Stationsweg 18 Postbus 1003 3740 BA Baarn Tel. (035)5481611 Fax (035)5481794
gemeente Baarn RAADSVOORSTEL
Openbaar
Voorstelnr. 000074 van 2007. Onderwerp: Declaratiefonds welzijns- en sportactiviteiten. Portefeuillehouder: J. de Wilde Voorgestelde beslispunten: 1. De “Verordening Declaratiefonds welzijns- en sportactiviteiten 2008” vaststellen; 2. De ingangsdatum van de verordening vaststellen op 1 januari 2008; 3. De “Verordening Declaratiefonds welzijns- en sportactiviteiten 2006” per 1 januari 2008 intrekken. 1. Samenvatting van het voorstel
Om kinderen van financieel minder draagkrachtige ouders een kans te bieden te (gaan) sporten is in 2005 het Jeugdsportfonds Utrecht opgericht. Tot op heden is dit fonds alleen actief in de gemeente Utrecht. Het concept staat nu open voor alle gemeenten in Utrecht. Het nut en de noodzaak van het sporten van jonge kinderen wordt door ons onderkend en breed gedragen. Meewerken aan het Jeugdsportfonds Utrecht heeft echter nadelen en daarom hebben wij besloten geen verdere actie te ondernemen om de gemeente aan te laten sluiten bij het Jeugdsportfonds Utrecht. Het beoogde doel (sporten mogelijk maken voor kinderen van financieel minder draagkrachtige ouders) kan ook bereikt worden door opname van de doelgroep in de declaratiefondsverordening. In bijgaande “Verordening Declaratiefonds welzijns- en sportactiviteiten 2008” is de doelgroep en de vergoeding opgenomen. Wij stellen u voor de verordening vast te stellen en de ingangsdatum van de verordening vast te stellen op 1 januari 2008. Tevens stellen wij u voor de oude verordening in te trekken met ingang van 1 januari 2008. 2. Inleiding/aanleiding
Sinds 2005 is het “Jeugdsportfonds Utrecht” bezig met het toegankelijk maken van sportactiviteiten voor de jeugd. Dit sportfonds is voortgekomen uit het landelijke “Jeugdsportfonds”, dat weer is voortgekomen uit het in 1998 voor de gemeente Amsterdam opgerichte jeugdsportfonds. Dit Amsterdamse fonds groeide snel en veroorzaakte vraag uit de rest van Nederland. Hierdoor ontstonden er in heel Nederland lokale jeugdsportfondsen op basis van franchiseformules. Het jeugdsportfonds stelt zich ten doel om snel, effectief en op laagdrempelige wijze kinderen van financieel minder draagkrachtige ouders een kans te bieden te gaan sporten. Sporten is namelijk gezond, het bevordert de fysieke en mentale ontwikkeling, brengt de jeugd spelenderwijs gevoel voor discipline bij, creëert
gemeente Baarn
blad 2
zelfvertrouwen en eigenwaarde, leert kinderen doelen stellen, doorbreekt isolement en stimuleert de sociale integratie. Hier is nog aan toe te voegen dat sporten een belangrijk middel is in het tegengaan van overgewicht. De doelgroep van het Utrechtse sportfonds is kinderen van 6 tot en met 12 jaar en de vergoeding bedraagt maximaal € 225,- Er kan gedurende drie jaar een vergoeding worden gegeven. Overigens moet de vergoeding van € 225,- per sportend kind door de gemeente betaald worden. Tot nu toe heeft het sportfonds Utrecht zich gericht op de gemeente Utrecht. Nu daar ervaring is opgedaan wordt geprobeerd het jeugdsportfonds over de hele provincie uit te rollen, dit met ondersteuning vanuit de provincie Utrecht. De vraag aan ons was of Baarn wellicht wil deelnemen aan het Jeugdsportfonds. Standpunt ten aanzien mogelijke aansluiting bij het Jeugdsportfonds Utrecht. Wij hebben sympathie voor het initiatief want het nut en de noodzaak van het sporten door jonge kinderen wordt door ons erkend en breed gedragen. Aansluiten bij het Jeugdsportfonds heeft echter dusdanige nadelen dat wij besloten hebben geen verdere actie te ondernemen om de gemeente aan te laten sluiten bij het Jeugdsportfonds Utrecht. De nadelen zijn in het kort de volgende: - de afhandelingskosten per aanvraag zijn zeer hoog (€ 75,-); - combinatie met het declaratiefonds is lastig omdat uit dit fonds ook al een vergoeding wordt gegeven die gebruikt kan worden voor sportactiviteiten. Hierdoor zou een vergoeding uit kunnen komen op € 325,- per jaar; - Er moet door ons een intermediairsnetwerk in de gemeente worden opgezet. Alleen door intermediairs kunnen aanvragen worden ingediend. Het totaalpakket aan werkzaamheden dat aan het intermediairschap hangt doet ons vermoeden dat er niet makkelijk voldoende intermediairs te vinden zullen zijn; - Er moet door ons een lokale groep van “Vrienden van Jeugdsportfonds” worden opgezet, welke groep als taak heeft gelden te genereren uit het bedrijfsleven. Het is voor ons maar zeer de vraag of de werkzaamheden die daarin gestopt moeten worden opwegen tegen de verwachte totale jaarlijkse uitgaven voor sportende kinderen. Er is een alternatief voorhanden waarmee hetzelfde bereikt kan worden Om toch de doelgroep te kunnen helpen hebben wij gekeken naar een alternatief. Dat alternatief is voorhanden in de vorm van het declaratiefonds. Inpassing van de beoogde doelgroep in de declaratiefondsverordening levert hetzelfde resultaat op en heeft niet de geconstateerde nadelen, die aan het aansluiten bij het Jeugdsportfonds Utrecht hangen. Wij stellen u derhalve voor een nieuwe declaratiefondsverordening vast te stellen, waarin de nieuwe doelgroep is opgenomen. Anders dan bij het sportfonds stellen wij u voor geen begrenzing van 3 jaar op te nemen en de (eind)leeftijdsgrens vast te stellen op 18 jaar (en niet op 12 jaar). Het is namelijk niet te motiveren waarom er maar gedurende drie jaar gesport zou mogen worden en daarnaast stoppen de positieve effecten van sporten niet bij 12 jaar. Een en ander is verwerkt in de verordening zoals die aan u wordt aangeboden.
gemeente Baarn
blad 3
3. Beoogd resultaat
Efficiënt, effectief en op laagdrempelige wijze kinderen van 6 tot 18 jaar van huishoudens met een laag inkomen een kans bieden te (gaan) sporten door toekenning van een verhoogde vergoeding via het declaratiefonds. Dit naast het algemeen beoogde aspect van het declaratiefonds. 4. Argumenten
Met een aanpassing van het declaratiefonds wordt het beoogde doel bereikt. Het mogelijk maken aan de doelgroep van een vergoeding via het declaratiefonds voor sportactiviteiten levert hetzelfde resultaat op als meewerken aan het Jeugdsportfonds zonder de nadelen die aanhaken bij het Jeugdsportfonds in zich heeft. Geen meerkosten aanvraagafhandeling. Bij kinderen uit de doelgroep is er ook altijd recht voor de ouder(s) op een vergoeding uit het declaratiefonds. Uit de doelgroepuitbreiding op zich komen dus geen extra werkzaamheden voort. De voorgestelde verruiming heeft de instemming van het cliëntenpanel sociale zekerheid. De voorgestelde verruiming is voorgelegd aan het cliëntenpanel sociale zekerheid. Het panel staat achter de verruiming.
Waarom een nieuwe verordening? Door u is in uw vergadering van december 2005 een geactualiseerde declaratiefondsverordening vastgesteld. De aan ons in die verordening gegeven bevoegdheid nadere regels te stellen gaat niet zover dat we de doelgroep en de hoogte van de vergoeding kunnen aanpassen. De verordening zal dus door u gewijzigd moeten worden. Het is eenvoudiger en prettiger om met een nieuwe verordening te werken (dan met een verordening en een losse wijziging). Om deze reden wordt het vaststellen van een vernieuwde verordening voorgesteld. De voorgestelde aanpassingen zijn de volgende: - aan het huidige artikel 7 wordt het volgende toegevoegd (zie voor het hele artikel eventueel de bijgevoegde verordening): “ Voor kinderen van 6 tot 18 jaar bedraagt de tegemoetkoming een maximumbedrag van € 225,-. Het bedrag dat uitgaat boven de normale vergoeding van maximaal € 100,- dient volledig aangewend te worden voor sportactiviteiten van het rechtgevende kind en dit dient aangetoond te worden. - aan de toelichting op de artikelen 2 en 7 wordt het volgende toegevoegd: (artikel 2) “Voor de doelgroep kinderen van 6 tot 18 jaar waarvoor een verhoogde vergoeding geldt (zie artikel 7 plus toelichting) geldt dat het bedrag van de vergoeding dat uitgaat boven de normale € 100,- volledig aangewend moet worden voor sportactiviteiten bij een sportvereniging. Desgewenst kan het volledige bedrag van € 225,- aangewend worden voor sportactiviteiten. Anders dan de algemene regel mag de vergoeding naast de betaling van contributie aan de sportvereniging ook aangewend worden voor aanschaf van sportkleding en sportattributen die nodig zijn voor de sportactiviteiten”.
gemeente Baarn
blad 4
(artikel 7) “Voor kinderen van 6 tot 18 jaar bedraagt de maximumvergoeding € 225,- Het bedrag dat uitgaat boven de normale € 100, moet aantoonbaar aangewend worden voor sportactiviteiten van dat kind. Voor wat betreft de leeftijdsgrens kan een eerste vergoeding verleend worden over het jaar waarin het kind 6 jaar wordt. Een laatste vergoeding kan worden verleend over het jaar waarin het kind 18 jaar wordt. Zie voor de kostenverantwoording ook de toelichting bij artikel 2”. Een ingangsdatum van 1 januari 2008 is het meest logisch. Vergoedingen uit het declaratiefonds worden gegeven per kalenderjaar. Aangezien er voor het jaar 2007 al veel aanvragen zijn afgehandeld, ook in situaties met kinderen uit de nieuwe doelgroep, is de meest logische ingangsdatum van de nieuwe verordening 1 januari 2008. 5. Aanpak/Uitvoering
Na vaststelling door u wordt de vernieuwde regeling uitgevoerd door het Zorgloket van de afdeling Publiekszaken. 6. Communicatie
Bekendmaking vindt plaats via de gebruikelijke instrumenten, zoals ter inzagelegging, gemeentenieuws, openbare bekendmaking en nieuwsbrief. Informatie wordt ook verstrekt door medewerksters van het Zorgloket en medewerksters van Wegwijs in individuele gevallen. 7. Evaluatie
Jaarlijks wordt een verslag gemaakt over de uitvoering van de WWB, de Ioaw, de Ioaz, het Bbz en de minimaregelingen. Onderdeel hiervan is het declaratiefonds. Dit verslag wordt u jaarlijks aangeboden. 8. Kosten, baten en dekking
Er is een meerjarige ervaring met de werking van het declaratiefonds en de kosten kunnen redelijk goed ingeschat worden. Het is echter wel lastig in te schatten wat de verruiming van de doelgroep aan uitgaven met zich brengt. Duidelijk is dat in ieder geval in het huidige uitkeringsbestand WWB plusminus 90 kinderen in de leeftijdsklasse van 6 tot 18 jaar zitten. Waarschijnlijk zal niet voor alle kinderen een aanvraag worden ingediend. Niet bekend is voor hoeveel kinderen buiten het uitkeringsbestand WWB een aanvraag zal worden ingediend. Stel dat voor ieder kind wiens ouder een uitkering ingevolge de WWB ontvangt een aanvraag wordt ingediend zijn de meerkosten (boven de reguliere € 100,--) daarvan ongeveer € 11.250,-. Vanaf 2007 is structureel een bedrag van € 50.000 voor declaratiefondsuitgaven beschikbaar. De werkelijke uitgaven over 2006 bedroegen € 47.756,-. Alle uitgaven, ook die van de verhoging van de vergoeding voor de doelgroep, moeten voldaan worden uit het beschikbare budget. Indien het totaalbudget onvoldoende is zullen de meerkosten gedekt worden uit het voor bijzondere bijstandsverlening beschikbare budget. Voor bijzondere bijstandsverlening is in 2007 € 230.000,-
gemeente Baarn
blad 5
beschikbaar en vanaf 2008 een bedrag van € 250.000,- structureel beschikbaar. De uitgaven bijzondere bijstand over 2006 bedroegen € 224.315,- Naar verwachting zijn beide budgetten voldoende voor betaling van de totale uitgaven. Burgemeester en wethouders van Baarn, De secretaris, De burgemeester,
gemeente Baarn
blad 6
Nr. 000074 van 2007 Declaratiefonds welzijns- en sportactiviteiten. De raad der gemeente Baarn; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders. d.d. 21 augustus 2007 overwegende dat het wenselijk is een vergoeding mogelijk te maken voor sportactiviteiten van kinderen van 6 tot 18 jaar van ouders die rond moeten komen van een laag inkomen; gehoord de commissie voor SBF d.d. 11 september 2007; gelet -voor zover nodig- op op artikel 149 van de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;
besluit: 1. De “Verordening Declaratiefonds welzijns- en sportactiviteiten 2008” vast te stellen; 2. De ingangsdatum van de verordening vast te stellen op 1 januari 2008; 3. De “Verordening Declaratiefonds welzijns- en sportactiviteiten 2006” per 1 januari 2008 in te trekken. VERORDENING DECLARATIEFONDS WELZIJNS- EN SPORTACTIVITEITEN 2008
Artikel 1
Doelstelling van het declaratiefonds welzijns- en sportactiviteiten en status regeling
Het declaratiefonds heeft tot doel het bevorderen en het bereikbaar houden van sociale participatie door het toekennen van een gemeentelijke tegemoetkoming/bijdrage voor het kunnen deelnemen aan welzijns- en sportactiviteiten. Door de verstrekking wordt tevens getracht een bijdrage te leveren aan de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting. Voor de burgers betekent de regeling een stuk waaraan ze rechten kunnen ontlenen.
Artikel 2
Begripsbepaling
In deze verordening wordt verstaan onder: a. Welzijns- en sportactiviteiten: het geheel van activiteiten dat rechtstreeks bijdraagt aan de bevordering van sociale participatie en
gemeente Baarn
b.
c. d.
e.
f. g. Artikel 3
blad 7
ligt op het gebied van maatschappelijke activiteiten, sport en recreatie, onderwijs en educatie en (sociaal) culturele activiteiten, zoals deze verder uitgewerkt zijn in de bijlage bij deze verordening; Persoon: inwoner van de gemeente Baarn, ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie (GBA) op de datum van aanvraagindiening; Kind: het eigen kind of stiefkind; Ten laste komende kind: het kind jonger dan 18 jaar voor wie de alleenstaande ouder of de gehuwde aanspraak op kinderbijslag kan maken; Huishouden: 1. Twee personen die, gehuwd of samenwonend (of daarmee gelijkgesteld ingevolge de bepalingen van de WWB) een gezamenlijke en zelfstandige huishouding voeren, al dan niet met hun ten laste komende kinderen; 2. Een alleenstaande ouder, zijnde de persoon, die een zelfstandige huishouding voert met zijn/haar ten laste komende kinderen; 3. Een alleenstaande persoon met een leeftijd van 18 jaar of ouder, die op het moment van aanvraag een zelfstandige huishouding voert; 4. De persoon, zijnde een niet ten laste komend kind, die woont bij een of beide ouders; College: het college van burgemeester en wethouders van Baarn; WWB: de Wet werk en bijstand; Aanspraak op tegemoetkoming
Het college verstrekt op aanvraag aan een huishouden een tegemoetkoming in de kosten van deelname aan welzijns- en sportactiviteiten, voor zover deze vallen onder de toegestane kosten ingevolge deze verordening en voor zover: -
voldaan wordt aan de voorwaarden van toekenning; en het netto inkomen van het huishouden lager dan wel gelijk is aan het toetsingsinkomen, zoals genoemd in artikel 5; en het vermogen lager dan wel gelijk is aan de geldende vermogensgrens, zoals genoemd in artikel 6.
Artikel 4
De aanvraag
1. Een aanvraag om een tegemoetkoming ingevolge deze verordening kan eenmaal per kalenderjaar worden ingediend en wel in de periode van 1 februari van het kalenderjaar tot en met 31 januari van het daarop volgende kalenderjaar. 2. Een aanvraag dient ingediend te worden via een daartoe door het college vastgesteld aanvraagformulier. 3. Bij de aanvraag dienen de gegevens en bewijsstukken te worden geleverd die aangegeven staan op het aanvraagformulier.
gemeente Baarn Artikel 5
blad 8
Inkomensgrens
1. De inkomensgrens bedraagt 115% van de geldende basisnorm, zoals genoemd in de artikelen 20, 21 en 22 WWB, verhoogd met de maximum toeslag, zoals genoemd in artikel 25 WWB, in de situaties van een alleenstaande vanaf 21 jaar en een alleenstaande ouder. 2. De hoogte van het inkomen van het huishouden wordt vastgesteld op het moment van indiening van de aanvraag. 3. Voor wat betreft de vaststelling van het inkomen van het huishouden zijn de bepalingen van de WWB van toepassing. Dit wil zeggen dat bepaalde inkomensbestanddelen en middelen wel en bepaalde inkomensbestanddelen en middelen niet worden meegenomen in de berekening van de hoogte van het inkomen. Artikel 6
Vermogensgrens
1. De vermogensgrens voor het huishouden is de voor het huishouden toepasselijke grens, die genoemd wordt in artikel 34 van de WWB. 2. De hoogte van het vermogen van het huishouden wordt vastgesteld op het moment van indiening van de aanvraag. 3. Voor wat betreft de vaststelling van het vermogen van het huishouden zijn de bepalingen van de WWB van toepassing. Dit wil zeggen dat bepaalde vermogensbestanddelen en middelen wel en bepaalde vermogensbestanddelen en middelen niet worden meegenomen in de berekening van de hoogte van het inkomen. Een uitzondering op de WWB-bepalingen is dat vermogen in de vorm van een eigen woning die zelf bewoond wordt niet meetelt als vermogen ingevolge deze verordening. Artikel 7
De hoogte van de tegemoetkoming
De hoogte van de tegemoetkoming bedraagt de werkelijke kosten met als maximum € 100,- per rechtgevende persoon uit het huishouden. In de situaties waar ten laste komende kinderen tot het huishouden behoren zijn deze kinderen ook rechtgevenden. Voor kinderen van 6 tot 18 jaar bedraagt de tegemoetkoming een maximumbedrag van € 225,-. Het bedrag dat uitgaat boven de normale vergoeding van maximaal € 100,- dient volledig aangewend te worden voor sportactiviteiten van het rechtgevende kind en dit dient aangetoond te worden. De tegemoetkoming geschiedt bij wijze van bevoorschotting. Uiteindelijk dienen de bewijsstukken van alle kosten over het kalenderjaar overgelegd te zijn voor 1 februari van het volgende jaar.
Artikel 8
Onvoorziene omstandigheden en nadere regels
In gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslist het college en het college is ook bevoegd nadere regels vast te stellen.
gemeente Baarn
Artikel 9
blad 9
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2008.
Artikel 10
Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Declaratiefonds welzijnsen sportactiviteiten 2008.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Baarn, gehouden op 26 september 2007 de griffier, de voorzitter,
gemeente Baarn
blad 10
TOELICHTING “VERORDENING DECLARATIEFONDS WELZIJNSEN SPORTACTIVITEITEN 2008”
Algemeen Via het declaratiefonds wordt aan de inwoners van de gemeente Baarn met een laag inkomen de mogelijkheid geboden om deel te nemen aan welzijns- en sportactiviteiten in ruime zin. Een laag inkomen kan namelijk als ongewenst neveneffect hebben dat de betrokkenen in een sociaal isolement dreigen te raken. Door middel van het declaratiefonds kan voor een belangrijk deel de budgettaire drempel worden verlaagd, zodat welzijns- en sportactiviteiten voor mensen met een laag inkomen toegankelijk blijven. Dit draagt weer mede bij aan een gezonde(re) levensstijl met alle gunstige gevolgen die daarbij horen. Bij het instellen van een declaratiefonds hebben de volgende punten centraal gestaan: 1. een nuttige en rechtvaardige regeling afgestemd op het doel waarvoor deze in het leven geroepen is. Dit is het daadwerkelijk vergroten van de mogelijkheden tot deelname aan welzijns- en sportactiviteiten; 2. een zo eenvoudig mogelijke aanvraag en afhandelingsprocedure. Enerzijds om de cliënt een laagdrempelige voorziening te bieden. Anderzijds een regeling voor de gemeente met lage uitvoeringskosten. Artikelsgewijze toelichting. Artikel 1 Van een zelfstandige huishouding is bij wijze van uitzondering ook sprake bij bewoners van een woon-zorgcentrum, zoals bijvoorbeeld Santvoorde en Schoonoord, mits voldaan wordt aan de inkomens en vermogensbepalingen. Personen die verblijven in AWBZ bekostigde verpleeginrichtingen, zoals bijvoorbeeld bewoners van de Amerpoort ASVZ of Sherpa worden niet geacht een zelfstandige huishouding te voeren voor deze regeling. Artikel 2 De begripsbepaling van welzijns- en sportactiviteiten is heel ruim. Zie voor een totaalbeschrijving de bij deze verordening behorende bijlage. De bedoeling is om zoveel mogelijk activiteiten te stimuleren en voor vergoeding in aanmerking te laten komen. Niet alleen is dat voor de cliënt plezierig maar ook is dat voor de uitvoering eenvoudiger. De term rechtstreeks in de omschrijving houdt in dat het moet gaan om de kosten van de welzijns- en/of sportactiviteit zelf en niet om de bijkomende kosten, zoals bijvoorbeeld reiskosten die gemaakt moeten worden om een activiteit te bezoeken, kledingkosten voor een sportactiviteit of aanschaf van een (mobiel) telefoontoestel. Voor de doelgroep kinderen van 6 tot 18 jaar
gemeente Baarn
blad 11
waarvoor een verhoogde vergoeding geldt (zie artikel 7 plus toelichting) geldt dat het bedrag van de vergoeding dat uitgaat boven de normale € 100,- volledig aangewend moet worden voor sportactiviteiten bij een sportvereniging. Desgewenst kan het volledige bedrag van € 225,- aangewend worden voor sportactiviteiten. Anders dan de algemene regel mag de vergoeding naast de betaling van contributie aan de sportvereniging ook aangewend worden voor aanschaf van sportkleding en sportattributen die nodig zijn voor de sportactiviteiten. Artikel 3 Voor de doelgroep is de aard van het inkomen niet bepalend en daarmee is de voorziening niet beperkt tot uitkeringsgerechtigden. Ook personen, die bijvoorbeeld een inkomen uit arbeid of studiebeurs ontvangen komen in beginsel in aanmerking. In de oude verordening stond ook als voorbeeld opgenomen vreemdelingen die hun inkomen ontvangen op grond van de ROA (Regeling opvang asielzoekers) of VVTV (Voorwaardelijke vergunning tot verblijf). Er zijn in de gemeente Baarn echter geen personen meer die onder een van deze regelingen vallen. Indien het inkomen of vermogen hoger is dan de geldende grenzen is een tegemoetkoming niet mogelijk. Om de regeling niet onnodig bewerkelijker te maken is niet gekozen voor gedeeltelijke vergoeding middels een draagkrachtberekening o.i.d. bij hogere inkomens dan het grensinkomen. Artikel 4 In dit artikel is bepaald dat ieder huishouden slechts éénmaal per kalenderjaar een aanvraag kan indienen. Oorspronkelijk was dit bedoeld om te bewerkstelligen dat de kosten opgespaard zouden worden tot het maximum-bedrag en pas dan een aanvraag zou worden ingediend. Zonder deze bepaling zou er iedere keer een aanvraag ingediend kunnen worden gedurende het jaar als er weer wat kosten gemaakt zijn. De afhandeling van meerdere aanvragen per jaar zou teveel tijd in de uitvoering kosten. Hoewel er inmiddels sprake is van een bevoorschottingssysteem en dat systeem niet langer noodzaakt tot het opsparen van kosten (zie de toelichting op artikel 7) is de bepaling toch nog van belang omdat het niet ondenkbaar is dat klanten het makkelijker vinden iedere keer een deeltegemoetkoming aan te vragen tot de kosten die al gemaakt zijn. Nota’s en aanvragen kunnen tot en met de maand januari van het daarop volgende kalenderjaar worden ingediend. Om verwarring te voorkomen is voor wat betreft de aanvraagtermijn hierop aangesloten. Gevraagde inkomens- en vermogensgegevens/bewijzen zoals aangegeven op het aanvraagformulier en bestedingsbewijzen dienen aangeleverd te worden door de aanvrager. Er is bij het declaratiefonds sprake van een doelverstrekking, dat houdt in dat bewijzen omtrent de volledige besteding van de tegemoetkoming overgelegd moeten worden. Zie voor de wijze en tijdstip hiervoor ook artikel 7 en de toelichting daarop.
gemeente Baarn
blad 12
Artikel 5 In dit artikel staat aangegeven waar beneden het inkomen van het huishouden moet blijven. Dit is gerelateerd aan de bijstandsnormen. Bijstand wordt echter afgestemd op het wel of niet kunnen delen van kosten met anderen. Dit kan tot gevolg hebben dat er op de bijstandsnorm voor echtparen een verlaging wordt toegepast en op de bijstandsnorm voor alleenstaanden en alleenstaande ouders een toeslag wordt verleend. Voor afhandeling van aanvragen van het declaratiefonds zou het te ver gaan en te ingewikkeld worden om vast te stellen welke verlaging c.q. toeslag van toepassing zou zijn. Om die reden is er voor gekozen het inkomen te toetsen aan (115% van) de basisnorm zonder verlaging bij echtparen en inclusief de maximum toeslag bij alleenstaanden en alleenstaande ouders, conform de wettelijke bepalingen ingevolge de WWB. Artikel 6 Als het vermogen te hoog is, is er geen recht op een vergoeding ingevolge het declaratiefonds. Voor wat betreft de hoogte van het vrij te laten vermogen is aansluiting gezocht bij de vermogensbepalingen in de WWB. In artikel 34 van de WWB staat aangegeven met welke vermogensbestanddelen wel of geen rekening gehouden moet worden. Tevens staat in dit artikel de vermogensgrens aangegeven. Uitzondering is dat er bij de bepaling van het vermogen voor het declaratiefonds geen rekening hoeft te worden gehouden met vermogen in de vorm van een eigen en bovendien zelf bewoonde woning. Artikel 7 In dit artikel wordt de maximum tegemoetkoming per rechtgevend persoon uit het huishouden bepaald. Er is geen begrenzing naar het aantal gezinsleden. De maximumtegemoetkoming is het aantal rechtgevende gezinsleden maal 100 euro. Voor kinderen van 6 tot 18 jaar bedraagt de maximumvergoeding € 225,-. Het bedrag dat uitgaat boven de normale € 100, moet aantoonbaar aangewend worden voor sportactiviteiten van dat kind. Voor wat betreft de leeftijdsgrens kan een eerste vergoeding verleend worden over het jaar waarin het kind 6 jaar wordt. Een laatste vergoeding kan worden verleend over het jaar waarin het kind 18 jaar wordt. De bedragen moeten wel naar de afzonderlijke gezinsleden toegerekend kunnen worden. Als voor het ene gezinslid minder is besteed of voor het ene gezinslid wel en voor het andere niet dan zal de tegemoetkoming lager uitvallen dan het voor het huishouden geldende maximumbedrag. Overschrijding van de maximumkosten door het ene gezinslid mogen niet verrekend worden met een onderbesteding van een ander gezinslid. Zie voor de kostenverantwoording ook de toelichting bij artikel 2. De tegemoetkoming geschiedt bij wijze van bevoorschotting. Er hoeft bij de aanvraag slechts één rekening/betaalbewijs overgelegd te worden en de hoogte daarvan maakt niet uit. Op dit betaalbewijs wordt meteen het maximum vergoedingsbedrag uitbetaald. De klant dient later in het jaar tot en met uiterlijk 31 januari van het volgende jaar aan te tonen dat kosten gemaakt zijn tot de maximumbedragen. Indien de klant dit niet doet dan zal het niet aangetoonde bedrag van het aan te tonen kalenderjaar in mindering worden gebracht op de
gemeente Baarn
blad 13
vergoeding voor het volgende kalenderjaar. Door voor dit bevoorschottingsstelsel te kiezen wordt voorkomen dat de aanvrager van te voren hoge kosten dient te maken, waardoor de aanvrager wellicht genoodzaakt wordt van een aanvraag voor vergoeding af te zien omdat de kosten niet voorgeschoten kunnen worden. Artikel 8 Het is niet mogelijk de zaken uitputtend te regelen. In die gevallen waarbij de verordening geen uitsluitsel biedt beslist het college. Hierbij zal het voornamelijk gaan om individuele situaties. Tevens kan het college als de uitvoering van de verordening dat nodig maakt nadere regels vaststellen. Hierbij zal veelal gaan om het regelen van algemene(r)e zaken. Artikel 9 Dit artikel behoeft geen nadere toelichting Artikel 10 Dit artikel behoeft geen nadere toelichting
gemeente Baarn
blad 14
Bijlage behorende bij de Verordening Declaratiefonds welzijns- en sportactiviteiten 2008. De volgende categorieën van activiteiten en voorzieningen komen voor vergoeding in aanmerking. 1.
Algemeen (ondersteunende) maatschappelijke activiteiten: a. Lidmaatschap van belangenorganisaties; b. Lidmaatschap vak-/ ouderenbond; c. Lidmaatschap consumentenorganisaties; d. Lidmaatschap ideële organisaties; e. Lidmaatschap organisatie van minderheden; f. Abonnement op een krant/tijdschrift; g. Abonnementskosten telefoon, gesprekskosten telefoon, telefoonkaart mobiele telefoon; h. Kinderopvang, peuterspeelzaalopvang.
2.
Sport en recreatie: a. Zwemkaartjes, -abonnement; b. Zwemles; c. Lidmaatschap sport- en hobbyvereniging; d. Toegangskaarten/abonnementen voor sportverenigingen*; e. Sportieve recreatie-activiteiten; f. Lidmaatschap speeltuin- en tuindersvereniging; g. Deelname aan fitness-, sportcentra etc.
*Voor kinderen van 6 tot 18 jaar die een verhoogde vergoeding krijgen voor sportactiviteiten (artikel 7 van de verordening) mag de vergoeding naast de betaling van contributie ook worden aangewend voor de aanschaf van sportkleding en sportattributen die nodig zijn voor de desbetreffende sport. 3.
(Sociaal-) culturele activiteiten: a. Museumjaarkaart; b. Cultureel jongerenpaspoort; c. Kortingspassen/ voordeelurenkaart NS d. Toegangsbewijs/abonnement voor culturele voorstellingen (muziek, toneel, dans, cabaret etc.); e. Entreebewijs/abonnement voor evenementen; f. Deelname aan cursussen en/of activiteiten op cultureel terrein; g. Deelname aan cursussen en/of activiteiten op sportief terrein; h. Lidmaatschap bibliotheek; i. Deelname kunstzinnige/creatieve vorming; j. Lidmaatschap buurt-/wijkvereniging; k. Lidmaatschap jeugdclub, scouting etc.;
4.
Onderwijs/educatie: a. Bijkomende kosten basis/voortgezet onderwijs (schoolreisje e.d.); b. Deelname aan cursussen en/of activiteiten op educatief terrein; c. Deelname vormingswerk; d. Deelname natuur/milieu-educatie.
gemeente Baarn
blad 15
Procedurele aspecten bij voorstelnr. 000074 van 2007 Bijlagen bij voorstel.
Openbaar:
Geheim:
De met # gemerkte openbare bijlagen zijn i.v.m. de omvang niet meegezonden aan de abonnementhouders. Zij die een abonnement hebben, kunnen de tekst gratis krijgen door deze op te vragen de griffie, tel. (035)5481828 of (035)5481717. Stukken ter inzage.
Openbaar:
Geheim:
Besluitvormingsroute.
1. College 2. Agendacommissie 3. Commissie SBF 4. Raadsvergadering
d.d. 21 augustus 2007 d.d. 3 september 2007 d.d. 11 september 2007 d.d. 26 september 2007
Vóór commissievergadering toezenden met begeleidend schrijven aan:
Ná commissievergadering toezenden met begeleidend schrijven aan:
Ná raadsvergadering toezenden met begeleidend schrijven aan:
Toezicht
Onder nummer d.d. in -voud met begeleidend schrijven toegezonden aan: De Kroon De minister van Gedeputeerde staten in de provincie Utrecht De commissaris der Koningin in de provincie Utrecht met verzoek om Afgifte van een bericht van ontvangst te bevorderen Goedkeuring te bevorderen Van de toegezonden stukken kennis te nemen door tussenkomst van: op grond van Gemeentewet artikel
Gegevens inwerkingtreding:
bericht van ontvangst goedkeuringsbesluit beroep tegen keuringsbesluit aangetekend beslissing op (Kroon)beroep besluit onherroepelijk geworden
d.d. d.d. d.d. d.d. d.d.
besluit afgekondigd besluit in werking getreden
d.d. d.d.
ontvangen op: ontvangen op: ontvangen op:
gemeente Baarn
Afdeling Paraaf steller Naam steller Datum aanmaak/wijziging rvs Fiat gem.secr.
: WIZ : : Ronald van Lemmeren :
Coll.
: RLN
:
blad 16