Toelichting
Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden
______________________________________________________________________________________________
Gemeente Bronckhorst Bestemmingsplan Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden (wijzigingsplan ex 3.6 Wro)
Datum: oktober 2011 Project: GBO652
OOSTZEE stedenbouw Tivolilaan 205 Postbus 9 6800 AA Arnhem Tel (026) 442 33 42 Fax (026) 445 85 12
[email protected] www.oostzee.nl
OOSTZEE stedenbouw
1
Buitengebied; Almenseweg 56 Toldijk
Toelichting
______________________________________________________________________________________________
2
OOSTZEE stedenbouw
Toelichting
Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden
______________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave
Inleiding .................................................................................................................................. 5 1.
Wettelijk kader ................................................................................................................ 7
2.
Beschrijving van het project ............................................................................................ 9
3.
4.
2.1
Situering van het plangebied .....................................................................................................9
2.2
Beschrijving van het initiatief ................................................................................................. 10
Milieuaspecten .............................................................................................................. 13 3.1
Effecten van de ingrepen ......................................................................................................... 13
3.2
Flora en Fauna ............................................................................................................................. 13
3.3
Archeologische waarden .......................................................................................................... 13
3.4
Watertoets ................................................................................................................................... 14
Economische uitvoerbaarheid ....................................................................................... 17
OOSTZEE stedenbouw
3
Buitengebied; Almenseweg 56 Toldijk
Toelichting
______________________________________________________________________________________________
4
OOSTZEE stedenbouw
Toelichting
Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden
______________________________________________________________________________________________
Inleiding
Het voorliggende bestemmingsplan is een wijzigingsplan ex artikel 3.6 Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro) van het bestemmingsplan Buitengebied 2005; Hengelo/Vorden, vastgesteld op 27 april 2006, gedeeltelijk goedgekeurd op 5 december 2006 nr. 2006-011389 en correctief herzien als bestemmingsplan Buitengebied Hengelo/Vorden 2005/2008. Dit plan beoogt de planologische basis te leggen voor de realisatie van natuurontwikkeling op een tweetal percelen aan de Almenseweg ten noorden van Vorden. De bestemming van de gronden zal hiertoe gewijzigd moeten worden van landbouwgrond naar natuurterrein. De onderstaande luchtfoto geeft een beeld van de ligging van het plangebied.
De twee percelen bestemd voor natuurontwikkeling liggen binnen de contour Het perceel waar de natuurontwikkeling plaatsvindt heeft de kadastrale aanduiding Vorden sectie L, nummer 682 en is in eigendom van de initiatiefnemer.
OOSTZEE stedenbouw
5
Buitengebied; Almenseweg 56 Toldijk
Toelichting
______________________________________________________________________________________________
6
OOSTZEE stedenbouw
Toelichting
Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden
______________________________________________________________________________________________
1.
Wettelijk kader
In het bestemmingsplan Buitengebied Hengelo/Vorden 2005/2008 heeft het perceel van de initiatiefnemer de bestemming "Agrarisch gebied met hoge natuur- en landschapswaarden". Het gronden binnen deze bestemming zijn in de eerste plaats bestemd voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van natuur- en landschapswaarden en verder voor de uitoefening van een reëel agrarisch bedrijf. De gronden vallen in de Ecologische Hoofdstructuur (afgekort EHS), met name in het Verwevingsgebied van de EHS. In het vigerende bestemmingsplan is een wijzigingsbevoegdheid ex artikel 3.6 Wro opgenomen. Burgemeester en wethouders kunnen op de verbeelding aangegeven agrarische gronden omzetten naar bos en/of nieuwe natuur. In artikel 17 van de regels (beschrijving in hoofdlijnen) zijn een aantal nadere voorwaarden opgenomen met betrekking tot deze wijzigingsbevoegdheid. Voor gebruikmaking van de wijzigingsbevoegdheid moet aan drie criteria worden voldaan: -
het plan versterkt de bestaande landschapsstructuur en EHS en past in het landschapsbeleid van de gemeente en het Gebiedsplan Natuur en Landschap van de provincie; de bestemmingsplanwijziging komt tot stand op basis van vrijwilligheid; de belangen van in de omgeving aanwezige functies en waarden worden niet onevenredig geschaad.
Het initiatief voldoet aan bovenstaande voorwaarden. Burgemeester en wethouders zijn dan ook voornemens toepassing te geven aan de eerdergenoemde wijzigingsbevoegdheid ex artikel 3.6 Wro.
OOSTZEE stedenbouw
7
Buitengebied; Almenseweg 56 Toldijk
Toelichting
______________________________________________________________________________________________
8
OOSTZEE stedenbouw
Toelichting
Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden
______________________________________________________________________________________________
2.
Beschrijving van het project
2.1
Situering van het plangebied
De beide percelen waar de natuurontwikkeling plaatsvindt liggen ten noorden van het dorp Vorden aan de Almenseweg. Beide percelen vormen samen het plangebied. De totale oppervlakte van de percelen bedraagt circa 8.3 ha. Het plangebied omsluit het agrarische bouwperceel Almenseweg 56. Het noordelijke perceel ligt lager dan het zuidelijke perceel. Het zuidelijke deel maakt deel uit van een relatief hooggelegen es en is in gebruik als akker waarop graan geteeld wordt. Het noordelijke deel is in gebruik als grasland. De grens tussen het noordelijke en zuidelijke deel van het plangebied is op het onderstaande kaartje weergegeven.
Beide delen (aangeduid met nrs. 1 en 5) van het plangebied De gronden van het plangebied maakten in het verleden deel uit van het landgoed Den Bramel. Het landhuis Den Bramel ligt ter hoogte van beide percelen aan de andere kant van de Almenseweg. Het landhuis ligt op de luchtfoto op bladzijde 5 naast de naam "Veldwijk". De omgeving maakt deel uit van het zogenaamde "Landgoederenlandschap" dat gekenmerkt wordt door een relatief grote afwisseling van bossen, lanen, waterpartijen en landbouwgronden waarbij landhuizen, de bijbehorende tuinen en bouwwerken en karakteristieke boerderijen voor de nodige
OOSTZEE stedenbouw
9
Buitengebied; Almenseweg 56 Toldijk
Toelichting
______________________________________________________________________________________________
architectonische accenten zorgen. In landschappelijk opzicht is de omgeving in de afgelopen 100 jaar weinig veranderd. Ook het grondgebruik van beide percelen is in die tijd hetzelfde gebleven.
2.2
Beschrijving van het initiatief
Motivatie De initiatiefnemer maakte in zijn bedrijfvoering in het verleden, toen hij de gronden in pacht had, al gebruik van de mogelijkheden van het agrarische natuurbeheer. Als pachter was er echter geen mogelijkheid om de gronden om te zetten naar natuur. Die kans deed zich pas voor nadat de initiatiefnemer de gronden gekocht had van de Dienst Landelijk Gebied met de verplichting om deze om te vormen naar natuur op een wijze die beschreven staat in het Natuurbeheerplan van de provincie Gelderland. Door deze gronden te bestemmen als "Natuur" zou een zekere buffering bereikt kunnen worden tussen de gronden in de omgeving die in normaal agrarisch gebruik zijn en de naastgelegen landgoederen Den Bramel en het Enzerinck.
Fragment van de kaart van het Natuurbeheerplan Gelderland Doelpakketten Het Natuurbeheerplan Gelderland bevat een overzicht van natuurdoeltypen waarvoor subsidie kan worden aangevraagd. Voor de percelen van de initiatiefnemer zijn de natuurdoeltypen voor het hogergelegen zuidelijke deel: kruiden en faunarijke akker en voor het lager gelegen noordelijke perceel: kruiden en faunarijk grasland. Op het bovenstaande kaartje hebben deze percelen respectievelijk de kleur grijsbruin en groen. Deze natuurdoeltypen zijn binnen de PSN regeling aangevraagd en over de aanvraag is reeds een positief besluit gevallen.
10
OOSTZEE stedenbouw
Toelichting
Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden
______________________________________________________________________________________________
eenheid 1 2
pakketcode 4080 4040
Omschrijving Akker Half natuurlijk grasland
Grootte/aantal 4,09 ha 4,20 ha
De inrichtingsmaatregelen die in het kader van de natuurontwikkeling en het natuurbeheer van de betreffende percelen genomen worden zijn de volgende: Beheereenheid 1, Akker. Deze eenheid zal jaarlijks ingezaaid en beheerd worden als graanakker. Het is de bedoeling om hier oude akkerkruiden en akkervogels terug te krijgen. De inrichtingsmaatregelen zijn niet anders dan het jaarlijks zaaien en beheren als graanakker. · Beheereenheid 2, Half natuurlijk grasland. Deze eenheid bestaat op dit moment al uit grasland. Vroeger stonden deze percelen in de winterperiode regelmatig onder water. In het verleden is er daarom een gemaal geplaatst dat het overtollige water wegpompte naar de grachten van het landgoed Den Bramel. Door de komst van het waterwinstation van Vitens aan de Reeoordweg is het gemiddelde grondwaterpeil ver gezakt. Op delen van de eenheid zal de bouwvoor afgegraven worden en gedeelten dieper uitgegraven worden om zo een grotere variatie te verkrijgen voor kruiden en grassoorten en een beter milieu voor amfibieën, zoals de boomkikker. Het gemaal zal buiten werking gezet worden en enkele aanwezige sloten zullen met vrijkomende grond worden gedempt om water zoveel mogelijk vast te houden.
Inrichtingsschets van het noordelijke, lager gelegen, perceel
OOSTZEE stedenbouw
11
Buitengebied; Almenseweg 56 Toldijk
Toelichting
______________________________________________________________________________________________
Daar de initiatiefnemer op het lager gelegen perceel al jaren aan agrarisch natuurbeheer doet, zijn in zijn perceel al vele soorten grassen en kruiden aanwezig. Het botanische beheer kan voortgezet worden op de natuurpercelen om de gewenste doelen te bereiken. De af te graven delen hebben een totale oppervlakte van 0,78 ha en geeft een grondverzet van 3.800 m3. Van deze grond zal 1.000 m gebruikt worden om sloten te dempen en de resterende grond zal worden afgevoerd.
12
OOSTZEE stedenbouw
Toelichting
Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden
______________________________________________________________________________________________
3.
Milieuaspecten
3.1
Effecten van de ingrepen
De belangrijkste ruimtelijke maatregelen in het kader van de natuurontwikkeling bestaan uit het uitgraven van de grond ten behoeve van de aanleg van de poelen met plasdraszonse op het noordelijke perceel. De nieuwe inrichting van dit deel van de grond leidt tot een grotere ruimtelijke afwisseling in dit gebied en een grotere ecologische verscheidenheid. De vernatting van het noordelijke perceel vertraagt het proces van verdroging en draagt daardoor bij aan de bescherming van het nabijgelegen natte natuurgebied dat beschermd moet worden.
3.2
Flora en Fauna
Verschillende soorten planten en dieren worden beschermd in de Flora- en faunawet. Een ruimtelijke ontwikkeling is alleen mogelijk als duidelijk is dat geen van de beschermde dieren worden verontrust, dat de nesten, holen of andere verblijfplaatsen niet worden, vernield, beschadigd of verstoord en dat planten niet worden verwijderd van hun groeiplaats. De locatie ligt binnen de Ecologische Hoofdstructuur en is aangeduid als EHS-verweving. De nieuwe inrichting van het gebied past binnen de natuurdoelstellingen die voor het gebied zijn geformuleerd in het Gebiedsplan Natuur en Landschap van de provincie. De natuurwaarde van de percelen zal na herinrichting van het noordelijke perceel nog verder toenemen. Hierdoor zal het gebied voor de wettelijk beschermde soorten nog sterk in waarde stijgen.
3.3
Archeologische waarden
Met de ondertekening van het verdrag van Malta (1992) en de parlementaire goedkeuring daarvan (1998) heeft de Nederlandse overheid zich verplicht erop toe te zien dat bij ruimtelijke plannen rekening gehouden wordt met het bekende en het nog niet bekende archeologische “bodemarchief”. De gemeente Bronckhorst heeft een archeologisch beleid. Dit beleid is onder andere vastgelegd op een archeologische verwachtingskaart. Alleen op het noordelijke perceel vinden in het kader van denatuurontwikkeling bodemingrepen plaats die zouden kunnen leiden tot een aantasting van het eventueel aanwezige archeologische bodemarchief. Op basis van de archeologische verwachtingskaart van de gemeente Bronckhorst kan echter worden vastgesteld dat het noordelijke perceel behoort tot de gebieden met een lage archeologische verwachtingswaarde. Daarom wordt een inventariserend archeologisch onderzoek niet noodzakelijk geacht en zijn er geen archeologische bezwaren tegen de uitvoering van de geplande bodemingrepen.
OOSTZEE stedenbouw
13
Buitengebied; Almenseweg 56 Toldijk
Toelichting
______________________________________________________________________________________________
3.4
Watertoets
Inleiding Op 3 juli 2003 heeft het kabinet besloten tot wijziging van het Besluit op de Ruimtelijke Ordening 1985 (BRO) in verband met de gevolgen van ruimtelijke plannen voor de waterhuishouding. Hiermee is het opnemen van een waterparagraaf (met watertoets) in bestemmingsplannen en in ruimtelijke onderbouwingen voor een omgevingsvergunning verplicht geworden. De watertoets omvat het vroegtijdig informeren, adviseren, afwegen en beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in voormelde plannen en onderbouwingen. Relevante waterhuishoudkundige aspecten In de “Handreiking Watertoets 2” zijn inhoudelijke criteria aangereikt voor de watertoets, die de basis vormen voor de planbeoordeling door het waterschap en het daaruit voortvloeiende wateradvies. In de onderstaande watertoetstabel zijn de voor het bestemmingsplan van belang zijnde waterhuishoudkundige aspecten van het plan opgenomen.
Thema
Toetsvraag
Veiligheid
1. Ligt in of binnen 20 meter vanaf het plangebied een waterkering? (primaire waterkering, regionale waterkering of kade) 2. Ligt het plangebied in een waterbergingsgebied of winterbed van een rivier? 1. Is de toename van het afvalwater (DWA) groter dan 1 m3/uur? 2. Ligt in het plangebied een persleiding van WRI 3. Ligt in of nabij het plangebied een RWZI van het waterschap? 1. Is er sprake van toename van het verhard oppervlak met meer dan 2500 m2 2. Is er sprake van toename van het verhard oppervlak met meer dan 500 m2 3. Zijn er kansen voor het afkoppelen van bestaand verhard oppervlak? 4. In of nabij het plangebied bevinden zich natte en laag gelegen gebieden, beekdalen, overstromingsvlaktes 1. Wordt vanuit het plangebied (hemel)water op oppervlaktewater geloosd? 1. Is in het plangebied sprake van slecht doorlatende lagen in de ondergrond? 2. Is in het plangebied sprake van kwel ? 3. Beoogt het plan dempen van perceelsloten of andere wateren? 1 Ligt het plangebied in de beschermingszone van een drinkwateronttrekking? 1. Bevinden zich in of nabij het plangebied wateren die in eigendom of beheer zijn bij het waterschap? 2. Heeft het plan herinrichting van watergangen tot doel? 1. In of nabij het plangebied bevinden zich overstorten
Riolering en Afvalwaterketen Wateroverlast (oppervlaktewater)
Oppervlaktewaterkwaliteit Grondwateroverlast
Grondwaterkwaliteit Inrichting en beheer Volksgezond-
Relevant
14
Intens iteit#
Nee
2
Nee
2
Nee
2
Nee Nee
1 1
Nee
2
Nee
1
Nee
1
Ja
1
Nee
1
Nee
1
Nee Ja
1 1
Nee
1
Nee
1
Ja
2
Nee
1
OOSTZEE stedenbouw
Toelichting
Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden
______________________________________________________________________________________________
heid
Natte natuur
Verdroging Recreatie Cultuurhistorie
uit het gemengde stelsel? 2. Bevinden zich, of komen er functies, in of nabij het plangebied die milieuhygiēnische of verdrinkingsrisico’s met zich meebrengen (zwemmen, spelen, tuinen aan water)? 1. Bevindt het plangebied zich in of nabij een natte EVZ? 2. Ligt in of nabij het plangebied een HEN of SED water? 3. Bevindt het plangebied zich in beschermingszones voor natte natuur 4. Bevindt het plangebied zich in een Natura 2000gebied? 1. Bevindt het plangebied zich in een TOP-gebied? 1. Bevinden zich in het plangebied watergangen en/of gronden in beheer van het waterschap waar actief recreatief medegebruik mogelijk wordt? 1. Zijn er cultuurhistorische waterobjecten in het plangebied aanwezig ?
Nee
1
Nee
2
Nee Ja
2 1
Nee
1
Nee Nee
1 2
Nee
1
Nadere toelichting Wateroverlast (Oppervlaktewater) Gedeeltelijke afgraving en vernatting van het noordelijke perceel is een van de doelen van de natuurontwikkeling door de initiatiefnemer. Voor omwonenden en gebruikers van de gronden in de omgeving leidt dat niet tot wateroverlast. Nadere toelichting Grondwateroverlast Het dempen van de watergangen op het noordelijke perceel is een van de maatregelen om de gewenste gecontroleerde vernatting van dit perceel te bewerkstelligen. Nadere toelichting Inrichting en beheer Door het dempen van de watergangen (en het graven van poelen) op het noordelijke perceel wordt meer water in de beschermingszone Natte natuur vastgehouden waarin het plangebied ligt. Daardoor wordt een mogelijk verdere daling van de grondwaterniveaus onder het nabijgelegen natte natuurgebied afgeremd. Nadere toelichting Natte natuur Zie Nadere toelichting Inrichting en beheer Afstemming met de waterbeheerder In het kader van de watertoets is een concept van deze paragraaf voorgelegd aan de waterbeheerder. De waterbeheerder heeft ………………………………. met de waterparagraaf.
OOSTZEE stedenbouw
15
Buitengebied; Almenseweg 56 Toldijk
Toelichting
______________________________________________________________________________________________
16
OOSTZEE stedenbouw
Toelichting
Buitengebied; Almenseweg 56 Vorden
______________________________________________________________________________________________
4.
Economische uitvoerbaarheid
Voor de realisatie van dit bestemmingsplan hoeft geen exploitatieplan opgesteld te worden, omdat het kostenverhaal anderszins is verzekerd. Alle kosten zullen worden gedragen door de initiatiefnemer. De realisering van het bestemmingsplan leidt derhalve niet tot kosten die voor de rekening van de gemeente Bronckhorst komen. De economische uitvoerbaarheid is niet in het geding.
OOSTZEE stedenbouw
17