Zaaknummer: OWZSB04 Onderwerp
Rapport Heusdense jongeren en geld
Collegevoorstel Inleiding Landelijk neemt het aantal jongeren met schulden toe, in Heusden is deze stijging echter niet terug te vinden in de cijfers. Dit vormde aanleiding voor het doen van onderzoek naar de financiële situatie van Heusdense jongeren op het d’Oultremontcollege te Drunen. In dit voorstel wordt het door team OWZ opgestelde rapport Heusdense jongeren en geld ter kennisname voorgelegd. Hierbij wordt kort ingegaan op het onderzoek, maar vooral op de vervolgacties.
Feitelijke informatie De doelstelling van het onderzoek luidt als volgt: Inzicht verkrijgen in inkomsten, uitgaven, spaaren leengedrag van Heusdense scholieren tussen de 12 en 18 jaar ten einde handvatten te kunnen bieden voor een verbeterde financiële bewustwording om zo schulden te voorkomen. Als basis voor het onderzoek is het door het Nibud 1 uitgevoerde ‘Nationale Scholierenonderzoek 2010-2011’ gebruikt. Hierdoor is het mogelijk om de resultaten van de gemeente Heusden te vergelijken met de landelijke cijfers. Resultaten De financiële situatie van Heusdense scholieren verschilt op een aantal punten met de resultaten uit het Nibud onderzoek. Er is positief nieuws te melden over de Heusdense scholieren: ze hebben meer inkomsten en geven minder geld uit dan landelijk het geval is. Ook ligt het aantal jongeren dat op het moment van het onderzoek geld leende veel lager dan landelijk. Maar ondanks dat vindt een derde van de Heusdense scholieren dat zij niet goed met geld om kunnen gaan 2. Verder blijkt uit het onderzoek dat Heusdense ouders hun rol als financiële opvoeder verder kunnen verbeteren. Aanbevelingen In het rapport wordt een negental aanbevelingen beschreven, zowel met betrekking tot de scholieren als tot de ouders. • Ouders o Stimuleren (juiste) gebruik kleed- en belgeld. o Bewustmaken van voorbeeldrol en risico’s van bijspringen. o Stimuleren dialoog over geld tussen ouder en kind. • Scholieren o Bewustmaken risico’s van lenen. o Zorgen voor duidelijkere weg naar informatiepunten. o Stimuleren van het sparen van een vast bedrag. o Risicogroep beter in kaart brengen. Acties Nog in 2011 wordt gestart met het uitvoeren van de aanbevelingen. Tot en met het eerste kwartaal van 2012 staan de volgende acties gepland.
1
2
Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting
Gelijk aan landelijk percentage
1
Zaaknummer: OWZSB04 Onderwerp
Rapport Heusdense jongeren en geld
1. Op 9 november wordt er een ouderavond op het d’Oultremontcollege gehouden. Tijdens deze avond wordt het onderzoek kort teruggekoppeld en wordt een vijftal workshops gegeven waaraan ouders en scholieren deel kunnen nemen. Hierbij gaat extra aandacht uit naar de bewustwording van de voorbeeldrol, de basisregels van zak- en kleedgeld (beiden bij ouders), de dialoog tussen ouder en kind (bij ouders en scholieren) en de risico’s van lenen (bij scholieren). De avond wordt georganiseerd vanuit het CJG Heusden en zal dienen als een pilot. De workshops worden bij voldoende animo in 2012 herhaald. Tevens wordt gekeken welke onderwerpen er leven en welke vragen ouders en scholieren hebben. Mogelijk leidt dit tot andere actiepunten. 2. In november 2011 zal extra aandacht worden besteed aan financiële opvoeding bij het CJG Heusden. 3. Uiterlijk in het 1e kwartaal 2012 vindt een uitgebreide terugkoppeling van de resultaten plaats aan het d’Oultremontcollege en Juvans.
Afweging Het onderzoeksrapport is ter kennisname.
Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen.
2
Zaaknummer: OWZSB04 Onderwerp
Rapport Heusdense jongeren en geld
BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 8 november 2011; besloten: -
kennis te nemen van het rapport Heusdense jongeren en geld.
namens het college van Heusden, de secretaris,
mr. J.T.A.J. van der Ven
3
Rapport Heusdense jongeren en geld Een eerste onderzoek naar inkomsten, uitgaven, spaar- en leengedrag van Heusdense scholieren uitgevoerd bij het d’Oultremontcollege te Drunen.
Oktober 2011
Gemeente Heusden 2 Rapport Heusdense jongeren en geld
Inhoud Samenvatting ........................................................................................................................ 4 1.
Inleiding .......................................................................................................................... 7 1.1 Aanleiding .................................................................................................................... 7 1.2 Doelstelling .................................................................................................................. 7 1.3 Methodiek .................................................................................................................... 7 1.4 Achtergrondvariabelen ................................................................................................. 8
2.
Inkomen ......................................................................................................................... 9 2.1 Inkomen uit (vakantie)baantjes .................................................................................... 9 2.2 Geld van ouders..........................................................................................................10 2.3 Andere inkomsten .......................................................................................................10
3.
Baantjes ........................................................................................................................11 3.1 Bijbaantjes ..................................................................................................................11 3.2 Vakantiebaantjes ........................................................................................................11 3.3 Reden geen baantje....................................................................................................12
4.
Uitgaven ........................................................................................................................13 4.1 Populariteit uitgavenposten .........................................................................................13 4.2 Hoogte uitgaven per uitgavenposten ...........................................................................15 4.3 Werkelijke uitgaven per maand ...................................................................................16 4.4 Wie betaalt wat? .........................................................................................................16
5.
Bankzaken ....................................................................................................................18 5.1 Bankrekening ..............................................................................................................18 5.2 Internetbankieren ........................................................................................................18
6.
Sparen ..........................................................................................................................19 6.1 Wie spaart?.................................................................................................................19 6.2 Hoeveel wordt er gespaard? .......................................................................................19 6.3 Hoe wordt er gespaard?..............................................................................................19 6.4 Spaardoel ...................................................................................................................20
7.
Lenen ............................................................................................................................21 7.1 Geld tekort ..................................................................................................................21 7.2 Lenen algemeen .........................................................................................................22 7.3 Hoogte lening ..............................................................................................................22 7.4 Bij wie wordt er geleend? ............................................................................................22 7.5 Leendoelen .................................................................................................................23 7.6 Mening over lenen ......................................................................................................23
8.
Rol ouders .....................................................................................................................25 8.1 Praten over geld..........................................................................................................25
Gemeente Heusden 3 Rapport Heusdense jongeren en geld 8.2 Financiële opvoeding ..................................................................................................25 9.
Geld algemeen ..............................................................................................................27 9.1 Omgaan met geld .......................................................................................................27 9.2 Moeilijkheden met financiën ........................................................................................27 9.3 Geldtype .....................................................................................................................27
10.
Informatie...................................................................................................................29
10.1 Waar wordt informatie gezocht? ................................................................................29 10.2 Waar wil men informatie vinden? ..............................................................................29 10.3 Waarover wil men meer weten? ................................................................................29 11.
Conclusies .................................................................................................................31
11.1 Introductie .................................................................................................................31 11.2 Inkomsten .................................................................................................................31 11.3 Uitgaven....................................................................................................................31 11.4 Sparen ......................................................................................................................31 11.5 Lenen........................................................................................................................32 11.6 Rol ouders ................................................................................................................32 11.7 Geld algemeen..........................................................................................................33 11.8 Informatie ..................................................................................................................33 12.
Aanbevelingen ...........................................................................................................34
12.1 Ouders ......................................................................................................................34 12.2 Scholieren .................................................................................................................34
Gemeente Heusden 4 Rapport Heusdense jongeren en geld
Samenvatting Aanleiding Landelijk neemt het aantal jongeren met schulden toe, in Heusden is deze stijging echter niet terug te vinden in de registratiesystemen. Wel wordt er een stijging van het aantal ouders dat financiële problemen krijgt door hun kinderen opgemerkt door schuldhulpverleners. Het schuldenprobleem wordt dan echter bij de ouder geregistreerd, waardoor de financiële problemen van jongeren niet zichtbaar zijn. Het is dan ook niet duidelijk of de landelijke problematiek op eenzelfde manier speelt in de gemeente Heusden. Dit vormt dan ook de aanleiding voor het doen van onderzoek en leidt tot de volgende doelstelling: Inzicht verkrijgen in inkomsten, uitgaven, spaar- en leengedrag van Heusdense scholieren tussen de 12 en 18 jaar ten einde handvatten te kunnen bieden voor een verbeterde financiële bewustwording om zo schulden te voorkomen. Methodiek Als basis voor dit onderzoek is het door het Nibud1 uitgevoerde „Nationale Scholierenonderzoek 2010-2011‟ gebruikt. Hierdoor is het mogelijk om de resultaten van de gemeente Heusden te vergelijken met de landelijke cijfers van het Nibud. Een digitale enquête werd ingevuld door 684 van de ongeveer 1600 scholieren van het d‟Oultremontcollege te Drunen. Op deze school zijn alle schooltypen aanwezig, van vmbo tot gymnasium. De enquêtes zijn verdeeld over deze schooltypes en verdeeld over de klassenjaren2 afgenomen en zouden daarmee representatief moeten zijn voor alle scholieren van de gemeente Heusden. De scholieren kregen een vijftigtal vragen voorgelegd. Welke vragen zij kregen was afhankelijk van de antwoorden die zij gaven. Na opschoning van de data3 bleven er 572 enquêtes over waarmee alle analyses zijn gedaan. Resultaten en conclusie Inkomen Heusdense scholieren hebben per maand gemiddeld €119,- aan inkomsten4. Dit geld komt van (vakantie)baantjes en geld van hun ouders. Het bedrag ligt veertien procent hoger dan landelijk. Een belangrijke reden hiervoor is dat Heusdense scholieren vaker een bijbaantje hebben en hier meer mee verdienen. Van de scholieren die geen baantje hebben geeft bijna een kwart aan dat zij wel zoeken, maar geen baantje kunnen vinden. 93% van de scholieren krijgt geld van hun ouders, wat kan bestaan uit zak-, kleeden/of belgeld. Deze worden alle drie door het Nibud als belangrijk hulpmiddel in de financiële opvoeding van een kind genoemd. Doordat bijvoorbeeld niet alle ouders kleedgeld geven en niet de juiste basisregels hanteren, leren echter slechts twee op de tien scholieren daadwerkelijk iets van kleedgeld. Uitgaven Per maand geven scholieren gemiddeld €105,- uit. Snoep en snacks, cadeaus, bioscoop, uitgaan en een mobiele telefoon zijn de populairste uitgavenposten. Ouders dragen veel bij aan uitgavenposten voor hun kinderen. Zo worden schoolspullen, contributies, vakanties en kleding door een groot deel van de ouders volledig betaald. Daarnaast zijn er ook uitgavenposten waaraan zowel ouders als de scholieren meebetalen, bijvoorbeeld uitgaan en de mobiele telefoon.
1
Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting Vier jaren bij vmbo, vijf jaren bij havo en zes jaren bij vwo. 3 Verwijderen scholieren van buiten de gemeente Heusden en verwijderen incomplete en extreme antwoorden. 4 Niet meegerekend zijn o.a. vakantiegeld, geld uit verkoop spullen en geld van opa‟s en oma‟s. 2
Gemeente Heusden 5 Rapport Heusdense jongeren en geld Sparen Het overgrote deel van de Heusdense scholieren (84%) spaart een deel van hun inkomen, gemiddeld €34,- per maand. Slechts één op de vijf scholieren spaart bewust, de rest spaart niet, niet consequent en/of geeft het gespaarde geld snel weer uit. Het totaal gespaarde bedrag ligt in Heusden veel lager dan landelijk, de meest voor de hand liggende verklaring hiervoor lijkt dat Heusdense scholieren hun spaargeld sneller uitgeven dan landelijk. Voor bijna driekwart van de Heusdense scholieren wordt door ouders en anderen gespaard. Dit percentage ligt zestien procent hoger dan landelijk het geval is. Lenen Erg opvallend is het feit dat slechts vier procent van de Heusdense scholieren op het moment van onderzoek leent, tegenover bijna een kwart van alle scholieren landelijk. Dit cijfer sluit aan bij de geluiden vanuit de schuldhulpverlening en maatschappelijk werk in de gemeente Heusden. Daar wordt immers aangegeven dat de hoge landelijke cijfers bij hen niet terug te vinden zijn. Ruim de helft (54%) van de Heusdense scholieren zegt soms of vaak geld te lenen. Dit wordt voornamelijk bij ouders en vrienden gedaan. In Heusden blijkt vaker dan landelijk bij ouders geleend te worden. Vaak worden er slechts kleine bedragen voor eten en drinken op school en geld voor uitgaan geleend. Toch leende bijna vijftien procent van de scholieren ooit een bedrag van €100,- of meer en ruim twee procent van alle scholieren leende €500,of meer. Gezien hun maandelijkse inkomen en daarmee aflossingsvermogen, lijken dit erg hoge bedragen te zijn. Dat scholieren geleend geld niet zien als een schuld, blijkt wel uit hun reacties op de stelling “Schulden hebben is erger dan lenen”. Hiermee stemde 64% in. Behalve lenen wordt er ook gewerkt of denkt men “op is op” wanneer de Heusdense scholieren geld tekort komen. In achttien procent van de gevallen krijgen de scholieren geld van hun ouders. Rol ouders Ouders hebben een grote rol in de financiële opvoeding van hun kinderen. Toch blijken niet alle ouders in Heusden deze rol even goed in te vullen. Zo geeft ruim een op de tien Heusdense scholieren aan dat er thuis nooit over hun uitgaven en geld wordt gesproken. Daarnaast is slechts een derde van de scholieren het eens met de stelling “Leren omgaan met geld heb ik van huis uit meegekregen”. Geld algemeen Een derde van de Heusdense scholieren vindt dat hij niet altijd goed met geld kan omgaan. Van deze groep geeft twintig procent aan nooit goed met geld om te kunnen gaan. Twee op de tien scholieren vinden het lastig om te voorkomen dat ze teveel kopen omdat het goedkoper is. Ook uitkomen met hun geld, prijsbewust zijn en niet laten beïnvloeden / verleiden door vrienden en reclames blijken financiële struikelblokken. Aan de hand van het geldtype waarmee Heusdense scholieren zichzelf identificeren zijn zij in te delen in drie verschillende groepen. Tot de groep „zuinigen‟ behoort acht procent van hen, zij hebben moeite met het uitgeven van geld. Zeventig procent behoort tot de groep „bedachtzamen‟, zij overwegen hun uitgaven. In de groep „uitgevers‟ zitten dan tenslotte nog ruim twee op de tien Heusdense scholieren. Zij hebben een gat in hun hand en geven hun geld snel uit. Daarnaast komen zij vaker dan de andere twee groepen geld tekort, lenen sneller en sparen minder vaak. Opvallend is dat zij thuis een minder goede financiële opvoeding hebben gehad. De zelfkennis van de groep „uitgevers‟ is wel goed, slechts een derde geeft aan goed met geld om te kunnen gaan. Informatie Ouders blijken de belangrijkste bron van informatie voor de scholieren (64%) gevolgd door internet (32%). De school blijkt door nog geen tien procent van de scholieren geraadpleegd te worden. Vooral over internetbankieren, verzekeringen, kosten zelfstandig wonen en belasting hebben Heusdense scholieren vragen.
Gemeente Heusden 6 Rapport Heusdense jongeren en geld Aanbevelingen In het rapport worden zowel voor ouders als voor de jongeren aanbevelingen gedaan. Ouders - Stimuleren gebruik kleed- en belgeld, met daarbij aandacht voor de door het Nibud opgestelde basisregels. - Bewustmaken van risico‟s bijspringen - Stimuleren dialoog over geld tussen ouder en kind - Bewustmaken van voorbeeldrol Scholieren - Kans op bijbaantje verhogen, door bij commerciële bedrijven kenbaar te maken dat baantjes moeilijk te vinden zijn. - Vast bedrag sparen stimuleren in samenwerking met lokale banken - Bewustmaken van risico‟s lenen - Zorgen voor informatie(punten) - Bekijken mogelijkheid isoleren „uitgevers‟. Dieper ingaan op deze groep scholieren om hen te kunnen „identificeren‟.
Gemeente Heusden 7 Rapport Heusdense jongeren en geld
1. Inleiding 1.1 Aanleiding Een lifestyle van nieuwe gadgets en dure spullen, gecombineerd met banken en bedrijven die steeds makkelijker geld uitlenen, zorgden jarenlang voor de “ideale” situatie om schulden op te bouwen. Door de financiële crisis is het nu - onder andere voor jongeren - steeds moeilijker om bij banken een lening af te sluiten, waardoor het ene gat niet langer te vullen is met het andere. Hierdoor komen veel schulden nu aan de oppervlakte en stijgt landelijk het aantal aanmeldingen van jongeren voor schuldhulpverlening explosief. De gemiddelde schuld van jongeren in de schuldhulpverlening zitten bedraagt tussen de €5.000,- en €10.000,-. Deze schuld ontstaat door veelvuldig consumeren, maar ook doordat jongeren bij financiële tegenvallers (waaronder hoge telefoonrekening en verlies bijbaantje) niet snel genoeg hun uitgavenpatroon aanpassen. Aangezien jongeren weinig verdienen, is een relatief kleine schuld al snel moeilijk aflosbaar. Het stijgend aantal aanvragen voor schuldhulpverlening is niet onopgemerkt gebleven bij de landelijke politiek, waardoor het thema momenteel hoog op de beleidsagenda‟s staat. Ook binnen de gemeente Heusden wordt een stijging van het aantal aanvragen geconstateerd. Opvallend is wel dat de landelijke trend van het stijgend aantal jongeren met schulden niet terug te zien is binnen de gemeente Heusden. Wel is er bij schuldhulpverleners van Juvans een tendens waarneembaar waarbij ouders met thuiswonende jongeren een beroep doen op schuldhulpverlening om hen te helpen. Zo sluiten ouders steeds vaker een hypotheek of lening af voor hun kind. Op deze manier kunnen ouders in de problemen komen door veranderingen in de financiële situatie van hun kind. Het schuldenprobleem wordt dan echter bij de ouder geregistreerd, waardoor de financiële problemen van jongeren niet zichtbaar zijn. Het is dan ook niet duidelijk of de landelijke problematiek op eenzelfde manier speelt in de gemeente Heusden. Dit vormt dan ook de aanleiding voor het schrijven van dit rapport en leidt tot onderstaande doelstelling. 1.2 Doelstelling Inzicht verkrijgen in inkomsten, uitgaven, spaar- en leengedrag van Heusdense scholieren tussen de 12 en 18 jaar ten einde handvatten te kunnen bieden voor een verbeterde financiële bewustwording om zo schulden te voorkomen. 1.3 Methodiek Als basis voor de structuur en de vragenlijsten van dit onderzoek is het door het Nibud5 uitgevoerde „Nationale Scholierenonderzoek 2010-2011‟ gebruikt. Door dit onderzoek als basis te gebruiken is het tevens mogelijk de uitkomsten van het onderzoek binnen de gemeente Heusden te vergelijken met de nationale uitkomsten van het Nibud. Op die manier wordt duidelijk of de landelijke trend ook terug te zien is in Heusden. Een digitale enquête werd ingevuld door 684 van de ongeveer 1600 scholieren van het d‟Oultremontcollege te Drunen. Op deze school zijn alle schooltypen aanwezig, van vmbo tot gymnasium. De enquêtes zijn verdeeld over deze schooltypes en verdeeld over de klassenjaren afgenomen en zouden daarmee representatief moeten zijn voor alle scholieren van de gemeente Heusden. In het rapport wordt dan ook gesproken over Heusdense scholieren, toch is het goed om in het achterhoofd te houden dat het onderzoek enkel op het d‟Oultremontcollege is uitgevoerd. De scholieren kregen een vijftigtal vragen voorgelegd. Welke vragen zij kregen was afhankelijk van de antwoorden die zij gaven. Zo kregen zij zonder vakantiebaantje niet de vraag hoeveel ze daarmee verdiend hadden. Afhankelijk van de antwoorden die zij gaven, kregen de scholieren een vijftigtal vragen voorgelegd. Na opschoning van de data6 bleven er 572 enquêtes over waarmee alle analyses zijn gedaan. De analyses bestaan voornamelijk 5 6
Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting Verwijderen scholieren van buiten de gemeente Heusden en verwijderen incomplete en extreme antwoorden.
Gemeente Heusden 8 Rapport Heusdense jongeren en geld uit het bekijken van gemiddelden. In sommige gevallen worden de resultaten vergeleken aan de hand van geslacht en leeftijd. 1.4 Achtergrondvariabelen Van alle scholieren die de enquête hebben ingevuld zijn 47% jongens en 53% meisjes. In onderstaande tabel is de verdeling van de respondenten naar leeftijd te zien. Het lage aantal zestien-, zeventien- en achttienjarigen is te verklaren door het feit dat vmbo-scholieren op hun zestiende al de school verlaten. Opvallend is verder het lage aantal twaalfjarigen. Dit kan verklaard worden door het moment van afname (halverwege het schooljaar). Veel eerstejaars scholieren zijn al dertien geworden, terwijl er slechts een enkeling twaalf werd. Wanneer de Heusdense percentages vergleken worden met de landelijke, blijken slechts die van dertien- en zestienjarigen wat sterker af te wijken. Deze verschillen worden niet gecorrigeerd voor de analyses. 1.1
Percentage scholieren naar leeftijd
50% 45% 40% 35% 30% 25%
Landelijk
20%
Heusden
15% 10% 5% 0% 12
13
14
15
16
17
18
Gemeente Heusden 9 Rapport Heusdense jongeren en geld
2. Inkomen Het inkomen van een Heusdense scholier bedraagt gemiddeld €119,- per maand. Dit bedrag bestaat uit loon uit een (vakantie)baantje en geld dat ouders geven, waaronder zakgeld, kleedgeld en belgeld. Daarnaast krijgen de scholieren nog geld van familie, op verjaardagen en door verkoop van spullen. Dat bedrag is niet meegenomen bij het gemiddelde inkomen omdat dit maandelijks sterk kan fluctueren. 2.1 Gemiddeld maandinkomen per leeftijdsjaar
Leeftijd
Maandinkomen
12 jaar
€ 42,-
13 jaar
€ 53,-
14 jaar
€ 98,-
15 jaar
€ 146,-
16 jaar
€ 201,-
17 jaar
€ 233,-
18 jaar
€ 321,-
Totaal
€ 119,-
Landelijk ligt het maandinkomen van scholieren op €103,- per maand. Dit is veertien procent minder dan in Heusden. Het percentage scholieren met een bijbaantje ligt in Heusden dan ook acht procent hoger dan landelijk.
2.1 Inkomen uit (vakantie)baantjes Van de Heusdense scholieren heeft vijftig procent één of meerdere baantjes. Hiermee verdienen zij gemiddeld €126,- per maand. Daarnaast heeft veertig procent van alle scholieren één of meerdere vakantiebaantjes, waarmee ze €314,- per jaar verdienen. Dit komt neer op ongeveer €26,- per maand. 2.2 Percentage scholieren met bijbaantje
2.3 Percentage scholieren met vakantiebaantje
100%
100%
80%
80%
60%
60%
40%
40%
20%
20%
0%
0%
Heusden
12
13
14
15
16
17
18
Landelijk
12
13
14
15
16
17
18
Ten opzichte van de landelijke cijfers hebben de Heusdense scholieren vaker een baantje. Ook wordt er met dat baantje gemiddeld meer verdiend (+ €9,-). De verdiensten van een vakantiebaantje zijn in Heusden en landelijk nagenoeg gelijk. Wel blijken scholieren landelijk vaker (+9%) een vakantiebaantje te hebben dan de scholieren in Heusden.
Gemeente Heusden 10 Rapport Heusdense jongeren en geld 2.2 Geld van ouders Naast (vakantie)baantjes vormen ook ouders een belangrijke inkomstenbron voor de scholieren, 93% van de scholieren geeft aan geld van hen te krijgen. Per maand krijgen zij €49,-. Dit bestaat uit zak-, kleed- en belgeld. De scholieren die zakgeld krijgen, krijgen gemiddeld €22,- per maand. Bij kleedgeld is dit €61,-. De hoogte van het belgeld ligt op €16,-.
2.1Geld van ouders per maand (exclusief 0)
Leeftijd
Geld ouders
12 jaar
€ 28,-
13 jaar
€ 35,-
14 jaar
€ 43,-
15 jaar
€ 58,-
16 jaar
€ 80,-
17 jaar
€ 68,-
18 jaar
€ 73,-
Totaal
€ 49,-
2.2 Percentage scholieren dat zak-, kleed- of belgeld krijgt.
100% 80% 60%
Zakgeld Kleedgeld
40%
Belgeld 20% 0% 12
13
14
15
16
17
18
Het percentage scholieren dat zakgeld krijgt van hun ouders is in Heusden bijna even hoog als landelijk het geval is. Dit geldt ook voor de bedragen die scholieren aan zak- en kleedgeld ontvangen. Het percentage scholieren dat kleedgeld ontvangt ligt in Heusden vijf procent lager dan landelijk. Ook het percentage scholieren dat belgeld ontvangt ligt in Heusden lager (-16%). De hoogte van het belgeld ligt in Heusden echter wel hoger, €16,- tegenover €11,- landelijk. 2.3 Andere inkomsten Op de vraag op welke andere manieren ze geld krijgen, antwoordt negentien procent dat zij tenminste maandelijks geld krijgen van opa, oma, oom, tante of andere familie. Daarnaast verdient vier procent wat bij met internetverkoop. Vijf procent van de scholieren geeft uit zichzelf aan vakantie- en verjaardagsgeld ook onder inkomsten te rekenen.
Gemeente Heusden 11 Rapport Heusdense jongeren en geld
3. Baantjes 3.1 Bijbaantjes In onderstaande tabel is te zien hoeveel procent van de Heusdense scholieren een bepaald bijbaantje heeft. Werken in een winkel blijkt het populairste baantje onder Heusdense scholieren te zijn, op de voet gevolgd door babysitten. Ook het hebben van een krantenwijk is populair. Baantjes die bij „anders‟ genoemd werden zijn: werken in het bedrijf van de ouders, DJ en thuiswerk. Voor jongens en meisjes blijken wel wat verschillen te zijn in de populariteit van de baantjes, zie ook tabel 3.2. 3.1 Percentage baantjes tijdens normale schoolweken, naar geslacht (meerdere antwoorden mogelijk)
Baantje Winkel Babysitten Krantenwijk Horeca Boer Anders Lesgeven Schoonmaken Karweitje Fabriek Transport Kantoor Bouw Ziekenhuis Call center Promotiewerk
Jongens (%) 12 3 11 6 12 6 1 1 2 2 1 1 1 <1 <1 <1
Meisjes (%) 17 24 11 9 2 3 3 2 2 1 <1 <1 <1 <1 <1 <1
Totaal (%) 15 14 11 8 6 4 2 2 2 1 1 1 <1 <1 <1 <1
3.2 Top 3 baantjes per geslacht
1 2 3
Jongens Werken in een winkel Bij de boer Krantenwijk
Meisjes Babysitten Werken in een winkel Krantenwijk
7
Totaal Werken in een winkel Babysitten Krantenwijk
3.2 Vakantiebaantjes Veertig procent van de Heusdense scholieren heeft een vakantiebaantje en ook hiervoor is gekeken welke baantjes onder de Heusdense scholieren het populairst zijn. De populairste vakantiebaantjes blijken redelijk overeen te komen met de populairste bijbaantjes, zoals te zien in onderstaande tabel. 3.3 Top 3 vakantiebaantjes per geslacht
1 2 3
Jongens Bij de boer Krantenwijk Werken in een winkel
Meisjes Werken in een winkel Babysitten Bij de boer
Totaal Bij de boer Werken in een winkel Krantenwijk
Werken bij de boer is in Heusden populairder dan in de rest van Nederland. Dit is te verklaren door het vele aantal tuinders binnen de gemeente Heusden.
7
Populairste baantjes voor jongens en meisjes bij elkaar.
Gemeente Heusden 12 Rapport Heusdense jongeren en geld 3.3 Reden geen baantje Van de Heusdense scholieren heeft vijftig procent geen bijbaantje. Aan hen is de vraag gesteld waarom zij geen bijbaantje hebben. Bijna een kwart van de scholieren gaf aan nog te jong te zijn. Nog eens een kwart geeft aan wel iets te zoeken, maar niets te kunnen vinden. In vier procent van de gevallen mogen de scholieren niet werken van hun ouders. 3.4 Reden waarom scholieren geen baantje hebben.
Reden
Percentage
Ik ben nog te jong
24%
Ik zoek een baantje, maar kan niets vinden
24%
Ik heb te weinig tijd
22%
Ik heb genoeg geld
15%
Ik heb geen zin
7%
Ik mag niet werken van mijn ouders
4%
Anders
4%
Als reden voor het niet hebben van een bijbaantje worden in Heusden vaker dan landelijk genoemd: “ik zoek een baantje, maar kan niets vinden” (+7%) en “ik heb het geld niet nodig” (+5%). Daarentegen blijkt het hebben van weinig tijd in Heusden een minder groot probleem (-6%).
Gemeente Heusden 13 Rapport Heusdense jongeren en geld
4. Uitgaven Gemiddeld besteedt een Heusdense scholier €105,- per maand. Dit betekent dat alle Heusdense scholieren8 samen €315.000,- per maand uitgeven. Er is geen verschil in het bedrag dat jongens en meisjes uitgeven. Wel stijgt het bedrag logischerwijs met de leeftijd mee. 4.1 Gemiddelde uitgaven per maand, naar leeftijd (exclusief 0).
Leeftijd
Uitgaven
12 jaar
€56,-
13 jaar
€62,-
14 jaar
€103,-
15 jaar
€123,-
16 jaar
€151,-
17 jaar
€144,-
18 jaar
€219,-
Totaal
€105,-
Heusdense jongeren geven maandelijks acht procent minder uit dan het landelijk gemiddelde.
4.1 Populariteit uitgavenposten Twee derde van de Heusdense scholieren geeft maandelijks geld uit aan snoep of snacks. Ook cadeaus (60%), bioscoop (50%), uitgaan (50%) en de mobiele telefoon (49%) zijn populaire uitgavenposten. Bij de uitgavenpost „anders‟ werden onder andere genoemd: souvenirs, sieraden en sportartikelen. In tabel 4.2 is te zien welk percentage scholieren geld uitgeeft aan een uitgavenpost. Dit is tevens uitgesplitst naar geslacht en leeftijd. Verschillen naar geslacht Voor jongens blijken andere uitgavenposten populairder te zijn dan voor meisjes. Zo geven jongens beduidend vaker geld uit aan computerspullen (+ 37%), frisdrank (+ 29%) en snoep en snacks (+ 19%). Andersom zijn cosmetica, make-up en kapper (+ 47%), kleding en schoenen (+ 21%) en tijdschriften (+ 21%) bij meisjes populairder dan bij jongens. Verschillen naar leeftijd Gemiddeld genomen neemt het aantal posten waaraan geld wordt uitgegeven toe met de leeftijd. Goede voorbeelden hiervan zijn: Alcohol (van 0% naar 75%), uitgaan (33% - 85%), cadeaus (50% - 95%) en dagjes weg (24% - 65%).
8
Uitgaande van 3000 Heusdense jongeren in de scholierenleeftijd.
Gemeente Heusden 14 Rapport Heusdense jongeren en geld 4.2 Percentage scholieren dat geld uitgeeft aan een uitgavenpost, naar geslacht en leeftijd (meerdere antwoorden mogelijk) Uitgavenpost
Totaal (%) 66
Jongen (%) 77
Meisje (%) 56
12 (%) 50
13 (%) 64
14 (%) 60
15 (%) 74
16 (%) 78
17 (%) 63
18 (%) 90
60
54
66
50
53
59
62
65
79
95
Bioscoop, theater, dansen etc. Uitgaan (zonder eten en drinken) Mobiele telefoon
50
45
55
33
39
46
61
65
69
70
50
49
50
33
34
47
64
56
75
85
49
45
53
46
45
47
47
53
60
75
Frisdrank
46
61
32
31
46
43
56
58
35
40
Kleding en schoenen Dagje weg
39
28
49
30
24
44
47
53
54
45
38
33
42
24
25
33
40
56
67
65
Cosmetica, make-up, kapper Overig eten en drinken Alcohol
35
10
57
26
34
41
32
38
35
45
27
33
21
28
26
28
18
31
33
45
25
26
24
0
4
13
39
60
60
75
Computerspullen Reiskosten
22
41
4
19
24
27
22
22
8
5
22
16
28
13
9
15
26
36
63
50
Tijdschriften
16
5
26
22
20
17
14
13
10
0
Schoolboeken en -artikelen Huisdier
13
11
14
19
20
11
3
11
10
5
13
9
16
26
17
11
11
9
4
0
Dvd‟s
9
7
11
13
10
11
8
7
6
10
Contributies, abonnement Muziek (cd downloaden of kopen) Goede doelen
9
10
8
13
9
11
8
4
10
5
8
9
8
6
9
10
8
9
8
5
8
6
9
15
9
7
4
5
4
10
Anders
7
8
6
15
9
7
4
2
4
10
Roken
7
7
7
0
2
7
11
13
15
20
Brommer, scooter Speel- en gokautomaat Verzekering
5
6
5
0
1
2
2
15
21
15
5
7
2
13
7
2
1
2
10
10
4
4
4
4
1
4
2
5
0
20
Drugs
2
3
1
0
1
2
2
2
4
10
Snoep en snacks Cadeaus
Cosmetica, make-up en kapper blijken onder Heusdense scholieren minder populair te zijn dan landelijk (-15%). Ook snoep en snacks (-13%) en kleding en schoenen (-9%) scoren in Heusden lager. Het percentage scholieren dat alcohol koopt ligt in Heusden echter wel hoger (+6%) dan landelijk.
Gemeente Heusden 15 Rapport Heusdense jongeren en geld 4.2 Hoogte uitgaven per uitgavenposten In tabel 4.3 is te zien welk bedrag de Heusdense scholieren gemiddeld aan een bepaalde post uitgeven. Hierin zijn telkens enkel de scholieren meegenomen die daadwerkelijk iets uitgeven aan een post. Het meeste geld gaat naar kleding en schoenen, ongeveer €58,- per maand. Verder zijn alcohol (€35,-), roken (€33,-) en verzekering (€26,-) grote uitgavenposten. 4.3 Gemiddelde uitgaven per uitgavenpost, naar geslacht en leeftijd (exclusief 0) Uitgavenpost Kleding en schoenen Alcohol
Totaal (€) 58
Jongen (€) 69
Meisje (€) 52
12 (€) 33
13 (€) 45
14 (€) 60
15 (€) 64
16 (€) 65
17 (€) 59
18 (€) 86
35
43
27
0
23
27
24
33
38
59
Roken
33
36
31
0
26
29
41
35
28
29
Verzekering
26
36
16
21
5
32
23
1
17
38
Computerspullen Anders
25
27
14
12
22
30
28
25
14
80
25
27
23
21
23
25
15
6
13
63
Brommer, scooter Dagje weg
24
33
14
0
23
16
29
31
13
18
20
19
20
15
14
20
22
20
21
22
Contributies, abonnement Uitgaan (zonder eten en drinken) Drugs
20
22
18
16
14
25
14
73
19
25
18
21
15
9
10
15
20
25
22
21
18
23
8
0
10
20
10
50
12
15
Muziek (cd downloaden of kopen) Mobiele telefoon
14
16
11
6
14
10
27
9
9
15
14
13
15
17
13
13
14
15
13
17
Cosmetica, make-up, kapper Reiskosten
12
11
12
10
10
13
15
12
11
13
11
14
10
12
12
18
10
9
8
8
Schoolboeken en -artikelen Cadeaus
11
16
8
12
8
25
5
9
5
10
11
10
12
8
10
11
13
12
12
17
Dvd‟s
10
8
12
4
8
12
14
16
10
15
Overig eten en drinken Bioscoop, theater, dansen etc. Speel- en gokautomaat Snoep en snacks Huisdier
10
11
10
5
9
11
13
17
9
10
10
11
10
8
10
11
11
10
9
13
9
9
7
5
10
17
12
7
-
4
9
10
7
4
6
9
11
10
10
18
8
5
9
8
7
9
8
6
9
-
Frisdrank
6
6
5
4
4
5
7
7
6
8
Tijdschriften
5
8
4
3
6
5
5
4
5
-
Goede doelen
4
4
3
5
3
4
2
1
5
2
Verschillen naar geslacht Ook hier zien we verschillen tussen jongens en meisjes. Zo geven jongens voor sommige posten beduidend meer geld uit dan meisjes. De grootste verschillen zitten bij verzekering (+ €20,-), brommer en scooter (+ €19,-) kleding en schoenen (+ €17,-) en alcohol (+ €16,-). Daarentegen geven de meisjes aan geen enkele post opvallend meer geld uit dan jongens.
Gemeente Heusden 16 Rapport Heusdense jongeren en geld Verschillen naar leeftijd De uitgaven aan bepaalde posten stijgen sterk naar mate de scholieren ouder worden. Zo geeft een twaalfjarige geen geld uit aan alcohol en roken, terwijl een achttienjarige hier respectievelijk €59,- en €29,- aan uitgeeft. Er zijn ook posten die door de jaren heen stabiel blijven, zoals uitgaven aan de mobiele telefoon, tijdschriften en bioscoop. Door Heusdense scholieren wordt gemiddeld meer geld uitgegeven aan kleding en schoenen (+ €15,-) en dagjes weg (+ €11,-). Landelijk wordt er juist meer geld uitgegeven aan snoep en snacks (+€ 7,-), frisdrank (+€ 7,-) en alcohol (+€6,-). Ook wordt er landelijk gemiddeld €10,- meer uitgegeven aan contributies. 4.3 Werkelijke uitgaven per maand Uit bovenstaande twee paragrafen kunnen de drie populairste uitgavenposten en de drie uitgaven waaraan het meeste geld wordt besteed worden gehaald. Deze zijn alle zes opgenomen in tabel 4.4. Hierin is te zien wat er per maand daadwerkelijk aan een post wordt uitgegeven9, uitgesplitst naar jongens en meisjes. Zo blijkt dat alle vrouwelijke Heusdense scholieren, dus ook die op andere middelbare scholen, maandelijks ruim €40.000,- aan kleding en schoenen uitgeven. Mannelijke Heusdense scholieren geven hier „slechts‟ €27.000,- aan uit. 4.4 Werkelijke uitgaven per maand, naar geslacht. e
1 % e 2 % e 3 % e 1 € e 2 € e 3 €
Uitgavenpost Snoep en snacks Cadeaus Bioscoop, theater, dansen etc. Kleding en schoenen Alcohol Roken
10
Totaal (€) 17.820 19.800 15.000 67.860 26.250 6.930
Jongens (€) 10.857 7.614 6.980 27.241 15.764 3.553
Meisjes (€) 6.233 12.593 8.745 40.513 10.303 3.450
4.4 Wie betaalt wat? Ouders van Heusdense scholieren blijken in veel gevallen een belangrijk aandeel te hebben in de bekostiging van zes grote uitgavenposten. Zo betalen zij in 81% van de gevallen alle schoolspullen. Ook contributies (73%), vakanties (70%) en kleding (64%) worden door een groot deel van de ouders volledig betaald. Voor uitgaven aan uitgaan en het mobieltje blijken de scholieren zelf ook veel bij te dragen, respectievelijk 31% en 34%. Daarnaast worden ook veel kosten gedeeld. Zowel de ouder als de scholier leveren in ongeveer een derde van de gevallen een bijdrage in de kosten van uitgaan, mobieltje en kleding.
9
Totaal aantal Heusdense scholieren maal het percentage dat geld aan een uitgavenpost uitgeeft maal het bedrag dat maandelijks aan die uitgavenpost wordt uitgegeven. 10 In verband diverse afrondingen, vormen de uitgaven van jongens en meisjes samen niet de totale uitgave.
Gemeente Heusden 17 Rapport Heusdense jongeren en geld 4.5 Wie betaalt wat, bekeken voor zes belangrijke uitgavenposten.
Vakantie 1%
6%
Uitgaan
2% Ouders
1%
15%
21%
Zelf + ouders
21%
Zelf 70%
Anders
31%
32%
Nvt
1%
Contributie
Schoolspullen 1%
1%
Ouders 16%
Zelf + ouders Zelf 81%
5%
1% 6%
15%
Anders
73%
Nvt
Kleding
0% 7%
Mobiel
1%
1%
2%
Ouders Zelf + ouders 28%
Zelf 64%
41%
34%
Anders Nvt
22%
Landelijk is er ook onderzoek gedaan naar „wie betaalt wat‟. Gemiddeld genomen kan worden gesteld dat ouders in Heusden voor de diverse uitgavenposten vaker (mee)betalen, dan landelijk het geval is. Uitzonderingen hierop zijn kleding en schoenen (Heusden en landelijk nagenoeg gelijk) en de mobiele telefoon. In Heusden blijken ouders minder vaak alleen te betalen voor de mobiele telefoon. Vaker betalen hun kinderen mee of betalen de kinderen alles zelf. Het verschil in de bijdrage van ouders is ook terug te zien wanneer er wat dieper ingegaan wordt op kleding. Van alle scholieren die kleedgeld krijgen betaalt landelijk 32% zijn eigen kleding. In Heusden is dit 19%. Daar betalen ouders vaker alles bij de aanschaf van kleding (34% tegenover 24% landelijk).
Gemeente Heusden 18 Rapport Heusdense jongeren en geld
5. Bankzaken 5.1 Bankrekening Ruim negen op de tien Heusdense scholieren heeft een eigen bankrekening. Van hen controleert negentien procent zijn bankrekening minimaal eens per week. In totaal controleert bijna driekwart van de Heusdense scholieren zijn bankrekening minimaal een keer per maand. Zeventien procent geeft aan zijn bankrekening nooit te controleren. 5.1 Frequentie controle bankrekening
Controle saldo bankrekening
Percentage
Iedere dag
1%
Minimaal 1x per week
18%
Minimaal 1x per 2 weken
16%
Minimaal 1x per maand
38%
Minimaal 1x per jaar
10%
Nooit
17%
In Heusden hebben evenveel scholieren een bankrekening als landelijk. Landelijk kijkt ruim een kwart van de scholieren nooit naar het saldo op zijn/haar bankrekening, tegenover zeventien procent in Heusden. De Heusdense scholieren kijken daarentegen minder frequent naar het saldo. Zij kozen vaker voor een keer per maand en een keer per jaar.
5.2 Internetbankieren Van alle Heusdense scholieren die een bankrekening hebben, maakt 41% gebruik van internetbankieren. 5.2 Maak je gebruik van internetbankieren?
Ja 41% Nee 59%
Het landelijke percentage van scholieren dat gebruik maakt van internetbankieren ligt vier procent hoger dan dat in Heusden.
Gemeente Heusden 19 Rapport Heusdense jongeren en geld
6. Sparen 6.1 Wie spaart? Van de Heusdense scholieren spaart 84% zelf. Daarnaast wordt voor 74% van de scholieren nog gespaard door anderen (waaronder ouders). Voor 3% van de jongeren wordt niet gespaard, noch sparen zij zelf. Landelijk sparen vier procent meer scholieren dan in Heusden het geval is. Daarentegen wordt er in Heusden zestien procent meer door anderen gespaard. 6.2 Hoeveel wordt er gespaard? Nog geen kwart van de Heusdense scholieren (23%) spaart een vast bedrag per maand. 63% geeft aan te sparen wat ze overhoudt. De resterende 14% spaart wel, maar heeft het meestal weer snel nodig. Gemiddeld wordt er €34,- per maand gespaard. Een kleine minderheid (44%) van de sparende scholieren geeft aan te weten hoeveel zij in totaal hebben gespaard. Gemiddeld staat er €907,- op de spaarrekening, met een mediaan van €350,-. Dit geeft aan dat er enkele scholieren zijn die grote bedragen gespaard hebben, het hoogste bedrag dat genoemd werd is €12.000,-. Het gemiddelde bedrag en de frequentie waarmee gespaard wordt door Heusdense scholieren komt sterk overeen met dat van de landelijke scholieren. Het totaal gespaarde bedrag wijkt echter wel flink af, dit ligt landelijk 65% hoger dan in Heusden (€1501,- tegenover €907,-). De mediaan wijkt tevens sterk af €526,landelijk, tegenover €350,- in Heusden. Tenslotte blijken de landelijke scholieren beter te weten hoeveel spaargeld ze op hun rekening hebben (56%), dan de Heusdense scholieren (44%).
6.3 Hoe wordt er gespaard? Ruim de helft van de Heusdense scholieren geeft aan dat er door zichzelf en/of anderen wordt gespaard op een vrij beschikbare spaarrekening. Hetzelfde geldt voor de nietopneembare spaarrekening. Iets minder populair is de spaarpot, waarvan een derde van de scholieren gebruikt maakt. 5.1 Hoe wordt er gespaard, door scholieren en anderen (meerdere antwoorden mogelijk)
Thuis (bv spaarpot) Vrij beschikbare spaarrekening Niet-opneembare spaarrekening Beleggen 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
Gemeente Heusden 20 Rapport Heusdense jongeren en geld In Heusden wordt er minder vaak thuis gespaard dan landelijk (cijfers 20082009), 34% tegenover 46%. De niet-opneembare spaarrekening is echter wel populairder in Heusden. Hierop wordt door de Heusdense scholieren vaker gespaard dan door landelijke scholieren (+15%). Het gebruik van de vrij beschikbare spaarrekening is gelijk voor Heusden en het hele land. 6.4 Spaardoel Er zijn verschillende doelen waarvoor Heusdense scholieren sparen. Sparen voor later wordt het meest genoemd (65%), gevolgd door sparen voor een speciaal doel (35%). Enkele van de speciale doelen die werden genoemd zijn een scooter, vakantie, computerspellen en festivalkaartjes. Slechts zeven procent spaart omdat het moet van de ouders. 5.2 Waarvoor sparen Heusdense scholieren? (meerdere antwoorden mogelijk)
Spaardoel
Percentage
Voor later
65%
Speciaal doel
34%
Geen reden (geld over)
25%
Moet van ouders
7%
Om iets achter de hand te hebben
5%
Anders
1%
Er wordt in Heusden opvallend vaker voor later gespaard dan landelijk (cijfers 2008-2009, +20%). Speciale doelen blijken iets minder populair te zijn (-8%). Landelijk moeten scholieren vaker sparen van hun ouders dan in Heusden (+4%).
Gemeente Heusden 21 Rapport Heusdense jongeren en geld
7. Lenen 7.1 Geld tekort Ruim de helft van de Heusdense scholieren komt nooit geld tekort, iets meer als een derde komt soms geld tekort en acht procent regelmatig of vaak. 7.1 Kom je wel eens geld tekort?
60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Regelmatig/vaak
Soms
Nooit
De vraag “Als je geld te kort komt / zou komen, wat doe je dan?” is voorgelegd aan alle Heusdense scholieren. In tabel 9.1 is te zien hoe op deze vraag geantwoord is. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen scholieren die nooit geld tekort komen en scholieren die soms of vaak geld tekort komen. Wanneer zij geld tekort komen denkt veertig procent van de Heusdense scholieren “op is op”. Ook wordt er actie ondernomen, bijvoorbeeld door te gaan werken (35%) of door geld te lenen bij hun ouders (19%). Opvallend zijn de verschillen tussen scholieren die soms/vaak geld tekort komen en zij die nooit geld tekort komen. Deze eerste groep krijgt vaker geld van hun ouders (+9%), of leent het bij hen (+18%) of bij vrienden (+13%). De groep die nooit geld tekort komt, geeft daarentegen in verhouding vaker aan te gaan werken (+32%). 7.2 Als je geld tekort komt / zou komen, wat doe je dan? (meerdere antwoorden mogelijk)
Actie
Soms/vaak tekort 41%
Nooit tekort
Totaal
40%
40%
Werken/klusje
18%
50%
35%
Lenen ouders
29%
11%
19%
Krijgen van ouders
23%
14%
18%
Lenen vrienden
15%
2%
8%
Anders
1%
3%
2%
Rood staan
0%
1%
1%
Op is op
Wanneer scholieren geld te kort komen wordt er landelijk vaker geleend bij vrienden (+20%) en ouders (+18%). In Heusden wordt echter meer gewerkt (+15%). Daarnaast wordt in Heusden minder snel gedacht „op is op‟ (-12%).
Gemeente Heusden 22 Rapport Heusdense jongeren en geld 7.2 Lenen algemeen Een ruime meerderheid van de Heusdense scholieren geeft aan soms of vaak geld te lenen. De rest zegt nooit geld te lenen. Tijdens het onderzoek gaf vier procent aan op dat moment geld te lenen.
De antwoorden op de vraag “Leen je wel eens geld?” verschillen nauwelijks tussen Heusden en het land. Erg opvallend is het verschil in percentages van scholieren dat aangeeft nu te lenen. Dit ligt landelijk (cijfers 2008-2009) bijna zes keer hoger dan in Heusden (23% tegenover 4%).
7.3 Leen je wel eens geld?
7.4 Leen je nu geld?
100%
100%
80%
80%
60%
60% Heusden
40%
40%
20%
20%
0%
Landelijk
0% Vaak
Soms
Nooit
Ja
Nee
7.3 Hoogte lening De Heusdense scholieren die op het moment van het onderzoek geld leenden (23 respondenten), leenden gemiddeld €244,- per persoon. Het hoogste bedrag dat geleend werd was €4100,-, terwijl de mediaan op €5,- lag. De scholieren werd ook gevraagd naar het hoogste bedrag dat ze ooit hadden geleend. Gemiddeld lag dit bedrag op €76,-, met een mediaan van €10,-. Het hoogste bedrag dat door de ondervraagde scholieren is geleend is €5000,-. Bijna vijftien procent van de scholieren heeft ooit een bedrag geleend van €100,- of meer, ruim twee procent van alle scholieren leende €500,- of meer. 7.4 Bij wie wordt er geleend? Heusdense scholieren die soms of vaak geld lenen doen dit het vaakst bij hun ouders (68%) en vrienden (61%). Daarnaast wordt ook in twaalf procent van de gevallen geleend bij andere familieleden (dan ouders). 7.5 Bij wie leen je? (meerdere antwoorden mogelijk)
Bij wie lenen?
Percentage
Ouders
68%
Vrienden
61%
Andere familie
12%
Postorder
1%
Bank
0%
Anders
0%
Bij vrienden wordt landelijk vaker geleend (+12%) dan in Heusden. Daarentegen wordt er in Heusden vaker bij ouders geleend dan landelijk (+13%).
Gemeente Heusden 23 Rapport Heusdense jongeren en geld 7.5 Leendoelen Van de Heusdense scholieren die geld lenen, geeft bijna zes op de tien aan dat te doen voor eten en/of drinken op school. Daarnaast geeft bijna een kwart aan geld te lenen voor uitgaan. Andere veelgenoemde leendoelen zijn: cadeaus, kleding en make-up, tijdschriften en schoolspullen. Tenslotte scoort ook het antwoord “anders” erg hoog, hier werden onder andere genoemd: sigaretten en kleine bedragen die scholieren net tekort komen bij het afrekenen. 7.6 Leendoelen (meerdere antwoorden mogelijk)
Leendoel
Percentage
Eten/drinken op school
59%
Uitgaan
24%
Cadeaus
16%
Kleding
12%
Anders
11%
Make-up, tijdschriften, schoolspullen
10%
Computer(spellen)
8%
Mobiel
7%
Vakantie
2%
Brommer/scooter
1%
De doelen waarvoor Heusdense scholieren geld lenen, blijken nagenoeg gelijk te zijn met de landelijke percentages. Enkel het lenen van geld voor eten/drinken op school ligt in Heusden 21% lager.
7.6 Mening over lenen Heusdense scholieren kregen een zevental stellingen over lenen voorgelegd. Ruim drie kwart was het eens met de stellingen: “Geld lenen is niet slecht als je het maar terugbetaalt” en “Voor kleine bedragen is geld lenen niet erg”. Ook met de stelling “Schulden hebben is erger dan lenen” was de meerderheid het eens (64%). Meer verdeeld waren de scholieren over de stellingen: “Ik ben tegen geld lenen”, “Mijn leeftijdsgenoten lenen te makkelijk geld” en ”Geld lenen is handig als je geen geld meer hebt”. Met de stelling “Lenen moet verboden worden” was slechts een procent het eens, ruim driekwart was het met deze stelling oneens. 7.7 Stellingen over geld lenen.
Stelling
Eens
Neutraal
Oneens
Ik ben tegen geld lenen
17%
56%
28%
Geld lenen is niet slecht als je het maar terugbetaalt
76%
18%
6%
Voor kleine bedragen is geld lenen niet erg
75%
19%
7%
Mijn leeftijdsgenoten lenen te makkelijk geld
22%
56%
22%
Lenen moet verboden worden
1%
22%
77%
Geld lenen is handig als je geen geld meer hebt
39%
40%
21%
Schulden hebben is erger dan lenen
64%
24%
12%
Gemeente Heusden 24 Rapport Heusdense jongeren en geld 7.7 Leentype Het NIBUD onderscheidt vijf leentypes. Van alle Heusdense scholieren geeft bijna negentig procent aan zich te kunnen vinden in het leentype: “Ik zorg er voor dat ik zo snel mogelijk terugbetaal”. Zeven procent vindt de volgende stelling op zich van toepassing: “Terugbetalen komt wel een keer”. De landelijke percentage 7.8 Leentypes komen sterk overeen met die in Heusden. Er wordt Leentype Percentage landelijke echter iets Ik zorg er voor dat ik zo snel mogelijk terugbetaal 89% minder vaak gekozen Terugbetalen komt wel een keer 7% voor “Ik zorg er voor dat Ik betaal pas terug als de ander daar om vraagt 2% ik zo snel mogelijk Ik betaal meestal niet terug 1% terugbetaal” (-7%), en meer voor de andere Ik vergeet meestal hoeveel en van wie ik heb 1% geleend leentypes.
Gemeente Heusden 25 Rapport Heusdense jongeren en geld
8. Rol ouders 8.1 Praten over geld Ruim een op de tien Heusdense scholieren geeft aan dat er thuis nooit over hun uitgaven en geld gesproken wordt. Nog eens zeventig procent geeft aan dat dit soms gebeurt. In achttien procent van de gezinnen wordt vaak over geld en uitgaven gepraat. 7.1 Wordt er thuis gesproken over geld en je uitgaven?
12%
18% Ja, vaak Ja, soms Nee, nooit
70%
8.2 Financiële opvoeding 8.2 Stellingen over financiële opvoeding.
Landelijk
Heusden
100% 80% 60% 40% 20% 0% Stelling 1 Stelling 2 Stelling 3 Stelling 4 Stelling 5
Mee eens
Neutraal
Mee oneens
Stelling 1 Stelling 2 Stelling 3 Stelling 4 Stelling 5
Mee eens
Neutraal
Mee oneens
Stellingen: - 1: Bij ons thuis wordt altijd zuinig aan gedaan met geld - 2: Leren omgaan met geld heb ik van huis uit meegekregen - 3: Mijn ouders hebben mij de waarde van geld goed bijgebracht - 4: Het hebben van een bijbaan wordt/werd bij ons altijd gestimuleerd - 5: Mijn ouders kunnen goed omgaan met geld
Om te kijken wat de rol van ouders is in het financiële gedrag van Heusdense scholieren kregen de respondenten een vijftal stellingen voorgelegd. Met behulp van deze stelling kan bepaald worden in welke mate ouders hun kinderen een goede financiële opvoeding hebben gegeven. Een ruime meerderheid van de Heusdense scholieren is het eens met de stellingen: “Mijn ouders kunnen goed omgaan met geld” (80%), “Mijn ouders hebben me de
Gemeente Heusden 26 Rapport Heusdense jongeren en geld waarde van geld goed bijgebracht” (71%) en “Leren omgaan met geld heb ik van huis uit meegekregen” (67%). Met de stelling “Het hebben van een bijbaan wordt/werd bij ons altijd gestimuleerd” is slechts een krappe meerderheid het eens. Bijna een op de tien is het hier mee oneens. Tenslotte was twaalf procent het oneens met de stelling: “Bij ons thuis wordt altijd zuinig aan gedaan met geld”. Nog geen derde van de Heusdense scholieren was het eens met deze stelling. De kijk van Heusdense scholieren op hun financiële opvoeding verschilt op enkele punten sterk met de rest van het land. Zo zijn scholieren het landelijk vaker eens (+25%) met de stelling “Bij ons thuis wordt altijd zuinig aan gedaan met geld”. Ook met de stelling “Het hebben van een bijbaan wordt/werd bij ons altijd gestimuleerd” stemden de landelijke scholieren vaker in (+21%). Heusdense scholieren bleken minder uitgesproken over de stelling “Leren omgaan met geld heb ik van huis uit meegekregen”. Hierop werd dertien procent vaker neutraal gestemd dan landelijk het geval is. Over het algemeen gesteld kan worden vastgesteld dat Heusdense scholieren minder vaak eens (-12%) en oneens (-5%) antwoordden, maar vaker neutraal (+17%).
Gemeente Heusden 27 Rapport Heusdense jongeren en geld
9. Geld algemeen 9.1 Omgaan met geld Op de vraag: “Vind je dat je goed met geld kunt omgaan?” antwoordde twee derde van de Heusdense scholieren ja. Bijna drie op de tien vindt dat hij soms niet goed met geld om kan gaan, en nog eens zeven procent vindt dat hij nooit goed met geld kan omgaan.
Heusdense scholieren antwoordden minder vaak dan landelijk soms (-4%) op de vraag of ze vinden dat ze goed met geld om kunnen gaan.
9.2 Moeilijkheden met financiën De Heusdense scholieren werd gevraagd wat ze lastig vinden als het om geld gaat. Ruim een derde van hen geeft aan dat zij niets lastig vinden. De overige scholieren blijken onder andere moeilijkheden te ondervinden bij het voorkomen dat ze teveel kopen (20%), uitkomen met hun geld (18%) en prijsbewust zijn (15%). 9.2 Wat vind je lastig als het om geld gaat?
Percentage Niets is lastig
36%
Voorkomen dat ik te veel koop omdat het goedkoper is
20%
Uitkomen met mijn geld
18%
Prijsbewust zijn
15%
Overzicht houden over wat ik krijg en uitgeef
14%
Mezelf niet door reclames laten verleiden
13%
Mezelf niet door anderen of vrienden laten beïnvloeden
12%
Om mijn eigen geld uit te geven
12%
Betrouwbare informatie en aanbieders vinden
5%
Heusdense scholieren blijken vaker dan landelijk (+7%) niets lastig te vinden wanneer het om geld gaat. Landelijke scholieren hebben onder andere meer moeite met het houden van overzicht (+13%), voorkomen dat ze teveel kopen (+7%) en het uitgeven van hun eigen geld (+7%). 9.3 Geldtype Het NIBUD onderscheidt naast vijf leentypes ook vijf geldtypes. Van alle Heusdense scholieren geeft meer dan de helft aan zicht te kunnen vinden in het geldtype: “Ik denk goed na voordat ik geld uitgeef”. De geldtypes “Ik spaar eerst voordat ik iets koop” en “Wat ik heb aan geld, geef ik direct uit” zijn ieder goed voor bijna twintig procent. 9.3 Geldtypes
Geldtype
Percentage
Ik denk goed na voordat ik geld uitgeef
51%
Ik spaar eerst voordat ik iets koop.
19%
Wat ik heb aan geld, geef ik direct uit
18%
Ik vind het best moeilijk op geld uit te geven, ik spaar liever
8%
Als ik iets wil en ik heb geen geld dan leen ik het
3%
Gemeente Heusden 28 Rapport Heusdense jongeren en geld
In Heusden blijken meer scholieren het geldtype “Ik denk goed na voordat ik iets uitgeef” (+7%) te zijn dan landelijk. Daarentegen scoort landelijk het geldtype “Ik vind het best moeilijk om mijn geld uit te geven, ik spaar liever” hoger (+6%) dan in Heusden.
Gemeente Heusden 29 Rapport Heusdense jongeren en geld
10.
Informatie
10.1 Waar wordt informatie gezocht? Ouders blijken voor Heusdense scholieren de belangrijkste vraagbaak wanneer zij iets willen weten over geldzaken, bijna tweederde klopt bij hen aan. Verder is ook internet een belangrijke bron (32%). Daarnaast geeft een kwart van de scholieren aan nog nooit informatie te hebben gezocht. 10.1 Waar zoek je informatie als je iets wilt weten over geldzaken? (meerdere antwoorden mogelijk)
Informatiebron
Percentage
Bij ouders
64%
Via internet
32%
Nog nooit gezocht
24%
Op school
9%
Bij vrienden
8%
Anders
2%
10.2 Waar wil men informatie vinden? Aan alle Heusdense scholieren is de vraag gesteld waar ze informatie zouden willen vinden, elf procent van de respondenten heeft hiervan gebruik gemaakt. Tweederde van hen geeft aan bij een bank informatie over geldzaken te willen vinden. Verder worden een folder/boek, familie en anders11 genoemd als mogelijke informatiebronnen. 10.2 Waar zou je informatie willen vinden over geldzaken? (open vraag)
Gewenste informatiebron
Percentage
Bank
66%
Anders
20%
Folder/boek
7%
Familie
7%
10.3 Waarover wil men meer weten? Internetbankieren is een onderwerp waarover Heusdense jongeren (22%) nog meer willen weten. Ook verzekering, kosten van zelfstandig wonen en belasting zijn populaire onderwerpen (allen 20% of meer). Daarnaast blijkt ruim een op de tien nog meer te willen weten over het op orde houden van de administratie en uitkomen met hun geld. Ruim vier op de tien Heusdense scholieren geeft tenslotte aan geen behoefte te hebben aan informatie over een onderwerp over geld.
11
Bij anders werden onder andere genoemd: bibliotheek, kantine en nibud.nl.
Gemeente Heusden 30 Rapport Heusdense jongeren en geld 10.3 Van welke geldzaken wil je meer weten? (meerdere antwoorden mogelijk)
Geldzaken
Percentage
Geen
43%
Internetbankieren
22%
Verzekeringen
21%
Kosten zelfstandig wonen
20%
Belasting
20%
Lenen en sparen
17%
Inkomsten
15%
Administratie op orde houden
13%
Uitkomen met mijn geld
12%
Anders
2%
Gemeente Heusden 31 Rapport Heusdense jongeren en geld
11.
Conclusies
11.1 Introductie Dit hoofdstuk bespreekt de resultaten uit het vorige hoofdstuk, kijkt naar mogelijke verbanden en trekt hieruit conclusies. Dit met als doel om in het volgende hoofdstuk aanbevelingen te kunnen doen en zo aan de gestelde doelstelling te kunnen voldoen: Inzicht verkrijgen in inkomsten, uitgaven, spaar- en leengedrag van Heusdense scholieren tussen de 12 en 18 jaar ten einde handvatten te kunnen bieden voor een verbeterde financiële bewustwording om zo schulden te voorkomen. 11.2 Inkomsten Heusdense scholieren hebben per maand gemiddeld €119,- te besteden. Dit geld komt van (vakantie)baantjes en geld van hun ouders. Het bedrag ligt veertien procent hoger dan landelijk. Een belangrijke reden hiervoor is dat Heusdense scholieren vaker een bijbaantje hebben en hier meer mee verdienen. Zo heeft vijftig procent tenminste één bijbaantje en geeft veertig procent aan een vakantiebaantje te hebben. Het percentage scholieren dat een bij- of vakantiebaantje heeft stijgt mee met hun leeftijd. Opvallend is dat landelijk bijna tien procent meer scholieren een vakantiebaantje hebben. Dit kan mogelijk verklaard worden door het feit dat Heusdense scholieren vaker een vast bijbaantje hebben, waar zij in de vakantie extra werken. Winkelmedewerker en krantenbezorger zijn populaire bij- en vakantiebaantjes. Door het hoge aantal agrariërs binnen de gemeente is werken bij de boer populair tijdens de vakantie. Van de scholieren die geen baantje hebben geeft bijna een kwart aan dat zij wel zoeken, maar geen baantje kunnen vinden. Van de ondervraagde scholieren geeft 93% aan geld te krijgen van hun ouders, wat kan bestaan uit zak-, kleed- en/of belgeld. Het Nibud stelt dat jongeren door het krijgen van zak- en kleedgeld leren om te gaan met een bepaald budget. Veel Heusdense scholieren krijgen zakgeld (86%), kleedgeld wordt echter veel minder vaak gegeven. Slechts drie op de tien scholieren ontvangt kleedgeld. Van de ouders die kleedgeld geven betaalt vervolgens ruim een derde alle kleding van hun kind. Hierdoor leren slechts twee op de tien scholieren hoe ze goed om moeten gaan met kleedgeld en een beperkt budget. De opkomst van belgeld blijkt in Heusden nog niet zover te zijn als in de rest van Nederland (43% tegenover 59%). 11.3 Uitgaven Veel van het geld dat de scholieren via baantjes en hun ouders verkrijgen geven ze ook weer uit. Gemiddeld besteedt een Heusdense scholier €105,- per maand. Voor sommige leeftijdsjaren ligt het bedrag dat wordt uitgegeven hoger dan hun inkomsten. Dit gat wordt opgevuld door het geld dat de scholieren krijgen met verjaardagen, op vakantie en met de feestdagen. Dat bedrag wordt in het onderzoek niet bij de inkomsten gerekend, maar wordt wel uitgegeven door de scholieren. Per maand wordt er door alle Heusdense scholieren bij elkaar voor in totaal €315.000,- uitgegeven. Dit wordt vaak uitgegeven aan snoep en snacks, cadeaus, bioscoop, uitgaan en een mobiele telefoon: de populairste uitgavenposten. Kleding en schoenen, alcohol, roken en verzekeringen zijn daarentegen de uitgavenposten waar - in verhouding het meeste geld naartoe gaat. Ouders dragen ook nog veel bij aan uitgavenposten voor hun kinderen. Zo worden schoolspullen, contributies, vakanties en kleding door een groot deel van de ouders volledig betaald. Daarnaast zijn er ook uitgavenposten waaraan zowel ouders als de scholieren meebetalen, bijvoorbeeld uitgaan en de mobiele telefoon. 11.4 Sparen Het overgrote deel van de Heusdense scholieren (84%) spaart een deel van hun inkomen, gemiddeld €34,- per maand. Echter nog geen kwart van hen spaart een vast bedrag per maand. Slechts een op de vijf scholieren spaart dus bewust, de rest spaart niet, niet
Gemeente Heusden 32 Rapport Heusdense jongeren en geld consequent en/of geeft het gespaarde geld snel weer uit. Deze cijfers komen redelijk overeen met de landelijke resultaten. Wat niet overeenkomt met de landelijke resultaten is het totaal gespaarde bedrag. Dit ligt in Heusden veel lager dan in de rest van het land (€907,- tegenover €1501,-). Aangezien de overige resultaten - spaarbedrag en percentage spaarders - wel overeenkomen, zou een verklaring kunnen zijn, dat Heusdense scholieren hun spaargeld sneller uitgeven dan landelijk. Behalve door henzelf wordt er ook door anderen, waaronder ouders, gespaard. Voor bijna driekwart van de Heusdense scholieren wordt gespaard. Dit percentage ligt zestien procent hoger dan landelijk het geval is. Dat ouders vaak sparen op een niet-opneembare spaarrekening lijkt zichtbaar te worden doordat het gebruik van een dergelijke spaarrekening in Heusden vijftien procent hoger ligt dan landelijk. Tenslotte is het opvallend dat in Heusden veel vaker (+20%) voor later gespaard wordt. Hierbij werden onder andere studie en eigen huis genoemd. Dit voornemen om voor lange termijn sparen staat in contrast met het lagere gespaarde bedrag van de Heusdense scholieren. Mogelijk willen de scholieren wel voor later sparen, maar geven zij toch een gedeelte van hun spaargeld voortijdig uit. 11.5 Lenen Ruim de helft (54%) van de Heusdense scholieren leent soms of vaak geld. Dit wordt voornamelijk bij ouders en vrienden gedaan. In Heusden blijkt vaker bij ouders geleend te worden dan landelijk, terwijl daar vrienden vaker om hulp gevraagd worden. Erg opvallend is het feit dat landelijk bijna zes keer meer scholieren, dan in Heusden, op het moment van onderzoek lenen (23% tegenover 4%) Dit cijfer sluit aan bij de geluiden vanuit de schildhulpverlening en maatschappelijk werk in de gemeente Heusden. Daar wordt immers aangegeven dat de landelijke cijfers bij hen niet terug te vinden zijn. De mediaan van €10,- wijst erop dat er vaak kleine bedragen worden geleend. Dit is ook terug te zien in de leendoelen. Er wordt het vaakst geleend voor uitgaan en eten en drinken op school. Maar om een gemiddelde van €76,- te halen moeten er ook enkele hoge uitschieters bijzitten. Het hoogste bedrag dat ooit door een van de scholieren werd geleend is €5000,-. Daarnaast heeft bijna vijftien procent van de scholieren ooit een bedrag geleend van €100,- of meer en ruim twee procent van alle scholieren leende €500,- of meer. Gezien hun maandelijkse inkomen en daarmee aflossingsvermogen, zijn dit hoge bedragen. Dat scholieren geleend geld niet zien als een schuld, blijkt wel uit hun reacties op de stelling “Schulden hebben is erger dan lenen”. Hierop antwoordde 64% met eens. Ook is 39% het eens met de stelling “Geld lenen is handig als je geen geld meer hebt”. Nu worden er vaak nog kleine bedragen geleend (mediaan €10,-), maar op langere termijn met een eigen huishouden zou dit verkeerde beeld over geld lenen voor financiële problemen kunnen zorgen. Wanneer de Heusdense scholieren geld tekort komen is er een opvallend mentaliteitsverschil te zien. Want hoewel er door de meerderheid van de Heusdense scholieren wordt geleend, blijkt de rest juist andere acties te ondernemen wanneer zij geld tekort komen. Zo gaat ruim een derde werken of doet klusjes om aan extra geld te komen en denken vier op de tien scholieren “op is op”. Dan is er ook nog een groep scholieren (18%) die geld krijgen van hun ouders wanneer ze financieel krap zitten. Dit kan een verontrustend signaal zijn. Nu springen ouders nog bij in het geval van kleine krapte, maar hoe zit dit wanneer hun kinderen grotere schulden maken wanneer zij een eigen financiële huishouding krijgen? 11.6 Rol ouders Ouders hebben een grote rol in de financiële opvoeding van hun kinderen. Toch blijken niet alle ouders in Heusden deze rol even goed in te vullen. Zo geeft ruim een op de tien Heusdense scholieren aan dat er thuis nooit over hun uitgaven en geld wordt gesproken. Daarnaast is slechts een derde van de scholieren het eens met de stelling “Leren omgaan met geld heb ik van huis uit meegekregen”. Ten opzichte van de landelijke resultaten zijn
Gemeente Heusden 33 Rapport Heusdense jongeren en geld Heusdense scholieren minder tevreden (-12%) en minder ontevreden (-5%) en vaker neutraal (+17%) over het voorbeeld dat zij van hun ouders krijgen. 11.7 Geld algemeen Ruim negen op de tien Heusdense scholieren (92%) heeft een eigen bankrekening. In totaal controleert bijna driekwart van de Heusdense scholieren zijn bankrekening minimaal een keer per maand. Van alle Heusdense scholieren die een bankrekening hebben, maakt 41% gebruik van internetbankieren. Een derde van de Heusdense scholieren vindt dat hij niet altijd goed met geld kan omgaan. Twintig procent van die groep geeft zelfs aan nooit goed met geld om te kunnen gaan. Dit sluit aan bij het gegeven dat bijna tweederde van de Heusdense scholieren moeite heeft met sommige financiële dingen. Zo vinden twee op de tien scholieren het lastig om te voorkomen dat ze teveel kopen omdat het goedkoper is. Ook uitkomen met hun geld, prijsbewust zijn en zich niet laten beïnvloeden/verleiden door vrienden en reclames blijken financiële struikelblokken. Aan de hand van het geldtype waarmee Heusdense scholieren zichzelf identificeren zijn zij in te delen in drie verschillende groepen. Tot de groep „zuinigen‟ behoort acht procent van hen, zij hebben moeite met het uitgeven van geld. Zeventig procent behoort tot de groep „bedachtzamen‟, zij overwegen hun uitgaven. In de groep „uitgevers‟ zitten dan tenslotte nog ruim twee op de tien Heusdense scholieren. Zij hebben een gat in hun hand en geven hun geld snel uit. Daarnaast komen zij vaker dan de andere twee groepen geld tekort, lenen sneller en sparen minder vaak. Opvallend is dat zij thuis een minder goede financiële opvoeding hebben gehad. Mogelijk heeft dit een verband met hun spaar-, leen- en uitgavengedrag. De zelfkennis van de groep „uitgevers‟ is wel goed, slechts een derde geeft aan goed met geld om te kunnen gaan. 11.8 Informatie Ouders blijken de belangrijkste bron van informatie voor de scholieren (64%), gevolgd door internet (32%). De school blijkt door nog geen tien procent van de scholieren geraadpleegd te worden. Scholieren zouden graag ook van banken informatie willen krijgen, dit wordt door tweederde van hen genoemd als gewenste informatiebron. Hoewel ruim veertig procent aangeeft geen informatie over een specifiek onderwerp te willen, wil de rest over veel verschillende onderwerpen toch wat meer informatie. Internetbankieren, verzekeringen, kosten zelfstandig wonen en belasting worden ieder door ruim twee op de tien scholieren genoemd.
Gemeente Heusden 34 Rapport Heusdense jongeren en geld
12.
Aanbevelingen
Uit de conclusies komen een negental aanbevelingen voort. Deze aanbevelingen hebben niet alleen betrekking op de scholieren, maar ook op hun ouders. Onderstaand zijn de aanbevelingen te lezen welke zijn opgesplitst in deze twee categorieën. 12.1 Ouders Stimuleren gebruik kleed- en belgeld. Niet alleen blijven Heusdense ouders achter op de landelijke percentages wanneer het gaat over het geven van kleed- en belgeld, ze passen ook vaak niet de juiste regels toe. Voorlichting over het nut van kleed- en belgeld zouden aan een verbetering hiervan moeten bijdragen. Ouders zou duidelijk gemaakt moeten worden waarom kleed- en belgeld zo belangrijk zijn: hun kinderen leren zo om te gaan met een beperkt budget, ze moeten keuzes maken in hun uitgaven en worden gedwongen keuzes voor langere termijn te maken (in september al sparen voor een dure winterjas). Daarnaast is het ook noodzakelijk om ouders goed over de basisregels van kleed- en belgeld te informeren. Het Nibud heeft de volgende basisregels opgesteld: - Kleed- en belgeld zijn vaste bedragen; - Het geld wordt op een vast tijdstip gegeven; - Er worden afspraken gemaakt wat er met het geld betaald moet worden; - Geef geen extra geld wanneer uw kind door dure sportschoenen geen nieuwe broek kan kopen. Bewustmaken van risico‟s bijspringen In Heusden springen ouders vaak nog bij wanneer hun kinderen aankopen doen. De kinderen leren hierdoor minder goed de waarde van geld. Wanneer hun geld op is of ze geld tekort komen, betekent dit niet dat ze iets niet kunnen kopen, de ouders dragen immer de rest bij. Nu gaat het wellicht om bedragen van enkele (tientallen) euro‟s. Wanneer zij op zichzelf wonen kunnen die gaten in hun begroting echter snel oplopen tot honderden euro‟s. Aanbevolen wordt dan ook om ouders meer bewust te maken van de mogelijke effecten van het bijspringen. Stimuleren dialoog over geld In ruim tien procent van de Heusdense gezinnen wordt niet over geld gepraat. Hoewel hiervan geen negatieve effecten te vinden zijn - kinderen uit deze gezinnen lenen niet meer en zijn geen andere geldtypes - is het toch verstandig ouders te motiveren over geld te praten. Op die manier weten zij welke financiële vragen er leven bij hun kinderen en kunnen zij samen naar een oplossing zoeken. Bewustmaken van voorbeeldrol In Heusden zijn jongeren vaker neutraal over de financiële opvoeding die ze krijgen, dan landelijk het geval is. Ze zijn beduidend minder vaak positief, maar ook wat minder negatief. De financiële opvoeding bestaat voor een belangrijk deel uit de voorbeeldrol die ouders hebben. Ouders zouden daarom gewezen moeten worden op hun voorbeeldrol en zodat zij deze beter kunnen benutten. 12.2 Scholieren Kans op bijbaantje verhogen Veel Heusdense scholieren geven aan wel graag een baantje te willen hebben, maar deze niet te kunnen vinden. Het UWV of een commercieel uitzendbureau zou hierop in kunnen spelen door meer reclame te maken en wellicht aan te geven welke bijbaantjes specifiek voor de gemeente Heusden of de verschillende kernen zijn. Nu vallen de diverse kernen vaak onder Waalwijk of ‟s-Hertogenbosch waardoor het voor de scholieren wellicht moeilijker is om een baantje te vinden.
Gemeente Heusden 35 Rapport Heusdense jongeren en geld Vast bedrag sparen stimuleren Hoewel er door veel Heusdense scholieren wordt gespaard, doet slechts een klein gedeelte dit structureel. Door de scholieren te stimuleren om maandelijks een vast bedrag te sparen worden ze bewuster van hun geld en zijn ze beter voorbereid op de toekomst. Een dergelijke actie zou met een lokale bank georganiseerd kunnen worden. Bewustmaken van risico‟s lenen De Heusdense scholieren lijken zich niet altijd bewust van de risico‟s van lenen. Door hun lage inkomen kan een relatief kleine schuld al snel een lang aflossingstraject hebben. Daarnaast kunnen ze gewezen worden op andere mogelijkheden dan geld lenen, zoals (meer) werken en besparen op andere uitgaven. Het kan als verontrustend worden gezien dat veel scholieren geleend geld niet als een schuld zien, hoewel de geleende bedragen nu nog laag zijn (mediaan van €10,-). Bovenstaande punten zouden tijdens een voorlichtingcampagne meegenomen kunnen worden, maar kunnen ook prima geïntegreerd worden in bestaande lesprogramma‟s op middelbare scholen. Zorgen voor informatie(punten) Scholieren blijken met veel financiële aspecten moeite te hebben. Twee op de tien scholieren vindt het lastig om te voorkomen dat ze teveel kopen omdat het goedkoper is. Ook uitkomen met hun geld, prijsbewust zijn en niet laten beïnvloeden/verleiden door vrienden en reclames blijken financiële struikelblokken. Daarnaast hebben ze vragen over: internetbankieren, verzekeringen, kosten zelfstandig wonen en belasting. Antwoorden op hun vragen vinden de scholieren bij hun ouders en op internet. Banken worden genoemd als belangrijkste gewenste informatiebron. Deze drie informatiepunten zouden ieder op een verschillende manier „gevoed‟ moeten worden: - De ouders zullen, zoals bovenstaand staat beschreven, gestimuleerd moeten worden om de dialoog aan te gaan met hun kinderen. - Goede en betrouwbare informatie over geldzaken kan op de vernieuwde website Heusden4U geplaatst kunnen worden. Deze website is gericht op de Heusdense scholieren. - De vragen van de scholieren zouden voorgelegd kunnen worden aan banken. Wellicht dat zij tijdens een informatiemiddag/-avond de scholieren antwoord kunnen geven op hun vragen. Bekijken mogelijkheid isoleren uitgevers De groep uitgevers is een risicogroep, zij hebben de meeste kans om later in financiële problemen te komen. In een nader onderzoek van de dataset zou gekeken kunnen worden of deze groep specifieke kenmerken heeft. Zijn het bijvoorbeeld vaker kinderen van gescheiden ouders, kinderen van werklozen, vaker jongens of hebben ze een bepaalde leeftijd? Door deze kenmerken is het makkelijker om de groep te „isoleren‟ en hen gericht informatie te geven.