NET VER WERK NET VOR ZUNG MING
Gemeinsam Projekte entwickeln Chancen der Strukturförderung
Gemeenschappelijk projecten ontwikkelen Kansen voor structuurversterking
samenwerkingsverband
Noord-Nederland
CLUS CLUS TER TER SAMEN BIL WER DUNG KING ON FOR DER SCH ZOEKS UNGS RE RE
GIO GION PRO PRO DUCT DUKT ONT ENT WIKKE WICK LING LUNG
Niedersachsen
Voorwoord Vorwort 2
De samenwerking tussen Noord-Nederland én Nedersaksen versterkt het internationale concurrentievermogen van onze regio. Dit economische gebied verschuift niet alleen door de EU-uitbreiding naar het Oosten in toenemende mate naar het centrum van Europa – een kans, die voor de toekomst nog intensiever te benutten is. Met de speerpuntgebieden energie, agribusiness, maritieme economie, logistiek en sensortechnologie tonen in het bijzonder de provincies Drenthe, Friesland en Groningen evenals het Noordwesten van Nedersaksen ontwikkelingsmogelijkheden, die een vergelijking op Europese schaal niet hoeven te schuwen. Door het succesvolle werk in de Eems Dollard Regio zijn in het verleden grensoverschrijdend belangrijke initiatieven tot uitvoering gekomen, die het concurrentievermogen van het gemeenschappelijke gebied duurzaam hebben verbeterd. Met het INTERREG IV A-programma wordt deze succesvolle samenwerking ook in de EU-programma-periode 2007 – 2013 voortgezet.
Die Zusammenarbeit zwischen dem Norden der Niederlande und Niedersachsen stärkt die internationale Wettbewerbsfähigkeit unserer Region. Dieser Wirtschaftsraum rückt nicht nur durch die EU-Osterweiterung zunehmend in das Zentrum Europas – eine Chance, die es künftig noch intensiver zu nutzen gilt. Mit den Kompetenzfeldern Energie, Agrobusiness, maritime Wirtschaft, Logistik und Sensortechnologie weisen insbesondere die Provinzen Drenthe, Fryslân und Groningen sowie der Nordwesten Niedersachsens Entwicklungsmöglichkeiten auf, die den europäischen Vergleich nicht scheuen müssen. Über die erfolgreiche Arbeit in der Ems Dollart Region sind in der Vergangenheit grenzübergreifend wichtige Vorhaben auf den Weg gebracht worden, die die Konkurrenzfähigkeit des gemeinsamen Raumes nachhaltig verbessert haben. Mit dem INTERREG IV A-Programm wird diese erfolgreiche Zusammenarbeit auch in der EU-Förderperiode 2007 – 2013 fortgesetzt.
Ook de afzonderlijke programma’s van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) voor de doelstelling »Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid« komen in de NoordNederlandse provincies en in Nedersaksen in belangrijke mate overeen en bieden potentieel voor een samenwerking, die succes en synergieën voor beide zijden belooft. Innovatie, clustering, netwerken, technologietransfer zijn niet alleen een leitmotiv voor de ondersteuning aan weerszijden van de grens maar ook aanknopingspunten voor gemeenschappelijke ondernemingen. Met deze brochure worden strategieën en stimulerings-uitgangspunten van de programma’s geschetst. Praktijkvoorbeelden illustreren de kansen voor samenwerking, die ook verder dan het directe grensgebied gaan. Wij willen het ontwikkelen van gemeenschappelijke projecten en de zoektocht naar projectpartners in de beide buurlanden aanmoedigen – met als doel de verdere intensivering van onze samenwerking.
Doch auch die jeweiligen Förderprogramme des Europäischen Fonds für regionale Entwicklung (EFRE) für die Zielgebiete »Regionale Wettbewerbsfähigkeit und Beschäftigung« enthalten in den nordniederländischen Provinzen und in Niedersachsen viele Übereinstimmungen und bieten Potenziale für eine Zusammenarbeit, die Erfolg und Synergien für beide Seiten versprechen. Innovation, Clustering, Netzwerke, Technologietransfer bilden Leitmotive für die Strukturfondsförderung diesseits und jenseits der Grenze sowie Anknüpfungspunkte für gemeinsame Unternehmungen. Mit dieser Broschüre werden Strategien und Förderansätze der Programme dargestellt. Praxisbeispiele illustrieren die Chancen von Kooperationen, die auch über den unmittelbaren Grenzraum hinausgehen. Wir möchten Mut machen für gemeinsame Projekte und für die Suche nach Projektpartnern im jeweiligen Nachbarland – mit dem Ziel der weiteren Intensivierung unserer Kooperation.
J. A. Jorritsma COM MISS ARIS VAN DE KONINGIN VAN FRIESL AND VOORZIT TER S A MENWERKINGS VERBAND NOORD - NEDERL AND
Joachim Werren NIEDER SÄCHSISCHER S TA AT SSEKRE TÄR FÜR WIR T SCHAF T , ARBEIT UND VERKEHR
Niedersachsen und der Norden der Niederlande mit den Provinzen Drenthe, Fryslân und Groningen: Europäische Nachbarn mit ähnlichen Zukunftsstrategien. Deutliche Gemeinsamkeiten weisen die Entwicklungsstrategien beider Regionen auf. Innovation und Übergang zur Wissenswirtschaft lauten die Zielsetzungen für den Norden der Niederlande. Niedersachsen baut auf die Entwicklung der Innovationskapazitäten sowie gesellschaftlicher Wissenspotenziale.
Nedersaksen en Noord-Nederland met de provincies Drenthe, Fryslân en Groningen: Europese buren met overeenkomstige toekomststrategieën. De ontwikkelingsstrategieën beider regio’s tonen duidelijke overeenkomsten. Innovatie en transitie naar een kenniseconomie is de doelstelling voor Noord-Nederland. Nedersaksen bouwt op de ontwikkeling van de innovatiecapaciteiten evenals op maatschappelijk kennispotentieel.
Noord-Nederland en Nedersaksen op weg naar een kenniseconomie Nordniederlande und Niedersachsen auf dem Weg zur wissensbasierten Wirtschaft In ihren jeweiligen Programmen zur »Regionalen Wettbewerbsfähigkeit und Beschäftigung«1 setzen die Nordniederlande und Niedersachsen im Förderzeitraum 2007 – 2013 einen deutlichen Schwerpunkt auf die Themen Innovation und wissensorientierte Wirtschaft. Darunter finden sich eine Reihe konkreter Fördermaßnahmen. Diese bieten zusätzliche Perspektiven, wenn Partner jenseits der Grenze in Projekte eingebunden werden 2: p Vernetzung und Cluster-Kooperation p Gemeinsame Forschungsregion p Produktentwicklung ohne Grenzen p Grenzübergreifende Berufs- und Bildungsmobilitität p Know-How-Austausch, z. B. in der Existenzgründungsförderung Die Ausgangssituation beider Regionen birgt ein hohes Kooperationspotenzial. Beispielsweise in den Bereichen Agrobusiness, Maritime Wirtschaft/Logistik, Informations- und Sensortechnologie sowie Energie bieten sich gemeinsame Entwicklungschancen. Die Einbindung in die transeuropäischen Netze und die zentrale Lage in Europa bilden die räumliche Basis. In gemeinsamen und komplementären Kompetenzbereichen werden Wissens- und Technologietransfer verwirklicht. Kapazitäten können grenzübergreifend genutzt und Chancen zur gemeinsamen Profilierung ergriffen werden. Erfolgsmodelle der Zusammenarbeit dienen als Motivation für zukünftige Projekte. Möglichkeiten der Strukturförderung sollen genutzt werden, um niedersächsisch-nordniederländische Kooperationen weiter auszubauen.
In hun afzonderlijke programma’s omtrent »regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid« 1 leggen Noord-Nederland en Nedersaksen in de programmaperiode 2007 – 2013 een duidelijk zwaartepunt bij de thema’s innovatie en een kennis-georiënteerde economie. Hierbij horen een aantal concrete stimuleringsmaatregelen. Deze bieden additionele perspectieven, wanneer partners aan weerszijden van de grens samenwerken in projecten 2: p Netwerkvorming en clustersamenwerking p Gemeenschappelijke onderzoeksregio p Productontwikkeling zonder grenzen p Grensoverschrijdende beroeps- en onderwijsmobiliteit p Know-How-uitwisseling, bijv. in het onderzoek naar het starten van ondernemingen De uitgangssituatie van beide regio’s heeft een hoog samenwerkingspotentieel. Bijvoorbeeld op het gebied van de agro-economie, maritieme economie en logistiek, informatie- en sensortechnologie evenals op het gebied van energie liggen kansen voor een gemeenschappelijke ontwikkeling. De verbondenheid in de transeuropese netwerken en de centrale ligging in Europa vormen hiervoor de ruimtelijke basis. Op gemeenschappelijke en complementaire speerpuntgebieden wordt kennis- en technologietransfer verwezenlijkt. Capaciteiten moeten grensoverschrijdend benut worden en kansen voor de gemeenschappelijke profilering moeten gegrepen worden. Succesvolle samenwerkingsmodellen dienen als motivatie voor toekomstige projecten. Mogelijkheden voor structurele stimulering moeten worden benut, om Nedersaksisch-Noord-Nederlandse samenwerking verder uit te breiden.
1 | Die elf niedersächsischen Landkreise im ehemaligen Regierungsbezirk Lüneburg sind Fördergebiet im Rahmen des Ziels »Konvergenz«. Für diese Landkreise gelten Kooperationsoptionen mit den Nordniederlanden gleichermaßen.
1 | De elf Nedersaksische ›Landkreise‹ in het voormalige bestuursdistrict Lüneburg zijn ontwikkelingsregio’s in het kader van doelstelling 1 ›convergentie‹. Voor deze ›Landkreise‹ gelden eveneens samenwerkingsopties met Noord-Nederland.
2 | Eine etwaige Finanzierung von Kooperationsprojekten erfolgt in fördertechnischer Hinsicht getrennt aus den jeweiligen Programmen.
2 | Een financiering van samenwerkingsprojecten zal in de vorm van afzonderlijke beschikkingen ten laste van de desbetreffende programma’s plaatsvinden.
33
Niedersachsen und die Nordniederlande verfolgen in ihren Entwicklungsstrategien moderne Cluster- und Netzwerkstrategien. Sektor- und branchenbezogene Cluster bilden sich regionsweit oder teilregional. Forciert werden soll in der Förderperiode 2007 – 2013 die Vernetzung und Zusammenarbeit über die Grenze hinweg. Damit werden weitere wirtschaftliche Aktivitäten angeregt und internationale Marktpositionen gemeinschaftlich gestärkt.
Nedersaksen en Noord-Nederland volgen in hun ontwikkelingsstrategieën moderne cluster- en netwerkstrategieën. Sector- en branchegebonden clusters vormen zich compleet of gedeeltelijk op regionale schaal. In de ontwikkelingsperiode 2007 – 2013 zullen de netwerkvorming en samenwerking over de landsgrenzen heen bevorderd worden. Daarmee worden verdere economische activiteiten gestimuleerd en internationale marktposities gemeenschappelijk versterkt.
Vernetzung und Cluster-Kooperation Netwerkvorming en clustersamenwerking 4
BEISPIEL M ARITIME WIRTSCHAFT
VOORBEELD M ARITIEME ECONOMIE
Branchen wachsen zusammen Die maritime Wirtschaft wächst. Zu ihr zählen der Schiffbau nebst Zulieferindustrie, die See-, Küsten- und Binnenschifffahrt, die Hafenwirtschaft sowie die Logistik. Vom Großunternehmen bis zum kleinen und mittleren Unternehmen (KMU) ist die Struktur der maritimen Wirtschaft vielfältig. Auf niedersächsischer Seite wurde mit Gründung des Maritimen Kompetenzzentrums in Leer ein wichtiger Schritt getan, um strukturelle Voraussetzungen zu schaffen. Für die strategische Vernetzung der Akteure wird dort ein Netzwerkmanagement installiert. Auf niederländischer Seite gibt es ebenfalls erste regionale Organisationsansätze. Für die maritime Wirtschaft bietet sich naturgemäß die Zusammenarbeit über Ländergrenzen hinweg an. Lohnend ist die Zusammenarbeit in der maritimen Aus- und Fortbildung. Erste grenzübergreifende Ansatzpunkte gibt es mit einer Kooperation der Seefahrtsschulen in Leer und Delfzijl.
Branches groeien samen De maritieme economie groeit. Hiertoe behoren de scheepsbouw samen met de toeleveringsindustrie, de zee-, kust- en binnenscheepvaart, haveneconomie evenals de logistiek. Van grote ondernemingen tot het Midden- en Kleinbedrijf is de structuur van de maritieme economie veelsoortig. Aan de Nedersaksische zijde werd met de oprichting van het maritiem kenniscentrum in Leer een belangrijke stap gezet om structurele voorwaarden te scheppen. Voor de strategische netwerkvorming van de participanten wordt aldaar een netwerkmanagement opgezet. Aan de Nederlandse zijde is er eveneens een begin van een regionale organisatie te zien. Voor de maritieme economie ligt uiteraard de grensoverschrijdende samenwerking voor de hand. Waardevol is de samenwerking op het gebied van de maritieme opleiding en bijscholing. Eerste grensoverschrijdende intenties zijn er met een samenwerking van de zeevaartsscholen in Leer en Delfzijl.
»Der Mangel an Fachkräften für die maritime Wirtschaft ist sowohl in den Nordniederlanden als auch in Niedersachsen erheblich. Nur gemeinsam können wir diesen Bedarf decken. Deshalb liegt uns die Vernetzung der maritimen Schulen sowie die grenzübergreifende Aus- und Weiterbildung sehr am Herzen.«
»Het gebrek aan vakpersoneel voor de maritieme economie is zowel in NoordNederland als ook in Nedersaksen aanzienlijk. Alleen gezamenlijk kunnen wij aan deze vraag voldoen. Daarom ligt ons de netwerkvorming van de maritieme scholen net als de grensoverschrijdende opleiding en bijscholing na aan het hart.«
ALFRED HAR TM ANN , ATL A S REEDEREI AG , LEER
© Seaports-Pressebild
5
BEISPIEL ENERGIE
VOORBEELD ENERGIE
Auf dem Weg zu einer gemeinsamen europäischen Kompetenzregion Der Norden der Niederlande und der Nordwesten Deutschlands besitzen gemeinsam das Potenzial einer führenden europäischen Energieregion. Insbesondere in den erneuerbaren Energien, aber auch in der Energieproduktion und dem Energietransport liegen die Kompetenzen. Auf nordniederländischer Seite ist der Gassektor hervorragend entwickelt. Damit in Zusammenhang werden zunehmend nachhaltige Energielösungen entwickelt. Niedersachsen hat große Potenziale in der Windkraft und der Bioenergie – Entwicklungsbereiche, die sich technisch gut ergänzen. Die Basis auf dem Weg zur europäischen Energieregion bilden die regionalen Institute und Unternehmen. Erste Initiativen zur Etablierung einer europäischen Energieregion sind gestartet.
Op weg naar een gemeenschappelijk Europese competentieregio Het Noorden van Nederland en het Noordwesten van Duitsland bezitten samen het potentieel voor een toonaangevende Europese energieregio. De competenties liggen in het bijzonder op het gebied van de vernieuwende energie, maar ook op het gebied van de productie en transport van energie. Aan de Noord-Nederlandse zijde is de gassector uitstekend ontwikkeld. In het verlengde daarvan zijn diverse duurzame energieactiviteiten sterk in opkomst. Nedersaksen heeft een groot ontwikkelingspotentieel op het terrein van de windenergie en bioenergie, die elkaar technisch goed aanvullen. De basis op weg naar de Europese energieregio wordt gevormd door de regionale instituten en ondernemingen. De eerste initiatieven voor een oprichting van een Europese energieregio zijn gestart.
»Cluster clustern«
»Clusters clusteren«
Geeignete Ausgangspunkte für die Entwicklung europäischer Kompetenzregionen bilden Clusteransätze. Befi nden sich Netzwerke ähnlicher Sektoren/Branchen beiderseits der Grenze, liegen Cluster-Kooperationen auf der Hand. Die Interaktionsmöglichkeiten vervielfachen sich, zusätzliche win-win-Situationen entstehen. B EIS P I EL : Der Kooperationsverband Stichting Energy Valley bündelt in beeindruckender Weise die Energiekompetenzen der Nordniederlande. Auf niedersächsischer Seite hat sich beispielsweise das Oldenburger Energiecluster (OLEC) erfolgreich etabliert.
Passende uitgangspunten voor de ontwikkeling van Europese kennisregio’s vormen de clusterplannen. Wanneer zich netwerken van gelijksoortige sectoren / branches aan weerszijden van de grens vormen, ligt clustersamenwerking voor de hand. De interactiemogelijkheden verveelvoudigen zich, waardoor additionele win-win-situaties ontstaan. VO O R B EEL D : het samenwerkingsverband ›Stichting Energy Valley‹ bundelt op opmerkelijke wijze de energiecompetenties van Noord-Nederland. Aan de Nedersaksische zijde is bijvoorbeeld het Oldenburger Energiecluster (OLEC) succesvol opgericht.
Onderzoek- en ontwikkelingsactiviteiten (O&O) in Noord-Nederland en in Nedersaksen richten hun oogmerk op een sterkere internationale oriëntering van hogescholen/universiteiten en ondernemingen. Gemeenschappelijke Duits-Nederlandse onderzoeksactiviteiten zijn graag gezien. De visie op lange termijn is een op de economie gerichte gemeenschappelijke O&O-markt in het Noorden.
Forschungs- und Entwicklungsaktivitäten (FuE) in den Nordniederlanden und in Niedersachsen fokussieren auf einer stärkeren internationalen Orientierung von Hochschulen und Unternehmen. Gemeinsame deutsch-niederländische Forschungsaktivitäten werden begrüßt. Langfristige Vision ist ein auf die Wirtschaft ausgerichteter gemeinsamer FuE-Markt im Norden.
Gemeenschappelijke onderzoeksregio Gemeinsame Forschungsregion 6
VOORBEELD SENSORTECHNOLOGIE
BEISPIEL SENSORTECHNOLOGIE
Gemeenschappelijke uitdagingen gemeenschappelijk aangaan Noord-Nederland, in het bijzonder Drenthe, is wereldwijd toonaangevend op het gebied van de sensortechnologie – een speerpuntgebied van steeds toenemende betekenis. Behalve voor de energie- en landbouweconomie biedt de technologie grote toepassingsmogelijkheden voor de kustbescherming: dijken vormen een infrastructuur, die van levensbelang is. Een dijk is echter zo sterk als zijn zwakste schakel. Een integrale dijkbewaking is daarom noodzakelijk. Hiervoor werden innovatieve informatie- en sensortechnologieën ontwikkeld. Met het IJkdijk-instituut ontstaat direct aan de Nederlandse zijde van de grens een uniek test- en onderzoeksstation. IJkdijk biedt de kans, gemeenschappelijk oplossingen voor grensoverschrijdende hoogwaterbescherming te ontwikkelen.
Gemeinsame Herausforderungen gemeinsam meistern Die Region, insbesondere Drenthe, ist weltweit führend im Bereich der Sensortechnologie – ein Kompetenzfeld von zunehmender Bedeutung. Neben der Energie- und der Agrarwirtschaft bietet die Technologie großes Potenzial für den Küstenschutz: Deiche sind existenzielle Infrastruktur. Ein Deich ist jedoch nur so stark wie sein schwächster Sektor. Eine lückenlose Überwachung ist deshalb geboten. Hierfür werden innovative Informations- und Sensortechnologien entwickelt. Mit der IJkdijk-Einrichtung entsteht auf niederländischer Seite direkt an der Grenze eine einmalige Test- und Forschungsstation. IJkdijk bietet die Chance, gemeinsame Lösungen für grenzübergreifende Herausforderungen des Hochwasserschutzes zu entwickeln.
Samenwerkingspartners TNO en OFFIS
Kooperationspartner TNO und OFFIS
De O&O-afdeling Microsysteemtechniek en nanocontrole van het Oldenburgs informaticainstituut ›OFFIS‹ is actief op het gebied van draadloze sensornetten en werkt nauw samen met de onderzoeksorganisatie TNO in Groningen. Gemeenschappelijk worden innovatieve sensornetwerktechnologieën ontwikkeld, die binnen het IJkdijk-project worden getest.
Der FuE-Bereich Mikrosystemtechnik und Nanohandhabung des Oldenburger Informatikinstitutes OFFIS arbeitet auf dem Gebiet der drahtlosen Sensornetze und kooperiert eng mit der Forschungsorganisation TNO in Groningen. Gemeinsam werden innovative Sensornetzwerktechnologien entwickelt, die am IJkdijk-Projekt erprobt werden.
7
VOORBEELD WATERTECHNOLOGIE
BEISPIEL WA SSERTECHNOLOGIE
Leren van de buren Wetsus – centre of excellence for sustainable water technology – is een faciliterend intermediair voor trendsettende kennisontwikkeling op het gebied van duurzame waterbehandelingstechnologie. Wetsus, gevestigd in Leeuwarden, creëert een unieke omgeving en strategische samenwerking om rendabele en duurzame waterbehandelingstechnologie van topniveau te ontwikkelen. Wetsus opereert daarbij als Technologisch Topinstituut Watertechnologie, waarin 65 bedrijven en zes kennisinstellingen op een inspirerende wijze multidisciplinair samenwerken. Samen met haar partners levert Wetsus zo een belangrijke bijdrage aan de oplossing van de wereldwaterproblematiek. Wetsus creëert een Europese waterkennis-hotspot rondom haar academisch onderzoekslaboratorium in Leeuwarden. Voorbeelden daarvan zijn de realisatie van faciliteiten voor startende ondernemers, onderzoeks- en productielaboratoria, speciale locaties om nieuwe technologie op praktijkschaal te kunnen demonstreren en een concentratie aan gerelateerde bedrijvigheid en onderwijs. Samenwerking is het sleutelwoord in de activiteiten van Wetsus. Overheden, bedrijven en kennisinstellingen uit Nedersaksen zouden uitstekend van deze concentratie aan waterkennis in Noord-Nederland kunnen profiteren. De deur staat open.
»Die Arbeit von Wetsus als Wissensinstitut rund um das Thema Wasser basiert auf Zusammenarbeit und der Schaffung von Synergien. Sehr gerne beziehen wir unsere Nachbarn dabei ein. Auf diesem Wege können wir die einzigartigen Forschungscluster der Nordniederlande weiter ausdehnen und Niedersachsen kann als Partner am Wissen sowie der wirtschaftlichen und gesellschaftlichen Verwertung teilhaben.«
Lernen von den Nachbarn Wetsus – centre of excellence for sustainable water technology – ist ein Kompetenzentwickler und -vermittler auf dem Gebiet der nachhaltigen Wassertechnologie. Mit Sitz in Leeuwarden hat Wetsus eine einzigartige Umgebung strategischer Zusammenarbeit geschaffen, um wirtschaftliche und nachhaltige Wassertechnologien auf Spitzenniveau zu entwickeln. Hier arbeiten 65 Unternehmen und sechs Wissenseinrichtungen auf inspirierende Weise in einem Spitzeninstitut multidisziplinär zusammen. Gemeinsam mit seinen Partnern liefert Wetsus wichtige Beiträge für die Lösung weltweiter Wasserprobleme. Wetsus hat einen europäischen Spitzenstandort für Wassertechnologie rund um sein Forschungslabor in Leeuwarden geschaffen. Beispielhaft ist die Schaffung von infrastrukturellen Voraussetzungen für Existenzgründer und Wissenschaft. Spezielle Pilotstandorte dienen dazu, neue Technologien in der Praxis zu demonstrieren. Verbundene Unternehmungen und Bildungseinrichtungen sind hier konzentriert. Kooperation ist das Schlüsselwort der Aktivitäten von Wetsus. Öffentliche Einrichtungen, Unternehmen und wissenschaftliche Institute aus Niedersachsen könnten in Zukunft noch stärker von den Kompetenzen rund um das Thema Wasser in den Nordniederlanden profitieren. Die Tür steht offen.
»Wetsus drijft als waterkennisinstituut op samenwerking en de synergie die dat met zich meebrengt. Heel graag betrekken we onze buren in die samenwerking. Op die manier kunnen we de unieke clustering van kennis in Noord-Nederland verder uitbreiden en Nedersaksen als partner laten delen in de kennis en de zakelijke en maatschappelijke verwaarding daarvan«
JOHANNES BOONSTRA , WETSUS , LEEUWARDEN
Beiderseits der Grenze gewinnen Wissens- und Innovationskooperationen zwischen Hochschulen und Unternehmen an Bedeutung. Was liegt näher, als die Transfertätigkeiten auch grenzübergreifend auszuüben? In bestimmten Sektoren stehen Transfergeber oder Transfernehmer im Nachbarland »passgenauer« zur Verfügung und es ergeben sich zusätzliche win-winEffekte für die gesamte Region.
Aan weerszijden van de grens worden kennis- en innovatiesamenwerkingsverbanden tussen hogescholen/universiteiten en ondernemingen steeds belangrijker. Wat ligt meer voor de hand als de grensoverschrijdende kennistransfers tot stand kan worden gebracht? In bepaalde sectoren kan het aanbod van kennis naadloos worden afgestemd op de vraag naar kennis in het buurland en ontstaan er additionele win-win-effecten voor de gehele regio.
Produktentwicklung ohne Grenzen Productontwikkeling zonder grenzen 8
BEISPIEL NACHWACHSENDE ROHSTOFFE
VOORBEELD HERNIEUWBARE GRONDSTOFFEN
Die Erfolge sind sichtbar Das »Kompetenzzentrum 3N-Niedersachsen Netzwerk Nachwachsende Rohstoffe« in Werlte fördert auf Kooperationsbasis die Entwicklung und Anwendung marktfähiger Produkte, Produktionsverfahren und Dienstleistungen im Bereich »Nachwachsende Rohstoffe« einschließlich der Bioenergie. Aus der langjährigen Zusammenarbeit mit Partnern aus den Nordniederlanden sind enge Kooperationsbeziehungen und eine Reihe erfolgreicher Projekte hervorgegangen: Biotopf-Projekt, Life Science-Projekt, North Sea Bioenergy-Projekt, BioMotion-Projekt.
Het succes is zichtbaar Het »Kompetenzzentrum 3N-Niedersachsen Netzwerk Nachwachsende Rohstoffe« in Werlte stimuleert op samenwerkingsbasis de ontwikkeling en toepassing van verkoopbare producten, productiemethodes en diensten op het gebied van de hernieuwbare grondstoffen inclusief de biologische energie. Vanuit de meerjarige samenwerking met partners uit Noord-Nederland zijn nauwe relaties en een aantal succesvolle projecten ontstaan: Biotopf-project, Life Science-project, North Sea Bioenergy-project, BioMotion-project.
Kooperationspartner aus den Niederlanden
Samenwerkingspartners uit Nederland
seit vielen Jahren in enger Zusammenarbeit mit 3N: p Dienst Landelijk Gebied DLG Groningen p Bio Energy Noord BEN p Praktijkonderzoek Plant & Omgeving PRO p Rodenburg Biopolymers p Provincie Fryslân p TechnologieCentrum Noord-Nederland TCNN
sinds vele jaren in nauwe samenwerking met 3N: p Dienst Landelijk Gebied DLG Groningen p Bio Energy Noord BEN p Praktijkonderzoek Plant & Omgeving PRO p Rodenburg Biopolymers p Provincie Fryslân p TechnologieCentrum Noord-Nederland TCNN
»Grensoverschrijdende projecten functioneren pas goed, wanneer men met de partners niet alleen inhoudelijk communiceert, maar ook duurzame contacten in het buurland onderhoudt.«
»Grenzübergreifende Projekte funktionieren dann gut, wenn Partner nicht nur fachlich kommunizieren, sondern auch dauerhafte Kontakte ins Nachbarland pflegen.« DR . M ARIE - LUISE ROT TM ANN - ME YER ,
3 N , WERLTE
Fundamenteel onderzoek (RUG) Grundlagenforschung (RUG) + Karakterisering van het nieuwe product (TNO) + Charakterisierung des neuen Produkts (TNO) + Productontwikkeling en -toepassing (DIL) + Produktentwicklung und -anwendung (DIL) = Innovatief product door samenwerking = Innovatives Produkt durch Kooperation
BEISPIEL LEBENSMIT TELTECHNIK
VOORBEELD LEVENSMIDDELENTECHNIEK
Von der Grundlagenforschung zur Produktentwicklung Die Rijksuniversiteit Groningen (RUG), Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek (TNO) und das Deutsche Institut für Lebensmitteltechnik (DIL) sind über die anwendungsorientierte Forschung im Bereich Lebensmittelsicherheit eng miteinander und mit der Ernährungswirtschaft verbunden. Gemeinsam wurde das Kompetenznetzwerk für Lebensmittelforschung und Produktentwicklung etabliert. Hier werden Unternehmen der Ernährungsindustrie über aktuelle Trends informiert und innovative Produkte entwickelt. Daneben bilden der Technologie-, Wissensund Informationstransfer die Ebenen der Kooperationen. Grenzübergreifende Marktinformationen und Kontakttage zwischen Wissenschaft und Unternehmen sind Beispiele. Durch die Zusammenarbeit entsteht ein Spektrum von Leistungen, das in diesem Umfang auf nur einer Seite der Grenze kaum erbracht werden könnte.
Van fundamenteel onderzoek naar productontwikkeling De Rijksuniversiteit Groningen (RUG), het TNO en het Deutsches Institut für Lebensmitteltechnik (DIL) zijn door het toepassingsgerichte onderzoek op het gebied van voedingsmiddelen nauw met elkaar en de voedingswetenschap verbonden. Gemeenschappelijk werd het competentienetwerk voor voedingsmiddelonderzoek en productontwikkeling opgericht. Hierin worden ondernemingen uit de voedingsmiddelenindustrie over actuele trends geïnformeerd en innovatieve producten ontwikkeld. Daarnaast vormen de technologie-, kennis- en informatietransfer het samenwerkingsterrein. Grensoverschrijdende marktinformatie en contactdagen tussen wetenschap en ondernemingen zijn voorbeelden hiervan. Door de samenwerking ontstaat een spectrum van diensten, hetgeen in deze omvang aan één zijde van de grens nauwelijks tot stand gebracht zou kunnen worden.
Produktbeispiel: Verbesserte Funktionalität von Milchprodukten durch EPS
Productvoorbeeld: Verbeterde functionaliteit van melkproducten door EPS
Der Verbraucher erwartet bei Quark und Speiseeis ein cremiges Geschmacksempfinden. Dazu werden in der modernen Lebensmittelherstellung Stabilisatoren eingesetzt. Durch die gemeinsame Arbeit von DIL, TNO und RUG konnten maßgeschneiderte Exopolysaccharide – kurz EPS – entwickelt werden, die im Lebensmittel die gewünschten Produkteigenschaften erzeugen. Grundlage der erfolgreichen Entwicklung war die grenzübergreifende Komplementarität der Kompetenzen.
De consument verwacht bij kwark en consumptie-ijs een romige smaak. Daartoe worden in de moderne voedingsmiddelenproductie stabilisatoren gebruikt. Door de samenwerking van DIL, TNO en RUG konden Exopolysaccharide - kort EPS – op maat worden ontwikkeld, die voor de gewenste eigenschappen van het product zorgen. Basis van deze succesvolle samenwerking was de grensoverschrijdende complementariteit van de competenties.
9
Europa stimuleert regionale ontwikkeling en samenwerking Europa fördert regionale Entwicklung und Kooperation 10
Regionale Wettbewerbsfähigkeit und Beschäftigung Das Ziel »Regionale Wettbewerbsfähigkeit und Beschäftigung« der EU-Strukturpolitik ist für Niedersachsen und die Nordniederlande ein bedeutendes Instrument zur Umsetzung ihrer Entwicklungsstrategien. Für die Nordniederlande trägt das entsprechende Operationelle Programm wesentlich zur Umsetzung der »Strategischen Agenda Noord-Nederland 2007 – 2013« bei. In Niedersachsen existiert mit dem Ziel »Konvergenz« ein weiteres EFRE-Programm, speziell für die Region Lüneburg. »Regionale Wettbewerbsfähigkeit und Beschäftigung« zielt ab auf die Stärkung der Attraktivität und Wettbewerbsfähigkeit der Regionen, aufbauend auf vorhandenen Stärken im Sinne der sogenannten »Lissabon-Strategie«. Dazu gehört die Stärkung der europäischen Zusammenarbeit sowie die Förderung der internationalen Vernetzung der Unternehmen. Trotz der primär regionalen Umsetzung beinhalten die Operationellen Programme der Nordniederlande und Niedersachsens diese europäische Orientierung. Die projektorientierte deutsch-niederländische Zusammenarbeit soll auf dieser Basis im Zeitraum 2007 bis 2013 forciert werden.
Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid De doelstelling »Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid« van het structuurfondsenbeleid van de Europese Unie is voor Nedersaksen en Noord-Nederland een belangrijk instrument voor de realisatie van haar ontwikkelingsstrategieën. Voor Noord-Nederland draagt het desbetreffende operationeel programma wezenlijk bij aan de realisatie van de »Strategische agenda Noord-Nederland 2007 – 2013«. Er bestaat in Nedersaksen een additioneel EFROprogramma met de doelstelling »Convergentie«, speciaal voor de regio Lüneburg. »Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid« is gericht op de versterking van de aantrekkelijkheid en het concurrentievermogen van de regio’s, voortbouwend op reeds bestane sterktes in het licht van de zogenaamde »Lissabon-strategie«. Daartoe behoort de versterking van de Europese samenwerking evenals de stimulering van de internationale netwerkvorming van ondernemingen. Ondanks de primair regionale uitvoering hebben de operationale programma’s van Noord-Nederland en Nedersaksen deze Europese orientatie. De projectgerichte Duits-Nederlandse samenwerking zal op deze basis in het programmaperiode 2007 – 2013 worden uitgevoerd.
PRIORITÄTEN EFRE - PROGR A M M NORDNIEDERL ANDE
1. Innovation, Unternehmertum und Wissenswirtschaft (265 Mio €) 2. Attraktive Regionen (119 Mio €) 3. Attraktive Städte (119 Mio €)
PRIORITEITEN EFRO - PROGR AMM A NOORD - NEDERL AND 1. Innovatie, kenniseconomie en ondernemerschap (265 mln. €) 2. Aantrekkelijke steden (119 mln. €) 3. Aantrekkelijke regio’s (119 mln. €)
PRIORITÄTEN EFRE - PROGR A M M NIEDERSACHSEN (inkl. »Konvergenz« Region Lüneburg) 1. Steigerung der betrieblichen Wettbewerbsfähigkeit und Beschäftigung (651 Mio €) 2. Entwicklung der Innovationskapazitäten und gesellschaftlicher Wissenspotenziale (495 Mio €) 3. Unterstützung spezifischer Infrastrukturen für nachhaltiges Wachstum (732 Mio €) 4. Umwelt und nachhaltige Stadtentwicklung (371 Mio €)
PRIORITEITEN EFRO - PROGR AMM A NEDERSAKSEN (incl. »convergentie«-regio Lüneburg) 1. Verhoging van het concurrentievermogen van bedrijven en werkgelegenheid (651 mln. €) 2. Ontwikkeling van innovatiecapaciteiten en maatschappelijke kennispotentieel (495 mln. €) 3. Ondersteuning van specifieke infrastructuren voor duurzame groei (732 mln. €) 4. Milieu en duurzame stadsontwikkeling (371 mln. €)
INTERREG – bereits viel Erfahrung mit deutsch-niederländischer Zusammenarbeit Ebenfalls aus dem Europäischen Fonds für Regionale Entwicklung (EFRE) werden die INTERREG-Programme der EU gespeist. Diese bewährten Instrumente der Regionalentwicklung stehen in der Förderperiode 2007 – 2013 weiterhin für deutsch-niederländische Kooperationsprojekte zur Verfügung. Inhaltlich handelt es sich zum Teil um ähnliche Themen wie in den Programmen
INTERREG – al veel ervaring met Duits-Nederlandse samenwerking Ook de INTERREG-programma’s van de EU worden uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) gevoed. Deze beproefde instrumenten voor de regionale ontwikkeling staan in de ontwikkelingsperiode 2007 – 2013 wederom voor Duits-Nederlandse samenwerkingsprojecten ter beschikking. Inhoudelijk komen de thema’s, die voor ondersteuning in aanmerking komen grotendeels overeen
»Die EFRE Programme der Nordniederlande und Niedersachsens sind in ihren strukturpolitischen Zielen und Fördermaßnahmen sehr ähnlich. Wir sind daher optimistisch, dass wir auf dieser Basis in den nächsten Jahren gemeinsame bzw. aufeinander abgestimmte Projekte realisieren können.«
»De EFRO programma’s van Noord-Nederland en Nedersaksen zijn met hun prioritaire doelstellingen en stimuleringsmaatregelen gelijksoortig. Wij zijn daarom optimistisch, dat we op deze basis in de komende jaren gemeenschappelijke d. w .z. op elkaar afgestemde projecten kunnen realiseren.« J . G . WIARDA , SA MENWERKINGS VERBAND NOORD - NEDERL AND , PROGR A M M A SECRE TARIS
zur »Regionalen Wettbewerbsfähigkeit und Beschäftigung«, die jeweils ihren Beitrag zur Lissabon-Strategie zu leisten haben.
met de programma’s »Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid«, die een bijdrage moeten leveren aan de Lissabon Agenda.
INTERREG A – grenzübergreifend Aus dem deutsch-niederländischen Kooperationsprogramm werden Projekte im unmittelbaren Grenzraum der Ems Dollart Region und der EUREGIO auch weiterhin umfangreich unterstützt.
INTERREG A - grensoverschrijdend Vanuit het Duits-Nederlands samenwerkingsprogramma worden projecten in het directe grensgebied van de Eems Dollard Regio en de EUREGIO wederom ondersteund.
PRIORITÄTEN ( PROGR A M M D / NL GESA MT )
PRIORITEITEN ( PROGR AMM A D / NL TOTA AL )
1. Wirtschaft, Technologie und Innovation (176 Mio €) 2. Nachhaltige regionale Entwicklung (50 Mio €) 3. Integration und Gesellschaft (50 Mio €)
1. Economie, technologie en innovatie (176 mln. €) 2. Duurzame regionale ontwikkeling (50 mln. €) 3. Integratie en maatschappij (50 mln. €)
INTERREG B – transnational Gefördert werden Projekte mit weiteren Partnern aus dem Nordseeraum. Hierfür gibt es zahlreiche gute Projektbeispiele, die auf niedersächsisch-nordniederländischer Zusammenarbeit beruhen. PRIORITÄTEN ( NORDSEE - PROGR A M M GESA MT ) 1. Innovation (57 Mio €) 2. Umwelt (78 Mio €) 3. Transport (78 Mio €) 4. Städtischer und ländlicher Raum (47 Mio €)
INTERREG B – transnationaal Hiermee worden projecten ondersteund, die met partners uit regio’s uit het Noordzeegebied worden uitgevoerd Ook hier zijn er talrijke goede projectvoorbeelden aanwijsbaar, die worden ondersteund op grond van Nedersaksisch-Noordnederlandse samenwerking. 1. Innovatie (57 mln. €) 2. Milieu (78 mln. €) 3. Transport (78 mln. €) 4. Stedelijke en landelijke ruimte (47 mln. €)
INTERREG C – interregional Das INTERREG C-Programm fördert Kooperationsprojekte mit zusätzlichen Partnern europaweit. Deutsch-niederländische Kooperationen können den Ausgangspunkt bilden.
INTERREG C – interregionaal Het INTERREG C-programma ondersteunt samenwerkingsprojecten met additionele partners europawijd. Duits-Nederlandse samenwerkingsverbanden kunnen hiervoor het uitgangspunt vormen.
PRIORITEITEN ( NOORDZEEPROGR AMM A TOTA AL )
PRIORITÄTEN ( EUROPA GESA MT )
PRIORITEITEN ( EUROPA TOTA AL )
1. Innovation und wissensbasierte Wirtschaft (224 Mio €) 2. Umweltschutz und Risikovermeidung (159 Mio €)
1. Innovatie en kennisgebaseerde economie (224 mln €) 2. Milieubescherming en risicovermijding (159 mln. €)
Mit den Instrumenten der Europäischen Strukturpolitik stehen aussichtsreiche Möglichkeiten zur Verfügung, die deutsch-niederländische Zusammenarbeit in der Region weiter zu forcieren und finanziell zu unterstützten. Die Programme »Wettbewerbsfähigkeit und Beschäftigung« der Nordniederlande und Niedersachsens mögen hierbei neue Ansätze für erfolgreiche Projektentwicklungen eröffnen.
Met de instrumenten van de Europese structuurpolitiek staan mogelijkheden ter beschikking om de Duits-Nederlandse samenwerking te bevorderen en financieel te ondersteunen. De programma’s »Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid« van NoordNederland en Nedersaksen kunnen hierbij mogelijk een nieuwe aanzet tot succesvolle projectontwikkelingen geven.
Regionale Wettbewerbsfähigkeit und Beschäftigung Regionaal concurrentiekracht en werkgelegenheid www.snn.eu | www.eu-foerdert.niedersachsen.de 2
Ansprechpartner für die niedersächsisch-nordniederländische Zusammenarbeit in den Strukturfonds Contactpersoon voor de Nedersaksisch - Noord-Nederlandse samenwerking in het structuurfonds Jelle Wiarda Samenwerkingsverband Noord-Nederland Programmasecretaris Laan Corpus den Hoorn 200 9728 JS Groningen Tel: ++31 (0) 50 - 522 49 68
[email protected] www.snn.eu Otto Meding Carsten Seyfarth Regierungsvertretung Oldenburg Theodor-Tantzen-Platz 8 26122 Oldenburg Tel: ++49 (0) 441 - 799-22 85 /-23 58
[email protected] [email protected] www.rv-ol.niedersachsen.de
IMPRESSUM
HER AUSGEBER
Niedersächsisches Ministerium für Wirtschaft, Arbeit und Verkehr Samenwerkingsverband Noord-Nederland KONZEP TION
MCON, Oldenburg GES TALT UNG
Mensch und Umwelt, Oldenburg Oldenburg, Juni 2008