Gemeente Breda Bestuursvoorstel: B&W
Registratienr: [
39869]
COMMISSIESTUK
Onderwerp: Toekomst gesubsidieerde arbeid Besluit college d.d.:
- 9 OKT. 2012 p<s-
1.
De gesubsidieerde arbeid in zijn huidige vorm te beêindigen door: a. Het niet meer verlengen van de kortlopende, tijdelijke vangnetbanen b. Het beêindigen van de overige gesubsidieerde banen behalve ex Wiw/Banenpool per 1 mei 2013 2. Instemmen met een sociaal plan voor werknemers met loonkostensubsidie in dienst van de gemeente 3. Het behoud van de gesubsidieerde banen op grond van de voormalige regeling WIW/Banenpool te financieren uit de structureel beschikbare gemeentelijke middelen ad € 200.000 en het restant te dekken uit de reserve sociale zaken en werkgelegenheid dan wel het participatiebudget 4. Beschikbaar stellen van een uitstroompremie voor a. werkgevers met werknemers met een loonkostensubsidie b. Werknemers met een loonkostensubsidie En hiervoor het Uitvoeringsbesluit Re-integratieverordening, conform inliggend voorstel, te wijzigen 5. Inrichting sociaal fonds (€ 800.000) voor betaling van eenmalige kosten zoals begeleiding, maatregelen sociaal plan en uitstroompremie en dit te bekostigen uit de reserve Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de algemene reserve BSW.
Commissie:
Economie
Datum: Actie:
23-10-2012 ter bespreking
alleen invullen bij cie-stuk voor alle commissies (per cie. net zo agenderen als voor cie. Bestuur): -Ruimte d.d. -Economie d.d. -Maatschappij d.d.
INLEIDING Over het onderwerp "gesubsidieerde arbeid" is de afgelopen periode veel gesproken in het college en met name in de raadscommissie Economie. Op 7 februari 2012 heeft het college ingestemd met de conceptnota "Toekomst gesubsidieerde arbeid". Vervolgens is de consultatie gestart bij bedrijven/organisaties en is de nota besproken in de raadscommissie. Naar aanleiding van deze bespreking is op verzoek van de raad een Taskforce ingezet. Deze Taskforce heeft de betrokken werkgevers benaderd en heeft in beeld gebracht wat de maatschappelijke gevolgen zijn van de beeindiging van de gesubsidieerde arbeid. In juni 2012 heeft de Taskforce dit onderzoek afgerond en gerapporteerd aan de commissie (raadsbrief). In het kaderstellend debat over re-integratiebeleid van 28 augustus jongstleden is gesubsidieerde arbeid opnieuw aan de orde geweest. Tijdens dit debat is uitvoerig stil gestaan bij de noodzaak tot beêindiging van de huidige regelingen en zijn voorwaarden aangegeven op basis waarvan dit uitgevoerd kan worden. Deze voorwaarden zijn: Ontzien van de meest kwetsbare groep (ex Wiw en Banenpool) Maatwerk voor zowel de betrokken werkgevers als werknemers Actieve begeleiding door de Taskforce van de betrokken werknemers naar werk Een voorbeeldfunctie van de gemeente in haar rol als werkgever Een onderzoek naar mogelijke bijdragen vanuit de cultuursubsidies voor de betreffende culturele instellingen
Gemeente Breda
Registratienr: [
Bestuursvoorstel: B&W
39869]
In dit bestuursvoorstel worden bovengenoemde voorwaarden nader uitgewerkt. Uitgangspunt hierbij is dat de huidige invulling van gesubsidieerde arbeid in Breda niet langer past bij de landelijke wetgeving die in voorbereiding is en ook niet aansluit bij de visie van het college om zoveel mogelijk mensen te laten werken naar vermogen. Het huidige beleid voor gesubsidieerde arbeid/loonkostensystematiek biedt onvoldoende prikkels om mensen uit te laten stromen naar regulier werk en de gemeentelijke regelgeving is ingewikkeld en verouderd. Ook de landelijke bezuinigingen op het participatiebudget maken een aanpassing op het huidige beleid voor gesubsidieerde arbeid noodzakelijk.
VRAAG AAN RAADSCOMMISSIE
;:;
De commissie wordt gevraagd de voortgang van de beëindiging van de gesubsidieerde arbeid te bespreken.
TOELICHTING Door vaststelling van het beleidskader meedoen@Breda is door de gemeenteraad ingestemd om een voorstel uit te werken gericht op het beëindigen van gesubsidieerde arbeid/loonkostensubsidies. Ons huidige beleid gesubsidieerde arbeid is aan herziening toe omdat: • het niet in lijn is met de landelijke ontwikkeling om alle bestaande regelgeving samen te brengen in één nieuwe wetgeving en iedereen te laten werken naar vermogen • het erg kostbaar is • de huidige regelgeving ingewikkeld en verouderd is • het onvoldoende prikkelt om mensen uit te laten stromen naar regulier werk. Nu kan bij het in dienst nemen van uitkeringsgerechtigde 55+-ers, onder bepaalde voorwaarden, de loonkostensubsidie (maximaat 100 % van het wettelijk minimumloon) per jaar verlengd worden tot de eerste van de maand waarin de werknemer 65 jaar wordt. Hiermee wordt niet gestimuleerd dat mensen tussentijds doorstromen naar reguliere arbeid zonder loonkostensubsidie. Daarnaast is de werkloosheidsduur en leeftijd van de uitkeringsgerechtigde de basis voor de hoogte van de subsidie in plaats van de afstand tot de arbeidsmarkt en/of de in landelijke beleidsontwikkeling voorgestelde loonwaarde van iemand. Die grotere nadruk op afstand tot de arbeidsmarkt en/of loonwaarde is zoals aangegeven in lijn met de ontwikkeling van nieuwe regelgeving (Wet werk naar vermogen). In ons huidige beleid van gesubsidieerde arbeid hebben we te maken met diverse gesubsidieerde banen. Dit voorstel gaat alleen over gesubsidieerde arbeid langer dan één jaar. Concreet gaat het dan om de volgende gesubsidieerde banen: - voorheen ex Wiw/Banenpool; - voorheen ex ID-ers (kadernota middelen); - vangnetbaan maximaal drie jaar (per jaar wordt verlenging beoordeeld); - vangnetbanen voor 55+-ers (inclusief ex ID-ers) die kunnen doorlopen tot men 65 jaar oud wordt. Op aanvraag van de werkgever wordt jaarlijks de subsidieverlenging beoordeeld en afhankelijk gesteld van de ontwikkeling van de werknemer en perspectief op instroom in een reguliere baan. Onderstaande tabel laat de afname zien van het aantal gesubsidieerde banen in 2012 en het aantal op 1 januari 2013.
1 Januari 2012
Waarvan gesubsidieerde banen bij maatschappelijke organisaties/bedriiven
Totaal ~
Aantal gesubsidieerde banen
174
72
Waarvan gesubsidieerde banen bij ATEAgroep/Gemeente
102 (19 ex W1WlBanenpoo/ 83 LKS 55+/55+10)
1 Juni 2012
Aantal gesubsidieerde banen
118
50
66 (16 ex WIWlBanenpool, 52 LKS 55+/55+/D)
Gemeente Breda Bestuursvoorstel: B&W
Registratienr: [
39869]
1 januari 2013
Aantal gesubsidieerde banen
69
33
36 (13 ex WIWlBanenpool, 23 LKS 55+/55+/0)
Toefrchtrng tabel De redenen voor afname van het aantal gesubsidieerde banen zijn: gesubsidieerde banen worden beëindigd vanwege het bereiken van de einddatum van vangnetbanen (verlenging tot 3 jaar mogelijk) en de 6S-jarige leeftijd een aantal organisaties/bedrijven heeft op grond van de vooraankondiging beëindiging loonkostensubsidie van 8 februari jl. geen verzoek tot loonkostensubsidie meer ingediend in 2012 bij de gemeente (als werkgever) zijn gedurende 2012 alle medewerkers in een gesubsidieerde baan met een aflopend contract vooruitlopend op de beëindiging van gesubsidieerde arbeid beoordeeld. Slechts een gering aantal heeft een verlenging gekregen tot 1 januari 2013 of blijft vooralsnog in een dienstverband voor onbepaalde tijd. Totaal zijn dat op 1 januari 2013 nog 23 medewerkers. Dit aantal is exclusief de meest kwetsbare groep van13 ex Wiw/Banenpool medewerkers. Landelijke ontwikkeling en financieel kader De landelijke ontwikkeling in de regelgeving en sociale zekerheid gaat gepaard met omvangrijke landelijke bezuinigingen en taakstellingen. De Wet werk naar vermogen is controversieel en verdere behandeling is doorgeschoven tot na de verkiezingen op 12 september. De budgetten voor re-integratie (Wajong, Wsw, Participatiebudget) zijn daarmee vooralsnog niet bij elkaar gevoegd. De bezuiniging op het participatiebudget gaat wel door. Het oorspronkelijke budget re-integratie, onderdeel van het participatiebudget,waaruit de kosten voor loonkostensubsidies betaàld worden, daalt van € 16 miljoen in 2011 naar € 8,2 miljoen in 2013. In verband met die daling van het re-integratiebudget moeten we de resterende middelen selectiever en effectiever inzetten voor een steeds groter wordende doelgroep. Het participatiebudget is het budget voor ondersteuning en ontwikkeling van de gehele doelgroep richting werk. Begin dit jaar ging het om circa 4714 personen, waarbij sprake is van 3873 gemeentelijke uitkeringen. Deze doelgroep wordt door de economische crisis de komende tijd naar verwachting groter. Afgezien van andere structurele uitgaven blijkt uit voorgaande cijfers de noodzaak om het beëindigen van gesubsidieerde arbeid in deze context te plaatsen. Bij ongewijzigd beleid dalen weliswaar de kosten van ruim € 1.000.000 in 2013 naar circa € SOO.OOO in 2017 maar de uitgaven blijven in verhouding tot de totale doelgroep uitkeringsgerechtigden hoog. Naast het participatiebudget is er nog € 200.000 structureel jaarlijks beschikbaar aan gemeentelijke middelen (kadernota 2010). Uitwerking randvoorwaarden beëindiging gesubsidieerde arbeid Ontzien van de meest kwetsbare groep (ex Wiwen Banenpool). De personen werkzaam in een gesubsidieerde baan, die voorheen vielen onder de regeling Wiw/Banenpool, zijn personen met in het algemeen een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt. Zij hebben gemiddeld al een dienstverband bij de gemeente Breda dat +- 18 jaar duurt. De oorspronkelijke regeling Banenpool kende ook geen uitstroomdoelstelling en had veel meer een additioneel karakter. In artikel 19 van de Re-integratieverordening Breda is een overgangsregeling opgenomen voor dienstverbanden op grond van de voormalige Wet inschakeling werkzoekenden (Wiw). De subsidie blijft-onder bepaalde voorwaarden gehandhaafd tot aan het einde van het dienstverband, zolang de persoon woonachtig is in de gemeente Breda. Verhuizing buiten de gemeente Breda betekent beëindiging van de subsidie. Op 1 januari 2013 zijn dit nog 13 medewerkers. Maatwerk voor zowel de betrokken werkgevers als werknemers. Uit de rapportage van de Taskforce van juni 2012 blijkt dat vijftien maatschappelijke organisaties/bedrijven de intentie hebben uitgesproken en streven ernaar om hun medewerkers met subsidie binnen de eigen organisatie in dienst te houden, het gaat hierbij om 18 medewerkers. De komende periode zal de Taskforce nogmaals de betrokken werkgevers benaderen. Met de werkgever wordt opnieuw gesproken over het regulier maken van het werk. De Taskforce zorgt voor individuele begeleidingsgesprekken en overleg met de betrokken werkgevers. Uitstroom naar regulier werk (zonder
Gemeente Breda Bestuursvoorstel: B&W
Registratienr: [
39869]
subsidie) is hierbij het primaire doel waarbij tevens bekeken wordt of een instrument zoals werkgeversIwerknemerspremie ingezet kan worden (maatwerk). Met het aanpassen van artikel 8 en 9 van het Uitvoeringsbesluit re-integratie verordening Wet werk en bijstand 2012 wordt tegemoetgekomen aan de wens vanuit het werkgever, werknemer en de gemeente om te komen tot het aanbieden van een vereenvoudigde subsidiefaciliteit. De wijziging houdt in dat werkgevers die mensen een reguliere dienstbetrekking van tenminste 6 maanden aanbieden, aansluitend op de periode van gesubsidieerde arbeid, een stimuleringspremie geboden wordt. Deze premie wordt na c voltooiing van een periode van 6 maanden betaalbaar gesteld. De hoogte van de premie bedraagt € 5000,- en is niel: afhankelijk van de aard van de dienstbetrekkhîg. Daarnaast houdt de wijziging in dat de werknemers die werkzaam zijn geweest in een vangnetbaan danwel in voormalig Wiw-baan of IO-baan die niet gesubsidieerde algemeen geaccepteerde betaalde arbeid gaan verrichten,een eenmalige premie ontvangen van € 1.500,- nadat zij hierin 6 maanden werkzaam zijn geweest. Ook wel een werknemersbonus genoemd. Personen vanuit een uitkerings- linkomensvoorziening van 27 jaar en ouder kunnen bij uitstroom in aanmerking komen voor een eenmalige uitstroombonus van € 750,Actieve begeleiding door de Taskforce naar werk. Afhankelijk van de afstand tot de arbeidsmarkt wordt leen uitstroom of activeringsplan voor de betreffende werknemer gemaakt. Het inzetten van een klantmanager (2 maximaal 3 begeleidingsgesprekken) om te zorgen dat ze niet blijven vasthouden aan deze baan maar dat ie op zoek gaan naar andere opties. Daarnaast ook de inzet van een werkgeversadviseur om waar nodig te jobhunten op aangeven van de klantmanager. Ook op het UWV wordt een beroep gedaan om tijdens de WW periode een actieve begeleidingsrol te vervullen.
Werknemers die uit een gesubsidieerde baan ontslagen worden, krijgen na hun ontslag een WW-uitkering. Ontslagen werknemers hebben recht op een WW-uitkering gedurende maximaal 38 maanden, afhankelijk van het aantal gewerkte jaren. Oe uitkering is 70% van het laatst verdiende loon. Indien het bedrag lager is dan het sociaal minimum dan wordt dit bedrag conform de Toeslagenwet door het UWV aangevuld tot het sociaal minimum. Het merendeel van deze medewerkers heeft een grote afstand tot de arbeidmarkt, de kans is groot dat ondanks extra inspanningen een deel van deze mensen na de WW periode in de WWBIIOW (Wet Inkomensvoorziening oudere werklozen) terecht komen. Volgens de huidige regels mogen mensen, die uit een gesubsidieerde baan zijn ontslagen, tijdens hun WW periode niet doorwerken als vrijwilliger op dezelfde plek. In het kader van uitstroom en activeringsplan gaat de gemeente hierover in overleg met UWV om dit op individueel niveau te bekijken (maatwerk). Voorbeeldfunctie van de gemeente in haar rol als werkgever. Uit de rapportage van de Taskforce van juni blijkt dat de gemeente Breda 1 medewerker met loonkostensubsidie inmiddels in reguliere dienst heeft genomen.
Voor de medewerkers met loonkostensubsidie in dienst van de BSW wordt het volgende voorgesteld: 5 medewerkers in dienst houden tot einde tijdelijk contract, zij vloeien af in 2012 en 2013 10 in dienst houden tot pensioen, zij vloeien af op basis van leeftijd in 2012 t/m medio 2014. Ontslag aanzeggen leyert in dit geval nauwelijks ruimte op in het P-budget en daarmee vanuit onze morele verplichtingen niet verdedigbaar. (Het betreft mensen geboren voor 1.1.1950). 3 à 4 personen kunnen op basis van toegevoegde waarde en een redelijke inverdiencapaciteit (zij het niet volledig afgezet tegen de kosten) in het productieproces worden behouden, kortom niet ontslaan en beperkte kosten blijven dragen tot pensionering. resteren circa 6 à 7 personen die ontslag aangezegd zouden moeten worden in combinatie met een re-integratietraject (van max. 1 jaar) Voor hen geldt een sociaal plan. Financiering hiervan wordt gevonden in de algemene reserve van de BSW, afspraken in het kader van het participatiebudget en de reserve Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Gemeente Breda Bestuursvoorstel: B&W
Registratienr: [
39869]
Dat sociaal plan bevat de volgende maatregelen: Begeleiding van werk intern/extern De vertrekkende werknemers worden geholpen bij het vinden van nieuw werk. Ondersteuning bij het vinden van een nieuwe baan is een belangrijk onderdeel van het pakket maatregelen. Stimulans uitstroom naar reguliere werkgever Na aanzegging ontslag bij uitstroom binnen vier maanden naar een reguliere werkgever of 'een ontbinding met wederzijds goedvinden' in de vorm van een beëindigingovereenkomst kan een eenmalige uitstroompremie worden uitgekeerd aan de werknemer. De hoogte van deze uitkering is 4 maandsalarissen. Suppletieregeling Bij een suppletieregeling ontvangt de ex-werknemer elke maand geld om lagere inkomsten aan te vullen. Vaak ontvangt de werknemer na ontslag een lager inkomen dan daarvoor. De WW uitkering is 70 % van het laatstverdiende salaris. Het inkomen bij een nieuwe werkgever is (met name bij 40-plussers) meestal lager dan het eerder verdiende salaris. De werkgever vult het lagere inkomen aan gedurende een bepaalde periode, bijvoorbeeld gedurende de WW periode. De maandelijkse aanvulling compenseert vaak tot het niveau van het voormalige salaris. Het sociaal plan dekt daarmee voor een bepaalde periode het inkomensverlies af. - Ontslagvergoeding De gemeente Breda zal overgaan tot het betalen van de vigerende (wettelijke/rechterlijke) ontslagvergoeding indien de medewerker een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft en ontslagen wordt zonder dat het pakket van maatregelen geleid ~eeft tot een overgang van werk naar werk. Onderzoek naar mogelijkelJijdragen vanuit de cultuursubsidies voor de betreffende culturele instellingen. Er zijn drie culturele instellingen waar in totaal 6 gesubsidieerde banen aan de orde zijn, waarvan een medewerker in 2014 met pensioen gaat. Twee instellingen ontvangen structureel subsidie en is er geen gevaar voor de continuïteit. De derde instelling ontvangt projectsubsidie. Net als met alle andere werkgevers wordt met de culturele instellingen in nauw overleg bepaald wat de mogelijkheden zijn vanuit de Taskforce. Met de organisatie die projectsubsidie ontvangt zal ook overleg plaatsvinden over de mogelijkheden tot samenwerking in het culturele veld om de continuïteit van de activiteiten te waarborgen. Beëindiging en nieuwe mogelijkheden Het beëindigen van de gesubsidieerde arbeid heeft voor werkgevers, waaronder maatschappelijke organisaties en de gemeente Breda gevolgen. Gelijktijdig met het beëindigen van gesubsidieerde arbeid zorgt de gemeente ervoor dat er nieuwe mogelijkheden zijn voor personen met een gemeentelijke uitkering om aan het werk te komen. Vanaf het voorjaar 2012 kunnen deze personen in het Leerwerkbedrijf terecht door het combineren van werken en leren zich verder ontwikkelen. Zij worden dan vanuit een werkomgeving verder begeleid naar regulier werk of werk met behoud van uitkering. Na besluitvorming door het college en bespreking in de commissie zullen de werkgevers schriftelijk worden geïnformeerd. De Taskforce gaat, als vervolg op de eerdere rapportage, met werkgevers om tafel om hen te begeleiden het werk van de betrokken medewerkers regulier te maken (al dan niet met premies). Ook zorgt de Taskforce samen met het UWV onderdeel uitmakend van de Taskforce, voor de begeleiding van ontslagen medewerkers naar regulier werk of als het niet anders kan naar werken met behoud van uitkering/vrijwilligerswerk en voor het monitoren van het proces en de financiële verantwoording. Met de vestigingsmanager van het UWV zijn afspraken gemaakt over begeleiding op maat, inzetbaarheid tijdens de WW pèriode en over begeleiding bij het doorstromen naar ander regulier werk. Voor de werknemers met loonkostensubsidie in dienst bij de gemeente is een Sociaal Plan van toepassing. Bij cultuur zijn er 3 culturele instellingen met 6 gesubsidieerde banen waarvan er een medewerker in 2014 met pensioen gaat. Twee instellingen ontvangen structureel subsidie en is er geen gevaar voor de continuïteit. De derde instelling ontvangt projectsubsidie. Deze culturele instellingen zullen dit zelf op moeten lossen.
Gemeente Breda Bestuursvoorstel: B&W
Registratienr: [
VERVOLG BESTUURLIJKE ROUTE
BIJLAGEN
D
D D
ANTWOORD COMMISSIE OP VRAAG (in te vullen door de (fgd.) griffier)
39869]