GEM E E. N T E L E! D E f3 D O R P N. nr. ^ i-qsl. ir. afd. Afdoening:

GEM E E. N T E L E! D E f3 D O R P

Beleid & Projecten (071)54 54 857 [email protected]

N

nr. ^ fl '

gRi#i-QSl

Gemeente Leiderdorp

~:.: ti

ir. afd.

Aan de raad

Afdoening:

datum kenmerk bijlage betreft

: 11 februari2010 :2010U00474 :2 : Brede School Oude Dorp

Geachte leden van de raad, Wij hebben begrepen dat u van de bewonersgroep Kastanjelaanschool vragen en opmerkingen heeft gekregen over de uitvoering van het project Brede School Oude Dorp en het inspraakproces. In deze brief geven wij u graag de actuele stand van zaken van het project weer en gaan wij in op het inspraakproces. Uitvoering van uw besluit Op 20 april 2009 besloot u de locatie Kastanjelaan 6 als nieuwbouwlocatie aan te wijzen voor de Brede School Oude Dorp (BSOD) en de massastudie variant 4 als uitgangspunt te nemen bij de verdere planvorming. Het programma van de brede school bestaat uit 2640m2 bvo (gebouw) en 1500m2 buitenruimte. U ging daamaast in principe akkoord met de wijziging van net vigerende bestemmingsplan Centrum 1979 voor de inpassing van het programma op die locatie. Tevens besloot u het uitvoeringskrediet BSOD te verhogen en stelde u het Participatieplan ontwerpfase project Brede School Oude Dorp vast. Wij werken sinds uw besluit hard aan de realisatie van de brede school op die locatie. Wij doen dit in goede samenwerking met de gebruikers (PCSV en SKL) en de klankbordgroep BSOD. Voor ons geldt uiteraard dat bij alle werkzaamheden die wij in het kader van het project BSOD verrichten steeds uw besluit leidend is. Voortgang Via diverse brieven en berichten informeerden wij u sinds juni 2009 over de voortgang van het project. Zo informeerden wij u op 2 december 2009 over de voortgang van het Programma van Eisen en stuurden wij u begin januari van dit jaar het voortgangsbericht aan de omwonenden (van 17 december 2009). Hieronder geven wij puntsgewijs de actuele stand van zaken van het project weer.

Gemeentehuis Statendaalder 1 2353 TH Leiderdorp Postbus 35 2350 AA Leiderdorp Telefoon(071)545 85 00 Telefax (071)589 56 91

-2-

Proqramma van Eisen • De stuurgroep heeft op 16 december 2009 het ruimtelijk-functioneel Programma van Eisen en technisch Programma van Eisen voor het gebouw vastgesteld (zie bijlagen). Het ruimtelijk-functioneel PvE is de nadere uitwerking van de ruimtestaat die onderdeel was van de door u tot uitgangspunt genomen massastudie (Weeda architecten, 16 oktober 2008). • Het Programma van Eisen blijft binnen het programma waartoe u heeft besloten. Het technisch PvE bevat de technische eisen waaraan het gebouw moet voldoen. Gezamenlijk vormen zij de basis voor het Voorlopig Ontwerp. Het vaststellen van het integrale PvE is een bevoegdheid van de stuurgroep en het college. Wij stellen het PvE binnenkort samen met het fasedocument definitiefase (zie hieronder) vast. Fasedocument definitiefase • Dit document geeft inzicht in de organisatie, de planning, de financien, de risico's etc van deze fase en geeft een doorkijk naar de volgende fase. • Het fasedocument zal in februari vastgesteld worden door de bestuurlijk opdrachtgever (wethouder Glasbeek) en door het college; wij sturen u daarna dit document (vertrouwelijk) ter informatie toe. Architectenovereenkomst • Wij zijn op 17 november 2009 akkoord gegaan met het addendum voor de architectenovereenkomst. • Wij hebben de architect op 1 december 2009 opdracht gegeven voor de uitvoering van de werkzaamheden in de Voorlopig Ontwerpfase. Voorlopig Ontwerp gebouw • Op 18 december 2009 heeft de architect met de gebruikers een eerste vlekkenplan voor de BSOD besproken. Op 18 januari jl. heeft opnieuw overleg plaatsgevonden met alle gebruikers over het aangepaste vlekkenplan. Dit vlekkenplan is dezelfde dag in de klankbordgroep toegelicht en besproken. • De architect heeft in vervolg op het vlekkenplan en naar aanleiding van de overleggen een eerste concept voorlopig ontwerp gemaakt. Dat is besproken met de gebruikers op 3 februari. De architect verwerkt deze reacties in het voorlopig ontwerp. Het concept voorlopig ontwerp is in de stuurgroep besproken ( 8 februari) en wordt vervolgens in de klankbordgroep (15/2) toegelicht. Op 16 februari vindt de presentatie van het concept Voorlopig Ontwerp aan de bewoners, de gebruikers en de ouders plaats. Wij hebben u de uitnodiging in afschrift toegestuurd. U bent van harte welkom bij deze informatiebijeenkomst. • De klankbordgroep heeft, zoals vastgelegd in het participatieplan ontwerpfase BSOD, adviesrecht ten aanzien van de uitstraling en de toegankelijkheid van het gebouw. De klankbordgroep zal dan ook op deze onderdelen advies uitbrengen over het Voorlopig Ontwerp. • De behandeling van het definitieve VO inclusief het advies van de klankbordgroep in de stuurgroep vindt op 26 maart a.s. plaats. • De vaststelling van het VO is een bevoegdheid van het college en is gepland plaats te vinden begin april a.s.

-3-

Buitenruimte • Voor de school en de kinderopvang is wettelijk minimaal 908m2 buitenruimte nodig • De gewenste en functioneel benodigde meters buitenruimte is 1500m2. Dit is ook het aantal meters buitenruimte dat is opgenomen in de massastudie variant 4. Er zijn meer dan de wettelijke minimale meters buitenruimte gewenst omdat niet elke m2 buitenruimte binnen het perceel geschikt is als speelruimte voor de kinderen. Daarnaast is ruimte nodig voor fietsenstalling, containers etc. • Voor de buitenruimte wordt samen met de klankbordgroep een programma van eisen opgesteld. Daarin worden de onderwerpen verkeeren parkeren meegenomen. De eisen en wensen worden vervolgens in een voorlopig en definitief ontwerp voor de buitenruimte vertaald. Daarom wordt hierbij een landschapsarchitect betrokken. We verwachten dat hiermee gestart kan worden in het tweede kwartaal van dit jaar. RO procedure • U heeft op 20 april 2009 al besloten in principe akkoord te gaan met de wijziging van het geldende bestemmingsplan. • Wij nemen naar aanleiding van het concept Voorlopig Ontwerp begin maart een principebesluit over de te volgen RO procedure voor gebouw en buitenruimte. Wij informeren u daarna over ons besluit. • Het gebouw kan met de wijzigingsbevoegdheid binnen het geldende bestemmingsplan worden gerealiseerd. B&W zijn bevoegd tot het nemen van het wijzigingsbesluit. • De gewenste en functioneel benodigde buitenruimte kan niet binnen het geldende bestemmingsplan worden gerealiseerd. Daarvoor moet een postzegelplan worden gemaakt. De raad is bevoegd daarover te besluiten. Wij komen daarvoor met een voorstel. • Wij scheiden ter bespoediging van de realisatie van de BSOD kortom de RO procedure voor het schoolgebouw en de buitenruimte binnen het huidige perceel van de Kastanjelaanschool (onder wijzigingsbevoegdheid van het geldende bestemmingsplan) en de RO procedure voor de gewenste buitenruimte buiten dit perceel (via postzegelplan). Nochtans leidt dat er niet toe dat aan uw wens van realisatie voor aanvang schooljaar 2011-2012 gevolg kan worden gegeven; zelfs met deze versnelling wordt het nog, een op zich haalbare, opgave om voor schooljaar 2012-2013 tot oplevering te komen. Overeenkomsten SKL en PSCV • Wij verwachten eind maart de huurovereenkomst met SKL en de bruikleenovereenkomst met PCSV af te kunnen ronden. Inspraakproces De bewonersgroep Kastanjelaanschool heeft laten weten het niet eens te zijn met het inspraakproces. Het commentaar richt zich zowel op de inspraak in de periode voor het raadsbesluit van 20 april 2009 als op de periode daarna. Zoals echter nadrukkelijk in het raadsvoorstel is aangegeven, is in de periode daarvoor afgeweken van het participatieplan definitiefase. Daarnaast maakten de door ons verrichtte haalbaarheidsonderzoeken duidelijk dat de beinvloedingsruimte van de buurt geringer is dan in dat participatieplan was voorzien.

-4-

Om die reden stelden wij u een aangepast participatieplan voor. Dit participatieplan stelde u vervolgens, na een uitgebreide discussie over de bovengenoemde punten, op 20 april 2009 vast. De bewonersgroep Kastanjelaanschool kan dan ook dat raadsbesluit niet accepteren. Zoals gesteld is dat raadsbesluit voor onze vervolgacties leidend. Het participatieplan gaat uit van een klankbordgroep van direct betrokkenen. Na de eerste bijeenkomst hebben de heer Van Beek (vertegenwoordiger van de Eikenlaan en tevens lid van de bewonersgroep) en de heer Poot (vertegenwoordiger van de bewonersgroep) laten weten dat zij niet deelnemen aan de klankbordgroep. Wij hebben u daarover op 7 September 2009 gemformeerd. Zij hebben aangegeven dat zij zich namelijk niet kunnen conformeren aan de uitvoering overeenkomstig het raadsbesluit van 20 april 2009 en het vastgestelde participatieplan. Wij respecteren hun besluit. Wij hadden anderzijds graag met alle betrokkenen samen in de klankbordgroep uitvoering willen geven aan het raadsbesluit tot realisatie van de Brede School Oude Dorp. De klankbordgroep is inmiddels 3 maal bijeen geweest. De verslagen van de bijeenkomsten en andere informatie over het project worden ook op de website gepubliceerd, zodat een ieder het proces kan volgen. Daarnaast houden wij de omwonenden ook via voortgangsbrieven op de hoogte van relevante ontwikkelingen. Wij gaan er vanuit u met deze brief voldoende gemformeerd te hebben. Heeft u nog vragen, neemt u dan contact op met Joke Boot, projectleider van de Brede School Oude Dorp. Zij is van maandag tot en met donderdag te bereiken op telefoon (071) 54 54 857 of per e-mail [email protected].

- M e t vriendelijke groet, C^burgemeester en wethouders,

kH^cJpu V

aepfpaf s

M. Zonntevylle burgemaester

CO

p o S CO

C3 m

fD

0)

—h

van

?r

rdo

Bred Gemeente L

Rui mtelij Pro n 3 3 3

i

C

n •Hi •

m o ••• •

0)

ZJ fD

0)

fD

n o

Q_ fD

T3

^^

• <

^ n ^ B I

13 fD

^^M

HI tJ '

O O

o g>

CD dl

B) £2\

09 i3.!

01 5T IQ

CO «3I

"Tl Q, w-

01 5T 10 ft 10 W

01 5T IQ A ua N)

ft IQ

ft to

01 ST (O

l-»

3

> 3

>

DO

o

CO ft

cr a

s3 3 ft 3

In

orti

rok

a it

ikel

?

cr

3 to ft

»

3

3

per: nen

tern

in

in O

SBUJ

3

•o_

5T 3

w •u

w IO

w H»

w o

Kl

«o

W •M

W NJ

M >J

< o o

O c Q. fD

o o —\ Q. cu DJ

n> 3

< o o 3.

Id IQ fD 3 Q.

O

3-

af a

i/i'

fD r-r

<

fD r*

cu

ft 3

3

-L

c 3

a. ft fD

fD Q. fD 3

0)

SH. »—••

o 3 fD

QL

< m

cr o o o c: - 1 c 3 Q. Id' fD

Q. fD CO -i fD Q_ fD 01

3 nzr 3 Q.

o o

sr 3

fD 3 31

ZS

cu 2

n 3

Q. fD

fD ' ^

cu cu =

cr in o fD —t Q.

?l O •a X3 fD.

—i

-1

3 3" fD

IQ fD

o

f? 3 3 CU CU 3

fD 3

c: c

fD i/>

m

S2

n

cr in

3 ICl

•o

cr cr CU Q. fD

•

CU 3 O.

<

O O

CU CD

t-t CU CU

CU

Q.

fB

CT £ Q. IQ fD

5? 3 IQ >.

fD

fD 3 r-r

fD

c

3 fD fD

fD fD. in fD W

3

cu cu -1

fD 3

^

cu cu

in CU 3

o

s CU

3 O

fD

< "

a:

cr in CU

-1

ft

S

—I

3

fD

3

Q.

fD 3

C 3

10

QL

ft

fD 3

cr

3 fD

fD

fD

a

—1

3

rp_

r-r fD

n 3-

fD. in'

fD 3 n 3"

ID fD

f?_

<

3 in

CU

fD in

fD 3 in fD 3

ID CU 3 in Cu

cr. fD Q

Q. fD l/> •o

cu 3

o

< fD

-—;

^

u? m

fD

O fD

5" 3 : 3

>-

<

fD —* •o fD

—1

fD 3 fD 3

(75' a fD

fD_

cu fD'

O

(/)

o

c

1/)

r-r

§ I fD S (D_

01

"9

CU

3 r-r

3

ro fD 3

i M fD fD 3

cu

fD 1J

*

9

!P

f3

<

Q. C in r-r fD

m

O IQ

fD

fD 3

CU 3

C 3

3 Q. fD

o

F"

id -n

cr <

O

<

•E: *•

cu

I/) I/) fD 3

Pr fD 3

"I Ia

3 fta 3

3

rF fD_ 9- Uo3

o 3 <= 3

<

in' C 3 Q. in' fD

=3 cr in fD
cu

II 3

3

ff

cu

«o

c * cuc

o fD 3

cu

Q —.

S" fD

3

CU 3

g

3 Q. fD

fD

CU

O < cr fD cz

o

a.

3.

& fD? in < 2" -ffi 5if " 3 CU « <9 _ rp_ ^ S" m fD« m fD o 3

£. w3 =; T

fD

<

fD, 3'

3- cr c < «^ m

o o

o

0

n

<

fD 3

fD

3" 3 in"

a: fD l/>

£:

fD 3 fD

CU 3 C

r>

13

a

'

fD

3 < 3 3

c fD 3

r-r in T3

<&

CU 3

-I

fD

5

2

3 3 01

m cr fD

< cu o.

fD 3

•0

Dl

r-r

5;

ar o c a

in fD

ff o fS

2.

IQ

CU

3

D O

fD

< O. (O fD 3 Q. fD O 3 Q. fD

a fD. fD 3

<

01 3 (A

? o

£- •J"'

3' IQ

fD Q. C

fD <-r CL fD fD -1

IQ —1

O fD T3 CL fD'

ses i/i fD' l/l

fD

ol

3 < ^

fD

3 l/l fD 3

O" fD fD

<

o3 3 3-

g.

a.

< ~1 fD

geh< a.

3' lQ

fD 3

fD 3 Q. fD

< l/l fD'

O T3 l/l 0)

3 fD

fD 3"

o o

a. fD

fD fD 3

< fD

afD IQ fD

o o -i 9. ig'

CL fD fD. 3 fD fD

3' in

3

< QJ

3 Q. fD

IQ fD 3

IQ fD

£ 3

fD fD 3

3

QJ

3 fD 3 t3I

fD CL fD

a o •a

fD

9.

•a fD CL QJ IQ O IQ l/l'

fD'

v°

n

fD

3" fD

IQ fD 3 O fD

Q. fD 7\ QJ l/l

QJ.

a fD CL fD

O O

OJ 01 3 l/l

s 3 fD _ "O IOQ T3

81 3

fD r-r •a

n

3-

o fD <

a

o 3

3

N fD

3' IQ

Ol Ol

l/l Ol

3

3

fD:

fD lO fD. CL r-r O O 7T

fD 3

O •a

< Ol 3

g

fD 3

r-r fD fD 3

< Ol

n

3" fD r-r

fD

CL fD

r-r

•0

l/l

CL

o

Ol Ol 13

T3 fD 3

fD -1

O

3

-a

(O fD

O c: CL fD

ft ffi. ^

fD

fD

ft O g_ 1/1' n

c: 3

3-

?

0 : fD

S ^ fD »

fD

fD

3

S

o cr

l/l fD

o

fD

B" inN

n

CL

<

o o

QfD

7?

3" O O

3

Q_

IQ fD

<

Ol 3

*—1

CL

in

fD 3

<

£/S'

QJ 01

VI r-r Ol 3

CL fD

fD 1

CL fD

3

1—1

- i

fD' rr

QJ

0

1/1'

CL fD

1-1

3

in fD

*

rapportage

in r-r

-^

Inh

CL fD

10

de beschr ijving ge ven

-I

r-

01

<

hoo fdst uk twee van dit Progra mma van Eis

3

•. Het vier

QJ rr.

fD

nuit deze identiteit reft u het ruimtepr : werkelijke ruimtel

fD 3

. In hoofd

<

fD 3

stuk gaat in op de usvier worden tevens de e omschreven. De

c

3" O

elaties van de ruim

01

ff

hetgemeentelijk ka

<

$ id

fD

3 1/1 r-r -I

sr

fD 3

QJ

fD

i identiteit van de betro kke n organiS;atie n hoofdst zamenli;jke visie omschreve oor de brede school n, getoet!

fD7

01 in 1/1'

CL fD

efte ing

O" fD

eldverw achtiirig en beleving n de accommoc haa Ibaar heid wordt toeigeliicht in hoiDfdst

£

cr

3

3 IA

B

-1

fD 3

Ol

fD

< o o

fD fD

o

oY

cr

<.

c

l/l

c-r fD O fD r-r l/l fD 3

Q)

O

•a

<

«i

~1 fD r-rfD

cr

n c: 3 fD 3

g 8 5

CL fD

CL O

•a O

ft

S"

CL 01 0)

fD

-1

fD

(T>

r-r

(Q in

?

X5

|3

l/l fD fD

01 Qj

O

^ fD

O

fD'

IQ °fD

fD

Q. fD

< CL fD

3" fD

fD —1 CL fD

O c:

g_

s

m 8- £

to fb" n fD 3o g_ fD

O 3" fD

X fD r-r

fD

o <

fD

'

Ol

ft ft

sr

§L 3 CL

fD •o fD CL Ol IQ O (CI

p

in

3

3 Ol CL fD 3

fD

CL fD

2 : 1/1 sr < fD 32. VI 3- °°> a s—. fD

ft O 3

A *fD

n

to 0010 m 75 £2. (/)' 3 ' 1/1 o CL n o fD -I o o o CL fD < 7s Ol

Ol 01

CL fD fD

< S.

fD

3

S" si

—1

IQ fD

O

O fD

fD

fD fD fD 3

q . fD CO

fD

W

sr fD a. l£

3

CL fD

gez vest

1/1'

&

-1

ff FT 3 QJ QJ 3 N fD' 3

fD 3

pno

-i

O 3 n>

iA BLULUE

<.

-LUjI

s fD

j»CZ7

03 —t

3* »

O 3

J

-

i

-

J>

'^

ft ! „

^

r*

m- 1

,

~ Si-

-

*

2 -. i i o &, a « » 3

2"

1

«

•?

3 o <

* 3

QJ Q_

ai.

a o -t

p b

7 i

: o • c a. A ropvang

Q. fD

W

• • • • 01 * 5 1 1 ST i» * *- «- y ft W ** f*"2 ** 1 i" 1 ST ^ ^ 7 ?i S 3 '3. ,, .. £ cr «£ •5 V 3 1 '? ^ X - ? 3 3 3 * '4. a3 ."'* SJ»

;

i

• • ' if

f

i

t

it. j< *

•

1 ; j 3a ! 52* > S * 7 f

** | * * <* * "3 z i a « 3

2

—

3

3

7

|

^

to

• • • • £ ? 5 i ? 3T

$ • •%.

^

T £

? "7

*.r :i

"

*

00

3

II fD

a n ai fD

a o p

S

!

ai ai

3

! I Si- 5.

1

vi

Ill

0)"

I

I II fI

sf § sr2 .
N

CD $•

§

I Ii i

3

I I

1

Is

I ft I I I !

rj
^

1

t?

1i I

II 1' r I sr §

rI

I i II I

$

I'

ft

£

tS? ft£

!

S

55- 8

s

">

1"

!

I

iI

SfD

I

4 I

ST ^ *l

§ 3

| 3

I

I

111

fD

iI I

I s

fD

!

i8

I

!

5-

00

3

1

^

S. £

or

ft g.

t

3'

a. fD -t

o a

g Q_ fD

ai n>

3. o a

is ! I I 9{

ft â ^

^ f? «x w & 3' cs- 9.

111 I 8 Hi III I I «

b fD

-1

!

S !

| ! »

to ^ & 9- 5<

^:

!

I

It si IIi ^ ^ 3" .&•

ff

is

So

1I 3IS-^ 5.5 § B S

1§V?

1 is 5

g-

3-

15- >- >-

er

§

ft ^ fD" 0 .

5 s

3 Oj

§ Si* -3J

«R>—

1 II ^ ffi

-3

Si ^

1

HI S

S 1 1 5*

n

1 I 3-

is

•& | 4 & 8

?

»

^^

S

!

^ $• s-

IS I ^1 i

HI

£D fB-

I 1

f? I

&

W

is I

I 5

I

3' 3

hi 1 t f

(D

o.

ai 10

o a

3 10

ra El a

5»C=3

a. n> cr 01 O)

in

o

cr

in

V

ai 3

o o -1

fD

in

55 r-r 3 ri r-r

<

fD r-r N

in

;e groep:

n 9L

cr o fD in

r-f-

c

-i

o n> 3 a> 3

Q. fD

l—t-

5" CO

i 0n1 0 T3

(D

<

•a fD r-r

fD 0 X3

^ < ai a. 3

•o

< o o

ZJ~

3' in

a.

sr

in

fD

T3

o ~< in" • a

a-

0

-t

3

fD fD

01 l/>

in 1 fD

ol fD a. 0

•0

-T D" 3 g n -> i C C fD ST i/i r-r ^ fD 3' fD fD in 3 in o 3 sr 3n r-r a. o ? fD 3O o_ fD fD_ fD

?

I/)

fD fD

in

oepsru

O

< 0) UD

in

r-r

O

voo r peu-

o -1

N 0)

Q. fD 03

3

in O

3'

a> 3

§

5'

O

3

fD •a in

3

'5

in fD

fD

cr fD

Q. fD -1 1

—I

m

S

ide partner

D CT fD

in O 3 r-r W

sr Ol r-r

fD 3

0

Q. fD

fD I/) O 3" O

fD» fD« 3

n. Ol

rin-win ituati w

fD

D5'

fif a. < fD

, * •

fD 0

c a. fD 30 fD

in 01 Ol r-r -3 fD

—1

3

0

fD fD

O. fD

-1

fD 3

fD

—\

*•

fD' C

<

fD

c

3 n.

0

fD

a. fD fD N

in T3 fD fD 3

a.

PD"

cr

fD 3 fD' r-r

g_ 3

3' in fD 3

1

O

fD fD

—1

3 Ol 01

a' 0

fD i/>

a. (D

30 O.

09

in

n n

n

fD fD 3

cr

3" O

—1

in' fD 3

a. fD in

n 0

£

0

in Ol

50

fD r-r -1

£

o_ O c

3

fF

p

n 3-

0 fD

y

fD

fD I/)

tarn

3 g_ 3 fD 3 13

—1

a. < 0 fD D O O

o_ 3

3

0

r-r fD

0

fF

$ !_-/ 7T 3 < 3 d

-1

5

S"

O

fD fD fD D

sch hui

werkin

fD 3

a. 0

< o O

(/)

3 3

-1

fD

Ol O)

0 O 7T fD fD 3

cr

3 fD n.

O c & (D

O O "O

5

& &

1

in (T>

! Si fi-

S 1 ! fD 3

o o 3

.1

S> re1 3- &

il l 8'

I I S3 1 I1 I fD

NJ

o o

!

re

Si-

III

Is

II rg ££

1 !5 v3

ID

1 I is 8

i

^

-3

s

§•

CD

»

3

•J

§ 1 =i'

I 8-

I

^ Q. fD

uL

£

fir

S 9

5 i » o "•» $

Ii I 111 I *l! t s5. I1 §•"§ I k> & re"

§

?^ re

S

—

fE

Ii II II

0> -3

II I t1re" ^§ !"rB" fB" •>

^

f 1?

S

o

sr

I 58 I IE fD

re

1

-o

n

Q!

fD

a o

t^ 5

2_

-i

i5 1I

5. "5 •&

fD

cn r—

I IS

111

3

Q. Q. O O

ft M l

S

N QJ

"O in fD in

3' ? Si.

1

I Ii

ui'

m fD

ty

R5

SI? I ill

Ii

f? % r-t-

&

o 5-

SSI

a>

^3i 7T

9J <§

I II

o fD

*

I

if f i i re

ft

!

i

!

III I* t !i I l l I I ?! I &i

S re

re- 3

ST

si

i1 «

&

? o

"fcrf: 111 CXJ

m s. m i- <^> J; Z E

: cz>

io fD < fD

a. fD r-r O

in QJ

3 n> CD o

a.

§ 51 >

S- °fD

10

<

<

-5

fD 3

fD <">

o

^

o

0) r-r fD 3

O

O

fD

3

2

3

QJ

fD

s o

a. <

a 3 in

n> in fD 3 . n> 0)

3 fD

ar QJ QJ -1 CT QJ Pr fD

3 IQ fD fD

rt

Q. fD

fD C -i Q. fD

3

O

I§ QJ

(Q

5' 3

B

QJ = fD I Q

fD

O lO fD. v3: *"

8" 5"

I '

•0 fD

ST ^ ff 3

fD r-r fD

-1 fD fD 3 O •a

I" fD

< O O

Oj.

fD

8

5

53"

< fD

fD IQ

<

3

QJ 3 QfD —.

rtfD' < QJ 3

QJ

r-r

'

n

fD in fD

CT

«P a fD QJ

3" O

» fD 3

5,1

£

-1

O

fD

CT fD

IQ fD

5"

rr fD

™ 7\

fD 01

R ? 3

Ofl> o Q. CT

fD -3 ' fD in

fD Q. to CT fD O fD

fD en

3 a.

m

NJ

—

O O O

3

fD 3

"» i t < S r-r

O O. IQ fD CT O C

S fD 3 Q. fD

3' Id'

8 3 n

O

fD CT r-r

3

3

3'

ft

I "3 3

^ O o

3 fD fD 3

3

QJ rtfD'

Q. fD

3

fp_ •m =

IQ

QJ

ft O

CT fD

O 3

QJ

fD

-1

in

QJ

O

ft> 05

S?

O 3

W

r-r T"

fP,

QJ

fc!.

fB

»—1. 3

D = fD in

ff fD Pr

-^

fD r-r CT fD 3 O

5" 3 Q.

fD l/l O

g

^- . S fD 3

IQ

2.

QJ QJ 3 IQ fD lO fD

3

O

fD O IQ

<

fD 3

3 ff in'

•o N

a

r* O 3

s N fD

ft

QJ

ff 3

Q. fD

^

o

sr

o

QJ

fD 3 CL

—I

n o

o

fD

3 in r-r -1

S o

O O

A

O CT in O

•o

3 3

(O

3 (Q

<

3 3 3 3 at

QJ 3

fD

n rr fD' fD

9. 5 iQ' 3 C

•o fD

fD

o T3 X3 fD

< O

W

-•

rr fD fD 3

—h QJ T3 CT fD

&

QJ QJ_

1

"3

n>'

fD.

fD IQ

QJ

fD

IQ

fD

5' •O IQ fD 3 O

fS

Q.

H

W fD

1/1

in

O

^

S ° o fD CT

1 | t £. < O § 5' 1" ^ I3

fD

< fD' O

< o o

=> 3 cr 51 o

fD

3

fD 3

c• =

ai

fD

0

fD

3 3

in

fD

1 3 01

•t 01

o'

I

o

o lO

N

1

3 Q. (D

a J?

3> 5'

p de lorn

fD fD

O fD QJ 3 CL fD

Q. O

Qj 3" 3fD

ai

FT « n

i < fD

fD •a

fD

n> 3

a.

ai

fD

' §-

g 3 Q. fD'

Q. fD

in

IQ

CT fD

cr

QT

"> fD fD

r-r

o: fD

3

CT fD 3 O Q. IQ' Q. fD

fD fD* 3 Q. fD

^ C Z J

PC Basisschool Kastanjelaan

M 1

IT

o <

to 3 C

CD

o

o

5

3

i'

•o

o

ff

ojruc

ng s

Ul

>••**

I? (1)

It T3

5.

toi

techniek

buitenbe

(B

I 3

1 5 a sa 1 1 o3

& •5 ff* % cl> ro in

CT

I

8 n>

3

a0) ?

x.

*~a

(6

, s » •

T • CD 3

!

»

»

3

»

O (O Q) o

—£ 3"

I|I

i

§ 3

2

2. w

O

a>'

<7 le1 * 5 0) <3

l!

3

(i

_& 1 1 I 3 a c

2.

ffi.

Si

* 2

I2 *§•?8 3 (Q

a-

CO (I) 3

CO

§ 3

3' | »

8 S| I

on

S £$

355 ? *

(D

ST

ct

a-

o o o

- a

! "3 CO

O

&I m 3

aa (i

co a 2. (D a 3 -W

IO * .

-i

->

co oo ok -> o o5 ^ o co -i o en o

M

ôioiaiviocncoooA

O)

-*i

oo - i

o

< S

O

01 (O

-i

*

M

-i

o o A oo

(I> 3

gas

i!

r

O

8

I

totaal fnm 2

8 $

a

(D

3

o

CD

3

(D

|

It'

+ 3

3 PQJ

aantal mimtes

(O IO

o o

1= Si

t?. it 3. (D 3

Ol v l

2 o o fnm / ruimte

- * - * - * © 0 ) - i - k - *

- » M I O W - » - ' - » - »

O

co

OJ S co

3

III 3 -o.

Ol CO 7v

5! o

a

CD 3"

to d

Ol Ol

Ol ro to -» Kl U - i £ N> -k A -» 6 A -» v I O O v l O O I v l O O I C O O O A O O O O O O O O O O l

5' D 3

" St

o

-n

oo oo -* o 0) K ro

O) o

5 o> ? w

-> O)

o

o

m

per?

M

U

J

-i

a

U

j

•N O KJ O O 55 IP

M

-»

-»

-»

*• oo oo t o

O M (O O *•

O

O

5) NJ O

I I I

i

1 I I

in Q.

n> fD 3

< QJ 3 •D fD

c

ar fD 3

Q. QJ ID O X3

IQ

i/5' fD fD 3

^ 5:

FT fD» Q-

O.

O

n 3" fD 3

T

QQJ

lQ

o

A1 fD IH.

ID fD

3

~

^

3'

IQ

fD m

fD

- i

w

fD

QJ

«=>

3"

<

O

fD

Q .

JT

3

?as 3

fD IQ fD l/> r-r C fD fD

<9 in

fD

fD fD

Si Q. fD fD 3 r-r

fB fD

o

<

—1

QJ

Q. fD

a. fD

fD N 3

3

3

fD 3 fD 3 r-r

< 3 o

*n - &> §3 S

q- "S «8 g- fD P s £ (D

8 | ga ID 1

3 Q

2

fD fD

fD 3 r-r

s fD

1

r-r fD

Q.

3 IQ

D fD

in' O 3 Q. fD

a

m

o

Q.

fD CT n

r-r C fD fD

o

< n. o fD o

fD' 3

a.

fD. IO fD CT fD

c Pr fD 3 fD

3

fD 3 • X fD r-r —. m IQ fD fD 3 3" QJ

—i Q. fD

f") fD 3 r-r

-* QJ_

CT

fD

o o—

3 r-r -I fD fD

Q. fD

o Qj •

a. o

CT O

M

00 A W

n

o o_ fD 3 CT

c

<

3 7

fD 3 l/l n 3"

o o_

o CT Q. fD CT fD IQ QJ 3 fD IQ -1

0

3 Q.

3 fD 3

3

3 QJ QJ 3 r-r QJ

QJ 3 Q.

3"

3 fD

<

fD

fD 3

sr r-r id fD

§

Q.

fD 3

r-r fD 3 I/) O 3"

fif

3 Q. fD -i

c 3' 3

<

CT O

in fD 'S

fD 3 CT O C

•a

in S

—

c fD fD

s ao

?• < <

o —i a. fD

?j

fD

fD IQ fD

<

Q. fD

CT O

fD 3

<

< QJ 3 Q. fD l/l O CT O

o_ fD 3

3 fD fD 3 l/i

< o

QJ 3

in fD

5

< o o g_ o in fD

rS,

o CT

3 IQ

o

n

S< fD

a.

g

™

Q. fD

fD

fD in

fD' •g 3'

3

fD

QJ 3

Q.

O. fD

o o a. CT

T3

CT fD

o o

<

O

QJ

in

3"

fD 3

fD

o o_ ^ o

C

3

fD fD

fD O

fD 3

O T3

n"

fD

a

Sa 2< "S. Si fD fD

Q.

3 IQ N

o T3 Q. fD

ST

N QJ_

<

Q. fD

S o

If) fD

m

2. ,Q l/l

fD fD 3

n

& < fD

(D

fD

X) fD

rh -1 ®

Q. fD

fD'

in

fD 3

m =

ID

s

1? E.

3"

SO.

fD

QIQ fD I/)

9.

O -1 3r-r CT QJ

in

3

< 9

fD rvi fD

3

CT fD

<

-1

3 r-r

IQ

R s 9: °

fD

J

8

3 r-r

QJ QJ

r-r O

I I s.

3 f> .

Q. fD

O O

8 Im

fD

fD 5

fD

fD:

Q.

% § lE *•

QJ QJ 3 Q. QJ

3

E§3-3 < 0 0

fD

m

n

utori

QJ 3 IQ

g 3

peel

<

-1

O. QJ IQ O T3

^

^ S g"

Q. fD

3 CT

3

T3 Q. fD CT fD IQ QJ 3 fD

8 «Q

o o g_ 3o. 1/1 fD O T3

<

QJ 3

Q. fD

in r-r fD

<

fD in

3 Q. fD 3

O O

<

< -*

fD

Q. fD ZT 3' Q. fD

O 3 in

Q. QJ in

o o a.

^^- ~^ S5.

o

5?

QJ

f? "a Q. SP fD

F<=>

ro

in

fD

fD

5T

ST QJ

a §

D

in

< O

fit

fD

S"

c CD CD 3

S

3

0)

c

& O 3

fD ,"2

= : r r

in

rr,

In 3 CD

ar

fD fD 3

a. o o

fD

O . fD

•

3

3" O fD

-t

g.

S"

fD'

3

3 O. fD

S aEn fD

3 3 3

fD fD 3

-g. y w' -g

ar 3

m

3 °

QJ.

W r r

ft -o 3 § 5? f D fD fD

O 3

a.

(t

cr o c j \ fD in. O

<~l

o

3 O . QJ 3

ar si 1

§

«

O

(P

S" "O IQ

3 -•

—

in

£2. ffD D

o

QJ QJ 3

fD.

fD

o 01

fD

I D

O

fD

QJ

fD fD

QJ - —

fD

M QJ

3

fD r-r

C

in

fD

b.

QJ

n

3 5" I Q ffi. Q . fD fD_

3

O

cr 3f D . gl

cr

3 ' I D

3 " fD fD

S 3 «

in - •

P?

?R fD

&T 3

cr QJ.

f5' 3 fD fD 3

3 n

fD • a r r fD'

m fD 3

o • a

< QJ

3

3

fD

r r fD

n. fD r-t-

O • a

7T =:• 3 ' Q . fD

—h

ft

i 1 " fD

fD n 3" 3 I/)'

n 3"

r * fD-

a>3

? CD

in fD 3

a

fD

n 0 3

n

fD':

CD CD 3 3"

o

fD

?P 3

fD

3

3 r-r fD fD 3

fD

_ fD fD

3 fD 3

fD

f5'

fD: ID

in fD fD 3

n Q

fD' r r QJ QJ 3

3 QJ. in 3" fD

3 '

3

T5 o fD i n 3 f3D n fD —1 o 3 O cz

sr

fD

O fD

3 o o

3 " O O O

fD'

fD

n

fD 3

3 -

-i

n o

in

QJ QJ 3

3 "

I Q QJ QJ r-t-

3 fD - i

a. QJ n

x

ST

<3

fD

fD 3

Q . in

0)

cr

Q . fD

3 QJ_

SL

fD

o —1 a.

S« fD

Q fD

s fD

fD 3

Qj

_

'-*- c r

fD

5

a. o o

o«

fD 3 r-t-

Î

fD fD 3

fD fD

I Q '

in

Q . Q . fD 3

< fD

n

< f=D:

fD' 3 • a QJ 3

o.

T8 ® 5:
fD 3 .

fD fD 3

fD 3

a*

o

o . IQ fD

cr fD g.

=;•

3 DO

3

3

fD

fD —

™.

o

Q. fD -t

3cr-

TO

< 5T => s O

&

o fD 3

Q QJj QJ.

3

fD 3

I Q fD

Q .

-g. $0.

QJ

Q . O

o

o to § fD

fD 3 in r-l-

QJ 3 Q . fD

c S

3

fD 3

fD

fD

3

<

O O 7T

o

i.

3 in fD

fD

3

3 I 8" «a< s

fD

3 o

Q

fD 3

3 fD

o.

cz

QJ QJ

<

O O -i

fD fD

r *

<

fD

fD

0J 3

QJ

o 9, § 3

i/f

S

cr sr

O. fD

s:

fD

"° < fD.

fD

II

r r

(/)

QJ 3

r r

S O W )

oor

<

S fD C

3

3

r

o

cr

fD.

C

O

-I

lO

w

Id

O fD

3 o

O 3 Q . fD

-1

< o o

O O 7?

fD fD 3

N fD

in in' O

cr 3"

fD

=•

m o

o

O

I

• o fD fD

M

fg

s ="

fD

w

fD 3

fD

cr fD c

fD

ft o

fD fD r *

3

3.

fD 3

-= 5?

T3 O 3 fD fD 3 C i

3' a. rr fD

a. fD 3 rlQJ.

in

fD'

3 QJ

fD

fD 3 CD fD

<

QJ 3

a. fD

QJ

3

10

fD

—1

s o

fD —

7; rQJ.

in fD

g

r r QJ

in CD

a. fD.

3

fD

fD

D

o

^

fD N

fD -i

in fD

cr g 5:

T3

3" CD r-r

in f D-

g

fD'

n.

g

3' FT

S" fD in

rr fD'

IS: 2 fD fD C

CD 3

SI fD

QJ QJ

i . a.

Q . fD

o

fD

00

o

3 3 fD r r

3 O fD

rr

< O o

—1 fD fD 3 Q_

3 QJ QJ 3 Q.

2

CD in fD in rr CD O.

~\

CD C rr 0 fD N

<->'

o n

fD.

g nl

cr 3 n.

r r

=S O

m fD fD in

n

C P

O -

QJ

3

fD 3

cT T3 T3

3 2. m

3

sT CD

fD fD

£L (F

3

o

n. fD N fD

fD

fD O 3 "

-o fD ^

II

~

5"

CD'

=> 3"

cF

ol

g.

fD

3"

fD

3 r r QJ

£

fD 3

o

cr

o o

QJ ~~

fD

• a fD r r

-rT oT

M

01

fb" 3

fD in rr

•CJ

-1'

co

i/i

CD 3

cz

<

QJ

fD

o

Q. fD

CD

S-

in

fD 3 fD

QJ

a

N fD

cT

O . fD.

fD C

-O

in

J in

13 CD

fD 3 .

•*

5'

T3 C rr

QJ 3

OJ

CD 3

QJ

r—r

CD 3

<

c c

O

^1

n.

Ol

fD

3

3

CD

QJ QJ -l

<

fD

c

&T

i.

3

0.

ISI

CD

fD

CD

rr

n

cr CD

Q. fD

3 CD 3

0

N

CD

rr (7P rr

0

^_

CD CD

r*

QJ QJ

QJ 3

m fD

n. fD

t__i.

3

fD rr

a

3 Q. fD

dige werkr uimt eltel

3

• a QJ 3

o

5(D ^-^

3 O 9L

3 o"

<

leerdoimei

fD

fD fD 3

3

CD in 0

QJ

n.

0

or hi

c

in

m in' fD

fD 3

3 Q .

in

r * Dl

deel

3

in'

3

r-. D

o CD

Vaklok

oT 3

3 r r fD 3

a.

•1

TJ

^

n bei

a

fD

QJ

QJ Q . O

£. 3 3 ^

3

3

fb"

•3 3'

o o

QJ 3

CD

• o QJ 3

s

3

<

3" O

Q . fD

fD

Ef in

n

o

fD N fD

3

P

3

irlingwerkplelkken, ivens

3

cr

rr

in o QJ g fD m ol 3

CD CD o

itbre iding

< QJ

QJ QJ 3 in

r *

II

n.

o Q. fD

deel van d •uimt

QJ QJ

fD fD

CD fD 3

a.

S" A

rr

QJ

s 3

3 in

fD 3

3

3-

te wiorden

-i

u

^

3

in'

digheid/te nen, nat abijheid van ruimi

s?

fD"

Si S 3-

fD

a. n. o

in CD

cr

< fD W

=>

LU0

o

r r fD

fD

fD

PJU

N

Q

fD

LU

3

-i

§

elf sta ndige werkruim e bovei bouw zelfst lovenbouwlokalen zijn gelegen

o 3 fD

7T

dige werkruimte k men 80 ers. Aan en in dez grote n akloka len gesitueerd, zo; Is handva tech k, muziek, biblioth ek. In d

fD 3

a. o o

igheid en woonkeuken ( SO) is e afels, die worden igezet a

o

•a in

CD n

3 Q. CD

?C3

f

II

iI

0

• CO r-r

3

IQ

o

fD •a

i-r QJ

QJ *-l

§

a

'

fD DO W

l-H fD

3

3 Q. fD

fD

3

to O

o o

3

fp_ -i

N_

g te zijn vi 0 0

asjes en gy

r-r

in rr IQ" Q.

sr

c T"

cr fD -1

fD.

cr 0 0 . fD 3 Q. QJ r+ 7T 3" Q. fD —1

fD 3

ri 3"

QJ QJ -1

3" fD CL

gr cr

fD IQ 3' fD 3

fD'

O. fD' 3 r-r

3

Q. fD in

n

3" O

o_ QJ QJ

S

fD ">

O

fD IQ QJ

fil

fD Q. fD' 3 r-r

3 fF 7C"

3. 3' 10 IQ fD 3" O Q. fD 3 Cf fD

3

3

O

cr cr

Q.

3

7T C 3 3 fD 3

-1

0

< 3 QJ QJ fD' r-r

fD'

fD 3 Q. r-r

3"

3 (§ in - l T3

lingen. voor 1

voldoende ruimte £ fD

die

n. Er di QJ QJ 3

< fD

^

fD fD

a fD 3

fD r-r

<

0 Q. O fD 3 Q. fD -i C

3' t-tfD

3

cr fD 3" O fD

<

fD

s. fD O

5?

fD

0 T3 3" QJ 3 IQ fD 3

3 I_I.

QJ fD I/)

3 Q. fD CD fD -1 1

FT

fD' r-r

3fD fD r*

in

fD fD

fD Q. fD ^1 3 fD' (D

*-

IQ

0 0

3 Q. fD

O fD

T3 fD fD Q.

OJ

c c

fD

cr —1 g 5?

FT

03

to O

Id

< o o

Q. (D

5 ' "o

M

O

ST

NJ

3 fD NJ ~

o

fD fD 3

g"

W P. QJ_ ^ ffi g

en

O

r-r fD

0 3 Q. fD 3

< O O fD 3 QfD 3

sr fD in

o fD 3

<

fD fD 3

fD

XT rr C

c

Q n

QJ rr

n>' m

O

3 < 3' r » QJ 3

Q. fD N fD W •o fD

O

3' 3 fD 3 in

n

3" O O

IQ fD

8" o

fD

<-r 3

^_ i5' IQ fD 3 Q. fD fD in Q.

n'

<

cr ( 1! Q. fD in

QJ 3

3

fD

a.

3

fD IQ (D CT

0

g.

ar

sr fD 3 fD 3 O. fD' 3 fD 3

O

3 fD 3

—1

7?

<

QJ 3

—\ g 3' r-r fD 3 fD 3 Q. fD

3 fD O fD

<

a:

u)

3

fD

g.

fD

fD 3 to Q.

3

^

3

a;

NJ

id

O O

n

(D

<.

3' n r-r fD

c 3 3 Id 3 3

P_ in fD 3

3

•a

3

3

fD -1

» "O

-r

Q.

fD

- ^8

fD

o o

=

fD

-I

n 3" o o_ in fD

fD

"

o

"

O T3

s

< o o fD 3

fD fD fD

*r •a. fD

g. o

Q. fD

fD

Q. c

ffi"

sr

I fD

-i tn

in

3 A

-^

in

n

QJ 3 IQ

fD N fD

01

ffi"

^1

QJ

g

(D

i3

Q.

fD CT

-I

o 3 o.

a. o'

sr

fD

§" c

fD

c

a.

O

3

IQ

Q. fD

sr

fD

O

fD 3" fD CT

fD 3 —

fD

/-v

p>

3= fD 3 C

D Tf 3 •o

-.

fD QJ

-a fD 5: 3

3 P2 c?

in ^fD

<-r

R fl Q. fD 3

3. lO fD

QJ

cr

QJ 3

fD '

3 S

fD

fD 3

fD 3

< IQ fD 3

in O. fD

QJ

fD CT CT fD 3 IQ fD N (fD D. _ tQ' fD

fD

fD' i S

O fD

"" 3

fD _

CT fD S.

3 ICI Q.

3 CL

fD 3

Q. fD

">*

A

=•

fD.

fD fD

fil IQ

3

d a . fD fD " a CL fD

I° Q. fD

3 IQ fD

— < O fD

r% QJ

•r-

3" fD ICI

fD. m I =; Q

9- Oo

fD 3

fD

%

g

fS o

3O

o

3

—\ fD

a. Q.

3

-i

0) 3 QJ IQ fD

o o

a.

fD Q. fD

<

fD

QJ 3

I CD Q fD CT

QJ 3 QJ Q. fD

O

II

cr g.

+

" 2 •a. 3 <°' o fD < . oT

^"

—\

fD N fD

QJ

^. , sr 3 tt fD S TJ

fD

-1 -a Q- :?

g

i. ao

QT

IQ fD IQ QJ QJ 3

3" r-r

•a

fD

n ar

ID fD O-i

p. <S" In cr * 3N fD o 3 X •a

Q. fD

fD C

fD 3

(/)

3

-

a,

—•

s QJ o S in fD 3 fD O •O 3

fD T3

fD

Q. fD

3"

if

to 7v

o

T3 fD fD. Q.

o

o

fD

IQ fD

9_

5 "S S 8-

5

O

8 sr 9-

3'

Î

QJ Ol

03 C/J

fD

QJ 3

—1

+

+

<

O. Q. QJ

Q. fD N fD

fD

fD 3'

S" <

fD r-r 0

S

Q. Q)

a.

3

fD

o

£• r-r fD 3

fD 03 CO

3

1

fD

§j-

sr

m

IQ fD (Q fD

3 3 C

3 lO

to

fD

QJ OfD

fD

3 <

QJ

Z$ V) S" fp_

3 3 3fD r-r

I-*

3'

3 O lO

3" £

7£ fD. 3'

3' Q. fD

IQ fD

O

UD fD

O O

3-

Q. fD -t O

"

QJ lO 3 fD r-r

o S

—i

8 fD

fD 3

r-r fD

fD 3 r-r

<

03 CO

fD

g"

T fD

3'

fD

fD

Q. fD 3

3

3 fD 3

QJ

0 IQ in' r-r fD' 7? fD 3

fD

QJ

10

C

g

cr

fD' rr 7£ QJ W

5-

C IO

$

fD r-r fD 3

N O

<-r 3

sI

fD fD 3

m

a. fD

a.

-1

m

IQ fD

3 fD 3

C

8' § of

CD

O 3

O

3

ID

P £. g

fD o.

IS

co

g

S"

§

^1

fD

3' fD

fD N fD

S3" m

in

7T

en _+ m Q.

3

Q. fD N fD

3-

ar

fF S

<0

CO

fD

^ a

n"

g 3

IQ ft) en

3 ICl

03

N

7o 3

+

Q. O fD 3 O. fD

lO

7T

o cr n> P

fD

:reidi

—i

< o o -1

fD

mgroe

roep ruir kies wa

3

IQ

in

r-r QJ

o fD

QJ

a.

to

3-

s- I- a

fD

^ Ct

3" C

=

in

3

T3 fD fD = QJ_

1 0

fD 3 •a

o

Cj.

c'

3 fD 3

TT7T § 3

Q. fD

3 3 fD fD

fD'

3 g_ r+

< ? 3

QJ_ IQ O Q.

go

3 fD fD 3

3 c

fD'

Ci

fD' 7T

3' in

o fD.

QJ

3 Q3 . cr fD fD < 3 < cr Q. 0) 3 Q.

<' fD —i in fD QJ T3 T3 01

fD - •

fD

a

-

fil 3

i QJ rlfD'

sQJ r-r fD —1

fD 3

QJ QJ

cr a. -o

ol cr fD fD 3

CL

a. $

S fD

g

sr fD 3 in

sr

fD

. CL Q < fD

fD 3

fD

Q. O fD 3

QJ QJ

3

IQ 5 a. 3fD •0 QJ QJ 3

in.

IQ 3" ~ fD

g

Ol

r+ 3' IQ fD 3

in. O

< o o -I

<.

7T

— IQ

5"-

g

fD

o

"ST

cr o -1

QJ fD cr a.

fD fD <

1

IQ fD

oT QJ.

3 fD

£? CT QJ 3 Q.

3 fD r-r 3" fD

S

QJ

CD

<

3"

QJ 3

ft sr3

< o o fD 3 Q. fD fj> fD

CD 3 7\ O C

a.

(Q

o T3 O 3

3 fD T3

?

5

fD.

tO

'

3

QJ QJ 3

IQ fD 3

9

in

o o

cr! Q- "3 IQ fD 3

fD r-r O fD

S" Q. fD

CL Q. QJ IQ

En 4« Q. fD N

T3 fD =T C =•

fD

3 fD

r-r

_

<

3

O

Q. fD

fD <

" in

3

©

fD

-t

3

tO

c° a S fD

<

fD 3

in QJ (->

O î

N. fD 3

• •

fD

fD

S"=J

sen gaan Q.

oolse o

n 3-

n> fb~ m 3

N fD

m en IQ fD

S2.

^

CD CD

m

*•

Q.

*•

in fD.

Q. fD -t Q. fD 3

< QJ 3

QJ

3 Q.

fD

q. _

3 fD CT

2

fD 3" O fD

ft

I fD Q

fD

3 3 fD 3

Q. QJ IQ_

o

QJ

S" 3

3

fD "CJ

QJ

rio

fD

3

3.

QJ

I<

S o -i Q. fD 3

CD at 3

in 3 D. fD

7;

QJ in rlOI 3

i__i.

QL CD QJ 3

o

fD

X

= r-r fD r-r QJ QJ 3

s fD N IQ'

ff N

o

•o

fD 3

fD

ft>

'S

5" 3 Q. fD

fD CT fD' Q.

< CD 3

C 3

3

fD

ia

o fD •a

w

fD

fD

Q. fD 3 Q. fD

3 < 3

a. < QJ r-r fD c fD -i 3 CD CD -1

fD 3

QJ QJ 3

fD

S2. 0) QJ T3

-i

s

3-

o

fD

3

a

<^" »

H fD

o

10

?T 3" fD

W%

CD.

fD 3 QJ 01

(/)

r-r IQ fD. fD IO fD 3 T3 CD IO 3' QJ

°

£ fD 3

S{

o

3 fD

1

cr

^ r-r fD dl

"CD

a

3

Ol

QJ

9 $

2. fD 5' cr - I QJ g QJ 3'

fD

fD •o

3

<

fD -i in

IQ fD

s;

3

3 Q.

fD 3

fD

N

<

o 3 Q. fD —1

s^

fD 3

fD -1

Q.

a. in o fp_ £; o QJ 3

Q. fD

33' Q. fD -i fD 3 fD 3 3" C 3

•o M

T3 QJ

3

fD in fD 3 IQ fD 3 Q. fD

••

in

3 3 fD

QJ r-r

•

g. r-r 3 0

-1 0 fD 3 fD

IQ fD

fD

ST\

QJ CD

3

IQ

3"

fD

3 QJ QJ

cr fD

QL Q.

<

fD

fD

<

fD 3 in Qj QJ 3 Q. QJ O

QJ 3" rr 3' IQ

5

3 a. ..

QJ LQ

fD

< o o -1

Q. fD

fD 3' 3'

£

3 o

10

fD

§

r*t QJ S ^^ —

»

o fD fD

3 QJ

QJ 3

=!•

3 fD fD 3

Q.

g °

o Q. fD 3

I/) •o fD Q fD

3

10 fD

< QJ 3

a. fD

2:

fD fD Id fD Q_

3 Q.

fD 3 10

C

<

8 Q.

QJ

3 IQ

Q.

C 3 3 fD 3

N

fD

3

fD 3

3 <

QJ 3

fD

C If)

QJ

0, fD

IQ fD

cr

CT fD fD

QJ r-r

QJ

n 3" 3

fD 3

Id fD 3

cr

fp_ IQ fD

<.

3

n' fD 3 Q. fD

3

a. < fD n QJ o Q3 .

3 9}, re

in'

<

a

n

fD -i

S -• CP. fD I^ Q

T3 QJ in r-r

a

3 CD OfD

•

fD IQ fD N fD

5

3 in

-Q

cr 2.

QJ

fD

"O 0 . fD fD

1fD Sen

fD

< o o

o

fD 3

» 3-

-1

3

fD 3

fD

n' fi>

S 2.

fD

fD 3

QJ

a.

ffi" ' £= >° 2

01

—1

5

a. O cr

52. cu

3'

<

<

<

ol a. o r-r "O N < 0 -

1/1

a.

fD

£• 3 Q. fD

fp_ cr

3 -J> >< - I k> n T3 o o O

•a

fD 3

3

fD' 3 fD 3

•o

< o

gj.

a 5

fD

3 vr to o —I O £ . a. CL 3 fD

< O o

c

oT • o 3 aT fD 3

IQ 12.0 w fD

(D

IQ

QJ

N

ri

3

o lO cr fD fD

a. a.

a.

—I

in

O. fD N fD

m

fD

JT- O Q. a fD 3 fD 3

fD fD O.

f0

7V

fD

r-r

O IO

fD'

fD 3

=;• =>'

fD

3

3"

QJ QJ

fD in

fD

fD 3

C

0

Idverw

-1

? «

cr

3

=>

3

Q. 01 r-r Q. fD CT fD O. Q. fD 3

fD 3

g. cr cr fD'

Q. O fD 3 Q. fD

ri'

•a

r-r

QJ

fD

<

-I

<

S" o cr c —1 a. g_ 7T fD < 3 fD r-r

< O O

QJ

fD' 3

o

al CD 3 O. CD

<

fD

QJ

O

o

wilt

fD 3"

fD

ua

C

N

fD

idigend in de c

Q-

ifD 3a

cr

O

3- I! 3 °fD O ?

fD 3

T3 < QJ

.3

3

to C

fD

q. to fD o

fD

r-r

rifD T3 —i

fD-

nla

S 3' S IQ

<

SB.

ia

C

-I

in

licht bi

fD 3

fD 3

fD

iQ

CD

in

a

m

ouw, d

-S in

Ol

O fD

irvol is

rt fD

fD

3

g 3

3" r-r

3 =•

1 3 ai

n' n

fD

fD 3

r-r

QJ IO.

fD N fD

fD 3

fD 3 in

IQ

•o

CL

S" fS 3

a. a. fD

sse

3

a.

a.

fD

Ii

CD 3

rd

fD >=:

fD

<

fD C

r-r

CD 3 fD _ fD ^ 3

Q.

IO

r-r

QJ

CJ fD'

_-.

2

<

5"

fD fD.

llig en

QJ

r-r IQ fD

o •a

fD

>3:

fD' •f

FT 3

cr

QJ 3. q^

•a

3" fD

3

O

-o

a.

o

IQ

"3

3 lO

cr

ndeza

^

3

QJ CD 3 IQ fD IO fD

past in steen;

fD

<

in'

CD 3

O. fD

fD 3

in fD

0) •o

cr 3 g fD < fD 3 CD 3 O.

fD'

o

De Do

ang m IQ fD

cr fD

-i N fD' 3

r-r

Q.

Q. 0) N

-1

CD CD

•—s W T3

fD 3

•rli gen nai

3 W

VI

s

cr o CD CD o

fD

io

fif

fD

wo

i. Ook de

CT C

C

fD 3

aast zes

»

"cr

•z.

iepe kinderdag van ; er een roep p 'uim . Alle ruimt ien (directe) toeg eelterrein voor< e doelg

fD in

a>

rwijs

tiekl

3

r-r

O.

fD

igen igro

iastie

3

-< 3 3 03 1 3 in w o

o

mhei

3

oda

Q. QJ r-r fD'

<
dor g

3 o

in

porta ceo

ccom

CD

3 IQ Q. fD 3

cr

fD

> QJ 3

W

fD 3" QJ

OB A

3 Q.

^ QJ 3 fD fD 3 QJ Ol 3

< 3 IQ

< O o -1

a. fD fD

fD fD. Q. fD 3

•=•

o o cr

I a

fD

3 3

QJ QJ 3 Q.

3

fD

fD

O

O

S" 3

CD

d

fD

g.

fD 3 in

fD

3

Q. fD

cr 01 7T

01

3 10

7

cr

3 3 fD 3 IQ QJ QJ 3

fp_ o.

i 3

fD fD -i

cr

fD

a a. < a

fD

O

<

fD

-i Q. fD

ID

? o

m

3

o

•

IQ fD

fD OfD 3

fD 3

3

*• o

<

fD 3. fD 3 CU CD

^

in

l/l O 13 CT fD

cu

^fD in o o

Q. fD

3 r-r fD

-k C

o

fD.

3O 5'

&

O O in CT

c

l/l

6~

cT

IQ

Q. fD CT 3' fD CT fD

O

O

fD' r-r

»3 8

Pf

fD

(/>.

g

fD

fD

fD

l/>

CD

fD

-1

^

fD

g>

M

<

^s

CT

fD

§ fDI

in

o in o S

3 Q. fD' 3

s o CT

01 CU

fD re

fD

O

CT fD

8 CU fD r-r O l/l X3 fD fD fD. fD.

B. fD

-g

9i

ST cu

c S Q. (D

7s

cu 3 l/l

en er

2

cu

Tv-

fD 3 r-r fD IQ

o o -1

b.

Q.

3 CT

w'

rT

fD ~<

CU fD

cu_ fD fD O CT IQ CU

<

fD

in

fD N

(D

o

9: s _.

5 5 3

3 in cu -I

Q. fD

w NJ

o

3 fD' r-r fD X

3

O

fD

B

O CT CT fD

CU CT 3' g 3 g! fD i n 3 fD i n ' CT fD CT - i CT fD C fD

3

3 CU

3

fD

cu

l/l r-r IM CU

fD

in fD fD 3

fD

in

I

g. m' 3. o 3

CT fD in CU 3 fD

-i

53

c CT

7^ fD r+ => Q. Q . CU, CU '" " 3 Q. CT ">

(D

ft a 3 cu X

2. fD 3

3 g. QJ.

fD

5 fD

sCD 2ss 3 ^3 fD Q . fD fD S^ (S)

o CT o o

cu

3 fD ID -i O

n.

*- 3

fD

fD "O

cu

3

3

s

in

O

CO

o

fD in cu 3

fD O 3

< o o

q.

i*n.

in

fD CT

o c

S fD 3 Q. fD

)s?.

o

31

E

0) fD

CO

3

I SL

Q. fD

c ^ j) U

o % c

3" D)

fD

in

3 IQ (A

Wl

A

o

Q.

cr o c S

< 3 ST

in

-i

5 8 o <

in

03 A

in

fD'

CT fD CT CT Q . O fD C CT fD

S

CT

5 8-

fD'

1 0

<

CT CU

ff

3

f[>

-1

• * •

o CT

O 5" ?CT 5

cu cu

(->

i.

O"

1—*•

O 3 O

CU 3 fD' r-r CT CT CU fD 0 1 r-r in fD 3 O. 9fb"; ti. Q. 3 3 CT fD fD 3 l/l D. CT fD

r?

3 . CT o CT

•

cu cu

3 a. fD

fD fD

r ar g"

cu 3

a- S <

fD fD

O fD fD

U3 fD 3

O c

P •g.

fD 3

fD

fD in fD

Cu

1"

8 SI

S in o l/l o

a. CT CT fD

l/l CT.

3

n CT o g_

fD CT 3 fD 10 CT O

S

3

in

5. fD. CU

Cu 3

3 3

r-r CU

3

in

fD l/l fD

CU 1/1

c

3'

» O

CT

r-r

r-r

CT fD

C

Q. CU 3

in O.

CT fD CT O

fD

fD fD

fD

c

fD 3 CU CU 3

Pag Pag

De overige Nederland.

(D

^' ^'

0)

D

n

1/1

<_

(A

GO

fD CL fD

S* & w*

CD

> 5> <0

3 ?v CL Q> n> 1ft -T 0 T3 ft) QJ

o!

o

sr

QJ QJ

-I

fD.

in'

in o

n"

8 K 3

zijn sa

9

% 3 *» 5a 8" §:

a. o O ~«

to c*

9&

.5
^" J8 90)

S

B

3"

r-r 3'

<

13 I fD

fD

a p b

S

a

A (A

o p b.

LT in Q) QJ 3

ol 0)

a 0

-i •0

PC=7

I

03 Tl

S § 3 7T

CO Ol

a.

rr o

> 3

3

<

CU.

o. Ol

to

n> 3 3 Q. fD

3 •

£ 2

-1

O

Qj

rt>'

o

-1 CO

c (/I

fD'

ft

0

I

< 3 o

2 Ol

Q

fD

0 fD

< O

fD 3 Q. fD fD 3

Q. fD

CD

fD

Q. 3' 01 3 Q.

<

f5'

01

2

rso

ederland

n>

o o — z

I

Roos Blaauw

Renlkern 01

m

in

Joha

3

ede Sch van

> 3

E.

09 ^ • i

Lrfi

Q)

IO fD h*

fD 3

s fD 3 CT fD r-r

3 3

Q. fD

» QJ 3 Q.

S" 3

I3 Q'

S 3

Q.

fD N

fD - i

Ol

T3 "O O

Pr QJ

fD

00 fD f*

O

*" *"

fD 3 "O fD W

O 3

fD 3

1—1

£

m CD n T3 H O

p

3

_NJ

3

Q.

fD

fD

fD:

c

3 n o r-fc A0fD

(/I

CO

S £ r-r

p J

c. 1—1-

r>'

n 3-

IQ

o

Q.

3

•a

<

01

Leiderdoi

3 r+

rschrijdin

cie

3!

W 7v

htin Kinder ago oolse 'pva

•a

oxide Temp

tu

& Z}1

restati Jiden

< $

fD

wog<

der

m CD 7v 2 t—1 3 ft) O •3 n> o

CD i/i

sua

s

O

3 3

€ rr O it n 3 B.

ssr

XT

IB IB

9" < 0
a oi • 3

a

ft rr 3Ol 3

a to

a o ft •-• at

a a a O I K C HI

a g o » ft 1- 30

2H- °f t

I 3

-Q IB 3

<

ST§

rr 3* O O vfl rr It <S 01 3

3

c =r * 2o it

rr ft 3 3" O

S2

»•

fB

a a M A

3

3 a O 3 A 3 1 3

HI I rr r- < r » Q. 1 *a i-»A WU.

» a rr rr

O N A A M- •-* T3 <-i- I » 3 Hn 3 a Q
2 r,0

••JS IH3 vO A 3

< A r| r-* A A

<§. 01 3 O

<

Oi A •i n rr A H-A

S3r-g u a o\ rr a

3A

1 rr 0. A 33 A rr < A C 1 lr-> r r A >0 A A

< A 3 cr oi A a n 3

3 -

W O

a T t r-A 3 11-1 r » H- < u. 3 O a ifi O ft r| A H- P> Ip. o < 3 3 01 vQ f t 3 <

rr A

rr tr H- 5 oi O otr ei

A Ol 3 vQ A ifl

3 .0 IB
M

oc

a i— a . i a Ol 3 C A A A a H3 r» < A f t < (0 « r* A O A 3 < l- A < n A X O A « < 3 A Sr 1 H 3 * * 1 r^ A H- t T C H- A >0 >_i- C •*• " > 3 H i-l a r r A a> f t « 0 < A 3 A A A A l-» _ r - 3 10 r - Q< O A 3 A < M A rr•_•• A H- A M- ^ A O 3 A A H- 3 Ul 3 3 " 0 w . U) r t v Q Oi 3 A rrC to < A A r r r* A M H- M. N IX A A 3 A A t Ol A r U Nl 01 f t 1 t - H- 3 oi a I* 3 n N A 3 a A o i_i. c 3 A 3 3• 3 ft

>a a n

a a

co

a a A 10 A

ID V)

1 H- I

3

A H- A 3 1
ft 3 A A (f J M H I I 0 A 3 I- t» f t f t to H - r r •0 3 A < O A U3 n A O O 1 3 ft 3 A r - O A I- 3 A A C A 3 ' O >1 f t « H- r r A 3 I 

3 o-p

io w tr < to

S o o n r r rr H < HA Mi n rr r- A A r3 rA <-i3 X

~°

S £

ft

A

A a.

5T

— ' (-•

3 CTHA A CTrt O

a

it i

O C £ Oi Oi 01 f t 3

A 3

3 3 ID 3

a cr o i

1

n o

ID I

N 0 3

CD

*

ft 3

v

L-l.

CD a O A CD i

3 >o tr

rr Oi US ft «

03

" " rr a- oi

1<- IBa Ot 3 X* *• 0

CO

o

> *

ft a it

3 O ft fB i-l « 3 < 3-H< Qu Oi tr fB o IB aft r0r * •

a

a — CO r--

fi a o n rr

Hrr It 3

aa §

cr

A

It < ft 3

<

01

ft

»- a t j

3

C 3 O 1 3 C . 01 r r oQ

ft

•"•

o«o

to

"O e r a

ft

C It £ 3 H-

o

i--a it u 3 ft (3 I t 3 r r 0"i

3

tr

it 3

3

rr

>a c

sr o o HI a a it rr o c

S-o S3

€

3 rr >0 (a

it

a> n

Di

0> C gi p .

a

A ft 3

" 3 N n O rr 3 «

I?

•8

* < a A

•»-

3 It ft 3

••

a

Ul-

>a

58

St? C (t

-

cua IB ft tr

us ua

U).

a it

N 01 H- 3 D> Ila

O

01

m it 3

t~ 3

a a. n A

It (t 3 3

O rr rr •O 0 9 it it n 3 ua fB T J i

01

•

•

e*

(—•

l—

H-

a

a

a

y-

h-

i—

*

«

*

c tr

c tr

Ht

0 Ul

c tr tr

01

•*

H- < 3 O

a o

O H sr r r 0< 3 A A

3 tr H- 0 3

tr

c

*o «

<<

111

•* sr rr C 0

H- f t U

"1 X pA A f

B> A 3 3

M O

a A

3

A

A 3

t3

ft

t

i-A

a a t-

1

A

&

>fl r A A A 3 r r l» A ft

< O O n

a A tr 0

c

(A

»•

CT3 A A CT r r 0 1^3 c t io !-• A 3 3 i£>

a

< O 0 1 a A

*?

to C l-O t A A X l- < 10 A 3

<

«•

a

A 3

*

a 3 A

A A 3

3 A O ft i-l 1

N

c

A

ft

A i-l

a

H- A 3 M A

N Ht^l.

3

< o A •a a

rr A

1 tr i C 3

c < 3

a o A C

cr a < n A

3

3

A A ft 1 - 3"

LJ.

>a 3 r3 J3

i—

•s

* ft p-i_i. A A H- A

< < A

tr 3 O J3

< §

A"

-a A cr

n K 0 c >-!•

l-> 03 A c 3 HI A >a 3 A 3 A A 10 rr sr A A 1 ft A tr 3 A

a A

r-â rr A re 3

A

"l

3- 1 A rr

< H-

a

!-» I-1

P3 03 ft

A

<

A 1 1

i-* c it o ft 1 3

a

B"

c £ M

i t 03 3 IT) IK 0" Dl

nr o a H C m £ •* h

-

!-•

PI 3 ID u H- It ~a 11 3 •• ft

o a

0 3 It 3 a Qi i t i t ro M it M 3" H C 10 cr H - r t 0 01 ID

>a -

X

i_i.

'

"It

1

It 1 it 0 H- I t rt N I t H3 H 111 Ui. 3X C r* 0" (0 0 ••

a it

.-•

 3

ua -

it • It 03 it 3 £ 0 3 H3 03 It 3

a Bl rt rt

£I t It 0 Mi

3 It It 0 1 3 3o3 Dl I t f t 3. . it It H* 0 Mi

It 3

a it N H 3 01 3" C H01 • I

It It 3 03 It tr

o c £ a Dl rt

tr it 0) rt Di Dl ft C Hrt Iti lt\ 3

§

3 H3 <£

H-

rr < cr 0 P> O 0 3 c H»

s s

a a* tQ a> It

(S 3 H 0 it C It it * t - H*

8"* 0 £

tti Dl D) tr n t- 0 u.^

*• It ft 3

Dl Dl It X 3 H- M I t A" 01 I t oi n 3 Dl 3 - 0 3 M r t ID It U CT 3 M I t (A O 3IT 0 3" It 1 ft 3 (I rt 3 01 CLTJ r t I t »- C

03 it

o> x 3

>n tr tr H 0 It 0

c« Otrf 3 t

It c 3 * O H-TJ I- 3 oi 03 it it t 3 3 0 It (I rt a oj it it it* it 01 101 H» rt 3 01 £ a DI 0) 3 H

3"

3

<2

tr

O Dl 3 03 Oi ~ It 1 O 3 tr n H 3 tr 3 It 1 It v> a. 3 rt it it 3 H- 3

it tr

3 3

PJ

S

Q c

*

13

a o

< i—

IO ua H- X it It 3

rr
0 O 01 H-03 c 03 rt It It 3 Q. 01 It N O It T3

a

tr it tr 0 c

«

K3 J3 (0 < a CO g i t fHt 1 X 01 01

8

n »!r 3 - 1 •• 11 I t HMl 01 r t 0> It 3 3 03 It tro3 ( I It •a <

It It 3 a O O 1

a it cr

Oi 3

it

a < 5 n t-c a, t 03 x H It 3 cr.~o3 O 01 to C ft 1 £ M

58X

au3 0 It (t i-ti 3 < - It 3

H »

t r oi

3Q 0 Ml

* It H X

aN n

*

3 o 03 It 3

tr

6 0 < » H * n oi » H I---03 3 3 i_i. 3 It t 03 X 03 < a It It 01 I t Di 03 3 C 01 H* h It 01 0 r t cr 3 0 3 Di (t O U C It l i H 3-— * 3 0 if) r t ft - TJ O It 3 3" 1 K. 1 It 1

3 It It M ft 3 S a a > i 3 3 rt »>"> s a It UJ. o it it 3 in a to M I < N i t fftj cr » O 1 O It TJ ft 3 Mi pi pj (t pj a rr r t h H h it TJ ft rr X ft a 3 < ft ft 3 ft n 6 n ft ? h- x H- a r» >i — ft 3 rr ft 0) 3 It It TJ H- ITlO It 1 rr 0> 3 >1 ft 3 03 It a • O 3 ft » 0 • > - n ft x « -I ft H 3 H- » X TJ 03 O ^ 3 ft ft ft XT O O *Q M 3 rr n>a.TJ » x 3" » a ft rr It 3 TJ 3 < ft t PI t r cr o a rr n ft D> ft < O X in ai rt C_ It -X 3rr . rr 1 rr goa a ft HJ TJ ft in 3 ftM. OJ ri It Oi It O 03 3 rr H- o O i n a 1 3 it MI to O ft O J3 3 I ft H- O * TJ ft 3 I X J I • < » o It rr I

3-It

85

Ml a it » 3 r r H-

n ua c n n N

r r HC 3

c in rt N

fit 3

BI

a

i - « i

S i tr n a n

38 TJ

U) ft < 3 - 01 Bl 3 3

a£

3 * ft 0IU3 Pi ft M.3 *a•

c

H

H3

tr 0 c

ft 3

C ft)

rr ft rt It 3

a it> (Dl 3 0 Mi 3 It It H

£

*

•

rt < 0 It

it

r t 03

n * •

-•

S-? It C

&s

it it 3

0

03 it Oi It lt Hi rt It t-* H-

1 it i

c

*• •«

3

03 It It 3

ft 3

\0

03 It

Dl 3

tr 0 c

tr 0

c

It (t 3 <

3 3 a it r t 3

0 ft 003

a it

1

o-o n d ft 3 O

a Oi li-

3 £ oi DJ I t

N Pi_l3

3 a

& 3 rt H01 K 3 < r t It It It 0 1 1 < M I r r H - o> 5 Di 3 O 3 01 TO a (-• i t It 3 Q. 3 « HIt ft 03 H- 1 - I t 03 01 X 1 - ft o 0 3 3 3" < a i t 70) -• rt It 3 N rtoa h" N CJ. H- < i^- 01 a 3

01 3 1- *• 0 ft r t !-• ID K3 >-!• X It

~*

ID 1 X It 3

o

» 3 < 3 01 H-03 O. f t 3 H It 1

ft ffi

*

H It

3 Iat

It M ?r

X% H

Mi

ai t

It hX-

1 3

c

« It

• •

-

tr 0

?

8"

c < ID 3 n fj rt a c it

MI

03 It

•

O O to Mi Mi f t (0 C H- H- I t 3 3 3 £ a a - ID H- H11 1 1 3 W It It It *i 0 0 rt rt rt B It 0* l-» » 3 HI X r t it It ID r t 0 C MiO

H- I t ft

H-

H It n ft

a

K J 1 0 it c O rt rt -

**

r-iO 33 It It

O

X c * 0 < I3 ft 3

(t u . 3 H H-

cr ft ft 0 rr 3 Je rr < TJ ft PJ H- 3 3 Pi 3 3-0. 3 0 f t

a3 U3 o

<

a 0

Curt A ft N ft H* o

0 ii 03 ft to

e * o3 "

H-» U. N r* H- 3 aq Oi H- H3 ft vO 3

ft 3 3

M ft <• ft 3 3

5

r* 0)

3 rr <

< tr a x ;

O ft 01 ft ft o H tr 3 Mao 01 U3 3 - 3 rt 3 I It 03 I tri 03 3 rr 3" c-' O I It ft _ It 03 « a -a.c0r- 3rr «g L.. H- < ft ft ft PI ? W. I - — 3 Pi t

1!

ao 3 :

N 01

H - X cr ft rr, «; 03

ait

a

n t

rr O ft (v | «• 3 H TJ ft 03 f ft 03 3 A Ml It 3 « M I to a ( ft rr o 3 i 3 ft O 0 I Q p * t Ha- :i * , itS*« aua (

cr

»

• 2" _

N

i •

» OlO H I ft C 3 3 1 3 Pi ft I 1 Oi » rr : K 3 3 ft 3 < rt n i 03 1 ft «oi c tO ^ ^ • CT ft 3 rr I

f l ft ft f» 1

1

3

a it w. 3 3 3 - ft <

rr

%

ft a ft i » » H Kit PI O" Qi • j»1 H- I t ^ I r t 1_J. ft fo •• M A 3" • a It C O ID It K O rt o x n 3 « Pi

O H

OlB) 113 01 *i fl 3" 3" 1 (I H- r t Mi r t cr It It 3 to rt It It 3 3

01 X Oi H ft * f t 01 3 Oi

QI

tr o. • rr it m !-• C Hft

it it ^to < oi f t 01 | Bl 3 00 01 1 3 3-1- 0. r t It i 0 I t O rtî ft ID C

a

M 3

to it

Oi It N It

HI

HXj 01

< o

Q

0. P-

3 03 0 01 3-0 O.H. I I Pi 1 3

•o

rt

g

X It

CI

it

1-1

01 t-* H3 i3 It 3

> fl

o

5

s a M

M Z PI

rt

<

cr >

it

t r it ID 3 0 . rt 0 1 It C 1-3 a 3 to -

D> Dl 3

P) Z

n u rt

H3

M

n X z M

0 3

tn

a

n X ra a n •a

*it i

x tr Di It

Di 01 H ft rt oi

£ C tn HI

£

n

H-

> n

tr

0 11 01 0 3* h r~ Ml rt ft 3

It

< Hrt B O H to 3 01 M rt pi « it f t t r r t S H H It r t Bl ** Q It Oi M I t Hi I t H- £ K 3 3 0> u 03 pi X £ fl It < a 03 H Di It I t X 3 1 £ 3 XH- C 3-rt-i. 3 It N 3 r t Oi H* I t Hi.Q 1 "0 to Oi Hi » tr • 3 (0 • >. 3" . 0 •

a

••

.. o, 3

>

a ID

tM

c H-

zft w z

rt

a

it N it

1 •

M » 2 3

a

Dl

•

Oi • It •

It •

ua cr •»

*

cr

o

•

oka

i

a it

s

?r H - it 3 0 . it u . 3 a It M am M- 3- ( l a 01 1-1. I t n 3 ffr» < it 0, (t 3 It rt rr n N H 0 0 X- (t O U C H 3 Mi iQ C lb •> N 01 It M N H- 3 3 Ha H-"-J-?r 3 It u . 0 . I t 3 03 a i t Hiu o It H- PJ Di TJ h- < l-l. H. H" M- oi x to a 3 3 a It U3 N ft N 10 0 . H0 7f IP u . N Qi Di 3 3 H- Di Di H- r r UJ. 3 f l I t It — a H- r t r t t r < It 03

oo

01 3

it tr 0

x0 c o

a

It

tr

c e U3 1 It 3 to —

- cr i or a < H- x tr <6 o>

ST!

Ml

*

< o n D> t r a H-

" i < » J'D'O'O ? rJ03itfl>H-Bift 3 O N i t t t t i i l rr O hi O 3 X I T U Ml J O l t H < H- HIt Ml 01 ft Hft ft U f t O M <->• "• 3 "O fl » I t N t * ft O H- 3 » H3 It O ft H OS •O H-03 t - O 1 f» rt 03 1 3 Mi IB 3 3 It S » H-

S

03 < tr 0 it O tr 1

0) 3 N 3 03

H-

n

•1

3

3

Si ;

> £ i - rr a i

t- x a S

rt it n

n

cr 3 » 3. it c TJ rr Oi to Bi < i-o

3 ft rr oi 3 0 aTj

a o ft n ft

M. M •*• N ft O

rr

H- H-

3 ft 3 rr 3 C ft Oi P- rr 3 M 3 a r r u j ifl < H- ft ft oi X 3 CT3 ft O »-• 3 C rr

o c n

w a rt 01 o\ H u . 3 UQ ft B O n Hi 3 N - O a n H ft u - « 3 rt 3 ft 0) I - rr pi ft X O 3 ft 1 3 3" H- * M- C ft ft 3 Hrr tto X3-1J.

x a

C 3 0 3TJ ft s 03 _ n C O 0 3 i a a ft < 3 PJ 3 03 ft 3rft cC_ rr

?! a

A

ft

rr o « X p) >0 a « A a 1 PJ PI < rBI o3 3 ft tr a o AC « rr •>• 3

«

0 a - CT CO TJ I t I t C •• I t f l l Oi 03 TJ Oi ft t- t - 3

PJ

3

a it

A It 0) r r H- r r ft 3 I t h « P> H M ft U-|f S N HH- X « lO ft ft ft t - r r 3 3i-O •- C •*• a 3 < It

a pa 3 a ft S

oi

3

M

a

a N a H<-J* S3 A rr cr

Hft <-i-0 < N TJ o

»a to aa3 H- » a 3 03 33 O C < CT r* A

A S M rr rr A

M ft ft A H- 3 X H- X X>-J-0 t- X 3 3 ft U ua rr O H -

S-liO

ft a

A ft 3 Ml 3 ft r r H- r r 3 03

£ > " •

> > N^ H03 H' 3 o3 in

tr rt

<

0 ft

a a

3" O H-

a

< 01 3

cr c i J3 ft

ia

01 rr It M ft 3 C A rt •3 0

c a rt

1

a

> M

rt MX It Hi .Ch Kl

n' in co

on

° 4-

J>

IS)

® i 17

H 3"

o o

O

1

P

<

< -a o

o NJ o

a* o

n

CD

J>

00 10 NJ

-i

n> o. a>

Ln

o

in 0) O)

3

3" 3" O

o o

3 " a. o> n> 01

01

(-»•

NJ

ai

3 Q.

Programma van eisen Brede School Oude Dorp Leiderdorp

projectnr. 202675 revisie 03 15december2009

Auteur Ralph Backer

Opdrachtgever Gemeente Leiderdorp Afdeling Beleid & Projecten Postbus35 2350 AA Leiderdorp

datum vrijgave 15december2009

beschrijving revisie 03 I DEFINITIEF

goedkeuring Ir R.L. (Ralph) Backer

vrijgave Ing. A.N. (Nico) Littooy

projectnr. 202675 15 december 2009, revisie 03

Programma van eisen DEFINITIEF Brede School Oude Dorp Gemeente Leiderdorp

Bouwadvies

^ » ~ ) Oran leWOUd


Programma van eisen DEFINITIEF Brede SchoolOude Dorp Gemeente Leiderdorp

Inhoud 1

Inleiding

1.1 1.2

Algemeen Gegevens en uitgangspunten

1.3 1.4

Projectorganisatie Status programma van eisen Werkzaamheden Leeswijzer

1.5 1.6 2 2.1 2.2

Algemene uitgangspunten

2.3

Overig

3 3.1 3.2 3.3 3.4

Specifieke uitgangspunten Regionale Duurzaam Bouwen Plus-Richtlijn 7 mei 2003 Kunsttoepassing

^ I > ~ } OfanieWCMjd

Biz.

Algemeen Richtlijnen

Multifunctionaliteit Beheermodel Ruimtelijk-functioneel programma van eisen

5

Technisch programma van eisen

5.1 5.2 5.2.1 5.2.2

Inleiding Algemene ontwerpvoorwaarden Wettelijke eisen

5.2.3 5.2.4 5.2.5 5.2.6 5.2.7 5.2.8 5.2.9 5.2.10 5.2.11 5.3 5.3.1 5.3.2 5.3.3 5.3.4 5.3.4.1 5.3.4.2 5.3.5 5.3.6 5.3.7 5.3.8 5.3.9 5.3.10 5.3.11

Richtlijnen Garanties Veiligheid Exploitatie Flexibiliteit Toegankelijkheid Binnenklimaat: lucht Binnenklimaat: licht Binnenklimaat: geluid Binnenklimaat: overig Bouwkundige voorzieningen Draagconstructie. Fundering Daken en dakafwerking Wan den en wandafwerkingen Buitenwanden en buitenwandafwerking Binnenwanden en binnenwandafwerking Vloeren en vloerafwerkingen Trappen en afwerkingen Plafonds en plafondafwerkingen Kozijnen, ramen en deuren Hang- en sluitwerk, sleutelsysteem Zonweringsysteem Noodzakelijke vaste voorzieningen

Bouwadvies

7 7 7 7 8 8 8 8 9 9 10 10 12 13

14 14 14 14 14

14 14 15 16 17 17 18 18 18

projectnr. 202675 15 december 2009, revisie03


5.4 5.4.1 5.4.1.1 5.4.1.2 5.4.2 5.4.2.1 5.4.2.2 5.4.2.3 5.4.2.4 5.4.2.5 5.4.3 5.4.3.1 5.4.3.2 5.4.3.3 5.4.3.4 5.4.3.5 5.4.3.6 5.4.3.7 5.4.3.8 5.5 5.5.1 5.5.1.1 5.5.1.2 5.5.1.3 5.5.2

Elektrische installaties Verdeelinrichting Aansluitpunten elektra Kabel- en leidinggoten Verlichtingsinstallaties Lichtinstallatie Schakelinrichting Noodverlichting Waakverlichting Terreinverlichting Communicatie-installaties

5.5.3 5.5.3.1 5.5.3.2 5.5.3.3 5.5.3.4 5.5.3.5 5.5.4 5.5.5

Sanitaire toestellen Toiletvoorzieningen Was- en spoelvoorziening Manddouche Aansluitpunten koudwater Spiegels en handdoekhaakjes Gasvoorzieningsinstallatie

Telefoon-, data- en CAI-installaties Inbraakdetectieinstallatie Brandmeldinstallatie Ontruimingsinstallatie Overspannings- en bliksemafleiders Toegangscontrole Lestijdensignalering Omroepinstallatie Werktuigbouwkundige installaties Installatie voor centrale verwarming Warmte-opwekkingsinstallatie Warmtedistributie-installatie Verwarmingslichaam Wateraanvoerinstallaties

5.5.5.1 5.5.5.2 5.5.6 5.5.6.1 5.5.6.2 5.5.7 5.6 5.6.1

Luchtbehandelinginstallatie Mechanische ventilatie Luchtkoeling Waterafvoerinstallaties Hemelwaterafvoer Binnen- en buitenriolering Brandblusvoorzieningen Transportinstallaties Liftinstallatie

5.6.2 5.7

Gevelwasinstallatie Terreinvoorzieningen Bijlage 1 : Ruimtelijk-functioneel Programma van eisen d.d. 7 december 2009 Bijlage 2: Regionaal duurzaam Bouwen Plus-Richtlijn 7 mei 2003 Bijlage 3: Demarcatielijst

Bouwadvies

oranjewoud 19 19

19 20 20 20 21 21 21 21 21 21 22 22 22 23 23 23 23 24 24 24 24 24 24 25 25 25 25 25 26 26 26 26 26 27 27 27 27 27 27 28 28



^ * ~ ? OraDieWOUd

Inleiding 1.1

Algemeen De gemeente Leiderdorp gaat een brede school realiseren ter vervangingvan basisschool Kastanjelaan en huisvestingvan een kinderdagverblijf en BSO (Stichting Kinderopvang Leiderdorp). De zogenaamde brede school Oude Dorp zal worden gerealiseerd op de locatie Kastanjelaan. De Betrokken partijen voor de Brede School Oude dorp zijn: Protestants- Christelijke Schoolvereniging Leiderdorp. Stichting Kinderopvang Leiderdorp. Gemeente Leiderdorp.

1.2

Gegevens en uitgangspunten •

De Brede School Oude Dorp dient ter vervanging van basisschool Kastanjelaan en kinderdagverblijf (Stichting Kinderopvang Leiderdorp).

•

De bij het project betrokken partijen hebben gezamenlijk gekozen voor nieuwbouw op een locatie. De school heeft een eigen identiteit / signatuur.

• • • • •

•

Het project betreft een gebouw van maximaal 2.640 m2 bvo. De stedenbouwkundige massastudie Brede School Oude Dorp d.d. 16 oktober 2008; Raadsbesluit d.d. 20 april 2009. Uitgangspunt voor het technisch programma is dat het kwaliteitsniveau voor de scholen en kinderopvang sober en doelmatig moet worden uitgevoerd, zodanig dat planrealisatie mogelijk is binnen de beschikbare middelen; Het Programma van Eisen is in nauwe samenwerking met de gemeente en de beoogde gebruikers (De gebruikers Brede School Oude Dorp) tot stand gekomen. De Brede School Oude Dorp participanten hebben voor het ruimtetijk-functioneel Programma van Eisen een apart traject doorlopen. Het ruimtelijk-functioneel Programma van eisen is dan ook als bijlage toegevoegd aan onderliggend integraal document;

Gebruikers Brede School Oude Dorp De gebruikers van de brede school Oude Dorp zijn: • Basisschool Kastanjelaan (Protestants-christelijk onderwijs) • Stichting Kinderopvang Leiderdorp (peuteropvang, kinderdagverblijf, tussenschoolse en buitenschoolse opvang)

1.3

Projectorganisatie De gemeente Leiderdorp is opdrachtgever voor het opstellen van het programma van eisen. Samen met de gebruikers en de gemeente is het programma van eisen opgesteld.

blad 1 van 28

Bouwadvies


1.4


*£>.

oran lewoud

Status programma van eisen Het programma van eisen is een beslisdocument aan de hand waarvan het ontwerp zal worden gemaakt. In het programma van eisen zijn de functionele, ruimtelijke en technische eisen vastgelegd voor het gebouw. Het programma van eisen heeft ten doel: • Het definieren van de bouwopgave en zijn context; • Het fungeren als toetsingsinstrument ten behoeve van de ontwerpstadia; • Het vastleggen van de uitgangspunten en afspraken ten behoeve van de communicatie tussen de betrokken partijen.

1.5

Werkzaamheden Het programma van eisen bestaat uit twee onderdelen: 1. Een ruimtelijk-functioneel programma van eisen 2. Een technisch programma van eisen In het ruimtelijk-functioneel programma van eisen worden de omvang, aard, aantallen, kenmerken en de relaties tussen de benodigde ruimten en ruimtegroepen vastgesteld. Vervolgens worden de kwaliteitseisen van het gebouw vastgelegd. De afzonderlijke wensen en eisen van de gemeente en de gebruikers zijn ge'mtegreerd tot een programma van eisen. In het technisch programma van eisen staan de eisen met betrekking tot: • De functionaliteit (bouwmaterialen, beheersaspecten, etc.) • De bouwfysische condities (energie, ventilatie, licht, etc.) • Veiligheid (gezondheid, brandveiligheid, etc.)

1.6

Leeswijzer Het programma van eisen is als volgt opgebouwd: hoofdstuk 1 geeft de inleiding op dit document, hoofdstuk 2 en 3 beschrijven de algemene en specifieke uitgangspunten, hoofdstuk 4 beschrijft het ruimtelijk- functioneel programma van eisen en hoofdstuk 5 beschrijft het technisch programma van eisen. De financiele aspecten worden in een separaat document vastgelegd.

blad 2 van 28

Bouwadvies

projectnr. 202675 15december2009, revisie03

Programmavan eisen OEFINITIEF Brede School Oude Dorp Gemeente Leiderdorp

oranjewoud

Algemene uitgangspunten 2.1

Algemeen Bij het bouwen van de brede school zijn ervijf voorwaarden die invloed hebben op hette bereiken resultaat: 1. Voorwaarden op het gebied van onderwijs: het gebouw en het terrein dienen deze bedrijfsvoeringen te ondersteunen. 2. Economische voorwaarden: optimale bestedingvan beschikbare gemeenschapsgelden betekent prioriteit voor de gebruikswaarde van het gebouw, prioriteit voor lage investeringskosten, prioriteit voor lage exploitatiekosten Een goede, hoge bezettingsgraad van de ruimten van het gebouw is essentieel. 3. Bouwtechnische en technische voorschriften: woningwet, Bouwbesluit, richtlijnen, Huisvestingsverordening, gemeentelijke bouwverordeningen, bestemmingsplan, etcetera vormen globaal de basis voor het programma van eisen. 4. Vormgeving: het architectonische ontwerp en de meubilering dienen de bedrijfsvoeringen te ondersteunen. 5. Toekomstwaarde: het ontwerp dient zo te worden gemaakt dat de toekomstige gebruikers zekere vrijheden hebben in hun gebruik.

2.2

Richtlijnen Voor het opstellen van het programma van eisen zijn de volgende richtlijnen (en weten regelgeving) van toepassing: Bouwbesluit Stedenbouwkundige randvoorwaarden Bestemmingsplan Gemeentelijke bouwverordening Bekostigingsstelsel Primair Onderwijs Verordening Huisvestingsvoorzieningen Onderwijs 2006 Gemeente Leiderdorp; Richtlijnen onderwijs en welzijn (VNG)/ Huisvestingsverordening Wet en besluit kinderopvang Verordening Kinderopvang (VNG) Richtlijnen GGD voor kinderopvang Model bouwverordening Kwaliteitseisen kinderopvang Verordening Huisvestingsvoorzieningen peuterspeelzalen ARBO-wetgeving Handboek voor Toegankelijkheid (ITS vignet is vereist voor het gebouw) Nationaal Pakket Duurzaam Bouwen Utiliteitsbouw Regionale duurzaam bouwen Plus-Richtlijn Politiekeurmerk veilig wonen Kwaliteitsnormen Klein Kapitaal Aanvullende brandweervoorschriften Wetmilieubeheer Vigerende parkeernormen De van toepassing zijnde NEN normen Besluit attractie- en speeltoestellen d.d. maart 1997 Gebruiksvergunning Het ontwerp dient te voldoen aan bovenstaande weten regelgeving.

blad 3 van 28

Bouwadvies


2.3


s£?

OratlieWOUd

Overig Voor dit programma van eisen gelden tevens de volgende uitgangspunten: • Een hoog ambitieniveau met betrekking tot milieuaspecten. De basis hiervoor ligt in het ontwerp. • Coordinate van gelijkwaardige functies/ functiegroepen om zo de oppervlakte optimaal te benutten. • Sociale veiligheid en leefbaarheid. • Realisatie van een project met uitstraling en een aansprekend gebouw van hoge kwaliteit. • Bij het opstellen van dit programma van eisen samen met de gebruikers en gemeente Leiderdorp hebben allereerst de VNG norm(kosten) als uitgangspunt gediend. Daarnaast is specifiek gekeken naar de aanvullende eisen en wensen van de gemeente en gebruikers. Om inzicht te krijgen in welke onderdelen nu zijn opgenomen in het bouwbudget (die ook meegenomen dienen te worden in het ontwerp) is een demarcatielijst opgesteld in bijlage 3. Alle onderdelen benoemd in de kolom inrichtingskosten (groen) dienen in het ontwerp meegenomen te worden. Het ontwerp dient tevens rekening te houden met de onderdelen, die de gebruikers zelf verzorgen (kolom gebruikers, blauw).Met de onderdelen benoemd in de gele kolom "niet opgenomen" behoeftgeen rekening te worden gehouden.

blad 4 van 28

Bouwadvies



^ * "? OrflllieWOlld

Specifieke uitgangspunten 3.1

Regionale Duurzaam Bouwen Plus-Richtlijn 7 mei 2003 De gemeente Leiderdorp hanteert de Regionale DuBoPlus-Richtlijn als uitgangspunt bij bouwprojecten. De DuBoPlus-Richtlijn bestaat uit een beperkt aantal basismaatregelen en een prestatiescore voor nieuwbouw en bestaande bouw. De prestatie wordt bepaald met behulp van het rekenprogramma GPR-gebouw of gelijkwaardig en uitgedrukt in een schoolcijfer. Een score van minimaal 7.0 voor alle thema's (energie, milieu, gezondheid, gebruikswaarde en toekomstwaarde) is de regionale maatlat. Het toepassen van GPRGebouw stimuleert een prestatiegerichte werkwijze en biedt ontwikkelende partijen vrijheid in ontwerp, bouwwijze en materiaalkeuze om een pakket maatregelen samen te stellen met de hoogste winst voor milieu en economie. Voor Brede School Oude Dorp dient rekening te worden gehouden met deze richtlijn, score 8.0. De gemeente verstrekt gratis een sublicentie aan de architect en/of installatieadviseur voor het berekenen van de prestatiescore. Zie voor meer informatie bijlage 2.

3.2

Kunsttoepassing In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met de toepassing van kunst. In een later stadium zal door de gemeente Leiderdorp besloten worden of en in welke vorm er kunst zal worden toegepast. Gewenst is om hierbij eventueel de kinderen van de Brede School Oude Dorp te betrekken. Uitgangspunt binnen de gemeente is dat de kosten maximaal 1 % van de bouwkostenbedragen.

3.3

Multifunctionaliteit De multifunctionaliteit in deze brede school is meer dan het bij elkaar voegen van de voorzieningen. De voorzieningen dienen te profiteren van elkaars aanwezigheid. Dat wil zeggen dat er een integratie van functies dient plaats te vinden. De integratie van de verschillende functies hangt samen met de wensen van de verschillende gebruikers en de gemeente. Het programma van eisen is hierbij een belangrijk element om dit aspect te verwezenlijken. Het voordeel is dat men bij de bouw van een brede school meer kan bereiken met het budget dat beschikbaar is voor het realiseren van solitaire voorzieningen. Ruimten kunnen worden samengevoegd of separaat worden gebruikt en ruimten kunnen meervoudig worden gebruikt. Daamaast wordt de continu'fteit in het gebruik vergroot.

3.4

Beheermodel Het beheermodel zal in een nader op te stellen document worden beschreven.

blad 5 van 28

Bouwadvies



^ * ) OrameWOUd

Ruimtelijk-functioneel programma van eisen Zie rapportage ruimtelijk-functioneel programma van eisen d.d. 7 december 2009 in bijlage 1. Het ruimtelijk-functioneel programma van eisen maakt onderdeel uit van dit totaal programma van eisen.

blad 6 van 28

Bouwadvies



^ r ^ P OranieWOUd

Technisch programma van eisen 5.1

Inleiding Het technisch programma van eisen definieert de technische prestaties die worden verwacht van de nieuwbouw van de brede school. Zowel voor de ruimten die vast in functie zijn als de ruimten die variabel in functie zijn, gelden dezelfde technische eisen. De uitgangspunten voor het opstellen van het technisch programma van eisen zijn: • De eisen in dit hoofdstuk zijn de uitgangspunten voor de adviseurs die bij het ontwerpproces betrokken zullen worden. • De eisen dienen realiseerbaar te zijn binnen het taakstellend budget. Specifieke eisen die samenhangen met de inrichting van ruimten (bijvoorbeeld exacte plaats aansluitpunten elektra) worden niet in het technisch programma van eisen beschreven. Naast eisen bevat het technisch programma van eisen tevens aanbevelingen en wensen (op richtlijnen die wettelijk gesteld worden). In de tekst zal onderscheid gemaakt worden tussen: • Eisen (E): eisen op basis van normen. • Aanbevelingen (A): aanbevelingen die worden gedaan die bijdragen aan de taakstelling van een brede school. • Wensen (W): wensen van de participanten die niet volgens de normering vergoed worden. De eisen (E), de aanbevelingen (A) en de wensen (W) dienen in principe te worden opgevolgd. Van de eisen mag niet worden afgeweken. Indien de ontwerpende partijen afwijken van de aanbevelingen of wensen dan dienen deze afwijkingen te worden beargumenteerd en te worden gecommuniceerd met de opdrachtgever. Voor alle bepalingen geldt dat de laatste uitgave van de genoemde norm/regeling gehanteerd wordt. De architect heeft als taak om het ontwerp te laten voldoen aan de wettelijke eisen en heeft als taak dat het gebouw bij ingebruikname onder meer voldoet aan de eisen van de Arbowet.

5.2

Algemene ontwerpvoorwaarden Bij keuzen tussen verschillende technische oplossingen gelden de eisen en aanbevelingen na onderstaande subparagrafen als algemene ontwerpvoorwaarden.

5.2.1

Wettelijke eisen (E) Het gebouw dient zo ontworpen te worden dat van de gemeente een bouwvergunning verkregen wordt om op de betreffende locatie te bouwen. Het gebouw dient aan de voorwaarden van de gebruikersvergunningte voldoen.

blad 7 van 28

Bouwadvies


5.2.2


^ * ~ } OranieWOtjd

Richtlijnen (A) Buiten de wettelijke eisen zijn richtlijnen met betrekking tot integrate toegankelijkheid gebouwen en richtlijnen met betrekking tot duurzaam bouwen van toepassing.

5.2.3

Garanties (E) Het gebouw dient zodanig te worden ontworpen dat alle van toepassing zijnde garanties (op onderdelen) worden verkregen.

5.2.4

Veiligheid Ten aanzien van veiligheid zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • (E) In het ontwerp dienen onveilige (sociale) situaties te worden vermeden. • (E) In het ontwerp dient er rekening te worden gehouden met klim- en valgevaar door de ramen o.a. bij toepassing van vensterbanken. Op glasvlakken die zich op minder dan 1,5m boven vloerniveau bevinden dient veiligheidsglas te worden toegepast. • (A) Nissen waar geen controle op mogelijk is dienen te worden vermeden. Het beklimmen van gebouwdelen dient zoveel mogelijk beperkt te worden (door het aanbrengen van voorzieningen). • (E) Inrichtingselementen en installaties dienen zo te worden gepositioneerd en gedetailleerd dat ze verwondingen niet kunnen veroorzaken (met name zijn van belang: kapstokhaken, radiatoren, vensterbanken). • (A) Op maaiveldniveau dient er extra aandacht te zijn voor vandalismebestendigheid. • (E) Op glasvlakken die zich op boven 0,8m boven vloerniveau bevinden en grenzen aan de speelterreinen dient ook veiligheidsglas te worden toegepast (eisen brandweer/GGD).

5.2.5

Exploitatie De brede school dient optimaal exploitabel te zijn. Eisen/aanbevelingen die gesteld worden: • Compartimentering (E) Het gebouw dient zo te worden ontworpen dat met het oog op gevarieerde gebruikstijden delen van het gebouw zelfstandig kunnen functioneren. Met zelfstandig functioneren wordt bedoeld dat zowel het gehele gebouw als een deel van het gebouw in gebruik kan zijn. Het gebouw dient te worden opgedeeld in een aantal hoofdcompartimenten. De afzonderlijk gebouwdelen dienen te beschikken over zelfstandig te gebruiken installaties ten behoeve van (brand)beveiliging, verwarming, stroomvoorziening en verlichting. Uitgangspunten voor de compartimentering vormen de relatieschema's in het ruimtelijk-functioneel programma van eisen. Aandachtspunten bij de compartimentering: positionering van de lift en het mindervalidentoilet. • Schoonmaak (E) Schoonmaak dient eenvoudig plaats te kunnen vinden. Materiaalgebruik en detaillering dienen afgestemd te worden op zo laag mogelijke gevoeligheid voor stof en vervuiling (ook graffiti). - Aandachtspunten: > Inloopzone bij entree met verwisselbare matten en zo optimaal mogelijke detaillering en materiaalgebruik. > Aandacht voor directe en eenvoudige wijze van ramen zemen. > Vermijden van slecht bereikbare hoeken. > Plinten in sanitaire ruimten met afgeronde hoeken. • Onderhoud en reparatie

blad 8 van 28

Bouwadvies



^ • ~ ? OranieWOUd

-

•

5.2.6

(E) De keuze voor de te gebruiken materialen en installaties dient mede bepaald te worden door de kosten die met onderhoud gemoeid zijn. Detaillering en positioneringvan materialen en installaties: onderhoud dient 'direct' te kunnen worden uitgevoerd. (E) In de levensduurvan de materialen dient gelijkwaardigheid te bestaan. (E) Die onderdelen die relatief vaakvoor vervangingen reparatie in aanmerking komen dienen op duurzaamheid te worden gekozen. Tevens dienen ze snel en eenvoudig te kunnen worden vervangen en gerepareerd, met andere woorden zoveel mogelijk reguliere materialen en reguliere afmetingen dienen te worden gebruikt. Energie (E) Het gebouw dient zo te worden ontworpen dat energiekosten zoveel mogelijk beperkt worden.

Flexibiliteit Een gedeelte van de ruimten van de multifunctionele accommodatie is variabel in functie. De eisen ten aanzien van deze flexibiliteit aan gebouwonderdelen en ruimten: • (E) Alle bouwkundige en installatietechnische voorzieningen in het gebouw dienen zodanig te worden ontworpen dat in de toekomst wijziging in functie van de ruimten die variabel zijn in functie tegen een minimale investering mogelijk is. Constructiedragende binnenwanden dienen alleen gerealiseerd te worden indien deze noodzakelijk zijn uit constructief oogpunt. Er dient zoveel mogelijk met dragende kolommen te worden gewerkt. Het leidingstelsel dient zo te worden gepositioneerd dat in geval van aanpassing (van een ruimte bij wijziging van functie) de aanpassing niet belemmerd wordt.

5.2.7

Toegankelijkheid Ten aanzien van toegankelijkheid zijn de overige eisen/aanbevelingen als volgt: • Toegankelijkheid gebouw (E) Het gebouw dient over voldoende ingangen (van voldoende capaciteit) te beschikken om de participanten op efficiente wijze toegang en uitgang te verschaffen. (A) Aandachtspunten: > Het gebouw dient waar mogelijk drempelvrij te worden gehouden. > Toegang voor mindervaliden dient zich zo dicht mogelijk bij een eventuele lift te bevinden. > Niveauverschillen mogen geen belemmering voor mindervaliden zijn. > Hoogteverschillen dienen met materiaalovergangen of kleuren te worden gemarkeerd. > Een gang he eft minimaal een breedte van 1,20m, Voor de draaicirkels aan het einde van de gang dient de gang minimaal 1,50m breed te zijn. • Toegankelijkheid ruimten (E) Voor de opslagruimten en bergruimten gelden dat efficiente aan- en afvoer plaats dienen te kunnen vinden. De afmetingen en doorgangen zijn gerelateerd aan de afmetingen van de aan te voeren goederen. (E) In het ontwerp dient ruimte te worden gereserveerd voor een lift met bijbehorende installatie.

blad 9 van 28

Bouwadvies


5.2.8


^fo

OraflieWOlId

Binnenklimaat: lucht Uit oogpunt van gezondheid, welzijn, bruikbaarheid en plezierig verblijven zijn de volgende eisen/aanbevelingen de uitgangspunten voor het binnenklimaat: • Luchttemperatuur (E) Het gebouw dient zo te worden ontworpen dat in het binnenklimaat optimaal gefunctioneerd kan worden. In een wintersituatie ligtde norm (NEN-ISO 7730)/ISSO publicaties 51, 53 en 57 ten grondslag aan de minimale temperaturen voor de verschillende ruimten. In een zomersituatie dient het gebouw zo te worden ontworpen dat zonder koeling aan de eis kan worden voldaan. Er dient voldaan te worden aan maximaal 150 overschrijdingsweeguren per seizoen. (E) Zonweringmogelijkheden en ventilatiemogelijkheden dienen zo optimaal mogelijk te worden ingezet. (W) De temperaturen in de individuele en semi-gemeenschappelijke groepsruimten en stafruimten dienen per betreffende ruimte geregeld te kunnen worden. Tijdens het ontwerp dient door de installatie/bouwfysisch adviseur een temperatuuroverschrijdingsberekening te worden gemaakt met een goede toelichting. Bij deze berekening mogen voor de school de maanden juli en augustus uitgesloten worden. Dit geldt niet voor de kinderopvang (SKL). • Luchtbeweging (E) De maximale luchtsnelheid moetvoldoen aan de grenswaarden volgens de NEN-ISO 7730. • Ventilatie (E) Alle ruimten dienen geventileerd te worden (natuurlijk dan wel mechanisch). Ventilatie vindt in principe plaats door natuurlijke ventilatie. Mechanische ventilatie (afzuiging) dient zoveel mogelijk vermeden te worden (schoorsteenwerking gaat boven mechanische ventilatie). Zomers dient de ventilatie te zorgen voor koeling. De geluidsproductie van mechanische ventilatie dient minimaal te zijn. De bedienbaarheid van ramen dient gebruikersvriendelijk te zijn. De ventilatie moet voldoen aan de eisen in het Bouwbesluit en de NEN 1087 c.q. NEN 8087. (E) Voor het ontwerp dient bij een voile bezetting van een ruimte rekening te worden gehouden met een maximaal waarde van het C02 gehaltevan 1.000 ppm. (W) In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met goede ventilatie in de slaapkamers van de kinderopvang. • Luchtvochtigheid (E) Het gebouw dient zo te worden ontworpen dat (oppervlakte-)condensatie in verblijfsruimten en (oppervlakte-)condensatie in de gebouwconstructie nietvoorkomt indien dit in schade kan resulteren. Een zeer lage (<30%) en zeer hoge (>70%) luchtvochtigheid dient zo min mogelijk voor te komen.

5.2.9

Binnenklimaat: licht Ten aanzien van 'binnenklimaat; licht' zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • Daglichttoetreding (E) In de verblijfsruimten (de groepsruimten, gemeenschappelijke ruimten, stafruimten en de verblijfsruimten van de gezamenlijke ruimten) dient de daglichtfactor zo hoog mogelijk te zijn zonder hinder te veroorzaken. De EPNwaarde is uitgangspunt voor het percentage glasoppervlak. (A) De aanbevelingen ten aanzien van een zo hoog mogelijke benutting van daglichttoetreding: > Veel ramen > Daklichten > Glas met hoge factor aan lichttoetreding

blad 10 van 28

Bouwadvies


Programma van eisen OEFINITIEF Brede School Oude Dorp Gemeente Leiderdorp

oranjewoud

-

•

(W) De wensen ten aanzien van een zo hoog mogelijke benutting van daglichttoetreding: > Werkplekken nabij ramen > Lichte kleuren (wanden, vloeren, plafonds) Zonlichttoetreding (E) Direct zonlicht dient zodanig de ruimten binnen te vallen dat hinder niet veroorzaakt wordt. Daar waar de zon verblinding, reflecties en opwarming tot het gevolg heeft, dienen (zo beperkt mogelijk) voorzieningen voor zonwering te worden aangebracht. In de winter dient opwarming door de zon te kunnen worden benut.

Voor 'Binnenklimaat: licht' gelden voor zon- en daglicht en uitzicht de volgende eisen/wensen per participant c.q. ruimtesoort. Hierbij zijn de waarden voor de eisen/wensen: l=verplicht, 2=niet noodzakelijk, 3=wenselijk en 4=niet gewenst.

Ruimtesoort basisschool Kastanjelaan Groepsruimten Gemeenschappelijke ruimten/speelhal/ZW ruimte SKL Groepsruimten Slaapkamers Nevenruimten Bergruimten Sanitair/garderobe/entree Keuken/pantry (Kastanjelaan, SKL) Stafruimten Werkkamers (directie, IB) Kastanjelaan en kantoren SKL en concierge/beheerder Spreekkamers Personeelsruimten Gezamenlijke ruimten Overige (technische) ruimten

Zonlicht

Daglicht

Uitzicht

2 3

1 1

1 3

2 2

1 1

1 3

4 3 2

2 2 1

4 3 2

2

1

1

3 3

1 1

3 3

4

2

4

Minimaal vereiste verlichtingsniveaus: (betreft basisverlichting gemeten op werkvlakhoogte in gebruikswaarde) Verlichtingsniveau Ruimte

bladllvan28

Bouwadvies

(lux)

groepsruimten

400

Speellokaal

400

Gemeenschappelijke ruimte/speelhal/ZW ruimte

400

Kantoren en werkruimten

450

Personeelsruimten

250

Keuken

1000

Sanitaire ruimten

125

Verkeersruimten / entree

100

bergingen

125


5.2.10

Program ma van eisen DEFINITIEF Brede School Oude Dorp Gemeente Leiderdorp

oranjewoud

Binnenklimaat: geluid Ten aanzien van 'binnenklimaat; geluid' zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • Akoestiek (E) De ruimten dienen zodanig te worden ingericht en vormgegeven dat zowel bij een lage als een hoge bezettingsgraad een optimale akoestiek wordt gegarandeerd. Aandachtspunt: spraakverstaanbaarheid bij de gemeenschappelijke groepsruimten. De akoestiek moet voldoen aan de eisen in de NEN 1070. (E) Hinderlijk reflecties, resonanties en (flutter)echo's dienen te worden voorkomen door het toepassen van geluidsabsorberend materiaal in het middengedeelte van het plafond. • (E) De geluidsisolatie tussen de ruimten in het gebouw dient zodanig te zijn dat tijdens de activiteiten (die in de ruimten uitgevoerd mogen worden) geen overlast wordt ervaren. De bouwkundige voorzieningen dienen zodanig te worden samengesteld dat constructies voldoende geluidswerend en -isolerend zijn. De geluidsisolatie tussen ruimten moet voldoen aan de eisen in de NEN 5077. • (E) In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met extra geluidsisolatievoorzieningen voor de slaapkamers van de kinderopvang. • (E) In de verblijfsruimten mogen de geluiden veroorzaakt door gebouwinstallaties de activiteiten in de ruimten (die in de ruimten uitgevoerd mogen worden) niet belemmeren. De geluidswaarden van gebouwinstallaties per participant c.q. ruimtesoort: Ruimtesoort Basisschool Kastanjelaan Groepsruimten Gemeenschappelijke ruimten /speelhal/ZW ruimte SKL Groepsruimten Slaapkamers Nevenruimten Bergruimten/sanitair/garderobe/entree/pantry/ keuken (Kastanjelaan, SKL) Stafruimten Werkkamers Kastanjelaan, kantoren SKL en concie'rge/beheerder Personeelsruimten Gezamenlijke ruimten Verblijfsruimten Overige (technische) ruimten

Geluidsproductie installaties in dB(A) 30 40 30 <30 45

35

35 65

(W) In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met extra geluiddemping in de zelfstandige werkruimte van de school. Hierbij wordt bijvoorbeeld gedacht aan extra geluiddempende vloerbedekking. (W)) In het ontwerp (positionering en geluidsisolatievoorzieningen) dient rekening te worden gehouden met stille slaapkamers. (W) Contactgeluiden tussen boven- en benedenverdieping mogen niet belemmerend werken op het concentratievermogen van de leerlingen.

bladl2van28

Bouwadvies



oranjewoud

(E) Ter voorkoming van geluidshinder naar aangrenzende ruimten en naar buiten worden bouwkundige maatregelen getroffen in de wanden en vloeren. Ter voorkoming van hinderlijke resonanties en nagalm in ruimten zullen de vloeren, wanden plafonds en inrichtinggezamenlijkvoldoende absorberend vermogen bezitten. De maximale nagalmtijden zijn in onderstaande tabel per ruimtesoort aangegeven. Hierbij is uitgegaan van onbezette en lege ruimten.

Ruimte Groepsruimten

maximale nagalmtijd (s) 1,0

Speellokaal

1,5

Gemeenschappelijke ruimten/speelhal/ZW ruimte

1,2

Kantoren en (afgesloten) werkruimten

0,7

Personeelsruimte

1,0

Verkeersruimten Overige

1,0 n.v.t.

Bij toepassing van verplaatsbare scheidingswanden wordt de mate van luchtgeluidsisolatie afgestemd op de functie. 5.2.11

Binnenklimaat: overig Ten aanzien van het binnenklimaat zijn de overige eisen/aanbevelingen als volgt: • Trillingsproducties installaties (E) Installaties mogen geen voelbare trillingen in het gebouw veroorzaken (kleiner of gelijkaan 0,1Kb). • Vochtdoorlatendheid (E) Voorvochtdoorlatendheid gelden de eisen in het Bouwbesluit.

bladl3van28

Bouwadvies



5.3

^ * ~ ? OrameWOUd

Bouwkundige voorzieningen

5.3.1

Draagconstructie. Na vaststelling van het voorlopig ontwerp wordt door de architect en constructeur een type draagconstructie voorgesteld. Voor het financieel programma is voorlopig uitgegaan van een draagconstructie bestaande uit de volgende elementen: fundering: gewapend betonnen strokenfundering / poeren (er is geen rekening gehouden met fundatie op palen of grondverbetering)

vloeren: gewapend betonnen vloeren op zand constructie: staalconstructie in combinatie met dragende binnen spouwbladen en binnenmuren indien van toepassingverdiepingsvloer: betonnen vloersysteem 5.3.2

Fundering (E) Het Bouwbesluit beschrijft de richtlijnen met betrekking tot de fundering.

5.3.3

Daken en

dakafwerking

Ten aanzien van daken en dakafwerking zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • (E) De opbouw van het dak dient ertoe bij te dragen dat bij hogere buitentemperaturen opwarming in de ondergelegen ruimten traag verloopt. Het dak dient voor onderhoud en inspectie aan gebouw en installaties incidenteel betreden te worden. Daarvoor moet voorzien worden in valbeveiliging. Het betreden mag het dak niet beschadigen. Eventuele goten dienen bereikbaar te zijn voor inspectie. Noodzakelijke overstortvoorzieningen dienen gemtegreerd te worden in het architectonisch ontwerp. • (A) Het dak dient bestand te zijn tegen vandalisme en inbraak. 5.3.4

5.3.4.1

Wanden en

wandafwerkingen

Buitenwanden en buitenwandafwerking Ten aanzien van de buitenwanden en buitenwandafwerking zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • (E) Materiaalkeuze en wijze van detailleren dienen zodanig te zijn dat bij een zeer beperkte onderhoudsinvestering vervuiling en degradatie van kwaliteit zo gering mogelijk kan optreden gedurende een periode van 40 jaar. De kans op graffiti dient geminimaliseerd te worden. Bereikbare oppervlakken dienen schoongemaakt te kunnen worden. • (E) Voor warmte-isolatie van de buitenwanden gelden de eisen in het Bouwbesluit.

5.3.4.2

Binnenwanden en binnenwandafwerking Ten aanzien van de binnenwanden en binnenwandafwerking zijn de eisen/aanbevelingen als volgt:

bladl4van28

Bouwadvies


Programmavan eisen DEFINITIEF Brede School Oude Dorp

oranjewoud

Gemeente Leiderdorp

(E) De scheidingswanden dienen voldoende sterk te zijn om mechanische en fysische krachten op te nemen die vanuit het specifieke gebruik van ruimten te verwachten zijn. Blijvende visuele vervorming of andere schade mag niet plaatsvinden. (E)De binnenwanden dienen zodanigteworden uitgevoerd, dat beperkt onderhoud nodigis. (E) Bij radiatoren en wanden dient een stootrail te worden aangebracht. (E) Niet-constructiedragende wanden dienen zo te worden uitgevoerd dat zij eenvoudig en tegen een lage investering te verwijderen zijn. Het oppervlak van de wanden dient sterk te zijn, dient gerelateerd te zijn aan het specifieke gebruik van de betreffende ruimte en dient bestand te zijn tegen molest, stof en vocht. Attributen dienen aan deze wanden te kunnen worden bevestigd. Voor de scheidingsconstructies tussen onderwijs- en nevenruimten dient een glasstrook nabij de entree te worden gerealiseerd, zodat visueel contact mogelijk vanuit de betreffende en aangrenzende

ruimten mogelijk is. Tijdens het ontwerp wordt de definitieve afwerking bepaald. Voor het financieel programma wordt voorlopig uitgegaan van de onderstaande gegevens. Ruimte

Vloerafwerking

Wandafwerking

Plafondafwerking

groepsruimten - en

marmoleum

schoon metselwerk

systeemplafond

speellokaal

/ vloerbedekking

of glasvliesbehang texwerk;

gemeenschappelijke

marmoleum

Spuitwerk

systeemplafond

tapijt

Spuitwerk

systeemplafond

tapijt

Spuitwerk

systeemplafond

Keuken

vloertegels

Wandtegels

systeemplafond

Sanitaire ruimten

gietvloer

Wandtegels

systeemplafond

Entree

Schoonloop mat/

Spuitwerk

systeemplafond

ruimten/speelhal/ZW ruimte kantoren en werkruimten Personeelsruimten

marmoleum

•

•

5.3.5

Verkeersruimten

marmoleum

Spuitwerk

systeemplafond

Overige ruimten

marmoleum

Spuitwerk

systeemplafond

(A) Het plaatsen of bevestigen van de vaste inrichting (schoolborden, fonteinen, wastafel, pantry) dient aandacht te krijgen (denk aan logische routing, stofophoping). De digitale schoolborden dienen zo te worden gesitueerd dat daglicht geen negatief effect heeft op helderheid en zichtbaarheid. (W) Er dient rekening te worden gehouden met het toepassen van digitale schoolborden.

Vloeren en vloerafwerkingen Ten aanzien van de vloeren en vloerafwerking zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • (E) Het Bouwbesluit beschrijft de richtlijnen met betrekking tot de vloeren en belastingen. Voortoelaatbare nuttige vloerbelastingen wordt uitgegaan van de waarde als weergegeven in de onderstaande tabel.

ruimte Groepsruimten Speellokaal

bladl5van28

Bouwadvies

Vloerbelasting (kg/m2) 450 450



• •

•

5.3.6

oranjewoud

gemeenschappelijke ruimten

450

Kantoren en werkruimten

450

Personeelsruimten

450

Keuken

450

Sanitaire ruimten

450

Verkeersruimten

450

Overige ruimten

450

(E) De functie en het gebruik van een ruimte bepalen de vioeren en de vloerafwerking. (E) De vloerafwerkingen dienen vochtbestendig, voldoende sterk, slijtvast en stroef te zijn. Bijzondere aandacht dient geschonken te worden aan de keuze van de vloerafwerking (hard of zacht). bij de keuze dient een afweging gemaakt te worden op basis van de aspecten onderhoud, schoonmaak en CARA. De volgende vloerafwerking dient te worden toegepast: Groepsruimten: slijtvaste vloerbedekking (let op de natte hoek). Gemeenschappelijke ruimten en ontmoetingsruimte: slijtvaste, krasvaste, stootvaste vloerbedekking (let op de natte hoek). - Werk- en spreekkamers / kantoren: zachte, slijtvaste, goed te reinigen vloerbedekking Personeelruimten: slijtvaste vloerbedekking. Pantry / keuken: slijtvaste, waterdichte vloerbedekking. Sanitair: naadloze, harde vloer (bij voorkeur gietvloeren) - Werkkasten: keramische, niet poreuze tegels. Gezamenlijke, technische ruimten: slijtvaste vloerbedekking of vloerbedekking. - Verkeersruimten: slijtvaste vloerbedekking. Entrees: verwisselbare schoonloopmat. (E) Overige algemene eisen: Geen drempels. - Aandacht voor geluiddempende eigenschappen van de vloerbedekking bij grote ruimten. Stroefheid. - Weerstand tegen beschadiging. - Aandacht voor eigenschappen met betrekking tot gemakkelijk en eenvoudig onderhoud.

Trappen en afwerkingen Ten aanzien van trappen en trapafwerking zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • (E) De te verwachten voetgangersstromen dienen op vlotte wijze en zonder optreden van gevaarlijke situaties te worden verwerkt (vluchtroute; brandveiligheid). • (E) De trap bij de hoofdentree dient die kwaliteit te krijgen die past bij de uitstraling van het gebouw. • (E) Ten aanzien van alle trappen gelden de volgende eisen: - Voldoende stroefheid van het loopoppervlak. Zo veilig mogelijk gebruik leuningen (zowel voor onderbouw als bovenbouw geschikt), breedte treden en trap). Eenvoudig teonderhouden. De akoestiek dient zo optimaal mogelijk te zijn; tijdens het gebruik mag in de aangrenzende ruimten geen overlast worden ervaren. • (E) In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met dubbele hoogte trapleuningen i.v.m. met kleine kinderen. • (A) De afwerking van trappen en hellingbanen dient aandacht te krijgen in verband met veiligheid en toegankelijkheid. De trappen mogen geen open constructie kennen (in verband met doorvallend zand). De toepassing van stootborden bij trappen is zeer gewenst.

blad 16 van 28

Bouwadvies


Programma van eisen DEFINITIEF Brede School Oude Dorp

oranjewoud

Gemeente Leiderdorp

5.3.7

Plafonds en plafondafwerkingen Ten aanzien van plafonds en plafondafwerking zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • (E) De hoogtes van de ruimten dienen in overeenstemming te zijn met de omvang en de functie van de betreffende ruimte. De kwaliteit en vormgeving van de plafonds en plafondafwerking dient in overeenstemming te zijn met de gebruiksfunctie van de betreffende ruimte. Met het oog op flexibiliteit (uitwisselbaarheid van ruimten in relatie tot het verwijderen c.q. plaatsen binnenwanden) dienen plafonds eenvoudig en tegen een lage investering aangepast te worden zonder nadelige consequenties voor de akoestische eisen. • (A) De minimale vrije hoogte ten opzichte van de vloerafwerking per ruimte:

minimale Ruimte

plafondhoogte (m1)

Groepsruimten

2,8

Speellokaal

3,5

Gemeenschappelijke ruimte

2,8

Kantoren en (afgesloten)

2,4

werkruimten Personeelsruimte

2,4

Keuken

2,4

Sanitaire ruimten

2,4

Verkeersruimten

2,4

Bergingen

2,4

(W) Er dient rekening te worden gehouden met de ophanging van beamers (digitale schoolborden) aan het plafond.

5.3.8

Kozijnen, ramen en deuren Ten aanzien van kozijnen, ramen en deuren zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: (E) In normale gebruikssituaties dienen draaiende kozijndelen zodanig geplaatst te worden dat de participant geen gevaar of hinder kan ondervinden. (E) Voor de breedte van de toegang tot een ruimte gelden de eisen in Handboek voor Toegankelijkheid. (E)Detoepassingvan glas moet voldoen aan de eisen in de NEN 3567 en NEN 3568. (E) Elke verblijfsruimten die grenst aan een buitenwand dient te beschikken over een te openen raam. (E) Alle deuren t.b.v. de scholen (groepsruimten) en gangdeuren voorzien van schopplaten. (E) Bij raamvlakken onder 1,50m hoogte dient voor doorvalbeveiliging te worden gezorgd. (A) De algemene aanbevelingen zijn als volgt: Aandacht voor inbraakveiligheid bij openingen in buitenwanden. Aandacht voor zo min mogelijk omloopgeluid bij het plaatsen van ramen en deuren. Aandacht voor zo min mogelijk tocht en trek in de ruimten waar ramen geopend kunnen worden. Aandacht voor belemmering van het klimmen of hangen uit ramen.

Mad 17 van 28

Bouwadvies



-

5.3.9

^fo

OranieWOUd

Aandacht voorvoorzieningen ten aanzien van doorvalbeveiliging bij trappen, (en bordessen en vides). Aandacht vooronderhoudsarm materiaal. Ramen, kozijnen en deuren dienen bestand te zijn tegen mechanische beschadiging.

Hang- en sluitwerk,

sleutelsysteem

Ten aanzien van hangen sluitwerk en sleutelsystemen zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • (E) De kans op inbraak dient minimaal te zijn. Buitendeuren op de begane grond worden voorzien van slotstand signalering. • (E) Het sleutelplan dient te worden afgestemd met gebruiker en installaties (inbraak, ontruiming, brand). • (E) De kwaliteit dient gerelateerd te zijn aan de frequentie en de aard van het gebruik. • (E) Ramen op maaiveldniveau dienen van binnenuit bedienbaar en afsluitbaar te zijn. In geopende stand dienen ze gefixeerd te kunnen worden. • (A) De eisen aan afsluitbaarheid van ruimten (of zones binnen het gebouw) zullen door de participanten worden gesteld op basis van het voorlopig ontwerp.

5.3.10

Zonweringsysteem Ten aanzien van het zonweringsysteem zijn de eisen/aanbevelingen als volgt: • (E) Daar waar de zon verblinding, reflecties en opwarming tot het gevolg heeft, dienen (zo beperkt mogelijk) voorzieningen voor zonwering aan de zuid-, west- en oostgevels te worden aangebracht. • (E) Het zonweringsysteem dient kosteneffectief te worden uitgevoerd (handbediening). Elektrische bediening is gewenst, mits het budget dit toelaat. • (E) De zonwering dient windbestendig te zijn. • (E) In het ontwerp dient wel meegenomen te worden dat een eventuele galerij en overkapping ook bijdraagt aan de zonwering. • (W) De slaapkamers van de kinderopvang dienen (bij voorkeur) voorzien te zijn van verduisterend zonweringsysteem.

5.3.11

Noodzakelijke

vaste

voorzieningen

Het gebouw zal worden voorzien van noodzakelijke voorzieningen die tot de vaste inrichting behoren die bij oplevering geplaatst zullen zijn. Dit betreft de volgende inrichtingselementen: • (E) Vaste verkeersvoorzieningen: gevelopschriften en bewegwijzering (binnen en buiten). • (E) Vaste gebruiksvoorzieningen: vouwwanden, garderoberekken, brievenbussen, vloer en vloerafwerking. • (E) Vaste keukenvoorzieningen (personeel, onder- en bovenbouw): keukenvoorziening met keukenkasten, aanrechtblad, gootsteen, kraan en eventueel voorraadkast(en). De keukens / pantry's zullen niet worden uitgerust met een kookvoorziening, koelkast, koelcel of magnetron. In de pantry's voor de school dient ruimte beschikbaarte zijn voor een vaatwasmachine. • (E) Woonkeuken/kinderkookcafe (BSO-3) Vaste keukenvoorzieningen: keukenvoorziening met keukenkasten, aanrechtblad, gootsteen, kraan en eventueel voorraadkast(en) geschikt voor 10 tot 20 kinderen (kookeiland gewenst). De woonkeuken wordt door de gebruikers uitgerust met een (elektrische) kookvoorziening 6 pits, oven, vaatwasser, koelkast, koelcel of magnetron. In de berging van de keuken

blad 18 van 28

Bouwadvies

projectnr. 202675 15december2009, revisle03

Programmavan eisen DEFINITIEF Brede School Oude Dorp Gemeente Leiderdorp

oranjewoud

dient rekening te worden gehouden met ruimte en aansluitingen voor koelkasten en vriezer voor zowet de school als SKL. (E) Vaste sanitaire voorzieningen: wasbakken, wastroggen, toiletten, spiegels, kranen, handdoekhaakjes, kledinghaken, zeepapparaten en douchecabine. (E) Bij de peutergroepen en verticale groepen van het kinderdagverblijf dienen wastroggen te komen op peuterhoogte. (W) In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met spoelbakken, klei en verfafvang en het plaatsen van een klei-oven, die niet bereikbaar is voor kinderen. Mogelijke situering is in de zelfstandige werkruimte (leerdomein handvaardigheid).

5.4

Elektrische installaties Voor de keuze van het ontwerp van de elektrische voorziening speelt het beheermodel een rol. Het beheermodel zal in een nader op te stellen document worden beschreven.

5.4.1

Verdeelinrichting Ten aanzien van de verdeelinrichting worden de volgende eisen/aanbevelingen gesteld: (E) De elektrische voorziening dient de in het gebouw aanwezige apparaten, machines en installaties storingsvrij en doelmatig te voeden, te schakelen en te bedienen. (E) De elektrische voorziening dient bij oplevering een overcapaciteit te bezitten van 20%. (E) Op efficiente en overzichtelijke wijze dient vanuit een of twee hoofdverdeelinrichtingen via onderverdeelinrichtingen de elektrische energie naar de apparaten, machines en installaties te worden gebracht. (E) (Het ontstaan van) schadelijke invloeden van elektrische wisselvelden op de gebruiker dient te worden gemeden. (A) Bepaalde onderverdeelinrichtingen dienen te worden voorzien van de mogelijkheid tot stroomonderbreking (aardlekschakelaar c.q. een noodstop bij machines). (A) Uitgangspunt is twee centrale meterkasten (kostenverdeling middels verdeelsleutel). (W) Er dient rekening te worden gehouden met het toepassen van digitate schoolborden inclusief beamers aan het plafond.

5.4.1.1

Aansluitpunten elektra •

•

bladl9van28

(E) Het aantal aansluitpunten voor energievoeding in het gebouw dient van zodanige omvang te zijn dat alle vast geVnstalleerde elektrische installaties en machines van stroom met de juiste voeding worden voorzien en dient te voorzien in permanent en incidenteel gebruik. (E) Minimum aantal dubbele wandcontactdozen per ruimte: Groepsruimten: acht dubbele wandcontactdozen. Centrale speelhal: acht dubbele wandcontactdozen (excl. computeraansluitingen). Zelfstandige werkruimte: voldoende aansluitingen voor groepswerk, 80 leerlingwerkplekken, bibliotheek en handvaardigheid (minimaal 20 dubbele wandcontactdozen). Gemeenschappelijke ruimten: vier dubbele wandcontactdozen. - Werk- en spreekkamers / kantoren: vier dubbele wandcontactdozen. Personeelsruimten: acht dubbele wandcontactdozen. Pantry / keuken: aansluitingen voor kookplaat, koelkast, boiler, magnetron, koffieapparaat, waterkoker en flessenwarmers (kinderopvang). - Woonkeuken: voldoende extra aansluitingen voor vaatwasser, magnetron, oven, kookgelegenheid, afzuiging en diverse keukenapparaten.

Bouwadvies



oranjewoud

-

Was- en droogruimte: Voldoende aansluitingen voor twee wasmachines en twee drogers. Bergingen: twee dubbele wandcontactdozen. Berging keuken: voldoende aansluitingen voor koelkasten en vriezer school en SKL. Buitenberging: twee dubbele wandcontactdozen. Handvaardigheidruimte: acht dubbele wandcontactdozen. Krachtstroomaansluitingen zijn gewenst voor keramiekoven. Kopieerruimte / serverruimte / werkplek: voldoende aansluitingen voor reproapparatuur en server. Entrees: aansluiting voor de deurbel, intercom en deuropener via intercom. (W) In de centrale hal(ten) zijn naast bovenstaande dubbele wandcontactdozen ook voldoende wandcontactdozen voor computeraansluitingen gewenst. (E) De positie van de contactdozen mag geen belemmering vormen bij de inrichting van de ruimten. (E) In de ruimten met uitzondering van de groepsruimten en centrale leshallen dienen de wandcontactdozen 30 cm boven de vloer gemonteerd te worden. (E) De exacte locatie, het aantal en de capaciteit zal worden bepaald door de ontwerpende partijen in samenspraak met de opdrachtgever. (E) Flexibel gebruik voor projectoren, beamer, laptop etc. dient mogelijk te zijn. (W) De voorkeur is door de gebruikers uitgesproken voor het toepassen van een kabelgoot aan twee zijden van de groepsruimten (flexibiliteit). (W) Er dient rekening te worden gehouden met het toepassen van digitate schoolborden in iedergeval in de groepsruimten, speelhal, entree en zelfstandige werkruimte (gecombineerd mettoneel). (W) Er dient rekening te worden gehouden met een muziekinstallatie in de speelhal. (W) Het toepassen van kindveilige en geaarde wandcontactdozen.

5.4.1.2

Kabel- en leidinggoten (E) De positie van de kabel- en leidinggoten mag geen belemmering vormen bij de inrichting van de ruimten. De kabelgoten dienen separate compartimenten te bevatten voor: 1. laagspanningsleidingen en licht- en krachtinstallaties, 2. inbraak- en brandbeveiligingsinstallatie en 3. telematica en data. Na oplevering dient per compartiment een overcapaciteit aanwezigte zijn van: 1. laagspanningsleidingen en licht- en krachtinstallaties (20%), 2. inbraak- en brandbeveiligingsinstallatie (20%) en 3. telematica en data (35%). (E) Met name in de groepsruimten en centrale leshallen dienen voldoende aansluitpunten te zijn voor Pc's. (A) Doorgaande leidinggoten dienen te worden voorzien van geluidsisolatie, zie 5.2.10.

5.4.2

5.4.2.1

Verlichtingsinstallaties

Lichtinstallatie (E) Voor de eisen voor de waarden van verlichtingssterkte gelden de eisen in de NEN 1890. De kunstlichtinstallatie in het gebouw dient zodanig te zijn dat in elke ruimte bij elk daglichtniveau een verlichtingssituatie te realiseren is die een optimale beleving bewerkstelligd in de zin van gebruik en energiezuinigheid. Er dient aandacht te zijn voor de gemeenschapsruimten wat kunstverlichting betreft. (E) De armaturen in de speellokalen dienen voldoende beschermd te worden.

blad 20 van 28

Bouwadvies



•

•

•

5.4.2.2

•

•

•

•

5.4.3.1

(E) De terreinvertichting dient te worden ontworpen die in aard en omvang in overeenstemming is met orientatie bij afwezigheid van daglicht, vandalisme- en inbraakpreventie middels schemerschakeling(die centraal bedienbaar is). (A) Er dient aandacht te zijn voor: de entrees, fietsenstallingen, straten, zgn. nissen en verlichting onder eventuele luifels.

Communicatie-installaties

Telefoon-, data- en CAI-installaties •

•

blad 21 van 28

(E) Eenvoudige en doelmatige waakverlichting die centraal bedienbaar is dient te worden gerealiseerd op maaiveldniveau.

Terreinvertichting •

5.4.3

(E) Eenvoudige noodverlichting dient te worden gerealiseerd in overeenstemming met de weten regelgeving.

Waakverlichting •

5.4.2.5

(E) de groepsindeling van de verlichting dient aan te sluiten op de hoofdstructuur van de accommodatie. (E) In de lokalen dient de verlichting in twee groepen evenwijdig aan het raam geschakeld te worden. Per centrale hal dient de verlichting separaat schakelbaar te zijn. (E) In de gemeenschappelijke ruimten dient de mogelijkheid te bestaan om een gedeelte van de ruimte te verlichten (afhankelijk van de functies in deze ruimten plaats zullen vinden). (E) Indien kostentechnisch aanvaardbaar dienen de nevenruimten zoveel mogelijk te worden voorzien van bewegingsmelders. Bewegingsmelders dienen bij te dragen aan een efficiente bedrijfsvoering (beleving en kosten).

Noodverlichting •

5.4.2.4

(A) De afgeschermde armaturen in de groepsruimten, werkkamers, spreekkamers en kantoren dienen gelijkmatig over de ruimten verspreid te worden. Let bij type en bij positie op: verblinding, reiniging en onderhoud. (W) Voor basisschool Kastanjelaan is in het gebouw ook sfeer/'creatieve' verlichting gewenst. Een creatieve invulling van de verlichting is gewenst. In de ontwerpfase dient e.e.a. in overleg met de gebruikers nader te worden uitgewerkt. (W) Toekomstig gebruik van toneelverlichting (in zelfstandige werkruimte) is gewenst. In de ontwerpfase dient e.e.a. in overleg met de gebruikers nader te worden uitgewerkt.

Schakelinrichting •

5.4.2.3

*£>.

OranieWOUd

(E) De installaties voor telefoon/-fax, data en Centrale Antenne Installatie (CAI) dienen zo efficient mogelijk te worden gecombineerd. Vanaf een centraal punt dienen leidingen te worden gelegd die voorzien zijn van bedrading voor telefoon en data. Alle vergaderruimten en stafruimten dienen voorzien te zijn van aansluitingen voor telefoon en ICT. De groepsruimten, centrale leshallen en de personeelsruimten dienen voorzien te zijn van aansluitingen voor data/CAI. (E) De CAI dient gemtegreerd te worden met de databekabeling.

Bouwadvies

projectnr. 202675 15 december2009, revisie03


oranjewoud

Gemeente Leiderdorp

Onderstaand schema geeft per ruimtesoort het aantal outlets (PC) Ruimtesoort Basisschool Kastanjelaan Groepsruimte Centrale ruimte/zelfstandige werkruimte/speelhal Speelhal SKL Groepsruimte Nevenruimten Entree / werkptek Stafruimten Werkkamers (directie) Kastanjelaan / SKL en concierge/beheerder

Aantal outlets (PC) 3 10 + laptopkarren 4 3 2 3

(A) Daar gebruik wordt gemaakt van een netwerk dienen de technische eisen nader te worden gedefinieerd. (W) 1 patch ruimte is gewenst. (E) basisschool Kastanjelaan maakt gebruikt van laptops op losse karren. In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met voldoende aansluitingen voor deze laptopkarren in alle ruimten. (W) De communicatie-installaties dienen toekomstmogelijkheden te bieden voor de gebruikers. In overleg met de gebruikers dient e.e.a. te worden afgestemd.

5.4.3.2

Inbraakdetectieinstallatie •

•

(E) De nieuwbouw wordt voorzien van een elektronische inbraakbeveiliginginstallatie met voldoende groepen die een zone-indeling op basis van afdelingen (=groep van ruimten) c.q. gebouwdelen mogelijk maakt. In het ontwerp zal de installatie verder worden uitgewerkt waarbij ook rekening wordt gehouden met dag-, avond- en weekendgebruik van bepaalde gebouwdelen. Buitendeuren op de begane grond worden voorzien van slotstand signalering. De installatie dient te voldoen aan de nationale beoordelingsrichtlijn BORG (2005 versie 2) bouwkundig klasse B3 en risicoklasse R3.

De installatieadviseur dient te onderzoeken oftoepassingvan het Marsh bestek noodzakelijk/wenselijk is. 5.4.3.3

Brandmeldinstallatie •

(E) Het gebouw dient voorzien te zijn van een systeem voor brandmelding conform weten regelgeving(NEN 2535) en eisen van de brandweer. Het aantal van de brandmelders is gelijk aan het aantal van de afzonderlijke ruimten. Op een centrale plek (snel bereikbaar voor gebruikers) en in de meldkamer van de brandweer dient een hoorbaar en een zichtbaar signaal binnen te komen.

De installatieadviseur dient te onderzoeken oftoepassingvan het Marsh bestek noodzakelijk/wenselijk is. 5.4.3.4

Ontruimingsinstallatie •

(E) Het gebouw dient voorzien te zijn van een systeem voor ontruiming conform weten regelgeving (NEN 2575) en eisen van de brandweer.

De installatieadviseur dient te onderzoeken of toepassing van het Marsh bestek noodzakelijk/wenselijk is.

btad 22 van 28

Bouwadvies


5.4.3.5


^ * ~ ) Oraniewoud

Overspannings- en bliksemafleiders •

(E) Het gebouw dient voorzien te zijn van een systeem voor centrale overspanningsbeveiliging (ten behoeve van beveiliging van machines en installaties).

Een leidingstelsel voor uitwendige en inwendige beveiliging tegen blikseminslag hoeft niet te worden aangebracht. Een leidingstelsel voor uitwendige en inwendige beveiliging tegen blikseminslag hoeft niet te worden aangebracht.

5.4.3.6

Toegangscontrole •

•

5.4.3.7

Lestijdensignalering •

5.4.3.8

(E) In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met een lestijdensignalering voor de school. In de ontwerpfase dient dit samen met de gebruikers nader te worden uitgewerkt.

Omroepinstallatie •

btad 23 van 28

In het ontwerp dient vooralsnog geen rekening te worden gehouden met een toegangscontrole systeem. Wei dient in het ontwerp rekening te worden gehouden met voldoende veiligheid in en om de brede school en voldoende controlemogelijkheden op de toegankelijkheid. De toegangscontrole dient functioneel opgelost te worden (aandacht voor zichtlijnen vanuit de conciergeruimte op entree en sleutelplan).

(E) In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met een omroepinstallatie /centraal melding systeem /intercom en bel. In de ontwerpfase dient het installatiesysteem samen met de gebruikers nader te worden uitgewerkt.

Bouwadvies

projector. 202675 15 december2009, revisie03

5.5

5.5.1


oranjewoud

Werktuigbouwkundige installaties

Installatie voor centrale verwarming Voor de keuze van de centrale verwarmingsinstallatie speelt het beheermodel een rol. Het beheermodel zal in een nader op te stellen document worden beschreven.

5.5.1.1

Warmte-opwekkingsinstatlatie •

•

5.5.1.2

(E) De warmte-opwekkingsinstallatie dient zodanig te zijn ingericht dat de in het programma van eisen genoemde gebouwprestaties en in prestaties van aanvoer van warm water worden geleverd. De investeringskosten, de exploitatiekosten en de milieubelasting dienen in een juist evenwicht met elkaar te zijn. Bij uitval van een installatiecomponent dient de installatie minimaal 50% te kunnen leveren. (E) Bepaalde gebouwdelen (verdeling in logische zones) dienen apart te verwarmen te zijn.

Warmtedistributie-installatie (E) De aanvoer van warm water dient door een warmtedistributie-installatie te worden geleverd. De groepsindeling en de prestaties van de warmtedistributie dienen aan te sluiten op de hoofdstructuur van de accommodatie. (E) De verschillende groepen dienen individueel regelbaar te zijn. (E) Uitgangspuntvoordedistributie van warm water is een netwerkvan leidingen en vloerverwarming. (E) Storingen in het systeem dienen op een centraal punt binnen te komen. (E) De regeling voor de verschillende groepen dient te voorzien in: weersafhankelijke optimalisering, temperatuurbewaking buiten bedrijfstijd, zomer- en winterschakeling en pompschakeling. (A) Per groep dient in een klok- en overwerkregeling te worden voorzien.

5.5.1.3

Verwarmingslichaam (E) In het gehele gebouw dient vloerverwarming te worden aangebracht (indien goed regelbaar). (E) Eventuele plaatstalen paneelradiatoren voorzien van instelbare regel- en voetventielen en thermosstatische radiatorkranen zijn het uitgangspunt. (A) De positie van de leidingen wordt bepaald op door de meest minimale kans op verbranding bij aanraking in alle groepsruimten. (A) Leidingen en radiatoren dienen eenvoudig bereikbaar te zijn met het oog op onderhoud en schoonmaak. (W) De verwarming dient functioneel en goed regelbaar te zijn (per groepsruimte regelbaar).

5.5.2

Wateraanvoerinstallaties Voor de keuze van de wateraanvoerinstallatie speelt het beheermodel (in verband met legionellabestrijding) een rol. Het beheermodel zal in een nader op te stellen document worden beschreven.

blad24van28

Bouwadvies



^ * ~ ? OranieWOUd

Drinkwateraanvoerinstallatie • (E) Daar waar drinkwater gewenst is (gebruik, hygiene, veiligheid) dient in drinkwateraanvoer te worden voorzien. De ruimten betreffen alle groepsruimten, gemeenschappelijke ruimten, sanitaire ruimten, keukens, pantry's, werkkasten. Het stelsel dient aangesioten te zijn op het openbare distributienet en aftapbare aansluitpunten. De installatie dient tevoldoen aan de eisen in de NEN 1006 AVWI. • (W) Twee wateraansluitingen buiten (1 bij kinderdagverblijf en 1 bij naschoolse opvangruimte) zijn gewenst. Warmwateraanvoerinstallatie • (E) In de groepsruimten en sanitaire ruimten van het SKL, in de keukens, pantry's werkkasten, handvaardigheidruimte en het mindervalidentoilet dient warmwatertoevoer te zijn. In verband met de veiligheid dient gewerkt te worden met thermostaatkranen en/of warmteregelaar. De installatie dient tevoldoen aan de eisen in de NEN 1006 AVWI. • (W) Close-in boilers zijn niet gewenst voor de kinderopvang SKL. Blusinstallaties • Ten behoeve van wateraanvoer naar waterblusapparaten dient een waterleiding te worden voorzien van voldoende capaciteit die voldoet aan de weten regelgeving en de eisen van de brandweer. 5.5.3

Sanitaire toestellen

5.5.3.1

Toiletvoorzieningen •

• • • •

5.5.3.2

Was- en spoelvoorziening •

5.5.3.3

(E) Het gebouw zal in het was en droogruimte van de kinderopvang worden voorzien van een handdouche met thermostaatbegrenzer.

Aansluitpunten koudwater •

blad 25 van 28

(E) Wastafels, wastroggen of spoelbakken dienen te worden toegepast in de toiletruimten, keukens, pantry's en werkkasten.

Handdouche •

5.5.3.4

(E) Met betrekking tot de toiletten wordt onderscheid gemaakt tussen mannen en vrouwen enerzijds en kinderen (jongens en meisjes) en volwassenen anderzijds. De hoogte van de toiletten en de wastafels dient te worden afgestemd op de participanten. De toiletten moeten gesitueerd worden in afsluitbare cabines. In het gebouw zullen in totaal 2 mindervalidentoiletten gerealiseerd worden. (W) Alleen toiletpotten en geen urinoirs zijn gewenst. (E) De toiletten dienen voorzien te zijn van een handbediend spoelmechanisme. (A) De toiletten dienen voorzien te zijn van een waterbesparingsmogelijkheid. (A) Vrijhangende toiletpotten zijn door alle gebruikers zeer gewenst/gee'ist indien het budget dit toelaat.

(E) Daar waar aansluitpunten voor warmwater gerealiseerd worden, dienen aansluitpunten voor koud water te worden gerealiseerd. Hiernaast dienen

Bouwadvies

projectnr. 202675 15december2009, revlsie03


sfo

OratlieWOUd

aansluitpunten voor blusmiddelen en een aansluitpunt in de verwarmingsruimte gerealiseerd te worden.

5.5.3.5

Spiegels en handdoekhaakjes •

•

5.5.4

(E) Boven c.q. naast de wastafels dienen spiegels in de toiletruimten voor respectievelijk volwassenen dan wel kinderen en in het mindervatidentoilet te worden aangebracht. (E) In de toiletruimten dienen haakjes voor handdoeken te worden aangebracht.

Gasvoorzieningsinstallatie Voor de keuze van de centrale gasinstallatie speelt het beheermodel een rol. Het beheermodel zal in een nader op te stellen document worden beschreven. •

•

5.5.5

5.5.5.1

Luchtbehandelinginstallatie

Mechanische ventilatie •

5.5.5.2

(E) Daar waar natuurlijke ventilatie niet mogelijk is (ruimten die zich niet aan de gevel bevinden, ruimten waar installaties staan en grote ruimten) dient mechanische ventilatie te worden gerealiseerd. Het stelsel dient te bestaan uit kanalen, roosters, afzuigkappen, afvoeren toevoerinstallaties. De capaciteit dient in overeenstemmingte zijn met de functie van de ruimte (conform eisen / richtlijnen in geval van installaties). De aanzuigroosters mogen zich niet in de nabijheid van luchtverontreinigende bronnen of afvoerinstallaties bevinden.

Luchtkoeling •

(E) In een installatie voor luchtkoeling zal vooralsnog niet worden voorzien. Het is zeer gewenst de volgende aanbevelingen in het totale ontwerp mee te nemen: Benutten van accumulerend vermogen. Toepassen mechanische ventilatie. Toepassen nachtventilatie. Toepassen effectieve zonwering.

•

(E) Het ontwerp van de installatie (met name de luchtbehandelingskasten) dient rekening te houden met mogelijke uitbreiding met koeling in de toekomst. (W) SKI wenst voor de kinderopvang (met name de slaapkamers) het gebruik van luchtkoeling. In overleg met de gebruikers dient in de ontwerpfase een definitieve keuze te worden gemaakt voor het wel of niet toepassen van luchtkoeling.

•

blad 26 van 28

(E) Het gebouw dient voorzien te zijn van een installatie voor distribute van gas naar die ruimten waar gasaanvoer noodzakelijk is. De installatie dient te worden aangesloten op de warmte-opwekkingsinstallatie en dient die capaciteit te kunnen leveren die gelijk staat aan het gelijktijdig gebruik van alle aansluitpunten. (E) De gasinstallatie dient te voldoen aan de eisen in de NEN 1078.

Bouwadvies



5.5.6

Waterafvoerinstaltaties

5.5.6.1

Hemelwaterafvoer •

•

•

5.5.6.2

• • •

5.6.1

(E) Het gebouw dient te worden voorzien van een leidingenstelsel dat geschikt is voor de afvoer van vuil drinkwater en overige stoffen op het openbaar riool. Het stelsel dient te bestaan uit ontspanningsleidingen, ontstoppings- en expansiestukken, controleputten, ontstoppingsstukken en lozingstoestellen. (E) Onderhoud aan het stelsel dient eenvoudig plaats te kunnen vinden zonder overlast voor de participanten. (E) De sanitaire ruimten dienen te worden voorzien van een aansluiting op het stelsel middels een schrobput. (E) De werkkast van schoonmaker/schoonmaakster dient te worden voorzien van een aansluiting op het stelsel middels een schrobput.

Brandblusvoorzieningen •

5.6

(E) Hemelwater dient op gecontroleerde wijze te worden afgevoerd (dak / terrein). Het hemelwater dient te worden gemfiltreerd in de grond (Afvoeren van het hemelwater dient niet op de tegels te gebeuren vanwege gladheid / veiligheid). Het hemelwaterafvoersysteem dient in PVC te worden uitgevoerd. (A) Gerecycled PVC of PVC met hergebruikgarantie is gewenst. Stalen ondereinden voor uitwendige hwa-buizen maakt onderhoud eenvoudiger en dient te worden toegepast. Aan beperking van geluidsoverlast bij inwendige hwa-buizen dient aandacht te worden geschonken. (W) en (A) Gewenst is de hemelwaterafvoer ofwel inpandig uit te voeren of te voorzien van anti-vandalisme-afscherming.

Binnen- en buitenriolering •

5.5.7

sfo

OrsnieWOUd

(E) Het gebouw dient te worden voorzien over brandblusvoorzieningen conform weten regelgevingen de eisen van de brandweer.

Transportinstallaties

Liftinstallatie (A) De eisen voor de liftinstallatie waarvoor ruimte gerealiseerd dient te worden dienen nog nader te worden gedetailleerd. Voor de afmetingen van de kooiruimte gelden de richtlijnen uit het Handboek Toegankelijkheid. De kooi van een lift als bedoeld in artikel 4.6, eerste lid (Bouwbesluit) heeft een vrije vloeroppervlakte van tenminste 1,05 m x 1,35 m>. De kooi van een lift als bedoeld in artikel 4.6, tweede lid (Bouwbesluit) heeft een vrije vloeroppervlakte van tenminste 1,05 m x 2,05m; deze eis geldt als de lift ook zal worden gebruikt voor de ruimten variabel in functie (herbestemming: woonfunctie). In de uitwerking zal aandacht zijn voor eventueel horizontaal vervoer per brancard. Liftdeur in de korte wand, voorzien van (opklapbaar) zitje, bediening tussen 900 en 1200 mm + vloer en zichtbare verdiepingsaanduiding.

blad 27 van 28

Bouwadvies


5.6.2


Gevelwasinstallatie •

5.7

^p~~) OranieWOUd

(E) De noodzaak tot een gevelwasinstallatie dient vermeden te worden. Tijdens het on twerp dient hier nadruk op te liggen. Indien deze installatie noodzakelijk is, gelden de eisen uit de Arbo-wetgeving.

Terreinvoorzieningen Voor de terreinvoorzieningen/buitenruimte wordt een apart programma van eisen (buitenruimte) opgesteld.

blad28van28

Bouwadvies



Bijlage 1 : Ruimtelijk Functioneel Programma van Eisen d.d. 7 december 2009

blad 1 van 5

Bouw & Vastgoed

^ p } OranieWOUd



oranjewoud

Bijlage 2: Regionaal duurzaam Bouwen Plus-Richtlijn 7 mei 2003

Milieudienst West-Holland Regional* duurzaam bomweu Ptns-Rkhttijn ra(D*)BMhHmak(hiiiini

« • IK a n mH

P t t i U M i m K n g <*Ba*Mwn, JTtliymm,

bwniif gmiM milairtu gafcoMteid, ffb—it «P *& V h i i i t m i i l i i i Mifcinwtrt.lijl iiilw iIII m i i 1 3.

• n i m i i i iiwulli mm,iiiMiniij[iki imi I I I I imgvwdMMijdwlOjMr MkoaplOOHdBDBMttwpt GI%-
hiiwictol' of 10% b a m P C ilw IIIIWHH ilrt, gebwAyfrwripfrwirtt I mbAtg bOSSMI
Kgkwcra

blad 2 van 5

Bouw & Vastgoed

e op www Ji4DWH J t d n t o



oranjewoud

Gemeente Leiderdorp

Prwrdurt DaBoFIms-RklUtijii midatirf

i>

-•:

Rjcftnj>.200tvam

FtojtctMfcies PuBoPhtt-voaewi«dmiBpnq«i3ki»word»iKWlwiCtriL

PmgruKBa raasca

i -

GHt-Gtbowvatl GHt-Gtbaur «* hM btnnMi vw* <*• scon. Ot MhfcghHi a « is tot bet project Mtf onwkt gU«BiL[iIabinilitiriwtB
Dt&utitf Omtttvrp DsBoMhries

1 s ""/

P(DO)MBGPE.

g«

AMTTUg BonwTtrfdukg

Sap*

e n iocs a de DOfts*rat
Dtiann«Bn««wdiiiprdi«bqd*«BWMgi^dtboi^ GPR b m m n c m bq dc p

wordt ndan op dc procftdun war bet v n a n VMdt!

SwtîwfefewîipewdKBBweewf deopkwsiigmî •«Mpw««<3^Qtb««B«rtd*mtti«iwmwag««dB^

Tomcbl

Oflrr
s*5>

1 *»M>

DeiritiMtfHOMrtMftiMDim&e^ v»«lteGPROt*)o«wthoiB%m<mnJLoii^ dmgt n | tnor h*t nodhcvnVcaBtrolmn n d m jjuiuiits tot en M opleveriag.

Dc iaidadriMmKittwstter dim bq de optawimg eeaGPRCJeboowtanitniag •i op bosa v i dt Iwdwuli ilijh • nitgfCTtrd* o p l o i n f . «B mntrapilwi u dtretluUM&sewon* a m andacn btHMd m dc mtvocriacviadt imfifQikn door de tonkjaboodn HtdkKf vmhttp^tavrvA}m mstiamgâmBA cm m)amvni^ mccm- m fnlftaamn.

QmTieBHnd«BtboiB)300«goMpmMWî^fî«

Qnwoale+. b dat n n l Bktt BBBOMI MB MKr

KijkYoormecrii

blad 3 van 5

Bouw & Vastgoed

e op www JrfDWHj&'dubo

projectnr. 202675 1 5 d e c e m b e r 2 0 0 9 , revisie03


oranjewoud

Gemeente Leiderdorp

Bijlage 3: Demarcatielijst

Projectnummer: Opdrachtgever: Projectomsctirijving: Datum: Opsteller:

202675 Gemeente Leiderdorp Brede school Oude Dorp 15-12-2009 Oranjewoud

u~^3 oraniewoud

Onderstaande lijst is opgesteld op basis van het programma van eisen d.d. 15 december 2009 en bevat onderdelen van het gebouw en terrein die wel en geen deel uitmaken van het ontwerp en genormeerde bouwbudget. In de lijst is aangegeven welke onderdelen wel en welke onderdelen niet ten laste van het bouwkrediet (en dus de gemeente) zullen worden gebracht. InrichUngskosten Stichtingskosten buiten VNG Niet Hfdst Omschriiving Gemeente Gemeente Gebruikers opgenomen Bouwfcosten Sloopkosten Bodemvoorzleningen vloeren op grondslag Funderingsconstructie Paalfunderingen Buitenwanden Binnenwanden Begane grand vloeren Verdiepingsvfoeren Trappen ind toebehoren Daken Constructies Buitenwandopeningen - Ramen en deuren - Buiten zonwerlng 32 Binnenwandopeningen 33 Vloeropeningen 34 Balustraden en hekwerken 42 BinnenwandarVverkingen 43 VloerafWerklngen -Vtoertegels -Schoonloopmaten - Vaste vloerarwerklngen 45a Plafbndatwerklngen 45b Buitenplafonds 47 Dakafwerkingen 48 Bouwkundige voorzieninqen 10 11 13 16 17 21 22 23a 23b 24 27 28 31

S-

6-

blad 4 van 5

W-installaties Verwarming Vloerverwarming Ventilatie Loodgieterswerk ind. sanltalr Koellng van gebouw en server E-installatles Verlichtingsarmaturen Aanvullende verllchting o.a. tbv toneel Databekabeiing t.b.v. telefoon en cai Overige databekabeiing (ICT) Ontruimingsinstallatie Inbraakinstallatie Lift (indien noodzakelijk) Bliksembeveiliging Toegangscontrole Noodstroom Krachtstroom Intercom, omroepinstallalatie e.d. telefbons en telefooncentrale tv's, video e.d.

Bouw & Vastgoed

X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X

X X X X X

X X X X X X X X X X X X X X

projectnr. 202675 1 5 d e c e m b e r 2 0 0 9 , revisie03


oranjewoud

Gemeente Leiderdorp

Prqjectnummer: Opdrachtgever: Projectomschrijving: Datum: Opsteller

202675 Gemeente Leiderdorp Brede school Oude Dorp 15-12-2009 Oranjewoud injewoui

oraniewouc

Onderstaande lijst is opgesteld op basis van net programma van eisen d.d. 15 december 2009 en bevat onderdelen van het gebouw en terrein die wel en geen deel uitmaken van het ontwerp en genormeerde bouwbudget. In de lijst is aangegeven welke onderdelen wel en welke onderdelen niet ten laste van het bouwkrediet (en dus de gemeente) zullen worden gebracht. Inrichtingskosten Stlchtingskosten burton VNG Niet Hfdst Omschrijving Gemeente opgenomen Gebruikers 7-

8-

9-

10.

blad 5 van 5

Vaste indenting Vaste inrichting speellokaal Keukenblokken pantry's Kapstokken / kledingrekken Postkast en huisnummering Sleutelkluis Symboolplaatjes

X X X X X X

Losse Inrichting Losse Inrichting speellokaal Meubilair Aankleedtafels Archief inrichtfag Keukenapparatuur Decoratie Digitate schoolborden s.d. Gordijnen Binnenzonwering Kledinglookers Computers, printers (server) enz. Terrain Terrein t.b.v. parkeren Kiss & Ride Bestrating Fletsenstalling Terreinlnstallatles (riolerlng en verllchtlng) Terrelninrlchtlng (bestrating en hekwerk) Aanvullende terreWnrichting Speeltoestellen Groenvoorzleningen Overig Naamsaanduiding buitenzijde Bewegwljzerlng extern (terrein en gebouw) Bewegwijzering Intern Noodzakelijke buitenzonwering Flexibele scheidingswanden Verhuiskosten Tijdelijke huisvesting indlen van toepasslng

Bouw & Vastgoed

X X X X X X X X X X X

X X X X X X X X X

X X X X X

X X

X

GEM E E. N T E L E! D E f3 D O R P N. nr. ^ i-qsl. ir. afd. Afdoening:

Recommend Documents