HANDLEIDING CoMeT
1
Inhoudstafel 1. Inleiding : beschrijving en doelstelling van Comet 2. Handleiding voor de medewerker 3. Handleiding voor de leidinggevende/gebruiker die aan meerdere personen een score toekent 4. Uitbreiding naar specifieke functies voor de personeelsmedewerker a. Aanmaken van nieuwe gebruikers b. Bepalen van normering c. Aanmaken van profielen in Excel d. Toevoegen van competenties/segmenten/domeinen e. Toevoegen van indicatoren i. aanmaken van default (standaard antwoordmogelijkheden) f.
Wijzigen van bestaande indicatoren
g. Wijzigen van competentie-, segment-, en/of domeinnamen h. Wijzigen in de samenstelling van bestaande profielen
2
1. Inleiding : beschrijving en doelstelling van CoMeT Deze handleiding werd opgemaakt in het kader van het ESF-project Iedereen Competent, een project dat ondersteuning biedt aan competentieontwikkeling bij kortgeschoolden. Idealiter voert het competentiemanagement een model in waarin eenieder levenslang kansen krijgt, onafhankelijk van kleur of diploma, om talenten te ontwikkelen en te gebruiken.
Door het in kaart brengen van
technische en de gedragsmatige competenties van individuen worden deze erkend in hun breed opgedane kwalificaties. Tevens vormt een persoonlijke staalkaart van competenties een essentiële startbasis voor de verdere versterking en ontwikkeling ervan. CoMeT, alias de Competence Measurement Tool, is een web based tool om competenties op een praktische manier in kaart te brengen. CoMet is geboren tijdens het EQUAL-project ‘Competence Eurovision’ en is met een ESF-ambassadeurstitel bekroond.
Het instrument werd tijdens dit EQUAL-
project met succes uitgetest in een aantal KMO’s uit de elektro- en de garagesector.
Het instrument werd door de KMO’s en testpersonen als erg
praktisch omschreven, vanwege de relatief korte tijdsduur voor het in kaart brengen van de competenties, voor de mogelijkheid tot een 360 ° feedbacktoepassing, en voor de visuele voorstelling van de in kaart gebrachte competenties, de competentienoden en de competentieoverschotten.
De
CoMet tool werd verder geoptimaliseerd in functie van de doelstellingen van het project Iedereen Competent : •
het ICT-instrument laat toe om in een korte tijdspanne zowel technische, als gedragsmatige competenties in kaart te brengen, met mogelijkheid tot 360 ° feedback, visuele voorstelling van competenties, van competentienoden en van competentieoverschotten.
•
CoMeT genereert basisresultaten voor een competentieCV wanneer een competentiescreening
werd
uitgevoerd
ten
behoeve
van
de
werknemer/werkzoekende •
De gecombineerde resultaten van grafieken en competentieCV uit CoMeT vormen
een
rechtstreekse
basis
voor
de
opmaak
van
persoonlijke
ontwikkelingsplannen Het instrument is uitermate flexibel in de zin dat men de competentieprofielen, indicatoren, vorm van vragenlijsten en antwoordmogelijkheden, niveaus,
3
gewichten, normeringen, enz. naar wens kan programmeren en hanteren naargelang de specifieke behoeften en strategische doelstellingen van het bedrijf/de organisatie. Hierbij dient ten allen tijde rekening gehouden te worden met het feit dat de resultaten uit CoMeT slechts richtinggevend zijn voor het ontwikkelingsgesprek. Het instrument blijft onbetwistbaar ondergeschikt aan bevindingen uit het ontwikkelingsgesprek.
4
2. Handleiding voor de medewerker STAP 1: inloggen Start Internet Explorer op Geef volgend adres in de adresbalk in http://iedereencompetent.syntrawest.be/ U krijgt dan volgende startpagina van Iedereen Competent
In het vakje “Name firm” vinkt u de naam van uw bedrijf aan. In het vakje “User” typt u de gebruikersnaam in hoofdletters in die u gekregen heeft. Deze gebruikersnaam bestaat bijvoorbeeld uit drie hoofdletters, de afkorting van uw naam, bvb. KLV In het vakje Password geeft u uw opgegeven paswoord in. U laat de taalkeuze staan. De informatie en vragen verschijnen altijd in het Nederlands. Klik op Login
5
Er verschijn een grijs vak met de vraag of u het paswoord wil laten onthouden. Klik op “Nee” voor uw eigen privacy zodat de computer uw paswoord niet onthoudt.
STAP 2 : wachtwoord wijzigen U krijgt volgend scherm :
Links op het scherm ziet u “Opties”. Klik daarop om uw wachtwoord te veranderen. Zo vermijdt u dat anderen uw resultaten kunnen inkijken. Typ uw huidig paswoord in in het vakje “Huidig wachtwoord” Typ een nieuw paswoord in, geheel naar eigen keuze in het vakje “Nieuw wachtwoord”. Typ uw nieuw paswoord nog eens in in het vakje “Bevestig wachtwoord” om te bevestigen. Klik op “Ok”
6
STAP 3 : vragenlijst Links op het scherm ziet u “Evaluaties”. Klik daarop om aan de vragenlijst te beginnen. U ziet uw naam, sector en functie. In het vakje “Datum” staat “nieuwe toevoegen”. Klik op OK. De eerste reeks vragen gaan over de gedragsmatige competenties. U ziet in het vakje “Competentie” de naam van de competentie, bvb. communiceren. In het vakje “Uitleg competentie” staat beschreven wat de competentie betekent. U klikt op het vakje “Toon vragen” Nu verschijnen alle vragen die over communiceren gaan. Als antwoordmogelijkheden ziet u “starter”, “basis”, “ontwikkelde”, “ver ontwikkelde” en “deskundig”.
Als u over de bolletjes van deze antwoordmogelijkheden scrollt met uw muis, verschijnt een zin met de betekenis van die antwoordmogelijkheid. Als die uitspraak voor u het best van toepassing is, klikt u die antwoordmogelijkheid aan. Indien u per ongeluk de verkeerde antwoordmogelijkheid heeft aangeduid, klikt u gewoon op het bolletje dat u wèl bedoelde. Dan wordt de fout automatisch hersteld. Men kan immers maar één bolletje per vraag aanduiden.
7
U gaat zo door tot u alle vragen van die pagina ingevuld hebt.
STAP 4 : antwoorden opslaan Onderaan de pagina krijgt u de mogelijkheid “Definitief opslaan” en “Opslaan”. Van de knoppen “Verwijderen” en “Annuleren” hoeft u zich niets aan te trekken. Als u zeker weet dat u bij uw antwoorden blijft, klikt u op “Definitief opslaan”. In dat geval worden uw antwoorden definitief opgeslagen. De volgende pagina verschijnt automatisch. Als u liever uw antwoorden nog eens herziet op een later moment, drukt u op “Opslaan”. In dat geval worden de antwoorden voorlopig opgeslagen. Wanneer u op de knop “volgende” of “vorige” klikt, worden de antwoorden niet opgeslagen. Deze knoppen kan u gebruiken als u de vragen wil bekijken zonder een antwoord te bevestigen of om opgeslagen antwoorden terug te bekijken. U krijgt de vragen over de volgende competentie. Per competentie is er een nieuw blad voorzien. Als u de gedragsmatige competenties heeft afgewerkt, zal u zien dat er in het vakje “Domein” nu “Techniek” zal staan in plaats van “Gedrag”. Ook de
8
antwoordmogelijkheden zijn nu veranderd in “Helemaal niet”, “Onvoldoende”, “Voldoende”, “In hoge mate”, en “Volledig/altijd”. Wanneer men nu over de bolletjes van de antwoordmogelijkheden scrollt met de muis, verschijnt er geen tekst meer. U kiest het antwoord dat het best van toepassing is. Wanneer u de gehele lijst heeft beantwoord en definitief heeft opgeslagen, verschijnt onderaan de pagina “U hebt het einde van de vragenlijst bereikt.
9
STAP 5 : resultaten Links op het scherm klikt u op “Resultaten” om uw resultaten te zien. U ziet volgend scherm
In het vakje “Vergelijk” kiest u de mogelijkheid “Evaluatie” om de eigen resultaten te zien. In het vakje “Met” kiest u de gewenste mogelijkheid met welk resultaat u uw resultaten wil vergelijken. Bvb. U wil uw eigen resultaten vergelijken met de norm. In het onderste vakje “Met” kan u nog een tweede vergelijkingsstandaard kiezen. U wil bijvoorbeeld in één figuur zien hoe u resultaten gelegen zijn ten opzichte van de norm èn de scores die uw leidinggevende u gegeven heeft. “Gemiddelde evaluatie” betekent de gemiddelde score van alle anderen die u gescoord hebben. Als dat alleen de leidinggevende is, is “gemiddelde evaluatie” de score die uw leidinggevende u gegeven heeft. In het vakje “Per” kan u kiezen op welk niveau u de resultaten wil weergeven. Zo kan u bvb. de scores op de competenties met elkaar
10
vergelijken. U kan ook de scores per “semantische vraag” met elkaar vergelijken. De semantische vragen zijn gewoon de items die u beantwoordt heeft. Zo heeft u een heel concreet overzicht over uw resultaten. Als u de resultaten per semantische vraag wil zien, is het aangewezen om ook een competentie te kiezen waarvan u de semantische vragen wil zien. Zoniet krijgt u een onoverzichtelijke grafiek met een teveel aan vragen. Klik op “Grafiek” onderaan de pagina. Let op : u kan enkel de resultaten bekijken als u ALLE vragen heeft ingevuld. Met onvolledige gegevens kan het programma helaas geen grafiek maken. U ziet volgend scherm
U ziet in de legende dat de roze driehoekjes voor uw eigen evaluatie staat. De norm is aangeduid met groene vierkantjes en de blauwe bolletjes staan voor de toegekende scores van de leidinggevende (of van alle anderen die u gescoord hebben). Klik op de knop “Afwijking”, rechtsboven op het scherm om de resultaten in woorden te zien. Vòòr elke zin/competentie staat een kleur. Rood verwijst naar te ontwikkelen punten terwijl groen op een score boven de gekozen vergelijkingsstandaard duidt.
11
12
EXTRA Stand inbreng Links op het scherm staat “Stand inbreng”. Als u op deze knop klikt, krijgt u een overzicht hoever u staat met het invullen van de vragenlijst. Dit kan handig zijn wanneer u de vragenlijst niet in één keer kan afwerken. In dat geval kan u uw voorlopige antwoorden opslaan en volgende keer verdergaan waar u gebleven bent. U logt later opnieuw in ( zie STAP 1) met uw nieuw wachtwoord en slaat STAP 2 (wachtwoord wijzigen) over. In het vakje “Datum” kan u de datum kiezen waarop u de vragenlijst voorlopig ingevuld had. De bolletjes zijn ingevuld voorzover u de lijst had ingevuld en u kan gewoon verdergaan.
Rapport Links op het scherm staat “Rapport”. Hiermee kan u kiezen of u een feedbackrapport of een competentie-CV rapport wil genereren. Een feedbackrapport geeft weer wat u per item heeft ingevuld. Het competentie-CV rapport geeft per competentie een overzicht van de bevraagde competentie met hun definitie en de score van de gemiddelde evaluatie in een woordelijke weergave. Vul de periode in waarbinnen u de resultaten wil zien. Let erop dat u minstens een half jaar tijd tussen de begin- en einddatum voorziet. U vinkt het bolletje aan naargelang welk rapport u wil verkrijgen.
U krijgt volgend resultaat dat rechtstreeks in het competentie CVsjabloon geplakt kan worden. Let wel, dit rapport kan gewijzigd worden tijdens het gesprek. De resultaten van het gesprek zijn doorslaggevend.
13
VEEL SUCCES!
Indien u vragen heeft, kan u bellen naar Karen Lavrijsen RESOC Kempen 014 44 52 59
14
3. Handleiding voor de leidinggevende/gebruiker die aan meerdere personen een score toekent U hanteert volledig de handleiding voor de medewerker met volgende uitzondering : Wanneer u inlogt, verschijnt volgend scherm :
U kiest bij “Evaluatie medewerker” welke medewerker u scores wil toekennen. U klikt op “OK” en vult de vragenlijst in zoals beschreven in deel II
15
4. Uitbreiding naar specifieke functies voor de personeelsmedewerker Indien u een log in van een administrator heeft gekregen, kan u volgende specifieke functies gebruiken: a. nieuwe gebruikers aanmaken b. de normering bepalen c. wijzigingen aanbrengen in bestaande profielen zoals i. nieuwe competentienamen aanbrengen ii. nieuwe items aanbrengen iii. nieuwe antwoordmogelijkheden aanbrengen Deze mogelijkheden worden achtereenvolgens uitgelegd. Ongeacht welke specifieke functie u wil gebruiken, u dient allereerst op een in te loggen zoals beschreven in deel II Handleiding voor de medewerker : stap 1 : inloggen. U krijgt volgend scherm :
Aan de linkerzijde ziet u verschillende opties die u gebruikt naargelang onderstaande toepassingen.
a. Aanmaken van nieuwe gebruikers Hiermee kan u nieuwe gebruikers, zowel medewerkers als leidinggevenden van uw bedrijf, toevoegen en verwijderen. U kiest aan de linkerzijde “Gebruikers”
16
U krijgt een overzicht van de gebruikers die reeds in uw bedrijf zijn aangemaakt. U kan een nieuwe medewerker toevoegen als volgt: U klikt op “Gebruiker toevoegen”
In het vakje van “Code gebruiker “ vult u een code in, bvb. RDW In het vakje van “Naam gebruiker” typt u de volledige naam van de gebruiker in, bvb. Rik De Wulf Als taal kiest u Nederlands U vinkt het vakje “Is administrator” enkel aan als u deze persoon toelaat om minstens één van de specifieke functies te laten gebruiken. U vinkt “kan meerdere/alle evaluaties oproepen” als deze gebruiker door iemand anders gescoord kan worden en/of zelf een score toekent. Deze functie staat dus meestal aangevinkt. U vinkt “Wachtwoord wijzigen” aan als u voor de eerste keer een wachtwoord wil toekennen aan de gebruiker. U vult een wachtwoord in,
17
bvb. RDW en een bevestiging, bvb. RDW. De gebruiker kan later nog het wachtwoord wijzigen, dus is het aan te raden om voor de code, het wachtwoord en de bevestiging de afkorting van de naam in hoofdletters te nemen om eenzelfde stramien als basis voor elke gebruikers te nemen. U klikt op “Opslaan”. Onderaan kan u nu een profiel toevoegen U kiest de sector en de functie die voor de medewerker van toepassing zijn U drukt op “opslaan”
Om te bepalen wie de gebruiker scores toekent en wie de scores mag raadplegen, klikt u op “bewerken”
U brengt de namen van toepassing over van de rechterkant naar de linkerkant door op de naam te klikken en vervolgens op de pijl te klikken (< ). In het bovenste vak plaatst u de namen door wie de gebruiker een score toegekend kan krijgen, bvb. de gebruiker zelf, een leidinggevende, een collega. In het onderste vak plaatst u de namen van de personen die het resultaat mogen raadplegen, bvb. de gebruiker zelf en de leidinggevende. U klikt op “OK”
b. Bepalen van normering Hiermee kan u een norm bepalen die standaard geldt voor alle gebruikers. U kan een norm bepalen vanuit de optiek “Wat verwachten we van een voorbeeldmedewerker, waar willen we naar streven?”, maar u kan evengoed de norm bepalen vanuit de optiek “Welk niveau verwachten we minimaal van onze medewerkers wanneer ze instromen”, al naargelang de strategische doelstelling van het gebruik van het CoMeT.
18
1. Aan de linkerzijde klikt u op normering 2. U kiest de sector en de functie die voor uw medewerkers van toepassing zijn 3. U mag “Grote onderneming” laten staan 4. Als u verder wil werken aan een onafgewerkte norm, kiest u de datum waarop u voor het laatst aan de normering heeft gewerkt. 5. U klikt op “OK” 6. U klikt op “Toon vragen” 7. U vult de vragenlijst in op analoge wijze als in deel II : Handleiding voor de medewerker : stap 3 & 4. U krijgt immers dezelfde vragen.
c. Aanmaken van profielen in Excel Om aan competentiemeting te doen, heeft u per functie een competentieprofiel nodig met bijhorende gedragsindicatoren. U vult dit competentieprofiel in, in een standaard Excelsjabloon met de volgende onderdelen die later toelaten om de functies in CoMeT optimaal te benutten :
Knowledge domain
19
De functie waarop het profiel betrekking heeft. Domain Globaal worden twee domeinen onderscheiden : techniek en gedrag. Vanwege hun verschillend karakter is het aangewezen om de vaardigheden in te delen in technische en gedragsmatige vaardigheden. Segment Een overkoepelende naam voor competenties die logischerwijs bij elkaar horen. Voor het technisch domein is bvb. normbewustzijn een veelvoorkomend segment waar de competenties “veilig werken”, “omgaan met milieu”, en “kwaliteitsnormen nastreven” vallen. Voor het gedragsmatig domein worden de segmenten “omgaan met informatie”, “omgaan met taken”, “omgaan met anderen”, en “omgaan met zichzelf” vaak gebruikt. Competence De naam van de vaardigheid, de competentie. Question Het item, de question ofwel de indicator die gedragsgericht polst of de competentie aanwezig is. Een positief antwoord op de question geeft een indicatie dat de vaardigheid aanwezig is. De question heeft volgende eigenschappen : o
ze is positief geformuleerd
o
ze is eenduidig (geen en/en verhaal)
o
ze is objectief vaststelbaar
o
ze is ondubbelzinnig begrijpbaar geformuleerd voor de doelgroep
Schaalwaarden In CoMeT kan men kiezen welke schaal men wil gebruiken, bvb. continu met een schuifbalk of discreet met een vast aantal te bepalen antwoordmogelijkheden. Deze keuze is vooraf doorgegeven aan de informaticatechnische dienst van Syntra West. In Iedereen Competent werd gekozen voor een discrete schaal met 5 antwoordmogelijkheden. Voor de technische vaardigheden bestonden de antwoordmogelijkheden uit “helemaal niet”, “onvoldoende”, “voldoende”, “in hoge mate”, en “volledig/altijd” Voor de gedragsmatige vaardigheden bestonden de antwoordmogelijkheden uit de namen van de 5 niveaus : “starter”,
20
“basis”, “ontwikkeld”, “ver ontwikkeld”, en “deskundig”. Wanneer men over de antwoordmogelijkheden scrollt, verschijnt de indicator van het betreffende niveau. Als men deze optie wil gebruiken, vult men bij de question values de specifieke indicator voor het specifieke niveau in. Question value 1 Antwoordmogelijkheid 1/indicator starter Question value 2 Antwoordmogelijkheid 2/indicator basis Question value 3 Antwoordmogelijkheid 3/indicator ontwikkeld Question value 4 Antwoordmogelijkheid 4/indicator ver ontwikkeld Question value 5 Antwoordmogelijkheid 5/indicator deskundig
Wanneer het ingevulde Excelsjabloon geïmporteerd is door de informaticatechnische dienst van Syntra West, kan u onderstaande opties raadplegen en desgewenst wijzigingen aanbrengen :
d. Toevoegen van competenties/segmenten/domeinen U kan competenties, segmenten en domeinen op analoge manier toevoegen als volgt : Klik aan de linkerkant op “Basisgegevens”
21
Vink in het vakje van “parameter” de optie aan die u wil toevoegen, bvb. competenties U krijgt nu een overzicht van de competenties die reeds zijn ingebracht. U klikt op toevoegen.
Bij “Omschrijving” vult u de naam in van de competentie, bvb. initiatief tonen Bij “Keyword” vult u de afkorting in van de competentie, bvb. initiatief Bij “Uitleg” vult u de definitie in van de competentie Bij “CompetentieCV” vult u nog een keer de definitie in Het niveau laat u staan Bij “Grafiek” kiest u uit een roosgrafiek of staafdiagram U klikt op “opslaan” Op volledig analoge wijze kan u segmenten, domeinen en kennisdomeinen toevoegen. e. Toevoegen van indicatoren U kan indicatoren toevoegen op volgende wijze : U klikt aan de linkerkant op “Vragen” U klikt op “Toevoegen vraag” U scrollt naar beneden tot u volgend sjabloon tegenkomt :
22
Bij “Omschrijving vraag” vult u de indicator in Bij “Keyword vraag” vult u een staakwoord in die de vraag samenvat U laat “Vraag actief” aangevinkt staan U vinkt “commentaar” aan als u wenst dat de gebruiker commentaar kan typen bij het antwoord Bij “Gewicht” vult u in welk gewicht de indicator krijgt ten opzichte van andere indicatoren. Wanneer alle indicatoren even zwaar doorwegen, vult u 1 in. Wanneer u naar beneden scrollt, kan u een type vraag toevoegen. Klik daarop Als u naar beneden scrollt, kiest u bij “Type vraag” de schaal die voor deze vraag van toepassing is.
Bij code default krijgt u de vaste antwoordmogelijkheden die u gestandaardiseerd heeft. Bvb. als u “techniek” kiest, krijgt u automatisch de antwoordmogelijkheden die bij het technisch domein horen. U moet daarvoor wel eerst eenmalig de standaardantwoordmogelijkheden hebben ingevoerd. o
aanmaken van default (standaard antwoordmogelijkheden)
U klikt aan de linkerkant op “Parameters” Bij “Definities” vinkt u “Basiswaarden type vragen” aan en klikt op “Toevoegen”
23
Bij “Code” kiest u het aantal antwoordmogelijkheden, bvb. Muliple Choice meerdere oplossingen 5 keuzes Bij “Code default” vult u een naam in hoe u de standaardantwoordmogelijkheid wil noemen, bvb. gedrag Bij “Number value” vult u een cijfer in, bvb. 1 want het betreft de invulling van de eerste antwoordmogelijkheid Bij “Value Question” vult u in wat u als eerste antwoordmogelijkheid wenst te zien in de vragenlijst, bvb. starter U klikt op “Opslaan” Zo gaat u door tot u de 5 antwoordmogelijkheden hebt ingevuld. Nu wordt de aanmaak van een nieuwe vraag vervolgd : U kiest bij “Aantal antwoorden op 1 rij” hoeveel antwoorden u naast elkaar wil zien in de vragenlijst, bvb. 5 U klikt op “Opslaan” en scrollt naar beneden
U kan indicatoren per antwoordmogelijkheid, dus per niveau toevoegen door op “Definitie” te klikken U scrollt naar beneden en klikt op “Bewerken” Bij “Waarde” staat nu automatisch de ingevoerde antwoordmogelijkheid. Bij “Beschrijving” vult u de indicator in die bij de betreffende antwoordmogelijkheid hoort. U klikt op “Opslaan” en vult op volledig analoge wijze de andere indicatoren, die achter de antwoordmogelijkheden verborgen zitten, aan.
24
f.
Wijzigen van bestaande indicatoren
U kan bestaande indicatoren ook wijzigen als volgt : U klikt aan de linkerkant op “Vragen” U kan vanboven de nummer van de vraag invullen, of de Keyword van de vraag of de omschrijving van de vraag. Als u niet meer letterlijk weet wat de vraag was, plaatst u een %-teken achter het begin van de vraag dat u nog wel weet, bvb. Maakt correct%. Dan klikt u op “Opzoeken” en verschijnt de lijst met vragen die voldoen aan uw zoekopdracht.
U klikt op “Bewerken” om de gewenste wijzigingen aan te brengen. Hiervoor hanteert u volledig dezelfde werkwijze als in titel e. Toevoegen van indicatoren
g. Wijzigen van bestaande competentie-, segment-, en/of domeinnamen U kan bestaande competenties, segmenten, en domeinen wijzigen als volgt: U klikt aan de linkerkant op “Basisgegevens” In het vak van “Parameters” ziet u de onderdelen staan waaraan u kan wijzigen, bvb. competenties U krijgt een overzicht van alle ingevoerde competenties U klikt op Bewerken van de competentie waaraan u wil wijzigen U kan nu de gewenste wijzigingen doorvoeren, volledig analoog aan de werkwijze van titel d. Toevoegen van competenties, segmenten en domeinen
25
h. Wijzigen in de samenstelling van bestaande profielen Een profiel is opgebouwd uit elementen van de zaken die aan de linkerkant opgesomd staan : basisgegevens, parameters, vragen, vragenlijsten, enz. Een profiel bestaat uit linken tussen de bouwstenen. Om wijzigingen aan te brengen in het profiel dient men de opbouw van deze linken te respecteren. Ze zien eruit als volgt : kennisdomein
domein domein
segment segment segment segment
competentie competentie competentie competentie
indicator(vraag) indicator(vraag)
indicator(vraag)
indicator(vraag)
antwoordmogelijkheid antwoordmogelijkheid
indicatoren per niveau
indicatoren per niveau
Om een wijziging aan te brengen in de samenstelling van een profiel voor een bepaalde functie (kennisdomein), koppelt u eerst deze functie los van de rest als volgt : U klikt aan de linkerkant op “Profielen” U klikt op “Bewerken” van de functie waaraan u wil wijzigen
26
U klikt op de knop “>”. De inhoud van de linkerzijde wordt in één beweging overgebracht naar de rechterkant. U klikt op “Ok” U klikt aan linkerzijde op “Vragenlijsten” U kiest van welk domein u iets wil wijzigen, bvb. Gedrag en klikt op “Bewerken” U kiest uit welk segment u iets wil wijzigen en klikt op “Bewerken” U kiest uit welke competentie u iets wil wijzigen en klikt op “Bewerken” Nu kan u de indicator naar wens verwijderen U klikt op “ja” om definitief te verwijderen
U klikt desgewenst op “Toevoegen vraag” om een andere, eerder toegevoegde vraag toe te voegen aan het profiel. Om een indicator toe te voegen moet deze vraag dus eerst aangemaakt zijn via “Vragen” aan de linkerzijde zoals beschreven in titel e. Toevoegen van vragen. Als u de nodige wijzigingen heeft aangebracht, koppelt u het gewijzigde profiel terug aan de functie (kennisdomein) door links op “Profielen” te klikken. Vervolgens kiest u de functie die u terug wil koppelen en klikt op “Bewerken”.
27
U selecteert aan de rechterzijde de betreffende functie en brengt ze in één beweging over naar de linkerkant door op de knop “<” te klikken. U klilkt op “Ok” Wanneer u nu inlogt als gebruiker krijgt u de aangepaste vragenlijst. Let op! U kan slechts een element van een bovenstaand niveau verwijderen als u alle elementen van de onderstaande niveaus heeft verwijderd. U kijkt hiervoor naar de boomstructuur op p. 25. Een voorbeeld : u kan slecht een competentie verwijderen als u alle indicatoren verwijderd heeft die bij de betreffende competentie horen. Zoniet geeft CoMeT aan dat de gegevens in gebruik zijn.
Syntra West en RESOC Kempen wensen u veel succes bij het gebruik van CoMeT, en hopen dat het als kwaliteitvol en gebruiksvriendelijk instrument uw personeelsbeleid zal ondersteunen. Mocht dit instrument toch niet beantwoorden aan de vooropgestelde gebruiksvriendelijkheid of heeft u nood aan specifieke functies die niet zijn opgenomen in deze handleiding, kan u volgende contactgegevens raadplegen:
Syntra West t.a.v. Joeri Vanbiervliet Spoorwegstraat 14 8200 Brugge Tel : 050 40 30 80
of
RESOC Kempen t.a.v. Karen Lavrijsen Spoorwegstraat 7 2300 Turnhout Tel: 014 44 52 59
28
29