Gemeente Woensdrecht BIJLAGENBUNDEL. Bestemmingsplan. Herontwikkeling Glatt-locatie, Putte

Compositie 5 stedenbouw bv Boschstraat 35 - 37 4811 GB Breda telefoon

076 – 5225262

fax

076 – 5213812

email

[email protected]

internet

www.c5s.nl

kvk Breda

20083802

Gemeente Woensdrecht Bestemmingsplan “Herontwikkeling Glatt-locatie, Putte”

BIJLAGENBUNDEL

Projectnr. Datum:

132303 juli 2014

Inhoud Bijlage 1

Landschappelijk inpassingsplan Econsultancy, Landschappelijk inpassingsplan Oriënterende fase Hof van Putte te Putte in de gemeente Woensdrecht, d.d. 4 september 2013

Bijlage 2

Inrichtingsschets Compositie 5 stedenbouw bv, Inrichtingschets Hof van Putte schaal 1:500, d.d. 30 juli 2014

Bijlage 3

Onderzoek verkeer en parkeren DTV Consultants, Hof van Putte Parkeren en verkeer, d.d. 6 september 2013

Bijlage 4

Economisch effectenonderzoek Emma retail, Economisch effectenonderzoek Hof van Putte Woensdrecht, d.d. 5 mei 2014

Bijlage 5

Berekening kwaliteitsverbetering Compositie 5 stedenbouw bv, Berekening kwaliteitsverbetering landschap t.b.v. bestemmingsplan ‘Herontwikkeling Glatt-locatie, Putte’, d.d. 30 juli 2014

Bijlage 6

Verkennend bodemonderzoek Econsultancy, Verkennend bodemonderzoek Hof van Putte te Putte in de gemeente Woensdrecht, d.d. 19 augustus 2013

Bijlage 7

Watertoets Econsultancy, Watertoets Hof van Putte te Putte in de gemeente Woensdrecht, d.d. 30 april 2014

Bijlage 8

Archeologisch onderzoek Econsultancy, Archeologisch bureauonderzoek en verkennend booronderzoek Hof van Putte te Putte in de gemeente Woensdrecht, d.d. 14 maart 2014

Bijlage 9

Berekening stikstofdepositie Wematech, Stikstofdepositie berekening “Hof van Putte” Putseweg 13 te Woensdrecht, d.d. 6 september 2013

Bijlage 10 Quickscan flora en fauna Econsultancy, Quickscan flora en fauna Hof van Putte te Putte in de gemeente Woensdrecht, d.d. 4 september 2013 Bijlage 11 Ecologisch vervolgonderzoek Econsultancy, Aanvullend ecologisch onderzoek Hof van Putte te Putte in de gemeente Woensdrecht, d.d. 24 maart 2014 Bijlage 12

Akoestisch onderzoek Wematech, Akoestisch onderzoek “Hof van Putte” Putseweg 13 te Woensdrecht, d.d. 28 juli 2014

Bijlage 13 Nota van beantwoording Gemeente Woensdrecht Bijlage 14 Staat van wijzigingen Gemeente Woensdrecht

Bijlage 1

LANDSCHAPPELIJK INPASSINGSPLAN (ORIËNTERENDE FASE) HOF VAN PUTTE TE PUTTE GEMEENTE WOENSDRECHT

Landschappelijk inpassingspan Oriënterende fase Hof van Putte te Putte in de gemeente Woensdrecht

Opdrachtgever

Aannemersbedrijf B. de Nijs-Soffers b.v. Dhr. B. de Nijs Postbus 183 4630 AD Hoogerheide

Project Rapportnummer

WOE.C5S.ECO 13043233B

Status

Eindrapportage

Datum

4 september 2013

Vestiging

Boxmeer

Opsteller

Ing. R.A.J. Pijnenburg

Paraaf

Kwaliteitscontrole

Ing. J. Winkelhorst

Paraaf

Kwaliteitszorg Econsultancy is lid van het Netwerk Groene Bureaus (NGB). Het NGB is een vereniging van ecologische advies- en onderzoeksbureaus die werkt aan de kwaliteit van advisering gericht op natuur, landschap, water, milieu en ruimte en die de belangen behartigt van groene adviesbureaus. Het Netwerk hanteert een gedragscode die opdrachtgevers en andere belanghebbenden een basis biedt om de leden aan te spreken op de kwaliteit van hun werk. Betrouwbaarheid Dit onderzoek is op zorgvuldige wijze uitgevoerd conform de toepasselijke en van kracht zijnde regelgeving ten aanzien van natuurwetgeving. Econsultancy accepteert derhalve op voorhand geen aansprakelijkheid ten aanzien van mogelijke beslissingen die de opdrachtgever naar aanleiding van het door Econsultancy uitgevoerde onderzoek neemt.

INHOUDSOPGAVE 1

INLEIDING .................................................................................................................................. 1

2

LOCATIEGEGEVENS ................................................................................................................ 1 2.1 2.2

2.3 2.4 3

RESULTATEN EERDER ONDERZOEK .................................................................................... 7 3.1 3.2

4

Watertoets ........................................................................................................................ 7 Ecologische quickscan flora en fauna .............................................................................. 7

LANDSCHAPPELIJKE INPASSING ........................................................................................... 8 4.1 4.2

4.3

5

Huidige en toekomstige situatie plangebied ..................................................................... 1 Aardkundige waarden ....................................................................................................... 2 2.2.1 De Brabantse Wal .............................................................................................. 2 2.2.2 Bodemopbouw ................................................................................................... 3 2.2.3 Geohydrologie .................................................................................................... 3 2.2.4 Grondwater ......................................................................................................... 3 Historisch en huidig gebruik onderzoekslocatie en omgeving ......................................... 4 Landschapsstructuurkaart ................................................................................................ 6

Vigerend ontwerp.............................................................................................................. 8 Randvoorwaarden ............................................................................................................ 8 4.2.1 Provincie Noord-Brabant .................................................................................... 8 4.2.2 Watertoets .......................................................................................................... 8 4.2.3 Ecologische quickscan ....................................................................................... 8 Toetsing ontwerp en advies t.a.v. landschappelijke inpassing ......................................... 9 4.3.1 Toetsing op waarden en kenmerken .................................................................. 9 Herkenbaarheid Brabantse Wal ....................................................................................... 9 Aanwezigheid lijnvormige beplanting ............................................................................. 11 Wisselwerking tussen productiebossen en open landbouwenclave .............................. 11 De provinciale weg ......................................................................................................... 11 Erven als eilanden .......................................................................................................... 12 4.3.2 Toetsing aan watertoets ................................................................................... 13 4.3.3 Toetsing aan ecologische quickscan ............................................................... 13

CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN ..................................................................................... 15

13043233B WOE.C5S.ECO

1

INLEIDING

Econsultancy heeft van Aannemersbedrijf B. de Nijs - Soffers b.v. opdracht gekregen voor het opstellen van uitgangspunten ten behoeve van de landschappelijke inpassing voor de locatie “Hof van Putte” te Putte in de gemeente Woensdrecht. Deze landschappelijke inpassing wordt gevraagd in het kader van een bestemmingsplanwijziging. In dit landschappelijk inpassingsplan is beschreven op welke wijze rekening is gehouden bestaande aardkundige en landschappelijke waarden. Dit gezien het plangebied zich bevind binnen de groenblauwe mantel van de provincie Noord-Brabant. Een bestemmingsplan wijziging binnen dit plangebied stelt eisen aan het behoud, herstel en/of duurzame ontwikkeling van het watersysteem, ecologische- en landschappelijke waarden. Ten behoeve van het opstellen van dit landschappelijke inpassingsplan is gebruik gemaakt van de rapporten welke tevens door Econsultancy in het kader van dit plangebied zijn opgesteld. De opgestelde rapporten zijn te vinden onder de volgende titel en projectcode: - ecologische quick-scan, 13043233A; - watertoets, 13043234.

2 2.1

LOCATIEGEGEVENS Huidige en toekomstige situatie plangebied

De onderzoekslocatie betreft het plangebied “Hof van noorden van de kern van Putte in de gemeente Woensdrecht.

Putte”

aan

de

Putseweg

ten

De onderzoekslocatie is kadastraal bekend gemeente Putte, sectie G, nummers 1189, 1661, 1087, 1090 en 1144. Volgens het Actueel Hoogte bestand van Nederland (www.ahn.nl) bevindt het maaiveld zich op een hoogte van ± 13,30 m +NAP. De coördinaten van het midden van de onderzoekslocatie zijn X = 85.240, Y = 376.230. Het plangebied Hof van Putte is gesitueerd op het voormalige Glatt-terrein. De gronden waren tot begin jaren 2000 in gebruik door een steenhouwerij en granietwerkplaats. De voormalige bedrijfsbebouwing welke in verval is geraakt bestaat uit drie grote aaneengeschakelde hallen. Twee daarvan zijn op korte afstand van de Putseweg gesitueerd. Tevens staat op het terrein een oude bedrijfswoning behorende tot de steenhouwerij en granietwerkplaats. De initiatiefnemer is voornemens de voormalige Glatt-locatie te herontwikkelen. Uitgangspunt is om de huidige bebouwing te renoveren en gedeeltelijk nieuwbouw te realiseren. Hiermee wordt plaats geboden aan een amusementscentrum met onder andere een bowling, brasserie, kinderspeeltuin en casino.


Pagina 1 van 15

2.2

Aardkundige waarden

Het plangebied is gelegen in een aardkundig waardevol gebied dat door de provincie Noord-Brabant is aangemerkt als aardkundig monument. Deze gebieden worden door de provincie aangewezen om haar inwoners op het ontstaan van het landschap te attenderen. Daarom dient bij aanpassingen in deze gebieden rekening gehouden te worden met de bestaande landschappelijke kwaliteiten. 2.2.1

De Brabantse Wal

Het plangebied bevindt zich binnen een van de lobben van de Brabantse Wal. Dat wil zeggen in één van de ontginningen. De wal is een steilrand en loopt door het landschap van Steenbergen, langs Bergen op Zoom, Woensdrecht, Hoogerheide, Ossendrecht, Putte en verder in België. In totaal bestrijkt de wal 30 kilometer en heeft een maximale hoogte van 20 meter. Oorspronkelijk had de wal een rechte lijn en liep met een flauwe helling af naar de zee (1 miljoen jaar geleden). De wal bestaat uit kleilagen, zand en grind die in het verleden zijn afgezet door meanderende rivieren. Tussen de 1 miljoen en 400.000 jaar geleden liep de Schelde voor deze wal en sleet langzaam de flauwe helling tot de steile helling die het nu heeft. Gedurende verschillende ijstijden is vervolgens de rechte rand ingesneden door verschillende beken. Tijdens deze ijstijden heerste er een toendra klimaat in Nederland en was de grond constant bevroren (permafrost). Hierdoor kon het smeltwater van west Brabant in het voorjaar en zomer niet infiltreren in de bodem en werd het over het land afgevoerd naar de zee. Bij de Brabantse Wal vormde het ondiepe, brede dalinsnijdingen die het plateau zijn gelobde vorm hebben gegeven (Afbeelding I). Deze dalinsnijdingen zijn tot op heden nog te zien in het landschap en kunnen verduidelijkt weergegeven worden op de hoogtekaart (Afbeelding 2). Het feit dat in dit gebied het ontstaan van het landschap duidelijk zichtbaar is, maakt dat het voor Nederland een uniek gebied is en daarom door de provincie is aangemerkt als aardkundig monument. (bron: www.brabantsewal.nl)

Afbeelding 1: Principekaart van de Brabantse Wal (pijl: onderzoekslocatie) (bron: www.brabantsewal.nl)


Afbeelding 2: Hoogtekaart van het gebied met een lopend van 0 m tot 30 m t.o.v. NAP (pijl: onderzoekslocatie) (bron: www.ahn.nl)

Pagina 2 van 15

2.2.2

Bodemopbouw

Door de stichting voor bodemkartering (Stiboka) zijn sinds 1964 voor de bovenste 1,20 meter van de bodem bodemkaarten vervaardigd. Door Alterra worden deze kaarten ontsloten via bodemdata.nl. Uit gegevens van bodemdata.nl blijkt voor de onderzoekslocatie het volgende: De bovengrond bestaat uit een hoge zwarte enkeerdgrond (zEZ21), die volgens de Stichting voor Bodemkartering voornamelijk is opgebouwd uit leemarm en zwak lemig fijn zand (Gerijpte oude klei, anders dan keileem of potklei beginnend tussen 40 en 120 cm en tenminste 20 cm dik). De afzettingen, waarin deze bodem is ontstaan, behoren geologisch gezien tot de Formatie van Boxtel. Op de bodemkaart (Afbeelding 3) is duidelijk de landbouwenclave te zien waar zich de onderzoekslocatie in bevind. Daarnaast zijn ook de bossen op de hoger gelegen gronden te zien deze zijn geplaatst op de voormalige stuifzandduinen (geel gearceerd).

Afbeelding 3: Duidelijke ligging van de landbouwenclave tussen de stuifzand duinen, het grijs in het zuiden is de bebouwde kom van Putte (pijl: onderzoekslocatie) (bron: www.bodemdata.nl)

2.2.3

Geohydrologie

Het eerste watervoerend pakket heeft een dikte van ± 38 m en wordt gevormd door de matig fijne en matig grove zandlagen van de Formaties van Waalre en Maassluis. Het bovenste deel van de formatie van Waalre bestaat uit zand met schakelingen van klei of leem. Hierop ligt met een dikte van ± 1 m een dun, fijn zandige, matig doorlatende deklaag, behorende tot de Formatie van Boxtel. Het eerste watervoerend pakket wordt aan de onderzijde begrensd door afzettingen van de Formatie van Oosterhout. 2.2.4

Grondwater

TNO-NITG voert het databeheer van in de omgeving aanwezige grondwaterpeilputten waarin de grondwaterstandstand in het eerste watervoerende pakket wordt gemonitoord. Ten zuiden van de onderzoekslocatie op een afstand van 250 m is één peilbuis gelegen (B49G0417, meetperiode 1973 - 2001). De grondwaterstandmetingen in peilbuis B49G0417 zijn opgenomen t.o.v. maaiveld. Op de AHN is het maaiveld rondom de locatie van de peilbuis op ± 12,85 m +NAP gelegen. Op basis van de archiefmetingen en maaiveldhoogte is de Gemiddelde Hoogste Grondwaterstand (GHG) vastgesteld op 12,10 +NAP, waardoor de GHG ter plaatse van de onderzoekslocatie zich naar verwachting bevind op ± 1,20 m -mv. Het water van het eerste watervoerend pakket stroomt in zuidwestelijke richting. De onderzoekslocatie is niet in een grondwaterbeschermings- en/of grondwaterwingebied gelegen en er liggen geen pompstations in de buurt van de onderzoekslocatie.


Pagina 3 van 15

2.3

Historisch en huidig gebruik onderzoekslocatie en omgeving

De onderzoeklocatie is, zoals eerder genoemd, gelegen binnen een van de lobben van de Brabantse Wal. Parallel aan de Brabantse Wal is de Putseweg gelegen welke een verbinding vormt tussen Hoogerheide en Antwerpen. Deze weg is al op kaartmateriaal uit 1830 - 1850 (Afbeelding 4) te herkennen. Op het historische kaartmateriaal de landbouwenclave te herkennen die zich daar hedendaags ook bevindt, echter is hij kleiner qua oppervlak. Rond dezelfde tijd bevind zich rondom het enclave een smalle bosstrook met daarachter, op de hoger gelegen gedeelten, stuifduinen. De meer lager gelegen zandgronden zijn daarmee eerder als landbouwgrond in gebruik genomen dan de hoger gelegen stuifzandduinen. Deze landbouwgronden zijn door middel van een boshoeveontginning (bron: www.brabantsewal.nl) in gebruik genomen. Deze manier van ontginnen is herkenbaar aan zijn lange smalle kavels welke vaak onregelmatig verdeelt zijn.

Afbeelding 4: Historische kaart uit 1830 - 1850 (pijl: onderzoekslocatie) (bron: www.watwaswaar.nl)

Aan de Putseweg is al op oud kaartmateriaal woningen/bebouwing te herkennen. Hoogstwaarschijnlijk van akkerbouwers die eigenaar waren van grond binnen deze landbouwenclave. Door de loop van de tijd is te zien dat het enclave en de bossen in formaat toenemen en de stuifduinen worden teruggedrongen, dit door de aanplant van dennenhout. Rond 1898 is bijna een massief bos ontstaan met nog maar enkele kleine heide- en stuifduinpercelen. In de enclave is dan voor het eerst het onderzoeksperceel te herkennen aan zijn vorm, er is echter nog geen bebouwing aanwezig. Opvallend aan deze tijd is dat veel akkerpercelen beplanting aan de rand hebben. Deze beplanting is waarschijnlijk nog resterend uit de tijd dat de boeren veel last hadden van het stuifzand, herkenbaar uit coulisselandschappen. Ook zijn rond deze tijd de Rijnwaterloop en de Leuvensche Beek te herkennen in het landschap die zorgen voor een afwatering van de lager gelegen landbouwenclave. In de decennia daarna groeit de landbouwenclave langzaam en de kavels worden ontdaan van de beplanting aan de rand. Door de bossen is er nu waarschijnlijk minder last van het stuifzand. Rond 1938 is voor het eerst bebouwing op de onderzoekslocatie te herkennen, namelijk: het huis op het noordelijk deel van de locatie. Ook valt op dat grote delen van het bos weer gekapt worden, wellicht omdat het hout op de betreffende percelen "rijp" was voor de verkoop. Een feit is dat veel in het gebied aanwezige landgoederen en kastelen zijn opgericht door families die destijds houthandel bedreven.


Pagina 4 van 15

Gestaag groeit de enclave en rond 1961 wordt op de onderzoekslocatie een loods gebouwd met daarbij een arbeidershuisje. Het betreft hier de zuidwestelijk gelegen loods op de onderzoekslocatie. In 1968 is te zien dat hier een tweede haaks op gebouwd is en dat daar parallel aan een derde in de maak is. Daarmee is de bebouwing, zoals deze nu op de locatie aanwezig is, compleet. Deze steenhouwerij wordt tot 2005 gebruikt en raakt daarna in verval en komt zo tot de staat waarin hij nu verkeerd. De onderzoekslocatie betreft nu meer dan alleen het bedrijfsperceel van de voormalige steenhouwerij en granietwerkplaats. Achter de loods bevind zich nu een braakliggend terrein wat ooit functioneerde als paardenweide. Nu is daar vooral een grof grasland ontstaan wat bereikbaar is via een zandpad aan de zuidzijde van het terrein. Aan de noordwestelijke zijde is een deel akkerland mee genomen ten behoeve van de plannen. Aan deze noordzijde bevind zich nog een deel van de houtwal op de onderzoekslocatie.

Afbeelding 5: luchtfoto van het plangebied (rode kader geeft de onderzoekslocatie weer) (bron: maps.google.nl)


Pagina 5 van 15

2.4

Landschapsstructuurkaart

Middels een landschapsstructuurkaart (afbeelding 6) zijn de belangrijkste landschappelijke eenheden schematisch weergegeven die naar voren zijn gekomen uit de hiervoor behandelde inventarisatie. Hierin is de landbouwenclave weergegeven met daaromheen de bosbouw. Deze enclave vormt een kamer in het landschap die doorsneden wordt door de provinciale weg. Aan deze weg bevindt zich het grootste deel van de bebouwing waarvan de oorsprong vaak te relateren is aan de landbouw. De woningen zijn vaak middels een haag afgescheiden van de omliggende landbouwkavels en vormen daarmee losse eilanden parallel aan de weg. De landbouwkavels zijn vaak langerekt en hebben een onregelmatige verdeling. Daarbij bevind zich in de lengte richting van de kavels soms nog lijnvormige beplanting, zoals; singels, houtwallen, struwelen en erfafscheidende beplanting. Doordat de kijkrichting met de langerekte kavels en de lijnvormige beplanting mee gaat, is de algemene indruk van een grote open ruimte tussen de (productie)bossen in. Kenmerkende eenheden in de omgeving van de onderzoekslocatie zijn twee kerkhoven en een camping/bungalowpark.

Afbeelding 6: Landschapsstructuurkaart met als onderlegger een topografische kaart (bron: Kadaster)

Als landschappelijke waarden en kenmerken kunnen de volgende aspecten worden aangemerkt: - De herkenbaarheid van het ontstaan van het landschap door middel van zichtbaar hoogteverschil, de bossen en heide/stuifzandgebieden. (Brabantse Wal) - Grote openheid van de ontginning met zijn langgerekte akkers. - Sporadische aanwezigheid van lijnvormige beplanting die de diepte van de akkers accentueert. - Wisselwerking tussen de productiebossen en de open landbouwenclave. - De provinciale weg die de gebruiker door de verschillende landschappen heen leid. - De erven die door middel van hagen omkaderd eilanden vormen in het open landschap.


Pagina 6 van 15

3 3.1

RESULTATEN EERDER ONDERZOEK Watertoets

Tijdens de watertoets wordt onderzocht hoe in het toekomstige plan op een duurzame wijze kan worden omgegaan met hemelwater. Uiteindelijk moet het resultaat zijn dat een nieuw plan/project, dan wel een wijziging hiervan, hydrologisch neutraal is, of -indien mogelijk- een verbetering met zich meebrengt. In een zogenaamde "waterparagraaf" (onderdeel toelichting bestemmingsplan) wordt daarbij met name de wijze waarop de afvoer van hemelwater van daken en verhardingen naar de ondergrond, het oppervlaktewater of de riolering zal plaatsvinden, in de toelichting van het bestemmingsplan vastgelegd. Na uitvoering van de watertoets is naar voren gekomen dat uitgaande van het toekomstige verharde oppervlak en de bergingsplicht, de waterbergingsopgave 665 m³ is. Doordat de bebouwing als één samengesteld bouwvolume wordt gerealiseerd, zal dakwater niet aan één zijde van het gebouw aangeboden kunnen worden. Maar dient het hemelwater derhalve aan de voorzijde én achterzijde verwerkt en geborgen te worden. Daarbij dient vermeld te worden dat bij de watertoets is uitgegaan van een waterpasseerbare verharding ter plaatse van de parkeerplaats. Aan de achterzijde van de bebouwing kan het water infiltreren via het maaiveld. Dit zou kunnen door middel van een laagte in het terrein. Aan de voorzijde kan op meerdere manieren worden geborgen, daarvan zijn 3 manieren uitgewerkt in het rapport. Bovengrondse waterberging middels een laagte in het terrein, ondergrondse waterberging middels waterpasseerbare verharding op infiltratiekratten en een combinatie van de twee voorgenoemde methoden. Daarnaast komt uit het onderzoek dat geen gebruik gemaakt mag worden van uitloogbare bouwmaterialen in verband met de waterkwaliteit. Worden deze materialen wel gebruikt, dan dienen ze gecoat te zijn. Op basis van de huidige gegevens kan gesteld worden dat binnen het plan genoeg ruimte en mogelijkheden beschikbaar zijn om het plan hydrologisch neutraal te ontwikkelen. Er worden dan ook geen negatieve milieuhygiënische effecten op de lokale hydrologie en het watersysteem verwacht. Voor meer informatie kunt u de watertoets (13043234, d.d. 19 augustus 2013) raadplegen welke digitaal is meegeleverd met dit rapport. 3.2

Ecologische quickscan flora en fauna

Het landschappelijk inpassingsplan heeft als doel in te schatten of er op de onderzoekslocatie planten- en dierensoorten aanwezig of te verwachten zijn die volgens de Flora- en faunawet een beschermde status hebben en die mogelijk verstoring kunnen ondervinden door de voorgenomen ingreep. Tevens wordt beoordeeld of de voorgenomen ingreep invloed kan hebben op gebieden die volgens de Natuurbeschermingswet 1998 zijn beschermd, of deel uitmaken van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Uit het onderzoek is gebleken dat om de effecten van het plan volledig te kunnen toetsen aan de Flora- en faunawet nader onderzoek benodigd is naar gierzwaluwen en vleermuizen. Op de onderzoekslocatie zijn beschermde varens aanwezig; hiervoor dienen passende mitigerende maatregelen getroffen te worden, zoals verplaatsen naar een geschikte locatie. Ten aanzien van de ligging van de onderzoekslocatie ten opzichte van het Natura 2000-gebied Brabantse Wal, de EHS en de groenblauwe Mantel wordt geadviseerd in overleg te treden met het bevoegd gezag. Voor meer informatie kunt u de ecologische quick-scan (13043233A, d.d. 19 augustus 2013) raadplegen welke digitaal is meegeleverd met dit rapport.


Pagina 7 van 15

4

LANDSCHAPPELIJKE INPASSING

4.1

Vigerend ontwerp

Momenteel ligt er een ontwerp voor de herinrichting van het Glatt-terrein. Het ontwerp betreft het concept ontwerp van het Hof van Putte van Arjan Welschot Architectuur. Op het terrein zal een amusementenhal komen met diverse voorzieningen. Voor op het terrein zal een kleine locatie zijn voor horeca, brouwerijcafé of dorpscafé. Ten behoeve van deze voorzieningen zal een deel van het terrein ingericht worden als parkeerplaats. Daarvan zal een (klein) deel op het voorterrein plaats krijgen en een groter deel achter op het terrein waar nu een akker is gelegen. Middels een glazen gevel met een representatieve inrichting van het voorterrein, met een waterpartij en een zo geheten landmark, is het de bedoeling dat het voorterrein een uitnodigend karakter krijgt. Aan de achterzijde van het gebouw zal een terras komen voor de bezoekers van het amusementencentrum. Daarnaast komt er een kinderspeeltuin die aansluit op de kinderspeelruimte die binnen gerealiseerd zal worden. Ten behoeve van de leesbaarheid van dit document zal het terrein in drie delen verdeeld worden. - De parkeerplaats: dit betreft de noordwestelijk gelegen parkeerplaats. - Het voorterrein: dit betreft de entree met zijn parkeerplaatsen, horecagelegenheid en weg naar de parkeerplaatsen. - Het achterterrein: daaronder wordt verstaan het terras, de kinderspeelplaats (aangegeven met groene stippen) en het gazon. - Zij- en voorgevel: het witte gedeelte zuidelijk en zuidwestelijk gelegen van het hoofdgebouw. -

Het erf: het voor- en achterterrein met daarbij de zij- en voorgevel.

4.2 4.2.1

Randvoorwaarden Provincie Noord-Brabant

Vanuit de provincie Noord-Brabant zijn er eisen gesteld aan de bestemmingsplanwijziging van het plangebied, dit is gedaan in het kader van de provinciale verordening ruimte. De provincie stelt eisen aan plangebieden gelegen in de groenblauwe mantel. Gezien het feit dat onze locatie deel uitmaakt van deze zone zijn de volgende eisen gesteld aan een bestemmingsplanwijziging: - Een wijziging van het bestemmingplan sterkt tot behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van het watersysteem en de ecologische en landschappelijke waarden en kenmerken van het gebied waarin het gelegen is. - Een wijziging van het bestemmingsplan sterkt tot regels ter bescherming van de ecologische, landschappelijke en hydrologische waarden en kenmerken van het gebied waarin het gelegen is. - Een wijziging van het bestemmingsplan dient te worden onderbouwd door een verantwoording waarop de nodige kennis over de ecologische en landschappelijke waarden en kenmerken zijn vergaard. 4.2.2

Watertoets

De onderzoekslocatie biedt genoeg mogelijkheden om het plan hydrologisch neutraal uit te voeren. Echter dient aan de voor- en achterzijde rekening gehouden te worden met regenwaterberging. 4.2.3

Ecologische quickscan

Op de onderzoekslocatie zijn beschermde varens aanwezig; hiervoor dienen passende mitigerende maatregelen getroffen te worden, zoals verplaatsen naar een geschikte locatie. Dit kan door het uithakken/slijpen van de stukken muur waar de varens op groeien. Deze stukken muur dienen dan elders op het terrein op een vochtige en donkere plek geplaatst te worden. Er dient nader onderzoek plaats te vinden naar gierzwaluwen en vleermuizen op de locatie.


Pagina 8 van 15

4.3

Toetsing ontwerp en advies t.a.v. landschappelijke inpassing

In dit hoofdstuk zal het ontwerp getoetst worden aan de eerder genoemde waarden en kenmerken (zie paragraaf 2.4) van het omliggende landschap. Daarin zal gekeken worden of het ontwerp zorgt voor behoud, herstel of duurzame ontwikkeling. Wanneer dit niet het geval is zal een advies uitgegeven worden hoe dit verbeterd kan worden. 4.3.1

Toetsing op waarden en kenmerken

Herkenbaarheid Brabantse Wal De Brabantse Wal wordt zichtbaar door hoogteverschillen in het landschap. In de landbouwenclave is een hoogteverschil in het landschap waar te nemen doordat de oostzijde hoger is dan de westzijde. De langgerekte kavels helpen bij het zichtbaar maken van het landschap met zijn hoogteverschil. Het voorgestelde ontwerp kan met het erf niet visueel de landschapsbeleving stimuleren. Dit kan echter wel met de parkeerplaats. Zichtbaar is dat de akkers bij de horizon “verdwijnen” (Afbeelding 7) dit komt doordat de helling steiler wordt naar het westen toe. Dit wordt behouden door het open houden van deze akkers. Door het plaatsen van een parkeerplaats met hagen, bomen en auto’s kan het zicht op de horizon beperkt worden. Daarbij dient wel opgemerkt te worden dat, gezien de activiteiten, vooral ’s avonds veel auto’s te verwachten zijn.

Afbeelding 7: Zicht vanaf de weg in westelijke richting op het landschap, de horizon verdwijnt. (bron: maps.google.nl)


Pagina 9 van 15

Advies: De parkeerplaats kan op een aantal manieren aangepast worden. Door op een deel van de parkeerplaats geen bomen te plaatsen wordt voorkomen dat zicht door de kronen wordt ontnomen. Door het gebruiken van verharding waar gras doorheen kan groeien (grastegels, zie Afbeelding 8) valt in tijden van extensief gebruik de parkeerplaats weg ten opzichte van omliggende akkers

Afbeelding 8: Voorbeelden van grastegels (L: beton R: kunststof)

De ontwerper zou ervoor kunnen kiezen om middels verschillende soorten verharding de automobilist te motiveren niet in de zichtlijn van het landschap te parkeren. Door het zuidelijk gedeelte (d.w.z. het meest zuidelijke “parkeereiland” en de zuidelijk daarvan gelegen parkeerstrook), wat niet in de zichtlijn licht, te verharden met normale bestrating zullen bezoekers daar eerder parkeren. Hierdoor zullen op momenten dat het minder druk is de auto’s vooral op de normale bestrating geparkeerd worden. Op deze manier kan de gebruiker gestuurd worden en zo de zichtlijn op het landschap consequenter vrij te houden. In het vigerende ontwerp wordt een parkeerstrook geadviseerd haaks op de zichtlijn. Deze strook zal, wanneer in gebruik, de zichtlijn blokkeren en is daarmee af te raden. Ter compensatie kunnen de andere parkeerstroken verlengd worden. Tevens staat op de ontwerptekening een haag aan de straat- en landschapszijde van de parkeerplaats. Om te voorkomen dat de zichtlijn op het landschap onderbroken wordt is het verstandig deze haag niet hoger te maken dan 1 meter. Daarbij kan gekozen worden voor een plantsoort die gebiedseigen is zoals de beuk. Het voordeel van een beukenhaag is dat deze relatief grof is en een natuurlijk voorkomen heeft (zie Afbeelding 9). Daarnaast bezit de haag in de winter blad zodat ook dan zicht van de weg op de auto’s ontnomen wordt.

Afbeelding 9: Voorbeelden van beukenhaag

Grote openheid met langgerekte kavels De grote openheid wordt gestimuleerd door het openhouden van de landbouwkavels. Hiervoor gelden dezelfde maatregelen als in de paragraaf hiervoor vermeld.


Pagina 10 van 15

Aanwezigheid lijnvormige beplanting De aanwezigheid van lijnvormige beplanting stimuleert de kijkrichting in de lengte van de langgerekte kavels. Hiermee wordt de gebruiker visueel geattendeerd op het omliggende landschap. Binnen het plan bevindt zich nu geen lijnvormige beplanting. Advies: Binnen het plan zijn twee stroken met lijnvormige beplanting op te nemen met elk zijn eigen doel. De ruimte tussen zuidelijk gelegen zandpad en de zuidgevel van het hoofdgebouw is momenteel niet opgenomen in het plan. Hier ligt een kans voor het realiseren van een beplantingsstrook. Dit zorgt ervoor dat de “dode” achtergevel van het gebouw gecamoufleerd wordt en dat de kijkrichting van de gebruiker het landschap in gaat. Voor deze beplantingsstrook kan gekozen worden voor een singel of struweel met gebiedseigen soorten, zoals: grove den, zomer eik, beuk, grove berk, duindoorn en gewone vlier. De tweede strook kan gerealiseerd worden aan de noordelijke van het ontwerp. Door het plaatsen van een bomenrij kan het zicht het landschap in geleid worden. Nu staat in het ontwerp een bomenrij gepland op het zuidelijke “parkeereiland” deze kan uitgebreid worden naar de horecagelegenheid en een stuk(je) verder naar achteren. Voor de bomenrij op het zuidelijk “parkeereiland” geld het advies gegeven in paragraaf 4.3.1 (Herkenbaarheid Brabantse Wal). Wisselwerking tussen productiebossen en open landbouwenclave Voor dit kenmerk kan verwezen worden naar de hierboven genoemde adviezen, deze stimuleren allen de beleving van de landbouwenclave. Door het beleven van dit landschap wordt een contrast/wisselwerking tussen het productiebos en het open landbouwenclave gerealiseerd. De provinciale weg De provinciale weg heeft een belangrijke verbindende functie tussen de dorpen en steden gelegen op de Brabantse Wal. Door de hierboven genoemde wisselwerking ontstaat een recreatief aantrekkelijke weg. De nieuwe functie als amusementencentrum sluit daarbij aan en sterkt deze recreatieve aantrekkelijkheid aan. Advies: Gebruik bij het voorterrein beplantingssoorten die de aandacht trekken van de gebruiker van de provinciale weg. Dit kunnen inheemse planten zijn die op een creatieve/opvallende manier gebruikt worden of uitheemse planten die een duidelijk onderscheid maken ten opzichte van hun omgeving. Ter plaatse de water infiltratie zouden bijvoorbeeld op het voorterrein zuileiken (zie Afbeelding 10) geplaatst kunnen worden.

Aan de voorgevel moet ook gedacht worden aan beplanting, hier moet het zicht op de gevel behouden blijven en een representatieve uitstraling gerealiseerd worden. Dit kan door middel van vakbeplanting daarvoor kan het beste gekozen worden voor een lager blijvende vaste plant. De mogelijkheden qua soorten zijn daarvan zeer divers en zouden bijvoorbeeld qua kleur toegepast kunnen worden op het landmark dat voor op het terrein geplaatst wordt. Afbeelding 10: Zuileik


Pagina 11 van 15

Ten behoeve van de landschappelijke inpassing zou gekozen kunnen worden voor een gebiedseigen soort die toegepast wordt als vakbeplanting. Zo zou middels het toepassen van heide of grassoorten gerefereerd kunnen worden naar de stuifzandduinen die op de hoger gelegen gedeelten in het landschap liggen. Erven als eilanden Aan de provinciale weg liggen de woningen als een lint tussen de akkers. De meeste woningen zijn voorzien van tuinen welke vaak zijn afgescheiden door een haag. Deze haag geeft ze een duidelijke eigendomsgrens en zorgt voor een soort eiland in de open landbouwenclave. Advies: Het amusementencentrum vormt in de toekomst ook zijn eigen erf en om aan te sluiten op zijn omgeving kan gekozen worden om ook hier een haag omheen te plaatsen. Verstandig is om de beplantingskeuze voor deze haag toe te passen op die van de rest van het terrein. Een veel geziene haag in het gebied is de beukenhaag.


Pagina 12 van 15

4.3.2

Toetsing aan watertoets

Het ontwerp biedt voldoende ruimte voor het hydrologisch neutraal realiseren van het plan. Advies: Op het voorterrein kan gekozen worden voor een representatief uiterlijk in combinatie met waterberging. Zoals al genoemd zou dat bijvoorbeeld kunnen doormiddel van een bovengrondse infiltratievoorziening, zoals een wadi (zie afbeelding 11), welke aangekleed wordt door bijvoorbeeld moerascipressen of andere waterminnende bomen. Daarnaast maakt de noordelijk gelegen parkeerplaats een belangrijk deel uit van het plan. De haalbaarheid van een hydrologisch neutraal plan is afhankelijk van de waterdoorlatende verharding ter plaatse van de noordelijk gelegen parkeerplaats. Door te kiezen voor waterpasseerbare verharding wordt gezorgd dat het hemelwater dat op deze parkeerplaatsen valt niet afgekoppeld hoeft te worden. Hieronder worden een aantal voorbeelden gegeven van dit soort verhardingstypen (Afbeelding 12, 13 en 14).

Afbeelding 12: Direct Gazon - TTE Direct Groen

Afbeelding 11: Voorbeeld van infiltratie d.m.v. een wadi

Afbeelding 13: Dirk Maris - Nidagrass plus

Afbeelding 14: Straategie - Betonnen grastegels (ontwerp te Heeswijk)


Pagina 13 van 15

4.3.3

Toetsing aan ecologische quickscan

Het aanvullend onderzoek ten behoeve van gierzwaluwen en vleermuizen dient nog uitgevoerd te worden. Wel is al bekend dat er mitigerende maatregelen dienen plaats te vinden voor op het terrein aanwezige varens. Advies: Door middel van het uitslijpen van de stukken muur waar de varens op groeien kunnen de planten verplaatst worden. Deze kunnen/moeten elders op het terrein een plek krijgen. Een geschikte plek daarvoor kan het zuidwestelijk deel van het ontwerp zijn. Deze hoek is nog niet verder ontworpen en biedt plek voor bijvoorbeeld een klein bosje. Dit bosje zou kunnen aansluiten op de eerder (paragraaf 4.3.1) voorgestelde singel naast de zijgevel. Centraal in dit bosje zouden dan de stukken muur geplaatst kunnen worden waardoor tevens plek wordt geboden voor kleine zoogdieren. Deze “stapel” zou kunnen worden aangevuld met de oude stukken natuursteen die op het terrein aanwezig zijn zodat het hergebruikt kunnen worden. Het voordeel van het bosje is dat het speelterrein deels in de schaduw komt te liggen en aan de achterzijde afgesloten wordt. Daarmee ontstaat een beschutte plek. Tevens zorgt dit bosje ervoor dat het zicht vanaf het terras het landschap ingeleid wordt in westen zuidelijke. Bij de (mogelijke) aanwezigheid van gierzwaluw en vleermuizen adviseert Econsultancy een aantal mitigerende maatregelen te nemen. Beide diersoorten zijn insecteneters en ten behoeve van het behoud/verbeteren van de biotoop van deze dieren zullen daartoe maatregelen genomen moeten worden om ook de biotoop van de insecten te verbeteren. Ten behoeve van de voeding van de insecten dient een grote variatie aan bloeiende inheemse planten aanwezig te zijn. Er dient dan gekozen te worden voor inheemse planten gezien deze meer insecten aantrekken en tevens past deze aanplant beter in het omliggende landschap. Ten behoeve van deze insecten kan het grasland dat is gelegen op het westelijk deel van het terrein, grenzend aan het ontworpen terras, gebruikt worden voor kruidrijk grasland. Momenteel bevind zich een braakliggend terrein op deze locatie met vooral grassoorten, doormiddel van een kruidrijk zaaimengel kunnen kruiden uitgezaaid worden (hiervoor zijn zaaimengsels te verkrijgen). Dit kan ook worden gestimuleerd door verschralend beheer met het afvoeren van het maaisel. Het maaien dient plaats te vinden nadat de kruiden zijn uitgezaaid. Tevens kan het beplantingsassortiment van de/het singel/struweel aangevuld worden met beplanting die insecten aantrekt. Hierbij kan gedacht worden aan klimop, kamperfoelie, vlinderstruik, Gelderse roos en klimroos. Ten behoeve van het verblijf en voortplanting van de gierzwaluw en de vleermuizen kunnen ter plaatse kasten worden opgehangen. Voor de vleermuizen zijn speciale kasten te bestellen die per soort ontworpen zijn. Tevens kunnen doormiddel van sleuven in de muur en uitsparingen in de spouw van de muur verblijfplaatsen voor vleermuizen gerealiseerd worden. Dit is waarschijnlijk aan te raden om een strakke architectuur van het toekomstig gebouw te behouden. Wellicht is het mogelijk om de door de varens uitgeslepen stukken muur op te vullen door ruimten die vleermuizen kunnen gebruiken. Hier dient dan tijdig rekening mee gehouden te worden. De gierzwaluwen hebben buiten de aanwezigheid van insecten diverse randvoorwaarden aan hun nestplaatsen. Deze dienen 5 meter boven de grond te zijn, gericht te zijn op het noord/noordoosten, niet in de zon en onder invloed van het weer, onder overstek of dakgoot en niet boven bomen struiken of andere obstakels. Met deze randvoorwaarden in het achterhoofd is het voorplein de ideale locatie. Echter is dit vanwege de verwachte drukte, aanwezige bomen en waarschijnlijk verlichting een drukke plek om te nestelen. Om de zwaluwen een plek te bieden zullen daarom op diverse plekken, met de randvoorwaarden in het achterhooft, nestkasten geplaatst worden. Door het verspreiden van de nestkasten kan gekeken worden waar de vogels gaan nestelen. Daarna kunnen in het definitieve ontwerp nestelmogelijkheden in het ontwerp opgenomen worden.


Pagina 14 van 15

5

CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN

Voor de landschappelijke inpassing van het ontwerp ziet Econsultancy vooralsnog geen obstakels, daarbij dient nog extra aandacht besteed te worden aan de plek en aankleding van de te realiseren parkeerplaats. Geadviseerd wordt om het definitieve ontwerp ter controle nogmaals te toetsen aan de gestelde waarden en kenmerken. Aan de hand van deze toets kan een definitief landschappelijk inpassingsplan opgesteld worden, daarbij zullen dan definitieve beplantingssoorten, -vakken en aantallen opgesteld worden.

Econsultancy Boxmeer, 4 september 2013


Pagina 15 van 15

Bijlage 2

30j ul i2014 - schaal1: 500 - A1f or maat

Bijlage 3

Hof van Putte Parkeren en verkeer

Opdrachtgever

Opdrachtnemer

De Nijs - Soffers Postbus 183 4630 AD HOOGERHEIDE

DTV Consultants B.V. Arno Jonker TBO-VK/130126 Breda, 6 september 2013

Hof van Putte Parkeren en verkeer

Opdrachtgever

Opdrachtnemer

De Nijs - Soffers Postbus 183 4630 AD HOOGERHEIDE

DTV Consultants B.V. Arno Jonker TBO-VK/130126 Breda, 6 september 2013

© Niets uit dit rapport mag worden vermenigvuldigd en/of worden bewerkt en/of worden samengevat, in welke vorm dan ook, zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van DTV Consultants B.V.

Inhoudsopgave 1

Inleiding

5

2

Uitgangspunten 2.1 Bezoekersaantallen 2.2 Parkeren 2.2.1 Autoparkeren 2.2.2 Fietsparkeren 2.3 Verkeersbewegingen

6 6 6 7 8 8

3

Parkeren 3.1 Autoparkeren 3.1.1 Benodigd aantal parkeerplaatsen gemiddelde norm 3.1.2 Benodigd aantal parkeerplaatsen minimale norm 3.1.3 Aanbeveling aan te leggen aantal autoparkeerplaatsen 3.2 Fietsparkeren 3.2.1 Benodigd aantal fietsparkeerplaatsen op basis van fietsparkeertool Fietsberaad 3.2.2 Aanbeveling aan te leggen aantal fietsparkeerplaatsen

10 10 10 10 11 11

4

Verkeersafwikkeling en kruispuntvorm 4.1 Benodigde kruispuntvorm 4.2 Modelberekeningen 4.3 Verkeersafwikkeling

13 13 14 15

5

Conclusies en aanbevelingen 5.1 Conclusies 5.2 Aanbevelingen

16 16 16

Bijlage 1 Parkeerberekeningen Bijlage 2 Parkeerberekeningen fiets Bijlage 3 Berekeningen kruispuntvarianten Bijlage 4 Vormgevingseisen provincie

17 19 25 27 37

Bijlagen

11 11

1

Inleiding Aanleiding Aannemersbedrijf B. de Nijs – Soffers B.V. wil aan de Putseweg in Putte een amusementscentrum realiseren met onder andere een bowling, brasserie, kinderspeeltuin en casino. Ten behoeve van de Ruimtelijke Onderbouwing die door Compositie 5 wordt opgesteld, is een onderzoek naar verkeersproductie en -attractie en parkeren noodzakelijk. DTV Consultants is gevraagd om dit onderdeel voor haar rekening te nemen. Doel van het onderzoek Doel van het onderzoek is om te komen tot een goed onderbouwde inschatting van de benodigde parkeercapaciteit. Daarnaast moet een inschatting worden gemaakt van het aantal extra verkeersbewegingen dat door het amusementscentrum wordt gegenereerd. Mede op basis daarvan moet bovendien worden bepaald op welke wijze de aansluiting op de Putseweg kan worden vormgegeven. Leeswijzer In hoofdstuk twee worden de uitgangspunten en aannames toegelicht die ten behoeve van de berekeningen zijn gedaan. Hoofdstuk 3 behandeld het parkeren en hoofdstuk 4 gaat in op de benodigde kruispuntvorm en de verkeersafwikkeling. In hoofdstuk 5 worden de belangrijkste bevindingen samengenomen in enkele conclusies en aanbevelingen.

Hof van Putte

5

2

Uitgangspunten Om de berekeningen in deze rapportage te kunnen maken, is uitgegaan van kencijfers, ervaringscijfers en aannames. Om de uitkomsten in het juiste perspectief te kunnen zien worden deze uitgangspunten in dit hoofdstuk benoemd en toegelicht.

2.1

Bezoekersaantallen In deze rapportage is uitgegaan van gemiddeld 250 tot 300 bezoekers per dag (totaal circa 100.000 per jaar). De bezoekers worden gegenereerd door de volgende functies: · Bowling/biljart; · Restaurant/brasserie; · Kinderspeelformule; · Casino. De verwachting is dat bezoekers van het Hof van Putte voor een deel gecombineerde bezoeken zullen maken door bijvoorbeeld een bezoek aan de bowlingbaan te combineren met een bezoek aan het restaurant.

2.2

Parkeren Voor het parkeren zijn de kencijfers van het CROW gebruikt, zoals deze zijn verwoord in publicatie “317: Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie”. Deze publicatie voorziet echter niet voor alle geplande functies in kencijfers. Voor de functies waar geen kencijfers voor bekend zijn, zijn aannames gedaan op basis van ervaringen. De kencijfers hebben betrekking op het totaal benodigde aantal parkeerplaatsen voor bezoekers en personeel.

6

Hof van Putte

2.2.1

Autoparkeren Voor de verschillende functies in het plan zijn de volgende uitgangspunten gebruikt: Zone 1: Bowling, Biljart en Kermisbehendigheid Oppervlakte: Aantal bowlingbanen: Aantal biljarttafels Gehanteerde functie voor p-norm:

Zone 2: Funtastic Casino Oppervlakte: Gehanteerde functie voor p-norm: Zone 3: Brasserie/Restaurant/Zaalverhuur Oppervlakte: Gehanteerde functie voor p-norm:

1070m2 8 16 Bowlingbaan Biljartzaal

(2,3 – 3,3 pp/baan) (1,5 – 2,0 pp/tafel)

508m2 Casino

(7,5 – 8,5 pp/100m2)

666m2 (Binnen) 462m2 (Buiten) Restaurant (14,0 – 16,0 pp/100m2)

Bij het berekenen van het benodigd aantal parkeerplaatsen wordt de buitenruimte niet meegerekend, omdat de topdrukte als gevolg van deze functie ontstaat op momenten dat alleen de binnenaccommodatie open is. Wanneer het buitenterrein open is zal de binnenruimte slechts gedeeltelijk worden gebruikt. Het totaal aantal gebruikte m2 (binnen en buiten) is in dat geval echter minder dan 100% van de binnenruimte (zie ook Bijlage 1 Parkeerberekeningen). Zone 4: Kinderspeelformule Oppervlakte: Gehanteerde functie voor p-norm:

1590m2 (Binnen) 574m2 (Buiten) Kinderspeelhal (2,6 – 7,6 pp/100m2)

Bij het berekenen van het benodigd aantal parkeerplaatsen wordt de buitenruimte niet meegerekend, omdat de topdrukte als gevolg van deze functie ontstaat op momenten dat alleen de binnenspeelhal open is. Wanneer het buitenterrein open is zal de binnenspeelhal slechts gedeeltelijk worden gebruikt. Het totaal aantal gebruikte m2 (binnen en buiten) is in dat geval echter minder dan 100% van de binnenruimte (zie ook Bijlage 1 Parkeerberekeningen) Zone 5: Hoofdentree Oppervlakte:

213m2

Deze entree is slechts een overdekte ruimte voor de entree van de verschillende functies. Deze ruimte genereert zelf echter geen parkeerbehoefte.

Hof van Putte

7

Zone 6: Vervallen Zone 7: Horeca/Brouwerijcafe/Dorpshuis Oppervlakte: Gehanteerde functie voor p-norm:

253m2 (Binnen) 83m2 (Buiten) Restaurant (14,0 – 16,0 pp/100m2)

Bij het berekenen van het benodigd aantal parkeerplaatsen wordt de buitenruimte niet meegerekend, omdat de topdrukte als gevolg van deze functie ontstaat op momenten dat alleen de binnenaccommodatie open is. Wanneer het buitenterrein open is zal de binnenruimte slechts gedeeltelijk worden gebruikt. Het totaal aantal gebruikte m2 (binnen en buiten) is in dat geval echter minder dan 100% van de binnenruimte (zie ook Bijlage 1 Parkeerberekeningen). Containerruimte Oppervlakte:

50m2

Genereert geen parkeren. Voor deze ruimte is slechts van belang dat de vuilnisophaaldienst hier kan laden.

2.2.2

Fietsparkeren Het fietsparkeren is berekend met behulp van de fietsparkeertool van het Fietsberaad. Deze tool maakt gebruik van ervaringscijfers bij diverse functies. De tool maakt gebruik van het aantal m2 per functie.

2.3

Verkeersbewegingen Intensiteitsverdelingen Voor het bepalen van de benodigde kruispuntconfiguratie is op basis van de intensiteiten op de Putseweg en de verwachte bezoekersaantallen, berekend welke kruispuntvorm noodzakelijk is voor een goede verkeersafwikkeling. Hierbij zijn de volgende intensiteiten op de Putseweg gebruikt: Richting Zuid: 3084 mvt/etm Richting Noord: 2769 mvt/etm Bron: Aangeleverde gegevens gemeente Woensdrecht · meetlocatie: Antwerpsestraat Putte (ter hoogte van overgang met de Putseweg); · periode: 25-02-2013 t/m 01-03-2013; · dag: gemiddelde werkdag; · tijd: 24 uur.

8

Hof van Putte

Topdrukte Voor het Hof van Putte is op basis van de verwachte bezoekersaantallen bepaald hoe groot de inen uitgaande stroom verkeer is op het maatgevende (drukste) moment. Hierbij zijn de volgende aannames gehanteerd: Op het drukste moment zal de Kinderspeelformule veel vertrekken kennen en de horecafuncties zullen op dat moment juist veel aankomsten kennen. Voor dit moment is een drukste uur bepaald waarbij: · 50% van de Kinderspeelformule vertrekt tegelijk met 10% van de overige functies; · 50% van de overige functies komen aan tegelijk met 10% van de kinderspeelformule. Dit scenario is berekend voor een topdag waarvoor wordt aangenomen dat het tweemaal zo druk is als op een gemiddelde dag. Gemiddeld aantal autobezoeken: Topdrukte aantal autobezoeken:

248 496

mvt/etm mvt/etm

Wanneer deze dagintensiteiten worden teruggerekend naar het drukste uur volgens de aanname zoals hierboven wordt verwoord, komt dit neer op de volgende uurintensiteiten: Uitgaand verkeer: 88 mvt Ingaand verkeer: 180 mvt

Autobezetting Het gemiddeld aantal personen per auto is op 1,7 gezet. Dit is onderverdeeld naar functie: · Bowling/Biljart 2 pp/auto · Restaurant/Brasserie 2 pp/auto · Kinderspeelformule 3 pp/auto · Casino 1,5 pp/auto

Hof van Putte

9

3

Parkeren Goede en voldoende parkeervoorzieningen zijn essentieel voor het goed kunnen functioneren van iedere voorziening. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het autoparkeren en het fietsparkeren in het Hof van Putte.

3.1

Autoparkeren

3.1.1

Benodigd aantal parkeerplaatsen gemiddelde norm In hoofdstuk 2 zijn de gehanteerde uitgangspunten voor het parkeren benoemd. Omdat de gehanteerde CROW systematiek echter een bandbreedte aangeeft van het benodigd aantal parkeerplaatsen, is voor het Hof van Putte in eerste instantie een berekening gemaakt op basis van de gemiddelde norm. Vervolgens is voor de verschillende functies geanalyseerd of dubbelgebruik van parkeerplaatsen mogelijk is. Dubbelgebruik is het gebruik van dezelfde parkeergelegenheid door meerdere functies. Dit is aan de orde wanneer de ene functie een piekmoment heeft op het moment dat het bij de andere functie juist rustig is. Hierbij is gebruik gemaakt van aanwezigheidspercentages per functie. De volledige berekeningen, inclusief de gebruikte aanwezigheidspercentages zijn opgenomen in Bijlage 1 Parkeerberekeningen. De uitkomst van deze berekening is als volgt: · Bruto behoefte op basis van gemiddelde p-normen: · Netto behoefte op basis van gemiddelde p-normen en rekening houdend met dubbelgebruik:

3.1.2

290 plaatsen 254 plaatsen

Benodigd aantal parkeerplaatsen minimale norm De berekeningssystematiek van het CROW biedt een bepaalde bandbreedte in de te hanteren parkeernormen. In het specifieke geval van het Hof van Putte zijn er verschillende aspecten die rechtvaardigen dat niet de gemiddelde maar juist de minimale norm wordt gehanteerd. Deze aspecten zijn: · Het Hof van Putte is qua functiesamenstelling gericht op gecombineerd bezoek van meerdere functies. Bijvoorbeeld: een bezoeker van de speelformule zal in sommige gevallen ook gebruik maken van de aanwezige horeca. Hiervoor wordt echter maar één autobezoek gepleegd. · De locatie ligt in het buitengebied maar is uitstekend bereikbaar per openbaar vervoer. Er stopt een bus recht voor het complex. Bij de inrichting van het terrein wordt rekening gehouden met een goede bereikbaarheid van de haltevoorziening over een apart trottoir.

10

Hof van Putte

Om bovenstaande reden is de parkeerberekening ook uitgevoerd op basis van de minimum parkeernormen. De uitkomst van deze berekening is als volgt: · Bruto behoefte op basis van gemiddelde p-normen: · Netto behoefte op basis van gemiddelde p-normen en rekening houdend met dubbelgebruik:

3.1.3

231 plaatsen 198 plaatsen

Aanbeveling aan te leggen aantal autoparkeerplaatsen Aanbevolen wordt het aantal parkeerplaatsen niet op het allerlaagste aantal te dimensioneren. Reden hiervoor is het feit dat met name de Kinderspeelformule een behoorlijke bandbreedte kent in de parkeernormen. Daarnaast biedt een iets ruimere parkeergelegenheid ook de mogelijkheid een functie in de toekomst te wijzigen indien dit aan de orde zou zijn. Het dubbelgebruik door verschillende functies is uitdrukkelijk wel aan te bevelen omdat de Kinderspeelformule qua aanwezigheidsspreiding sterk verschilt van de overige functies. Aanbevolen wordt een parkeerterrein aan te leggen op basis van de gemiddelde norm, rekening houdend met dubbelgebruik. Dit komt neer op een aantal van 254 parkeerplaatsen.

3.2

Fietsparkeren

3.2.1

Benodigd aantal fietsparkeerplaatsen op basis van fietsparkeertool Fietsberaad Bij het Hof van Putte moet gezien de samenstelling van functies ook rekening worden gehouden met bezoekers die per fiets zullen komen. Om te bepalen hoe groot de fietsparkeervoorziening voor het Hof van Putte moet worden, is gebruik gemaakt van de fietsparkeertool van het Fietsberaad. Deze tool berekent op basis van ervaringscijfers bij vergelijkbare voorzieningen het benodigd aantal parkeerplaatsen. De berekening is uitgevoerd op basis van het aantal m2 binnen en op basis van het aantal m2 buiten. Het resultaat hiervan is als volgt: Benodigd aantal fietsparkeerplaatsen op basis van aantallen m2:

551

De outputsheet van de fietsparkeertool zijn bijgevoegd in Bijlage 2 Parkeerberekeningen fiets.

3.2.2

Aanbeveling aan te leggen aantal fietsparkeerplaatsen Aanbevolen wordt het aantal fietsparkeerplaatsen niet aan te leggen op basis van de aantallen m2 en de rekentool van het fietsberaad. Gezien de prognose van 100.000 bezoekers per jaar is een stallingcapaciteit van circa 550 plaatsen te ruim.

Hof van Putte

11

Op basis van een eenvoudige rekenformule die uitgaat van een topdrukte dag, die twee keer zoveel bezoekers kent als het gemiddelde, in combinatie met fietsgebruik onder de helft van het aantal bezoekers, en een gelijktijding fietsbezoek van 75% van alle fietsende bezoekers, is een stallingcapaciteit van 200 fietsen voldoende. De gebruikte rekenformule luidt: 100.000 / 365 * 2 / 2 * 0.75 = 205 >>>

12

200 fietsparkeerplaatsen

Hof van Putte

4

Verkeersafwikkeling en kruispuntvorm De verkeersafwikkeling van en naar het Hof van Putte is onderzocht, om te bepalen wat voor kruispuntvorm noodzakelijk is voor de aansluiting op de Putseweg. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het soort kruising, de verkeersafwikkeling en de benodigde vormgeving van het kruispunt.

Om het Hof van Putte te ontsluiten zal een aansluiting op de Putseweg (N289) moeten worden gerealiseerd. Om te bepalen welke kruispuntvormen geschikt zijn om het verkeer adequaat te kunnen verwerken, zijn een aantal verkeersberekeningen uitgevoerd. Aan de hand van de geprognosticeerde verkeersbewegingen is een inschatting gemaakt van de kruispuntstromen op de aansluiting. Op basis van deze kruispuntstromen zijn met behulp van het softwareprogramma LISA+ verschillende kruispuntvormen doorgerekend. Door uitvoering van de berekeningen is inzicht verkregen in verkeersafwikkeling en wachttijden op de verschillende kruispuntarmen en de oversteekbaarheid voor langzaam verkeer bij verschillende kruispuntinrichtingen.

4.1

Benodigde kruispuntvorm Het aansluiten van functies op provinciale wegen kan op verschillende manieren plaatsvinden. De meest voorkomende gevallen zijn: · een voorrangskruispunt of T-aansluiting; · een kruispunt of T-aansluiting met verkeerslichten; · een rotonde. Voor de beschreven functies ligt een voorrangskruispunt het meest voor de hand. Pas wanneer berekeningen voor een voorrangskruispunt uitwijzen dat de verkeersafwikkeling niet probleemloos kan plaatsvinden, moet worden gekeken naar andere oplossingen. Gecombineerde inen uitgang Een mogelijke uitwerking van het plan was het ontrafelen van het inen uitgaande verkeer door een aparte inen uitgang te maken. Hier is uitdrukkelijk niet voor gekozen omdat hierdoor: · meerdere conflictpunten ontstaan op de Putseweg; · zoekverkeer ontstaat op de Putseweg wanneer men aan de voorzijde geen parkeerplaats kan vinden; · de fietsersstroom langs de Putseweg twee keer wordt doorsneden.

Hof van Putte

13

4.2

Modelberekeningen Op basis van een benadering van het drukste moment, is bekeken hoe een voorrangsaansluiting functioneert. Hierbij zijn de aantallen uit paragraaf 2.3 gebruikt en is uitgegaan van het drukste moment. Om ervoor te zorgen dat er nog enige rek in de capaciteit van de aansluiting zit, is uitgegaan van een iets hogere inen uitgaande stoom. In bijlage 3 zijn de gebruikte verkeersstromen voor het drukste uur opgenomen. Voor vier varianten is de verkeersafwikkeling bekeken: Variant 1: Variant 2: Variant 3:

Variant 4:

T-aansluiting waarbij Hof van Putte voorrang verleent aan de Putseweg, geen aparte stroken voor afslaand verkeer. T-aansluiting waarbij Hof van Putte voorrang verleent aan de Putseweg, aparte linksaffer en aparte rechtsaffer vanuit Hof van Putte. T-aansluiting waarbij Hof van Putte voorrang verleent aan de Putseweg, aparte linksaffer en aparte rechtsaffer vanuit Hof van Putte en aparte linksaffer vanuit zuidelijke richting. T-aansluiting waarbij Hof van Putte voorrang verleent aan de Putseweg, aparte linksaffer en aparte rechtsaffer vanuit Hof van Putte en aparte linksaffer vanuit zuidelijke richting en aparte rechtsaffer vanuit noordelijke richting.

In bijlage 3 zijn de berekeningen van deze varianten opgenomen. Hieruit wordt geconcludeerd dat het verkeer het beste afwikkelt in variant 4, maar dat deze vormgeving niet noodzakelijk is. Daarnaast schrijft de provincie voor dat er in principe geen rechtsaffers worden toegepast, omdat hiermee de kans op afdekongevallen toeneemt (bij een afdekongeval wordt het zicht op de hoofdrijrichting geblokkeerd door een rechtsafslaand voertuig). Ook variant 3 voldoet goed om het verkeer soepel te verwerken. In dat geval is een opstelstrook vanuit het Hof van Putte nodig van circa 30 meter. De linksaffer vanuit het zuiden op de Putseweg moet in ieder geval ruimte bieden aan 2 wachtende auto’s, maar dit kunnen theoretisch ook grote vrachtauto’s zijn. Om het verkeer op de doorgaande richting echter zo min mogelijk te hinderen, wordt aanbevolen om de linksaffer voldoende lengte te geven om auto’s de mogelijkheid te geven op de linksaffer pas af te remmen. De Provincie hanteert hiervoor een minimale opstellengte van 65 meter + een overgangsruimte van 35 meter. In Bijlage 4 zijn de vormgevingseisen voor een voorrangskruispunt / aansluiting van de Provincie opgenomen. Oversteekbaarheid voor de fiets De oversteekbaarheid voor de fiets (over het fietspad langs de Putseweg, ter hoogte van de inen uitrit van het Hof van Putte) is berekend met het computerprogramma Capacito 1.8. Uitkomst van deze rekenexercitie was een gemiddelde wachttijd voor de fietser op het drukste moment, van 3 seconden. De oversteekbaarheid voor de fiets is daarmee ruim voldoende.

14

Hof van Putte

4.3

Verkeersafwikkeling Uit de berekeningen voor de benodigde kruispuntvorm is naar voren gekomen dat het verkeer in variant 3 goed kan afwikkelen en dat er een maximale wachtrij ontstaat vanuit het Hof van Putte van 4 auto’s. De gemiddelde wachttijd op die richting bedraagt dan 33 seconden. Gezien deze uitkomst is verder onderzoek van alternatieve varianten, zoals een geregeld kruispunt of rotonde, niet noodzakelijk. Vormgeving kruising ten behoeve van begraafplaats De toekomstige in- / uitrit van het Hof van Putte ligt dicht bij de ingang van de Joodse begraafplaats aan de overzijde van de Putseweg. Bij de vormgeving van de aansluiting moet rekening gehouden worden met een doorsteek in de middengeleider, in combinatie met een aangekruist vlak in de linksaffer uit zuidelijke richting. Deze zijn nodig om de begraafplaats bereikbaar te houden.

Hof van Putte

15

5

Conclusies en aanbevelingen

5.1

Conclusies Een analyse van de parkeerbehoefte wijst uit dat een parkeerterrein van 254 plaatsen voldoende ruimte biedt voor de functies in het Hof van Putte. Berekening van het aantal fietsparkeerplaatsen op basis van het aantal m2, wijst uit dat het Hof van Putte behoefte heeft aan circa 550 fietsparkeerplaatsen. Omdat dit niet strookt met het te verwachte bezoekersaantal van 100.000 per jaar, is op basis van beredenering bepaald dat een stalling van 200 plaatsen voldoende capaciteit biedt. Analyse van de verkeersafwikkeling wijst uit dat een voorrangsaansluiting voldoende is om op de drukste momenten het verkeer vloeiend af te kunnen wikkelen. Analyse van de verkeersafwikkeling wijst uit dat een gecombineerde in- / uitrit van het Hof van Putte geen doorstromingsproblemen oplevert voor de fietsers langs de Putseweg. Analyse van de verkeersafwikkeling wijst uit dat de aansluiting kan worden vormgegeven volgens: Variant 3:

T-aansluiting waarbij Hof van Putte voorrang verleent aan de Putseweg, aparte linksaffer en aparte rechtsaffer vanuit Hof van Putte en aparte linksaffer vanuit zuidelijke richting.

Analyse van de richtlijnen van de Provincie met betrekking tot de kruispuntvorm wijst uit dat variant 3 de voorkeur verdient boven variant 4.

5.2

Aanbevelingen Aanbevolen wordt het Hof van Putte uit te rusten met tenminste 254 parkeerplaatsen voor de auto en 200 parkeerplaatsen voor de fiets. Aanbevolen wordt inen uitrijdend verkeer van het Hof van Putte op één locatie te centraliseren. Aanbevolen wordt de aansluiting van het Hof van Putte vorm te geven volgens vormgevingsvariant 3, rekening houdend met de bereikbaarheid van de Joodse begraafplaats.

16

Hof van Putte

Bijlagen

Totaal benodigde plaatsen:

Afval

Overig

Horeca-terras

Horeca / brouwerij of dorpshuis

Zone 7

Hoofdentree

Zone 6

Kinderspeelformule (buiten)

Basement/kelder

Kinderspeelformule (binnen)

Zone 4

50 m2

253 m2

213 m2

1590 m2

333 m2

>>>Zaalverhuur

Brasserie terras

333 m2

666 m2

508 m2

16 tafels

8 banen

1070 m2

Binnen

>>>Brasserie / restaurant

Aangenomen onderverdeling:

Brasserie / restaurant / zaalverhuur

Zone 3

Casino

Zone 2

>>>Biljart en kermisbehendigheid

>>>Bowling

Aangenomen onderverdeling:

Bowling, biljart en Kermisbehendigheid

Zone 1

Te realiseren functies

Parkeerbehoefte op basis van CROW normeringen

Bijlage 1 Parkeerberekeningen

Buiten

83 m2

574 m2

462 m2

min

15,18

0,00

41,34

46,62

46,62

38,10

24,00

18,40

Parkeerbehoefte max

20,24

0,00

120,84

53,28

53,28

43,18

32,00

26,40

crow marge

Alleen verkeersruimte

Buiten niet meerekenen

Geen cijfers voor zaalverhuur!

min

349,2

0,0

0,0 230,3

0,0

20,2 0,0

15,2

20,2

0,0

0,0 15,2

0,0

120,8

41,3 0,0

0,00

120,8

106,6

53,3

0,00

41,3

93,2

46,6

53,3

43,2

38,1

46,6

43,2

38,1

58,4

42,4

26,4 32,0

max

24,0

18,4

100% behoefte gem

289,7

0,0

0,0

17,7

17,7

0,0

0,0

81,1

0,0

81,1

99,9

50,0

50,0

40,6

40,6

50,4

28,0

22,4

40%

30% 30% 30%

Casino

Zone 3 >>>Brasserie / restaurant >>>Zaalverhuur

* De Kinderspeelformule buiten wordt niet meegerekend omdat de binnenaccomodatie maatgevend is

>>>Bowling >>>Biljart en kermisbehendigheid Zone 2 Casino Zone 3 >>>Brasserie / restaurant >>>Zaalverhuur Zone 4 Kinderspeelformule (binnen) Kinderspeelformule (buiten)* Zone 7 Horeca / brouwerij of dorpshuis

Zone 1

Kinderspeelformule (binnen) Kinderspeelformule (buiten) Zone 7 Horeca / brouwerij of dorpshuis

Zone 4

40%

30%

11,2 16,3 20,0 20,0 48,7 0,0 7,1 132,1

8,4 12,2 15,0 15,0 32,4 0,0 5,3 95,0

40%

30%

9,0

60%

40%

6,7

60%

40%

40% 40%

40%

Werkdag middag

30%

Werkdag ochtend

>>>Bowling >>>Biljart en kermisbehendigheid Zone 2

Zone 1

Op basis van gemiddelde normen

199,9

15,9

16,2 0,0

45,0 45,0

32,5

25,2

20,2

90%

20%

20%

90% 90%

80%

90%

90%

Werkdag avond

Berekening van dubbelgebruik door verrekening van de bruto parkeerbehoefte met aanwezigheidspercentages. Koopavond

209,7

15,1

24,3 0,0

47,5 45,0

32,5

25,2

20,2

85%

30%

30%

95% 90%

80%

90%

90%

0,9

0,0 0,0

2,5 2,5

2,0

1,4

1,1

5%

0%

0%

5% 5%

5%

5%

5%

10,4

Werkdag nacht

253,2

13,3

81,1 0,0

35,0 50,0

30,5

21,0

22,4

75%

100%

100%

70% 100%

75%

75%

100%

Zaterdag middag

224,9

17,7

16,2 0,0

50,0 50,0

40,6

28,0

22,4

100%

20%

20%

100% 100%

100%

100%

100%

Zaterdag avond

216,5

8,0

81,1 0,0

20,0 50,0

18,3

16,8

22,4

45%

100%

100%

40% 100%

45%

60%

100%

Zondag middag

14,0

>>>Zaalverhuur

* De kinderspeelformule buiten wordt niet meegerekend omdat de binnenaccomodatie maatgevend is


6,1 100,4

73,2

0,0

24,8

18,6

18,6

15,2

9,6

7,4

4,6

0,0

Kinderspeelformule (buiten)*

Zone 7

16,5


Zone 4

14,0


Zone 3

11,4

7,2


Zone 2 Casino

5,5

40%

60%

40% 30%

60%

>>>Bowling

Zone 1


Zone 7

Kinderspeelformule (buiten)


40%

40%

30%

>>>Zaalverhuur

Zone 4

40%

30%

40%

40%

30% 30%

40%

Werkdag middag

30%

Werkdag ochtend


Zone 3

Casino

Zone 2


>>>Bowling

Zone 1

Op basis van minimale normen

174,5

13,7

0,0

8,3

42,0

42,0

30,5

21,6

16,6

90%

20%

20%

90%

90%

80%

90%

90%

Werkdag avond

Koopavond

180,2

12,9

0,0

12,4

42,0

44,3

30,5

21,6

16,6

85%

30%

30%

90%

95%

80%

90%

90%

Werkdag nacht

9,4

0,8

0,0

0,0

2,3

2,3

1,9

1,2

0,9

5%

0%

0%

5%

5%

5%

5%

5%

197,0

11,4

0,0

41,3

46,6

32,6

28,6

18,0

18,4

75%

100%

100%

100%

70%

75%

75%

100%

Zaterdag middag

197,2

15,2

0,0

8,3

46,6

46,6

38,1

24,0

18,4

100%

20%

20%

100%

100%

100%

100%

100%

Zaterdag avond

163,4

6,8

0,0

41,3

46,6

18,6

17,1

14,4

18,4

45%

100%

100%

100%

40%

45%

60%

100%

Zondag middag

Bijlage 2 Parkeerberekeningen fiets

Berekening op basis van alleen de binnenruimte.

Bijlage 3 Berekeningen kruispuntvarianten

· · · ·

Stromendiagram; Kruispuntsvormgevingen; Verkeersafwikkelingen per kruispuntvariant; Oversteekbaarheid voor fietsers.

Bijlage 4 Vormgevingseisen provincie

Uit het handboek ontwerpcriteria wegen van de provincie is in hoofdstuk 11 beschreven hoe een voorrangskruispunt moet worden vormgegeven.

40

Hof van Putte

Bijlage 4

Emma retail

Economisch effectenonderzoek Hof van Putte, Woensdrecht

Emma retail 5-5-2014 Projectnummer: 2014.0201

Inhoud 1. Inleiding ....................................................................................................... 2 2. Marktanalyse ............................................................................................... 3 3. Toeristisch-recreatief beleid ........................................................................ 9 4. Economische effecten ................................................................................ 12 5. Beschouwing en conclusie ......................................................................... 18 Bijlage .............................................................................................................. 20 Bronnen ........................................................................................................... 21


1

1. Inleiding Aannemersbedrijf B. de Nijs – Soffers B.V. wil aan de Putseweg in Putte het recreatief bedrijf ‘Hof van Putte’ realiseren in een voormalige steenhouwerij. Dit recreatief bedrijf wordt een multifunctioneel complex met onder andere een bowlingcentrum, indoorkinderspeeltuin, amusementshal en (ondersteunende) horeca. Deze ontwikkeling past niet binnen het vigerende bestemmingsplan. Een bestemmingsplanwijziging is daarom nodig. Onderdeel van deze wijziging is toetsing aan het provinciaal beleid dat juridischplanologisch is vastgelegd in de Verordening ruimte. Omdat het plangebied is gelegen buiten het bestaand stedelijk gebied is (voor)overleg met de provincie nodig om de haalbaarheid van het initiatief inzichtelijk te maken. Ten behoeve van dit vooroverleg is door C5 Stedenbouw B.V. uit Breda een motivatie geschreven. 27 januari 2014 heeft het vooroverleg met de provincie plaatsgevonden. Eén van de onderwerpen die hieruit naar voren kwam, was de schaalgrootte van de planontwikkeling. De provincie is bereid medewerking te verlenen aan het plan en ziet het als de realisatie van een recreatief bedrijf. Vestiging van een recreatief bedrijf in het buitengebied is mogelijk, onder randvoorwaarde dat het niet gaat om een grootschalig bedrijf, in de zin dat dit bedrijf per jaar meer dan 150.000 bezoekers trekt. Een economisch effectenonderzoek dient dit aan te tonen, evenals de haalbaarheid en duurzaamheid van de ontwikkeling. Aannemersbedrijf B. de Nijs – Soffers B.V. heeft Emma retail uit ’s-Hertogenbosch gevraagd dit onderzoek uit te voeren.


2

2. Marktanalyse Het plan Hof van Putte Realisatie recreatief bedrijf Aannemersbedrijf B. de Nijs – Soffers B.V. wil aan de Putseweg in Putte het recreatief bedrijf ‘Hof van Putte’ realiseren in een voormalige steenhouwerij. Dit recreatief bedrijf wordt een multifunctioneel complex met onder andere een bowlingcentrum, indoorkinderspeeltuin, amusementshal en (ondersteunende) horeca. Om dit te realiseren zal de oude Steenhouwerij Joseph Glatt worden getransformeerd. Hiervoor worden de vervallen bedrijfsgebouwen volledig gerenoveerd. Uitgangspunt bij deze renovatie is het karaktervolle gebouw zoveel mogelijk te respecteren. Het nieuwe multifunctionele complex zal vrijwel volledig binnen de bestaande bebouwingscontouren worden gerealiseerd. Met de ontwikkeling krijgen het gebied en de omgeving een belangrijke kwaliteitsimpuls. Kaart: planlocatie Hof van Putte

Bron: Google maps 2014


3

Functioneel programma Het recreatief bedrijf ‘Hof van Putte’ bestaat uit een samenhangend functioneel programma met diverse onderdelen. Functioneel programma Hof van Putte Functies Zone 1 Bowling, biljart en kermisbehendigheid Zone 2 Amusementshal Zone 3 Horeca 1 brasserie/restaurant Zone 4 Indoor kinderspeelformule Zone 7 Horeca 2 café/ bar Totaal oppervlak functies Overige ruimten Entrée Outdoor deel kinderspeelformule Terras horeca 1 Terras horeca 2

Oppervlak (m²) 1.070 508 666 1.590 188 4.022

213 574 462 83

De bowling bestaat uit een ruimte met acht bowlingbanen. In deze ruimte worden daarnaast vijf tot tien biljart- en snookertafels geplaatst en kermisbehendigheidsspellen. Kermisbehendigheidsspellen zijn onder meer grijpmachines, luchthockeytafels, flipperkasten en spelcomputers. De indoor kinderspeelformule bestaat uit kinderspeeltoestellen zoals luchtkussens, klimrekken, ballenbakken en glijbanen. De amusementshal bestaat uit kansspelautomaten. Multifunctionele mix De multifunctionele mix biedt een interessant programma aan een brede doelgroep. Er zijn mogelijkheden voor het aanbieden van arrangementen in de vorm van kinderfeestjes, feesten/partijen en zakelijke events. De horeca (horeca 1 brasserie/restaurant) is centraal in het complex gelegen, waardoor deze het overige programma kan ondersteunen. De programmamix en de ruimtelijke opzet daarvan stimuleert het maken van combinatiebezoeken. Horeca 2 café/bar kan, door haar solitaire ligging op het terrein, een unieke uitstraling worden aangemeten. De relatief kleine schaalgrootte en de aanwezigheid van een klein terras stimuleren het intieme karakter. De ligging aan de doorgaande weg zorgt voor een goede zichtbaarheid en toegankelijkheid. Horeca 2 zal deels andere doelgroepen aantrekken, zoals wandelaars en fietsers. Tegelijk kan horeca 2 worden ingezet binnen arrangementen voor het multifunctionele complex als geheel. Het leent zich bijvoorbeeld goed voor een besloten feest of (afsluitende) borrel na een zakelijk event.


4

Regio profiel Toeristisch recreatief profiel De gemeente Woensdrecht ziet belangrijke landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten die samen een aantrekkelijk toeristisch-recreatief product bieden1. Een belangrijke sterkte is de Brabantse Wal en de daarbij horende landschappelijke variatie aan bos-, heide- en natuurgebieden, waaronder het Grenspark De Zoom-Kalmthoutse Heide. Deze aantrekkelijke groene en rustige omgeving oefenen een grote aantrekkingskracht uit op recreanten en toeristen uit de gemeente zelf, de regio en van verder weg. Verblijfsrecreatief aanbod Woensdrecht heeft een divers aanbod accommodaties: hotels, B&B, campings en recreatieparken waarmee verschillende doelgroepen worden bediend. De locatie en ligging van de accommodaties nabij natuurgebieden is een sterk punt. Een groot deel van het aanbod bestaat uit vaste staanplaatsen op campings, minicampings en recreatieparken. De belangrijkste recreatiecentra annex vakantiepark zijn de Hazeduinen en Familyland. Beide centra hebben de beschikking over een aantal recreatieve voorzieningen, waaronder een buitenspeeltuin, (pannenkoeken)restaurant en zwembad. Dag-recreatieve voorzieningen Woensdrecht heeft verschillende dag-recreatieve voorzieningen, uiteenlopend van attracties en bezienswaardigheden tot evenementen en route-gebonden recreatie. In 2010 is door bureau BUITEN2 is geconcludeerd dat de openingstijden van de attracties en bezienswaardigheden en het aanbod cultuurhistorische en educatieve bezienswaardigheden enigszins beperkt is en dat het dagrecreatief aanbod vooral gericht is op volwassen. In de gemeente vinden diverse (grote) wielerevenementen plaats en is een aantal evenementen gericht op actieve recreatie. Woensdrecht heeft een goede basisstructuur voor route-gebonden recreatie, met vele bewegwijzerde en beschreven routes voor wandelen en fietsen. Ook lopen verschillende nationale en internationale langeafstandsroutes door Woensdrecht. Voor wandelen zijn dit het Grenslandpad en de ‘Grand Randonnée’ Amsterdam – Parijs. De langeafstandsfietsroutes die door Woensdrecht gaan zijn de Schelde – Rheinroute en de Stedenroute (Amsterdam – Brussel). Woensdrecht is verder aangesloten op het fietsen wandelknooppuntensysteem. Brabantse Wal De Brabantse Wal is een opvallend landschap in West-Brabant, op de grens met Zeeland en Vlaanderen (België). De Brabantse Wal ligt in de gemeenten Woensdrecht, Bergen op Zoom en een deel van Steenbergen en Roosendaal. Het meest opvallend in het landschap is de steilrand: een abrupte overgang van de hoger gelegen zandgronden naar de lager gelegen zeekleipolders. Deze steilrand slingert van Ossendrecht langs Hoogerheide, Woensdrecht, Bergen op Zoom en Halsteren 1

Gemeente Woensdrecht, BUITEN Bureau voor Economie& Omgeving (2010): Toeristisch-Recreatief Beleid Gemeente Woensdrecht 2 Gemeente Woensdrecht, BUITEN Bureau voor Economie& Omgeving (2010): Toeristisch-Recreatief Beleid Gemeente Woensdrecht


5

tot Steenbergen. De hogere zandgronden zijn vooral bebouwd en met bos en hei bedekt. De lager gelegen kleigronden zijn vooral in gebruik voor de landbouw. Het gebied is in trek bij wandelaars, fietsers, wielrenners, ruiters en (water)sporters. Vanaf de Brabantse Wal zijn er prachtige vergezichten. Grote delen van de Brabantse Wal zijn, naast aardkundig waardevol, ook aangemerkt als beschermd natuur- en cultuurhistorisch gebied. Stichting De Brabantse Wal zet zich in voor het behoud van deze waarden. Grenspark De Zoom – Kalmthoutse Heide Grenspark De Zoom – Kalmthoutse Heide maakt onderdeel uit van de zuidkant van de Brabantse Wal. Het park, zoals de naam al doet vermoeden, strekt zich uit over de landsgrens tussen Nederland en België. Het park is een afwisselend gebied met bos, heide, stuifduinen en een groot aantal vennen. Het gebied heeft een viertal toegangspoorten als hoofdentrees. Bij deze poorten zijn informatiecentra en andere voorzieningen gevestigd en is ruime parkeergelegenheid. De poorten zorgen voor een goede toegankelijkheid van het gebied vanuit diverse kanten en zorgen tegelijk voor een spreiding van het publiek.

Vraagontwikkelingen recreatieve markt Trends en ontwikkelingen hebben invloed op de ontwikkeling van de recreatieve markt. Maar ook beleid dat op provinciaal of regionaal niveau wordt gemaakt biedt kansen en bedreigingen. In het beleid van de gemeente Woensdrecht is een aantal trends en ontwikkelingen beschreven die nog steeds relevant zijn. Hogere eisen aan invulling vrije tijd Toeristen en recreanten stellen bijvoorbeeld steeds hoge eisen aan de invulling van hun vrije tijd. In toenemende mate zijn luxe en gemak van belang bij de keuze van een bestemming of accommodatie. Dit uit zich in de opkomst van comfortabele vormen van logies. Dit kan een vijfsterrenhotel zijn, maar net zo goed een vakantiehuisje op een camping dat van alle gemakken voorzien is. Een vaatwasmachine in een vakantiehuisje is tegenwoordig al een basisvoorwaarde. Daarnaast worden steeds meer luxe en wellness huisjes gerealiseerd, waarin de klant een optimale ontspannen sfeer beleeft. Tegelijkertijd doet zich een afnemende vraag naar accommodaties voor waarbij men alle (kampeer)spullen vanuit huis moet meenemen en groeit de vraag naar kant-enklaar tenten. Nieuwe trend hierbinnen is glamping (samentrekking van ‘glamour’ en ‘camping’). Glamping staat voor kamperen in luxe, bijvoorbeeld in een safaritent, tipi of lodge. Toenemende vraag plattelandstoerisme Er is een toenemende vraag naar plattelandstoerisme. 81% van de Nederlandse bevolking geeft aan enige interesse in een bezoek aan een agrarisch bedrijf te hebben. 36% van de Nederlanders heeft ook echt eens een boerderij bezocht. Deze markt biedt dus veel potentie.


6

Al neemt het totaal aantal fietsen wandeltochten landelijke gezien af, fietsen en wandelen, blijven de belangrijkste activiteiten in het landelijke gebied. Bezoek aan evenementen, bezienswaardigheden, attracties en winkelen nemen toe. Ook zijn lifestyle en sporten zoals mountainbiken en surfen in opkomst. Samen delen van buitenshuis vrije tijd Als mensen hun vrije tijd buitenshuis doorbrengen, willen ze dit graag samen doen3. In een tijd van economische tegenspoed vinden mensen het steeds belangrijker om tijd, emoties en ervaringen met vrienden en familieleden te delen. We willen niet langer meer, maar we willen beter en meer kwaliteit. Recreatief aanbod moet daarin ook een totaal beleving bieden. Er is bijvoorbeeld meer aandacht voor de oorsprong van voedsel en gebruiksvoorwerpen en de burger heeft behoefte aan toegewijde makers, lokale productie en vakmanschap. Zo hebben steeds meer restaurants een eigen tuin of kas. Investeren in de lokale economie vinden consumenten belangrijk.

Aanbod in de regio Horeca Het horeca-aanbod in de gemeente Woensdrecht is totaal gezien vrij ruim afgezet tegen het aantal inwoners. Binnen de drankensector zijn er totaal 29 bedrijven. Dit komt neer op 13,4 per 10.000 inwoners, tegen 10,7 per 10.000 inwoners voor de hele provincie. Het aantal cafés en bars binnen de dranken-sector is echter niet noemenswaardig ruim, 6,5 tegen 6,4 voor de hele provincie. Het aanbod in deze sector wordt gedomineerd door de horeca bij sportaccommodaties, 8 bedrijven. Het aantal restaurants en hotels in de gemeente is relatief ruim. Per inwoner zijn er meer restaurants en hotels dan in de hele provincie. Dit kan worden verklaard door het toeristisch-recreatieve profiel van Woensdrecht en de omgeving. Het aanbod aan fastfoodservices is daarentegen beperkt en bestaat vooral uit cafetaria. Daar waar het gaat om specifieke fastfoodservices zoals ijssalons, lunchrooms en pannenkoekenrestaurants is het aanbod zeer beperkt. Dit is opvallend omdat juist deze services ondersteunend zijn aan de toeristisch-recreatieve functie van een gebied. 4

Aanbod horeca-sector gemeente Woensdrecht Sector Aantal bedrijven Dranken w.v. Cafés/Bars Restaurant Fastfoodservice Hotel

29 14 19 11 6

Woensdrecht 13,4 6,5 8,8 5,1 2,8

Aantal per 10.000 inwoners Provincie Noord-Brabant 10,7 6,4 5,9 6,7 1,2

Het horeca-aanbod in de gemeente is sterk lokaal georiënteerd. Wat blijkt uit het ruime aanbod aan horeca bij sportaccommodaties en de cafetaria. Voor het echte uitgaansleven zijn de inwoners aangewezen op het ruimere aanbod in de plaatsen als Bergen op Zoom en Antwerpen. 3 4

Vrijetijdshuis brabant, provincie Noord-Brabant (2013): Trendrapportage vrijetijdssector in cijfers 2013 Bedrijfschap Horeca en Catering: www.kenniscentrumhoreca.nl


7

Over de grens in België zijn in Kappellen en Brasschaat meerdere (luxe) restaurants gevestigd. In de directe omgeving van Hof van Putte is restaurant/brasserie Jagersrust aan de Putseweg één van de luxere restaurants. Op de recreatiecentra Hazeduinen en Familyland is beperkt enige horeca gevestigd. Deze horeca is sterk georiënteerd op de bezoekers van de centra zelf, desalniettemin zijn deze ook voor publiek van buiten centrum toegankelijk. Kinderspeelformule Het aantal binnenspeeltuinen in de regio van Woensdrecht is vrij beperkt. In Bergen op Zoom, Halsteren, is een vestiging van de landelijke keten Monkey Town gevestigd. Deze indoorspeeltuin heeft een oppervlak van ongeveer 1.500 m². Recent is de vestiging van Minyworld, een kleine binnenspeeltuin in Bergen op Zoom, gesloten. In Roosendaal is een vestiging van Balleland. In België is eveneens een aantal binnenspeeltuinen. Onder meer in Ekeren, De Deugniet met een oppervlak van 5.000 m² en in Sint Job in ’t Goot, De Kinderdroom. Bowling Het aantal bowlingcentra in de omgeving met een straat van 15 à 20 km is gering. Het enige bowlingbaancentrum is gevestigd in Hoogerheide op het familiepark Familyland. Dit kleine centrum telt 6 banen en maakt onderdeel uit van het amusementscentrum op het familiepark annex vakantiepark. In Bergen op Zoom is geen bowlingcentrum gevestigd. In Roosendaal is één centrum gevestigd, het relatief kleine Bowlingcenter Roosendaal met 8 banen. In België zijn meerdere grotere bowlingcentra gevestigd: • Brasschaat; Blue Ball, 16 banen • Deurne (België); Eurobowling, 12 banen • Antwerpen; Antwerp Bowling, 16 banen • Antwerpen; Bowlingstones, 18 banen • Antwerpen; Bowlingplanet, 16 banen Het aantal bowlingcentra in dit deel van West-Brabant is daarmee zeer beperkt. Bovendien zijn de aanwezige centra klein met hooguit 6 à 8 banen. Over de grens in België is het aanbod aan centra ruimer en zijn de centra groot. Met name in en rond Antwerpen is een aantal grote bowlingcentra. Amusement De amusementscentra in de omgeving van Woensdrecht zijn allen gevestigd in de grotere steden als Bergen op Zoom en Roosendaal. In Bergen op Zoom is één Fair Play Center gevestigd en in Roosendaal zijn twee amusementscentra gevestigd. Eveneens een Fair Play Center en een Jack’s Casino. In België is er in de directe omgeving alleen aanbod in Antwerpen. Met name in en rond de Breydelstraat nabij het treinstation Antwerpen-Centraal, is een sterke concentratie van amusementscentra. Economisch effectenonderzoek Hof van Putte, Woensdrecht

8

3. Toeristisch-recreatief beleid Provinciaal beleid In februari 2013 hebben Provinciale Staten van Noord-Brabant unaniem ingestemd met de voorstellen voor het beleidskader en de uitvoeringsagenda vrijetijdseconomie. De provincie steekt de komende drie jaar zes miljoen in de Brabantse vrijetijdseconomie, om daarmee de ambitie te verwezenlijken om de meest innovatieve en gastvrije provincie van Nederland te worden. Het beleidskader sluit aan op de Agenda van Brabant, waarin de provincie de ambitie heeft geformuleerd om tot de top van de Europese kennis- en innovatieregio’s te gaan behoren. Uitgangspunten van het beleidskader vrijetijdseconomie zijn hogere bestedingen en een groter herkomstgebied van toeristen en recreanten. Vrijetijdseconomie provincie Noord-Brabant Vrijetijdseconomie is een belangrijk speerpunt in het beleid van de provincie. In de ‘Agenda van Brabant’ geeft de provincie aan een kwalitatief goede vrijetijdsbesteding te zien als een belangrijke voorwaarde voor het realiseren van een goed leef-, werk- en vestigingsklimaat. Zowel in het bestuursakkoord ‘Tien voor Brabant’ 2010-2015 als in het Economisch Programma 2020 wordt het belang van de vrijetijdseconomie voor de Brabantse economie onderschreven. De vrijetijdseconomie levert een bijdrage aan het oplossen van andere maatschappelijke vraagstukken en beleidsdoelen, zoals op het gebied van cultuur, erfgoed, natuur, landschap, leefbaarheid, zorgeconomie, sport en economische topsectoren zoals creatieve industrie en agro-food. Vrijetijdseconomie is daarom ook één van de pijlers voor de uitvoering van de nieuwe koers Stad en Platteland. De vrijetijdssector biedt kansen voor werkgelegenheid van specifieke doelgroepen, zoals jongeren, allochtonen en laagopgeleiden. Brabant is qua ligging, voorzieningen en infrastructuur een ideale regio voor onder meer de markt van de korte vakanties (short breaks). In de startnotitie vrijetijdseconomie5 heeft de commissie voor Economische Zaken daarom gekozen voor de ambitie om de meest innovatieve en gastvrije provincie van Nederland te worden. VisitBrabant/ConnectBrabant De provincie ziet het als uitdaging voor de komende jaren meer bezoekers naar Brabant te trekken, die daar langer genieten en meer besteden. De vrijetijdseconomie is een onderdeel van de agenda van Brabant en draagt bij aan een duurzaam vitale regio. Hoe beter de belangen in de Brabantse vrijetijdseconomie verbonden en bediend worden, hoe effectiever de propositie Brabant als regio wordt, evenals de samenwerking in het vrijetijdsdomein. Om dit te realiseren heeft de provincie onder meer de non-profit organisatie VisitBrabant/ ConnectBrabant opgericht. Deze organisatie werkt de gemaakte keuzes verder uit en zet de ambitie om in concrete acties.

5

Provincie Noord-Brabant, commissie Economische Zaken (april 2012); Startnotitie Vrijetijdseconomie 2.0


9

Structuurvisie Ruimtelijke Ordening Provinciale Staten hebben de hoofdlijnen van het provinciaal ruimtelijk beleid vastgelegd in de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening6. Eén van de ambities in de Structuurvisie is het behouden en ontwikkelen van de Groenblauwe structuur. Deze structuur omvat de samenhangende gebieden in Noord-Brabant waaronder de ecologische hoofdstructuur en bestaat voornamelijk uit beken en andere waterlopen en bos- en natuurgebieden. Binnen de groenblauwe structuur zijn ‘kerngebieden’ en ‘mantels’ aangewezen. Het plan Hof van Putte ligt in een dergelijke groenblauwe mantel en nabij een kerngebied; natuurgebied Brabantse Wal/ Grenspark De Zoom – Kalmthoutse Heide. •

•

Groenblauwe kerngebieden: de kern bestaat uit natuurgebieden in de ecologische hoofdstructuur. De hoofdfunctie is hier behoud en ontwikkeling van het natuur- en watersysteem. Groenblauwe mantel: de mantel bestaat overwegend uit gemengd landelijk gebied met belangrijke nevenfuncties voor natuur en water. Het zijn gebieden grenzend aan de kerngebieden. Binnen het gebied liggen kansen voor recreatie en toerisme.

Verordening ruimte Als uitwerking op de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening zijn de te beschermen provinciaal ruimtelijke belangen in de Verordening ruimte vastgelegd. De Structuurvisie Ruimtelijke ordening 2010, partiële herziening 2014 en de Verordening ruimte 2014, zijn 7 februari 2014 vastgesteld. De nieuwe VR 2014 op 1 maart 2014 in werking treden. Voor de inhoudelijke afweging of het bestemmingsplan voldoende rekening houdt met de provinciale belangen, zijn deze documenten van belang. In de Verordening ruimte 2014(Vr) zijn voorschriften opgenomen voor de borging en bescherming van de provinciale belangen. Deze provinciale belangen zijn onderverdeeld in thema's. Verordening ruimte Hof van Putte In het gevoerde vooroverleg met de provincie betreffende herontwikkeling Glatt-locatie in Putte; motivatie Verordening ruimte, d.d. 27 januari, merkt de provincie het volgende op. De provincie is van mening dat de voorgestane ontwikkeling niet passend is binnen de reguliere kaders van artikel 6.10 Vr ten aanzien van niet-agrarische functies, maar in wel mogelijk is als er sprake is van de vestiging van een recreatiebedrijf als bedoeld in artikel 6.11 Vr. Vooralsnog gaat zij er van uit dat de beoogde ontwikkeling de vestiging van een recreatief bedrijf betreft. Het initiatief wordt dan ook als zodanig beoordeeld. Recreatiebedrijven Volgens artikel 6.11 Vr is de beoogde vestiging van het recreatiebedrijf Hof van Putte mogelijk binnen de geschetste voorwaarden in de overgelegde motivatie, mits het niet gaat om een grootschalige ontwikkeling. Als gevolg van artikel 1.36 wordt onder een grootschalige ontwikkeling verstaan een ontwikkeling waarbij meer dan 150.000 bezoekers per jaar worden verwacht. Een gedegen 6

Provincie Noord-Brabant (2011): Structuurvisie Ruimtelijke Ordening


10

economisch effectenonderzoek dient het te verwachten aantal bezoekers te onderbouwen, alsmede de haalbaarheid en duurzaamheid van het project voor de langere termijn, binnen de gegeven randvoorwaarden en planopzet, aan te tonen.

Gemeentelijk beleid Toeristisch-recreatief beleid De gemeente Woensdrecht heeft haar toeristisch-recreatief beleid vastgelegd in de beleidsrapportage Toeristisch-Recreatief Beleid gemeente Woensdrecht7. Het beleid voorziet de gemeente van een kader waaraan nieuwe initiatieven doeltreffend kunnen worden getoetst. De ambitie van de gemeente voor de gewenste toeristisch-recreatieve ontwikkelrichting heeft de volgende elementen: • Natuur- en landschapsbeleving, in het bijzonder in het Grenspark De Zoom- Kalmthoutse Heide (en Grenspark plus); • Sportieve en actieve recreatie, met de nadruk op fietsen (wielersport, recreatief fietsen, toerfietsen, mountainbiken); • Diversiteit en kwaliteit van verblijf-recreatieve voorzieningen; • De motiefgroepen ‘Interesse’, ‘Uitdaging’, Wildernisliefhebbers’ en ‘Er tussen uit’; • Versterken van de basisvoorzieningen door beperkt en gericht investeren (o.a. kwaliteitsverbetering); • Het ondersteunen en faciliteren van het toeristisch-recreatief bedrijfsleven; • Inzet op promotie van de gewenste identiteit van Woensdrecht en de Brabantse Wal, inclusief het Grenspark. Economisch beleid In de Economische Visie Gemeente Woensdrecht 2014-2020 is het economisch beleid van de gemeente voor de komende jaren vastgelegd. Toerisme, recreatie en horeca is een van de hoofdthema’s in dit beleid. De gemeente zet in op verdere deregulering door het verminderen van lasten voor bedrijven. In 2014 zal bepaalde regelgeving wederom tegen het licht worden gehouden. Waar mogelijk zullen regels worden geschrapt of vereenvoudigd. De Brabantse Wal wordt expliciet in het beleid benoemd als het decor dat uitnodigt om buiten te gaan beleven. Grotere recreatievoorzieningen moeten daarbij zorgen voor een grotere aantrekkingskracht. Dergelijke voorzieningen worden als recreatiepoort of voorziening verder ontwikkeld en/of gepromoot. Natuurpoort Volksabdij zal deze rol deels gaan vervullen als grote recreatiepoort met infocentrum, routes, horeca en accommodatie. Daarnaast zijn er plannen voor realisatie van een familierecreatiecentrum. Familyland heeft hierbij als groot recreatiepark al een belangrijke functie.

7

Gemeente Woensdrecht, BUITEN Bureau voor Economie& Omgeving (2010): Toeristisch-Recreatief Beleid Gemeente Woensdrecht


11

4. Economische effecten In onderliggend hoofdstuk zijn de economische effecten van het plan Hof van Putte uitgedrukt in te verwachten bezoekersaantallen. Deze bezoekersaantallen zijn opgedeeld in de verschillende onderdelen en functies van het plan. Om te komen tot een onderbouwde verantwoording van het aantal bezoekers zijn per functie landelijke referentie cijfers gebruikt en vertaald naar de situatie van Hof van Putte. Bij deze vertaling is onder meer een afweging gemaakt aan de hand van aspecten zoals oppervlak, regionale uitstraling en aantrekkingskracht en mate van concurrentie in de regio.

Bezoekersaantallen Kinderspeelformule Verspreid over Nederland zijn vele honderden binnen- of indoorspeeltuinen. Variërend in oppervlak en aanbod aan attracties. Veelal is er een horecagelegenheid in gevestigd en is er een buitengedeelte. Het gemiddelde oppervlak loopt uiteen van zeer kleinschalig (minder dan 1.000 m²) tot grootschalig met regionale aantrekkingskracht (5.000 m² of meer). Voorbeelden van dergelijke grote indoor speeltuinen zijn Kidzcity in Utrecht (5.000 m²), Dolle Pret in Almelo (5.000 m²) of Superfun in Amersfoort (6.000 m²). Informatie over bezoekersaantallen van indoor kinderspeeltuinen is slechts beperkt voorhanden. Dit heeft onder meer te maken met de lage organisatiegraad binnen de branche, waardoor geen regulier onderzoek wordt uitgevoerd en kengetallen niet worden verzameld. Branchedeskundigen stellen dat de bezoekersaantallen van indoorspeeltuinen sterk uiteen kunnen lopen van 50.000 tot 150.000 bezoekers per jaar8. Binnen de branche is een trend dat het aanbod aan attracties wordt verbreed, zoals met bowling, laser games, glowgolf, gaming. Door het productaanbod te verbreden spelen de formules in op de behoefte van de consument in ‘one-stopshopping’ en combinatiebezoek. Deze ontwikkeling zorgt voor het aantrekken van een breder publiek en het langer binnen houden van de bezoekers. In 2006 heeft VROM een onderzoek uitgevoerd naar de veiligheid binnen indoorspeeltuinen. In dit onderzoek is ook ingegaan op bezoekersaantallen. Hieruit komt naar voren dat de kleinere speeltuinen, met een oppervlakte van minder dan 5.000 m², circa 3.500 bezoekers per 100 m² per jaar trekken. Deze informatie vertaald naar de situatie van Hof van Putte met een oppervlak van 1.590 m² komt neer op ca. 55.000 bezoekers per jaar. Hof van Putte is met een kleine 1.600 m² een kleine tot middelgrote indoorspeelhal. Het verzorgingsbereik strekt zich uit tot hooguit 10 à 15 km. Verder weg wordt het aanbod al snel ‘overgenomen’ door indoorspeelhallen en overige (kinder)activiteiten in de grotere steden Bergen op Zoom en Antwerpen. De aantrekkingskracht van de indoorspeelhal Hof van Putte beperkt zich tot de 8

Leeuwen, H. van, trendwatcher & expert in leisure, directeur SLIMMadvies


12

inwoners van gemeente Woensdrecht en deels de omliggende gemeenten, alsmede dag- en verblijfstoeristen aan het grenspark De Zoom – Kalmthoutse Heide en de recreatieparken. Er is daarom geen reden aan te nemen dat het aantal bezoekers, door een sterke regionale trekkracht, veel hoger is dan de eerder genoemde 55.000 bezoekers per jaar. Horeca Het aantal bezoekers aan de horeca in Hof van Putte is te benaderen op basis van landelijke referentiecijfers van de brancheorganisatie. Een uitsplitsing is gemaakt naar de dranken- en de restaurantsector. 9

Horeca en bezoekers Sector Omzet (€ mln.) Aantal bedrijven Gemiddelde omzet (€) Gemiddelde besteding per bezoeker (€) Gemiddeld aantal bezoekers Totaal oppervlak (m² mln.) Gemiddeld oppervlak per bedrijf

Dranken 3.205 17.062 187.844 9,7 19.983 3.785 221

Restaurant 4.500 11.013 408.608 16,4 24.915 1.811 164

De totale omzet in de drankensector is € 3.200 miljoen. Dit komt neer op een gemiddelde omzet van € 187.800,- per bedrijf. Bij een gemiddelde besteding per bezoeker van € 9,70 leidt dit tot ongeveer 20.000 bezoekers op jaarbasis. Voor de restaurantsector komt dit gemiddelde aantal bezoekers neer op ongeveer 25.000 per jaar. Het gemiddelde oppervlak van bedrijven in de drankensector is 221 m² en in de restaurantsector 164 m². Het oppervlak van horeca 1 brasserie/restaurant in Hof van Putte is ongeveer 3 tot 4 keer groter dan gemiddeld. De capaciteit is daarmee weliswaar groter dan gemiddeld. Dit betekent niet dat het aantal bezoekers in evenredige mate groter is. Een grotere schaal leidt namelijk ook tot een ruimere inrichting en opstelling van tafels en stoelen. Het aanbod aan restaurants in Woensdrecht en omgeving is in verhouding groot. Per inwoner zijn er relatief veel restaurants. Bovendien is er in plaatsen direct over de grens een groot aantal restaurants, waarvan meerdere in het hogere en luxe segment. Dit benadrukt het profiel van de regio en de Brabantse Wal als toeristisch recreatief gebied. Binnen het concurrentieveld verwachten wij dat de horeca 1 in Hof van Putte brasserie/restaurant ongeveer 50.000 bezoekers per jaar zal trekken. Voor de horeca 2 een café/bar in het vrijstaande gebouw gaan we uit van ongeveer 20.000 bezoekers per jaar, gelijk aan het landelijk gemiddelde in de drankensector. Amusementscentrum Over feitelijke bezoekersaantallen van amusementscentra is weinig informatie beschikbaar. Op basis van onderzoek is wel een inschatting te maken van het aantal bezoeken. In 2011 is door het

9

Bedrijfschap Horeca en Catering: www.kenniscentrumhoreca.nl


13

ministerie van Veiligheid en Justitie onderzoek10 laten uitvoeren naar de omvang van kansspelverslaving. Hierin is tevens de omvang van deelname aan kansspelen naar type kansspel onderzocht. De informatie uit onder meer dit onderzoek is gebruikt om een inschatting te maken van het aantal bezoekers aan het amusementscentrum. Uit het onderzoek komt naar voren dat in 2011 82% van de Nederlanders ooit heeft deelgenomen aan een kansspel. 65% heeft dit ‘recent’ gedaan (niet langer dan een jaar geleden). Het overgrote deel van deze ‘recente’ deelnemers is een recreatieve speler. Minder dan 1% wordt in het onderzoek gedefinieerd als een risico- of probleemspeler11. Veruit de populairste vorm van kansspelen in Nederland is de loterij. 72% zegt ooit aan een loterij te hebben deelgenomen. Voor de ‘recente’ spelers is dit 57%. Van alle Nederlanders zegt 29% wel eens te hebben deelgenomen aan een kansspelautomaat. Voor de ‘recente’ spelers is dit percentage 6,4%. Dus 65% van de bevolking zegt in het afgelopen jaar te hebben deelgenomen aan een kansspel en daarvan maakt 6,4% gebruik van een kansspelautomaat. Als dit wordt vertaald naar de lokale situatie in de gemeente Woensdrecht met ongeveer 21.600 inwoners komt dit neer op circa 900 mensen die in het afgelopen jaar een kansspelautomaat hebben gebruikt. Uit het onderzoek van het ministerie komt niet geheel naar voren hoe vaak en waar iemand in het afgelopen jaar aan een kansspel heeft deelgenomen en welke combinaties tussen de verschillende typen kansspelen daarbij zijn gemaakt. Wel wordt in het onderzoek gesproken over ‘regelmatige’ bezoekers die minimaal 12 keer per jaar aan een kansspel deelnemen. In 2012 heeft de provincie Flevoland een monitor uitgevoerd waarin ook het aantal bezoekers aan amusementscentra is onderzocht. Met deze informatie is een inschatting te maken dat mensen die recent of regelmatig een kansspelautomaat gebruiken, dit gemiddeld 7 à 9 keer per jaar doen12. We doen de aanname dat de hiervoor genoemde 900 mensen in Woensdrecht afgerond gemiddeld 10 keer per jaar een kansspelautomaat gebruiken. Dan kan voor Woensdrecht worden geschat dat inwoners van de gemeente op jaarbasis ongeveer 9.000 bezoeken maken aan een kansspelautomaat of –centrum. Het is hierbij nog niet gezegd waar deze bezoeken worden gemaakt, in de eigen gemeente of daarbuiten. Desalniettemin kan worden aangenomen dat het merendeel van de bezoekers een kansspelautomaat bezoekt in de directe eigen woonomgeving, al dan niet in combinatie met een andere activiteit en dus niet als hoofdactiviteit. Tegelijk zullen in Hof van Putte ook mensen van buiten de gemeente gebruikmaken van de amusementshal. Dit aantal is naar schatting in verhouding kleiner dan het aandeel mensen vanuit de gemeente zelf. Totaal wordt het aantal bezoekers aan het amusementscentrum geschat op 15.000 bezoekers per jaar.

10

Ministerie van Veiligheid en Justitie, Intraval (december 2011): Gokken in Kaart, tweede meting aard en omvang kansspelen in Nederland 11 Spelers die gevoelig zijn voor kansspelverslaving. 12 Zie bijlage


14

Bowling Nederland telt momenteel 136 bowlingcentra die geregistreerd staan bij de Nederlandse Bowling Federatie13. Dit is ongeveer gelijk aan een kleine tien jaar geleden. In 2006 waren er namelijk 135 centra14. In 2009 was er een kleine piek in het aantal geregistreerde centra van 139. Het totaal aantal bowlingbanen fluctueert min of meer in gelijke mate. In 2006 waren er 1.310 banen, in 2009 waren dit er 1.418. Momenteel zijn er 1.386 banen. Per saldo is de schaalgrootte van de bowlingcentra iets toegenomen. In 2006 waren er gemiddeld 9,7 banen per centrum in 2013 is dat toegenomen tot 10,2. Er is in Nederland dus sprake van schaalvergroting in de sector. Momenteel heeft minder dan de helft van alle, bij de federatie geregistreerde centra, in Nederland 6 à 8 banen. 30% van alle centra is inmiddels groter dan 12 banen. 15% heeft zelfs meer dan 16 banen. Eén van de grootste bowlingcentra is Mega Bowlingcentrum Woensel in Eindhoven met 33 banen. De grotere centra zijn over het algemeen gevestigd in grote steden. Voorbeelden in Noord-Brabant zijn naast Mega Bowlingcentrum Woensel, Dolfijn Bowling in Tilburg (20 banen), Bowlingcentrum Breda (16 banen) en Bowling- en Partycentrum De Maaspoort in ’s-Hertogenbosch (16 banen). In 2007 gingen 3,4 miljoen mensen een keer bowlen. Dit komt neer op ongeveer 24.000 bezoekers per bowlingcentrum en gemiddeld 2.400 bezoekers per bowlingbaan. Meer recente cijfers omtrent bowlen zijn er niet. Echter gezien het feit dat het aantal bowlingcentra nauwelijks is veranderd afgezien van de schaalgrootte, wordt niet verwacht dat het totaal aantal bezoekers aan bowlingcentra substantieel is toe- of afgenomen. Het bowlingcentrum Hof van Putte is met 8 banen naar verhouding een klein centrum. Omdat binnen de sector sprake is van schaalvergroting in de bowlingcentra en gezien het feit dat er, vooral in België, een aantal grote bowlingcentra is, wordt niet verwacht dat het bowlingcentrum van Hof van Putte een sterke regionale aantrekkingskracht heeft. Bowlen is in Nederland voornamelijk een recreatieve activiteit en in mindere mate een (competitie) sport. Veel centra worden dan ook recreatief bezocht en gecombineerd met een horeca-bezoek. Bowlen en steengrillen is in Nederland al jaren een befaamde combinatie. De voornaamste doelgroepen voor Hof van Putte zijn inwoners uit Woensdrecht en omliggende gemeenten en de dag- en verblijfstoeristen aan het grenspark De Zoom – Kalmthoutse Heide en de recreatieparken. Ook het bowlingcentrum in het recreatiecentrum Familyland zal hier blijvend aantrekkingskracht hebben. Uitgaande van 2.400 bezoekers per baan mogen met 8 banen ongeveer 19.000 bezoekers worden verwacht. Rekening houdend met het biljart en de kermisbehendigheden zal het totaal aantal bezoekers aan dit deel van Hof van Putte wellicht iets hoger liggen op afgerond 25.000 bezoekers per jaar. Combinatiebezoeken Recreatiebedrijven in het buitengebied en solitair gevestigd, drijven sterk op arrangementen en combinatiebezoeken. Juist een combinatie van verschillende activiteiten is aantrekkelijk voor 13 14

Nederlandse Bowling Federatie: www.bowlingnbf.nl, raadpleging maart 2014 Van Spronsen & Partners (2009): Het Bowlingcentrum in beeld, jaargang 2009


15

bezoekers. De horeca is daarin voornamelijk ondersteunend aan de overige activiteiten. Als voorbeeld zijn er de kinderverjaardagsfeestjes die meer en meer buitenshuis worden afgenomen bij professionele organisaties. Een middagje in een indoorspeelhal in combinatie met afsluitend patateten is een populaire combinatie. De ruimtelijke opzet van Hof van Putte draagt bij aan de combinatiebezoeken. Het horeca-deel (horeca 1) ligt centraal binnen het complex en wordt omzoomd door de andere voorzieningen. Deze opzet stimuleert combinatiebezoeken en langer verblijf. Onze verwachting is dat er zeker 30% tot 40% combinatiebezoeken zal zijn. Voornamelijk tussen horeca 1 en één van de andere voorzieningen. Dus een combinatie tussen bowlen en horeca 1 of indoor kinderspeelformule en horeca 1. Horeca 2 heeft gezien de vrije ligging langs de weg deels een eigen trekkracht. Maar ook hier zullen combinatiebezoeken worden gemaakt in de vorm van arrangementen. Zoals eerder gezegd leent deze horeca zich uitermate goed voor een afsluitende borrel bij een zakelijk event. Resumé bezoekersaantallen Het bezoekersaantal van de individuele functies komt opgeteld uit op circa 165.000 bezoekers per jaar. Hiervan is 30% tot 40% dubbeltelling door combinatiebezoeken. Het te verwachten aantal bezoekers voor het totale complex komt daarmee uit op 99.000 tot 116.000 bezoekers per jaar. Met deze bandbreedte kan Hof van Putte volgens provinciale definitie worden aangemerkt als een kleinschalig recreatiebedrijf. Bezoekers functioneel programma Hof van Putte Functies Bowling, biljart en kermisbehendigheid Amusementshal Horeca 1 brasserie/restaurant Indoor kinderspeelformule Horeca 2 Totaal Combinatiebezoek Totaal

Aantal bezoekers 25.000 15.000 50.000 55.000 20.000 165.000 30% - 40% 99.000 – 116.000

Haalbaarheid en duurzaamheid De multifunctionele mix aan voorzieningen en attracties in Hof van Putte dragen bij aan de haalbaarheid en duurzaamheid van het plan. Met de mix aan voorzieningen kunnen meerdere doelgroepen worden aangesproken. Er zijn bijvoorbeeld goede mogelijkheden voor het aanbieden van arrangementen in de vorm van (kinder)feesten/partijen en zakelijke events. Deze spreiding zorgt voor een lagere economische afhankelijkheid van één of enkele doelgroepen en daarmee tot verlaging van het bedrijfsrisico. Tegelijk speelt het plan Hof van Putte in op trends in het consumentengedrag. Hierbij gaat het onder meer om de trend van de behoefte aan steeds hogere kwaliteit van het aanbod en de behoefte aan


16

totaal beleving en combinatiebezoeken. Voorbeeld hiervan is dat een wandeling met de hele familie in de natuur wordt afgesloten met een terrasbezoek en etentje. Hof van Putte past in het toeristisch-recreatieve profiel van de regio en sluit daardoor aan bij de verwachtingswaarde van de consument. Passend aanbod in een passende omgeving maakt het eenvoudiger publiek aan te trekken. Hof van Putte zal worden geëxploiteerd door een exploitant met kennis en ervaring in het exploiteren van vergelijkbare concepten elders in Nederland. Deze kennis draagt bij aan het rendabel exploiteren van Hof van Putte en daarmee de economische haalbaarheid en duurzaamheid van de investering. In het businessplan van de beoogde exploitant wordt uitgegaan van rond de 100.000 bezoekers op jaarbasis. Dit komt overeen met de verwachtingen zoals uit deze studie naar voren komen. De toekomstige exploitatie en investering zijn dus gebaseerd op deze schaalgrootte naar aantal bezoekers. Daaruit mag worden verwacht dat met deze schaalgrootte een rendabele en duurzame exploitatie van het complex in principe mogelijk is.


17

5. Beschouwing en conclusie Multifunctioneel voorzieningenaanbod Hof van Putte is een ontwikkeling van een recreatief bedrijf met een samenhangend multifunctioneel programma, met onder andere een bowlingcentrum, indoorkinderspeeltuin, amusementshal en (ondersteunende) horeca. De multifunctionele mix biedt een interessant programma voor een brede doelgroep van zakelijk tot gezin en familie. Er zijn bijvoorbeeld mogelijkheden voor het aanbieden van arrangementen in de vorm van kinderfeestjes, feesten/partijen en zakelijke events. Hof van Putte is daarmee een vernieuwd concept binnen de regio, waarmee het totale pakket aan recreatieve voorzieningen wordt verbreed. Hof van Putte zet daarbij vooral in op combinatiebezoeken en verlenging van de verblijfsduur, niet alleen in Hof van Putte zelf maar ook in de regio als totaal. Passend bij provinciaal en gemeentelijk ambitie Het functionele programma past bij de door provincie en gemeente gestelde ambities het toeristischrecreatieve voorzieningenaanbod in deze regio te stimuleren en te versterken. Hof van Putte vergroot onder meer de diversiteit aan dag-recreatieve voorzieningen en sluit daarbij aan op het beoogde toeristisch recreatief profiel van de regio. Een profiel dat zich kenmerkt in belangrijke landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten, zoals het landschap van de Brabantse Wal en het grenspark De Zoom – Kalmthoutse Heide, en dat daarbinnen bezoekers een divers aanbod aan verblijfsrecreatie en dag-recreatieve voorzieningen biedt. In de gemeentelijke Economische Visie wordt ingezet op grotere recreatievoorzieningen die zorgen voor een grotere aantrekkingskracht van de Brabantse Wal als toeristisch recreatief gebied. De realisatie van een familierecreatiecentrum draagt hieraan bij. Hof van Putte past hierin als een multifunctioneel recreatief bedrijf met onder meer ‘familie’ als doelgroep. Ook binnen het provinciale beleid is de vrijetijdseconomie een belangrijk speerpunt, waarin de komende jaren fors geïnvesteerd wordt. De provincie heeft de ambitie om de meest innovatieve en gastvrije provincie van Nederland te worden. Kleinschalige ontwikkeling Hof van Putte is een kleinschalige ontwikkeling die op jaarbasis ongeveer 99.000 tot 116.000 bezoekers zal aantrekken. Deze schaalgrootte zal hoofdzakelijk aantrekkingskracht uitoefenen op inwoners en bedrijven in de omgeving en van de gemeente Woensdrecht zelf en omliggende gemeenten, alsmede de verblijfstoeristen in de regio. De ontwikkeling heeft daarmee voornamelijk op deze regio een economisch effect en is naar de definitie van de provincie kleinschalig. Haalbaarheid en duurzaamheid Door de beoogde exploitant is in het bedrijfsplan voor Hof van Putte uitgegaan van ongeveer 100.000 bezoekers per jaar. De exploitatie en investering zijn zodoende afgestemd op deze schaalgrootte. De exploitatie wordt bovendien opgenomen door een bedrijf met kennis en ervaring Economisch effectenonderzoek Hof van Putte, Woensdrecht

18

in het exploiteren van vergelijkbare concepten elders in Nederland. Dit geeft een solide basis voor een haalbare en duurzame exploitatie van Hof van Putte.


19

Bijlage Gericht bezoek naar activiteit in Flevoland Gemeente Inwoners Gebruikers kansspelautomaat (65% x 6,4%) Totaal aantal bezoeken 15 amusementscentra Aantal keren bezoek Aantal centra Gemiddeld aantal bezoekers per centrum

Almere 195.000 8.100

Lelystad 75.000 3.100

Noordoostpolder 46.000 1.900

55.200

27.600

13.800

7x 5 11.040

9x 2 13.800

7x 1 13.800

Bij bovenstaande berekening moet worden opgemerkt dat er vanuit is gegaan dat de bezoeken aan amusementscentra door de inwoners, die recent of regelmatig een kansspelautomaat hebben gebruikt, ook daadwerkelijk binnen de eigen gemeente is gedaan. In de praktijk zal dit genuanceerder liggen. Desalniettemin geeft dit een indicatie van het gemiddeld aantal keren bezoek c.q. gebruik van kansspelautomaten in amusementscentra.

15

Provincie Flevoland, Monitor Toerisme en recreatie Flevoland 2012


20

Bronnen • • • • • • • • • • • • • •

Bedrijfschap Horeca en Catering: www.kenniscentrumhoreca.nl, raadpleging maart 2014 CBS: www.statline.cbs, raadpleging maart 2014 De Bruin, D., Benschop, A., Braam, R., Korf, D.J. (2006): Meerspelers. Meerjarige monitor en follow-uponderzoek naar amusementscentra en bezoekers, CVO/Bongers Instituut KPMG (21 december 2012): Speelautomaten Kengetallenonderzoek 2012 Gemeente Woensdrecht: www.woensdrecht.nl, raadpleging maart 2014 Leeuwen, H. van, trendwatcher & expert in leisure, directeur SLIMMadvies: www.pleisureworld.nl, raadpleging maart 2014 Ministerie van Veiligheid en Justitie, Intraval (december 2011): Gokken in Kaart, tweede meting aard en omvang kansspelen in Nederland Mispelaar, A. van, Wester, L. van der (januari 2010): Toeristisch-Recreatief Beleid Gemeente Woensdrecht, Gemeente Woensdrecht/BUITEN, Bureau voor Economie& Omgeving Nederlandse Bowling Federatie: www.bowlingnbf.nl, raadpleging maart 2014 Provincie Flevoland, ZKA Consultants & Planners (2012): Monitor Toerisme en Recreatie Flevoland 2012 (economische effectenberekening, cijfers 2011) Provincie Noord-Brabant (2011): Structuurvisie Ruimtelijke Ordening Provincie Noord-Brabant, commissie Economische Zaken (april 2012); Startnotitie Vrijetijdseconomie 2.0 Van Spronsen & Partners (2009): Het Bowlingcentrum in beeld, jaargang 2009 Vrijetijdshuis brabant, provincie Noord-Brabant (2013): Trendrapportage vrijetijdssector in cijfers 2013


21

De in dit rapport vermelde gegevens zijn met de grootst mogelijke zorg en nauwkeurigheid opgesteld, maar bieden geen garanties voor de realisatie van de indicaties. Dit hangt immers af van de ondernemer(s) zelf. Samensteller aanvaardt hiervoor dan ook geen aansprakelijkheid.

Emma retail Meester van Oeffelstraat 7 5237 KN ’s-Hertogenbosch 06-24778704 KvK nummer 52790827 [email protected] www.emmaretail.nl


22

Bijlage 5

Compositie 5 stedenbouw bv Boschstraat 35 - 37 4811 GB Breda telefoon

076 – 5225262

fax

076 – 5213812

email

[email protected]

internet

www.c5s.nl

kvk Breda

20083802

Berekening kwaliteitsverbetering landschap t.b.v. bestemmingsplan “Herontwikkeling Glatt-locatie, Putte” d.d. 30 juli 2014

Inleiding Op grond van artikel 3.2 van de Verordening ruimte 2014 dient elke ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied een kwaliteitsverbetering van het landschap te omvatten. Als onderdeel van de ontwikkeling van het amusementscentrum Hof van Putte worden diverse maatregelen voorgesteld, met name als onderdeel van een goede landschappelijke inpassing van de nieuwe functies. Hiervoor is een inrichtingsschets opgesteld. Om te toetsen of deze maatregelen voldoende zijn voor de realisatie van het amusementscentrum dient, conform de provinciale Handreiking Kwaliteitsverbetering van het landschap (de rood-met-groen koppeling), een financiële vertaalslag plaats te vinden. De som van de te nemen maatregelen dient in verhouding te staan tot de waardevermeerdering van de bebouwing en de grond door de realisatie van het amusementscentrum. Onderhavige notitie vormt de financiële vertaalslag van de landschappelijke kwaliteitsverbetering. Deze omvat twee onderdelen: • Berekening van de waardevermeerdering van de gronden op basis van de nieuwe bestemmingsregeling; • Berekening van de waarde van de te nemen maatregelen waarmee de kwaliteitsverbetering van het landschap tot stand wordt gebracht.

Waardevermeerdering grond Verschel heeft de waarde van de ondergrond in de huidige en de nieuwe (planologische) situatie bepaald. Deze is opgenomen in bijlage 1. De waarde van het plangebied is in de huidige situatie opgebouwd uit een drietal verschillende waarden, overeenkomstig de geldende bestemmingen. Zie hiervoor onderstaande tabel: Type

Oppervlakte

Gemiddelde prijs per m²

Totaalprijs

Bedrijf

7.950 m²

€ 165,00

€ 1.311.750,00

Wonen

1.330 m²

(750 m² x € 250) + (580 m² x € 100)

€ 245.500,00

10.419 m²

€ 6,00

€ 62.514,00

Agrarisch met waarden Totaal

19.699 m²

€ 1.619.764,00

Waarde huidige bestemmingen

1

In de nieuwe situatie wordt de bestemming gewijzigd naar ‘Cultuur en ontspanning’. Daarbinnen wordt met bouwvlakken en aanduidingen op hoofdlijnen onderscheid gemaakt in vijf onderdelen. Per onderdeel wordt een eigen waarde per m2 gehanteerd. Zie hiervoor onderstaande tabel. Type Cultuur

en

Oppervlakte


Totaalprijs

ontspanning

4.497 m²

€ 235,00

€ 1.056.795,00

ontspanning

4.466 m²

€ 100,00

€ 446.600,00

6.774 m²

€ 55,00

€ 372.570,00

123 m²

€ 0,00

€ 0,00

3.839 m²

€ 1,00

€ 3.839,00

bebouwbaar Cultuur

en

onbebouwbaar

–

inclusief

terrassen Cultuur

en

onbebouwbaar terrassen

ontspanning –

exclusief

(aanduiding

parkeerterrein) Verkeer Groen en water Totaal

19.699 m²

€ 1.879.804,00

Waarde nieuwe bestemmingen

De financiële meerwaarde komt met deze waardebepaling uit op € 260.040,-. Op basis van de verplichting tot bevordering van ruimtelijke kwaliteit zoals opgenomen in de Verordening ruimte en de handreiking bedraagt een minimale basisinspanning voor kwaliteitsverbetering van het landschap 20% van de waardevermeerdering. De basisinspanning komt daarmee uit op een bedrag van € 52.008,-.

Waarde maatregelen kwaliteitsverbetering Ten behoeve van de ontwikkeling worden door de initiatiefnemer de volgende investeringen in kwaliteitsverbetering gedaan: 1. Sloop overtollige bebouwing Ten behoeve van de ontwikkeling van het amusementscentrum wordt de woning en de bijgebouwen op het voormalige woonperceel gesloopt. Voor het grote vrijstaande bijgebouw (12 x 10 meter) betekent dit tevens een sanering van de aanwezige asbest. Het verwijderen van overtollige bebouwing draagt bij aan het verbeteren van de kwaliteit van het landschap.

Sloop overtollige bebouwing Totaal

Oppervlakte

Investering per m2

120 m2

€ 25,-

Investering kwaliteitsverbetering € 3.000,€ 3.000,-

2

2. Landschappelijke inpassing Om de ontwikkeling landschappelijk in te passen is een globaal inrichtingsplan opgesteld. Deze is vertaald naar een landschappelijke inpassing met een beplantingsstaat (zie bijlage 2). Voor de berekening van de investering in kwaliteitsverbetering die met de landschappelijke inpassing wordt gedaan, is aangesloten bij de bedragen zoals opgenomen in bijlage F van het Groen-Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant (tarieven 2010). Hierin is voor verschillende landschapspakketten een gestandaardiseerde vergoedingssystematiek opgenomen met normbedragen voor onder andere aanleg en beheer. Op basis van het inrichtingsplan en de normbedragen zijn de volgende investeringsbedragen berekend: a. aanleg Uitgangspunt voor de toepassing van pakketten is een reële vergoeding van de aanlegkosten. Kosten die vergoed kunnen worden zijn plankosten, inrichtingskosten en overige kosten (leges, grondonderzoek). Omschrijving

Aantal

Norm per eenheid

Totaal

Plankosten opstellen inrichtingsplan

€ 4.500,00

Inrichtingskosten aankoop beplanting (conform prijsopgave Van den Berk (zie bijlage 3) aanplant laanbomen

ontgraven poel/natuuroever en verwerken vrijkomende grond

€ 29.905,00 81 stuks

€ 53,64

€ 4.344,84

400 m3

€ 4,55

€ 1.820,00

49x betula verrocosa + 32x quercus robur wadi

Overige kosten Legeskosten t.b.v. aanlegvergunning pakket Grondonderzoek t.b.v aanleg pakket Totaal

----€ 40.569,84

3

b. beheer/onderhoud De vergoeding voor het onderhoud van bestaande of nieuw gerealiseerde pakketten is een jaarlijkse vergoeding gedurende een looptijd van 10 jaar. Omschrijving

Aantal

knip- en scheerheg (L7)

160 meter

landschapsboom (L8C1)

81 stuks

natuuroever nat grasland (L14)

39 are

Norm per eenheid € 1,17

Totaal € 187,20

haag

€ 3,34

€ 270,54

€ 12,90

€ 503,10

49x betula verrocosa + 32x quercus robur grasland + wadi

Totaal per jaar

€ 960,84

Totaal 10 jaar

€ 9.608,40

Conclusie Bovengenoemde onderdelen brengen de totale investering van de kwaliteitsverbetering op: Omschrijving

Investering kwaliteitsverbetering

Sloop overtollige bebouwing Landschappelijke inpassing: aanleg Landschappelijke inpassing: beheer en onderhoud Totaal

€ 3.000,00 € 40.569,84 € 9.608,40 € 53.178,24

Daarmee ligt de investering € 1.170,24 hoger dan de gevraagde basisinspanning (€ 52.008,-). Hiermee kan worden voldaan aan de kwaliteitsverbetering zoals vereist conform artikel 3.2 van de Verordening ruimte.

Bijlagen: Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3:

Berekening waardevermeerdering Landschappelijke inpassing Offerte aankoop beplanting

4

Bijlage 1 Berekening waardevermeerdering

Aannemersbedrijf B. de Nijs – Soffers b.v. T.a.v. dhr. P. Palinckx Postbus 183 4630 AD Hoogerheide Boschoven 5 5111 XG Baarle-Nassau T: +31 (0)13 590 69 50 M: +31 (0)6 24 19 91 11

Behandelaar:

ing. C.A. Schellekens

Datum:

30 juli 2014 enmerk:

Onderwerp:

[email protected] www.verschel.nl

C5S-PUT

Taxatie ondergrond voormalige steenhouwerij en omgeving Putseweg te Putte ten behoeve van kwaliteitsverbetering van het landschap.

Geachte heer Palinckx, Artikel 3.1 van de Verordening ruimte 2014 bepaalt dat een ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied bij moet dragen aan de zorg voor het behoud en de bevordering van de ruimtelijke kwaliteit van het daarbij betrokken gebied en de naaste omgeving, in het bijzonder aan het principe van zorgvuldig ruimtegebruik. Artikel 3.2 van de Verordening ruimte 2014 bepaalt dat een ruimtelijke ontwikkeling

dient

te

leiden

tot

een

ruimtelijke

kwaliteitsverbetering.

Voor

de

geplande

herontwikkeling van de voormalige steenhouwerij met naastgelegen woning en achtergelegen agrarisch gebied aan de Putseweg te Putte dient daarom een onderbouwing plaats te vinden van de bij het plan betrokken kwaliteitsverbetering van het landschap. Op grond van de Verordening ruimte en de hieruit voortkomende Handreiking Kwaliteitsverbetering van het landschap van de provincie Noord-Brabant, is de kwaliteitsverbetering gerelateerd aan de waardevermeerdering van de grond na de planologische wijziging. De omvang van de tegenprestatie dient een investering te zijn op basis van redelijkheid. Op basis van de verplichting tot bevordering van de ruimtelijke kwaliteit die in de Verordening ruimte is opgenomen en het uitgangspunt dat de rood-met-groen koppeling meer dan alleen inpassing beoogt, ligt een minimale basisinspanning voor kwaliteitsverbetering van het landschap van 20 % van de financiële meerwaarde in de rede.

Een

berekening van deze waardevermeerdering is in onderhavig taxatie opgenomen. Bestemming vigerend In de oorspronkelijke situatie is ter plaatse van het plangebied “Actualisatie bestemmingsplan Buitengebied” van toepassing, vastgesteld door de gemeenteraad op 17 februari 2011. Voor het plangebied zijn de volgende drie enkelbestemmingen van toepassing: • ‘Bedrijf’, ten behoeve van de voormalige steenhouwerij. • ‘Wonen’ ten behoeve van de burgerwoning aan de Putseweg 13; • ‘Agrarisch met Waarden - Landschapswaarden’ ten behoeve van het achterliggende agrarische gebied.

RABO 15 88 25 357 • K.v.K. 51309688 • BTW nr. NL 1518 32 080 B01

Daarnaast geldt de dubbelbestemming ‘Leiding - Water’ ten behoeve van de bescherming van de bescherming van de aanwezige waterleiding in het gebied en gelden een aantal functie – gebiedsaanduidingen zoals Geluidszone-weg, Cultuurhistorisch waardevol gebied, Archeologische verwachtingswaarde, Bebouwingsconcentratie, Vrijwaringszone-radar, Specifieke vorm van groengroenelement Bestemming nieuw Op basis van het planinitiatief zoals opgesteld door Compositie 5 Stedenbouw en de tot op heden beschikbare informatie kan worden geconcludeerd dat de volgende functies worden gerealiseerd binnen een nieuwe bestemming “Cultuur en Ontspanning”: In het hoofdgebouw: • Kinderspeelformule indoor incl. horeca • Brasserie/restaurant met zaalverhuur • Casino • Bowling, biljart en kermisbehendigheid • Hoofdentree/hal Buitenfuncties zijn: • Outdoor gedeelte kinderspeelformule • Terras bij brasserie • Terras bij horeca/brouwerijcafé of dorpshuis • Circa 250 parkeerplaatsen en circa 150 fietsparkeervoorzieningen • Landschappelijk groen en water Waardebepaling/taxatie Voorliggende taxatie betreft enkel de waardebepaling van de ondergrond van het plangebied. Hierbij is geen rekening gehouden met eventuele aanwezigheid van ondergrondse tanks, asbest of overige vormen van (bodem) verontreiniging. Tevens is in de taxatie niet meegenomen de eventuele compenserende maatregelen in het kader van de kwaliteitsverbetering van het landschap in vorm van sloop dissonerende bebouwing, behoud/renovatie waardevolle bebouwing, landschappelijke inrichting, etc. Deze taxatie betreft derhalve enkel de waardebepaling van de ondergrond. De waarde van het plangebied is gezien de diverse vigerende gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden opgebouwd uit een drietal verschillende waarden. In onderstaand overzicht is een schematisch onderbouwing van de taxatie in huidige bestemming weergegeven: Oppervlakte


Totaalprijs

Bedrijf

7.950 m²

€ 165,00

€ 1.311.750,00

Wonen

1.330 m²

(750 m² x € 250) + (580 m² x € 100)

€ 245.500,00

10.419 m²

€ 6,00

€ 62.514,00

Type

Agrarisch met waarden Totaal

19.699 m²

€ 1.619.764,00

In de nieuwe situatie wijzigt de vigerende bestemming naar de bestemming Cultuur en Ontspanning, wat zal leiden tot een waardevermeerdering van het plangebied. De gebruiksmogelijkheden binnen deze nieuwe bestemming zijn echter divers en per gebruikstype geldt een afzonderlijke waarde. De

Pagina 2 van 3

waarde van het plangebied is opgebouwd uit vijf verschillende waarden. In onderstaand overzicht is een schematisch onderbouwing van de taxatie in geplande situatie weergegeven: Oppervlakte


Totaalprijs

ontspanning

4.497 m²

€ 235,00

€ 1.056.795,00

ontspanning

4.466 m²

€ 100,00

€ 446.600,00

6.774 m²

€ 55,00

€ 372.570,00

123 m²

€ 0,00

€ 0,00

3.839 m²

€ 1,00

€ 3.839,00

Type Cultuur

en

bebouwbaar Cultuur

en

onbebouwbaar

–

inclusief

terrassen Cultuur

en

onbebouwbaar

ontspanning –

exclusief

terrassen Verkeer Groen en water Totaal

19.699 m²

€ 1.879.804,00

Op basis van de verplichting tot bevordering van de ruimtelijke kwaliteit die in de Verordening ruimte is

opgenomen

wordt

in

de

onderhavige

situatie

de

minimale

basisinspanning

voor

kwaliteitsverbetering van het landschap van 20 % gehanteerd. De financiële meerwaarde die ter plaatse ontstaat wordt op basis van bovenstaande waardebepaling vastgesteld op € 260.040,00. De basisinspanning van 20% komt der halve op een totaal bedrag van € 52.008,00. Afhankelijk van de omstandigheden van het geval kan de kwaliteitsverbetering van het landschap worden gerealiseerd in de vorm van bijvoorbeeld realisatie nieuwe groenelementen, revitalisatie bestaand groen, sloop van dissonerende bebouwing, behoud en renovatie waardevolle bebouwing en hoogwaardige architectuur bij nieuwe bebouwing. Middels een ondertekende anterieure overeenkomst tussen de gemeente en initiatiefnemer wordt gegarandeerd dat financieel, juridisch en feitelijk is verzekerd dat sprake is van kwaliteitsverbetering van het landschap. Deze waardebepaling kan alleen gebruikt worden voor het doel waarvoor het is aangevraagd. Aldus gedaan te goeder trouw naar beste weten en kennis, overeenkomstig de strekking van de opdracht en in de overtuiging de ten diensten staande gegevens op een juiste wijze te hebben verwerkt. Hoogachtend,

ing. C.A. Schellekens Beëdigd Rentmeester NVR Bronnen: • Compositie 5 Stedenbouw, 02028.004n20informatiedocument tbv taxatie • e-mailwisseling Compositie 5 Stedenbouw en Aannemersbedrijf B. de Nijs - Soffers

Pagina 3 van 3

Bijlage 2 Landschappelijke inpassing

parkeergelegenheid en terrassen

2

Deelgebied 4: 480x Fagus sylvatica (beukenhaag, 1,20 m hoog) ter omzooming van

Deelgebied 3: 3.900 m2 extensief (bloemen-)weidebeheer in combinatie met wadi

Deelgebied 2: 32x Quercus robur (zomereik, groot) in lijnvormige elementen

Deelgebied 1: 49x Betula Verrucosa (ruwe berk, hoog) in lijnvormige elementen

Landschappelijke inpassing

3

1

2

3+

4

4

Bijlage 3 Offerte aankoop beplanting

Compositie 5 Stedenbouw BV T.a.v. Dhr. P. Damen Boschstraat 35 4811 GB BREDA

OFFERTE Nummer: Klantnummer : Datum: Blad :

254236 86426 30-7-2014 1

Tel: Fax:

076 5225262

Project:

Geachte heer Damen, Hartelijk dank voor uw aanvraag. We bieden u graag het navolgende aan: Aantal 49

480 32

Plantnaam Betula pendula met draadkluit Fagus sylvatica zonder kluit Quercus robur met draadkluit

Maat 25-30 hoogstam

100/125 hoog 30-35 hoogstam Totaal

Prijs 225,00

Bedrag 11.025,00

1,00

480,00

575,00

18.400,00

EU

Onze prijzen zijn in euro's per stuk, excl. BTW en excl. de kosten van fust. Levering volgens Incoterms 2010: DAP in combinatie Breda (franco geleverd in combinatie) Voor meer informatie over incoterms: www.iccwbo.org/incoterms Op alle leveringen zijn de algemene verkoopvoorwaarden van toepassing zoals gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Eindhoven onder nummer: 17144824. Deze zijn tevens te vinden op www.vdberk.nl/verkoopvoorwaarden. Deze offerte heeft een geldigheidsduur van 3 maanden, is voor levering seizoen 2013/2014, en is onder voorbehoud van groei en tussentijdse verkoop. Ik hoop u hiermee een passende aanbieding te hebben gedaan. Met vriendelijke groet,

Brenda Swinkels

29.905,00

Bijlage 6

VERKENNEND BODEMONDERZOEK HOF VAN PUTTE TE PUTTE GEMEENTE WOENSDRECHT

Verkennend bodemonderzoek Hof van Putte te Putte in de gemeente Woensdrecht

Opdrachtgever

Aannemersbedrijf B. de Nijs - Soffers b.v. Dhr. B.A. de Nijs Postbus 183 4630 AD Hoogerheide

Project Rapportnummer

WOE.C5S.NEN 13043232

Status

Eindrapportage

Datum

19 augustus 2013

Vestiging

Boxmeer

Opsteller

Ir. F.F.J.M. Top

Paraaf

Kwaliteitscontrole

Dr. ir. B.A. van de Pas

Paraaf

Eerland CERTIFICATION

Kwaliteitszorg Econsultancy is lid van de Vereniging Kwaliteitsborging Bodembeheer (VKB). De VKB is een vereniging van bodemadviesen -onderzoeksbureaus en heeft als doel kwaliteitsborging en continue verbetering van de dienstverlening van haar leden op het gebied van bodembeheer. Het VKB keurmerk geeft opdrachtgevers de zekerheid dat het uitvoerend bureau werkt conform de eisen die de VKB aan haar leden stelt op het gebied van competenties en integriteit van medewerkers en het toepassen van vigerende normen en onderzoeksprotocollen. Econsultancy werkt volgens een dynamisch kwaliteitssysteem, zoals beschreven in het kwaliteitshandboek. Ons kwaliteitssysteem is gecertificeerd volgens de kwaliteitsborgingsnormen van de NEN-EN-ISO 9001:2008. Betrouwbaarheid Dit bodemonderzoek is op zorgvuldige wijze uitgevoerd conform de toepasselijke en van kracht zijnde regelgeving. Een bodemonderzoek wordt in zijn algemeenheid echter uitgevoerd door het steekproefsgewijs bemonsteren van de bodem, waardoor het, op basis van de resultaten van een bodemonderzoek, onmogelijk is garanties af te geven ten aanzien van de milieuhygiënische bodemkwaliteit. Daarnaast betreft het bodemonderzoek een momentopname. Econsultancy accepteert derhalve op voorhand geen aansprakelijkheid ten aanzien van mogelijke beslissingen die de opdrachtgever naar aanleiding van het door Econsultancy uitgevoerde bodemonderzoek neemt. In dit kader dient ook opgemerkt te worden dat geraadpleegde bronnen niet altijd zonder fouten en volledig zijn. Daar Econsultancy voor het verkrijgen van historische informatie afhankelijk is van deze bronnen, kan Econsultancy niet instaan voor de juistheid en volledigheid van deze informatie.

INHOUDSOPGAVE 1.

INLEIDING .................................................................................................................................. 1

2.

VOORONDERZOEK................................................................................................................... 1 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10

Geraadpleegde bronnen ................................................................................................... 1 Afbakening onderzoekslocatie vooronderzoek................................................................. 1 Historisch, huidig en toekomstig gebruik onderzoekslocatie ............................................ 2 Calamiteiten ...................................................................................................................... 3 Uitgevoerd(e) bodemonderzoek(en) op de onderzoekslocatie ........................................ 3 Belendende percelen/terreindelen.................................................................................... 4 Terreininspectie ................................................................................................................ 4 Informatie lokale of regionale achtergrondgehalten ......................................................... 4 Bodemopbouw .................................................................................................................. 4 Geohydrologie .................................................................................................................. 5

3.

CONCLUSIES VOORONDERZOEK (ONDERZOEKSOPZET) ................................................. 5

4.

VELDWERK ................................................................................................................................ 6 4.1 4.2 4.3

5.

LABORATORIUMONDERZOEK ................................................................................................ 9 5.1 5.2 5.3 5.4

6.

Algemeen.......................................................................................................................... 6 Uitgevoerde werkzaamheden ........................................................................................... 6 Zintuiglijke waarnemingen ................................................................................................ 7 4.3.1 Grond.................................................................................................................. 7 4.3.2 Grondwater ......................................................................................................... 9

Uitvoering analyses .......................................................................................................... 9 Toetsingskader ............................................................................................................... 11 Resultaten gronden grondwatermonsters .................................................................... 12 Interpretatie analyseresultaten ...................................................................................... 13

SAMENVATTING, CONCLUSIES EN ADVIES ........................................................................ 14

BIJLAGEN: 1. 2. 3. 4a. 4b. 5. 6. 7.

- Topografische ligging van de locatie - Locatieschets - Boorprofielen - Analysecertificaten - Getoetste analyseresultaten - Toetsingskader Circulaire Bodemsanering - Geraadpleegde bronnen - Uitgevoerd bodemonderzoek 13043232 WOE.C5S.NEN

1.

INLEIDING

Econsultancy heeft van Aannemersbedrijf B. de Nijs - Soffers b.v. opdracht gekregen voor het uitvoeren van een verkennend bodemonderzoek ter plaatse van plangebied “Hof van Putte” te Putte in de gemeente Woensdrecht. Het bodemonderzoek is uitgevoerd in het kader van een bestemmingsplanwijziging. Het verkennend bodemonderzoek heeft tot doel met een relatief geringe onderzoeksinspanning vast te stellen of op de onderzoekslocatie een gronden/of grondwaterverontreiniging aanwezig is, teneinde te bepalen of er milieuhygiënische belemmeringen zijn voor de nieuwbouw op de onderzoekslocatie, alsmede de bestemmingsplanwijziging. Het vooronderzoek is verricht conform de NEN 5725:2009 "Bodem - Landbodem - Strategie voor het uitvoeren van vooronderzoek bij verkennend en nader onderzoek". Het bodemonderzoek is uitgevoerd conform de NEN 5740:2009 "Bodem - Landbodem - Strategie voor het uitvoeren van verkennend bodemonderzoek - Onderzoek naar de milieuhygiënische kwaliteit van bodem en grond". Het veldwerk en de bemonstering zijn verricht onder certificaat op grond van de BRL SIKB 2000 "Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek", protocollen 2001 en 2002. De analyseresultaten zijn getoetst aan het toetsingskader van VROM (Circulaire bodemsanering 2009) en aan de achtergrondwaarden voor grond uit de Regeling bodemkwaliteit (bijlage B, tabel 1), VROM, 2007. Econsultancy is onder meer gecertificeerd voor de protocollen 2001 en 2002 van de BRL SIKB 2000. In dat kader verklaart Econsultancy geen eigenaar van de onderzoekslocatie te zijn of te worden.

2.

VOORONDERZOEK

2.1

Geraadpleegde bronnen

De informatie over de onderzoekslocatie is gebaseerd op de bij de gemeente Woensdrecht aanwezige informatie (contactpersonen mevrouw C. Soffers-Jansen en de heer V. Kill), informatie verkregen van de opdrachtgever (de heer B.A. de Nijs) en informatie verkregen uit de op 22 mei 2013 uitgevoerde terreininspectie. Van de locatie en de directe omgeving zijn uit verschillende informatiebronnen gegevens verzameld over:

het historische, huidige en toekomstige gebruik; eventuele calamiteiten; eventueel eerder uitgevoerde bodemonderzoeken; de bodemopbouw en geohydrologie; verhardingen, kabels en leidingen.

Bijlage 6 geeft een overzicht van de geraadpleegde bronnen. 2.2

Afbakening onderzoekslocatie vooronderzoek

Het vooronderzoek omvat de onderzoekslocatie en direct hieraan grenzende percelen binnen een afstand van 25 meter. De onderzoekslocatie (± 19.000 m²) betreft plangebied “Hof van Putte” en is gelegen aan de Putseweg 11a en 14, circa 1,5 km ten noorden van de kern van Putte in de gemeente Woensdrecht (zie bijlage 1).

13043232 WOE.C5S.NEN

Pagina 1 van 15

De onderzoekslocatie is kadastraal bekend gemeente Putte, sectie G, nummers 1189, 1661, 1087, 1090, 1891 en 1144. Volgens het Actueel Hoogte bestand van Nederland (bron: www.ahn.nl) bevindt het maaiveld zich op een hoogte van ± 13,30 m +NAP. De coördinaten van het midden van de onderzoekslocatie zijn X = 85.240, Y = 376.230 (bron: www.gpscoordinaren.nl). 2.3

Historisch, huidig en toekomstig gebruik onderzoekslocatie

De onderzoeklocatie is gelegen binnen een van de lobben van de Brabantse Wal. Parallel aan de Brabantse Wal is de Putseweg gelegen welke een verbinding vormt tussen Hoogerheide en Antwerpen. Deze weg is al op kaartmateriaal uit 1830 - 1850 te herkennen. De onderzoekslocatie was destijds in agrarisch gebruik (bron: www.watwaswaar.nl).

Rond 1938 is voor het eerst bebouwing op de onderzoekslocatie onderzoekslocatie te herkennen, namelijk het huis op het noordelijk deel van de onderzoekslocatie (nummer 13). Rond 1961 wordt op de onderzoekslocatie een loods gebouwd. Het betreft hier de zuidwestelijk gelegen loods op de onderzoekslocatie. In 1968 is te zien dat hier een tweede haaks op gebouwd is en dat daar parallel aan een derde in de maak is. Daarmee is de bebouwing, zoals deze nu op de locatie aanwezig is, compleet. Op het oostelijk deel van de onderzoekslocatie zijn in het verleden verhardingsmaterialen aangebracht. Het betreft hier restproducten afkomstig uit de bedrijfsvoering. De steenhouwerij wordt tot 2005 gebruikt en raakt daarna in verval en komt zo tot de staat waarin hij nu verkeerd. De onderzoekslocatie betreft nu meer dan alleen het bedrijfsperceel van de voormalige steenhouwerij en granietwerkplaats. Achter de loods bevind zich nu een braakliggend terrein wat ooit functioneerde als paardenweide. Nu is daar vooral een grof grasland ontstaan wat bereikbaar is via een zandpad aan de zuidzijde van het terrein. Aan de noordelijk zijde is een deel akkerland mee genomen ten behoeve van de plannen. In bijlage 2 is de huidige situatie op een locatieschets weergegeven. De figuren 1 t/m 6 geven een impressie van de onderzoekslocatie middels foto’s die zijn genomen tijdens de terreininspectie.

Figuur 1. Voorzijde

Figuur 2. Achterzijde

Figuur 3. Binnenplaats

Figuur 4. Interieur steenhouwerij

Figuur 5. Kantoorgebouw

Figuur 6. Achterzijde woonhuis


Pagina 2 van 15

De initiatiefnemer is voornemens de voormalige bedrijfslocatie te herontwikkelen. Uitgangspunt is om de huidige bebouwing te renoveren en gedeeltelijk nieuwbouw te realiseren. Hiermee wordt plaats geboden aan een amusementscentrum met onder andere een bowling, brasserie, kinderspeeltuin en casino. 2.4

Calamiteiten

Voor zover bij de opdrachtgever bekend hebben zich op de onderzoekslocatie in het verleden geen calamiteiten met een bodembedreigend karakter voorgedaan. Ook uit informatie van de gemeente Woensdrecht blijkt niet dat er zich in het verleden bodembedreigende calamiteiten hebben voorgedaan. 2.5

Uitgevoerd(e) bodemonderzoek(en) op de onderzoekslocatie

Op de onderzoekslocatie is in 1997 (18 april 1997) een nulsituatie bodemonderzoek uitgevoerd ter plaatse van de sanering (in 1992) van een brandstoftank. Destijds zijn er geen verontreinigingen geconstateerd. Verder is bij de opdrachtgever en de gemeente Woensdracht niets bekend omtrent de opslag van minerale olie in bovengrondse en/of ondergrondse tanks. Verder is in 2007 door BMS Milieutechinsch Adviesbureau in het kader van een grondtransactie een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd ter plaatse van het bedrijfsterrein (zie bijlage 7). Tabel I geeft een overzicht van de parameters in de grond die destijds de geldende toetsingskaders overschreden. Tabel I.

Overschrijdingen toetsingskaders grond voorgaand bodemonderzoek

GrondmengMonster (*A)

Traject (cm -mv)

Bg1

B1, B6, B7, B8, B9 en B10 (bovengrond)

zink PAK minerale olie

-

-

Bg2

B2, B3, B11, B12, B13 en B14 (bovengrond)

koper minerale olie

-

-

Bg3

Pb2, B4, B5, B15, B16, B17, B18 en B19 (bovengrond)

arseen chroom PAK minerale olie

koper nikkel

-

Og1

B1, B2 en B3 (ondergrond)

-

-

-

Og2

Pb2, B4 en B5 (ondergrond)

minerale olie

-

-

(*A)

Gehalte > AW

Gehalte > T

Gehalte > I

(licht verontreinigd)

(matig verontreinigd)

(sterk verontreinigd)

Tijdens het onderzoek zijn, in afwijking van de NEN 5740, zintuiglijk verontreinigde bodemmonsters opgemengd met zintuiglijk schone bodemmonsters. Dit kan een vermindering van de betrouwbaarheid van de resultaten van het bodemonderzoek tot gevolg hebben.


Pagina 3 van 15

Tabel II geeft een overzicht van de parameters in het grondwater die destijds het geldende toetsingskader overschreden. Tabel II.

Overschrijdingen toetsingskader grondwater voorgaande bodemonderzoek

GrondwaterMonster (*A)

Concentratie > S

Concentratie > T

Concentratie > I




GW1 (Pb1)

in het midden van de onderzoekslocatie

-

-

-

GW2 (Pb2)

ter plaatse van de gesaneerde tank

-

-

-

(*A)

2.6

Situering peilbuis

Tijdens het onderzoek zijn, in afwijking van de NEN 5740, filters gebruikt met een lengte van circa 0,8 m. Dit kan een vermindering van de betrouwbaarheid van de resultaten van het bodemonderzoek tot gevolg hebben.

Belendende percelen/terreindelen

De onderzoekslocatie is gelegen in het buitengebied van Putte. In bijlage 6 zijn de geraadpleegde informatiebronnen voor de omliggende terreindelen en belendende percelen binnen 25 meter van de onderzoekslocatie opgenomen. Aan de noordoostzijde bevindt zich een weg met aansluitend een Joodse begraafplaats. In de overige richtingen grenst de onderzoekslocatie aan agrarisch gebied. De huidige eigenaar van de onderzoekslocatie is niets bekend omtrent potentieel bodembedreigende activiteiten op aangrenzende percelen. Er vinden geen industriële activiteiten in de directe omgeving van de onderzoekslocatie plaats. Uit de verzamelde informatie blijkt dat er op de aangrenzende percelen geen bodemverontreinigingen zijn te verwachten. 2.7

Terreininspectie

Voorafgaand aan het bodemonderzoek is er een terreininspectie uitgevoerd. Deze is gericht op de identificatie van bronnen, die mogelijk hebben geleid of kunnen leiden tot een gronden/of grondwaterverontreiniging. Afgezien van de potentiële bronnen voor een gronden/of grondwaterverontreiniging, die in de voorgaande paragrafen zijn beschreven, zijn er tijdens de terreininspectie geen aanvullende potentiële bronnen aangetroffen. 2.8

Informatie lokale of regionale achtergrondgehalten

Er is geen informatie beschikbaar over mogelijk regionaal verhoogde achtergrondwaarden in de grond. 2.9

Bodemopbouw

Door de stichting voor bodemkartering (Stiboka) zijn sinds 1964 voor de bovenste 1,20 meter van de bodem bodemkaarten vervaardigd. Door Alterra worden deze kaarten ontsloten via bodemdata.nl. Uit gegevens van bodemdata.nl blijkt voor de onderzoekslocatie het volgende: De bovengrond bestaat uit een hoge zwarte enkeerdgrond (zEZ21), die volgens de Stichting voor Bodemkartering voornamelijk is opgebouwd uit leemarm en zwak lemig fijn zand (Gerijpte oude klei, anders dan keileem of potklei beginnend tussen 40 en 120 cm en tenminste 20 cm dik). De afzettingen, waarin deze bodem is ontstaan, behoren geologisch gezien tot de Formatie van Boxtel.


Pagina 4 van 15

2.10

Geohydrologie

Het eerste watervoerend pakket heeft een dikte van ± 38 m en wordt gevormd door de matig fijne en matig grove zandlagen van de Formaties van Waalre en Maassluis. Het bovenste deel van de formatie van Waalre bestaat uit zand met schakelingen van klei of leem. Hierop ligt met een dikte van ± 1 m een dun, fijn zandige, matig doorlatende deklaag, behorende tot de Formatie van Boxtel. Het eerste watervoerend pakket wordt aan de onderzijde begrensd door afzettingen van de Formatie van Oosterhout. TNO-NITG voert het databeheer van in de omgeving aanwezige grondwaterpeilputten waarin de grondwaterstandstand in het eerste watervoerende pakket wordt gemonitoord. Ten zuiden van de onderzoekslocatie op een afstand van 250 m is één peilbuis gelegen (B49G0417, meetperiode 1973 - 2001). De grondwaterstandmetingen in peilbuis B49G0417 zijn opgenomen t.o.v. maaiveld. Op de AHN is het maaiveld rondom de locatie van de peilbuis op ± 12,75 m +NAP gelegen. Op basis van de archiefmetingen en maaiveldhoogte is de Gemiddelde Hoogste Grondwaterstand (GHG) vastgesteld op 12,0 m +NAP, waardoor de GHG ter plaatse van de onderzoekslocatie zich naar verwachting bevind op ± 1,30 m -mv. Het water van het eerste watervoerend pakket stroomt in zuidwestelijke richting. De onderzoekslocatie is niet in een grondwaterbeschermings- en/of grondwaterwingebied gelegen en er liggen geen pompstations in de buurt van de onderzoekslocatie.

3.

CONCLUSIES VOORONDERZOEK (ONDERZOEKSOPZET)

Ten behoeve van het bodemonderzoek is, op basis van het vooronderzoek, een aantal deellocaties geïdentificeerd. In tabel III zijn de onderzoeksstrategieën, die van toepassing zijn op de betreffende deellocaties, weergegeven. Tabel III.

Onderzoeksstrategie Deellocatie

A: voormalige bedrijfsterrein B: agrarisch terreindeel

Oppervlakte

Verwachte stoffen

Onderzoeksstrategie

± 9.500 m

2

metalen (met name koper en nikkel), minerale olie, PAK

VED-HE

± 8.500 m

2

-

ONV

Onderzoeksstrategieën volgens NEN-5740: ONV : Onverdacht VED-HE : Verdacht, diffuse bodembelasting, heterogene verontreiniging

Na uitvoering van het veld- en laboratoriumonderzoek is de onderzoekslocatie enigszins gewijzigd (zie bijlage 2). Alhier zijn geen boringen en analyses uitgevoerd en maakt derhalve formeel gezien geen onderdeel van het verkennend bodemonderzoek. Uit het vooronderzoek blijkt dat er op dit deel van de onderzoekslocatie geen sprake is van bodembelasting, anders dan een regionale of landelijke diffuse achtergrondbelasting in de grond en het grondwater. Op dit deel van de onderzoekslocatie worden geen verontreinigende stoffen verwacht in gehalten boven de landelijk of regionaal geldende achtergrondwaarde voor grond en/of de streefwaarde voor grondwater. Dit geldt zowel voor natuurlijke achtergrondgehalten als voor "antropogene" achtergrondgehalten, waarvan de oorzaak niet eenduidig is aan te wijzen.


Pagina 5 van 15

4.

VELDWERK

4.1

Algemeen

Tijdens het opstellen van het boorplan is rekening gehouden met de doelstellingen en de richtlijnen, die geformuleerd zijn in de inleiding. Daarnaast is rekening gehouden met de onderzoeksprotocollen, zoals weergegeven in tabel III, en de ligging van kabels en leidingen. Bijlage 2 bevat de locatieschets met daarop aangegeven de situering van de boorpunten en de peilbuis. In bijlage 3 zijn de boorprofielen opgenomen. 4.2

Uitgevoerde werkzaamheden

Het veldwerk is op 23 en 24 mei 2013 uitgevoerd onder kwaliteitsverantwoordelijkheid van de heer R.J.H. Denessen. Deze medewerker van Econsultancy is geregistreerd als ervaren veldwerker voor het protocol 2001 van de SIKB BRL 2000 "Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek". Aan de hand van de geldende onderzoeksstrategieën zijn de werkzaamheden uitgevoerd zoals die in tabel IV zijn vermeld. Tabel IV.

Uitgevoerde werkzaamheden

Deellocatie

Veldwerk (*A) Boringen/peilbuizen (*B)

A: voormalige bedrijfsterrein

B: agrarisch terreindeel

(*A) (*B) (*C) (*D) (*E)

Analyses Verharding

18 (max. 1,5 m -mv) 4 (2,3 m -mv) 2 (peilbuis)

divers: met name beton, tegels, onverhard (*C)

13 (0,5 m -mv) 4 (2,0 m -mv) 2 (peilbuis)

onverhard

Grond standaardpakket (6x) (*D)

Grondwater standaardpakket (2x)

koper + nikkel (3x) (*E) standaardpakket (5x) (*D)

standaardpakket (2x)

De boringen zijn geplaatst met behulp van een edelmanboor en zuigerboor. Tevens is gebruik gemaakt van een schep en een diamantboor. In verband met de aanwezigheid van ondoordringbare lagen zijn enkele boringen gestuit (en vervolgens verplaatst, aanvullende boringen). Door deze verharding is geboord Inclusief organische stof en lutum (1 x bovengrond, 1 x ondergrond) Betreffen boringen nabij de grondmonsters van voorgaand bodemonderzoek (grondmengmonster Bg3). Op basis van de zintuiglijke waarnemingen zijn 3 grondmengmonsters samengesteld

Van het opgeboorde materiaal is een boorbeschrijving conform de NEN 5104 gemaakt en zijn er grondmonsters genomen over trajecten van ten hoogste 0,5 m, waarbij bodemlagen met verontreinigingskenmerken of een afwijkende textuur separaat bemonsterd zijn. Het onderste gedeelte van de peilbuizen (het peilfilter) is geperforeerd en de ruimte tussen de wand van het boorgat en het peilfilter is opgevuld met filtergrind. Boven het filtergrind is een laag zwelklei aangebracht, zodat er géén verontreinigingen van bovenaf in de peilbuis kunnen migreren. De peilbuizen zijn direct na plaatsing afgepompt en na een wachttijd van minimaal een week is het grondwater bemonsterd.


Pagina 6 van 15

4.3

Zintuiglijke waarnemingen

4.3.1

Grond

De bodem bestaat overwegend uit zwak humeus, matig siltig, matig fijn zand. Tussen de 0,80 m -mv en de 1,50 m -mv wordt plaatselijk zwak zandige klei aangetroffen van verschillende diktes. Tussen de 1,50 m -mv en de 2,0 m -mv komen in de ondergrond plaatselijk brokken leem voor. Ter plaatse van het voormalige bedrijfsverharding zijn in de loop der jaren verhardingslagen aangebracht. Hierdoor heeft plaatselijk in de (onderliggende) bodem bijmengingen plaatsgevonden met bodemvreemd materiaal. Aangezien tijdens het productieproces geen asbestverdachte materialen toegepast werden, wordt aangenomen dat de aangetroffen bodemvreemde materialen niet asbestverdacht zijn. Tabel V geeft een overzicht van de zintuiglijk waargenomen verontreinigingen, die in het opgeboorde materiaal zijn aangetroffen. Tabel V. Boornummer

Zintuiglijk waargenomen verontreinigingen Einddiepte boring (m -mv)

Traject (m -mv)

Waargenomen verontreinigingen

Deellocatie A: voormalige bedrijfsterrein A02

0,8

0,2-0,3

granietbrokken (géén bodem)

A04

4,0

0,2-0,3


A08

1,1

0,07-0,2

zwak puinhoudend

0,2-1,1

matig puinhoudend, zwak kalkhoudend, gestuit

0,1-0,3


0,3-0,5

matig puinhoudend

A09

A11

4,0

2,0

0-0,3 0,3-0,4

metselpuin (géén bodem) zwak puinhoudend

A12

1,0

0-0,5

zwak slakhoudend, zwak betonhoudend

A13

1,1

0-0,2

matig kalkhoudend, zwak baksteenhoudend

A15

2,0

0,2-0,6

zwak kolengruishoudend, zwak baksteenhoudend

0-0,6

zinkassen, zwak baksteenhoudend (géén bodem)

0,6-1,0 A15A

A16

0,6

1,0

0-0,3

1,0

kalklaag (géén bodem), gestuit

0-0,05

graniet (géén bodem)

0-0,05 0,05-0,2

A18

1,0

0-0,1 0,1-0,5


sterk zinkassenhoudend, zwak baksteenhoudend, granietbrokken (géén bodem)

0,3-0,6

0,05-0,1 A17

zwak baksteenhoudend

baksteen (géén bodem) slakken (géén bodem) matig slakhoudend, granietbrokken graniet (géén bodem) sterk slakhoudend, matig betonhoudend

Pagina 7 van 15

Tabel V (vervolg). Zintuiglijk waargenomen verontreinigingen Boornummer

Einddiepte boring (m -mv)

Traject (m -mv)

Waargenomen verontreinigingen


1,0

0-0,05 0,05-0,2

A20

1,5

0-0,2

0,5-1,2 A21

1,2

0-0,4 0,4-0,7

A22

A23

1,0

1,0

0-0,2

slakken (géén bodem) zwak slakhoudend baksteen, zwak betonhoudend, matig slakhoudend (géén bodem) zwak baksteenhoudend slakken (géén bodem) zwak slakhoudend slakken (géén bodem)

0,2-0,5

zwak slakhoudend

0,12-0,3

matig baksteenhoudend, zwak slakhoudend

0,3-0,5

zwak baksteenhoudend

A24

0,9

0-0,9


A24A

0,7

0-0,7


Deellocatie B: agrarisch terreindeel B01

2,3

0-0,5

matig puinhoudend

B12

0,8

0-0,3

zwak puinhoudend

Tijdens het veldwerk is verder ter plaatse van de opslag van (sloop)puin één stukje asbestverdacht plaatmateriaal aangetroffen (zie bijlage 2).


Pagina 8 van 15

4.3.2

Grondwater

De grondwaterbemonstering is op 31 mei 2013 uitgevoerd door de heer J.H.L. Vermorken. Deze medewerker van Econsultancy is geregistreerd als ervaren veldwerker voor het protocol 2002 van de BRL SIKB 2000 "Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek". De bemonstering is uitgevoerd conform de eisen uit het protocol 2002 van de BRL SIKB 2000 en de NEN 5744:2011. In tabel VI is een overzicht van peilbuisgegevens en de veldmetingen van het grondwater weergegeven. Tijdens de grondwaterbemonstering zijn er zintuiglijk geen verontreinigingen aangetroffen Tabel VI.

Overzicht gegevens peilbuis en veldmetingen grondwater

Peilbuisnummer

Situering peilbuis

Filterstelling (m -mv)

Grondwaterstand 31 mei 2013 (m -mv)

Troebelheid (NTU)

EGV (µS/cm)


zuidelijk terreindeel

3,0-4,0

2,08

300

320

A09

noordelijk terreindeel

3,0-4,0

2,96

25

575



3,2-4,2

2,68

35

515

B10


2,8-3,8

2,49

20

480

5.

LABORATORIUMONDERZOEK

5.1

Uitvoering analyses

Alle gronden grondwatermonsters zijn aangeboden aan een laboratorium dat is erkend door de Raad voor Accreditatie en AS3000-geaccrediteerd is voor milieuhygiënisch bodemonderzoek. In het laboratorium zijn in totaal 12 (grond)mengmonsters samengesteld (7 grondmengmonsters ter plaatse van deellocatie A en 5 grondmengmonsters ter plaatse van deellocatie B). De 12 (grond)mengmonsters en de 4 grondwatermonsters zijn geanalyseerd op een van de volgende pakketten: - standaardpakket grond: droge stof, metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel en zink), polychloorbifenylen (PCB), polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK) en minerale olie; - koper + nikkel grond: droge stof, metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel en zink), polychloorbifenylen (PCB), polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK) en minerale olie; - standaardpakket grondwater: metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel en zink), vluchtige aromaten (BTEX), styreen, naftaleen, gehalogeneerde koolwaterstoffen (VOX) en minerale olie. Tevens is van enkele grondmengmonsters (zie tabel VII) tevens het organische stof- en lutumgehalte bepaald. In afwijking op de NEN 5740 is afgezien van het bepalen van het organische stof- en lutumgehalte van ieder grondmengmonster. Dit aangezien uit het veldwerk bleek, dat er geen noemenswaardige verschillen in de samenstelling van de bodem bestaan.


Pagina 9 van 15

Tabel VII geeft een overzicht van de samenstelling van de grondmengmonsters en de analysepakketten. Tabel VII.

Overzicht van de samenstelling van de grondmengmonsters en de analysepakketten

Grondmengmonster

Traject (cm -mv)

Analysepakket

Bijzonderheden

Deellocatie A: voormalige bedrijfsterrein MMA01

A01 (0-40) A02 (30-80) A03 (0-50) A04 (30-50)

standaardpakket + lutum en organische stof

bovengrond zuidelijk terreindeel (zintuiglijk schoon)

MMA02

A05 (10-60) A06 (11-60) A07 (19-65) A10 (0-50) A14 (8-50)

standaardpakket

bovengrond noordelijk terreindeel (zintuiglijk schoon)

MMA03

A13 (20-60) A15 (60-100) A20 (50-100) A23 (12-30)

standaardpakket

toplaag (zwak kolengruisgoudend, zwak tot matig baksteenhoudend, zwak slakhoudend)

MMA04

A08 (20-70) A09 (30-50) A11 (30-40) A24 (0-50)

standaardpakket

toplaag (zwak tot matig puinhoudend)

MMA05

A01 (60-100) A04 (100-150) A09 (100150) A11(150-200) A14 (50-80) A15 (150-200)

standaardpakket

ondergrond, zand (zintuiglijk schoon)

MMA06

A10 (70-100) A11 (80-100) A14 (100150) A20(120-150)


ondergrond, klei (zintuiglijk schoon)

MMA07

A17 (0-5) A18 (10-50)

koper + nikkel

bodem en verhardingslaag (*A)

MMA07A

A17 (5-20) A18 (10-50)

koper + nikkel

bovengrond (matig tot sterk slakhoudend)

MMA08

A12 (0-50) A19 (5-20) A21 (40-70) A22 (20-50)

koper + nikkel

bovengrond (zwak slakhoudend, zwak betonhoudend)

MMA09

A09 (30-50) A13 (20-60)

koper + nikkel

bovengrond (matig puinhoudend, zwak baksteenhoudend, zwak kolengruishoudend

Deellocatie B: agrarisch terreindeel MMB01

B01 (0-50) B12 (0-30)

standaardpakket

bovengrond ter plaatse van de opslag van (sloop)puin (zwak tot matig puinhoudend)

MMB02

B02 (0-50) B03 (0-50) B09 (0-50) B11 (0-50)B14 (0-50) B15 (0-50)


bovengrond zuidelijk terreindeel (zintuiglijk schoon)

MMB03

B05 (0-50) B06 (0-50) B08 (0-50) B17 (0-50)B18 (0-50) B19 (0-50)

standaardpakket

bovengrond noordelijk terreindeel (zintuiglijk schoon)

MMB04

B01 (90-120) B04 (50-70) B13 (100150) B16 (120-150)


ondergrond, klei (zintuiglijk schoon)

MMB05

B01 (150-190) B04 (100-150) B07 (50100) B10(50-80) B13 (150-200) B16 (70-120)

standaardpakket

ondergrond, zand (zintuiglijk schoon)

(*A)

Het mengmonster is door een fout samengesteld uit een bodem- en een verhardingslaag. Dit is niet toegestaan. Derhalve is er een nieuwe grondmengmonster (MMA07A) samengesteld bestaande uit grondmonsters.


Pagina 10 van 15

5.2

Toetsingskader

De analyseresultaten zijn getoetst aan het toetsingskader van VROM (Circulaire bodemsanering 2009) en aan de achtergrondwaarden voor grond uit de Regeling bodemkwaliteit (bijlage B, tabel 1), VROM, 2007. Het toetsingskader voor de beoordeling van de gehalten en/of concentraties van verontreinigingen is gegeven in de toetsingstabel en bevat voor grond en grondwater elk drie te onderscheiden waarden met de verschillende niveaus: - achtergrondwaarde: deze waarde ("AW") geeft de gehalten aan zoals die op dit moment voorkomen in de bodem van natuur- en landbouwgronden, waarvoor geldt dat er geen sprake is van belasting door lokale verontreinigingsbronnen; - streefwaarde: deze waarde ("S") geeft het milieukwaliteitsniveau aan voor grondwater, waarbij als nadelig te waarderen effecten verwaarloosbaar worden geacht; - tussenwaarde: deze waarde ("T") is de helft van de som van de achtergrondwaarde (of in het geval van grondwater de streefwaarde) en de interventiewaarde. De tussenwaarde is de concentratiegrens waarboven in beginsel nader onderzoek moet worden uitgevoerd, omdat het vermoeden van ernstige bodemverontreiniging bestaat; - interventiewaarde: deze waarde ("I") geeft het niveau voor verontreinigingen in grond en grondwater aan waarboven ernstige vermindering of dreigende vermindering optreedt van de functionele eigenschappen, die de bodem heeft voor mens, plant of dier. Bij gehalten en/of concentraties boven de interventiewaarde is er sprake van een sterke verontreiniging. Bij overschrijding van de interventiewaarde wordt vaak een nader onderzoek uitgevoerd om de ernst van de verontreiniging en de spoedeisendheid van de sanering te bepalen. Wanneer het boven de tussenwaarde of interventiewaarde gelegen gehalte een natuurlijke oorsprong heeft, is uitvoering van vervolgonderzoek meestal niet noodzakelijk. In bijlage 5 is de toetsingstabel opgenomen uit de eerder genoemde circulaires. Deze bijlage bevat de achtergrondwaarden en de interventiewaarden, alsmede de berekeningswijze die moet worden gevolgd om deze waarden naar grondsoort te differentiëren. De achtergrondwaarden en de interventiewaarden voor de grond zijn berekend met behulp van de door het laboratorium bepaalde waarden voor het organische stof- en lutumgehalte. De gebruikte analysetechnieken zijn weergegeven op de certificaten in bijlage 4a. Om de mate van verontreiniging aan te geven wordt de volgende terminologie gebruikt: Grond: - niet verontreinigd: - licht verontreinigd: - matig verontreinigd: - sterk verontreinigd:

gehalte < achtergrondwaarde en/of detectielimiet; gehalte > achtergrondwaarde en < tussenwaarde; gehalte > tussenwaarde < interventiewaarde; gehalte > interventiewaarde.

Grondwater: - niet verontreinigd: - licht verontreinigd: - matig verontreinigd: - sterk verontreinigd:

concentratie < streefwaarde en/of detectielimiet; concentratie > streefwaarde en < tussenwaarde; concentratie > tussenwaarde < interventiewaarde; concentratie > interventiewaarde.


Pagina 11 van 15

5.3

Resultaten gronden grondwatermonsters

Tabel VIII geeft een overzicht van de parameters in de grond die de geldende toetsingskaders overschrijden. Tabel VIII.

Overschrijdingen toetsingskaders grond

Grondmengmonster

Traject (cm -mv)

Gehalte > AW

Gehalte > T

Gehalte > I




Deellocatie A: voormalige bedrijfsterrein MMA01

A01 (0-40) A02 (30-80) A03 (0-50) A04 (30-50)

-

-

-

MMA02

A05 (10-60) A06 (11-60) A07 (19-65) A10 (0-50) A14 (8-50)

-

-

-

MMA03

A13 (20-60) A15 (60-100) A20 (50-100) A23 (12-30)

kobalt koper kwik nikkel lood zink PAK

-

-

MMA04

A08 (20-70) A09 (30-50) A11 (30-40) A24 (0-50)

kobalt koper molybdeen

-

-

MMA05

A01 (60-100) A04 (100-150) A09 (100-150) A11(150-200) A14 (50-80) A15 (150-200)

-

-

-

MMA06

A10 (70-100) A11 (80-100) A14 (100-150) A20(120-150)

-

-

-

MMA07

A17 (0-5) A18 (10-50)

n.v.t. (*A)

n.v.t. (*A)

n.v.t. (*A)

MMA07A

A17 (5-20) A18 (10-50)

-

-

koper nikkel

MMA08

A12 (0-50) A19 (5-20) A21 (40-70) A22 (20-50)

koper

nikkel

-

MMA09

A09 (30-50) A13 (20-60)

-

-

-

Deellocatie B: agrarisch terreindeel MMB01

B01 (0-50) B12 (0-30)

-

-

-

MMB02

B02 (0-50) B03 (0-50) B09 (050) B11 (0-50)B14 (0-50) B15 (0-50)

-

-

-

MMB03

B05 (0-50) B06 (0-50) B08 (050) B17 (0-50)B18 (0-50) B19 (0-50)

minerale olie

-

-

MMB04

B01 (90-120) B04 (50-70) B13 (100-150) B16 (120-150)

-

-

-

MMB05

B01 (150-190) B04 (100-150) B07 (50-100) B10(50-80) B13 (150-200) B16 (70-120)

-

-

-

(*A)

Het mengmonster is door een fout samengesteld uit een bodem- en een verhardingslaag. Dit is niet toegestaan. Derhalve is er een nieuwe grondmengmonster (MMA07A) samengesteld bestaande uit grondmonsters.


Pagina 12 van 15

Tabel IX geeft een overzicht van de parameters in het grondwater die het geldende toetsingskader overschrijden. Tabel IX.

Overschrijdingen toetsingskader grondwater

Grondwatermonster

Situering peilbuis

Concentratie > S

Concentratie > T

Concentratie > I






-

-

-

A09


-

-

-



barium nikkel

-

-

B10


cadmium kobalt zink

-

nikkel

Bijlage 4a bevat de door het laboratorium aangeleverde analysecertificaten. Bijlage 4b bevat de getoetste analyseresultaten. 5.4

Interpretatie analyseresultaten

Deellocatie A: voormalige bedrijfsterrein De matig tot sterk met slakken verontreinigde bovengrond is sterk verontreinigd met koper en nikkel. De zwak met slakken en beton verontreinigde bovengrond is licht verontreinigd met koper en matig verontreinigd met nikkel. De zwak met kolengruis, zwak tot matig baksteen en zwak met slakken verontreinigde toplaag is licht verontreinigd met kobalt, koper, kwik, nikkel, lood, zink en PAK. In de zintuiglijk schone bovenen ondergrond zijn verder geen verontreinigingen geconstateerd. In het grondwater zijn eveneens geen verontreinigingen geconstateerd. De sterke koper- en nikkelverontreiniging is te relateren aan de aard en mate van bijmenging met slakken in de bovengrond. De sterke verontreinigingen met koper- en nikkel worden, op basis van de zintuiglijke waarnemingen en de analyseresultaten, verwacht in de bovengrond rondom boring 17 en 18. Gelet op het ontbreken van een nikkel en koperverontreiniging in het grondwater stroomafwaarts (PBA09) van de vermoedelijke kern van de verontreiniging betreft het hoogstwaarschijnlijk een immobiele verontreiniging. Deellocatie B: agrarisch terreindeel De bovengrond is plaatselijk licht verontreinigd met minerale olie. Voor deze minerale olieverontreiniging heeft Econsultancy geen verklaring. Verder zijn in de (plaatselijk met puin verontreinigde) bovenen ondergrond geen verontreinigingen geconstateerd. Het grondwater is licht tot sterk verontreinigd met nikkel en plaatselijk licht verontreinigd met barium, cadmium, kobalt en zink. Gelet op het ontbreken van een potentiële verontreinigingsbron ter plaatse en in de directe omgeving van dit terreindeel van de onderzoekslocatie en het ontbreken van zware metaalverontreinigingen in de bodem wordt aangenomen dat de verhoogde concentraties aan zware metalen in het grondwater te relateren zijn aan het regionaal voorkomen van verhoogde concentraties van metalen in het grondwater voor.


Pagina 13 van 15

6.

SAMENVATTING, CONCLUSIES EN ADVIES

Econsultancy heeft in opdracht van Aannemersbedrijf B. de Nijs - Soffers b.v. een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd ter plaatse van het Hof van Putte te Putte in de gemeente Woensdrecht. Het bodemonderzoek is uitgevoerd in het kader van een bestemmingsplanwijziging. De bodem bestaat overwegend uit zwak humeus, matig siltig, matig fijn zand. Tussen de 0,80 m -mv en de 1,50 m -mv wordt plaatselijk zwak zandige klei aangetroffen van verschillende diktes. Tussen de 1,50 m -mv en de 2,0 m -mv komen in de ondergrond plaatselijk brokken leem voor. Op de onderzoekslocatie zijn de volgende deellocaties onderzocht: Deellocatie A: voormalige bedrijfsterrein Ter plaatse van het voormalige bedrijfsverharding zijn in de loop der jaren verhardingslagen aangebracht. Hierdoor heeft plaatselijk in de (onderliggende) bodem bijmengingen plaatsgevonden met bodemvreemd materiaal. Aangezien tijdens het productieproces geen asbestverdachte materialen toegepast werden, wordt aangenomen dat de aangetroffen bodemvreemde materialen niet asbestverdacht zijn. De matig tot sterk met slakken verontreinigde bovengrond is sterk verontreinigd met koper en nikkel. De zwak met slakken en beton verontreinigde bovengrond is licht verontreinigd met koper en matig verontreinigd met nikkel. De zwak met kolengruis, zwak tot matig baksteen en zwak met slakken verontreinigde toplaag is licht verontreinigd met kobalt, koper, kwik, nikkel, lood, zink en PAK. In de zintuiglijk schone bovenen ondergrond zijn verder geen verontreinigingen geconstateerd. In het grondwater zijn geen verontreinigingen geconstateerd. De sterke koper- en nikkelverontreiniging is te relateren aan de aard en mate van bijmenging met slakken in de bovengrond. De sterke verontreinigingen met koper- en nikkel worden, op basis van de zintuiglijke waarnemingen en de analyseresultaten, verwacht in de bovengrond rondom boring 17 en 18. Gelet op het ontbreken van een nikkel en koperverontreiniging in het grondwater stroomafwaarts (PBA09) van de vermoedelijke kern van de verontreiniging betreft het hoogstwaarschijnlijk een immobiele verontreiniging. De vooraf gestelde hypothese, dat de onderzoekslocatie als "verdacht" kan worden beschouwd wordt, op basis van de aangetoonde verontreinigingen, bevestigd. Deellocatie B: agrarisch terreindeel Ter plaatse van de opslag van (sloop)puin is één stukje asbestverdacht plaatmateriaal aangetroffen. De bovengrond is hier plaatselijk zwak tot matig puinhoudend. Verder zijn er in de bodem zintuiglijk geen verontreinigingen geconstateerd. De bovengrond is plaatselijk licht verontreinigd met minerale olie. Voor deze minerale olieverontreiniging heeft Econsultancy geen verklaring. Verder zijn in de (plaatselijk met puin verontreinigde) bovenen ondergrond geen verontreinigingen geconstateerd. Het grondwater is licht tot sterk verontreinigd met nikkel en plaatselijk licht verontreinigd met barium, cadmium, kobalt en zink. Gelet op het ontbreken van een potentiële verontreinigingsbron ter plaatse en in de directe omgeving van dit terreindeel van de onderzoekslocatie en het ontbreken van zware metaalverontreinigingen in de bodem wordt aangenomen dat de verhoogde concentraties aan zware metalen in het grondwater te relateren zijn aan het regionaal voorkomen van verhoogde concentraties van metalen in het grondwater voor.


Pagina 14 van 15

De vooraf gestelde hypothese, dat de onderzoekslocatie als "onverdacht" kan worden beschouwd wordt, op basis van de aangetoonde verontreinigingen, verworpen. Advies Econsultancy adviseert een nader bodemonderzoek uit te voeren naar de aard en omvang van de sterke koper en nikkelverontreiniging ter plaatse van deellocatie A (oostelijk terreindeel) ter bepaling of er sanerende maatregelen noodzakelijk zijn. Een andere mogelijkheid is de locatie te saneren (bijvoorbeeld aanbrengen isolatielaag) conform het Besluit Uniforme Saneringen. Verder adviseert Econsultancy het (sloop)puin ter plaatse van deellocatie B conform de geldende weten regelgeving te verwijderen en af te voeren naar een erkende verwerker. Na verwijdering van het (sloop)puin wordt geadviseerd een onderzoek asbest in bodem uit te voeren ter bepaling of er sprake is van een bodemverontreiniging met asbest waarvoor sanerende maatregelen (bijvoorbeeld aanbrengen isolatielaag) getroffen dienen te worden. Gelet op de relatief eenvoudige wijze (aanbrengen isolatielaag) van eventueel uit te voeren saneringen ter plaatse van deellocatie A (koper en nikkel) en B (asbest) verwacht Econsultancy niet dat de aangetoonde verontreinigingen een belemmering vormen voor de haalbaarheid van het gehele plan (ter beoordeling aan de initiatiefnemer/planontwikkelaar). Indien er werkzaamheden plaatsvinden, waarbij grond vrijkomt, kan de grond niet zonder meer worden afgevoerd of elders worden toegepast. De regels van het Besluit bodemkwaliteit zijn hierop mogelijk van toepassing.

Econsultancy Boxmeer, 19 augustus 2013


Pagina 15 van 15

TITEL:

topografische ligging van de locatie PROJECT: WOE.C5S.NEN

NUMMER: 13043232

SCHAAL: 1:25.000

DATUM: 7-6-13

BIJLAGE: 1

x

B1

bebouwing

overkapping

divers (met name beton, verhardinslaag, onverhard)

asbestverdacht plaatmateriaal op maaiveld

gras

peilbuis (voorgaand onderzoek)

boring tot 2,0 m -mv (voorgaand onderzoek)



boornummer voorgaand onderzoek

peilbuis

boring tot max. 2,3 m -mv

B16

akker

locatiegrens

B8

B15

deellocatie B

akker

B9

B14

B4

B11

B2

A22

B13

B4

A8

B14

B12

A20

A7

B05

B1

A9

xASB1

opslag (sloop)puin

deellocatie B

B10

B3

B19

A21

B5

B13

A10

A23

B03

B02

A6

B15

A19

PB02

B17

A5

A16

A13

B10

A24

A4

onderkelderd

B11

A24a

A12

B09

B16

B12

deellocatie A

A17

PB01

B18

A18

(nr.13)

A3

A2

B01

A15

ingang

A1

(nr.11a)

B07

B08

onderkelderd

A14

B06

P

boring tot max. 1,5 m -mv

B17

B7

B6

A11

we

LEGENDA:

B18

B19

uitbreiding plangebied/onverdacht (akker)

e uts g

TITEL:

A15a

locatieschets

(nr.22)

BIJLAGE: 2 GETEKEND: RNa

NUMMER: 13043232 DATUM: 29-05-2013

A3

37,5 m

SCHAAL: 1:750

PROJECT: WOE.C5S.NEN

0m

grondwaterstromingsrichting

Bijlage 3

Boorprofielen

Pagina 1 van 10

Boorprofielen

A01

Boring:

0

0

A02

Boring:

1

braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, neutraalbruin, Edelmanboor

0

0 1

20 30

40

50

2 60

Zand, matig fijn, matig siltig, geelbruin, Edelmanboor

50

Graniet brokken Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus, donker zwartbruin, Edelmanboor

2

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

3

braak Zand, zeer fijn, zwak siltig, neutraalbeige, Schep

80

100 4 140

150

Zand, matig grof, zwak siltig, lichtbruin, Edelmanboor

5 170

Zand, matig grof, matig siltig, donkerbeige, Edelmanboor

6 200

200

A03

Boring:

0

0

A04

Boring:

1

braak Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, neutraalbruin, Edelmanboor

0

0 1

20 30

Graniet brokken

2 50

50

braak Zand, zeer fijn, zwak siltig, neutraalbeige, Schep, BOPB 10 cm +mv

Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus, donker zwartbruin, Edelmanboor

50 3 100 4 150

150

Zand, zeer fijn, matig siltig, zwak gleyhoudend, neutraalbeige, Zuigerboor

5 200

250

300

350

400

400

Projectcode: 13043232

Boormeester: Opdrachtgever: Aannemersbedrijf B. de Nijs - Soffers b.v.

Projectnaam: WOE.C5S.NEN

Locatie: Putseweg 11a en 13 te Putte

R.J.H. Denessen

Getekend volgens NEN 5104

Pagina 2 van 10

Boorprofielen

A05

Boring:

0

0

A06

Boring: beton

0

0

10

11

Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus, donker zwartbruin, Edelmanboor

1 50

beton Kernboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

1 50

60

60

A07

Boring: 0

A08

Boring: 0

beton Kernboor

0 7

0 1

19

20

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor 1 50

50

tegel Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak grindig, zwak puinhoudend, geelbruin, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, matig puinhoudend, zwak kalkhoudend, donkerbruin, Edelmanboor, gestuit

2

65

3 100 110

A09

Boring: 0

1

10

30

Graniet blokken

2 50

50

A10

Boring: braak Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus, donkerbruin, Schep

0

Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus, matig puinhoudend, donker zwartbruin, Edelmanboor

100

braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

1 50 2 70

Zand, matig fijn, matig siltig, matig gleyhoudend, geelbeige, Edelmanboor

3

0

0

3 100

100

Klei, zwak zandig, zwak gleyhoudend, grijsbeige, Edelmanboor

4 150 5 200

200

Zand, zeer fijn, matig siltig, neutraalgrijs, Zuigerboor

250

300

350

400

400





R.J.H. Denessen


Pagina 3 van 10

Boorprofielen

A11

Boring:

0

0

puin Volledig metselpuin, matig zandhoudend, bruinrood, Schep

40

50 2 80

3 100

100 4

150

150

0

0 1

30

1

A12

Boring:

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak puinhoudend, donkerbruin, Edelmanboor

Klei, sterk zandig, zwak gleyhoudend, neutraalbeige, Edelmanboor

50

50

Klei, zwak zandig, zwak gleyhoudend, grijsbeige, Edelmanboor

braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak slakhoudend, zwak betonhoudend, neutraalbruin, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, grijsbruin, Edelmanboor

2 100

100

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak gleyhoudend, neutraalbeige, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, matig gleyhoudend, geelbeige, Edelmanboor

5 200

200

A13

Boring:

0

0

A14

Boring:

1 20

2 50 60

3 100 110

braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, matig roesthoudend, matig kalkhoudend, zwak baksteenhoudend, bruinoranje, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak kolengruishoudend, zwak baksteenhoudend, neutraalbruin, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, neutraalbruin, Edelmanboor

0

0

beton

8

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak grindig, neutraalbruin, Edelmanboor

1 50

50


2 80

Klei, matig zandig, sterk gleyhoudend, geelbeige, Edelmanboor

3 100 4 150

150 5

180

6 200

200

Klei, sterk zandig, sterk gleyhoudend, beigeoranje, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, matig gleyhoudend, geelbeige, Edelmanboor





R.J.H. Denessen


Pagina 4 van 10

Boorprofielen

A15

Boring:

0

0

A15A

Boring:

1

braak Volledig zinkassen, zwak baksteenhoudend, Schep, granietbrokken

50

0

0 1

30

50

2

60

60

braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, sterk zinkassenhoudend, zwak baksteenhoudend, lichtbruin, Schep, granietbrokken, opgebracht Volledig kalk, zwak zandhoudend, grijswit, Edelmanboor, gestuit

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak baksteenhoudend, neutraalbruin, Edelmanboor

2 100

100

Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, neutraalbruin, Edelmanboor

3 150

150

Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak gleyhoudend, geelbeige, Edelmanboor

4 200

200

A16

Boring:

0

0

A17

Boring: 8 10

braak Grijsbruin, graniet

0

0 5

4 1

20

Volledig baksteen, roodbruin 1


50

2

3

80

100

100

Zand, matig grof, matig siltig, zwak humeus, grijsbruin, Edelmanboor

A18

Boring: 0

10

1 50

50

100

100

A19

Boring: 0

braak Granietplaat Zand, matig fijn, matig siltig, sterk slakhoudend, matig betonhoudend, lichtbruin, Edelmanboor

0

1 2

0 5 20

3

2

braak Volledig slakken, oranjebruin, Schep Zand, matig fijn, matig siltig, zwak grindig, zwak slakhoudend, neutraalbruin, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

50

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, grijsbruin, Edelmanboor

100

Zand, matig fijn, matig siltig, matig slakhoudend, Edelmanboor, granietbrokken Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donker grijsbruin, Edelmanboor

50 2 3

braak Volledig slakken, oranjebruin, Schep

4 100

100

100





R.J.H. Denessen


Pagina 5 van 10

Boorprofielen

A20

Boring:

0

0 1

20

2 50

50

A21

Boring: braak Volledig baksteen, zwak betonhoudend, matig slakhoudend, roodoranje, Schep Zand, matig fijn, matig siltig, zwak grindig, matig roesthoudend, beigeoranje, Edelmanboor

0

0 1

40

50

2

Zand, matig fijn, sterk siltig, zwak humeus, zwak baksteenhoudend, donkerbruin, Edelmanboor

3 100

braak Volledig slakken, matig zandhoudend, bruinoranje, Edelmanboor

70

100

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak slakhoudend, neutraalbruin, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak gleyhoudend, neutraalbeige, Edelmanboor

3

4 120

5 150

150

120

Klei, sterk zandig, zwak gleyhoudend, geelbeige, Edelmanboor

A22

Boring:

0

0 1

20

2 50

50

braak Volledig slakken, matig zandhoudend, bruinoranje, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak slakhoudend, neutraalbruin, Edelmanboor

3 100

1

0 1 50

30

2 50

50

braak Zand, matig grof, matig siltig, zwak grindig, brokken leem, matig puinhoudend, zwak kalkhoudend, zwak oerhoudend, neutraalbruin, Edelmanboor, gestuit

0

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, matig baksteenhoudend, zwak slakhoudend, oranjebruin, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak baksteenhoudend, neutraalbruin, Edelmanboor

3

Boring: 0

beton

12

100

100

A24

Boring:

0

0

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, neutraalbruin, Edelmanboor

100

A23

Boring:

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, neutraalbruin, Edelmanboor

A24a 0

braak Zand, matig grof, matig siltig, zwak grindig, brokken leem, matig puinhoudend, zwak kalkhoudend, zwak oerhoudend, neutraalbruin, Edelmanboor, gestuit

50 70

2 90





R.J.H. Denessen


Pagina 6 van 10

Boorprofielen

B01

Boring:

0

0 1

braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, matig puinhoudend, donkerbruin, Edelmanboor, opgebracht

50

50

B02

Boring:


2

0

0

gras Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

1 50

50

90

100

3 120

Klei, sterk zandig, zwak gleyhoudend, grijsbeige, Edelmanboor Zand, matig fijn, matig siltig, zwak roesthoudend, neutraalgeel, Edelmanboor

4 150 5 190

Zand, matig grof, matig siltig, neutraalbeige, Edelmanboor

200 6 230

B03

Boring: 0

B04

Boring: 0


0

0

1

akker Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

1 50

50

50

50 2

70

3

Klei, matig zandig, zwak gleyhoudend, grijsbeige, Edelmanboor Zand, matig grof, matig siltig, lichtbeige, Edelmanboor

100 4 150 5 200

200

B05

Boring: 0

gras Zand, matig grof, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

0

0

1 50

B06

Boring: 0


1 50

50

50





R.J.H. Denessen


Pagina 7 van 10

Boorprofielen

B07

Boring:

0

0

B08

Boring:

1

gras Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor, bopb 70 cm+mv

50

0

0


1 50

50

2 100

100

Zand, matig grof, matig siltig, zwak gleyhoudend, geelbeige, Edelmanboor

3 150

150

Zand, matig fijn, matig siltig, brokken leem, zwak gleyhoudend, licht beigebruin, Edelmanboor

4 200

250

200

Zand, matig fijn, zwak siltig, neutraalgrijs, Edelmanboor

250

Zand, matig fijn, zwak siltig, neutraalgrijs, Zuigerboor

300

350

400 420





R.J.H. Denessen


Pagina 8 van 10

Boorprofielen

B09

Boring:

0

0

B10

Boring: gras Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

0

0

1

1 50

50

gras Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor, bopb 60 cm+mv

50 2 80

100

Zand, matig grof, matig siltig, lichtbruin, Edelmanboor

3 110

Zand, matig grof, matig siltig, zwak gleyhoudend, geelbeige, Edelmanboor

4 150 160

Zand, matig fijn, matig siltig, brokken leem, zwak gleyhoudend, licht beigebruin, Edelmanboor

5 200

200

Zand, matig fijn, zwak siltig, neutraalgrijs, Edelmanboor

250

250

Zand, matig fijn, zwak siltig, neutraalgrijs, Zuigerboor

300

350

380

B11

Boring:

0

0

B12

Boring: gras Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

0

0 1

1 50

30

50

50

braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak puinhoudend, donkerbruin, Edelmanboor, opgebracht Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

2 80





R.J.H. Denessen


Pagina 9 van 10

Boorprofielen

B13

Boring:

0

0 1

30

50

B14

Boring: braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donker beigebruin, Edelmanboor, opgebracht Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor

2

0

0


1 50

50

80

Klei, sterk zandig, matig gleyhoudend, grijsbeige, Edelmanboor

3 100 4 150

150

Zand, matig fijn, uiterst siltig, licht beigebruin, Edelmanboor 5 200

200

Zand, matig fijn, matig siltig, grijsbeige, Edelmanboor

6 230

B15

Boring: 0

B16

Boring: 0


0

0

1


1 50

50

50

50 2

70

100

Zand, matig fijn, sterk siltig, zwak humeus, neutraalbruin, Edelmanboor Zand, matig grof, matig siltig, matig gleyhoudend, brokken leem, grijsbeige, Edelmanboor

3 120

4 150

150

Klei, matig zandig, matig gleyhoudend, grijsbeige, Edelmanboor Zand, matig grof, matig siltig, lichtbeige, Edelmanboor

5 200

200

B17

Boring: 0


0

0

1 50

B18

Boring: 0


1 50

50

50





R.J.H. Denessen


Pagina 10 van 10

Boorprofielen

B19

Boring:

0

0


1 50

50





R.J.H. Denessen


Bijlage 4a Analysecertificaten

Econsultancy T.a.v. F.F.J.M. Top Rapenstraat 2 5831 GJ BOXMEER

Analysecertificaat Datum: 31-05-2013

Hierbij ontvangt u de resultaten van het navolgende laboratoriumonderzoek. Certificaatnummer/Versie Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Monster(s) ontvangen

2013064673/1 13043232 WOE.C5S.NEN 24-05-2013

Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Aanvullende informatie behorend bij dit analysecertificaat kunt U vinden in het overzicht "Specificaties Analysemethoden". Extra exemplaren zijn verkrijgbaar bij de afdeling Verkoop en Advies. De grondmonsters worden tot 6 weken na datum ontvangst bewaard en watermonsters tot 2 weken na datum ontvangst. Zonder tegenbericht worden de monsters nadien afgevoerd. Indien de monsters langer bewaard dienen te blijven verzoeken wij U dit exemplaar uiterlijk 1 week voor afloop van de standaardbewaarperiode ondertekend aan ons te retourneren. Voor de kosten van het langer bewaren van monsters verwijzen wij naar de prijslijst.

Bewaren tot: Datum:

Naam:

Handtekening:

Wij vertrouwen erop uw opdracht hiermee naar verwachting te hebben uitgevoerd, mocht U naar aanleiding van dit analysecertificaat nog vragen hebben verzoeken wij U contact op te nemen met de afdeling Verkoop en Advies.

Met vriendelijke groet, Eurofins Analytico B.V.

Ing. A. Veldhuizen Technical Manager

Eurofins Analytico B.V. Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL

Tel. +31 (0)34 242 63 00 BNP Paribas S.A. 227 9245 25 Fax +31 (0)34 242 63 99 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 E-mail [email protected] KvK No. 09088623 Site www.eurofins.nl IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A

Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).

Analysecertificaat Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Datum monstername Monsternemer Monstermatrix


Certificaatnummer/Versie Startdatum Rapportagedatum Bijlage Pagina

23-05-2013

2013064673/1 24-05-2013 31-05-2013/15:46 A,B,C 1/6

Grond; Grond (AS3000) 1

2

3

4

5

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

82.6

86.5

84.3

85.5

87.0

Eenheid

Analyse Voorbehandeling

Cryogeen malen AS3000 Bodemkundige analyses

S

Droge stof

% (m/m)

S

Organische stof

% (m/m) ds

5.0

Q

Gloeirest

% (m/m) ds

94.6

S

Korrelgrootte < 2 µm (Lutum)

% (m/m) ds

5.4

Metalen

S

Barium (Ba)

mg/kg ds

<15

43

53

50

<15

S

Cadmium (Cd)

mg/kg ds

0.21

<0.17

0.33

0.19

<0.17

S

Kobalt (Co)

mg/kg ds

<4.3

<4.3

8.0

6.2

<4.3

S

Koper (Cu)

mg/kg ds

8.2

8.1

38

29

<5.0

S

Kwik (Hg)

mg/kg ds

0.066

0.063

0.13

<0.050

<0.050

S

Molybdeen (Mo)

mg/kg ds

<1.5

<1.5

1.5

1.7

<1.5

S

Nikkel (Ni)

mg/kg ds

3.1

<3.0

22

15

<3.0

S

Lood (Pb)

mg/kg ds

29

34

45

22

14

S

Zink (Zn)

mg/kg ds

31

26

85

44

<17

Minerale olie (C10-C12)

mg/kg ds

<3.0

<3.0

<3.0

<3.0

<3.0


mg/kg ds

5.5

<5.0

<5.0

<5.0

<5.0


mg/kg ds

<6.0

<6.0

7.0

7.9

<6.0


mg/kg ds

<12

<12

34

29

<12


mg/kg ds

9.5

8.0

18

26

<6.0


mg/kg ds

<6.0

<6.0

<6.0

14

<6.0

Minerale olie totaal (C10-C40)

mg/kg ds

<38

<38

<38

Minerale olie

S

Chromatogram olie (GC)

68

80

Zie bijl.

Zie bijl.

Polychloorbifenylen, PCB

S

PCB 28

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

S

PCB 52

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

S

PCB 101

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010 Analytico-nr.

Nr. Monsteromschrijving

7570772

1

MMA01 A01 (0-40) A02 (30-80) A03 (0-50) A04 (30-50)

2

MMA02 A05 (10-60) A06 (11-60) A07 (19-65) A10 (0-50) A14 (8-50)

3

MMA03 A13 (20-60) A15 (60-100) A20 (50-100) A23 (12-30)

4

MMA04 A08 (20-70) A09 (30-50) A11 (30-40) A24 (0-50)

5

MMA05 A01 (60-100) A04 (100-150) A09 (100-150) A11 (150-200) A14 (50-80) A15 (150-200)

7570773 7570774 7570775 7570776

Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting

Eurofins Analytico B.V.

Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL

Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail [email protected] Site www.eurofins.nl

BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A


TESTEN RvA L010




23-05-2013

2013064673/1 24-05-2013 31-05-2013/15:46 A,B,C 2/6


2

3

4

5

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

0.0011

<0.0010

<0.0010

PCB 138

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

0.0022

0.0011

<0.0010

PCB 153

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

0.0020

0.0012

<0.0010

S

PCB 180

mg/kg ds

<0.0010

0.0011

<0.0010

<0.0010

S

PCB (som 7) (factor 0,7)

mg/kg ds

0.0049

0.0085

0.0058

0.0049

Analyse

Eenheid

S

PCB 118

S S

<0.0010 1)

0.0049

1)

1)

Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK

S

Naftaleen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

<0.050

<0.050

S

Fenanthreen

mg/kg ds

0.10

<0.050

0.20

0.076

<0.050

S

Anthraceen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

0.19

<0.050

<0.050

S

Fluorantheen

mg/kg ds

0.22

0.068

1.5

0.25

<0.050

S

Benzo(a)anthraceen

mg/kg ds

0.10

<0.050

1.2

0.13

<0.050

S

Chryseen

mg/kg ds

0.13

0.058

1.3

0.14

<0.050

S

Benzo(k)fluorantheen

mg/kg ds

0.055

<0.050

0.58

0.066

<0.050

S

Benzo(a)pyreen

mg/kg ds

0.085

<0.050

1.1

0.11

<0.050

S

Benzo(ghi)peryleen

mg/kg ds

0.071

<0.050

0.66

0.085

<0.050

S

Indeno(123-cd)pyreen

mg/kg ds

0.080

<0.050

0.81

0.075

<0.050

S

PAK VROM (10) (factor 0,7)

mg/kg ds

0.92

0.41

7.6

1.0

0.35

Analytico-nr.


7570772

1

MMA01 A01 (0-40) A02 (30-80) A03 (0-50) A04 (30-50)

2

MMA02 A05 (10-60) A06 (11-60) A07 (19-65) A10 (0-50) A14 (8-50)

3

MMA03 A13 (20-60) A15 (60-100) A20 (50-100) A23 (12-30)

4

MMA04 A08 (20-70) A09 (30-50) A11 (30-40) A24 (0-50)

5

MMA05 A01 (60-100) A04 (100-150) A09 (100-150) A11 (150-200) A14 (50-80) A15 (150-200)

7570773 7570774 7570775 7570776





1)



TESTEN RvA L010




23-05-2013

2013064673/1 24-05-2013 31-05-2013/15:46 A,B,C 3/6


7

8

9

10

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

82.4

84.9

85.4

Eenheid


Cryogeen malen AS3000 Q

Uitgevoerd

Verkleinen brekermolen (cryogeen) Bodemkundige analyses

S

Droge stof

% (m/m)

76.9

S

Organische stof

% (m/m) ds

0.5

Q

Gloeirest

% (m/m) ds

96.8

S


% (m/m) ds

37.8

81.0

Metalen

S

Barium (Ba)

mg/kg ds

16

24

S

Cadmium (Cd)

mg/kg ds

<0.17

0.24

S

Kobalt (Co)

mg/kg ds

<4.3

S

Koper (Cu)

mg/kg ds

8.2

S

Kwik (Hg)

mg/kg ds

<0.050

0.060

S

Molybdeen (Mo)

mg/kg ds

<1.5

<1.5

S

Nikkel (Ni)

mg/kg ds

4.1

S

Lood (Pb)

mg/kg ds

<13

33

S

Zink (Zn)

mg/kg ds

18

41


mg/kg ds

7.0

<3.0


mg/kg ds

<5.0

<5.0


mg/kg ds

<6.0

<6.0


mg/kg ds

<12

<12


mg/kg ds

<6.0

7.2


mg/kg ds

<6.0

<6.0


mg/kg ds

<38

<38

<4.3 260

210

54

32

11

3.4

9.7

<3.0

Minerale olie

S

Polychloorbifenylen, PCB

S

PCB 28

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

S

PCB 52

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

S

PCB 101

mg/kg ds

<0.0010



6

MMA06 A10 (70-100) A11 (80-100) A14 (100-150) A20 (120-150)

7

MMA07 A17 (0-5) A18 (10-50)

8

MMA08 A12 (0-50) A19 (5-20) A21 (40-70) A22 (20-50)

9

MMA09 A09 (30-50) A13 (20-60)

10 MMB01 B01 (0-50) B12 (0-30)

7570777 7570778 7570779 7570780 7570781







TESTEN RvA L010




23-05-2013

2013064673/1 24-05-2013 31-05-2013/15:46 A,B,C 4/6


7

8

9

10

Analyse

Eenheid

S

PCB 118

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

S

PCB 138

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

S

PCB 153

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

S

PCB 180

mg/kg ds

<0.0010

S


mg/kg ds

0.0049

<0.0010 1)

0.0049

1)


S

Naftaleen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

S

Fenanthreen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

S

Anthraceen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

S

Fluorantheen

mg/kg ds

<0.050

0.083

S

Benzo(a)anthraceen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

S

Chryseen

mg/kg ds

<0.050

0.065

S


mg/kg ds

<0.050

<0.050

S

Benzo(a)pyreen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

S

Benzo(ghi)peryleen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

S


mg/kg ds

<0.050

S


mg/kg ds

0.35

0.051 1)

Analytico-nr.


6

MMA06 A10 (70-100) A11 (80-100) A14 (100-150) A20 (120-150)

7

MMA07 A17 (0-5) A18 (10-50)

8

MMA08 A12 (0-50) A19 (5-20) A21 (40-70) A22 (20-50)

9

MMA09 A09 (30-50) A13 (20-60)

10 MMB01 B01 (0-50) B12 (0-30)

0.44

7570777 7570778 7570779 7570780 7570781







TESTEN RvA L010




23-05-2013

2013064673/1 24-05-2013 31-05-2013/15:46 A,B,C 5/6


12

13

14

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

85.2

83.3

79.7

86.3

Eenheid



S

Droge stof

% (m/m)

S

Organische stof

% (m/m) ds

3.0

1.0

Q

Gloeirest

% (m/m) ds

96.4

97.2

S


% (m/m) ds

9.5

26.2

Metalen

S

Barium (Ba)

mg/kg ds

<15

<15

<15

<15

S

Cadmium (Cd)

mg/kg ds

0.26

0.21

<0.17

<0.17

S

Kobalt (Co)

mg/kg ds

<4.3

<4.3

<4.3

<4.3

S

Koper (Cu)

mg/kg ds

8.9

10

5.7

<5.0

S

Kwik (Hg)

mg/kg ds

0.054

0.057

<0.050

<0.050

S

Molybdeen (Mo)

mg/kg ds

<1.5

<1.5

<1.5

<1.5

S

Nikkel (Ni)

mg/kg ds

<3.0

<3.0

<3.0

<3.0

S

Lood (Pb)

mg/kg ds

28

24

<13

<13

S

Zink (Zn)

mg/kg ds

19

32

<17

<17


mg/kg ds

<3.0

<3.0

<3.0

3.6


mg/kg ds

<5.0

<5.0

<5.0

<5.0


mg/kg ds

<6.0

<6.0

<6.0

<6.0


mg/kg ds

<12

23

<12

<12


mg/kg ds

<6.0

38

<6.0

<6.0


mg/kg ds

<6.0

11

<6.0

<6.0


mg/kg ds

<38

79

<38

<38

Minerale olie

S

Zie bijl.

Chromatogram olie (GC) Polychloorbifenylen, PCB

S

PCB 28

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

S

PCB 52

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

S

PCB 101

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

<0.0010



11 MMB02 B02 (0-50) B03 (0-50) B09 (0-50) B11 (0-50) B14 (0-50) B15 (0-50) 12 MMB03 B05 (0-50) B06 (0-50) B08 (0-50) B17 (0-50) B18 (0-50) B19 (0-50) 13 MMB04 B01 (90-120) B04 (50-70) B13 (100-150) B16 (120-150) 14 MMB05 B01 (150-190) B04 (100-150) B07 (50-100) B10 (50-80) B13 (150-200) B16 (70-120)

7570782 7570783 7570784 7570785

Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting Eurofins Analytico B.V.





TESTEN RvA L010




23-05-2013

2013064673/1 24-05-2013 31-05-2013/15:46 A,B,C 6/6


12

13

14

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

PCB 138

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

PCB 153

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

<0.0010

<0.0010

S

PCB 180

mg/kg ds

<0.0010

S


mg/kg ds

0.0049

Analyse

Eenheid

S

PCB 118

S S

<0.0010 1)

0.0049

<0.0010 1)

0.0049

<0.0010 1)

0.0049

1)


S

Naftaleen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

<0.050

S

Fenanthreen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

0.19

S

Anthraceen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

0.050

S

Fluorantheen

mg/kg ds

<0.050

0.059

<0.050

0.26

S

Benzo(a)anthraceen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

0.11

S

Chryseen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

0.12

S


mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

<0.050

S

Benzo(a)pyreen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

0.088

S

Benzo(ghi)peryleen

mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

0.064

S


mg/kg ds

<0.050

<0.050

<0.050

S


mg/kg ds

0.35

1)

0.37

0.35

0.052 1)

1.00

Analytico-nr.


11 MMB02 B02 (0-50) B03 (0-50) B09 (0-50) B11 (0-50) B14 (0-50) B15 (0-50) 12 MMB03 B05 (0-50) B06 (0-50) B08 (0-50) B17 (0-50) B18 (0-50) B19 (0-50) 13 MMB04 B01 (90-120) B04 (50-70) B13 (100-150) B16 (120-150) 14 MMB05 B01 (150-190) B04 (100-150) B07 (50-100) B10 (50-80) B13 (150-200) B16 (70-120) Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting Eurofins Analytico B.V.





7570782 7570783 7570784 7570785 Akkoord Pr.coörd.

FZ TESTEN RvA L010

Bijlage (A) met deelmonsterinformatie behorende bij analysecertificaat 2013064673/1 Pagina 1/2 Analytico-nr. Boornr

Omschrijving

Van

Tot

Barcode

7570772

A02

2

30

80

0530937352

7570772

A04

2

30

50

0530937346

7570772

A01

1

0

40

0530759888

7570772

A03

1

0

50

0530759878

7570773

A05

1

10

60

0530937356

7570773

A06

1

11

60

0530937398

7570773

A07

1

19

65

0530937393

7570773

A10

1

0

50

0530760028

7570773

A14

1

8

50

0530760247

7570774

A23

1

12

30

0530760034

7570774

A13

2

30

60

0530760192

7570774

A15

2

60

100

0530759881

7570774

A20

3

50

100

0530760201

7570775

A11

1

30

40

0530760200

7570775

A24

1

0

50

0530759883

7570775

A08

2

20

70

0530937391

7570775

A09

2

30

50

0530937353

7570776

A14

2

50

80

0530760239

7570776

A01

3

60

100

0530759885

7570776

A04

4

100

150

0530937355

7570776

A09

4

100

150

0530937344

7570776

A15

4

150

200

0530759884

7570776

A11

5

150

200

0530760031

7570777

A10

3

70

100

0530760027

7570777

A11

3

80

100

0530759886

7570777

A14

4

100

150

0530760243

7570777

A20

5

120

150

0530760205

7570778

A18

1

10

50

0530760204

7570778

A17

4

0

5

0530760194

7570779

A12

1

0

50

0530760195

7570779

A19

2

5

20

0530760237

7570779

A21

2

40

70

0530760040

7570779

A22

2

20

50

0530760033

7570780

A09

2

30

50

0530937353

7570780

A13

2

30

60

0530760192

7570781

B01

1

0

50

0530759798

Monsteromschrijving

MMA01 A01 (0-40) A02 (30-80) A03 (0

MMA02 A05 (10-60) A06 (11-60) A07 (

MMA03 A13 (20-60) A15 (60-100) A20

MMA04 A08 (20-70) A09 (30-50) A11 (

MMA05 A01 (60-100) A04 (100-150) A

MMA06 A10 (70-100) A11 (80-100) A1

MMA07 A17 (0-5) A18 (10-50)

MMA08 A12 (0-50) A19 (5-20) A21 (40

MMA09 A09 (30-50) A13 (20-60)

MMB01 B01 (0-50) B12 (0-30)



Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail [email protected] Site www.eurofins.nl




Omschrijving

Van

Tot

Barcode

Monsteromschrijving

7570781

B12

1

0

30

0530759795

MMB01 B01 (0-50) B12 (0-30)

7570782

B02

1

0

50

0530759788

MMB02 B02 (0-50) B03 (0-50) B09 (0-

7570782

B03

1

0

50

0530759793

7570782

B09

1

0

50

0530759796

7570782

B11

1

0

50

0530937399

7570782

B14

1

0

50

0530759800

7570782

B15

1

0

50

0530759582

7570783

B05

1

0

50

0530760041

7570783

B06

1

0

50

0530759579

7570783

B08

1

0

50

0530759989

7570783

B17

1

0

50

0530759992

7570783

B18

1

0

50

0530759995

7570783

B19

1

0

50

0530759586

7570784

B04

2

50

70

0530759583

7570784

B01

3

90

120

0530759578

7570784

B13

4

100

150

0530759790

7570784

B16

4

120

150

0530759591

7570785

B07

2

50

100

0530937397

7570785

B10

2

50

80

0530759587

7570785

B16

3

70

120

0530759990

7570785

B04

4

100

150

0530759585

7570785

B01

5

150

190

0530759588

7570785

B13

5

150

200

0530759787

MMB03 B05 (0-50) B06 (0-50) B08 (0-

MMB04 B01 (90-120) B04 (50-70) B13

MMB05 B01 (150-190) B04 (100-150)






Bijlage (B) met opmerkingen behorende bij analysecertificaat 2013064673/1 Pagina 1/1 Algemene opmerking behorende bij analysecertificaat

Dit analysecerfificaat vervangt eerder uitgegeven certifica(a)t(en) met een lager versienummer Opmerking 1)

De toetswaarde van de som is gelijk aan de sommatie van 0,7*RG






.

Bijlage (C) met methodeverwijzingen behorende bij analysecertificaat 2013064673/1

Pagina 1/1

Analyse

Methode

Techniek

Referentiemethode

Vermaling (cryogeen, <=1

W0106

Crushen

Cf. NVN 7313

Cryogeen malen AS3000

W0106

Voorbehandeling

Cf. AS3000

Droge Stof

W0104

Gravimetrie

Cf. pb 3010-2 en Gw. NEN-ISO 11465

Organische stof/Gloeirest

W0109

Gravimetrie

Cf. pb 3010-3 en cf. NEN 5754


W0173

Sedimentatie

Cf. pb 3010-4 en cf. NEN 5753

Barium (Ba)

W0423

ICP-MS

Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2

Cadmium (Cd)

W0423

ICP-MS


Kobalt (Co)

W0423

ICP-MS


Koper (Cu)

W0423

ICP-MS


Kwik (Hg)

W0423

ICP-MS


Molybdeen (Mo)

W0423

ICP-MS


Nikkel (Ni)

W0423

ICP-MS


Lood (Pb)

W0423

ICP-MS


Zink (Zn)

W0423

ICP-MS


Minerale Olie (GC)

W0202

GC-FID

Cf. pb 3010-7 en cf. NEN 6978

Chromatogram MO (GC)

W0202

GC-FID

Eigen methode

Polychloorbifenylen (PCB)

W0271

GC-MS

Cf. pb 3010-8 en gw. NEN 6980

PAK (VROM)

W0271

GC-MS

Cf. pb. 3010-6 en gw. NEN-ISO 18287

PAK som AS3000/AP04

W0271

GC-MS

Cf. pb. 3010-6 en gw. NEN-ISO 18287

kg,verkleinen brekermolen)

Nadere informatie over de toegepaste onderzoeksmethoden alsmede een classificatie van de meetonzekerheid staan vermeld in ons overzicht "Specificaties analysemethoden", versie 2011.






0

20

40

60

80

100

0

0.0

0.0

0.2

0.2

0.4

0.4

0.6

0.6

C10

C10

1000

0.8

0.8

C12-C16

C12-C16

2000

1.0

1.0

1.2

1.2

1.4

Minutes

1.4

Minutes

7570774 2013064673 MMA03 A13 (20-60) A15 (60-100) A20 (50-100) A23 (1 V

C10-C12

C10-C12

C21-30 C30-C35

C21-30 C30-C35

Sample ID.: Certificate no.: Sample description.:

1.6

1.6

C35-C40

C16-C21

C16-C21

C35-C40

1.8

1.8

Chromatogram TPH/ Mineral Oil

C40

C40

pA

pA

2.0

2.0

2.2

2.2

2.4

2.4

2.6

2.6

0

20

40

60

80

100

0

1000

2000 pA pA

0

20

40

60

80

100

0

0.0

0.0

0.2

0.2

0.4

0.4

0.6

0.6

0.8

0.8

C12-C16

C12-C16

C10

C10

1000

1.0

1.0

C16-C21

C16-C21

2000

1.2

1.2

Minutes

1.4

Minutes

1.4

C21-30

C21-30

7570775 2013064673 MMA04 A08 (20-70) A09 (30-50) A11 (30-40) A24 (0-5 V

1.6

1.6

C30-C35


C35-C40

C10-C12

C10-C12

C30-C35 C35-C40

1.8

1.8


C40

C40

pA

pA

2.0

2.0

2.2

2.2

2.4

2.4

2.6

2.6

0

20

40

60

80

100

0

1000

2000 pA pA

0

20

40

60

80

100

0

0.0

0.0

0.2

0.2

0.4

0.4

0.6

0.6

0.8

0.8

C10-C12

C10-C12

C10

C10

1000

1.0

1.0

C12-C16

C12-C16

2000

7570783 2013064673 MMB03 B05 (0-50) B06 (0-50) B08 (0-50) B17 (0-50) V

1.2

1.2

Minutes

1.4

Minutes

1.4

1.6

1.6

C30-C35


C30-C35


C16-C21

C16-C21

C21-30

C21-30

1.8

C35-C40 1.8

C35-C40

2.0

2.0

C40

C40

pA

pA

2.2

2.2

2.4

2.4

2.6

2.6

0

20

40

60

80

100

0

1000

2000 pA pA




2013068462/1 13043232 WOE.C5S.NEN 24-05-2013


Bewaren tot: Datum:

Naam:

Handtekening:










23-05-2013

2013068462/1 31-05-2013 04-06-2013/09:14 A,C 1/1

Grond; Grond (AS3000) Eenheid

Analyse

1

Voorbehandeling

Uitgevoerd


S

Droge stof

% (m/m)

79.8

Metalen

S

Koper (Cu)

mg/kg ds

200

S

Nikkel (Ni)

mg/kg ds

110

Analytico-nr.


1

7583822

MMA07A A17 (5-20) A18 (10-50)

Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting Eurofins Analytico B.V.





Akkoord Pr.coörd.

VA TESTEN RvA L010


Omschrijving

Van

Tot

Barcode

7583822

A17

1

5

20

0530760251

7583822

A18

1

10

50

0530760204

Monsteromschrijving

MMA07A A17 (5-20) A18 (10-50)






.


Pagina 1/1

Analyse

Methode

Techniek

Referentiemethode

Cryogeen malen AS3000

W0106

Voorbehandeling

Cf. AS3000

Droge Stof

W0104

Gravimetrie

Cf. pb 3010-2 en Gw. NEN-ISO 11465

Koper (Cu)

W0423

ICP-MS


Nikkel (Ni)

W0423

ICP-MS











2013068254/1 13043232 WOE.C5S.NEN 31-05-2013


Bewaren tot: Datum:

Naam:

Handtekening:










31-05-2013

2013068254/1 31-05-2013 07-06-2013/11:33 A,B,C 1/2

Water; Water (AS3000) Eenheid

Analyse

1

2

4

3

Metalen

S

Barium (Ba)

µg/L

<45

<45

57

<45

S

Cadmium (Cd)

µg/L

<0.80

<0.80

<0.80

0.90

S

Kobalt (Co)

µg/L

<5.0

<5.0

9.0

57

S

Koper (Cu)

µg/L

<15

<15

<15

<15

S

Kwik (Hg)

µg/L

<0.050

<0.050

<0.050

<0.050

S

Molybdeen (Mo)

µg/L

<3.6

<3.6

<3.6

<3.6

S

Nikkel (Ni)

µg/L

<15

<15

16

140

S

Lood (Pb)

µg/L

<15

<15

<15

<15

S

Zink (Zn)

µg/L

<60

<60

<60

180

Vluchtige Aromatische Koolwaterstoffen

S

Benzeen

µg/L

<0.20

<0.20

<0.20

<0.20

S

Tolueen

µg/L

<0.30

<0.30

<0.30

<0.30

S

Ethylbenzeen

µg/L

<0.30

<0.30

<0.30

<0.30

S

o-Xyleen

µg/L

<0.10

<0.10

<0.10

<0.10

S

m,p-Xyleen

µg/L

<0.20

<0.20

<0.20

S

1)

0.21

1)

0.21

<0.20 1)

Xylenen (som) factor 0,7

µg/L

0.21

0.21

BTEX (som)

µg/L

<1.1

<1.1

<1.1

<1.1

S

Naftaleen

µg/L

<0.050

<0.050

<0.050

<0.050

S

Styreen

µg/L

<0.30

<0.30

<0.30

<0.30

1)

Vluchtige organische halogeenkoolwaterstoffen

S

Dichloormethaan

µg/L

<0.20

<0.20

<0.20

<0.20

S

Trichloormethaan

µg/L

<0.60

<0.60

<0.60

<0.60

S

Tetrachloormethaan

µg/L

<0.10

<0.10

<0.10

<0.10

S

Trichlooretheen

µg/L

<0.60

<0.60

<0.60

<0.60

S

Tetrachlooretheen

µg/L

<0.10

<0.10

<0.10

<0.10

S

1,1-Dichloorethaan

µg/L

<0.60

<0.60

<0.60

<0.60

S

1,2-Dichloorethaan

µg/L

<0.60

<0.60

<0.60

<0.60

S

1,1,1-Trichloorethaan

µg/L

<0.10

<0.10

<0.10

<0.10

S

1,1,2-Trichloorethaan

µg/L

<0.10

<0.10

<0.10

<0.10

S

cis 1,2-Dichlooretheen

µg/L

<0.10

<0.10

<0.10

<0.10 Analytico-nr.


1

A04-1-1 A04 (300-400)

2

A09-1-1 A09 (300-400)

3

B07-1-1 B07 (320-420)

4

B10-1-1 B10 (280-380)

7583319 7583320 7583321 7583322 Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting






TESTEN RvA L010


13043232 WOE.C5S.NEN 31-05-2013

2013068254/1 31-05-2013 07-06-2013/11:33 A,B,C 2/2

Water; Water (AS3000) Eenheid

Analyse

S


1

2

3

4

trans 1,2-Dichlooretheen

µg/L

<0.10

<0.10

<0.10

<0.10

CKW (som)

µg/L

<3.2

<3.2

<3.2

<3.2

S

Tribroommethaan

µg/L

<2.0

<2.0

<2.0

<2.0

S

Vinylchloride

µg/L

<0.10

<0.10

<0.10

<0.10

S

1,1-Dichlooretheen

µg/L

<0.10

<0.10

<0.10

1)

0.14

1)

0.14

<0.10 1)

S

1,2-Dichloorethenen (Som) factor 0,7

µg/L

0.14

0.14

S

1,1-Dichloorpropaan

µg/L

<0.25

<0.25

<0.25

<0.25

S

1,2-Dichloorpropaan

µg/L

<0.25

<0.25

<0.25

<0.25

S

1,3-Dichloorpropaan

µg/L

<0.25

<0.25

<0.25

<0.25

S

Dichloorpropanen som factor 0.7

µg/L

0.52

0.52

0.52

0.52


µg/L

<8.0

<8.0

<8.0

<8.0


µg/L

<15

<15

<15

<15


µg/L

<16

<16

<16

<16


µg/L

<31

<31

<31

<31


µg/L

<15

<15

<15

<15


µg/L

<15

<15

<15

<15


µg/L

<100

<100

<100

<100

1)

Minerale olie

S

Analytico-nr.


1

A04-1-1 A04 (300-400)

2

A09-1-1 A09 (300-400)

3

B07-1-1 B07 (320-420)

4

B10-1-1 B10 (280-380)

7583319 7583320 7583321 7583322 Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting






Akkoord Pr.coörd.

VA TESTEN RvA L010


Omschrijving

Van

Tot

Barcode

7583319

A04

3

300

400

0680009142

7583319

A04

1

300

400

0800254217

7583319

A04

2

300

400

0680009136

7583320

A09

1

300

400

0800254196

7583320

A09

2

300

400

0680009154

7583320

A09

3

300

400

0680009125

7583321

B07

1

320

420

0800254512

7583321

B07

2

320

420

0680009147

7583321

B07

3

320

420

0680009155

7583322

B10

1

280

380

0800254436

7583322

B10

2

280

380

0680009141

7583322

B10

3

280

380

0680009130

Monsteromschrijving

A04-1-1 A04 (300-400)

A09-1-1 A09 (300-400)

B07-1-1 B07 (320-420)

B10-1-1 B10 (280-380)






Bijlage (B) met opmerkingen behorende bij analysecertificaat 2013068254/1 Pagina 1/1 Opmerking 1)

De toetswaarde van de som is gelijk aan de sommatie van 0,7*RG






.


Pagina 1/1

Analyse

Methode

Techniek

Referentiemethode

Aromaten (BTEXN)

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

Barium (Ba)

W0421

ICP-MS


Cadmium (Cd)

W0421

ICP-MS


Kobalt (Co)

W0421

ICP-MS


Koper (Cu)

W0421

ICP-MS


Kwik (Hg)

W0421

ICP-MS


Molybdeen (Mo)

W0421

ICP-MS


Nikkel (Ni)

W0421

ICP-MS


Lood (Pb)

W0421

ICP-MS


Zink (Zn)

W0421

ICP-MS


Xylenen som AS3000

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

Styreen

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

VOCL (11)

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

tribroommethaan

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

CKW : Vinylchloride

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

CKW : 1,1-Dichlooretheen

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

DiClEtheen som AS3000

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

1,1-dichloorpropaan

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

1,2-Dichloorpropaan

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

1,3-dichloorpropaan

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-1

DiChlprop. som AS300

W0254

HS-GC-MS

Cf. pb 3130-2 en gw. NEN EN ISO 15680

Minerale Olie (GC)

W0215

LVI-GC-FID

Cf. pb 3110-5

HS







Bijlage 4b Getoetste analyseresultaten

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013064673 Monsteromschrijving MMA01: A01 (0-40) A02 (30-80) A03 (0-50) A04 (30-50) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid MMA01 +/RG AW Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 82,6 Organische stof % (m/m) ds 5,0 Gloeirest % (m/m) ds 94,6 Korrelgrootte < 2 µm (Lutum) % (m/m) ds 5,4 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds <15 49 70 Cadmium (Cd) mg/kg ds 0,21 0,35 0,41 Kobalt (Co) mg/kg ds <4,3 4,3 5,9 Koper (Cu) mg/kg ds 8,2 19 24 Kwik (Hg) mg/kg ds 0,066 0,10 0,11 Molybdeen (Mo) mg/kg ds <1,5 1,5 1,5 Nikkel (Ni) mg/kg ds 3,1 12 15 Lood (Pb) mg/kg ds 29 32 36 Zink (Zn) mg/kg ds 31 59 74 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds <3,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds 5,5 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds <12 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds 9,5 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds <6,0 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds <38 38 95 Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds <0,0010 PCB 138 mg/kg ds <0,0010 PCB 153 mg/kg ds <0,0010 PCB 180 mg/kg ds <0,0010 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0049 0,0049 0,010 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds 0,10 Anthraceen mg/kg ds <0,050 Fluorantheen mg/kg ds 0,22 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds 0,10 Chryseen mg/kg ds 0,13 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds 0,055 Benzo(a)pyreen mg/kg ds 0,085 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds 0,071 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds 0,080 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 0,92 1,1 1,5 Legenda + ++ +++ RG

< streefwaarde/aw2000 of RG > AchtergrondWaarde (AW) > Tussenwaarde (T) > Interventiewaarde (I) Niet getoetst Rapportagegrens

Normwaarden zijn gecorrigeerd met de volgende gegevens: Lutum: 5.40% van droge stof en organische stof:5% van droge stof. Deze toetsing is met de grootste zorg samengesteld, Eurofins Analytico B.V. is echter niet verantwoordelijk voor de uitkomst van deze toetsing.

T

I

200 4,7 40 68 14 96 30 210 230

340 9,0 74 110 27 190 44 380 380

1300

2500

0,26

0,5

21

40

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013064673 Monsteromschrijving MMA02: A05 (10-60) A06 (11-60) A07 (19-65) A10 (0-50) A14 (8-50) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid MMA02 +/RG AW T Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 86,5 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds 43 49 70 200 Cadmium (Cd) mg/kg ds <0,17 0,35 0,41 4,7 Kobalt (Co) mg/kg ds <4,3 4,3 5,9 40 Koper (Cu) mg/kg ds 8,1 19 24 68 Kwik (Hg) mg/kg ds 0,063 0,10 0,11 14 Molybdeen (Mo) mg/kg ds <1,5 1,5 1,5 96 Nikkel (Ni) mg/kg ds <3,0 12 15 30 Lood (Pb) mg/kg ds 34 32 36 210 Zink (Zn) mg/kg ds 26 59 74 230 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds <3,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds <12 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds 8,0 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds <6,0 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds <38 38 95 1300 Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds <0,0010 PCB 138 mg/kg ds <0,0010 PCB 153 mg/kg ds <0,0010 PCB 180 mg/kg ds <0,0010 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0049 0,0049 0,010 0,26 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds <0,050 Anthraceen mg/kg ds <0,050 Fluorantheen mg/kg ds 0,068 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds <0,050 Chryseen mg/kg ds 0,058 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds <0,050 Benzo(a)pyreen mg/kg ds <0,050 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds <0,050 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds <0,050 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 0,41 1,1 1,5 21 Legenda + ++ +++ RG



I

340 9,0 74 110 27 190 44 380 380

2500

0,5

40

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013064673 Monsteromschrijving MMA03: A13 (20-60) A15 (60-100) A20 (50-100) A23 (12-30) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid MMA03 +/RG AW T Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 84,3 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds 53 49 70 200 Cadmium (Cd) mg/kg ds 0,33 0,35 0,41 4,7 Kobalt (Co) mg/kg ds 8,0 + 4,3 5,9 40 Koper (Cu) mg/kg ds 38 + 19 24 68 Kwik (Hg) mg/kg ds 0,13 + 0,10 0,11 14 Molybdeen (Mo) mg/kg ds 1,5 1,5 1,5 96 Nikkel (Ni) mg/kg ds 22 + 12 15 30 Lood (Pb) mg/kg ds 45 + 32 36 210 Zink (Zn) mg/kg ds 85 + 59 74 230 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds <3,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds 7,0 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds 34 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds 18 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds <6,0 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds 68 38 95 1300 Chromatogram olie (GC) Zie bijl, Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds 0,0011 PCB 138 mg/kg ds 0,0022 PCB 153 mg/kg ds 0,0020 PCB 180 mg/kg ds 0,0011 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0085 0,0049 0,010 0,26 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds 0,20 Anthraceen mg/kg ds 0,19 Fluorantheen mg/kg ds 1,5 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds 1,2 Chryseen mg/kg ds 1,3 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds 0,58 Benzo(a)pyreen mg/kg ds 1,1 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds 0,66 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds 0,81 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 7,6 + 1,1 1,5 21 Legenda + ++ +++ RG



I

340 9,0 74 110 27 190 44 380 380

2500

0,5

40

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013064673 Monsteromschrijving MMA04: A08 (20-70) A09 (30-50) A11 (30-40) A24 (0-50) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid MMA04 +/RG AW Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 85,5 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds 50 49 70 Cadmium (Cd) mg/kg ds 0,19 0,35 0,41 Kobalt (Co) mg/kg ds 6,2 + 4,3 5,9 Koper (Cu) mg/kg ds 29 + 19 24 Kwik (Hg) mg/kg ds <0,050 0,10 0,11 Molybdeen (Mo) mg/kg ds 1,7 + 1,5 1,5 Nikkel (Ni) mg/kg ds 15 12 15 Lood (Pb) mg/kg ds 22 32 36 Zink (Zn) mg/kg ds 44 59 74 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds <3,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds 7,9 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds 29 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds 26 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds 14 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds 80 38 95 Chromatogram olie (GC) Zie bijl, Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds <0,0010 PCB 138 mg/kg ds 0,0011 PCB 153 mg/kg ds 0,0012 PCB 180 mg/kg ds <0,0010 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0058 0,0049 0,010 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds 0,076 Anthraceen mg/kg ds <0,050 Fluorantheen mg/kg ds 0,25 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds 0,13 Chryseen mg/kg ds 0,14 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds 0,066 Benzo(a)pyreen mg/kg ds 0,11 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds 0,085 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds 0,075 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 1,0 1,1 1,5 Legenda + ++ +++ RG



T

I

200 4,7 40 68 14 96 30 210 230

340 9,0 74 110 27 190 44 380 380

1300

2500

0,26

0,5

21

40

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer Monsteromschrijving

2013064673 MMA05: A01 (60-100) A04 (100-150) A09 (100-150) A11(150-200) A14 (50-80) A15 (150-200) Grond, AS3000 13043232 WOE.C5S.NEN Eenheid MMA05 +/RG AW T I

Monstersoort Uw projectnummer Uw projectnaam Parameter Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) Metalen Barium (Ba) mg/kg ds Cadmium (Cd) mg/kg ds Kobalt (Co) mg/kg ds Koper (Cu) mg/kg ds Kwik (Hg) mg/kg ds Molybdeen (Mo) mg/kg ds Nikkel (Ni) mg/kg ds Lood (Pb) mg/kg ds Zink (Zn) mg/kg ds Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds PCB 52 mg/kg ds PCB 101 mg/kg ds PCB 118 mg/kg ds PCB 138 mg/kg ds PCB 153 mg/kg ds PCB 180 mg/kg ds PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds Fenanthreen mg/kg ds Anthraceen mg/kg ds Fluorantheen mg/kg ds Benzo(a)anthraceen mg/kg ds Chryseen mg/kg ds Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds Benzo(a)pyreen mg/kg ds Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds Legenda + ++ +++ RG

Uitgevoerd 87,0 <15 <0,17 <4,3 <5,0 <0,050 <1,5 <3,0 14 <17

-

49 0,35 4,3 19 0,10 1,5 12 32 59

70 0,37 5,9 22 0,11 1,5 15 34 69

200 4,2 40 62 13 96 30 200 210

340 7,9 74 100 26 190 44 360 360

<3,0 <5,0 <6,0 <12 <6,0 <6,0 <38

-

38

38

520

1000

<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 0,0049

-

0,0049

0,0040

0,10

0,20

<0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 0,35

-

1,1

1,5

21

40


Normwaarden zijn gecorrigeerd met de volgende gegevens: Lutum: 5.40% van droge stof en organische stof:0.5% van droge stof. Deze toetsing is met de grootste zorg samengesteld, Eurofins Analytico B.V. is echter niet verantwoordelijk voor de uitkomst van deze toetsing.

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013064673 Monsteromschrijving MMA06: A10 (70-100) A11 (80-100) A14 (100-150) A20(120-150) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid MMA06 +/RG AW T Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 76,9 Organische stof % (m/m) ds 0,5 Gloeirest % (m/m) ds 96,8 Korrelgrootte < 2 µm (Lutum) % (m/m) ds 37,8 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds 16 49 270 780 Cadmium (Cd) mg/kg ds <0,17 0,35 0,54 6,1 Kobalt (Co) mg/kg ds <4,3 4,3 21 140 Koper (Cu) mg/kg ds 8,2 19 43 120 Kwik (Hg) mg/kg ds <0,050 0,10 0,16 20 Molybdeen (Mo) mg/kg ds <1,5 1,5 1,5 96 Nikkel (Ni) mg/kg ds 4,1 12 48 92 Lood (Pb) mg/kg ds <13 32 53 310 Zink (Zn) mg/kg ds 18 59 170 510 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds 7,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds <12 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds <6,0 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds <38 38 38 520 Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds <0,0010 PCB 138 mg/kg ds <0,0010 PCB 153 mg/kg ds <0,0010 PCB 180 mg/kg ds <0,0010 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0049 0,0049 0,0040 0,10 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds <0,050 Anthraceen mg/kg ds <0,050 Fluorantheen mg/kg ds <0,050 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds <0,050 Chryseen mg/kg ds <0,050 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds <0,050 Benzo(a)pyreen mg/kg ds <0,050 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds <0,050 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds <0,050 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 0,35 1,1 1,5 21 Legenda + ++ +++ RG


Normwaarden zijn gecorrigeerd met de volgende gegevens: Lutum: 37.8% van droge stof en organische stof:0.5% van droge stof. Deze toetsing is met de grootste zorg samengesteld, Eurofins Analytico B.V. is echter niet verantwoordelijk voor de uitkomst van deze toetsing.

I

1300 12 270 210 40 190 140 560 860

1000

0,20

40

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer Monsteromschrijving Monstersoort Uw projectnummer Uw projectnaam Parameter Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Verkleinen brekermolen (cryogeen) Bodemkundige analyses Droge stof Metalen Koper (Cu) Nikkel (Ni) Legenda + ++ +++ RG

2013064673 MMA07: A17 (0-5) A18 (10-50) Grond, AS3000 13043232 WOE.C5S.NEN Eenheid MMA07 +/-

RG

AW

T

I

24 15

68 30

110 44

AW

T

I

24 15

68 30

110 44

Uitgevoerd Uitgevoerd % (m/m)

81,0

mg/kg ds mg/kg ds

260 210

+++ +++

19 12



Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer Monsteromschrijving Monstersoort Uw projectnummer Uw projectnaam Parameter Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Bodemkundige analyses Droge stof Metalen Koper (Cu) Nikkel (Ni) Legenda + ++ +++ RG

2013068462 MMA07A: A17 (5-20) A18 (10-50) Grond, AS3000 13043232 WOE.C5S.NEN Eenheid MMA07A +/-

RG

Uitgevoerd % (m/m)

79,8

mg/kg ds mg/kg ds

200 110


Normwaarden zijn gecorrigeerd met de volgende gegevens: Lutum: % van droge stof en organische stof:5% van droge stof. Deze toetsing is met de grootste zorg samengesteld, Eurofins Analytico B.V. is echter niet verantwoordelijk voor de uitkomst van deze toetsing.

+++ +++

19 12


2013064673 MMA08: A12 (0-50) A19 (5-20) A21 (40-70) A22 (20-50) Grond, AS3000 13043232 WOE.C5S.NEN Eenheid MMA08 +/RG AW

T

I

24 15

68 30

110 44

AW

T

I

24 15

68 30

110 44

Uitgevoerd % (m/m)

82,4

mg/kg ds mg/kg ds

54 32

+ ++

19 12




2013064673 MMA09: A09 (30-50) A13 (20-60) Grond, AS3000 13043232 WOE.C5S.NEN Eenheid MMA09 +/-

RG

Uitgevoerd % (m/m)

84,9

mg/kg ds mg/kg ds

11 3,4



-

19 12

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013064673 Monsteromschrijving MMB01: B01 (0-50) B12 (0-30) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid MMB01 +/Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 85,4 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds 24 Cadmium (Cd) mg/kg ds 0,24 Kobalt (Co) mg/kg ds <4,3 Koper (Cu) mg/kg ds 9,7 Kwik (Hg) mg/kg ds 0,060 Molybdeen (Mo) mg/kg ds <1,5 Nikkel (Ni) mg/kg ds <3,0 Lood (Pb) mg/kg ds 33 Zink (Zn) mg/kg ds 41 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds <3,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds <12 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds 7,2 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds <6,0 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds <38 Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds <0,0010 PCB 138 mg/kg ds <0,0010 PCB 153 mg/kg ds <0,0010 PCB 180 mg/kg ds <0,0010 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0049 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds <0,050 Anthraceen mg/kg ds <0,050 Fluorantheen mg/kg ds 0,083 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds <0,050 Chryseen mg/kg ds 0,065 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds <0,050 Benzo(a)pyreen mg/kg ds <0,050 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds <0,050 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds 0,051 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 0,44 Legenda + ++ +++ RG


Normwaarden zijn gecorrigeerd met de volgende gegevens: Lutum: 9,5 % van droge stof en organische stof:3% van droge stof. Deze toetsing is met de grootste zorg samengesteld, Eurofins Analytico B.V. is echter niet verantwoordelijk voor de uitkomst van deze toetsing.

RG

AW

T

I

49 0,35 4,3 19 0,10 1,5 12 32 59

95 0,40 7,8 25 0,12 1,5 20 37 83

280 4,6 53 72 14 96 38 210 250

460 8,8 98 120 28 190 56 390 430

38

57

780

1500

0,0049

0,0060

0,15

0,30

1,1

1,5

21

40

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013064673 Monsteromschrijving MMB02: B02 (0-50) B03 (0-50) B09 (0-50) B11 (0-50)B14 (0-50) B15 (0-50) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid MMB02 +/RG AW T I Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 85,2 Organische stof % (m/m) ds 3,0 Gloeirest % (m/m) ds 96,4 Korrelgrootte < 2 µm (Lutum) % (m/m) ds 9,5 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds <15 49 95 280 460 Cadmium (Cd) mg/kg ds 0,26 0,35 0,40 4,6 8,8 Kobalt (Co) mg/kg ds <4,3 4,3 7,8 53 98 Koper (Cu) mg/kg ds 8,9 19 25 72 120 Kwik (Hg) mg/kg ds 0,054 0,10 0,12 14 28 Molybdeen (Mo) mg/kg ds <1,5 1,5 1,5 96 190 Nikkel (Ni) mg/kg ds <3,0 12 20 38 56 Lood (Pb) mg/kg ds 28 32 37 210 390 Zink (Zn) mg/kg ds 19 59 83 250 430 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds <3,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds <12 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds <6,0 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds <38 38 57 780 1500 Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds <0,0010 PCB 138 mg/kg ds <0,0010 PCB 153 mg/kg ds <0,0010 PCB 180 mg/kg ds <0,0010 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0049 0,0049 0,0060 0,15 0,30 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds <0,050 Anthraceen mg/kg ds <0,050 Fluorantheen mg/kg ds <0,050 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds <0,050 Chryseen mg/kg ds <0,050 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds <0,050 Benzo(a)pyreen mg/kg ds <0,050 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds <0,050 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds <0,050 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 0,35 1,1 1,5 21 40 Legenda + ++ +++ RG



Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013064673 Monsteromschrijving MMB03: B05 (0-50) B06 (0-50) B08 (0-50) B17 (0-50)B18 (0-50) B19 (0-50) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid MMB03 +/RG AW T I Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 83,3 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds <15 49 95 280 460 Cadmium (Cd) mg/kg ds 0,21 0,35 0,40 4,6 8,8 Kobalt (Co) mg/kg ds <4,3 4,3 7,8 53 98 Koper (Cu) mg/kg ds 10 19 25 72 120 Kwik (Hg) mg/kg ds 0,057 0,10 0,12 14 28 Molybdeen (Mo) mg/kg ds <1,5 1,5 1,5 96 190 Nikkel (Ni) mg/kg ds <3,0 12 20 38 56 Lood (Pb) mg/kg ds 24 32 37 210 390 Zink (Zn) mg/kg ds 32 59 83 250 430 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds <3,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds 23 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds 38 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds 11 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds 79 + 38 57 780 1500 Chromatogram olie (GC) Zie bijl, Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds <0,0010 PCB 138 mg/kg ds <0,0010 PCB 153 mg/kg ds <0,0010 PCB 180 mg/kg ds <0,0010 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0049 0,0049 0,0060 0,15 0,30 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds <0,050 Anthraceen mg/kg ds <0,050 Fluorantheen mg/kg ds 0,059 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds <0,050 Chryseen mg/kg ds <0,050 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds <0,050 Benzo(a)pyreen mg/kg ds <0,050 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds <0,050 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds <0,050 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 0,37 1,1 1,5 21 40 Legenda + ++ +++ RG



Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013064673 Monsteromschrijving MMB04: B01 (90-120) B04 (50-70) B13 (100-150) B16 (120-150) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid MMB04 +/RG AW T Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 79,7 Organische stof % (m/m) ds 1,0 Gloeirest % (m/m) ds 97,2 Korrelgrootte < 2 µm (Lutum) % (m/m) ds 26,2 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds <15 49 200 580 Cadmium (Cd) mg/kg ds <0,17 0,35 0,48 5,4 Kobalt (Co) mg/kg ds <4,3 4,3 16 110 Koper (Cu) mg/kg ds 5,7 19 35 100 Kwik (Hg) mg/kg ds <0,050 0,10 0,15 18 Molybdeen (Mo) mg/kg ds <1,5 1,5 1,5 96 Nikkel (Ni) mg/kg ds <3,0 12 36 70 Lood (Pb) mg/kg ds <13 32 46 270 Zink (Zn) mg/kg ds <17 59 130 400 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds <3,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds <12 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds <6,0 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds <6,0 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds <38 38 38 520 Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds <0,0010 PCB 138 mg/kg ds <0,0010 PCB 153 mg/kg ds <0,0010 PCB 180 mg/kg ds <0,0010 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0049 0,0049 0,0040 0,10 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds <0,050 Anthraceen mg/kg ds <0,050 Fluorantheen mg/kg ds <0,050 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds <0,050 Chryseen mg/kg ds <0,050 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds <0,050 Benzo(a)pyreen mg/kg ds <0,050 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds <0,050 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds <0,050 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 0,35 1,1 1,5 21 Legenda + ++ +++ RG



I

960 10 200 170 35 190 100 490 680

1000

0,20

40

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer Monsteromschrijving

2013064673 MMB05: B01 (150-190) B04 (100-150) B07 (50-100) B10(50-80) B13 (150-200) B16 (70-120) Grond, AS3000 13043232 WOE.C5S.NEN Eenheid MMB05 +/RG AW T I

Monstersoort Uw projectnummer Uw projectnaam Parameter Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) Metalen Barium (Ba) mg/kg ds Cadmium (Cd) mg/kg ds Kobalt (Co) mg/kg ds Koper (Cu) mg/kg ds Kwik (Hg) mg/kg ds Molybdeen (Mo) mg/kg ds Nikkel (Ni) mg/kg ds Lood (Pb) mg/kg ds Zink (Zn) mg/kg ds Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds PCB 52 mg/kg ds PCB 101 mg/kg ds PCB 118 mg/kg ds PCB 138 mg/kg ds PCB 153 mg/kg ds PCB 180 mg/kg ds PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds Fenanthreen mg/kg ds Anthraceen mg/kg ds Fluorantheen mg/kg ds Benzo(a)anthraceen mg/kg ds Chryseen mg/kg ds Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds Benzo(a)pyreen mg/kg ds Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds Legenda + ++ +++ RG

Uitgevoerd 86,3 <15 <0,17 <4,3 <5,0 <0,050 <1,5 <3,0 <13 <17

-

49 0,35 4,3 19 0,10 1,5 12 32 59

95 0,39 7,8 24 0,12 1,5 20 36 82

280 4,4 53 70 14 96 38 210 250

460 8,4 98 120 28 190 56 380 420

3,6 <5,0 <6,0 <12 <6,0 <6,0 <38

-

38

38

520

1000

<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 0,0049

-

0,0049

0,0040

0,10

0,20

<0,050 0,19 0,050 0,26 0,11 0,12 <0,050 0,088 0,064 0,052 1,00

-

1,1

1,5

21

40



Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013068254 Monsteromschrijving A04-1-1: A04 (300-400) Monstersoort Water, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid A04-1-1 Metalen Barium (Ba) µg/L <45 Cadmium (Cd) µg/L <0,80 Kobalt (Co) µg/L <5,0 Koper (Cu) µg/L <15 Kwik (Hg) µg/L <0,050 Molybdeen (Mo) µg/L <3,6 Nikkel (Ni) µg/L <15 Lood (Pb) µg/L <15 Zink (Zn) µg/L <60 Vluchtige Aromatische Koolwaterstoffen Benzeen µg/L <0,20 Tolueen µg/L <0,30 Ethylbenzeen µg/L <0,30 o-Xyleen µg/L <0,10 m,p-Xyleen µg/L <0,20 Xylenen (som) factor 0,7 µg/L 0,21 BTEX (som) µg/L <1,1 Naftaleen µg/L <0,050 Styreen µg/L <0,30 Vluchtige organische halogeenkoolwaterstoffen Dichloormethaan µg/L <0,20 Trichloormethaan µg/L <0,60 Tetrachloormethaan µg/L <0,10 Trichlooretheen µg/L <0,60 Tetrachlooretheen µg/L <0,10 1,1-Dichloorethaan µg/L <0,60 1,2-Dichloorethaan µg/L <0,60 1,1,1-Trichloorethaan µg/L <0,10 1,1,2-Trichloorethaan µg/L <0,10 cis 1,2-Dichlooretheen µg/L <0,10 trans 1,2-Dichlooretheen µg/L <0,10 CKW (som) µg/L <3,2 Tribroommethaan µg/L <2,0 Vinylchloride µg/L <0,10 1,1-Dichlooretheen µg/L <0,10 1,2-Dichloorethenen (Som) factor 0,7 µg/L 0,14 1,1-Dichloorpropaan µg/L <0,25 1,2-Dichloorpropaan µg/L <0,25 1,3-Dichloorpropaan µg/L <0,25 Dichloorpropanen som factor 0.7 µg/L 0,52 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) µg/L <8,0 Minerale olie (C12-C16) µg/L <15 Minerale olie (C16-C21) µg/L <16 Minerale olie (C21-C30) µg/L <31 Minerale olie (C30-C35) µg/L <15 Minerale olie (C35-C40) µg/L <15 Minerale olie totaal (C10-C40) µg/L <100 Legenda + ++ +++ RG

< streefwaarde/aw2000 of RG > Streefwaarde (S) > Tussenwaarde (T) > Interventiewaarde (I) Niet getoetst Rapportagegrens

Deze toetsing is met de grootste zorg samengesteld, Eurofins Analytico B.V. is echter niet verantwoordelijk voor de uitkomst van deze toetsing.

+/-

RG

S

T

I

-

50 0,80 20 15 0,050 5 15 15 65

50 0,40 20 15 0,050 5 15 15 65

340 3,2 60 45 0,17 150 45 45 430

630 6 100 75 0,30 300 75 75 800

-

0,20 7 4

0,20 7 4

15 500 77

30 1000 150

-

0,30

0,20

35

70

-

0,050 6

0,010 6

35 150

70 300

-

0,20 6 0,10 24 0,10 7 7 0,10 0,10

0,010 6 0,010 24 0,010 7 7 0,010 0,010

500 200 5,0 260 20 450 200 150 65

1000 400 10 500 40 900 400 300 130

-

0,20 0,10 0,10

0,010 0,010 0,010

2,5 5,0 10

630 5 10 20

-

0,75

0,80

40

80

-

100

50

330

600

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013068254 Monsteromschrijving A09-1-1: A09 (300-400) Monstersoort Water, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid A09-1-1 Metalen Barium (Ba) µg/L <45 Cadmium (Cd) µg/L <0,80 Kobalt (Co) µg/L <5,0 Koper (Cu) µg/L <15 Kwik (Hg) µg/L <0,050 Molybdeen (Mo) µg/L <3,6 Nikkel (Ni) µg/L <15 Lood (Pb) µg/L <15 Zink (Zn) µg/L <60 Vluchtige Aromatische Koolwaterstoffen Benzeen µg/L <0,20 Tolueen µg/L <0,30 Ethylbenzeen µg/L <0,30 o-Xyleen µg/L <0,10 m,p-Xyleen µg/L <0,20 Xylenen (som) factor 0,7 µg/L 0,21 BTEX (som) µg/L <1,1 Naftaleen µg/L <0,050 Styreen µg/L <0,30 Vluchtige organische halogeenkoolwaterstoffen Dichloormethaan µg/L <0,20 Trichloormethaan µg/L <0,60 Tetrachloormethaan µg/L <0,10 Trichlooretheen µg/L <0,60 Tetrachlooretheen µg/L <0,10 1,1-Dichloorethaan µg/L <0,60 1,2-Dichloorethaan µg/L <0,60 1,1,1-Trichloorethaan µg/L <0,10 1,1,2-Trichloorethaan µg/L <0,10 cis 1,2-Dichlooretheen µg/L <0,10 trans 1,2-Dichlooretheen µg/L <0,10 CKW (som) µg/L <3,2 Tribroommethaan µg/L <2,0 Vinylchloride µg/L <0,10 1,1-Dichlooretheen µg/L <0,10 1,2-Dichloorethenen (Som) factor 0,7 µg/L 0,14 1,1-Dichloorpropaan µg/L <0,25 1,2-Dichloorpropaan µg/L <0,25 1,3-Dichloorpropaan µg/L <0,25 Dichloorpropanen som factor 0.7 µg/L 0,52 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) µg/L <8,0 Minerale olie (C12-C16) µg/L <15 Minerale olie (C16-C21) µg/L <16 Minerale olie (C21-C30) µg/L <31 Minerale olie (C30-C35) µg/L <15 Minerale olie (C35-C40) µg/L <15 Minerale olie totaal (C10-C40) µg/L <100 Legenda + ++ +++ RG



+/-

RG

S

T

I

-

50 0,80 20 15 0,050 5 15 15 65

50 0,40 20 15 0,050 5 15 15 65

340 3,2 60 45 0,17 150 45 45 430

630 6 100 75 0,30 300 75 75 800

-

0,20 7 4

0,20 7 4

15 500 77

30 1000 150

-

0,30

0,20

35

70

-

0,050 6

0,010 6

35 150

70 300

-

0,20 6 0,10 24 0,10 7 7 0,10 0,10

0,010 6 0,010 24 0,010 7 7 0,010 0,010

500 200 5,0 260 20 450 200 150 65

1000 400 10 500 40 900 400 300 130

-

0,20 0,10 0,10

0,010 0,010 0,010

2,5 5,0 10

630 5 10 20

-

0,75

0,80

40

80

-

100

50

330

600

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013068254 Monsteromschrijving B07-1-1: B07 (320-420) Monstersoort Water, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid B07-1-1 Metalen Barium (Ba) µg/L 57 Cadmium (Cd) µg/L <0,80 Kobalt (Co) µg/L 9,0 Koper (Cu) µg/L <15 Kwik (Hg) µg/L <0,050 Molybdeen (Mo) µg/L <3,6 Nikkel (Ni) µg/L 16 Lood (Pb) µg/L <15 Zink (Zn) µg/L <60 Vluchtige Aromatische Koolwaterstoffen Benzeen µg/L <0,20 Tolueen µg/L <0,30 Ethylbenzeen µg/L <0,30 o-Xyleen µg/L <0,10 m,p-Xyleen µg/L <0,20 Xylenen (som) factor 0,7 µg/L 0,21 BTEX (som) µg/L <1,1 Naftaleen µg/L <0,050 Styreen µg/L <0,30 Vluchtige organische halogeenkoolwaterstoffen Dichloormethaan µg/L <0,20 Trichloormethaan µg/L <0,60 Tetrachloormethaan µg/L <0,10 Trichlooretheen µg/L <0,60 Tetrachlooretheen µg/L <0,10 1,1-Dichloorethaan µg/L <0,60 1,2-Dichloorethaan µg/L <0,60 1,1,1-Trichloorethaan µg/L <0,10 1,1,2-Trichloorethaan µg/L <0,10 cis 1,2-Dichlooretheen µg/L <0,10 trans 1,2-Dichlooretheen µg/L <0,10 CKW (som) µg/L <3,2 Tribroommethaan µg/L <2,0 Vinylchloride µg/L <0,10 1,1-Dichlooretheen µg/L <0,10 1,2-Dichloorethenen (Som) factor 0,7 µg/L 0,14 1,1-Dichloorpropaan µg/L <0,25 1,2-Dichloorpropaan µg/L <0,25 1,3-Dichloorpropaan µg/L <0,25 Dichloorpropanen som factor 0.7 µg/L 0,52 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) µg/L <8,0 Minerale olie (C12-C16) µg/L <15 Minerale olie (C16-C21) µg/L <16 Minerale olie (C21-C30) µg/L <31 Minerale olie (C30-C35) µg/L <15 Minerale olie (C35-C40) µg/L <15 Minerale olie totaal (C10-C40) µg/L <100 Legenda + ++ +++ RG



+/-

RG

S

T

I

+ + -

50 0,80 20 15 0,050 5 15 15 65

50 0,40 20 15 0,050 5 15 15 65

340 3,2 60 45 0,17 150 45 45 430

630 6 100 75 0,30 300 75 75 800

-

0,20 7 4

0,20 7 4

15 500 77

30 1000 150

-

0,30

0,20

35

70

-

0,050 6

0,010 6

35 150

70 300

-

0,20 6 0,10 24 0,10 7 7 0,10 0,10

0,010 6 0,010 24 0,010 7 7 0,010 0,010

500 200 5,0 260 20 450 200 150 65

1000 400 10 500 40 900 400 300 130

-

0,20 0,10 0,10

0,010 0,010 0,010

2,5 5,0 10

630 5 10 20

-

0,75

0,80

40

80

-

100

50

330

600

Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2013068254 Monsteromschrijving B10-1-1: B10 (280-380) Monstersoort Water, AS3000 Uw projectnummer 13043232 Uw projectnaam WOE.C5S.NEN Parameter Eenheid B10-1-1 Metalen Barium (Ba) µg/L <45 Cadmium (Cd) µg/L 0,90 Kobalt (Co) µg/L 57 Koper (Cu) µg/L <15 Kwik (Hg) µg/L <0,050 Molybdeen (Mo) µg/L <3,6 Nikkel (Ni) µg/L 140 Lood (Pb) µg/L <15 Zink (Zn) µg/L 180 Vluchtige Aromatische Koolwaterstoffen Benzeen µg/L <0,20 Tolueen µg/L <0,30 Ethylbenzeen µg/L <0,30 o-Xyleen µg/L <0,10 m,p-Xyleen µg/L <0,20 Xylenen (som) factor 0,7 µg/L 0,21 BTEX (som) µg/L <1,1 Naftaleen µg/L <0,050 Styreen µg/L <0,30 Vluchtige organische halogeenkoolwaterstoffen Dichloormethaan µg/L <0,20 Trichloormethaan µg/L <0,60 Tetrachloormethaan µg/L <0,10 Trichlooretheen µg/L <0,60 Tetrachlooretheen µg/L <0,10 1,1-Dichloorethaan µg/L <0,60 1,2-Dichloorethaan µg/L <0,60 1,1,1-Trichloorethaan µg/L <0,10 1,1,2-Trichloorethaan µg/L <0,10 cis 1,2-Dichlooretheen µg/L <0,10 trans 1,2-Dichlooretheen µg/L <0,10 CKW (som) µg/L <3,2 Tribroommethaan µg/L <2,0 Vinylchloride µg/L <0,10 1,1-Dichlooretheen µg/L <0,10 1,2-Dichloorethenen (Som) factor 0,7 µg/L 0,14 1,1-Dichloorpropaan µg/L <0,25 1,2-Dichloorpropaan µg/L <0,25 1,3-Dichloorpropaan µg/L <0,25 Dichloorpropanen som factor 0.7 µg/L 0,52 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) µg/L <8,0 Minerale olie (C12-C16) µg/L <15 Minerale olie (C16-C21) µg/L <16 Minerale olie (C21-C30) µg/L <31 Minerale olie (C30-C35) µg/L <15 Minerale olie (C35-C40) µg/L <15 Minerale olie totaal (C10-C40) µg/L <100 Legenda + ++ +++ RG



+/-

RG

+ + +++ +

50 0,80 20 15 0,050 5 15 15 65

-

S

T

I

50 0,40 20 15 0,050 5 15 15 65

340 3,2 60 45 0,17 150 45 45 430

630 6 100 75 0,30 300 75 75 800

0,20 7 4

0,20 7 4

15 500 77

30 1000 150

-

0,30

0,20

35

70

-

0,050 6

0,010 6

35 150

70 300

-

0,20 6 0,10 24 0,10 7 7 0,10 0,10

0,010 6 0,010 24 0,010 7 7 0,010 0,010

500 200 5,0 260 20 450 200 150 65

1000 400 10 500 40 900 400 300 130

-

0,20 0,10 0,10

0,010 0,010 0,010

2,5 5,0 10

630 5 10 20

-

0,75

0,80

40

80

-

100

50

330

600

Bijlage 5

Toetsingskader Circulaire bodemsanering AW = achtergrondwaarde S = streefwaarde I = interventiewaarde t.b.v. sanering(-sonderzoek)

voorkomen in:

Grondwater (μg/l opgelost, tenzij anders vermeld)

Grond/sediment (mg/kg droge stof)

Stof/niveau AW

I

S

I

I.

Metalen antimoon (Sb) arseen (As) barium (Ba) cadmium (Cd) chroom (Cr) chroom III chroom VI cobalt (Co) koper (Cu kwik (Hg) kwik (anorganisch) kwik (organisch) lood (Pb) molybdeen (Mo) nikkel (Ni) tin (Sn) vanadium (V) zink (Zn)

4,0 20 0,60 55 15 40 0,15 50 1,5 35 6,5 80 140

22 76 920* 13 180 78 190 190 36 4 530 190 100 720

10 50 0,4 1 20 15 0,05 15 5 15 65

II.

Anorganische verbindingen chloride cyaniden-vrij cyaniden-complex thiocyanaat

3 5,5 6,0

20 50 20

100 (Cl/l) 5 10 -

1500 1500 1500

III.

Aromatische verbindingen benzeen ethylbenzeen tolueen xylenen styreen (vinylbenzeen) fenol cresolen (som) dodecylbenzeen aromatische oplosmiddelen (som)

0,20 0,20 0,20 0,45 0,25 0,25 0,30 0,35 2,5

1,1 110 32 17 86 14 13 -

0,2 4 7 0,2 6 0,2 0,2 -

30 150 1000 70 300 2000 200 -

1,5

40

0,01 0,0007 0,003 0,003 0,0001 0,003 0,0005 0,0003 0,0004 0,0004 -

70 5 5 1 0,5 0,2 0,05 0,05 0,05 0,05

Gechloreerde koolwaterstoffen vinylchloride dichloormethaan 1,1-dichloorethaan 1,2-dichloorethaan 1,1-dichlooretheen 1,2-dichlooretheen (cis- en trans-) dichloorpropanen trichloormethaan (chloroform) 1,1,1-trichloorethaan 1,1,2-trichloorethaan trichlooretheen (Tri) tetrachloormethaan (Tetra) tetrachlooretheen (Per)

0,10 0,10 0,20 0,20 0,30 0,30 0,80 0,25 0,25 0,3 0,25 0,30 0,15

0,1 3,9 15 6,4 0,3 1 2 5,6 15 10 2,5 0,7 8,8

0,01 0,01 7 7 0,01 0,01 0,8 6 0,01 0,01 24 0,01 0,01

5 1000 900 400 10 20 80 400 300 130 500 10 40

monochloorbenzeen dichloorbenzenen trichloorbenzenen tetrachloorbenzenen pentachloorbenzeen hexachloorbenzeen

0,20 2,0 0,015 0,0090 0,0025 0,0085

15 19 11 2,2 6,7 2,0

7 3 0,01 0,01 0,003 0,0009

180 50 10 2,5 1 0,5

monochloorfenolen(som) dichloorfenolen (som) trichloorfenolen (som) tetrachloorfenolen (som) pentachloorfenol

0,045 0,20 0,0030 0,015 0,0030

54 22 22 21 12

0,3 0,2 0,03 0,01 0,04

100 30 10 10 3

PCB's (som 7) chloornaftaleen (som) monochlooranilinen (som) dioxine (som I-TEQ)

0,020 0,070 0,20

1 23 50 0,00018

0,01 -

0,01 6 30 -

-

-

IV.

V.

Polycyclische aromatische waterstoffen (PAK's) naftaleen antraceen fenantreen fluoranteen benzo(a)antraceen chryseen benzo(a)pyreen benzo(ghi)peryleen benzo(k)fluoranteen indeno(1,2,3cd)pyreen PAK (som 10)

pentachlooraniline

20 60 625 6 30 100 75 0,3 75 300 75 800

kool-

0,000055 0,15

-

-

-

* De norm voor barium geldt alleen voor die situaties waarbij duidelijk sprake is van antropogene bodemverontreiniging. Voor overige situaties is de norm voor barium tijdelijk buiten werking gesteld.

Bijlage 5

Toetsingskader Circulaire bodemsanering

voorkomen in:

Grondwater (μg/l opgelost, tenzij anders vermeld)

Grond/sediment (mg/kg droge stof)

Stof/niveau AW VI.

VII.

Bestrijdingsmiddelen chloordaan DDT (som) DDE (som) DDD (som) DDT/DDE/DDD (som) aldrin dieldrin endrin drins (som) -endosulfan -HCH -HCH -HCH (lindaan) HCH-verbindingen (som) heptachloor heptachloorepoxide (som) hexachloorbutadieen organochloorhoudende bestrijdingsmiddelen(som landbodem) azinfos-methyl organotin verbindingen (som) tributyltin (TBT) MCPA atracine carburyl carbofuran 4-chloormethylfenolen (som) niet-chloorhoudende bestr.mid. (som)

Overige verontreinigingen asbest cyclohexanon dimethyl ftalaat diethyl ftalaat di-isobutylftalaat dibutyl ftalaat butyl benzylftalaat dihexyl ftalaat di(2-ethylhexyl)ftalaat ftalaten (som) minerale olie pyridine tetrahydrofuran tetrahydrothiofeen tribroommethaan ethyleenglycol diethyleenglycol acrylonitril formaldehyde isopropanol (2-propanol) methanol butanol (1-butanol) butylacetaat ethylacetaat methyl-tert-butyl ether (MTBE) methylethylketon

I

S

I

0,0200 0,20 0,10 0,020 0,015 0,00090 0,0010 0,0020 0,0030 0,00070 0,0020 0,003 0,40

4 1,7 2,3 34 0,32 4 4 17 1,6 1,2 4 4 -

0,02 ng/l 0,004 ng/l 0,009 ng/l 0,1 ng/l 0,04 ng/l 0,2 ng/l 33 ng/l 8 ng/l 9 ng/l 0,05 0,005 ng/l 0,005 ng/l -

0,2

0,0075 0,15 0,065 0,55 0,035 0,15 0,017 0,60 0,090

2,5 4 0,71 0,45 0,017 -

0,05-16 ng/l 0,02 29 ng/l 2 ng/l 9 ng/l -

0,7 50 150 50 100 -

2,0 0,045 0,045 0,045 0,070 0,070 0,070 0,045 190 0,15 0,45 1,5 0,20 5,0 8,0 2,0 2,5 0,75 3,0 2,0 2,0 2,0 0,20 2,0

100 150 82 53 17 36 48 220 60 5000 11 7 8,8 75 -

0,5 0,5 50 0,5 0,5 0,5 -

15000 5 600 30 300 5000 630 -

0,01 0,1 5 1 0,3 3 -

Bodemtypecorrectie Anorganische verbindingen

Lb = Lst *

a + b * % lut.+ c * % org.st. a + b * 25 + c * 10

Lb is interventiewaarden geldend voor de te beoordelen bodem (mg/kg); Lst is interventiewaarde voor de standaardbodem (mg/kg);% lut. is gemeten percentage lutum in de te beoordelen bodem; % org. st. is gemeten percentage organisch stof in de te beoordelen bodem; A, B en C zijn constantenafhankelijk van de stof; Voor toepassing van de bodemtypecorrectie bij streefwaarden wordt in de bovenstaande formule de interventiewaarde vervangen door streefwaarde.

Bijlage 5

Toetsingskader Circulaire bodemsanering

STOF arseen barium beryllium cadmium chroom cobalt koper kwik lood nikkel tin vanadium zink

a 15 30 8 0,4 50 2 15 0,2 50 10 4 12 50

b 0,4 5 0,9 0,007 2 0,28 0,6 0,0034 1 1 0,6 1,2 3

c 0,4 0 0 0,021 0 0 0,6 0,0017 1 0 0 0 1,5

Organische verbindingen

Lb = Lst *

% org.st. 10

Lb is interventiewaarden geldend voor de te beoordelen bodem (mg/kg); Lst is interventiewaarde voor de standaardbodem (mg/kg); % org. st. is gemeten percentage organisch stof in de te beoordelen bodem; Voor bodems met gemeten organisch stofgehalten van meer dan 30% respecti evelijk minder dan 2%, worden gehalten van respectievelijk 30% en 2% aangehouden. Voor toepassing van de bodemtypecorrectie bij streefwaarden wordt in de bovenstaande formule de interventiewaarde vervangen door streefwaarde.

Nader onderzoek

De tussenwaarde (T) is het toetsingscriterium ten behoeve van een nader onderzoek. Wordt de tussenwaarde overschreden, dan is een nader onderzoek, op korte termijn, noodzakelijk

T is de tussenwaarde; S is de streefwaarde en I is de interventiewaarde.

T = 0,5 * (S + I)

Gemeente Woensdrecht BIJLAGENBUNDEL. Bestemmingsplan. Herontwikkeling Glatt-locatie, Putte

Recommend Documents