Burgerwindcoöperatie Geldermalsen-Neerijnen
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’ als onderdeel van Betuwewind
10 juli 2015
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
Inhoudsopgave
1
Inleiding............................................................................................................................................................ 3 1.1
Indiening principeverzoek ........................................................................................................................ 3
1.2
Overeenkomsten en verschillen met met Windpark Avri ........................................................................ 4
2
Windpark Deil................................................................................................................................................... 5
3
Beleid ............................................................................................................................................................... 7
4
5
6
3.1
Nationaal beleid ........................................................................................................................................ 7
3.2
Provinciaal beleid ...................................................................................................................................... 7
3.3
Gemeentelijk beleid .................................................................................................................................. 7
Projectgeschiedenis ......................................................................................................................................... 8 4.1
Ontwikkelovereenkomst........................................................................................................................... 8
4.2
Recentelijk ................................................................................................................................................ 8
Landschappelijke verkenning ......................................................................................................................... 10 5.1
Samenvatting landschapsvisie ................................................................................................................ 10
5.2
Conclusies uit bewonersbijeenkomsten over de Landschapsvisie ......................................................... 12
Procedure ....................................................................................................................................................... 13 6.1
Anterieure overeenkomst....................................................................................................................... 13
6.2
Milieu effect rapportage en Notitie Reikwijdte en Detail ....................................................................... 13
6.2.1
Combi-m.e.r. .................................................................................................................................... 13
6.2.2
Notitie Reikwijdte en Detailniveau .................................................................................................. 14
6.2.3
Uitgangspunten voor de m.e.r. ........................................................................................................ 14
6.3
Bestemmingsplanwijziging en set van vergunningen en ontheffingen .................................................. 16
6.4
Planning .................................................................................................................................................. 17
7
Participatie en communicatie ........................................................................................................................ 18
8
Presentatie van de samenwerkende ontwikkelaars ...................................................................................... 20
Bijlagen 1. Intentieverklaring voor de realisatie van windenergie bij knooppunt Deil en het Avri-terrein in Neerijnen en Geldermalsen, augustus 2014 2. Ontwikkelovereenkomst windenergie knooppunt Deil en Avri-terrein, maart 2015 3. Veenenbos & Bosch, Landschapsvisie 'Windparken knooppunt Deil en Avri', juni 2015 4. Verslag bewonersbijeenkomsten Landschapsvisie, juni 2015 5. Participatie. Betuwewind: iedereen wint, juli 2015
10 juli 2015 Pagina 2 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
1 1.1
Inleiding Indiening principeverzoek
De Burgerwindcoöperatie Geldermalsen-Neerijnen, Raedthuys, Prodeon, Wind & Co (Yard), Winvast en Staatsbosbeheer zijn voornemens een windpark te realiseren in het zoekgebied rondom het knooppunt Deil in Geldermalsen en Neerijnen, als onderdeel van het project Betuwewind. Betuwewind is het samenwerkingsverband van ontwikkelaars, burgers en overheden. Met dit principeverzoek dienen wij een formeel verzoek in om door middel van een coördinatieregeling voor een bestemmingsplanwijziging en de benodigde vergunningen en ontheffingen medewerking te verlenen aan het realiseren van het windpark Deil. Dit principeverzoek vloeit voort uit de afspraken die reeds gemaakt zijn tussen de gemeenten Geldermalsen en Neerijnen, de provincie Gelderland en de samenwerkende burgers en ontwikkelaars van Windpark Deil, zoals vastgelegd in de ´Ontwikkelovereenkomst windenergie bij knooppunt Deil en het Avri-terrein´ van 9 maart 2015. Zoals afgesproken in deze Ontwikkelovereenkomst wordt het principeverzoek door de initiatiefnemers ingediend bij de beide betrokken gemeentes Geldermalsen en Neerijnen. De provincie Gelderland zal een afschrift ontvangen. Op verzoek van de gemeentes Geldermalsen en Neerijnen zal – zoals opgenomen in de Ontwikkelovereenkomst (artikel 3, punt 9) - de provincie haar bevoegdheden aan hen delegeren. Gedeputeerde Staten zullen, gelet op artikel 9f lid a van de Elektriciteitswet 1998, de gemeenten per brief laten weten dat zij geen toepassing geven aan de coördinatieregeling als aangegeven in artikel 9f, lid 1, van die wet.
Verzoek tot planologische medewerking: Graag vernemen wij van u of u bereid bent tot planologische medewerking door het toepassen van de coördinatieregeling voor een bestemmingsplanwijziging en afgifte van de benodigde (flexibele) vergunningen en ontheffingen voor de realisatie van Windpark Deil.
10 juli 2015 Pagina 3 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
1.2
Overeenkomsten en verschillen met principeverzoek van Windpark Avri
10 juli 2015 Pagina 4 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
2
Windpark Deil
Windpark Deil wordt ontwikkeld rondom het knooppunt Deil; het kruispunt tussen de snelwegen A2 en A15. Dit gebied is door Provincie Gelderland, alsook de betrokken gemeentes aangewezen als gewenst gebied voor windenergie. Volgens de gemeentelijke Windvisie liggen juist in dit gebied kansen voor het plaatsen van windturbines, omdat aaneengesloten woonbebouwing hier niet aanwezig is en er aangesloten kan worden op een herkenbare structuur in het landschap: de Energiecorridor, welke bestaat uit de A15 en de Betuwelijn.
Het windpark zal bestaan uit één of meerdere lijnopstellingen langs de A15 en de Betuwelijn, met een 1 verwacht totaal aantal windturbines tussen de 8 en 11 stuks . Naar verwachting – afhankelijk van het te realiseren windturbinetype – kan per windturbine jaarlijks ongeveer 5 tot 10 miljoen kWh duurzame elektriciteit worden opgewekt. Bij tien turbines zou dat evenveel zijn als het verbruik van ongeveer 15.000 tot 30.000 huishoudens. Geldermalsen, Neerijnen en Tiel hebben samen 33.000 huishoudens. In de Windvisie van Geldermalsen, Neerijnen en Tiel (2013) wordt uitgegaan van de meest rendabele windturbines op dat moment. De ontwikkeling van de techniek heeft sindsdien niet stilgestaan. Op dit moment liggen de meest rendabele windturbines, maar ook de beste windturbines in het kader van het minimaliseren van hinder voor de omgeving, in de klasse 3 tot 5MW. In deze klasse van windturbines is veel geoptimaliseerd om de beste combinatie te realiseren tussen opbrengst en het verminderen van geluidsemissie. De ashoogte van deze windturbines vanaf 3MW bedraagt maximaal 137 meter, de rotordiameter bedraagt maximaal 131 meter. Door het kiezen van deze dimensies van de windturbines voor het milieuonderzoek (MER), wordt de mogelijkheid geschapen om uiteindelijk de beste keuze te maken op het gebied van het minimaliseren van hinder voor de omgeving en een zo goed mogelijke opbrengst. Deze keuze volgt ook de in de gemeentelijke Windvisie gehanteerde gedachte van aansluiten bij de stand der techniek. In de Landschapsvisie 1
De Landschapsvisie (zie hoofdstuk 5) gaat uit van minimaal 9 windturbines. 10 juli 2015 Pagina 5 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
(zie hoofdstuk 5) is voor deze 3MW-klasse gerekend met gemiddelde dimensies van 120 meter hoogte. In het MER wordt van de eerder genoemde maximale dimensies uitgegaan, om uiteindelijk de keuze te kunnen maken voor de meest efficiënte turbine. Als minimumvariant zal worden uitgegaan van windturbines van 100 meter hoogte en een rotor van 100 meter.
10 juli 2015 Pagina 6 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
3
Beleid
De ontwikkeling van Windpark Deil sluit goed aan op het nationale, provinciale en gemeentelijke beleid voor windenergie.
3.1
Nationaal beleid
Met de plaatsing van windturbines wordt een bijdrage geleverd aan het nationale belang voor transitie naar een duurzame, hernieuwbare energievoorziening. Het plan draagt bij aan de doorgroei van windenergie op land tot 6.000MW in 2020.
3.2
Provinciaal beleid
Met de plaatsing van windturbines wordt tegemoet gekomen aan de provinciale beleidskeuze om energietransitie te realiseren. Het gebied rondom knooppunt Deil is door de provincie aangewezen als windenergielocatie. Het windpark telt mee voor de door de provincie met het Rijk overeengekomen taakstelling van minstens 230,5MW in 2020.
3.3
Gemeentelijk beleid
De gemeenten Geldermalsen, Neerijnen en Tiel hebben in juli 2013 de ‘Visie Windturbines in Geldermalsen, Neerijnen en Tiel’ opgesteld. In de visie zijn voorkeurslocaties voor de ontwikkeling van windenergie aangewezen. Onder andere betreft dit het gebied langs de A15 en Betuwelijn, tussen de Boutensteinseweg/Marijkestraat ende spoorlijn Utrecht-Den Bosch. Met de zoekzone rondom het knooppunt Deil, waarbij het noordoostelijke kwadrant is opgenomen als reservering, is de verwachting dat er ruimte is voor de realisatie van 30MW opgesteld vermogen windenergie.
10 juli 2015 Pagina 7 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
4 4.1
Projectgeschiedenis Ontwikkelovereenkomst
De in maart 2015 ondertekende Ontwikkelovereenkomst tussen de overheden en samenwerkende burgers en ontwikkelaars vormt het vertrekpunt van dit principeverzoek. In artikel 1 van de overeenkomst staat het doel ervan beschreven: ‘Partijen maken nadere afspraken over de uitvoering van de intentieverklaring om te komen tot een realiseerbaar projectplan voor windenergie’. Conform artikel 3 van de overeenkomst is een gezamenlijke landschappelijke verkenning uitgevoerd voor Knooppunt Deil en Avri-terrein samen. Voor beide locaties wordt afzonderlijk een principeverzoek ingediend met een uitgewerkt projectplan, ‘een uiteenzetting van de globale uitwerking van het windpark gebaseerd op de landschappelijke verkenning, een draagvlaktoetsing bij de inwoners en de daaruit afgeleide concept turbineopstelling van de gezamenlijke initiatiefnemers’ . In hoofdstuk 5 wordt hier voor Deil nader op in gegaan. In het geval de gemeenten Geldermalsen en Neerijnen, naar aanleiding van dit verzoek, een positief principebesluit voor planologische medewerking hebben genomen, starten zij met ‘het aanpassen van de geldende bestemmingsplannen. De gemeenten zullen hiervoor het principeverzoek ook voorleggen aan de gemeenteraden. Ingezet zal worden op een partiële herziening (ex art. 3.1 Wro) van de ter plaatse geldende bestemmingsplannen’. ‘Uiterlijk 4 weken na een positief besluit op dit principeverzoek zal een anterieure overeenkomst tussen de gezamenlijke initiatiefnemers en de beide gemeentes worden overeengekomen’, staat verder in de Ontwikkelovereenkomst. ‘In deze anterieure overeenkomst zullen afspraken met betrekking tot de planprocedures en het vergunningentraject worden vastgelegd. De overheden geven hiermee invulling aan het bepaalde in artikel 6.12 Wro (wettelijke verplichting tot kostenverhaal)’. Beide gemeenten voeren de daarvoor benodigde procedures onder eigen verantwoordelijkheid uit, maar in onderlinge afstemming en rekening houdend (binnen de kaders van de geldende wet- en regelgeving) met de afspraken in de Ontwikkelovereenkomst.
4.2
Recentelijk
De gemeenten Neerijnen en Geldermalsen hebben samen met de provincie Gelderland besloten om, zoals in de Intentieverklaring van oktober 2013 is omschreven , besloten om het traject voor realisatie van windenergie binnen de uitgangspunten van de Visie windturbines te stroomlijnen. Daarbij worden door de overheden de betrokken ontwikkelaars en de lokale burgerinitiatieven betrokken. Dat heeft (maart 2015) geleid tot de genoemde Ontwikkelovereenkomst tussen de beide gemeenten, de provincie, de ontwikkelaars Prodeon, Yard (Wind & Co), Raedthuys en Winvast en de eind 2014 opgerichte Burgerwindcoöperatie Geldermalsen-Neerijnen. Ook Staatsbosbeheer is bij de ontwikkeling betrokken. Daarmee wordt invulling gegeven aan de Windvisie die door de gemeenteraden van Neerijnen en Geldermalsen in juli 2013 is vastgesteld en wordt een bijdrage geleverd aan de taakstelling voor windenergie van de Provincie Gelderland. Buiten het windpark rond het verkeersknooppunt Deil, waarvoor dit principeverzoek geldt, ging het in de afspraken ook om het oostelijker gelegen Avri-terrein (ca. 8 MW).
10 juli 2015 Pagina 8 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
Streekplan De locatie Molenveld, gelegen in de zuidoost hoek van het knooppunt Deil, werd in 2005 al als zoekzone aangewezen in het Streekplan van de provincie Gelderland. In april 2008 werd het Molenveld door de samenwerkende gemeenten Neerijnen, Tiel en Geldermalsen in een kaderstellende notitie (‘Windenergie in Neerijnen, Kaderstellende notitie locatie Molenveld’) aangewezen als voorkeurslocatie. Daarin werd een aantal scenario’s uitgewerkt op basis van eerder landschappelijk onderzoek door bureau Bosch & Van Rijn. Voor Molenveld golden toen nog hoogtebeperkingen door de radarpost van de luchtverkeersleiding in Herwijnen. Eind 2011 is deze radarpost vervallen waardoor er op deze locatie windturbines gerealiseerd kunnen worden. Verschillende partijen hebben in de periode daarvoor geprobeerd in het gebied een ontwikkeling op gang te brengen. Nadat deze pogingen in de loop van 2011 werden beëindigd, heeft Prodeon vanaf de zomer 2011 voor het Molenveld de draad opgepakt. Vergunningaanvraag Molenveld Voor de locatie Molenveld heeft Prodeon in april 2012 een principeverzoek ingediend voor de plaatsing van 9 tot 12 windturbines. Naar aanleiding van dit principeverzoek is zowel door het College van Burgemeester en Wethouders als de Gemeenteraad van Neerijnen aangegeven dat er een voorkeur bestaat voor een lijnopstelling van vier tot vijf windturbines aan de noordkant van het Molenveld, parallel aan de A15. Op 31 oktober 2012 heeft Prodeon daarop een vergunningsaanvraag ingediend voor een lijnopstelling van vier windturbines aan de noordkant van het Molenveld, parallel aan de A15. Na deze vergunningsaanvraag door Prodeon, heeft ook Winvast in november 2012 een vergunningsaanvraag ingediend, bij de provincie, voor hetzelfde deel in het Molenveld en tevens voor windturbines in één lijn langs de A15. Voor het zuidwestelijke kwadrant zijn begin 2013 principeverzoeken ingediend door Raedthuys, Wind & Co en Staatsbosbeheer Samenwerking Vanwege de verschillende initiatieven (principeverzoeken en vergunningsaanvragen) rond knooppunt Deil hebben de betrokken gemeentes (Geldermalsen, Neerijnen en Tiel) besloten een Windvisie vast te stellen waaraan vergunningsaanvragen voor het gebied konden worden getoetst. Nadat de Windvisie in juli 2013 door Geldermalsen en Neerijnen was vastgesteld (Tiel steunde de Windvisie), konden de vergunningsaanvragen van Prodeon en Winvast in behandeling worden genomen. Dit gebeurde echter wederom niet. Vanwege de vele initiatieven hebben de gemeentes gezamenlijk met de provincie in september 2013 het initiatief genomen om een traject te starten voor een samenwerking tussen alle initiatiefnemers en enkele burgerorganisaties in de regio (die zich verenigden in de Burgerwindcoöperatie Geldermalsen-Neerijnen.. De gesprekken tussen de vier private partijen, de coöperatie en Staatsbosbeheer met de overheden hebben geleid tot een Intentieverklaring halverwege 2014 en een Ontwikkelovereenkomst (maart 2015). Dit principeverzoek bouwt verder op deze Ontwikkelovereenkomst. De gezamenlijke initiatiefnemers hebben recentelijk overeenstemming bereikt over de vervolgstappen, waaronder een gezamenlijke vergunningaanvraag, het gezamenlijk oppakken van de communicatie naar het gebied en een gezamenlijk aanbod voor participatie. Door partijen (inclusief overheden) is overeengekomen dat eind augustus 2015 een Samenwerkingsovereenkomst zal worden getekend.
10 juli 2015 Pagina 9 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
5 5.1
Landschappelijke verkenning Samenvatting landschapsvisie
De Landschapsvisie (juni 2015), welke is opgesteld door Veenenbos & Bosch in nauwe samenwerking met de provincie Gelderland, de gemeenten Geldermalsen en Neerijnen en de ontwikkelende partijen, vormt de basis voor de landschappelijke inpassing voor de verdere ontwikkeling van de windparken bij knooppunt Deil en Avri. De Landschapsvisie geeft daarbij richting aan kansrijke opstellingsvarianten. Met deze Landschapsvisie is voldaan aan artikel 2 van de Ontwikkelovereenkomst. Windvisies De Landschapsvisie borduurt voort op de uitgangspunten van de Windvisie van de provincie Gelderland (april 2014) en de Windvisie van de gemeentes Geldermalsen, Neerijnen en Tiel (juli 2013). De beoogde locaties bij knooppunt Deil en de Avri komen in beide visies terug als voorkeurslocaties. Landschap De beoogde locaties zijn landschappelijk erg verschillend. Windpark Deil ligt in het knooppunt van de A15, de A2 en de Betuwelijn, omringd door groen. Windpark Avri is gepland op en rondom de voormalige stortplaats van de Avri, een meer industrieel karakter. Echter, beide locaties liggen parallel aan de A15 en de Betuwelijn, de zogenaamde energiecorridor. Uitgangspunten Mede op basis van de doelstellingen ten aanzien van opgesteld vermogen, maar ook de dimensionering van de huidige windturbines wordt in de Landschapsvisie uitgegaan van windturbines met een ashoogte van ongeveer 120m en een rotordiameter van ongeveer 120m. Het vermogen van een deze windturbines ligt rond de 3 MW. Voor de inpassing van windturbines is het van belang dat voldoende afstand wordt aangehouden tot infrastructuur, transport- en buisleidingen en woningen. Tevens dient tussen de windturbines een afstand van zo’n 400 m te worden aangehouden. Een belangrijk uitgangspunt vormt de aanwezigheid van het gebied rondom de Waardenburger eendenkooi. Dit gebied is recentelijk toegevoegd aan het Gelders Natuurnetwerk (GNN). Voor ontwikkelingen binnen dit GNN geldt – volgens de omschrijving uit de Landschapsvisie - het ‘nee, tenzij’ principe. Plaatsing van windturbines in dit GNN is dus niet onmogelijk, waarbij geldt dat er bij redenen van groot openbaar belang een uitzondering wordt gemaakt, waarbij eventuele significante negatieve effecten eventueel dienen te worden gecompenseerd. Energiecorridor De dragende landschappelijke structuur voor de windparken bij knooppunt Deil en de Avri is de combinatie van de A15 en de Betuwelijn. Door de windparken te koppelen aan deze stevige bundel infrastructuur ontstaat de Energiecorridor, een etalage voor duurzame energie. Langs de A15 en de Betuwelijn staan diverse windparken. Deze, en ook de toekomstig geplande windparken, staan vrijwel allen in enkele lijnopstellingen aan één zijde van de corridor, in relatief open landschap. Variantenstudie Ook voor de locatie bij knooppunt Deil ligt een lijnopstelling voor de hand. Er worden minimaal negen windturbines voorzien. Hiertoe is het nodig om meer dan één kwadrant van het knooppunt te benutten. Gezien de beperkte ruimte in het noordwest kwadrant, zijn de kansrijke opstellingsvarianten in de andere drie kwadranten ingetekend.
10 juli 2015 Pagina 10 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
De Landschapsvisie schetst daartoe drie varianten: Variant A met als uitgangspunt twee kortere lijnen aan beide zijden van de A15 (turbines aan zuidwest en noordoostzijde van het knooppunt).
Variant B met als uitgangspunt een lange ononderbroken lijnopstelling aan de zuidzijde. Hier gaat het om 11 windturbines (6 west, 5 oost).
Variant C met als uitgangspunt een ´onderbroken´ lijnopstelling aan de zuidzijde (Poortwerking voor verkeer op de A2).
10 juli 2015 Pagina 11 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
5.2
Conclusies uit bewonersbijeenkomsten over de Landschapsvisie
De Landschapsvisie is in maart 2015 tijdens vier bijeenkomsten gepresenteerd en besproken met bewoners in het gebied. Daaraan hebben ruim 200 bewoners deelgenomen. Met deze bijeenkomsten is voldaan aan de draagvlaktoetsing (gebiedsconsultatie) zoals genoemd in de Ontwikkelovereenkomst (artikel 2, punt 2). Uit het verslag van de bijeenkomsten (opgenomen als bijlage) blijkt dat de aanwezige omwonenden de uitkomsten van de landschapsvisie accepteren. Wel zijn er veel algemene vragen over windenergie en kritische vragen over mogelijke overlast en de vraag in hoeverre met de belangen van direct omwonenden rekening wordt gehouden. Er wordt onder meer bepleit de opstelling van de turbines zo te kiezen dat er zo weinig mogelijk hinder is op het gebied van geluid en slagschaduw. Tijdens de bijeenkomsten gaf een aantal bezoekers aan in het gebied helemaal geen windturbines te willen, ook bij geen overlast en als de mogelijkheden om te participeren optimaal zijn. De ontwikkelaars zullen trachten deze groep zoveel als mogelijk te betrekken in het vervolgproces; een en ander zal te zijner tijd verder worden uitgewerkt in het participatieplan. Daarmee blijkt uit de consulatie dat de uitgangspunten van de Landschapsvisie voldoende gedragen worden. In de nadere uitwerking voor het MER zal met input uit de consultatie rekening worden gehouden (overlast zoveel mogelijk beperken), net als bij de invulling van de participatie.
10 juli 2015 Pagina 12 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
6
Procedure
6.1
Anterieure overeenkomst
Een anterieure overeenkomst heeft tot doel het vastleggen van afspraken tussen een overheid en een particuliere partij over het ontwikkelen van een bepaald perceel, waarbij de private partij voor eigen rekening en risico gaat ontwikkelen. Een anterieure overeenkomst is de privaatrechtelijke overeenkomst, waarin de exploitant zich verplicht tot het betalen van een bijdrage in de kosten (bijvoorbeeld kosten voor de aanleg van wegen of openbare voorzieningen, kosten voor aanpassing bestemmingsplan e.d.) die door de gemeente gemaakt moeten worden om de grondexploitatie mogelijk te maken. Er is afgesproken dat een dergelijke anterieure overeenkomst opgesteld gaat worden. De gezamenlijke initiatiefnemers zullen hiertoe een concept voorbereiden. Dit concept zal na het formele besluit op dit principeverzoek verder worden uitgewerkt in samenspraak met de beide gemeentes en de Provincie Gelderland.
6.2
Milieu effect rapportage en de Notitie Reikwijdte en Detailniveau
Voor de realisatie van Windpark Deil zijn een aantal vergunningen en een ruimtelijk plan nodig. Zo is in ieder geval een Omgevingsvergunning benodigd. Ook dient het windpark ruimtelijk mogelijk gemaakt te worden in het kader van de Wet op de ruimtelijke ordening (bestemmingsplan). Voor de bestemmingsplanwijziging en de omgevingsvergunning wordt een milieueffectrapportage (m.e.r.) opgesteld. Daarbij wordt onderscheid gemaakt naar plan-m.e.r. en project-m.e.r.. Een plan-m.e.r. heeft betrekking op de plannen waarin de locatie van het windpark (activiteit met potentieel aanzienlijke effecten) worden aangewezen en een project-m.e.r. op besluiten die de realisatie van het windpark mogelijk maken. MER en m.e.r. Binnen de m.e.r.-procedure worden de volgende afkortingen gebruikt: de m.e.r. en het MER. De m.e.r. duidt de procedure van milieueffectrapportage van begin tot eind aan: het onderzoek, de inspraak en alle bijkomende adviezen en dergelijke. De afkorting MER staat voor het eindproduct, het milieueffectrapport.
6.2.1 Combi-m.e.r. Indien een ruimtelijk plan (in dit geval dus het bestemmingsplan) wordt aangepast om een activiteit mogelijk te maken waarvoor een m.e.r.-plicht of m.e.r.-beoordelingsplicht geldt, is voor het bestemmingsplan het doorlopen van een plan-m.e.r. procedure vereist. Het plan-MER beschouwt de mogelijke milieueffecten van het bestemmingsplan. Een windpark met een potentieel aanzienlijk milieueffect (bijvoorbeeld meer dan circa 15 MW of meer dan circa 9 windturbines) is m.e.r.-beoordelingsplichtig. Dit houdt in dat het bevoegd gezag na beoordeling van de mogelijke milieueffecten kan besluiten dat een project-MER opgesteld dient te worden ten behoeve van de benodigde besluiten (de omgevingsvergunning). In het kader van deze beoordelingsplicht, is door de gezamenlijke initiatiefnemers gekozen om de beoordeling over het al dan niet uitvoeren van een m.e.r. van het bevoegd gezag niet af te wachten, maar direct de procedure van een m.e.r. te doorlopen. Daardoor is een beoordeling over de toegevoegde waarde van een m.e.r. niet meer noodzakelijk. Voor Windpark Deil is gekozen dat de procedures voor het project-m.e.r. en het plan-m.e.r. gecombineerd en gelijktijdig worden doorlopen en ook dat één gecombineerd MER wordt gemaakt. Het bovenstaande wordt hierna beknopt aangeduid met de term ‘combinatieprocedure en het gecombineerd MER met de term ‘combiMER’.
10 juli 2015 Pagina 13 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
6.2.2 Notitie Reikwijdte en Detailniveau Een Notitie Reikwijdte en Detailniveau (kort NRD) is de eerste stap in de m.e.r.-procedure voor een windpark. In deze stap (ook vaak Startnotitie genoemd) zal het project nader worden toegelicht, worden de verschillende voorgenomen opstellingsvarianten voor het MER beschreven en wordt een onderzoeksagenda opgesteld. De informatie over reikwijdte en detailniveau kan op deze manier door insprekers, bestuurlijke organen en overige adviseurs (waaronder de Commissie voor de m.e.r.) gebruikt worden om een gedetailleerder advies te geven over wat in het MER onderzocht zou moeten worden. Een andere belangrijke reden voor het opstellen van een Notitie Reikwijdte en Detailniveau is het betrekken van de verschillende betrokken partijen bij het project. Hiermee wordt een transparant proces beoogd, waarbij een ieder zijn mening kan geven over het project en de eventuele wens om specifieke onderzoeken mee te nemen in het milieutechnisch onderzoek. Een conceptnotitie Reikwijdte en Detailniveau zal ter inzage worden gelegd, waarbij eenieder in de gelegenheid wordt gesteld om zienswijzen ten aanzien van de in het MER te onderzoeken aspecten kenbaar te maken. De conceptnotitie wordt ook voorgelegd aan alle adviseurs en bestuursorganen die op grond van de wet geraadpleegd moeten worden over de reikwijdte en detailniveau van het MER. Het raadplegen van de Commissie m.e.r. is in deze fase niet verplicht, maar de gezamenlijke initiatiefnemers kiezen er toch voor om de Commissie m.e.r. een advies te laten uitbrengen. Bij het opstellen van het MER zal zoveel mogelijk rekening gehouden worden met de ingediende zienswijzen, de reacties van betrokken bestuursorganen en het advies van de Commissie m.e.r. 6.2.3 Uitgangspunten voor de m.e.r. Een belangrijk aandachtspunt in het onderzoek naar milieueffecten is - onder meer - de aanwezigheid van de Waardenburger eendenkooi en het Gelders Natuur Netwerk (GNN). Door onderzoek te doen naar de mogelijkheden voor de plaatsing van windturbines aan de rand van het GNN kunnen de effecten daarvan afgewogen worden in relatie tot met name de effecten van geluid op omwonenden. Eventuele effecten zullen uit de varianten in opstelling in de toekomstige m.e.r. blijken. Plaatsing binnen (en aan de rand van) het GNN kan te overwegen zijn als dit bijvoorbeeld de hinder voor omwonenden minimaliseert of landschappelijk gezien betere opstelling kan worden gekozen. In de Landschapsvisie is geconcludeerd dat een lijnopstelling langs te Energiecorridor voor de hand ligt. Dit is een belangrijk uitgangspunt voor de keuze van de opstellingsvarianten in het milieutechnisch onderzoek. Alle drie de kansrijke varianten uit de Landschapsvisie zullen in het combi-m.e.r. worden onderzocht. Echter, één van de drie kansrijke varianten (zie bovenstaand) welke wordt geschetst in de Landschapsvisie, namelijk variant A, heeft niet de voorkeur voor de gezamenlijke initiatiefnemers. De belangrijkste argumenten hiervoor zijn: (a) het feit dat windturbines hier ook worden gepland in het noordoostelijke kwadrant, een kwadrant waar in verhouding meer woningen, dichter op de opstelling zijn gesitueerd en hier meer hinder voor de omwonenden voor de hand ligt, (b) het feit dat in deze variant gebruik wordt gemaakt van het benoemde reservegebied in de gemeentelijke windvisie (het noordoostelijke kwadrant) en (c) dat de initiatiefnemers deze gronden niet ter beschikking hebben en daarom een deel van deze variant A niet realistisch uitvoerbaar is voor een mogelijk voorkeursalternatief (VKA) voor de verdere procedure. Voor het windpark rondom knooppunt Deil geven de gezamenlijke initiatiefnemers de voorkeur aan het ontwikkelen van een lijnopstelling aan de zuidkant van de Energiecorridor. Een dergelijke lijnopstelling geeft een rustig beeld vanuit de omgeving en door de zuidelijke kwadranten te kiezen voor de opstelling zal naar verwachting de minste hinder optreden voor de omwonenden. Aan de drie kansrijke varianten vanuit de Landschapsvisie voegen de initiatiefnemers, ten behoeve van het verkrijgen van duidelijke conclusies uit het milieutechnisch onderzoek, een 4de variant toe, namelijk een variant met 10 windturbines ten zuiden van de A15, 5 aan de westzijde en 5 aan de oostzijde van de A2. Dat wil zeggen dat in het combi-m.e.r. de vier onderstaande opstellingsvarianten onderzocht worden, waarbij dus moet worden aangetekend dat opstellingsvariant A niet de voorkeur heeft om eerder genoemde redenen . In de toekomstige procedure zal daarom nog worden bezien of en in hoeverre deze variant een plaats krijgt in het project-MER gedeelte van het combi-MER. Dit zal in overleg met Bevoegd Gezag en de Commissie m.e.r. worden bepaald. 10 juli 2015 Pagina 14 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
In de Landschapsvisie is gewerkt met landschappelijke principes die vertaald zijn naar globale opstellingen, niet met de exacte coördinaten waar de windturbines komen te staan. In de uitwerking voor de combi-m.e.r. zullen deze principeopstellingen daarom worden vertaald naar concrete opstellingen met plaatsingscoördinaten. Opstellingsvariant A Dit betreft een tweetal kortere lijnopstellingen in het zuidwestelijke- en noordoostelijke kwadrant ten opzichte van knooppunt Deil, conform variant A uit de Landschapsvisie. In het zuidwesten betreft dit een korte lijnopstelling van 5 windturbines, en het noordoosten een korte lijnopstelling bestaande uit 4 windturbines. Opstellingsvariant B Dit betreft een lijnopstelling ten zuiden van de Energiecorridor conform de uitgangspunten van variant B uit de Landschapsvisie, namelijk een doorlopende lijn bestaande uit 11 windturbines: vijf aan de oostzijde van de A2 en zes aan de westzijde van de A2. Opstellingsvariant C Dit betreft een onderbroken lijnopstelling ten zuiden van de Energiecorridor conform de uitgangspunten van variant C uit de Landschapsvisie, namelijk twee korte lijnopstellingen aan weerszijde van de A2: vier aan de westzijde en vijf aan de oostzijde. Opstellingsvariant D (nieuw) Aan de drie kansrijke varianten vanuit de Landschapsvisie voegen de initiatiefnemers, ten behoeve van het verkrijgen van duidelijke conclusies uit het milieutechnisch onderzoek, een 4de variant toe, namelijk een variant met 10 windturbines ten zuiden van de A15: 5 aan de westzijde en 5 aan de oostzijde van de A2. Dit betreft een lijnopstelling ten zuiden van de Energiecorridor bestaande uit 10 windturbines, vijf aan elke zijde van de A2. Deze opstelling wordt zodanig gekozen dat bij deze variant niet wordt gebouwd in het GNN. Daarmee voldoet deze opstelling ook aan het uitgangspunt uit de Landschapsvisie (p 34) om turbines zoveel mogelijk buiten het GNN en het verdichte landschap rondom de eendenkooi te plaatsen. Daarnaast is er bij de inpassing wellicht minder risico vanwege externe veiligheid (afstand tot diverse leidingen). Voor geluid is het zinvol deze variant te vergelijken met varianten waarbij ook deels binnen het GNN wordt gebouwd. Zo kan beter worden beoordeeld in welke varianten de mate van belasting van woningen het minst is (mate van geluidsbelasting van woningen op een afstand van 500-700 meter die mogelijk geluidkritisch zijn); dit zeker gezien de geuite wens tijdens de bewonersconsultatie om overlast door geluid zoveel mogelijk te voorkomen. Door deze opstellingsvariant mee te nemen in de milieueffectrapportage kunnen deze uitgangspunten getoetst worden en vergeleken met de andere varianten. Zie onderstaande kaart voor de extra opstellingsvariant D.
10 juli 2015 Pagina 15 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
Opstellingsvariant D
Het windpark Deil is gepland op grondgebied van de gemeenten Neerijnen en Geldermalsen. Hoeveel turbines in elk van de gemeentes gebouwd zouden kunnen worden, verschilt per opstellingsvariant. Die verdeling is in deze fase nog niet duidelijk aan te geven, omdat posities nog kunnen schuiven. In variant A (totaal 9 turbines) gaat het om 5 tot 6 turbines in Geldermalsen en 3 tot 4 in Neerijnen; In variant B (totaal 11 turbines) 0-2 Geldermalsen en 9-11 Neerijnen; In variant C (totaal 9 turbines) 0-2 Geldermalsen en 7-9 Neerijnen; In variant D (totaal 10 turbines) 3 Geldermalsen en 7 Neerijnen.
6.3
Bestemmingsplanwijziging en set van vergunningen en ontheffingen
Voor het vervolgtraject verzoeken ontwikkelaars de gemeenten om de wijziging bestemmingsplan en afgifte van de omgevingsvergunning (en eventueel andere vergunningen/ontheffingen) te combineren, zoals ook als uitgangspunt is opgenomen in de Ontwikkelovereenkomst (artikel 3, 8e bullit). Ontwikkelaars verzoeken de gemeente in het principebesluit uit te spreken dat van een zogenaamde flexibele omgevingsvergunning zal worden uitgegaan. Met deze flexibiliteit wordt bedoeld dat de vergunning aan kan worden gevraagd (en kan worden afgegeven) zonder een specifiek windturbine type en/of vaste dimensies.
10 juli 2015 Pagina 16 van 22
Burgerwindcoöperatie Geldermalsen-Neerijnen
6.4
Planning
Met de huidige inzichten ziet de vervolgplanning er als volgt uit:
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
7
Participatie en communicatie
Een goede communicatie met en participatie door de betrokken bewoners in de omgeving is van wezenlijk belang. De gemeentelijke windvisie vereist ook burgerparticipatie als onderdeel van het project en vereist de vorming van een ‘gebiedsfonds’. Participatie wordt in het project Deil als volgt vormgegeven. Invloed en zeggenschap van burgers De burgerwindcoöperatie heeft initieel een aandeel van 5% om niet verkregen van de andere ontwikkelaars ten behoeve van het creëren van een vehikel voor de omwonenden/belanghebbenden en heeft momenteel een 25% eigendomsbelang in de ontwikkeling van het windpark. Met dit belang heeft de burgerwindcoöperatie zeggenschap in de ontwikkeling en zal uiteindelijk profiteren van het rendement. Uiteraard hebben bewoners invloed via de normale procedures die door de gemeente worden gevoerd, maar door lid te worden kunnen burgers ‘van binnenuit’ invloed op het project uitoefenen. De Burgerwindcoöperatie is dagelijks betrokken bij de ontwikkeling en is verantwoordelijk voor communicatie met de bewoners in de omgeving. Alle burgers van de omliggende gemeenten kunnen lid worden en mee investeren in (de ontwikkeling van) het windpark. In de algemene vergadering van de coöperatie heeft elk lid één stem en kan dus meepraten en meedenken over de ontwikkeling van het park, en over de besteding van de toekomstige winst van de coöperatie. De burgerwindcoöperatie streeft voor de deelname in het windpark naar een rendement van circa 5% voor haar leden. Het overige rendement dat het windpark genereert voor de burgerwindcoöperatie wordt gebruikt voor lokale duurzame initiatieven en nieuwe projecten. Om dit gewenste rendement voor de leden van de coöperatie te bereiken zal circa tweederde van het dividend uitgekeerd worden aan de leden, waarna circa een derde overblijft voor nieuwe lokale duurzame initiatieven. De burgerwindcoöperatie heeft binnen het project ook de verantwoordelijkheid voor communicatie met de omwonenden en zal contact houden met omwonenden over mogelijke overlast en mogelijke kansen die de ontwikkeling voor de omgeving heeft. Bijlage 5 bevat het Participatie en communicatieplan Betuwewind. Gebiedsgericht budget Voor het gebiedsfonds en andere vergoedingen voor de directe omgeving is € 0,50 beschikbaar per door het windpark opgewekte MWh, conform de ‘Gedragscode draagvlak en participatie wind op land’ van NWEA en 2 een aantal maatschappelijke organisaties. Jaarlijks zal Windpark Deil circa € 25.000 tot € 50.000 beschikbaar hebben. De daadwerkelijke hoogte van de bijdrage aan het gebiedsfonds is afhankelijk van het aantal en type van de uiteindelijke windturbine en het windaanbod in een betreffend jaar. Over de 20 jarige levensduur van het windpark zal er dus totaal circa € 500.000 tot € 1.000.000 beschikbaar komen. Een deel hiervan kan gebruikt worden voor directe financiële tegemoetkoming van omwonenden die een merkbare, bovenproportionele verhoging van het omgevingsgeluidsniveau zullen ondergaan. Hierbij wordt
2
De ‘Gedragscode draagvlak en participatie wind op land’ is in 2014 opgesteld en ondertekend door de Nederlandse Wind Energie Associatie (NWEA), de Stichting Natuur en Milieu, de samenwerkende provinciale milieufederaties en Greenpeace Nederland. Zie verder http://www.nwea.nl/Gedragscode 10 juli 2015 Pagina 18 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
rekening gehouden met de bestaande geluidsbronnen, zoals de A2/A15 en de diverse sporen. De vergoeding zal bijvoorbeeld bestaan uit een hoeveelheid gratis stroom, afhankelijk van de feitelijke opbrengst van het windpark. Het grotere deel van het beschikbare budget zal in een gebiedsfonds gestort worden (waarschijnlijk samen met windpark Avri), waaruit maatschappelijke projecten in de omgeving gefinancierd kunnen worden. De eventuele verdeling tussen directe compensatie van omwonenden en het gebiedsfonds zal in dialoog met de omgeving worden vastgesteld. Het beheer van het fonds zal door een onafhankelijke rechtsvorm en bestuur gedaan worden op basis van doelstellingen die zijn goedgekeurd door de gemeenten en projectontwikkelaars. Onroerend zaakbelasting (OZB) Windturbines zijn onroerende zaken en zijn als zodanig onderhevig aan het jaarlijks betalen van OZB. Jaarlijks zal gemiddeld ongeveer € 10.000 per windturbine aan OZB betaald worden, ofwel circa € 100.000 voor het windpark. Over een levensduur van 20 jaar loopt dit op tot circa € 2.000.000 euro dat aan OZB extra in de gemeentekas vloeit, waarvan de ontwikkelaars zich kunnen voorstellen dat de overheden een deel daarvan toevoegen aan het gebiedsfonds. Communicatie De bevolking en politiek van de gemeentes Geldermalsen en Neerijnen staan in principe positief tegenover windmolens en ook tegenover de locatie Deil (zie verslag bewonersavonden in bijlage 3, Participatie Betuwewind). Echter, onder direct omwonenden is er ook weerstand omdat men een verslechtering van de woonomgeving vreest of bang is voor overlast. Het project zal via het MER concreet in kaart brengen wat de feitelijke belasting van geluid en slagschaduw is en dat in samenhang met andere geluidsbronnen en landschappelijke objecten (invloed op geluid en slagschaduw), zodat individuele burgers weten waar ze aan toe zijn, kunnen inschatten wat ze werkelijk zullen merken van de turbines en kunnen checken of dit binnen de wettelijke normen blijft. Voor slagschaduw wordt voor de omwonenden een slagschaduwkalender opgesteld en de kritische momenten zullen worden besproken met bewoners om de overlast te beperken. Gebiedsontwikkeling Project Betuwewind vindt een optimale leefomgeving van groot belang. Tijdens de ontwikkeling zullen partijen binnen het project zich actief inzetten voor het verbinden van verschillende dossiers die met de leefbaarheid van het gebied te maken hebben, zoals de verkeerssituatie, recreatieve mogelijkheden, landschappelijke kwaliteit etc. Bovendien zal Staatsbosbeheer in zijn hoedanigheid als eigenaar van gronden waarop een deel van de windturbines voorzien zijn, een deel van de opbrengst benutten om de natuur- en recreatiewaarden in het gebied te versterken. Lokale aanbesteding Bij de bouw van het windpark zullen waar mogelijk lokale aanbieders van diensten de voorkeur genieten mits dit tegen marktconforme condities kan plaatsvinden. Stroom lokaal beschikbaar Betuwewind zal zich inzetten om de levering van de stroom in de omgeving tegen een gunstig tarief mogelijk te maken.
10 juli 2015 Pagina 19 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
8
Presentatie van de samenwerkende ontwikkelaars
Burgerwindcoöperatie Geldermalsen-Neerijnen B.A. Burgerwindcoöperatie Geldermalsen Neerijnen is een coöperatieve vereniging opgericht op initiatief van coöperatie 11duurzaam U.A. en Stichting Dirk de Derde met als doel in de Betuwe de opwek van duurzame stroom op basis van burgerparticipatie te bevorderen. Zij doet dit door burgers de gelegenheid te geven lid te worden en mee te investeren in de coöperatie die op haar beurt weer deelneemt in de ontwikkeling van de windparken Deil en Avri, samen Betuwewind genoemd. Leden van de coöperatie hebben een stem in de algemene vergadering en kunnen actief worden in werkgroepen en in het bestuur. Iedere burger kan lid worden door een inleg van € 50 in het vermogen van de vereniging. Daarnaast kunnen leden geld lenen t.b.v. de ontwikkeling en bouw van de windparken en zullen daar een vergoeding voor ontvangen afhankelijk van het financiële resultaat. De hoogte van de vergoeding wordt jaarlijks door de algemene ledenvergadering bepaald. Prodeon Prodeon is sinds 2004 actief in hernieuwbare energie, als ontwikkelaar, bouwer en exploitant van windparken en biogasinstallaties in Nederland. Ook levert Prodeon adviesdiensten en is actief met grootschalige projecten voor zonne-energie. Met haar activiteiten wil Prodeon een bijdrage leveren aan de energievoorziening van de toekomst, gebaseerd op hernieuwbare bronnen. Dat is volgens Prodeon noodzakelijk vanuit oogpunt van duurzaamheid, leveringszekerheid en betaalbaarheid van onze energievoorziening op langere termijn. Prodeon werkt daarbij bij voorkeur samen met anderen, zoals lokale belanghebbenden, onder het motto ´Samen voor duurzame energie´. Elk project is anders. Ook daarom is lokale betrokkenheid van grondeigenaren, bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en omwonenden een belangrijk uitgangspunt, evenals een goede samenwerking met gemeentelijke en provinciale overheden. In 2012 diende Prodeon al een principeverzoek in gevolgd door een vergunningsaanvraag voor de ontwikkeling van vier windturbines in de zuidoosthoek van knooppunt Deil op grondgebied van de gemeente Neerijnen.
Raedthuys Pure Energie Raedthuys Pure Energie draagt zorg voor betrouwbare, betaalbare en duurzame energie. Uniek aan Raedthuys is het totaalconcept: de expertise beslaat het gehele spectrum van onderzoek naar kansrijke ‘groene’ bouwlocaties tot en met de vergunningsaanvraag, van de bouw van windturbines en zonnepanelen tot en met het beheer daarvan en van het opwekken van energie tot en met de levering aan consumenten en bedrijven. Ook biedt de onderneming bedrijven en particulieren – al sinds haar oprichting in 1995 - de mogelijkheid te investeren in duurzame energie. Daarmee wordt een bijdrage geleverd aan meer draagvlak voor de toepassing van duurzame energie en aan de ontwikkeling van een stabiele, duurzame en toekomstbestendige energievoorziening in Nederland. Pure Energie is het groene energiemerk van Raedthuys. In december 2014 hebben onder andere de Consumentenbond, Greenpeace en Natuur & Milieu Pure Energie voor de tweede keer op rij bekroond met het predicaat ‘Groenste Stroom van Nederland’.
10 juli 2015 Pagina 20 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
Staatsbosbeheer Staatsbosbeheer zet zich in voor een natuurlijke leefomgeving waarmee mensen zich verbonden voelen, die bescherming biedt aan waardevolle planten en dieren en waar plaats is voor beleving en benutting. Visie Een Nederland waar natuur en landschap worden gewaardeerd en gekoesterd om hun schoonheid, om de hulpbronnen die ze voortbrengen en om de ecosysteemfuncties die ze vervullen. Publieke organisatie Staatsbosbeheer werkt voor een achterban van ruim 16 miljoen mensen. Daarom hechten we grote waarde aan transparantie. In onze terreinen zijn we zichtbaar en aanspreekbaar op ons beheer en gastheerschap. We leggen publieke verantwoording af en zetten ons in als maatschappelijke partner om natuurbeheer en publieke beleving van de natuur bij elkaar te brengen. Historie Staatsbosbeheer is in 1899 opgericht om de Nederlandse staatsbossen te beheren en nieuwe bossen aan te leggen. In de loop van de twintigste eeuw zijn de taken van Staatsbosbeheer uitgebreid met natuurbescherming, landschapsontwikkeling, recreatie en groene gebiedsontwikkeling. Ambities en doelstellingen Natuur moet dicht bij mensen zijn en blijven. Daar willen we op een ondernemende en duurzame manier voor zorgen. We beschermen de natuur, benutten de producten die eruit voortkomen, en willen graag dat alle Nederlanders genieten van 'buiten'-beleven. Die ambitie hebben we vertaald naar drie doelstellingen: • Natuur, landschap en cultuurhistorische waarden beschermen We richten ons op het in stand houden van een zo groot mogelijke verscheidenheid aan Nederlandse landschappen en ecosystemen – voor huidige en toekomstige generaties. • Natuurbeleving mogelijk maken Iedereen is van harte welkom om te genieten van de natuur. De interesse in de samenleving voor groen, landschap, klimaat en zingeving groeit. De recreatieve functie van natuur wordt daarom steeds belangrijker. • Natuurproducten benutten Staatsbosbeheer levert milieuvriendelijke en vernieuwbare grondstoffen. Zoals hout en biomassa. Maar ook zijn er ontwikkelingen op het gebied van grondstoffen en wind- en zonne-energie.
Winvast Winvast is eind 2000 opgericht door Ronald de Coo t.b.v. de ontwikkeling, realisatie en exploitatie van windenergieprojecten. Winvast ontwikkelt in eigen beheer een aantal windenergieprojecten in Nederland. Winvast heeft ervaring in het hele traject dat benodigd is om tot een succesvol operationeel project te komen, van locatie selectie, vergunningen, financiering, contractonderhandelingen, projectmanagement tot operationeel beheer. Op dit moment heeft Winvast vier projecten gerealiseerd, operationeel en in beheer. In 2015 worden twee projecten gebouwd en operationeel en in 2016 wordt het zevende project gerealiseerd en operationeel. Daarnaast worden er nieuwe projecten ontwikkeld. De ontwikkeling doet Winvast alleen of in combinatie met andere projectontwikkelaars of grondeigenaren. 10 juli 2015 Pagina 21 van 22
Gemeente Geldermalsen en Gemeente Neerijnen Principeverzoek ‘Windpark Deil’
YARD ENERGY YARD ENERGY heeft in december 2014 en januari 2015 alle aandelen in Wind & Co Projectontwikkeling B.V. (49%) verworven. YARD ENERGY was reeds aandeelhouder in de onderneming Binnen YARD ENERGY houden wij ons bezig met windenergie in Nederland, België, Finland en Polen. Wij ontwikkelen, financieren en beheren windparken. In die onderdelen willen wij uitgroeien tot één van de meest succesvolle multidisciplinaire dienstverleners van Nederland en daarbuiten. De komende jaren zullen wij al onze energie steken in het vervullen van die ambitie. Dat geeft ons energie. En dat drijft ons. Kapitaal en projectkennis onder één dak YARD ENERGY beschikt over de kennis en de middelen om projecten te realiseren. In ons investeringsbeleid richten wij ons op on-shore windparken tot een vermogen van 50 MW in een vroeg stadium van ontwikkeling. YARD ENERGY neemt een actieve rol aan binnen een project. Op deze manier kunnen wij onze toegevoegde waarde op alle vlakken laten gelden. Door toenemende investeringsvolumes en grotere financiële belangen in de windenergiesector, neemt de vraag naar gespecialiseerde (financiële) expertise steeds meer toe. De unieke combinatie van financiële- en projectmatige kennis én beschikking over de financiële middelen maakt YARD ENERGY een aantrekkelijke partner in windenergieprojecten. De afgelopen jaren zijn wij betrokken geweest bij tal van ontwikkelingstrajecten en hebben we ons bezig gehouden met de aan- en verkoop van diverse windenergieprojecten. DuurzaamInvesteren.nl YARD ENERGY is partner van DuurzaamInvesteren.nl om haar groene windprojecten toegankelijk te maken voor een breder publiek. Het online crowdinvesting platform DuurzaamInvesteren.nl speelt in op de groeiende groep beleggers die willen investeren in duurzaamheid maar daar ook een verantwoord financieel rendement voor vragen. DuurzaamInvesteren.nl heeft als eerste onafhankelijk investeringsplatform een vergunning van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) verkregen om te mogen bemiddelen tussen particuliere beleggers en ontwikkelaars van duurzame energieprojecten in Nederland. Obligatieleningen voor Windpark Vlaardingen, Windpark Duiven, Windpark Buren en Windpark Rembrandt zijn reeds succesvol geplaatst, hiermee is in korte tijd EUR 2.530.000 opgehaald. Portfolio Op dit moment zijn wij betrokken bij twaalf operationele windparken in Nederland. Deze windparken produceren gezamenlijk op jaarbasis bijna 100 MW aan energie. Dat is voldoende om een middelgrote stad van elektriciteit te voorzien. Verder zijn wij betrokken bij een aantal ontwikkeltrajecten in Nederland en daarbuiten. Met de overname van KDE Energy, Wind & Co en Holland Wind Ontwikkeling beschikt YARD ENERGY over een omvangrijke ontwikkelpijplijn in binnen- en buitenland.
10 juli 2015 Pagina 22 van 22