Handelsmerken
Licentieovereenkomst voor eindgebruikers van Gracenote®
Dit toepassing of het apparaat bevat software van Gracenote, Inc., Emeryville, California (“Gracenote”). Met de software van Gracenote (“Gracenote-software”) kan deze toepassing schijf- en of bestandsidentificatie uitvoeren en muziekverwante gegevens ophalen, waaronder informatie over de naam, artiest, track en titel (“Gracenote-gegevens”) vanuit online-servers of ingesloten databases (samen “Gracenote-servers”). De toepassing kan tevens andere functies verrichten. U mag Gracenote-gegevens uitsluitend gebruiken door middel van de beoogde eindgebruikersfuncties van deze toepassing of dit apparaat. Printed in Malaysia
U stemt ermee in dat uw niet-exclusieve licentie om de Gracenote-gegevens, de Gracenote-software en de Gracenote-servers te gebruiken, zal worden beëindigd als u inbreuk maakt op deze beperkingen. Als uw licentie wordt beëindigd, stemt u ermee in op geen enkele wijze meer gebruik te maken van de Gracenote-gegevens, de Gracenotesoftware en de Gracenote-servers. Gracenote behoudt zich alle rechten voor met betrekking tot de Gracenotegegevens, de Gracenote-software en de Gracenote-servers, inclusief alle eigendomsrechten. In geen geval is Gracenote aansprakelijk voor betaling aan u voor informatie die u verschaft. U stemt ermee in dat Gracenote, Inc. volgens deze overeenkomst in haar eigen naam rechtstreeks mag toezien op naleving van haar rechten jegens u. De Gracenote-service gebruikt een unieke identificatiecode om query’s na te sporen voor statistische doeleinden. Het doel van deze willekeurig toegewezen numerieke code is om de Gracenote-service query’s te laten tellen zonder te weten wie u bent. Ga voor meer informatie naar de webpagina over het Privacybeleid van Gracenote voor de Gracenote-service. De licentie voor de Gracenote-software en alle onderdelen van de Gracenote-gegevens wordt verstrekt op “AS IS”-basis. Gracenote doet geen toezeggingen of geeft geen garantie, uitdrukkelijk of stilzwijgend, over de accuraatheid van alle Gracenote-gegevens in de Gracenote-servers. Gracenote behoudt zich het recht voor om gegevens te verwijderen van de Gracenote-servers of om gegevenscategorieën te wijzigen als Gracenote hiertoe voldoende reden ziet. Er wordt geen garantie verstrekt dat de Gracenote-software of Gracenote-servers geen onjuistheden bevatten of dat het functioneren van de Gracenote-software of Gracenote-servers ononderbroken zal zijn. Gracenote is niet verplicht u te voorzien van nieuwe, verbeterde of extra gegevenstypen of -categorieën die Gracenote mogelijk in de toekomst verschaft; Gracenote mag haar services op elk moment beëindigen. GRACENOTE WIJST ALLE GARANTIES, UITDRUKKELIJK OF STILZWIJGEND, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT STILZWIJGENDE GARANTIES MET BETREKKING TOT VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, EIGENDOMSRECHT EN HET GEEN INBREUK MAKEN OP RECHTEN VAN DERDEN, VAN DE HAND. GRACENOTE VERSTREKT GEEN GARANTIES TEN AANZIEN VAN DE RESULTATEN DIE WORDEN VERKREGEN VOOR UW GEBRUIK VAN GRACENOTE-SOFTWARE OF WELKE GRACENOTE-SERVER DAN OOK. GRACENOTE IS IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR INDIRECTE OF GEVOLGSCHADE, GEDERFDE WINST OF VERLIES VAN INKOMSTEN.
3-213-271-43(1)
HDD Network Audio Component NAC-HD1E
Deze software is gedeeltelijk gebaseerd op het werk van de Independent JPEG Group. , OpenMG en ATRAC, zijn handelsmerken van Sony Corporation. en zijn "WALKMAN", gedeponeerde handelsmerken van Sony Corporation. Octrooien in de Verenigde Staten en in andere landen vallen onder de licentie van Dolby Laboratories. MPEG Layer-3 audio coding-technologie en octrooien in licentie van Fraunhofer IIS en Thomson. Microsoft en Windows zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. Deze receiver os voorzien van het lettertype (Shin Go R) van MORISAWA & COMPANY LTD. Deze namen zijn handelsmerken van MORISAWA & COMPANY LTD., en het auteursrecht van het lettertype is eigendom van MORISAWA & COMPANY LTD. Samengesteld met Linter Database. Copyright © 2006-2007, Brycen Corp., Ltd. Copyright © 1990-2003, Relex, Inc. Alle rechten voorbehouden. Muziekherkenningstechnologie en daarmee verwante gegevens worden verstrekt door Gracenote®. Gracenote is de industriestandaard op het gebied van muziekherkenningstechnologie en het leveren van aanverwante inhoud. Voor meer informatie gaat u naar: www.gracenote.com Cd- en muziekverwante gegevens van Gracenote, Inc., copyright © 2006 Gracenote. Gracenotesoftware, copyright © 2006 Gracenote. Dit product en deze service maken mogelijk gebruik van een van de volgende Amerikaanse octrooien: #5,987,525; #6,061,680; #6,154,773, #6,161,132, #6,230,192, #6,230,207, #6,240,459, #6,330,593, en andere verstrekte of aangevraagde patenten. Bepaalde diensten geleverd onder licentie van Open Globe, Inc., voor Amerikaans octrooi: #6,304,523. Gracenote en CDDB zijn gedeponeerde handelsmerken van Gracenote. Het logo van Gracenote met bijbehorend lettertype en het logo "powered by Gracenote" zijn handelsmerken van Gracenote. Voor informatie over het gebruik van de Gracenoteservice, gaat u naar: www.gracenote.com/corporate
U stemt ermee in de Gracenote-gegevens, de Gracenotesoftware en Gracenote-servers uitsluitend voor uw eigen, niet-commercieel privégebruik te gebruiken. U stemt ermee in de Gracenote-software of welke Gracenotegegevens dan ook niet aan derden toe te wijzen, te kopiëren, over te dragen of door te zenden. U STEMT ERMEE IN DE GRACENOTE-GEGEVENS, DE GRACENOTESOFTWARE OF DE GRACENOTE-SERVERS UITSLUITEND TE GEBRUIKEN OP DE MANIER DIE HIERIN UITDRUKKELIJK WORDT TOEGESTAAN.
Gebruiksaanwijzing HDD Network Audio Component NAC-HD1E
Aan de slag............................................................. 8 Muziek beluisteren............................................20 De vaste schijf (HDD) gebruiken...................26 Tracks bewerken in de HDD Jukebox..........54 De timer gebruiken...........................................67 Muziek beluisteren die op een computer is opgeslagen — Network Media.............73
De systeemnamen en productnamen die in deze handleiding worden vermeld, zijn over het algemeen de handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de betreffende fabrikant. De tekens en worden niet vermeld in deze handleiding.
Aansluitingen en instellingen........................79 Aanvullende informatie...................................97 © 2007 Sony Corporation
WAARSCHUWING Stel het toestel niet bloot aan regen of vocht om het risiko van brand of een electrische schok te verlagen. Om de kans op brand te verkleinen mag u de ventilatieopeningen van het apparaat niet blokkeren met een krant, tafelkleed, gordijn, enz. Plaats ook geen brandende kaarsen op het apparaat. Om de kans op brand of een elektrische schok te verkleinen, mag u geen voorwerpen met een vloeistof erin, zoals een bloemenvaas, op het apparaat zetten. Sluit het apparaat aan op een gemakkelijk bereikbaar stopcontact. Als u een abnormaliteit in het apparaat waarneemt, trekt u onmiddellijk de stekker uit het stopcontact. Installeer de stereo-installatie niet in een krappe ruimte, zoals een boekenkast of ingebouwde kast. Stel de batterij niet bloot aan extreem hoge temperaturen, zoals direct zonlicht, vuur, enzovoort. Extreme geluidsdruk van de oortelefoon of hoofdtelefoon kan gehoorbeschadiging tot gevolg hebben.
LET OP De optische instrumenten in dit product vergroten het risico op oogletsel. Dit apparaat is geclassificeerd als een KLASSE 1 LASER product. Deze aanduiding bevindt zich aan de achterkant van het apparaat.
NL
kennisgeving voor klanten: de volgende informatie is alleen van toepassing op apparatuur die wordt verkocht in landen waar EUrichtlijnen van toepassing zijn De fabrikant van dit product is Sony Corporation, 1-7-1 Konan, Minato-ku, Tokio, Japan. De geautoriseerde vertegenwoordiger voor EMC en productveiligheid is Sony Deutschland GmbH, Hedelfinger Strasse 61, 70327 Stuttgart, Duitsland. Voor kwesties met betrekking tot onderhoud of garantie kunt u de adressen in de afzonderlijke onderhoudsof garantiedocumenten raadplegen.
Verwijdering van oude elektrische en elektronische apparaten (Toepasbaar in de Europese Unie en andere Europese landen met gescheiden ophaalsystemen) Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. Ook van toepassing op het accessoire: Afstandsbediening
Verwijdering van oude batterijen (in de Europese Unie en andere Europese landen met afzonderlijke inzamelingssystemen) Dit symbool op de batterij of verpakking wijst erop dat de meegeleverde batterij van dit product niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden. Door deze batterijen op juiste wijze af te voeren, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Het recycleren van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. In het geval dat de producten om redenen van veiligheid, prestaties dan wel in verband met data-integriteit een permanente verbinding met batterij vereisen, dient deze batterij enkel door gekwalificeerd servicepersoneel vervangen te worden. Om ervoor te zorgen dat de batterij op een juiste wijze zal worden behandeld, dient het product aan het eind van zijn levenscyclus overhandigd te worden aan het desbetreffende inzamelingspunt voor de recyclage van elektrisch en elektronisch materiaal. Voor alle andere batterijen verwijzen we u naar het gedeelte over hoe de batterij veilig uit het product te verwijderen. Overhandig de batterij bij het desbetreffende inzamelingspunt voor de recyclage van batterijen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product of batterij, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Bericht over DualDiscs Een DualDisc is een tweezijdige disc, waarop aan de ene kant DVD-materiaal is opgenomen en aan de andere kant digitaal audiomateriaal. Echter, aangezien de kant met het audiomateriaal niet voldoet aan de Compact Disc (CD)-norm, wordt een juiste weergave op dit apparaat niet gegarandeerd.
Muziekdiscs die zijn gecodeerd met copyrightbeveiligingstechnologieën Dit product is ontworpen voor het afspelen van discs die voldoen aan de CDnorm (Compact Disc). Onlangs hebben platenmaastschappijen muziekdiscs op de markt gebracht die zijn gecodeerd met copyrightbeveiligingstechnologieën. Houd er rekening mee dat sommige van deze discs niet voldoen aan de CD-norm en wellicht niet met dit product kunnen worden afgespeeld.
NL
NL
Inhoudsopgave Voordat u het apparaat gebruikt
Opnemen op/importeren naar de HDD............................................................26
Afstandsbediening..........................................8 Hoofdeenheid................................................ 10
Materiaal dat kan worden opgenomen/geïmporteerd................. 26 Het apparaat instellen voor opnemen/ importeren................................................. 28 Een CD opnemen op de HDD................... 30 Een radio-uitzending opnemen ............. 31 Opnemen vanaf een aangesloten externe component............................... 32 Bestanden importeren vanaf een USBopslagapparaat........................................ 33 Bestanden importeren uit een gedeelde map op de computer......... 33
Basishandelingen..................................12
De HDD Jukebox afspelen..................34
Lees de volgende informatie aandachtig door.........................................7
Aan de slag Onderdelen en bedieningselementen........................... 8
Het apparaat inschakelen.......................... 12 De weergavetaal selecteren..................... 12 Een functie selecteren................................. 13 Menu's gebruiken......................................... 13 De weergavemodus wijzigen................... 14 Tekst invoeren................................................ 15
De Sony-versterker instellen..............17 De klok instellen.....................................18 De klok handmatig instellen.................... 18 De klok instellen via een internetverbinding — NTP.................. 19
Muziek beluisteren Een CD afspelen.....................................20 Titelinformatie ophalen.............................. 21 Informatie over een CD weergeven....... 22
De radio beluisteren.............................23 Een radiozender selecteren...................... 23 Radiozenders vooraf instellen.................. 24 Gedetailleerde informatie over een radiozender weergeven........................ 24
Herhaaldelijk afspelen · Willekeurig afspelen ...................25
NL
De vaste schijf (HDD) gebruiken
Album- of trackinformatie controleren ....................................................................... 35 De lijstmodus wijzigen............................... 35 Herhaaldelijk afspelen · Willekeurig afspelen...................................................... 39 Zoeken naar albums of tracks.................. 40
Tracks afspelen met x-DJ.....................41 Hoe functioneert x-DJ?............................... 41 x-DJ gebruiken............................................... 42 Music Surfin' gebruiken.............................. 43 x-DJ instellen.................................................. 44 x-DJ-kanalen overzetten............................ 45 Over 12 Tone Analysis................................. 45
Audiogegevens overzetten...............46 Overdraagbare indelingen........................ 46 De TRANSFER-toets instellen.................... 46 Tracks overzetten naar een "WALKMAN" (ATRAC AD)...................... 47 Tracks overzetten naar een USBopslagapparaat........................................ 48 Tracks overzetten naar een mobiele telefoon....................................................... 50 Tracks overzetten naar een PSP............... 51 Overige handelingen.................................. 52 Albums, tracks of afspeellijsten op het bestemmingsapparaat verwijderen ....................................................................... 53
Tracks bewerken in de HDD Jukebox
De timer gebruiken
Over de functies die kunnen worden uitgevoerd...............................54
De slaaptimer gebruiken....................67
Titelinformatie zoeken en ophalen . ....................................................................55
De opnametimer gebruiken..............69
Albuminformatie zoeken en ophalen ....................................................................... 55 Trackinformatie zoeken en ophalen...... 55 Informatie over meerdere tracks batchgewijs zoeken en ophalen........ 56
Een map, groep of afspeellijst maken........................................................56 Een map maken............................................. 56 Een groep maken.......................................... 57 Een afspeellijst maken................................ 57
Titels wijzigen.........................................58
De wektimer gebruiken.......................68 Een radioprogramma opnemen met de opnametimer...................................... 69 Opnemen vanaf een externe component met de opnametimer.... 69 Overige handelingen.................................. 71
Muziek beluisteren die op een computer is opgeslagen — Network Media Wat is Network Media?........................73 Over servers.................................................... 73
Opnamen verwijderen.........................59
Muziek beluisteren................................74
Opnamen verplaatsen.........................60
Verschillende afspeelmodi........................ 76 Informatie over afspeellijsten of tracks weergeven................................................. 77
Opgenomen tracks splitsen...............61 Opgenomen tracks samenvoegen . ....................................................................62 De audio-indeling van tracks converteren — Indeling converteren.............................................63
Handige instellingen............................77 Automatische verbinding met een server instellen......................................... 77 Het apparaat registreren op een VAIO-computer — Instelling voor beperkte toegang................................... 78
Beeldbestanden opslaan....................64 Voordat u beelden opslaat........................ 64 Een beeldbestand opslaan........................ 64
De gewenste tracks registeren in een afspeellijst........................................65 De track registreren die wordt afgespeeld................................................. 65 Meerdere tracks in één keer registreren.................................................. 66
NL
Aansluitingen en instellingen De antennes en de versterker aansluiten.................................................79 Netwerkverbinding en ‑configuratie............................................82 Verbinding maken met internet.............. 82 Het netwerk instellen.................................. 87 De gedeelde map instellen....................... 91
Overige instellingen.............................91 Weergave-instellingen................................ 91 De stand-bymodus instellen.................... 92
Het systeem beheren...........................92 Een back-up van audiogegevens maken en audiogegevens terugzetten................................................ 92 Systeeminformatie controleren............... 96 De systeemtoepassing bijwerken........... 96 Het systeem formatteren........................... 96
Aanvullende informatie Problemen oplossen.............................97 Voorzorgsmaatregelen..................... 105 Over CD's.......................................................106 Over MP3.......................................................107
Technische gegevens........................ 108 Woordenlijst......................................... 110 Index........................................................ 113
NL
Voordat u het apparaat gebruikt De bijgeleverde handleidingen en de bijbehorende inhoud
Handleiding voor snelle aansluiting en bediening
Deze handleiding bevat de basisinformatie die u nodig hebt om het apparaat aan te sluiten en te bedienen. Raadpleeg deze handleiding eerst om het apparaat in te stellen.
Gebruiksaanwijzing In deze handleiding vindt u een volledige beschrijving van de verschillende instellingen en bewerkingen en de procedure voor netwerkverbinding. Deze handleiding bevat ook de voorzorgsmaatregelen voor veilig gebruik van het apparaat.
Website voor klantenondersteuning van Sony Europe
Raadpleeg deze website voor de laatste ondersteuningsinformatie en veelgestelde vragen. Voor klanten in Europa: http://support.sony-europe.com/
Deze handleiding gebruiken In deze handleiding wordt voornamelijk beschreven hoe u het apparaat met de afstandsbediening kunt bedienen. Toetsen en bedieningselementen op de hoofdeenheid met dezelfde of vergelijkbare namen als op de afstandsbediening kunnen worden gebruikt om dezelfde bewerkingen uit te voeren. : Met dit symbool worden HDD Jukeboxfuncties aangeduid. : Met dit symbool worden CD-functies aangeduid. : Met dit symbool worden "WALKMAN"functies (ATRAC AD) aangeduid. : Met dit symbool worden functies op het USB-opslagapparaat aangeduid.
Lees de volgende informatie aandachtig door Over de vaste schijf
De vaste schijf kan gemakkelijk worden beschadigd door schokken en trillingen, dus houd rekening met de volgende voorzorgsmaatregelen. Zie pagina 105 voor meer informatie. Stel het apparaat niet bloot aan sterke schokken. Verplaats het apparaat niet terwijl het netsnoer op het stopcontact is aangesloten. Gebruik het apparaat niet op een plaats waar het wordt blootgesteld aan trillingen of op een instabiele ondergrond. Verplaats het apparaat niet en koppel het netsnoer niet los terwijl het apparaat opneemt of afspeelt. Probeer de vaste schijf niet zelf te vervangen of bij te werken. Dit kan een storing tot gevolg hebben. Gegevens die verloren gaan door een storing van de vaste schijf, kunnen niet worden hersteld. Gegevens die op de vaste schijf zijn opgenomen, kunnen tijdens gewone bewerkingen worden beschadigd. Zorg ervoor dat u de functie voor backups op het apparaat gebruikt om regelmatig een back-up van de gegevens te maken op een optionele USB-schijf of in een gedeelde map op de computer. Gegevens die verloren gaan door een beschadigde vaste schijf, worden niet vergoed door Sony.
Over opnemen Maak een proefopname voordat u de daadwerkelijke opname maakt, vooral als u belangrijke opnamen wilt maken. Mislukte opnamen door een storing van het apparaat worden niet vergoed door Sony. Storingen die optreden tijdens normaal gebruik van het apparaat, worden gerepareerd door Sony in overeenstemming met de voorwaarden die zijn opgenomen in de beperkte garantie voor dit apparaat. Sony is echter niet aansprakelijk voor problemen met opnemen of afspelen als gevolg van een beschadigd of niet goed functionerend apparaat.
Over services die kunnen worden gebruikt met een internetverbinding Houd er rekening mee dat beschikbare internetservices kunnen worden gewijzigd of beëindigd zonder voorafgaande kennisgeving.
Over de weergave De weergave-inhoud die in deze handleiding wordt weergegeven, kan afwijken van de werkelijke weergave-inhoud op het apparaat.
NL
Aan de slag
Onderdelen en bedieningselementen Afstandsbediening SLEEP- en TIMER-toetsen SLEEP-toets Gebruik deze toets om de instelling voor de slaaptimer op te geven of te bevestigen (pagina 67). TIMER-toets Gebruik deze toets om de timer in te stellen (pagina 68 tot en met 72).
FAVORITE-toets
Gebruik deze toets om een track toe te voegen aan "Favorites" in de afspeellijst (pagina 65).
DISPLAY-toets Gebruik deze toets om de tijdsinformatie te wijzigen (schakelen tussen verstreken tijd en resterende tijd).
•PRESET–, •PRESET+, ALBUM+ en ALBUM–-toetsen /-toetsen Naar het begin van een track gaan. PRESET+- en PRESET–-toetsen Gebruik deze toetsen om een vooraf ingestelde radiozender te selecteren. ALBUM+/ALBUM–-toetsen Gebruik deze toets om een album of een groep te selecteren.
Bedieningstoetsen
NL
Gebruik deze toetsen in alle functies om basishandelingen uit te voeren. -toets (afspelen)* (snel terugspoelen) • TUNING– en (snel vooruitspoelen) • TUNING+toetsen -toets (onderbreken) -toets (stoppen)
/-toets (aan/uit) Het apparaat inschakelen (pagina 12).
Functiekeuzetoetsen Gebruik deze toetsen om de functie rechtstreeks te selecteren. In de standbymodus kunt u met deze toetsen het apparaat inschakelen en tegelijkertijd het afspelen starten. HDD-toets (pagina 13, 34) CD-toets (pagina 13, 20) DIGITAL IN-toets (pagina 13, 32) ANALOG IN-toets (pagina 13, 32) FM/AM-toets (pagina 13, 23, 31) NETWORK MEDIA-toets (pagina 13, 74) x-DJ-toets (pagina 13, 42)
AMPLIFIER /-, AMPLIFIER VOLUME+*- en AMPLIFIER VOLUME–toetsen Deze toetsen zijn alleen beschikbaar voor Sonyversterkers (pagina 17). AMPLIFIER -toets Gebruik deze toets om een aangesloten versterker in te schakelen. AMPLIFIER VOLUME +en AMPLIFIER VOLUME –-toetsen Gebruik deze toetsen om de uitvoer van een aangesloten versterker aan te passen wanneer deze is ingeschakeld.
DIMMER-toets
HDD REC-toetsen
Gebruik deze toets om te schakelen tussen twee helderheidsniveaus voor het scherm.
Gebruik deze toetsen om op te nemen naar de HDD Jukebox. HDD REC -toets (opname starten) (pagina 30) HDD REC -toets (opname onderbreken) (pagina 31) HDD REC -toets (opname stoppen) (pagina 30)
DELETE-toets Cijfer-*/teksttoetsen Gebruik deze toetsen om een track te selecteren tijdens het afspelen of om tekst in te voeren. A•Y•M-toetsen Gebruik deze toetsen om extra kanalen van Music Surfin' te selecteren tijdens x-DJ (pagina 43).
Gebruik deze toets in elke functie om een item te verwijderen (pagina 59).
LIST-toets Gebruik deze toets om te schakelen tussen de hoofdweergave en de lijstweergave (pagina 14).
FUNCTION-toets
SETUP-toets Het instelmenu weergeven (pagina 13). Gebruik deze toets om klokof netwerkinstellingen of andere systeeminstellingen op te geven.
Het functiemenu weergeven (pagina 13). Gebruik deze toets om de geluidsbron te selecteren.
OPTIONS-toets BACK-toets Gebruik deze toets om terug te gaan naar de vorige weergave (pagina 14).
Het optiemenu weergeven (pagina 13). De menu-items verschillen afhankelijk van de geselecteerde functie.
Menubedieningstoetsen TRANSFER-toets Gebruik deze toets om tracks over te zetten naar een "WALKMAN" (ATRAC AD) of ander draagbaar audioapparaat (pagina 47).
Gebruik deze toetsen om menu-items te selecteren en menu-instellingen op te geven (pagina 13). , , en -toetsen Gebruik deze toetsen om een menu-item te selecteren of een instelling te wijzigen. ENTER-toets Gebruik deze toets om een instelling op te geven.
Met een sterretje (*) worden toetsen aangegeven die zijn voorzien van een voelstip (de cijfertoets "5", de AMPLIFIER VOLUME +-toets en de -toets (afspelen) van de bedieningstoetsen).
NL
Hoofdeenheid
Menubedieningstoetsen Gebruik deze toetsen om menu-items te selecteren en menu-instellingen op te geven (pagina 13). , , en -toetsen Gebruik deze toetsen om een menu-item te selecteren of een instelling te wijzigen. ENTER-toets Gebruik deze toets om een instelling op te geven.
/-toets (aan/uit) Het apparaat in- of uitschakelen (pagina 12).
TRANSFER-toets
-toets De disclade openen en sluiten (pagina 20).
Gebruik deze toets om tracks over te zetten naar een "WALKMAN" (ATRAC AD) of ander draagbaar audioapparaat (pagina 47).
Disclade Hier kunt u een CD plaatsen (pagina 20).
ON/STANDBY-aanduiding Met de kleur wordt de status van het apparaat aangegeven. Groen: het apparaat is ingeschakeld of analyseert de opgenomen muziekgegevens. (Zie "Over 12 Tone Analysis" op pagina 45.) Rood of oranje: het apparaat bevindt zich in de stand-bymodus.
PHONES-aansluiting Gebruik deze aansluiting om de hoofdtelefoon aan te sluiten.
Bedieningstoetsen Gebruik deze toetsen in alle functies om basishandelingen uit te voeren. -toets (onderbreken) -toets (stoppen)
Afstandsbedieningssensor
Paneel met verlichting Gaat branden als het apparaat is ingeschakeld. Knippert langzaam als het apparaat muziekgegevens analyseert die zijn opgenomen naar de HDD Jukebox.
10NL
Functiekeuzetoetsen
FUNCTION-toets
Gebruik deze toetsen om de functie rechtstreeks te selecteren. In de standbymodus kunt u met deze toetsen het apparaat inschakelen en tegelijkertijd het afspelen starten. HDD-toets (pagina 13, 34) CD-toets (pagina 13, 20) FM/AM-toets (pagina 13, 23, 31) x-DJ-toets (pagina 13, 42)
SETUP-toets
TIMER-aanduiding Met deze aanduiding wordt de status van de timer aangegeven (pagina 68, 69).
Het functiemenu weergeven (pagina 13). Gebruik deze toets om de geluidsbron te selecteren.
Het instelmenu weergeven (pagina 13). Gebruik deze toets om klok- en netwerkinstellingen en andere systeeminstellingen op te geven.
HDD - en HDD -toetsen Gebruik deze toetsen om op te nemen naar de HDD Jukebox. HDD -toets (opname starten) (pagina 30) HDD -toets (opname onderbreken) (pagina 31)
USB-aansluiting Gebruik deze aansluiting om een USB-opslagapparaat, "WALKMAN" (ATRAC AD) of ander draagbaar apparaat aan te sluiten (pagina 47 tot en met 51).
BACK-toets Gebruik deze toets om terug te gaan naar de vorige weergave (pagina 14).
PHONE LEVEL (MIN/MAX)-regelaar Gebruik deze regelaar om de uitvoer van een aangesloten hoofdtelefoon aan te passen.
OPTIONS-toets Het optiemenu weergeven (pagina 13). Menu-items verschillen afhankelijk van de geselecteerde functie.
11NL
Basishandelingen Het apparaat inschakelen
De weergavetaal selecteren U kunt Engels, Frans, Duits, Italiaans of Spaans selecteren als weergavetaal. SETUP
/
//// ENTER
1
2
Sluit het netsnoer aan op een stopcontact. Het apparaat wordt automatisch ingeschakeld, de standaardinstellingen worden geregistreerd en het apparaat wordt uitgeschakeld. Druk op / (aan/uit). Het apparaat wordt ingeschakeld.
1
Druk op SETUP. Het instelmenu wordt weergegeven.
2
Druk op / om [Screen setting] te selecteren en druk op ENTER. Het venster voor het selecteren van de taal wordt weergegeven.
3
Druk op / om de gewenste taal te selecteren bij [Language] en druk op ENTER.
WAARSCHUWING
Koppel het netsnoer niet los wanneer de standaardinstellingen worden geregistreerd. Als u dit wel doet, kan er een storing optreden.
Het apparaat uitschakelen
Druk op de /-toets op de afstandsbediening of de hoofdeenheid. Het apparaat wordt mogelijk niet onmiddellijk uitgeschakeld. Als dit het geval is, betekent dit dat het apparaat de muziekgegevens op de HDD (vaste schijf) analyseert (zie "Over 12 Tone Analysis" op pagina 45). Wanneer het apparaat de muziekgegevens analyseert, knippert het paneel met verlichting langzaam. Als u de analyse wilt annuleren en het apparaat onmiddellijk wilt uitschakelen, drukt u op de -toets. Als u het apparaat opnieuw wilt inschakelen, drukt u op de /-toets. Tip
Dit apparaat beschikt over twee opstartmodi: de snelle opstartmodus en de standaardopstartmodus. Zie "De stand-bymodus instellen" op pagina 92 voor meer informatie.
12NL
4
Weergave
Te selecteren taal
English
Engels
Français
Frans
Deutsch
Duits
Italiano
Italiaans
Español
Spaans
Druk op /// om [Execute] te selecteren en druk op ENTER. De weergave wordt in de geselecteerde taal weergegeven.
Opmerking
Wanneer u de weergavetaal wijzigt, wordt de invoertaal (pagina 15) ook gewijzigd in de geselecteerde taal.
Tip
Raadpleeg de "Lijst met invoertekens" (pagina 112) voor een overzicht van de tekens die u kunt gebruiken.
De functie selecteren in het functiemenu
Een functie selecteren De functie rechtstreeks selecteren
FUNCTION
CD
DIGITAL IN
HDD
ANALOG IN
//// ENTER
NETWORK MEDIA
1
Druk op FUNCTION. Het functiemenu wordt weergegeven.
x-DJ
2
Selecteer een functie met /// en druk op ENTER. De geselecteerde functie wordt actief.
FM/AM
Selecteren (functie)
Druk op (functiekeuzetoets)
CD
CD
HDD JUKEBOX
HDD
FM/AM
FM/AM
DIGITAL IN
DIGITAL IN
ANALOG IN
ANALOG IN
NETWORK MEDIA NETWORK MEDIA x-DJ
x-DJ
Het apparaat wordt ingeschakeld en het afspelen wordt gestart met de betreffende functie.
Het functiemenu annuleren
Druk op FUNCTION of BACK voordat u op ENTER drukt. Het functiemenu verdwijnt.
Menu's gebruiken Dit apparaat beschikt over drie menu's: het functiemenu, het optiemenu en het instelmenu. Gebruik deze menu's om opnamen te maken, de afspeelmodus te selecteren en andere instellingen op te geven. SETUP //// ENTER BACK
FUNCTION
OPTIONS
1
Druk op de gewenste menutoets (FUNCTION, OPTIONS of SETUP). Het betreffende menu wordt geopend op het apparaat.
2
Druk op /// om het gewenste item te selecteren.
3 4
Druk op ENTER. Herhaal stap 2 en 3 als u nog een item wilt instellen.
13NL
De procedure annuleren Druk op BACK.
Functiemenu Wordt weergegeven wanneer u op de FUNCTION-toets drukt. Gebruik dit menu om een functie te selecteren.
De weergavemodus wijzigen Er zijn twee weergavemodi: hoofdweergave en lijstweergave. LIST
/
Druk herhaaldelijk op LIST om de hoofdweergave of de lijstweergave te selecteren.
Hoofdweergave Optiemenu Wordt weergegeven wanneer u op de OPTIONS-toets drukt. De items in dit menu verschillen afhankelijk van de geselecteerde functie of weergave.
Dit is de normale weergave. Hierin wordt informatie over de huidige track weergegeven. Tracknaam
Artiestennaam
Instelmenu Wordt weergegeven wanneer u op de SETUP-toets drukt. Gebruik dit menu om het systeem in te stellen. U kunt dit menu op elk gewenst moment selecteren.
Albumnaam
Lijstweergave In deze modus wordt de inhoud van de geselecteerde directory weergegeven. In het onderstaande voorbeeld wordt de inhoud van de trackdirectory weergegeven. Directorypictogrammen
Trackpictogram Er wordt een lijst met de inhoud in de geselecteerde directory weergegeven.
14NL
Pictogram voor trackdirectory
Over trackpictogrammen
Afstandsbediening
Er zijn verschillende trackpictogrammen voor de verschillende trackindelingen. Pictogram Trackindeling ATRAC MP3 Linear PCM
Er is geen lijstweergave voor de functies FM/AM, ANALOG IN, DIGITAL IN en x-DJ.
Over directorypictogrammen Wanneer u met of schakelt tussen de verschillende directory's, wordt het betreffende directorypictogram boven aan het scherm gemarkeerd zodat u weet welke directory op dat moment is geselecteerd (album, groep, track, enzovoort). Pictogram (voorbeeld)
Directory Tracks Groepen
Tekst invoeren U kunt tekst invoeren wanneer u een label toevoegt aan tracks of radiozenders of wanneer u netwerkinstellingen opgeeft.
De invoertaal selecteren Selecteer de invoertaal om tekens in die taal in te voeren. Terwijl het tekstinvoervenster wordt weergegeven (deze pagina), opent u het optiemenu en selecteert u [Language] – [(de gewenste taal)].
Cijfer-/teksttoetsen Druk op de toets met de gewenste letter (ABC, DEF, enzovoort). Druk herhaaldelijk op de toets tot de gewenste letter wordt weergegeven. CLEAR-toets Druk op deze toets om een letter te wissen die u zojuist hebt ingevoerd. a/A-toets Druk op deze toets om te schakelen tussen kleine letters en hoofdletters. -toets Druk op deze toets voordat u op ENTER drukt om naar het vorige teken te gaan. CHARACTER-toets Met deze toets kunt u het tekentype selecteren. Elke keer dat u op de toets drukt, wordt het type als volgt gewijzigd: Wanneer de invoertaal is ingesteld op Engels: [Engelse alfanumerieke tekens] [Engelse alfanumerieke tekens (inclusief tekens met een trema)] [Cijfers] … Wanneer de invoertaal is ingesteld op een andere taal dan Engels: [Alfanumerieke tekens in de geselecteerde taal] [Cijfers] …
Tips Als u de invoertaal wijzigt, wordt de weergavetaal (pagina 12) niet gewijzigd. Raadpleeg de "Lijst met invoertekens" (pagina 112) voor een overzicht van de tekens die u kunt gebruiken.
Vervolg
15NL
////ENTER-toetsen ///-toetsen Gebruik deze toetsen om de cursor te verplaatsen. ENTER-toets Druk op deze toets om een tekenreeks of instelling op te geven.
Wanneer de invoertaal is ingesteld op een andere taal dan Engels: Weergave Tekentype a/0
Kleine letters/hoofdletters (inclusief tekens met een trema) en cijfers
A/0
Hoofdletters/kleine letters (inclusief tekens met een trema) en cijfers
0
Cijfers
Tekstinvoervenster
Weergave van tekstinvoermodus (overschrijven/invoegen)
Tekstinvoergedeelte Hier wordt de tekst weergegeven die u invoert. Tekenpalet Hier worden de tekens weergegeven die u kunt selecteren. Weergave van invoertaal De geselecteerde invoertaal (pagina 15) wordt weergegeven. Weergave van tekentype Elke keer dat u op de CHARACTERtoets drukt, wordt de weergave als volgt gewijzigd: Wanneer de invoertaal is ingesteld op Engels: Weergave Tekentype
16NL
a/0
Engelse kleine letters/ hoofdletters en cijfers
A/0
Engelse hoofdletters/kleine letters en cijfers
à/0
Engelse kleine letters/ hoofdletters (inclusief tekens met een trema) en cijfers
À/0
Engelse hoofdletters/kleine letters (inclusief tekens met een trema) en cijfers
0
Cijfers
Weergave van ingevoerde bytes In dit gedeelte wordt [Aantal bytes ingevoerd/het maximum aantal bytes] weergegeven. Voor het invoeren van één teken is één byte vereist.
Tekst invoeren U kunt tekst invoeren met de bijgeleverde afstandsbediening, op dezelfde manier als met uw mobiele telefoon.
1 Druk herhaaldelijk op CHARACTER om het gewenste tekentype te selecteren.
2 Druk op de bijbehorende cijfer-/
teksttoetsen om de gewenste tekens in te voeren.
3 Druk op ENTER om de tekenreeks in te voeren.
Overige handelingen Actie
Handeling:
De vorige status herstellen
Druk op BACK.
De cursor verplaatsen
Druk op ///.
Hoofdletters/kleine letters invoeren ("A" of "a")
Druk op a/A of druk herhaaldelijk op de bijbehorende cijfer-/ teksttoets.
Symbolen invoeren (zoals $)
Open het optiemenu, selecteer [Input symbol] en selecteer vervolgens het gewenste symbool.
De Sony-versterker instellen U kunt de afstandsbediening gebruiken om de Sony-versterker te bedienen (in-/ uitschakelen en volume). Cijfertoetsen (1 - 4)
AMPLIFIER
Tekstinvoermodus Open het optiemenu wijzigen (overschrijven en selecteer [Insert] of of invoegen) [Overwrite].
Dezelfde tekenreeks op een andere plaats gebruiken Kopiëren/Knippen/Plakken
1 Open het optiemenu, selecteer [Edit] – [Copy] of [Cut] en druk op ENTER.
2 Druk op / om de eerste letter te
selecteren van de tekenreeks die u wilt kopiëren of knippen en druk op ENTER.
3 Druk op / om de laatste letter te
selecteren van de tekenreeks die u wilt kopiëren of knippen en druk op ENTER. Als u [Cut] hebt geselecteerd, wordt de tekenreeks verwijderd uit de zin.
4 Verplaats de cursor naar het punt waar u de tekenreeks wilt plakken.
5 Open het optiemenu, selecteer [Edit]
– [Paste] en druk op ENTER. De tekenreeks wordt op dat punt ingevoegd. De tekenreeks wordt ingevoegd zonder de bestaande tekst te overschrijven, zelfs als de invoermodus is ingesteld op "Overwrite".
AMPLIFIER VOLUME +/–
Druk op de bijbehorende cijfertoets (1 tot en met 4) terwijl u op AMPLIFIER drukt om de Sony-versterker te selecteren. Druk op
Type versterker
en 1
Stereoversterker of -receiver van Sony
AMPLIFIER en 2
Mini-/microsysteem van Sony
AMPLIFIER en 3
AV-receiver, meerkanaals versterker of thuisbioscoop van Sony
AMPLIFIER en 4
Thuisbioscoop van Sony
AMPLIFIER
(Fabrieksinstelling)
Opmerking
Het is mogelijk om de code van de afstandsbediening te wijzigen om de afstandsbediening compatibel te maken met een meerkanaals versterker of thuisbioscoop. Als u niet weet over welk type Sonyversterker u beschikt, probeert u elk van de vier bovenstaande codes te selecteren om te bepalen welke code overeenkomt met uw versterker. Deze afstandsbediening is mogelijk niet compatibel met bepaalde Sony-producten.
17NL
De klok instellen De tijd op de klok moet correct zijn ingesteld voor een juiste werking van de functies. U kunt de klok handmatig instellen of door verbinding te maken met internet.
De klok handmatig instellen
1
Open het instelmenu, selecteer [Clock setting] en druk op ENTER.
9
Selecteer [Apply] en druk op ENTER. De tijd wordt weergegeven bij [Current time].
10 Selecteer [Close] en druk op ENTER. Opmerking
Wanneer het venster voor de tijdsinstelling wordt weergegeven als het apparaat wordt ingeschakeld, verdwijnt het venster automatisch als er gedurende enige tijd geen handeling wordt uitgevoerd. Als de tijd onjuist is ingesteld, kunt u de tijd correct instellen met het instelmenu.
De datum- en tijdnotatie wijzigen U kunt de notatie M/D/J, D/M/J of J/M/D selecteren voor de datum en de 12-uurs of 24-uurs notatie voor de tijd.
1 Open het instelmenu, selecteer [Screen setting] en druk op ENTER.
2 Selecteer de datum- en tijdnotatie.
18NL
2
Selecteer [Online auto-sync clock setting] en druk op ENTER.
3 4
Selecteer [Off ] en druk op ENTER. Selecteer [Date input] en druk op ENTER.
5
Druk op / om jaar/maand/dag te selecteren en druk op / om de waarde aan te passen. De datum wordt in de volgorde jaar, maand en dag ingesteld.
6
Druk op / om uur/minuten te selecteren, druk op / om de waarde in te stellen en druk op ENTER.
7
Selecteer de gewenste plaats bij [Time zone]. Als de gewenste plaats niet bij [Time zone] wordt weergegeven, selecteert u een plaats die zich in dezelfde tijdzone bevindt als de gewenste plaats.
8
Selecteer [Standard] of [Summer time] bij [Summer time].
Wanneer u de datumnotatie selecteert: Selecteer [MM/DD/YYYY], [DD/MM/ YYYY] of [YYYY/MM/DD] bij de instelling voor de datumnotatie. Wanneer u de tijdnotatie selecteert: Selecteer [HH:MM] (24-uurs notatie) of [HH:MM AM/PM] (12-uurs notatie) bij de instelling voor de tijdnotatie.
3 Selecteer [Execute] en druk op ENTER.
De klok instellen via een internetverbinding — NTP U kunt de klok instellen door op het apparaat verbinding te maken met de NTP-server (Network Time Protocol) op internet. Voordat u deze functie gebruikt, moet u ervoor zorgen dat het netwerk al is ingesteld (pagina 82).
1
Open het instelmenu, selecteer [Clock setting] en druk op ENTER. Het venster voor de klokinstelling wordt weergegeven.
2
Selecteer [Online auto-sync clock setting] en druk op ENTER.
3 4
Selecteer [On] en druk op ENTER.
5
Geef de servernaam op en druk op ENTER. Zie "Tekst invoeren" op pagina 15 voor meer informatie over het invoeren van tekst.
6
Selecteer de gewenste plaats bij [Time zone]. Als de gewenste plaats niet bij [Time zone] wordt weergegeven, selecteert u een plaats die zich in dezelfde tijdzone bevindt als de gewenste plaats.
7
Selecteer [Standard] of [Summer time] bij [Summer time].
8
Selecteer [Apply] en druk op ENTER. De klok wordt automatisch ingesteld.
9
Selecteer [Close] en druk op ENTER.
De fabrieksinstelling voor de servernaam herstellen Druk in stap 5 herhaaldelijk op de CLEARtoets tot de servernaam is verwijderd.
De procedure annuleren Druk op BACK. Opmerkingen Het apparaat kan wellicht geen verbinding maken met de NTP-server als de internetinstelling niet correct is opgegeven. Als u een proxyserver gebruikt, worden overdrachten mogelijk niet doorgestuurd naar de NTP-server. Als dit gebeurt, neemt u contact op met uw internetprovider.
Selecteer [Server name] en druk op ENTER. Het tekstinvoervenster wordt weergegeven. Als [NtpServer] wordt weergegeven, maakt het apparaat verbinding met de ingestelde server. Als de servernaam juist is, gaat u verder met stap 6.
19NL
Muziek beluisteren
Een CD afspelen
Over de weergave voor het afspelen van CD's Tracknaam of bestandsnaam
Tijdsinformatie (verstreken tijd) Afspeelaanduiding
Met dit apparaat kunnen audio-CD's en CD-R/RW's met MP3-audiotracks worden afgespeeld. Zie pagina 106 voor meer informatie over afspeelbare discs. Zie pagina 80 voor meer informatie over het aansluiten van de versterker. CD
Afspeelmodus Albumnaam of mapnaam Artiestennaam
1 2
Stel de bronkeuzeschakelaar op de versterker in op de functie voor dit apparaat. Druk op en plaats een disc in de disclade. De disclade wordt geopend.
Geselecteerde lijstmodus
Tip
In de weergave voor het afspelen van CD's wordt de ID3-informatie op MP3-discs niet weergegeven. Als u deze informatie wilt weergeven, opent u het optiemenu en selecteert u [Display] – [ID3 info] (pagina 22).
Overige handelingen
Plaats een disc met de labelzijde omhoog.
3
20NL
De disclade wordt gesloten wanneer u nogmaals op drukt. Vervolgens wordt automatisch gezocht naar de titelinformatie voor de disc. Als het apparaat is verbonden met internet, wordt de titelinformatie die zich niet in de database van het apparaat bevindt, van het web gehaald (pagina 82). Druk op CD. Het afspelen wordt gestart. De indeling (audio-CD of CD-R/RW met MP3-audio) wordt herkend en de juiste modus wordt automatisch ingesteld. Als een disc twee indelingen bevat, moet u de modus handmatig wijzigen (pagina 21).
Actie Handeling: Afspelen stoppen Druk op . Afspelen Druk op . Druk nogmaals onderbreken op of op om het afspelen te hervatten. Een punt in een Houd / ingedrukt track zoeken tijdens het afspelen en laat de toets los op het gewenste punt. De vorige/ Druk tijdens het afspelen op volgende track /. selecteren Een track Druk op / (/// selecteren voor een MP3-disc) om een track te selecteren. Een album Druk op ALBUM+ of selecteren (alleen ALBUM– om een album te voor MP3-discs) selecteren. De disc Druk op de hoofdeenheid verwijderen op .
Een track selecteren met de cijfertoetsen
De audio-CD- of MP3-modus handmatig wijzigen
1 Druk op een cijfertoets terwijl de
Als een disc twee trackindelingen (audioCD en MP3) bevat, moet u opgeven welke indeling moet worden afgespeeld. Open het optiemenu en selecteer [Mode switch] – [Audio CD] of [MP3].
tracklijst (van de trackdirectory) wordt weergegeven. Het pop-upvenster voor het invoeren van een tracknummer wordt weergegeven. Voer het tracknummer in.
Titelinformatie ophalen
Voor tracknummers 10 en hoger drukt u voor elk cijfer op een cijfertoets. Voor 124 drukt u bijvoorbeeld op [1], [2] en [4].
2 Druk op ENTER. De hoofdweergave wordt opnieuw weergegeven en de geselecteerde track wordt afgespeeld.
Opmerking
In de MP3-modus kunnen tracks niet worden geselecteerd met cijfertoetsen wanneer de albumdirectory wordt weergegeven.
De weergave met tijdsinformatie wijzigen Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op DISPLAY. De tijdsinformatie schakelt tussen de verstreken tijd en de resterende tijd. Elapsed
time De verstreken tijd wordt weergegeven van de track die momenteel wordt afgespeeld of is onderbroken.
Remaining time
De resterende tijd wordt weergegeven van de track die momenteel wordt afgespeeld of is onderbroken.
Dit apparaat is voorzien van een database met een bepaalde hoeveelheid informatie over CD's die wordt geleverd door de muziekherkenningsservice Gracenote®. Als het apparaat is verbonden met internet (pagina 82), kunt u met deze functie via het web titelinformatie ophalen die niet is opgenomen in de database. De muziekherkenningsservice Gracenote® levert informatie als albumnamen, artiestennamen en tracknamen uit zijn online databaseserver met titelinformatie. Opmerking
Met deze functie kan geen informatie voor gegevensCD's worden opgehaald.
De titelinformatie handmatig ophalen Titelinformatie wordt automatisch opgehaald wanneer er een CD wordt geplaatst, maar u kunt deze informatie ook handmatig ophalen.
1 Terwijl het apparaat is gestopt, opent u
het optiemenu en selecteert u [Title info] – [Obtain]. Vervolgens wordt de titelinformatie gezocht en worden de zoekresultaten weergegeven.
2 Controleer de zoekresultaten en selecteer
[Obtain]. De titelinformatie wordt opgehaald van het web. Als u op drukt in plaats van op [Obtain], wordt de CD afgespeeld.
(Fabrieksinstelling)
Tip
U kunt ook het optiemenu gebruiken om de tijdsinformatie te wijzigen. Open het optiemenu en selecteer [Display] – [Time] – [Elapsed time] of [Remaining time].
21NL
Andere titelinformatie ophalen
Selecteer online [Search] terwijl de zoekresultaten worden weergegeven. Er wordt opnieuw naar titelinformatie gezocht en als er iets wordt gevonden, worden de zoekresultaten bijgewerkt. De zoekresultaten worden ook bijgewerkt als dezelfde informatie wordt gevonden.
De titelinformatie wissen
Open het optiemenu en selecteer [Title info] – [Clear].
De instelling voor het ophalen van titelinformatie wijzigen
1 Open het optiemenu en selecteer [Setting] – [Obtain title info].
Tip
Als er geen titelinformatie beschikbaar is, wordt er CD TEXT-informatie weergegeven. CD TEXTinformatie is alleen opgeslagen op discs die de CD TEXT-norm ondersteunen.
Informatie over een CD weergeven
1
Terwijl het apparaat is gestopt, selecteert u de gewenste track in de lijstweergave.
2
Open het optiemenu en selecteer [Display] – [Album info] of [Track info]. Album info1)
Er wordt gedetailleerde informatie over het album weergegeven (weergave met albumgegevens).
Track info1)
Er wordt gedetailleerde informatie over de geselecteerde track weergegeven (weergave met trackgegevens).
ID3 info
Er wordt ID3taginformatie weergegeven voor de geselecteerde MP3track (weergave met trackgegevens (ID3)).
2 Selecteer de gewenste instelling voor [Auto title labeling]. On
Off
Titelinformatie wordt automatisch opgehaald wanneer er een CD wordt geplaatst. Er wordt niet automatisch titelinformatie opgehaald.
(Fabrieksinstelling)
1) Alleen voor audio-CD's.
3 Selecteer [Close]. Wanneer er meerdere zoekresultaten worden weergegeven voor een CD Selecteer de gewenste informatie in de lijst.
Trackinformatie voor een album weergeven Selecteer het album in de weergegeven lijst.
De gewenste taal voor het weergeven van CD TEXTinformatie instellen Selecteer de taal voor de instelling [CD TEXT display]. Wanneer u de weergavetaal wijzigt (pagina 12), wordt deze instelling ook gewijzigd.
22NL
Als u de volledige tekenreeks voor de titel, de artiest, het genre of de albumnaam wilt weergeven2), drukt u op / om het betreffende vak te selecteren en drukt u op ENTER. Druk op / om de weergave te schuiven.
2) Wordt
alleen weergegeven in de weergave met trackgegevens (ID3).
De radio beluisteren
Over de weergave voor radioontvangst Zendernaam*
Frequentie
Zie pagina 80 voor meer informatie over het aansluiten van de versterker.
FM/AM
Voorinstelnummer
Afstemmingsmodus
* Als de zender RDS-services (Radio Data System) levert, wordt er RDS-informatie weergegeven (alleen op Europese modellen).
PRESET–
PRESET+
Tips
TUNING–
TUNING+
Als u in een FM-stereo-uitzending ruis hoort, opent u het optiemenu en selecteert u [Setting] – [FM mode] – [Monaural]. U hoort de uitzending in dat geval niet meer in stereo, maar de ontvangst is wel beter. Als u stereo-ontvangst weer wilt instellen, voert u dezelfde procedure uit en selecteert u [Auto stereo]. Voor een betere ontvangst kunt u ook de richting of locatie van de antenne wijzigen. Plaats de antenne bijvoorbeeld in de buurt van (of buiten) een raam. Als de ontvangst niet beter wordt, kunt u het beste een externe antenne aanschaffen.
Een radiozender selecteren
1
Stel de bronkeuzeschakelaar op de versterker in op de functie voor dit apparaat.
2
Druk op FM/AM of open het functiemenu en selecteer [FM/AM].
3
Druk herhaaldelijk op FM/AM om FM of AM te selecteren.
4
Selecteer een radiozender. Handmatig Druk herhaaldelijk op afstemmen TUNING +/– tot de frequentie van de gewenste radiozender wordt weergegeven. Automatisch afstemmen
Houd TUNING +/– ingedrukt. Het scannen wordt automatisch gestopt wanneer op een zender is afgestemd. Druk op om het scannen te annuleren.
Afstemmen op vooraf ingestelde zenders
Als er vooraf ingestelde zenders beschikbaar zijn, drukt u op / of PRESET +/– om de vooraf ingestelde zender te selecteren.
23NL
Radiozenders vooraf instellen Een FM-zender vooraf instellen
1 Open de FM/AM-functie en selecteer FM. 2 Open het optiemenu en selecteer [Store preset].
3 Selecteer een voorinstelnummer. 4 Selecteer [Station] en voer de naam van de
radiozender in. Als de in deze stap ingevoerde radiozender informatie via RDS (Radio Data System) levert, wordt deze informatie weergegeven in het gebied voor de zendernaam. Als u deze functie wilt gebruiken, stelt u [Indic. priority] in op [RDS]. Als de zender de RDS-service niet levert, wordt alleen de in deze stap ingevoerde zendernaam weergegeven in dit gebied.
5 Selecteer [Frequency] en pas de frequentie aan met /. Als u [Auto-tuning] selecteert in de vervolgkeuzelijst [Tuning mode] , wordt er automatisch gescand tot er een station is gevonden.
6 Selecteer [Apply]. Tip
Als u [Indic. priority] instelt op [Station], maar geen zendernaam invoert in stap 4, wordt er in het gebied voor de zendernaam RDS-informatie weergegeven als deze wordt geleverd door de zender.
24NL
Een AM-zender vooraf instellen
1 Open de FM/AM-functie en selecteer AM. 2 Open het optiemenu en selecteer [Store preset].
3 Selecteer een voorinstelnummer. 4 Selecteer [Station] en voer de naam van de radiozender in.
5 Selecteer [Frequency] en pas de frequentie aan met /. Als u [Auto-tuning] selecteert in de vervolgkeuzelijst [Tuning mode] , wordt er automatisch gescand tot er een station is gevonden.
6 Selecteer [Apply]. Een andere zender vooraf instellen Herhaal de procedure vanaf stap 3.
Tip
Als u een FM-stereo-uitzending wilt wijzigen in een mono-uitzending om de ontvangstkwaliteit te verbeteren, selecteert u [FM mode] in de weergave voor het registreren van vooraf ingestelde zenders en selecteert u vervolgens [Monaural]. Als u stereoontvangst weer wilt instellen, selecteert u [Auto stereo]. Deze selectie wordt opgeslagen als onderdeel van de instelling voor vooraf ingestelde zenders.
Gedetailleerde informatie over een radiozender weergeven Open het optiemenu en selecteer [Detail info]. Als u de volledige tekenreeks voor de informatie wilt weergeven, drukt u op / om het vak van de gewenste items te selecteren.
Herhaaldelijk afspelen · Willekeurig afspelen U kunt tracks in willekeurige volgorde beluisteren (willekeurig afspelen) of één track herhaaldelijk beluisteren (herhaaldelijk afspelen).
1
Terwijl het apparaat is gestopt in de CD-functie, opent u het optiemenu en selecteert u [Setting] – [Play mode].
Lijst met instellingen Play mode Continue
(geen)
Shuffle
Alle tracks worden afgespeeld in de volgorde van de CD. De tracks worden afgespeeld in willekeurige volgorde.
(Fabrieksinstelling)
Repeat Off
(geen)
Herhaaldelijk afspelen is uitgeschakeld.
On
Alle tracks op de CD worden herhaald.
Track
Er wordt slechts één track herhaald.
(Fabrieksinstelling)
2 3
Selecteer het item dat u wilt instellen.
4
Selecteer [Close]. De instellingen worden weergegeven.
Stel elk item in. Selecteer de items in de vervolgkeuzelijst en stel de items in (weergegeven in de "Lijst met instellingen" hieronder).
Herhalen Afspeelmodus
25NL
De vaste schijf (HDD) gebruiken
Opnemen op/importeren naar de HDD U kunt tracks van verschillende geluidsbronnen opnemen in of importeren naar de HDD Jukebox.
Materiaal dat kan worden opgenomen/geïmporteerd U kunt tracks van de onderstaande geluidsbronnen opnemen of importeren. CD
Radio
Extern apparaat
USB-opslagapparaat
Gedeelde map op een computer
Functie
CD
FM/AM
HDD JUKEBOX
HDD JUKEBOX
Te gebruiken toets/menu
HDD REC -toets
HDD REC -toets
ANALOG IN DIGITAL IN1) HDD REC -toets
Optiemenu ([Import])
Optiemenu ([Import])
Opname-/ importeenheid
Track/Album
—
—
Map
Map
Te selecteren audio-indeling tijdens opname/ import
Linear PCM/ ATRAC/MP3
Linear PCM/ ATRAC/MP3
Linear PCM/ MP3/ MP3/ ATRAC/MP3 Linear PCM2)/ Linear PCM2)/ ATRAC2) ATRAC2)
Bitsnelheid ondersteund door de geselecteerde audio-indeling
Bitsnelheid ondersteund door de geselecteerde audioindeling
Te selecteren Bitsnelheid bitsnelheid tijdens ondersteund opname/import door de geselecteerde audio-indeling 1) Opname
Dezelfde als die van de bron
Dezelfde als die van de bron
via DIGITAL IN is niet mogelijk als het digitale signaal* van de bron bescherming tegen digitaal kopiëren bevat. (*: Zoals signalen vanaf digitaal opgenomen MD's of DAT-cassettes van auteursrechtelijk beschermd materiaal of vanaf digitale televisietuners van uitzendingen met kopieerbeveiliging die is ingesteld door de televisiemaatschappijen.) 2) Alleen tracks met de extensie ".oma" en zonder copyrightbeveiliging.
26NL
Over audio-indelingen U kunt de indeling selecteren van de audiogegevens die worden opgeslagen in de HDD Jukebox. Aangezien de hoeveelheid gegevens die kan worden overgedragen en de overdrachtscompatibiliteit met een apparaat of disc afhankelijk is van de audio-indeling, moet u de juiste indeling voor uw omgeving selecteren. Linear PCM
ATRAC ATRAC3
ATRAC3plus
MP3
Compressie
Geen compressie (geluidskwaliteit is gelijk aan die van audio-CD's)
Ongeveer 1/10 van Linear PCM-gegevens
Ongeveer 1/20 van Linear PCM-gegevens
Ongeveer 1/10 van Linear PCM-gegevens
Ondersteunde bewerkingsfuncties
Edit info Delete Move Divide Combine Convert format
Edit info Delete Move Divide Combine
Edit info Delete Move Divide Combine
Edit info Delete Move
"WALKMAN" (ATRAC AD) PSP
"WALKMAN" (ATRAC AD) PSP
"WALKMAN" (ATRAC AD) USBopslagapparaat
Apparaten* waarnaar "WALKMAN" de audiogegevens (ATRAC AD) kunnen worden overgedragen
* Raadpleeg de website voor klantenondersteuning van Sony Europe op http://support.sony-europe.com/ (alleen voor klanten in Europa) voor compatibele modellen.
27NL
Het apparaat instellen voor opnemen/ importeren
HDD REC
HDD REC HDD REC
Lijst met instellingen Format/Bit rate In de volgende tabel worden de audioindelingen weergegeven die u kunt selecteren wanneer u opneemt op de HDD en de betreffende bitsnelheid (dat wil zeggen, het gegevensvolume). Format
//// ENTER
1
Open het optiemenu voor de betreffende functie en selecteer [Setting] – [Record].
Bit rate
ATRAC3
66kbps 105kbps 132kbps
ATRAC3plus
48kbps 64kbps 256kbps
Linear
PCM
—
MP3
96kbps 128kbps 160kbps 192kbps 256kbps
Wanneer de CD-functie is geselecteerd (Fabrieksinstelling)
2 3
4
Monitor sound Wanneer u een audio-CD opneemt op de HDD, kunt u het geluid controleren tijdens de opname. In dit geval wordt de controle van het geluid gestopt wanneer de opname wordt gestopt. Selecteer het item dat u wilt instellen. Stel het item in. Selecteer de items in de vervolgkeuzelijst en stel de items in (weergegeven in de "Lijst met instellingen" hieronder).
On (continue)
Het geluid wordt doorlopend gecontroleerd vanaf de eerste track.
On (Intro play)
Het geluid wordt gecontroleerd gedurende de eerste paar seconden van elke track, vanaf de eerste tot en met de laatste track. (Wanneer de volgende track wordt opgenomen, wordt de volgende track gecontroleerd.)
Selecteer [Close].
Off
Het geluid wordt niet gecontroleerd. De opname wordt sneller voltooid dan wanneer het geluid wordt gecontroleerd.
(Fabrieksinstelling)
28NL
Track mark Tijdens opnemen met de FM/AM-, ANALOG IN- of DIGITAL IN-functie worden trackmarkeringen automatisch toegevoegd. Het interval tussen de trackmarkeringen kan worden opgegeven. Als "Track mark" is ingesteld op "Auto" in de FM/AM-functie, maakt het apparaat onderscheid tussen muziek en spraak en wordt er een trackmarkering tussen beide geplaatst.
LEVEL SYNC level (alleen FM/AM- en ANALOG IN-functies)* U kunt het detectieniveau voor het invoersignaal instellen waarop er automatisch een trackmarkering wordt toegevoegd. Instelbereik: –96dB tot 0dB –50,0dB
FM/AM every 10 min every
30 min
every 60 min every 120 min
Het apparaat voegt automatisch op opgegeven intervallen een trackmarkering toe.
LEVEL SYNC
Het apparaat voegt een trackmarkering toe op basis van het invoerniveau.
Auto
Het apparaat voegt een trackmarkering toe tussen muziek en spraak.
(Fabrieksinstelling)
(Fabrieksinstelling) * De functie kan alleen worden gebruikt als "Track mark" is ingesteld op "LEVEL SYNC".
Opmerking
Wanneer u opneemt via DIGITAL IN, is het synchronisatieniveau vast ingesteld op –84,0 dB.
SMART SPACE (alleen ANALOG IN- en DIGITAL IN-functies) On
ANALOG IN en DIGITAL IN* every 10 min every 30 min every 60 min every 120 min LEVEL
SYNC
Het apparaat voegt automatisch op opgegeven intervallen een trackmarkering toe. Het apparaat voegt een trackmarkering toe op basis van het invoerniveau.
(Fabrieksinstelling) * Als u opneemt vanaf een CD-, MD- of DAT-deck via DIGITAL IN, worden trackmarkeringen toegevoegd op opgegeven intervallen en op dezelfde locaties als in de bron.
Als het apparaat vanwege ruis moeite heeft om het synchronisatieniveau te detecteren, stelt u een hoger niveau in. De fabrieksinstelling voor het niveau is –50,0 dB.
Off
Wanneer er gedurende ten minste 3 seconden geen geluid wordt ingevoerd, wordt dit interval met de SMART SPACE-functie vervangen door een lege ruimte van 3 seconden. Wanneer er gedurende ten minste 30 seconden geen geluid wordt ingevoerd, wordt de opname automatisch onderbroken. Na 10 minuten zonder geluidsinvoer wordt de opname automatisch gestopt. Het apparaat detecteert de stille gedeelten op basis van de instelling bij "LEVEL SYNC level". De SMART SPACE-functie wordt niet gebruikt.
(Fabrieksinstelling)
Opmerking
Als u opneemt vanaf een CD-, MD- of DAT-deck via DIGITAL IN, wordt de SMART SPACE-functie automatisch ingesteld op "Off ".
29NL
Auto title (alleen ANALOG IN- en DIGITAL IN-functies)* On
Het apparaat haalt automatisch titelinformatie op op basis van de golfvorm van de track.
Off
De optie voor automatische titels wordt niet gebruikt.
(Fabrieksinstelling) * De functie kan alleen worden gebruikt als "Track mark" is ingesteld op "LEVEL SYNC".
De opnamebestemming op de HDD wijzigen Wanneer u tracks van een CD, radio of externe component opneemt, kunt u de bestemming (hieronder weergegeven) selecteren met [Setting] – [Rec destination] in het optiemenu. My
library
Folder
Deze bestemming is de fabrieksinstelling. Een lijst met mappen op de HDD Jukebox wordt in een vervolgkeuzelijst weergegeven. Als u een nieuwe map wilt maken, selecteert u [New folder].
Een CD opnemen op de HDD In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een audio-CD kunt opnemen in de HDD Jukebox. U kunt afzonderlijke tracks of alle tracks in één keer opnemen.
Alle tracks op een CD opnemen
1 Open het functiemenu en selecteer [CD]. U kunt de volgende items instellen in het optiemenu van de CD-functie (pagina 28 tot en met deze pagina). Format Bit rate Monitor sound Recording destination
2 Plaats een CD in de disclade. De titelinformatie voor de CD wordt automatisch opgehaald en weergegeven (pagina 21).
3 Druk op HDD REC . De opname wordt gestart. Track die worden opgenomen en verstreken tijd
Bestemmingsmap en -album (groep)
(Fabrieksinstelling)
Opmerkingen De opname-instellingen kunnen niet worden gewijzigd als er wordt opgenomen of als de opname is onderbroken. "SMART SPACE" en "LEVEL SYNC level" kunnen alleen worden gebruikt voor tracks die ten minste 16 seconden lang zijn. De instelling voor de opnamebestemming kan niet worden gewijzigd tijdens de opname of als de opname is onderbroken.
Tip
Er kan een afzonderlijke opnamebestemming worden ingesteld voor de CD-, FM/AM-, ANALOG IN- en DIGITAL IN-functies.
30NL
Naam en verstreken tijd van gecontroleerde track (alleen als "Monitor sound" is ingesteld)
Resterende opnametijd op de HDD Indeling, bitsnelheid en pictogram voor geluidscontrole
Wanneer de opname is voltooid, schakelt de weergave automatisch over naar de hoofdweergave van de CD-functie. Als u de opname wilt annuleren, drukt u op HDD REC .
Afzonderlijke tracks selecteren en opnemen
1 Open het functiemenu en selecteer [CD]. U kunt de volgende items instellen in het optiemenu van de CD-functie (pagina 28 tot en met 30). Format Bit rate Monitor sound Recording destination
Een radio-uitzending opnemen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u van de radio kunt opnemen in de HDD Jukebox.
1
2 Plaats een CD in de disclade. 3 Druk op HDD REC als de hoofdweergave wordt weergegeven. Tracks met vinkjes worden opgenomen.
Druk op FM/AM of open het functiemenu en selecteer [FM/AM]. U kunt de volgende items instellen in het optiemenu van de FM/AM-functie (pagina 28 tot en met 30). Format Bit rate Track mark* LEVEL SYNC level Recording destination
* Zie "Muziek en spraak automatisch detecteren" (pagina 32) voor meer informatie.
4 Selecteer de tracks die u wilt opnemen. Druk op ENTER om de vinkjes te verwijderen voor tracks die u niet wilt opnemen.
5 Druk op HDD REC .
2
Druk op FM/AM om FM of AM te selecteren.
3
Stem af op de radiozender (pagina 23).
4
Druk op HDD REC . De opname wordt gestart.
5
Druk op HDD REC . De opname wordt gestopt. Als u de opname wilt onderbreken, drukt u op HDD REC .
De opname wordt gestart.
Tip
Als u alle tracks wilt selecteren, opent u het optiemenu en selecteert u [Select track] – [Select all]. Als u de selectie van alle tracks ongedaan wilt maken, selecteert u [Select track] – [Clear all].
Tip
Tijdens de opname wordt een trackmarkering toegevoegd wanneer u op de HDD REC -toets drukt (als u voor "Track mark" een andere instelling dan "Auto" hebt opgegeven). Er kunnen alleen trackmarkeringen worden toegevoegd voor tracks die ten minste 16 seconden lang zijn.
31NL
Muziek en spraak automatisch detecteren (voor radiouitzendingen met muziek en gesprekken)
2
Als "Track mark" is ingesteld op "Auto" in de FM/AM-functie, maakt het apparaat onderscheid tussen muziek en spraak en worden beide in verschillende tracks opgenomen.
Wanner u de inhoud in de HDD Jukebox afspeelt, kunt u alleen de muziek of alleen de gesprekken afspelen door de lijst te wijzigen (pagina 35 en 38).
3 Als u de DIGITAL IN-functie selecteert, drukt u op / om [Coaxial] of [Optical] te selecteren in de hoofdweergave.
Opmerking
Zelfs als "Track mark" is ingesteld op "Auto", kan het apparaat mogelijk geen perfect onderscheid maken tussen muziek en spraak, afhankelijk van het geluid.
Tips Als u opneemt met "Track mark" ingesteld op "Auto", bestaan de tracktitels uit [T] (spraak) of [M] (muziek), datum, starttijd van de opname en naam van de radiozender (of band en frequentie als er geen naam is geregistreerd). Als u opneemt met "Track mark" ingesteld op "Auto", wordt de opname gecategoriseerd als een Radio Talk- of Radio Music-kanaal in x-DJ.
Opnemen vanaf een aangesloten externe component U kunt analoog of digitaal materiaal in de HDD Jukebox opnemen vanaf een externe component (zoals een draaitafel of MDdeck) die is aangesloten op het apparaat of een versterker. Zie pagina 80 voor meer informatie over het aansluiten van de versterker.
1
32NL
Selecteer de externe component (bron) waarvan u wilt opnemen op de versterker.
Druk op ANALOG IN of DIGITAL IN om de functie te selecteren. U kunt de volgende items instellen in het optiemenu van de ANALOG IN- en DIGITAL IN-functies (pagina 28 tot en met 30). Format Bit rate Track mark LEVEL SYNC level SMART SPACE Auto title Recording destination
4
Speel de bron af die is aangesloten op de versterker.
5
Druk op HDD REC . De opname wordt gestart.
6
Druk op HDD REC . De opname wordt gestopt. De weergave schakelt automatisch over naar de hoofdweergave nadat de opname is gestopt en de titelinformatie wordt opgehaald (alleen als "Auto title" is ingesteld op "On" en "Track mark" is ingesteld op "LEVEL SYNC"). Als u de opname wilt onderbreken, drukt u op HDD REC .
Het invoerniveau aanpassen (wanneer een component alleen is aangesloten op de ANALOG INaansluiting) U kunt het invoerniveau op het apparaat aanpassen. Als het invoerniveau laag is (zoals wanneer u opneemt vanaf een draagbaar apparaat via ANALOG IN), stelt u de gevoeligheid in op [High sens.]. Open het optiemenu en selecteer [Setting] – [Switch In sens.] – [Normal] of [High sens.].
Tips Tijdens de opname wordt een trackmarkering toegevoegd wanneer u op de HDD REC -toets drukt. Er kunnen alleen trackmarkeringen worden toegevoegd voor tracks die ten minste 16 seconden lang zijn. Wanneer "Auto title" is ingesteld op "Off ", worden de opnamedatum en -tijd geregistreerd.
Bestanden importeren vanaf een USBopslagapparaat U kunt audiobestanden op een USBopslagapparaat importeren naar de HDD Jukebox.
1 2 3 4
5
6
Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX]. Sluit het USB-opslagapparaat aan op de USB-aansluiting op het apparaat. Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van het opslagapparaat. Open het optiemenu en selecteer [Import] – [USB storage]. Als het selectievenster voor het opslagmedium wordt weergegeven, selecteert u het opslagmedium. Als het aangesloten USBopslagapparaat maar één station bevat, wordt het selectievenster voor het opslagmedium niet weergegeven. Selecteer de albums die u wilt importeren. De geselecteerde albums worden voorzien van een vinkje . U kunt een vinkje verwijderen door nogmaals op ENTER te drukken. Selecteer [Import].
Opmerkingen U kunt maximaal 10.000 tracks in één keer importeren (pagina 99). Als er tegelijkertijd twee USB-opslagapparaten zijn aangesloten op beide aansluitingen (achterzijde en voorzijde), krijgt het apparaat dat aan de voorzijde is aangesloten voorrang.
Bestanden importeren uit een gedeelde map op de computer Wanneer het apparaat is verbonden met een netwerk, kunt u audiobestanden uit gedeelde mappen op de computer importeren naar de HDD Jukebox. Als u dit wilt doen, moet de map van tevoren worden opgegeven als een gedeelde map (pagina 91).
1
Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX].
2
Open het optiemenu en selecteer [Import] – [PC shared folder].
3
Selecteer de gedeelde map door stap 1 tot en met 3 uit te voeren, zoals hieronder wordt beschreven.
1 Selecteer een van de volgende items. PC name
De computernaam of een IP-adres (maximaal 15 letters/cijfers)
Share name De gedeelde naam die is opgegeven toen de map werd ingesteld als gedeelde map (pagina 91) User name
De gebruikersnaam die is gebruikt voor toegang tot de computer toen de map werd ingesteld als gedeelde map
Password
Dit is alleen nodig als een wachtwoord voor de gedeelde map is opgegeven.
2 Geef de tekenreeks op die overeenkomt met het item dat u in stap 1 hebt geselecteerd. Zie "Tekst invoeren" op pagina 15 voor meer informatie over het invoeren van tekst.
3 Selecteer [Connect].
Vervolg
33NL
4
Selecteer de albums die u wilt importeren. De geselecteerde items worden voorzien van een vinkje . U kunt een vinkje verwijderen door nogmaals op ENTER te drukken.
5
Selecteer [Import].
De HDD Jukebox afspelen HDD
Opmerking
U kunt maximaal 10.000 tracks in één keer importeren (pagina 99).
De computernaam controleren (bij gebruik van Windows XP Professional)
Ga naar het menu Start en kies [Configuratiescherm] – [Systeem], open het venster Eigenschappen en klik op de tab [Computernaam] om de computernaam weer te geven bij [Volledige computernaam].
Het IP-adres controleren (bij gebruik van Windows XP Professional)
Ga naar het menu Start en kies [Configuratiescherm] – [Netwerkverbindingen], selecteer het gebruikte netwerk en klik op de tab [Ondersteuning] om het IP-adres weer te geven.
1
Stel de bronkeuzeschakelaar op de versterker in op de functie voor dit apparaat.
2
Druk op HDD. Het afspelen wordt gestart. Het afspelen wordt gestart vanaf de track die u als laatste hebt afgespeeld of opgenomen.
Over de afspeelweergave van de HDD Jukebox Tijdsinformatie (verstreken tijd) Tracknaam
Afspeelaanduiding
Albumnaam, enzovoort Artiestennaam
Overige handelingen
34NL
Actie
Handeling
Afspelen stoppen
Druk op .
Afspelen onderbreken
Druk op . Druk nogmaals op of om het afspelen te hervatten.
Een punt in een track zoeken
Houd / ingedrukt tijdens het afspelen en laat de toets los op het gewenste punt.
Actie
Handeling
Een vorige/ volgende track selecteren
Druk op / tijdens het afspelen.
Een track selecteren
Druk op /// om een track te selecteren. Of druk op de bijbehorende cijfertoets en druk op ENTER (pagina 21).
Een album selecteren
Druk op ALBUM+ of ALBUM –.
De weergave met tijdsinformatie selecteren
Druk tijdens het afspelen op DISPLAY om te schakelen tussen de verstreken tijd en de resterende tijd, of open het optiemenu en selecteer [Display] – [Time] – [Elapsed time] of [Remaining time] (pagina 21).
De lijstmodus wijzigen Tracks op de HDD Jukebox kunnen op verschillende manieren worden weergegeven, op basis van de informatie die voor elke track is opgeslagen. Tracks die worden weergegeven in een bepaalde "lijstmodus" (artiest, album, genre, enzovoort) kunnen achtereenvolgens worden afgespeeld in de volgorde waarin ze worden weergegeven.
1
Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX].
Opmerking
U kunt een track alleen selecteren met de cijfertoetsen als een trackdirectory (pagina 14) wordt weergegeven.
Album- of trackinformatie controleren
1
Selecteer het album of de track die u wilt controleren.
2
Open het optiemenu en selecteer [Display] – [Album info] of [Track info].
De huidige lijstmodus weergeven
2
Open het optiemenu en selecteer [Mode switch] – [(lijst)] of druk herhaaldelijk op om de "Mode"directory te selecteren en selecteer vervolgens de gewenste lijstmodus. Het apparaat schakelt over naar de geselecteerde lijstmodus (albummodus, artiestenmodus, enzovoort). Als u op / drukt, wordt de directory van elke lijstmodus gewijzigd. De directorystructuur (lijsttype) voor elke lijstmodus wordt weergegeven in de tabel op pagina 36.
Opmerking
Het is mogelijk dat niet alle tracks worden weergegeven, afhankelijk van het lijsttype.
Als u de volledige tekenreeks voor een titel, artiest of genre wilt weergeven, selecteert u het betreffende vak en drukt u op ENTER.
35NL
Lijstmodus Inhoud en directorystructuur (lijsttype) Album
Artist
Genre
Recording source
Folder
Playlist
Albums [Lijst met albums] – [Lijst met tracks] Artiesten [Lijst met artiesten] – [Lijst met albums] – [Lijst met tracks] Genres [Lijst met genres] – [Lijst met albums] – [Lijst met tracks] Opnamebronnen [Lijst met opnamebronnen] – [Lijst met albums] – [Lijst met tracks] Opnamebron: CD Radio ANALOG IN DIGITAL IN Bestand importeren Mappen [Lijst met mappen] – [Lijst met groepen] – [Lijst met tracks] Lijst met "Favorites" en andere afspeellijsten [Lijst met afspeellijsten] – [Lijst met tracks]
(Fabrieksinstelling)
Voorbeelden van de lijsten die voor elke lijstmodus worden weergegeven, worden op pagina 37 en 38 weergegeven.
36NL
De volgorde van de inhoud in de lijst wijzigen — Sorteren U kunt de volgorde wijzigen waarin items in een lijst worden weergegeven.
1 Selecteer de lijst die u wilt sorteren. 2 Open het optiemenu en selecteer [Display] – [Sort] – [(sorteercriterium)]. Lijsttype
Sorteercriterium
Album
Date:
new to old
Date: old to new ABC...* ZYX... Artiest
ABC...
ZYX... Genre
ABC...
ZYX... (Fabrieksinstelling) * De inhoud wordt weergegeven in de volgorde letters, cijfers en symbolen.
Opmerking
Inhoud kan niet worden gesorteerd in de mapmodus of de afspeellijstmodus.
[Voorbeeld 1 voor weergave in lijstmodus]
In het volgende voorbeeld is een CD opgenomen in de map "My library" op de HDD en zijn de eerste en derde track toegevoegd aan "Favorites".
Genremodus
CD "GJ & Friends" Track- Tracknaam nummer
Artiestennaam
Genre
Genredirectory
Albumdirectory
Trackdirectory
1
Fox tail
GJ
POP
JAZZ
GJ & Friends
Summer'07
2
Jukebox hero
Alzeeebra
ROCK
POP
GJ & Friends
3
Summer'07
Fern
JAZZ
Fox tail KISS
4
Grids
VETCH
ROCK
ROCK
GJ & Friends
5
KISS
Fern
POP
Jukebox hero Grids
Nadat de tracks zijn opgenomen, wordt de volgorde waarin de tracks worden weergegeven, gewijzigd wanneer een andere lijstmodus wordt gebruikt, zoals in de onderstaande tabellen wordt weergegeven.
Opnamebronmodus Opnamebrondirectory
Albumdirectory
Trackdirectory
CD
GJ & Friends
Fox tail Jukebox hero Summer'07 Grids KISS
Albummodus Albumdirectory
Trackdirectory
GJ & Friends
Fox tail Jukebox hero Summer'07 Grids KISS
Artiestenmodus Artiestendirectory
Albumdirectory
Trackdirectory
Alzeeebra
GJ & Friends
Jukebox hero
Fern
GJ & Friends
Summer'07 KISS
GJ
GJ & Friends
Fox tail
VETCH
GJ & Friends
Grids
Mapmodus Mapdirectory
Groepsdirectory (album)
Trackdirectory
My library
GJ & Friends
Fox tail Jukebox hero Summer'07 Grids KISS
Afspeellijstmodus Afspeellijstdirectory
Trackdirectory
Favorites
Fox tail Summer'07
37NL
[Voorbeeld 2 voor weergave in lijstmodus]
In dit voorbeeld is een FM GJ-BAY-uitzending opgenomen op 15 januari 2007 vanaf 14:00 tot 14:30 met "Track mark" ingesteld op "Auto".
Begin (muziek en spraak) Reclame Gesprek Muziek
Artiestenmodus Artiestendirectory
Albumdirectory
Trackdirectory
GJ-BAY [MUSIC]
15/1/2007 14:00 FM…
[M] 15/1/2007 14:00 FM… [M] 15/1/2007 14:08 FM…
GJ-BAY [TALK]
15/1/2007 14:00 FM…
[T] 15/1/2007 14:03 FM… [T] 15/1/2007 14:13 FM…
Gesprek Muziek
De inhoud is van begin tot eind opgenomen als één album. Album: 15/1/2007 14:00 FM GJ-BAY 1
[M] 15/1/2007 14:00 FM GJ-BAY
2
[T] 15/1/2007 14:03 FM GJ-BAY
3
[M] 15/1/2007 14:08 FM GJ-BAY
4
[T] 15/1/2007 14:13 FM GJ-BAY
5
[M] 15/1/2007 14:16 FM GJ-BAY
Genremodus Genredirectory
Albumdirectory
Trackdirectory
Radio [MUSIC]
15/1/2007 14:00 FM…
[M] 15/1/2007 14:00 FM… [M] 15/1/2007 14:08 FM…
Radio [TALK]
15/1/2007 14:00 FM…
[T] 15/1/2007 14:03 FM… [T] 15/1/2007 14:13 FM…
Opmerkingen Een muziekgedeelte dat ten minste 30 seconden lang is, wordt herkend als muziek. Als gesprekken en muziek elkaar overlappen, wordt het gehele gedeelte herkend als muziek.
Het opgenomen materiaal wordt in de verschillende lijstmodi weergegeven, zoals in de onderstaande tabellen wordt weergegeven. Albummodus
38NL
Albumdirectory
Trackdirectory
15/1/2007 14:00 FM GJ-BAY
[M] 15/1/2007 14:00 FM… [T] 15/1/2007 14:03 FM… [M] 15/1/2007 14:08 FM… [T] 15/1/2007 14:13 FM… [M] 15/1/2007 14:16 FM…
Opnamebronmodus Opnamebrondirectory
Albumdirectory
Trackdirectory
Radio
15/1/2007 14:00 FM…
[M] 15/1/2007 14:00 FM… [T] 15/1/2007 14:03 FM… [M] 15/1/2007 14:08 FM…
Herhaaldelijk afspelen · Willekeurig afspelen U kunt tracks in willekeurige volgorde beluisteren (willekeurig afspelen) of één track herhaaldelijk beluisteren (herhaaldelijk afspelen).
1
2 3
4
Terwijl het apparaat is gestopt in de HDD JUKEBOX-functie, opent u het optiemenu en selecteert u [Setting] – [Play mode].
Lijst met instellingen Play mode Continue
De tracks in de geselecteerde lijst worden op volgorde afgespeeld.
Shuffle
De tracks in de geselecteerde lijst worden in willekeurige volgorde afgespeeld.
(geen)
( Fabrieksinstelling)
Play area De tracks die worden afgespeeld, zijn afhankelijk van de geselecteerde lijstmodus (pagina 35). Geselec- Afspeelteerde gebied lijstmodus
Het apparaat
Album
Album
Alle tracks in het geselecteerde album worden afgespeeld.
All
Alle tracks in de albumlijst worden afgespeeld.
Album
Alle tracks in het geselecteerde album worden afgespeeld.
Artist
Alle tracks in de geselecteerde artiest worden afgespeeld.
All
Alle tracks in de artiestenlijst worden afgespeeld.
Album
Alle tracks in het geselecteerde album worden afgespeeld.
Genre
Alle tracks in het geselecteerde genre worden afgespeeld.
All
Alle tracks in de genrelijst worden afgespeeld.
Selecteer het item dat u wilt instellen. Stel het item in. Selecteer de items in de vervolgkeuzelijst en stel de items in (weergegeven in de "Lijst met instellingen" hieronder).
Artist
Selecteer [Close]. De instellingen worden weergegeven in de hoofdweergave. Genre
Repeat (Herhalen) Play area (Afspeelgebied)
Play mode (Afspeelmodus)
Vervolg
39NL
Geselec- Afspeelteerde gebied lijstmodus
Het apparaat
Recording Album source
Alle tracks in het geselecteerde album worden afgespeeld.
Folder
Playlist
Recording source
Alle tracks worden afgespeeld die vanaf de geselecteerde opnamebron zijn opgenomen.
All
Alle tracks in de opnamebronlijst worden afgespeeld.
On
Track
Terwijl het apparaat is gestopt, opent u het optiemenu en selecteert u [Mode switch] – [Folder]. Het apparaat schakelt over naar de mapmodus.
2
Open het optiemenu en selecteer [Search] – [group] (album) of [Track].
Folder
Alle tracks in de geselecteerde map worden afgespeeld.
All
Alle tracks in de maplijst worden afgespeeld.
List
Alle tracks in de geselecteerde afspeellijst worden afgespeeld.
3
Druk op ENTER. Het invoervenster voor zoekwoorden wordt weergegeven.
All
Alle tracks worden afgespeeld die in afspeellijsten zijn geregistreerd.
4
Geef het zoekwoord op (albumnaam of tracknaam waarnaar u wilt zoeken).
5
Selecteer [Search]. Het zoeken wordt gestart. Nadat de zoekopdracht is uitgevoerd, worden de resultaten weergegeven.
Herhaaldelijk afspelen is uitgeschakeld. Alle tracks in het afspeelgebied worden herhaald. Er wordt slechts één track herhaald.
( Fabrieksinstelling)
40NL
1
Alle tracks in de geselecteerde groep worden afgespeeld.
Repeat (geen)
U kunt zoeken naar albums of tracks in de HDD Jukebox. Deze functie kan alleen worden gebruikt als de mapmodus is geselecteerd en het apparaat is gestopt.
Group
( Fabrieksinstelling)
Off
Zoeken naar albums of tracks
Een album of track uit de resultaten weergeven Selecteer het album of de track.
Terugkeren naar het zoekvenster Selecteer [Input].
Tracks afspelen met x-DJ De x-DJ-functie analyseert automatisch de tracks in de HDD Jukebox en categoriseert deze in 23 kanalen op basis van hun kenmerken. U kunt x-DJ gebruiken om tracks af te spelen die passen bij een bepaalde sfeer of een bepaald gedeelte van de dag, bijvoorbeeld tracks waarmee u 's ochtends wilt worden gewekt, rustgevende tracks of opbeurende tracks. x-DJ kan ook tracks samenstellen op basis van artiest en periode.
Hoe functioneert x-DJ? x-DJ gebruikt 12 Tone Analysis van Sony om de kenmerken te analyseren van de tracks die zijn opgenomen op of geïmporteerd naar de HDD Jukebox en de tracks te categoriseren in 23 kanalen. Eén track kan aan twee of meer kanalen worden toegevoegd. U kunt vanuit deze kanalen rechtstreeks naar de extra kanalen ARTIST, YEAR en MOOD gaan met een functie die "Music Surfin'" wordt genoemd.
Lijst met x-DJ-kanalen CH.
Categorie
Kanaalnaam
Beschrijving
1
Basic
Tracks die worden aanbevolen voor elk moment van de dag
2
Basic
Recommended Recommended: Morning Recommended: Noon Recommended: Afternoon Recommended: Night Recommended: Midnight Favorites
3
Basic
Shuffle All
4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23
Basic Basic Basic Feeling Feeling Feeling Feeling Style Style Style Style Style Style At Home At Home At Home Workout Workout Workout Extra
Newly Added Radio Music* Radio Talk* Upbeat Mellow Energized Relaxed Lounge Jazzy Classical Retro Electronic Urban Good Morning Good Night Party Time Walking Running Cool down Explore
100 tracks die willekeurig zijn verzameld uit Favorites in de afspeellijst 100 tracks die willekeurig zijn verzameld op de HDD De 100 tracks die het laatst zijn opgenomen Muziektracks die van de radio zijn opgenomen Gesprekken die van de radio zijn opgenomen Frisse, opbeurende, vrolijke tracks Rustige, melancholische tracks Up-tempo hardrocktracks Langzame, rustige tracks Vrolijke poptracks (bossanova, enzovoort) Jazz-tracks Klassieke tracks Tracks met een nostalgisch gevoel Techno- en trancetracks Up-tempo rap-, R&B- en soultracks Vrolijke, frisse tracks Kalme, rustige tracks Up-tempo, vrolijke tracks Tracks om te wandelen Tracks om te hardlopen Ambient sound en andere tracks Andere soorten tracks
Deze kanalen worden weergegeven, zelfs als er geen geschikte tracks zijn (fabrieksinstellingen). * Tracks die zijn opgenomen van FM/AM, zijn in het Radio Music- of Radio Talk-kanaal geplaatst als "Track mark" was ingesteld op "Auto" tijdens de opname.
41NL
Lijst met Music Surfin'-toetsen Toets op de Naam van afstandskanaal bediening
Beschrijving
A
ARTIST
Tracks van dezelfde artiest
Y
YEAR
Tracks uit dezelfde periode
M
MOOD
Tracks voor dezelfde sfeer
3
Druk op / om de gewenste track in het kanaal te selecteren. Elke keer dat u op / drukt, speelt het apparaat het hoofdgedeelte van de geselecteerde track af. Als u op ENTER drukt, wordt de geselecteerde track afgespeeld vanaf het begin.
Overige handelingen Actie
Afspelen stoppen Druk op .
x-DJ gebruiken x-DJ //// ENTER
1
Handeling:
FUNCTION
Druk op x-DJ of open het functiemenu en selecteer [x-DJ]. Het selectievenster voor kanalen wordt weergegeven en het apparaat speelt het hoofdgedeelte van de weergegeven track af.
Afspelen onderbreken
Druk op . Druk nogmaals op of om het afspelen te hervatten.
Een punt in een track zoeken
Houd / ingedrukt tijdens het afspelen en laat de toets los op het gewenste punt.
Een vorige/ volgende track selecteren
Druk op / om een track te selecteren.
Tip
Wanneer het Radio Music- of Radio Talk-kanaal is geselecteerd, speelt het apparaat de track vanaf het begin af, niet alleen het hoofdgedeelte.
Opmerking
Afhankelijk van de kenmerken van de track kan het apparaat de track in een ander kanaal plaatsen dan u had verwacht, of kan het apparaat een verkeerd gedeelte van de track als hoofdgedeelte selecteren.
2
42NL
Druk op / om een kanaal te selecteren. Het apparaat speelt het hoofdgedeelte van de eerste track in het geselecteerde kanaal af.
2
Music Surfin' gebruiken Als u op A, Y of M drukt terwijl een kanaal in x-DJ wordt afgespeeld, maakt het apparaat de volgende tijdelijke kanalen op basis van de tracks in de HDD Jukebox. A-toets: ARTIST-kanaal met tracks van de huidige artiest. Y-toets: YEAR-kanaal met tracks uit dezelfde periode als de huidige track. M-toets: MOOD-kanaal met tracks met een sfeer vergelijkbaar met die van de huidige track.
Wanneer u op de A-toets drukt
Wanneer u op de Y-toets drukt
Als u bijvoorbeeld op de A-toets drukt terwijl u naar uw favoriete artiest luistert, worden alle tracks van de betreffende artiest verzameld en worden deze in een tijdelijk kanaal geplaatst dat u kunt beluisteren.
//// ENTER
Druk op A, Y of M. Het betreffende kanaal wordt weergegeven.
A/Y/M
Wanneer u op de M-toets drukt
BACK
1
Speel een kanaal af in x-DJ.
3
Selecteerbare kanalen
Druk op / om een track te selecteren en druk op ENTER. Het afspelen wordt gestart. Als u wilt terugkeren naar een gewoon x-DJ-kanaal vanuit Music Surfin', drukt u op / of BACK.
43NL
Opmerkingen Alleen tracks met informatie over het jaar van uitgave worden verzameld in het YEAR-kanaal. Het jaar dat wordt vermeld voor een track in het YEAR-kanaal, is niet altijd het jaar waarin de track voor het eerst is uitgegeven. Dit komt omdat de informatie die wordt weergegeven, overeenkomt met de CD met de track of het album.
Tip
Tracks in het YEAR-kanaal worden als volgt weergegeven op basis van het aangegeven jaar van uitgave. 1900 tot en met 1949: Tracks worden verzameld en weergegeven als "before 1949". 1950 tot en met 1989: Tracks worden verzameld in eenheden van 10 jaar. Tracks uit de periode 1960 tot en met 1969 worden bijvoorbeeld verzameld en weergegeven als "1960's". 1990 tot heden: Tracks worden verzameld in eenheden van drie jaar (dat wil zeggen, het jaar van de huidige track en het vorige en volgende jaar). Als u bijvoorbeeld een track uit 1995 selecteert, worden de tracks uit 1994 tot en met 1996 verzameld en weergegeven als "around 1995".
x-DJ instellen
1 Open het optiemenu en selecteer [Setting] – [Basic].
2 Selecteer [Startup CH] – [Previous CH] of [Recommended (CH.1)].
Recommended
(CH.1)
( Fabrieksinstelling)
44NL
Terwijl u een track in x-DJ afspeelt, drukt u op FAVORITE. De track wordt geregistreerd in het Favoriteskanaal. De track wordt tegelijkertijd ook geregistreerd in "Favorites" in de HDD Jukebox.
Overbodige tracks verbergen U kunt overbodige tracks die zijn geregistreerd in x-DJ, verbergen zodat deze niet in een kanaal worden weergegeven. U kunt de tracks echter niet verwijderen of verplaatsen naar een ander kanaal.
1 Speel de track af die u wilt verbergen. 2 Druk op DELETE. Er wordt een pop-upvenster weergegeven.
3 Selecteer [Yes]. Als u de verborgen tracks weer wilt weergeven, opent u het optiemenu en selecteert u [Hide track] – [Release] – [Current channel] of [All channels]. Selecteer [Yes] in het pop-upvenster. Opmerking
Het kanaal instellen dat wordt geselecteerd wanneer de functie wordt gestart
Previous CH
Tracks registreren in het Favoriteskanaal
x-DJ start met het kanaal dat het laatst is geselecteerd. x-DJ start met het Recommended-kanaal.
Tracks in kanaal 1 tot en met 6 kunnen niet worden verborgen.
Overbodige kanalen verbergen
1 Open het optiemenu en selecteer [Setting] – [Channel display]. De kanaallijst wordt weergegeven en het apparaat speelt het hoofdgedeelte van de tracks in het geselecteerde kanaal af.
2 Verwijder de vinkjes van de kanalen die u wilt verbergen.
Als u de verborgen kanalen weer wilt weergeven, voorziet u de kanalen van een vinkje door op ENTER te drukken.
x-DJ-kanalen overzetten U kunt een kanaal in de HDD Jukebox registreren als afspeellijst en vervolgens de afspeellijst overzetten naar een "WALKMAN" (ATRAC AD). U kunt maximaal 50 tracks (in het geselecteerde kanaal) selecteren voor de afspeellijst die u wilt overzetten naar de "WALKMAN" (ATRAC AD).
1
Speel een track af in het kanaal dat u wilt overzetten.
2
Open het optiemenu en selecteer [Convert to playlist]. Er wordt een pop-upvenster weergegeven.
3
Selecteer [Execute]. Er wordt een pop-upvenster weergegeven.
4 5
Selecteer [Close]. Het kanaal wordt geregistreerd als afspeellijst. Voer de procedure bij "Audiogegevens overzetten" (pagina 46 tot en met 48) uit om de afspeellijst over te zetten naar een "WALKMAN" (ATRAC AD).
Opmerking
In "Quick mode" kunt u een afspeellijst niet overzetten naar een "WALKMAN" (ATRAC AD). U moet de overdracht uitvoeren in "Standard mode".
Tip
U kunt geregistreerde afspeellijsten weergeven door de afspeellijstmodus in de HDD JUKEBOX-functie te selecteren. Afspeellijsten worden weergegeven op kanaalnaam en datum van registratie.
Over 12 Tone Analysis Met de 12 Tone Analysis-technologie van Sony kan het apparaat de kenmerken van tracks in de HDD Jukebox analyseren en de tracks categoriseren in 23 kanalen op basis van de sfeer van de tracks. Wanneer er vijf tracks in een kanaal zijn verzameld, wordt het kanaal weergegeven. Als het apparaat in de stand-bymodus staat, wordt er een automatische analyse uitgevoerd. Tijdens de analyse brandt de ON/STANDBY-aanduiding groen en knippert het paneel met verlichting langzaam. Het duurt ongeveer 15 minuten om een album van 60 minuten te analyseren. Als u een groot aantal muziektracks in één keer opneemt, kan het even duren voordat het apparaat de tracks heeft geanalyseerd. Opmerking
Zorg ervoor dat u het netsnoer niet loskoppelt wanneer het apparaat de opnamen analyseert. Als u dit wel doet, kan er een storing optreden.
Een analyse annuleren
Druk op . De analyse wordt geannuleerd. Tracks die niet zijn geanalyseerd, worden automatisch geanalyseerd wanneer het apparaat weer overschakelt naar de stand-bymodus. Tip
Het kan voorkomen dat dezelfde tracks na de analyse is toegewezen aan twee of meer kanalen.
Een analyse handmatig uitvoeren U kunt handmatig een analyse uitvoeren van de tracks die nog niet zijn geanalyseerd.
1 Terwijl de x-DJ-functie op het apparaat is geactiveerd, opent u het optiemenu en selecteert u [Manual-analysis]. Er wordt een pop-upvenster weergegeven.
2 Selecteer [Execute]. Er wordt een pop-upvenster met een tijdbalk weergegeven. Als u de handeling wilt annuleren, selecteert u [Cancel].
Opmerking
Als u een groot aantal muziektracks in één keer opneemt of importeert, kan het even duren voordat het apparaat de tracks heeft geanalyseerd.
45NL
Audiogegevens overzetten U kunt audiogegevens met ATRAC3-, ATRAC3plus-, MP3- en Linear PCMindeling overzetten naar een extern draagbaar apparaat dat is aangesloten.
Overdraagbare indelingen De indelingen die kunnen worden overgezet, zijn afhankelijk van het type apparaat dat is aangesloten. Raadpleeg de website voor klantenondersteuning van Sony Europe op http://support.sony-europe. com/ (alleen voor klanten in Europa) voor apparaten die worden ondersteund. Bestemmingsapparaat
Overdraagbare audioindeling
"WALKMAN" (ATRAC AD)
ATRAC3, ATRAC3plus, MP3, Linear PCM
Opmerkingen Als er tegelijkertijd twee USB-opslagapparaten zijn aangesloten op beide aansluitingen (achterzijde of voorzijde), krijgt het apparaat dat aan de voorzijde is aangesloten voorrang. Bestanden met de extensie ".mp3" kunnen alleen worden overgezet naar USB-opslagapparaten of mobiele telefoons.
De TRANSFER-toets instellen U kunt een bestemming (apparaat) instellen voor de overdracht van gegevens wanneer op de TRANSFER-toets op de afstandsbediening of de hoofdeenheid wordt gedrukt. De bestemming is standaard ingesteld op "WALKMAN" (ATRAC AD).
1
Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX].
2
Open het optiemenu en selecteer [Setting] – [TRANSFER] – [Destination] – [(bestemmingsapparaat)].
3
Als u "WALKMAN" (ATRAC AD) als bestemmingsapparaat hebt geselecteerd, selecteer u [Quick mode] of [Standard mode].
USB-opslagapparaat MP3, Linear PCM1) Mobiele telefoon
MP3, Linear PCM1)
PSP
ATRAC3, ATRAC3plus, MP32), Linear PCM1)
1) Wanneer
u audiogegevens in Linear PCMindeling overzet, kunt u de gewenste indeling voor conversie selecteren. (Het apparaat is in de fabriek ingesteld om audiogegevens in Linear PCM-indeling over te zetten nadat deze zijn geconverteerd naar MP3/128 kbps.) 2) Alleen voor "Memory Stick" PRO Duo
Quick
mode
Over overdraagbare gegevens
Het type gegevens (zoals tracks, albums) dat u kunt overzetten naar een aangesloten apparaat, is afhankelijk van het apparaat, zoals in de volgende tabel wordt weergegeven. Zorg ervoor dat u de directory selecteert die hoort bij het type gegevens dat u wilt overzetten. (Als u bijvoorbeeld een album wilt overzetten, selecteert u de albumdirectory.) Bestemmingsapparaat
Type gegevens dat kan worden overgezet
"WALKMAN" Albums, afspeellijsten, (ATRAC AD), tracks USB-opslagapparaat Mobiele telefoon PSP
46NL
Afspeellijsten, tracks
Standard mode
Tracks die zijn opgenomen of geïmporteerd na de tijd en datum van de laatste overdracht (in Quick mode), worden per groep weergegeven met vinkjes*. De huidige track of groep of het huidige album wordt weergegeven.
( Fabrieksinstelling) * Wanneer u de volgende keer tracks overzet, worden vinkjes toegevoegd aan de tracks (in maximaal 30 groepen) die na de laatste overdracht zijn opgeslagen in de HDD Jukebox. Vinkjes worden niet toegevoegd wanneer het gegevensvolume de capaciteit van het bestemmingsapparaat overschrijdt.
Voorzijde of achterzijde van het apparaat
Tracks overzetten naar een "WALKMAN" (ATRAC AD) Opmerkingen Koppel de USB-kabel niet los wanneer u tracks overzet naar een "WALKMAN" (ATRAC AD). Als u dit wel doet, kan er een storing in het apparaat of de "WALKMAN" (ATRAC AD) optreden. U kunt met de procedures in dit gedeelte wellicht geen tracks overzetten naar bepaalde "WALKMAN"-modellen. Selecteer in dit geval USB-opslagapparaat als overdrachtsbestemming. Zie "Tracks overzetten naar een USBopslagapparaat" op pagina 48 voor meer informatie. Raadpleeg de website voor klantenondersteuning van Sony Europe op http://support.sony-europe.com/ (alleen voor klanten in Europa) voor compatibele modellen en compatibele functies voor elk model. Als er tegelijkertijd twee "WALKMAN"modellen (ATRAC AD) zijn aangesloten op beide aansluitingen (achterzijde en voorzijde), krijgt het apparaat dat aan de voorzijde is aangesloten voorrang.
Naar de USBaansluiting
USB-aansluiting
USB-kabel geleverd bij de "WALKMAN" (ATRAC AD) "WALKMAN" (ATRAC AD)
2
Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX]. Zorg ervoor dat de TRANSFER-toets is ingesteld op "WALKMAN" (ATRAC AD) (pagina 46).
3
Druk op TRANSFER op de afstandsbediening of de hoofdeenheid.
4
Zorg ervoor dat de groepen die niet zijn overgezet, zijn voorzien van een vinkje . Verwijder de vinkjes van groepen die u niet wilt overzetten.
Quick mode In deze modus worden tracks die na de laatste overdracht zijn opgeslagen in de HDD Jukebox, automatisch geselecteerd. Aangezien het apparaat elke "WALKMAN" (ATRAC AD) herkent die ooit is aangesloten, beschikt het apparaat over de overdrachtsgegevens van elke "WALKMAN" (ATRAC AD). Tracks in Linear PCM-indeling worden automatisch geconverteerd naar MP3/128 kbps wanneer ze worden overgezet.
Naar de USBaansluiting
Tip
Als u tracks in Linear PCM-indeling wilt converteren naar een andere indeling dan MP3/128 kbps, voert u de procedure bij "Standard mode" uit (pagina 48).
1
Sluit de "WALKMAN" (ATRAC AD) aan op een USB-aansluiting op het apparaat. Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van de "WALKMAN" (ATRAC AD).
Resterende ruimte op het aangesloten apparaat
5
Selecteer [Execute] of druk op TRANSFER.
47NL
Standard mode
1 Sluit de "WALKMAN" (ATRAC AD) aan op een USB-aansluiting op het apparaat.
2 Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX].
3 Open het optiemenu en selecteer [Transfer] – ["WALKMAN"] – [Standard mode].
4 Als u tracks in Linear PCM-indeling wilt
overzetten in de Linear PCM-indeling of met een andere indeling en bitsnelheid dan MP3/128 kbps, selecteert u [Setting]. Er wordt een venster voor het selecteren van een nieuwe indeling weergegeven. Het apparaat is in de fabriek ingesteld om audiogegevens in Linear PCM-indeling te converteren naar MP3/128 kbps tijdens het overzetten. Als u de indeling en bitsnelheid niet wilt wijzigen, of als u de gegevens in een andere indeling dan Linear PCM wilt overzetten, gaat u naar stap 8.
5 Selecteer [Conversion system] en selecteer vervolgens het gewenste item in de vervolgkeuzelijst. Auto
Select format
Tracks worden automatisch geselecteerd op het apparaat en overgezet met een indeling die op het aangesloten apparaat kan worden afgespeeld. Gebruik dit item om de indeling en bitsnelheid in stap 6 te selecteren.
( Fabrieksinstelling)
6 Als u [Select format] hebt geselecteerd in stap 5, selecteert u de indeling en bitsnelheid in de vervolgkeuzelijsten [Format] en [Bit rate].
Tips Als er bestanden zijn geregistreerd in de prullenbak van de "WALKMAN" (ATRAC AD), wordt een bevestigingsbericht weergegeven op het apparaat en de "WALKMAN" (ATRAC AD). Als de afspeellijst is overgezet van de HDD Jukebox naar de "WALKMAN" (ATRAC AD), wordt de afspeellijst ook herkend als afspeellijst op de "WALKMAN" (ATRAC AD).
Opmerkingen Als er een netspanningsadapter bij het aangesloten apparaat wordt geleverd, kunt u het apparaat het beste gebruiken op netspanning. Wanneer u het apparaat gebruikt op batterijen, moet u ervoor zorgen dat de batterijen voldoende zijn opgeladen. We geven geen garantie wanneer als gevolg van lege batterijen het apparaat niet goed functioneert, de overdracht mislukt of audiogegevens worden beschadigd. Koppel de USB-kabel niet los tijdens de overdracht naar een "WALKMAN" (ATRAC AD). Als u dit wel doet, kan er een storing in het apparaat of de "WALKMAN" (ATRAC AD) optreden. Afhankelijk van de indeling die u opgeeft in het vensters voor indelingsconversie, is het wellicht niet mogelijk om de audiogegevens over te zetten naar het bestemmingsmedium. Raadpleeg de technische gegevens van uw "WALKMAN" (ATRAC AD).
Tracks overzetten naar een USBopslagapparaat Opmerking
Koppel de USB-kabel niet los wanneer u tracks overzet naar een USB-opslagapparaat. Als u dit wel doet, kan er een storing in het apparaat of het USBopslagapparaat optreden.
1
Sluit het USB-opslagapparaat aan op de USB-aansluiting op het apparaat. Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing bij het USB-opslagapparaat.
2
Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX]. Zorg ervoor dat de TRANSFER-toets is ingesteld op het USB-opslagapparaat (pagina 46).
7 Selecteer [Close]. 8 Selecteer het album, de afspeellijst, de
groep of de track die u wilt overzetten.
9 Selecteer [Execute].
48NL
3
Druk op TRANSFER op de afstandsbediening of het apparaat.
4
Als het selectievenster voor het opslagmedium wordt weergegeven, selecteert u het opslagmedium. Als het aangesloten USBopslagapparaat maar één station bevat, wordt het selectievenster voor het opslagmedium niet weergegeven.
5
Selecteer [Setting]. U kunt de bestemmingsmap op het USB-opslagapparaat en de overdrachtsindeling voor Linear PCMtracks opgeven.
6
Selecteer [Select folder at destination] en selecteer de bestemmingsmap in de vervolgkeuzelijst. Standard
setting
Tracks worden opgeslagen in de map "\\Music".
Root setting
Tracks worden opgeslagen in de hoofddirectory van de bestemming.
Select
Geef de naam van de map op.
( Fabrieksinstelling)
7
Als u tracks in Linear PCMindeling overzet, selecteert u [Conversion system] en selecteert u vervolgens het gewenste item in de vervolgkeuzelijst om de tracks te converteren naar een indeling die kan worden overgezet. Als u tracks in een andere indeling overzet, gaat u naar stap 9. Auto
Select format
8
Als u [Select format] hebt geselecteerd in stap 7, selecteert u de bitsnelheid in de vervolgkeuzelijst [Bit rate].
9
Selecteer [Close]. Het apparaat keert terug naar het venster voor overdracht naar een USBopslagapparaat.
10 Selecteer de albums, afspeellijsten, groepen of tracks die u wilt overzetten.
11 Selecteer [Execute] of druk op TRANSFER.
Opmerking
Als er een netspanningsadapter bij het aangesloten apparaat wordt geleverd, kunt u het apparaat het beste gebruiken op netspanning. Wanneer u het apparaat gebruikt op batterijen, moet u ervoor zorgen dat de batterijen voldoende zijn opgeladen. We geven geen garantie wanneer als gevolg van lege batterijen het apparaat niet goed functioneert, de overdracht mislukt of audiogegevens worden beschadigd.
Tracks worden automatisch geselecteerd op het apparaat en overgezet met een indeling die op het aangesloten apparaat kan worden afgespeeld. Gebruik dit item om de bitsnelheid in stap 8 te selecteren.
( Fabrieksinstelling)
49NL
* Afhankelijk van het model van uw mobiele telefoon is het mogelijk dat tracks in de map "\\Music" worden opgeslagen, maar dat ze niet kunnen worden afgespeeld op de telefoon.
Tracks overzetten naar een mobiele telefoon
1
Sluit de mobiele telefoon aan op een USB-aansluiting op het apparaat.
2
Stel de USB-verbindingsmodus op de mobiele telefoon in. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de mobiele telefoon voor de benodigde procedure.
3
Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX]. Zorg ervoor dat de TRANSFER-toets is ingesteld op de mobiele telefoon (pagina 46).
4 5
6
7
Als het selectievenster voor het opslagmedium wordt weergegeven, selecteert u het opslagmedium. Als de aangesloten mobiele telefoon maar één station bevat, wordt het selectievenster voor het opslagmedium niet weergegeven. Selecteer [Setting]. U kunt de bestemmingsmap op de mobiele telefoon en de overdrachtsindeling voor Linear PCMtracks opgeven. Selecteer [Select folder at destination] en selecteer de bestemmingsmap in de vervolgkeuzelijst. setting
Tracks worden opgeslagen in de map "\\Music"*.
Root setting
Tracks worden opgeslagen in de hoofddirectory van de bestemming.
Select
Geef de mapnaam op wanneer u de bestemmingsmap wijzigt.
( Fabrieksinstelling)
Als u tracks in Linear PCMindeling overzet, selecteert u [Conversion system] en selecteert u vervolgens het gewenste item in de vervolgkeuzelijst om de tracks te converteren naar een indeling die kan worden overgezet. Als u tracks in een andere indeling overzet, gaat u naar stap 10. Auto
Druk op TRANSFER op de afstandsbediening of het apparaat.
Standard
50NL
8
Select format
Tracks worden automatisch geselecteerd op het apparaat en overgezet met een indeling die op het aangesloten apparaat kan worden afgespeeld. Gebruik dit item om de bitsnelheid in stap 9 te selecteren.
( Fabrieksinstelling)
9
Als u [Select format] hebt geselecteerd in stap 8, selecteert u de bitsnelheid in de vervolgkeuzelijst [Bit rate].
10 Selecteer [Close]. 11 Selecteer het album, de afspeellijst of de tracks die u wilt overzetten.
12 Selecteer [Execute] of druk op TRANSFER.
Tracks overzetten naar een PSP
1
Sluit de PSP aan op een USBaansluiting op het apparaat.
2
Stel de USB-verbindingsmodus op de PSP in. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de PSP voor de benodigde procedure.
3
Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX]. Zorg ervoor dat de TRANSFER-toets is ingesteld op de PSP (pagina 46).
4
Druk op TRANSFER op de afstandsbediening of het apparaat.
5 6
Selecteer [Setting]. U kunt de bestemmingsgroep op de PSP en de overdrachtsindeling voor Linear PCM-tracks opgeven. Selecteer [Select group at destination] en selecteer de bestemmingsgroep in de vervolgkeuzelijst. New
group
Select group at destination
7
Als u tracks in Linear PCMindeling overzet, selecteert u [Conversion system] en selecteert u vervolgens het gewenste item in de vervolgkeuzelijst om de tracks te converteren naar een indeling die kan worden overgezet. Als u tracks in een andere indeling overzet, gaat u naar stap 9. Auto
Select format
Audiogegevens worden automatisch geselecteerd op het apparaat en overgezet met een indeling die op het aangesloten apparaat kan worden afgespeeld. Gebruik dit item om de indeling en bitsnelheid in stap 8 te selecteren.
( Fabrieksinstelling)
8
Als u [Select format] hebt geselecteerd in stap 7, selecteert u de indeling en bitsnelheid in de vervolgkeuzelijsten [Format] en [Bit rate].
Er wordt een nieuwe groep gemaakt en de geselecteerde tracks worden overgezet naar deze groep.
9 Selecteer [Close]. 10 Selecteer de afspeellijsten of tracks
De geselecteerde tracks worden overgezet naar een bestaande groep.
11 Selecteer [Execute] of druk op
die u wilt overzetten. TRANSFER.
( Fabrieksinstelling)
51NL
Overige handelingen Tracks overzetten met het optiemenu
1 Sluit het apparaat aan waarnaar u de gegevens wilt overzetten.
2 Open het functiemenu en selecteer [HDD JUKEBOX].
3 Open het optiemenu en selecteer [Transfer] – [(bestemmingsapparaat)].
4 Geef de volgende instelling op die
overeenkomt met het aangesloten apparaat. Wanneer u tracks overzet naar een "WALKMAN" (ATRAC AD), selecteert u [Quick mode] of [Standard mode]. Als u tracks in Linear PCM-indeling overzet, voert u stap 4 tot en met 7 van de procedure voor "Standard mode" uit (pagina 48). Wanneer u tracks overzet naar een USBopslagapparaat, voert u stap 4 tot en met 9 van de procedure bij "Tracks overzetten naar een USB-opslagapparaat" uit (pagina 49). Wanneer u tracks overzet naar een mobiele telefoon, voert u stap 5 tot en met 10 van de procedure bij "Tracks overzetten naar een mobiele telefoon" uit (pagina 50). Wanneer u tracks overzet naar een PSP, voert u stap 5 tot en met 9 van de procedure bij "Tracks overzetten naar een PSP" uit (pagina 51).
5 Selecteer de albums, tracks of afspeellijsten die u wilt overzetten.
6 Selecteer [Execute].
52NL
De overdrachtsbeperkingen voor een track controleren U kunt de overdrachtsbeperkingen voor een track weergeven door [Display] – [Track info] te selecteren in het optiemenu en [Transfer limit] te bekijken. De beperking wordt aangegeven met een pictogram naast het tracknummer in het selectievenster voor het overzetten van tracks. Pictogram Betekenis Er gelden geen beperkingen voor overdracht. (ATRAC-indeling) Er gelden geen beperkingen voor overdracht. (MP3-indeling) Overdracht is slechts mogelijk naar een beperkt aantal "WALKMAN"-modellen (ATRAC AD)*. (Linear PCMindeling) * Modellen die Linear PCM-bestanden ondersteunen met de extensie ".oma", zoals de NW-S700/600-serie.
Een overdracht annuleren Druk op BACK en selecteer [Yes]. Wanneer u een overdracht annuleert, kan het enige tijd duren voordat de overdracht wordt gestopt.
Albums, tracks of afspeellijsten op het bestemmingsapparaat verwijderen Een album of track op het bestemmingsapparaat verwijderen U kunt albums of tracks op een aangesloten draagbaar apparaat verwijderen.
1 Terwijl de HDD JUKEBOX-functie op
het apparaat is geactiveerd, opent u het optiemenu en selecteert u [Delete from dstn] – [(bestemmingsapparaat)] – [(eenheid die u wilt verwijderen)].
2 Selecteer het item dat u wilt verwijderen. 3 Selecteer [Delete]. 4 Controleer de inhoud die wordt weergegeven en druk op ENTER.
Een afspeellijst op het bestemmingsapparaat verwijderen U kunt een afspeellijst op een aangesloten "WALKMAN" (ATRAC AD) verwijderen. Wanneer u dit doet, wordt de afspeellijst verwijderd, maar de tracks in de afspeellijst niet.
1 Sluit de "WALKMAN" (ATRAC AD) aan op de USB-aansluiting op het apparaat.
2 Terwijl de HDD JUKEBOX-functie op het
apparaat is geactiveerd, opent u het optiemenu en selecteert u [Delete from dstn] – ["WALKMAN"] – [Playlist].
3 Selecteer het item dat u wilt verwijderen. 4 Selecteer [Delete]. 5 Controleer de inhoud die wordt weergegeven en druk op ENTER.
Opmerkingen Koppel het apparaat niet los en schakel het apparaat niet uit voordat het verwijderen is voltooid. Als er tracks zijn geregistreerd in de prullenbak van de "WALKMAN" (ATRAC AD), wordt een bevestigingsbericht weergegeven op het apparaat en de "WALKMAN" (ATRAC AD).
Tip
U kunt audiogegevens initialiseren op een aangesloten "WALKMAN" (ATRAC AD) of PSP. Als u dit wilt doen, selecteert u [Format] in het instelvenster voor verwijderen.
53NL
Tracks bewerken in de HDD Jukebox
Over de functies die kunnen worden uitgevoerd U kunt mappen, albums, groepen, tracks en informatie bewerken die naar de HDD Jukebox zijn geschreven. Functienaam
Beschrijving
Edit info
Mapnamen, albumnamen, tracknamen, artiestennamen, genrenamen, groepsnamen en afspeellijstnamen bewerken Beeldbestanden opslaan
Delete
Mappen, albums, tracks, afspeellijsten of groepen verwijderen
Move
Mappen, tracks, afspeellijsten of groepen verplaatsen
Create
Nieuwe mappen, afspeellijsten of groepen maken
Add to playlist
Tracks aan afspeellijsten toevoegen
Convert format
Tracks in Linear PCM-indeling converteren naar een andere audioindeling
Divide
Een track splitsen*
Combine
Tracks samenvoegen*
* Tracks in MP3-indeling kunnen niet worden bewerkt.
Opmerking
U kunt My library in de mapmodus of "Favorites" in de afspeellijstmodus niet bewerken.
54NL
Titelinformatie zoeken en ophalen U kunt titelinformatie zoeken in de database van het apparaat of op internet (wanneer het apparaat verbinding heeft met internet) en de informatie toevoegen aan albums of tracks. Albuminformatie zoeken Het apparaat zoekt naar titelinformatie voor een album op basis van de trackvolgorde van het album en voegt de informatie vervolgens toe aan het album. Als er meerdere versies zijn, kunt u zelf een keuze maken op het apparaat. Trackinformatie zoeken Het apparaat zoekt naar titelinformatie voor elke track, één voor één. Als er meerdere versies zijn, kunt u zelf een keuze maken op het apparaat. Informatie over tracks in de HDD Jukebox batchgewijs zoeken Het apparaat zoekt naar titelinformatie voor tracks die op verschillende tijdstippen in de HDD Jukebox zijn opgenomen. De zoekresultaten worden automatisch opgeslagen.
Albuminformatie zoeken en ophalen Deze functie is handig voor het toevoegen van titels (albumnaam, artiestennaam, enzovoort) aan een album. Deze functie kan alleen worden uitgevoerd als de tracks in het album dezelfde volgorde hebben als op het oorspronkelijke album. Als er meerdere zoekresultaten voor de albumtitel worden gevonden, kunt u zelf een keuze maken.
1
Selecteer het album waarvoor u de informatie zoekt, open het optiemenu en selecteer [Obtain title info] – [Album]. Het zoeken wordt gestart. Als de zoekopdracht is voltooid, worden de resultaten weergegeven.
2
Selecteer het gewenste item en selecteer [Obtain].
Trackinformatie zoeken en ophalen Deze functie zoekt naar de titel voor afzonderlijke tracks. Deze functie is met name handig om verkeerde titels te corrigeren. Als er meerdere zoekresultaten worden gevonden, kunt u zelf een keuze maken.
1
Selecteer de track waarvoor u de informatie zoekt, open het optiemenu en selecteer [Obtain title info] – [Track]. Het zoeken wordt gestart. Als de zoekopdracht is voltooid, worden de resultaten weergegeven.
2
Selecteer het gewenste item en selecteer [Obtain].
55NL
Informatie over meerdere tracks batchgewijs zoeken en ophalen Met deze functie kunt u batchgewijs zoeken naar albums waarvan tracks zijn opgenomen in de HDD Jukebox in een andere volgorde dan op het oorspronkelijke album. Het apparaat zoekt automatisch één voor één naar de titels van tracks in de albums en slaat de trackinformatie vervolgens met één batchbewerking op. Als er meerdere zoekresultaten voor een track zijn, worden deze niet weergegeven, aangezien de trackinformatie automatisch wordt toegevoegd. Als u een titel wilt wijzigen, kunt u naderhand altijd nog naar de titel van één track zoeken. Selecteer het album of de track waarvoor u titelinformatie wilt ophalen en selecteer [Obtain title info] – [Block add].
Een map, groep of afspeellijst maken Een map maken U kunt een nieuwe map maken en tracks in de map opnemen of tracks naar de map verplaatsen. U kunt maximaal 200 mappen in de HDD Jukebox maken.
1
Terwijl het apparaat is gestopt in de HDD JUKEBOX-functie, opent u het optiemenu en selecteert u [Mode switch] – [Folder]. Het apparaat schakelt over naar de mapmodus.
2
Druk herhaaldelijk op om de mapdirectory te selecteren. Er wordt een lijst met mappen weergegeven.
Andere informatie ophalen
Selecteer [Search] in het venster met zoekresultaten voor [Album] of [Track].
Pictogram voor de mapdirectory
56NL
3
Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Create].
4
Selecteer [Folder title]. Het tekstinvoervenster wordt weergegeven.
5 6
Geef de titel voor de map op. Zie "Tekst invoeren" op pagina 15 voor meer informatie over het invoeren van tekst. Selecteer [Create]. Er wordt een nieuwe map gemaakt.
Een afspeellijst maken U kunt een nieuwe afspeellijst maken en tracks in deze afspeellijst registreren. U kunt maximaal 1.000 afspeellijsten in de HDD Jukebox maken.
1
Terwijl het apparaat is gestopt in de HDD JUKEBOX-functie, opent u het optiemenu en selecteert u [Mode switch] – [Playlist]. De afspeellijstdirectory wordt weergegeven. Als de hoofdweergave of trackdirectory wordt weergegeven, drukt u op om de afspeellijstdirectory weer te geven.
2
Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Create].
3
Selecteer [List title]. Het tekstinvoervenster wordt weergegeven.
4 5
Geef de titel voor de afspeellijst op.
Een groep maken U kunt een nieuwe groep maken en tracks naar deze groep verplaatsen. U kunt maximaal 20.000 groepen in de HDD Jukebox maken.
1
Terwijl het apparaat is gestopt in de HDD JUKEBOX-functie, opent u het optiemenu en selecteert u [Mode switch] – [Folder]. Het apparaat schakelt over naar de mapmodus.
2
Druk herhaaldelijk op om de groepsdirectory te selecteren. Er wordt een lijst met groepen weergegeven.
3
Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Create].
4
Selecteer [Group title]. Het tekstinvoervenster wordt weergegeven.
5 6
Geef de titel voor de groep op.
Selecteer [Create]. Er wordt een nieuwe afspeellijst gemaakt.
Selecteer [Create]. Er wordt een nieuwe groep gemaakt. Deze wordt als laatste item in de lijst met groepen weergegeven.
57NL
Titels wijzigen U kunt namen van mappen, groepen, albums, tracks, artiesten, genres en afspeellijsten wijzigen. De namen die u kunt wijzigen, zijn afhankelijk van de lijstmodus of het directoryniveau. Tracknaam: Tracknamen kunnen worden gewijzigd in de trackdirectory in elke lijstmodus, met uitzondering van de afspeellijstmodus.
1
Open het optiemenu in de HDD JUKEBOX-functie en selecteer [Mode switch] – [(de gewenste lijstmodus)].
2
Selecteer het item (map, album, groep, track of afspeellijst) waarvan u de naam wilt wijzigen. De informatie die kan worden gewijzigd, is afhankelijk van het item dat u in deze stap selecteert.
3
Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Edit info] – [(het item waarvan u de titel wilt wijzigen)].
4
Bevestig het item dat u wilt wijzigen en druk op ENTER. Het tekstinvoervenster wordt weergegeven. Als u de naam van een genre wijzigt, wordt een lijst met genres weergegeven.
Artiestennaam: Artiestennamen kunnen worden gewijzigd in de trackdirectory in elke lijstmodus, met uitzondering van de afspeellijstmodus. Artiestennamen kunnen worden gewijzigd in de albumdirectory of de artiestenmodus. Genrenaam: Genrenamen kunnen worden gewijzigd in de trackdirectory in elke lijstmodus, met uitzondering van de afspeellijstmodus. Genrenamen kunnen worden gewijzigd in de albumdirectory in de genremodus. Albumnaam: Albumnamen kunnen worden gewijzigd in de trackdirectory in elke lijstmodus, met uitzondering van de afspeellijstmodus. Albumnamen kunnen worden gewijzigd in de albumdirectory in de albummodus, de artiestenmodus, de genremodus en de opnamebronmodus. Groepsnaam: Groepsnamen kunnen worden gewijzigd in de groepsdirectory in de mapmodus. Afspeellijstnaam: Afspeellijstnamen kunnen worden gewijzigd in de lijstdirectory in de afspeellijstmodus. Mapnaam: Mapnamen kunnen worden gewijzigd in de mapdirectory in de mapmodus.
58NL
5
6
Geef de titel op. Zie "Tekst invoeren" op pagina 15 voor meer informatie over het invoeren van tekst. Als u de naam van een genre wijzigt, selecteert u een naam in de lijst met genres. Selecteer [Close].
Een nieuw genre maken U kunt een nieuwe genrenaam maken als de gewenste naam niet in de lijst voorkomt.
1 Selecteer [New genre] in het
bewerkingsvenster voor informatie in stap 4 op pagina 58. Het tekstinvoervenster wordt weergegeven.
2 Geef de genrenaam op. 3 Selecteer [Close]. Een ongebruikt genre wissen U kunt genres die niet worden gebruikt, wissen in de HDD Jukebox.
1 Selecteer [Clear genre] in het
Opnamen verwijderen U kunt mappen, albums, groepen, tracks of afspeellijsten in de HDD Jukebox verwijderen. Zodra een opgenomen item is verwijderd, kan dit niet weer worden hersteld. Wanneer u een track verwijdert, worden alle tracks die volgen op de verwijderde track, opnieuw genummerd. Als u bijvoorbeeld track 2 verwijdert, wordt track 3 opnieuw genummerd als track 2. Voorbeeld: Track B verwijderen Track 2 verwijderen Tracknummer Oorspronkelijke tracks Na verwijdering
1
Open het optiemenu in de HDD JUKEBOX-functie en selecteer [Mode switch] – [(de gewenste lijstmodus)].
2
Druk op om de directory te selecteren die hoort bij het item dat u wilt verwijderen. Als u bijvoorbeeld een album wilt verwijderen, selecteert u de albumdirectory, of als u een track wilt verwijderen, selecteert u de trackdirectory.
bewerkingsvenster voor informatie in stap 4 op pagina 58.
2 Selecteer [Yes].
3
Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Delete] – [(het item om te verwijderen)] of druk op DELETE op de afstandsbediening. Het geselecteerde item wordt voorzien van een vinkje . Als u meerdere items wilt verwijderen, moet u elk gewenste item selecteren en voorzien van een vinkje.
Vervolg
59NL
4 5
Selecteer [Delete]. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. Selecteer [Yes].
Tip
Wanneer u een track in een afspeellijst verwijdert, kunt u kiezen of u de registratie van de track in de afspeellijst wilt verwijderen of dat u de track zelf wilt verwijderen.
Opnamen verplaatsen U kunt mappen, groepen, tracks of afspeellijsten verplaatsen naar een opgegeven locatie in de HDD Jukebox. Wanneer u een of meer tracks verplaatst, worden alle tracks automatisch opnieuw genummerd. Voorbeeld: Track 3 ("C") verplaatsen naar positie 2 Tracknummer Oorspronkelijke tracks
Na verplaatsing
Tracks op een "WALKMAN" (ATRAC AD), enzovoort verwijderen U kunt tracks verwijderen die zijn opgeslagen op een draagbaar apparaat, zoals een "WALKMAN" (ATRAC AD), enzovoort, dat op het apparaat is aangesloten met een USB-kabel. Zie pagina 53 voor meer informatie.
60NL
1
Open het optiemenu in de HDD JUKEBOX-functie en selecteer [Mode switch] – [(de gewenste lijstmodus)].
2
Druk op om de directory te selecteren die hoort bij het item dat u wilt verplaatsen.
3
Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Move]. Controleer of het gewenste item is voorzien van een vinkje . Als u meerdere items wilt verplaatsen, moet u elk gewenste item selecteren en voorzien van een vinkje.
4
Selecteer [Enter]. Er wordt een selectievenster weergegeven waarin u de bestemming kunt selecteren.
Opgenomen tracks splitsen
5
Selecteer de bestemming. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. Als u het item naar een andere map of groep of een ander album wilt verplaatsen, selecteert u de bestemmingsmap, het bestemmingsalbum of de bestemmingsgroep en selecteert u de bestemming in het item met ////ENTER.
U kunt een opgenomen track opsplitsen in twee tracks. Alle tracks na de gesplitste track worden opnieuw genummerd. U kunt alleen tracks in Linear PCM- of ATRAC-indeling splitsen.
6
Selecteer [Yes]. Het item wordt verplaatst naar de geselecteerde locatie.
Voorbeeld: Track B opsplitsen in twee tracks Tracknummer Oorspronkelijke tracks Track B wordt opgesplitst in track B-1 en B-2 Na splitsing
1
Open het optiemenu in de HDD JUKEBOX-functie en selecteer [Mode switch] – [Folder].
2 3
Selecteer de track die u wilt splitsen.
4
Druk op HDD. De geselecteerde track wordt afgespeeld.
Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Divide].
Vervolg
61NL
5
Druk op ENTER op het punt waar u de track wilt splitsen. De eerste twee seconden vanaf het punt waarop u op ENTER hebt gedrukt, worden herhaaldelijk afgespeeld.
Opgenomen tracks samenvoegen U kunt twee tracks samenvoegen tot één track. Alle tracks na de nieuwe track worden opnieuw genummerd. U kunt alleen tracks in Linear PCM- of ATRAC-indeling samenvoegen. Voorbeeld: Track C samenvoegen met track A
Druk op /// om het splitsingspunt (m: minuten, s: seconden of ms: milliseconden) te verplaatsen zodat de eerste twee seconden van de track vanaf dat punt herhaaldelijk worden afgespeeld.
6
Als het splitsingspunt is vastgelegd, drukt u op ENTER.
7
Selecteer [Execute]. De track wordt gesplitst.
Tracknummer Oorspronkelijke tracks
Na samenvoeging
Voorbeeld: Track A samenvoegen met track D Tracknummer Oorspronkelijke tracks
Na samenvoeging De naam van de samengevoegde track is D.
Opmerking
Als u een track splitst die in een afspeellijst is geregistreerd, wordt de track uit de afspeellijst verwijderd.
62NL
1
Open het optiemenu in de HDD JUKEBOX-functie en selecteer [Mode switch] – [Folder].
2 3
Selecteer de eerste track. Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Combine]. Controleer of de geselecteerde track is voorzien van een vinkje .
4 5 6
Selecteer de tweede track. Selecteer [Combine]. Selecteer [Execute]. De tracks worden samengevoegd in de volgorde waarin u de vinkjes hebt toegevoegd.
De volgorde van de geselecteerde tracks wijzigen Selecteer [Switch] nadat u stap 5 hebt uitgevoerd. Opmerkingen
De audio-indeling van tracks converteren — Indeling converteren U kunt tracks in Linear PCM-indeling converteren naar ATRAC3-, ATRAC3plusof MP3-indeling.
1
Open de HDD JUKEBOX-functie en selecteer de track waarvan u de indeling wilt converteren.
2
Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Convert format]. Controleer of de geselecteerde track is voorzien van een vinkje . Als u meerdere tracks wilt converteren, moet u elke gewenste track van een vinkje voorzien.
3
Selecteer [Execute]. Selecteer de gewenste indeling (pagina 28) in de vervolgkeuzelijst.
4
Selecteer de bitsnelheid (pagina 28) in de vervolgkeuzelijst.
5
Selecteer [Execute]. De audio-indeling wordt geconverteerd.
U kunt tracks met verschillende audio-indelingen of bitsnelheden niet samenvoegen. Als u een track in een afspeellijst samenvoegt, wordt de track uit de afspeellijst verwijderd.
Opmerkingen U kunt maximaal 99 tracks in één keer converteren. U kunt tracks in ATRAC3-, ATRAC3plus- of MP3-indeling niet converteren.
63NL
Beeldbestanden opslaan U kunt beeldbestanden uit de gedeelde map* op uw computer importeren via een netwerk of een USB-opslagapparaat en de bestanden opslaan in albums, tracks of afspeellijsten. De volgende bestandsindelingen kunnen worden opgeslagen. JPEG (extensie: jpg of jpeg) GIF (extensie: gif)
Een beeldbestand opslaan
1
Terwijl de HDD JUKEBOX-functie op het apparaat is geactiveerd, selecteert u het item (album, track of afspeellijst) waarvoor u een beeld wilt opslaan.
2
Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Edit info].
3
Selecteer het item waarvoor u een beeld wilt opslaan.
4
Selecteer [Add picture].
* Zie pagina 91 voor meer informatie.
Voordat u beelden opslaat Bestanden die kunnen worden opgeslagen, zijn gemarkeerd met in de volgende afbeeldingen. Gedeelde map op uw computer Gedeelde map
Alleen bestanden in de gedeelde map kunnen worden opgeslagen.
USB-opslagapparaat USBopslagapparaat
Bestanden in directory's tot het derde niveau kunnen worden opgeslagen.
Opmerking
Als er tegelijkertijd twee USB-opslagapparaten zijn aangesloten op beide aansluitingen (achterzijde en voorzijde), krijgt het apparaat dat aan de voorzijde is aangesloten voorrang.
64NL
5
Selecteer het apparaat met het gewenste beeldbestand. Als u de gedeelde computermap selecteert, wordt het venster met de instellingen voor de gedeelde map weergegeven. Controleer de inhoud, selecteer [Connect] en druk op ENTER (pagina 33).
6
Selecteer het gewenste beeldbestand. Er wordt een bevestigingsvenster voor het beeld weergegeven.
7
Selecteer [Yes]. Het geselecteerde beeldbestand wordt opgeslagen. Als het geselecteerde item al een beeldbestand heeft, wordt een bevestigingsvenster voor overschrijven weergegeven. Als u het bestaande beeldbestand wilt vervangen, selecteert u [Yes].
De gewenste tracks registeren in een afspeellijst U kunt tracks die op verschillende plaatsen in de HDD Jukebox zijn opgenomen, registreren op één locatie, een zogenaamde "playlist". Naderhand kunt u deze tracks beluisteren of overzetten naar een extern apparaat. "Favorites" in de afspeellijst fungeert ook als het Favorites-kanaal wanneer u de x-DJ-functie gebruikt. U kunt maximaal 10.000 tracks registreren in afspeellijsten.
De track registreren die wordt afgespeeld
Een beeldbestand verwijderen
FAVORITE
Selecteer [Del picture] in stap 4. Opmerking
Een beeldbestand kan niet worden hersteld nadat het is verwijderd of vervangen.
Terwijl de HDD JUKEBOX-functie op het apparaat is geactiveerd en de gewenste track wordt afgespeeld, drukt u op FAVORITE. De track wordt geregistreerd in "Favorites" in de lijst met afspeellijsten. Opmerking
Tracks kunnen niet met de FAVORITE-toets worden geregistreerd als de afspeellijstmodus is geselecteerd.
De bestemming voor de FAVORITE-toets wijzigen Wanneer u het apparaat aanschaft, worden geselecteerde tracks automatisch geregistreerd in "Favorites" wanneer u op de FAVORITE-toets drukt. De registratiebestemming kan echter worden gewijzigd. Als u dit wilt doen, moet u van tevoren de bestemmingsafspeellijst maken (pagina 57). Open het optiemenu, selecteer [Setting] – [FAVORITE] en selecteer bij [Destination] de gewenste afspeellijst die u wilt gebruiken.
65NL
Opmerking
Wanneer u tracks wilt beluisteren via het Favoriteskanaal in x-DJ, moet u de tracks registreren in "Favorites". In dit geval moet u ervoor zorgen dat u de registratielocatie niet wijzigt.
Meerdere tracks in één keer registreren U kunt alle tracks in een album of een groep in één keer in een afspeellijst registreren. Als u tracks in een andere afspeellijst dan "Favorites" wilt registreren, moet u van tevoren de afspeellijst maken (pagina 57).
1 2
Terwijl de HDD JUKEBOX-functie op het apparaat is geactiveerd, selecteert u het album of de groep die u in een afspeellijst wilt registreren. Open het optiemenu en selecteer [Edit] – [Add to playlist]. Controleer of alle tracks die u wilt registreren, zijn voorzien van een vinkje . Als u meerdere items wilt registreren, moet u elk gewenste item selecteren en voorzien van een vinkje.
4
Selecteer de afspeellijst waarin u de tracks wilt registreren. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven.
5
Selecteer [Yes]. De geselecteerde tracks worden geregistreerd in de opgegeven afspeellijst.
Opmerking
Alleen tracks in hetzelfde album of dezelfde groep kunnen in één keer worden geregistreerd.
Tip
U kunt tracks in het Favorites-kanaal van de x-DJfunctie registreren in een afspeellijst. Zie pagina 45 voor meer informatie.
Tracks in een afspeellijst beluisteren Terwijl de HDD JUKEBOX-functie op het apparaat is geactiveerd, opent u het optiemenu, selecteert u [Mode switch] – [Playlist] en start u het afspelen. Of selecteer het "Favorites"-kanaal in x-DJ. In dit geval worden alleen de tracks afgespeeld die in "Favorites" zijn geregistreerd.
Een afspeellijst overzetten U kunt een volledige afspeellijst overzetten naar een "WALKMAN" (ATRAC AD). Naderhand wordt de afspeellijst ook als afspeellijst herkend op de "WALKMAN" (ATRAC AD). Zie pagina 47 voor meer informatie.
3
66NL
Selecteer [Enter].
De timer gebruiken Het apparaat is uitgerust met drie timerfuncties: de slaaptimer, de wektimer en de opnametimer. U kunt één instelling voor de slaaptimer, drie instellingen voor de wektimer en 10 instellingen voor de opnametimer opgeven. De timerfunctie werkt als het apparaat is in- of uitgeschakeld. De TIMERaanduiding brandt of knippert wanneer de timerfunctie actief is. SLEEP
TIMER
De slaaptimer gebruiken U kunt de slaaptimer instellen zodat het apparaat na een bepaalde periode automatisch wordt uitgeschakeld. U kunt de gewenste periode opgeven in stappen van 30 minuten. Deze functie is handig als u in slaap wilt vallen terwijl u naar muziek luistert of als u nog weggaat. Druk op SLEEP. Het pop-upmenu voor de slaaptimer wordt weergegeven. Elke keer dat u op de toets drukt, wordt de tijdsduur als volgt gewijzigd: Off 30 60 90 120 150 180 Off…
//// ENTER BACK
OPTIONS
U kunt het instellen van de slaaptimer voltooien door de gewenste tijdsduur weer te geven. De TIMER-aanduiding gaat branden als de slaaptimer actief is. Opmerkingen De instelling voor de slaaptimer wordt geannuleerd als een andere timerfunctie actief is. Als een opnametimer is ingesteld, kan de instelling voor de slaaptimer niet overlappen met de begintijd van de ingestelde opnametimer.
67NL
De wektimer gebruiken U kunt de timer instellen zodat het apparaat elke dag op het opgegeven tijdstip automatisch wordt in- en uitgeschakeld. Het apparaat begint automatisch met afspelen wanneer het wordt ingeschakeld. Zorg ervoor dat de klok van tevoren correct is ingesteld (pagina 18). U kunt maximaal drie instellingen opgeven voor de wektimer.
1
Stel de bronkeuzeschakelaar op de versterker in op de functie voor dit apparaat.
2
Druk op TIMER. De lijst met instellingen wordt weergegeven.
3
Open het optiemenu en selecteer [New setting] – [Wake up playback].
Als de x-DJ-functie op het apparaat is geactiveerd, wordt het kanaal afgespeeld dat is ingesteld als geselecteerd kanaal wanneer de functie wordt geactiveerd (pagina 44). Opmerkingen Een instelling voor een wektimer kan niet worden vastgelegd als deze overlapt met een bestaande instelling. Bepaalde functies werken niet in de anderhalve minuut voordat een ingestelde wektimer wordt geactiveerd. Het activeren van de wektimer kan worden vertraagd door bepaalde handelingen als deze wordt uitgevoerd kort voordat de wektimer moet worden geactiveerd.
Instellingen voor de wektimer Item Date
Inhoud Een dag (maand/dag) in de komende 4 weken, inclusief de huidige dag Every Sat – Every Sun (bepaalde dagen, bijvoorbeeld elke zaterdag, maandag, enzovoort) Mon – Fri (van maandag tot en met vrijdag)
4
5 6
68NL
Stel elk item in. Selecteer de items in de vervolgkeuzelijst en stel de items in (weergegeven in de "Instellingen voor de wektimer" hieronder). Selecteer [OK]. De instelling wordt vastgelegd en wordt in de timerlijst weergegeven. Druk op TIMER of BACK. De instelling is vastgelegd en de TIMER-aanduiding gaat branden. Wanneer het ingestelde tijdstip wordt bereikt, wordt het afspelen van muziek of de radio gestart. Als de HDD JUKEBOX-functie op het apparaat is geactiveerd, wordt de laatst afgespeelde track afgespeeld. Als de CD-functie op het apparaat is geactiveerd, wordt de eerste track van de geplaatste CD afgespeeld.
Mon – Sat (van maandag tot en met zaterdag) Everyday Start: End:
Uur/minuut Uur/minuut
Function
CD FM/AM HDD
x-DJ (Fabrieksinstelling)
JUKEBOX
De opnametimer gebruiken U kunt de timer instellen om een radioprogramma of geluid van een externe component af te spelen die is aangesloten op de ANALOG IN-aansluiting of DIGITAL (COAXIAL/OPTICAL) INaansluiting van het apparaat, op te nemen. Als u deze functie wilt gebruiken, moet de klok van tevoren correct zijn ingesteld (pagina 18). U kunt maximaal 10 opnameinstellingen opgeven.
Een radioprogramma opnemen met de opnametimer U kunt een radio-uitzending op een opgegeven tijdstip opnemen. Als u dit wilt doen, moeten de klok en de radiozender van tevoren zijn ingesteld.
1
Druk op TIMER. De timerlijst wordt weergegeven.
2
Open het optiemenu en selecteer [New setting] – [FM/AM record].
3
Stel elk item in. Selecteer de items in de vervolgkeuzelijst en stel de items in (weergegeven in de "Instellingen voor de opnametimer" op pagina 70).
4
Selecteer [OK]. De instelling wordt vastgelegd en wordt in de timerlijst weergegeven.
5
Druk op TIMER of BACK. De instelling is gereed en de TIMERaanduiding gaat branden.
Een timeropname stoppen Druk op of HDD REC . Opmerkingen Nadat u een opnametimer hebt ingesteld, kunt u niet een andere opnametimer instellen die overlapt met het tijdstip dat is ingesteld voor de vorige timer. U kunt dit echter wel doen door de vorige instelling uit te stellen (pagina 72). Bepaalde functies werken niet in de anderhalve minuut voordat een ingestelde opnametimer wordt geactiveerd. Het activeren van de opnametimer kan worden vertraagd door bepaalde handelingen als deze worden uitgevoerd kort voordat de opnametimer moet worden geactiveerd. Als u geen titel voor de opname toevoegt, wordt de details van de opname (dat wil zeggen, de opnamedatum en -tijd) automatisch gebruikt als titel.
Opnemen vanaf een externe component met de opnametimer
1
Selecteer de externe component (bron) waarvan u wilt opnemen op de versterker.
2 3
Druk op TIMER. Open het optiemenu en selecteer [New setting] – [Analog In record] of [Digital In record].
Vervolg
69NL
4
Stel elk item in.
Band1)
Wanneer u [Analog In record] selecteert:
Preset no.1)
Voorinstelnummer
Format/ Bit rate2)
ATRAC3
66 kbps 105 kbps 132 kbps
ATRAC3plus
48 kbps 64 kbps 256 kbps
FM/AM
Linear
PCM
MP3 Wanneer u [Digital In record] selecteert: Track mark (interval voor trackmarkeringen)
— 96 kbps 128 kbps 160 kbps 192 kbps 256 kbps
every 10 min every 30 min every 60 min every 120 min LEVEL SYNC3) Auto4)
5 6
Auto title5)
On/Off
Selecteer [OK].
Input6)
Optical/Coaxial
Druk op TIMER of BACK.
(Fabrieksinstelling) 1) Alleen wanneer de FM/AM-functie op het apparaat is geactiveerd. 2) Zie pagina 28 voor meer informatie over de instelling "Format/Bit rate". 3) Zie pagina 29 voor meer informatie over de instelling "LEVEL SYNC". Raadpleeg ook de uitleg voor de instelling "LEVEL SYNC level". 4) Alleen wanneer de FM/AM-functie op het apparaat is geactiveerd. Zie pagina 29 voor meer informatie over de instelling "Auto". 5) Wanneer "Auto title" is ingesteld op "On" (pagina 30) en de ANALOG IN- of DIGITAL IN-functie op het apparaat is geactiveerd, wordt de huidige titel overschreven. 6) Alleen wanneer de DIGITAL IN-functie op het apparaat is geactiveerd.
Een timeropname stoppen Druk op of HDD REC .
Instellingen voor de opnametimer Item Date
Inhoud Een dag (maand/dag) in de komende 4 weken, inclusief de huidige dag Every Sat – Every Sun (bepaalde dagen, bijvoorbeeld elke zaterdag, maandag, enzovoort) Mon – Fri (van maandag tot en met vrijdag) Mon – Sat (van maandag tot en met zaterdag) Everyday
70NL
Start: End:
Uur/minuut Uur/minuut
Title
Ingestelde naam
Overige handelingen Een timerinstelling annuleren terwijl de timer wordt uitgevoerd
(blauw) De opnametimer bevindt zich in de stand-bymodus. (rood) De opnametimer is geactiveerd. (grijs)
U kunt een timerinstelling annuleren terwijl de wektimer of de opnametimer wordt uitgevoerd. Als u dit doet, wordt de stoptijd geannuleerd en gaat het opnemen of afspelen vervolgens verder. Als u een instelling wilt annuleren, opent u het optiemenu terwijl de wektimer of opnametimer wordt uitgevoerd en selecteert u [Timer cancel].
Mislukte opname Dit pictogram wordt weergegeven wanneer de opnametimer is mislukt wegens een stroomstoring of ander probleem. Dit pictogram wordt niet weergegeven wanneer de timer is ingesteld voor regelmatige intervallen, zoals elke dag of elke week. In dat geval blijft de instelling actief, zelfs als er een opname is mislukt. De resultaten van een mislukte opname moeten echter worden verwijderd (deze pagina).
De inhoud van een instelling controleren Druk op TIMER. De weergave met de timerlijst wordt weergegeven. Druk nogmaals op TIMER om de weergave te verbergen.
De opnametimer is uitgesteld.
Een timerinstelling verwijderen
1 Druk op TIMER. De weergave met de timerlijst wordt weergegeven.
2 Selecteer de instelling die u wilt verwijderen.
3 Druk op DELETE of open het optiemenu en
Pictogram voor opnametimer Pictogram voor wektimer
Titel
Ingestelde naam
Datum
Ingestelde datum
Tijd
Starttijd en stoptijd van de opnametimer.
selecteer [Delete]. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven.
4 Selecteer [Yes]. De geselecteerde instelling wordt uit de lijst verwijderd. Als u [No] selecteert, wordt de handeling geannuleerd.
5 Druk op TIMER of BACK.
71NL
Een timerinstelling wijzigen
1 Druk op TIMER. 2 Selecteer de instelling die u wilt wijzigen. Het venster voor het wijzigen van de instelling wordt weergegeven.
3 Selecteer het item dat u wilt wijzigen. 4 Pas het item aan. 5 Selecteer [OK]. De nieuwe informatie overschrijft de oude informatie en wordt weergegeven in de timerlijst.
6 Druk op TIMER of BACK. Tip
U kunt dezelfde handeling uitvoeren met het optiemenu.
Een timerinstelling voor een opname met een regelmatig interval tijdelijk uitstellen — Uitstellen Als u een timerinstelling uitstelt, kunt u een andere instelling opgeven voor dezelfde tijd.
1 Druk op TIMER. 2 Selecteer de instelling die u wilt uitstellen. Het venster voor opnieuw instellen wordt weergegeven.
3 Stel [Programming] in op [Suspend] in de vervolgkeuzelijst.
4 Selecteer [OK]. De geselecteerde instelling wordt uitgesteld en het bijbehorende pictogram wordt grijs.
5 Druk op TIMER of BACK. De instelling voor uitstellen wordt automatisch geannuleerd zodra de andere timeropname is uitgevoerd.
72NL
Muziek beluisteren die op een computer is opgeslagen — Network Media
Wat is Network Media? Met de NETWORK MEDIA-functie kunt u audiobestanden en beeldbestanden overzetten tussen componenten via een privénetwerk of een gedeeld netwerk (zoals binnen een bedrijf, school of ander gebouw). Dit is mogelijk omdat het apparaat voldoet aan de DLNA (Digital Living Network Alliance) Interoperability Guidelines versie 1.0, waarmee u het apparaat kunt gebruiken als DLNAcompatibele digitale mediaspeler (een client) om audiogegevens af te spelen die zijn opgeslagen op een andere DLNAcompatibele digitale mediaserver*. Computer, enzovoort (server) Dit apparaat (client)
Over servers Bepaalde DLNA-compatibele servers maken het mogelijk dat de client via de NETWORK MEDIA-functie afspeellijsten kan weergeven die zijn opgeslagen in de beheerdatabase voor audiobestanden van de server. Servers die ondersteuning bieden voor de weergave van afspeellijsten ( ): Sony VAIO-computers met VAIO Media, enzovoort. Dit apparaat (client) kan afspeellijsten weergeven die zijn gemaakt met de SonicStage-software.
): Andere servers ( Andere computers dan de bovenstaande computers. Dit apparaat (client) geeft de bestandsstructuur weer zoals deze op de computer staat.
* Raadpleeg de website voor klantenondersteuning van Sony Europe op http://support.sony-europe.com/ (alleen voor klanten in Europa) voor de laatste informatie over servers die worden ondersteund door dit apparaat.
73NL
Pictogram Beschrijving
Muziek beluisteren
Onbekende server
Als voorbeeld van de NETWORK MEDIA-functie worden in dit gedeelte de bewerkingen op het apparaat beschreven wanneer het apparaat is aangesloten op een server die ondersteuning biedt voor de weergave van afspeellijsten.
1
Pictogram Beschrijving (wit of zwart1)) (geelgroen)
Pictogrammen
Servers die ondersteuning bieden voor de weergave van afspeellijsten U kunt de lijstmodus (afspeellijstmodus of serverstructuurmodus) selecteren voor servers die ondersteuning bieden voor de weergave van afspeellijsten (pagina 76).
(wit of zwart1))
(wit of zwart1))
(geelgroen)
74NL
Serverstatus
Servers die Verbinding kunnen worden mogelijk verbonden (actieve servers) Servers die Verbinding niet niet reageren mogelijk2) (servers die inactief zijn of waarop de wachtmodus of stand-bymodus is geactiveerd) De server die als laatste is verbonden
Verbinding mogelijk
Nieuwe server
Verbinding mogelijk
Verbinding mogelijk, de details van de server kunnen niet worden gevonden
Andere servers
Druk op NETWORK MEDIA of open het functiemenu en selecteer [NETWORK MEDIA]. Er wordt een lijst weergegeven met servers die kunnen worden geselecteerd.
Pictogram Beschrijving
Serverstatus
Serverstatus
Servers die Verbinding kunnen worden mogelijk verbonden De server die als laatste is verbonden
Verbinding mogelijk
Nieuwe server
Verbinding mogelijk
Onbekende server
Verbinding mogelijk, de details van de server kunnen niet worden gevonden
1) De
kleur van de pictogrammen verschilt afhankelijk van het geselecteerde weergaveontwerp (pagina 92). De bovenstaande kleur is van toepassing voor het weergave-ontwerp type 1. 2) Er kan verbinding met een server worden gemaakt wanneer de server zich in een status bevindt waarin deze automatisch kan worden opgestart.
2
Selecteer een server in de lijst met servers die u kunt selecteren. "Connecting to server." wordt weergegeven, gevolgd door de hoofdweergave.
3
Selecteer de track die u wilt afspelen. Het afspelen wordt gestart.
Lijstmodus
Opmerking
Terwijl de server verbinding maakt met het apparaat, moet u de server niet uitschakelen en het audiobestand niet van de server verwijderen.
Tip
Als er geen servers in de lijst staan die kunnen worden geselecteerd, opent u het optiemenu en selecteert u [Display] – [Update info].
Over audio-indelingen De verbonden server kan bepaalde audiogegevens bevatten die niet op het apparaat kunnen worden afgespeeld. Deze tracks kunnen worden aangegeven met een pictogram in de weergave. Lijstweergave
Overige handelingen Actie
Handeling:
Afspelen stoppen Druk op . Een vorige/ volgende track selecteren
Druk op / tijdens het afspelen.
Een afspeellijst of Druk op ///. track selecteren Een afspeellijst selecteren
Druk op ALBUM + of ALBUM –.
Een tracknummer Druk op de bijbehorende selecteren met de cijfertoets en druk cijfertoetsen vervolgens op ENTER. De weergave met Druk tijdens het afspelen tijdsinformatie op DISPLAY om te wijzigen schakelen tussen de verstreken tijd en de resterende tijd, of open het optiemenu en selecteer [Display] – [Time] – [Elapsed time] of [Remaining time] (pagina 21).
Pictogram
Pictogram Betekenis Tracks die kunnen worden afgespeeld. Tracks die worden geanalyseerd. Tracks die niet kunnen worden afgespeeld.
Opmerkingen U kunt een track selecteren met de cijfertoetsen, zelfs als de hoofdweergave of tracklijst wordt weergegeven. U kunt de tijdinformatie niet wijzigen wanneer het apparaat is gestopt. De juiste resterende tijd wordt wellicht niet weergegeven, afhankelijk van de verbonden server.
75NL
De lijstmodus wijzigen Wanneer het apparaat is verbonden met een server die ondersteuning biedt voor de weergave van afspeellijsten, kunt u op het apparaat de afspeellijstmodus (de inhoud van de afspeellijsten) of de serverstructuurmodus (de bestandsstructuur op de server) selecteren. Bij verbinding met andere servers kan alleen de serverstructuur worden weergegeven. Open het optiemenu en selecteer [Mode switch] – [Playlist] of [Server tree]. Afspeellijstmodus
Verschillende afspeelmodi
1
Terwijl het apparaat is gestopt, opent u het optiemenu en selecteert u [Setting] – [Play mode].
2 3
Selecteer het item dat u wilt instellen.
4
Selecteer [Close]. De instellingen worden weergegeven in de hoofdweergave.
Stel elk item in. Selecteer de items in de vervolgkeuzelijst en stel de items in (weergegeven in de "Lijst met instellingen" hieronder).
Lijst met instellingen
Serverstructuurmodus
Play area Het afspeelgebied kan alleen worden geselecteerd wanneer de afspeellijstmodus is geselecteerd. List
De tracks in de huidige afspeellijst worden afgespeeld.
All
De tracks op de huidige server worden afgespeeld.
( Fabrieksinstelling)
Repeat Teruggaan naar het venster voor het selecteren van de server
Druk op BACK of open het optiemenu en selecteer [Change level] – [Select server].
Off
(geen)
Herhaaldelijk afspelen is uitgeschakeld.
On
De tracks in het afspeelgebied worden herhaaldelijk afgespeeld.
Track
Eén track wordt herhaaldelijk afgespeeld.
( Fabrieksinstelling)
76NL
Informatie over afspeellijsten of tracks weergeven
1
Selecteer de afspeellijst of track waarvoor u de informatie wilt controleren.
2
Open het optiemenu en selecteer [Display] – [Playlist info] of [Track info].
Als u een volledige tekenreeks voor een titel, artiest of genre wilt weergeven, drukt u op / om het betreffende vak te selecteren en drukt u op ENTER. Druk op / om de weergave te schuiven.
Handige instellingen Automatische verbinding met een server instellen Als u van tevoren een bepaalde server opgeeft, maakt het apparaat automatisch verbinding met die server wanneer u de NETWORK MEDIA-functie weer activeert. Zelfs als er slechts één server is die met dit apparaat kan worden gebruikt, kunt u de instelling voor automatische verbinding nog steeds opgeven. Schakel de server van tevoren in.
1
Druk op NETWORK MEDIA of open het functiemenu en selecteer [NETWORK MEDIA]. Er wordt een lijst weergegeven met servers die kunnen worden geselecteerd.
2
Selecteer de server die u wilt instellen voor de automatische verbinding, open het optiemenu en selecteer [Setting] – [Auto connect] – [On]. De geselecteerde server wordt ingesteld voor de automatische verbinding. Het apparaat wordt automatisch verbonden met deze server wanneer de NETWORK MEDIA-functie word geactiveerd. Als u de instelling voor automatische verbinding wilt uitschakelen, selecteert u [Off].
Dit pictogram geeft aan dat de server is ingesteld voor automatische verbinding.
77NL
Als de gewenste server niet in de lijst met servers wordt weergegeven
3
Selecteer [Apply]. Het bericht "Register this product on the server within 5 minutes" wordt weergegeven en het apparaat schakelt over naar de stand-bymodus voor registratie. Voer de registratie uit op de VAIOcomputer. (Als de registratie niet binnen 5 minuten is voltooid, wordt de stand-bymodus voor registratie automatisch geannuleerd.)
4
Als het voltooiingsbericht wordt weergegeven, drukt u op ENTER. De registratie op de VAIO-computer wordt voltooid. De lijst met servers die kunnen worden geselecteerd, wordt weergegeven en de VAIO-computer wordt in de lijst weergegeven. Raadpleeg de website voor klantenondersteuning van Sony Europe op http://support.sony-europe.com/ (alleen voor klanten in Europa) voor meer informatie over bewerkingen op de VAIO-computer.
Open het optiemenu en selecteer [Display] – [Update info]. Het kan enige tijd duren voordat de server in de lijst wordt weergegeven. Opmerkingen Een server waarmee nog nooit verbinding is gemaakt, kan niet worden ingesteld voor automatische verbinding. Verbind het apparaat eerst met de nieuwe server en geef vervolgens de instelling op. De instelling voor automatische verbinding met de server kan worden gewist als het netsnoer uit het stopcontact wordt gehaald. In dit geval moet u de instelling opnieuw opgeven.
Het apparaat registreren op een VAIOcomputer — Instelling voor beperkte toegang
Als de gebruikte server een Sony VAIO-computer is, kunt u het apparaat registreren op de VAIO-computer zodat geen andere component dan dit apparaat toegang tot de computer kan krijgen.
1
Druk op NETWORK MEDIA of open het functiemenu en selecteer [NETWORK MEDIA].
2
Open het optiemenu en selecteer [Setting] – [Register].
Opmerking
Als u overschakelt van een bedrade naar een draadloze netwerkverbinding, of omgekeerd, wordt de instelling voor beperkte toegang gewist. In dit geval moet u de instelling opnieuw opgeven.
78NL
Aansluitingen en instellingen
De antennes en de versterker aansluiten Sluit de bijgeleverde antennes, de optionele versterker en het netsnoer aan in de volgorde tot en met zoals in de afbeelding wordt aangegeven. De bijgeleverde antennes zijn bedoeld voor gebruik binnenshuis. Voor een stabiele ontvangst kunt u het beste het apparaat aansluiten op een externe antenne (los verkrijgbaar). Zie pagina 47 voor meer informatie over het aansluiten van draagbare apparaten of optionele componenten. MONITOR OUT-aansluiting (NTSC) U kunt hierop een televisie of ander apparaat aansluiten via een optionele videokabel. Via deze aansluiting wordt een videosignaal uitgevoerd voor weergave op het aangesloten apparaat.
ANALOG IN/OUT1/OUT2-aansluitingen Gebruik de bijgeleverde audiokabel om de ANALOG OUTaansluitingen te verbinden met de ingang (TAPE, MD, enzovoort) op de versterker. Gebruik een optionele audiokabel om de ANALOG INaansluitingen te verbinden met de uitgang (REC OUT, enzovoort) op de versterker of andere audiocomponent (cassettedeck, enzovoort). Hetzelfde signaal wordt uitgevoerd via de ANALOG OUT 1- en ANALOG OUT 2-aansluitingen.
DIGITAL OPTICAL IN/OUT-aansluitingen Gebruik een optionele optisch digitale kabel om de OPTICAL OUT-aansluiting te verbinden met de optische ingang op de digitale versterker. Gebruik een optionele optisch digitale kabel om de OPTICAL IN-aansluiting te verbinden met de optische uitgang op de digitale versterker, digitale tuner, MD-deck of DAT-deck.
DIGITAL COAXIAL IN/OUT-aansluitingen Gebruik een optionele digitale coaxkabel om de COAXIAL OUT-aansluiting te verbinden met de coaxingang op de digitale versterker. Gebruik een optionele digitale coaxkabel om de COAXIAL IN-aansluiting te verbinden met de coaxuitgang op de digitale versterker, digitale tuner, MD-deck of DAT-deck.
Sluit de AM-kaderantenne aan. Sluit de AM-kaderantenne aan op de aansluitingen voor de AM-antenne op het apparaat. Trek vervolgens voorzichtig aan het snoer om te controleren of de antenne stevig is aangesloten.
Opmerkingen Houd de AM-kaderantenne uit de buurt van het apparaat en andere AV-apparatuur, omdat dit ruis in de radio-ontvangst kan veroorzaken. Controleer of de metalen draden (niet het gedeelte dat is bedekt met isolatiemateriaal) stevig in de antenneaansluitingen zijn geplaatst.
Vervolg
79NL
Sluit de FM-draadantenne aan. Sluit de FM-draadantenne aan op de aansluiting voor de FM-antenne op het apparaat. FM-draadantenne
Opmerkingen Wind de FM-draadantenne niet op tijdens het gebruik. Nadat u de FM-draadantenne hebt aangesloten, moet u deze neerleggen zodat de antenne zo parallel mogelijk met de vloer loopt.
Als de FM-ontvangst slecht is
Gebruik een in de handel verkrijgbare 75 coaxkabel om het apparaat op een externe antenne aan te sluiten. Externe antenne
Wanneer u een digitaal apparaat, zoals een digitale versterker, aansluit
Gebruik de optionele digitale coaxkabel voor aansluiting op de DIGITAL COAXIAL IN- en OUT-aansluitingen, en gebruik de optionele optisch digitale kabel voor aansluiting op de DIGITAL OPTICAL IN- en OUT-aansluitingen. De DIGITAL (COAXIAL/OPTICAL) OUT-aansluiting is ontworpen voor het controleren van geluid via de aangesloten digitale versterker of een ander apparaat. Het is daarom niet mogelijk om een digitale opname van het signaal te maken op een aangesloten digitaal opnameapparaat, ongeacht het materiaaltype (bron) dat op dit apparaat is opgenomen. Zorg ervoor dat u de digitale coaxkabel of de optisch digitale kabel niet buigt of vastbindt. Bij aansluiting op de DIGITAL COAXIAL IN/OUT-aansluitingen:
Naar de coaxingang van de digitale versterker
Sluit de versterker aan. Sluit de versterker via de ANALOG IN- en OUT-aansluitingen aan met de audiokabels (één audiokabel wordt bijgeleverd). Zorg ervoor dat u de gekleurde snoeren aansluit op de bijbehorende aansluitingen op het apparaat: rood (rechts) op rood en wit (links) op wit.
Digitale coaxkabel (optioneel) : Signaalverloop
Naar de coaxuitgang van de digitale versterker, digitale tuner, MD-deck, DAT-deck, enzovoort
Bij aansluiting op de DIGITAL OPTICAL IN/OUT-aansluitingen:
Naar de ingang (TAPE, Audiokabel MD, enzovoort) van de (bijgeleverd) versterker
: Signaalverloop
80NL
Naar de uitgang (REC OUT, enzovoort) van de versterker of een audiocomponent (cassettedeck, enzovoort)
Naar de optische ingang van de digitale versterker
Optisch digitale kabel Naar de optische uitgang (optioneel) van de digitale versterker, digitale tuner, MD-deck, : Signaalverloop DAT-deck, enzovoort
Sluit het apparaat aan op het netwerk. Als u beschikt over een netwerkomgeving, kunt u het apparaat verbinden met internet via een netwerkkabel of een draadloos LAN-netwerk met een Ethernet/draadloze LAN-mediaconverter. U kunt gemakkelijk een draadloze LAN-verbinding tot stand brengen door een draadloze BUFFALO USB LAN-adapter aan te sluiten op een USB-aansluiting op het apparaat. Zie "Netwerkverbinding en -configuratie" op pagina 82 voor meer informatie. Met een internetverbinding kunt u verschillende internetfuncties gebruiken (pagina 19, 21, 55, 73 en 96).
De batterijen in de afstandsbediening plaatsen Plaats twee batterijen van AA-formaat (R6) (bijgeleverd) in de afstandsbediening met de plus- (+) en minpolen (–) op de juiste plaats. Als de afstandsbediening het apparaat niet langer kan bedienen, moet u beide batterijen vervangen door nieuwe.
Sluit het netsnoer aan. Sluit het netsnoer aan op een stopcontact nadat u alle andere aansluitingen hebt gemaakt. Het apparaat wordt automatisch ingeschakeld en de standaardinstellingen worden geregistreerd. Wacht tot het apparaat weer wordt uitgeschakeld. Het registreren van de standaardinstellingen kan enige minuten duren, afhankelijk van de status van het apparaat.
WAARSCHUWING
Koppel het netsnoer niet los terwijl de standaardinstellingen worden geregistreerd. Als u dit wel doet, kan er een storing optreden.
De AM-kaderantenne instellen
1 Wikkel het antennesnoer los van de antenne.
Antennesnoer
2 Monteer de AM-kaderantenne zodat deze
rechtop staat. Klap de standaard uit, zet de antenne rechtop en plaats deze in de sleuf, zoals in de onderstaande afbeelding wordt weergegeven.
81NL
Netwerkverbinding en ‑configuratie Dit apparaat kan met internet worden verbonden via een ADSL-, kabel- (CATV) of glasvezelverbinding (FTTH). Raadpleeg de website voor klantenondersteuning van Sony Europe op http://support.sony-europe.com/ (alleen voor klanten in Europa) voor meer informatie over de verbindingen.
Verbinding maken met internet Voeg dit apparaat toe aan uw internetomgeving.
Een bedrade internetverbinding gebruiken Volg de onderstaande stroomdiagram om de juiste verbindingsconfiguratie te selecteren. Start
De computer is al verbonden met internet.
Neem een Nee abonnement bij een internetprovider.
Ja U wilt op zowel de computer als het apparaat verbinding maken met internet.
Sluit de Nee netwerkkabel opnieuw aan tussen de computer en het apparaat.
Pagina 83
Ja
Nee
Zijn er ongebruikte poorten beschikbaar op de modem of de breedbandrouter?
CATV
Hoe maakt uw computer verbinding met internet?
FTTH
Zijn er ongebruikte poorten beschikbaar op het optischnetwerkapparaat of de breedbandrouter?
ADSL Bereid een breedbandrouter of een hub voor.
Ja
Pagina 84
Nee
Pagina 85
Ja Pagina 84
82NL
Bereid een breedbandrouter of een hub voor.
Ja Zijn er ongebruikte poorten beschikbaar op de modem of de breedbandrouter?
Nee
Bereid een breedbandrouter of een hub voor.
Vervolg
Een draadloos LAN-netwerk gebruiken Wanneer u het apparaat via een draadloze LAN-verbinding gebruikt, volgt u de onderstaande stroomdiagram om de verbindingsmethode en -configuratie voor het apparaat te selecteren. Start
Beschikt u al over een draadloze LANomgeving?
Nee
Bereid een draadloze BUFFALO LAN-router (toegangspunt) en een draadloze USB LANadapter WLI-U2-KG54* voor.
Ja Beschikt u over een Ethernet/draadloze LAN-mediaconverter om aan te sluiten op dit apparaat?
Nee
Bereid een draadloze BUFFALO USB LAN-adapter WLI-U2-KG54* voor.
Pagina 86
Ja Pagina 86
* Voor informatie over andere draadloze USB LAN-adapters dan de WLI-U2KG54 kunt u de site voor klantenondersteuning van Sony Europe raadplegen op http://support.sony-europe.com/ (alleen voor klanten in Europa).
Verbindingsvoorbeelden
Eenvoudige verbinding Computer
Probeer de netwerkkabel aan te sluiten die op de computer was aangesloten. Dit is een gemakkelijke manier om toegang tot internet te krijgen omdat u geen netwerkinstellingen op het apparaat hoeft op te geven. Als u een internetverbinding wilt hebben zonder de computer te gebruiken, raadpleegt u tot en met . Netwerkkabel
Opmerkingen
Achterzijde van het apparaat
Deze methode voor toegang tot internet is wellicht niet mogelijk voor bepaalde internetproviders. Deze methode voor toegang tot internet is wellicht niet mogelijk voor bepaalde internetproviders omdat hiervoor een modem met een ingebouwde router is vereist. Als uw modem niet beschikt over een ingebouwde router, moet u een router voorbereiden.
83NL
Bij gebruik van CATV Kabelmodem
Breedbandrouter
CATV-aansluiting
Netwerkkabel (optioneel) Coaxkabel (optioneel) Netwerkkabel (optioneel)
Achterzijde van het apparaat
Computer
Naar de NETWORKpoort
Als er geen ongebruikte poort beschikbaar is op de breedbandrouter, voegt u een hub toe. ga naar
Ga naar "Een bedraad LAN-netwerk instellen" op pagina 89.
Bij gebruik van ADSL
Telefoonaansluiting in de muur
Telefoonsnoer (optioneel)
Splitter
ADSL-modem
Telefoonsnoer (optioneel)
Breedbandrouter
Netwerkkabel (optioneel) Netwerkkabel (optioneel)
Telefoon
Naar de NETWORKpoort
Computer
Achterzijde van het apparaat Als u een ADSL-modem met een ingebouwde router gebruikt, kunt u de netwerkkabel aansluiten op een ongebruikte poort op de modem. Als er geen ongebruikte poort beschikbaar is op de breedbandrouter, voegt u een hub toe. ga naar Ga naar "Een bedraad LAN-netwerk instellen" op pagina 89
84NL
Bij gebruik van glasvezel (FTTH) Optisch-netwerkapparaat (DCE-apparatuur)
Breedbandrouter
Internet Glasvezelkabel
Netwerkkabel (optioneel) Netwerkkabel (optioneel)
Achterzijde van het apparaat
Computer
Naar de NETWORK-poort
Als er geen ongebruikte poort beschikbaar is op de breedbandrouter, voegt u een hub toe. ga naar
Ga naar "Een bedraad LAN-netwerk instellen" op pagina 89
Bij gebruik van een hub Hub
Breedbandrouter
Netwerkkabel (optioneel)
Netwerkkabel (optioneel)
Netwerkkabel (optioneel) Naar de NETWORK-poort Computer
Computer
Printer
Achterzijde van het apparaat
Scanner
Als er geen ongebruikte poort beschikbaar is op de breedbandrouter, voegt u een hub toe en sluit u vervolgens de overige apparaten aan op de hub.
Opmerking
Als er meerdere apparaten op een hub zijn aangesloten en de hub niet beschikt over een ingebouwde router, kan slechts een van de apparaten per keer toegang krijgen tot internet. Als u meerdere apparaten tegelijk wilt verbinden met internet, moet u de hub aansluiten op een breedbandrouter. Ga naar "Een bedraad LAN-netwerk instellen" op pagina 89.
85NL
Wanneer u een Ethernet/draadloze LAN-mediaconverter aansluit op de NETWORK-poort van het apparaat ADSL-modem of optischnetwerkapparaat (DCE-apparatuur)
Ethernet/ draadloze LANmediaconverter (optioneel)
Draadloze LAN-router (toegangspunt) Netwerkkabel (optioneel)
Netwerkkabel (optioneel)
Naar de NETWORK-poort Computer
Achterzijde van het apparaat
Als u de router hebt gewijzigd, moet u de computer instellen voor gebruik met die router. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de router wordt geleverd voor meer informatie over de instelprocedure. Ga naar "Een bedraad LAN-netwerk instellen" op pagina 89.
Wanneer u een draadloze LAN-router (toegangspunt) en een draadloze BUFFALO USB LAN-adapter gebruikt ADSL-modem of optischnetwerkapparaat (DCE-apparatuur) Draadloze BUFFALO USB LAN-adapter WLI-U2-KG54* (optioneel)
Netwerkkabel (optioneel)
Draadloze LAN-router (toegangspunt)
Computer
Naar de USB-aansluiting
Achterzijde van het apparaat
* Voor informatie over andere draadloze USB LAN-adapters dan de WLI-U2-KG54 kunt u de site voor klantenondersteuning van Sony Europe raadplegen op http://support.sony-europe.com/ (alleen voor klanten in Europa).
Opmerking
Wanneer u een draadloze USB LAN-adapter aansluit op de USB-aansluiting aan de achterzijde van het apparaat, moet u ervoor zorgen dat u een USB-verlengsnoer gebruikt voor een betere draadloze ontvangst. Ga naar "Een draadloos USB LAN-netwerk instellen" op pagina 90.
86NL
Het netwerk instellen Als u op het apparaat verbinding met internet wilt maken, moet u ervoor zorgen dat de netwerkinstellingen op het apparaat correct zijn opgegeven. De instelprocedure is afhankelijk van of de NETWORK-poort of de USB-aansluiting op het apparaat wordt gebruikt om verbinding met internet te maken. Geef de betreffende (alfanumerieke) waarden voor uw breedbandrouter op, zoals in de volgende tabel wordt weergegeven. De items die moeten worden ingesteld, kunnen afwijken, afhankelijk van uw internetprovider. Raadpleeg de documentatie die u hebt ontvangen van uw internetprovider voor meer informatie. Items
Beschrijving
Voorbeelden
IP address
Een numeriek adres dat aan een computer wordt gegeven. Het IP-adres bestaat uit vier reeksen met drie cijfers, van elkaar gescheiden door een punt.
192.168.xxx.xxx
Subnet mask
Cijfers die worden gebruikt om het bereik aan te geven waartoe het IP-adres behoort.
255.255.xxx.xxx
Default gateway
Een apparaat, zoals een computer of een breedbandrouter 192.168.xxx.xxx op een netwerk, dat kan fungeren als gateway wanneer toegang moet worden verkregen tot een andere computer buiten het netwerk. Dit wordt aangegeven met een IP-adres.
DNS server address Een server die domeinnamen vertaalt in IP-adressen en die (primary/ wordt aangegeven met een IP-adres. secondary) Afhankelijk van de serviceprovider kan dit ook "naamserver", "DNS1/DNS2", "DNS-server" of "domeinserver" worden genoemd.
192.168.xxx.xxx
Proxy
Als u proxygegevens hebt ontvangen van de serviceprovider, Proxy.xxx.xx.xx moet dit item worden ingesteld. Een proxy is een tussenliggende server die, in plaats van het apparaat, toegang zoekt tot de gewenste webserver, via een firewall om ongeautoriseerde toegang van buitenaf te voorkomen. Proxyservers plaatsen gegevens ook in het cachegeheugen om te zorgen voor snellere downloads.
Port
Dit is het poortnummer voor een proxyserver. Als u een 80 poortnummer hebt ontvangen van de serviceprovider, moet dit item worden ingesteld. Een poortnummer is vereist om de toepassing te identificeren tussen alle actieve toepassingen op de computer waarmee wordt gecommuniceerd. Toepassingen, zoals browsers en e-mailclients, beschikken over specifieke poortnummers.
87NL
Items
Beschrijving
DHCP
DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) is een protocol dat automatisch informatie, zoals een IP-adres, toewijst aan een computer (client) die tijdelijk is verbonden met internet. De DHCP-server onderhoudt andere parameters, zoals IP-adres voor de gatewayserver of DNSserver, subnetmasker en het bereik van IP-adressen dat kan worden geleverd aan clients, en levert de informatie aan gebruikers met een inbelverbinding. Wanneer de client de toegang beëindigt, verzamelt de DHCP-server automatisch de adressen en wijst deze toe aan een andere computer. Met het DHCP-protocol kunnen gebruikers gemakkelijk verbinding met internet maken, zelfs als ze niet alle netwerkinstellingen weten. Bovendien kan de netwerkbeheerder het DHCP-protocol gebruiken om meerdere clients gemakkelijk te beheren.
Access point*
Een toegangspunt is een apparaat dat elektronische signalen doorstuurt om draadloze communicatieapparaten (zoals een laptop) met elkaar te verbinden in een draadloos LANnetwerk.
SSID*
SSID (Service Set Identifier) is een naam waarmee het toegangspunt wordt aangegeven in een draadloos LANnetwerk uit de IEEE 802.11x-serie. De naam bestaat uit maximaal 32 alfanumerieke tekens.
Security settings*
Beveiligingsinstellingen voorkomen het gebruik van bestanden of randapparaten of het onderscheppen van inhoud van communicatie door derden. Dit apparaat kan WEP (Wired Equivalent Privacy) gebruiken als beveiligingsinstelling voor het draadloze LAN-netwerk.
Network key*
De netwerksleutel is een soort wachtwoord dat wordt gebruikt als beveiligingsinstelling. Dezelfde netwerksleutel is vereist voor zowel de draadloze LAN-router als de Ethernet/draadloze LAN-mediaconverter of de draadloze USB LAN-adapter. De sleutel bestaat uit maximaal 26 alfanumerieke tekens.
* Alleen voor draadloze LAN-netwerken.
88NL
Voorbeelden
Een bedraad LAN-netwerk instellen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het apparaat kunt instellen voor een bedraad LAN-netwerk of een draadloos LAN-netwerk dat is verbonden via de NETWORK-poort van het apparaat.
1 Open het instelmenu en selecteer [Network].
2 Selecteer [LAN] – [Wired]. 3 Selecteer [Wired LAN setting]. "Checking Network setting." wordt weergegeven en het venster voor het instellen van een bedraad LAN-netwerk wordt weergegeven.
6 Controleer of [DHCP] is ingesteld op [All
auto]. Het IP-adres wordt automatisch opgehaald. U moet het IP-adres wellicht handmatig opgeven, afhankelijk van uw internetprovider. Zie "Het IP-adres handmatig instellen" voor meer informatie.
7 Selecteer [Apply]. De instelling wordt bijgewerkt.
8 Selecteer [Close]. De weergave keert terug naar het venster voor het instellen van het netwerk.
Het IP-adres handmatig instellen 1 Selecteer [DNS manual] of [All manual] in stap 6 hierboven.
U moet de items instellen die zijn gemarkeerd met .
2 Selecteer het item dat u wilt instellen. 3 Zet de muisaanwijzer op de parameter en druk op / om elk cijfer op te geven.
Tip : U hoeft dit item niet in te stellen. : U moet dit item instellen. Ga naar stap 4.
Als u een eerdere instelling wilt herstellen, selecteert u [Undo] voordat u stap 7 van "Een bedraad LANnetwerk instellen" uitvoert.
Een proxyserver instellen
4 Selecteer [Address setting].
Deze procedure moet worden uitgevoerd als u een proxyinstelling hebt ontvangen van uw internetprovider. Als dit niet het geval is, kunt u deze procedure overslaan.
1 Selecteer [Proxy setting] in het venster voor
het instellen van een bedraad LAN-netwerk.
2 Wijzig de instelling [To Internet] in [Connection via proxy].
3 Geef het adres voor [Proxy server] en het nummer voor [Port] op.
5 Controleer of [Ethernet speed] is ingesteld op [Automatic].
4 Selecteer [Close].
Tip Als het apparaat problemen ondervindt bij het maken van verbinding met de breedbandrouter of een hub, kunt u het probleem soms verhelpen door [100 Mbps] of [10 Mbps] te selecteren.
89NL
De netwerkstatus controleren 1 Selecteer [Network status check] in het
venster voor het instellen van een bedraad LAN-netwerk.
5 Selecteer [Close]. De weergave keert terug naar het venster voor het instellen van het netwerk.
6 Selecteer [Close] of druk op BACK. Het venster voor het instellen van het netwerk wordt gesloten.
Een draadloos USB LAN-netwerk instellen
1 Open het instelmenu en selecteer [Network].
2 Selecteer [Execute]. Het apparaat controleert de netwerkstatus.
2 Selecteer [LAN] – [Wireless]. 3 Selecteer [Wireless LAN setting]. 4 Selecteer [Access point setting] – [Search for available access point.]. Selecteer het toegangspunt in de zoekresultaten.
5 Stel de SSID, beveiligingsinstelling en netwerksleutel in en selecteer [Save].
6 Selecteer [Close]. Als de controle is voltooid, wordt [OK] of [NG] voor elke item weergegeven. Het kan enkele minuten duren voordat de controle is voltooid. • Als [OK] voor alle items wordt weergegeven, gaat u naar stap 5. • Als [NG] voor een item wordt weergegeven, gaat u naar stap 3.
3 Selecteer [Details] voor items die zijn aangeduid met [NG].
In de weergave wordt de waarschijnlijke oorzaak van het probleem weergegeven.
De weergave keert terug naar het venster voor het instellen van een draadloos LANtoegangspunt.
7 Selecteer [Close]. De weergave keert terug naar het venster voor het instellen van een draadloos LANnetwerk. Na deze procedure moet u de instellingen voor het IP-adres en de proxyserver opgeven (hieronder weergegeven).
Tip
U kunt het toegangspunt handmatig instellen in stap 4.
Het IP-adres en de proxyserver instellen
4 Nadat u de oorzaak in stap 3 hebt
gelezen, volgt u de instructies die worden weergegeven om de instellingen opnieuw op te geven. Vervolgens herhaalt u stap 2 en 3 tot [NG] wordt gewijzigd in [OK]. In bepaalde netwerkomgevingen, zoals het LAN-netwerk in een bedrijf, kan [NG] worden weergegeven, zelfs als alle verbindingen en instellingen correct zijn. In dit geval neemt u contact op met de netwerkbeheerder.
90NL
Nadat u het toegangspunt hebt ingesteld, moet u de instellingen voor het IP-adres en de proxyserver opgeven. Voer de procedure uit vanaf stap 4 van "Een bedraad LAN-netwerk instellen" (pagina 89) om deze instellingen op te geven (alleen de benodigde items voor het instellen van het draadloze LAN-netwerk worden weergegeven). Als deze instellingen automatisch worden opgegeven, controleert u de inhoud en selecteert u [Apply].
Opmerking
Als u de USB-adapter hebt losgekoppeld nadat u deze items hebt ingesteld, opent u het instelmenu nogmaals, selecteert u [Network] – [Wireless LAN setting] – [Address setting] en selecteert u [Apply].
De gedeelde map instellen Als u een map op de computer instelt voor gedeeld gebruik, kunt u audiogegevens of beeldgegevens die op de computer zijn opgeslagen, importeren op het apparaat of een back-up van audiogegevens op het apparaat maken op de computer. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing of Help op uw Windows-computer voor meer informatie. Windows XP Professional wordt gebruik in de onderstaande voorbeelden.
1
2
Klik op de computer met de rechtermuisknop op de gewenste map en kies [Delen en beveiliging]. Het venster Eigenschappen wordt weergegeven met het tabblad [Delen]. Klik op [Van deze map een gedeelde netwerkmap maken] en [Netwerkgebruikers mogen mijn bestanden wijzigen] om vinkjes toe te voegen.
Overige instellingen Weergave-instellingen SETUP //// ENTER
Het weergaveformaat op het apparaat wijzigen U kunt kiezen uit twee weergaveformaten.
1 Open het instelmenu en selecteer [System setting]. Het instelvenster wordt weergegeven.
2 Selecteer [Unit display]. 3 Selecteer [Wide zoom (16:9)] of [Normal (4:3)].
4 Selecteer [Close]. De schermbeveiliging instellen Zoals bij een computer kunt u instellen dat een schermbeveiliging wordt weergegeven wanneer u enige tijd geen handelingen uitvoert.
1 Open het instelmenu en selecteer [System setting]. Het instelvenster wordt weergegeven.
2 Selecteer [Screen saver]. 3 Selecteer [On].
3
Klik op [OK] om het venster Eigenschappen te sluiten.
Opmerking
Gebruik geen symbolen om de naam van de gedeelde map in het netwerk op te geven.
On
Als u 15 minuten geen handelingen uitvoert, wordt de schermbeveiliging ingeschakeld.
Off
De schermbeveiliging wordt niet ingeschakeld.
( Fabrieksinstelling)
4 Selecteer [Close].
91NL
Het weergave-ontwerp wijzigen U kunt het weergave-ontwerp op het apparaat selecteren.
1 Open het instelmenu en selecteer [Screen setting].
2 Selecteer [Type 1] of [Type 2]. 3 Selecteer [OK]. De weergave wordt gewijzigd in het ontwerp dat u hebt geselecteerd.
De stand-bymodus instellen
1
Open het instelmenu en selecteer [System setting].
2 3
Selecteer [Standby mode]. Selecteer [Standard start-up]. Quick
start-up
Standard start-up
Het apparaat reageert snel op handelingen die u uitvoert nadat de stroom is ingeschakeld. Met deze instelling wordt meer stroom verbruikt. Het apparaat reageert langzaam op handelingen die u uitvoert nadat de stroom is ingeschakeld. Met deze instelling wordt minder stroom verbruikt.
( Fabrieksinstelling)
4
Selecteer [Close].
Tips U kunt zien welke stand-bymodus is geselecteerd aan de hand van de kleur van de ON/STANDBYaanduiding wanneer u de stroom uitschakelt. Rood: de stand-bymodus is "Standard start-up". Oranje: de stand-bymodus is "Quick start-up". Groen: het apparaat analyseert het geluid (zie "Over 12 Tone Analysis" op pagina 45). Als de stand-bymodus is ingesteld op "Quick startup", wordt de interne ventilator soms automatisch ingeschakeld, zelfs als de stroom is uitgeschakeld. Dit is geen storing.
92NL
Het systeem beheren Een back-up van audiogegevens maken en audiogegevens terugzetten U kunt een back-up van de audiogegevens op de HDD van het apparaat maken in een gedeelde map op de computer of op een USB-schijf. De gegevens van de back-up kunnen worden gebruikt om de gegevens terug te zetten naar de HDD van het apparaat. Als u eerder een back-up van de gegevens op de HDD hebt gemaakt, kunt u de volgende keer dat u een back-up wilt maken, een incrementele back-up maken om alleen de inhoud op te slaan die is toegevoegd nadat u de laatste back-up hebt gemaakt. Zo neemt het maken van de back-up minder tijd in beslag. Houd er rekening mee dat de audiogegevens waarvan u een back-up hebt gemaakt, eerst moeten worden gevalideerd wanneer u de gegevens wilt terugzetten naar de HDD van het apparaat. Voor het valideren van de audiogegevens moet een bevestiging worden ontvangen via internet om zo het ongeautoriseerd kopiëren van audiogegevens te voorkomen. Nadat een bepaalde hoeveelheid gegevens op de HDD is opgeslagen, kunt u het beste een back-up maken als voorzorgsmaatregel in geval van onverwachte problemen. Opmerking
Als u de gegevens waarvan u een back-up hebt gemaakt, wilt terugzetten, moet het apparaat zijn verbonden met internet.
Vereiste indeling en grootte van de vaste schijf voor het maken van back-ups Als u een back-up van audiogegevens op een USB-schijf wilt maken, moet de vaste schijf het FAT32-bestandssysteem gebruiken. De vaste schijf moet groter zijn dan de audiogegevens waarvan u de back-up wilt maken. Zie pagina 110 voor de grootte van de HDD van het apparaat. Als u wilt controleren hoeveel vrije ruimte er nog op de HDD beschikbaar is, bekijkt u de informatie bij [System info] in het optiemenu.
Opmerkingen Het maken van een back-up kan zeer lang (tot 60 of 80 uur) duren, afhankelijk van de hoeveelheid gegevens, de USB-schijf, de computer en de netwerkstatus. De back-up van de audiogegevens kan niet worden gekopieerd naar of gebruikt op andere apparaten (zoals een computer) dan dit apparaat. Als de FAT32-formattering op de USB-schijf is uitgevoerd met een ander apparaat, zoals een computer, wordt de back-up van de audiogegevens gemaakt in de eerste partitie van de USB-schijf. Het is wellicht niet mogelijk een back-up van audiogegevens te maken als er niet voldoende ruimte beschikbaar is in de eerste partitie. Als u meer ruimte nodig hebt, moet u de vaste schijf opnieuw partitioneren op een computer, enzovoort om te zorgen dat er voldoende ruimte beschikbaar wordt voor de back-up. Als de USB-schijf niet is geformatteerd, voert u de FAT32-formattering van de eerste partitie uit op dit apparaat (pagina 94) voordat u doorgaat met het maken van een back-up. Het maken van een back-up van alleen het nieuwe materiaal kan wellicht niet correct worden gedaan als de klok niet correct is ingesteld.
Een back-up van gegevens maken op de USB-schijf U kunt een back-up van gegevens op de HDD van het apparaat maken op een USBschijf (optioneel).
Voorzijde of achterzijde van het apparaat
Naar de USBaansluiting
Naar de USBaansluiting
USB-kabel (optioneel) Vaste schijf (optioneel) De vorm van de USB-aansluiting verschilt afhankelijk van de USB-schijf die wordt gebruikt. Raadpleeg de website voor klantenondersteuning van Sony Europe op http://support.sony-europe.com/ (alleen voor klanten in Europa) voor meer informatie over ondersteunde USB-schijven. Als een USB-schijf die niet wordt ondersteund, op het apparaat wordt aangesloten, kan er een storing in het apparaat optreden.
2 Open het instelmenu en selecteer [Backup]. Het venster voor het instellen van de back-up wordt weergegeven.
1 Gebruik een USB-kabel om de vaste schijf aan te sluiten op de USB-aansluiting van het apparaat.
Opmerkingen Als er tegelijkertijd twee USB-schijven zijn aangesloten op beide USB-aansluitingen (voorzijde en achterzijde), krijgt het apparaat dat aan de voorzijde is aangesloten voorrang. Als u de USB-schijf wilt gebruiken die op de USB-aansluiting aan de achterzijde van het apparaat is aangesloten, moet u de USB-schijf aan de voorzijde loskoppelen.
3 Selecteer [Backup data]. Er wordt een selectievenster weergegeven waarin u het bestemmingsstation kunt selecteren.
4 Selecteer [USB hard disk]. Er wordt een bevestigingsvenster voor het geselecteerde station weergegeven.
5 Controleer het weergegeven item en
selecteer [Yes]. Het maken van de back-up wordt gestart. Wanneer de back-up is voltooid, wordt "Backup completed normally." weergegeven.
93NL
Als er al een back-up van gegevens op het station staat 1 Selecteer [Full backup] of [Incremental
backup] in stap 5 van "Een back-up van gegevens maken op de USB-schijf" op pagina 93. Full backup
De audiogegevens overschrijven de bestaande gegevens.
Incremental backup
Alleen audiogegevens die afwijken van de bestaande gegevens, worden opgeslagen.
Back
Het maken van een back-up wordt geannuleerd en het apparaat keert terug naar de vorige weergave.
2 Selecteer [Yes]. Het maken van de back-up wordt gestart. Wanneer de back-up is voltooid, wordt "Backup completed normally." weergegeven.
Het maken van een back-up annuleren 1 Selecteer [Cancel] terwijl de back-up wordt gemaakt.
Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven.
2 Selecteer [Cancel processing].
Gegevens uit een back-up terugzetten U kunt de gegevens uit de back-up op de externe USB-schijf terugzetten naar de HDD van het apparaat.
1 Selecteer [Restore backup data] – [USB hard disk] in het venster voor het instellen van de back-up. Er wordt een bevestigingsvenster voor het terugzetten weergegeven.
2 Controleer het weergegeven item en blijf
vervolgens [Yes] selecteren. Het apparaat maakt verbinding met internet en de audiogegevens worden gevalideerd. Nadat de validatie is voltooid, worden de audiogegevens teruggezet naar de HDD. Wanneer het terugzetten is voltooid, wordt "Restored backup data normally." weergegeven. Als u [Cancel] selecteert terwijl de gegevens worden teruggezet, wordt het terugzetten geannuleerd.
94NL
Een USB-schijf formatteren
1 Open het instelmenu en selecteer [Backup]. Het venster voor het instellen van de back-up wordt weergegeven.
2 Open het optiemenu en selecteer [Format USB-HDD]. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven.
3 Controleer het weergegeven item en blijf
vervolgens [Yes] selecteren. De USB-schijf wordt geformatteerd. Wanneer het formatteren is voltooid, wordt "Formatted USB hard disk normally." weergegeven.
4 Selecteer [Complete]. Het venster voor het instellen van de back-up wordt opnieuw weergegeven.
Een back-up van gegevens maken in een gedeelde map op de computer U kunt een back-up van de gegevens op de HDD van het apparaat maken in een gedeelde map op de computer. Opmerking
Als u de functie voor het maken van een back-up wilt gebruiken, moet een van de volgende Windowsbesturingssystemen in de fabriek op uw computer zijn geïnstalleerd. Microsoft Windows® 2000 Professional Microsoft Windows® XP Home Edition Microsoft Windows® XP Professional
1 Stel de gedeelde map in (pagina 91). 2 Open het instelmenu en selecteer [Backup]. Het venster voor het instellen van de back-up wordt weergegeven.
3 Selecteer [Backup data]. Er wordt een selectievenster weergegeven waarin u het bestemmingsstation kunt selecteren.
4 Selecteer [Online Windows shared folder].
5 Stel elk item in door stap 1 tot en met 3 hieronder uit te voeren.
1 Selecteer een van de volgende items. PC name
De computernaam of een IPadres (maximaal 15 letters/ cijfers).
Share name
De naam die is opgegeven toen de map werd ingesteld als gedeelde map (pagina 91).
User name
De naam die is gebruikt voor toegang tot de computer toen de map werd ingesteld als gedeelde map.
Password
Dit is alleen nodig als een wachtwoord voor de gedeelde map is opgegeven.
2 Geef de informatie op voor het item dat u in stap 1 hebt geselecteerd. U kunt alleen alfanumerieke tekens opgeven.
3 Selecteer [Confirm]. 6 Als er al een back-up met gegevens
bestaat, gaat u naar stap 7. Als er nog geen back-up met gegevens bestaat, gaat u naar stap 8.
7 Selecteer [Full backup] of [Incremental backup].
De computernaam controleren (bij gebruik van Windows XP Professional)
Ga naar het menu Start en kies [Configuratiescherm] – [Systeem], open het venster Eigenschappen en klik op de tab [Computernaam] om de computernaam weer te geven bij [Volledige computernaam].
Het IP-adres controleren (bij gebruik van Windows XP Professional)
Ga naar het menu Start en kies [Configuratiescherm] – [Netwerkverbindingen], selecteer het gebruikte netwerk en klik op de tab [Ondersteuning] om het IP-adres weer te geven.
Het maken van een back-up annuleren 1 Selecteer [Cancel] terwijl de back-up wordt gemaakt.
Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven.
2 Selecteer [Cancel processing]. Gegevens uit een back-up terugzetten U kunt de gegevens uit de back-up in een gedeelde map op de computer terugzetten naar de HDD van het apparaat.
1 Selecteer [Restore backup data] – [Online
Windows shared folder] in het venster voor het instellen van de back-up.
2 Stel de gedeelde computermap in en selecteer [Confirm].
3 Controleer het weergegeven item en blijf vervolgens [Yes] selecteren.
Full backup
De audiogegevens overschrijven de bestaande gegevens.
Incremental backup
Alleen audiogegevens die afwijken van de bestaande gegevens, worden opgeslagen.
Back
Het maken van een back-up wordt geannuleerd en het apparaat keert terug naar de vorige weergave.
Het apparaat maakt verbinding met internet en de audiogegevens worden gevalideerd. Nadat de validatie is voltooid, worden de audiogegevens teruggezet naar de HDD. Wanneer het terugzetten is voltooid, wordt "Restored backup data normally." weergegeven. Als u [Cancel] selecteert terwijl de gegevens worden teruggezet, wordt het terugzetten geannuleerd.
8 Selecteer [Yes]. Het maken van de back-up wordt gestart. Wanneer de back-up is voltooid, wordt "Backup completed normally." weergegeven.
95NL
Opmerkingen Wanneer u het maken van een back-up annuleert, zijn de gegevens waarvan een back-up op het externe apparaat is gemaakt onvolledig en kunnen niet worden gebruikt om gegevens terug te zetten naar de HDD. In dit geval moet u de volledige back-up uitvoeren tot deze is voltooid. Wanneer u het terugzetten van gegevens annuleert, zijn de audiogegevens die zijn teruggezet naar de HDD van het apparaat onvolledig en kunnen deze een storing in het apparaat veroorzaken. Om dit te voorkomen moet u het terugzetten opnieuw uitvoeren tot dit is voltooid. Formatteren kan niet worden geannuleerd zodra dit is begonnen. Er kan geen USB-hub worden gebruikt tussen het apparaat en een extern apparaat. Sony biedt geen garantie voor een probleemloze werking wanneer u een USB-verlengsnoer gebruikt om een back-up van gegevens te maken of om gegevens uit een back-up terug te zetten. Koppel de USB-kabel of de netwerkkabel niet los en schakel het apparaat niet uit tijdens het maken of terugzetten van een back-up. Als u dit wel doet, kan een storing in het apparaat optreden. Geef de naam van de gedeelde map op het netwerk op met alfanumerieke tekens.
Systeeminformatie controleren U kunt informatie over het systeem weergeven, zoals de resterende ruimte op de HDD, het versienummer van de toepassing en de versie van de microcomputer van het systeem. Open het instelmenu en selecteer [System info]. Tip
De resterende ruimte op de HDD is de werkelijke ruimte die beschikbaar is voor het opslaan van audiogegevens. De volledige capaciteit is ongeveer 224 GB.
96NL
De systeemtoepassing bijwerken Als u de laatste versie van de systeemtoepassing downloadt, kunt u de nieuwste functies gebruiken. Wanneer een nieuwe update beschikbaar is, wordt u in een bericht hiervan op de hoogte gesteld wanneer het apparaat is ingeschakeld en is verbonden met internet.
1
Open het instelmenu en selecteer [Software update]. Het venster voor het bijwerken van de systeemtoepassing wordt weergegeven.
2
Volg de aanwijzingen die worden weergegeven. Het bijwerken wordt gestart. Het kan ongeveer een uur duren voordat het bijwerken is voltooid. Nadat het bijwerken van de toepassing is voltooid, duurt het ongeveer 30 tot 40 minuten voordat het apparaat opnieuw wordt opgestart.
Opmerking
Schakel het apparaat niet uit en koppel de netwerkkabel niet los terwijl de toepassing wordt bijgewerkt.
Het systeem formatteren Met deze functie wordt het apparaat geformatteerd en wordt de status van het apparaat op het moment van aankoop hersteld. Met dit proces worden alle instellingen en informatie verwijderd (zoals audiogegevens die zijn opgenomen of geïmporteerd in de HDD Jukebox, de klokinstelling en de netwerkinstellingen). De systeemupdates die u met [Software update] hebt uitgevoerd, worden echter niet verwijderd.
1
Open het instelmenu en selecteer [System format]. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven.
2
Selecteer [Yes]. Het formatteren wordt gestart. Het apparaat wordt automatisch een aantal keren opnieuw opgestart tijdens de bewerking. Enkele minuten nadat het apparaat voor het laatst opnieuw is opgestart, wordt het apparaat automatisch uitgeschakeld.
Aanvullende informatie
Problemen oplossen Als er een probleem optreedt tijdens het bedienen van het apparaat, moet u de onderstaande stappen uitvoeren voordat u contact opneemt met uw plaatselijke Sony-dealer. Als er een foutbericht wordt weergegeven, kunt u de inhoud hiervan het beste noteren ter referentie.
1 Controleer of het probleem wordt beschreven in dit gedeelte.
2 Controleer de website voor
klantenondersteuning van Sony Europe op http://support.sony-europe.com/ (alleen voor klanten in Europa). Hier vindt u de meest recente ondersteuningsinformatie en antwoorden op veelgestelde vragen.
3 Als u het probleem na stap 1 en 2 nog niet kunt oplossen, moet u contact opnemen met uw plaatselijke Sony-dealer. Als u al het voorgaande hebt gedaan en het probleem zich blijft voordoen, neemt u contact op met uw plaatselijke Sony-dealer.
Stroom Het apparaat wordt niet ingeschakeld. Sluit het netsnoer stevig aan op het stopcontact. Trek de stekker van het netsnoer weer uit het stopcontact. Sluit het netsnoer na ongeveer een minuut weer aan en druk op (aan/uit) om het apparaat in te schakelen. De berichten "Starting up", "Please wait" en "Turning-off after setting is applied" worden weergegeven en het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld. Dit duidt niet een probleem. Wanneer het netsnoer is aangesloten, worden automatisch de standaardinstellingen geregistreerd en wordt de stand-bymodus ingeschakeld. Het apparaat wordt uitgeschakeld wanneer u op (aan/uit) drukt.
Het duurt even voordat het apparaat wordt uitgeschakeld terwijl de bovenstaande berichten worden weergegeven. Als op de HDD van het apparaat een groot aantal gegevens zijn opgenomen, kan het even duren voordat het apparaat wordt uitgeschakeld. Het duurt even voordat het apparaat wordt ingeschakeld terwijl de berichten "Starting up" en "Please Wait" worden weergegeven. Als u het apparaat gebruikt in een omgeving zonder een breedbandrouter, duurt het ongeveer 30 seconden voordat het apparaat een IP-adres heeft verkregen en is ingeschakeld. Het voor het apparaat ingestelde IPadres wordt al gebruikt door een ander apparaat. Stel een ander IP-adres in. Het apparaat wordt niet uitgeschakeld. De toets (aan/uit) reageert mogelijk niet terwijl de standaardinstellingen worden geregistreerd of het apparaat nog wordt opgestart. De ON/STANDBY-aanduiding brandt groen en het paneel met verlichting knippert langzaam terwijl de opgenomen materialen worden geanalyseerd. Als u de analyse wilt annuleren en het apparaat wilt uitschakelen, drukt u op (stoppen).
Weergave De weergave is vervormd. Het apparaat wordt blootgesteld aan schokken of trillingen. Installeer het apparaat op een stabiele locatie. In zeldzame gevallen kunnen de kenmerken van de HDD enkele storingen in de weergave veroorzaken. Dit duidt niet op een storing.
97NL
Geluidsuitvoer Er is geen geluid. Controleer de aansluitingen van de versterker en controleer of de versterker is ingeschakeld. Er kan geen geluidscontrole worden uitgevoerd terwijl de opnametimer wordt uitgevoerd. Annuleer de onderbreking. Controleer de aansluitingen van de externe component. Er is een irritante zoem of ruis te horen. Houd de geluidssnoeren uit de buurt van schermen, fluorescerend licht of andere elektrische apparaten. Installeer het apparaat niet in de nabijheid van schermen of een televisie. Als stekkers of aansluitingen vuil zijn, reinigt u deze met een licht met alcohol bevochtigde doek. De geplaatste disc bevat krassen of vlekken.
CD Er wordt niet begonnen met afspelen. Controleer of er een disc is geplaatst. Plaats de disc met de labelzijde omhoog in de lade (pagina 20). De disc moet plat in de lade liggen. De geplaatste disc wordt niet ondersteund door het apparaat (pagina 106). Er is vocht gecondenseerd in de disclade. Verwijder de disc, schakel het apparaat ongeveer 30 minuten uit en plaats de disc opnieuw (pagina 105). Er kan niet worden afgespeeld. Het geluid slaat over. De disc voldoet niet aan de norm voor audio-CD's. De geplaatste disc bevat krassen of vlekken.
98NL
Sommige tracks kunnen niet worden afgespeeld. Als u een audio-CD-indeling gebruikt voor een disc die in meerdere sessies is opgenomen, kunnen alleen de tracks worden afgespeeld die zijn opgenomen in de eerste sessie. MP3-bestanden kunnen niet worden afgespeeld. MP3-bestanden die niet voldoen aan de ISO 9660 Level 1-, 2- of Joliet-norm, zijn opgenomen op de disc. Bestanden zonder de MP3-extensie kunnen niet worden afgespeeld. Als een bestand op een disc geen MP3-bestand is, maar wel een MP3-extensie heeft, wordt geprobeerd dat bestand af te spelen, maar kan er een ruis te horen zijn of een storing optreden in het apparaat. De bestanden hebben de MP3-extensie, maar een andere indeling dan MPEG-1 Audio Layer 3. Artiestennamen kunnen niet worden weergegeven. Artiestennamen worden voor MP3-CD's niet weergegeven in de hoofdweergave. U kunt de artiestennaam controleren in de weergave met gedetailleerde trackinformatie (ID3) (pagina 22). Titelinformatie kan niet worden opgehaald. Het apparaat is niet verbonden met een netwerk. Er is geen disc geplaatst. De MP3-modus is ingesteld. De database van de muziekherkenningsservice Gracenote® bevat geen informatie voor de disc (pagina 21).
FM/AM Er kunnen geen radio-uitzendingen worden ontvangen. Sluit de antennes op de juiste wijze aan (pagina 79 tot en met 80). Pas de antennepositie aan. Gebruik een externe antenne. RDS werkt niet. Stem af op een FM-zender.
HDD Jukebox Sommige tracks worden niet afgespeeld. Voor een bepaald lijsttype wordt geen enkele track weergegeven. MP3-audiobestanden kunnen niet worden afgespeeld. De MP3-audiobestanden zijn opgenomen in een indeling die niet wordt ondersteund. Een CD kan niet worden opgenomen. De disc voldoet niet aan een van de ondersteunde normen voor audio-CD's. De disc kan krassen of vlekken bevatten. Bestanden kunnen niet worden geïmporteerd. U kunt maximaal 10.000 tracks in één keer importeren. Verlaag het aantal bestanden tot 10.000 of minder door bestanden te verwijderen (wanneer u importeert van het USBopslagapparaat) of bestanden te verdelen over verschillende mappen (wanneer u importeert uit een gedeelde computermap). De items in de lijst met albums, artiesten, enzovoort kunnen niet worden gesorteerd. De sorteerfunctie werkt niet voor de mapmodus of afspeellijstmodus.
Er kunnen geen bewerkingen worden uitgevoerd. Zie "Over de functies die kunnen worden uitgevoerd" op pagina 54. De naam kan niet worden gewijzigd. Misschien is het niet mogelijk om in bepaalde lijstmodi of directory's tracktitels in een lijstweergave te wijzigen (pagina 58). Titelinformatie kan niet worden opgehaald. Het apparaat is niet verbonden met een netwerk. De database van de muziekherkenningsservice Gracenote® bevat geen informatie voor de disc (pagina 21). Misschien is het niet mogelijk om titelinformatie op te halen voor tracks die slecht zijn opgenomen; bijvoorbeeld tracks die niet vanaf het begin zijn opgenomen. Voor tracks met een lengte van 15 seconden of minder kan geen informatie worden opgehaald. Tracks kunnen niet worden samengevoegd. U kunt geen tracks samenvoegen als de gecombineerde afspeelduur meer dan 120 minuten bedraagt. De indeling van de tracks komt niet overeen (bijvoorbeeld wanneer de ene track de Linear PCM-indeling heeft en de andere track de ATRAC-indeling). De tracks hebben verschillende bitsnelheden (bijvoorbeeld wanneer de ene track een bitsnelheid van 105 kbps heeft en de andere track een bitsnelheid van 132 kbps). De geselecteerde tracks zijn MP3-tracks. Na veelvuldig bewerken (splitsen en samenvoegen) kunnen de tracks niet meer worden samengevoegd. Dit gebeurt vanwege de technische beperkingen van het HDD-systeem. Dit duidt niet op een storing. Vervolg
99NL
Wanneer u van de radio opneemt, worden muzikale en gesproken inhoud niet automatisch onderscheiden. Controleer of de instelling "Track mark" voor de opname is ingesteld op "Auto" (pagina 29). Een track kan niet worden gesplitst. U hebt geprobeerd een track aan het begin of einde te splitsen. Een track kan niet worden gesplitst als het gevolg hiervan is dat de HDD Jukebox meer dan 40.000 tracks bevat. De geselecteerde tracks zijn MP3-tracks. De geselecteerde lijstmodus komt niet overeen met de geselecteerde mapmodus. Bepaalde beeldbestanden worden niet weergegeven. Er kunnen maximaal 5.000 beeldbestanden in één keer worden geselecteerd. Beeldbestanden worden op volgorde weergeven, van de nieuwste tot de oudste. Het apparaat kan geen verbinding maken met het extern aangesloten draagbare apparaat. Als zowel op de aansluiting aan de voorzijde als op de aansluiting aan de achterzijde een draagbaar apparaat is aangesloten, moet u een van de twee apparaten verwijderen. Sluit de USB-kabel opnieuw aan.
x-DJ Het gewenste kanaal wordt niet weergegeven. Wanneer er vijf tracks in een kanaal zijn verzameld, wordt het kanaal weergegeven. Een track bevindt zich niet in het verwachte kanaal. Aangezien tracks worden gecategoriseerd via 12 Tone Analysis-technologie, kunnen bepaalde tracks in een ander kanaal worden opgenomen dan u verwacht. U kunt deze tracks niet wissen, maar wel verbergen zodat ze niet worden weergegeven (pagina 44).
100NL
Er bevinden zich geen tracks in een kanaal. Sommige kanalen worden ook weergegeven als er geen overeenkomende tracks zijn (pagina 41). Tracks worden alleen in het kanaal Radio Music/Talk opgenomen wanneer de instelling "Track mark" voor de opname is ingesteld op "Auto". YEAR-kanaal werkt niet goed. Alleen tracks met informatie over het jaar van uitgave worden verzameld in het YEAR-kanaal. Het jaar dat wordt vermeld voor een track in het YEAR-kanaal, is niet altijd het jaar waarin de track voor het eerst is uitgegeven. Dit komt omdat de informatie die wordt weergegeven, overeenkomt met de CD met de track of het album.
Timer De opnametimer werkt niet. Stel de datum en tijd op de juiste wijze in (pagina's 18 en 69). Er is een stroomstoring opgetreden terwijl de timerinstelling zich in de stand-bymodus bevond of het netsnoer was niet aangesloten op een stopcontact. Het apparaat wordt blootgesteld aan schokken of trillingen. Installeer het apparaat op een stabiele locatie. Hoewel de wektimer is ingesteld, wordt pas op het opgegeven tijdstip begonnen met afspelen. Stel de datum en tijd op de juiste wijze in (pagina's 18 en 68). Er is een stroomstoring opgetreden terwijl de timerinstelling zich in de stand-bymodus bevond of het netsnoer was niet aangesloten op een stopcontact. Het apparaat wordt blootgesteld aan schokken of trillingen. Installeer het apparaat op een stabiele locatie.
De door de opnametimer opgenomen inhoud is onvolledig. Aan het begin of in het midden ontbreekt materiaal. Stel de datum en tijd op de juiste wijze in (pagina's 18 en 69). Er is een stroomstoring opgetreden terwijl de timerinstelling zich in de stand-bymodus bevond of het netsnoer was niet aangesloten op een stopcontact. U hebt een bewerking uitgevoerd of u hebt kort voordat de opnametimer werd geactiveerd een back-up van de gegevens gemaakt. Het apparaat is blootgesteld aan schokken of trillingen. Installeer het apparaat op een stabiele locatie.
Network Media U kunt geen verbinding maken met de server (het bericht "Cannot access server." wordt weergegeven). Controleer of de netwerkkabel is aangesloten. Als er een hub of een router met een ingebouwde hub wordt gebruikt, moet deze zijn ingeschakeld. Controleer of de server is ingeschakeld. Controleer of het IP-adres van dit apparaat op de juiste wijze is verkregen. Als [DHCP] is ingesteld op [All auto] en het IP-adres op de juiste wijze is verkregen, wordt het IP-adres weergegeven (pagina 89). Als het IPadres niet wordt weergegeven, controleert u de volgende items. Controleer of de hub of breedbandrouter is ingeschakeld. (Raadpleeg de gebruiksaanwijzingen voor de gebruikte apparatuur.) Schakel de breedbandrouter in voordat u het apparaat inschakelt. Controleer of de netwerkkabels worden gebruikt om het apparaat, de hub of de breedbandrouter te verbinden (pagina 83 tot en met 86). Controleer of de juiste methode voor het verkrijgen van het IP-adres is gebruikt voor uw netwerkomgeving (pagina 89).
Controleer of de standaardinstellingen voor de server op de juiste wijze zijn doorgevoerd. Als de ICF-functie (Internet Connection Firewall) is geactiveerd op de server, kan hierdoor worden voorkomen dat het apparaat verbinding maakt met de server. Schakel in dat geval de ICF-functie uit. Controleer of het apparaat op de juiste wijze is geregistreerd op de server. Zelfs wanneer u de registratie van het apparaat op de server wist, kan de server worden weergegeven in de lijst met selecteerbare servers op dit apparaat. Registreer het apparaat opnieuw op de server. Start de server opnieuw op als u met de functie NETWORK MEDIA ook geen verbinding met de server kunt maken wanneer alle instellingen op de juiste wijze zijn opgegeven. Als u onlangs van een bekabelde op een draadloze netwerkverbinding bent overgestapt, of andersom, gaat de instelling voor beperkte toegang verloren. Geef in dit geval de instelling voor beperkte toegang opnieuw op. Het apparaat maakt niet automatisch verbinding met de server. Als het apparaat rechtstreeks op de server is aangesloten via een kruiskabel, kan het apparaat mogelijk geen verbinding met de server maken. Verbind het apparaat via een hub met de server.
Vervolg
101NL
Het apparaat kan niet worden geregistreerd op een VAIO-computer. Controleer of de netwerkverbinding op de juiste wijze tot stand is gebracht en controleer de volgende items. Het vinkje bij "Release confirmation number" (Bevestigingsnummer voor ontgrendelen) moet zijn verwijderd. De hub of breedbandrouter moet zijn ingeschakeld. (Raadpleeg de gebruiksaanwijzingen voor de gebruikte apparatuur.) Schakel de breedbandrouter in voordat u het apparaat inschakelt. Controleer of de netwerkkabels worden gebruikt om het apparaat, de hub of de breedbandrouter te verbinden (pagina 83 tot en met 86). Controleer of de juiste methode voor het verkrijgen van het IP-adres is gebruikt voor uw netwerkomgeving (pagina 89). De server waarmee u verbinding wilt maken, wordt niet weergegeven in de lijst met selecteerbare servers. Open het optiemenu en selecteer [Display] – [Update info]. Het kan even duren voordat de serverlijst is bijgewerkt. Controleer of er een muziekserver (toepassing) actief is op de verbonden server. Als u VAIO Media gebruikt, opent u het venster VAIO Media Server Settings en controleert u of [Status of the server] is ingesteld op [Started].
Controleer of [Started] hier is ingesteld
102NL
Het duurt even voordat het apparaat is verbonden met de server. Als u voor uw internetverbinding geen breedbandrouter gebruikt, kan het na het inschakelen van het apparaat ongeveer 30 seconden duren voordat er een IP-adres is verkregen en er verbinding tot stand wordt gebracht met de server. Het voor het apparaat ingestelde IPadres wordt al gebruikt door een ander apparaat. Stel een ander IP-adres in. Er kan geen verbinding met de server worden gemaakt of afspelen is niet mogelijk. Als u een breedbandrouter toevoegt nadat u het apparaat zonder een breedbandrouter in de netwerkverbinding hebt gebruikt, kan het IP-adres automatisch worden gewijzigd en is het niet meer mogelijk om verbinding te maken met de server. Ga in dat geval naar de weergave met de lijst met selecteerbare servers en werk de instelling bij om een nieuw IP-adres te verkrijgen. (Zie "De server waarmee u verbinding wilt maken, wordt niet weergegeven in de lijst met selecteerbare servers" op deze pagina.) Het geluid slaat over. Dit probleem kan worden veroorzaakt door de netwerkomgeving. Het geluid kan overslaan wanneer op de server een groot aantal toepassingen wordt uitgevoerd. Sluit de andere toepassingen op de server. Wanneer het apparaat is verbonden met een draadloos LAN-netwerk, kan dit probleem worden veroorzaakt door elektromagnetische golven.
De audio-indeling die wordt weergegeven op het apparaat, wijkt af van die op de server. De audio-indeling voor afspelen via een netwerk wordt weergegeven op het apparaat. Op de server kan een andere indeling worden weergegeven. Het bericht "Incompatible format found" wordt weergegeven en de track kan niet worden afgespeeld. Controleer of het audiobestand op de server is beschadigd of gewist. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de server.
Internet Het apparaat kan geen verbinding maken met internet. Mogelijk kloppen de netwerkinstellingen niet. Neem contact op met uw internetprovider. Open het instelmenu en selecteer [Network] – [Network status check] om de netwerkstatus te controleren. Controleer of de breedbandrouter juist is ingesteld. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de router en het door de internetprovider geleverde materiaal voor meer informatie over de instelling van de breedbandrouter. Controleer of de netwerkkabels goed zijn aangesloten. Controleer of voor verbindingen de juiste netwerkkabels worden gebruikt (pagina 83 tot en met 86). Het apparaat gebruikt geen ingebouwde router en is rechtstreeks verbonden met een modem. Breng de verbinding via een breedbandrouter tot stand. Als u volgens het contract met uw internetprovider slechts met één apparaat tegelijkertijd verbinding met internet kunt maken, kan het apparaat geen verbinding met internet maken wanneer al een ander apparaat met internet is verbonden. Neem contact op met uw internetprovider.
Wanneer het apparaat is verbonden via een draadloos LAN-netwerk, kan elektromagnetische straling soms voorkomen dat er een internetverbinding tot stand kan worden gebracht. Het apparaat kan geen verbinding maken met ADSL. Mogelijk hebt u bij het aansluiten van de kabels de telefoonpoort op de splitter aangezien voor de DSL-poort. Controleer de lampjes op de ADSLmodem en breedbandrouter. Raadpleeg de gebruiksaanwijzingen van de apparatuur.
Back-ups maken De gedeelde computermap kan niet worden gevonden. Als de ICF-functie (Internet Connection Firewall) is geactiveerd, of wanneer er commerciële antivirussoftware actief is op uw Windows-computer, moet u controleren of voor de gedeelde map op de computer externe toegang is ingesteld. Raadpleeg de gebruiksaanwijzingen van de betreffende apparatuur. Controleer of de gedeelde map op de computer de map is waarvan als laatste een back-up is gemaakt. Na een incrementele backupbewerking nemen de betreffende gegevens twee keer zoveel ruimte in. Toen de incrementele back-up werd uitgevoerd, was de klok onjuist ingesteld (de klok was ingesteld op een tijd voor het moment dat de laatste back-up was uitgevoerd). Stel de klok juist in en voer nogmaals een incrementele back-up uit (pagina 94). Voer een volledige back-upbewerking uit (pagina 94).
Vervolg
103NL
Tijdens het herstellen van audiogegevens kan er een bericht als het volgende worden weergegeven. [The backup file that you have just been restored has been subjected to multiple restorations in the past. In the OpenMG system, restrictions may be placed on the restoration of copyrighted materials that have been restored 4 or more times. This message appears when the backup file you are using has been restored 4 or more times.] ([Het back-upbestand dat u zojuist hebt teruggezet, is in het verleden meerdere keren teruggezet. In het OpenMG-systeem kunnen beperkingen zijn ingesteld voor het terugzetten van met copyright beschermde materialen die 4 keer of vaker zijn teruggezet. Dit bericht wordt weergegeven wanneer het gebruikte back-upbestand 4 keer of vaker is teruggezet.]) Als een hersteld bestand ongeldig wordt vanwege een storing in een randapparaat of een ernstige instabiliteit in het apparaat Neem contact op met een geautoriseerde lokale serviceleverancier. A ls validatie van een bestand zelfs na talloze pogingen mislukt Controleer of de computer of vaste schijf met de back-upgegevens beschadigd is.
Overige Het apparaat werkt niet naar behoren. Mogelijk wordt het apparaat blootgesteld aan statische elektriciteit of andere factoren. Start in dat geval het apparaat opnieuw op. Stel het apparaat opnieuw in als het nog niet naar behoren werkt (pagina 105). Als er een waarschuwingsbericht wordt weergegeven, voert u de aanwijzingen in het bericht uit. Er worden vijf alfanumerieke tekens weergegeven. De functie voor zelfdiagnose is geactiveerd (pagina 105).
104NL
ON/STANDBY-aanduiding knippert (rood). De beveiligingsfunctie van de interne stroomvoorziening is geactiveerd. Als dit gebeurt, haalt u de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en controleert u de aansluitingen tussen de verschillende componenten. Als er geen problemen zijn opgetreden, controleert u of de ON/STANDBY-aanduiding niet brandt. Vervolgens sluit u het netsnoer weer aan op het stopcontact. Er kunnen geen digitale opnamen worden gemaakt. Er kunnen geen digitale opnamen worden gemaakt als het bronsignaal bescherming tegen digitaal kopiëren bevat. In dit geval sluit u de ANALOG IN-aansluitingen van het apparaat aan op de analoge uitgang van het bronapparaat om een analoge opname te maken. De afstandsbediening werkt niet. De batterijen zijn bijna op. Er zijn geen batterijen geplaatst. Richt de afstandsbediening op de afstandsbedieningssensor van het apparaat (pagina 10). In de nabijheid van het apparaat bevindt zich een wisselcircuit voor een fluorescerende lamp. Verplaats het apparaat naar een locatie op geruime afstand van het circuit. Het bericht "Audio data is corrupted" wordt weergegeven. Selecteer [Repair]. Het apparaat trilt of er komt lawaai uit de ventilatieopeningen. De trillingen worden veroorzaakt door het snelle draaien van de vaste schijf en het lawaai wordt veroorzaakt door de koelingsventilator. Dit is normaal en duidt niet op storingen. De trilling of het lawaai in het apparaat neemt toe tijdens het opnemen van een CD. De vaste schijf draait sneller tijdens het opnemen van een CD dan tijdens het afspelen van een CD, dus de toename in de trillingen of het lawaai duidt niet op een storing. De hoeveelheid trillingen of lawaai kan afhankelijk zijn van het type CD.
De functie voor zelfdiagnose Er wordt een servicenummer van vijf alfanumerieke tekens (bijvoorbeeld E 00 11) weergegeven wanneer de functie voor zelfdiagnose wordt geactiveerd om een abnormale werking te voorkomen. Wanneer dit servicenummer wordt weergegeven, neemt u contact op met een geautoriseerde lokale serviceleverancier en geeft u dit servicenummer door aan de servicemedewerker.
Het apparaat opnieuw instellen Het is doorgaans niet nodig om het apparaat opnieuw in te stellen. In zeldzame gevallen reageert het apparaat echter niet meer op toets- of schermbewerkingen. In dat geval moet u het apparaat opnieuw instellen door tegelijkertijd op (stoppen) en / (aan/uit) op het apparaat te drukken.
De vaste schijf repareren De inhoud van de vaste schijf kan tijdens een reparatie of inspectie worden gecontroleerd wanneer er een storing is opgetreden of de vaste schijf moet worden aangepast. Er wordt echter geen back-up van de inhoud gemaakt door Sony. De beslissing om de vaste schijf te formatteren of vervangen, wordt genomen door Sony. De inhoud van de vaste schijf, inclusief inhoud die in strijd is met auteursrechtwetten, wordt gewist.
Voorzorgsmaatregelen Over veiligheid Trek de stekker uit het stopcontact als het apparaat langere tijd niet gebruikt zal worden. Als u de stekker uit het stopcontact trekt, moet u altijd de stekker vastpakken. Trek nooit aan het netsnoer. Wanneer een vaste of vloeibare stof in het apparaat terechtkomt, verwijdert u het netsnoer uit het stopcontact en moet u het apparaat door gekwalificeerd personeel laten controleren voordat u het weer in gebruik neemt. Het netsnoer mag alleen worden vervangen door een gekwalificeerde serviceleverancier.
Over de installatielocatie Installeer het apparaat niet op een hellende ondergrond of in extreem warme, koude, stoffige, vuile of vochtige ruimtes, ruimtes die niet goed kunnen worden geventileerd of ruimtes waarin het apparaat wordt blootgesteld aan trillingen, direct zonlicht of fel licht. Wees voorzichtig wanneer u het apparaat neerzet op een oppervlak dat met speciale middelen behandeld is (bijvoorbeeld met was, olie, poetsmiddel) omdat dit vlekken of verkleuring van het oppervlak kan veroorzaken. Als het apparaat van een koude naar een warme locatie wordt overgebracht of wordt geïnstalleerd in een zeer vochtige ruimte, kan vocht condenseren op de lens in de CD-speler en kan er een storing optreden. Verwijder in dit geval de disc en schakel het apparaat pas na ongeveer een uur uit wanneer het vocht is verdampt.
Over warmteopbouw Het is normaal dat het apparaat tijdens bewerkingen warmer wordt. Dit duidt niet op een storing. Raak het apparaat niet aan als het continu met een hoog volume is gebruikt. In dat geval kan het apparaat namelijk heet zijn. Blokkeer de ventilatiegaten aan de onderzijde van het apparaat niet. Als u dit wel doet, kan de warmte van het apparaat niet worden afgevoerd en kan er een storing optreden. Plaats geen voorwerpen in de buurt van het apparaat waardoor de ventilatiegaten kunnen worden geblokkeerd.
Wanneer het apparaat wordt verplaatst
Verplaats het apparaat niet wanneer hierin een CD is geplaatst. In dat geval kan de CD worden beschadigd.
105NL
Over het aanpassen van het volume
CD's reproduceren geluid met aanzienlijk minder ruis dan vinylplaten. Daarom kan een plotselinge volumepiek schade aan de luidsprekers veroorzaken wanneer u het volume verhoogt terwijl u naar een segment met alleen ruis luistert (zoals het geval zou kunnen zijn bij een vinylplaat). Verlaag het volume voordat u een CD afspeelt.
Rekening houden met anderen
Afspeelbare discs Disctype
CD-R/RW (muziekgegevens)
Over het maken van gegevensbackups
CD-R/RW (MP3bestanden)
Het apparaat reinigen
Reinig dit apparaat met een zachte doek die licht is bevochtigd met een niet-agressief reinigingsmiddel. Gebruik nooit een schuurspons, bijtend poeder of oplosmiddel, zoals een thinner, benzine of alcohol, of vergelijkbare producten.
Over het netsnoer
Verwijder het netsnoer alleen uit het stopcontact als het apparaat zich in de stand-bymodus bevindt (de ON/STANDBY-aanduiding brandt rood of oranje). Als u het netsnoer verwijdert terwijl het apparaat actief is (de ON/STANDBY-aanduiding brandt groen), kunnen er gegevens verloren gaan of kan er een storing optreden.
Logo op de disc
Audio-CD
Houd rekening met uw buren, vooral 's avonds en 's nachts.
Audiogegevens en systeeminstellingen die zijn opgeslagen op de vaste schijf van het apparaat, kunnen tijdens reparaties aan het apparaat verloren gaan. Noteer voordat u het apparaat laat repareren de instellingen en gebruik de back-up functie om een back-up van de gegevens op te slaan in een gedeelde map op uw computer of de vaste schijf van een USB-apparaat (zie "Een back-up van audiogegevens maken en audiogegevens terugzetten" op pagina 92). Gegevens op de HDD van het apparaat kunnen worden beschadigd tijdens normale bewerkingen. Om gegevensverlies te voorkomen, moet u regelmatig back-ups van de gegevens maken. Wij kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor gegevensverlies of gegevensbeschadigingen tijdens normaal gebruik of reparaties.
106NL
Over CD's
Op het apparaat kunnen de volgende discs worden afgespeeld CD's: Muziek-CD's, CD-R's, CD-RW's en CD TEXT MP3-bestanden: CD-ROM's, CD-R's en CD-RW's (opgenomen in een indeling die voldoet aan de ISO 9660 Level 1- 2- of Joliet-normen). Multisessie-CD's worden ondersteund.
Discs die NIET kunnen worden afgespeeld op dit systeem CD-R/CD-RW's die niet op de juiste wijze zijn gefinaliseerd. Foto-CD´s Gedeelten met gegevens in de CD-Extra-indeling Gedeelten met gegevens op gecombineerde CD´s Superaudio-CD´s (HD-laag van een hybride disc) Discs met een afwijkende vorm (bijvoorbeeld hartvormig, vierkant of stervormig) Discs waarop tape, papier of een sticker is geplakt Gehuurde of gebruikte discs met een zegel waarbij de lijm onder het zegel vandaan komt Discs met labels waarvan de inkt plakkerig aanvoelt Discs met een adapter of andere accessoires
Opmerkingen Als de disc begint met een CD-DA-sessie (of "ATRAC"/MP3-sessie), wordt de disc herkend als een CD-DA-disc (of "ATRAC"/MP3-disc) en worden andere sessies niet afgespeeld. Een disc met verschillende CD-indelingen wordt herkend als een CD-DA-disc (audio). Sommige CD-R's of CD-RW's worden mogelijk niet afgespeeld op dit apparaat, afhankelijk van de kenmerken en de opnameomstandigheden.
Het kan even duren voordat wordt begonnen met het afspelen van CD-RW´s. Deze CD's hebben namelijk een lagere reflectie-index dan andere typen discs. De volgorde waarin MP3-tracks worden afgespeeld, komt mogelijk niet overeen met de aangegeven volgorde op pagina 108 omdat de volgorde mede afhankelijk is van de gebruikte software voor het schrijven van de gegevens. Op discs met meer dan 500 tracks aan audiogegevens, worden track 501 en hoger niet herkend. Het kan even duren voordat wordt begonnen met het afspelen van discs met een groot aantal directory´s of een gecompliceerde structuur. Wanneer u een album opneemt op een disc, kunt u beter niet dieper opnemen dan het tweede subdirectoryniveau.
Tip
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het CD-R/CDRW-station voor meer informatie over het schrijven van gegevens naar een disc.
Opmerkingen over discs Voordat u een disc afspeelt, moet u deze met een doekje vanuit het midden naar de buitenzijde reinigen. Reinig discs niet met oplossingsmiddelen, zoals thinner, of in de winkel verkrijgbare reinigingsmiddelen of anti-statische spray voor vinylplaten. Stel discs niet bloot aan direct zonlicht of warmtebronnen, zoals warmtegeleiders, en laat de discs niet achter in een in de zon geparkeerde auto.
Muziekdiscs die zijn gecodeerd met copyrightbeveiligingstechnologieën
Dit product is ontworpen om discs af te spelen die voldoen aan de CD-norm (Compact Disc). Onlangs hebben bepaalde platenmaatschappijen discs op de markt gebracht die zijn gecodeerd met copyrightbeveiligingstechnologieën. Sommige van deze discs voldoen niet aan de CD-norm en kunnen wellicht niet worden afgespeeld met dit product.
Opmerking over DualDiscs
Een DualDisc is een tweezijdige disc, waarop aan de ene kant DVD-materiaal is opgenomen en aan de andere kant digitaal audiomateriaal. Aangezien de kant met het audiomateriaal echter niet voldoet aan de CD-norm (Compact Disc), kan het afspelen op dit product niet worden gegarandeerd.
Over MP3 Op dit apparaat kunnen audiogegevens in de MP3indeling worden afgespeeld die zijn opgenomen op CD-ROM's, CD-R's en CD-RW's (gegevens-CD's).
Opmerkingen over het afspelen van MP3-discs
Dit apparaat ondersteunt de MP3-indeling, een bemonsteringsfrequentie van 32, 44,1 of 48 kHz en een bitsnelheid van 32 tot 320 kbps. Als u op dit apparaat een disc afspeelt die is opgenomen met een andere samplefrequentie of bitsnelheid, kunnen er problemen optreden bij het afspelen, kunnen er luide geluiden te horen zijn, kan geluid overslaan of kunnen de luidsprekers worden beschadigd. Als een bestand op een disc een MP3-extensie heeft, maar geen MP3-bestand is, kan dat bestand worden overgeslagen of kan er een storing optreden. Dit apparaat biedt geen ondersteuning voor bestanden die zijn opgenomen in de MP3 Proindeling. In de volgende gevallen kan de werkelijk verstreken of resterende tijd van een MP3-bestand afwijken van de weergegeven tijd. – Bij het afspelen van een MP3-bestand met een variabele bitsnelheid – Tijdens het snel vooruit- of terugspoelen Mappen zonder MP3-bestanden worden overgeslagen. Het maximumaantal: – MP3-bestanden en mappen op één disc is 500. – mapniveaus (de boomstructuur van bestanden) is 10. Compatibiliteit met alle software voor het coderen/schrijven van MP3-bestanden, MP3opnameapparatuur en -opnamemedia kan niet worden gegarandeerd. Incompatibele MP3-discs kunnen ruis of onderbrekingen veroorzaken of worden mogelijk helemaal niet afgespeeld.
Directory's en afspeelvolgorde van MP3-bestanden
De album- en trackdirectory's (MP3bestanden) op een gegevens-CD hebben de structuur die wordt weergegeven in de volgende afbeelding, met de afspeelvolgorde . Als een album een subalbum bevat, hebben de tracks in het subalbum een hogere afspeelprioriteit (als album is opgenomen in album , wordt track in album bijvoorbeeld eerder afgespeeld dan de andere tracks, zoals track of ). Albums worden in de lijstweergave van het apparaat weergegeven in de volgorde . Albumpictogrammen waaronder geen tracks zijn opgenomen (zoals in de afbeelding), worden niet weergegeven.
Vervolg
107NL
Werkelijke structuur Disc
Eerste directory Subdirec(hoofdniveau) tory 2
Subdirec- Subdirectory 3 tory 4 Album Track
Technische gegevens CD-speler
Systeem: CD- en digitaal-audiosysteem Eigenschappen van de laserdiode: Emissieduur: continu Laser-uitgangsvermogen*: Minder dan 44,6 μW * Deze uitvoer is de waarde gemeten op een afstand van 200 mm vanaf het oppervlak van de objectieflens op het optisch-opnameblok met een diafragma van 7 mm.
HDD Jukebox Weergave op het apparaat Disc
Albums
Tracks Album Track
Capaciteit: 250 GB* Opname-indeling: Linear PCM ATRAC3 ATRAC3plus MP3 Maximale opnametijd: Ongeveer 11.100 uur (gemeten met ATRAC 48 kbps) Ongeveer 375 uur (gemeten met Linear PCM) Maximumaantal tracks: 40.000 * Een deel van het geheugen wordt gebruikt voor systeembeheerfuncties. De werkelijke hoeveelheid beschikbaar geheugen is ongeveer 224 GB (240.518.168.576 bytes).
Tuner Opmerking
Op het apparaat kan voor een gegevens-CD met MP3-bestanden tot en met subdirectory 10 worden weergegeven.
Circuitsysteem: Kwartsvergrendeling met digitale PLLfrequentiesynthesizer Frequentiebereik (FM): 87,5 - 108,0 MHz (stappen van 50 kHz) Frequentiebereik (AM): 531 - 1.602 MHz (stappen van 9 kHz)
Ingangen Aansluitings- IngangsGeschatte Naam van impedantie invoer aansluitingen type
108NL
ANALOG IN
Phono47 k aansluiting
0,5 Vrms (standaardgevoeligheid) 0,25 Vrms (hoge gevoeligheid)
DIGITAL COAXIAL IN
Phono75 aansluiting
0,5 Vp-p
DIGITAL OPTICAL IN
Vierkante — optische aansluiting
—
Uitgangen
Algemeen
Aansluitings- Uitgangs- BelastingsNaam van niveau impedantie aansluitingen type ANALOG OUT 1 ANALOG OUT 2
Phonoaansluiting
2 Vrms 10 k (bij 47 k) of meer
PHONES
Stereo standaardaansluiting
15 mW
32
DIGITAL COAXIAL OUT
Phonoaansluiting
0,5 Vp-p
75
DIGITAL OPTICAL OUT
Vierkante optische aansluiting
–18 dBm
(Golflengte: 660 nm)
MONITOR PhonoOUT aansluiting
1,0 Vp-p
75
Overige terminals/poorten/aansluitingen Antenneterminals FM: 75 , ongebalanceerd AM: Externe antenneterminals NETWORK-poort: 10BASE-T/100BASE-TX USB-aansluiting: USB-type A, USB met hoge snelheid voor het aansluiten van USB-apparaten zoals "WALKMAN" (ATRAC AD)
Audiokenmerken Frequentierespons: 5 Hz - 20 kHz Totale harmonische vervorming (weergave van HDD): 0,0035 % of minder Totale harmonische vervorming (analoge opname/ weergave): 0,0040 % of minder Signaal/ruis-verhouding (weergave van HDD): 103 dB of meer Signaal/ruis-verhouding (analoge opname/ weergave): 98 dB of meer Dynamisch bereik (weergave van HDD): 98 dB of meer Dynamisch bereik (analoge opname/weergave): 95 dB of meer
Stroomvereisten: 230 V wisselstroom, 50/60 Hz Stroomverbruik: 48 W (0,5 W of minder in de standaardopstartmodus) Afmetingen (b/h/d) (bij benadering): 430 × 110 × 290 mm incl. uitstekende onderdelen en bedieningselementen Gewicht (bij benadering): 7,2 kg Temperatuur tijdens gebruik: +5 ºC tot +35 ºC Luchtvochtigheid tijdens gebruik: 25 tot 80 % Bijgeleverde accessoires: Audiokabel (1) FM-draadantenne (1) AM-kaderantenne (1) Afstandsbediening (1) LR6-batterijen (AA-formaat) (2) Gebruiksaanwijzing (1) Handleiding voor snelle aansluiting en bediening (1) Octrooien in de Verenigde Staten en in andere landen vallen onder de licentie van Dolby Laboratories. Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Stroomverbruik in Standby: 0,5 W Er werden geen halogene brandvertragende producten gebruikt in de betreffende printplaat/printplaten. In het omhulsel werden geen halogeen bevattende brandvertragende producten gebruikt.
109NL
Woordenlijst ADSL Afkorting van Asymmetric Digital Subscriber Line. ADSL is een soort breedbandlijn. Hiervoor worden de conventionele koperdraden van telefoonlijnen gebruikt, maar ADSL ondersteunt de verzending van grote hoeveelheden gegevens via hoogfrequentiebandbreedte. ADSL is asymmetrisch omdat de upstreamsnelheid (voor gegevens die vanaf de terminal van de gebruiker worden verzonden) hoger is dan de downstreamsnelheid (voor gegevens die van de provider naar de terminal van de gebruiker worden verzonden). De verzendingssnelheid is afhankelijk van het servicecontract. ATRAC AD Afkorting voor ATRAC Audio Device. Een algemene term voor apparaten waarop audiogegevens kunnen worden afgespeeld in de ATRAC-indeling. ATRAC3 Een van de "ATRAC"audiocompressietechnologieën die door Sony is ontwikkeld voor een hoge geluidskwaliteit met bijna 10 keer de compressiesnelheid van audio-CD's. ATRAC3plus ATRAC3plus is een uitgebreide versie van ATRAC3. Hiermee is een 20 keer hogere compressieratio mogelijk dan voor audioCD's, zonder dat dit ten koste gaat van de geluidskwaliteit.
110NL
Bemonsteringsfrequentie Wanneer audiobronnen van analoge in digitale gegevens worden omgezet, moeten ze worden gewijzigd in cijfers. Dit proces wordt bemonstering genoemd en de bemonsteringsfrequentie verwijst naar het aantal keren per seconde dat de signalen worden gemeten voor de opname. Omdat muziek-CD's 44.100 keer per seconde worden bemonsterd, wordt de bemonsteringsfrequentie uitgedrukt als 44,1 kHz. Over het algemeen kunt u ervan uitgaan dat bij een hogere bemonsteringsfrequentie de kwaliteit van de opname ook hoger is. Bitsnelheid De bitsnelheid is een maateenheid voor gegevensvolumes, uitgedrukt in bits per seconde (bps). Breedband Algemene naam voor communicatielijnen die een brede frequentiebandbreedte gebruiken voor het met hoge snelheid verzenden en ontvangen van grote hoeveelheden video- of audiogegevens. Momenteel worden ADSL, CATV, FTTH en andere systemen aangeduid als breedband. Breedbandrouter Voor internetverbindingen via ADSL of een kabeltelevisielijn worden ADSLmodems of kabelmodems gebruikt. Wanneer meerdere verbonden terminals tegelijkertijd toegang tot internet moeten hebben, wordt echter een breedbandrouter gebruikt. Byte Een van de basiseenheden die worden gebruikt voor het uitdrukken van in cijfers omgezette gegevens in computers. In cijfers omgezette gegevens worden doorgaans uitgedrukt in binaire getallen (nullen en enen). Eén gegevenseenheid is één bit. Eén byte bestaat uit acht bits.
Condensatie Condensatie vindt in het apparaat plaats op plekken waar de temperatuur snel stijgt, bijvoorbeeld wanneer een verwarming wordt aangezet. Als er condensatie optreedt, houdt u het apparaat uitgeschakeld tot het vocht is verdampt. DHCP Afkorting van Dynamic Host Configuration Protocol. Een systeem voor het automatisch toewijzen van configuratiegegevens die vereist zijn voor een internetverbinding. DLNA Afkorting van Digital Living Network Alliance. DLNA is een nonprofitorganisatie die ontwerprichtlijnen opstelt voor digitale inhoud die wordt gedeeld via netwerken. Ga naar http://www.dlna.org/en/ consumer/home voor meer informatie DNS Afkorting van Domain Name System. Een server die domeinnamen omzet in IP-adressen of IP-adressen omzet in domeinnamen. Een DNS wordt aangeduid met een IP-adres. Dit wordt ook wel een "DNS-server" genoemd. Ethernet Een methode voor het opnemen van computers in een LAN (Local Area Network). Ethernet is ontwikkeld door Xerox Corporation en wordt zeer veel gebruikt voor het maken van LAN's. ID3 ID3 is informatie (zoals de tracktitel of artiestennaam) die wordt opgenomen in een MP3-bestand. De ID3-tag wordt door dit apparaat gebruikt om trackinformatie weer te geven voor MP3-bestanden. Internet Een communicatienetwerk dat computers wereldwijd met elkaar verbindt. Internet ondersteunt een groot aantal services, waaronder e-mail en zoekmachines.
Internetprovider Een bedrijf dat services met betrekking tot internetverbindingen aanbiedt. IP-adres IP-adressen bestaan doorgaans uit vier groepen van drie cijfers. De groepen worden gescheiden door punten (bijvoorbeeld 192.168.239.1). Alle apparaten in een netwerk moeten een IPadres hebben. ISO9660 Een norm van de International Organization for Standardization (ISO) waarmee het bestandssysteem van CDROM-media wordt gedefinieerd. LAN Afkorting van Local Area Network. LAN is een algemene naam voor communicatienetwerken tussen apparaten, waaronder computers, printers en faxmachines, in relatief kleine gebieden, zoals kantoren of gebouwen. Linear PCM Linear Pulse Code Modulation, een digitaal audiocoderingssysteem zonder compressie dat in dit apparaat wordt gebruikt voor 16-bits opnamen met een bemonsteringsfrequentie van 44,1 kHz (komt overeen met de norm voor audioCD's). MP3 Afkorting van MPEG-1 Audio Layer3. Dit is een norm voor audiobestandscompressie die is vastgesteld door de MPEG (Motion Picture Experts Group), een ISOwerkgroep (International Organization for Standardization). Hiermee kunnen audiobestanden worden gecomprimeerd tot ongeveer 1/10 van de gegevensgrootte van een standaard-CD. Omdat het MP3-coderingsalgoritme vrijgegeven is, zijn er verschillende coderings-/ decoderingstoepassingen die compatibel zijn met deze norm. De MP3-norm wordt daarom veel gebruikt in de computerwereld.
111NL
MSC MSC verwijst naar de USB Mass Storage Class in dit apparaat. MSC is een protocol voor gegevensoverdracht dat is gedefinieerd door de USB Implementers Forum voor het overbrengen van gegevens via USB naar externe apparaten. Het wordt gebruikt op USB-schijven, USB-geheugens, enzovoort. MTP Afkorting voor Media Transfer Protocol. MTP is een technologie voor gegevensoverdracht die is ontwikkeld door Microsoft Corporation. Met dit protocol kunt u beeldgegevens, audiogegevens, videogegevens, enzovoort overbrengen naar compatibele draagbare apparaten. Proxy Een programma dat of een server die internettoegang aan computers achter een firewall biedt zodat webpagina's sneller kunnen worden gedownload. Router Een apparaat dat netwerken met elkaar verbindt door de protocollen en adressen van elk netwerk om te zetten. Sinds kort zijn er inbelrouters voor verbindingen met ISDN-lijnen en breedbandrouters voor ADSL- en CATV-netwerken beschikbaar. De term router kan naar elk van deze apparaten verwijzen. USB-opslagapparaat In deze handleiding is een USBopslagapparaat een apparaat voor massaopslag dat de USB Mass Storage Class-norm ondersteunt. Deze apparaten, zoals een USB-audiospeler, kunnen worden aangesloten op de USB-aansluiting van het apparaat of van een computer en kunnen worden gebruikt als een verwisselbaar apparaat voor massaopslag. VAIO Media VAIO Media is software voor thuisnetwerken die wordt geleverd op Sony VAIO-computers. Een computer kan alleen met dit apparaat worden verbonden als op
112NL
de computer VAIO Media 4.1 of hoger is geïnstalleerd. Vaste schijf Een digitaal gecodeerd opslagapparaat voor grote volumes dat wordt gebruikt in computers en andere digitale apparaten. Omdat een magnetisch schijf- en stationsmechanisme wordt gecombineerd in een geïntegreerd apparaat, kunnen vaste schijven gegevens zeer snel schrijven en lezen en beschikken deze apparaten over ongekende capaciteiten voor het zoeken van gegevens.
Lijst met invoertekens ABCDEFGHIJKLMNOPQRST UVWXYZabcdefghijklmnopq rstuvwxyzÀÁÂÃÄÅÆÇÈÉÊË ÌÍÎÏÐÑÒÓÔÕÖØÙÚÛÜÝÞßà áâãäåæçèéêëìíîïðñòóôõöøùú ûüýþÿ0123456789!”#$%&’()* +,–./:;<=>?@[\]^_`{|}~¡¢£¤ ¦§¨©a«¬-–˚±²³´µ¶·‚¹⁰»¼½ ¾¿×÷
Index A
C
H
Aansluitingen 79 ANALOG IN/OUT 80 Antennes•Versterker 79 DIGITAL IN/OUT 80 Internet 82 "WALKMAN" (ATRAC AD) 47 Afspeellijst 57, 65 Afspelen Afspeelgebied 39, 76 Afspeelmodus 25, 39, 76 CD 20 Geluid controleren 28 HDD Jukebox 34 Herhalen 25, 40, 76 Network Media 74 Afstandsbediening 8, 81 Afstemmen 23 Album 14, 20, 22, 36, 37, 58 AM-kaderantenne 81 AM-radio 23, 24 ANALOG IN 32, 69 ANALOG IN-aansluiting 79 ANALOG OUT-aansluiting 79 Artiest 14, 20, 22, 36, 37, 43, 58 ATRAC 27 ATRAC3 • ATRAC3plus 27, 28, 46, 63 Audio-CD 20, 30, 106 Audio-indeling 27, 28, 46, 63, 75 Automatische analyse 45
Cassettedeck 79 CD 106 Afspelen 20 Informatie zoeken 55 Opnemen 30 CD-R/CD-RW 106 Client 73 Computernaam 33, 95 Condensvorming 105
HDD Jukebox 26 Afspelen 34 Bewerken 54 Helderheid (DIMMER) 9 Herhaaldelijk afspelen 25, 40, 76 Herhalingsmodus 25, 40, 76 Hoofdeenheid 10 Hoofdweergave 14
B
G
Back-up 92, 106 BAND 70 Beeldbestand 64 Beperkte toegang 78 Bewerken 54 Bitsnelheid 28, 63 Byte 16
D Datumnotatie 18 DHCP 88, 110 DIGITAL COAXIAL IN/ OUT-aansluiting 79, 80 DIGITAL IN 32, 69 DIGITAL OPTICAL IN/ OUT-aansluiting 79, 80 DLNA 73, 110 DNS-server 87, 111 Draadloos LAN 81, 83, 86, 90
E Externe component 32, 69
F Favorieten 65 FM/AM 31, 38, 69 FM-draadantenne 80 FM-radio 23, 24 Formatteren Systeem 96 USB-schijf 94 Functie 13 Functiemenu 14 Gedeelde computermap Back-up 94 Beelden opslaan 64 Bestanden importeren 33 Instellen 91 Gegevens terugzetten 94 Geluid controleren 28 Genre 36, 37, 58 Gracenote®muziekherkenningsservice 21 Groep 57, 58
I ID3 22 Importeren 26 Gedeelde computermap 33 USB-opslagapparaat 33 Informatie weergeven Afspeellijst 77 CD 22 Radio 24 Instellen 9, 11 Afspeelmodus 25, 39, 76 Automatische verbinding met een server 77 Beperkte toegang 78 FM-modus 24 Gedeelde computermap 91 Instelmenu 14 Invoerniveau 32 Klok 18 Netwerk 87 Opnamebestemming 30 Opnemen/Importeren 28 Overdrachtsbestemming 46 Timer 67 Titelinformatie 22 VAIO-computer 78 Weergave 91 x-DJ 44 Internet Instellen 87 Verbinding 81, 82
113NL
Invoer ANALOG IN 32, 69 DIGITAL (COAXIAL/ OPTICAL) IN 32, 69 Invoergevoeligheid 32 Tekstinvoer 16 IP-adres 34, 87, 89, 111
K Klok 18
L LEVEL SYNC-niveau 29 Lijst 36 Afspeellijst/Favorieten 36, 65 Lijstweergave 14 Lijstmodus 35 Linear PCM 15, 27, 28, 46, 63, 111 Luidsprekers 79 Luisteren CD 20 Network Media 74 Radio 23
M Map 36, 37, 56, 58 Menu 13 Mobiele telefoon 50 Modus Afspeelmodus 25, 39, 76 Audio CD/MP3 21 Herhalingsmodus 25, 40, 76 Lijstmodus 35 Serverstructuurmodus 76 Tekstinvoer 16 Weergave 14, 76 MONITOR OUTaansluiting 79 MP3 15, 21, 27, 28, 46, 52, 63, 107 MSC 111 MTP 112 Music Surfin' 42, 43
N Netwerk 82 Aansluiting 81, 83 Network Media 73 Instellen 82 Status controleren 90 NTP 19
114NL
O ON/STANDBY-aanduiding 10, 92 Ondersteuningssite 7 Opnemen 26 Audio-CD 30 Bestemming 30 Externe component 32 Radio-uitzending 31 Instellen 28 Opnametimer 69 Opnieuw instellen 105 Optiemenu 14 Overzetten 46 Bestemming 46 Mobiele telefoon 50 PSP 51 TRANSFER-toets 46 USB-opslagapparaat 48 Voorwaarde 52 "WALKMAN" (ATRAC AD) 47 x-DJ-kanaal 45
P Poort 87 Proxy 87, 89, 112 PSP 51
R Radio Beluisteren 23 Opnemen 31 Registratie Afspeellijst 65 Beeldbestanden 64 Kanaal met favorieten 44 Radiozender 24 Titel automatisch toevoegen 30 VAIO 78
S Samenvoegen 62 Schermbeveiliging 91 Server 21, 73, 74 Serverstructuurmodus 76 Slaaptimer 67 SMART SPACE 29 Snelle modus 47 Snelle opstartmodus 92 SonicStage 73 Sorteren 36 Splitsen 61 Standaardgateway 87
Standaardinstelling 12 Standaardopstartmodus 92 Stroom 12 Subnetmasker 87 Systeembeheer 92 Bijwerken 96 Formatteren 96 Informatie weergeven 96 Systeemversie 96
T Tekstinvoer 15 Kopiëren/Knippen/ Plakken 17 Tekstinvoervenster 16 Toetsen 15 Werking 16 Tijdinformatie 21 Tijdnotatie 18 Timerinstellingen 67 Titel automatisch toevoegen 30 Titels 58 Toegangspunt 88, 90 Track 15 Audio-indeling 28, 46, 63, 75 Converteren 63 Informatie zoeken 55 Opnemen/Importeren 26 Overzetten 46 Pictogram 15, 52, 74 Samenvoegen 62 Splitsen 61 Titels wijzigen 58 Verplaatsen 60 Verwijderen 53, 59 Zoeken 40 Trackmarkering 29 Tracknummer 21, 35, 75
U USB-schijf 93, 94 USB-opslagapparaat Beelden opslaan 64 Importeren 33 Overzetten 48
V VAIO 78 VAIO Media 73 Vaste schijf 7, 92, 93, 105 Verplaatsen 60 Versterker 17, 80
Verwijderen 59, 65 Timerinstelling 71 Track op het bestemmingsapparaat 53
W "WALKMAN" (ATRAC AD) Aansluiting 47 Overzetten 47 Weergave 9, 14, 91 Formaat 91 Ontwerp 92 Weergavemodus 76 Wektimer 68 Willekeurig afspelen 25, 39
X x-DJ 41
Z Zelfdiagnosefunctie 105 Zoeken 21, 40, 55 Zomertijdinstelling 18, 19
115NL