Nederland is in aantallen de zesde aanvrager van internationale octrooien.
10
Het aantal octrooiaanvragen voor sluizen en
een lichte stijging, maar deze stijging is bedui-
verwacht mag worden. •
•
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Bijlage 1. Overzichten octrooiaanvragers Onderstaande tabel (Bijlage 1.1) geeft de aanvragers van minimaal tien octrooien voor sluizen en stuwen. Aanvragen moeten zijn ingediend bij WIPO of EOB in de periode 1990 tot 2006. Aanvrager
Land
Totaal ‘90 ‘91 ‘92 ‘93 ‘94 ‘95 ‘96 ‘97 ‘98 ‘99 ‘00 ‘01 ‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘06
Huber Hans Gmbh
DE
9
Le G Proektno Izyskatelskogo
SU
7
Pilepro Llc
US
7
Bridgestone Corp
JP
6
1
Passavant Werke
DE
6
1
Andritz Sprout Bauer
AT, FR
5
Kwt Holding B V
NL
5
Han Sang Kwan
KR
4
Headworks Inc
US
4
Tucker Randall L
US
4
Bormet Horst
DE
3
Iida Akio
JP
3
Internat Sheet Piling Company
LU
3
Kullberg Sten Magnus
SE
3
Mellegaard & Naij Ab
SE
3
Rubicon Res Pty Ltd
AU
3
Scheibe Klaus Wolfgang
CH
3
Thyssenkrupp
DE
3
Trainer Karl Hermann
DE
3
1
3
1
2
1
1
7 2 3 2 1
1
1
1
2
1
1
2 1 1
4
1
1
1 1
1
5
1
1
2
1
1
1 1
1 1
1
1
3 1
1
1
1
1
1 2
1
1 2
1
2 1
1
1
In de volgende tabel staan aanvragers die in Nederland in de periode 1990 – 2006 minimaal twee octrooien hebben aangevraagd. Aanvrager
Land Totaal ‘90 ‘91 ‘92 ‘93 ‘94 ‘95 ‘96 ‘97 ‘98 ‘99 ‘00 ‘01 ‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘06
Bridgestone Corp
JP
4
Kwt Holding B V
NL
4
Tbs Soest B V
NL
4
Breejen Pieter Den
NL
3
Tijmen Van Halteren
NL
3
Andreas Schmidt
NL
2
Arbed
LU
2
Driel Mechatronica BV Van
NL
2
Jansen Venneboer B V
NL
2
Pannekoek Jakob Gerrit Hendrik
NL
2
Splunder Funderingstechniek BV
NL
2
Waterschap Regge En Dinkel
NL
2
Ingenieurs
NL
2
Zevenhuizen Beheer BV
NL
2
3
1
1
1 2
1
1
1
1 1
1
1
2
1
2 2 1
1 1 1
1 1
2 2
Witteveen & Bos Raadgevende 1 1
1
1 11
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Bijlage 2. IPC Classificatie Onderstaande tabel toont de omschrijving van de
land onder het hoofdstuk “Databanken”. De IPC-
technologie-gebieden met de bijbehorende klasse of
classificatie is beschikbaar in het Nederlands, maar
klassegroepen uit het International Patent Classifi-
hiervandaan zijn ook links beschikbaar naar een
cation systeem (IPC) voor dit kennisveld.
Engels- en Franstalige versie.
Het volledige bestand van de IPC classificatie is beschikbaar op de website van Octrooicentrum Neder-
(www.octrooicentrum.nl)
Sluizen en stuwen Stuwen of waterkeringen; Layout, constructie of methoden van, of inrichtingen voor, het ma-
E02B7
ken daarvan (behalve: E02B7/16 Vaste waterkeringen; Bovenbouw of flash-boards daarvoor; E02B7/18 Duikerwaterkeringen) Details van stuwen of waterkeringen
E02B8
Schutsluizen; Schachtsluizen, d.w.z. schutsluizen waarvan één aanzichtzijde wordt gevormd
E02C1
door een vaste wand met een opening in het onderste deel waardoor de schepen passeren
12
Sluisbekistingen; Hoekverbanden; Paalkruisstukken; Vertakkingen
E02D5/08
..van beton of gewapend beton
E02D5/10
Sluisbekistingen; Hoekverbanden; Paalkruisstukken; Vertakkingen
E02D5/12
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Bijlage 3. Begippen Octrooi
daarom een reeëler beeld gekregen van de mate
Een octrooi, of met een ander woord een patent, is
waarin innovatie plaats heeft.
een volgens de wet verleend monopolie op de exploitatie van een uitvinding. De maximale
Internationale procedures
wettelijke duur van een octrooi is in bijna alle
Om een octrooi in meerdere landen te verkrijgen
landen 20 jaar. Octrooiwetgeving beoogt de
moet in elk land afzonderlijk een octrooiprocedure
(technologische) vooruitgang te stimuleren. Deze
worden gestart. Omwille van de harmonisatie van
stimulatie is tweeërlei. Enerzijds beschermt een
wetgeving en voor het gemak van de aanvrager van
octrooi de uitvinders en aanvragers (particulieren,
een octrooi in meerdere landen zijn een aantal
bedrijven, instellingen) tegen concurrentie,
internationale overeenkomsten gesloten. De
waardoor investeringen in innovatief onderzoek
belangrijkste zijn het Patent Cooperation Treaty
terug verdiend kunnen worden. Anderzijds worden
(PCT), dat door praktisch alle landen van de wereld
octrooien en aanvragen gepubliceerd en vormen de
is ondertekend en het Europees Octrooi Verdrag
octrooipublicaties een inspiratiebron voor verdere
(EOV) waarbij momenteel 31 landen uit Europa zijn
innovatie. Een mogelijke maat voor het
aangesloten. Het PCT-verdrag wordt uitgevoerd
innovatievermogen van een bepaald land is het
door de World Intellectual Property Organisation
aantal octrooiaanvragen per jaar op naam van
(WIPO) en het EOV door het Europees Octrooi
aanvragers of uitvinders met overeenkomstige
Bureau (EOB). Met één aanvraag kan nu in
nationaliteit.
meerdere landen tegelijk een octrooi worden aangevraagd. De desbetreffende instantie
Octrooiaanvragen / -verleningen / -publicaties
beoordeelt de aanvrage en stuurt deze dan door
Een octrooi wordt volgens nationale wet- en
naar de aangewezen landen (of regio's) voor de
regelgeving aangevraagd, beoordeeld, verleend en
vervolgprocedure. Ter onderscheiding van de
in stand gehouden. Een octrooiaanvrage wordt na
verschillende soorten aanvragen en octrooien
een periode van doorgaans 18 maanden
worden verschillende voorvoegsels bij de
geheimhouding gepubliceerd, terwijl verlening en
registratienummers gebruikt. Een aanvrage
publicatie van het eventuele uiteindelijke octrooi
ingediend bij de WIPO ontvangt de aanduiding WO,
nog jaren op zich kunnen laten wachten. Een octrooi
een aanvraag bij het EOB krijgt EP als voorvoegsel
dat niet wordt verleend wordt niet gepubliceerd,
en een nationale aanvraag in bijvoorbeeld de
maar de publicatie van de aanvrage blijft bestaan.
Verenigde Staten krijgt US toegevoegd aan zijn
Er zijn daarom meer octrooiaanvragen dan
unieke nummer. Al naar gelang de gevolgde weg
octrooien in de databases van octrooi-publicaties
spreekt men van de PCT-route, de EP-route of een
beschikbaar. Bij statistisch octrooionderzoek gaat
nationale route. Een aanvraag die via de WIPO bij
men voor het samenstellen van indicatoren bij
het EOB wordt ingediend wordt ook Euro-PCT
voorkeur uit van octrooiaanvragen in plaats van van
genoemd.
verleende octrooien. Er zijn er meer en ook al wordt een aanvrage geen octrooi, er ligt toch een innovatieve actie aan ten grondslag. Bovendien zijn aanvragen van recenter datum beschikbaar en ligt de indieningsdatum van een aanvrage dichter bij het 'tijdstip van uitvinding' dan de verleningsdatum van een octrooi. Door uit te gaan van aanvragen wordt
13
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Oudste prioriteit
European Classification (ECLA), de wat meer
Bij verlening van internationale aanvragen voor de
gedetailleerde Europese pendant van de IPC.
aangewezen landen ontstaan meerdere octrooien voor dezelfde uitvinding in verschillende landen.
Nationaliteit van de aanvrager
Deze octrooien behoren dan tot één zogenaamde
De aanvrager van een octrooi is degene die het
octrooifamilie. Aan al deze octrooien ligt een en
octrooi kan gaan exploiteren. De aanvrager is niet
dezelfde aanvrage ten grondslag. Deze aanvrage is
noodzakelijkerwijs ook de uitvinder en kan ook een
het oudste lid van de familie en wordt aangeduid
andere nationaliteit dan de uitvinder hebben. Een
met de term “oudste prioriteit”. De indieningsdatum
octrooiaanvrage kan op naam staan van meerdere
van deze aanvrage staat bekend als de “oudste
uitvinders en meerdere aanvragers van
prioriteitsdatum”. De oudste prioriteitsdatum is van
uiteenlopende nationaliteiten. De aanvrager kan
belang op het moment dat een uitvinding op
echter ook een landcode (= domicilie) voeren die
nieuwheid moet worden getoetst aangezien zij het
niet noodzakelijkerwijs overeenkomt met het land
tijdstip waarop de uitvinding is gedaan het dichtst
waarin een uitvinding is gedaan. Dit is vooral het
benaderd. Ook het land van indiening van de oudste
geval bij grote “Internationals”, waarbij het
prioriteit is van belang. Meestal is dat het land van
hoofdkantoor de registratie van de octrooiaanvragen
vestiging of herkomst van de uitvinder of de
centraliseert in speciaal opgezette units
aanvrager. In dit onderzoek wordt voor de datum
(Voorbeelden hiervan zijn IP Holdings als: DSM IP
van indiening de oudste prioriteitsdatum gebruikt en
Assets BV en Philips Intellectual Property and Stan-
niet de datum waarop de aanvraag bij de WIPO, het
dards (IP&S)).
EOB of (bijv.) het United States Patent and Trademark Office (USPTO) is ingediend. De
Indicatoren
allereerste aanvraag (degene met de oudste
Octrooien worden wereldwijd al lange tijd
prioriteitsdatum) ligt in de tijd gezien het dichtst bij
nauwkeurig geregistreerd en zijn momenteel
de oorspronkelijke uitvinding.
grotendeels via computerbestanden toegankelijk. Dit heeft er toe bijgedragen dat de belangstelling
Periode van onderzoek
voor innovatie gerelateerde indicatoren op basis van
Wegens de gehanteerde geheimhoudingsperiodes
octrooien is toegenomen. De nationaliteit van
(tot maximaal 18 maanden vanaf indiening en zelfs
aanvragers van octrooien geeft bijvoorbeeld een
30 maanden bij de PCT-route) zijn gegevens over
beeld van de innovatieve capaciteit van het
aantallen octrooiaanvragen voor de meest recente
bedrijfsleven van het betreffende land, terwijl de
jaren onvolledig. Dit geldt in nog sterkere mate voor
nationaliteit van de uitvinder als indicator voor (de
verleningen.
innovativiteit van) het onderzoeksklimaat in een bepaald land wordt beschouwd. Om landen
Technologiegebied
onderling met elkaar te vergelijken kunnen
De (nationale) octrooibureaus hanteren een
aantallen aanvragen/octrooien per land
classificatiesysteem om een uitvinding onder te
genormeerd worden naar bijvoorbeeld het aantal
brengen in een technologiegebied. Dit
inwoners, het bruto nationaal product, de nationale
vergemakkelijkt het zoeken naar soortgelijke
onderzoeksbestedingen enzovoort. Niettemin blijft
octrooien bij het beoordelen van de nieuwheid van
het lastig om landen onderling te vergelijken
een octrooiaanvraag. Dit classificatiesysteem is de
vanwege verschillen in gewoonten, wetgeving en
zogenaamde International Patent Classification
procedures. In dit onderzoek wordt onder andere
(IPC), die momenteel uit ongeveer 70.000 ingangen
gerefereerd aan de octrooipositie van verschillende
bestaat. In dit onderzoek is bij het zoeken in de
landen op grond van het aandeel dat (aanvragers
databases gebruik gemaakt van de IPC en van de
uit) verschillende landen hebben in het totaal aantal aanvragen in de periode van onderzoek.
14
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Consistentie van de octrooidatabases De informatie die gebruikt wordt ten behoeve van de analyses is voor het octrooiproces secundair. Het gevolg is dat met name op het gebied van naamgeving van aanvragers en uitvinders er vele spellingsvarianten gevonden worden in de databases. Zonder meer tellen zou een uiterst vertekend beeld geven van de actieve partijen. Ook overnames en afsplitsing van ondernemingen leidt tot over- of onderschatting van actieve partijen. Bij de analyses probeert OCNL zo goed als mogelijk is informatie bij de juiste aanvrager of uitvinder te plaatsen. De afspraak is dat het domicilie van zowel de aanvrager(s) als van de uitvinder(s) op de octrooiaanvrage worden vermeld. Niet in alle gevallen wordt deze (correct) vermeld. Deze onvolkomenheden zijn niet (eenvoudig) te verhelpen. Door het kiezen van doorgaans consistente documentverzamelingen worden de problemen geminimaliseerd. Ook zijn er (zij het beperkt) inconsistenties en fouten bij het toewijzen van de classificatiesymbolen aan de octrooiaanvragen. Door zoveel mogelijk gebruik te maken van de publicaties van het EOB (: EP-documenten) en die van de WIPO (: WO-documenten) worden de problemen geminimaliseerd.
15
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Bijlage 4. Gebruikte landcodes Landcode
16
Land
AR
Argentinië
AT
Oostenrijk
AU
Australië
BE
België
BR
Brazilië
CA
Canada
CH
Zwitserland
CN
China
CZ
Tsjechië
DE
Duitsland
DK
Denemarken
ES
Spanje
FI
Finland
FR
Frankrijk
GB
Engeland
GR
Griekenland
HK
Hong Kong
HU
Hongarije
IE
Ierland
IL
Israël
IN
India
IT
Italië
JP
Japan
KE
Kenia
KR
Zuid-Korea
LT
Litouwen
LU
Luxemburg
MC
Monaco
MX
Mexico
NL
Nederland
NO
Noorwegen
NZ
Nieuw Zeeland
PL
Polen
PT
Portugal
RU
Rusland
SE
Zweden
SG
Singapore
SI
Slovenië
SK
Slowakije
SU
Sovjet Unie
TR
Turkije
US
Verenigde Staten
ZA
Zuid Afrika
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Bijlage 5. Afkortingen Afkorting
Verklaring
EOB
Europees Octrooi Bureau
EP
European Patent (Europese octrooi(aanvrage)
EPO
European Paten Office (Engelse naam voor EOB)
EPODOC
EPO Documentation
KOB
Cluster Kennisontsluiting en Beleidsinteractie van Octrooicentrum Nederland
WIPO
World Intellectual Property Organisation
17