Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 9
Voorwoord
TALLINN Mijn vriend Tom zat thuis opgesloten, in een kleine, verre stad. Hij had geen visum voor Estland, en hij wist dat als hij Tallinn verliet, hij niet meer terug zou kunnen komen. Een dringender probleem vormde de Russische stripper met wie hij had zitten flirten, of liever haar vriendje, die sindsdien stond te posten bij de voordeur van Toms huis. Tom smeekte me om te komen, in de overtuiging dat die gast het tegen ons tweeën niet zou aandurven. Tom en ik kenden elkaar toen nog niet zo goed als later, maar het leek me een goede smoes voor een reisje. In tegenstelling tot Tom kon ik mijn flat in Berlijn verlaten wanneer ik wilde – ik had een Duits freelancersvisum en er stonden geen jaloerse Baltische criminelen bij me op de stoep – en ik was zelfs vaker van huis dan in huis. Inmiddels voelde ik me vaak rusteloos in Berlijn, en een van de dingen die ik het leukst vond van wonen daar was hoe gemakkelijk het was om nooit in de stad te zijn. Een boel vrienden van mij waren al verder getrokken, of teruggegaan om hun echte leven in New York te hervatten, en ikzelf vroeg me ook af of het niet tijd werd om mijn biezen te pakken. Maar ik wist niet waar ik heen wilde, voornamelijk omdat geen enkele bestemming aantrekkelijker leek dan Berlijn ooit en misschien nog steeds was. Ik woonde in het heerlijk provinciale San
9
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 10
Gideon Lewis-Kraus
Francisco en was naar Berlijn verhuisd omdat ik het gevoel had dat ik iets spannends misliep, en nu stond ik op het punt het levendige, vervangende Berlijn te verlaten omdat ik bang was dat ik iets serieus’ misliep. Een kwart leven vol anekdotische bewijzen deed echter vermoeden dat als ik mezelf wist te motiveren om naar een serieuze bestemming te vertrekken, zoals New York – waar ik nooit lang had gewoond maar waar ik me voorstelde dat ik me zou storten in de gewoonten en gehechtheden die onderdeel zijn van het echte leven (een kat, yoga, een relatie) – ik opnieuw spijt zou krijgen omdat ik alle hippe, onderhoudende mensen elders op de wereld zou missen. Misschien niet New York dan. Misschien Kiev. Ik had gehoord dat Kiev goedkoop en cool was. Ik nam me regelmatig voor me daar eens in te verdiepen. Tom en ik deelden de hoop dat er een geografische oplossing zou zijn voor onze problemen van besluiteloosheid, verveling en het vermoeden dat er in hippere plaatsen interessantere dingen gebeurden met aantrekkelijker mensen. Dat laatste was mijn grootste zorg; voor Tom gebeurden er in contemplatieve plaatsen minder interessante dingen met ijveriger mensen. Tom was naar Tallinn verhuisd met het idee dat hij daar tot een grotere productiviteit zou worden aangezet, dat de beperkingen van afstand en uitheemsheid hem zouden dwingen zich te concentreren op het werk dat hij had verwaarloosd ten gunste van games en meer buitenissige vormen van recreatie. Ik was juist naar Berlijn vanwege het gebrek aan beperkingen, in de hoop dat besef van onbeperkte mogelijkheden me zou helpen om erachter te komen wat ik wilde. Het behoeft geen betoog dat het, nog afgezien van Russische strippers, voor ons beiden anders liep. Door zijn claustrofobie ging Tom wanhopig op zoek naar afleiding, en door mijn teveel aan afleiding verlangde ik wanho-
10
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 11
Gevoel voor richting
pig naar zelfdiscipline. We waren als twee schepen die wachtten op een briesje waarop we ’s nachts langs elkaar konden varen. Tom haalde me met een taxi op bij het piepkleine vliegveldje en praatte me bij: ‘Ik woonde in Saigon,’ zei hij, ‘en na een jaar moest ik weer weg omdat mijn leven uit de hand dreigde te lopen. Daarna woonde ik in Rome en moest ik na een half jaar weer weg omdat mijn leven uit de hand dreigde te lopen. Toen verhuisde ik naar Las Vegas, en ook daar moest ik weer weg, razendsnel zelfs, omdat mijn leven absoluut weer uit de hand dreigde te lopen.’ ‘Je had moeite je leven op de rails te houden in Rome en dus verhuisde je naar Vegas?’ ‘Ik vertrok weer uit Vegas en besloot voor mezelf: oké, ik moet dat eindeloos vertraagde boek echt eens afmaken, dus ik ga naar een klein, ver land met een onmogelijke taal en daar ga ik de godganse dag zitten schrijven totdat het boek af is. Zo ben ik hier terechtgekomen.’ Hij keek uit het raampje naar de dreigende middeleeuwse torens van de oude stad, waar hij een huurprijs net als in Manhattan betaalde om in de overdadig gerestaureerde veertiende eeuw te wonen. ‘En nu kan ik vol overtuiging zeggen dat mijn leven uit de hand dreigt te lopen.’ Ik kende Tom nog niet lang genoeg om hem te durven zeggen hoe hij zijn leven moest inrichten. Bovendien was hij een succesvol schrijver die ik bewonderde en op wie ik ooit nog eens hoopte te lijken. Hij was maar zes jaar ouder dan ik, te jong om een vaderfiguur te zijn maar oud genoeg om mijn gids te kunnen zijn, en volgens mij was hij efficiënter dan hij zelf deed voorkomen. Ik vermoedde dat er, ondanks de schijnbare chaos in zijn leven, sprake moest zijn van een grotere logica. Bovendien leefde hij volgens een enigszins vervormde maar niettemin
11
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 12
Gideon Lewis-Kraus
herkenbare versie van mijn eigen fantasie: bezoekjes aan nachtclubs met toekomstige Baltische dictators, gevolgd door verdorven vertier met de tweede garnituur Bekende Balten. Het beste wat ik voor hem kon doen, besloot ik, was hem gezelschap en respect bieden. Wat ik me vooral herinner van de braspartij van vier dagen die daarop volgde is dat ik wakker werd in mijn bed, naar mijn ongebruikelijke hoeveelheid ongelezen e-mails staarde en besefte dat ik weer in Berlijn was. Ik herinnerde me vaag dat ik in een buitenwijk van Tallinn in een taxi met draaiende motor had gezeten voor een torenflat uit de sovjettijd, dat ik een avond had doorgebracht in het gezelschap van een aantal Siberische danseressen en de man die de beoogde leider van het nieuwe nationalistische front van Estland was, en dat ik wazig uit een bewegende patrijspoort staarde naar een grijze zee, terwijl Tom zijn voorhoofd koelde op een formica klaptafeltje. Ik bekeek mijn camera en ontdekte een paar vage foto’s van wat volgens mij Helsinki kon zijn. De enige andere aanwijzing was een bladzijde in mijn notitieboekje, waarin ik in die vier dagen één aantekening had weten te maken: Camino de Santiago – gevoel van vastberadenheid – 10 juni. Ik had ‘vastberadenheid’ onderstreept. Die Camino-toestand kwam me vaag bekend voor. Desgevraagd liet het internet me weten dat in het jaar 813 na Christus de vermoedelijke botten van de apostel Sint Jacobus de Meerdere waren opgegraven in Santiago de Compostela, in de meest noordwestelijke uithoek van Spanje. Sint Jacobus had naar verluid tot in Gallicië het evangelie verkondigd – dat lijkt me sterk, zei Tom – voordat hij in de eerste eeuw in Palestina de marteldood stierf. Zijn beenderen zouden in een stenen boot zijn aangekomen aan de Atlantische kust, destijds het veronderstelde einde van de wereld, waar ze begraven bleven liggen onder een
12
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 13
Gevoel voor richting
kluizenaarscel totdat ze acht eeuwen later werden ontdekt. Pelgrimages naar die plek kwamen in de daaropvolgende eeuw op gang, waarschijnlijk via het oude pad van een heidense dodencultus. (De Iberische Kelten liepen naar het einde van de wereld om de zon elke avond te zien ondergaan in de zee.) Rond 1140 verscheen de Codex Calixtinus, een boek dat half zelfhulpboek en half geestelijke inspiratiebron is en dat alom wordt beschouwd als de eerste reisgids ter wereld – en waarin voor het eerst de souvenirhandel wordt genoemd – en sinds die tijd is de Camino de Compostela een min of meer voortdurende parade van idealen van verlossing. In de laatste twintig jaar is de pelgrimstocht, voor een belangrijk deel dankzij de inspanningen van een maffe Duitse tv-komiek, ook populair geworden onder een werelds publiek. De route is ongeveer negenhonderd kilometer lang, afhankelijk van waar je begint en of je al dan niet doorgaat tot aan de zee, en de meeste wandelaars doen er ongeveer een maand over. Het boek waar Tom in Estland aan zou werken was een verslag van zijn bezoeken aan de verafgelegen graven van de apostelen, en tegen de tijd dat ik klaar was met inlezen voor de Camino, die om vage redenen een onmiddellijke aantrekkingskracht op me uitoefende, herinnerde ik me heel vaag dat Tom iets had verteld over zijn plannen om de volgende zomer door Spanje te gaan wandelen, te beginnen aan de Franse kant van de Pyreneeën. Ik snapte niets van mijn aantekening ‘10 juni’, dus ik belde hem via Skype. Hij had na mijn vertrek niet meer geslapen, maar hij reageerde vrolijk en blij toen hij mijn stem weer hoorde. ‘Ik mis je, man,’ zei hij. ‘Ik ben weer alleen en ik wou dat je nog in de buurt was.’ ‘Ik ook, maatje.’ Ik zweeg even. ‘Zeg, Tom, wat is er met 10 juni?’
13
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 14
Gideon Lewis-Kraus
‘Dan beginnen we,’ zei hij. ‘Dan bleken we volgens onze agenda’s allebei te kunnen.’ Ik had geen noemenswaardige agenda, dus daar kon ik niets tegen inbrengen. En hij blijkbaar ook niet. Het idee dat we iets hadden geregeld met een oog op onze agenda’s maakte me achterdochtig. ‘Dan beginnen we waaraan, Tom?’ ‘Aan onze wandeltocht door Spanje. Weet je dat niet meer? ’s Nachts wandelen door de heuvels, jij en ik en het lange pad vóór ons. Je hield een inspirerende rede over dat we elke ochtend wakker zouden worden vervuld van dat mooie, simpele gevoel van vastberadenheid om verder te gaan. Je sloeg met je vuist op tafel en riep tegen alle aanwezigen in het café dat je voor honderd procent zou meedoen. Een paar Esten begonnen zelfs te klappen, maar ze wilden je alleen maar vragen niet zo’n herrie te maken. Daarna hebben we een paar meiden beloofd dat we ze een ansichtkaart vanuit Santiago zouden sturen.’
14
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Deel I
BERLIJN
Pagina 15
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 16
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 17
Mijn broertje Micah zat nog op de universiteit en hij verdiende al meer geld dan ik; hij was semi-professioneel pokerspeler en deed aan daytrading met wat hij al kaartend verdiende. Tijdens het wintertrimester van zijn laatste jaar solliciteerde hij naar een chic technisch baantje waarvoor hij volstrekt ondergekwalificeerd was. Alle leden van de sollicitatiecommissie vertelden hem dat, en telkens gaf hij hetzelfde antwoord: ‘Ik ben een ingenieur die een heldere, grammaticaal correcte zin kan schrijven.’ Hij werd aangenomen en kreeg een riant salaris geboden. Hij zou verhuizen naar San Francisco, waar ik net weg wilde en waar ik zelfs nooit had willen wonen. Ik was er meteen na mijn studie naartoe verhuisd omwille van een verkering, en vroeg me daarna jarenlang af waarom ik daar woonde en niet ergens anders – waar dan ook – maar vooral ergens waar minder aandacht werd besteed aan macrobiologisch voedsel. De lange verkering liep ten einde – technisch gezien had ik het uitgemaakt, maar pas nadat ze een baan had aangenomen in Peru – en de stad was vergeven van herinneringen aan haar. Ik kon niet eens meer genieten van de biologische markt bij het Ferry Building, terwijl ik nooit iets moest hebben van de biologische markt totdat ik er telkens met haar heen moest. Ik was boos op haar omdat ik was gaan houden van biologische markten en zij het
17
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 18
Gideon Lewis-Kraus
daarna voor me verpest had. Ik ging een poosje met iemand anders om – iemand die dol was op natuurmusea in plaats van biologische markten – maar ik kwam er al snel achter dat ik alleen maar verkering had omdat ik gewend was geraakt aan verkering: ik wist wanneer ik ’s avonds naar bed moest en ’s ochtends moest opstaan, en kon de problemen van een ander oplossen. Ik was er klaar mee. Ik wilde naar een plek waarvoor ik had gekozen en die geen nevenproduct was van andermans beslissingen. ‘Zullen we samen ergens gaan wonen?’ vroeg Micah. ‘Maar ik ga weg uit San Francisco,’ zei ik. ‘Maar we kunnen iets heel leuks zoeken.’ ‘Ik voel me gefrustreerd en rusteloos hier, en ik verveel me. Ik heb het gevoel dat ik een deel van mijn jeugd heb verbeuzeld op biologische markten, in natuurmusea en bij Tartine.’ Tartine was de bakkerij waar ik elke ochtend van negen tot twaalf uur zat te lezen onder de onoplettende blik van de aantrekkelijkste baristas ter wereld. Om mijn zelfrespect te bewaren en om die baristas niet te alarmeren, zat ik ’s middags altijd ergens anders te lezen, bij Atlas of Dolores Park Café. Ik betaalde bijna niets voor de meidenkamer bij een Nederlandse schoonmaker van middelbare leeftijd die Jouke heette en zes dagen van de week bij zijn vriend Rex in Sacramento woonde en die ik dus nauwelijks zag. Rex had haar à la Farrah Fawcett en zei telkens als hij op bezoek kwam dat ik moest ophouden met mijn schrijversloopbaan en mijn typetalent moest gebruiken voor een carrière als rechtbankstenograaf, net als hij. Jouke had zijn muren volgehangen met prenten van Erté en gekleurde kimono’s. Boven aan de trap stonden twee porseleinen pony’s met de neuzen tegen elkaar. Elke maandag gaf ik ze een paar centimeter ademruimte, en elke zondag zette Jouke ze bij terugkomst weer tegen elkaar aan.
18
Gevoel voor richting 1-432:Opmaak 1
25-02-2013
15:45
Pagina 19
Gevoel voor richting
Micah negeerde mijn bezwaar. ‘Jouw leven stelt economisch gezien niets voor. Je schrijft boekrecensies en werkt parttime voor een literair tijdschrift dat zelfs mama niet leest. Ik heb een voorstel.’ ‘Hm?’ ‘Zoek een schitterend appartement voor ons, wat je maar wilt. Doe maar een met drie slaapkamers zodat mama bij ons kan logeren.’ ‘En papa dan?’ ‘Je maakt een geintje.’ ‘Ik maak een geintje.’ Onze papa en zijn partner Brett kwamen alleen met Halloween of tijdens de Gay Pride en logeerden dan in smerige pensions in de wijk Castro. We spraken regelmatig met hem af, maar hij liet het vaak afweten. Ik belde mijn vader een keer op voor een eetafspraak. Hij praatte onsamenhangend en met dubbele tong, en op de achtergrond stond Abba keihard aan. Brett nam de telefoon over en sprak met me af op de parkeerplaats van de Safeway in Castro om de sleutels terug te geven van de auto die ze van me hadden geleend. Toen Brett me aan zag komen en de zon schuilging achter de Twin Peaks, gooide hij zijn sigaret weg en doofde die met een brede, langzame draaibeweging van zijn voet. ‘Sorry,’ zei hij, terwijl hij nog steeds op zijn peuk stond te trappen. Ik wist niet of het hem speet dat hij gerookt had, dat mijn vader dronken was, dat ze verliefd waren op elkaar, of dat ze opnieuw een afspraak hadden afgezegd. ‘Hoe dan ook,’ zei Micah, ‘ik betaal driekwart van de huur…’ ‘En dan verwacht je dat ik de was doe en schoonmaak?’ ‘Hoe weet je dat?’ ‘Vanaf het moment dat jij zes was en ik negen wacht je al op het moment dat je mij kunt dwingen die gore was van je te doen.’
19